Concept-Verslag
Aan Afschrift Van Datum Betreft
: : :
Leden bestuurlijk platform decentralisatie jeugdzorg Gelderland Leden ambtelijk platform decentralisatie jeugdzorg Gelderland dhr. S.J.G. Veenstra 29 november 2013 Verslag bestuurlijk platform 28 november 2013
Deelnemers: Regio Achterhoek Arnhem Food Valley Midden-IJssel/Oost-Veluwe
Nijmegen Noord-Veluwe Rivierenland
Provincie Gelderland
Naam Mw. L. va n der Mei js (Doeti nchem) Mw. J. Steffens (Bronckhors t) verhinderd Dhr. H.Kok (Arnhem) Mw. H.J. Weeda (Renkum) Mw. M. El evel d (Ede) Dhr. C.J. Wi ndhouwer (Ni jkerk) Dhr. P. Bl okhui s (Apel doorn) verhinderd Mw. E. Wi l l eumi er-Noordhoff (Zutphen) Dhr. J. Berkhoff (Epe) Dhr. B. Fri ngs (Ni jmegen) verhinderd Dhr. R. Engel s (Wi jchen) verhinderd Dhr. P. den Bes ten (Ha rderwi jk) Dhr. G. va n den Berg (Nuns peet) Mw. L. va n Rui jven-va n Leeuwen (Lingewaa l ) verhinderd Dhr C.R. Vermeul en (Ti el ) Dhr. R. Geertzen (Cul emborg) verhinderd Mw. G. va n der Donk (Buren) Annemieke Tra ag (gedeputeerde) Sjoerd Veenstra (ondersteuning) verhinderd Si jmen Schoeman (ondersteuning) vervangt dhr.Veenstra Mi ri a m Raben (ondersteuning)
Agendapunten 1) Opening en mededelingen: Afgemeld: dhr. Frings, dhr. Geertzen, dhr. Engels, mw. Steffens, dhr. Blokhuis, mw. Van Ruijven. Extra agendapunt: Dhr. Den Besten wil nog een agendapunt inbrengen m.b.t. de samenstelling van het G7 overleg. Dit wordt toegevoegd aan de agenda. Brief van Rijk aan regio’s m.b.t. toekomst van de huidige BJZ-taken van BJZ: Mw. Traag vraagt of de brief van staatssecretaris Teeven en Van Rijn bij alle deelnemers bekend is? Zij meldt dat in dit kader de regionale portefeuillehouders en de regionale transitiemanagers door bureau Berenschot zijn uitgenodigd voor een overleg bij BJZ Gelderland op 6 december (Velperweg). Dhr. Windhouwer geeft aan dat hij uitgenodigd is voor een overleg in Zwolle, mw. M eijs heeft de uitnodiging voor dit overleg niet ontvangen. Verschillende aanwezigen hebben moeite met de manier waarop het Rijk hiermee omgaat. Mw. Traag vraagt de aanwezigen om toch zoveel mogelijk aanwezig te zijn en na te denken of men de gevraagde duidelijkheid t.a.v Bureau Jeugdzorg Gelderland kan geven. Dhr. Den Besten merkt op dat hij zich niet onder druk wil laten zetten. In de nieuwe Jeugdwet komt Bureau Jeugdzorg helemaal niet meer voor. Mw. Traag geeft aan dat haar gevraagd is bij het gesprek aan te schuiven omdat zij betrokken is i.v.m. de continuïteit van zorg in 2014 en 2015. De provincie heeft echter niet de lead, het is primair een zaak is tussen de regio’s en BJZ Gelderland Afspraak 1. De provincie gaat na waar en wanneer het overleg met BJZ precies plaats vindt. De regionale portefeuillehouders worden hierover z.s.m. geïnformeerd.
