CO2 EMISSIE INVENTARIS INFRAM

CO2 EMISSIE INVENTARIS INFRAM

Opdrachtgever: Infram Projectnummer: 04m004 Versie: 03-12-2014

INFRAM B.V. Postbus 16 8316 ZG MARKNESSE Tel.: 0527 – 24 11 20 Fax: 0527 – 24 11 19 www.infram.nl

Projectgegevens

Titel:

CO2 Emissie Inventaris Infram Participatie bv

Versie: Status:

Definitief

Datum:

03-12-2014

Opdrachtgever:

Infram

Projectnummer:

04m004

Partners:

Auteurs: Uitgevoerd door: Datum \ Paraaf

Alida Galema, Martijn de Gans, Anja van de Kruijs, Teun Groenen


Inhoudsopgave

1

Inleiding

1

1.1 1.2 1.3

1 1 2

Bedrijfsprofiel Infram en de CO2 prestatieladder Leeswijzer

2

Methode 2.1 Organisatorische grenzen 2.2 Operationele grenzen 2.3 Uitgangspunten

4 4 5 5

3

Resultaten 3.1 Scope 1 emissies (directe emissies)

7 8

3.2 3.3 4

Scope 2 emissies (indirecte emissies) Onzekerheden in de resultaten

Conclusies en aanbevelingen 4.1 Conclusies 4.2 Aanbevelingen voor nauwkeurige inventarisatie

12 15 16 16 16

BIJLAGEN

17

A.

CO2 emissie inventarisatie

18

B.

Verificatie verklaring

19

i


1

Inleiding Dit rapport omvat de CO2 emissie inventaris van Infram. De focus van dit rapport is dan ook op de inventarisatie van CO2 emissies door Infram volgens ISO14064-1. Conclusies volgend uit deze analyse en reductiedoelstellingen die hierop worden gebaseerd staan beschreven in het bovenliggende rapport ‘Plan van Aanpak CO2-prestatieladder’.

1.1

Bedrijfsprofiel Infram is een adviesbureau op het gebied van mobiliteit, ruimte en water, opgericht in 1995. Infram gaat voorop in de ontwikkeling van de leefomgeving van morgen. Infram adviseert en ondersteunt in projecten over de ontwikkeling, management en exploitatie van infrastructuur en de ruimtelijke omgeving. Vanuit verschillende disciplines draagt Infram bij aan zowel de bestuurlijke en bedrijfsmatige, als functionele en technische aspecten van beleid, uitvoering en toezicht. Infram levert diensten aan op de volgende werkvelden: ·

Bestuur, strategie en besluitvorming

·

Ontwikkeling van infrastructuur

·

Asset management

·

Management en organisatie

·

Opdrachtgever en opdrachtnemer relaties

·

Geo-informatie

·

Waterbeheer

·

Waterkeringen

Infram is een kennisgericht bedrijf, dat de nieuwste concepten en technieken weet om te zetten in dienstverlening op maat. Infram ontwikkelt zelf nieuwe producten in eigen huis, maar zoekt ook geregeld de interdisciplinaire samenwerking met partners uit het netwerk. De aanpak van Infram kenmerkt zich door:

1.2

·

Een flexibele en multidisciplinaire insteek;

·

Een rationele, no-nonsense aanpak met open oog en oor voor omgeving;

·

Samenwerking met opdrachtgevers aan gemeenschappelijke doelen;

·

Het helder doorvertalen van doelstellingen van strategisch naar tactisch en operationeel niveau;

·

Projectmatige aanpak met expliciete sturing op prestaties, risico’s en kosten;

·

Gericht op oplevering van kant en klare en volledig geïmplementeerde producten.

Infram en de CO2 prestatieladder Infram zet zich in voor het reduceren van broeikasgasemissies, zowel in de eigen bedrijfsvoering als in de sector waarin Infram actief is. De CO2-prestatieladder is een certificering, onderdeel van de 14064-1 norm, waarmee dit in kaart wordt gebracht. Infram heeft eind 2012 het certificaat op niveau 3 behaald, waarbij maximaal inzicht in de eigen broeikasgasemissies wordt verkregen en op basis daarvan reductiedoelstellingen zijn geïmplementeerd in de bedrijfsprocessen. De ambitie is om in 2014 het

1


certificaat op niveau 5 van de CO2 prestatieladder te behalen, waarbij niet alleen de eigen bedrijfsvoering wordt betrokken, maar Infram toonaangevend wordt in de sector op het gebied van CO2 reductie. De in dit rapport opgeschreven emissie inventaris is een verantwoording van onderdeel 3.A.1 uit de CO2Prestatieladder 2.1, te weten: “Het bedrijf beschikt over een uitgewerkte actuele emissie-inventaris voor haar scope 1 & 2 CO₂ emissies conform ISO 14064-1 voor het bedrijf en de projecten waarop CO₂gerelateerd gunningvoordeel verkregen is.”.

