P R O C O R O West-Vlaanderen Provinciale Commissie voor Ruimtelijke Ordening West-Vlaanderen Provinciehuis Boeverbos Koning Leopold III-laan 41 B-8200 Sint-Andries Tel. 050 40 35 37
Brugge 1 maart 2007 verslag 61
AGENDAPUNTEN 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Goedkeuring ontwerp verslag nr 60 (1 februari 2007) .................................................................. p.02 Advisering jaarprogramma ruimtelijke ordening 2007 (inclusief stand van zaken uitvoering provinciaal jaarprogramma ruimtelijke ordening 2006)................................................................................. p.02 Behandeling adviezen en bezwaren aanvraag planologisch attest autobedrijf Geeraerd (Knokke-Heist) p.03 Behandeling adviezen en bezwaarschriften nav het openbaar onderzoek ontwerp-provinciaal RUP Vulsteke te Staden ........................................................................................................... p.05 Stand van zaken..................................................................................................................... p.18 Varia..................................................................................................................................... p.19
AANWEZIG • -
Effectieve leden: Dhr. Charles VERMEERSCH Dhr. Koen DEWULF Dhr. Frank DE BAERE Dhr. Fabiaan VAN DE SANDE Dhr. Evert DE PAUW Dhr. Guido VANDENBROUCKE Dhr. Eric VANDORPE Dhr. André SONNEVILLE Dhr. Bernard MAENHOUDT Dhr. Franky ROELS Dhr. Piet GELLYNCK Dhr. Eric BOUSSERY Dhr. Stefaan LOMBAERT Mevr. Magda MONBALLYU Dhr. Marc RYCKAERT
Voorzitter PROCORO Ondervoorzitter PROCORO - Dienst Vergunningen Dienst Vergunningen – sectie ruimtelijke ordening Dienst ruimtelijke planning en mobiliteit Dienst ruimtelijke planning en mobiliteit Natuurpunt vzw Bond Beter Leefmilieu vzw UNIZO VOKA-Kamer van Koophandel West-Vlaanderen ABVV VRP Algemeen Boerensyndicaat Provinciale Dienst Welzijn Westtoer Provinciale Dienst Cultuur
• -
Plaatsvervangende leden: Dhr. Dirk VERTE Dhr. Maarten STEUR
VRP Boerenbond
• • •
vertegenwoordigers politieke fractie: Dhr. Marc VANPAEMEL Dhr. Luc VANDE CAVEYE Dhr. Luc SCHELFHOUT
GROEN! CD&V Vlaams Belang
-
vaste secretaris Dhr. Stephaan BARBERY
Secretaris PROCORO
VERONTSCHULDIGD • -
effectieve leden: Dhr. Bart DOCHY Dhr. Eric VAN POUCKE Mevr. Charlotte GELDOF Dhr. Lieven LOUWAGIE Dhr. Lode VANDEN BUSSCHE Dhr. Martin DEMAN
•
Plaatsvervangende leden:
•
vertegenwoordigers politieke fractie:
Boerenbond ACV VRP Dienst Landbouw Dienst EEG – economie Provinciale Technische Dienst Wegen
AFWEZIG • -
Effectieve leden: Dhr. Theo VITSE
Vlaamse Hoge Bosraad
• -
vertegenwoordigers politieke fractie: Dhr. Patrick DE KLERCK Dhr. Peter ROOSE
VLD SP.a
1
VERSLAG De voorzitter, Charles Vermeersch, opent de vergadering.
1. Goedkeuring ontwerp verslag nr 60 (1 februari 2006) Er zijn geen schriftelijke en mondelinge opmerkingen over het verslag. Het verslag wordt met éénparigheid van stemmen goedgekeurd.
2. Advisering jaarprogramma ruimtelijke ordening 2007 (inclusief stand van zaken uitvoering provinciaal jaarprogramma ruimtelijke ordening 2006) De heer Fabiaan Van de Sande (diensthoofd dienst ruimtelijke planning en mobiliteit) licht het jaarprogramma toe. Hierbij is er een overzicht van de stand van zaken van de lopende projecten.
De heer Fabiaan Van de Sande vermeldt dat de deputatie intussen beslist heeft om 3 bijkomende ruimtelijke planners aan te werven. Een lid vraagt hoe de prioriteiten werden vastgelegd? De heer Fabiaan Van de Sande antwoordt dat enerzijds opgestarte projecten verder lopen. Anderzijds zijn er nieuwe projecten, die dit jaar zullen worden opgestart. De keuze voor deze projecten zijn er gekomen op basis van contacten met gemeentebesturen en maatschappelijke actoren. Dit jaar vormen de afbakeningsprocessen een prioriteit. Er zijn reeds afbakeningsprocessen van kleinstedelijke gebieden opgestart. Een lid wil weten of deze afbakeningsprocessen worden versneld. De heer Fabiaan Van de Sande verwijst naar het jaarprogramma waar een planning is opgesteld voor de lopende en nieuwe afbakeningsprocessen. In het jaarprogramma staat dat er afbakeningsprocessen mogelijks worden opgestart. Betekent dit dat deze afbakeningsprocessen toch niet worden opgestart in 2007? De heer Fabiaan van de Sande verduidelijkt dat het woordje ‘mogelijks’ mag worden geschrapt daar er drie bijkomende planners zullen worden aangeworven. Een lid wenst te weten of er met bijkomend personeel nog mogelijkheden zijn om noodwendigheden op te vangen? De heer Fabiaan Van de Sande zegt dat er nog marge is om bijvoorbeeld planologische attesten te kunnen behandelen. Binnen de PROCORO wordt verder gesproken over subsidiariteit en de toepassing ervan in Wallonië. Voorts is er een pleidooi om de afbakeningslijn niet als een juridische lijn te vertalen maar eerder te zien als een beleidslijn. Ook het dubbele werk met enerzijds de opmaak van een gemeentelijk ruimtelijk structuurplan door de steden en anderzijds het afbakeningsproces, wordt in de vergadering aangekaart. In 2006 stond in het jaarprogramma de opmaak van ruimtelijke uitvoeringsplannen voor natuurverbindingsgebieden. Een lid stelt vast dat dit niet meer is opgenomen in het jaarprogramma 2007. Bij de stand van zaken wordt aangegeven dat het gebruik van ruimtelijke planningsinstrumenten hiervoor niet nodig zijn. Een lid meent dat dit wel nodig is en er een lijst van natuurverbindingsgebieden hierover kan worden opgemaakt. Een ander lid verwijst naar het jaarprogramma 2003 waar het reeds stond vermeld. Het lid vraagt om ten minste één ruimtelijk uitvoeringsplan op te maken voor een natuurverbindingsgebied. De heer Fabiaan Van de Sande verduidelijkt dat het niet de bedoeling is dat er nooit een ruimtelijk uitvoeringsplan moet opgemaakt worden voor een natuurverbindingsgebied. Vanuit de gesprekken met de gebiedswerking en de dienst MINAWA (milieu-natuur-water) is gebleken dat het planinstrumentarium enkel dient gebruikt te worden waar nodig. De keuze is dat dit op heden niet nodig blijkt te zijn. De prioriteit bij natuur en landschap wordt gelegd bij de afwerking van de visie op windturbines. Bij het jaarprogramma wordt eveneens de link gelegd met de begroting. Een lid stelt vast dat er minder middelen voorzien zijn dan in 2006. 2
De heer Fabiaan Van de Sande zegt dat de middelen in 2006 niet volledig zijn aangewend omwille van een tekort aan personeel. Minder personeel betekent dat er minder projecten kunnen uitbesteed en opgevolgd worden. Een lid verwijst naar een bijhorende kaart met een stand van zaken van de gemeentelijke ruimtelijk structuurplannen. Het lid vindt de kaart al veel duidelijker door het feit dat de namen van een aantal gemeenten erop staat. Het lid vraagt om alle namen van de gemeenten te vermelden. De heer Fabiaan Van de Sande antwoordt dat het technisch nog niet kan maar er wordt aan gewerkt. In het jaarprogramma staat dat gewestelijke planningsprocessen waaronder de herziening van het Ruimtelijk Structuuplan Vlaanderen zullen worden opgevolgd. Een lid zegt dat de planperiode (1/1/2007) is afgelopen. De herziening van RSV komt eraan. Het lid stelt vast dat er geen vermelding staat om de actualisering van de programmatorische elementen en/of wijziging van het provinciaal structuurplan op te starten. De heer Fabiaan Van de Sande verwijst naar de opmaak van een provinciale beleidsnota die het beleid voor de komende legislatuur zal vastleggen. Daarin zullen dergelijke elementen aan bod moeten komen. Het is niet de bedoeling om het dit jaar op te starten. Binnen de PROCORO wordt een pleidooi gehouden om ook te leren werken met onzekerheden. Niet alles kan voorzien worden terwijl er in de maatschappij een ongebreidelde roep is naar rechtszekerheid. Een ander lid verwijst naar het vergunningenbeleid, die eveneens een middel is om de ruimtelijke ordening te sturen. Hierbij krijgen de gemeenten een belangrijke opdracht éénmaal ze ontvoogd zijn. Een lid meent dat het niet kan dat in het vergunningenbeleid alles afhangt van één persoon om te beslissen. De nieuwe procedures zouden dit moeten wegwerken. Op de vorige bijeenkomst heeft de voorzitter verslag uitgebracht over de uitgaven van PROCORO. Hieruit bleek dat 15000 euro niet volstond. Een lid merkt op dat er terug 15000 euro is voorzien. In relatie met de vraag voor een hogere zitpenning zullen deze middelen niet voldoende zijn. De heer Fabiaan Van de Sande verduidelijkt dat de ontwerp - begroting reeds ver gevorderd was toen bleek dat de voorziene 15000 euro onvoldoende was. Binnen de begroting is er een zekere soepelheid om budgetten te verschuiven waardoor er geen probleem zal zijn indien blijkt dat de 15000 euro onvoldoende is. Er is ook nog een mogelijkheid voor een begrotingswijziging. De vraag van de PROCORO voor een hogere zitpenning werd intussen overgemaakt aan de gedeputeerde Patrick Van Gheluwe. De gedeputeerde had begrip voor de vraag en zal dit verder bekijken, ook in relatie met andere commissies. Een lid verwijst naar de samenwerking tussen de drie beleidsniveaus waarbij soms wrevel ontstaat bij de gemeenten. Het lid houdt een pleidooi om de gemeenten te zien als partners.
