LUCAS Centrum voor Zorgonderzoek & Consultancy Kapucijnenvoer 39 bus 5310 3000 Leuven Tel. + 32 16 37 34 31 Fax. +32 16 33 69 22 www.kuleuven.be/lucas
COMPOOL Het vooraf in kaart brengen van enkele specifieke ‘poolcompetenties‘ Rapport 4
Dr. Inge Neyens Prof. dr. Chantal Van Audenhove
LeuvenMei 2014
Colofon
Projectverantwoordelijke Dhr. Bart Coopman
Onderzoeksleiding Prof. dr. Chantal Van Audenhove
Wetenschappelijk medewerker Dr. Inge Neyens
Partner Jobcentrum West-Vlaanderen
Administratieve ondersteuning Kevin Agten
Leuven, mei 2014
Inhoud Inleiding
5
Visuele weergave van de onderzoeksfase
7
1
Doelstelling
9
2
Methode
9
3
Resultaten
9
3.1
9
Veerkracht 3.1.1 Bestaande schalen 3.1.2 De geselecteerde schaal
10 10
3.1.3 De instructie en de items
10
Assertiviteit
11
3.2.1 Bestaande schalen 3.2.2 De geselecteerde schaal
11 12
3.2.3 De instructie en de items
12
Bereidheid om hulp te zoeken
14
3.3.1 Bestaande schalen
15
3.4
3.3.2 De geselecteerde schaal 3.3.3 De instructie en de items Flexibiliteit
15 15 17
3.5
Motivatie om aan Compool deel te nemen
18
3.2
3.3
Referenties
19
Bijlage 1: Het Compool screeningsinstrument
21
Lijst tabellen Tabel 1: Oorspronkelijke en vertaalde instructie van the Brief Resilience Scale
11
Tabel 2: Oorspronkelijke en vertaalde items van the Brief Resilience Scale
11
Tabel 3: De zelf-ontwikkelde instructie en items om flexibiliteit te meten
17
Tabel 4: De zelf-ontwikkelde instructie en items om de motivatie om deel te nemen aan Compool te meten
18
Lijst figuren Figuur 1: Visuele weergave van de onderzoeksfase
7
Inleiding
‘Compool’ is een project dat in samenwerking verloopt met Jobcentrum, KU Leuven LUCAS, OCMW Brugge en Stad Brugge en dat gesteund wordt door het Europees Sociaal Fonds. In het kader van dit project wordt een vernieuwde tewerkstellingsvorm ontwikkeld voor personen met een chronische problematiek, waarbij voor een specifiek type van job een pool wordt aangelegd van mensen die beschikken over vergelijkbare competenties. Wanneer een werknemer wegens gezondheidsproblemen beslist om tijdelijk uit de job te stappen, wordt iemand anders uit de pool ingeschakeld om het werk verder te zetten. Op deze manier krijgt de werkgever de garantie dat het werk tijdig af geraakt en de werknemer de mogelijkheid om tijdelijk een rustpauze in te lassen zonder vrees voor jobverlies. Het Compoolproject bestaat uit een onderzoeksmatig projectgedeelte en een praktijkgericht projectgedeelte met een testfase. Het onderzoeksmatig gedeelte verloopt in 7 verschillende fasen die gedetailleerd worden weergegeven in 7 rapporten. Een eerste onderzoeksfase betreft een korte verkenning en situering van Compool ten op zichte van twee bekende tewerkstellingsvormen, namelijk Transitional Employment en Supported Employment. In deze fase wordt eveneens het gehele onderzoeksopzet verder uitgewerkt. De weergave van deze fase vindt u terug in Rapport 1. Een tweede onderzoeksfase van het project vertrekt vanuit de ervaringen van gelijkaardige poolsystemen zoals de vervangingspool van het onderwijs, het poolsysteem van de havenarbeiders ... en hanteert deze ervaringen om lessen te trekken bij de organisatie van een Compool (Rapport 2). In een derde onderzoeksfase gaan we in op welke determinanten de kans op slagen van Compool beïnvloeden volgens mensen met een chronische problematiek (vb. psychische kwetsbaarheid) en arbeidsbegeleiders (Rapport 3). In het huidige rapport (Rapport 4) ontwikkelen we op basis van de gegevens uit de vorige onderzoeksfasen een screeningsinstrument dat gebruikt zal worden in de