Concept 28 april Milieuverslag 2008

Concept 28 april 2009

Milieuverslag 2008

Milieuteam stadsdeel Osdorp: Cécile Gronert (W&W) Peter Lageman (Werf) Marion Reep (W&O) Susanne Schoemaker (Facilitaire Dienst) Eric Steijger (Milieucoördinator)


Gemeente Amsterdam Stadsdeel Osdorp Milieuverslag 2008

Inhoud

1 Samenvatting en conclusies Algemeen speerpunt 1: eigen organisatie en voorzieningen Speerpunt 2: kantoren, winkels en bedrijven speerpunt 3: woningbouw en bewoners speerpunt 4: schoolgebouwen

3 3 3 6 6 7

2 Algemeen Wettelijk kader Uitgangspunten milieubeleid Interne milieuzorg Leeswijzer

9 9 9 10 10

3

11

Activiteiten 2008

Bijlage 1 Wm-verslag wettelijke milieutaken 2008

37

Bijlage 2 verslag interne milieuzorg

39

Bijlage 3 Integrale handhavingsacties en educatieve zwerfafvalprojecten 2008

51

Bijlage 4 Afkortingen

54

2



1 Samenvatting en conclusies

Algemeen In het milieuprogramma 2008 zijn in totaal 79 acties opgenomen. Daarvan zijn er 40 uitgevoerd, 8 niet uitgevoerd, 2 deels uitgevoerd en zijn er 29 in uitvoering. Een verklaring voor het hoge aantal activiteiten in uitvoering is dat het projecten betreft met een langlopend, jaaroverstijgend karakter en/of vertragingen. Voorbeelden hiervan zijn de woningbouwprojecten en de nieuwbouw van scholen. Een algemeen resultaat is de uitwerking van nieuw beleid op het gebied van energiebesparing en CO2-reductie in het inmiddels vastgestelde Klimaatplan 2008-2014. Hiermee is er een vervolg op de Energievisie 2001-2007. Daarnaast is op basis van het klimaatplan een aanvraag ingediend voor een bijdrage in het kader van de Stimuleringsregeling Lokaal Klimaatbeleid (SLoK) van € 108.883,-. Hiermee worden delen van het klimaatbeleid gefinancierd. (Inmiddels is een gemaild bericht ontvangen van SenterNovem dat de subsidieaanvraag van stadsdeel Osdorp, zonder aanvullingen of wijzigingen, is gehonoreerd). Belangrijk is ook dat in 2008 de functie interne milieuzorgcoördinator weer is opgevuld.

speerpunt 1: eigen organisatie en voorzieningen Bepalend voor het resultaat van dit speerpunt zijn de ontwikkelingen ten aanzien van de geplande nieuwbouw van het stadsdeelhuis, de inmiddels afgeronde energielabeling van de eigen gebouwen en de geformuleerde indicatoren voor de interne milieuzorg. Stadsdeelhuis Voor het nieuwe stadsdeelhuis wordt vooralsnog uitgegaan van een CO2-neutraal gebouw. Belangrijkste reden daarvoor is de wens van het stadsdeel om een flinke bijdrage te leveren op het gebied van CO2-reductie. Hierbij sluit zij aan bij het besluit van de Gemeenteraad om vanaf 2015 klimaatneutrale woningen utiliteitsbouw te realiseren, in combinatie met de centraalstedelijke ambitie om in 2015 een CO2neutrale bedrijfsvoering te hebben. Eén en ander vloeit voort uit de voorbeeldrol van de overheid. In 2008 is door het Klimaatbureau een verkenning uitgevoerd naar de gevolgen van de ambities om klimaatneutraal te bouwen. Hieruit blijkt dat CO2-neutraal haalbaar is en dat dit leidt tot een stijging van de bouwkosten. In hetzelfde onderzoek is overigens geconcludeerd dat een dergelijke investering, mits integraal meegenomen bij

3



het ontwerp en kantoorconcept, in de exploitatieperiode wordt terugverdiend. In simpele stappen vertaald is de aanpak om tot een dergelijk resultaat te komen: (1) een efficiënter gebruik van de kantoorruimte, (2) hierdoor minder te bouwen bruto vloeroppervlak en (3) een deel van de besparing op de totale investering aanwenden voor energiebesparende maatregelen. Deze inzichten zullen ook worden gebruikt bij het ontwerpen van het nieuwe stadsdeelhuis voor Osdorp. Energielabeling eigen gebouwen De wettelijk verplichte energielabeling van de eigen gebouwen is inmiddels afgerond. Dit heeft geleid tot de volgende labels: Stadsdeelkantoor label C Stadsdeelwerf label C Schoolwerktuinen label A Natuurtuin De Wiedijk label A Sporthal Ookmeer label E Energiebesparing eigen organisatie Zoals in bijlage 2, verslag interne milieuzorg, is toegelicht wordt het resultaat van de interne milieuzorg bepaald door de indicatoren energie-, brandstof- en papierverbruik en het aandeel duurzaam inkopen. In paragraaf 1.2 is gesteld dat 2008 het nieuwe referentiejaar is voor de monitoring en zijn er met de vaststelling van het klimaatplan nieuwe doelstellingen. Ten aanzien van het energieverbruik van de eigen organisatie betekent het bovenstaande dat de verbruikscijfers uit voorgaande jaren niet meer relevant zijn. En bovendien is in het verslag interne milieuzorg geconstateerd dat door de onbetrouwbaarheid van de informatie een vergelijking hiermee niet zinvol is. Daarom is in dit verslag een nieuwe start gemaakt met de monitoring van het energieverbruik. Hiertoe heeft de Facilitaire Dienst in 2008 de wijze van levering en nauwkeurigheid van de verbruikscijfers aangescherpt. Voor dit verslag – en als basis voor de monitoring in de navolgende jaren – moet derhalve worden volstaan met een opgave van het werkelijke elektra- en gasverbruik in 2008. Conclusies en aanbevelingen zijn pas mogelijk in het Milieuverslag 2009. Een relevante ontwikkeling voor de energiebesparing van de organisatie is de opdracht in december 2008 aan een extern bureau voor onderzoek naar verdere energiebesparing en duurzame opwekking van elektriciteit op de stadsdeelwerf. De besparing van drinkwater wordt hierin overigens ook meegenomen. Uitgangspunt hierbij is de gefaseerde overgang naar elektrische voertuigen. Brandstofbesparing eigen wagenpark Voor brandstofbesparing van het eigen wagenpark is totnogtoe nooit een concrete doelstelling geformuleerd, noch is dit in het verleden gemonitord. In het klimaatplan is echter wel een besparingsdoelstelling geformuleerd. Om dit de komende jaren inzichtelijk te kunnen maken, is in samenwerking met de Facilitaire Dienst en de afdeling Wijken een inventarisatie gemaakt van het jaarverbruik 2008, verdeeld naar verschillende categorieën voertuigen, en is een digitale monitoring ontwikkeld. Dit

4



betekent eveneens dat voor conclusies en aanbevelingen moet worden verwezen naar het Milieuverslag 2009. Noot Een belangrijke maatregel om te besparen op het brandstofverbruik is een (gefaseerde) overstap op elektrische voertuigen. Hiermee wordt aangesloten bij de centraalstedelijke ambitie en aanpak. Dit wordt de komende jaren, gefaseerd, voorbereid en uitgevoerd. Kanttekening hierbij momenteel is het ontbreken van de infrastructuur (laadpalen) en de moeizame levering van geschikte voertuigen. Toch is de inspanning gericht op een aantal elektrische voertuigen in 2009. Papierbesparing In 2008 is overgeschakeld op de inkoop van milieuvriendelijk – chloorvrij gebleekt – print en kopieerpapier. Ten aanzien van papierbesparing is er voor 2008 formeel geen doelstelling. Om toch vanaf 2008 een referentie te hebben is in het interne milieuverslag een opgave gedaan van de totale hoeveelheid ingekocht en afgevoerd papier. Op basis hiervan en de doelstelling in het Milieuprogramma 2009, kan in het Milieuverslag 2009 een eerste conclusie worden getrokken. Noot Om op korte termijn te besparen op het papiergebruik, wordt aanbevolen om in de eigen organisatie over te schakelen op standaard dubbelzijdig printen (is nu enkelzijdig). Voor de langere termijn, in het kader van het nieuwe stadsdeelhuis, zou moeten worden onderzocht wat de mogelijkheden zijn om te printen op kopieermachines, in combinatie met een registratie- en pasjessysteem. Meerwaarde hiervan is dat meer en efficiënter gebruik wordt gemaakt van het relatief dure contract voor de voor de kopieermachines. Duurzame inkoop Er is een voorzichtige start gemaakt met duurzaam inkopen. Dit heeft in 2008 echter niet geleid tot aansprekende resultaten. Een belangrijke oorzaak is dat de ontwikkeling van duurzame inkoop onvoldoende gestructureerd en gecoördineerd is binnen stadsdeel Osdorp. En daarnaast ontbreekt een instrument om het aandeel duurzame inkoop te toetsen. Noot Op basis van het bovenstaande wordt een prioriteit overwogen voor de tijdelijke inhuur van een aanjager c.q. kwartiermaker, met de verantwoordelijkheid voor het organisatorisch inbedden, borgen en monitoren van duurzame inkoop binnen het inkoop- en aanbestedingstraject binnen Osdorp. De prioriteit zal worden ingediend voor de Voorjaarsnota 2009. Openbare verlichting Openbare verlichting is onderdeel van speerpunt 1 in het klimaatplan. Dit onderwerp is echter (nog steeds) een bevoegdheid van de centraalstedelijke Dienst IVV. Dat laat overigens onverlet dat de gezamenlijke stadsdelen de druk op DIVV om te ko-

5



men met een uitwerking van het in 2005 geformuleerde beleid ten aanzien van energiebesparing in de openbare verlichting. Dit heeft onder meer geleid tot een aantal experimenten in de stad.

Speerpunt 2: kantoren, winkels en bedrijven Centrumgebied Amsterdam Nieuw West Voor het winkelcentrum en het Osdorpplein Zuid wordt een energievisie opgesteld. Het gaat om zowel de bestaande winkels en woningen als de nieuw te bouwen winkels en woningen. Ontwikkelaar ASR neemt deel aan de begeleidingsgroep. In 2008 is gestart met een inventarisatie. Overigens is het aandeel nieuw kantooroppervlak sinds het PLABEKA beperkt tot vervanging van het huidige stadsdeelkantoor. En hoewel de raad besloten heeft het Groenpad aan te wijzen als nieuwe locatie voor het stadsdeelhuis (buiten het centrumgebied CANW), blijft het stadsdeelhuis wel deel uitmaken van de Energievisie. Lutkemeer Bedrijventerrein Lutkemeer wordt ontwikkeld als een duurzaam bedrijventerrein. In 2008 is het eerste bedrijf gebouwd. Dit is aangesloten op het in 2008 gerealiseerde warmte/koudesysteem. Hierdoor wordt minder gebruik gemaakt van fossiele brandstof voor verwarming en koeling. Detailhandel Ten aanzien van de detailhandel wordt op centraalstedelijk niveau ingestoken op het overnemen van de processen die gepaard gaan met het treffen van energiebesparende maatregelen, oftewel ‘ontzorging’. Dit geldt voor zowel levering als installatie. In 2008 is in dit kader het idee voor een Energieloket gelanceerd en wordt nog verder uitgewerkt.

speerpunt 3: woningbouw en bewoners Woningbouw Een belangrijke beleidsontwikkeling in 2008 is de ambitie van de Gemeenteraad om vanaf 2015 CO2- neutraal te bouwen. Dit vertaalt zich in een epc-norm die lager is dan 0,3. Hoewel de ambitie is overgenomen, heeft dat op korte termijn geen merkbare gevolgen voor stadsdeel Osdorp. Zoals in het klimaatplan is aangeven is voor woningbouw de Parkstadafspraak, energiebesparing van 50% in 2015, nog steeds het uitgangspunt. Het is de verwachting dat deze doelstelling wordt gehaald door o.a. de aansluitplicht voor woningen binnen een straal van 50mtr. vanaf een warmtebuis en de strengere epc-normen in het Bouwbesluit. Dit geldt overigens hoofdzakelijk voor nieuwbouw en toont aan dat betrokken partijen weinig ambitieus zijn. Bouwprojecten die energiezuiniger zijn dan het Bouwbesluit voorschrijft, zijn uitzonderingen.

