Nieuwsbrief 15e jaargang nr. 49 - juni 2015
Colofon De doelstelling van de Vereniging Nederlands Nieuw-Guinea Miltairen 1945-1962 is het bevorderen van de onderlinge contacten tussen de militairen, die in de periode 1945-1962 in de Nederlandse Krijgsmacht hebben gediend in het voormalig Nederlands Nieuw-Guinea. Het in de ruimste zin van het woord behartigen van de belangen van die militairen en hun families. Het herdenken van hen die gevallen zijn bij de vervulling van hun plicht, evenals van hen die, ten gevolge van, ongevallen of ziekten tijdens militaire dienst zijn overleden. De Vereniging Nederlands NieuwGuinea Militairen is aangesloten bij het Veteranenplatform. Beschermheer, tevens adviseur: Luitenant-generaal C.J.M. de Veer b.d., Voorheen Inspecteur-generaal der Krijgsmacht en der Veteranen. Algemeen adviseur: Kolonel L. Habraken b.d. Voorheen directeur van het Veteraneninstituut. Lid van verdienste: J. Peperkamp Ereleden:
A.S. Poortvliet H.P. Willemsen D. Willemsen-Hens Bestuur: C. Aarts, voorzitter (Rijen), C. Drost, secretaris (Koog a/d Zaan), H. Vos, 2e secretaris (Kerkdriel), J.H. van Hensbergen, penningmeester (Arnhem), C. van Vliet, organisatie Reünie (Winkel), A. Dielemans, organisatie Nieuwjaarsreceptie (Roosendaal), A.J. Bouterse, voorzitter Sociale commissie (Schagen) Contact Secretariaat: C. Drost Brouwersveld 2, 1541PG Koog a/d Zaan, tel. 075-6160779, mob. 06-22332531 E-mail:
[email protected] Website: www.vnngm.nl Redactie Nieuwsbrief: J.H. van Hensbergen Ravelstraat 4, 6815 HB Arnhem, telefoon 06 53199548 E-mail:
[email protected] Copyright: Tegen overname van artikelen bestaat in principe geen bezwaar, mits hier vantevoren toestemming voor is verleend en duidelijk in de uitgave wordt vermeld. Geplaatste foto’s komen uit privé collecties tenzij anders vermeld. De inhoud geeft niet noodzakelijkerwijs de mening van bestuur en/of redactie weer. Bestuur en/of redactie kunnen daarom niet aansprakelijk worden gesteld voor de inhoud van de geplaatste artikelen. De redactie behoudt zich het recht voor artikelen te weigeren of te redigeren.
Sluitingsdatum kopij Nieuwsbrief nummer 50: 20 augustus 2015
Van de voorzitter Als je vooruitkijkt zie je dat, op moment van schrijven, onze Algemene Ledenvergadering voor de deur staat. En op 27 juni zullen we de Nederlandse Veteranendag weer mee kunnen maken. Onze Papua medestrijders herdenken we weer op 1 oktober op Landgoed Bronbeek in Arnhem. Als je achterom kijkt zie je onze op 22 en 23 april succesvol verlopen reüniedagen. We hebben hernieuwt kennis gemaakt, herinneringen opgehaald en bijgepraat, al of niet onder het genot van een drankje. We hebben diverse eregasten ontmoet en genoten van de optredens van Tante Lien. Na het openingswoord van Cor van Vliet heb ik u toe mogen spreken. Het zal u daarbij mogelijk opgevallen zijn dat ik met geen woord heb gerept over de Morgenster en het niet meedragen daarvan tijdens het defilé in den Haag. Ik heb dat onderwerp bewust vermeden. Ten eerste omdat het op de Algemene Ledenvergadering expliciet besproken wordt, ten tweede een reünie is geen podium om een discussie op te roepen, door het aanroeren van zo’n beladen onderwerp. En ook was het beken dat de IGK dat onderwerp in zijn toespraak opgenomen had. U leest dat elders in deze Nieuwsbrief. Laat ons nu de blik weer richten op de toekomst. De Nederlandse Veteranendag in de Haag. Het aantal deelnemers aan het defilé is bijna net zo groot als vorig jaar. Hopelijk werkt het weer, net als vorig jaar, ook mee. Ik kan u daarbij een idee aan de hand doen. Wie zeker wil zijn van goed weer dient een worst te offeren aan de heilige Clara. Het “bij geloof” wil namelijk dat St. Clara dan zorgt voor goed weer tijdens een buitenactiviteit. Eigenlijk moet de worst gebracht worden bij een klooster van de zusters Clarissen. Die bidden dan voor mooi weer en eten vervolgens de worst op. Goedweer garantie geven ze daarbij echter niet. Leuk detail: De Clarissen van het klooster in Megen zijn vegetariër geworden. Laat ik met een glimlach dit deels ‘Brabants’ getinte stukje eindigen en u allen het beste toe wensen. Met vriendelijke groet van uw voorzitter, Cees Aarts
Onze activiteiten worden mede mogelijk gemaakt door het vfonds
1
Inhoudsopgave Reünie 2015
pag 03 t/m 14
Toespraak
pag 03 t/m 06
Een vorm van samenwerking
pag 07 t/m 09
Wieteke van Dort ontroert
pag 10 t/m 11
Ruim 52 jaar later
pag 12
Brand
pag 13 t/m 14
Verhalen uit ons Nieuw-Guinea verleden
Herman Klip bezoekt graf Ernst Piena
pag 15 t/m 16
Sorong: korte impressie deel 2
pag 17 t/m 20
Ribbels op je rug
pag. 21 t/m 22
Bladeren
pag. 23 t/m 24
Van het bestuur
2
pag. 15 t/m 23
pag. 27 t/m 30
In memoriam
pag. 27
Koninklijke onderscheidingen
pag. 28
Voor uw agenda
pag. 29
Boekenrubriek
pag. 30 t/m 31
Musea
pag. 32
Toespraak Inspecteur generaal der Krijgsmacht en Veteranen 15 op onze reünie ie 20 Reün Op de tweede dag van onze reünie werd een toespraak gehouden door de Inspecteur generaal der Krijgsmacht en Veteranen, de Luitenant generaal (Klu) B. Hoitink. In deze toespraak ging hij in het bijzonder in op wat hij noemde een pijnlijk onderwerp voor ons als Nieuw-Guinea veteranen . Natuurlijk is dat het wel of niet Inspecteur generaal der Krijgsmacht en meevoeren van de MORGENSTER Veteranen Luitenant generaal B. Hoitink vlag tijdens het defilé op de Nederlandse Veteranendag. De discussie over het niet meevoeren van de Morgenster is ook volop aanwezig in onze vereniging. Het verdient daarom bijzonder veel respect dat onze IGK in zijn speech op onze reünie nog eens duidelijk schetste waarom de Morgenster overal meegevoerd mag en kan worden maar juist niet op de dag van alle Veteranen. Zijn behartigenswaardige woorden hierover treft u aan in het schuingedrukte deel van zijn toespraak die hieronder in zijn geheel is weergegeven
Redactie Jaap van Hensbergen
Geachte aanwezigen, Veteranen. Het is goed om vandaag in uw midden aanwezig te zijn en een kort woord tot u te mogen richten. Als Inspecteur der Veteranen is het mijn taak om te luisteren naar wat er onder de veteranen leeft en te informeren hoe het met de veteranen gaat, zodat ik de minister kan adviseren over het veteranenbeleid en over de uitvoering van dat beleid. Daarnaast kunnen veteranen bij mij terecht als zij een knelpunt hebben met Defensie wat zij niet op een andere manier kunnen oplossen. Maar vooral ook is het de taak van de Inspecteur der Veteranen om namens de minister – en dus namens de regering – aanwezig te zijn bij bijeenkomsten als deze om met die aanwezigheid te tonen dat Defensie en de overheid de veteranen waarderen en hen een warm hart toedragen. U als veteranen hebt dat verdiend. U hebt immers als militair diezelfde overheid, de Nederlandse samenleving, gediend in buitengewone omstandigheden. Velen dienden in de jaren 1950, begin jaren ’60 als militair in Nederland, dienstplichtig of beroeps, of in Duitsland, in een krijgsmacht die was gericht op de verdediging van West-Europa. U echter, werd uitgezonden naar - bijna letterlijk - de andere kant van de wereld. Natuurlijk, voor velen van u was het een avontuur, of in ieder geval een
3
periode waarop u toch ook met genoegen terugkijkt. Maar u was wel voor langere tijd ver van huis. U kwam terecht in een wereld die vreemd was, met vreemde geuren en geluiden. Met een ander klimaat en in omstandigheden die veel primitiever waren dan die van uw collega’s in West-Europa. En in een tijd waarin contact met het thuisfront eigenlijk alleen mogelijk was door middel van brieven die lang onderweg waren. Dat alleen al is een offer dat u hebt gebracht en waarvoor u respect en waardering hebt verdiend van de Nederlandse samenleving. Velen van u hebben daarnaast ook nog zware patrouilles moeten lopen door de binnenlanden, op jacht naar infiltranten. Het wordt in de geschiedschrijving vaak onderbelicht, maar het was oorlog en er vielen doden en gewonden. En met die dreiging en onder die buitengewoon moeilijke omstandigheden deed u uw plicht en maakte u er het beste van. Dat verdient respect. U deed dat allemaal om het laatste stukje van voormalig Nederlands-Indië voor het Koninkrijk te behouden. Om het land en het Papoea-volk de kans te geven zich te ontwikkelen naar zelfstandigheid. Om ook aan de Papoea’s Vrede, Vrijheid en Veiligheid te geven. De ontwikkelingen in de internationale politiek leidden echter een andere kant op. Onze toenmalige regering zag zich genoodzaakt om andere keuzes te maken. Om Nieuw-Guinea op te geven, in het belang van Nederland. Het verlies van Nieuw-Guinea wordt door de buitenstaander al gauw uitgelegd als een falen van de militaire inzet daar. Maar niets is minder waar! U heeft uw plicht gedaan. De plicht die de Nederlandse Regering u oplegde. U treft geen blaam. Integendeel: U heeft respect verdiend voor de wijze waarop u onder buiten gewoon moeilijke omstandigheden uw militaire plicht hebt gedaan. Nu ik hier voor u sta, wil ik een pijnlijk onderwerp niet uit de weg gaan. Velen van u hebben het opgeven van Nederlands Nieuw-Guinea ervaren als het in de steek laten van de Papoea-bevolking. Voor die gevoelens heb ik alle begrip. Door uw werk met en voor de Papoea’s hebt u een band opgebouwd met die bevolking. U hebt gezien en ervaren hoe zij op de weg werden gezet naar vrijheid en zelfstandigheid. U hebt daar aan meegewerkt. En vervolgens moest u hen de rug toe te keren. Om hen zonder die vrijheid en zelfstandigheid over te dragen aan Indonesië. Omdat de politieke realiteit dat eiste. Uw gevoelens van verbondenheid met de Papoea’s en uw gevoel dat zij in de steek zijn gelaten, zie ik terugkomen in de discussie rond de Morgenster in het defilé op Veteranendag. Ik begrijp dat die discussie binnen uw vereniging nog verder zal worden gevoerd. Voor die discussie wil ik u graag een paar gedachten meegeven.
