recreatiegebied Drie Fonteinen” Bijzonder Plan vanStedelijk Aanleg nr.70: “Domein “Domein Drie Fonteinen”
Colofon
Bijzonder Plan van Aanleg nr.70
Opdrachtgever Opdrachthouder Projectleiding Projectmedewerkers
Datum
Stad Vilvoorde irisconsulting Lowie Steenwegen Greet Mendonck Van Hoof Sofie Vander Waeren Phillip januari 2002
BPA Stedelijk recreatiegebied“Domein Drie Fonteinen” Stad Vilvoorde
-pag 1
Toelichtingsnota
BPA Stedelijk recreatiegebied“Domein Drie Fonteinen” Stad Vilvoorde
-pag 2
Situering van het plangebied
1. Situering van het plangebied
1.3. Begrenzing van het plangebied 1.1 Ligging van het plangebied Het plangebied is deel van het parkgebied “De Drie Fonteinen”. Dit park is gesitueerd in de stad Vilvoorde net ten westen van het zeekanaal Brussel-Schelde (Willebroekse Vaart), ter hoogte van de R0, de ring rond Brussel. De stadskern van Vilvoorde bevindt zich aan noordoostelijke zijde van het parkgebied en wordt van het terrein gescheiden door het kanaal. figuur 1: situering van het plangebied
Het plangebied is deel van het Domein Drie Fonteinen, een een stadspark en beschermd landschap met belangrijke recreatieve- en sportinfrastructuur. Het recreatiegebied beslaat slechts een deel van dit parkgebied. De grootte van dit gebied bedraagt ongeveer 9 Ha. De juridische begrenzing van het plangebied is aangeduid op figuur 2. De ruimtelijke begrenzing van het park loopt vooral in het westen verder door.
figuur 2: ruimtelijke begrenzing van het het recreatiegebied met juridische grens.
Bron: Rasterversie in zwart-wit van de topografische kaart van Vlaanderen, aangemaakt tussen 1991 en 2001, op schaal 1/10.000, door het Geografisch instituut.
Bron:Orthofoto, OpenGIS stad Vilvoorde / Havi TV
1.2. Historiek van het dossier Op 1 mei 2000 werd het decreet houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening van 18 mei 1999 van toepassing. Conform artikel 172 en 190 van dit decreet (vervalregel van oude plannen van aanleg) vervalt het BPA nr.2 bis“Orbanpark”, goedgekeurd op 28-08-1955. Om de huidige bestemmingen te renoveren en aan te passen en er nood is aan een vernieuwing van de sportinfrastructuur, moet er een ruimtelijk uitvoeringsplan opgemaakt worden. BPA Orban Park nr2-bis besloeg een oppervlakte die veel ruimer was dan het hier beschreven studiegebied. De opdracht tot het opmaken van dit uitvoeringsplan werd op 4 december 2000 door de gemeenteraad van Vilvoorde aan iris consulting toegewezen.
Bron: Rasterversie in zwart-wit van de topografische kaart van Vlaanderen, aangemaakt tussen 1991 en 2001, op schaal 1/10.000, door het Geografisch instituut.
BPA Stedelijk recreatiegebied“Domein Drie Fonteinen” Stad Vilvoorde
-pag 3
2.
Analyse van de bestaande feitelijke toestand Analyse van de bestaande feitelijke toestand
2.1 Ruimtelijke situering op meso-schaal: deel van de groene ring om Brussel Het plangebied is deel van de groene ring rond Brussel. Deze ring wordt gevormd door groene vingers en lobben. De belangrijke ruimtelijke structuren (ontsluitingswegen, de spoorwegen en de waterwegen) bevinden zich in de gebieden tussen de lobben. Ze zijn de dragers van economische activiteiten. De woonfunctie concentreert zich voornamelijk rond de historische kernen.
De groene lobben omheen het grootstedelijk gebied worden veelal doorsneden door lijninfrastructuren en de ring om Brussel. Deze ring snijdt afwisselend door bebouwd gebieden, infrastructuren en groengebieden. figuur 4: ring en groene gordel omheen Brussel
De economische druk op deze gebieden bleef ook na de opname van de belangrijkste groengebieden in het gewestplan sterk. Dit door de verdergaande stedelijke expansie, de goede bereikbaarheid en de reeds sterke versnippering. figuur 3: Afbeelding Brussel met groene lobben
Het plangebied sluit als groengebied aan bij de kanaalzone en het stedelijk gebied. De ruimtelijke herkenbaarheid én de identiteit van het parkgebied waar de recreatiezone deel van is, wordt bepaald door de viaduct van Vilvoorde en de Kanaalomgeving. figuur 5 : Parkgebied als deel van een ruimere open ruimte structuur
Bron: Rasterversie in zwart-wit van de topografische kaart van Vlaanderen, aangemaakt tussen 1991 en 2001, op schaal 1/10.000, door het Geografisch instituut.
Bron: Rasterversie in zwart-wit van de topografische kaart van Vlaanderen, aangemaakt tussen 1991 en 2001, op schaal 1/10.000, door het Geografisch instituut.
BPA Stedelijk recreatiegebied“Domein Drie Fonteinen” Stad Vilvoorde
-pag 4
2.2 Deel van stad en park.
2.4. Foto’s van de bestaande toestand.
Het recreatief gebeuren is geclusterd in het noordelijk deel van het parkgebied. Het omvat een sportstadium met voetbalveld, twee andere voetbalvelden en één oefenveld, negen tennisvelden die in twee groepen geclusterd zijn. De tennisvelden beschikken over een eigen cafétaria. De overige gebouwen zijn centraal, tussen de verschillende sportvelden geclusterd. De sportinfrastructuur is gelegen in een stedelijk parkgebied. Het reliëf, de ligging van de sportvelden en de beplanting accentueren de relatie met het omliggende parkgebied. Het gebruik van het recreatieve deel van het parkgebied wordt gekenmerkt door een actieve sportbeleving. Het is één van de belangrijkste sportinfrastructuren in Vilvoorde en oefent een sterke aantrekkingskracht uit. Door het gebruik van ‘ballonhallen’ kunnen de tennisvelden het hele jaar door gebruikt worden.
Recreatieve infrastructuur omgeven door het landschapspark “Drie Fonteinen” .
Bijzonder waardevolle eiken aan de Brusselsesteenweg.
Voetbalvelden ontworpen als groene kamers (westelijk voetbalveld).
Zicht op voetbal- en atletiekplein vanuit het noorden.
Zicht op tribune en parking vanuit de hoofdingang.
Beperkte architecturale kwaliteit (achterzijde hoofdtribune)
Een aantal investeringen aan de bestaande sportinfrastructuur zijn gepland. Deze investeringen hebben tot doel het aanbod op te waarderen en te bestendingen zonder dit te vergroten. De beplantingen tussen de sportieve voorzieningen zijn niet aangepast aan deze van het omliggende park.