6



Overigens is het voornemen van de westelijke stadsdelen – dit initiatief wordt getrokken door stadsdeel Slotervaart - om tegen de achtergrond van de ontwikkelingen op het gebied van CO2-neutraal bouwen, in 2009 de huidige afspraken met de woningbouwcorporaties opnieuw tegen het licht te houden. De inzet is te komen tot een aanmerkelijk hogere gezamenlijke ambitie en aanpak ten aanzien van energiebesparing in nieuwbouw en bestaande bouw. Voor de langere termijn kan in stadsdeel Osdorp deels invulling worden gegeven aan deze ambitie door dit vooralsnog als uitgangspunt te hanteren in het vernieuwingsplan voor de Wildemanbuurt. Bewoners In 2008 is de campagne “Step2Save” succesvol afgerond. Op 3500 geselecteerde adressen was de respons 45%. Dit heeft geresulteerd in 2000 bezochte huishoudens en besparingsadviezen en geïnstalleerde energieboxen. In 2008 is ook de campagne “met gemak zon op je dak” uitgevoerd. De campagne was specifiek gericht op eigenaar/bewoners en het bevorderen van duurzame energieopwekking in het algemeen en zonne-energie in het bijzonder. Door het relatief geringe aantal eigenaar/bewoners (geen VVE’s) is dit geen campagne van de grote getallen. Toch is het met 9 aangeschafte zonnesystemen, t.o.v. 1 systeem bij een vergelijkbare campagne in 2006, een relatief succes. Stadsdeel Osdorp heeft bij deze campagne veel energie gestoken in communicatie en voorlichting. Aanvankelijk was het plan om deze campagne, vooralsnog en zolang de Provinciale subsidie voor duurzame energie het toelaat, jaarlijks uit te voeren. Helaas blijkt dit, door het financiële aandeel van de gemeente Amsterdam en het feit dat er meerdere mogelijke leveranciers zijn, te conflicteren met de Europese aanbestedingsregels. Toch is in 2008 een motie ingediend in de Gemeenteraad en ondanks negatief preadvies aangenomen. Consequentie hiervan is dat een extra bedrag van € 250.000 is toegekend aan de Dienst Werk en Inkomen waarmee 5000 cliënten van DWI worden opgenomen in het Step2Save project. Het vervolg is, gezien de aanbestedingsgrenzen, niet bekend.

speerpunt 4: schoolgebouwen In Osdorp zijn er nieuwbouwplannen voor 6 nieuwe schoolgebouwen. Ten aanzien van de milieudoelstellingen op het gebied van nieuwbouw scholen ligt de nadruk op een 10% scherpere EPC-waarde en een fris en gezond binnenklimaat. De inspanningen van stadsdeel Osdorp in 2008 waren gericht op extern advies ten aanzien van energiebesparing en de investeringskosten. De conclusie van dit onderzoek gaf een investering van € 50.000,- en een terugverdientijd van < 10 jaar. Het stadsdeel heeft verschillende schoolbesturen (ASKO en AMOS) geconfronteerd met de uitkomsten. Dit is echter totnogtoe zonder resultaat gebleven. Er is thans sprake van een impasse. De belangrijkste oorzaak voor deze impasse is de nog steeds tekortschietende normvergoeding schoolgebouwen van het rijk. Stadsdeel Osdorp heeft zich in 2008

7



ingespannen om dit onderwerp op de politieke agenda’s te krijgen. Daarnaast is in 2008 een politieke lobby richting Den Haag gestart door Amsterdam en overige gemeenten. De lobby is gericht op het aanpassen van de normvergoeding c.q. het financieringsstelsel van het rijk voor de bouw van nieuwe scholen. Daarnaast wordt centraalstedelijk overwogen om een prioriteit voor de dekking van kosten van energiebesparende maatregelen in schoolgebouwen aan te vragen in het kader van de Voorjaarsbegroting 2009 van de gemeente Amsterdam.

8



2 Algemeen

Wettelijk kader Op grond van de Wet Milieubeheer (hierna: de Wet) is elk ov erheidsorgaan verplicht een jaarlijks milieuprogramma en –verslag op te stellen en deze ter beoordeling in te dienen bij de VROM-Inspectie en Gedeputeerde Staten van de Provincie NoordHolland. Het milieuverslag bevat minimaal een beschrijving van de wettelijke milieutaken. Dit zijn de taken die in de Wet Milieubeheer, de Wet Bodembescherming en het Besluit Bodemkwaliteit omschreven staan. In Amsterdam zijn de stadsdelen het Bevoegd gezag voor de handhaving in het kader van de Wm. De uitvoering is door de stadsdelen gemandateerd aan de DMB en wordt gefinancierd door de ter zake gedecentraliseerde rijksmiddelen. In het verslag wordt dit de “specifieke uitkering” genoemd. De resultaten van de handhaving zijn aan stadsdeel Osdorp gerapporteerd in de Bestuursrapportage 2009 van de DMB. Een eveneens door de DMB opgestelde samenvatting is toegevoegd als bijlage 1.

Uitgangspunten milieubeleid Het Klimaatplan 2008-2014 is met terugwerkende kracht van toepassing op het milieuprogramma. Derhalve is 2008 gehanteerd als nieuw referentiejaar voor het monitoren van de resultaten en het Milieuverslag 2008 en de hierna volgende milieuverslagen. Zowel voor het algemene milieubeleid als de interne milieuzorg was 2008, beleidsmatig gezien, een overbruggingsjaar tussen de (oude) Energievisie 2001-2007 en het (nieuwe) Klimaatplan 2008-2014. Bij het opstellen van het Milieuprogramma 2008 (in 2007) waren er nog geen nieuwe klimaatdoelen en –ambities vastgesteld. Derhalve is destijds deels teruggevallen op de energievisie. Voor een ander deel is het milieuprogramma 2008 aangevuld met de door de gemeenteraad vastgestelde CO2-reductiedoelstelling en het Amsterdamse Milieubeleidsplan 2007-2010. En tot slot is aangesloten bij de centraalstedelijke ambitie gericht op een klimaatneutrale eigen organisatie in 2015. Aangezien deze doelstellingen en ambities, alsook het Amsterdamse Milieubeleidsplan, ook de grondslag zijn voor het klimaatplan, is in het milieuprogramma 2008 voorgesorteerd op het klimaatbeleid vanaf 2008 en wordt in dit milieuverslag dienovereenkomstig gerapporteerd. Motie GroenLinks: jaarlijkse evaluatie Klimaatplan 2008-2014 Bij de behandeling van het klimaatplan in de deelraad van 24 maart 2009 is een motie (GL) aangenomen die gericht is op een jaarlijkse evaluatie van het klimaat-

9



plan. Hoewel het milieuprogramma en -verslag al grotendeels de uitvoering is van het klimaatplan, is als gevolg van de motie ervoor gekozen om de beschrijving van de resultaten van het algemene milieubeleid en interne milieubeleid in de samenvatting op te hangen aan en de vertalen naar de beleidsspeerpunten in het klimaatplan. Dit zijn:  Speerpunt 1: de eigen organisatie en voorzieningen  Speerpunt 2: kantoren, winkels, bedrijven  Speerpunt 3: woningbouw en bewoners en  Speerpunt 4: schoolgebouwen En voor de interne milieuzorg is een aantal specifieke indicatoren gedefinieerd die naadloos aansluiten bij speerpunt 1 uit het Klimaatplan, onderdeel eigen organisatie en voorzieningen.

Interne milieuzorg Activiteiten op het gebied van interne milieuzorg zijn concreet gericht op de eigen organisatie. Vanaf 2008 zijn deze afgeleid van speerpunt 1 in het klimaatplan, onderdeel eigen organisatie en voorzieningen, en relevante thema’s en onderwerpen uit het Milieuprogramma 2008. En tot slot is de in het kader van de Voorjaarsnota 2009 voorlopig gemaakte keuze van het db. en mt. voor duurzame inkoop als speerpunt op het gebied van milieu meegewogen. Op basis hiervan zijn de onderstaande indicatoren voor de interne milieuzorg gedefinieerd.  Energie (elektra- en gasverbruik stadsdeel Osdorp)  Brandstof (brandstofverbruik eigen wagenpark)  Papier (papierverbruik stadsdeel Osdorp)  Duurzame inkoop (coördinatie en toename van aandeel structurele duurzame inkoop) In bijlage 2 wordt hier nader op ingegaan.

Leeswijzer In hoofdstuk 2 wordt verslag gedaan over de uitvoering van de wettelijke handhavingtaken op grond van de Wet milieubeheer. Voor een gedetailleerde bestuurssamenvatting wordt verwezen naar bijlage 1. Daarnaast wordt verslag gedaan van concrete activiteiten waarmee de uitvoering van het klimaatplan is uitgewerkt. De resultaten van de uitvoering van het milieubeleid worden in hoofdstuk 3 verdeeld samengevat en verdeeld over de speerpunten uit het Klimaatplan. In de bijlagen 2 en 3 wordt tot slot gedetailleerd gerapporteerd over de resultaten van het beleid op het gebied van interne milieuzorg en zwerfafval.

10



3 Activiteiten 2008

In de tabellen A t/m G beschrijven wij per milieuthema de gerealiseerde activiteiten in 2008. Bij elke activiteit hebben we vermeld:  Gepland resultaat. Hieronder staat de tekst uit het Milieuprogramma 2008. In het milieuprogramma is zo veel mogelijk meetbaar aangegeven welk resultaat werd beoogd.  trekker en betrokkenen; de sector of afdeling binnen het stadsdeel die verantwoordelijk is voor, of betrokken bij, de uitvoering.  Realisatie 2008. Hieronder is aangegeven of de geplande activiteit is uitgevoerd en waar mogelijk welke meetbare resultaten in 2008 zijn behaald. Bovenin elke tabel hebben we de doelstellingen vermeld voor het betreffende onderdeel. Dit zijn meestal doelstellingen op de wat langere termijn, zoals geformuleerd in diverse Amsterdamse dan wel Osdorpse beleidsdocumenten. De activiteiten in de tabel dragen bij aan het bereiken van één of meerdere doelstellingen.

11



A. Coördinatie en samenwerking Doelstellingen:  Programmabegroting 2008 Stadsdeel Osdorp o Initiatieven van bewoners en ondernemers worden gestimuleerd en het stadsdeel sluit hier, indien mogelijk, bij aan. Osdorp communiceert op toegankelijke en heldere wijze over milieuthema’s, zoals energiebesparing, rekening houdend met de verschillende doelgroepen.

Nr

Onderwerp

A1

Energievisie Osdorp 2008-2010

De deelraad bepaalt het ambitieniveau en de speerpunten van het milieubeleid voor de periode 20082010.

A2

Milieuverslag 2007

A3

Milieuprogramma 2009

A4

NME

A6

Evenementen

Actie en beoogd resultaat

Trekker betrokkenen SDW (mil.)/ FD, W&W, W&O, COM

Realisatie 2008 Uitgevoerd e Besluitvorming in de deelraad in het 1 kwartaal 2009 door vaststelling van het Klimaatplan Osdorp.

De raadscommissie en de VROM-Inspectie worden geïnformeerd over de uitvoering van het milieuprogramma 2007. De deelraad stelt een samenhangend programma van milieuactiviteiten voor 2009 vast

SDW (mil.)/COM

Uitgevoerd Vastgesteld in het db van 3 juni 2008

SDW (mil.)

Uitgevoerd Vastgesteld in de deelraad van 24 maart 2009

Een jaarprogramma 2008 waarin alle NME-activiteiten van het stadsdeel gebundeld zijn. Onderdelen hiervan zijn actieve betrokkenheid (participatie) en zwerfafval.

SDW (nat.)/W&O

Uitgevoerd In maart 2008 vastgesteld door db.

Haalbaarheidsonderzoek naar educatieve opstelling alternatieve energiebronnen Schooltuinen.

SDW (mil)/nat, W&O

Er wordt een uitvoeringsprogramma evenementen opgesteld, waaruit een keuze van 3 klimaat/milieuevenementen wordt gemaakt.

COM

Uitgevoerd Het haalbaarheidsonderzoek is uitgevoerd door bureau Fix en heeft betrekking op zon- en windenergie en drinkwaterbesparing. Het onderzoek heeft een aantal opstellingen geleverd die in 2009, afhankelijk van financiering, geheel of deels worden uitgevoerd. Uitgevoerd Stadsdeel heeft op 25 mei de Dag van het Park georganiseerd en geparticipeerd in twee deelevenementen in De 13


Nr

Onderwerp



Trekker betrokkenen

A7

Communicatie en informatie

Website thema klimaat

COM

A8

Helpdesk klimaat en milieu

Ondersteuning en advies organisatie, bestuur en bewoners en overige activiteiten (participatie projecten)

SDW (mil)

Realisatie 2008 week van de Vooruitgang. Dit zijn Te voet en op de fiets naar school op 18 september en de Autoloze zondag op 21 september (met de 4 westelijke stadsdelen). In uitvoering In overleg met een externe partij is een aanpak voor 2009 uitgewerkt. Gekozen is voor een eenvoudige website en een digipanel klimaat voor een globaal beeld van de opvattingen en standpunten van de bewoners in Osdorp. Uitgevoerd Er zijn meerdere interne adviezen uitgebracht op het gebied van o.a. vliegtuiglawaai, energiebesparing en verduurzaming stadsdeelwerf, energiezuinige schoolgebouwen en CO2-neutraal stadsdeelhuis.

