Column Bart Romeijn: Geen loket maar een naam Innovatie en het MKB zijn een eenheid. De bevlogenheid en persoonlijke kracht om ideeën tot wasdom te brengen zijn verankerd in het DNA van ondernemers. Als we die kracht combineren met de tool Green Deal, kunnen we duurzame innovatie een boost geven. Ieder idee start bij één persoon. Dat geldt voor grote bedrijven, de overheid, maar zeker ook voor kleinere ondernemers. Het MKB vormt de kern van onze samenleving en het hart van innovatieve en nieuwe ontwikkelingen. Ondernemers hebben zo veel goede ideeën dat het jammer is dat hun potentieel om duurzaam te innoveren niet volledig wordt ontsloten. Bepalend daarbij is de omgeving, want de omgeving bepaalt hoe een idee vorm krijgt, verder ontwikkelt en zich uitrolt. Wat daarbij steeds opvalt is: grote bedrijven denken groot, kleine bedrijven kijken vaak kleiner. Dat zegt echter niets over de potentie van een idee. Ook ‘kleine’ ideeën kunnen veel potentie hebben. Daarvoor hoeft het idee of de innovatie zelfs niet gebaseerd te zijn op nieuwe technieken. Het toepasbaar maken of ontsluiten van bestaande technologieën kan duurzame innovatie een enorme boost geven. Wat we met de Green Deals willen, is het potentieel aan goede en innovatieve ideeën steun in de rug bieden. Door de krachtenbundeling van ondernemers en overheid kunnen we processen enorm versnellen en duurzaamheid een gezicht geven. Daarom willen we als Board het MKB bereiken. We willen hen in staat stellen om zich te verbinden aan partijen die hen helpen met innoveren. De Green Deals zijn daarvoor een krachtige instrumenten, mede omdat ondernemers gesteund worden door een overheid die belemmerende regelgeving wil wegnemen. Als we met de Board mensen hierover spreken, merken we dat die samenwerking als bijzonder ervaren wordt. Het is niet langer ‘de overheid’ waarover men spreekt, maar een ‘collega’ met een naam en gezicht die bereikbaar is. Geen loket, maar een naam. Laagdrempelig en toegankelijk voor het MKB. 1. Textielsector wil verder De textielsector zet in een Green Deal fors in op verdere energiebesparing. De Federatie Textiel Nederland (FTN) wil naast de al behaalde 23 procent energie efficiëntie nog betere resultaten behalen op het gebied van energiebesparing. Om haar leden te informeren en te enthousiasmeren, organiseerde zij in mei een Kick-Off Conferentie in Nieuwegein. FTN heeft naast de Green Deal een Meerjaren Afspraak (MJA) met de overheid waarbij de federatie zich committeert aan 2 procent energiebesparing per jaar. “Ze hebben al veel gedaan op het terrein van vergroening en verduurzaming”, vertelt Hans van der Knaap van RVO. “Afgelopen jaren is een gemiddelde besparing van 2,9 procent gerealiseerd, waarmee de FTN voorop loopt in de industrie “ Vier speerpunten FTN wil een nog grotere energiebesparing realiseren. Het ‘laaghangend fruit’ is afgelopen jaren geplukt, maar de federatie zit niet stil. Tijdens de conferentie presenteerde zij vier nieuwe speerpunten: elektrische distributie, zonne-energie, WKK én monitoring en procesintegratie. “Door aanpassing van processen, integratie en specialisatie willen we structureel energie besparen”, voegt Peter Wennekes bestuurslid van FTN toe. “Om onze ambities te concretiseren, werken we op vier terreinen pilotprojecten uit. Aangesloten bedrijven kunnen zich hiervoor aanmelden.”
