VERSLAG
Commissie Jeugdinformatie Jeugdhulpverlening Datum: 18 juni 2015 Aanwezig: An Piessens (Kind en Samenleving), Els Van Hemelrijck (Kinderrechtencommissariaat), Sheela Grammens (VAPH), Karen Vanmarcke (VAD), Caroline Gijbels (CAW Brussel), Silke Brants (Fara), Kirsten Elen (Fara), Jan Naert (UGent), Annemie Van Looveren (Steunpunt Jeugdhulp), Annelies De Graeve (CLB), Evelien Luts (Jong en Van Zin), Els Beyens (EW32), Ria Van Herck (Afdeling Jeugd), Sofie Iserbyt (De Ambrassade), Marian Michielsen (De Ambrassade), Fried Aernouts (C.H.I.PS.), Jef Geboers (Kireco), Sibille Declerq (Awel), Karin Maes (Kinderrechtswinkel), Ellen De Boeck (De Ambrassade) Verontschuldigd: Leen Bartholomeus (VVJ), Steven Solia (C.I.S.), Nathalie Coelmont (JINT), Katrien Brebels (De Kracht van je stem) Verslag: Ellen De Boeck
1 Agenda • 9u30: Welkom en terugblik op vorige Commissies • 9u40: Annemie Van Looveren (Steunpunt Jeugdhulp) geeft ons een korte sessie 'Jeugdhulpverlening voor dummies'. Wat moet je weten over het decreet jeugdhulpverlening om mee te kunnen debatteren? • 10u10: Jan Naert (vakgroep Orthopedagogiek UGent) neemt ons mee in de praktijk van het nieuwe decreet, met de focus op jeugdinformatie en vertelt ons waar de belangrijkste knelpunten zitten in dat informatieve luik. • 11u: Vragen, reflectie, analyse van het beleidskader • 12u: Verkiezing nieuwe voorzitter Commissie • 12u15: Stand van zaken werkgroep leerkrachten en jeugdinfo
2 Traject CJI ’15-‘16 Zie prezi: https://prezi.com/ls1d-hzjjgkm/commissie-jeugdinformatie-2015-2016/
3 Jeugdhulpverlening 3.1
Annemie Van Looveren, Steunpunt Jeugdhulp
Zie powerpoint, Uitgebreidere powerpoint is te vinden op www.vormingjeugdhulp.be Spelregels 6 krachtlijnen: • Vermaatschappelijking van de jeugdhulp: sterk nadruk op informele hulpverlening, kijken naar eigen krachten van de minderjarige. Wordt voortdurend op bevraagd tijdens hele proces • Tijdige toegang tot de jeugdhulp: nieuw decreet heeft geen extra plaatsen gecreëerd. Doelstelling was om meer te laten samenwerken, intersectoraal, zo komen tot efficiëntere hulpverlening, beter doorschuiven en zo jongeren beter bedienen. Beter zicht krijgen op vraag en aanbod
Commissie Jeugdinformatie Jeugdhulpverlening • 18 juni 2015 • pagina 1 > 7
• Waarborgen hulpcontinuïteit: jongere niet telkens opnieuw zijn verhaal laten doen, jongere niet laten aanpassen aan nieuwe sectoren. Probeert men op te vangen tot 1 toegangspoort over alle sectoren heen, met 1 taalgebruik • Op een gepaste wijze omgaan met verontrusting: men gaat uit van het gegeven dat elke hulpverlener moet kunnen omgaan met verontrusting. • Voorzien in een aanbod crisisjeugdhulp: over alle sectoren heen, aanbod crisishulp • Maximale participatie van minderjarige en zijn gezin: structurele kant: voorzien cliëntvertegenwoordiging, maar ook het meenemen van de stem van de cliënt in de hulpverlening -> nog veel werk aan de winkel, omdat zaken onduidelijk zijn nog Rechten in de Jeugdhulp • Recht op informatie in begrijpelijke taal -> kennis van landschap is nodig om jongeren goed te informeren over stappen die gaan gezet worden. Alle documenten in begrijpelijke taal, ook