14



B. Lucht Doelstellingen:  Programmabegroting 2008 Stadsdeel Osdorp o Gelet op de voorbeeldfunctie streeft het stadsdeel Osdorp naar een klimaatneutrale eigen organisatie. o Realiseren van CityCargo (Verkeer en Vervoer)  Milieubeleidsplan Amsterdam 2007-2010 (Gemeenteraad juni 2007) o Amsterdam voert het Actieplan Luchtkwaliteit uit en verwacht daarmee in 2010 te voldoen aan de Europese normen voor luchtkwaliteit.  Actieplan Luchtkwaliteit (Gemeenteraad, april 2006) o Amsterdam wil aan de normen voor luchtkwaliteit voldoen, zodat de gezondheid van haar bewoners en bezoekers optimaal wordt gediend’. Nr

Onderwerp

B1

Verduurzaming stadsdeelorganisatie

Actie en beoogd resultaat Nagaan (financiële) mogelijkheden voor versnelde vervanging wagenpark. Stadsdeel participeert in grootstedelijk project, gericht op de vervanging van het Amsterdamse wagenpark. Projecttrekker is de Centrale Stad. De vervanging wordt Europees openbaar aanbesteed. Doel is vermindering uitstoot 55% fijn stof (55%) en stikstofdioxyde (33%) door het Osdorpse wagenpark, ten opzichte van 2005.

Trekker betrokkenen SDW (werf)/COM

Realisatie 2008 In uitvoering In 2008 heeft de Centrale Stad een nieuwe aanbesteding gedaan voor voertuigen tot 3500 kg. Dit heeft een aantal merken geleverd (domeinen) waaruit diensten en stadsdelen uit kunnen kiezen bij vervanging. Voor stadsdeel Osdorp stonden zouden 12 voertuigen worden vervangen: 9 kleine vuilwagens, 2 voertuigen groenvoorziening en 1 grote vuilwagen. Omdat de aanbesteding en gunning uit de tijd is gelopen zal deze vervanging naar verwachting in 2009 worden uitgevoerd. Stadsdeel Osdorp gaat overigens uit van strengere eisen dan is meegenomen in de aanbesteding, namelijk Euro 5 in plaats van Euro 4. Dit heeft een kostenopdrijvend effect voor de leasekosten. Een voorstel voor een overeenkomstige verhoging van het betreffende budget wordt in 2009 voorgelegd aan de deelraad.

In samenwerking met stadsdelen nagaan mogelijkheden voor herhaling cursus SenterNovem “Het nieuwe

ARC, SDW (mil.)

Niet uitgevoerd Te weinig interesse bij overige stadsdelen. 15


Nr

Onderwerp



Trekker betrokkenen

Realisatie 2008

rijden”, met betrokkenheid bij de opzet.

B2

CityCargo: goederenvervoer per tram

B3

Autodelen

Opstellen van een vervoerplan voor de stadsdeelmedewerkers met als doel meer gebruik van fiets en openbaar vervoer. Onderdeel hiervan is de actie “Vrijdag Fietsdag”

P&O/ FD

Niet uitgevoerd In verband met andere prioriteiten (b.v. het klimaatplan) is deze activiteit verschoven naar 2009. Overigens moet de planning en aanpak, in verband met de geplande fusie van de stadsdelen, in 2009 worden overwogen.

Osdorp werkt mee aan procedures voor goederendistributie (Crossdock) per tram vanaf de Lutkemeer, met een doorgetrokken lijn 1.

W&W/ DIVV, GVB

Verkenning naar de mogelijkheden voor bevoorrading Osdorpplein met vrachttram

W&W

Uitgevoerd Op 1 juli 2008 heeft het dagelijks bestuur een vrijstelling ex artikel 19.1 WRO afgegeven voor het aanleggen van het tramtracé. Helaas is door het faillissement van CityCargo geen gebruik gemaakt van de vrijstelling. In uitvoering Voorjaar 2009 wordt aanvullend verkeersonderzoek uitgevoerd voor het CANW. Het onderwerp bevoorrading wordt hierin meegenomen om eventuele toekomstige ontwikkelingen op het gebied van alternatief goederenvervoer niet bij voorbaat uit te sluiten.

Begin 2008 is het aantal plaatsen uitgebreid van 8 naar 10. Het stadsdeel Osdorp voert geen actief beleid meer voor verdere uitbreiding. Wel wordt positief gereageerd op marktinitiatieven.

SDW, COM

In uitvoering Stadsdeel Osdorp volgt het beleid op het gebied van autodelen, in het kader van Voorrang voor een Gezonde Stad (VGS).

16



C. Geluid Doelstellingen  Programmabegroting 2008 Stadsdeel Osdorp o Maximaal aantal geluidsgehinderden is conform Actieplan Geluid. 

Milieubeleidsplan Amsterdam 2007-2010 (Gemeenteraad, juni 2007) o



In 2010 is de geluidsoverlast die Amsterdammers ondervinden aanzienlijk teruggedrongen, en dan met name het aantal ernstig gehinderden en slaapgestoorden

Actieplan Geluid Gereed in 2008.

Nr

C1

Onderwerp


Actieplan Geluid

Het Actieplan geluid (wettelijk verplicht mei 2008) wordt vastgesteld door het College van B&W en de db’s van de stadsdelen. In het actieplan is een aantal doelstellingen opgenomen. Deze zijn in de volgende concrete acties uitgewerkt:



Participatie stedelijke projectgroep Omgevingslawaai.

Trekker betrokkenen DMB/SDW (mil)

SDW (mil)

Realisatie 2008 Deels uitgevoerd Het actieplan is besproken in het Portefeuillehoudersoverleg Leefomgeving en op 7 april 2008 vastgesteld door het College van B&W. Het actieplan is in opdracht van en samenwerking met de stadsdelen uitgewerkt en bevat een aantal uitgangspunten m.b.t. bronmaatregelen. Ook worden voorstellen gedaan voor geluidsreducerende maatregelen op natuurlijke vervangingsmomenten. Uitgevoerd Stadsdeel Osdorp is lid van de gelijknamige projectgroep die het Actieplan Geluid heeft uitgewerkt. Het resultaat is een actieplan waarin op aandringen van stadsdeel Osdorp ook Schiphol is genoemd als belangrijke bron van geluidsoverlast. 17


Nr


Onderwerp


Trekker betrokkenen

Realisatie 2008



Implementatie Actieplan Geluid, in combinatie met het verkeersmodel Westelijke Tuinsteden, in beleid voor ruimtelijke ontwikkeling. Doel is om zoveel mogelijk rust en stilte te creëren in woningen en de omgeving van vernieuwingsgebieden.

W&W

Uitgevoerd Bij gevoerde vrijstellingsprocedures is bij het verkeersonderzoek gebruik gemaakt van het verkeersmodel Westelijke Tuinsteden (o.a. Suha fase I). In de voorbereiding voor het vernieuwingsplan Wildemanbuurt is geluid(hinder) een item.



Bij groot onderhoud, reconstructie, herinrichting, etc, worden geluidsreducerende maatregelen, zoals b.v. dunne deklaag, overwogen.

SDW (Techniek)

In uitvoering Bij GOW is dit een standaardoverweging in het voorbereidingsproces.



Bij ruimtelijke plannen wordt de prioritering van de Dienst Wonen van de gebieden op de A-lijst betrokken. Het eerste aandachtsgebied is de Wildemanbuurt gelegen aan de Ookmeerweg.

W&W

Uitgevoerd Bij de voorbereiding van het vernieuwingsplan Wildemanbuurt wordt rekening gehouden met de geluidsbelasting van de Ookmeerweg. Bij sloop-nieuwbouw zullen geluidwerende voorzieningen getroffen moeten worden. De bebouwing doet dan tevens dienst als afscherming voor de achterliggende bebouwing.



Aansluiten bij en uitdragen strategie stedelijke projectgroep (getrokken door Dienst Wonen) Burenlawaai. Planning: 2008 stedelijke projectgroep 2009 opstellen strategie 2010 bestuurlijk vaststellen strategie

SDW (mil)

In uitvoering Er is een stedelijke projectgroep burenlawaai opgericht als platform voor het uitwisselen van kennis en ervaring. De Dienst Wonen is projectleider. Het is de bedoeling om een strategie te ontwikkelen voor een brede aanpak van burenlawaai.



Vaststellen en toepassen Amsterdamse Richtlijn Bouwlawaai bij grote en kleine werken.

SDW (techniek)

In uitvoering In 2008 heeft DMB een beleidsnotitie bouwlawaai opgesteld. De notitie is voorgelegd aan de verantwoordelijke 18


Nr

Onderwerp



Trekker betrokkenen

Realisatie 2008 wethouder. Op het concept is commentaar geleverd, dat moet nog verwerkt worden. Daarnaast is VROM bezig met een landelijke circulaire Bouwlawaai. De verdere behandeling van de Amsterdamse nota wacht nu op de landelijke circulaire. Er lopen veel discussies want het is een controversieel onderwerp (discussie met de branche over de normen). DMB heeft opdracht gegeven aan Locomotive om een communicatiestrategie voor bouwlawaai op te stellen, inclusief communicatiemiddelen. Deze middelen en strategie komen rond de zomer 2009 beschikbaar voor alle projectleiders/ opdrachtgevers etc. in de stad.

C2

Vliegverkeer

Nagaan bestuurlijke aantakking stadsdelen bij het Schipholdossier.

SDW (mil)

Uitgevoerd Inmiddels zijn de westelijke stadsdelen en de stadsdelen Zuideramstel en Oud-Zuid aangetakt. Zo nodig is Osdorp de intermediair tussen de Centrale Stad en de betrokken stadsdelen.

Deelname ambtelijk Coördinatieoverleg Schiphol. Deelnemende sectoren afhankelijk van agenda en ontwikkelingen.

W&W/SDW (mil)

Uitgevoerd: Tijdens de zomermaanden heeft een experiment gelopen van Schiphol voor het parallel starten. Dit was aanleiding om het coördinatieoverleg nieuw leven in te blazen. De milieucoördinator is vast lid van het overleg. De opzet en organisatie van het overleg wordt in 2009 heroverwogen.

19



D. Klimaat (energiebesparing en duurzame energie) Doelstellingen  Programmabegroting 2008 Stadsdeel osdorp o

Er is een realistische CO 2-reductiedoelstelling voor Osdorp, afgeleid van de doelstelling in het Milieubeleidsplan Amsterdam 2007-2010

o Duurzame inkoop van 50% in 2010. o De stadsdeelorganisatie is klimaatneutraal in 2015 o In 2010 zijn 3 nieuwe schoolgebouwen gerealiseerd met een lagere EPC-waarde dan het Bouwbesluit Milieubeleidsplan Amsterdam 2007-20010 o In 2025 is de CO 2 emissie van de stad Amsterdam 40% minder dan in 1990. o Concern Amsterdam vervult een voortrekkersrol en voorbeeldfunctie op het gebied van energiebesparing en inzet van duurzame energie. o Amsterdam streeft naar een CO 2-neutrale organisatie in 2015. ISO 14001 o De organisatie heeft permanente aandacht voor de verduurzaming van de processen en milieudoelstellingen.





Nr

Onderwerp

Actie en beoogd resultaat Opstellen eindrapportage BANSuitvoeringsprogramma.

D1

Klimaat in beleid

Trekker betrokkenen SDW (mil.)/ W&W, W&O, COM, FD

Realisatie2008 Uitgevoerd. Uitvoering BANS-programma is in 2007 afgerond. Met SenterNovem is afgesproken geen inhoudelijke eindrapportage meer op te stellen en de subsidie af te handelen via de Jaarrekening, SiSa-bijlage.

Vertalen van de definitieve klimaatdoelstelling van Amsterdam naar Osdorp in de nieuwe Energievisie/ 2008 – 2010.

SDW (mil)/ DMB

Uitgevoerd In 2008 is een Klimaatplan uitgewerkt voor de periode 2008 t/m 2014. hierin zijn nieuwe doelstellingen geformuleerd voor energiebesparing en CO2-reductie in Osdorp.

Werkatelier/Masterclass klimaat voor bestuurders als input milieubeleid 2008-2010

ARC, SDW (mil)

Uitgevoerd Op 20 februari heeft een thema-avond milieu voor raadsle20


Nr

Onderwerp



Trekker betrokkenen

Realisatie2008 den plaatsgevonden. De input is gebruikt bij de totstandkoming van het klimaatplan 2008-2014.

D2

D3

Opnemen van nieuwe maatregelen voor energiebesparing en duurzame energie in stadsdeelkantoor, werf en sporthal Ookmeer in het jaarlijkse Programma Interne Milieuzorg.

FD

In uitvoering IN 2008 is opdracht gegeven aan een ter zake deskundig bureau. In februari 2009 zijn de energiebesparingsadviezen opgeleverd voor het stadsdeelkantoor, de werf, sporthal Ookmeer, het lesgebouw bij de schoolwerktuinen en de Wiedijk. Maatregelen uit deze adviesrapporten worden na overleg met de desbetreffende gebouwbeheerders in het Interne milieuzorgprogramma voor 2009 opgenomen.

Verplicht Energy Performance Building Directive (EPBD) certificaat voor stadsdeelorganisatie

FD, COM

Osdorp Midden Noord: duurzaam bouwen maatregelen uitwerken in VO en DO van Hoekenes (ambitie EPC 10-15% lager dan wettelijke norm) en Reimerswaalbuurt (ambitie EPL > 6,5).