1.3

Leeswijzer Dit rapport is opgebouwd in overeenstemming met de eisen uit ISO14064-1, paragraaf 7. Onderstaande tabel geeft aan hoe deze eisen terugkomen in de hoofdstukopbouw van dit inventarisatierapport. ISO14064-1, GHG protocol (7.3)

Hoofdstuk / paragraaf in dit rapport

a) description of the reporting organization

1.1

b) person responsible

Michel Hoppenbrouwers / Martijn de Gans / Anja van der Kruijs

c) reporting period covered

2.3

d) documentation of organizational boundaries (4.1)

2.1

e) direct GHG emissions, quantified separately for each

3.1

GHG, in tonnes of CO2e (4.2.2) f) a description of how CO2 emissions from the

Niet van toepassing

combustion of biomass are treated in the GHG inventory (4.2.2) g) if quantified, GHG removals, quantified in tonnes of

Niet van toepassing

CO2e (4.2.2) h) explanation for the exclusion of any GHG sources or

Niet van toepassing

sinks from the quantification (4.3.1) i) energy indirect GHG emissions associated with the

3.2

generation of imported electricity, heat or steam, quantified separately in tonnes of CO2e (4.2.3) j) the historical base year selected and the base-year

2.3

GHG inventory (5.3.1) k) explanation of any change to the base year or other

Niet van toepassing

historical GHG data, and any recalculation of the base year or other historical GHG inventory (5.3.2) l)

reference to,

or

description

of,

quantification

2.3

methodologies including reasons for their selection (4.3.3) m)

explanation

of

any

change to

quantification

Niet van toepassing

methodologies previously used (4.3.3) n) reference to, or documentation of, GHG emission or removal factors used (4.3.5)

2

2.3


o) description of the impact of uncertainties on the

3.3

accuracy of the GHG emissions and removals data (5.4) p) a statement that the GHG report has been prepared

1.2 / 1.3

in accordance with this part of ISO 14064; q) a statement describing whether the GHG inventory,

Verification statement bijgevoegd in bijlage 2.

report or assertion has been verified, including the type of verification and level of assurance achieved.

De inventarisatie van emissies in dit rapport zal in het bovenliggende rapport ‘Plan van Aanpak – CO2prestatieladder’ worden gebruikt om de totale emissie aan te tonen en om reductiedoelstellingen te kunnen formuleren.

3


2

Methode De inventarisatie is uitgevoerd conform de CO2-Prestatieladder versie 2.1 en ISO14064-1. Dit rapport is daarmee een verantwoording van onderdeel 3.A.1 uit de CO2-Prestatieladder 2.1, te weten: “Het bedrijf beschikt over een uitgewerkte actuele emissie-inventaris voor haar scope 1 & 2 CO₂ emissies conform ISO 14064-1 voor het bedrijf en de projecten waarop CO₂-gerelateerd gunningvoordeel verkregen is.”.

2.1

Organisatorische grenzen Voor het vaststellen van de organizational boundaries voor de inventarisatie is gekozen voor de GHGmethode (handboek CO2 Prestatieladder versie 2.2, hoofdstuk bijlage B, methode 1). Het Greenhouse Gas Protocol (GHG) schrijft voor dat gekozen moet worden voor de ‘equity share approach’ of ‘control approach’. Onderstaand organogram toont Infram Participatie B.V. (KvK nummer 06075144) als moedermaatschappij met volledige financiële en operationele controle over de werkmaatschappijen Infram B.V. (KvK nummer 39076071) en Infram International B.V. (KvK nummer 39076070). Om deze reden worden volgens de methode van operational control alle activiteiten waarover Infram Participatie B.V. de regie voert meegenomen in de CO2 inventarisatie. Er is gekozen voor deze aanpak omdat het bedrijf zelf de totale regie voert over de te nemen CO2 reductiemaatregelen.

Figuur 1: Organisatorische grenzen emissie inventarisatie

De kantoorruimtes in Marknesse en Nieuwegein vallen onder Infram Participatie B.V, evenals het ondersteunende personeel (administratie en officemanagement). Het overige personeel, de adviseurs, zijn verdeeld over Infram B.V. en Infram International B.V., waarbij het grootste gedeelte is ondergebracht in Infram B.V. Deze verdeling van bezittingen en personeel zal ook gehanteerd worden in de inventarisatie van de CO2 emissies. In de algemene documenten zal de naam Infram gebruikt worden,

waarbij

met

Infram

bedoeld

wordt

de

moedermaatschappij

en

onderliggende

werkmaatschappijen. Op dit moment heeft het bedrijf een aantal projecten waarop CO2-gerelateerd gunningsvoordeel verkregen is (in totaal zes projecten). Aan deze specifieke projecten worden emissies toegekend en

4


wordt een reductiedoelstelling meegegeven die is afgeleid van de reductiedoelstellingen van het bedrijf (zie Plan van Aanpak). De inventarisatie van emissies in deze projecten wordt in een apart overzicht bijgehouden. Aangezien deze onderdeel zijn van de totale emissie van het bedrijf zal dit in deze rapportage niet verder worden toegelicht.