2.3 Naar een vernieuwde recreatieve infrastructuur De sportinfrastuctuur in het recreatief deel van het parkgebied is aan renovatie . De kleedkamers zijn erg verwaarloosd, de tribune dient gerenoveerd te worden, er is nood aan bijkomend kleedkamers, de technische lokalen en uitrusting zijn verouderd en moeten vernieuwd worden. De sportdienst van de stad opteerde ervoor om de noodzakelijke vernieuwing te kaderen in een masterplan voor het gehele plangebied. Dit plan wil de kleedkamerblokken en technische ruimten bundelen, de voetbalterreinen renoveren, de toegangswegen verbeteren, een deel van de tribune vernieuwen en de parkeerafwikkeling beter organiseren en aangenamer inkleden. Een deel van deze werkzaamheden, die uitgevoerd kunnen worden zonder stedenbouwkundige vergunning zijn inmiddels reeds aangevat.
Voetbalvelden omgeven door groen (zicht op zuidelijk voetbalveld).
Tennisterreinen in een groene omgeving (zicht op zuidelijk tennisterrein). BPA Stedelijk recreatiegebied“Domein Drie Fonteinen” Stad Vilvoorde
-pag 5
3.
Analyse van de bestaande juridische toestand Analyse van de bestaande juridische toestand
3.1 Gewestplan
3.2 Beschermd landschap
Het Gewestplan HalleVilvoorde-Asse werd goedgekeurd bij Koninklijk besluit van 7 maart 1977. Het Gewestplan duidt het plangebied aan als parkgebied. Langsheen het kanaal is een zone voor stedelijke ontwikkeling aangeduid. Ten noorden van het plangebied situeert zich het woongebied van Vilvoorde. Ten westen van het plangebied is een zone voor kantoren en distributie aangeduid.
Een deel van het plangebied is beschermd als landschap door het K.B. van 09-061976 (decreet van 16 april 1996 betreffende de landschapszorg, gewijzigd bij decreet van 8 december 2000 en van 21 december 2001). De begrenzing is aangeduid op het plan van de bestaande juridische toestand.
Gelet op de aanduiding op het gewestplan is de actieve sportinfrastructuur zonevreemd. figuur 6: gewestplan KB 7-03-1977
Het besluit verbiedt: • Nieuwe constructies op te richten • De bestaande gebouwen te slopen, te verbouwen en de ordonnantie of het uitzicht ervan te wijzigen; • De beplantingen te wijzigen, de bestaande bomen meer dan normaal te snoeien en het struikgewas te kappen of uit te roeien; • Reclame-panelen, of gelijk welke publiciteit aan te brengen; • Lucht- en grondgeleidingen te plaatsen; • Vijvers of grachten te dempen; • De wegenis te verharden; • De natuurlijke configuraties van het terrein te wijzigen door allerhande werken en allerhande mogelijke activiteiten of ingrepen.
3.3 Verkavelingen en rooilijnen Er bevinden zich geen verkavelingen of rooilijnen in het plangebied.
3.4 Bouwovertredingen Binnen het plangebied zijn er geen bouwovertredingen ambtelijk vastgesteld.
3.5 Zonevreemde recreatie
Bron: Rasterversie in zwart-wit van de topografische kaart van Vlaanderen, aangemaakt tussen 1991 en 2001, op schaal 1/10.000, door het Geografisch instituut.
Het plangebied bevat zonevreemde recreatie op volgende kadasternummers; • 401s • 401p • 401t • 403a • 404a • 405a • 389d, 389k • 316k, 316g, 316e • 322x • 407a BPA Stedelijk recreatiegebied“Domein Drie Fonteinen” Stad Vilvoorde
-pag 6
4.
Beleidsvisies met betrekking tot hetbetrekking plangebied Beleidsvisies met plangebied
4.1 Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen 4.1.1 Belangrijk infrastructuurknooppunt
4.1.2 Deel van de stedelijke rand rond Brussel
Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen werd goedgekeurd door het decreet 17-12-97. De bindende bepalingen werden bekrachtigd door het Besluit van de Vlaamse Regering van 23-09-1997.
In de gewenste ruimtelijke structuur is Vilvoorde geselecteerd als Vlaams stedelijk gebied rond Brussel. De stad is tevens geselecteerd als economisch knooppunt. Als deel van de Vlaamse ruit behoort de stad tot een stedelijk netwerk op internationaal niveau. “Vooral in het westelijk en noordelijke gedeelte van het Vlaams stedelijke gebied rond Brussel (tussen Zaventem en Groot Bijgaarden) moeten de specifieke ontwikkelingen steunen op:
Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen duidt de omgeving van het plangebied aan als belangrijk knooppunt van wegen. Het plangebied wordt omgeven door de autosnelweg E19 Machelen-Berchem en de R0 ring om Brussel die beiden geselecteerd zijn als hoofdwegen. Vilvoorde is hiermee verbonden via de N211.
figuur 7: Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen: gewenste ruimtelijke structuur
°Het grootstedelijk vestigingsmilieu. Het Vlaams stedelijk gebied rond Brussel mag niet worden gezien als het overloopgebied van laagwaardige en sterk mobiliteitsgenererende activiteiten vanuit het Brussels Hoofdstedelijk Gewest; °De attractiviteit van de omgeving door ondermeer de internationale luchthaven, maar ook een groene omgeving,.…” 1
4.1.3 Schakel in de groene gordel “In de gewenste ruimtelijke structuur is bepaald dat de open ruimte in de stedelijke gebieden bestaat uit stedelijke natuurelementen, onderdelen van de ecologische infrastructuur en randstedelijke groengebieden” .2 In de groene gordel van het Vlaams stedelijk gebied om Brussel, is het behoud van onbebouwde ruimte essentieel. “De onbebouwde ruimte van de “groene gordel” kan niet worden aangesneden voor wonen, werken en infrastructuur.”3
Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen, gewenste Ruimtelijke Structuur, p. 372. 1
Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen, gewenste Ruimtelijke Structuur, p. 368. 2
Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen, gewenste Ruimtelijke Structuur, p. 373. 3
BPA Stedelijk recreatiegebied“Domein Drie Fonteinen” Stad Vilvoorde
-pag 7
4.2 Provinciaal Structuurplan Vlaams Brabant 4.2.1 Deel van een stedelijk netwerk In de tweede discussienota van het provinciaal ruimtelijk structuurplan is het gebied Zaventem-Vilvoorde-HST-Schaarbeek aangeduid als een stedelijk netwerk op provinciaal niveau. “Deze tripool vervult een poortfunctie op Vlaams niveau.Daarbij kan gedacht worden aan een uitbouw van gedifferentieerde grootstedelijke functies”.4 Een aantal concepten worden aangereikt om deze doelstellingen ruimtelijk te vertalen.