W&W

Zuidwestkwadrant: Uitwerken duurzaam bouwen maatregelen in VO en DO van deelgebied A en C met als doel een EPL > 6,5.

W&W

Uitgevoerd In 2008 is opdracht gegeven aan een ter zake deskundig bureau. De certificaten zijn in januari 2009 opgeleverd voor het stadsdeelkantoor, de werf, sporthal Ookmeer, het lesgebouw bij de schoolwerktuinen en de Wiedijk. Uitgevoerd: Zowel Cadiz, de Opgang (Hoekenes) en Reimershoven zijn in uitvoering. De epc is volgens de wettelijke norm (niet lager). Wel wordt aangesloten op de stadsverwarming, waardoor een epl van 6,5 haalbaar is. Uitgevoerd Zowel deelgebied A als C zijn in uitvoering. De epc is volgens de wettelijke norm (niet lager). Wel wordt aangesloten op de stadsverwarming, waardoor een epl van 6,5 haalbaar is.

Wildemanbuurt: Duurzaam bouwen en de ambitie om een EPL > 6,5 te realiseren opnemen in de visie.

W&W

Stadsdeelgebouwen

Woningen: nieuwbouw

Uitgevoerd: In de startnotitie Wildemanbuurt zijn de DuBo-ambities opgenomen. In het vernieuwingsplan worden deze verder uitgewerkt. 21


Nr

Onderwerp


Actie en beoogd resultaat Centrum Amsterdam Nieuw West: in de diverse deelgebieden waaronder de SuHa-buurt energiemaatregelen uitwerken (ambitie is EPL > 6,5).

D4

Woningen: bestaande bouw

Trekker betrokkenen W&W

Starterswoningen: uitwerken van de opdracht om 400 starterswoningen te bouwen en daarin duurzaam bouwen meenemen.

W&W

Deelname Europees project Ecostiler: Voor 3 stadsdelen – waaronder Osdorp – wordt een plan/scenario uitgewerkt voor het woongebouw Remeijden.

W&W, COM

Uitvoering PvA Energiebesparing Bestaande Bouw 2007 – 2010

W&W

Realisatie2008 Uitgevoerd: Eind 2008 is gestart met de bouw van SuHa fase I. De epc. is volgens de wettelijke norm. Wel worden alle woningen aangesloten op de stadsverwarming, waardoor een epl. van 6,5 haalbaar is. Voor het hele gebied wordt een energievisie opgesteld. In uitvoering: De in 2008 gerealiseerde starterswoningen bevinden zich in de bestaande bouw (tijdelijke verhuur sloopwoningen, verkoop of labeling sociale huur). Hierbij worden geen energiemaatregelen toegepast. Nieuwbouwprojecten (zoals Kamers met Kansen) zijn nog niet gerealiseerd. Uitgevoerd: In juli 2008 heeft het project Ecostiler haar eindrapport opgeleverd. Belangrijkste conclusie was dat met een behoorlijke inspanning 70% energie bespaard kan worden in de bestaande bouw in Nieuw West. Van de 3 voorbeeldcomplexen was het scenario voor Remeijden het meest kosteneffectief. In uitvoering: In 2008 zijn door de NUON onderhandelingen gevoerd met eigenaren van complexen met collectieve verwarmingsketels om aan te sluiten op de stadsverwarming. Dit heeft geleid tot een contract met de Kloosflat en een aanbieding voor drie van de flats aan Langswater. Voor Remeijden is tussen NUON en de corporatie een contract afgesloten. De bewoners moeten nog akkoord gaan.

22


Nr

Onderwerp


Actie en beoogd resultaat Geerbanstrook. Afspraken met de corporaties over aansluiting op stadsverwarming en energiezuinige renovatie[1].

D5

[ 1]

Bedrijven

Trekker betrokkenen W&W

Duurzaam bedrijvenpark Lutkemeer: te vestigen bedrijven aansluiten op energiezuinig warmte/koudesysteem

W&W

Toetsing bouwaanvragen Lutkemeer (deelgebied 1) op duurzaamheidsaspecten

W&W

Centrum Amsterdam Nieuw West: voor de kantoren uitvoering van 30% van de variabele maatregelen van het nationaal pakket duurzame utiliteitsbouw afspreken met de gebiedsontwikkelaar.

W&W

Communicatiestrategie voor energiebewustzijn kleine ondernemers.

DMB/SDW (mil), COM

Realisatie2008 Uitgevoerd: De complexen van de Nieuwe Wereld (600 woningen) zijn aangesloten op de stadsverwarming. Ook Remeijden is bijna zo ver. In uitvoering: In 2008 is het warmte/koudesysteem aangelegd. Er is sindsdien 1 bedrijf gebouwd. Dat is aangesloten op het systeem. Uitgevoerd: Van Meerschip, Corning en Keystone zijn bouwaanvragen ontvangen. Deze worden getoetst op de duurzaamheidseisen in het Bouwbesluit. In uitvoering: Voor het winkelcentrum en het Osdorpplein Zuid wordt een energievisie opgesteld. Ontwikkelaar Fortis neemt deel aan de begeleidingsgroep. In 2008 is gestart met een inventarisatie. Overigens is het aandeel nieuw kantooroppervlak sinds het PLABEKA beperkt tot vervanging van het huidige stadsdeelkantoor. Voor het nieuwe stadsdeelhuis is onderzoek gedaan naar de mogelijkheden en consequenties van klimaatneutraal bouwen. In 2009 moet hierover besluitvorming plaatsvinden. In uitvoering Tijdens het MKB-jaarcongres in 2008 is het Energieloket gelanceerd. Het congres stond in het teken van klimaat. Het loket wordt in 2009 verder uitgewerkt. De bedoeling is om bedrijven te ondersteunen bij het nemen van energiebesparingsmaatregelen in de vorm van ontzorging. Onderdeel

Het stadsdeel wil corporaties en andere gebouweigenaren stimuleren om, als ze de centrale ketels ver vangen, geen nieuwe ketel te kopen maar het gebouw aan te sluiten op stadswarmte. Dit wordt opgenomen in het Plan van aanpak energiebesparing bestaande bouw.

23


Nr

D6

D7

D8

Onderwerp

Openbare verlichting

Koplopersalliantie



Trekker betrokkenen

PvA energiebesparing openbare verlichting.

DIVV

Alliantie bestaande uit actieve bouwers, ontwikkelaars, energiebedrijven, woningbouwcorporaties op het gebied van energiebesparing bij woningbouw. Acties:  Een Energievisie Stedelijke Ontwikkeling/Woningbouw, met bijbehorend stappenplan 2007-2010  PvA energiebewustzijn en –besparing door verschillende bewonersgroepen

ARC, SDW (mil), W&W, COM

Energysurvival 2008: stimuleren scholen in Osdorp

ARC/SDW (mil), COM

Basisschool de Punt: realiseren van een energiezuinig gebouw (EPC meer dan 12% lager dan de wettelijke norm).

W&O/W&W

Scholen

Realisatie2008 hiervan is communicatie richting ondernemers. Om het ontzorgingsconcept te testen is in 2008 de pilot buurtsupers gestart met 6 supermarkten. Doel van de pilot is dus het testen van het ontzorgingsconcept voor bedrijven. Daarbij worden rendabele energiebesparingsmaatregelen aangereikt. Ook levering, installatie en financiering worden hierin meegenomen. In uitvoering Openbare verlichting is een specifieke taak van DIVV. Er zijn thans verschillende pilots in uitvoering. Dit heeft echter nog niet geleid tot concrete maatregelen in Osdorp. In uitvoering De Koplopersalliantie is in 2008 vervangen door een energiebesparingsnetwerk met corporaties en bewonersorganisaties. De resultaten zijn:  een berekening van het besparingspotentieel van de woningvoorraad van corpo’s;  onderzoek naar de huidige energetische kwaliteit van de 7 meest voorkomende type woningen en hoe de kwaliteit kan worden verbeterd met 2 pakketten maatregelen (glas, ketel en isolatie);  2 corpo’s maken met financiële steun van het klimaatbureau 3 energiezuinige modelwoningen (oplevering 2009). Niet uitgevoerd Door een gebrek aan aanmeldingen van scholen is het evenement niet doorgegaan. Uitgevoerd De school is opgeleverd in mei 2008. De doelstellingen zijn gerealiseerd. 24


Nr

Onderwerp


Actie en beoogd resultaat Basisscholen ‘de Ichtus’, Sint Lukas, Het Bovenland’ ‘de Odyssee’ en Visser ‘t Hooft: met schoolbesturen afspraken maken over gezond, energiezuinig en duurzaam bouwen. De ambitie van het stadsdeel is om een 8-12% verlaagde EPC te bereiken in alle nieuwe schoolgebouwen. Inhuren bouwfysisch adviseur (DWA) voor advies maatregelen en financiering duurzaam bouwen bij scholen.

D9

D 10

Duurzame energie en energiebesparing

Step2Save

Trekker betrokkenen W&O/W&W

Realisatie2008 In uitvoering Nagenoeg alle projecten hebben vertraging opgelopen om financiële redenen. De doelstellingen blijven gehandhaafd maar zijn niet gerealiseerd in 2008.

W&O/SDW, COM

Uitgevoerd DWA heeft voor de Ichtusschool een pakket van maatregelen, inclusief de kosten, uitgewerkt. De idee is deze als format toe te passen bij de overige schoolgebouwen. Knelpunt is het feit dat deze maatregelen in 10 jaar tijd terugverdiend kunnen worden terwijl schoolbesturen verplicht zijn om maatregelen met een terugverdientijd van 5 jaar uit te voeren. Er is nog geen oplossing hoe deze kosten worden overbrugd. Stedelijk en landelijk komt dit punt steeds meer op de agenda.

Verkennen mogelijkheden voor verlenging/herhaling voorlichtingsactie gericht op stimuleren gebruik zonneboilers.

SDW/ARC, W&W, COM

Stimuleren aanleg daktuinen. UvA/Interfacultaire Vakgroep Milieukunde (IVAM) komt met een Actieplan en Communicatieplan Groene Daken. Hierin zijn knelpunten en oplossingen genoemd. Voorlichting en energiebox 10.000 huishoudens met sociale huurwoningen. Samenwerking met stadsdelen, NUON (trekker) en Philips.

IVAM/ DMB, SDW (mil)

Uitgevoerd In de 2e helft van 2008 hebben de stadsdelen, in samenwerking met ARC, campagne (met gemak zon op je dak) gevoerd gericht op energiebesparende maatregelen en duurzame energie bij eigenaar/bewoners. Overwogen wordt om dit in 2009 te herhalen. In uitvoering: Stadsdeel Osdorp haakt aan bij initiatieven van de Centrale Stad. De Stopera is pilotproject.

NUON, DMB, SDW (mil), COM

Uitgevoerd In Osdorp is het resultaat 1534 geplaatste energieboxen, een respsons van 44% en een besparing van 13.000 kg CO2. 25



E. Duurzaam produceren en consumeren

Doelstellingen  Programmabegroting 2008 Stadsdeel Osdorp o De stadsdeelorganisatie is klimaatneutraal in 2015 o Het aandeel duurzame inkoop is 50% in 2010  Milieubeleidsplan Amsterdam 2007-2010 o In 2010 heeft Amsterdam ook op duurzaamheid een toppositie op gebieden als wonen, werken, toerisme en evenementen. Hierbij werkt de gemeente samen met ambitieuze partners. Nr

E1

Onderwerp

Duurzame inkoop

Actie en beoogd resultaat Maatregelen voor (50%) duurzaam inkopen actualiseren en uitbreiden in het nieuwe Plan van Aanpak Interne Milieuzorg 2008 – 2010.

Indien beschikbaar en van toepassing: duurzaamheidsspecificaties opnemen in PvE’s, bestekken en/of toepassen als gunningscriterium.

Trekker betrokkenen FD, COM

SDW (techniek), W&W (Projecten)

Realisatie 2008 Niet uitgevoerd Uit praktische overwegingen is ervoor gekozen om geen nieuw Plan van Aanpak Interne Milieuzorg op te stellen, maar om de doelstellingen uit het Klimaatplan 2008 -2014 toe te passen als kader voor de interne milieuzorg (programma’s). In uitvoering Dit onderwerp is op landelijk en gemeentelijk niveau niet uitgewerkt. Aanleiding is o.a. de vele partijen en belangen die dit raakt. Gegeven de complexiteit is het niet haalbaar om hier als stadsdeel op vooruit te lopen. In 2008 is de DMB wel gestart met onderzoek naar de mogelijkheden voor een ‘Moederbestek’, waarin duurzaamheidsspecificaties zijn opgenomen. Dit wordt naar verwachting in 2009 afgerond. Door SenterNovem worden thans voor 80 productgroepen duurzaamheidsspecificaties uitgewerkt die kunnen fungeren als toevoeging in het Moederbestek. De idee is dat stadsdeel Osdorp gebruik gaat maken van – delen van – het Moederbestek. 26


Nr

Onderwerp


Actie en beoogd resultaat Overschakelen naar 40% biologische catering.