4
U wordt gezien als de laatste groep van oude veteranen. Na uw inzet kwam bijna 20 jaar later Libanon en daar beginnen we te praten over jonge veteranen. Er is sindsdien veel tot stand gebracht voor militairen die op uitzending gaan en voor veteranen. Als we kijken naar de voorzieningen die er nu zijn, dan is het duidelijk dat die veel beter zijn dan wat u destijds had. Kijk naar de voorbereiding, de zorg tijdens uitzending, de nazorg, de erkenning en waardering voor de inzet. Veel dingen die we nu gewoon vinden, hebt u moeten ontberen. Maar die zaken zijn wel tot stand gekomen door de lessen die we van u hebben geleerd. Doordat u als oudere veteranen op een gegeven moment naar voren bent getreden en hebt laten zien waar de samenleving tekort schoot ten opzichte van de veteranen. De huidige generaties militairen en de jonge veteranen staan wat dat betreft op uw schouders. Eén van de verworvenheden waarvoor u hebt gestreden is de erkenning en waardering voor veteranen. De ultieme uiting van die erkenning en waardering is het defilé op Veteranendag dat wordt afgenomen door Zijne Majesteit de Koning. De Koning die de groet brengt aan zijn Veteranen. Dat moeten wij koesteren. Daarbij moeten wij ons ook bedenken dat de Koning daar staat voor zijn veteranen en alleen voor die veteranen. Hij en het aanwezige publiek komen niet naar Den Haag om de missies te eren waaraan de veteranen hebben bijgedragen, niet voor de landen waar zij hebben gediend. Zij komen niet voor de idealen die toen zo belangrijk waren maar nu misschien omstreden zijn. Zij komen om aan de veteranen, aan u, respect en waardering te tonen. Omdat u iets bijzonders hebt gedaan door te dienen onder buitengewone omstandigheden. En omdat de Koning en al die andere mensen komen om u, de veteraan, respect en waardering te betuigen, is het belangrijk dat u zich van uw beste kant laat zien. Dat u zich laat zien als trotse veteranen, waarvoor men ook niet anders kan dan respect tonen. Trots, fier, gedisciplineerd en zonder zaken waaraan anderen aanstoot kunnen nemen.Dus loopt men in het defilé niet in korte broek of, sjokt niemand voorbij met de handen in de zakken of met een sigaret in zijn mond. En draagt men geen symbolen mee die discussie kunnen opleveren of anderszins omstreden zijn. Daarom is er besloten dat het UNIFIL-detachement niet de Libanese vlag meevoert, al hebben zij zich nog zo hard ingezet voor de bevolking van ZuidLibanon. Daarom lopen de Jonge Veteranen niet met de vlag van Bosnië, van Irak of van Afghanistan. En daarom loopt u niet met de Morgenster. Dit alles geldt alleen voor het defilé. Daarbuiten kunt u de Morgenster met trots voeren. Op het Malieveld, langs de route, op al uw bijeenkomsten. Als symbool voor alles waarvoor u zich hebt ingezet.
5
Voor uw inzet en opoffering in Nederlands-Nieuw Guinea. Waarvoor u veel, heel veel respect en waardering hebt verdiend. Dames en heren, ik hoor straks graag veel verhalen van u over uw tijd in Nieuw-Guinea. Over hoe het daar echt was, over uw terugkeer en over hoe het u nu vergaat. En ook als ik u straks niet persoonlijk spreek: Ik wens u een fijne reünie waar u de rest van het jaar weer met veel plezier op terugkijkt. En als u weer veel herinnering hebt opgehaald met oude kameraden, realiseert u zich dan dat u trots kunt zijn op wat u gedaan hebt voor Nederland. Wees trots dat u veteraan bent. En laat dat in uw omgeving zien, zodat u ook daar het respect en waardering ten deel valt waar u recht op hebt. Dank u wel.
6
Een vorm van samenwerking. Gehoord tijdens de reünie toespraak door Ed van Tuijl
15 ie 20
Reün
’t Harde – Tijdens de jaarlijkse reünie in de Tonnetkazerne, die dit keer op woensdag 22 en donderdag 23 april werd gehouden, werd het door de sprekers nadrukkelijk genoemd. Een mogelijke vorm van samenwerking tussen de VOMI, de Bond van Wapenbroeders, de Vereniging Nederlands Nieuw-Guinea Militairen en de Federatie van verenigingen van Indië Militairen. Voorzitter Cees Aarts repte erover in zijn openingstoespraak. Maar ook gastspreker Michiel Dulfer haalde het aan. Wat de Nieuw-Guinea jongens betreft, zal het nog niet echt een hot item zijn. Kijk alleen al naar de ook nu weer grandioze opkomst. Het was weer volle bak. En allemaal goed op tijd. Dat laatste is, als we van huis vertrekken, nog maar de vraag. Uitgerekend op deze 22ste april heeft de politie besloten om een actie te houden voor een betere cao. Ze gaan langzaam op de snelweg rijden. Dus fileleed veroorzaken. Ja, ja, de politie is je beste kameraad, wordt er nog wel eens geroepen. Nou dit is gewoon je medemens pesten. Dus we kiezen voortaan onze vrienden zelf wel! Een uur en een kwartier later kijken we er heel anders tegen aan. Vanuit de Alblasserwaard probleemloos naar ’t Harde gereden. Zelfs bij Utrecht geen enkel oponthoud. Nog nooit eerder gebeurd. Die politiemensen mogen volgend jaar april, wat ons betreft, andermaal actie voeren. Ook de andere sobats zijn op tijd. Sorong met Rinus Oosterveer. Kaimana met Gerard van der Vlist. Fak Fak. Ze zijn er allemaal. Aan de langgerekte Merauke tafel zien we alle bekende gezichten. Zelfs Mietje Musters uit Rozendaal is er weer bij. Na jaren van medische tegenslagen door zo’n vermaledijde ziekenhuisbacterie doet ze gelukkig weer mee. Nog wel met ‘n kruk, maar goed ze is er toch weer bij. Opvallende afwezigen zijn Nico Kors en zijn vrouw. Tevergeefs zoeken we naar de rijzige gestalde met die markante grijs-witte kop. Zeg maar, het baken van Merauke. Maar geen Nico te bekennen. Gek eigenlijk. Als er iemand nooit verstek zou laten gaan is hij het wel. We horen dat hij zit te genieten op een all-inclusive resort in Madeira. Waarschijnlijk nipt hij daar regelmatig aan glaasjes die naar het eiland zijn vernoemd. Maar dat hij dit uitgerekend in de week van de reünie doet, dat kan er bij ons toch maar moeilijk in. Blijkbaar is de timing van Nico ook niet meer wat het geweest is!