4.2.2 Stedelijke kern “Binnen het Vlaams Stedelijk Gebied rond Brussel neemt Vilvoorde een belangrijke positie in. De stad beschikt over een zeer goed uitgeruste stedelijke kern. Het uitrustingsniveau en de verzorgingsfunctie ten aanzien van de omgeving is te vergelijken met deze van een goed uitgeruste kleine stad.”5 Er wordt gesteld dat: “De Vlaamse rand een evenwicht moet vinden tussen twee tegenstrijdige belangen. “Enerzijds wil men de mogelijkheid behouden om toplocaties voor economische activiteiten te ontwikkelingen en anderzijds wil men de doelstellingen om verdere verstedelijking tegen te gaan veilig stellen”.6 De kanaalzone in Vilvoorde neemt hier een sleutelrol in.” De ontwikkeling van deze zone moet beide doelstellingen kunnen verzoenen.”7
4.2.3 Groen gebieden In het RSPVB wordt gesteld dat “de open ruimte in de omgeving van het plangebied bestaat uit stedelijke landbouwgebieden, randstedelijke groengebieden (die vingervormig een verbinding maken met het buitengebied) en waterlopen die ecologische corridors vormen tussen de natuurgebieden ten zuiden van en ten noorden van de Brusselse agglomeratie.”8. “Stedelijke natuurelementen behoren tot de natuurlijke structuur en moeten behouden en ontwikkeld worden. Randstedelijke groengebieden waartoe parken behoren hebben een open en multifunctioneel karakter. De overheid kan steeds bijkomende ruimte voorzien voor de aanleg van speelbossen en -parken. Er kunnen opties genomen worden om de open ruimte ‘gebouwenvrij of gebouwenluw te houden’.”9
Tweede discussienota van het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Vlaams Brabant, gewenste Ruimtelijke Structuur, pag. 39. Dit document is opgesteld in april 2000 en werd gebruikt om een ruime discussieruimte te houden 4
Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Vlaams Brabant, Gewenste Ruimtelijke Structuur, pag. 7 5
Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Vlaams Brabant, Gewenste Ruimtelijke Structuur, pag. 19 6
Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Vlaams Brabant, Synthese, pag. 4 7
Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Vlaams Brabant, Synthese, pag. 5. 8
Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Vlaams Brabant, Gewenste Ruimtelijke Structuur, pag. 5. 9
BPA Stedelijk recreatiegebied“Domein Drie Fonteinen” Stad Vilvoorde
-pag 8
4.3 Voorontwerp Gemeentelijk Structuurplan In het voorontwerp van het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan van de Stad Vilvoorde wordt aangeduid dat het bestendigen van de aanwezige zonevreemde sportinfrastructuur in het domein Drie Fonteinen een belangrijke beleidsdoelstelling is.10 Dit voorontwerp Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan werd goedgekeurd door de gemeenteraad van Vilvoorde in september 2001. Het parkgebied en de sportinfrastructuur wordt aangeduid als de recreatieve pool van Vilvoorde. De zonevreemdheid van de sportinfrastructuur wordt als probleem aangeduid. 11 Daarnaast wordt ook gesteld dat de sportinfrastructuur in het algemeen verouderd is en vernieuwd moet worden. 12
4.3.1 Informatief gedeelte: In het informatief deel wordt het domein drie Fonteinen besproken als deel van de groenvoorzieningen en recreatiegebieden. Het plangebied maakt deel uit van de landschappelijke, natuurlijke en recreatieve structuur.
Er wordt gesteld dat het park onder een grote verstedelijkingsdruk staat: “Een natuurlijke entiteit op zichzelf vormt het domein “Drie Fonteinen”, gelegen op de linkeroever van het kanaal tussen Vilvoorde centrum en Hoogveld. Het domein wordt gekenmerkt door een sterke reliëfstijging (20-50m). Het gehele gebied heeft een oppervlakte van 52 ha. De natuurwaarden van dit bos zijn relatief belangrijk maar komen door de grote recreatieve druk in de verdrukking. Door de reeds genoemde woonverkavelingen en kantoorontwikkelingen is de relatie van het domein met de open ruimte van Hoogveld verloren gegaan.”16 Er werden richtlijnen aangeduid voor het omgaan met de stedelijke groenvoorzieningen. “Bij de uitbouw van groenassen dient uitgegaan van de bestaande groenvoorzieningen die het stedelijk weefsel aanwezig zijn. Daarnaast kunnen ook de bestaande beekvalleien en open ruimten als uitgangspunt genomen worden voor de realisatie van groenelementen in de bebouwde omgeving en de creatie van een groennetwerk.” 17
“De integratie van de sportinfrastructuur in het randstedelijk stadspark wordt als kwalitatief aangeduid ”13 Grote park- en recreatiegebieden
Het parkgebied en de sportinfrastructuur maken deel uit van een geheel van groenstructuren die met elkaar verbonden zijn. Er wordt aangeduid dat dit parkgebied een bovenregionale uitstraling heeft. Dit verantwoord tevens de integratie van stedelijke recreatieve voorzieningen. Men wil deze behouden en opwaarderen. Het verweven van actieve en pasieve recreatie wordt als potentie aangeduid. Door deze verweving kan het park als schakel tussen verschillende stedelijke functies fungeren. 14
Landschappelijke structuur
Het park maakt deel uit van een belangrijke landschappelijke structuur van Vilvoorde. Dit wordt beklemtoond door de plateau- en hellinggronden in het domein Drie Fonteinen.14 Het parkgebied is tevens deel van de belangrijke bosstructuren in de Tangebeekvallei, de Zennevallei en in de Kautesteenbeekvallei en de Plattesteenbeekvallei. 15 Het behoud van de sportinfrastructuur mag geen rem zijn op de ruimtelijke kwaliteit van het park waar de recreatieve infrastructuur deel van is. GRS, Informatief deel, p 41. GRS, Informatief deel, p 42 12 GRS, Informatief deel, p 51 13 GRS, Informatief deel, p 65 14 GRS, Informatief deel, p 66 15 GRS, Informatief deel, p 66 16 GRS, Informatief deel, p 68 17 GRS, Informatief deel, p 103 10 11
BPA Stedelijk recreatiegebied“Domein Drie Fonteinen” Stad Vilvoorde
-pag 9
4.3.2 Richtingevend gedeelte Concepten
Voorstel van afbakening stedelijk gebied
In het richtingevend deel van het gemeentelijk structuurplan zijn een aantal concepten opgenomen waarin het plangebied een drager is.