Trekker betrokkenen FD, COM

Realisatie 2008

Uitwerken aanpak Duurzame inkoop, met stadsdelen en DMB

SDW (mil), COM, AZ

In uitvoering Het implementeren van duurzaam inkoopbeleid is in stadsdeel Osdorp ingewikkeld omdat inkoop en aanbesteding ongestructureerd en versnipperd is over verschillende sectoren en afdelingen en niet centraal wordt gemonitord. Daarnaast is er (nog) geen systeem voor de monitoring van het aandeel duurzame inkoop. Derhalve wordt, in het als bijlage toegevoegde verslag interne milieuzorg, aanbevolen een tijdelijke aanjager/kwartiermaker duurzaam inkopen aan te stellen. Een positieve ontwikkeling is dat steeds meer wordt gewerkt met gemeentebrede raamcontracten waarin duurzaamheidsaspecten zijn opgenomen. In 2008 zijn door de Centrale Stad 8 raamcontracten aanbesteed voor b.v. beveiliging, TCF-papier en schoonmaakdiensten. Stadsdeel Osdorp sluit hier zoveel mogelijk op aan.

Toepassen Amsterdamse Leidraad Duurzaam Inkopen (implementeren in nieuw Plan van Aanpak Interne Milieuzorg 2008-2010) en vaststellen geactualiseerde Amsterdamse Nota Inkoop en Aanbesteding. Het toepassen van duurzaam hout is standaard onderdeel van het Osdorps inkoopbeleid.

FD

In uitvoering Voor het toepassen van de leidraad geldt het bovenstaande. De aanpassing van de Amsterdamse Nota Inkoop en Aanbesteding door het Concern Inkoop is verschoven naar 2009.

In uitvoering In 2008 zijn door de Centrale Stad 8 gemeentebrede raamcontracten aanbesteed, waaronder catering. Stadsdeel Osdorp sluit aan bij het cateringcontract. In het contract is er nog keuze tussen gewone en biologische catering. Het laatste wordt overwogen.

27


Nr

Onderwerp


Actie en beoogd resultaat Onderhouden van het milieuzorgsysteem met ISO 14001 certificaat voor het milieuzorgsysteem

E2

Interne milieuzorg

Trekker betrokkenen FD,/SDW COM

Realisatie 2008 Uitgevoerd In juni 2008 is opnieuw een audit door de Kema uitgevoerd. Deze audit is succesvol verlopen en het ISO 14001 certificaat is behouden. Uitgevoerd Het mt heeft op 30 september 2008 ingestemd met de uitvoering van het Intern milieuzorgprogramma 2008. Het programma is ter kennisname naar het db op 28 oktober 2008 gestuurd.

Opstellen Milieuzorgprogramma 2008.

FD/ SDW, COM

Plan van Aanpak Interne Milieuzorg 2008 – 2010

FD/ SDW, COM

Niet uitgevoerd Uit praktische overwegingen is ervoor gekozen om geen nieuw Plan van Aanpak Interne Milieuzorg op te stellen, maar om de doelstellingen uit het Klimaatplan 2008 -2014 toe te passen als kader voor de interne milieuzorg (programma’s) .

Aansluiten Wiedijk en Schooltuinen op ISO 14001

FD

In uitvoering Met het opstellen van bedrijfsnoodplannen en het in kaart brengen van de gevaarlijke stoffen is een start gemaakt richting ISO certificering. In uitvoering In 2008 is een workshop georganiseerd voor projectleiders 'herinrichting openbare ruimte' (vanuit het traject duurzaam inkopen). Dit heeft geleid tot handvatten om het aanbestedingstraject te verduurzamen. Ook is duidelijk geworden dat duurzaamheid geïntegreerd moet worden in de Puccinimethode (die in 2009 wordt vastgesteld).

E3

Milieuvriendelijke materialen in de openbare ruimte

Medewerkers betrekken de milieuaspecten bij de keuze van materialen in de openbare ruimte. We organiseren een interne voorlichting over de nieuwe, digitale ‘Rekenmethode milieubelasting materialen Openbare Ruimte

SDW (mil.)/, COM, W&W

E4

Gescheiden inzamelen en ver-

Actualisatie van de beleidsnotitie huishoudelijk afval uit 1996.

SDW

Niet uitgevoerd Het beleidskader is niet in 2008 vastgesteld. Reden daar28


Nr


Onderwerp


Trekker betrokkenen

werken afval

E5

Handhaving en toezicht

Realisatie 2008 voor is de ontwikkeling in de voornemens om samenwerking te zoeken op afvalgebied met andere stadsdelen.

Voorlichting over scheiden van oud papier, glas en goed omgaan met grof vuil via Platform Voorlichting Afvalstoffen.

SDW/COM

Uitgevoerd  Campagne promotie afvalpunten april 2008: Huis aan huis folder en deelnemende bouwmarkten  Campagne elektrische apparaten/KCA: huis aan huis folder

Aanpakken zwerfafval door educatieprojecten bij scholen en andere instellingen (onderdeel van NMEprogramma 2008)

SDW (Milieupolitie)

Uitgevoerd In 2008 hebben ca. 200 kinderen deelgenomen. Voor uitgebreide rapportage verwijzen wij naar bijlage 3.

“Adequaat niveau” uitvoering onderstaande wettelijke taken ex Wet Milieubeheer. De kosten van de onderstaande taken worden gefinancierd uit de specifieke uitkering. 

Afhandelen van alle aanvragen voor milieuvergunningen en actualiseren van milieuvergunningen binnen de wettelijke termijn.

SDW (mil.)/ DMB

Uitgevoerd Er zijn in Osdorp in totaal 7 vergunningsplichtige bedrijven. Alle vergunningen zijn actueel. Er zijn in 2008 geen nieuwe aanvragen ingediend.



Implementatie Activiteiten AMvB.

SDW (mil.)/ DMB

Uitgevoerd Alle inrichtingen zijn op basis van globale gegevens ingedeeld naar type A of B (geen vergunningplicht) of type C (vergunningsplichtig) uit het Activiteitenbesluit. Voor bedrijven A en B gelden overgangsbepalingen. Dit betekent dat 29


Nr


Onderwerp


Trekker betrokkenen

Realisatie 2008 de voormalige vergunningvoorschriften nog 3 jaar als maatwerkvoorschriften gelden. In de periode 2008-2010 wordt nagegaan of er aanvullende voorschriften nodig of wenselijk zijn.



Uitvoeren van circa 100 controles van bedrijven en waar nodig handhaven, met als resultaat dat alle bedrijven na controle voldoen aan de milieuregels.

SDW (mil.)/ DMB

Uitgevoerd Integrale controles Van de geplande 111 integrale controles zijn er 108 uitgevoerd. Van de 3 bedrijven uit de zwaarste milieucategorie F zijn er 2 eind 2007 gecontroleerd, met een hercontrole in 2008. Een nieuwe integrale controle vindt plaats in 2009. Hiermee is voldaan aan het door DMB beschreven en door VROM goedgekeurde “adequaat uitvoeringsniveau” (65 controles/jaar) van de wettelijke milieutaken. Sommaties 29 sommatiebrieven 4 dwangsomopleggingen, geen inningen, overtredingen beëindigd. Aspectcontroles en klachten Er zijn 92 aspectcontroles uitgevoerd. Hiervan zijn er 19 het gevolg van klachten. De meeste klachten gingen over geluidsoverlast (1 over dierenasiel) en 6 over stankoverlast van eenzelfde bedrijf. Duurzaamheid In het kader van actie 36 in het Actieplan Luchtkwaliteit zijn bedrijven met meer dan 100 werknemers bezocht. Van 173 bedrijven is een checklist ingevuld. Hiervan is bij 70 bedrijven de controle afgerond, 69 nog in procedure en 34 moeten nog worden opgepakt. Het project wordt in 2009 afgerond. 30


Nr

Onderwerp



Trekker betrokkenen

Realisatie 2008

Door de uitspraak van de Raad van State in december 2008 is dagafdekking van koelmeubelen niet wettelijk afdwingbaar. Bij de integrale controles is wel gekeken naar overige besparingsmaatregelen (terugverdientijd<5 jaar). De resultaten zijn positief. Hoewel eerder mislukt, is ten aanzien van maatregelen op koelmeubelen opnieuw ingezet op samenwerking met de supermarktbranche. Een eerste overleg met het Centraal Bureau Levensmiddelhandel heeft plaatsgevonden in augustus 2008. Een tweede overleg is gepland in februari 2009.

31



F. Bodem Doelstellingen  Milieubeleidsplan Amsterdam 2007-2010 o Saneren in Amsterdam gebeurt gebiedsspecifiek en functiegericht. Hierbij wordt ook de aandacht gegeven aan het meten van de voortgang en de nazorg van bodemsaneringslocaties. Nr

Onderwerp


F1

Schone grond

Handhaving bouwstoffenbesluit voor civiele werken en grondwerken: registratie en handhaving meldingen en uitvoering handhavingsplan (onderdeel wettelijke taken ex Wet Milieubeheer)

F2

Bodemkwaliteitskaart

Actueel houden van de bodemkwaliteitskaart Osdorp

Trekker betrokkenen SDW (mil.)/ DMB

SDW (mil.)/ of W&W (grondzaken)

Realisatie 2008 Niet uitgevoerd Op 1 juli 2008 is het Besluit Bodemkwaliteit in werking getreden. Het Bouwstoffenbesluit, en de bijbehorende bevoegdheden, zijn hiermee vervallen. En aangezien de hiermee gemoeide taken en bevoegdheden onvoldoende van de grond komen, o.a. door capaciteitsgebrek bij de betreffende afdelingen van stadsdelen, heeft het college besloten deze bevoegdheden tot 1 juli 2009 onder te brengen bij de Centrale Stad. In deze periode wordt een algemeen toetskader voor bouwstoffen uitgewerkt en, in samenwerking met stadsdelen, bepaald waar de bevoegdheden uiteindelijk moeten worden ondergebracht en wat dit betekent voor de Verordening op de Stadsdelen. Uitgevoerd De bodemkwaliteitskaart en het bodembeheerplan zijn begin 2008 door het Raad van Osdorp vastgesteld en kunnen nog de komende vijf jaar als beleidsuitgangspunt worden gebruikt. Indien Osdorp besluit om een bodemfunctiekaart vast te stellen zal daarmee de bodemkwaliteitskaart en het bodembeheerplan komen te vervallen.

32



G. Groen Doelstellingen  programmabegroting 2008 Stadsdeel Osdorp o Behoud cultuurhistorisch landschap landelijk gebied (Landelijk gebied). 

Milieubeleidsplan Amsterdam 2007-2010 o

Nr

Alle investeringen in groen en het beheer van groen in Amsterdam en de direct en omgeving zijn gericht op de visie voor groen: met hoogwaardig en afwisselend groen met een ecologische educatieve waarde een bijdrage leveren aan een attractieve stad en regio met een internationale concurrentiepositie.

Onderwerp


Trekker betrokkenen SDW/COM

G1

Participatie

Dag van het Park 2008: zo veel mogelijk bewoners en scholen betrekken bij het milieu en de mogelijkheden van groen, stadslandbouw en natuur in Osdorp door het organiseren van een evenement en een markt. Ook betrekken duurzaam consumeren en produceren.

G2

Geveltuinen

Verkenning naar de (financiële) haalbaarheid van de aanleg van geveltuinen.

SDW (mil)

G3

Groenstructuur in Nieuw-West

Studie naar aandeel en waarde groen en water in stedenbouwkundige structuur Westelijke Tuinsteden en hoe dit in de toekomst te behouden.

W&W

Realisatie 2008 Uitgevoerd Op 25 mei is voor de 2e en de laatste keer geparticipeerd in de Dag van het park. Dit is een landelijk initiatief van de ANWB. Het thema in 2008 was “mooi dichtbij”. Ondanks de inspanningen van stadsdeel Osdorp was het bezoekersaantal teleurstellend. Oorzaken zijn overwegend de verkeerde dag (zondag), het slechte weer en de tegenvallende interesse van veelal biologische ondernemers. Niet uitgevoerd Door andere prioriteiten is dit verschoven naar 2009. In uitvoering 2008 is gebruikt voor analyse en het formuleren van uitgangspunten.

33



H. Water

Doelstellingen  Programmabegroting 2008 o De ecologische verbindingen en verblijfsgebieden moeten hun plek krijgen (Landelijk gebied)  Milieubeleidsplan Amsterdam 2007-2010 o In 2010 is duidelijk waar in Amsterdam wateroverlast kan ontstaan en in welke mate dit acceptabel is (kwantiteit) o Amsterdam heeft bestuurlijk vastgesteld welke maatregelen worden genomen om te voldoen aan de Europese Kaderrichtlijn water (kwaliteit).

Nr

H1

Onderwerp

Europese Kaderrichtlijn water

Actie en beoogd resultaat Deelname in de werkgroep Sloterplas. Sloterplas voldoet niet aan de normen van de kaderrichtlijn. In de werkgroep worden oplossingen uitgewerkt.

Trekker betrokkenen Waternet / W&W, SDW (Nat.+ Techniek)

PvA Diffuse Bronnen voor afschaffen/terugdringen gebruik bestrijdingsmiddelen. Dit wordt de komende jaren waarschijnlijk een wettelijke verplichting.