voor de minderjarige • Instemming met de jeugdhulpverlening • Recht op bijstand van een vertrouwenspersoon: minderjarige stelt die vertrouwenspersoon zelf aan, staat minderjarige bij doorheen heel het proces. Wordt momenteel heel hard aan gewerkt om daar communicatiecampagnes rond op te zetten. Belangrijk om de vertaalslag te maken naar de minderjarige. De spelers • Meer nadruk op cliënt en context • Wie verdwijnt? Sectorale toegangspoorten, comité bijzondere jeugdzorg en bemiddelingscommissie • Wat is er nieuw? - Intersectorale toegangspoort - Gemandateerde voorzieningen • Voor hulpverleners geeft dit het gevoel dat er heel veel veranderd is. Want ook bekende spelers zijn van plek veranderd. Bvb van onrechtstreeks toegankelijke speler naar een rechtstreeks toegankelijke hulp Lijn 1: Van RTH (rechtstreeks toegankelijke hulp) naar NRTH (niet-rechtstreeks toegankelijke hulp) via IST (Intersectorale toegangspoort) RTH Brede Instap: CLB, CAW, Kind en Gezin (cf. je huisarts). Soms helpen die je zelf verder, soms moet je zelf stappen zetten, soms word je doorverwezen. • Laagdrempelig: komen jongeren vaak mee in contact • Vermijden dat mensen hun weg verliezen in complexe landschap. Ze zetten met de cliënt de eerste stappen Probleemgebonden hulp • Rechtstreekse toegang: cliënt kan zelf vrij binnenstappen, maar kan ook terecht komen vanuit de brede instap (specifieke doelgroep of problematiek) Multidisciplinaire teams (MDT) • Gespecialiseerde teams voor diagnostiek Jeugdhulpaanbieders buiten de IJH • Belangrijke rol, maar geen deel van het jeugdhulplandschap zelf • Huisartsen, drughulpverleners, kinderpsychiater… • =federale materie, zit dus niet in jeugdhulplandschap, maar spelen wel belangrijke rol
Commissie Jeugdinformatie Jeugdhulpverlening • 18 juni 2015 • pagina 2 > 7
NRTH Veel ingrijpendere ondersteuningsnood. Hiervoor moet je een toestemming hebben Nieuwe elementen • 1 intersectorale toegangspoort • Alles via digitale communicatie • Nadruk echt op eigen krachten van de cliënt en participatie van de cliënt: voortdurend op bevragen tijdens heel het proces • Consulent BJB is weggevallen, geen stok achter de deur meer. Toegangspoort neemt alleen beslissing, volgt de minderjarige niet verder op. Daarom vertrouwenspersoon en contactpersoon-aanmelder van groot belang Contactpersoon-aanmelder • Moet betrokken blijven zolang de administratie voor de minderjarige blijft lopen • Kan een heel zware rol zijn, kan heel lang duren. Hij is de meest geïnformeerde, niet te onderschatten taak. • Iedereen die in RTH zit, kan zo’n contactpersoon zijn. Ligt vaak bij CLB en Kind en Gezin Lijn 2: Verontrusting – Maatschappelijke noodzaak Die 2 lijnen lopen vaak ook door mekaar, staan niet los van mekaar. • Problematische leefsituaties (vroeger: problematische opvoedingssituaties) • Veiligheid of opgroeimogelijkheden van kind zijn in gevaar • Elke hulpverlener moet kunnen omgaan met een verontrusting, maar in de praktijk niet zo vanzelfsprekend. Sommigen komen daar meer mee in aanraking dan anderen. • Als de hulpverlener er geen vat op krijgt, op zijn grenzen stoot, dan kan hij stappen naar de gemandateerde voorzieningen (nog steeds