testfase om na te gaan welke competenties en motivatie om deel te nemen aan Compool eventueel een impact hebben op de slaagkansen ervan. In Bijlage 1 vindt u dit instrument terug. Dit rapport beschrijft de ontwikkeling en validiteit van dit instrument. Vervolgens zullen we in fase 5 nagaan welke aandachtspunten we op het vlak van arbeidsorganisatie kunnen meenemen bij het opzetten van Compool. Dit HR kader belicht het arbeidsorganisatorisch systeem, de HR aspecten en team-, organisationele- en taak factoren (Rapport 5). Vervolgens gaan we op zoek naar het wetgevend kader waarin Compool vorm kan krijgen (Rapport 6). Op basis van de lessen die we uit deze onderzoeksfasen trekken, wordt Compool geïmplementeerd en uitgetest in OCMW Brugge. Deze test wordt omschreven en geëvalueerd in Rapport 7. Tot slot wordt een handboek uitgewerkt op basis van het onderzoek en de praktijktoets. 5
Visuele weergave van de onderzoeksfase
Figuur 1: Visuele weergave van de onderzoeksfase
Fase 1: Situering en beschrijving onderzoeksopzet
Fase 2: Vergelijkende systemen
Fase 3: Determinanten
Fase 4: Ontwikkeling screeningsinstrument
Fase 7: Omschrijving en evaluatie testfase
Fase 5: HR kader
Fase 6: Wettelijk kader
Handboek “Compool”
7
1
Doelstelling
Het doel van deze fase is om een instrument te ontwikkelen dat gebruikt kan worden bij de screening van de Compoolkandidaten. Het kan jobcoaches ondersteunen in hun gesprek met kandidaten. Het beoogt echter geen selectie instrument te zijn: iedereen die een minimum aan motivatie heeft om deel te nemen aan het systeem, kan participeren. De resultaten uit deze screening zullen bij de testcase (OCMW Brugge) gebruikt worden om in kaart te brengen welke individuele competenties de slaagkansen van Compool bepalen.
2
Methode
Om dit instrument te ontwikkelen, selecteerden we eerst een aantal relevante poolcompetenties die de kans op slagen van Compool mogelijks beïnvloeden. Daarvoor baseerden we ons op de resultaten uit eerdere onderzoeksfasen waarbij de determinanten van Compool in kaart werden gebracht door mensen met psychische kwetsbaarheid, arbeidsbegeleiders (Rapport 3) en experten uit gelijkaardige (pool)systemen (Rapport 2). De geselecteerde competenties waren: 1. Veerkracht 2. Assertiviteit (vb. om tijdig een rustpauze te vragen) 3. Bereidheid om hulp te zoeken 4. Flexibiliteit Vervolgens gingen we aan de hand van de literatuur voor elk van deze competenties na hoe deze op een betrouwbare, gevalideerde en praktisch haalbare wijze gemeten kunnen worden. Voor competenties waarvoor we geen gevalideerde meting vonden, ontwikkelden we zelf een meting. Naast deze competenties wensten we ook de motivatie om aan Compool deel te nemen, in rekening te brengen.
3
3.1
Resultaten
Veerkracht
Arbeidsbegeleiders
en
mensen
met
psychische
kwetsbaarheid
vermelden
veerkracht
en
stressbestendigheid als belangrijke competenties om Compool te kunnen laten slagen. 9
3.1.1
Bestaande schalen
In de literatuur vonden we een aantal gevalideerde schalen terug die veerkracht meten zoals:
- The Connor-Davidson Resilience Scale (Connor & Davidson, 2003): Deze schaal bestaat uit 25 items en heeft een grote betrouwbaarheid. De interne consistentie (dit is de mate van samenhang tussen de items van de schaal) wordt gemeten aan de hand van Chronbach’s alfa en bedraagt 0.89 en de test-hertest1 betrouwbaarheid 0.87. Ook toont onderzoek aan dat de meting een hoge convergente (het construct hangt samen met gelijkaardige constructen) en divergente (het construct hangt niet samen met andere constructen) validiteit kent.