Verslag bestuurlijk platform 27 september 2013. Naar aanleiding van: Afspraak 3. Ambtelijke afstemming Kennisbijeenkomst over Communicatie in 2014. De regio Oost-Veluwe/Midden-IJssel zal deze bijeenkomst organiseren. Mw. Traag vraagt of het niet verstandiger is dit na de verkiezingen te laten plaatsvinden. De aanwezigen stemmen hier mee in. Het verslag wordt vastgesteld. Afspraak 2. De kennisbijeenkomst over communicatie vindt plaats na de gemeenteraads verkiezingen 2014. 2) Rapportage analyse regionale transitiearrangementen (RTA) Op verzoek van het bestuurlijk platform is een rapportage met analyse van de regionale transitiearrangementen opgesteld. De provincie heeft e.e.a. gecoördineerd en bureau SeinstravandeLaar heeft het uitgevoerd. Mw. Traag vraagt de aanwezigen om te reageren op de uitkomsten van de Transitiecommissie Stelselherziening Jeugd (TSJ) en de rapportage van Seinstra. Mw. Willeumier meldt dat het RTA a.s. maandag in de Raad wordt besproken. Eerdere behandeling in de Raad is goed ontvangen. Mw. Van der Donk merkt op dat er veel aandacht in de Raden is voor wat er met Jeugd gebeurd. Dit heeft haar inziens ook te maken met het feit dat jongeren die te maken hebben met BJZ negatieve verhalen verspreiden. Daarbij blijft volgens haar buiten beschouwing dat er ook andere jeugdzorgaanbieders zijn. Verder is mw. Van der Donk ook bij het gesprek met de TSJ geweest. Zij heeft geen goed gevoel over de inconsistentie van de TSJ. Het rapport van Seinstra haalt volgens haar wel de zwakheden van de TA’s naar boven en geeft zicht op wat er nog allemaal gedaan moet worden. Financiële toezeggingen kunnen volgens haar nog niet gedaan worden omdat de budgetten niet helder zijn. Wel heeft men procentuele afspraken gemaakt met BJZ. Dhr. Den Besten laat weten dat volgens hem de TSJ in het leven is geroepen om “totale pech” te voorkomen. Hij maakt een vergelijking met de bankenwereld waar je niet één bank om kunt laten vallen omdat dan het hele systeem instort. De druk die nu wordt uitgeoefend m.b.t. het Bureau Jeugdzorg is volgens hem vergelijkbaar. De wet is veranderd maar nu moet men alsnog het BJZ overeind houden omdat anders het systeem omvalt. Dit is ongepast en de essentie van de discussie waar de regio’s voor komen te staan. Verder heeft men in de regio het huiswerk goed op orde. Mw. Van der Meijs geeft aan dat de TSJ de spelregels heeft veranderd. Die regio’s die meerjaren afspraken hebben gemaakt worden nu positief beoordeeld. Dit was aanvankelijk echter niet de opdracht. De regio Achterhoek is een krimpregio en de budgetten die van het Rijk naar de gemeenten komen, zijn niet geoormerkt. Zij kan dus niet nu al toezeggingen doen waarbij zij haar collega’s niet heeft betrokken. Wat betreft het rapport van Seinstra is zij positief over de inhoud en herkenbaarheid in hoofdstuk 5. Zij heeft nog geen antwoord op de gezamenlijke agenda. Er moeten eerst regionaal nog allerlei afspraken gemaakt worden en dat is al een behoorlijke klus. Gezamenlijk zou in ieder geval gesproken kunnen worden over frictiekosten en de landelijk werkende instellingen verder is het nuttig om van elkaar te leren. Mw. Eleveld is ook van mening dat de TSJ de spelregels heeft bijgesteld. Zij heeft geen goed gevoel over de focus van de TSJ omdat die zich richt op continuïteit van de zorg. Innovatie en transformatie is ook een belangrijk aandachtspunt maar dit komt niet terug bij de TSJ. De focus van de regio Food Valley ligt nu bij een regionaal beleidsplan. Men heeft te maken met een groot verschil (16 miljoen) tussen wat het Rijk biedt en wat de zorgaanbieders claimen nodig te hebben. In de Food Valley heeft men verder geen beleidsinhoud opgenomen in het RTA. Dhr. Vermeulen meldt dat hij op verzoek van BJZ Gelderland een gesprek heeft gehad met de Raad van Bestuur, de transitiemanager en de voorzitter. Hoewel uitdrukkelijk gevraagd was om geen acquisitie te plegen was dit wel de teneur van het gesprek. Ook was men negatief over de ontbrekende steun van de provincie m.b.t. frictiekosten. 2