“Kanaal als as voor wonen, werken en recreëren recreëren in Domein Drie Fonteinen tot aan het water en uitbouw watergebonden recreatie ter hoogte van het Tuchthuiscomplex Recreatiepolen - optimaliseren recreatie in Domein 3 Fonteinen in functie van parkgegeven - bundelen van recreatieve voorzieningen op welbepaalde locaties en in functie van de kernen; - afbouw van verspreide en zonevreemde recreatieve faciliteiten. Multifunctionele park- en bosgebieden - instandhouden en versterken van bosstructuren; - afstemmen van de natuurwaarden en recreatieve functies van bossen en parken rekening houdend met hun draagkracht; - creëren van fysische groenrelaties tussen de verschillende park- en bosgebieden.”18
In het voorstel van de afbakening van het stedelijk gebied is het volledige parkgebied waar het plangebied deel van is, opgenomen binnen het stedelijk gebied. Dit houdt in dat het park stedelijke, recreatieve en sociale functies kan vervullen. Het parkgebied onderscheidt zich zo van andere park- en open ruimte gebieden die in het buitengebied gesitueerd zijn. Concentreren van recreatieve voorzieningen
Het stdelijk ruimtelijk beleid is gericht op het bundelen en versterken van recreatieve voorzieningen. Door deze te concentreren en te versterken wil men synergetische effecten creëren waardoor de recreatieve structuur gevoelig versterkt wordt.
4.3.3 Bindend gedeelte In de bindende bepalingen wordt gesteld dat de zonevreemdheid van de sportinfrastructuur opgelost moet worden door middel van een plan van aanleg.
Recreatie
Er wordt gestreefd naar een bundeling van recreatieve voorzieningen. “De bestaande voorzieningen op het stuk van sport- en recreatie in het domein Drie Fonteinen worden door middel van de opmaak van een BPA of GRUP geoptimaliseerd in functie van de behoeften.”
Belangrijke elementen bij het uitwerken van deze concepten voor het plangebied zijn: • opwaarderen van recreatievoorzieningen • versterken van de recreatievoorzieningen • afstemmen van de natuurwaarden en recreatieve functies • creëren van fijnmazige groenrelaties
18
GRS, Bindend deel, p 151
BPA Stedelijk recreatiegebied“Domein Drie Fonteinen” Stad Vilvoorde
-pag 10
5.
Probleemstelling
Probleemstelling
Sterkten, zwakten, kansen en bedreigingen worden onderzocht en vormen de basis gebruikt voor doelstellingen, concepten en de gewenste ruimtelijke inrichting. Sterken en zwakten zijn aanduidingen die verbonden zijn met het plangebied. Kansen en bedreigingen worden aangereikt van buiten het plangebied of zijn vervat in de toekomst.
5.1.3 Verscheidenheid van het recreatief aanbod De hoogwaardige sportinfrastructuur in het park is geclusterd en bevindt zich aan de zijde van het stadscentrum. Deze infrastructuur is deel van het parkgebied wat aangeduid wordt door reliëf, begrenzing en beplantingen.
5.1 Sterkten van het plangebied 5.1.1 Aanwezigheid van kwaliteitsvolle zichtassen Domein de Drie Fonteinen bezit verschillende typerende zichtassen die duidelijk verwijzen naar het laat achttiende eeuwse landschapspark in de Engelse traditie. De open ruimte die hier werd gecreëerd vlak bij het centrum heeft een grote waarde.
Formele zichtas in renaissancestijl
Open zichtas in een achttiende eeuws landschapspark
Reliëf bevordert de speelcreativiteit
5.2 Zwakten van het plangebied De relatie tussen de harde sportieve infrastructuur met het stedelijk parkgebied is onduidelijk. Het park loopt onvoldoende door in het deel met de harde recreatieve infrastructuur. Het padennetwerk is onderbroken en de beplanting is onaangepast.
Toegang voor verschillende sportvelden
Het reliëf en de aanwezigheid van verschillende functies ( actieve en passieve recreatie, prachtige zichten, wandelpark) bieden een hoge beeld- en belevingswaarde. De aanwezigheid van oude en waardevolle beplanting is opvallend. Oude, gezonde beuken sieren het park en geven het een extra kwaliteit.
Esthetisch waardevolle wandelomgeving
Speeltuin
Zichtas langs waardevolle beukenlaan
5.1.2 Hoge beeldkwaliteit en belevingswaarde
Spelende kinderen op een avontuurlijk terrein
Tennis- en voetbalvelden
Waardevolle beplanting
Onduidelijke inkom voetbalveld
Toegang langs de Brusselsesteenweg
5.3 Kansen van het plangebied Door het renoveren en opwaarderen van de sportinfrastructuur kan het plangebied als belangrijke recreatiepool binnen een stedelijk gebied behouden blijven. Door een geslaagde integratie van de sportfaciliteiten in het park kan de uitstraling en het gebruik van het plangebied verhoogd worden. Het ruimtelijk afschermen van de recreatieve voorzieningen door een aangepaste beplanting en het verbinden van deze beplantingsstroken omheen de verschillende compartimenten van gebundelde harde recreatieve infrastructuur, kan leiden tot een samenhangender geheel binnen het groter parkgebied waardoor belevings- en beeldkwaliteit toeneemt. De integratie van het plangebied in een hogere groenstructuur biedt kansen tot het verder ontwikkelen van zachte recreatieve relaties met een harde sportinfrastructuur.
5.4 Bedreigingen van het plangebied De landschappelijke samenhang van de recreatieve voorzieningen als deel van het parkgebied ontbreekt. Verdere aantasting kan leiden tot een verminderde aantrekkelijkheid en dalend gebruik van zowel het park als de sportieve infrastructuur. BPA Stedelijk recreatiegebied“Domein Drie Fonteinen” Stad Vilvoorde
-pag 11
Doelstellingen en concepten
6. Doelstellingen en concepten
6.3 Park als belevingspark 6.1 Visie Domein Drie Fonteinen is een stadspark waarin stedelijke en landschappelijke elementen in harmonie samengebracht worden. Naast hoge historische, landschappelijke en natuurlijke waarden zijn de recreatieve waarden van groot belang. Binnen dit kader is er ruimte voor recreatieve infrastructuur.
6.2 Recreatieve infrastructuur De recreatieve infrastructuur fungeert als belangrijke ruimtelijke en recreatieve schakel in de verstedelijkte omgeving. De recreatieve functies versterken de aantrekkingskracht van het park en zodoende de relatie tussen park en woongebieden De recreatieve infrastructuur versterkt de beleving en de ontmoeting in het park. Het park wordt hierdoor een echt stedelijk park. Door het verhogen van de herkenbaarheid zal de uitstraling en de waardering toenemen.
De relatie tussen stad en park versterkt door de recreatieve functie van het park sterker te betrekken bij het centrum. De sportieve infrastructuur wordt behouden en versterkt zonder dat uitbreiding de druk op het park verhoogt. De sportieve infrastructuur wordt omzoomd met parkbeplanting waardoor het als een deel van het geheel wordt herkend.
figuur 9 :Harde recreatieve infratsructuur als onderdeel van een ruimer groen recreatiegebied
figuur 8: Harde recreatie als aantrekkingsspool voor de beleving en het gebruik van het parkgebied
Bron: Rasterversie in zwart-wit van de topografische kaart van Vlaanderen, aangemaakt tussen 1991 en 2001, op schaal 1/10.000, door het Geografisch instituut.
