1.
CKO2: Frequently asked questions INHOUD Algemene vragen ................................................................................................................................ 1 Technische vragen .............................................................................................................................. 2 Initiële upload in juni 2011 .................................................................................................................. 3 Bijwerking/Reporting ........................................................................................................................... 4 Identificatie van de debiteurs .............................................................................................................. 4 Bijkomende gegevens: bedrag van de waarborg, probabiliteit van wanbetaling en wanbetaling ..................................................................................................................................... 7 Leasingmaatschappijen .................................................................................................................... 10 Kredieten ........................................................................................................................................... 10
ALGEMENE VRAGEN
1. Welke versie van de gepubliceerde documenten is van toepassing? Het is steeds het document met de recentste datum dat van toepassing is! De aanpassingen ten opzichte van een vorige versie worden meestal duidelijk aangeduid in het recentste document.
2. Waar vind ik het Schema A op de internetsite van de CBFA? Dit bevindt zich op de site www.cbfa.be in het gedeelte "Toezichtsdomeinen"; "Kredietinstellingen" > "Circulaires & mededelingen" > "Overzicht van circulaires en mededelingen" > "Periodieke informatieverstrekking en boekhoudregels" >Schema A. 3. Wat zal in CKO2 onze deelnemerscode zijn? In CKO2 zullen er vier soorten deelnemers zijn: (a) in België gevestigde kredietinstellingen, (b) bepaalde verzekeraars, (c) financiële leasing- en (d) factoringmaatschappijen. De eerste twee hadden reeds meldingsplicht naar CKO1 toe. De deelnemerscode die toen 3 posities telde zal voortaan uit 4 posities bestaan. -de bestaande code voor de kredietinstellingen zal overgenomen worden, voorafgegaan door het cijfer 1 (de code '050' voor bestaande deelnemer Dexia wordt dus '1050') -de bestaande code voor de verzekeraars wordt eveneens hergebruikt en voorafgegaan door het cijfer 4 (de code 'AAA' voor kredietverzekeraar Atradius wordt dus '4AAA') -aan de leasingmaatschappijen zullen nieuwe numerieke codes toegekend worden die aanvangen met 6 -aan de factoringmaatschappijen zullen nieuwe numerieke codes toegekend worden die aanvangen met 8
FAQ NL v0 4 - 26032010.docx
2.
TECHNISCHE VRAGEN
1. Kan een deelnemer om het even welk kanaal kiezen voor zijn reporting? Iedere deelnemer kan op ieder moment kiezen voor een communicatie User to Application (U2A) (File upload of via formulieren) of Application to Application (A2A). Een gemengd gebruik van deze kanalen is eveneens toegelaten.
2. Welke karakters zijn toegelaten in de bestanden? Toegelaten: de set karakters UTF-8, de kleine letters en de karakters van het type ç, é, è, à, ù, €. Verboden: de Aziatische karakters. Te vermijden: de karakters < en > om te voorkomen dat ze worden verward met de tags van de XML-schema's. OPGEPAST: het bestand moet wel gecodeerd en bewaard worden in UTF 8.
3. Wat is de maximaal aanvaarde grootte van een bestand door CKO2? 10 MB na eventuele compressie (zipping).
4. Kan er, voor de meldingen A2A, nog gebruik worden gemaakt van gehuurde lijnen (leased lines) of moet er noodzakelijkerwijze gebruik worden gemaakt van Internet? Momenteel is het onduidelijk of het gebruik van gehuurde lijnen mogelijk zal zijn zonder dat de Nationale Bank technische aanpassingen moet doen aan haar infrastructuur. Het is wel zeker dat gehuurde lijnen niet noodzakelijk zijn en geen enkel voordeel meebrengen, noch voor de reporting, noch voor de consultatie. Vandaar dat het gebruik van een communicatie A2A via Internet aan te raden valt.
5. Welk kanaal wordt best gebruikt wanneer er een beperkt aantal debiteurs moet worden meegedeeld? De deelnemers die slechts enkele debiteurs aan te geven hebben naar de CKO toe, kunnen die gegevens best invoeren aan de hand van de formulieren via het portaal "OneGate(CSSR)". Als het aantal mee te delen debiteurs belangrijk genoeg is om de nodige informaticaontwikkelingen te rechtvaardigen, kan de deelnemer die dat wenst een XML-bestand (eXtensible Markup Language) opladen met de gevraagde gegevens, eveneens via het portaal "OneGate(CSSR)".
