college van burgemeester en schepenen Zitting van 11 maart 2016

beraadslaging/proces verbaal Kopie

college van burgemeester en schepenen Zitting van 11 maart 2016 Besluit A-punt

GOEDGEKEURD cultuur, sport, jeugd en onderwijs

Samenstelling de heer Bart De Wever, burgemeester de heer Koen Kennis, schepen; de heer Philip Heylen, schepen; de heer Ludo Van Campenhout, schepen; de heer Claude Marinower, schepen; de heer Marc Van Peel, schepen; de heer Rob Van de Velde, schepen; mevrouw Nabilla Ait Daoud, schepen; de heer Fons Duchateau, schepen de heer Roel Verhaert, stadssecretaris

14

2016_CBS_02152

Cultuur. Stichting van Openbaar Nut provinciale musea - Ontwerp van gemeenschappelijke beslissing provincie Antwerpen en stad Antwerpen. Principebesluit Goedkeuring

Beknopte samenvatting Principiële goedkeuring wordt gehecht aan en kennis wordt genomen van het ontwerp van gemeenschappelijke beslissing van de provincie Antwerpen en de stad Antwerpen over de oprichting van een Stichting van Openbaar Nut voor de provinciale musea.

Motivering Aanleiding en context Naar aanleiding van het voornemen van de Vlaamse Regering om de taakstelling van de provincies te beperken en bevoegdheden over te dragen naar andere bestuursniveaus, willen de provincie Antwerpen en de stad Antwerpen de continuïteit van de werking van het 'Autonoom provincie bedrijf (APB) Fotomuseum', het 'APB Modemuseum' en het 'APB Museum voor Edelsmeedkunst, Juwelen en Diamant' (DIVA) waarborgen door deze musea onder te brengen in een Stichting van Openbaar Nut. Deze 'Museumstichting' wordt opgericht als een provinciaal extern verzelfstandigd agentschap waarbij de stad Antwerpen het engagement opneemt om als rechtsopvolger van de provincie de werking verder te garanderen. De administraties van de provincie Antwerpen en de stad Antwerpen worden belast met de uitvoering. Van zodra Vlaanderen het regelgevend kader schept, wordt de beslissing voorgelegd aan de Provincieraad, de directiecomités van de betrokken APB’s en de stad Antwerpen. Juridische grond  het Provinciedecreet, in het bijzonder de artikelen 2 en 219-240bis;  het Gemeentedecreet, in het bijzonder de artikelen 245-247;  het regeerakkoord van de Vlaamse regering 2014-2019, waarin is overeengekomen dat de provincies niet langer voor de niet-grondgebonden bevoegdheden bevoegd zullen zijn;  het voorontwerp van decreet 'houdende de vernieuwde taakstelling en gewijzigde financiering van de provincies' (hierna 'afslankingsdecreet' genoemd), zoals principieel goedgekeurd door de Vlaamse regering op 17 juli 2015 en op 13 november 2015.

1/5

Grote Markt 1 - 2000 Antwerpen [email protected]

