Centrum voor obesitas Onderzoek en behandeling
Gastric Bypass
H. Hartziekenhuis Mol Vertrouwen in professionele zorg
H. Hartziekenhuis Mol Gasthuisstraat 1 2400 Mol Tel. 014/71 20 60 • Fax 014-71 23 50 E-mail: o b e s i ta s @ a z m o l . b e www.azmol.be • www.obesitas.be
Raadplegingen: Afspraken secretariaat: Tel. 014-71 20 00
Voorwoord U ondergaat binnenkort of onderging reeds een gastric bypass. Deze ingreep behoort tot één van de ingrepen welke voor overgewicht kunnen worden uitgevoerd. In overleg met u, uw huisarts en de verscheidene leden van het multidisciplinaire obesitasteam werd deze techniek uitgekozen als de meest aangewezen voor de behandeling van uw overgewicht en het voorkomen van de mogelijke gevolgen ervan. Deze brochure dient om u informatie te verschaffen: hoe de ingreep verloopt en wat het inhoudt
n
welke risico’s verbonden zijn aan deze techniek
n
welke verwikkelingen zich kunnen voordoen
n
hoe de hospitalisatie verloopt
n
wanneer u uw geneesheer moet contacteren
n
welke voedingsadviezen u moet volgen.
n
De informatie heeft een algemeen karakter en is bestemd om u in de mate van het mogelijke te informeren. Dit document kan echter niet alle aspecten van deze ingreep bespreken. Uw chirurg zal u zeker kunnen antwoorden op alle vragen omtrent uw ingreep. Wanneer u alle informatie hebt doorgenomen en voldoende de tijd hebt genomen om vragen te stellen en de ingreep in de eerste plaats met uw huisarts maar ook met familie te bespreken, zal u gevraagd worden een document (“Informed consent”) te ondertekenen waarmee u aangeeft voldoende ingelicht te zijn.
1
Gastric Bypass Normaal gezien heeft de maag een grote capaciteit zodat een grote hoeveelheid voedsel kan gegeten worden vooraleer een verzadigingsgevoel optreedt. Na passage door de maag wordt het voedsel verteerd en opgenomen ter hoogte van de dunne darm. Onverteerde voedselresten en vezels passeren de darm tot ze worden uitgescheiden. Er bestaan verschillende operatieve technieken in de behandeling van zwaarlijvigheid, om u te helpen vermageren. Sommige operaties zorgen ervoor dat de hoeveelheid voedsel die men kan eten tijdens een maaltijd, sterk wordt beperkt (restrictie). Andere operaties zorgen er dan weer voor dat het voedsel minder door het lichaam wordt opgenomen (malabsorptie). De Gastric Bypass ingreep (uitsluiten van de maag, twaalfvingerige darm en deel dunne) werkt hoofdzakelijk doordat de hoeveelheid voedsel die u tijdens een maaltijd kan eten sterk wordt beperkt, zonder hongergevoel en met een langdurig volheidgevoel. Tevens wordt de opname van vetten licht beperkt doch dit is eerder minimaal. Het eten van hoogcalorische voedingsbestanddelen, voornamelijk suikers, zal tevens een onbehaaglijk gevoel geven en dit zal bijdragen tot meer evenwichtige eetgewoonten na de operatie.
2
De
ingreep
Bij de Gastric Bypass operatie wordt een klein maagreservoir en een nieuwe kleine maaguitgang gecreëerd. Het volume van de maag wordt herleid tot de grootte van een borrelglaasje (15 tot 25 ml). De nieuwe kleine uitgang van de maag betekent dat de maag trager ledigt. De diameter van de nieuwe uitgang is ongeveer 12 mm. Door deze twee aanpassingen zal een kleine hoeveelheid voedsel snel een verzadigings- of volheidgevoel geven en bovendien gedurende California Pasific Medical Center een langere periode. Dit helpt u minder te eten en aldus te vermageren. Het voedsel komt via de kleine maaguitgang dadelijk in de dunne darm terecht en passeert de rest van de maag, de twaalfvingerige darm en 150 cm dunne darm niet. Met behulp van nietjes wordt in het bovenste gedeelte van de maag een nieuw klein maagreservoir gecreëerd. Dit nieuwe reservoir heeft geen doorgang meer naar de rest van de maag. De dunne darm wordt opgehaald en verbonden met de nieuwe maag. Via de smalle doorgang gaat het voedsel van de nieuwe maag dadelijk naar de dunne darm. De ‘oude’ maag, de twaalfvingerige darm en 150 cm dunne darm worden aldus overbrugd of ‘gebypassed’. De dunne darm in het verlengde van de twaalfvingerige darm (met gal en pancreassappen) wordt opnieuw verbonden met de dunne darm die het voedsel krijgt van de kleine nieuwe maag. Deze nieuwe verbinding zorgt er dus voor dat het maag-, gal- en pancreassap met het voedsel kan worden vermengd. Dit is noodzakelijk voor een normale vertering. Na de ingreep kan het overbrugde gedeelte van de maag en de twaalfvingerige darm nog moeilijk met een camera worden onderzocht gezien de nietjeslijn de doorgang van de camera belemmert. 3
Complicaties 1. Tijdens en onmiddellijk na de ingreep De Gastric Bypass operatie is geen kleine operatie en door uw overgewicht heeft u een grotere kans op complicaties in vergelijking met iemand zonder overgewicht. Sommige complicaties kunnen zich voordoen tijdens de operatie of in de periode onmiddellijk na de operatie tijdens de ziekenhuisopname. Complicaties die zich kunnen voordoen zijn: een bloeding
n
een verwonding aan een buikorgaan
n
een verwikkeling aan de longen (longontsteking)
n
een hartaanval
n
een naadlekkage
n
een obstructie of passagehinder ter hoogte van het maagdarmstelsel
n
een ontsteking aan de urinewegen
n
een wondinfectie
n
trombose (bloedklonters) in de aders van de benen met mogelijk een long
n
embolie als gevolg ...