Cees Aarts onze voorzitter heet welkom
Voorzitter Aarts vertelt over het gevoel van verbondenheid dat nog altijd sterk leeft bij de NieuwGuinea jongens. “Nieuw Guinea heeft ons gemaakt tot wie, wat en hoe we zijn”, zegt hij en hij vervolgt met: “De opkomst is weer geweldig. Natuurlijk zal dit een
7
keer minder worden. En je kunt je afvragen of een bepaalde vorm van samenwerking met de VOMI en de Bond voor Wapenbroeders wenselijk wordt. De tijd zal het leren.” Michiel Dulfer, commandant van Bronbeek, complimenteert ons met het feit dat we de reünie zo massaal bezoeken. “Elk jaar weer in zulke grote getale. Houd dat vast. Ik loop al een tijdje met het idee om deze bijeenkomst naar Bronbeek te halen. Let op! Het gaat me ’n keer lukken. Wij hebben op Bronbeek 26 Kolonel der Cavalerie Michiel Dulfer aan Nieuw-Guinea militairen. Ik heb er het woord hier nog niet één gezien. Dus daar zal ik thuis wat van zeggen. Kun je nagaan. Als die komen wordt het nog drukker op jullie bijeenkomst.” De kolonel is zelf via Afghanistan een ervaringsdeskundige. Zijn vader heeft twee ‘termen’ in Nieuw-Guinea gediend. Hij weet dus waar hij over praat. “Jullie waren er voor de bevolking. Ondersteunden de Papoea’s. Jullie waren na de overdracht terecht bezorgd over het lot van verkenners, gidsen en dragers. Pijnlijk is de discussie over het al dan niet meevoeren van de Papoea vlag, de Morgenster, tijdens de landelijke veteranen dag. En pijnlijk is het oordeel van een in mijn ogen dolende rechter die de Staat veroordeelde tot het betalen van schadevergoeding aan nabestaanden van Indonesische vrijheidsstrijders.”
Maagdelijke bar
het verlossende woord
Als Cor van Vliet het verlossende “De bar is geopend” heeft uitgesproken, arriveert kort daarna onze eigen generaal Ted Meines. Daar hoort nog een korte, vol vuur uitgesproken speech bij. Die generaal toch. Was een dag eerder bij een herdenking in Appingedam. Deze ochtend weer ergens anders een bijeenkomst. Vanmiddag in ’t Harde. Pas 93 jaar jong maar die houdt nog lang niet op!
8
Natuurlijk ook een toespraak van Lt.generaal b.d. Ted Meines
Ted Meines en de voorzitter
We gaan aan de Indische maaltijd. De mensen van Paresto houden de gang erin. De jongens van Nieuw-Guinea ook. Consumptiebonnen worden in rap tempo ingewisseld voor een sapje, wijntje, borreltje en biertjes. Verhalen worden vertelt. Herinneringen komen weer boven. Bijkletsen over die tijd in de tropen verveelt nooit.
In de rij voor de maaltijd
Dankzij de verloting gaat een aantal van ons met meer naar huis dan waarmee men gekomen is. Niks gewonnen. Jammer dan. Volgend jaar beter. Want daarover hoeft geen twijfel te bestaan. Bij leven en welzijn komen we volgend jaar allemaal weer terug. Daar hoeft nog geen samengaan voor georganiseerd te worden! De datum ligt al vast woensdag 20 en donderdag 22 april 2016.
9
Wieteke van Dort ontroert. door Ed van Tuijl
15 ie 20
Reün
’t Harde – Enkele jaren geleden was Wieteke van Dort te gast op de reünie van de Vereniging Nederlands Nieuw-Guinea Militairen. Dit jaar was ze andermaal afgereisd naar ’t Harde. De zangeres, cabaretière, actrice, schrijfster en beeldend kunstenares heeft al jaren een bijzondere band met de Indië en Nieuw-Guinea veteranen. Die band is wederzijds. “Op zich niet zo verwonderlijk”, legt ze uit als we voor haar optreden even kort wat vragen mogen stellen. “Mijn Indische verleden is genoegzaam bekend. Maar dat is het niet alleen. Wij woonden is Surabaya. Daar was mijn moeder directeur van een opvangtehuis voor militairen. Zeg maar, een soort militair tehuis. Dus vanaf mijn derde, vierde jaar kwam ik al in contact met de Nederlandse jongens die in Indië dienden. Later, na de overdracht, bleven we in Surabaya wonen. Op mijn veertiende gingen we met ons gezin naar Nederland voor een vakantie van vier maanden. Juist in die tijd confisqueerde Soekarno de bezittingen van alle buitenlanders. We hadden van de ene op de andere dag niks meer. Terug gaan was geen optie.” Haar toekomst lag dus vanaf dat moment in Nederland. Waar die uit zou bestaan was voor haar in Surabaya al duidelijk geworden. Toneel spelen. Zingen. Mensen vermaken. Wieteke: ”Mijn moeder was in Indië actief als amateur regisseur. Ze was altijd bezig met stukjes bedenken, uitwerken en opvoeren. Het laat zich raden dat ik daar ook al snel bij betrokken werd. Volgens mij was mijn eerste rol in een kerstspel. Ik lag als kindje Jezus in de kribbe. Sinds die tijd speelde ik tal van rolletjes. Toneel, cabaretvoorstellingen een musical. Ik vond het heerlijk om te doen. Dus lag het voor de hand dat ik uiteindelijk naar de toneelschool in Amsterdam wilde. Maar afgemaakt heb ik die nooit. Na twee jaar werd ik eraf gestuurd. Uiteindelijk geen ramp want al snel kreeg ik volop kansen om te laten zien wat ik in mijn mars had.” Dat laatste was inderdaad voldoende voor een prachtige carrière. Intussen zit ze al meer dan vijftig jaar in het vak. Ze vertolkte de mooiste typetjes. Helemaal Wieteke van Dort. Denk aan De Deftige Dame in de Stratemakersopzeeshow. Samen met Aart Staartjes en Joost Prinsen. Oebele en Klokhuis. Op de radio de Ko de Boswachtershow. Programma’s waar de kinderen van de Nieuw-Guineaveteranen voor aan de buis, dan wel de radio gekluisterd zaten. En in een latere periode de onvergetelijke The Late Late Lien Show. Met dat,
10
zeker wat de Indië en Nieuw-Guinea gangers betreft, zo aansprekende typetje van tante Lien. Wie meer over haar indrukwekkende carrière wil lezen die moet de site www. wietekevandort.nl bezoeken. Ook nu is er weer een CD van haar uitgekomen.
De vraag wat haar meest favoriete creatie is of was, ligt voor de hand. Maar haar antwoord klinkt zeer resoluut. “Ik heb beslist geen voorkeur. Echt, ik vond alles even leuk om te doen. Nog steeds ga ik met heel veel plezier naar optredens voor veteranen. Of naar optredens tijdens Indische avonden en op Pasar Malams. Nee, zenuwachtig voor een optreden ben ik allang niet meer.” Dat bewijst ze even later. Met haar indrukwekkende Ode aan de Papoea van Andreas Schelfhout. Met Engelse liedjes die ons aanspreken maar vooral met die heerlijke Indische liedjes. Die melancholieke melodieën. Zoals wij ze hoorden als je s ‘avonds door Merauke liep. Op weg naar de bioscoop of een ijsje eten bij de Chinees. Dan klonk die heerlijke muziek vooral uit de woningen van de Indische Nederlanders en de Ambonezen. In Fak-Fak, Sorong of Kaimana zal het niet anders geweest zijn. Haar eigen Arm Den Haag met diezelfde melancholieke klanken. Ach kassian het is voorbij, kassian het is voorbij. De stoere mannen van Nieuw-Guinea luisterden stil. Best wel emotioneel. Wieteke van Dort ontroerde. Op haar beurt vond ze het echt leuk dat ze de Morgenster vlag cadeau kreeg. Ze zal hem zeker meenemen naar de komende veteranen dag in Den Haag. We schreven het al. Wieteke heeft een bijzondere band met de veteranen. Ook met die van Nieuw-Guinea.