vrijwillig, toestemming van de cliënt). Maar wordt in de praktijk soms toch meer als verplichting ervaren. Lijkt al meer op verplichting. Gemandateerde voorziening • Moeten consult geven bij verontrusting • Kunnen aanmelden bij parket als de kansen van de jongere niet meer gegarandeerd kunnen worden in de vrijwillige hulpverlening • Aanmelder blijft hierbij betrokken: zorgt ook voor nieuwe verhoudingen in het landschap, nieuwe mensen die mekaar moeten leren kennen Jeugdrechter • Is de enige die echt hulpverlening kan opleggen • Kan wel na een doorverwijzing vanuit de gemandateerde voorziening • Ook bij hoogdringendheid of minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit pleegden • Nadruk op subsidiariteit: van zodra er terug kan losgelaten worden naar vrije hulpverlening, wordt er terug losgelaten door jeugdrechter Lijn 3: Crisishulpverlening Bemiddeling en cliëntoverleg • Oplossen van conflict tussen ouders/minderjarige, hulpverlener/minderjarige… • Moet noden op mekaar afstemmen Crisisjeugdhulp • Kortdurend • In elke provincie meldpunt
Commissie Jeugdinformatie Jeugdhulpverlening • 18 juni 2015 • pagina 3 > 7
De essentie wijzigt niet! Maar er is nog veel in verandering • Hulpverleners nemen soms over van cliënten omdat ze zelf landschap nog niet goed genoeg kennen
3.2
Jan Naert, vakgroep Orthopedagogiek UGent
Zie powerpoint Kritieken op Integrale Jeugdhulp: MACRO • Vereenvoudiging, in systeem vatten, van een complex gegeven als jeugdhulp • Lineair denken over hulp: cf ‘eenvoudige toeleiding’ naar ‘complexere specialistische hulp’. Vaak is het in de praktijk net andersom: beginsituatie is vaak veel complexer dan na een sterke diagnose, en gespecialiseerde hulp • Complexe taal en instrumenten • Individualisering van complexe, structurele problemen (bvb armoede): probleem is armoede, dat is geen individueel probleem MESO • Verschillende organisaties zijn niet op de hoogte, bvb jeugdwerk: je krijgt het niet uitgelegd • Sommige hulpverleners hebben niet meer het gevoel dat ze hun werk goed aan het doen zijn. MICRO • Heel veel drempels • Kloof tussen hulpverlener en jongere: creëren van een instrumentarium en tussenschotten die die afstand vergroot • Hulpverlener staat machteloos 2 richtvragen • Hoe vinden kinderen en jongeren de weg naar de integrale jeugdhulp: waar krijgen ze die informatie? Hoe toegankelijk is dat? • Recht op informatie tijdens het hulpverleningstraject? Moeten we wel ingrijpen? Als het probleem structureel is (armoede) dan gaat het systeem geen oplossing bieden en dan ga je kwetsbare mensen nog een extra kwetsuur toebrengen. Als we wel moeten toeleiden: wat werkt er dan? • Sociale kaart op zich werkt niet, alleen maar als een gesprek is tussen de hulpverlener en de gebruiker • JAC bracht niets extra bij aan hun hulpvraag of traject tov jeugdwelzijnswerk Systeem van ‘invullen A-document’ dat inherent participatie uitsluit. Heel veel vormen van hulpverlening die niet binnen de integrale jeugdhulp zitten, maar die ook aan hulpverlening doen (jeugdwerk bvb) Vraagverheldering is een proces en geen puntmeting. Meeste vormen van hulpverlening doen aan vraagverheldering overheen de tijd. Informatie staat nooit alleen en werkt ook zelden op zichzelf (folders, bewustmakingscampagnes…). Wat dan wel? • Relatie opbouwen met jongeren • Op de plaats zelf waar jongeren zich bewegen • Met veel respect en oog voor hun taal • En zicht krijgen op wat opgroeien in kwetsbaarheid betekent
