Geef me de vijf- Colette de Bruin 1 Autisme, wat is het? PDD-NOS= Pervasive Developmental Disorder ASS= Autisme Spectrum Stoornis - Kernautisme - PDD-NOS - Syndroom van Asperger - Syndroom van Rett - Desintegratiestoornis van de kinderleeftijd Gevolgen van autisme: Kind in relatie tot zijn omgeving, gevolgen voor het kind - niet aan verwachtingen kunnen voldoen - moeizame wisselwerking met anderen - sprake van veel miscommunicatie In de opvoeding komen ouders te staan voor: - normale opvoedingswijze werkt niet - een zoektocht door hulpverleningsland - conflicten binnen het gezin - relatie tussen ouders komt onder druk te staan - sociaal isolement door onbegrip - inleveren persoonlijke belangen - veel overleven, in plaats van leven De broertjes en zusjes ( ‘brusjes’) - moeten vaak inleveren en incasseren - conflicten onderling en met ouders - aandacht voor brusjes dikwijls minder - leven met een brusje met een handicap - reactie van de omgeving 2 Waarnemen in puzzelstukjes Alle gegevens van de zintuigen komen los binnen en een kind met autisme koppelt ze niet zomaar aan elkaar dat heeft tijd nodig Vb doorbel> horen vd bel en iemand zien staan koppelt kind niet meteen aan de deur openmaken Foutief puzzelen Waarneming vd gebeurtenis komt niet overeen met de werkelijkheid door 2 losse stukjes foutief te koppelen
3 Anders denken Drie cognitieve theorieën over het denken 1 Centrale Coherentie CC: Het grote geheel overzien en er de juiste betekenis aan geven. Maw: de omgeving zien als 1 geheel met alles wat zich daarin afspeelt, incl personen, en communicatie en hieraan de juiste betekenis geven. Auti kinderen nemen waar in puzzelstukjes; de situatie is een verzameling van losse stukjes Detaildenken: vastklampen aan details omdat het kind geen overzicht heeft over het geheel en hoofd- en bijzaken niet kan onderscheiden - Kind begrijpt pas iets als alle details die hij in zin hoofd heeft ook werkelijk aanwezig zijn - Kinderen zien 1 detail en gaan direct een taak uitvoeren, al dan niet passend in de situatie 1-1 associatie: Als een kind bij een denkstap bepaalde details blijvend aan elkaar koppelt. Er worden dan verkeerde verbanden gelegd Vb Drinken dat bedorven is uit groene beker. Gevolg:nooit meer uit groene beker drinken Gevolgen voor het kind vh beperkt zien v samenhang: Kind zoekt veiligheid in repeterende handelingen en gaat opzoek naar routines en structuren. Houdt zich vast aan structuren die hij heeft weten te ontdekken. Weerstand tegen veranderingen 2 Executieve Functies EF: Het plannen en organiseren v taken en daarin schakelvaardig, flexibel zijn. Maw: welke taken komen er na elkaar en Hoe moet ik ze uitvoeren Doordat een auti kind geen samenhang ziet>moeite met plannen en organiseren 3 Theorie Of Mind TOM Het innerlijk vd ander begrijpen en er rekening mee houden en daarnaast ook het innerlijk v jezelf herkennen, kunnen verwoorden en er naar handelen. Auti kinderen kunnen moeilijk invoelen dat een ander ook een eigen persoonlijkheid heeft. Hij snapt niet dat een ander de werkelijkheid anders kan waarnemen ----------------------------------------------------------------4 Als een computer Overeenkomsten tussen een ‘hersenmap’ en een ‘computermap’ - Alles wat een kind weet en kan is opgeslapen in verschillende mappen - Waarneming wordt letterlijk opgeslagen - Kind denkt rechtlijnig en ziet alleen letterlijk vastgelegde verbanden - Hij kan een bestand, opgeslagen in een map, alleen vinden als alle details kloppen met de wijze waarop hij ze heeft opgeslagen Informatieverwerking Info systematisch verwerken. Doordat gelijkwaardige situaties in details kunnen verschillen, herkent het kind de samenhang pas veel later, na veel herhaling. Nieuwe info > Nieuwe map maken. Hoe meer het kind oefent, hoe meer te maken met uitzinderingen. Als uitzonderingen worden toegevoegd ah bestand waarin de regel is opgeslagen, zal kind steeds flexibeler reageren op wat zich voordoet. Openstaande mappen: Map afsluiten, anders hinderlijk. Stop! Wel nieuwe map maken met wat wel mag of wanneer het weer mag