2.2

Operationele grenzen Om de operationele grenzen af te bakenen is gekozen voor de scope-indeling volgens het Greenhouse Gas Protocol. Voor Infram zijn de verschillende soorten emissies als volgt naar scope 1 en 2 ingedeeld: Scope 1 (directe emissiebronnen) ·

Aardgasverbruik voor verwarming kantoren

·

Brandstofgebruik door leaseauto’s

·

Koelvloeistoffen

Scope 2 (indirecte emissiebronnen) ·

Elektriciteitsgebruik kantoren (ingekochte elektriciteit).

·

Brandstofgebruik ten behoeve van zakelijke kilometers gereden door privé auto’s.

·

Brandstofgebruik ten behoeve van zakelijke vliegtuigkilometers.

Scope 3 (indirecte emissiebronnen) ·

Papierverbruik

·

Advisering (wordt nog onderzocht)

De CO2 emissie inventaris van Infram heeft betrekking op emissies in scope 1, 2 en 3, aangezien Infram gaat voor niveau 5. In de rapportage ‘CO2 prestatieladder, rapport niveau 4 en 5’ wordt uiteengezet waarom Infram kiest voor Papierverbruik als scope 3 emissie (waarvoor ook reductiedoelstellingen zijn opgesteld). Naast papierverbruik doet Infram onderzoek naar het reduceren van emissies in de adviseringsprojecten. In 2014 is een traject opgestart waarin de mogelijkheden van reductie op dit gebied worden onderzocht. In 2015 zal dit onderzoek verder worden uitgewerkt en worden onderzocht in hoeverre het haalbaar is om dit onderwerp toe te voegen aan de scope 3 emissies.

2.3

Uitgangspunten Basisjaar en periode van deze inventarisatie Infram is in 2012 gestart met het inventariseren van CO2 emissies en neemt als basisjaar hiervoor 2011. Vanaf dit jaar wordt jaarlijks de emissie inventaris geactualiseerd en gerapporteerd. Dit emissie inventaris rapport van Infram bedekt de periode 01-01-2012 tot en met 31-12-2013. Conversiefactoren In deze inventarisatie is voor het berekenen van de CO2 emissies in 2013 gebruik gemaakt van de conversiefactoren voor CO2 emissies uit het CO2 Prestatieladder Handboek 2.2 (versie 4 april 2014) Bijlage C, opgesteld door de Stichting Klimaatvriendelijk Aanbesteden en Ondernemen. Omdat het gaat om zeer specifieke conversiefactoren op nationaal niveau, zijn de gehanteerde conversiefactoren zeer

5


geschikt voor het omrekenen van broeikasgasactiviteiten data naar de daarmee gepaard gaande CO2 emissie. Verbranding van biomassa vond binnen scope 1 en 2 niet plaats bij Infram in 2013. Daarnaast heeft Infram zelf geen groene energie opgewekt. Er wordt geen CO2 emissie voorkomen, omdat Infram geen eigen geproduceerde duurzame energie gebruikt. Verwijderingsfactoren (removal factors) die de hoeveelheid voorkomen CO2 emissie per energie-eenheid door eigen duurzame energieproductie weergeven zijn daarom niet van toepassing Bijlage 1 (apart bijgevoegd Microsoft Excel bestand) bevat de actuele CO2 emissie inventarisatie van Infram. Alle data is door middel van berekeningen tot stand gekomen, er zijn geen metingen uitgevoerd om de uitstoot van broeikasgassen te bepalen. Doelstellingen voor inventarisatie De doelstelling van Infram is om in deze inventarisatie de scope 1 en 2 emissies van Infram, binnen de organisatorische grenzen, zo nauwkeurig mogelijk in kaart te brengen. Bij deze inventarisatie zijn de volgende doelstellingen leidend: ·

Van grof naar fijn: om altijd een overzicht van de emissie te kunnen geven wordt gewerkt met zo nauwkeurig mogelijke getallen en grovere getallen (kengetallen) indien absolute getallen niet beschikbaar zijn;