SDW (Nat.)/ Waternet

Onderzoek naar de stand van zaken vergunning Osdorp Wet verontreiniging Oppervlaktewater. PvA is verplicht onderdeel bij eventuele actualisatie van de vergunning. Onderzoek naar – en eventueel PvA voor - de mogelijkheden voor certificering van het gebruik van bestrijdingsmiddelen en het behalen van de Milieukeur



Realisatie2008 In uitvoering Besluit over maatregelen door de deelraad en ter inzage gelegd.

Uitgevoerd Het PvA is in 2008 opgesteld en goedgekeurd door Waternet. Het PvA geeft in algemene zin aan hoe het stadsdeel de algemene zorgplicht voor bestrijdingsmiddelen en (niet uitlogende) bouwmaterialen invult. De aanpak is gericht op het voorkomen van het ontstaan van nieuwe bronnen van vervuiling. Uitgevoerd WvO-vergunning is afgegeven door Waterschap aan Centrale Stad. Stadsdeel Osdorp heeft voldaan aan de verplichting voor het opstellen van een PvA diffuse bronnen. In uitvoering In 2008 is een wethoudersopdracht uitgezet bij SDW voor nader onderzoek naar de mogelijkheden voor en gevolgen 34


Nr

Onderwerp



Trekker betrokkenen

volgens de Barometer Duurzaam Terreinbeheer.

H2

H3

Ontkoppelen regenwater van het riool

Gefaseerde uitvoering ecologische verbindingen Osdorp

Realisatie2008 van het terugdringen en beëindigen van chemische bestrijding in 2010 resp. 2012. Dit moet in 2009 resulteren in certificering van (mechanische) onkruidbestrijding.

Aanvraag structurele prio. voor alternatieve onkruidbestrijding, verplicht vanaf 2009

SDW (Wijken)

In uitvoering Als gevolg van wetgeving, certificering en het PvA Diffuse bronnen moet chemische onkruidbestrijding worden teruggedrongen. Hierdoor zullen de kosten voor onkruidbestrijding stijgen. Aangezien de wettelijke plicht hiertoe in 2010 van kracht is, wordt in 2009 een prioriteit ingediend voor de begroting 2010.

Projectplan voor ontkoppeling regenwaterafvoersysteem in het Wiedijkpark/S.F. van Oss-straat te verbeteren en meer zichtbaar te maken voor bewoners en bezoekers.


Hoekenesgracht, Slotervaart, Botskerksingelgracht, Waterpark.

DLG, SDW (Techniek)

Ringvaart West, tussen Raasdorperweg – Halfweg, in opdracht van Rijnland en Waternet

DLG, SDW (Techniek)

Brug Ringvaart

DLG, SDW (Techniek)

Deels uitgevoerd Voor deze maatregelen is aanvullend budget en/of (externe) financiering nodig. Dit wordt in 2009 opnieuw nader onderzocht. Wel is in 2008 een maatregel getroffen waardoor beter gebruik kan worden gemaakt van de natuurlijke zuivering van het afvalwater door het moeras. In uitvoering In 2008 zijn schetsontwerpen en berekeningen gemaakt. Op basis hiervan zal in 2009 een PvA worden uitgewerkt en worden voorgelegd aan de stuurgroep Groene As. De inzet is dit project in aanmerking te laten komen voor financiering uit het Investeringsfonds landelijk Gebied (ILS). In uitvoering 2008 – VO en inspraak 2009 – DO 2010 – start uitvoering Idem als bovenstaande

35



Bijlage 1 Wm-verslag wettelijke milieutaken 2008

Op grond van artikel 21.1 van de Wet milieubeheer is stadsdeel Osdorp verplicht jaarlijks verslag uit te brengen aan de stadsdeelraad over het beleid en de uitvoering van een aantal nader beschreven taken. Dit verslag dient ook aan de VROM-inspecteur te worden gezonden. Om hieraan tegemoet te komen is in deze bijlage informatie opgenomen over de wettelijke handhavingstaken van de Dienst Milieu en Bouwtoezicht betreft. De gegevens zijn weergegeven overeenkomstig de ‘Handreiking gemeentelijke milieuprogrammering en milieuverslaglegging’ van de VROM-inspectie. Aantal termijnoverschrijdingen vergunningverlening Op grond van de Wet milieubeheer en de Algemene wet bestuursrecht dient binnen bepaalde termijnen een beslissing te worden genomen op vergunningaanvragen. Er heeft zich geen termijnoverschrijding voorgedaan. Uitvoering vergunningverlening hoofdstuk 8 van de Wm. Bij de uitvoering van vergunningverlening hoofdstuk 8 wordt naast risico (leefbaarheid: gevaar, schade hinder) ook duurzaamheid (energiebesparing en vervoersmanagement) meegenomen, om te voldoen aan alle eisen van de Wet milieubeheer. De termijn voor de actualisatieplicht waarbij wordt bezien of de geldende vergunning nog overeenstemt met de huidige situatie van het bedrijf en met de huidige inzichten over de bescherming van het milieu en de huidige technische mogelijkheden is 10 jaar. Vanaf 8 jaar wordt standaard ingepland om te controleren of de vergunning nog actueel is. Bovendien wordt bij elke integrale controle nagegaan of de vergunning nog adequaat is. Daarnaast worden spontaan ingediende aanvragen in behandeling genomen. De vergunningverlening vindt plaats volgens een procedure die is vastgelegd in de Administratieve Organisatie en het bedrijven bestand Stramis. In de A.O. zijn de procedurestappen en de daarbij behorende wettelijke termijnen verwerkt. Twee bedrijven zijn gecontroleerd, één bedrijf is niet meer aanwezig en de ander valt onder het activiteitenbesluit (type B). Er zijn nog twee bedrijven die worden gecontroleerd, waarschijnlijk vallen die onder het Activiteitenbesluit (niet type C). Uitvoering meldingen artikel 8.40/41 van de Wm. Overeenkomstig het beleid binnen de gemeente Amsterdam worden meldingen niet actief ingevorderd. In voorkomende gevallen wordt de inrichtinghouder erop gewezen dat hij een melding moet indienen, doch deze wordt niet met sanctiemiddelen afgedwongen, tenzij relevante gegevens noodzakelijk zijn. Daarnaast komen eveneens spontane meldingen binnen via de ‘Activiteitenbesluit Internet Module’ (AIM); http://aim.vrom.nl . Deze meldingen worden getoetst en zo nodig om aanvulling van relevante gegevens gevraagd. Waar nodig worden maatwerkvoorschriften opgelegd. In 2008 zijn uit het stadsdeel zes meldingen ontvangen en beoordeeld.

37



Uitvoering handhaving hoofdstuk 18 van de Wm. Binnen de gemeente Amsterdam is het handhavingsbeleid vastgelegd in de “Beleidsnota handhaving milieuregelgeving Amsterdam 2007”’. De frequentie van toezicht en handhaving van bedrijven vinden plaats overeenkomstig de BOM-systematiek. De uitvoering van de Bom-systematiek wordt ook beïnvloed door de klachten en het aantal handhavingsgevallen die uit de controles voortvloeien. Klachtenbehandeling, toezicht en handhaving vinden plaats volgens de procedures die in de AO zijn vastgelegd. Coördinatie (Wet verontreiniging oppervlaktewateren/Wet op de ruimtelijke Ordening Bij vergunningaanvragen wordt altijd beoordeeld of coördinatie met de Wet verontreiniging oppervlaktewateren vergunning noodzakelijk is. Per 1 juli 2008 worden aanvragen voor milieuvergunningen getoetst aan het betreffende bestemmingsplan. Een afwijking hiervan is een weigeringsgrond. Dit heeft zich nog niet voorgedaan. Vergunningverlening en handhaving gemeentelijke diensten en bedrijven Vergunningverlening voor gemeentelijke diensten en bedrijven vindt op dezelfde manier plaats als voor de overige bedrijven. Ten aanzien van de handhaving bij gemeentelijke diensten en bedrijven is in de, door B&W en de besturen van alle stadsdelen in december 2007 vastgestelde “Beleidsnota handhaving milieuregelgeving Amsterdam 2007”’ onder hoofdstuk 4 een paragraaf 4.2 opgenomen.

38



Bijlage 2 verslag interne milieuzorg

 Inleiding Dit verslag behandelt de resultaten van de interne milieuzorg in 2008 voor het stadsdeelkantoor, de stadsdeelwerf, de schoolwerktuin, de Wiedijk en het sportpark Ookmeer, inclusief de sporthal Ookmeer.  Uitgangspunten Het jaar 2008 is een overbruggingsjaar geweest voor de interne milieuzorg. De basis voor de interne milieuzorg van de stadsdeelorganisatie werd tot 2008 gevormd door de doelstellingen in het Plan van Aanpak interne milieuzorg 2005-2007, met 2003 als referentiejaar. Uit praktische overwegingen is er in 2008 voor gekozen om geen nieuw Plan van Aanpak interne milieuzorg op te stellen, maar om doelstellingen voor interne milieuzorg integraal op te nemen in het Klimaatplan 2008-2014. Door deze koppeling is 2008 het nieuwe referentiejaar voor het monitoren van de resultaten op het gebied van interne milieuzorg. Voor de uitwerking van de in het milieuverslag aangehaalde motie (GL, 24 maart 2009) is vervolgens een relatie gelegd tussen de verslaglegging over interne milieuzorg en speerpunt 1 in het Klimaatplan, onderdeel eigen organisatie en voorzieningen. Hiertoe zijn een aantal specifiek indicatoren gedefinieerd waarmee op een transparante wijze wordt gerapporteerd over de resultaten van interne milieuzorg. Deze indicatoren zijn het energie-, brandstof- en papierverbruik van de eigen organisatie en het aandeel duurzame inkoop binnen stadsdeel Osdorp. Voor de uitvoering van de interne milieuzorg is een selectie gemaakt van relevante thema’s en onderwerpen uit het Milieuprogramma 2008. Dit geeft het onderstaande schema. Thema Lucht

nr B1

Klimaat Duurzaam produceren en consumeren

D2 E1 E2

Onderwerp verduurzaming stadsdeelorganisatie Stadsdeelgebouwen Duurzame inkoop Interne milieuzorg

Op basis van het bovenstaande schema is vervolgens voor dit verslag een aantal concrete activiteiten op het gebied van interne milieuzorg uitgewerkt.  Leeswijzer De opzet van het Interne Milieuzorgprogramma is deels vergelijkbaar met die van het Milieuverslag. Er is een verdeling gemaakt tussen de voortgang en stand van zaken van de uitvoerende activiteiten en de indicatoren voor de interne milieuzorg.

39



In paragraaf 1.4 zijn per onderwerp de activiteiten beschreven die betrekking hebben op interne milieuzorg. Deze zijn in de tabellen onderverdeeld in algemene en locatiespecifiek activiteiten, met een beschrijving van de 2008 behaalde resultaten. In de navolgende paragrafen wordt gerapporteerd over het energie-, brandstof- en papierverbruik van de eigen organisatie en het aandeel duurzame inkoop van stadsdeel Osdorp.

40





Activiteiten en resultaten

Algemeen Thema Activiteit B1 Uitvoeren activiteit uit de Nota Fietsbeleid [ 2]:  Vervoerplan Stadsdeel Osdorp (met als onderdeel daarvan de Campagne “Fietsen scoort”).

Trekker/betrokkene P&O / FD (MZC) / COM

Realisatie 2008 Niet uitgevoerd In verband met andere prioriteiten (b.v. het klimaatplan) is deze activiteit verschoven naar 2009. Overigens moet de planning en aanpak, in verband met de geplande fusie van de stadsdelen, in 2009 worden overwogen.

E1

Bij de inkoop van ICT, meubilair en kantoorartikelen wordt er altijd gekozen voor het milieuvriendelijke product als de prijs van het milieuvriendelijke alternatief minder dan 20% afwijkt van het reguliere product en als dit voldoet aan de gestelde kwaliteitseisen. Als hulpmiddel om hieraan uitvoering te geven, wordt een checklist Milieu & Inkoop ontwikkeld. Actualiseren Milieuhandboek.

FD (MZC)

Niet uitgevoerd Een eigen checklist is niet meer relevant. SenterNovem heeft voor 80 productgroepen duurzaamheidscriteria geformuleerd waar overheden uit kunnen ‘plukken’. Een en ander wordt betrokken bij de ontwikkeling van duurzaam inkoopbeleid door de tijdelijke aanjager/kwartiemaker.

FD (MZC)

Uitvoeren interne audits conform “Planning interne audits 2008 t/m 2010”

FD (MZC) / Concernstaf

In uitvoering Een aantal procedures uit het Milieuhandboek zijn geactualiseerd. Vaststelling van gewijzigde procedures uit het Milieuhandboek vindt plaats in het mt. Uitgevoerd De milieuzorgcoördinator is geaudit in december 2008 door de interne auditor van Concernstaf. Het uitvoeren van interne audits is een doorlopende activiteit.

E2

E2

[ 2]

Vastgesteld in db in oktober 2008.