5 Zintuigen Auti kind kan zowel over- als ondergevoelig zijn in de waarmening met zijn zintuigen Zien: Binnenkomende prikkels kunnen te overweldigend zijn, teveel puzzelstukjes Voorbereiden op wat komen gaat en benoemen wat hij ziet helpt hem sneller puzzelen en het verwerken v deze prikkels Horen: Alle geluiden komen even hard binnen, kind kan hoofd- en bijzaken niet onderscheiden Ruiken: Kind wordt overspoeld door geuren en kan op zo’n moment niet meer denken, maar alleen nog maar ruiken. lucht wegnemen kind leren relativeren. Het stinkt maar deze lucht hoort bij… Proeven: Moeite met eten v bv warme dingen, harde stukken, koud en warm tegelijk of bepaalde substanties Eten gescheiden aanbieden, vakkenbord. Tandenpoetsen volgens schema> voorspelbaarheid Tijdens eten alle zintuigen superactief>kind moet veel puzzelen om alle info te verwerken Voelen: Veel kinderen houden alleen v aanraking wanneer ze er zelf om vragen Pijn: De pijngrens is te ver weg of te dichtbij, angst voor pijn Auti kinderen kunnen pijn niet altijd goed aangeven, ze hebben er geen woorden voor 6 Ontwikkeling Autisme is een pervasieve ontwikkelingsstoornis. Dat betekent dat het invloed heeft op alle ontwikkelingsgebieden. Communicatie: Het letterlijk nemen van taal (meer in hst 9 tm 12) Emotie: Moeite met herkennen emoties, niet kunnen inleven> gebrekkige TOM Ook een andere uiting van emoties, niet of nauwelijks en juist heel extreem Mimiek: Niet kunnen herkennen vd mimiek Fantasie: Zaken v school bv niet thuis kunnen vertellen omdat het voorstellingsvermogen om gedachten terug te gaan beperkt is. Een fantasie kan ook als echt worden ervaren, dan moet je die map sluiten Motoriek: Vaak houterig Talenten: Bijzondere interesses en gaven. Heel goed in waarnemen v details en kennis
13 Andere communicatieproblemen - Teveel opmerkingen Stop het kind. (kan het kind zelf niet) - Moeite met relativeren Standaardzin: Dat hoort erbij (en dan benoemen wat bij welke situatie hoort bv vliegen horen bij de boerderij) Zo leert het kind de neg prikkel te stoppen - Onzichtbare relaties tussen mensen en dingen Ziet het kind niet. Bied normen en waarden op papier aan - Wat niet gezegd wordt Moeite met wat niet gezegd wordt, ze snappen het niet want missen inlevingsvermogen. (bv moeder huilt bij overlijden van opa, kind zegt ik wil eten want het is 17.30) Benoem details, wat zo’n gebeurtenis voor je betekent en hoe je je voelt. Benoem ook lichaamstaal en gezichtsuitdrukking Breng ook verdriet vh kind onder woorden en hoe hij dat kan laten zien. Benoem wat er gaat veranderen en geef alternatieven - Straffen helpt niet Straffen helpt niet want vraagt het inzicht de straf te koppelen aan gedrag. Wat het gewenste gedrag dan is weet het autistische kind al helemaal niet dan. 14 Auti- communicatie gebruiken - Wees duidelijk en voorspelbaar in je communicatie - Volg eerst zijn verhaal, pas dan kan hij jou volgen - Bekijk en volg je kind door de auti-bril - Hij heeft liever een opdracht dan een vraag - Wees vriendelijk maar beslist in optreden en communicatie - Benoem nadrukkelijk, stellend, concreet en gedetailleerd op ‘de 5’wat je wilt - Laat in jouw manier van praten en doen geen twijfel bestaan - ‘Ondertitel’ jouw en zijn gedrag, gevoel, zintuiglijke ervaring, gedachten en de te verwachten informatie - Vermijd waaromvragen - Zijn pesten is testen, ofwel zoeken naar duidelijkheid. Wees duidelijker! - Pas je grapjes aan of vermijd ze. Gebruik geen sarcasme - Help hem om de draad van het verhaal vast te houden - Ga niet in discussie - Houd je eigen emoties in bedwang - Leg het waarom