FAQ NL v0 4 - 26032010.docx
3.
INITIËLE UPLOAD IN JUNI 2011
1. Hoe zal de initiële upload verlopen? Vanaf 1 juni 2011, datum waarop de nieuwe applicatie CKO2 in productie treedt, zal iedere deelnemer al zijn actieve debiteurs (die toe reeds bestonden in CKO1 en de nieuwe) en al hun kredieten, toestand einde mei 2011, moeten meedelen. De toepassing verwerkt eerst de debiteurs en pas nadien de kredietgegevens. Enkel de kredieten van de debiteurs die correct kunnen worden geïdentificeerd, zullen worden geregistreerd in de database. De andere debiteurs, evenals hun kredieten, worden verworpen. Om de getransfereerde volumes en de oplossing van de identificatieproblemen zo vlot als mogelijk te kunnen doen verlopen zal, in samenspraak met de deelnemers, een planning worden afgesproken voor de initiële upload van CKO2.
2. Wat gebeurt er met de gegevens van CKO1? Deze gegevens blijven beschikbaar tot einde juni 2011 voor raadpleging of voor eventuele verbeteringen. Ook daarna blijven ze voor statistische doeleinden nog enige tijd beschikbaar in het datawarehouse.
FAQ NL v0 4 - 26032010.docx
4.
BIJWERKING/REPORTING 1. Met welke frequentie moeten de debiteuren en hun kredieten worden gerapporteerd? De rapportering van kredieten moet maandelijks gebeuren binnen de 8 kalenderdagen na het afsluiten van een reporting date. De rapportering van identificatiegegevens van de debiteurs gebeurt minimaal maandelijks. Met andere woorden, iedere deelnemer kan reeds vooraf meerdere keren gedurende de maand nieuwe debiteurs meedelen. De mededeling van een debiteur is niet gebonden aan een specifieke reporting date. 2. Ontvangstberichten Elke bijwerking door een deelnemer leidt tot één of twee ontvangstberichten: een onmiddellijk ontvangstbericht, ten laatste de dag na het versturen door de deelnemer, en een uitgesteld ontvangstbericht, na de volledige behandeling van alle identificatieproblemen (en dus niet naarmate de identificatieproblemen worden opgelost zoals nu in CKO1, waarbij gedurende drie achtereenvolgende dagen een uitgesteld ontvangstbericht kan volgen in geval de oplossing van de problemen drie dagen duurt). Dit uitgesteld ontvangstbericht kan uiterlijk één à vijf dagen na het versturen van de debiteurs volgen. Voorbeeld: Een deelnemer stuurt op 15 januari actiecodes DEB om nieuwe debiteurs te melden. Hij ontvangt een onmiddellijk ontvangstbericht dat alle aanvaarde en geweigerde personen bevat (niet de hangende). Dit bericht zal dezelfde of de volgende dag beschikbaar zijn, afhankelijk van het tijdstip van opsturen en ontvangst van de gegevens. De identificatieproblemen zullen binnen de vijf dagen na ontvangst van de bijwerking worden behandeld. Het uitgestelde ontvangstbericht zal dus in dit geval tussen 16 en 20 januari worden verstuurd met het resultaat van alle identificatieproblemen omtrent eenzelfde bestand/rapport.
IDENTIFICATIE VAN DE DEBITEURS
1. Hoe moet een associatie gemeld worden? Een deelnemer moet eerst alle debiteuren die deel uitmaken van die associatie, en nog niet zouden gekend zijn in de CKO, individueel melden met hun respectievelijke identificatienummers en -gegevens. Vervolgens, dit kan in hetzelfde rapport, bezorgt hij aan de Centrale de samenstelling van die associatie door enkel een opgave te doen van enerzijds het identificatienummer toegekend aan de associatie zelf en anderzijds de identificatienummers van de debiteuren die er deel van uitmaken.ter identificatie. Een debiteur die dus zowel individueel als in groepsverband bij een deelnemer kredieten heeft, moet dus gemeld worden met hetzelfde identificatienummer. 2. Uit welke debiteuren kan een associatie bestaan? Een associatie moet vanzelfsprekend uit minimaal twee verschillende debiteuren bestaan en kan alle mogelijke combinaties bevatten.(als enige beperking geldt wel dat een associatie geen andere associaties mag bevatten als co-debiteur. In dat geval moeten de individuele debiteuren die daar deel van uitmaken apart gemeld worden als co-debiteur)) Uitsluitend natuurlijke of rechtspersonen, een mix van beide, al dan niet residenten.