11
15
ie 20 Reün De reünie die op woensdag 22 april in ’t Harde werd gehouden was voor Ad Rijkers uit Landhorst toch wel een héél bijzondere dag. Hij kreeg alsnog zijn Nieuw-Guinea kruis en ontving de bijbehorende oorkonde.
Ruim 52 jaar later
Beter laat dan nooit moet hij gedacht hebben. Want terwijl de meeste NieuwGuinea militairen, een maand of vijf na terugkeer, door heel het land bij burgemeesters of andere hoogwaardigheidsbekleders hun onderscheiding mochten ophalen, gebeurde dat voor Ad pas ruim 52 jaar na dato. Nota bene in de Tonnetkazerne. Waar één keer per jaar Nieuw-Guinea nadrukkelijk wordt herdacht. “Maar”, zo vertelt de man uit de Brabantse Peel. “Ik heb er toentertijd ook zelf niet echt achterheen gezeten. Ik had zoiets van, die periode is afgesloten. Ik zet er een punt achter. Ik had het wel zo’n beetje gehad met mijn militaire verleden. Ik ben enkel nog een keer naar Oirschot geweest om mijn plunjezak in te leveren. Toen was het voor mij over en uit. Ik ging me druk maken om Met Michiel Dulfer de toekomst die nog voor me lag.” Via, via kwam Ad Rijkers in contact met Theo Kersten. “Die vertelde me over de jaarlijkse bijeenkomsten in ’t Harde. Toen duidelijk werd dat ik nooit mijn Nieuw-Guinea kruis had ontvangen, beloofde hij me om daar achteraan te gaan. Maar natuurlijk kwam ook de jaarlijkse bijeenkomst in de Tonnetkazerne ter sprake. En het bestaan van de Vereniging Nederlands Nieuw-Guinea Militairen. Het was toch wel bijzonder om al die verhalen te lezen. Kortom, ik raakte geboeid en toen hij vroeg of ik lid wilde worden, had ik ineens zoiets van, ja, nu wil ik er best wel weer bij betrokken raken.” Hij kon met Kersten meerijden en hij beleefde dus op 22 april zijn eerste reünie. “Weet je”, echte sobats, daarmee bedoel ik de jongens waarmee ik in Sorong optrok, heb ik vandaag niet ontmoet. Maar wel jongens van mijn peloton. En dan al die verhalen. Zo herkenbaar. Ik was vandaag weer even terug in Nieuw-Guinea. Ik heb een superdag gehad. En ja, ik kom volgend jaar zeker terug.” Trots met herinneringskruis
12
Brand Redactie Jaap van Hensbergen
15 ie 20
Reün
Reünie Vereniging Nederlands Nieuw-Guinea Militairen 23 april, Luitenant kolonel Tonnet kazerne in ’t Harde in het restaurant gebouw. Rond 10.15 uur ging plotseling het brandalarm af. De ernst werd niet direct ingezien. Van een echte brand leek geen sprake, er was immers niets te zien en de al vroeg aanwezige reünisten reageerden lauw op het bevel “pand verlaten”. Maar de aandrang van de verantwoordelijke personen van de locatie om op te schieten met het verlaten van het pand werd echter rap dringender. Alles laten liggen en direct het gebouw uit was de boodschap. Nog altijd werd er wat lacherig gereageerd maar na enige tijd was het pand verlaten. Door de verantwoordelijken van de kazerne werd deze reactie niet echt in dank afgenomen. We blijven Hollanders die niet zo maar slaafs een bevel op volgen. Vaak best wel een verstandige reactie maar soms is het wel degelijk nodig om direct te luisteren. Het is voor velen van ons lang geleden dat we militair waren maar dat luisteren hebben we toen toch wel geleerd.
We weten immers dat niet snel handelen soms fatale gevolgen kan hebben. Dus ook de brandalarm regels in de kazerne zijn anno 2015 niet voor niets gemaakt. Ze moeten en worden daarom ook regelmatig zorgvuldig getoetst. Dus als gast niet denken kalm aan maar het zal wel een oefening zijn. Als gast in de kazerne gedraag je je naar de regels daar. Toen we met zijn allen buiten stonden werd duidelijk dat de brandweer van de kazerne vrij snel gearriveerd was om ook daadwerkelijk in actie te komen. Maar er was in ieder geval vanaf het voorplein waar we heen waren gedirigeerd niets van een brand te zien. Dus bleef de vraag “wat is er nu echt aan de hand?” Ook de nog steeds arriverende reünisten vroegen zich verbaasd af wat er aan de hand was. Druk overleg was er bij de experts gaande. Er werd binnen gekeken maar vooralsnog niets geconstateerd. Het bleek dus duidelijk geen oefening te zijn maar wat was dan wel aan de hand? De suggestie werd gedaan dat mogelijk het alarm per abuis was geactiveerd. Geen brand te zien. Dan mogen we toch wel weer naar binnen. Nee, hoor. Het alarm werkte nog steeds. Daarom
13
wilde de brandweercommandant wilde eerst zekerheid over het mogelijk onnodig werken van de brandmelder voordat hij het gebouw weer wilde vrijgeven. Gelukkig scheen er een lauw zonnetje en was het dus buiten niet al te koud. Een paar bezoekers hadden hun jas nog te pakken gekregen maar anderen stonden toch wel een beetje te kleumen. Na enige tijd kwam de toch geruststellende mededeling dat per ongeluk een schakelaar van het alarm was omgezet. We mochten weer naar binnen. Geen paniek dus want de reünie dag kon beginnen. Maar het had anders kunnen uitpakken! Deze keer leverde het een paar leuk plaatjes op. Een paar te zien bij dit verhaaltje de rest staat op de website.
14
Herman Klip bezoekt graf Ernst Piena “Een mooie laatste rustplaats.” door Ed van Tuijl 1
Rotterdam - “Het was een toevallige samenloop van omstandigheden”, vertelt Herman Klip uit Rotterdam. “Ik bezocht het graf van mijn moeder op de begraafplaats in Krooswijk. Daar is ook een gedeelte ingericht als militaire begraafplaats. Ik ging er even kijken. Het betrof een aantal gesneuvelde militairen uit de Tweede Wereldoorlog. Ineens zie ik een beetje apart van deze graven nog een graf. Ik kreeg een koude rilling toen ik las wie daar begraven lag. Ernst Piena, de marinier die bij ons in Merauke sneuvelde. Sindsdien ga ik, als ik naar het graf van mijn moeder ga, ook altijd even langs het graf van Piena. Een mooie laatste rustplaats.” Dat Klip zich de gesneuvelde marinier zo goed kon herinneren, heeft ook te maken dat het toeval wil dat hij getuige was hoe het slachtoffer op de kazerne naar de ziekenboeg werd gebracht. “Ik moest me die ochtend bij de dokter melden”, vervolgt hij zijn verhaal. “Ik stond met nog een paar patiënten voor het gebouw te wachten toen de chauffeur met zijn Unimog in volle vaart het kazerneterrein opreed. Eerst werd een gewonde naar binnen gebracht. Die jongen was in zijn voet geschoten. We hadden Piena nog niet opgemerkt. Maakten zelfs een grapje zo van: In zijn voet geschoten, dat valt nog wel mee. Toen zagen we hoe ze Ernst Piena binnen brachten. Volgens mij was hij al overleden. We werden ineens muisstil. Trouwens, op heel de kazerne heerste al gauw een bedrukte stemming. Jongens die aan de acties deelnamen, zullen zich gerealiseerd hebben dat ook hen dit verschrikkelijke lot zou kunnen treffen. De werkelijkheid drong ineens keihard binnen.” “Uit de verhalen”, zo vervolgt Klip, “begreep ik dat de mariniers een dag eerder, laat in de middag, vuurcontact hadden gehad bij de kampong Kelapa Lima. Omdat het te
15
donker werd, nam men het besluit om pas de andere ochtend polshoogte te gaan nemen. In een soort V vorm naderden ze de bewuste plek. Daar werden ze plotseling vanuit een hinderlaag beschoten. Piena had geen enkele kans.” Ook Herman Klip zou, normaal gesproken, als tirailleur aan de acties hebben moeten deelnemen. Maar toen hij zich bij kapitein Snoeck meldde en ‘De Ouwe’ begreep dat de jonge Rotterdammer op de zogenaamde Wilde Vaart, de scheepsofficieren van eten en drinken voorzag, besloot hij om hem in te zetten als messbediende. “Dat heb ik mijn hele Merauke tijd gedaan. Terug in Nederland ging ik bij de Spido varen. Je weet wel, die rondvaartboten. Later nog een jaar of vijf op zo’n kleinere boot. Zeg maar een watertaxi. Ik schopte het zelfs tot kapitein. Maar bij een reorganisatie kwam ik zonder werk. Toen solliciteerde ik bij de brandweer. Terwijl de Spido me benaderde met de vraag of ik toch weer terug wilde komen, bleek de brandweer ook interesse te hebben. Ik koos voor de brandweer en heb daar nooit spijt van gehad. Na een carrière van dertig jaar als brandweerman, ging ik met pensioen.” Hij is blij dat hij het graf heeft ontdekt. “Over de gesneuvelde Piena lees je eigenlijk nooit meer wat. Ik vind het toch wel belangrijk dat zijn naam nu weer eens genoemd wordt in onze nieuwsbrief. En dat ook de andere jongens weten dat hij een mooie laatste rustplaats heeft gekregen.”