41



Stadsdeelkantoor Thema Activiteit D2 Verkrijgen energieprestatiecertificaat voor het Stadsdeelkantoor. D2 Onderzoeken met behulp van het monitoringssysteem en advisering van Ebatech welke maatregelen getroffen kunnen worden om een energiebesparing (gas en elektriciteit) te realiseren van 5% per jaar.[ 3] E2 Actualiseren register gevaarlijke stoffen Stadsdeelkantoor en actualiseren van de gegevens in de Stoffenmanager [ 4]. E2 Nagaan of een melding volgens het Activiteitenbesluit [ 5] verplicht is en eventuele verplichtingen die hieruit voortvloeien.

Trekker/betrokkene FD (MZC) / COM FD (MZC) / adviesbureau Ebatech

FD (MZC)

FD (MZC) / DMB

E2

Introduceren “Tassenbol” (als alternatief voor de gratis plastic tasjes in winkels).

FD (MZC) / COM

E2

Organiseren ontruimingsoefening 2008.

FD / BHV

[ 3] [ 4] [ 5]

Realisatie 2008 Uitgevoerd Het stadsdeelkantoor heeft het label C gekregen. In uitvoering Zie voor een nadere toelichting paragraaf 1.8.

In uitvoering Het register gevaarlijke stoffen is geactualiseerd. Volgende stap is invoering van deze gegevens in de Stoffenmanager. Uitgevoerd Volgens opgave van DMB is een nieuwe melding niet nodig. Het stadsdeelkantoor staat geregistreerd bij DMB. Eventuele voorschriften uit het Activiteitenbesluit die van toepassing zijn op het stadsdeelkantoor moeten door het stadsdeel zelf gegenereerd worden uit het besluit. Uitgevoerd In het Stadsdeelkantoor staan 2 Tassenbollen. Op de FinSingel is in januari 2009 eveneens een Tassenbol geplaatst. Uitgevoerd Op 18 december 2008 heeft er een ontruimingsoefening van het stadsdeelkantoor plaatsgevonden.

De geselecteerde energiebesparingsmaatregelen worden opgenomen in het MZP voor 2009. De Stoffenmanager is een digitaal hulpmiddel waarmee de risico’s van gevaar lijke stoffen inzichtelijk kunnen worden gemaakt. Het Activiteitenbesluit (per 1 januari 2008 in werking getreden) stelt algemene regels aan bedrijven. Deze bedrijven hebben geen milieuvergunning (meer) nodig. W el is er een meldingsplicht van de activiteiten. In het Activiteitenbesluit zijn 12 besluiten samengevoegd, waaronder het Besluit woon- en verblijfsgebouwen (van toepassing op het Stadsdeelkantoor) en het Besluit horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen (van toepassing op Sporthal Ookmeer).

42



Stadsdeelwerf Thema Activiteit D2 Uitvoeren haalbaarheidsonderzoek naar verder energiebesparing en (duurzame) opwekking van de energievraag voor de werf. D2 Verkrijgen energieprestatiecertificaat, maatwerkadvies en installatie performance scan voor de Werf [6].

E2

E2

Actualiseren register gevaarlijke stoffen Werf en actualiseren van de gegevens in de Stoffenmanager [ 7]. Organiseren ontruimingsoefening 2008.

Sporthal en sportpark Ookmeer Thema Activiteit D2 Verkrijgen energieprestatiecertificaat voor de Sporthal Ookmeer. E2 Actualiseren Bedrijfsnoodplan Sporthal Ookmeer. E2 Actualiseren register gevaarlijke stoffen Sporthal en Sportpark Ookmeer en invoeren in de Stoffenmanager [ 8]. E2 Nagaan of een melding volgens het Activiteitenbesluit [ 9] verplicht is en eventuele [ 6] [ 7] [ 8]

Trekker/betrokkene SDW (MC) / FD(MZC) / COM

FD (MZC) / SDW COM

Realisatie 2008 In uitvoering In december 2008 is de opdracht voor een haalbaarheidsonderzoek verstrekt aan het adviesbureau AMIC. Uitvoering van het onderzoek vindt plaats in het 1e kwartaal van 2009. Uitgevoerd De werf heeft het label C gekregen en het maatwerkadvies (incl. de installatie performance scan) is opgesteld.

FD (MZC) / SDW

Niet uitgevoerd Deze activiteit staat gepland voor het 2e kwartaal van 2009.

FD / BHV

Niet uitgevoerd Een ontruimingsoefening voor de werf staat gepland voor het 2e kwartaal van 2009.

Trekker/betrokkene FD (MZC) / SDW COM FD / SDW

Realisatie 2008 Uitgevoerd De sporthal heeft het label E gekregen. Uitgevoerd Het actuele bedrijfsnoodplan staat op de werkruimte milieu. Niet uitgevoerd Deze activiteit staat gepland voor het 2e kwartaal van 2009.

FD (MZC) / SDW

FD (MZC) / SDW / DMB

Uitgevoerd Volgens opgave van DMB is een nieuwe melding niet nodig. Het

De geselecteerde energiebesparingsmaatregelen worden opgenomen in het MZP voor 2009. De Stoffenmanager is een digitaal hulpmiddel waarmee de risico’s van gevaarlijke stoffen inzichtelij k kunnen worden gemaakt. De Stoffenmanager is een digitaal hulpmiddel waarmee de risico’s van gevaarlijke stoffen inzichtelijk kunnen worden g emaakt.

43


Thema


Activiteit verplichtingen die hieruit voortvloeien.

Natuurpark de Wiedijk en de schoolwerktuinen Thema Activiteit D2 Verkrijgen energieprestatiecertificaat, maatwerkadvies en installatie performance scan voor de Wiedijk en de Schoolwerktuinen [ 10]. E2 Inventariseren benodigde activiteiten om certificeerbaar te zijn volgens de ISO 14001. E2

Opstellen Bedrijfsnoodplan Wiedijk en Schoolwerktuinen. (vervolgens is de actualisatie een doorlopende activiteit)

Trekker/betrokkene

Realisatie 2008 sportpark en de sporthal staan geregistreerd bij DMB. Eventuele voorschriften uit het Activiteitenbesluit die van toepassing zijn op het sportpark en de sporthal moeten door het stadsdeel zelf gegenereerd worden uit het besluit.

Trekker/betrokkene FD (MZC) / W&O (Schooltuin) / SDW (Wiedijk) / COM

Realisatie 2008 Uitgevoerd De gebouwen bij de Schoolwerktuinen resp. de Wiedijk hebben beide het label A gekregen. De maatwerkadviezen (incl. de installatie performance scans) zijn opgesteld. In uitvoering Met het opstellen van bedrijfsnoodplannen en het in kaart brengen van de gevaarlijke stoffen is een start gemaakt richting ISO certificering. In uitvoering De bedrijfsnoodplannen voor de Wiedijk en de Schoolwerktuinen worden afgerond in het 2e kwartaal van 2009.

FD (MZC) / W&O (Schooltuin) / SDW (Wiedijk) FD / W&O (Schooltuin) / SDW (Wiedijk)

[9]

Het Activiteitenbesluit (per 1 januari 2008 in werking getreden) stelt algemene regels aan bedrijven. Deze bedrijven hebben geen milieuvergunning (meer) nodig. Wel is er een meldingsplicht van de activiteiten. In het Activiteitenbesluit zijn 12 besluiten samengevoegd, waaronder het Besluit woon- en verblijfsgebouwen (van toepassing op het Stadsdeelkantoor) en het Besluit horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen (van toepassing op Sporthal Ookmeer). .

[ 10]

De geselecteerde energiebesparingsmaatregelen worden opgenomen in het MZP voor 2009.

44


Thema E2

[ 11]


Activiteit Opstellen register gevaarlijke stoffen Schoolwerktuinen en invoeren in de Stoffenmanager [ 11]. (vervolgens is de actualisatie een doorlopende activiteit)

Trekker/betrokkene FD (MZC) / W&O

Realisatie 2008 In uitvoering Het register gevaarlijke stoffen is opgesteld voor de schoolwerktuinen. Volgende stap is invoering van deze gegevens in de Stoffenmanager.

De Stoffenmanager is een digitaal hulpmiddel waarmee de risico’s van gevaarlijke stoffen inzichtelij k kunnen worden gemaakt.

45

Verslag interne milieuzorg 2008



Gemeente Amsterdam Stadsdeel Osdorp

Energieverbruik Stadsdeel Osdorp

Doel In het Milieuverslag 2007 is geconcludeerd dat de besparing van het elektra en –gasverbruik achterblijft bij de doelstellingen. De huidige verbruikscijfers laten zien dat dit voor 2008, t.o.v. 2007, niet anders is. Duidelijk aanwijsbare oorzaken zijn de algemeen stijgende energiebehoefte (zie conclusie Klimaatplan), de hoge bezetting van het stadsdeelkantoor en de langdurige uitval van de automatische regelunit voor het gebouwbeheersysteem van het stadsdeelkantoor. Daarnaast zijn de gasverbruikscijfers op de werf tot en met 2007 onbetrouwbaar als gevolg van een haperende datalogger. Derhalve is het niet zinvol om nog langer uit te gaan van het gehanteerde referentiejaar uit het Plan van Aanpak Interne milieuzorg 2005-2007 en de totnogtoe gehanteerde verbruiksgegevens. In het Klimaatplan 2008-2014 is een nieuwe, eenduidige doelstelling vastgesteld voor energiebesparing in de bestaande stadsdeelgebouwen van 20% in 2015. Dit is ca. 3% per jaar. Voor de periode tot 2015 wordt uitgegaan van de nieuwe doelstellingen in het Klimaatplan, met 2008 als referentiejaar. Dit betekent dat in 2009 een nieuwe opgave wordt gegeven van de ontwikkeling van het energieverbruik van de stadsdeelorganisatie. Monitoring stadsdeelkantoor en werf Monitoring van het gas- en elektraverbruik van het Stadsdeelkantoor en de Werf vindt plaats met behulp van dataloggers. Via de website van het adviesbureau Ebatech kan het gas- en elektraverbruik online worden bekeken. De monitoring bij het Stadsdeelkantoor verloopt volgens wens. De monitoring van het gasverbruik bij de werf verliep daarentegen niet goed. Oorzaak hiervan was dat de batterijgevoede datalogger voor de gasmeting op de Werf niet goed functioneerde. In overleg met Ebatech is daarom eind 2008 de gasmeter aangesloten op een andere datalogger (zonder batterij). Sindsdien verloopt de monitoring van het gasverbruik op de werf naar wens.

46



Energieverbruik Stadsdeel Osdorp Stadsdeelkantoor [ 12] Jaar Elektra % verschil Gas [kWh] t.o.v. 2008 (m3) 2008 470.675 0,0 83.730 2009 2010 2011 2012 2013 2014

Jaar 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014

[12] [13] [14] [15] [16]

Schoolwerktuinen [ 15] Elektra % verschil [kWh] t.o.v. 2008 5.082 0,0

Gas (m3) 3.893

% verschil t.o.v. 2008 0,0

Stadsdeelwerf [ 13] Elektra % verschil [kWh] t.o.v. 2008 144.442 0,0

Gas (m3) 25.720



Sporthal Ookmeer [ 16] Elektra % verschil [kWh] t.o.v. 2008 220.014 0,0

Gas (m3) 26.938


Wiedijk [14] Elektra % verschil [kWh] t.o.v. 2008 2.390 0,0

Gas (m3) 854

Gegevens monitoringsysteem Gegevens monitoringsysteem Jaarafrekening NUON 24 juli 2007 t/m 14 augustus 2008 Jaarafrekening NUON 24 juli 2007 t/m 20 juli 2008 Gasverbruik: Jaarafrekening NUON 16 augustus 2007 t/m 20 augustus 2008 / Elektraverbruik: specific atie december 2008 Liander

47






Brandstofverbruik wagenpark Stadsdeel Osdorp

Doel In het klimaatplan is als doelstelling opgenomen: 10% besparing op fossiele brandstoffen en/of inkoop duurzame brandstoffen. Het brandstofverbruik van 2008 dient als referentiepunt voor de rapportages voor de komende jaren. Een belangrijke maatregel om te besparen op het brandstofverbruik is een (gefaseerde) overstap op elektrische voertuigen. Hiermee wordt aangesloten bij de centraalstedelijke ambitie en aanpak. Brandstofverbruik Het brandstofverbruik is toegedeeld aan 4 soorten voertuigen. 1. Grote huisvuilinzamelingswagens (9 stuks); 2. Kleine huisvuilinzamelingswagens (22 stuks); 3. Veegwagens (5 stuks) en 4. Personenauto’s (13 stuks). In onderstaande tabel is het totale brandstofverbruik van het eigen wagenpark voor 2008 weergegeven. 2008 Totaal verbruik (liters) Grote huisvuilinzamelingswagens Kleine huisvuilinzamelingswagens Veegwagens Personenauto’s Totaal aan liters



2009

74.500 30.500 48.000 6.200 159.200

Papierverbruik Stadsdeel Osdorp

Doel Pas in het Milieuprogramma 2009 is een doelstelling voor papierbesparing opgenomen van 5% per fte. Het papierverbruik in het jaar 2008 zal hiervoor als referentiepunt dienen. Om een aansprekende papierbesparing te realiseren wordt (standaard) dubbelzijdig printen aanbevolen en zo mogelijk in de toekomst het terugdringen van het aantal printers en het meer (gemonitord) printen op de kopieermachines. Overstap milieuvriendelijk papier In november 2008 is er bij de repro van de Facilitaire Dienst een proef uitgevoerd met milieuvriendelijker printen kopieerpapier. Voor de proef is chloorvrij gebleekt papier gebruikt in plaats van standaard chloorgebleekt papier. De proef is geslaagd. Er vindt nu alleen nog inkoop van dit papier plaats.