Bron: Rasterversie in zwart-wit van de topografische kaart van Vlaanderen, aangemaakt tussen 1991 en 2001, op schaal 1/10.000, door het Geografisch instituut.
BPA Stedelijk recreatiegebied“Domein Drie Fonteinen” Stad Vilvoorde
-pag 12
Gewenste Ruimtelijke Structuur
7. Gewenste Ruimtelijke Structuur
De gewenste ruimtelijke structuur wordt gekenmerkt door het concentreren van de sportinfrastructuur en het bundelen van de bebouwing binnen het sportieve deel van het park, het versterken van de park- en natuurstructuur met en doorheen de harde sportinfrastructuur.
figuur 10 : Gewenste Ruimtelijke Structuur
BPA Stedelijk recreatiegebied“Domein Drie Fonteinen” Stad Vilvoorde
-pag 13
Stedenbouwkundige Voorschriften
BPA Stedelijk recreatiegebied“Domein Drie Fonteinen” Stad Vilvoorde
-pag 14
Toelichting bij de stedenbouwkundige voorschriften. Toelichting bij de stedenbouwkundige voorschriften.
Dit deel bevat de verordenende stedenbouwkundige voorschriften van het plangebied. Enkel het grafisch plan en de erbij horende stedenbouwkundige voorschriften hebben verordenende kracht. Dit deel is opgebouwd uit algemene voorschriften en specifieke voorschriften voor elke bestemmingszone. De specifieke voorschriften zijn opgedeeld in vier kolommen. Kolom één bevat de naam van de zone. Kolom twee beschrijft de gewenste ruimtelijke ordening. Kolom drie duidt de essentiele aspecten aan die zeker gerealiseerd moeten worden. Kolom vier bevat de juridisch verordenende stedenbouwkundige voorschriften. De bijhorende toelichtingsnota heeft als dusdanig geen verordenende kracht, maar behoudt zijn waarde als inhoudelijk onderdeel van het geheel van het bijzonder plan van aanleg. De verordenende voorschriften worden voorafgegaan door een beschrijving van de gewenste ruimtelijke invulling. In deze kolom worden elementen aangereikt die belangrijk zijn om de beoogde ordening en invulling te realiseren. In de laatste kolom zijn de verordenende bepalingen weergeven op een grijze ondergrond. In deze kolom is de gewenste ruimtelijke ordening gedetailleerd vertaald naar bindende stedenbouwkundige voorschriften voor elke bestemmingszone.
Inhoudelijke elementen
juridische vertaling
Inhoudelijke elementen
Essentiële aspecten
Toelichting bij inhoudelijke elementen
Verordenende stedenbouwkundige voorschriften
Juridisch afdwingbaar
Richtingevend voor het beoordelen van aanvragen tot het bekomen van een stedenbouwkundige vergunning
Noodzakelijke randvoorwaarden die zeker gerealiseerd moeten worden Gewenste ruimtelijke invulling Benaming van de verschillende zones
Richtingevend voor het beoordelen van aanvragen tot het bekomen van een stedenbouwkundige vergunning
BPA Stedelijk recreatiegebied“Domein Drie Fonteinen” Stad Vilvoorde
-pag 15
Algemene bepalingen
Artikel 1: Algemene bepalingen
1.1 Wijze van meten Bebouwingspercentage: Een op het plan aangegeven percentage, dat de grootte van het deel van een terrein aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd. Begroeningspercentage: Een op het plan aangegeven percentage, dat de minimale grootte van het deel van een terrein aangeeft dat onverhard en met vegetatie begroeid moet zijn. Kroonlijsthoogte: De hoogte van het gebouw wordt gemeten vanaf het peil op de rooilijn tot de onderzijde van de goot of de kroonlijst. De dakhoogte wordt hierin niet meegerekend. De totale of maximum bouwhoogte behelst tevens het dakvolume. Hoogte: de op plan aangeduide hoogte heeft betrekking op de bovenzijde van de kroonlijst. Oppervlakte van de gebouwen: de oppervlakte wordt gemeten aan de buitenzijde van de gevelvlakken en het midden van de scheidsmuren. Verhardingspercentage: Een op het plan aangegeven percentage, dat de grootte van het deel van een terrein aangeeft dat maximaal mag worden verhard. Rooilijn: deze lijn vormt de grens tussen de openbare weg en de aanpalende eigendommen hetzij overeenkomstig de actuele bezitstoestand, hetzij overeenkomstig hetgeen door de administratieve overheid is voorgeschreven voor de toekomst.
1.2 Gehanteerde begrippen Bedrijven: Een bedrijf is het gebouw of de ‘inrichting’ waarin een bepaalde economische activiteit wordt uitgeoefend. Deze bedrijven zijn gevestigd in een specifieke inrichting en kunnen gerangschikt worden in verschillende categorieën: verzorgende bedrijven, ambachtelijke bedrijven, opslagplaatsen, mens- en milieuvriendelijke bedrijven, …. Bestemming: de bestemming duidt de functie aan die door het plan juridisch vastgelegd wordt. Bouwlaag: een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op een gelijke hoogte liggende vloeren is begrensd. Bouwvlak: op het bestemmingsplan zijn bouwvlakken aangeduid. Enkel binnen deze bouwvlakken kan gebouwd worden. Contextualiteit: in het plan opgevat als stedenbouwkundige aanpak die wil dat bouwvormen en detailleringen aansluiten bij de bestaande elementen in de omgeving of er op een creatieve wijze mee corresponderen. Deze contextualiteit heeft een eigen tijd- en ruimte dimensie. Diensten: naar bestemmingen toe worden diensten aangeduid als activiteiten gericht op een frequente (een groot deel van de dag voor en een groot deel van de werkzaamheden) dienstverlening (met een onmiddellijke en ter plaatse bediening) naar de bevolking (loketfuncties). Het betreft ondermeer vrije beroepen, wasserijen, kapsalons, banken en verzekeringen, reisbureaus en bemiddelingsadvies en andere...