van iets uit aan de hand van feiten, regels en afspraken, maar niet aan de hand van inzicht of gevoel - Wees eenduidig in lichaamstaal en taalgebruik - Houd in je contact rekening met zijn zintuiggevoeligheid - Wees vriendelijk in houding, gezichtsuitdrukking en intonatie - Vertaal je eigen onmacht niet in boosheid naar het kind maar in een taak (het Wat) - Zijn er taken ‘in overweging’, deel die dan niet met het kind - Kun je hem nu geen duidelijkheid bieden, geef dan aan wanneer wel - Voel je niet persoonlijk aangesproken bij beledigende opmerkingen - Geef denktijd om informatie te verwerken - Sluit zijn denkmap af als hij in iets blijft hangen - Ondersteun visueel als hij niet doet wat je zegt - Naar zoek ‘de vraag achter de vraag’ - Kom afspraken en beloftes nauwgezet na. Houd je aan de afgesproken tijd
15 Het kind iets leren We verwachten dat het kind, door het hem maar vaak genoeg te zeggen of voor te doen, op een gegeven moment iets zelf gaat doen> vaak niet bij auti kinderen De oorzaak hiervan is het ontbreken vd samenhang. Daarom zelf samenhang aanbrengen. Hoe: Maak de deelstappen zichtbaar, zodat kind de samenhang kan zien. Door de stappen steeds te doorlopen ad hand v visuele ondersteuning, slijt de samenhang in zijn hersenen Afhankelijk van een persoon: Ouders moeten zich ahw overbodig maken voor het kind (bepaalde middelen aanreiken, zorgen dat kids dingen zelfstandig kunnen, picto’s) , anders kind te afhankelijk later Afhankelijk van structuur: Zelfstandig taken uitvoeren kan, maar blijft relatief. Als er veranderingen zijn (bv opengebroken stoep op weg naar winkel) dan soms paniek Hoe beter een kind zelfstandig taken kan uitvoeren, hoe flexibeler kind omgaat met veranderingen> kind leert generaliseren 16 Ondersteunen in de ontwikkeling Taken aanleren: - Kies 1 taak tegelijk - Kies een rustig moment om dit te bespreken - Gebruik de puzzel van 5 voor samenhang - Bereid je voor op weerstand maar ga niet in discussie, vermeld het als vaststaand feit - Laat de verandering 5 dagen onafgebroken plaatsvinden - Laat het daarna nog een week inslijten Takenlijst: 5 punten stap voor stap aan bod, eventueel visualiseren Robot: Je kunt het kind helpen niet te star te worden door niet te krampachtig om te gaan met spontane veranderingen. Kind rustig voorbereiden op een plotselinge verandering; ‘Dit is een verandering’. - geef kind even bedenktijd om te puzzelen – vertel dat het eenmalig is of vanaf nu anders gaat Volgorde: Kind is eerst persoonsafhankelijk, daarna structuurafhankelijk (takenlijst, picto’s,) en daarna zelfstandig Schema: Wanneer wat hoe wie waar 7.00 opstaan mama roept Jan en mama slaapkamer Generaliseren Handeling ook in nieuwe/ andere situaties kunnen toepassen. Het Wat is gekoppeld aan een vaste plaats, kind denkt het ergens anders niet te kunnen Generaliseren door pv picto van thuis mee te nemen> het Wat en Waar koppelen Haalbaarheid afhankelijk van… - Verstandelijke vermogens vh kind - De mate waarin het kind last heeft van zijn autisme - Mogelijkheden vd ouders/ omgeving om kind te kunnen begrijpen - Omgevingsfactoren zoals gezinssamenstelling, behuizing, auti brusjes
17 Visualiseren Als een situatie onduidelijk is, warboel in hun hoofd> ongewenst gedrag Omgekeerd betekent ongewenst gedrag dus vaak dat kind behoefte heeft aan duidelijkheid. Kan mbv picto’s, maar bij kinderen met een hogere intelligentie ook met afsprakenschrift Negatief gedrag over de gehele dag> ‘fundamentjes bouwen’ niet het gedrag aanpakken maar de oorzaak! Takenlijst per dagdeel (ochtend, uit school, avond, weekend, etc) invullen met puzzel van 5. Als auti kind niet wil eten Minder eten opscheppen of eten in vakken verdelen> daardoor kan kind ordenen Geprakt eten> onvoorspelbaar wat het kind op welke moment zal proeven (hard,zacht, koud,warm) Duidelijke