De PROCORO adviseert het jaarprogramma gunstig met éénparigheid van stemmen. De vertegenwoordigers van de politieke fracties verlaten de vergadering. De heer André Sonneville verlaat de zaal.
3. Behandeling adviezen en bezwaren aanvraag planologisch attest autobedrijf Geeraerd (Knokke-Heist) De vaste secretaris geeft de toelichting. Een voorstel van advies wordt rondgedeeld. 3.1. Situering Dhr. Hugues Geeraerd heeft een aanvraag ingediend om het bedrijf “Geeraerd NV”, Natiënlaan 144 te 8300 Knokke-Heist uit te breiden. Het betreft een garage met als doel de distributie van motorvoertuigen en onderdelen, alsook de uitbating van werkplaatsen voor herstellingen. Het bedrijf is concessionaris van de merken Volkswagen, Volkswagen bedrijfsvoertuigen, Audi en Porsche. Op korte termijn wenst men een nieuwe stockageruimte te bouwen, alsook een carrosserie. Tevens wordt een nieuwe showroom en werkplaats voor het merk Porsche voorzien. Dit op vraag van de merken die een opsplitsing van de showroom willen. Er wordt ook een bijkomende parking voorzien. Op lange termijn wordt achter de showroom van Porsche en de carrosserie nog een bijkomende werkplaats voorzien.
3
3.2. Aangeschreven instellingen, administraties en besturen Gemeente Knokke-Heist; Agentschap Economie; LNE Land- en Bodembescherming, Ondergrond, Natuurlijke rijkdommen; Agentschap Infrastructuur; Toerisme Vlaanderen; POM West-Vlaanderen.
3.3. Openbaar onderzoek van 19 december 2006 tot en met 18 januari 2007
3.4. Samenvatting adviezen 1. Agentschap Economie (22/12/06, ontvangen 03/01/07) Gunstig advies omwille van volgende redenen: Het betreft een vergund bedrijf dat een continue groei van omzet en tewerkstelling kent. De garage is een belangrijke KMO voor de lokale economie. Een uitbreiding van de totale oppervlakte is noodzakelijk voor een efficiënte bedrijfsvoering en een verdere groei. Voor de klantenbinding is het erg belangrijk dat aan de concessievoorwaarden van de constructeurs wordt voldaan. Zij vragen aparte toonzalen. Deze evolutie geschiedt buiten de wil van het bedrijf om. Door het bij elkaar houden van de drie merken op één locatie kan men blijvend gebruik maken van een collectieve werkplaats. Het bedrijf heeft de gronden voor de uitbreiding verworven en de uitbreiding is bedrijfseconomisch haalbaar. In Knokke-Heist is er een duidelijke vraag naar een verkoop- en onderhoudspunt van luxewagens.
2. LNE Land en Bodembescherming, Ondergrond, Natuurlijke Rijkdommen (05/01/07, poststempel 05/01/07, ontvangen 08/01/07) Gunstig advies. De dienst merkt op dat bestemmingswijzigingen van ontginningsgebieden globaal per delfstoffengebied moeten bekeken worden. De dienst heeft echter begrip voor de vraag om ter plaatse de bestaande activiteiten op een economisch verantwoorde wijze te kunnen verder zetten.
4. Zwin-Polder (05/01/07, poststempel 05/01/07, ontvangen 09/01/07) Heeft volgende opmerkingen: De Rietveldader (waterloop 3de categorie) zou bij uitbreiding middenin het bedrijventerrein komen te liggen. Een omlegging dringt zich op. Deze omlegging dient volledig gerealiseerd op de eigendom van de aanvrager en op diens kosten. Naast de beek dient een zone non-aedificandi van 5 meter breed voorzien te worden. Bomen binnen deze vijfmeterzone kunnen slechts worden toegestaan wanneer ze op de kruin van de waterloop staan en minstens 8 meter van elkaar verwijderd staan. Een waterdoorlatende verharding van deze vijfmeterzone dient uitgevoerd door en op kosten van de eigenaar. Er dient op het terrein van de aanvrager een bufferbekken opgericht te worden met voldoende bergingscapaciteit en vertraagde afvoer naar het waterlopenstelsel. Ten behoeve van de watertoets wordt de aandacht gevestigd op de peilregeling in de polder. Er wordt aangeraden om geen duurzame constructies op te richten beneden 3 m TAW. 5. LNE Dienst Veiligheidsrapportering (19/12/06, poststempel 09/01/07, ontvangen 10/01/07 Gunstig advies omwille van volgende redenen: Garage Geeraerd is geen seveso-inrichting. In een straal van 2 km rond de garage bevinden er zich geen seveso-inrichtingen.
6. Toerisme Vlaanderen (09/01/07, poststempel 09/01/07, ontvangen 10/01/07) Er wordt voorbehoud gemaakt bij de uitbreiding omwille van volgende reden: Er wordt gepleit om een open venster te behouden van de Natiënlaan op de toekomstige golf. Een uitbreiding kan overwogen worden mits de open corridor gevrijwaard blijft (dus misschien eerder naar achter toe uitbouwen en/of de uitbreiding beperken in de breedte.
7. POM West-Vlaanderen (10/01/07, poststempel 10/01/07, ontvangen 11/01/07) Gunstig advies. Wel volgende bemerkingen: Op het plan “Inplanting – terreinprofiel BT – foto’s omgeving” is er onder deelplan 6 sprake van 7000 m² die dient aangekocht te worden. Deelplan 7 spreekt over 4000 m². Kan dit verduidelijkt worden en aangevuld met een ruimtebalans? 4
-
De ruimtelijke behoefte op lange termijn dient beter onderbouwd te worden.
3.4. Samenvatting bezwaren en opmerkingen 3. Car Rental NV (27/12/06, poststempel 29/12/06, ontvangen 03/01/07) Laat weten dat ze het project van Geeraerd NV volledig steunen.
3.5. Advies PROCORO De PROCORO adviseert de Deputatie om de huidige aanvraag van planologisch attest voor het bedrijf Geeraerd NV ongunstig te adviseren, zowel voor wat betreft de korte als de lange termijn. In het kader van de afbakening van het kleinstedelijk gebied Knokke-Heist werd een strategisch projectgebied geselecteerd. De garage Geeraerd is gelegen aan de rand van dit strategisch projectgebied. Een belangrijk visie-element voor het strategisch projectgebied is het behouden van voldoende visuele relaties van op de Natiënlaan met de open ruimte in het gebied. De voorgestelde uitbreiding vrijwaart helemaal niet deze visuele relaties. Bovendien getuigt de huidige aanvraag niet van zuinig ruimtegebruik. De totale uitbreiding van het bedrijf betekent meer dan een verdubbeling van de huidige omvang. Daarenboven wordt ter hoogte van de Natiënlaan een restruimte gecreëerd. Ook het voorzien van een extra ontsluiting (vraag op lange termijn) kan niet worden aanvaard omdat de Natiënlaan functioneert als bovenlokale weg. Een compactere uitbreiding is wel ruimtelijk verantwoordbaar. Hierbij dient rekening gehouden te worden met de visuele relaties met het strategisch projectgebied. Bovendien kan er maar één ontsluiting op de Natiënlaan voorzien worden. Hiermee wordt het advies van Toerisme Vlaanderen gevolgd. De gunstige adviezen worden niet gevolgd vanwege het belang van de visuele relaties met het strategisch projectgebied. De PROCORO betreurt dat het stadsbestuur van Knokke-Heist geen advies heeft gegeven. De PROCORO adviseert de aanvrager om een nieuwe aanvraag in te dienen, waarbij rekening gehouden wordt met bovenstaande opmerkingen.
Het advies werd aangenomen met : Ja (13): Frank De Baere, Dirk Verté, Piet Gellynck, Magda Monballyu, Evert de Pauw, Fabiaan Van de Sande, Stefaan Lombaert, Maarten Steur, Eric Boussery, Guido Vandenbroucke, Eric Vandorpe, Koen Dewulf, Charles Vermeersch Onthouding (3): Franky Roels, Bernard Maenhoudt, Marc Ryckaert Nee (0) Minderheidsstandpunt: Het bedrijf moet voorzien in aparte showrooms voor beide automerken. Een uitbreiding is dan ook noodzakelijk. Het bedrijf ziet de uitbreiding op gronden in eigendom. Een bedrijf kan moeilijk voorstellen om uit te breiden op gronden die niet in eigendom zijn.