·

Inbedding in de organisatie: direct bij het opstellen van de inventarisatie wordt gewerkt aan het implementeren hiervan in de bedrijfsprocessen en het kwaliteitssysteem van Infram. Hierdoor wordt de sprong gemaakt van een eenmalige inventarisatie naar een emissie overzicht dat volgens vastgestelde processen periodiek actueel gehouden wordt;

·

Continue verbetering: Zowel in de bedrijfsprocessen als in de nauwkeurigheid van de inventarisatie wordt gestreefd naar continue verbetering. Waar in de huidige inventarisatie gebruik wordt gemaakt van (onderbouwde) aannames wanneer absolute getallen niet beschikbaar zijn, wordt gekeken naar verbeteringen waarbij in een volgende versie van de inventarisatie zo nauwkeurig mogelijke actuele getallen gebruikt kunnen worden.

6


3

Resultaten In dit hoofdstuk worden de resultaten van de inventarisatie beschreven. In totaal (scope 1 en scope 2) heeft Infram in 2013 272,20 ton CO2 uitgestoten. Dit is het totaal van Infram Participatie B.V. inclusief de onderliggende werkmaatschappijen Infram B.V. en Infram International B.V. In 2012 bedroeg de totale CO2 emissie van Infram 283,82 ton CO2.

CO2 emissie Infram naar scope 20,6%

79,4% Totaal emissie scope 1 Totaal emissie scope 2 Figuur 2: CO2 emissies Infram (verdeling scope 1 en scope 2)

Van de totale emissie wordt 79,4 procent bepaald door scope 1 emissies (aardgasgebruik voor verwarming kantoren en brandstofverbruik van het leasewagenpark). 20,6 procent wordt bepaald door emissies in scope 2 (ingekochte elektriciteit voor de kantoren, zakelijke kilometers die gemaakt zijn met privéauto’s en zakelijke vliegtuigkilometers). Figuur 3 laat de verdeling van CO2 emissies over de drie bedrijfsonderdelen van Infram zien. De twee kantoren van Infram vallen onder Infram Participatie B.V., evenals het ondersteunend personeel. CO2 emissies door aardgas t.b.v. verwarming en door ingekochte elektriciteit worden veroorzaakt door Infram Participatie BV. De adviseurs zijn verdeeld over de werkmaatschappijen Infram B.V. en Infram International B.V. Emissies veroorzaakt door deze twee werkmaatschappijen zijn: leasewagenpark, zakelijke km’s gereden met privé auto’s, OV- en vliegtuigkilometers.

7


CO2 emissies per Infram bedrijfsonderdeel 180,00 160,00 140,00 120,00 100,00 80,00 60,00 40,00 20,00 0,00

153,96 148,03 146,22

69,21 69,00 58,32

60,65 54,99 56,98

ton CO2 2011 ton CO2 2012 ton CO2 2013

Infram Participatie B.V.

Infram B.V.

Infram International B.V.

Figuur 3: CO2 emissies per bedrijfsonderdeel

De hoofdstukken 3.1 en 3.2 beschrijven de inventarisatie van de emissies in respectievelijk scope 1 en scope 2. Per emissiebron zal aangegeven worden hoeveel CO2 in 2013 is uitgestoten en welke uitgangspunten zijn gehanteerd bij de berekening hiervan.

3.1

Scope 1 emissies (directe emissies) In 2013 is door Infram in totaal 261,09 ton CO2 aan scope 1 emissies uitgestoten. Tabel 1 laat zien om welke emissiebronnen het gaat en welke bedrijfsonderdelen hiervoor verantwoordelijk zijn.

Soort

Brandstofverbruik Koelvloeistoffen Leasewagenpark Totaal emissie scope 1

2013 Infram Infram Participatie B.V. Infram B.V. International B.V. Totaal 8,65 0,00 0,00 8,65 23,16 134,36 49,91 207,44 31,82

134,36

49,91

216,09

Tabel 1: Verdeling scope 1 emissies over de bedrijfsonderdelen

In figuur 4 wordt duidelijk dat het grootste gedeelte (207,44 ton) van de directe emissies in scope 1 bij Infram veroorzaakt wordt door het leasewagenpark. Slechts 8,65 ton wordt uitgestoten door het gebruik van aardgas om de twee kantoren in Marknesse en in Nieuwegein te verwarmen. In de volgende paragrafen wordt de inventarisatie van de drie emissiebronnen uit scope 1 beschreven.