16
Sorong: korte impressie van de meest westelijke stad van de Vogelkop (2) door Johan Beumer -E-cie-Sorong In een eerder deel dat verscheen in de Nieuwsbrief heb ik 2 getracht iets te vertellen over Sorong - toen, Sorong-Doom en Jefman en het ontstaan van de oliewinning in de Vogelkop en de invloed daarvan op het stadje Sorong en zijn bevolking. In deze aflevering over mogelijke gevolgen van deze oliewinning op het bestaan van de Papoea’s werkzaam in deze olie-industrie en een klein stukje over het huidige Sorong en zijn omgeving. Onderstaand enig inzicht welke veranderingen zich voordeden (en waarschijnlijk nog) bij de Papoea’s in de Vogelkop door deze bedrijvigheid rondom de oliewinning en een summier stukje over Sorong- nu …. Vanaf 1936 werd er ‘olie’ gevonden in de Vogelkop. De hiervoor speciaal opgerichte Nederlandse Nieuw Guinee Petroleum Maatschappij (NNPGM) kon na de WO2 de exploitatie ter hand nemen. Het olieveld Klamono (50-60 km. van Sorong) werd door een pijpleiding verbonden met de havenplaats Sorong. Een andere leiding liep van de olievelden Wasian en Mogoi (ook in de Vogelkop ) naar Temboeni en dan per oliecoaster naar Sorong. De raffinage van de olie gebeurde buiten Nieuw Guinea, vandaar de ‘oliehaven’ in Sorong. Het werk van deze maatschappij is voor de openlegging en ontwikkeling van NNG van grote betekenis geweest. De naoorlogse omstandigheden maakten het aantrekken van Indonesische arbeidskrachten steeds moeilijker. Een gevolg hiervan was dat in toenemende mate Papoea’s werd opgeleid tot geschoolde arbeiders en zelfs voor min of meer leidinggevende functies; de Papoea’ toonde hierbij een grote ambitie voor techniek. Deze Papoea’s kwamen uit het gebied van de Vogelkop en uit de omgeving van de Geelvinkbaai (noordkust) maar ook van de Mimikakust (aan de zuidkust). In dienst
17
van die oliemaatschappij raakte de Papoea gewend aan geregelde arbeid, een goede huisvesting, aan een hygiënische leefwijze, maar ook aan een goede medische verzorging. Hij raakte vertrouwd met allerlei gebruiksvoorwerpen en technieken en leerde voedingsmiddelen kennen die in zijn eigen dorp, clan, onbekend waren. Aan deze opname in een moderne sfeer waren/zijn bezwaren verbonden. Teruggekeerd in zijn eigen dorp voelde hij zich vervreemd van de groep, waaraan hij maatschappelijk gebonden was. Hij stond kritisch tegen de magie, de religieus getinte feesten, het sobere maal, de woonwijze, de gewoonten ….de laatsten had hij in Sorong verleerd. Hij kreeg wensen en verlangens die in zijn eigen omgeving niet bevredigd konden worden. Hij zou terug willen keren naar de plaats waar een overvloed van begerenswaardige artikelen binnen zijn bereik lag. Dat werd hem lang niet altijd toegestaan: de Nederlandse bestuursambtenaren zagen er nauwlettend op toe dat de landelijke gemeenschappen niet ‘ontwricht’ werden doordat een te groot aantal van de krachtigste mannen naar de werkterreinen van de oliemaatschappij trokken. Een echte oplossing van dit probleem was en is waarschijnlijk ook nu nog, moeilijk te vinden, ook voor de Indonesische regering, die de olie-exploitatie weer intensief hervat heeft: een grote bron van bedrijvigheid en werkgelegenheid voor de bevolking van dat gebied. Een laatste, nogal opmerkelijk feitje over deze ‘olie’: Volgens het Ministerie was eind jaren vijftig de gezondheid op Sorong-Doom en Sorong-Olie ‘goed’. Dat was mede te danken aan het feit dat Sorong praktisch malaria -vrij was.? Platgespoten via verneveling door diezelfde olie……? Althans dat was de officiële verklaring van het Ministerie van Overzeese Gebiedsdelen en het Nieuw Guinea Instituut uit Rotterdam in die tijd. Maar hoe dan ook: het was uitkijken voor die mug: dagelijks een tabletje tegen deze gevaarlijke ziekte, dus een klamboe om je bed, en ’s avonds je avondtenue aan: lange mouwen en lange broek……. Sorong - nu
De uitdijende stad zelf ligt aan de noordwestkust aan de Straat Sele van de Grote of Stille Oceaan, aan de westzijde van het schiereiland Vogelkop, in de huidige Indonesische provincie Papua Barat ( West- Papoea). Ook de Radja Ampat eilanden en enkele kleinere eilandengroepen behoren tot deze provincie. De andere provincie (ten oosten van West Papua) heet nu Papua met o.a. Port Numbay (tot 2010 heette het Jayapura en in onze tijd: Hollandia) en ook Merauke.
18
West Papoea is nu onderverdeeld in o.a. de stadsgemeente Sorong (kota) en tien regentschappen. Deze snelgroeiende stad telt, incl. de omringende 22 dorpen, meer dan 175.000 inwoners. De stad zelf heeft op dit moment 50.000 – 60.000 inwoners en vormt daarmee één van de grotere steden van West Papoea. Volgens enkele recente reisgidsen is het een’ lelijk’ stadje! De hoofdstad van West Papua is Manokwari, gelegen aan de noordkust. De bevolking bestaat momenteel, zoals bij de meeste West Papoease steden voor een groot deel uit bewoners, die oorspronkelijk uit andere Indonesische eilanden, o.m. uit Java, afkomstig zijn. (z.g. ‘transmigrasi’ bewoners). Sorong vormt ( nog steeds )het logistieke centrum van de olie – en gasindustrie, wat zich uit in een groeiende rijkdom en een zekere economische voorspoed, al leven er nog vele, arme Papoea’s. De huidige stad heeft wegverbindingen met de meeste plaatsen in het westelijke deel van de Vogelkop. Vliegverbindingen zijn er o.m. met Jakarta (hoofdstad Indonesië), Manokwari, Fak-Fak (aan de zuid- westkust) en andere plaatsen in de provincie West Papoea; en met Jayapura (Port Numbay) en Merauke Sorong had lang geen eigen luchthaven en was in ‘onze tijd’ aangewezen op de vliegstrip op het eilandje Jefman – 25/30 km uit de kust – waardoor vliegreizigers altijd nog per boot van en naar de stad Sorong moesten reizen. Sorong heeft nu aan de ‘vaste wal’ een vliegveld; het vliegveldje op Jefman is gesloten. Tenslotte: Sorong heeft een aantal goed geoutilleerde hotels, dus wat let je om ook deze stad te nog eens te bezoeken.al praat een toeristenuitgave over ‘een onaantrekkelijk stadje ….’, maar smaken verschillen. Tenslotte: toch nog iets over de oliewinning rondom Sorong: Alvorens Indonesië de macht verkreeg over Papoea, verkocht de Ned. Nieuw Guinee Petroleum Maatschappij haar bezittingen en nam de Indonesische staatsoliemaatschappij Pertamina de oliewinning over. Pertamina bracht een aantal Westerse oliemaatschappijen naar het gebied om de oliewinning weer ter hand te nemen om zodoende voor een opleving van de economie te zorgen. In het bijzonder werd het olieveld Wirlagar bekend.