De heer André Sonneville vervoegt de vergadering. Mevrouw Magda Monballyu verlaat de vergadering.
4. Behandeling adviezen en bezwaarschriften nav het openbaar onderzoek ontwerp-provinciaal RUP Vulsteke te Staden De heer Bart Verbeke (dienst ruimtelijke planning en mobiliteit) licht toe welke aanpassingen gebeurd zijn aan het plan ten opzichte van het voorontwerp dat werd voorgelegd ten behoeve van de plenaire vergadering. De vaste secretaris overloopt de binnengekomen adviezen en bezwaren.
Gelet op de vele bezwaarschriften van omwonenden werd een afvaardiging van de gemeentebestuur Staden uitgenodigd. Mevrouw de burgemeester Josiane Lowie en de heer Wouter Tyberghien, stedenbouwkundige ambtenaar, zijn aanwezig.. Mevrouw de burgemeester Josiane Lowie licht het standpunt toe van de gemeente. Hierin stelt de gemeente dat er op die locatie steeds bedrijvigheid is geweest. Dit werd geregeld in een BPA. Het gemeentebestuur 5
wenst uitdrukkelijk dat er opnieuw – binnen bepaalde randvoorwaarden - bedrijvigheid op deze site tot stand komt Er worden informatieve vragen gesteld vanuit de PROCORO Na het horen van de gemeente, gaat de PROCORO over tot de beraadslaging. Mevrouw de burgemeester Josiane Lowie en de heer Wouter Tyberghien, stedenbouwkundige ambtenaar, verlaten de zaal
4.1. Adviezen van overheden 1. Vlaamse Regering (M.B. 21/12/06, ontvangen 04/01/07) Ongunstig advies. Dit zijn de opmerkingen: 1. De optie om de herlokalisatie en uitbreidingsbehoeften van het bedrijf Vulsteke juridisch vast te leggen is niet zonder meer in overeenstemming met de optie om op Vlaams niveau bestaande bedrijven buiten bedrijventerreinen maximaal te verweven in de omgeving en de mogelijkheden voor de ontwikkeling op de bestaande locatie uitputtend aan te wenden. 2. Het profiel van de site voor het hergebruik is onvoldoende onderzocht. Er moet worden aangetoond dat de voorgestelde site de beste locatie is voor een bedrijf dat gespecialiseerd is in containertransport in en recyclage van bouwafval, rekening houdend met de eisen van het bedrijf, de ruimtelijke context en de ruimtelijk-economische visie op Staden. 3. Het plan verwijst voornamelijk naar de ruimtelijk-economische visie op Staden. Deze bevat weinig echte specifieke visie-elementen die toelaten om een concrete uitspraak te doen betreffende voorliggende herlokalisatieproblematiek. De visie dient verder uitgewerkt te worden zodat verduidelijkt wordt welk type economische activiteiten in Staden kunnen worden ingeplant. Hierbij is het eveneens van belang om de relatie te leggen tussen de verschillende regionale bedrijven (en hergebruikte sites). Zo ligt het bedrijf Westfro in de nabijheid van het plangebied maar blijkt niet of de uitbreiding van Westfro in combinatie met de herlokalisatie van Vulsteke een impact zal hebben op de N36 en op de omliggende woonomgeving. 4. Verschillende adviezen maken melding van een waterproblematiek in deze zone. De vraag stelt zich of het aangewezen is om een bedrijf dat nood heeft aan veel waterondoorlatende verharding naar deze plek te herlokaliseren. De waterproblematiek moet verder onderzocht worden. 5. De bijkomende inname van agrarisch gebied is niet evident aangezien het over hergebruik van een bestaande site gaat. Bovendien is de behoefte om deze bijkomende ruimte in te nemen onvoldoende aangetoond. 6. De bufferzone aan de noordzijde moet beperkt worden tot de site van het bedrijf zelf. De beek kan niet worden meegenomen als bufferend element. 7. Er kan worden ingestemd met de optie om de verlaten site een nieuwe invulling te geven, echter binnen de beperkingen van de site. Rekening houdend met die beperkingen kan de vraag gesteld worden of de site de meest geschikte locatie is voor de activiteiten van het bedrijf Vulsteke. advies PROCORO 1. Momenteel gebruikt het bedrijf 2 sites in Kortemark: een site gelegen langs de Ieperstraat (aansluitend bij Sint-Jozef) en een site langs een zijstraat van de Hoogledestraat (oud terrein van Distrigas). Het oud terrein van Distrigas (opslag van puin en aarde) wordt momenteel volledig illegaal gebruikt. De opslag daar zal dan ook op korte termijn herlokaliseren naar de site in Staden. De andere site langs de Ieperstraat wordt op termijn geherlokaliseerd naar Staden. De site in Staden (gelegen langs een secundaire weg) is qua ontsluiting beter gelegen dan de beide sites in Kortemark (ontsluiting via lokale wegen). Het is dus niet aangewezen om verder te investeren in de sites in Kortemark. Een herlokalisatie naar de site in Staden is meer aangewezen. Wel dient erover gewaakt dat het bedrijf binnen afzienbare tijd volledig herlokaliseert (ook de site aansluitend bij Sint-Jozef), zoniet dreigt er teveel verkeer tussen de 2 sites te verlopen. 2. De leegstaande site is een opportuniteit die zich op vandaag voordoet. De vraag is niet of de site de beste locatie vormt voor een dergelijk bedrijf. De vraag is wel of de inplanting van een dergelijk bedrijf op deze site ruimtelijk aanvaardbaar is. De PROCORO adviseert om bijkomend te motiveren dat deze site geschikt is voor dergelijke activiteiten. 3. De opmerking is terecht. De PROCORO adviseert om de ontbrekende visie-elementen in de memorie van toelichting verder aan te vullen. 4. De opmerking is onterecht. De site ligt niet in overstromingsgebied. Bovendien worden er in de voorschriften voldoende garanties ingeschreven zodat het waterbergend vermogen van de site zeker niet zal verminderen. 5. De opmerking is onterecht. Ten opzichte van het nu geldende BPA wordt geen bijkomende ruimte voor bedrijvigheid ingenomen. 6
6. De opmerking is terecht. De PROCORO adviseert om de bedrijfssite te begrenzen zoals in het huidige BPA. De Luikebeek en de zijtak dienen te worden beschouwd als uiterste begrenzing van de site, buffers inbegrepen. Dit impliceert ook dat de buffers dienen op te schuiven. 7. De PROCORO adviseert om bijkomend te motiveren dat deze site geschikt is voor dergelijke activiteiten.