Formele sport activiteiten: activiteiten vooral uitgevoerd in openlucht en in teamen/of verenigingsverband met een sportief en competitief karakter waarvoor er gebruik gemaakt moet worden van specifieke sportinfrastructuur. Dergelijke activiteiten trekken toeschouwers aan. Gemeenschapsvoorzieningen: dit zijn dienstverleningen met een openbaar karakter: het betreft ondermeer alle vormen van onderwijs (van kleuter, lager tot hoger, van dag tot avondonderwijs, …), cultuur en erediensten (museum, cultureel centrum, tentoonstellings- en congresruimten, bibliotheek, ...), overheidsdiensten (politie, administratie, opslag, bescherming, ...), verzorging (polyklinieken, materniteiten, ziekenhuizen en bijbehorende diensten, …), voorzieningen (recreatieve- en sportinfrastructuur, nutsvoorzieningen, ...). Handelszaken: gebouwen waar goederen en/of diensten verhandeld worden en gericht op een cliënteel. Hoog-dynamische recreatie: recreatie en bijhorende infrastructuur die, omwille van haar intrinsieke aard, in haar onmiddellijke omgeving sterke veranderingen en dynamiek teweegbrengt in de wijze van functioneren van de bestaande ruimtelijke-, milieukundige-, verkeerskundige- en sociaal-economische structuur en daardoor in belangrijke mate het ruimtegebruik wijzigt en het ruimtelijke draagkracht sterk aantast. Horeca: afkorting voor hotels, restaurants en cafés. Kleine landschapselementen (KLE’s): De kleine landschapselementen zijn de strook-, lijn- en puntvormige elementen in het landschap. Kleine verbouwingen: betreffende tijdelijke infrastructuurwerken van een bouwterrein, het tijdelijk plaatsen van verplaatsbare inrichtingen, verbouwingswerken binnen een vergund gebouw voor zover het geen wijziging van het gebruik of de bestemming meebrengt, het wijzigen van het aantal woongelegenheden binnen een vergund gebouw, werken of handelingen aan de buitenvlakken van een vergund gebouw en het plaatsen van constructies eigen aan het vergund woongebouw binnen een straal van 30m buiten de uiterste grenzen van dat vergund woongebouw. Kroonlijst: een geaccentueerd (dikwijls uitstulpend) deel van het gevelvlak dat het bovenste deel van de gevel aanduidt, de ruimtelijk verticale beëindiging van de gevel van het gebouw naar boven. Laag-dynamische recreatie: recreatie en bijhorende infrastructuur die, omwille van haar intrinsieke aard, in haar onmiddellijke omgeving slechts beperkte veranderingen teweegbrengt in de bestaande ruimtelijke-, milieukundige-, verkeerskundige en sociaal-economische structuur en in het bestaande ruimtegebruik. De ruimtelijke draagkracht van de omgeving wordt door dergelijke activiteiten niet sterk belast. Nieuwbouw: wanneer een constructie volledig of grotendeels opgebouwd wordt, of wanneer werken uitgevoerd worden die hiermee gelijkgesteld kunnen worden, betreft het nieuwbouw. Het plan: het bestemmingsplan van het plangebied. Spel- en ontspanningsactiviteiten: informele dagelijkse en niet-competitieve activiteiten (vooral in functie van de kinderen en jeugd) met een recreatief karakter waar deelnemers van buiten de onmiddellijke omgeving en/of toeschouwers niet aangetrokken worden; Streekeigen groen: beplanting of plantengroei die van nature, spontaan voorkomt bij de fysische omstandigheden die zich in een bepaalde streek en/of op een specifieke plaats voordoen BPA Stedelijk recreatiegebied“Domein Drie Fonteinen” Stad Vilvoorde
-pag 16
Verantwoord groenbeheer: Het beheer van groenelementen van diverse aard op een dusdanige wijze dat deze elementen een maximale bijdrage kunnen leveren aan de ecologische waarde van het gebied waarin zij zich bevinden. Dit beheer is tevens gericht op het verhogen van de biodiversiteit en op het eventueel vervullen van een bufferfunctie ten opzichte van omgevende activiteiten. Verblijfsrecreatie: verblijfsrecreatie staat voor die geheel aan recreatieve activiteiten buiten de onmiddellijke omgeving van de eigen woning plaatsvindt en waarmee ten minste één overnachting gepaard gaat. Vegetatiedaken: vegetatiedaken zijn daken die ontworpen en gebouwd zijn om er een natuurlijke begroeiing op aan te brengen en deze te onderhouden. Verbouwingen: wanneer een bestaande constructie wordt aangepast, uitgebreid of gewijzigd (met uitzondering van onderhoudswerken) met het doel een aangepast, beter of ander functioneel gebruik of zicht te realiseren, valt dit onder de term verbouwingen. Verharding: behandelingen waarbij de bodem aangepast wordt aan een niet natuurlijk gebruik (weg, pad, terras, parking) en de waterdoorlaatbaarheid sterk beperkt wordt. Veelvuldig gebruikte verhardingen zijn betonklinkers, kasseien, beton, steenslag, asfalt en dolomiet... Verhardingen die de waterdoorlaatbaarheid slechts in beperkte mate beperken zijn betonrasterstenen, grindpaden en andere aangepaste materialen… W aardevolle bomen: bomen met een stamomtrek van minimum 50 centimeter op 1,5 meter hoogte of bomen die door hun aard of inplantingsplaats waardevol zijn voor de omgeving. W oningen: woon- of verblijfplaatsen van een of meerdere personen. Zone: een op plan aangegeven vlak met éénzelfde bestemming. Aanplakborden: Aanplakborden zijn borden waarop publiciteit (werving voor het kopen van merkproducten) wordt aangeplakt. Uithangborden: Uithangborden verkondigen de ter plaatse uitgeoefende activiteit. Ze vermelden de activiteit van de handelaar of dienst, verwijzen naar de aangeboden produkten of vermelden de naam van de winkel, dienst, activiteit of uitbater. Reclame inrichtingen: Dragers van merknamen van produkten die te koop worden aangeboden. Directe verlichting: Directe verlichting van publiciteitspanelen is verlichting in panelen waarop opschriften of publiciteit vermeld is. Indirecte verlichting: Indirecte verlichting van publiciteitspanelen is het verlichten van panelen met een lichtpunt dat niet in het paneel verwerkt is. Dit kan door lichtpunten die elders op de gevel zijn aangebracht of door het verlichten van de ruimte tussen de letters van het opschrift of de reclame inrichting en het gevelvlak. Haakse panelen: Haakse panelen gebruikt als reclame inrichting of uithangbord zijn dwars aangebracht op de gevel (meestal) met een hoek van 90°.
BPA Stedelijk recreatiegebied“Domein Drie Fonteinen” Stad Vilvoorde
-pag 17
Algemene Stedenbouwkundige voorschriften
Artikel 2: Algemene Stedenbouwkundige voorschriften
• •
de stedenbouwkundige inpassing van het voorgestelde project, de ruimtelijke draagkracht,
2.1 Overgangsbepaling 2.1.1 in relatie met de bestemmingen Bestaande activiteiten die op het moment van vaststelling van het plan, binnen de aangeduide deelgebieden rechtsgeldig bestaan, en waarvan de bestemming in strijd is met de verordenende voorschriften, kunnen behouden blijven. Een uitbreiding van deze activiteiten is echter niet toegelaten. Wanneer de activiteiten stopgezet worden zijn uitsluitend de aangeduide bestemmingen toegelaten. 2.1.2 in relatie met de gebouwen Bestaande gebouwen die binnen de deelgebieden bestaan op het moment van de vaststelling van het plan, maar die niet gesitueerd zijn in een vlak voor bebouwing, kunnen behouden blijven. Uitbreidingen van deze gebouwen zijn echter slechts beperkt toegstaan. Het volume van de gebouwen mag nooit toenemen.