49



Papierverbruik Het papierverbruik van het stadsdeel bestaat uit drie componenten; 1. printen kopieerpapier (A4 en A3formaat); 2. enveloppen; 3. drukwerk: briefpapier en visitekaartjes. De onderstaande tabellen geeft een beeld van de inkoop in 2008 van het aantal kg printen kopieerpapier, enveloppen en drukwerk, ten opzichte van het aantal fte, versus de hoeveelheid afgevoerd papier. Inkoop (Stadsdeel Osdorp) Jaar Print- en kopieerEnveloppen papier (kg) (kg) 2008 12.682 232

Drukwerk (kg) 886

Totaal (kg) 13.800

Aantal fte 318

Kg/fte 43,4

Afvoer (Stadsdeelkantoor en FinSingel) Jaar Papier (kg) Karton (kg) 2008 15.969 1.949 De bovenstaande tabellen zijn alleen bedoeld om een beeld te geven van de relatieve verhoudingen tussen de verschillende hoeveelheden. Duidelijke conclusies zijn niet mogelijk, aangezien de informatie over de hoeveelheid afgevoerd papier vervuild is door b.v. (extern) ingekomen stukken en brieven, kranten, etc. 

Duurzame inkoop Stadsdeel Osdorp

Doel Het Rijk heeft in 2007 met de VNG het Klimaatakkoord gesloten. Hierin is onder andere afgesproken dat bij gemeenten 75% procent van het inkoopvolume (in euro) in 2010 duurzaam moet zijn. In 2015 moet dit 100% zijn. Duurzaam inkopen is het hanteren van milieu- én sociale criteria bij het inkopen en aanbesteden. Aandeel duurzame inkoop binnen Stadsdeel Osdorp Binnen alle sectoren van stadsdeel Osdorp vindt inkoop en aanbesteding van werken, leveringen en diensten plaats, waarbij steeds meer gebruik wordt gemaakt van gemeentebrede raamcontracten waarin reeds duurzaamheidscriteria zijn verwerkt. Dit vindt binnen Osdorp echter onvoldoende gecoördineerd en gestructureerd plaats. Ook ontbreekt het op dit moment aan een instrument om te kunnen monitoren hoeveel procent van het inkoopvolume (in euro) duurzaam is. Om toch een belangrijke stap te kunnen maken richting het behalen van de doelstellingen wordt aanbevolen om tijdelijk een aanjager c.q. kwartiermaker aan te stellen met de verantwoordelijkheid voor het organisatorisch inbedden, borgen en monitoren van duurzame inkoop binnen het inkoop- en aanbestedingstraject binnen Osdorp. Hiervoor wordt een prioriteit overwogen, in te dienen bij de Voorjaarsnota 2009.

50



Bijlage 3 Integrale handhavingsacties en educatieve zwerfafvalprojecten 2008

In januari en februari volgden twee groepen van basisschool de El Amien een zwerfafvalproject. Op 14 januari begon dit project met een zwerfafvalles voor groep 7a. Onderdeel van de les was het vertonen van de zwerfafvalfilm. Op 21 januari volgde een prikactie in de Reimerswaalbuurt. Opvallend was de grote hoeveelheid zwerfvuil dat werd verzameld. Op 28 januari eindigde de actie met een bezoek aan de werf. Het accent bij de rondleiding lag met name op afvalscheiding en recycling. Op 4 februari begon groep 7b met hetzelfde traject. Dit eindigde op 18 februari. De twee groepen van de El Amien werden in de week van Nederland schoon (10-16 maart) opnieuw gevraagd om de Reimerswaalbuurt schoon te maken. Terwijl AT-5 opnames maakte, verzamelden de groepen wederom een grote hoeveelheid zwerfafval. ’s Avonds, tijdens het nieuws werden de opnames uitgezonden. Zaterdag 15 maart was de landelijke opschoondag. Vanaf 10.00 uur kwamen deelnemers in het stadspark bijeen om Osdorp schoner te maken. We hadden vier voertuigen tot onze beschikking die allen, na de koffie, volgepakt werden met schoonmakers en prikkers en naar een wijk vertrokken om aldaar de buurt schoon te maken. Communicatie zorgde voor de foto’s en Martje Postma deed de aftrap. Vlak na de week van Nederland schoon, op 20 maart, organiseerde de milieupolitie de lunchbijeenkomst “Zwerfafval” op het stadsdeelkantoor. Tijdens deze bijeenkomst werd de zwerfafvalfilm aan de medewerkers van Osdorp vertoond. Doel van de bijeenkomst was om onze collega’s erop te wijzen dat de milieupolitie er niet alleen is om bekeuringen uit te schrijven maar dat ze ook actief zijn op het gebied van informatie en educatie. Vanaf 30 januari ondersteunde de milieupolitie elke laatste woensdag van de maand de actie: Wie heeft de schoonste straat van de Wildeman? De actie eindigde op 20-06 met een groot slotfeest. Elke dondermiddag om 14.00 uur gaat de milieupolitie, samen met leerlingen van de Paulusschool, een uur het stadspark schoonmaken. De Paulusschool heeft in 2007 het park, in de omgeving van de school, geadopteerd, en is deze belofte in 2008 nagekomen.

51



In april en mei hebben we een zwerfafvalproject georganiseerd voor de Osdorpse Montessori-school. In totaal 60 kinderen kregen, in totaal 9 bijeenkomsten, les hoe om te gaan met zwerfafval. Tijdens de schoolvakantie werden de Elzen (dagcentrum) en Dunya en Desi (kinderdagverblijf) gevraagd of zij hun omgeving willen schoonhouden met behulp van materiaal dat ter beschikking werd gesteld door de milieupolitie. 28 Augustus is de milieupolitie aanwezig geweest bij het buurtoverleg van de politie Meer en Vaart. Tijdens dit overleg werd de integrale handhavingcoördinator voorgesteld. Ook werd de integrale handhavingactie in de Wildeman- en Blomwijkerbuurt aangekondigd. Begin september hadden we het zwerfafvalproject voor de portiekwachters (Reimerswaalbuurt). Ongeveer 25 kinderen, van uiteenlopende leeftijd, kregen een rondleiding over de werf en moesten een week daarna de omgeving van hun woonflat schoonmaken. De zwerfafvalfilm werd bij de begeleiding thuis vertoond. Eind september, oktober werd er een zwerfafvalproject georganiseerd voor groep 7 van de Driesprong. 25 Kinderen kregen, in drie bijeenkomsten, les hoe om te gaan met zwerfafval. In de maanden oktober, november en december organiseerde de milieupolitie, in samenwerking met politie Meer en Vaart, toezichthouders van Parcon en de afdeling communicatie een integrale handhavingactie in de Wildeman- en Blomwijkerbuurt. De actie bestond uit verschillende activiteiten: In week 43 en 44 zijn twee medewerkers van Parcon de wijken ingegaan om de bewoners te informeren over de actie. Zij belden huis aan huis aan en hingen posters op in de portieken. Ook overhandigden zij een bewonersbrief, vergezeld van de afvalwijzer en een gadget. Bewoners die niet thuis waren kregen een bewonersbrief in de brievenbus. Vanaf 12 november werd op elke woensdag en donderdag van 15.00 tot 23.00 uur door de politie en milieupolitie gezamenlijk gehandhaafd op de volgende zaken: - het op de juiste wijze aanbieden van huisvuil het naleven van de verkeersregels het naleven van de hondenregels Men surveilleerde in uniform en men gebruikte gehuurde burgerauto’s. De handhavingactie liep op 4 december af. Om overdag de reguliere surveillances te ondersteunen en bewoners te informeren over de actie zij ook in week 47 en 48 twee medewerkers van Parcon in de buurt aanwezig geweest. Behalve de reguliere surveillances zijn de volgende manuren ingezet: Informatieverstrekking Parcon

320 manuren

52



Handhaving milieupolitie Handhaving politie

112 manuren 112 manuren

Afdeling communicatie verzorgde de publiciteit omtrent de actie. De actie werd aangekondigd in: - de Westerpost - een bewonersbrief - www.amsterdam.nl - www.osdorp.amsterdam.nl In week 49 en week 50 hebben twee toezichthouders van Parcon (totaal 120 uren) huisbezoeken afgelegd bij bewoners in de Jan van Zutphenbuurt. Aanleiding was het grote aantal sancties (63) die de afgelopen maanden waren opgelegd door de milieupolitie wegens het verkeerd aanbieden van afval. Behalve het geven van informatie aan de bewoners hoorden de toezichthouders van Parcon ook klachten aan m.b.t. afval. Ze werden ook geconfronteerd met hangjongeren, waardoor ook contact werd opgenomen met de buurtregisseur en het Wellantcollege. Op het moment dat hangjongeren werden gesignaleerd werd dit doorgegeven aan de politie. Ook was er contact met de veiligheidscoördinator van het stadsdeel. In week 51 en 52 zijn medewerkers van Parcon (totaal 46 uren), in opdracht van de milieupolitie, bij bedrijven langs geweest om te vragen naar hun afvalstroom. De gegevens zijn doorgegeven aan Bedrijfsbureau Wijken.

53



Bijlage 4 Afkortingen

A-lijst AmvB ARC ASH FD BANS

BOOT BWA

BZV CANW CO 2 COM DB DIVV DLG DMB DO DR DRO ECO-team EECO EPC EPL FSC GOW GVB KCA

Lijst van bestaande woningen met gevelbelasting in 1985 hoger dan 65 Db. Algemene Maatregel van Bestuur Amsterdam Reduceert CO 2 (energiebureau van Centrale Stad en stadsdelen, ondergebracht bij de DMB) Afvalstoffen Heffing afdeling Facilitaire Dienstverlening (sector middelen i.o.) BestuursAkkoord Nieuwe Stijl (convenant dat gemeenten, provincies en het Rijk in februari 2002 hebben ondertekend om te werken aan CO 2 vermindering). Aan dit akkoord is een subsidieregeling gekoppeld. Stadsdeel Osdorp heeft subsidie aangevraagd voor de uitvoering van een programma dat loopt tot en met 2007. Besluit Opslaan in Ondergrondse Tanks Basiskwaliteit Woningbouw: Convenant Amsterdam en woningbouwcorporaties voor extra bouwkundige klimaatmaatregelen in nieuwbouw, bovenop het Bouwbesluit. Afdeling bouwzaken & vergunningen (sector Wonen en Werken) Centrumgebied Amsterdam Nieuw-West Koolstofdioxide (belangrijkste broeikasgas) Afdeling communicatie dagelijks bestuur (van Stadsdeel Osdorp) Dienst Infrastructuur, Verkeer en vervoer Dienst Landelijk Gebied Dienst Milieu en Bouwtoezicht (voorheen Milieudienst Amsterdam) Definitief Ontwerp deelraad Osdorp Dienst Ruimtelijke Ordening Groep bewoners die samenwerken aan milieuverbetering in de leefomgeving Ecologisch Educatief centrum Osdorp Energie Prestatie Coëfficiënt (een maat voor de energiezuinigheid van een gebouw. Hoe lager de EPC hoe minder energieverbruik). Energie Prestatie op Locatie (een maat voor de energiezuinigheid van een woonwijk. Hoe hoger de EPL hoe minder energieverbruik) Forest Stewardship Council (keurmerk duurzaam geproduceerd hout) GemeenteOntsluitingsWegen Gemeentelijk Vervoer Bedrijf Klein Chemisch Afval

54


mil. MKB mt nat. NME NO 2 PLABEKA PM10 P&O PvA PVE SDW VGS VO VROM W&W W&O WRO WvO


Milieucoördinator (afdeling beleid, sector Stadsdeelwerken) Midden- en Kleinbedrijf managementteam van het stadsdeel (overleg van alle sectorhoofden en de stadsdeelsecretaris) Natuurcoördinator (afdeling techniek, sector stadsdeelwerken) Natuur- en Milieueducatie Stikstofdioxyde Platform Bedrijf en Kantoorlocaties Stofdeeltjes met een aërodynamische diameter kleiner dan 10 micrometer. PM staat voor Particulate Matter. Afdeling P&O (sector middelen i.o.) Plan van Aanpak Programma van Eisen Sector Stadsdeelwerken Voorrang Gezonde Stad Voorlopig ontwerp Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening & Milieu Sector Wonen en Werken Sector Welzijn en Onderwijs Wet Ruimtelijke Ordening Wet verontreiniging oppervlaktewater

55

Concept 28 april Milieuverslag 2008

Recommend Documents