2. Gemeente Staden (18/12/06, poststempel 22/12/06, ontvangen 03/01/07) Gunstig advies, mits rekening wordt gehouden met volgende opmerkingen: 1. In het BPA De Kantonnier heeft de zone de bestemming bedrijvigheid gekregen. Het behoud van deze zone als zone voor bedrijvigheid moet niet meer in vraag gesteld worden, wegens niet in strijd met de structuurplannen. Vandaar dat het niet zinvol is om de invulling van de site te beperken naar soort activiteit en naar aantal bedrijven. 2. De gemeente zou hier als lokale actor en dichtst betrokken overheid meer ruimte moeten krijgen bij de invulling van deze site. 3. In de voorschriften worden diverse algemene termen gebruikt zonder toelichting of definitie. Dit geeft aanleiding tot onduidelijkheid, discussie en rechtsonzekerheid. Een andere omschrijving of een verduidelijking van deze termen is dan ook wenselijk. 4. In de voorschriften worden voorwaarden opgelegd die niet uitvoerbaar zijn: a. Stapelen mag niet zichtbaar zijn vanaf de openbare weg. De site ligt rondom in het zicht van een openbare weg. Het is dus niet mogelijk de site volledig af te sluiten en dit is ook niet conform de gemeentelijke verordening inzake de integratie van bedrijfsgebouwen, die een integratie nastreeft door een combinatie van inplanting, vormgeving, kleur en groenaanplant. b. Er mag geen doorkijk zijn in de buffer. Het aanplanten van een volledig dicht groenscherm is bijna niet mogelijk en tegengesteld aan de visie van de gemeente (zie ook a). c. Geluidsbermen of schermen dienen verplicht aangelegd te worden. Wat indien er vanuit milieuwetgeving geen geluidsberm moet aangelegd worden of indien dit op een andere plaats dient te gebeuren? d. Er mag geen bijkomende toestroom komen van water naar de Luikebeek. Dit zou inhouden dat het principe van de vertraagde afvoer van hemelwater niet mogelijk is. Wat indien er geen andere optie is? 5. Het al of niet toelaten van dieren in de bufferzone doet hier niet ter zake en heeft geen invloed op de kwaliteit van de bufferzone. 6. Betreffende de memorie van toelichting volgende opmerkingen: a. Het feit dat er op de site in Kortemark een bouwovertreding zit doet hier niet ter zake. b. De vermelde omzetten hebben betrekking op 2 verschillende vennootschappen. Dit is niet af te leiden uit de tekst. 7. In de memorie van toelichting wordt gesteld dat het hier zou gaan over bijkomende ruimte voor bedrijvigheid. Dit klopt echter niet aangezien het gaat over bestaand aanbod (BPA De Kantonnier). Er wordt zelfs de afweging gemaakt of de bedrijfssite niet aan het aanbod kan worden onttrokken. Deze afweging is helemaal niet op zijn plaats omdat er geen sprake is van een uitbreiding van het aanbod aan bedrijfsoppervlakte en omdat dit enkel van toepassing is voor terreinen die niet in gebruik zijn voor bedrijvigheid. Dit terrein is echter in gebruik. advies PROCORO 1. De opmerking is onterecht. Het is niet omdat het over een bestaand bedrijventerrein gaat dat alle soorten activiteiten zomaar dienen toegelaten te worden. Het bestaande BPA is ook op maat van het vroegere bedrijf geschreven. Wel adviseert de PROCORO om geen onderscheid te maken tussen de zone voor bedrijfsactiviteiten gelinkt aan de bouwsector en de zone voor verharding. 2. De opmerking is onterecht. Vanwege haar ruimte-inname is de site duidelijk van bovenlokaal niveau. Gezien Staden is geselecteerd als specifiek economisch knooppunt komt het de provincie toe om de ontwikkelingsperspectieven te bepalen. 3. De PROCORO adviseert om de voorschriften te screenen en waar nodig termen bijkomend te definiëren in de toelichtende kolom. 4. a en b. De opmerking is deels terecht. De site moet zoveel mogelijk afgeschermd worden maar het lijkt moeilijk om de site volledig af te sluiten, zeker ter hoogte van de toegang. Er wordt voorgesteld om de voorschriften aan te passen in de zin dat het bedrijf dient geïntegreerd te worden in de omgeving mits de nodige beplantingen. c. De opmerking is terecht. Het voorzien van geluidsbermen en/of –schermen dient bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. De PROCORO adviseert dan ook om alle voorschriften met betrekking tot de milieuproblematiek te schrappen en te vervangen door een algemene voorschrift dat de nodige voorzieningen dienen getroffen te worden met betrekking op mogelijke milieuhinder ten aanzien van de omgeving. d. De opmerking is terecht. Een vertragende afvoer moet mogelijk blijven. 5. De opmerking is onterecht. Het gaat over een voorbeeld dat wordt gegeven in de toelichtende kolom. 7
6. a. De opmerking is deels onterecht. Het feit dat de site van Distrigas dient ontruimd te worden is juist een deel van de motivatie om de site in Staden aan te snijden. De PROCORO adviseert bijkomend om een duidelijker beeld te schetsen van de activiteiten op de huidige sites in Kortemark. b. De opmerking is terecht. Er wordt geadviseerd om de tekst te verduidelijken. 7. De opmerking is onterecht. Deze afweging dient wel te gebeuren. De site is officieel niet in gebruik. Voorts staat dit in het PRS-WV dat wanneer de toebedeelde taakstelling overschreden is, moet onderzocht worden of er aanbod kan onttrokken worden (cfr scenario’s in PRS-WV).
4.2. Opmerkingen en bezwaren 3. Patrick en Christa Soenen - Vanclooster (18/12/06, poststempel 22/12/06, ontvangen 03/01/06) Dienen bezwaar in met de eis tot goed omschreven voorschriften met duidelijke beperkingen:: 1. Bij de 1ste aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning dient een aanplantingsplan voor schermgroen toegevoegd te worden. Het kan echter nog lang duren vooraleer deze vergunning wordt aangevraagd. Omdat groen tijd nodig heeft om te groeien dient een timing opgelegd te worden. Ook vormvereisten (met namen van planten) dienen vermeld te worden. 2. Er is stof- en lawaaihinder voor de buurtbewoners. Het stof zorgt voor verontreiniging en betekent een gevaar voor de volksgezondheid. Om stof- en lawaaihinder te beperken lijkt het noodzakelijk om bedrijfsactiviteiten als zeven en breken binnen de bedrijfsgebouwen te laten plaatsvinden. 3. Het plan laat uiteenlopende activiteiten in de bouwsector toe. Dit is te ruim. Het lijkt noodzakelijk om een verbod op asbestverwerking, chemische verwerking en verbranding te laten gelden. 4. Het plan bepaalt een maximale stapelhoogte van 10 meter. Hoe wordt het 0-niveau bepaald? 5. Voor de geluidsdempende omheining lijkt ons een minimumhoogte van 10 meter evident. Ook hier moeten strikte vormvereisten en timing opgelegd worden. 6. Wij vragen een striktere controle zodat het transport van en naar het moederbedrijf in Kortemark niet zou gebeuren langs woonwijken en woonstraten. 7. Het plan biedt geen of weinig garanties omtrent het zuiveren van afvalwater. Bij het overlopen van opvang- en bezinkputten kan ‘vuil’ in het milieu terecht komen. Ook hier moeten strikte vormvereisten opgelegd worden. 8. Het document geeft aan dat Vulsteke uniek is in zijn soort. Er zijn echter in Staden nog 2 bedrijven met soortgelijke activiteiten waardoor er een concentratie ontstaat van hinderlijke bedrijven. Er mag niet nog meer fijn stof in de lucht terecht komen. advies PROCORO 1. De opmerking is onterecht. De aanplant van de bufferzone dient te gebeuren alvorens een stedenbouwkundige vergunning kan verkregen worden omdat er op die manier een garantie bestaat dat de buffer effectief zal worden gerealiseerd. De borgsom vormt een bijkomende garantie. Verder is het niet aangewezen om verdere vormvereisten te bepalen. Er is al bepaald dat het moet gaan over streekeigen soorten met minimum 20% bladhoudende planten. 2. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 3. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 4. De opmerking is terecht. De PROCORO adviseert om het referentiepeil duidelijk te definiëren. 5. Het voorzien van geluidsbermen en/of –schermen dient bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 6. De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan. 7. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 8. De opmerking is deels terecht. Er wordt geadviseerd om de stelling dat Vulsteke concurrentieloos is binnen een straal van 50 km te schrappen. De opmerking over het fijn stof heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning.
4. NV Vulsteke Recycling (11/12/06, afgegeven, ontvangen 14/12/06) Dient bezwaar in omdat de voorschriften niet overal eenduidig en onbetwistbaar zijn: 1. In artikel 0.2 staat te lezen: “… Binnen deze gebouwen kan een normale exploitatie geschieden…” Het is raadzaam te omschrijven wat bedoeld wordt met ‘normale’ exploitatie. 2. In artikel 1.1.1 staat te lezen: “… Het aldaar gevestigd bedrijf…” Deze bepaling hypothekeert ons bedrijf omdat het belet om in te spelen op economische, fiscale, technische en andere noodzaken. Het hypothekeert eveneens de waarde van onze terreinen en gebouwen, omdat ons eigendomsrecht wordt geschaad of beperkt.
8
3. In artikel 1.1.1 staat te lezen: “… behorende tot de zelfde technische bedrijfsentiteit…” Dit voorschrift spreekt zich uit over organisatorische aspecten van de bedrijfsvoering die niet relevant zijn voor de ordening van de ruimte en de impact ervan op de omgeving. 4. In artikel 1.1.1 staat te lezen “Deze zone is bestemd voor stapelen in open lucht, van producten gelinkt aan de bouwsector, op voorwaarde dat deze stapelplaatsen niet zichtbaar zijn van op de openbare weg.” en in artikel 1.2.2 staat te lezen: “stapelen: niet toegelaten indien zichtbaar vanop de openbare weg”. Deze voorwaarde is voor het bedrijf niet haalbaar: a. De bergen puin kunnen gemakkelijk hoogtes van 10 meter en meer aannemen. Dus ook het bufferend groen dient minstens zo hoog te zijn. In de winter is een visuele buffer al helemaal niet realiseerbaar. Een voorschrift dat integratie en inkleding vooropstelt lijkt nuttiger en realiseerbaar. b. Het hoogteverschil op de site zorgt ervoor dat de buffer achteraan de site nog hoger zou moeten zijn om het puin op het hoger gelegen deel volledig visueel te kunnen afschermen. c. Ter hoogte van de inrit op de N36 blijft er sowieso een inkijk. d. Gestockeerde teelaarde begroeit reeds na een tweetal weken. Het lijkt weinig zinvol deze bergen weg te steken. 5. In artikel 1.2.1 staat te lezen “… maximale geluidswerende en stofwerende maatregelen…” De term ‘maximale’ kan voor verwarring zorgen. Het is aangewezen deze term te schrappen omdat een dergelijke aangelegenheid toch bij de milieuvergunning wordt bepaald. 6. In artikel 1.2.2 staat te lezen: “waterberging: Zeer concreet moet het bedrijf voldoende maatregelen nemen zodanig dat er geen bijkomende toestroom van water naar de Luikebeek plaatsvindt.” Deze bepaling lijkt ons absurd en volstrekt niet naleefbaar. 7. Voor de afbakening van de bufferzone (zone 3) wordt voorgesteld om de gronden in eigendom maximaal aan te wenden voor buffering aan de noordzijde van de beek. Op die manier kan de zone 2 maximaal uitgebreid en benut worden met behoud van de oorspronkelijke breedte van de bufferzone. advies PROCORO 1. De opmerking is terecht. Er wordt geadviseerd om in de toelichtende kolom het begrip te verduidelijken. 2. De opmerking is onterecht. Een RUP kan activiteiten beperken en invloed uitoefenen op het eigendomsrecht. Het is niet aangewezen om op de site allerhande activiteiten of meerdere bedrijven toe te laten. Wel adviseert de PROCORO om de uitdrukking “het aldaar gevestigd bedrijf” te vervangen door “een bedrijf”, omdat er op vandaag officieel geen bedrijf aanwezig is. 3. De opmerking is onterecht. Er wordt op de site maar één technische bedrijfsentiteit toegestaan om te voorkomen dat delen van de site door andere bedrijven zouden worden ingenomen die op termijn een uitbreiding van de site zouden willen. Dit heeft dus wel invloed op de ordening van de ruimte. 4. De opmerking is deels terecht. De site moet zoveel mogelijk afgeschermd worden maar het lijkt moeilijk om de site volledig af te sluiten, zeker ter hoogte van de toegang. Er wordt voorgesteld om de voorschriften aan te passen in de zin dat het bedrijf dient geïntegreerd te worden mits de nodige beplantingen. 5. De opmerking is terecht. Deze problematiek dient bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. De PROCORO adviseert dan ook om alle voorschriften met betrekking tot de milieuproblematiek te schrappen. 6. De opmerking is terecht. Een vertragende afvoer moet mogelijk blijven 7. Er wordt niet op het voorstel ingegaan. De PROCORO adviseert om de bedrijfssite te begrenzen zoals in het huidige BPA. De Luikebeek en de zijtak dienen te worden beschouwd als uiterste begrenzing van de site, buffers inbegrepen. Dit impliceert ook dat de buffers dienen op te schuiven.