n
Deze lijst is niet volledig. Er is een zeer klein doch niet onbestaand risico op overlijden ten gevolge van complicaties. Uiteraard worden speciale maatregelen genomen om het risico op deze complicaties zo klein mogelijk te houden.
2. Complicaties in een later stadium na de ingreep Behalve de bovenvermelde complicaties kunnen zich later ook nog andere verwikkelingen voordoen. We vermelden opnieuw de meest voorkomende. Ook deze lijst is niet volledig. a.
Vertraagde
wondheling
Door de aanwezigheid van veel onderhuids vet zijn de wondranden soms slecht doorbloed. Dit is soms verantwoordelijk voor een vertraagde wondheling. Dit betekent dat de huid over een gedeelte van de wonde opnieuw open komt te staan na het verwijderen van de hechtingen. Als dit zich voor4
doet wordt gewoonlijk wat vocht uitgescheiden via de opening. Als dit vocht geïnfecteerd is, spreken we van een wondinfectie. Soms beslist de chirurg zelf de huid opnieuw wat te openen om een vochtcollectie te draineren. De opening in de huid groeit steeds vanzelf weer dicht. Deze verwikkeling is minder frequent na een kijkoperatie. b.
Littekenbreuk De plaats van incisie of insnede wordt een zwakke plaats in de spierwand van de buik. Op de plaats van het litteken kan soms een breuk ontstaan. Een breuk wordt heelkundig hersteld. Ook hier zijn de risico’s kleiner na een kijkoperatie.
c.
Obstructie Ten gevolge van vergroeiingen in de buik die zich bij om het even welke ingreep in de buik kunnen voordoen, kan de normale darmdoorgang worden belemmerd. Soms is een ingreep nodig om deze vergroeiingen los te maken.
d.
Galstenen Na de operatie bestaat een verhoogde kans op het ontwikkelen van gal stenen.
e.
Tekorten
aan ijzer, foliumzuur, vitamines en mineralen
Deze tekorten kunnen zich voordoen, voornamelijk tijdens de periode van het vermageren. Op aanwijzing van de chirurg neemt u best van bij het begin ijzer, foliumzuur, vitamines en mineralensupplementen. Op regelmatige tijdstippen wordt een bloedonderzoek verricht om eventuele tekorten op te sporen. Bij vit B12-tekort dient dit soms met injecties te worden gecorrigeerd. f.
Haarverlies Haarverlies treedt vaak op bij snel vermageren. Ongeveer de helft van alle patiënten ondervinden dit in meer of mindere mate het eerste jaar na de ingreep. Het haarverlies is echter tijdelijk en nooit volledig. Bovendien is het begin van het haarverlies vaak een teken van herstel. 5
g.
Vernauwing aan de uitgang van de maag Zelden kan de nieuwe maaguitgang vernauwen en aanleiding geven tot overmatig braken. Oprekken van de vernauwing via gastroscopie of onder radiografische controle kan dit verhelpen. Zelden is een nieuwe operatie noodzakelijk.
h.
Maagzweer Een zweertje in de buurt van de nieuwe maaguitgang treedt zelden op. Dit kan meestal worden behandeld met medicatie die de zuurproductie in de maag afremt. Bovendien zal voor de ingreep aan de hand van het resultaat van een gastroscopie, een behandeling gebeuren van eventuele vooraf bestaande maagzweertjes wat de kans op deze verwikkeling aanzienlijk verkleint. Na de ingreep wordt een kleine dosis van een zuurremmer voorgeschreven voor een periode van een maand om deze complicatie te vermijden.
i.
Gewichtstoename
na de ingreep
Hiervoor kunnen een aantal redenen zijn: 1. Uitzetten van de nieuwe maag
Als de nieuwe maag stelselmatig wordt overvuld zal ze geleidelijk uitzetten en zal de hoeveelheid voedsel die u kan eten tijdens een maaltijd toenemen. Het uitzetten van de nieuwe maag kan ook het gevolg zijn van een te nauwe uitgang.