2.2 Beheer en onderhoud Bomen en heesters mogen enkel verwijderd worden ter voorbereiding van bouwwerkzaamheden of in het kader van een verantwoord groenbeheer.
2.3 Inplanting, omvang en uitvoering van de gebouwen Aanvragen tot het bekomen van een stedenbouwkundige vergunning worden getoetst op basis van de aangeduide gewenste ruimtelijke invulling. Op het bestemmingsplan zijn bouwvlakken aangeduid. Wanneer binnen een bestemmingszone een bouwvlak is aangeduid zijn gebouwen niet gebonden aan een opgelegde bouwlijn maar mogen de grenzen van het aangeduide bouwvlak niet overschrijden. Het in deze bouwvlakken aangeduide maximum bebouwingspercentage, maximum verhardingspercentage en maximum toegelaten bouwhoogte mogen niet overschreden worden. De totale hoogte mag nooit meer bedragen dan 5 meter boven de op het plan aangeduide kroonlijsthoogte. Elke verbouwing of nieuwbouw in het plangebied moet op een contextuele wijze ingepast worden in de ruimtelijke omgeving. Dit houdt in dat de kroonlijsthoogte, de gevelopbouw (hoogte, materiaalgebruik en geleding), de dakvorm (hoogte, hoek, materialen) en het materiaalgebruik op een doordachte, samenhangende en kwaliteitsvolle wijze opgebouwd moeten worden. Dit contextuele inpassen duidt niet op het copiëren van een bestaande typologie. Het onderzoek van de geslaagdheid van de contextuele inpassing wordt onder meer gebaseerd op:
2.4 Bepalingen voor het behoud van waardevolle bomen en kleine landschapselementen Bomen en kleine landschapselementen, al dan niet aangeduid op het bestemmingsplan, die beeldbepalend en/of structuur ondersteunend zijn, zijn waardevol voor de omgeving en genieten een bescherming. Bij het plannen en uitvoeren van bouwwerkzaamheden zijn waardevolle bomen grensstellend. Dit houdt in dat deze in wezen niet gerooid kunnen worden voor het aanleggen van infrastructuur of het bouwen of verbouwen van gebouwen en constructies. Op het plan zijn een beperkt aatal uiterst waardevolle bomen aangeduid. Niet enkel de bomen maar ook hun onmiddelijke omgeving is door deze aanduiding beschermd. Deze bescherming heeft zowel betrekking op de beeld- en belevingskwaliteit en beperkt het uitvoeren van werkzaamheden die het verder leven van de boom bedreigen. Vergunningsplichtige handelingen (omgevingswerken, graafwerken) in de omgeving van deze bomen en kleine landschapselementen mogen het verder leven van deze bomen of de kleine landschapselementen niet aantasten of bedreigen of de aanwezige beeld- en belevingskwaliteit aantasten. Bij het heraanplanten of vervangen van bomen en heesters moet er gestreefd worden naareen afstemming van de soortenvariëteit met de aanwezige bomen en heesters in het aanpalend landschapspark.
2.5 Bouwvoorschriften Op het bestemmingsplan zijn bouwvlakken aangeduid. Enkel binnen deze bouwvlakken kunnen gebouwen gebouwd worden. Binnen deze bouwvlakken zijn een maximum toegelaten bouwhoogte (kroonlijst), een maximum bebouwings- en verhardingpercentage en minimum begroeningspercentage aangeduid. Binnen deze bouwvlakken kunnen tevens gegroepeerde parkeerplaatsen aangelegd worden. Deze moeten aangelegd worden op basis van een geïntegreerd inrichtingsplan met ruime aandacht voor het behoud van de beeld- en belevingskwaliteit. Buiten deze bouwvlakken kunnen constructies, andere dan gebouwen, eigen aan de bestemming opgericht worden.
2.6 Bepalingen in verband met verblijfsrecreatie Verblijfsrecreatie is nergens toegelaten.
BPA Stedelijk recreatiegebied“Domein Drie Fonteinen” Stad Vilvoorde
-pag 18
Artikel 3: Specifieke stedenbouwkundige voorschriften Artikel 3: Specifieke stedenbouwkundige voorschriften Vertaling naar verordenende stedenbouwkundige voorschriften - inhoudelijke elementen
Vertaling naar verordenende stedenbouwkundige voorschriften - juridische vertaling
Inhoudelijke elementen
Essentiële aspecten
Gebied voor stedelijke recreatie
Toelichting bij inhoudelijke elementen §3.1 Algemene bepalingen
Dit gebied is aangeduid in functie van het behouden en uitbouwen van sportieve recreatieve activiteiten op stedelijk niveau. De toegelaten voorzieningen moeten actieve sportbeoefening mogelijk maken en zijn qua aard hoog dynamisch.
§ 3.2 Bepalingen met betrekking tot de bebouwing en inrichting van het gebied.
Dit gebied is aangeduid als locatie voor een stedelijk recreatief knooppunt. Alle gebouwen en voorzieningen eigen aan dergelijke functie en in overeenstemming met de draagkracht van de omgeving moeten mogelijk zijn. De bebouwing en de algemene inrichting van het gebied moeten bijdragen tot een rationeel gebruik van het gebied. Het is wenselijk dat de bebouwing zoveel mogelijk wordt gebundeld. Beperkende maatregelen worden gesteld aan bebouwing en verharding. Bovendien worden minimum eisen aangeduid met betrekking tot het aanbrengen van begroening. Deze kwantitatieve randvoorwaarden worden aangeduid op plan en dit voor binnen en buiten de bouwvlakken. Parkeren wordt bij vorkeur gebundeld. Daar dit parkeren georganiseerd wordt in een parkachtige omgeving is het wenselijk dat er een groot aantal groenvoorzieningen deel is van de parkeervoorzieningen. Dit heeft zowel betrekking op heesters en hagen die het parkeerterrein omranden en opdelen, alsook op hoogstammig groen dat over het gehele terrein aanwezig is. In de gebieden die niet gevat worden door een bouwvlak, worden de verhardingen beperkt en worden beplantingen aangebracht. Deze beplantingen verbinden de groengebieden en delen de recreatieve infrastructuur op in kamers waardoor deze sterker in het aanpalende parkgebied geintegreerd wordt. De toegelaten constructies buiten de bouwvlakken bestaan uit al dan niet vaste constructies die niet volledig winddicht zijn en niet verwarmd worden. Het betreft onder meer stallingsruimten en randinfrastructuur. Kleedkamers en afgesloten ruimten kunnen hier niet gebouwd worden.
Verordenende stedenbouwkundige voorschriften
•Behoud van terreinen en infrastructuur. •Verbouwingen en nieuwbouw toestaan.
Art.3.1 Bestemming
Deze zone is bestemd voor formele sport- en hoogdynamische recreatie alsook spel- en ontspanningsactiviteiten op stedelijk niveau.