5. Patrick Vandewalle (16/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dient bezwaar in omwille van volgende reden: 1. Een studie toont aan dat het zeven en breken van bouwafval in open lucht een toename van de mortaliteit tot gevolg heeft. Daarom wordt gevraagd om het breken te laten gebeuren in gesloten gebouwen met stoffiltering. advies PROCORO 1. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning.
6. Koen De Brabander (16/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dient bezwaar in omwille van volgende redenen: 1. teveel vrachtverkeer in de woonstraten rond de site en in de bebouwde kom (wil een alternatieve oplossing) 2. stof- en lawaaihinder (vraagt om binnen de bedrijfsgebouwen te werken) 9
3. wil een verbod op asbestverwerking, chemische verwerking en verbranding 4. wil een groenscherm met strikte vormvereisten en timing en strikte controle advies PROCORO 1. De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan. 2. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 3. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 4. De opmerking is onterecht. Er is bepaald dat de aanplant van de bufferzone dient te gebeuren alvorens een stedenbouwkundige vergunning kan verkregen worden. Verder is het niet aangewezen om verdere vormvereisten te bepalen. Er is al bepaald dat het moet gaan over streekeigen soorten met minimum 20% bladhoudende planten.
7. Koen en Ann Vermoere - Strobbe (18/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dienen bezwaar in omwille van volgende redenen: 1. We hebben reeds meermaals ervaren hoe de firma staat tegenover de buurtbewoners: tijdens werk- en weekenddagen razen containervrachtwagens door de Sint-Jansstraat. 2. De definitie van bouwafval is heel vaag: het gevaar van mengen met asbestafval lijkt groot. Dit is vanwege het kankerverwekkend zijn van asbest niet aanvaardbaar. 3. We hebben voor onze huidige woning en tuin in hun huidige ligging gekozen, net omdat we palend aan landbouwvelden er van overtuigd waren vrij te zijn van industriële en vervuilende activiteiten. 4. De ontwerptekst beschikt over tal van hiaten: a. Het groenscherm kent geen minimumhoogte, vormvereisten en timing zijn niet beschreven. b. Termen als verwerken van bouwmaterialen zijn uitermate vaag. Zo is het niet aanvaardbaar dat het bedrijf zich kan toeleggen op bodemsanering van vervuilde grond. c. In de regio Roeselare is er nu al meer dan fijn stof genoeg. advies PROCORO 1. De inhoud heeft geen betrekking op de inhoud van het plan. 2. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 3. De opmerking is onterecht. De site is reeds geruime tijd ingekleurd als industriegebied en er hebben ook al industriële activiteiten plaatsgevonden (olieslagerij). 4. a. De opmerking is onterecht. Er is bepaald dat de aanplant van de bufferzone dient te gebeuren alvorens een stedenbouwkundige vergunning kan verkregen worden. Verder is het niet aangewezen om verdere vormvereisten te bepalen. Er is al bepaald dat het moet gaan over streekeigen soorten met minimum 20% bladhoudende planten. b. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. c. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning.
8. Tom en Joke Samoy – Platteeuw (18/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Zien het bedrijf liever vertrekken. Indien er toch activiteiten worden toegelaten, dient dit te gebeuren binnen een duidelijk en strikt kader. Dit zijn hun opmerkingen: 1. Het is niet duidelijk in hoeverre een product wordt gelinkt aan de bouwsector. Vervuilde grond, asbest en andere milieubelastende producten vallen hier ook onder. Graag hadden we hier een verregaande beperking gezien tot het verwerken van steenpuin met uitsluiting van milieubelastende producten. 2. Het plan schrijft voor dat de stapelplaatsen niet zichtbaar mogen zijn van op de openbare weg. We melden dat de firma nu reeds afwijkt van dit voorschrift. 3. De breekinstallatie maakt veel lawaai, alsook de bulldozers en kranen. 4. Bij het vermalen van puin komt heel wat stof vrij. Is het niet raadzaam om bij het vermalen in openlucht een waterscherm te verplichten zodat de stofdeeltjes op de site neergeslagen worden? 5. We vragen om een minimale hoogte te bepalen voor het geluidsscherm of berm. 6. Het aanplantingsplan voor het groenscherm wordt nu gekoppeld aan de stedenbouwkundige vergunning. Het is aangewezen om dit te koppelen aan de milieuvergunning omdat het anders wel heel lang kan duren vooraleer dit verplichte groenscherm er komt. 7. Het bedrijf wordt uniek in zijn soort genoemd terwijl er binnen een straal van 3 km reeds 2 bedrijven aanwezig zijn met dezelfde activiteiten en bijhorende overlast. 8. De site wordt gesitueerd in een recent niet overstroomd gebied terwijl een goed jaar geleden het water een meter hoog stond. 9. We zijn vooral bezorgd voor de toekomst van onze kinderen omdat we vrezen dat het PRUP niet zal nageleefd worden. Hiervoor baseren we ons op: 10
a. b. c.
Nu reeds voert de firma activiteiten uit zonder milieuvergunning. Volgens OVAM moet het breken en verwerken van puin gebeuren tussen 7u en 19u en is dat verboden op zon- en feestdagen. Het bedrijf trekt zich hier niets van aan. De firma Vulsteke heeft een site in Kortemark maar moet daar vertrekken omwille van een bouwovertreding.
advies PROCORO 1. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 2. De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan. 3. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 4. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 5. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 6. De opmerking is onterecht. Groeninkleding is een stedenbouwkundige aangelegenheid. Vandaar de koppeling met de stedenbouwkundige vergunning. 7. De opmerking is terecht. Er wordt geadviseerd om de stelling dat Vulsteke concurrentieloos is binnen een straal van 50 km te nuanceren. 8. De site ligt niet in overstromingsgebied. Bovendien worden er in de voorschriften voldoende garanties ingeschreven zodat het waterbergend vermogen van de site zeker niet zal verminderen. 9. De opmerkingen hebben geen betrekking op de inhoud van het plan.
9. Roger Platteeuw (16/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dient bezwaar in omwille van volgende elementen: 1. stofhinder 2. lawaaihinder (ook in het weekend) 3. stofallergie niet denkbeeldig bij jong en oud 4. Hoe worden beschermende maatregelen gecontroleerd? 5. Wat wanneer men spreekt van uitbreiding? 6. Wat wanneer schadelijke stoffen of stofdeeltjes vrijkomen? 7. Wat wanneer maatregelen genegeerd worden? advies PROCORO 1. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 2. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 3. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 4. De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan. 5. De huidige plancontouren vormen een ruimtelijk maximum voor de site. Bovendien adviseert de PROCORO om de bedrijfssite te begrenzen zoals in het huidige BPA. De Luikebeek en de zijtak dienen te worden beschouwd als uiterste begrenzing van de site, buffers inbegrepen. Dit impliceert ook dat de buffers dienen op te schuiven. 6. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 7. De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan.