8


Scope 1 emissies 250,00

219,90 201,08

200,00 150,00 ton CO2 2011 100,00

ton CO2 2012

50,00 8,44 8,62

0,00

0,00 Brandstofverbruik Koelvloeistoffen Leasewagenpark

Scope 1 emissies 250,00 201,08

223,82 207,44

200,00 150,00

ton CO2 2011 totn CO2 2012

100,00

ton CO2 2013 50,00 8,44 8,62 8,65 0,00

0,00 0,00

Brandstofverbruik Koelvloeistoffen Leasewagenpark

Figuur 4: Verdeling scope 1 emissies Infram

3.1.1

Brandstof

Som van Emissie Som van Emissie Som van Emissie 2011 2012 2013 Infram Participatie B.V. Aardgas

8.444.602,419

8.621.923,158

8.653.880,904

Eindtotaal

8.444.602,42

8.621.923,16

8.653.880,90

Op dit moment bestaat er geen aparte meetmogelijkheid om het aardgasgebruik specifiek in beeld te brengen voor de kantoren van Infram, de huurprijzen zijn inclusief gas en elektriciteit. De meest nauwkeurige informatie die kon worden verkregen van de verhuurder in Nieuwegein is het aantal m3

9


aardgas bekend voor het gehele gebouw, waarbinnen Infram een aantal kantoorruimtes huurt. Op basis van een terugrekening naar het aantal m 3 dat de kantoorruimtes van Infram bevatten is het aantal m3 aardgas voor Infram in kaart gebracht. Van het kantoor in Marknesse zijn op dit moment geen verbruiksgegevens bekend. Er wordt gebruik gemaakt van een huurprijs inclusief gas en elektriciteit en de verhuurder kan op dit moment geen inzicht in de verbruiksgegevens verschaffen. Om deze reden is voor het kantoor in Marknesse gebruik gemaakt van de kentallen voor het aantal m 3 aardgas per m 3 kantoorruimte uit de Milieubarometer kantoor 2014 (http://www.milieubarometer.nl/kantoor). In tegenstelling tot de vorige versie van de Milieubarometer kantoor (uit 2012), wordt in de meest recente versie van de Milieubarometer geen onderscheid gemaakt tussen instanties kleiner of groter dan 1500 fte. Bij de totstandkoming van de gemiddelde waarde, zijn ook grote overheidsinstanties meegenomen. Wel is in de Milieubarometer kantoor 2014 naast een gemiddelde waarde, een range gegeven van 1.37 – 4.82 m 2/m2. Aangezien het kengetal uit de Milieubarometer kantoor 2012 welke voorgaande jaren is gehanteerd, binnen de range valt van de kengetallen uit de Milieubarometer kantoor 2014, is dit kengetal opnieuw aangehouden voor de berekening van het aardgasgebruik. Infram is in oktober 2014 verhuisd naar een nieuwe locatie in Maarn. Hierbij wordt gestreefd naar een exacte berekening van het aantal kWh dat Infram verbruikt, zodat de CO2 emissie op dit onderdeel nauwkeuriger bepaald kan worden.

3.1.2

Koelvloeistoffen In de CO2-Prestatieladder 2.2, versie 4 april 2014, wordt het volgende geschreven over de inventarisatie van koelvloeistoffen: “De refrigerants (koude middelen) maken deel uit van de greenhouse gases en zijn om te rekenen naar CO₂-equivalenten, maar zijn zelf geen CO₂. Vooralsnog is het niet vereist - maar ook niet verboden - deze in de CO₂-inventaris op te nemen.” Om bovengenoemde reden neemt Infram het verbruik van koelvloeistoffen vooralsnog niet op in deze versie van de emissie inventaris. Wel wordt ernaar gestreefd het gebruik van overige broeikasgassen die gebruikt worden voor airconditioning in kaart te brengen in een volgende inventarisatieronde.

3.1.3

Leasewagenpark

Soort auto

Totale emissie 2011

Totale emissie 2012

Totale emissie 2013

Infram B.V.

130.068.717,65

138.984.420,50

134.363.207,50

Benzine

14.172.940,40

22.712.600,00

23.479.574,20

Diesel

115.895.777,25

116.271.820,50

110.883.633,30

(leeg)

-

-

-

10



51.626.110,15

58.968.014,00

49.908.367,65

6.251.969,80

5.728.190,00

7.916.328,00

45.374.140,35

53.239.824,00

41.992.039,65

19.382.629,35

25.869.590,00

23.164.232,65

1.699.191,60

8.662.202,00

8.093.692,00

Diesel

17.683.437,75

17.207.388,00

15.070.540,65

Eindtotaal

201.077.457,15

223.822.024,50

207.435.807,80

Benzine Diesel Infram Participatie B.V. Benzine

Van de leasewagens is bekend hoeveel liter brandstof deze in 2013 hebben verbruikt. Het berekenen van de CO2 emissie aan de hand van het daadwerkelijk aantal liters verbruikte brandstof is de meest directe en daarmee de meest nauwkeurige methode. Emissie berekenen aan de hand van gemaakte voertuigkilometers zou minder nauwkeurig zijn, omdat hierbij geen rekening wordt gehouden met het daadwerkelijke verbruik van de auto’s. De informatie over de verbruikte liters brandstof is afkomstig van de leasemaatschappijen LeasePlan en FrieslandLease, die per brandstofpas (gekoppeld aan een leaseauto) een gedetailleerd overzicht van het aantal getankte liters geven.