- The Brief Resilience Scale (Smith, Dalen, Wiggins, Tooley, Christopher, & Bernard, 2008): Deze schaal is beduidend korter en bevat zes items. De interne consistentie van de schaal is goed, chronbach’s alfa varieert tussen 0.80 en 0.91. De test-hertestbetrouwbaarheid is matig (met een score van 0.62 tot 0.69). Verder is er evidentie voor een hoge constructvaliditeit (de convergente en discriminant predictieve validiteit) van deze schaal. - Veerkracht (een schaal als onderdeel van een zelfbeoordelingstest ontwikkeld door ISW Limits): Deze Nederlandstalige schaal bestaat uit 11 items en heeft een hoge interne consistentie (chronbach’s alfa: 0.88) en vertoont constructvaliditeit (de schaal correleert volgens de verwachtingen met andere constructen). 3.1.2
De geselecteerde schaal
Aangezien the Brief Resilience Scale vrij kort en voldoende betrouwbaar en valide is, kozen we ervoor om deze schaal te vertalen in het Nederlands. We kozen niet voor de Veerkracht schaal zoals ontwikkeld door ISW Limits aangezien deze zich vooral richt op het zelfwaarde gevoel en optimisme (eerder dan veerkracht in de zin van de kracht om terug te herbronnen na moeilijke tijden). 3.1.3
De instructie en de items
Hieronder vindt u een vertaling van de instructie en de items van the Brief Resilience Scale.
1
Test-hertest betrouwbaarheid verwijst naar de mate waarin een herafname van eenzelfde test ook dezelfde resultaten oplevert.
10
Tabel 1: Oorspronkelijke en vertaalde instructie van the Brief Resilience Scale
Oorsponkelijke instructie
Vertaalde instructie
“Please indicate the extent to which you agree with
Geef aan in welke mate je akkoord gaat met elk van
each of the following statements by using the
de volgende beweringen. 1= helemaal niet akkoord,
following scale: 1 = strongly disagree, 2 = disagree,
2= niet akkoord, 3= neutraal, 4= eerder akkoord, 5=
3 = neutral, 4 = agree, 5 = strongly agree.”
helemaal akkoord
Oorspronkelijke items
Vertaalde items
I tend to bounce back quickly after hard times
Ik herstel snel na moeilijke tijden.
I have a hard time making it through stressful
Ik heb het moeilijk om met stresserende
events (R).
gebeurtenissen om te gaan.
It does not take me long to recover from a stressful
Ik doe er niet lang over om te herstellen van een
event.
stresserende gebeurtenis.
It is hard for me to snap back when something bad
Het is moeilijk voor mij om terug te vechten
happens (R).
wanneer iets slechts gebeurt.
I usually come through difficult times with little trouble
Gewoonlijk geraak ik met weinig problemen door moeilijke tijden.
I tend to take a long time to get over set-backs in
Ik heb een lange tijd nodig om over inzinkingen in
my life (R).
mijn leven heen te geraken.