Commissie Jeugdinformatie Jeugdhulpverlening • 18 juni 2015 • pagina 4 > 7
Informatie tijdens het traject binnen de integrale jeugdhulpverlening? • Vertrouwenspersoon: is die altijd voorhanden in sociale context jongere? Is die daartoe bekwaam? En bereid? • Waarom is de trajectbegeleider verdwenen? Veel goeie ervaringen mee, moet geen oplossing bieden op alles. Maar potentieel weten dat ze ergens terecht kunnen, geeft al kracht om zelf op weg te gaan Aanbevelingen informatie: • Breed informeren, luister naar het ruime verhaal, zorg dat je meegeeft dat ze kunnen blijven terugvallen op jou • Ga op zoek naar effectieve noden en vragen: niet gedrag van jongeren zelf problematiseren • Soms komt de jongere pas in de hulpverlening bij verplichte hulpverlening, terwijl er daarvoor al veel momenten van hulpvragen geweest zijn waarop niet is ingegaan • Meerdimensionele ruimte: laat toe om breder te kijken naar jongeren en hun context Valkuilen • Zorg dat jongeren nog iets kunnen zeggen over de grenzen heen, niet alleen binnen de grenzen die al bestaan • Rechtendiscours: in de geest is dat goed, maar oppassen voor juridisering (advocaat nodig om grondrecht af te dwingen?) Overkoepelende aandachtspunten • Niet aan de kant zetten, maar niet in dezelfde logica’s vallen • Denken dat hoofdprobleem toegang tot informatie is, en niet het systeem an sich • Ken zoveel mogelijk van het systeem om te kunnen mandaat verwerven om het te veranderen, maar niet om het te gebruiken naar jongeren toe
3.3
Vragen/Reflecties
Minder en meer ingrijpendheid • Minder ingrijpend naar kostenbesparend voor de maatschappij • Niet minder complex • Ingrijpend op de jongere, bvb uit huis plaatsing
Crisishulpverlening • Rust brengen en exploreren, niet lange termijn betrokken blijven • Als er naar andere hulp gezocht wordt, dan kan direct naar JAC/CLB/… • Voor niet rechtstreeks toegankelijke hulp moeten ze aanvraag doen bij toegangspoort • Maar ook crisishulp stoot op wachtlijsten e.d. Vanuit onderzoek naar crisisjeugdhulp, meldpunten zeer belangrijk: niet vervreemdend, omdat die echt op zoek gaan zelf naar hulp. Dé toegangspoort lijkt een zeer vervreemdend gegeven, zowel voor de hulpverlener als voor de jongere. Kennis bij de hulpverlener is heel belangrijk om het ook dichter bij de jongere te brengen.
Welk deel van de hulpverlening moet de jongere eigenlijk echt kennen? • Is dé vraag: moet de jongere het plaatje kennen? Eigenlijk niet, vooral de hulpverlener moet dit plaatje goed kennen
Commissie Jeugdinformatie Jeugdhulpverlening • 18 juni 2015 • pagina 5 > 7
• De brochure zelf is misschien zelfs belangrijker voor de hulpverlener dan voor de jongere. De hulpverlener moet het verhaal vertellen • Is dat ook niet zeer kwetsbaar voor die jongeren? Want heeft elke hulpverlener het goed voor? Veel jongeren hebben geen vertrouwenspersoon, is geen professionele functie.