afspraken maken en vertellen wat het kind eet, eventueel picto vh eten van te voren klaarleggen 18 Stop Stop laat het kind ophouden met zijn taak, communicatie of denken. Breekt huidige taak af en krijgt daardoor ruimte voor iets anders Stop bij verkeerde puzzelstukjes of het verliezen in bijzaken: Stoppen met verhaal, samen opnieuw beginnen en sturen met de verbanden, helpen met hoofd- en bijzaken Stop bij niet gepast gedrag: Stoppen en (tijdelijk) andere taak geven Stop als kind overstuur is: Stoppen en het kind een taak (Wat) geven waar hij rustig van wordt. Stop!We gaan op de bank zitten. Nu even stil zijn. Over 5 min praten we verder Stop bij gevaar: Bij gevaar is direct handelen van levensbelang, auti kind heeft tijd nodig om info (puzzelstukjes) te verwerken. Bij Stop reageert kind direct. Zichtbaar maken: Hand omhoog als stopteken, later alleen hand omhoog voldoende Tekens gebruiken naast Stop bv oor aanraken is luisteren, rondje om de mond is spreekwoord 19 Werken met een takenlijst Als… - het gedurende de dag niet goed gaat met het kind - het vooral ’s morgens of juist ’s avonds niet goed gaat met het kind - er veel stress is als het kind thuiskomt - eten een groot probleem is - hij zich maar niet wil aankleden - het naar bed gaan een ramp is - voor willekeurig welk ‘groot’ probleem - afstemming opvoeders onderling Alle opvoeders moeten aanwezig zijn bij het maken van de takenlijst! Ook moet duidelijk zijn wat er bedoelt wordt met 1 taak, dat iedereen hetzelfde verwacht vh kind bij een bepaalde handeling Details geven het kind houvast, dus zorg dat alle details kloppend zijn
Centrale Coherentie Antwoord vd ouder: Samenhang aanbrengen Gevolgen voor het kind: De wereld wordt overzichtelijk en voorspelbaar waardoor negatief gedrag afneemt Executive functies Antwoord vd ouder: Dagstructuur zichtbaar maken en taken aanleren Gevolgen voor het kind Kan groeien naar zo groot mogelijke zelfstandigheid Theorie Of Mind Antwoord vd ouder: Gevolgen voor het kind
Sociale regels aanleren Kind is ad hand v regels beter in staat zich sociaal te redden
21 Werken met een afsprakenschrift Kind moet in staat zijn om: - dat wat je tekent op papier te generaliseren naar zichzelf - een voorstelling te kunnen maken van dat wat er niet is Doel Problemen letterlijk in beeld brengen. Kind mist inzicht in de situatie omdat het de samenhang niet ziet en woorden verliegen direct. Gebruik vh afsprakenschrift - Teken de feitelijke weergave vd gebeurtenis zoals kind het benoemt - Teken gedrag vh kind - Zet een kruis door dit ongewenste gedrag - Teken het gewenste gedrag - Spreek af wanneer hij ermee begig en hoelang hij dit moet doen (Wanneer) - Spreek af waar hij dit moet doen en bij/ met wie (Waar en Wie) - Leg onderaan het blad een nieuwe regel/ afspraak vast (in andere kleur) - Bekijk samen of hij het begrepen heeft - Zoek de uitzonderingen en schrijf die erbij Waarom vraag > Spreek in feiten en niet vanuit inzicht en op gevoel. Ga niet op het waarom in Regels,feiten en afspraken Verklaar zaken vanuit regels, feiten of afspraken Maak afspraken over wat hij WEL moet doen en niet over wat hij NIET moet doen Probleem verduidelijken: Probleem duidelijk krijgen, gedachten te ordenen. Samen met het kind, breng je aan de hand v tekeningen het probleem in kaart Orde scheppen bij paniek Veranderingen Door veranderingen te tekenen, kun je het kind daar op voorbereiden, voorspelbaar Leren relativeren Zorgen wegnemen door vast oplossingen te bieden (in het vooruitzicht) Leren generaliseren Taak aanleren Taken aanleren, soms mbv tekening alles duidelijker Problemen met taalgebruik Kind kopieert woorden, weet niet welke woorden in welke situatie wel/niet gepast zijn Alle scheldwoorden laten opschrijven, rood kruis er doorheen (map scheldwoorden gewist), opschrijven welke woorden wel mogen