19
In meer recente jaren werden en worden er grote stukken oerwoud gekapt en veel hout geëxporteerd. Omdat de Indonesische overheid eist dat frezen en houtbewerking lokaal moeten worden verricht, staan er nu ook in Sorong een flink aantal houtfabrieken (bv. voor de productie van multiplex.). In de wateren om Sorong wordt gevist op garnalen en tonijn. Op het eiland Kabra, onderdeel van de Rombombo - eilanden bevindt zich een parelkwekerij (cultiveer - parels) Haaienvinnen o.a. worden geëxporteerd naar China, Hongkong en Taiwan. De stad groeide de laatste jaren sterk door haar logistieke positie voor het, door wegenaanleg, steeds verder uitdijende achterland. De stad heeft een mooie strandpromenade en een aantal min of meer historische gebouwen(?) uit de Nederlandse ‘olie- periode’. In de buurt liggen: Kaap Casuwary, een strand met fraaie koraalriffen, het z.g. Krokodilleneiland en de eilanden Kafiau en Matan. 60 km. van Sorong kun je de heetwaterbronnen van Klaijili bewonderen. Een beschermd bosgebied vind je op 15 km afstand. Toeristische tochten kun je maken naar de nabij gelegen Radja Ampat eilanden, en natuurlijk naar Doom of neem nog een nostalgisch kijkje op Jefman. Patty Brard –vroeger bekend van de zanggroep LUV en nu bekend van de commerciële TV – is in Sorong geboren …. Foto’s
Mijn hartelijk dank aan sobat Frans De Bree en zijn vrouw Joke uit Dordrecht voor de toestemming om hun vakantie foto’s ‘ gemaakt in 2006, te mogen gebruiken om al mijn verhaaltjes wat te en verlevendigen. Terima kashi, Frans Johan Beumer – Delden Frans de Bree en zijn echtgenote op het pad langs de rotsen
20
Ribbels op je rug door Ed van Tuijl Ook voor een kleine nederzetting als Merauke was de komst van mariniers een welkome aanvulling. Toen er stront aan de 3 knikker kwam. Gezien het aantal gelande para’s konden we de versterking heel goed gebruiken. Een simpel rekensommetje maakte dat duidelijk. Na de landingen was de D compagnie in de minderheid. Maar toen de mariniers waren gearriveerd was het getalsmatig weer zo’n beetje gelijk. Kregen we al snel weer praatjes. Dus riepen we, net als vroeger op school. Vechten? Kom maar op! Maar die ploeg nieuwelingen moest wel slapen, natuurlijk. “Geen nood”, zal die Ouwe geroepen hebben. “Daar maken we op de kazerne gewoon plek voor. Ja, Snoeck. Makkelijker gezegd dan gedaan. Er is hier en daar nog wel een plek vrij. Maar zoveel extra bedden hebben we niet. Hoe lossen we dat op? Snoek weer: “Gewoon, de bedden van de matrassen afhalen. Slapen de mariniers op die bedden en de infanterie op de stalen vering. Voor die paar maanden kan dat wel.” En ja, hoor. Daar ging mijn lekkere zachte knuffel bed, en dat van alle andere jongens op onze kamer. Ik dacht nog even aan een protestactie. Maar dat had bij Snoeck doorgaans geen kans van slagen. Of bij de dokter een verklaring halen dat Van Tuijl leed aan een zeldzame vorm van vroege artrose. De botten van deze soldaat konden een zachte ondersteuning tijdens zijn nachtrust absoluut niet missen. Vergeet het maar. Die veredelde hospik zou daar nooit intrappen. Dus berustte ik in mijn lot. Het werd voortaan slapen op ijzer. Weliswaar gekropen in mijn vertrouwde blauw gestreepte beddentijk. Maar toch. Elke ochtend, bij het wakker worden, was de aanblik komisch. Ik sliep doorgaans als een draaikont. Dat wil zeggen, dan weer op mijn buik, dan weer op mijn rug. Het bewijs werd vanaf het moment dat we onze zachte bedden kwijt waren elke ochtend overduidelijk bewezen. Zowel aan de voorkant als aan de achterkant stond het patroon van de stalen vering in de huid uitgetekend. Ribbels op je rug en ribbels op je buik. Pas tegen koffietijd was mijn grootste orgaan, wat de huid blijkt te zijn, weer een beetje gladgestreken. Een terugkerend wonder want vaak had ik het idee dat de ribbels er altijd op zouden blijven staan. Net als een totale tatoeage voor het leven. Tegenwoordig een algemeen geaccepteerd verschijnsel. Toen gelukkig nog niet. Want het is geen gezicht. Alleen al bij het zien van een speler als Wesley Sneijder, denk ik, arme Yolanthe, je zal maar naast zo iemand wakker worden. Nee, dan toch maar liever ribbels.
21
Want, zoals gezegd, de ribbels verdwenen in de loop van de dag en achteraf bekeken heb ik er niets blijvends aan overgehouden. En, zoals onze grootste voetballer aller tijden in al zijn wijsheid ooit opmerkte: “Elk nadeel heb zijn voordeel.” De komst van de mariniers betekende in mijn geval extra inkomsten. Zeer welkom want ik leefde daar in Merauke toch min of meer onder het bestaansminimum van Jan Modaal. Met andere woorden, een chronisch geldgebrek. Omdat de tachtig piek per maand vanwege een spaarplan gewoon ontoereikend was voor een levenswaardig bestaan. Ik heb er al vaak over geschreven. Dus werd er bijgeklust. De felicitatiedienst die ik verzorgde genereerde wat extra inkomsten. Ook de mariniers hadden dierbaren aan het thuisfront. Dierbaren die op zijn of haar tijd jarig waren dan wel trouwden, dan wel verloofden, dan wel iets anders beleefden dat met een felicitatie vanuit de Oost werd ondersteund. Dus de klandizie verdubbelde. Maar lucratiever was de omzet van souvenirs. Houtsnijwerk, het ei of de snavel van een kasuaris en het mooiste van het mooiste, de staart van een paradijsvogel. Prachtig van kleur. Héél veel geld waard. Ik had in de loop der Merauke tijden een aardige voorraad verzameld. Vooral toen ik een ambtenaar van het kadaster leerde kennen. Een adresje waar je ’s avonds even een kop koffie ging drinken. Of een koud biertje. Die man kwam op plekken waar, volgens mij, zelfs onze lieve Heer nog nooit was geweest. Laat staan een gewone sterveling. Hij kwam er en bracht ladingen mooi spul mee. Mijn verzameling zou, althans dat was tot dan toe gebruikelijk en ook mijn bedoeling, vlak voor het repatten in een grote kist richting Holland gaan. Maar die plannen liet ik op slag voor wat ze waren toen ik ontdekte dat er onder de mariniers een grote vraag naar dit soort spullen was. Sterker nog, ze wilden er grif voor betalen. Dus al snel bracht ik de verkoop op gang en verkocht zowat de hele handel. Achteraf niet zo’n slechte zaak want uiteindelijk zou er van een repat kist niks meer komen. Toen we druk bezig waren om als een dief in de nacht, nou ja, vroege ochtend, Merauke te verlaten, was het recht om een kist te verzenden allang geen verworven recht meer. Wat rommel in de plunjezak heb ik nog mee kunnen nemen. Dus een geluk bij een ongeluk, dat ik mijn voorraad in geld had omgezet. Kortom, ze waren toch nog ergens goed voor. Die ribbels op mijn rug.