FAQ NL v0 4 - 26032010.docx
5.
3. Wat indien de samenstelling van een bestaande associatie wijzigt? Telkenmale wanneer een associatie een nieuwe samenstelling van debiteuren krijgt, toevoeging of verwijdering van bepaalde co-debiteuren, en de kredietverstrekking verder blijft lopen moet de melding aan de Centrale over die bestaande associatie beëindigd worden door een STOPCRED met opgave van het identificatienummer waaronder zij geregistreerd is in de CKO en de reporting date dat dit plaatsgreep. In dezelfde reporting period moet de deelnemer, zoals elders beschreven de nieuwe associatie melden door gebruik van een ander identificatienummer voor de associatie en opgave van de identificatienummers van de debiteuren die voortaan deel uitmaken van die associatie ' 4. Hoe moet een associatie afgemeld worden? Via de actiecode STOPCRED mag/moet men enkel het identificatienummer van de associatie meegeven die op einde moet geplaatst worden plus aanduiding van de reporting date waarop het einde moet geschieden. Aldus blijven de kredieten voor bepaalde co-debiteuren als individuele kredietbegunstigde die verder aktief blijven onaangetast hierdoor. Zij blijven gemeld door actiecodes CRED met opgave van de individuele identificatienummers.
5. Welke geboortedatum moet worden gemeld voor een natuurlijke persoon waarvoor geen exacte dag is gekend? In dit geval volstaat enkel het geboortejaar.
6. Is het juist dat de juridische situatie niet meer moet worden meegedeeld? Inderdaad, de CKO zal deze informatie zelf ophalen in de Kruispuntbank voor Ondernemingen.
7. Wat verstaat men onder unieke identificatie van een debiteur wanneer die eveneens deel uitmaakt van een associatie? Voorbeeld: A en B zijn twee debiteurs die door eenzelfde deelnemer afzonderlijk worden gemeld met kredieten die ze uitsluitend in hun naam hebben verkregen. Zo is A gekend onder nummer 1 en B onder nummer 2. Wanneer ze samengaan in een associatie om kredieten aan te gaan, zal hun associatie worden geïdentificeerd aan de hand van een specifiek identificatienummer dat door de deelnemer wordt toegekend (bijvoorbeeld nummer 3). Binnen deze associatie zullen A en B worden gemeld aan de hand van het individueel nummer dat reeds voor beiden bestond bij de deelnemer, zijnde nr 1 en nr 2.
8. Wat gebeurt er wanneer eenzelfde debiteur binnen eenzelfde bijwerking meerdere keren wordt gemeld als nieuwe debiteur? De CKO zal in principe kunnen detecteren dat het om eenzelfde debiteur gaat. Vandaar dat het noodzakelijk is dat iedere debiteur wordt gemeld met zijn officieel nummer (ofwel het ondernemingsnummer ofwel het rijksregisternummer). Als dit uniek nummer wordt gebruikt voor alle mededelingen van deze debiteur, of hij nu al dan niet codebiteur is binnen een associatie, kan eenzelfde debiteur niet dubbel worden geregistreerd.
FAQ NL v0 4 - 26032010.docx
6. Het intern deelnemersnummer mag enkel worden gebruikt voor de debiteurs die noch een ondernemingsnummer, noch een rijksregisternummer hebben (buitenlandse debiteurs en sommige residente natuurlijke personen).
9. Kan een intern deelnemersnummer verder worden gebruikt wanneer de debiteur ondertussen een ondernemingsnummer of een rijksregisternummer heeft gekregen? Of moet de actiecode MODIDDEB hier worden gebruikt? De actiecode MODIDDEB kan in dit geval niet worden gebruikt; deze actiecode mag immers enkel worden gebruikt om een intern nummer te vervangen door een ander intern nummer. De identificatienummers gemeld door de deelnemer worden in de CKO-database opgeslagen samen met de officiële nummers; dit betekent dat de deelnemer om het even welke van deze nummers (dus ook de interne) verder kan gebruiken voor zijn reporting of raadpleging.