De logistiek in steden verandert De vraag aan Wennekes is wat de Green Deal toevoegt aan de ambities zoals die verwoord zijn in het MJA? “De laatste jaren zijn de processen geoptimaliseerd. Maar we denken dat processen nog verder verbeterd kunnen worden, bijvoorbeeld door een betere afstemming en gebruik te maken van nieuwe technieken als zonne-energie. Een ander punt van aandacht waar onze leden mee worden geconfronteerd, is de verandering in logistieke processen. Binnensteden worden moeilijker bereikbaar waardoor men de distributie anders moet organiseren. Dat kan, bijvoorbeeld door aan te sluiten bij lokale initiatieven. We hebben daarvoor ook de overheid nodig om ons te helpen obstakels in de wetgeving uit de weg te ruimen.” 2. Direct Current begon als energiebesparing De Green Deal Direct Current beoogde energiebesparing door levering van gelijkspanning. Inmiddels blijkt dat de ‘bijvangst’ minimaal zo interessant is. Apparaten gaan langer mee en er kan veertig procent koper bespaard worden. Niet verwonderlijk dus dat er uit binnen- en buitenland belangstelling is. De ondertekenaars willen een integrale gelijkspanningsinfrastuctuur voor bedrijven en huishoudens. Dat maakt de Green Deal Direct Current uniek, want de hele wereld - en ook Nederland - is ingericht op wisselspanning. Gelijkstroom komt wel voor, bijvoorbeeld bij Hoogovens, maar dan is het een interne bedrijfsoplossing. Om het breder toe te passen moet veel regel- en wetgeving aangepast worden. Zo zijn er aan gelijkstroom geen netcodes toegekend, zijn er geen regels voor de installaties én zijn de normen zijn niet dekkend. Beperken energieverliezen Tim Zijderveld van Joulz is nauw bij alle ontwikkelingen betrokken. “Bij de ondertekening van de Green Deal lag de focus op het beperken van verliezen in het net en bij de energieverbruikers. Gelijkspanningsinfrastructuren zoals wij die ontwerpen, hebben een aantal voordelen. Er is minder energieverlies in conversies, veertig procent minder koper nodig en de infrastructuur is intrinsiek slim. Voor bijvoorbeeld OMALA, een duurzaam bedrijventerrein in Lelystad, waren die factoren belangrijk. Daar worden nu de mogelijkheden voor een gelijkspanningsnet doorgerekend.” Lampen gaan langer mee Er is echter nog een belangrijk voordeel volgens Zijderveld. “Elektrische apparaten en lampen gaan langer mee. Dat komt omdat de elektrolyten – die normaal de ‘klap’ van de wisselstroom opvangen minder snel kapot gaan. Inmiddels gaat de Green Deal daarom niet meer alleen om het distributienet, maar ook om de inpassing van allerlei soorten apparaten. Van warmtepompen tot televisies én van zonnepanelen tot elektrische auto’s op gelijkspanning” Internationale belangstelling De belangstelling voor gelijkstroom is groot. “Bijvoorbeeld De Stroomversnelling (initiatief om de sociale woningbouw grootschalig te verduurzamen) heeft interesse getoond. En op de Dag van de Duurzaamheid in oktober opent het eerste openbare verlichtingsproject in de Haarlemmermeer. Bovendien is er belangstelling uit Tsjechië, Engeland, Finland, de Verenigde Staten en Zuid-Afrika.”