22
Bladeren. Door G. van Berkum. (
[email protected]) De tijd van het denken over vergeten en vergeven is voor 4 velen weer aangebroken. Het is nu zeventig jaar na het einde van de tweede wereldoorlog. Maar ook in de daarop volgende jaren hebben velen van ons nog indringende herinneringen die zich niet gemakkelijk laten weg zetten. Het hoeven ook niet altijd oorlogsherinneringen te zijn waarmee we lang zitten te worstelen of we ze moeten vergeten dan wel vergeven. Wat in onze hersenen zit opgeslagen aan ervaringen, (goede, slechte, warme en ijskoude) kun je er niet uithalen. Je kunt ze niet met de “delete knop” wissen. Over vervelende ervaringen en herinneringen zijn ook al vele boeken en artikelen geschreven, maar één oplossing, één twee weg ermee, die ben ik nog nooit tegenkomen. Het vervelende van nare herinneringen is vaak dat je de daders dan wel het politieke systeem er de schuld van geeft. Maar je kunt er nog steeds begrijpelijker wijze erg boos en verdrietig over worden, maar het lost niets op. Je zegt “Je hebt geen idee van wat mij is aangedaan”. Neen dat weet ik inderdaad niet en niemand anders kan dat zo invoelen. Zolang je de schuld bij de ander zoekt zal je het probleem nooit oplossen. Wel kan het verbeteren als je bewust kiest om het verleden af te sluiten. Het helpt niet om boos en verdrietig te blijven op ouders, familieleden, kinderen, werkcollega’s, politieke systemen of vormen van macht misbruikers. Je hoeft niet te vergeten, maar je kunt wel los laten. Vergeving is wat nodig is om nare herinneringen niet te vergeten maar
zonder er last van te hebben weg te zetten in je hersens. Bij vergeven gaat het erom dat je niet langer toelaat dat hetgeen je is aangedaan door die ander(en), jouw emoties regeert. Je kunt aan de feiten niets meer veranderen, maar je kunt wel bepalen hoe je er nu mee omgaat. Vergeven is genezend en dus beter voor je zelf. Vergeven is ook één van de grote (moeilijkste) waarden in het Christendom. Maar het is bevrijdend. Mensen die hun eigen woede kunnen overwinnen en hun haat en wrok kunnen loslaten, hebben zelfs veel minder last van lichamelijke klachten en depressies. Daarom is vergeven in de eerste plaats goed voor jezelf. Vergeven vergt actie van ons zelf. Vergeven is zowel één van de meest
heilzame als één van de meest gecompliceerde innerlijke processen die er bestaan. Want vergeven is ook het denken aan de mens aan de andere kant, vooral als het gaat om oorlogs geweld. Wie waren zij? Waren het mensen die vrijwillig en of uit overtuiging onderdrukten en vermoordden? Misschien is deze vraag wel interessant maar we kunnen hem niet beantwoorden. Als we zeggen “dit willen we of mag nooit meer”, is dat ook meteen een opdracht aan ons zelf gegeven dat we in het politieke veld moeten opletten. Opletten dat populisten en mensen met racistische trekken ons niet verleiden om hen aan de macht te laten komen. Maar laten we het dicht bij huis houden. Ik denk dat onze persoonlijke actie zal blijven gaan over: “we hoeven en kunnen het verleden niet vergeten, maar wel loslaten. We kunnen wel werken om het
23
elkaar te vergeven”. Op 4 mei herdenken we hen die zijn gevallen in oorlogstijd, in gevechten, door mishandeling. Zij die verzet pleegden tegen onderdrukkers en zij die medemensen hielpen. Maar ook zij die nog steeds de oorlog in hun hoofd beleven die zijn niet bevrijd. Enkele inspirerende voorbeelden van “niet vergeten, wel vergeven” vind ik in de gebeurtenis op 22 september 1984 bij Verdun waar de toenmalige presidenten Mitterrand en Kohl, hand in hand in de stromende regen stonden bij het monument voor de duizenden gevallenen. Twee wereldoorlogen lang waren ze elkaars grootste vijanden en na “dit nooit meer” zoekt de politiek naar oplossingen om samen in vrede de toekomst tegemoet te gaan. Een ander groots voorbeeld is Bondskanselier Brandt die op 7 december 1970, knielde bij het monument van de Joodse opstand in het Warschau Ghetto.
Ik hoop en verwacht dat we in de toekomst samen, ook met de Duitsers, Jappen en Indonesiërs hand in hand durven te staan en samen uitspreken “Wat was willen we nooit meer”.
Samen elkaar beloven: “Laten we het verleden loslaten en vergeven”.
24
Hop and Go Bed en Breakfast
Wij bieden prachtige kamers en een heerlijk ontbijt in huiselijke sfeer.
Hop en Go is de ideale plek om te overnachten tijdens uw fiets of wandeltocht in het prachtige natuurrijke waddengebied. Informeer naar de mogelijkheden! Wij heten u van harte welkom.
Joop & Gre Hop
Goede reis en tot ziens. Hearrwei 17 9073 GA Marrum (FRL) www.hopandgo.nl
Tel: 0518-411725 Mob: 06-50600015 E-mail:
[email protected]
25
Investeren in vrede: belangrijk voor iedereen! Het vfonds zet zich o.a. in voor de erkenning en waardering van geüniformeerden die namens de Nederlandse overheid waar ook ter wereld actief zijn of waren. Tijdens missies en operationele inzet raken sommige militairen en politiemedewerkers zwaar beschadigd. Ondersteüning is dan van groot belang. Vindt ü vrede en vrijheid ook zo belangrijk? Wilt ü hier zelf ook een steentje aan bijdragen?
Neem voor meer informatie contact op met: Maaike van der Steen, controller E-mail:
[email protected] Tel: 073 - 613 91 00 Uw bijdrage is van harte welkom! Triodos Bank: NL64 TRIO 0197 642 691 o.v.v.: vfonds gift
Doneer aan het vfonds via: • éénmalige of periodieke gift • nalatenschap of legaat na overlijden U künt ook middels SMS doneren: • Eenmalig: sms BEVRIJDING naar 4333 en doneer eenmalig € 1,• Maandelijks: sms VFONDS AAN naar 4333 doneer maandelijks € 3,-. Dit bedrag wordt van uw bankrekening afgeschreven. U kunt dit stoppen met sms-bericht VFONDS STOP naar 4333.
Bijdragen van de Nationale Postcode Loterij, de BankGiro Loterij en de Lotto maken het werk van het vfonds mede mogelijk.
26
www.vfonds.nl
Van het bestuur WIJ GEDENKEN
Met eerbied en in gepaste stilte brengen we een laatste eresaluut aan:
P.H. van Rey
6467 BC
Kerkrade
Overleden 16/03 2015
J.J.C. de Jongh
6661 TB
Elst
Overleden 3/4/2015
G.P.C. Gerrits
5856 AM
Wellerlooi
Overleden 4/4/2015
J.J. van den Ende
6932 LT
Westervoort
Overleden 11/4/2015
In memoriam In dankbare herinnering Op 28 maart 2015 is op bijna 89 jarige leeftijd te Ridderkerk overleden, Mevrouw Costavina Ayal Coosje
Verzetsstrijder in “De Vogelkop” van Nederlands Nieuw-Guinea, Korporaal b.d. bij het Vrouwenkorps KNIL Draagster van het Kruis van Verdienste Het verzetsherdenkingskruis Het ereteken voor Orde en Vrede Het Mobilisatie-Oorlogskruis Het Draaginsigne Gewonden en het Draaginsigne Veteranen Geboren op Titawaai, Nusalaut op de Molukken op 15 april 1926 Mevrouw Coosje Ayal is voor ons land in de strijd tegenover de vijand, van zeer grote betekenis geweest en genoot binnen de Vereniging Dragers Militaire Dapperheidsonderscheidngen en bij de Koninklijke andmacht en veteranenverenigingen zeer veel respect en waardering.
27
Wij heten onze nieuwe leden welkom
K.F. Helmantel
Huizingerweg 45
9922 TD
Westeremden
A.C.H.M. Moerenburg Caro van Eyckstraat 91
1507 SC
Zaandam
G.J. de Borst
Dwergmeeuw 3
3435 EE
Nieuwegein
H. Kleine
Echtenstraat 29-42
7902 EK
Hoogeveen
G. Sluyer
Kopakker 21
8256 BR
Biddinghuizen
L.T. Smelik
Nansenstraat 59
2806 HK
Gouda
L.van der Wal
Visserlaan 111
8072 XG
Nunspeet
P. Westerkamp
Leeuwerikstraat 105
3852 AC
Ermelo
J.J. Henskens
De Vutter 27
5221 BD
Den Bosch
Koninklijke onderscheidingen Het heeft Zijne Majesteit de Koning behaagd
Toon Frik uit Raamsdonkveer werd benoemd tot Lid in de Orde van OranjeNassau. Verrast en trots is hij na het ontvangen van deze onderscheiding Van harte proficiat. Bestuur van de VNNGM
28
Voor uw agenda • 27 juni 2015 Nederlandse Veteranendag in Den Haag
Op zaterdag 27 juni 2015 wordt weer ( voor de 11e keer) de jaarlijkse Nederlandse Veteranendag georganiseerd. Op de morgen van de dag is er de gebruikelijke bijeenkomst in de Ridderzaal voor hoogwaardigheidsbekleders en genodigden, die gevolgd wordt door de Medailleparade op het Binnenhof. De gehele dag vinden er activiteiten plaats op het Malieveld en kan men verschillende stands bezoeken. Als VNNGM zullen wij dit jaar weer een tent bemannen. Vroeg in de middag zal dan het defilé geformeerd worden waaraan ons detachement zal deelnemen onder commando van Dick Breeuwer. De organisatie eist van de deelnemers de strikte opvolging van het protocol. • 4 en 5 juli 2015 Marine dagen Den Helder • 15 augustus 2015 Den Haag