10. Alain en Gerda Gosiau – D’Hondt (18/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dienen bezwaar in omwille van volgende elementen: 1. Bij verwerking in open lucht kan stof- en geluidsoverlast niet tegengegaan worden met een groenscherm. Wij willen dat een dergelijke verwerking in een afgesloten loods gebeurt met geluidsgeïsoleerde wanden en een aangepaste stofafzuiging. 2. Niemand kan uitsluiten dat asbest in de te behandelen materialen zit. Een reden te meer om het stof op te vangen via afzuiging in een gesloten loods. 3. De draagkracht inzake hinderlijke industrieën is in Staden reeds bereikt door de aanwezigheid van 2 andere hinderlijke bedrijven in de buurt. 4. Het is niet aangewezen om stofproducerende activiteiten in te planten nabij woongebied (hinder voor bewoners) en naast uitgestrekte tuinbouwgebieden (stof en intensief groenten telen gaan niet samen). 5. De eigenlijke bedrijfsactiviteit is vaag omschreven. Er dienen duidelijke beperkingen opgelegd om te beletten dat dit bedrijf in de toekomst activiteiten zou kunnen ontplooien als chemische verwerking, neutralisatie en verbranding van hout, kunststoffen, isolatiematerialen, asfalt, cement, chemische hulpproducten, asbest… 11
6. Het bedrijf ligt in een recent overstroomd gebied. Het vuil kan dus in de riool, de beek of de grond terecht komen. 7. De firma houdt zich nu al niet aan de regels. Dit geeft niet veel vertrouwen voor de toekomst. 8. Puinhopen van 10 meter hoogte aan het zicht onttrekken lijkt moeilijk realiseerbaar. 9. Het is niet duidelijk waarom de bufferzone niet overal even breed is. Vooral de hoogte van de berm is bepalend voor de hinder. Strikte timing en vormvereisten zijn hier noodzakelijk. 10. Er moet strikt worden op toegezien dat het vrachtwagentransport niet langer langs de woonstraten met tonnagebeperking gebeurt. 11. De inplanting van dit bedrijf is incompatibel met de omgeving. Daarenboven is het maatschappelijk belang van het bedrijf geenszins in verhouding tot de te verwachten overlast. 12. Vestiging van nieuwe regionale bedrijven in deze zone wordt volgens het GRS als “niet wenselijk” geadviseerd. advies PROCORO 1. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 2. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 3. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 4. De opmerking is onterecht. Mits het nemen van voldoende maatregelen is een dergelijke activiteit wel verzoenbaar met de omgeving. 5. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 6. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 7. De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan. 8. De opmerking is onterecht. Er kan een groenscherm worden aangelegd zodat de site zo goed mogelijk landschappelijk wordt ingekleed. 9. In het plan wordt deels gewerkt met een variabele bufferzone, waarvan de breedte varieert. De opmerking met betrekking tot de geluidsberm heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. De PROCORO adviseert dan ook om alle voorschriften met betrekking tot de milieuproblematiek te schrappen. 10. De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan. 11. De opmerking is onterecht. Mits het nemen van voldoende maatregelen is het bedrijf verzoenbaar met haar omgeving. 12. De site is van bovenlokaal belang. De ontwikkelingsperspectieven worden door de provincie bepaald omdat Staden geselecteerd is als specifiek economisch knooppunt. Uitspraken in het GRS over bovenlokale materie zijn enkel maar suggesties naar de provinciale overheid.
11. Ann en Mario Denys - Vandewalle (20/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dienen bezwaar in omwille van volgende elementen: 1. De vestiging van een dergelijk bedrijf strookt niet met het GRS. Daarin wordt gesteld dat de vestiging van nieuwe regionale bedrijven die niet tot de agrarische deelsector behoren niet wenselijk wordt geacht. 2. Een TOP-locatie hoort volgens ons thuis in het havengebied van Roeselare. 3. Er is geen verwevenheid van het bedrijf met Staden, noch historisch, noch op het vlak van de aard van de activiteit, noch op het vlak van tewerkstelling. 4. Door de ligging van het moederbedrijf in Kortemark, is er heel wat verkeer dat door het centrum van Staden en de woonstraten (sluipwegen) verloopt. Ook dit is niet in overeenstemming met de principes van het GRS. 5. Gezien de locatie van het bedrijf in de nabijheid van een woonwijk en woonstraat is een verbod op verbranding en thermische of chemische verwerking van bouwafval een onontbeerlijke randvoorwaarde voor dit PRUP en de latere milieuvergunning. 6. Om stof- en lawaaihinder optimaal te beperken, is het absoluut noodzakelijk om de breek- en sorteerwerkzaamheden te laten plaatsvinden in een loods, in plaats van in open lucht. 7. Het lijkt ons niet logisch dat de bestaande waterzuiveringsinstallatie dient te verdwijnen. Zonder concrete voorschriften komt vervuild afvalwater in de riool of in de Luikebeek terecht. 8. Het stof moet beperkt worden door middel van sproeien of vernevelen. 9. Uit visuele overwegingen is het niet aangewezen om de aanplant van de bufferzone uit te stellen tot de aanvraag van de eerste stedenbouwkundige vergunning. 10. In het GRS staat dat de gemeente streng zal optreden tegen overtreders van stedenbouwkundige en milieuwetgeving. Hier gebeurt echter niets. 11. Het is voor ons niet logisch dat een dergelijke activiteit op deze site kan vergund worden vanwege de woonstraat en de landbouwgrond met gewassen en grazend vee.
12
advies PROCORO 1. De site is van bovenlokaal belang. De ontwikkelingsperspectieven worden door de provincie bepaald omdat Staden geselecteerd is als specifiek economisch knooppunt. Uitspraken in het GRS over bovenlokale materie zijn enkel maar suggesties naar de provinciale overheid. 2. De opmerking is onterecht. Mits voldoende maatregelen is het bedrijf verzoenbaar met haar omgeving. 3. De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan. 4. Het is de bedoeling dat het volledige bedrijf herlokaliseert naar de site in Staden. Op dat moment zal er geen verkeer meer bestaan tussen de verschillende bedrijfssites. 5. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 6. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 7. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 8. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 9. De opmerking is onterecht. De aanplant van de bufferzone dient te gebeuren alvorens een stedenbouwkundige vergunning kan verkregen worden omdat er op die manier een garantie bestaat dat de buffer effectief zal worden gerealiseerd. De borgsom vormt een bijkomende garantie. 10. De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan. 11. De opmerking is onterecht. Mits voldoende maatregelen is het bedrijf verzoenbaar met haar omgeving.
12. Raphaël Herreman (16/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dient bezwaar in omwille van volgende elementen: 1. Breken en zeven in open lucht is niet aanvaardbaar. Het zou best zijn dit in een gebouw te laten gebeuren om stof- en geluidshinder te beperken. 2. De mogelijke aanwezigheid van asbest in het bouwafval vormt een gevaar voor de gezondheid. advies PROCORO 1. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 2. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning.
13. Rita Cornette (16/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dient bezwaar in omwille van volgende elementen: 1. Ik wens een gezonde omgeving en vraag dat er geen stof- en lawaaihinder is. 2. Ik vraag een degelijke groenbescherming. Die is tot nu toe nog niet te zien. 3. Ik vraag dat er geen schadelijk bouwafval zoals asbest en plastiek verwerkt wordt en dat er een goede controle is hierover. 4. Ik vraag dat er niets te zien is vanaf de straat. 5. Ik vraag dat er niet nog meer vuil te vinden is in Staden. advies PROCORO 1. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 2. Het plan voorziet in een afdoende groenbuffering. 3. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 4. De site moet zoveel mogelijk afgeschermd worden maar het lijkt moeilijk om de site volledig af te sluiten, zeker ter hoogte van de toegang. Er wordt voorgesteld om de voorschriften in deze zin aan te passen. 5. De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan.
14. Willy Desender (16/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dient bezwaar in omwille van volgende elementen: 1. De site is volledig verkeerd gelegen. Bij zuidenwind zal gans Staden stof- en geluidshinder ondervinden. 2. Wegens de ligging van een afvalverwerkend bedrijf zal de omgeving een super haard van kankers worden.
13
advies PROCORO 1. De opmerking is onterecht. Mits voldoende maatregelen is het bedrijf verzoenbaar met haar omgeving. 2. De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan.
15. Ginette Deprez (16/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dient bezwaar in omwille van volgende elementen: 1. Ze vreest voor geluidsoverlast en hinderend stof. 2. Ze vreest voor verontreiniging van gewassen in de tuintjes. 3. Een expliciet verbod op asbestverwerking, chemische verwerking en verbranding is noodzakelijk. advies PROCORO 1. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 2. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 3. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning.
16. Nico Demaegdt – Nele Degandt (16/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dienen bezwaar in omwille van volgende elementen: 1. Bouwafval breken en zeven in openlucht leidt tot geluids- en stofhinder. Deze activiteiten dienen te gebeuren in gebouwen en dan nog mits afdoende geluidsisolatie. 2. De termen ‘bouwmateriaal’ en ‘verwerken’ zijn veel te vaag. Verwerken van chemische stoffen en verbranding moeten expliciet verboden worden. 3. Het groenscherm rond de site moet opgetrokken worden voor de activiteiten starten. 4. Vulsteke voert nu al activiteiten uit zonder de nodige vergunningen. 5. Aan- en afvoer van materialen zal voor overlast zorgen en voor sluipverkeer. 6. Wij kochten ons huis een jaar geleden met het oog op rust, stilte en de mooie natuur. Wij wensen dat deze elementen aanwezig blijven en niet verpest worden door industrie. advies PROCORO 1. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 2. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 3. Dit is zo in het plan bepaald. 4. De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan. 5. De opmerking is onterecht. De site is ontsloten via een bovenlokale weg. 6. De opmerking is onterecht. De site is reeds geruime tijd ingekleurd en gebruikt als industriegebied.
17. Georges Deburghraeve - Assez (16/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dienen bezwaar in omwille van volgende elementen: 1. Wij wensen een gezonde oude dag en ook een goede omgeving voor de vele kinderen. 2. Wij wensen dat we geen last hebben van geluid en vuil in de lucht. 3. Wij wensen niet teveel of liever geen groot verkeer in de straat. 4. Wij vragen dat er geen vuile omgeving is en dat er groen te zien is. advies PROCORO 1. Mits voldoende maatregelen is het bedrijf verzoenbaar met haar omgeving. 2. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 3. Qua ontsluiting is de site goed gelegen, met name aan een secundaire weg. 4. Het plan voorziet in een afdoende groeninkleding.