11


3.2

Scope 2 emissies (indirecte emissies) In 2013 is door Infram in totaal 56,11 ton CO2 aan scope 2 emissies uitgestoten. Tabel 2 laat zien om welke emissiebronnen het gaat en welke bedrijfsonderdelen hiervoor verantwoordelijk zijn.

Soort

2013

Ingekochte elektriciteit Zakelijke km's privé Zakelijke vliegtuig km's

Infram Participatie B.V. Infram B.V. 30,70 4,14 2,34

Totaal emissie scope 2

37,18

Infram International B.V. Totaal 0,00 0,00 30,70 11,86 0,07 16,07 0,00 7,00 9,34 11,86

7,07

Tabel 2: Verdeling scope 2 emissies over de bedrijfsonderdelen

In figuur 5 wordt duidelijk dat het grootste gedeelte (30,70 ton CO2) van de indirecte emissies in scope 2 bij Infram veroorzaakt wordt door ingekochte elektriciteit. 16,07 ton CO2 komt door de kilometers die voor Infram zijn gemaakt met privéauto’s van medewerkers. In dit getal zit ook het aantal kilometers dat met de trein is gemaakt in 2013. In 2013 is 9,34 ton CO2 veroorzaakt door zakelijke vliegreizen.

Scope 2 emissies 35,00 30,00

29,81

30,35 30,70

25,00

19,49

20,00

15,87

16,07

ton Co2 2011

15,00 10,00

6,14

5,00

9,34

1,53

0,00 Ingekochte elektriciteit

Zakelijke km's privé

Zakelijke vliegtuig km's

Figuur 5: Verdeling scope 2 emissies Infram

12

ton CO2 2012 ton CO2 2013

56,11


3.2.1

Ingekochte elektriciteit

Soort elektriciteit per kantoorruimte Infram Participatie B.V. Grijze stroom

Totale Emissie 2011 Totale Emissie 2012 Totale Emissie 2013

Eindtotaal

29.807.865,03

30.346.716,64

30.696.890,77

29.807.865,03

30.346.716,64

30.696.890,77

Op dit moment bestaat er geen aparte meetmogelijkheid om het elektriciteitsgebruik specifiek in beeld te brengen voor de kantoren van Infram, de huurprijzen zijn inclusief gas en elektriciteit. De meest nauwkeurige informatie die kon worden verkregen van de verhuurder in Nieuwegein is het aantal kWh bekend voor de gehele eerste verdieping van het gebouw, waar Infram een aantal kantoorruimtes huurt. Op basis van een terugrekening naar het aantal m2 dat de kantoorruimtes van Infram aan oppervlakte innemen is het aantal kWh elektriciteit voor Infram in kaart gebracht voor 2011. In de tweede periode van 2012 is Infram echter verhuisd naar de tweede verdieping van hetzelfde gebouw. Omdat op deze verdieping twee airco's, die relatief veel elektriciteit verbruiken, staan kan de verdeelsleutel die voor de eerste verdieping gehanteerd werd niet gebruikt worden. Om deze reden wordt vanaf de tweede helft van 2012 voor Nieuwegein gerekend met een kengetal voor kWh/m2 kantoorruimte uit de Milieubarometer kantoor 2012 (http://www.milieubarometer.nl/kantoor). Voor het jaar 2013 is gerekend met de Milieubarometer kantoor 2014. In tegenstelling tot de vorige versie van de Milieubarometer kantoor (uit 2012), wordt in de meest recente versie van de Milieubarometer geen onderscheid gemaakt tussen instanties kleiner of groter dan 1500 fte’s. Bij de totstandkoming van de gemiddelde waarde, zijn ook grote overheidsinstanties meegenomen. Wel is naast een gemiddelde waarde, een range gegeven van 56,6 – 347 kWh/m2. Aangezien het kengetal uit de Milieubarometer kantoor 2012 welke voorgaande jaren is gehanteerd, binnen de range valt van de kengetallen uit de Milieubarometer kantoor 2014, is dit kengetal opnieuw aangehouden. Van het kantoor in Marknesse zijn op dit moment geen verbruiksgegevens bekend. Er wordt gebruik gemaakt van een huurprijs inclusief gas en elektriciteit en de verhuurder kan op dit moment geen inzicht in de verbruiksgegevens verschaffen. Om deze reden is voor het kantoor in Marknesse eveneens gebruik gemaakt van de kentallen voor het aantal kWh elektriciteit per m 2 kantoorruimte uit de Milieubarometer kantoor 2014 (http://www.milieubarometer.nl/kantoor). Infram is in oktober 2014 verhuisd naar een nieuwe locatie in Maarn. Hierbij wordt gestreefd naar een exacte berekening van het aantal kWh dat Infram verbruikt, zodat de CO2 emissie op dit onderdeel nauwkeuriger bepaald kan worden.