Herdenking van de capitulatie van Japan. Bij de plechtigheid worden alle slachtoffers herdacht van de Japanse onderdrukking in Zuid oost Azië gedurende de Tweede Wereldoorlog
• 5 september 2015 Nationale Indië Herdenking Roermond • 20 september Memori Senang
Veteranen dag voor veteranen uit de Drechtsteden Veteranen Nederlands-Indië en Nederlands Nieuw-Guinea Informatie 085-8770331 of
[email protected]
• 01 oktober 2015 Herdenking bij het Papua monument Landgoed Bronbeek in Arnhem
Na het plaatsen van het monument in 2012 werd deze herdenking in 2013 en 2014 georganiseerd door de Vereniging Nederlands Nieuw Guinea Militairen. Op één oktober 2015 zal deze herdenking weer plaatsvinden. Wilt u hierbij aanwezig zijn dan verzoeken we u dit schriftelijk te willen melden aan onderstaand adres. Na uw melding ontvangt u begin september nadere mededelingen over deze bijeenkomst. Wij verwachten uw melding voor 15 augustus a.s. Per post: Jaap van Hensbergen, Ravelstraat 4 6815 HB Arnhem Per mail:
[email protected]
• 20 en 21 april 2016 Reünie Vereniging Nederlands Nieuw-Guinea Militairen 2016
Luitenant kolonel Tonnet kazerne in “t Harde
29
Boeken rubriek Killed in Action Mark Schouwink
Wat gebeurt er met je als je te horen krijgt dat je zoon is gesneuveld in Afghanistan? 18 april 2008: Mark Schouwink, een jonge soldaat op vredesmissie, sneuvelt in Uruzgan. Zijn ouders Gerard en Gisela hebben na dat vreselijke bericht vrijwel direct contact met Marks maten in Afghanistan. Door brieven, verslagen en dagboekfragmenten wordt duidelijk hoe Gerard en Gisela, maar ook de collega’s van Mark, die nog een aantal maanden in Uruzgan blijven, met dit verlies omgaan en welke rol Defensie speelt in de nazorg voor de nabestaanden. Killed in Action is het aangrijpende verslag van de gebeurtenissen rond en na die achttiende april, opgetekend door de ouders van Mark. Het is een hommage aan hun zoon en Defensie, maar ook een met liefde geschreven boek over verlies, respect en vriendschap. Uitgever: Kaft Media, ISBN 978-94-91061-39-4 De opbrengst van dit boek gaat naar Stichting Hulphond Nederland ten behoeve van het project Veteranenhond. (www.hulphond.nl) Brieven naar de groene hel
Henk Krijnen
De schrijven werd in de tachtiger jaren van de vorige eeuw voor een oliemaatschappij uitgezonden naar voormalig Nederlands Nieuw-Guinea. Zijn vriendin, nu zijn vrouw, werkte als tropenarts bij het Victoriameer in Tanzania. Het boek gaat over ontwikkelingsproblematiek, gezondheidszorg, contrasten tussen bedrijfsleven en ontwikkelingshulp en het onderhouden van een latrelatie. Het is een beeldend verhaal, vlot geschreven en verteld in de sociaal economische context van toen. Als u het boek besteld via onderstaande website en onder opmerking in het bestelformulier Papoea Steunfonds vermeld ontvangst SPS een deel van de opbrengst’ www.sps.nl en www.brievennaardegroenehel.nl
30
Nieuw Guinea Torn 58/59 Auteur Henk Oudes (1939) volgde een opleiding tot gezelschilder. Na zijn diensttijd in Nieuw Guinea deed hij verschillende losse cursussen, waaronder het weer, taal, kunst schilderen, muziek, en tekenen. Later begon hij met schrijven.
Dit is het verhaal van een marinier, uitgezonden naar Nieuw-Guinea. Vanuit de daar ontstane behoefte om thuis te verellen van de belevenissen die niet of nauwelijks tot ‘thuis’ doordrongen. Aantal pagina’s 366 ISBN: 9789048433278 Uitgeverij: Free Musketiers, 2713 JA Zoetermeer +31(0)79 320 35 90 www.freemusketeers.nl Paradijsvogels en kroonduiven Indische Nederlanders in voormalig Nieuw-Guinea Tjaal Aeckerlin 2010 KIT Publishers Amsterdam ISBN 978 94 6022 049 4
Persbericht Stichting Manusia Papua wordt opgeheven Eenentwintig (schoonwater) projecten in de Vogelkop en een kraamkliniek in de Baliemvallei zijn gerealiseerd. Voor duizenden Papoea’s is daardoor hun leven een stukje beter geworden. En nu wordt, na vijftien jaar, Stichting Manusia Papua opgeheven. Nieuw-Guineaveteraan Henk Hoogink; oprichter en voorzitter van Manusia Papua, geeft aan dat er gemengde gevoelens zijn bij het opheffen van de stichting. Enerzijds is er het besef dat alles eindig is, dus ook de houdbaarheid van een stichting en dat anderzijds de positie van de Papoebevolking nog steeds dramatisch is. Gelukkig zijn er andere Papuastichtingen, waar Manusia Papua mee heeft samen gewerkt, die doorgaan en aansprekende projecten hebben. Als veteranen Papoea’s willen (blijven) steunen, dan is op www. papoeahuis. nl. informatie over deze stichtingen en projecten in te winnen. Op www. stichtingmanusiapapua.nl staat een rapportage van de gerealiseerde projecten waar in totaal zo’n € 280.000 aan is besteed. Met dank aan al die donateurs en sponsors die daarvoor hebben gezorgd en het vertrouwen in onze stichting dat daarmee is gegeven! Henk Hoogink blijft zich inzetten voor Papoea’s, door de contacten in Papua te onderhouden en beschikbaar te zijn als intermediair/adviseur. In Nederland blijft Henk betrokken bij activiteiten voor Papua en is hij beschikbaar voor presentaties. 31
Musea Ontdek de wereld van de Krijgsmacht in het Nationaal Militair Museum
Verlengde Paltzerweg 1 3768 MX Soest www.nmm.nl
Museum Bronbeek
Velperweg 147 6824 MB Arnhem Openingstijden dagelijks 10.00 – 17.00 uur Behalve maandag : Gratis toegang met veteranenpas, Defensiepas, Reservistenpas en Museumjaarkaart
Vaste tentoonstelling in museum Bronbeek “Het verhaal van Indië”
In de tentoonstelling OORLOG! Van Indië tot Indonesië 1945-1950 belicht museum Bronbeek de periode waarin op aan de gewelddadige wijze een eind kwam Nederlandse koloniale overheersing van Nederlands-Indië 19 februari 2015 tot 3 januari 2016
32
COMMISSIE SOCIALE ZORG Vereniging Nederlands Nieuw-Guinea Militairen 1945-1962 voorzitter
Ad Bouterse 0224-215621
Lindenlaan 110, 1741TX Schagen
[email protected]
secretaris
Gijs Elders 035-5383830
Wakkerendijk 18, 3755DC Eemnes
[email protected]
Friesland & Groningen
Peter Beers 0517-413506
Welgelegen 36, 8861XR Harlingen
[email protected]
Drente
Gorrit van Berkum De Muijnhorn 14, 8431BJ Oosterwolde 0516-850186
[email protected]
Overijssel
Wouter Wanrooy Pr Beatrixlaan 25, 7437CA Bathmen 0570-543072
[email protected]
Gelderland-oost Jaap Visser 026-3114123
de Rosmolen 25E, 6932 NA Westervoort
[email protected]
Gelderland-west Kees Hermens 024-3564001
Karnstraat 3, 6532TX Nijmegen
[email protected]
Utrecht/’t Gooi
Gijs Elders 035-5383830
Wakkerendijk 18, 3755DC Eemnes
[email protected]
Noord Holland
Jan van Gils 020-4972654
Wilhelminalaan 38, 1161TX Zwanenburg
[email protected]
Zuid Holland
Alex Muller 070- 3019477
De Tol 365, 2266 EG Leidschendam
[email protected]
Sjaak Koomen 0252-215981
Vinkenlaan 6, 2172 JV Sassenheim
[email protected]
Zeeland
Adri Poortvliet 0118-463259
Henri Dunantstr. 32, 4388NK Oost Souburg
[email protected]
Noord Brabant
Jan Wouters 073-6212997
Com. de Quaylaan 290, 5224CZ Den Bosch
[email protected]
Limburg
John Snackers 045-5252557
Groesweg 26, 6451GG Schinveld
[email protected]
Merapi Tour & Travel
Dé Indonesië reisspecialist
Merapi maakt reizen naar het voormalig Nederlands Nieuw-Guinea weer gemakkelijk! Merapi Tour & Travel is de Indonesië specialist en biedt onder andere reismogelijkheden naar Papua. Enkele keren per jaar organiseren we groepsreizen naar o.m. Biak, Jayapura en de Baliemvallei, maar het hele jaar door kunt u bij ons terecht voor individuele reizen. Op verzoek stellen wij ook graag reizen samen voor kleinere groepen. Papua groepsreis BIAK - Jayapura - Baliemvallei Vertrek 12 oktober Verlenging mogelijk op Papua, Bali, Molukken etc. Prijs vanaf € 3.495
Merapi Tour & Travel Prinses Irenestraat 58 6611 BK Overasselt 088-8111999 www.merapi.nl Email:
[email protected]