18. Paul Decoodt (16/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dient bezwaar in omwille van volgende elementen: 1. geluidshinder: ook na 19u en in het weekend 2. stofhinder: welk bouwaval wordt er verwerkt? 3. Als er nog eens overstroming is, wat krijgen wij in onze grond?
14
advies PROCORO 1. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 2. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 3. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning.
19. Eric Paesbrugghe (16/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dient bezwaar in omwille van volgende elementen: 1. Ik heb grote last van geluidshinder. 2. Ik vrees dat bij overstroming de grond zal besmet zijn. 3. Ik heb grote twijfels in verband met geluids- en groenbuffer. advies PROCORO 1. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 2. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 3. De opmerking is onterecht. Het plan voorziet in een afdoende groenbuffer. De geluidsbuffer is een problematiek die dient bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning.
20. Martine Wallican (16/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dient bezwaar in omwille van volgende elementen: 1. Welke bouwmaterialen zullen er verwerkt worden? Asbest afval? 2. Wat gebeurt er langs de kant van de Sint-Jansstraat voor de stof- en geluidshinder? advies PROCORO 1. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 2. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning.
21. Patric Vanhove (16/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dient bezwaar in omwille van volgende elementen: 1. Ik zou willen dat er een buffer komt zodat we geen stof- en geluidshinder kunnen hebben. 2. Ik zou niet willen dat mijn eigendom in waarde verminderd omwille van dergelijke activiteiten. advies PROCORO 1. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 2. De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan.
22. Carine Deraedt (16/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dient bezwaar in omwille van volgende elementen: 1. De regio Roeselare is bekend om zijn grote hoeveelheid fijn stof. Het is dan ook onbegrijpelijk dat een dergelijk bedrijf zich kan vestigen nabij Roeselare en dicht bij een woonkern, temeer omdat reeds 2 dergelijke bedrijven in Staden gevestigd zijn. 2. Er moet een duidelijke timing worden opgelegd voor de aanplant van de groenbuffer: de eerste stedenbouwkundige aanvraag kan lang op zich laten wachten. 3. Het lijkt ons noodzakelijk strikte vormvereisten te bepalen voor de groenbuffer. 4. Het is noodzakelijk om expliciet een verbod op asbestverwerking, chemische verwerking en verbranding te eisen. 5. Om stof- en geluidsoverlast tot een minimum te beperken, is het noodzakelijk om activiteiten als zeven en breken binnen de bedrijfsgebouwen te laten gebeuren. 6. Bij het verharden van extra oppervlakte dient een voldoende buffercapaciteit voor regenwater voorzien te worden, aangezien de Luikebeek wel eens uit zijn oevers treedt. 7. Er wordt weinig of niet gesproken over garanties met betrekking tot het zuiveren van afvalwater, zodat ‘vuil’ water in het milieu kan terechtkomen. 8. Een stapelhoogte in open lucht van 10 meter veroorzaakt visuele vervuiling van op de openbare weg en achtertuintjes. 9. Met welk scherm gaat men effectief stof en lawaai tegen houden, wetende dat de kant van de Kerhofblommenstraat een stuk lager ligt dan de Sint-Jansstraat? Bovendien wordt nergens een hoogte voor de buffer bepaald. 15
10. 20% bladhoudende planten zal niet volstaan om in de winter te zorgen voor een visuele afscherming. 11. De omschrijving voor geluidsbermen of schermen is te vaag. Een minimum hoogte van 10 meter lijkt noodzakelijk. 12. Ons patrimonium wordt ontwaard. advies PROCORO 1. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 2. De opmerking is onterecht. De aanplant van de bufferzone dient te gebeuren alvorens een stedenbouwkundige vergunning kan verkregen worden omdat er op die manier een garantie bestaat dat de buffer effectief zal worden gerealiseerd. De borgsom vormt een bijkomende garantie. 3. De opmerking is onterecht. Het is niet aangewezen om verdere vormvereisten te bepalen. Er is al bepaald dat het moet gaan over streekeigen soorten met minimum 20% bladhoudende planten. 4. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 5. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 6. Dit is voorzien in het plan. 7. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 8. Het plan voorziet in een afdoende groenbuffering. 9. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 10. De opmerking is onterecht. 20% bladhoudende planten is wel voldoende voor een visuele afscherming, zeker als deze verspreid voorkomen. 11. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 12. De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan.
23. Luc Vanderstichele (geen datum, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dient bezwaar in omwille van volgende elementen: 1. Visuele afscherming is zeer belangrijk voor het achterliggende woonlint en het lijkt mij ondoenbaar om daar een voldoende afscherming te plaatsen omdat er 10 m hoog kan gestapeld worden en de flexibele bufferzone lager gelegen is. 2. De toelichting geeft aan dat de site gunstig scoort omdat er in de omgeving niet veel bewoning is. Dit is niet correct. Of stof- en lawaaihinder voor de omwoners zullen kunnen worden vermeden is nergens onderzocht. 3. Vanwaar de stelling (art. 1.1) dat alles dient te gebeuren in open lucht? 4. Industriezones zijn veel beter geschikt voor dit soort activiteiten en zorgen in ieder geval voor minder conflicten tussen bedrijf en omwonenden. 5. Het gedogen van niet vergunde activiteiten door gemeente en provincie impliceert een informele goedkeuring van de vestiging van het bedrijf op de site. Dit minimaliseert het belang van het openbaar onderzoek. 6. Wie gaat er nagaan of alle opgelegde maatregelen genomen zijn? 7. Het bedrijf is verspreid op 2 locaties. Het verkeer tussen de 2 sites dient te verlopen ofwel langs het centrum van Staden ofwel door de woonwijk. Een betere oplossing is er 1 locatie van maken op een geschikte plaats. 8. De stelling dat er in de buurt geen andere soortgelijke bedrijven voorkomen klopt helemaal niet. 9. In vergelijking met de vroegere tewerkstelling in de firma Debeil betekent de huidige tewerkstelling 2 keer niets. 10. De Luikebeek trad bij hevige regenval reeds enkele keren buiten haar oevers. Daarom is het noodzakelijk dat bij het aanleggen van bijkomende verharding geen extra waterafvoer plaatsvindt naar de Luikebeek. 11. Het bedrijf Debeil veroorzaakte veel minder hinder dan het bedrijf Vulsteke. Ik heb er geen probleem mee dat er zich een nieuw bedrijf vestigt op de site maar dat mag niet meer hinder veroorzaken dan het vroegere bedrijf. advies PROCORO 1. De opmerking is onterecht. Een afdoende visuele afscherming is technisch wel mogelijk. 2. De opmerking is onterecht. In de omgeving is inderdaad bewoning aanwezig en hier dient terdege rekening mee gehouden te worden, maar de dichtheid van bewoning in de onmiddellijke omgeving is laag. De opmerking over stof- en lawaaihinder heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 16
3. De opmerking is terecht. Het is technisch mogelijk om te breken en te zeven binnen in een gebouw. In het kader van de milieuvergunning dient bepaald te worden of en welke activiteiten in open lucht kunnen gebeuren. De PROCORO adviseert dan ook om deze stelling uit het document te verwijderen. De PROCORO adviseert dan ook om alle voorschriften met betrekking tot de milieuproblematiek te schrappen en te vervangen door een algemene voorschrift dat de nodige voorzieningen dienen getroffen te worden met betrekking op mogelijke milieuhinder ten aanzien van de omgeving. 4. De opmerking is onterecht. Mits voldoende maatregelen is het bedrijf verzoenbaar met haar omgeving. 5. De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan. 6. De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan. 7. Het is de bedoeling dat het bedrijf volledig herlokaliseert naar de site in Staden. Het verkeer tussen de verschillende sites zal dan ook wegvallen. 8. De opmerking is terecht. Er wordt geadviseerd om de stelling dat Vulsteke concurrentieloos is binnen een straal van 50 km te nuanceren. 9. De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan. 10. Dit klopt en is zo voorzien in het plan. 11. De opmerking is op vandaag terecht. Na het nemen van afdoende maatregelen (voornamelijk op te leggen bij de milieuvergunning) zal de hinder echter beperkt zijn en zal het bedrijf verzoenbaar zijn met haar omgeving.
24. Marcel Vandeportaele (16/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dient bezwaar in omwille van volgende elementen: 1. Ik ben momenteel nog fit en gezond en zou dit graag zo houden. 2. Ik wil niet dat mijn huis in waarde vermindert door de komst van een dergelijk bedrijf. 3. Degelijke afspraken over de activiteiten in het bedrijf zijn zeker op hun plaats. advies 1. 2. 3.
PROCORO De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan. De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning.
25. Urbain Vandamme - Deleu (16/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dient bezwaar in omwille van volgende elementen: 1. De firma Vulsteke heeft de exploitatie al gestart zonder vergunning. 2. De uitbating van een puinbreekinstallatie kan niet in een woon- en landbouwgebied (groenten in Staden besmet met asbestvezels). 3. Een groenscherm heeft in het verleden bewezen onvoldoende bescherming te bieden (haagbomen groeien niet volgens de exploitant). advies PROCORO 1. De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan. 2. De opmerking is onterecht. Mits voldoende maatregelen is het bedrijf verzoenbaar met haar omgeving. 3. De opmerking is onterecht. Aangezien het groenscherm nog niet werd gerealiseerd conform de voorschriften van het huidige plan, kan niet geoordeeld worden dat het groenscherm onvoldoende bescherming zal bieden. Verder kunnen bomen wel groeien in deze omgeving.