10. MODIDDEB: vervangt het nieuwe interne nummer het oude nummer voor alle kredieten van een debiteur? Juist. Als een deelnemer een reeds voorafgaandelijk gemeld nummer vervangt door een nieuw nummer, dan zal dit nummer het oude vervangen voor alle kredieten verbonden met deze debiteur, ook in zijn hoedanigheid van codebiteur in een associatie.
11. Mag een debiteur ook worden geschrapt wanneer hij slechts kort voordien binnen dezelfde maand werd gemeld? Een debiteur die in de loop van een maand werd geregistreerd met een actiecode DEB, mag, indien blijkt dat hij niet gemeld had moeten worden, door de deelnemer voor het einde van de maand worden geschrapt met een actiecode DELDEB.
12. Hoe moet een adres worden gemeld als straatnaam, huisnummer en busnummer geregistreerd zijn in een zelfde veld bij de deelnemer? Het is verkieslijk om straatnaam, huisnummer en busnummer te scheiden. Ook al stelt de aanwezigheid van deze gegevens in één veld geen probleem voor de CKO om een debiteur automatisch te identificeren, toch strookt dit niet met de uitwisselingsovereenkomsten met de buitenlandse Kredietcentrales. Ten behoeve van die Centrales worden deze drie gegevens door de CKO gescheiden (zowel wanneer ze de buitenlandse debiteurs meldt die kredieten hebben in België als wanneer ze de identificatiegegevens meldt van de Belgische debiteurs die kredieten hebben gekregen in het buitenland). Het huisnummer en busnummer zijn facultatieve zones. Er hoeft dus geen fictieve waarde te worden ingevuld als de correcte gegevens reeds aanwezig zijn in de zone van de straatnaam. 13. Moet een natuurlijk persoon - zelfstandige - die aan de CKO werd gemeld, ook worden gemeld wanneer hij stopt met zijn handel? De kredietgegevens geregistreerd bij de CKO moeten verder worden gemeld, behalve wanneer de kredietcontracten aan deze personen worden gewijzigd zodanig dat zij vallen onder de wet met betrekking tot de Centrale voor kredieten aan particulieren. In dat geval moet de debiteur op einde worden gezet door een actiecode STOPDEB.
FAQ NL v0 4 - 26032010.docx
7. 14. . Als er een STOPCRED gebeurt van een debtor, en twee jaar later moeten er opnieuw kredieten gemeld worden op deze debtor, is een DEB dan terug noodzakelijk? Neen, een DEB is niet meer nodig, maar mag wel gebruikt worden (bvb bij een niet-ingezetene om zeker te zijn dat de in de Centrale geregistreerde identificatiegegevens met de laatste overeenstemmen). Er kan dus onmiddellijk een CRED gebruikt worden. 15. Welke identificatiegegevens ontvangt de deelnemer terug vanwege de CKO bij de melding van haar residente debtors? De CKO zal in haar feedbacks voor die debiteuren: al de overige mogelijke bestaande identificatienummers (Rijksregisternummer, Ondernemingsnummer, Intern deelnemersnummer), meegeven en eveneens - de officiële gegevens van de residente debiteuren waarvoor een Rijksregister- en of Ondernemingsnummer teruggevonden wordt
BIJKOMENDE GEGEVENS: BEDRAG VAN DE WAARBORG, PROBABILITEIT VAN WANBETALING EN WANBETALING 1. Hebben de bijkomende gegevens betrekking op de debiteurs of op hun kredieten? Deze gegevens slaan op de debiteurs en niet op de kredieten. Vermits deze gegevens echter iedere maand opnieuw moeten worden aangepast, moeten zij worden gemeld via de actiecode CRED. Zelfs als er dus geen wijziging van die gegevens is van de ene tot de andere maand moeten zij maandelijks meegedeeld worden.