Tabel 2: Oorspronkelijke en vertaalde items van the Brief Resilience Scale
3.2
Assertiviteit
Arbeidsbegeleiders en vooral mensen met psychische kwetsbaarheid vermelden dat het belangrijk is dat Compoolkandidaten voldoende assertief zijn. Zo dienen zij vb. tijdig een rustpauze te vragen indien het nodig is om niet onnodig de eigen grenzen te overschrijden. 3.2.1
Bestaande schalen
In de literatuur vonden we een aantal gevalideerde schalen terug om assertiviteit te meten zoals:
11
- The Rathus Assertiveness Schedule (Rathus, 1973): Dit is een schaal bestaande uit 30 items. Studies die de schaal onderzochten rapporteren een hoge interne consistentie (chronbach’s alfa: 0.88) en een goede test-hertest en ‘split half’2 betrouwbaarheid (r= 0.77). - The Simple Rathus Assertiveness Schedule (McCormick, 1985; Lumley, 2001). De items van deze schaal zijn gebaseerd op de RAS maar eenvoudiger verwoord. De schaal bestaat eveneens uit 30 items. De inter-item correlatie tussen de RAS en de SRAS is 0.79; de correlatie tussen de algemene scores van de twee metingen is 0.94 wat erop wijst dat de SRAS een parallelle test is van de uitgebreid gevalideerde RAS. De split-half betrouwbaarheid is 0.92 (McCormick, Hahn, and Walkey, 1984). - The Simple Rathus Assertiveness Schedule – Short Form (Jenerette and Dixon, 2010). Deze schaal is een verkorte versie van 19 items. De interne consistentie is goed (chronbach’s alfa = 0.80). De constructvaliditeit (zowel de convergente als divergente validiteit) werd aangetoond. Deze versie werd aangepast en vertaald naar de Nederlandse context in een bachelor thesis (Nazareth, 2011). De interne consistentie van deze Nederlandse schaal bedroeg 0.86. 3.2.2
De geselecteerde schaal
Omwille van praktische redenen werd gekozen voor de verkorte en eenvoudige vorm van de Rathus Assertiveness Schedule (SRAS-SF). Bovendien bleek de interne consistentie van de vertaalde vragenlijst groot te zijn. 3.2.3
De instructie en de items
De oorspronkelijke instructie bij de SRAS-SF is: “Indicate how characteristic or descriptive each of the following statements is of you by using the code given below. +3 very characteristic of me, extremely descriptive +2 rather characteristic of me, quite descriptive +1 somewhat characteristic of me, slightly descriptive - 1 somewhat uncharacteristic of me, slightly non descriptive - 2 rather uncharacteristic of me, quite non descriptive - 3 very uncharacteristic of me, extremely non descriptive Om dit te vereenvoudigen vervingen we deze instructie door hetvolgende:
2
De split half betrouwbaarheid wordt vaak nagegaan door de test in twee delen te splitsen (vb. de even en oneven items) en de betrouwbaarheid ervan na te gaan door de correlatie tussen deze twee delen te berekenen.
12
“Geef aan in welke mate de volgende uitspraken waar zijn. 1= helemaal niet waar, 2= Eerder niet waar, 3= Neutraal, 4= Eerder waar, 5= Helemaal waar”
De items zijn uit de Nederlandse versie van de SRAS-SF zijn: 1. 1. Ik heb getwijfeld om dates te accepteren of te ondernemen vanwege verlegenheid. 2. 2. Als het eten in een restaurant niet voldoet aan mijn wensen, zal ik erover klagen bij de 3. serveerster/serveerder. 4. 3. Ik vermijd zorgvuldig het pijn doen van andermans gevoelens, zelfs als ik het gevoel heb dat ik diegene ben die is gekwetst. 5. 4. Als mij wordt gevraagd om iets te doen, wil ik graag weten waarom ik dat moet doen. 6. 5. Om eerlijk te zijn, mensen gebruiken mij vaak in hun voordeel. 7. 6. Vaak weet ik niet wat ik moet zeggen tegen een aantrekkelijk persoon van het ander geslacht. 8. 9. 10. 11.
7. Ik aarzel om bedrijven en instituten te bellen. 8. Ik zou eerder solliciteren naar een baan door brieven te schrijven dan via persoonlijke interviews. 9. Ik schaam me ervoor om producten waar ik niet tevreden over ben terug te brengen. 10. Ik vermijd het stellen van vragen uit angst dat het dom klinkt.
12. 11. Tijdens een woordenwisseling ben ik soms bang dat ik zo van streek geraak dat ik ervan tril. 13. 12. Ik vermijd het onderhandelen van prijzen met verkopers en winkelbediendes. 14. 13. Als iemand valse of slechte geruchten over mij verspreidt, zal ik ervoor zorgen dat ik zo 15. snel mogelijk met diegene een gesprek aanga. 16. 14. Ik vind het moeilijk om ‘nee’ te zeggen. 17. 15. Ik heb eerder de neiging om mijn emoties op te kroppen dan een scène te maken. 18. Ik beklaag mij over de slechte service in een restaurant of ergens anders. 19. 17. Iemand die probeert om voor te kruipen in een rij kan een weerwoord van mij verwachten. 20. 18. Ik geef snel mijn mening. 21. 19. Er zijn momenten waarop ik niks kan zeggen. Deze items nemen we in hun geheel over. Enkel item één en drie passen we aan aan de Vlaamse context. Item 1 wordt dan: 1. Ik heb getwijfeld om in te gaan op een uitnodiging of zelf iemand uit te nodigen vanwege verlegenheid. Item 3 wordt dan: 3. Ik vermijd zorgvuldig iemand te kwetsen zelfs als ik het gevoel heb dat ik diegene ben die is gekwetst.