Argumentatie Overwegende dat: - de provincie Antwerpen heeft kennis genomen van het voornemen van de Vlaamse regering om de taakstelling van de provincies te beperken (naar aanleiding van het regeerakkoord van de Vlaamse regering 2014-2019 en het 'afslankingsdecreet'), wat ertoe zal leiden dat de provincies niet langer bevoegd zullen zijn voor de zogenaamde niet-grondgebonden bevoegdheden (dit zijn de aangelegenheden in de artikelen 4 en 5 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 'tot hervorming der instellingen'); - het op dit moment gekende regelgevende kader in ontwerp voor de afslanking van de provincies uitgaat van het beginsel dat de middelen de bevoegdheden volgen en dat de personeelsleden van de provincie van wie de huidige taken of functie de rechtstreekse of onrechtstreekse uitoefening inhouden van de niet-grondgebonden aangelegenheden, aan de Vlaamse gemeenschap of aan de gemeente worden overgedragen (artikel 5 van het voorontwerp van het 'afslankingsdecreet') en dat de roerende en onroerende goederen van de provincie die onmisbaar zijn voor de uitoefening van de niet-grondgebonden aangelegenheid, alsook de rechten en plichten die verband houden met die aangelegenheden, zonder schadeloosstelling aan de Vlaamse gemeenschap of aan de gemeente worden overgedragen (artikel 6 van het voorontwerp van het 'afslankingsdecreet'). - de Provincie Antwerpen met de oprichting van een Stichting van Openbaar Nut als provinciaal extern verzelfstandigd agentschap de continuïteit van de werking van het 'APB Fotomuseum', het 'APB Modemuseum' en het 'APB Museum voor Edelsmeedkunst, Juwelen en Diamant' (DIVA) wenst te waarborgen, alsook de ondertussen rijke geschiedenis, de opgebouwde en gerespecteerde expertise, de dynamische wijze waarop de medewerkers zich konden en kunnen ontplooien en de internationale en landelijke netwerken wil bestendigen; - om die redenen de Stichting van Openbaar Nut de contractuele personeelsleden zal blijven omkaderen zoals in de rechtspositieregeling van de provincie Antwerpen (en de loonschalen, anciënniteit, enzovoort...) is voorzien en in overeenstemming met het regelgevend kader. In overeenstemming met het regelgevend kader en aldus met respect voor de verworven rechten op grond van de rechtspositieregeling van de provincie Antwerpen worden de contractuele personeelsleden van het 'APB Fotomuseum', het 'APB Modemuseum' en het 'APB Museum voor Edelsmeedkunst, Juwelen en Diamant' (DIVA) overgedragen aan de Stichting van Openbaar Nut 'De Museumstichting'. Zodra de stad Antwerpen de provincie Antwerpen in de Stichting van Openbaar Nut heeft opgevolgd, is de rechtspositieregeling van de stad Antwerpen van toepassing, met behoud van de verworven rechten en met eventuele noodzakelijke overgangsbepalingen. Voor nieuwe aanwervingen waarborgt de Stichting van Openbaar Nut de voorwaarden van de rechtspositieregeling van de stad Antwerpen. - om die redenen de Stichting van Openbaar Nut de collecties van 'APB Fotomuseum', het 'APB Modemuseum' en het 'APB Museum voor Edelsmeedkunst, Juwelen en Diamant' (DIVA) als een goede huisvader zal beheren; - de stad Antwerpen zich ertoe engageert om als rechtsopvolger van de provincie Antwerpen de continuïteit van de werking van 'APB Fotomuseum', het 'APB Modemuseum' en het 'APB Museum voor Edelsmeedkunst, Juwelen en Diamant' (DIVA) te waarborgen en de nodige (ook financiële) omkadering te bieden om hun rijke geschiedenis, de opgebouwde en gerespecteerde expertise, de dynamische wijze waarop de medewerkers zich kunnen ontplooien en de internationale en landelijke netwerken te bestendigen. Financiële gevolgen Nee Strategisch kader Dit besluit past in de realisatie van volgende doelstellingen/projecten:

2/5


 5 - Bruisende stad  1SBR03 - Bewoners en bezoekers beleven cultureel erfgoed in Antwerpen als een gedeelde grondstof en waarderen het verleden als een bron van kennis, inspiratie en genot  1SBR0305 - Het erfgoedbeleid is gecoördineerd via samenwerking en complementariteit  1SBR030503 - De Collectie Antwerpen is toonaangevend in Vlaanderen en betekenisvol in internationaal perspectief  5 - Bruisende stad  1SBR03 - Bewoners en bezoekers beleven cultureel erfgoed in Antwerpen als een gedeelde grondstof en waarderen het verleden als een bron van kennis, inspiratie en genot  1SBR0305 - Het erfgoedbeleid is gecoördineerd via samenwerking en complementariteit  1SBR030502 - De stedelijke erfgoedinstellingen zijn gedreven voortrekker in Vlaanderen en actief participant op internationaal vlak  5 - Bruisende stad  1SBR03 - Bewoners en bezoekers beleven cultureel erfgoed in Antwerpen als een gedeelde grondstof en waarderen het verleden als een bron van kennis, inspiratie en genot  1SBR0305 - Het erfgoedbeleid is gecoördineerd via samenwerking en complementariteit  1SBR030504 - Het erfgoedaanbod is toonaangevend in Vlaanderen en betekenisvol in internationaal perspectief

Besluit

Artikel 1

Het college neemt kennis van de beslissing van de deputatie van 10 maart 2016 over de gemeenschappelijke beslissing van de provincie Antwerpen en de stad Antwerpen over de oprichting van een Stichting van Openbaar Nut voor de provinciale musea. Artikel 2

Het college keurt principieel de volgende tien uitgangspunten over de oprichting van een Stichting van Openbaar Nut voor de provinciale musea goed: 1. de provincie Antwerpen een Stichting van Openbaar Nut 'De Museumstichting' als provinciaal extern verzelfstandigd agentschap (artikelen 219-240bis Provinciedecreet) opricht. De ontwerpstatuten van de Stichting worden ook aan het college van burgemeester en schepenen van de stad Antwerpen voorgelegd; 2. in de statuten van de Stichting van Openbaar Nut 'De Museumstichting' de stad Antwerpen reeds als rechtsopvolger van de provincie Antwerpen wordt aangeduid. Deze rechtsopvolging gaat in op het moment dat de provincie Antwerpen, bij gebrek aan bevoegdheid in de niet-grondgebonden aangelegenheden, uit de Stichting van Openbaar Nut moet uittreden. 3. de stad Antwerpen zich ertoe verbindt het beleid en de middelen, zoals voorzien in het meerjarenplan 2014-2019 van de provincie Antwerpen onverkort te honoreren, in zoverre deze middelen van de provincie Antwerpen door de Vlaamse overheid naar de stad Antwerpen worden overgedragen.