3.2.2

Zakelijke km’s privé

Bedrijfsonderdeel Infram B.V. Infram Participatie B.V.

Som van Emissie 2011



15.185.522,37

14.971.463,65

11.855.161,41

688.134,00

4.368.376,38

4.144.091,59

13


Infram International B.V. Eindtotaal

-

154.360,61

72.723,87

15.873.656,37

19.494.200,65

16.071.976,87

Per medewerker is een overzicht beschikbaar van het aantal gedeclareerde zakelijke kilometers in 2013. Uitgangspunt voor het berekenen van de emissie is dat voor zover bekend het type auto wordt ingevuld en de daarbij passende conversiefactoren worden gehanteerd. Waar het type auto waarmee zakelijke kilometers zijn gedeclareerd niet bekend is, is gekozen om te rekenen met de conversiefactor voor onbekend voertuigtype (210 g CO2 / voertuigkm). In 2013 is de emissie voor zakelijke kilometers privé gestegen van ten opzichte van 2011 van 15,87 naar 16,07 ton CO2. Deze stijging is grotendeels te verklaren door het feit dat vanaf 2012 ook de zakelijke kilometers gemaakt door stagiaires met privéauto’s worden meegeteld. Infram ziet dit als een verbetering van de inventarisatie t.o.v. het voorgaande jaar en daarmee een nauwkeurigere bepaling van de CO2 footprint. De kilometers die gemaakt zijn met de trein zijn ook meegenomen in deze inventarisatie. Om deze berekening te kunnen maken is gebruik gemaakt van de totale kosten voor treinreizen in 2013. Op basis van een berekende gemiddelde prijs per trein km (zie bijlage 1 voor exacte berekeningen) is het aantal treinkilometers in 2013 uitgerekend. In 2013 werd opnieuw gebruikt gemaakt van OV-jaarkaarten (meer dan in 2012, wat wordt gezien als een positieve ontwikkeling op het gebied van duurzaamheid). Met deze kaarten hoeft niet te worden in- en uitgecheckt, waardoor treinkilometers niet achterhaald kunnen worden.

3.2.3

Zakelijke vliegtuigkilometers

B.V.




Infam B.V.

2.779.920,00

-

-

Infram Participatie B.V.

-

-

2.337.390


3.363.560,00

1.532.190,00

7.002.260

Eindtotaal

6.143.480,00

1.532.190,00

9.339.650

Het aantal vliegtuigreizen dat in 2013 voor Infram gemaakt is, is exact bekend. Aan de hand van plaats van vertrek en plaats van bestemming per vliegreis is het aantal vliegtuigkilometers berekend, op basis van

een

hemelsbrede

berekening

in

Google

http://www.howmanyhours.com).

14

Maps

(berekeningen

gemaakt

via

website


3.3

Onzekerheden in de resultaten De resultaten in deze emissie inventarisatie bevatten een bepaalde onzekerheid. Het voor enkele emissiebronnen ontbreken van exacte verbruiksgegevens introduceert onzekerheden, aangezien voor het berekenen van deze emissies gewerkt moet worden met kengetallen of aannames. Deze onzekerheden zijn al beschreven bij de verschillende emissiebronnen in hoofdstuk 3.1 en 3.2, maar zijn hieronder nogmaals opgesomd: 1.

Op dit moment bestaat er geen aparte meetmogelijkheid om het aardgasgebruik specifiek in beeld te brengen voor de kantoren van Infram. Voor het kantoor in Nieuwegein is alleen het verbruikte aantal m3 aardgas bekend voor het gehele gebouw, waarbinnen Infram slechts een aantal kantoorruimtes huurt. Op basis van een terugrekening naar het aantal m3 dat de kantoorruimtes van Infram bevatten is het aantal m3 aardgas voor Infram in kaart gebracht. Van het kantoor in Marknesse zijn op dit moment geen verbruiksgegevens bekend. Er wordt gebruik gemaakt van een huurprijs inclusief gas en elektriciteit en de verhuurder kan op dit moment geen inzicht in de verbruiksgegevens verschaffen. Om deze reden is voor het kantoor in Marknesse gebruik gemaakt van de kentallen voor het aantal m3 aardgas per m3 kantoorruimte uit de Milieubarometer kantoor 2014 (http://www.milieubarometer.nl/kantoor).