13
Naast deze assertiviteitsschaal ontwikkelden we zelf nog enkele vragen om ‘de mate waarin iemand geneigd is om tijdig werkwijzigingen aan te vragen bij de supervisor indien nodig’ op een directe wijze te meten. Deze vragen waren:
1.
Durf je aan je baas vragen om het aantal werkuren te veranderen als je zo beter kan werken?
2.
Zeker niet
Eerder niet
Neutraal
Eerder wel
Zeker wel
Durf je aan je baas vragen om bij minder klanten (vb. minder gezinnen) te mogen poetsen als je zo beter kan werken?
3.
Zeker niet
Eerder niet
Neutraal
Eerder wel
Zeker wel
Durf je aan je baas vragen om bij andere klanten (vb. andere gezinnen) te mogen poetsen als je zo beter kan werken?
3.3
Zeker niet
Eerder niet
Neutraal
Eerder wel
Zeker wel
Bereidheid om hulp te zoeken
Arbeidsbegeleiders en mensen met psychische kwetsbaarheid vermelden dat het belangrijk is dat Compoolkandidaten voldoende inzicht hebben in hun eigen problematiek en dus ook de bereidheid tonen om hulp te zoeken indien nodig.
14
3.3.1
Bestaande schalen
In de literatuur vonden we een aantal gevalideerde schalen terug om de bereidheid tot het zoeken van hulp te meten, zoals: - The Willingness to Seek Help Questionnaire (Cohen, 1999): Deze schaal bevat 25 items. De interne consistentie is goed (chronbach’s alfa = 0.85). Ook de convergente en divergente validiteit zijn goed. o
In een studie van Pino (2012) werden 14 items geselecteerd. De interne consistentie was matig (chronbach’s alfa = 0.74) en de validiteit werd niet getest.
- The General Help-Seeking Questionnaire (Raviv et al., 1992): Deze vraag bestaat uit een instructie waarin wordt gevraagd om aan te geven in welke mate men hulp zou zoeken bij een aantal ‘bronnen (personen)’ om een bepaalde situatie aan te pakken. De interne consistentie van deze vraag is goed (chronbach’s alfa= 0.85) en de test-hertest betrouwbaarheid is 0.92. Verder werd aangetoond dat de antwoorden op de vraag correleren met het effectieve zoekgedrag. 3.3.2
De geselecteerde schaal
Omdat de WSHQ erg lang is, omdat het onduidelijk blijft bij deze schaal bij wie men hulp zal zoeken en omdat de betrouwbaarheid van de verkorte versie slechts matig is, besloten we de GHSQ te gebruiken. 3.3.3
De instructie en de items
De oorspronkelijke instructie van deze vraag was: “If you were having [problem-type], how likely is it that you would seek help from the following people?” 7-point scale ranging from 1 (“extremely unlikely”) to 7 (“extremely likely”) for each help source option including “no one.”
We vertaalden deze als volgt: “Je bent aan het werk maar voelt dat het minder goed gaat. Hoe groot is dan de kans dat je hiervoor hulp zoekt bij ...” 1= zeer klein, 2= eerder klein, 3= niet groot, niet klein, 4= eerder groot, 5= zeer groot, 6= niet van toepassing
15
De personen die we selecteerden zijn:
1. Niemand 2. Uw partner 3. Uw vader 4. Uw moeder 5. Uw broer(s) en/of zus(sen) 6. Andere familie (omschrijf): .................................................... 7. Uw beste vriend(in)/vriend(in)en 8. Uw collega’s 9. Uw baas 10. De personeelsdienst 11. Uw huisarts 12. Een kinesist 13. Een psycholoog/psychiater 14. Anderen (buren, lotgenoten, ...) (omschrijf): .........................