2. Hoe moet het te melden bedrag van de waarborg worden uitgerekend? Het totaal bedrag van de waarborg is het bedrag dat door de deelnemer wordt berekend volgens de regels die gelden binnen zijn instelling en die gebaseerd zijn op de definitie van Bazel 2, na toepassing van de eventuele haircuts. Dit vertegenwoordigt het bedrag dat zou gerecupereerd worden in geval de debiteur in gebreke blijft. 3. Welk bedrag melden wanneer het bedrag van de waarborg het bedrag van het krediet overschrijdt? Het totaal bedrag van de waarborg moet worden gemeld. Dit bedrag wordt niet begrensd in functie van de kredietopening(en), zelfs indien die kleiner zijn dan de waarborg.
4. Wat te doen als het bedrag van de waarborg nog niet werd bepaald op het moment dat de debiteur en zijn kredieten reeds moeten worden gemeld? Als de deelnemer het bedrag van de waarborg nog niet heeft kunnen bepalen maar toch reeds de debiteur en zijn kredieten moet melden aan de CKO, dan meldt hij een bedrag gelijk aan 0 wanneer hij de kredietgegevens voor de betrokken maand rapporteert. Hij meldt dan het juiste bedrag van de waarborg in de volgende reporting maand. Het veld "waarborg" moet verplicht worden ingevuld.
FAQ NL v0 4 - 26032010.docx
8. 5. Hoe moet de probabiliteit van wanbetaling en de waarborg worden berekend voor de associaties? Voor een associatie moet de probabiliteit van wanbetaling worden bepaald door de deelnemer zelf en worden gemeld voor de associatie (en niet voor zijn individuele composanten). De associatie wordt beschouwd als debiteur op zichzelf. Er moet dus slechts één waarde worden gemeld. Dit geldt eveneens voor de waarborgen.
6. Welk bedrag van wanbetaling moet worden gemeld? (Gewijzigd op 19/03/2010) a) Wanneer de debiteur zijn (terug)betalingsverplichtingen niet heeft nageleefd meer dan 90 dagen na de voorziene datum. Het gaat over de vervallen en niet betaalde bedragen (dit omvat het kapitaal en de contractuele intresten maar niet de nalatigheidsintresten). Geen vergoeding of schadeloosstelling mag in het bedrag van wanbetaling worden inbegrepen. Wanneer, tengevolge van een wanbetaling, het ganse kredietbedrag opeisbaar wordt, dan wordt dit pas na 90 dagen laattijdigheid beschouwd als wanbetaling. Het veld "bedrag van wanbetaling" moet verplicht worden ingevuld als er ook een datum werd ingevuld . Een bedrag 0 mag niet geplaatst worden wanneer er geen wanbetaling is. Het veld dient dan leeg te blijven (net als de datum) b) Indien de deelnemer oordeelt dat de debiteur zijn verplichtingen niet of slechts gedeeltelijk zal kunnen naleven. Hij kan hier dan het geschatte bedrag of een bedrag nul melden, samen met de datum.
7. Welke type van wanbetaling moet gemeld worden? (Gewijzigd op 19/03/2010) De twee types van wanbetaling beantwoorden aan verschillende definities. Zij kunnen afzonderlijk optreden, en in dat geval alleen gemeld worden. Of zij kunnen samen gemeld worden wanneer de deelnemer oordeelt dat de toestand van de debiteur aan de twee definities voldoet. 8. Hoe lang moet een wanbetaling worden gerapporteerd? Het bedrag van wanbetaling moet worden gemeld tot het wordt beschouwd als zijnde definitief oninbaar, zelfs wanneer er voor dit bedrag reeds een provisie voor wanbetaling werd aangelegd.
FAQ NL v0 4 - 26032010.docx
9.