2.

Op dit moment bestaat er geen aparte meetmogelijkheid om het elektriciteitsgebruik specifiek in beeld te brengen voor de kantoren van Infram. Voor het kantoor in Nieuwegein is alleen het verbruikte aantal kWh bekend voor de gehele eerste verdieping, waar Infram in 2011 een aantal kantoorruimtes huurde. Op basis van een terugrekening naar het aantal m2 dat de kantoorruimtes van Infram aan oppervlak bevatten is het aantal kWh elektriciteit voor Infram in kaart gebracht. In de tweede periode van 2012 is Infram echter verhuisd naar de tweede verdieping van hetzelfde gebouw. Omdat op deze verdieping twee airco's, die relatief veel elektriciteit verbruiken, staan kan de verdeelsleutel die voor de eerste verdieping gehanteerd werd niet gebruikt worden. Om deze reden wordt voor de tweede helft van het jaar en in de toekomst voor Nieuwegein gerekend met een kengetal voor kWh/m2 kantoorruimte uit de Milieubarometer kantoor 2014. (http://www.milieubarometer.nl/kantoor).

3.

Van het kantoor in Marknesse zijn op dit moment geen verbruiksgegevens bekend. Er wordt gebruik gemaakt van een huurprijs inclusief gas en elektriciteit en de verhuurder kan op dit moment geen inzicht in de verbruiksgegevens verschaffen. Om deze reden is voor het kantoor in Marknesse gebruik gemaakt van de kentallen voor het aantal kWh elektriciteit per m2 kantoorruimte uit de Milieubarometer kantoor 2014 (http://www.milieubarometer.nl/kantoor).

4.

Om het aantal gemaakte treinkilometers in 2013 te kunnen bereken, is gebruik gemaakt van de totale kosten voor treinreizen in 2013. Op basis van een berekende gemiddelde prijs per treinkm (zie bijlage 1 voor exacte berekeningen) is het aantal treinkilometers in 2013 uitgerekend.

5.

Het aantal vliegtuigkilometers is berekend op basis van een afstandsmeting van plaats van vertrek tot plaats van bestemming in Google Maps (berekeningen gemaakt via website http://www.howmanyhours.com).

15


4

Conclusies en aanbevelingen

4.1

Conclusies Infram heeft in 2013 272,20 ton CO2 uitgestoten. Het grootste gedeelte (79,4 procent) van deze CO2 emissie wordt bepaald door directe emissiebronnen: aardgasgebruik voor de verwarming van kantoren en brandstofverbruik van het leasewagenpark. Van deze twee directe bronnen is het leasewagenpark veruit de grootste bron van CO2 emissie (96 procent tegen 4 procent aardgasverbruik). In totaal gaat het voor het leasewagenpark om een emissie van 207,44 ton CO2 in 2013. Van de indirecte emissiebronnen heeft ingekochte elektriciteit voor de kantoren het grootste aandeel in het totaal met 30,70 ton CO2 . Hierna volgt emissie door zakelijk gereden kilometers met privéauto’s en treinkilometers met 16,07 ton. Emissie door vliegreizen heeft een kleiner aandeel in de totale CO2emissie van het bedrijf (9,34 ton CO2 ).

4.2

Aanbevelingen voor nauwkeurige inventarisatie Infram streeft naar continue verbetering op het gebied van inventarisatie van CO2 emissie. In de huidige inventarisatie is het voor enkele emissiebronnen noodzakelijk om te werken met kengetallen en aannames, omdat hier geen absolute verbruiksgegevens voor bekend zijn. Om een nauwkeurige CO2 footprint te kunnen berekenen, zullen in een volgende inventarisatieronde de volgende aanbeveling worden meegenomen: ·

Een constatering die gemaakt is tijdens het uitvoeren van de inventarisatie is dat de verhuurders van de kantoorruimtes nog niet zijn ingesteld op de CO2 prestatieladder wanneer het gaat om het aanleveren van verbruiksgegevens. Infram is in gesprek gegaan met de verhuurders maar op dit moment is er geen mogelijkheid om nauwkeuriger te inventariseren. Infram heeft zich in 2014 gevestigd op een nieuwe locatie. Bij deze nieuwe vestiging zal Infram er naar streven om de verbruiksgegevens nauwkeurig te kunnen registeren.

16


BIJLAGEN

17


A.

CO2 emissie inventarisatie De actuele emissie inventarisatie is in een apart Microsoft Excel bestand toegevoegd als bijlage aan deze rapportage.

18


B.

Verificatie verklaring De verificatie verklaring, uitgevoerd door LRQA in 2012, is als apart bestand bijgevoegd.

19


20

CO2 EMISSIE INVENTARIS INFRAM

Recommend Documents