3/5


4. de heer Luk Lemmens voorzitter wordt, in eerste instantie vanuit zijn functie als gedeputeerde van cultuur van de provincie Antwerpen, vanaf de transitie ten persoonlijke titel. De heer Philip Heylen wordt ondervoorzitter, bij de oprichting ten persoonlijke titel, vanaf de transitie als schepen van cultuur van de stad Antwerpen. Beiden behouden dit mandaat tot het einde van de legislatuur. Anderzijds wordt de heer Luk Lemmens ten persoonlijke titel opgenomen in het bestuur van de vzw Antwerpen Kunstenstad, waarvan de heer Philip Heylen voorzitter is en dit eveneens tot het einde van de legislatuur. 5. in overeenstemming met het regelgevend kader worden de statutaire personeelsleden die door de provincie Antwerpen aan het 'APB Fotomuseum', het 'APB Modemuseum' en het 'APB Museum voor Edelsmeedkunst, Juwelen en Diamant' (DIVA) ter beschikking worden gesteld, ter beschikking gesteld aan de Stichting van Openbaar Nut, al dan niet via de stad Antwerpen. De stad Antwerpen zal deze personeelsleden desgevallend aan de Stichting van Openbaar Nut 'De Museumstichting' ter beschikking stellen. 6. in overeenstemming met het regelgevend kader en aldus met respect voor de verworven rechten op grond van de rechtspositieregeling van de provincie Antwerpen worden de contractuele personeelsleden van het 'APB Fotomuseum', het 'APB Modemuseum' en het 'APB Museum voor Edelsmeedkunst, Juwelen en Diamant' (DIVA) overgedragen aan de Stichting van Openbaar Nut 'De Museumstichting'. Zodra de stad Antwerpen de provincie Antwerpen in de Stichting van Openbaar Nut heeft opgevolgd, is de rechtspositieregeling van de stad Antwerpen van toepassing, met behoud van de verworven rechten en met eventuele noodzakelijke overgangsbepalingen. Voor nieuwe aanwervingen waarborgt de Stichting van Openbaar Nut de voorwaarden van de rechtspositieregeling van de stad Antwerpen. Bij ontbinding van de Stichting van Openbaar Nut 'De Museumstichting' wordt het personeel overgenomen door de stad Antwerpen. 7. de onroerende goederen waarin het 'APB Fotomuseum', het 'APB Modemuseum' en het 'APB Museum voor Edelsmeedkunst, Juwelen en Diamant' (DIVA) werkzaam zijn en die in eigendom van de provincie Antwerpen zijn, aan de stad Antwerpen worden overgedragen. Deze gebouwen zullen aan de Stichting van Openbaar Nut 'De Museumstichting' ter beschikking worden gesteld. Er zal worden onderzocht onder welke juridische vorm deze gebouwen het beste ter beschikking zullen worden gesteld. De stad Antwerpen zal instaan voor de investeringen en het onderhoud van deze gebouwen. Daartoe zullen, voor zover in overeenstemming met het regelgevend kader, de door de provincie Antwerpen voorziene investerings- en onderhoudskredieten in het meerjarenplan voor de beheers- en beleidscyclus 2014-2019, naar de stad Antwerpen worden overgedragen. 8. de provinciale museumcollecties aan de Stichting van Openbaar Nut 'De Museumstichting' worden overgedragen. In de statuten van de Stichting van Openbaar Nut 'De Museumstichting' zal worden voorzien dat bij ontbinding van de Stichting van Openbaar Nut 'De Museumstichting' deze collecties naar de stad Antwerpen worden overgedragen. 9. de stad Antwerpen in een volgende legislatuur in eer en geweten standpunt kan innemen over het stedelijk museumlandschap, de plaats van 'De Museumstichting' daarin en over het eigendomsrecht van de collectie. De komende jaren zullen worden aangegrepen om elkaars werking te leren kennen, maximaal samen te werken en daartoe het nodige overleg te organiseren, ook over gezamenlijke communicatie, en een gezamenlijke visie te ontwikkelen rond de beste structuur voor de musea in de

4/5


stad. In de samenwerkingsovereenkomst worden de nodige bepalingen opgenomen om dit te verwezenlijken. 10. De administraties van de provincie Antwerpen en de stad Antwerpen worden belast met de uitvoering van de beslissing. Artikel 3

Dit besluit heeft in principe geen financiële gevolgen.

5/5


college van burgemeester en schepenen Zitting van 11 maart 2016

Recommend Documents