Bijkomend stelden we de volgende vraag om na te gaan op wie men effectief beroep doet bij ziekte: “Op wie doe je beroep als je ziek bent? Kruis aan. Meerdere antwoorden zijn mogelijk.” We boden opnieuw de hierboven beschreven lijst aan van 14 verschillende personen.
16
3.4
Flexibiliteit
Ook flexibiliteit kwam tijdens interviews aan bod als een belangrijke factor die de kans op slagen van Compool kan beïnvloeden. We vonden echter geen gevalideerde schalen die de flexibiliteit van de medewerker meten (tenzij vb. bereidheid tot overwerken of jobrotatie). Vandaar ontwikkelden we zelf de volgende vragen (in de context van het OCMW Brugge):
Tabel 3: De zelf-ontwikkelde instructie en items om flexibiliteit te meten
In welke mate ga je akkoord met de volgende stellingen? Helemaal
Eerder niet
niet akkoord
akkoord
1. Ik poets graag voor meerdere klanten (vb. meerdere gezinnen).
1
2
2. Ik ben in staat om te poetsen voor meerdere klanten (vb. meerdere gezinnen).
1
2
Eerder
Helemaal
akkoord
akkoord
3
4
5
3
4
5
Neutraal
Bij hoeveel verschillende klanten (vb. gezinnen) wenst u (maximaal) te poetsen per week? .......................................................................................................................................................
17
3.5
Motivatie om aan Compool deel te nemen
Motivatie zou een rol kunnen spelen in het slagen van Compool. Vandaar dat we dit construct eveneens opnamen. De volgende vraag werd gesteld:
Tabel 4: De zelf-ontwikkelde instructie en items om de motivatie om deel te nemen aan Compool te meten
Hoe belangrijk is het volgende voor u? Helemaal niet belangrijk
Eerder niet
Noch belangrijk,
Eerder
Zeer
belangrijk
noch onbelangrijk
belangrijk
belangrijk
1. Ik kan tijdelijk uit de job stappen indien nodig.
1
2
3
4
5
2. Ik kan mijn job behouden.
1
2
3
4
5
3. Ik draag ertoe bij dat er steeds een poetshulp beschikbaar is voor de klanten (vb. de gezinnen).
1
2
3
4
5
4. Ik wil uitval van anderen opvangen omdat ik zelf een grotere kans heb om tijdelijk uit te vallen.
1
2
3
4
5
5. Andere (vul aan): .....................................................
1
2
3
4
5
18
Referenties
Cohen, B. Z. (1999). Measuring the willingness to seek help. Journal of Social Service Research, 26(1), 6782. Connor, K. M., & Davidson, J. R. (2003). Development of a new resilience scale: The Connor‐Davidson resilience scale (CD‐RISC). Depression and anxiety, 18(2), 76-82. ISW Limits. http://www.iswlimits.be/isat/website/publicatie2.pdf Jenerette, C., & Dixon, J. (2010). Developing a Short Form of the Simple Rathus Assertiveness Schedule Using a Sample of Adults With Sickle Cell Disease. Journal of Transcultural Nursing, 21(4), 314-324. Lumley, V. A. (2001). An Assessment of Assertion Skills Among Adults with Mild Mental Retardation. Doctoral dissertation, West Virginia University. McCormick, I. A. (1985). A simple version of the Rathus Assertiveness Schedule. Behavioral Assessment. McCormick, I., Hahn, M., & Walkey, F. (1984). Reliability and normative data for the simple rathus assertiveness schedule. New Zealand Journal of Psychology, 13(2), 69-70. Nazareth, D. (2011). Revising the flaming model: examining personality traits as predictors of flaming motives in online forums. Unpublished bachelor dissertation. University of Twente, The Netherlands. Pino, J. Z. (2012). Age group differences in older adults’ attitudes toward psychotherapy and willingness to seek help. Doctoral dissertation, Indiana University of Pennsylvania. Rathus, S. A. (1973). A 30-item schedule for assessing assertive behavior. Behavior therapy, 4(3), 398-406. Raviv, A., Maddy-Weitzman, E., & Raviv, A. (1992). Parents of adolescents: Help-seeking intentions as a function of help sources and parenting issues. Journal of Adolescence, 15(2), 115-135. Smith, B. W., Dalen, J., Wiggins, K., Tooley, E., Christopher, P., & Bernard, J. (2008). The brief resilience scale: Assessing the ability to bounce back. International journal of behavioral medicine, 15(3), 194200.