Verder heeft de regio een beleidsnotie, een transitiearrangement, een groeinota (uitwerking van het transitiearrangement) en een contourennota opgesteld. Knelpunt is dat de gemeenteraden zich buiten spel gezet voelen, zij kunnen geen kaders stellen en hebben last van onduidelijk taalgebruik. Dhr. Kok geeft namens de regio Arnhem aan dat hij het gesprek met de TSJ als plezierig heeft ervaren. Door middel van co-creatie en een aantal 24-uurssessies zijn in de regio afspraken gemaakt. Door voor 3 jaar (2014, 2015 en 2016) afspraken te maken wordt frictie voorkomen. Lindenhout heeft dit goed opgepakt en is met een ombuiging van het budget (van 2 miljoen) aan de slag. Dhr. Kok is van mening dat de staatssecretaris met de TA en via de TSJ vooral de stand van zaken heeft willen pijlen. Wat betreft de bijeenkomst op 6 december n.a.v. de brief van staatssecretaris Teeven en Van Rijn is men kwaad omdat het Rijk zelf nog geen duidelijkheid geeft over de macrobudgetten. Met betrekking tot het rapport van SeinstravandeLaar is het leuk om de vergelijking te zien en wordt duidelijk dat men van elkaar kan leren. In 2014 zou hij daarmee aan de slag willen gaan en met elkaar aandacht aan willen besteden om daarna maximaal nog 3 of 4 inhoudelijke punten op de bovenregionale agenda willen zetten. Mw. Weeda merkt op dat zij veel van wat er ontwikkeld wordt met de gemeenteraad deelt. Daarbij is wel het geluid is opgegaan dat Arnhem de boventoon voert maar men is akkoord. Zij vindt het een sterk punt dat de regio is gekomen tot een totale integrale aanpak van het sociale domein. Gezamenlijk kan men een vuist maken en een goed aanspreekpunt zijn voor de instellingen. Mw. Traag vraagt of de aanwezigen ook kennis hebben genomen van de memo van de regio Nijmegen. Dit is het geval. Vervolgens vraagt zij of het mogelijk is gezamenlijk een aantal leermomenten te benoemen. En wat de provincie nog bij kan dragen ook aan de bovenregionale agenda? Wat is de behoefte bij de regio’s? Mw. Van der Meijs noemt de frictiekosten. Dhr. Kok vindt dit niet nodig. Door afspraken te maken voor 2 à 3 jaar hoeven er geen frictiekosten te ontstaan. Zorgaanbieders z ijn dan in de gelegenheid af te bouwen en locaties af te stoten. Hij brengt (mede namens Nijmegen) in dat het gesprek zou kunnen gaan over het personeelsvraagstuk. Hij noemt hierbij ook de samenwerking met transitie academie HAN. Dhr. Windhouwer verwijst naar de bijeenkomst op 4 november die georganiseerd was door de rechtbank. Hier kwam aan de orde hoe de toegang naar de Jeugdbescherming en Jeugdreclassering er uit moet gaan zien. Hoe wil men dat gaan organiseren? Kinderrechters en de Raad van de Kinderbescherming hebben het liefst één format. Mw. Weeda vult aan dat bij een bezoek aan de e OG-Heldringstichting tijdens de Week van de Jeugdzorg naar voren is gebracht dat zij als (3 lijns) voorziening te ver van de eerste lijn staan en ook meer naar voren willen bewegen zodat snel op- en afgeschaald kan worden. Mw. Van der Meijs vult aan dat de Hondsberg en het Leo Kannerhuis hetzelfde aangeven. Mw. Eleveld merkt op dat het nuttig is om niet al deze gesprekken zelf te houden maar gezamenlijk op te trekken. Mw. Van der Donk vraagt aandacht voor de kennis en behoefte van de cliënt hierbij. Hoe organiseer je dat zonder dat het eenzijdig wordt. Dhr. Den Besten zou met