9. Welke actiecode moet worden gebruikt om het einde van een wanbetaling te melden? (Gewijzigd op 19/03/2010) Indien de debiteur nog lopende kredieten heeft moet het einde van een wanbetaling worden gemeld aan de hand van een actiecode CRED wanneer voor die reporting date voor de betrokken debiteur nog geen rapportering werd gedaan of een actiecode CORCRED in het andere geval telkens door de velden "datum" en "bedrag" leeg te laten. Als de debiteur geen lopende kredieten meer heeft moet het einde van een wanbetaling gemeld worden met een actiecode STOPCRED. 10. Welk bedrag aan waarborgen dient gemeld te worden bij associaties Alleen de deelnemer zelf kan hierop een sluitend antwoord geven. Alhoewel, indien de betreffende co-debiteuren van die associatie apart waarborgen voor de kredieten aan de associatie geven moet dat bedrag opgegeven worden. 11. Hoe moet de probabiliteit van wanbetaling berekend worden bij associaties De keuze wordt overgelaten aan de deelnemers de PD-waarde voor de associaties te bepalen 12. Welke informatie omtrent de bijkomende gegevens wordt meegedeeld aan de deelnemers? De waarborgen en de probabiliteit van wanbetaling zijn twee elementen die door de CKO enkel gevraagd worden voor interne doeleinden binnen de Nationale Bank. Zij worden dus NIET verspreid aan de overige deelnemers als antwoord bij ondervragingen of in andere outputs (automatische terugzending). Bij wanbetalingen zullen enkel de gegevens over het "objectieve" type van wanbetaling ("90 days past due") vervat zijn in de antwoorden. Daarenboven zal de CKO die laatste uitsluitend meedelen aan die categorie van deelnemers die zelf dergelijke gegevens overmaken aan de Centrale. Die informatie zal, indien zij voorvalt bij meerdere deelnemers voor éénzelfde debiteur afzonderlijk gemeld worden, zonder de identiteit van de deelnemers vrij te geven.
FAQ NL v0 4 - 26032010.docx
10.
LEASINGMAATSCHAPPIJEN 1. Welke leasingmaatschappijen moeten rapporteren aan de CKO? Alle in België gevestigde leasingmaatschappijen die zijn erkend conform het artikel 2, §1 van het koninklijk besluit nr 55 van 10 november 1967 tot regeling van het juridisch statuut der ondernemingen gespecialiseerd in financieringshuur of leasing.
2. Hoe moeten de leasingmaatschappijen het bedrag berekenen van de waarborgen die ze hebben gekregen? Er bestaat slechts één manier om het bedrag van de waarborg te berekenen voor de leasingmaatschappijen. Het moet gelijk zijn aan het verschil tussen het initiële bedrag van het contract en de reeds uitgevoerde terugbetalingen: 'Initial amount - repayments already made'.
3. Moeten de kredieten die door een leasingmaatschappij worden verstrekt, eveneens worden gemeld aan de CKO? Neen. De leasingmaatschappijen moeten enkel de debiteurs melden waarmee ze een financieel leasingcontract hebben afgesloten, evenals de gegevens die daarop betrekking hebben.
KREDIETEN 1. Worden de buitenlandse kredieten die zijn toegestaan aan debiteurs die geregistreerd zijn in België en door de buitenlandse Kredietcentrales worden gecommuniceerd aan de CKO, nog steeds gemeld aan de deelnemers? A priori, neen. Deze gegevens, die worden uitgewisseld in het kader van een Memorandum of Understanding dat werd getekend door de centrale banken onder het toezicht van de ECB, zullen niet meer worden gemeld aan de deelnemers.
2. Moet een krediet gebonden aan een kredietkaart met betalingsuitstel maar zonder kredietlijn worden geregistreerd bij de CKO? Neen. Vermits het niet gaat over een contract van lening met gespreide terugbetalingen, moeten de bedragen gebonden aan deze kaart niet worden gerapporteerd aan de CKO.
3. Welke kredieten moeten aan de CKO niet meegedeeld worden? (Nieuw op 19/03/2010) Zijn van het toepassingsveld van de CKO uitgesloten: de kredieten waarvan de registratie geregeld is door de wet van 10 augustus 2001 betreffende de Centrale voor Kredieten aan Particulieren; de kredieten afgesloten door in het buitenland gevestigde bijkantoren van kredietinstellingen van Belgisch recht en toegekend aan niet-ingezetene natuurlijke personen buiten het kader van hun handels-, beroeps- of ambachtelijke activiteiten; de kredieten die geheel of gedeeltelijk onder het toepassingsveld vallen van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet; de kredieten zoals bedoeld in artikel 3, §1, 3°, 5° en 9° van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet.
FAQ NL v0 4 - 26032010.docx
11.
FAQ NL v0 4 - 26032010.docx