Hoe wordt de jeugd(welzijns)werker geïnformeerd? • Intervisie bij de jeugdwerkers, ook met CLB-medewerkers, JAC-medewerkers - dialoogtafels • Geldt ook omgekeerd: ook mensen in de brede instap kennen niet altijd hoe er gewerkt wordt binnen het jeugdwelzijnswerk • In contact brengen van beide sectoren, in een veilig kader, goed gemodereerd: heel andere referentiekaders, conflict ertussen • Mekaar begrijpen is belangrijk, waar grenzen zijn, vanuit welk referentiekader kijk je? • Rechtstreeks op de praktijk en vanuit de praktijk is belangrijk
3.4
Eigen werking
Bijzonder jammer dat zo weinig mensen het echt onder de knie hebben. Hulpverleners kennen het systeem te weinig waardoor jongeren te veel blijven hangen. Zou een voorwaarde moeten zijn om in de jeugdhulpverlening te werken. Zowel algemene uitleg naar alle mensen binnen het jeugdhulp, en daarnaast dat elke sector ook zijn eigen verantwoordelijkheid opneemt. Er verandert er heel veel op hetzelfde moment: integrale jeugdhulp, maar ook fusies bij CAW’s, nieuwe opdrachten bij CLB (M-decreet). CLB: mensen kennen de toegangspoort, veel vorming al, maar comités zijn weggevallen, maar iemand moet wel het traject begeleiden. Dus ineens moet die CLB’er dat erbij nemen, hoewel er niet ineens meer personeel is bijgekomen. Dus wat je nu ziet is dat ook de rechtstreeks toegankelijke hulp hun instroom gaan beperken en hun eigen wachtlijsten gaan organiseren. Met wat hou je je bezig? Met de jongere of met het systeem? Heel veel onzekerheid op de eerste lijn. Wat mogen we doen? Wat moeten we doen? Maatschappelijk is er geen plaats meer voor de idee dat hulpverlening geen rampen kan vermijden. Er gaan rampen blijven gebeuren. Dat wordt niet meer gezegd.
3.5
Betekenis voor jeugdinformatie
Informeer niet alleen binnen het systeem, want dat is maar beperkte participatie. Welke rol kunnen wij als jeugdinformatie spelen? • Tekenend dat folders misschien eerder belangrijk zijn voor intermediairen • Moet elke jongere dit plaatje kennen? Nee, maar wat moeten ze dan wel weten? • De jongere moet vooral de brede toegang kennen, en die moet zo dicht mogelijk bij de jongere gebracht worden • Veel jongeren zien het niet als een probleem, komt pas beetje bij beetje. Bij wie, daar ligt een jongere niet van wakker? • Trajectbegeleider: zo belangrijk in het voorveld, ook voor de leerkracht in de klas • Belendende sectoren goed bij mekaar brengen,
Commissie Jeugdinformatie Jeugdhulpverlening • 18 juni 2015 • pagina 6 > 7
• Maar als er geen centen zijn bij het jeugdwelzijnswerk, dan kunnen zij die rol van vertrouwenspersoon ook niet opnemen • Probeer de mensen te informeren die de toegang hebben tot de jongeren • We hebben nood aan intermediairen en het is net daar dat geknipt wordt: straathoekwerkers, trajectbegeleiders -> bvb al te merken bij stijging melding crisissen • Informatieplicht: als de andere zijde reduceert, moeten wij de complexiteit in beeld brengen. Verhalen zelf van jongeren die het meemaken in beeld brengen • Wat speelt er tussen actieve en passieve participatie/informatie: dat in beeld brengen. In jeugdwelzijnswerk zijn mensen niet op de hoogte over wat VDAB wel mag en niet mag. • En daar zoveel mogelijk over blijven communiceren en informeren, vooral samen met jongeren.
4 Verkiezing voorzitter CJI Mandaat van An loopt af. Er werd een oproep gelanceerd bij de uitnodiging voor deze CJI. Alleen An stelde zich (opnieuw) kandidaat. Ze licht haar kandidatuur even mondeling toe: Lang traject gelopen, zoeken geweest, wat is kader van de CJI: uitwisseling, beleidskaders… We willen op die beleidskaders verder inzetten. We willen graag toewerken naar een advies van de Vlaamse Jeugdraad. Nood naar uitwisseling over producten e.d. zal blijven. Maar we moeten als CJI verder gaan, voorbij de praktijk van de eigen organisatie. Boeiend om binnen de CJI mensen vanuit allerhande sectoren te hebben. An wordt verkozen met meerderheid van stemmen voor een mandaat voor het volgende schooljaar.
Commissie Jeugdinformatie Jeugdhulpverlening • 18 juni 2015 • pagina 7 > 7