elkaar willen uitwisselen hoe men met het begrip innovatie omgaat. Verder laat hij weten dat hij enige ergernis bij de notitie van Nijmegen had over het AMHK. In de nieuwe wetgeving valt de functie van het AMHK onder de WMO en hij wil de organisatie dan ook vanuit de lokale invalshoek bekijken. Mw. Eleveld zou het mooi vinden wanneer ook de beleidsplannen straks naast elkaar gelegd worden. Dhr. Berkhoff meldt nog dat de rapportage van Seinstra ook enige verdieping en concretisering geeft aan de TA’s. Dhr. Kok licht nog toe dat hij wat uitgebreider met dhr. Frings heeft gesproken en dat zij er op uit zijn gekomen dat het zinvol is om gezamenlijk na te denken hoe je het personeel op de juiste plekken krijgt. Om een “Sensire” effect te voorkomen moet er een totaalbeeld zijn van de personele capaciteit. Verder zouden afspraken gemaakt kunnen worden over Jeugdzorg Plus, Klinische Jeugd GGZ en 24-uurs spoedzorg. Die onderwerpen die tussen landelijke en regionale schaal vallen. 3
Verder bepleit hij dat zorgaanbieders die in 2013-2014 geld overhouden dit apart kunnen zetten voor eventuele frictiekosten. Mw. Traag meldt dat hier ook naar gekeken wordt. Arnhem wil qua inkoop wel de financieringssystematiek van trajectfinanciering volgen. Dat de provincie wil ondersteunen bij de bovenregionale onderwerpen vindt men een mooi gebaar. Mw. Traag vraagt hoe dit dan gestalte moet krijgen. Voorgesteld wordt dat regio’s daar waar mogelijjk aan de slag gaan met aanbevelingen en de onderwerpen die nu genoemd zijn voor bovenregionale agendering als groslijst in het ambtelijk overleg te concretiseren. Of dit wordt verwerkt in het addendum is wat haar betreft een kwestie van uitwerking. Wat betreft de personele mobiliteit wijst zij er op dat ook de Branche Jeugdzorg initiatieven neemt om dit in beeld te krijgen. Dhr. Windhouwer en dhr. Den Besten geven aan dat gemeenten zorg inkopen maar in principe geen verantwoordelijkheid dragen voor het personele probleem van de zorgaanbieders. Dit geldt ook voor de frictiekosten. Afspraak 3. A. In het ambtelijk platform wordt de groslijst van onderwerpen voor de bovenregionale agenda teruggebracht tot een kort en bondig lijstje. B. Dit lijstje wordt geagendeerd voor de volgende vergadering van het bestuurlijk platform. C. De rapportage zal na verwerking van laatste commentaar van regio’s volgende week definitief worden opgeleverd en ontsloten via de website www.voordegeldersejeugd.nl 3) Consequenties van de experimenten t.a.v. werkstromen/kosten gemeentelijke voorzieningen (inverdieneffecten) Mw. Traag licht toe dat aan Bureau Jeugdzorg is gevraagd om voor 1 december inzichtelijk te maken welke middelen vrijvallen als gevolg van het niet meer indiceren van ambulante hulp. De vrijgevallen middelen worden in 2014 toegevoegd aan het aansluitingsbudget van BJZ. De inzet van BJZ in het voorveld dient plaats te vinden op basis van een plan van de regio. Randvoorwaarde vanuit de provincie is dat het moet passen binnen de wet en het budget van de doeluitkering. Mw. Van der Meijs merkt op dat zij nog maar zo kort gestart zijn met het experiment dat afspraken over de inzet van vrijgevallen middelen voor hen niet zinvol is. Dhr. Schoeman wijst erop dat het geen verschil maakt hoe lang het experiment al loopt. Voor alle regio’s is het dus zinvol om voorstellen voor de inzet te doen. De provincie wil graag voor 1 januari weten welke plannen er met BJZ zijn gemaakt. 