19
Bijlage 1: Het Compool screeningsinstrument
21
Compool Een nieuwe tewerkstellingsvorm
Toestemmingsformulier voor deelname aan de bevraging
Compool laat toe om tijdens een periode van arbeidsongeschiktheid tijdelijk uit de job te stappen zonder de job te verliezen. Deze bevraging peilt naar de mate waarin de Compool werkvorm aansluit bij uw wensen en talenten. U mag zelf kiezen of u meedoet aan deze bevraging. Uw antwoorden dienen als een opstap voor een gesprek met de Compool jobcoach. Er zijn geen goede of foute antwoorden. Gelieve de vragen dan ook waarheidsgetrouw te beantwoorden. Op die manier kunnen we voor u de meest geschikte werkvorm zoeken. Indien u vragen heeft, aarzel niet om de jobcoach om verdere uitleg te vragen. We willen benadrukken dat de informatie vertrouwelijk en anoniem behandeld zal worden. Dit betekent dat enkel de Compool jobcoach en de onderzoeker toegang tot de vragenlijst hebben. De resultaten worden vervolgens enkel gebruikt voor wetenschappelijke doeleinden.
Ik heb deze informatie begrepen. Ik ben akkoord om deel te nemen aan de Compool bevraging en enkele vragen te beantwoorden over mijn wensen en talenten.
Datum: Handtekening: Compoolnummer:
1. Hoe belangrijk is het volgende voor u? Helemaal niet
Noch Eerder niet
belangrijk,
belangrijk
noch
belangrijk
Eerder
Zeer
belangrijk belangrijk
onbelangrijk
1. Ik kan tijdelijk uit de job stappen indien nodig.
1
2
3
4
5
2. Ik kan mijn job behouden.
1
2
3
4
5
3. Ik draag ertoe bij dat er steeds een poetshulp beschikbaar is voor de klanten (vb. de gezinnen).
1
2
3
4
5
4. Ik wil uitval van anderen opvangen omdat ik zelf een grotere kans heb om tijdelijk uit te vallen.
1
2
3
4
5
5. Andere (vul aan): .....................................................
1
2
3
4
5
2.
In welke mate ga je akkoord met de volgende stellingen? Helemaal
Eerder niet
niet akkoord
akkoord
voor (vb.
1
2
2. Ik ben in staat om te poetsen voor meerdere klanten (vb. meerdere gezinnen).
1
2
1. Ik poets graag meerdere klanten meerdere gezinnen).
3.
Eerder
Helemaal
akkoord
akkoord
3
4
5
3
4
5
Neutraal
Bij hoeveel verschillende klanten (vb. gezinnen) wenst u (maximaal) te poetsen per week?
.......................................................................................................................................................
4.
Geef aan in welke mate de volgende uitspraken waar zijn. Eerder
Helemaal
waar
waar
3
4
5
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
34. 14. Ik vind het moeilijk om ‘nee’ te zeggen.
1
2
3
4
5
35. 15. Ik heb eerder de neiging om mijn emoties op te kroppen dan een scène te maken. 16. Ik beklaag mij over de slechte service in een
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
22. 1. Ik heb getwijfeld om in te gaan op een uitnodiging of zelf iemand uit te nodigen vanwege verlegenheid. 23. 2. Als het eten in een restaurant niet voldoet aan mijn wensen, zal ik erover klagen bij de serveerster/serveerder. 24. 3. Ik vermijd zorgvuldig iemand te kwetsen zelfs als ik het gevoel heb dat ik diegene ben die is gekwetst. 25. 4. Als mij wordt gevraagd om iets te doen, wil ik graag weten waarom ik dat moet doen. 26. 5. Om eerlijk te zijn, mensen gebruiken mij vaak in hun voordeel. 6. Vaak weet ik niet wat ik moet zeggen tegen een
Helemaal
Eerder
niet waar
niet waar
1
2
1
Neutraal
aantrekkelijk persoon van het ander geslacht. 27. 7. Ik aarzel om bedrijven en instituten te bellen. 28. 8. Ik zou eerder solliciteren naar een baan door brieven te schrijven dan via persoonlijke interviews. 29. 9. Ik schaam me ervoor om producten waar ik niet tevreden over ben terug te brengen. 30. 10. Ik vermijd het stellen van vragen uit angst dat het dom klinkt. 31. 11. Tijdens een woordenwisseling ben ik soms bang dat ik zo van streek geraak dat ik ervan tril. 32. 12. Ik vermijd het onderhandelen van prijzen met verkopers en winkelbediendes. 33. 13. Als iemand valse of slechte geruchten over mij verspreidt, zal ik ervoor zorgen dat ik zo snel mogelijk met diegene een gesprek aanga.