3. Green Deal verduurzaamt recreatiegebieden Veluwe RGV beheert twintig recreatiegebieden, bijna allemaal gelegen in de provincie Gelderland. Op jaarbasis huisvesten de gebieden 600 à 700 evenementen en zo’n 5 tot 6 miljoen bezoekers. Zeumeren is het enige gebied dat RGV zelf exploiteert en ook gebruikt als proeftuin voor het verduurzamen van haar terreinen. Met de Green Deal wil RGV haar recreatieterreinen verder ontwikkelen op een natuurvriendelijke manier. Meer ruimte voor de ondernemer resulteert in winst voor de natuur. Het is echter niet altijd eenvoudig om zowel de natuur als de recreatie te dienen, maar de Green Deal Recreatie en Natuur Veluwe toont aan dat het wel kan. Twee van die recreatiegebieden liggen in een Natura 2000 gebied. “Daar mag je volgens de wet praktisch niets doen”, vertelt RGV directeur Erik Droogh . “Wij kijken liever naar de geest van de wet. Als we meer ontwikkelruimte krijgen, doen we ook iets terug voor de natuur. Zoals het aanbrengen van laanbeplanting en verrijken van monotoon bosgebied. Dat verhoogt de natuurwaarde en biodiversiteit.” Biovergassing In Zeumeren staat een biovergassingsinstallatie. Deze zet houtsnippers om in stroom en warmte. “We zijn de enige in Nederland die dit zonder subsidie doet”, zegt Droogh. “De houtsnippers zijn afkomstig van onze recreatiegebieden. Ook hebben we een kleine wilgenplantage aangelegd waarvan we de oogst willen gebruiken voor de installatie. Het is nog een experiment; als het werkt, gaan we bijplanten. Ook waterstof willen we omzetten in warmte en stroom, maar dat staat nog in de kinderschoenen. We geloven in trial and error. Als het lukt, kunnen we energie leveren aan al onze huurders en pachters.” Ontbijthotel Ook zijn er plannen om in samenwerking met ondernemer Gert van der Steen van International Wellness Resorts een ontbijthotel aan te leggen vlakbij de Veluwse Bron. 1 procent van de investeringen gaat naar de ontwikkeling van nieuwe natuur. Droogh: “We exploiteren buitengebied, dus we hebben baat bij een mooie omgeving. Helaas lopen we vaak vast in procedures. Het samenspel tussen partijen is soms lastig; beslist nu de gemeente, provincie, of het Rijk?” Schaalvoordeel Ten opzichte van andere recreatieondernemers heeft RGV een schaalvoordeel, aldus Droogh. “We hebben een adviesafdeling met vier medewerkers die zich alleen bezig houden met ruimtelijke ordening en procedures. Één procedure duurt gemiddeld acht jaar. We hebben er dertig à veertig lopen – waarvan de langste al dertig jaar – en elk jaar slagen er een paar. Je moet een lange adem hebben. Met de Green Deal laten we zien dat het anders kan. Ook de overheid steekt haar nek uit. Een gebied dat aan het verpauperen was, krijgt nu een hoogwaardiger bestemming.” 4. Meer ruimte voor recreatie in uiterwaarden De uiterwaarden zijn een populaire bestemming voor wandelaars, sporters en gezinnen met kinderen. Recreatie Midden-Nederland (RMN) wil hierop inspelen met meer voorzieningen, maar alleen mobiele faciliteiten zijn toegestaan. In de Green Deal werkt RMN samen met STIRR, RECRON
en het ministerie van EZ aan regelverruiming en een integraal plan voor natuur, waterveiligheid en recreatie. De grote rivieren trekken jaarlijks honderdduizenden recreanten. RMN wil het uiterwaardengebied toekomstbestendig maken. Met meer opbrengsten uit toerisme, verbetering van de natuur en extra ruimte voor waterstandsverlaging. Een belangrijke pijler is het verbeteren van het dagrecreatieaanbod met jaarrond permanente voorzieningen. Het geld dat bezoekers hieraan besteden, vloeit voor een deel terug naar beheer en onderhoud van het landschap. Mobiele voorzieningen RMN beheert in de uiterwaarden van Nederrijn en Lek vier terreinen waar bezoekers komen om te zwemmen, wandelen en varen. Activiteiten waarbij horeca- en toiletvoorzieningen gewenst zijn. Op dit moment belemmeren beleidsregels nieuwe ontwikkelingen in veel uiterwaarden. Vanwege hoogwater zijn alleen mobiele faciliteiten