4) Overige zaken Gelderland: Ontwikkelingen AMK/SHG In een bestuurlijk overleg van de G4 (Ede, Apeldoorn, Nijmegen en Arnhem) is besloten is om het AMHK op het niveau van de veiligheidsregio te organiseren. Het rapport van Spectrum laat zien dat op deze schaal alles aanwezig is wat nodig is (Veiligheidshuis, politie etc.). Er moet nu nog een bestuurlijke opdracht komen. Mw. Van der Meijs meldt dat voor de Achterhoek (als centrumgemeente) nog niet duidelijk is waar men zich bij aansluit (Arnhem of Apeldoorn). Zij bevestigd wel het idee van dhr. Den Besten dat de vorming van het AMHK “een standalone” discussie is geweest. Dhr. Den Besten vult aan dat hij het belangrijk vindt dat er een lokaal steunpunt huiselijk geweld is, dicht bij de burger. De participerende gemeenten zijn hier onvoldoende bij betrokken. Opgemerkt wordt dat hier organisatie en inhoud niet door elkaar moeten lopen. Dhr. Kok meldt nog dat er geen tijd is voor vertraging en dat nu doorgepakt moet worden. Mw. Traag geeft aan dat zij ook graag m.b.t. het AMHK in maart 2014 een experiment zou willen starten. Verder merkt mw. Traag op dat in de nieuwe Jeugdwet ruimte wordt gecreëerd voor gecertificeerde instellingen om straks ook activiteiten in het kader van “drang” te ontwikkelen. Wat deze taak precies inhoudt en of deze taak überhaupt bij de gecertificeerde instellingen wordt belegd of elders (bijv. AMHK, wijkteam) is aan de samenwerkende gemeenten. Zij geeft aan dat zij het nuttig zou vinden als er begin 2014 al een experimentomgeving wordt opgezet m.b.t. JB & JR. 4
5) Landelijke ontwikkelingen: IPO/VNG, Wetstraject Mw. Traag vraagt of de onafhankelijke commissie die begin 2014 de stand van zaken van de transitie moet beoordelen dezelfde is als de commissie Geluk (TSJ). Volgens de aanwezigen is dit het geval. Men is er wel sceptisch over omdat men nu al binnen 6 weken de beleidsstappen helder zou moeten hebben. Mw. Traag vraagt vervolgens naar de ledenvergadering van de VNG. Mw. Van der Meijs geeft aan dat men niet de handdoek in de ring zal gooien maar dat de gemeenten er wel zwaar aan tillen dat zij door het besluit van staatssecretaris Van Rijn de bezuiniging niet kunnen realiseren. Mogelijk heeft e.e.a. wel consequenties voor de elementen “Jeugd” uit de AWBZ-poot van de transitie. 6) Samenstelling afstemming G7 overleg Dhr. Den Besten pleit ervoor dat het G7 overleg wordt bemenst door de regionale Transitiemanagers. Zij hebben ook mandaat om namens de regio te spreken. Het G7 overleg kan dan ook functioneren als agendacommissie voor het ambtelijk en bestuurlijk platform. Hierbij is ambtelijk ook aangegeven dat de provincie dan meer op de achtergrond zou kunnen blijven. Dhr. Den Besten vind dit geen goed idee gezien de gemeenteraadsverkiezingen in 2014. De provincie is vooral de stabiele factor. Dhr. Kok beaamt dit en voegt toe dat hij van mening is dat de provincie een positieve bijdrage levert aan het transitieproces in Gelderland. Afspraak 4 Het G7 overleg wordt zoveel mogelijk bemenst door de regionale transitiemanagers.
7) Vervolgafspraken Voorstel vergaderdata 2014 Afspraak 5 De voorgestelde vergaderdata voor 2014 worden vastgesteld. 8) Sluiting Tot slot wordt nog gekeken naar een korte film over de Pizza/Volleybal Clinic van 2 oktober: Mw. Traag stelt voor om in het voorjaar weer een pizza/sport bijeenkomst te organiseren. Mogelijk wordt de activiteit dan kickboksen in samenwerking met de winnaar van de Gelderse Jeugdzorg Award 2013 (Omar Ahbouk van Omar Gym). De aanwezigen hebben hier wel belangstelling voor als het i.v.m. de verkiezingen maar vroeg in februari plaatsvindt. Dhr. Van den Berg geeft aan dat hij terughoudend is i.v.m. de activiteit van kickboksen. Dhr. Kok merkt op dat Omar kent en dat deze erg veel oog heeft voor de pedagogische aspecten van sport.. Afspraak 6. Mw. Traag nodigt t.z.t. de leden van het bestuurlijk platform uit voor een Pizzabijeenkomst in februari 2014. .
5