26. Christian Hellin (16/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dient bezwaar in omwille van volgende elementen: 1. Het bedrijf is te dicht gelegen van de dorpsrand. 2. Er is teveel lawaaioverlast. 3. Er is teveel stofoverlast (hoeveelheid en inhoud). 4. Er is teveel zwaar vervoer door het centrum of de rand van de gemeente en scholen (verbinding Staden – site Kortemark). 5. Er is geen duidelijke informatie in verband met milieunormen (wat mag en wat niet mag verwerkt of gestockeerd worden). 6. Zo’n bedrijf hoort thuis op een aparte industriezone. advies PROCORO 1. De opmerking is onterecht. Mits voldoende maatregelen is het bedrijf verzoenbaar met haar omgeving. 2. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 17
3. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 4. Het is de bedoeling dat het bedrijf volledig herlokaliseert naar de site in Staden. Het verkeer tussen de verschillende sites zal dan ook wegvallen. 5. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 6. De opmerking is onterecht. Mits voldoende maatregelen is het bedrijf verzoenbaar met haar omgeving.
27. Frederik Delobelle en Luc Delobelle – Greta De Munster (16/12/06, afgegeven, ontvangen 21/12/06) Dienen bezwaar in omwille van volgende elementen: 1. Er dient een expliciet verbod te komen op asbestverwerking, chemische verwerking en verbranding. 2. Er dient een verbod te komen voor het gebruik van de sluikwegen Kerkhofblommenstraat/Wankaardelaan/Ooststraat voor vrachtwagens. 3. In verband met geluids- en stofhinder dient er een groenzone aangelegd te worden van minimum 5 m breed en 10 m hoog van streekeigen lage en hoge groengewassen rondom het bedrijf gecombineerd met een hoge berm (direct uit te voeren na het verlenen van de milieuvergunning). 4. De bedrijfsactiviteiten van zeven en breken van bouwmaterialen dient zoveel mogelijk binnen de bedrijfsgebouwen te gebeuren. advies PROCORO 1. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 2. De opmerking heeft geen betrekking op de inhoud van het plan. 3. Een groenzone is voorzien in het plan. Het voorzien van geluidsbermen en/of –schermen dient bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning. 4. De opmerking heeft betrekking op de milieuwetgeving. Deze problematiek dient dan ook bekeken te worden in het kader van de milieuvergunning.
De adviezen worden aangenomen met: Ja (9): Frank De Baere, Dirk Verté, Piet Gellynck, Evert de Pauw, Fabiaan Van de Sande, André Sonneville, Bernard Maenhoudt, Koen Dewulf, Charles Vermeersch Nee (3): Stefaan Lombaert, Guido Vandenbroucke, Eric Vandorpe Onthouding (4): Mark Ryckaert, Franky Roels, Maarten Steur, Eric Boussery
Minderheidsstandpunten: § Nee: het toelaten van dergelijke activiteit zal problemen opleveren voor de omgeving en kan dus niet
§
Onthouden: het plan werd opgesteld waarbij dergelijke activiteiten toegelaten worden onder randvoorwaarden. Het is niet opportuun om de milieurandvoorwaarden te schrappen want dit betekent dat de context waarbinnen dergelijke activiteiten worden toegelaten in het plan grondig verandert.
De heer Marc Ryckaert verlaat de vergadering.
5. Overzicht stand van zaken 5.1.Ontwerp gemeentelijk ruimtelijke structuurplannen Vleteren De deputatie volgt grotendeels het advies van PROCORO. De deputatie gaat akkoord voor een lokaal bedrijventerrein aan Tempelaere. Het kan enkel om een invulling van de ruimte tussen de bestaande bedrijven aan de N8 ter hoogte van Tempelaere. Dit komt wel niet overeen met de locatie die in het gemeentelijk structuurplan van Vleteren is aangegeven. De deputatie heeft aan het advies wel toegevoegd dat de meeste bedrijven die werden opgesomd voor herlokalisatie ter plekke kunnen uitbreiden (naar aanleiding onderzoek DRuM)
18
De Haan De deputatie volgt grotendeels het advies van PROCORO. Het in vraag stellen van de haalbaarheid van een gemeenschappelijke opslagzone voor bedrijven werd geschrapt. Het is de enige mogelijkheid voor de gemeente om de problematiek van opslag voor bestaande bedrijven en handel op te lossen. Het in vraag stellen van de haalbaarheid van een tunnel in het centrum in combinatie met de verzanding van de Koninklijke Baan werd eveneens geschrapt. Het tweede omdat de gemeente dit als een suggestie heeft ingeschreven.
5.2. Planologische attesten Positief planologisch attest : -
Kopal te Kortemark : overeenkomstig advies PROCORO
Gedeeltelijk planologisch attest :
§ Vermeersch-Deconinck te Kortemark : overeenkomstig advies PROCORO § Sioen Ardooie : advies PROCORO wordt niet volledig gevolgd Advies PROCORO: o gunstig voor gebouwen binnen de KMO-zone, met rechttrekking van plancontouren, alsook gunstig voor burelen en parking o gunstig voor uitbreiding voor bijkomende stockageruimteop korte termijn o reservegebied voor lange termijn voor bijkomende productieruimte Beslissing deputatie o gunstig voor gebouwen binnen de KMO-zone, met rechttrekking van plancontouren, alsook gunstig voor burelen en parking o reservegebied voor uitbreiding voor bijkomende stockageruimteop korte termijn (onder randvoorwaarden) o reservegebied voor lange termijn voor bijkomende productieruimte: ongunstig De beslissing van deputatie geeft minder mogelijkheden dan het advies van PROCORO omwille van het advies van de gewestelijke planologische ambtenaar
§ Eurostock te Waregem: de minister heeft het beroep van de gewestelijke gedelegeerde planologische ambtenaar niet gevolgd Geen beslissing -
Groep Thermote- Vanaelst: uitvoering mobidesk
6. Varia §
Volgende vergadering Donderdag 5 april 2007 om 9h in provinciehuis Boeverbos
§
Bespreking aanvraag van een persoon die wenst opgenomen te worden op de lijst van ontwerpers voor BPA’s De volgende persoon heeft een aanvraag ingediend om opgenomen te worden in het openbaar register van ontwerpers: PRIVAATRECHTELIJK PERSOON D+A consult nv – Meiboom 26 – 1500 Halle: -
De heer Jef Angelo De Bièvre heeft de diploma’s van master in Landscape Architecture en stedenbouw.
De commissie gaat over tot de beraadslaging en komt tot volgend besluit met éénparigheid van stemmen: De commissie geeft een gunstig advies om Jef Angelo de Bièvre als privaatrechtelijk persoon op te nemen in het openbaar register van ontwerpers daar zij voldoet aan de diplomavereisten, opgenomen in het ministerieel besluit van 13 juli 2000.
19
§
Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan Maes De PROCORO heeft het planologisch attest behandeld van het transportbedrijf Maes te Lichtervelde. Een voorontwerp -provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplan is opgemaakt conform het planologisch attest. Zoals het decreet voorschrijft werd dit plan binnen het jaar opgestuurd naar betrokkenen, die aanwezig dienen te zijn op de plenaire vergadering. Een plenaire vergadering wordt georganiseerd. De vaste secretaris vraagt of de PROCORO akkoord kan gaan om geen toelichting en bespreking te voorzien ten behoeve van de plenaire vergadering. Op heden is er een visie opgemaakt voor het te herstructureren handelslint ‘Kruiskalsijde’ (Lichtervelde-Torhout). Op basis van deze visie worden provinciaal ruimtelijk uitvoeringsplannen opgemaakt. Hierin wordt het bedrijf Maes mee opgenomen. Dit betekent dat de dienst op de plenaire vergadering zal voorstellen om het voorontwerp -PRUP Maes niet verder in procedure te laten gaan. Het planologisch attest van het bedrijf omvatte enkel de korte termijn visie waardoor hij op heden de nodige vergunningen kan aanvragen. In het planologisch attest was er geen lange termijn voorgesteld. Dus het bedrijf kan dus verder ontwikkelen op basis van het planologisch attest De PROCORO stemt hiermee in.
§
plenaire vergadering voorontwerp RUP Myosotis De ondervoorzitter brengt verslag uit van de plenaire vergadering over voorontwerp –rup Myosotis. Op de vergadering werd reeds een eerste ontwerp voorgelegd over de N8. Er is echter nog geen beleidsbeslissing. Dit zou evenwel betekenen dat een deel van de parking van Myosotis wordt ingenomen. Op de vergadering werd besloten om te voorzien in bijkomende parking indien de herinrichting van de N8 een deel van de huidige parking van Myosotis zou innemen. .
§
persvoorstelling behoefte bijkomende bedrijventerreinen voor West-Vlaanderen Er is een persvoorstelling geweest over de behoefte aan bijkomende bedrijventerreinen voor WestVlaanderen. Een lid vraagt of die studie beschikbaar is. De heer Fabiaan Van de Sande antwoordt dat dit momenteel niet beschikbaar is. Er wordt nog aan gewerkt om het straks beschikbaar te maken.
De vaste secretaris
De voorzitter
Stephaan Barbery
Charles Vermeersch
20