Moeilijkheden in sociaal contact Zich sociaal gedragen is heel moeilijk! Ongeschreven regels tussen mensen zoveel mogelijk opschrijven, zo worden de regels duidelijk en zichtbaar Tips voor werken met een afsprakenschrift: - Gebruik blanco papier, lijntjes kunnen afleiden - Ga naast het kind aan tafel zitten(niet te dichtbij!), niet tegenover - Teken de kern van wat je bespreekt en ondersteun met enkele woorden - Gebruik kleuren (wel consequent!) - Gebruik bestaande symbolen; rood kruis, krul, bliksemschicht (gevaar) - Teken zelf, zelf de leiding. Zo kun je de zaak sturen en hoofdlijn vasthouden - Als tekenen weerstand oproept, geef voor je begint aan dat je het voor jezelf duidelijk wilt hebben en daarom papier en stiften gebruikt. Zodra hij merkt dat hij er profijt v heeft, zal hij vaker meewerken of methode zelf gaan gebruiken - Iedere veranderen is een omschakeling in manier v denken> geeft weerstand - Ga niet op weerwoord vh kind in, geeft alleen meer verwarring - De regel moet pos gesteld zijn, moet dus gaan over wat je WEL verwacht - Wat je samen hebt uitgewerkt komt in een map. Na verloop v tijd inzichtelijk wat grootste problemen zijn en welke oplossingen daarvoor zijn afgesproken - Direct betrokken personen moeten samen overleg plegen over afspraken en regels - Zet bij elke tekening/ afspraak de naam en datum erop 22 Werken met een contract Mn voor pubers met een MLK niveau of hoger en kinderen met asperger accepteren niet altijd een gevisualiseerde structuur in de vorm van plaatjes of lijstjes. Maak dan samen een contract, want ze houden zich wel aan regels en hebben daar baat bij Ze doen niet snel iets om jou te plezieren, ze moeten er zelf voordeel bij hebben! 23 Werken met strategiekaarten Moeite met het begrijpen vd lesstof: Missen vd samenhang (cc) vaak de oorzaak. Gebruik de puzzel van 5, mn het Wanneer is belangrijk. Strategiekaart: Het Hoe vd taak uitleggen. Daarop staat bv welke werkwijze bij welk teken hoort met rekenen. De strategie brengt samenhang in het denken vd kind Stappenplan bij een probleem. (van persoonsafhanklijk naar structuur afh) Stap 1. Kind kan eigen probleem niet verwoorden, kan niet om hulp vragen Bij probleem schema invullen met - Wat is er gebeurd? (in het midden, rest daar omheen) - Wanneer? - Waar? - Wie waren erbij? - Wat deed de ander? - Wat deed ik? Na een tijd maakt het kind zich de vragen eigen en kan het kind het probleem mondeling verwoorden. Stap 2. Het kind leert om na het beschrijven zelf een oplossing te bedenken Aanvulling op het schema: - Wat wil je dat er nu gebeurt? - Wat doe ik met dit papier?
Stap 3. Als een oplossing niet uitvoerbaar is> andere oplossing zoeken Dit kan erg moeilijk zijn, daarom eerst beginnen met stap 1 of 2, afh vh kind - Wat wil je dat er nu gebeurt? - Is het probleem opgelost? Ja/ Nee? - Zoniet, terug naar ‘Wat wil je dat er nu gebeurt?” Als er hulp nodig is mag het kind daar altijd om vragen, op afgesproken moment Na verloop v tijd zullen de vragen inslijten, kind leert ze in gedachten te beantwoorden, komt tot de kern en kan opl bedenken. Deze kan hij dan zelf uitvoeren en eventueel bijstellen Samenwerken Vraagt veel organisatietalent. Moeilijk door beperkte EF en TOM Samenwerken in kaart brengen door een schema> hoofd- en bijzaken scheiden Tafels Je hebt 3 strategieën 1 t/m 10, de rij van welke tafe; (steeds gelijke getal) en de uitkomst. Leg eerst de strategie uit. Wat betekent elke rij, visueel loskoppelen Somkaart 1x …= … 2x …= … 3x… =… etc Getalkaart Steeds hetzelfde getal, welke tafel je wilt oefenen Tafelkaart 1x5=5 2x5=10 etc Elke kaart in zijn eigen kleur. Somkaart en Getalkaart kun je op tafelkaart leggen Rekenen, lenen bij de buurman: Als bij min sommen het bovenste cijfer lager is dan het onderste cijfer, omdat je anders tekort komt om te kunnen aftrekken.