Art.3.2 Inrichting en bouwvoorschriften
Op het bestemmingsplan zijn bouwvlakken aangeduid. Binnen deze bouwvlakken mogen gebouwen en constructies opgericht worden. Deze zijn niet gebonden aan een opgelegde bouwlijn. Het aangeduide maximum bebouwingspercentage en maximum toegelaten bouwhoogte mogen niet overschreden worden. Voor bouwvlak A is het maximum bebouwingspercentage 30% en de maximum bouwhoogte voor 70% van de oppervlakte van het bouwvlak11meter hoog en voor 30%, 9 meter hoog. Voor bouwvlak B is het maximum bebouwingspercentage 90% en de maximum bouwhoogte bedraagt 6 meter. Gebouwen, constructies en verhardingen in functie van de verschillende activiteiten moeten zoveel mogelijk gebundeld worden binnen de aangeduide bouwvlakken. In de vlakken die niet gevat worden door een bouwvlak mogen geen gebouwen gebouwd of verbouwd worden. Alle nieuwe verhardingen voor paden, wegen en parkeerterrein moeten minimum voor de helft van de oppervlakte uitgevoerd worden in doorlaatbare materialen. Buiten de op plan aangeduide bouwvlakken kunnen constructies andere dan gebouwen en eigen aan de bestemming toegelaten worden. Het betreft onder meer verlichtingspalen, hekwerk, schuilhokjes, bergplaatsen, sportinfrastructuur (doelen, netten, ...), aangepast meubilair, ... . Deze constructies worden zoveel mogelijk gebundeld en de oppervlakte beperkt. De hoogte van deze constructies is, met uitzondering van de verlichtingspalen, beperkt tot 3.5 meter. Verlichtingspalen mogen nooit hoger zijn dan 20 meter. Buiten de bouwvlakken kunnen eveneens parkeerterreinen aangelegd worden. De aanleg moet gebaseerd zijn op basis van een geïntegreerd inrichtingsplan met een ruime aandacht voor aanplantingen en het behoud van de beeld- en belevingskwaliteit. BPA Stedelijk parkgebied“Domein Drie Fonteinen” Stad Vilvoorde
-pag 19
Vertaling naar verordenende stedenbouwkundige voorschriften - inhoudelijke elementen
Vertaling naar verordenende stedenbouwkundige voorschriften - juridische vertaling
Inhoudelijke elementen
Essentiële aspecten
Toelichting bij inhoudelijke elementen
Verordenende stedenbouwkundige voorschriften Art. 3.3 Vrijwaring van de ruimtelijke kwaliteit
§3.3 Bepalingen met betrekking tot de ruimtelijke kwaliteit.
Het behoud en de verdere uitbouw van een recreatief knooppunt op stedelijk niveau gekoppeld aan het behouden van de bestaande kwaliteiten ( beeld-, belevings- en gebruikswaarde ) en het verhogen van de ruimtelijke kwaliteit is één van de basisdoelstellingen van dit plan van aanleg. Om de beeldkwaliteit te verhogen moet de bebouwing en de inrichting van het gebied op een kwaliteitsvolle wijze uitgevoerd worden.
• • •
kwaliteitsvolle bebouwing sterke integratie en relatie met het parkgebied reclame-inrichtingen beperken.
De niet-bebouwde delen moeten met oog voor de functionaliteit (gebruik van de ruimte) samenhangend en op basis van esthetische (zichtassen, kijk of schermgroen,...) en duurzame aspecten aangelegd (aanleg, beheer) worden. Bij nieuw bouwprojecten en de (her)aanleg van de nietbebouwde ruimten is de samenhang en de relatie met het aanpalende parkgebied bepalend voor de plaatsing van de bebouwing en het inrichten van de niet bebouwde ruimte. Het aanbrengen van aanplakborden, haaks aangebrachte reclame-inrichtingen op gevels van gebouwen en direct verlichte reclame-inrichtingen is verboden.
Het is wenselijk dat alle bouwwerken gericht zijn op het verhogen van de functionaliteit (het gebruik van de ruimten), de herkenbaarheid (aard van de activiteit) en het verhogen van de beeldkwaliteit van het recreatiegebied. De niet bebouwde delen worden bij voorkeur op een kwalitatieve wijze ingericht en op een wijze dat een optimale ontsluiting, toegankelijkheid en beleefbaarheid van het gebied aanmoedigd. Het aanduiden van de relatie met het parkgebied is hierin bepalend. Uithangborden en reclame inrichtingen mogen nooit tot een daling van de beeld- en belevingskwaliteit leiden. Dit houdt in dat de plaatsing van dergelijke constructies nauwkeurig moet worden afgewogen. Zij moeten zich op een kwaliteitsvolle wijze inpassen in het ruimtelijke geheel van gebouw en omgeving en moeten een duidelijke en herkenbare relatie hebben met het gebouw of de plaats waar ze zijn aangebracht. Uithangborden worden verkozen bover reclame-inrichtingen.
Aanvragen tot het bekomen van een stedenbouwkundige vergunning met betrekking tot reclame-inrichtingen en uithangborden worden onder meer beoordeeld op basis van volgende afwegingskaders: •
§3.4 Gewenste ruimtelijke invulling
• • •
Elke nieuwbouw in het plangebied moet op een kwaliteitsvolle wijze uitgevoerd worden. Dit houdt in dat de kroonlijsthoogte, de gevelopbouw (hoogte, materiaalgebruik en geleding) de dakvorm (hoogte, helling, hoek en materialen) en het materiaalgebruik op een doordachte, samenhangende en kwaliteitsvolle wijze opgebouwd moeten worden.
De centrale toegang tot het recreatief park bevindt zich langsheen de Brusselsesteenweg en wordt ruimtelijk geaccentueerd; De parkstructuur gekenmerkt door beplantingen wordt doorgetrokken doorheen de harde recreatie; De bebouwing wordt gebundeld ;
Gebruik van de uitzonderlijk waardevolle bomen als referentie voor het inrichten en het beheer.
• • • •
de schaal van het gebouw waarop de aanvraag betrekking heeft; de situering ten opzichte van andere functies; het publicitair gebruik in straat of straatdeel; de evolutie van het aanbrengen van uithangborden en reclame inrichtingen; de locatie, de aard van de bedrijvigheid.
•
Een fijnmazig netwerk wordt gecrëerd waardoor een hoge doorloopbaarheid gewaarborgd wordt; • De verschillende sportvelden worden ruimtelijk van elkaar gescheiden door lanen en houtkanten.
Alle beplantingen in en buiten de bouwvlakken moeten aangelegd en beheerd worden. Bij het aanleggen of wijzigen van infrastructuur, gebouwen of constructies in de omgeving van uitzonderlijk waardevolle bomen moet de inrichting van de omgeving van de boom de beeld- en belevingskwaliteit van de boom en zijn omgeving versterken .
BPA Stedelijk parkgebied“Domein Drie Fonteinen” Stad Vilvoorde
-pag 20