toegestaan die buiten het recreatieseizoen verwijderd moeten worden. De kwaliteit daarvan is matig, vertelt Marieke Fleer van RMN. “We willen meer comfort, luxe en variatie bieden. Met een permanent paviljoen met horeca en activiteiten. Nu mag dat niet volgens de beleidsregels.” Minder regeldruk Het doel is groene groei en minder regeldruk voor recreatieterreinen in de uiterwaarden. De voorgestelde oplossing van Rijkswaterstaat om het recreatieseizoen met één maand te verlengen biedt onvoldoende ontwikkelruimte, vertelt Fleer tijdens de Green Deal inspiratiereis georganiseerd door STIRR. “We hebben nu alleen inkomsten van de mobiele kiosk en af en toe een evenement. Als we geen beter exploitatieverhaal rond krijgen, weet ik niet hoe lang we het gebied nog open kunnen houden.” Integraal plan De Green Deal leidde tot een integraal plan dat recreatie, waterveiligheid en natuur in de uiterwaarden verbetert. “We willen een hoogwaterbestendig paviljoen bouwen dat het hele jaar blijft staan. Voor de exploitatie willen we een ondernemer aantrekken. Een deel van de huurinkomsten investeren we weer in de natuur. We ontwikkelen natuur door bijvoorbeeld steile oevers af te vlakken. Flauwe oevers zijn beter voor flora en fauna en maken het gebied toegankelijker voor recreanten. En door de uiterwaarden te vergraven maken we extra ruimte voor water. Volgens mij hebben we hiermee een ijzersterk verhaal. Er zijn ondernemers geïnteresseerd, maar dan moeten de regels eerst verruimen. Dat willen we bereiken met de Green Deal.” 5. De weg naar Groen Gas ligt open Op 6 juni ontvingen de overheid en het bedrijfsleven de Routekaart Groen Gas. Een van de belangrijkste conclusies uit de inventarisatie is dat Groen Gas groeipotentie heeft, maar dat de verwachtingen ten aanzien van het productievolume bijgesteld moeten worden. De Gemeynt, ECN en Groen Gas Nederland werken samen in de Green Deal Groen Gas. Met de routekaart willen de partijen de dialoog met overheid en bedrijfsleven aangaan om het draagvlak voor én de inzet van groen gas een impuls te geven. “De potentiële biomassastromen voor vergisting zijn in kaart gebracht én de biomassavergassingsroute (gevoed met o.a. hout) en andere
mogelijkheden zijn verkend. Uit de inventarisatie blijkt dat er serieus groeipotentieel is voor het vergisten van biomassastromen, maar er nog grote stappen gezet moeten worden”, vertelt Ulco Vermeulen, voorzitter van Groen Gas Nederland en directeur Deelnemingen en Business Development bij Gasunie. “Uit het onderzoek blijkt dat er op korte termijn mogelijkheden zijn om meer reststromen uit de landbouw en bijvoorbeeld bermgras te vergisten. Op langere termijn biedt ook aquatische biomassa (zoals zeewier) mogelijkheden. Dat groeipotentieel willen we ontsluiten.” Vergisting heeft een impuls nodig Om vergisting van biomassa tot wasdom te laten komen, is er ondersteuning nodig. “We bevinden ons nu in de verfijning van de technologische fase. Grootschalige industriële projecten zijn goed gelukt, maar vergisting op boerderijen heeft nog een impuls nodig. Landbouwers ervaren de kostprijs, het beleid en de organisatiegraad als belemmerend. Als we het potentieel maximaal willen benutten moeten we toe naar een organisatiegraad die meer aansluit bij de eisen van de markt”, weet Vermeulen. Afname van reststromen Een ander punt van aandacht waar biobased ondernemers mee te maken hebben, is de afname van reststromen. Vermeulen herkent dat, maar ziet voor groen gas geen grote belemmeringen. “Er is een strijd om de verwaarding van reststromen gaande. Dat zal de ambities voor vergisting niet in de weg staan, omdat bij vergisting gebruik gemaakt wordt van laagwaardige restproducten.”
Agenda Ondertekening Green Deal Groene Gewasbestrijdingsmiddelen 30 juni 2014 Ministerie van Economische Zaken, Den Haag
Uitreiking Milieubarometer certificaten 16 september 2014 Groot-Ammers
Dutch Green Building Week 22 t/m 26 september 2014 Eusebiuskerk, Arnhem