restaurant of ergens anders. 36. 17. Iemand die probeert om voor te kruipen in een rij kan een weerwoord van mij verwachten. 37. 18. Ik geef snel mijn mening. 38. 19. Er zijn momenten waarop ik niks kan zeggen.
5.
Durf je aan je baas vragen om het aantal werkuren te veranderen als je zo beter kan werken?
6.
Zeker niet
Eerder niet
Neutraal
Eerder wel
Zeker wel
Durf je aan je baas vragen om bij minder klanten (vb. minder gezinnen) te mogen poetsen als je zo beter kan werken?
7.
Zeker niet
Eerder niet
Neutraal
Eerder wel
Zeker wel
Durf je aan je baas vragen om bij andere klanten (vb. andere gezinnen) te mogen poetsen als je zo beter kan werken?
Zeker niet
Eerder niet
Neutraal
Eerder wel
Zeker wel
8.
Geef aan in welke mate je akkoord gaat met elk van de volgende beweringen.
1. Ik herstel snel na moeilijke tijden. 2. Ik heb het moeilijk om met stresserende gebeurtenissen om te gaan. 3. Ik doe er niet lang over om te herstellen van een stresserende gebeurtenis. 4. Het is moeilijk voor mij om terug te vechten wanneer iets slechts gebeurt. 5. Gewoonlijk geraak ik met weinig problemen door moeilijke tijden. 6. Ik heb een lange tijd nodig om over inzinkingen in mijn leven heen te geraken.
Helemaal niet
Eerder niet
Eerder
Helemaal
akkoord
akkoord
akkoord
akkoord
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
1
2
3
4
5
Neutraal
9.
Je bent aan het werk maar voelt dat het minder goed gaat. Hoe groot is dan de kans dat je hiervoor hulp zoekt bij ... Zeer
Eerder
Niet groot,
Eerder
Zeer
Niet van
klein
klein
niet klein
groot
groot
toepassing
1. Niemand
1
2
3
4
5
0
2. Uw partner
1
2
3
4
5
0
3. Uw vader
1
2
3
4
5
0
4. Uw moeder
1
2
3
4
5
0
5. Uw broer(s) en/of zus(sen)
1
2
3
4
5
0
6. Andere familie (omschrijf): .............................................
1
2
3
4
5
0
7. Uw beste vriend(in)/vriend(in)en
1
2
3
4
5
0
8. Uw collega’s
1
2
3
4
5
0
9. Uw baas
1
2
3
4
5
0
10. De personeelsdienst
1
2
3
4
5
0
11. Uw huisarts
1
2
3
4
5
0
12. Een kinesist
1
2
3
4
5
0
13. Een psycholoog/psychiater
1
2
3
4
5
0
14. Anderen (buren, lotgenoten, ...) (omschrijf): .........................
1
2
3
4
5
0
10. Op wie doe je beroep als je ziek bent? Kruis aan. Meerdere antwoorden zijn mogelijk. 1. Niemand 2. Uw partner 3. Uw vader 4. Uw moeder 5. Uw broer(s) en/of zus(sen) 6. Andere familie (omschrijf): .................................................................. 7. Uw beste vriend(in)/vriend(in)en 8. Uw collega’s 9. Uw baas 10. De personeelsdienst 11. Uw huisarts 12. Een kinesist 13. Een psycholoog/psychiater 14. Anderen (buren, lotgenoten, ...) (omschrijf):........................................
Bedankt voor het beantwoorden van deze vragen!