2. Uitzetting van de maaguitgang
Dit kan tot gewichtstoename leiden doordat de maag sneller kan ledigen en het verzadigingsgevoel minder lang bestaat waardoor u dus meer gaat eten. Na een periode van gewichtsverlies, die tot 18 maanden kan duren, is er vaak een gewichtstoename van enkele kilo’s (max. 10% van het overgewicht) vooraleer het gewicht stabiliseert.
6
De
chirurgie d . m . v. laparoscopie
Algemene inlichtingen die gelden voor alle laparoscopische ingrepen In normale toestand is de buikinhoud in nauw contact met de buikwand. Om een ruimte te creëren die het mogelijk maakt een videocamera binnen te brengen moet er dus eerst een soort ‘luchtbel’ worden aangelegd om in te werken, en dit gebeurt door de buik op te vullen met koolzuurgas bij het begin van de ingreep. Wanneer de werkruimte is aangelegd, gebruikt de chirurg ‘trocars’, holle kokertjes voorzien van kleppen, die het mogelijk maken instrumenten naar binnen en buiten te brengen zonder het gas te verliezen. De trocars worden aangebracht door kleine insnijdingen in de huid op de buikwand. Met speciaal aangepaste instrumenten doorheen deze trocars wordt de ingreep uitgevoerd. Uw chirurg hanteert de instrumenten langs de buitenzijde van uw buik, en volgt de operatie aan de binnenzijde op een televisiescherm. Bij het ontwaken kan u pijn voelen aan de schouders. Deze pijn wordt veroorzaakt door prikkeling van het middenrif, ontstaan door kleine hoeveelheden overblijvend koolzuurgas. Dit overblijvende gas zal echter snel en zonder gevaar voor uw organisme worden geabsorbeerd. De pijn is tijdelijk en verdwijnt snel, binnen enkele uren tot dagen na de operatie. Na het verwijderen van de trocars kan een bloeduitstorting ontstaan welke spontaan verdwijnt zoals bij een kneuzing. Ook bij een kijkoperatie worden wondcomplicaties beschreven zoals een wondinfectie en littekenbreuk. De chirurgische instrumenten die worden gebruikt zijn niet dezelfde als de instrumenten die worden gebruikt bij de klassieke ‘open buik’-operaties. Sommige instrumenten kunnen niet opnieuw gebruikt worden bij een andere patiënt. Zij worden na gebruik weggeworpen. Zij worden ook wel ‘disposables’ genoemd. We vestigen uw aandacht op het feit dat het materiaal voor éénmalig gebruik niet altijd wordt terugbetaald door het RIZIV.
7
Het Voor
hospitaalverblijf
de operatie
Voor de opname in het ziekenhuis werden uw vooronderzoeken reeds uitgevoerd in samenwerking met de huisarts of via de obesitaskliniek. Indien u een obesitasboekje hebt (follow-up logboek) moet u het beslist meenemen. Ook kopieën van resultaten van onderzoeken en het bloedgroepkaartje neemt u best mee. Als er nog vragen zijn na grondig doornemen van deze brochure en de uitleg van uw chirurg, schrijft u die best op een papiertje om ze niet te vergeten. De dag voor de ingreep moet reeds intensief gestart worden met ademhalingsoefeningen, zoals uitgelegd door de fysiotherapeute. Het best start u die oefeningen al een week voor uw ingreep. Zo kunnen belangrijke longproblemen na de ingreep vermeden worden. De avond vóór de operatie moet u nuchter blijven vanaf middernacht. Indien u dagelijks geneesmiddelen inneemt, moet u dit melden aan uw chirurg of aan zijn medewerker. Indien u aspirine neemt, anticoagulantia (geneesmiddelen die de bloedstolling vertragen) of anti-inflammatoire geneesmiddelen (tegen artritis, artrose,...) moet u hierover spreken met uw chirurg, dit om de datum te bepalen waarop u de geneesmiddelen tijdelijk stopzet. De avond vóór de ingreep zullen alle aspecten van de narcose (verdoving) besproken worden door de anesthesist. U zult, indien mogelijk, een epidurale katheter krijgen die na de operatie zal zorgen voor de nodige pijnstilling. Indien deze niet kan geplaatst worden zal in een andere vorm van pijnstilling worden voorzien. Verwikkelingen van de techniek evenals de verschillende mogelijkheden van pijnstilling zullen met u de avond voor de ingreep besproken worden door de anesthesist. U zal zich gedurende de operatie, die vaak minder dan een uurtje in beslag neemt, onder algemene anesthesie (narcose) bevinden. 8
Na
de operatie
U brengt waarschijnlijk 1 dag door op de intensieve afdeling. Gezien de epidurale pijnstilling uw blaas verlamt zal er eveneens een blaassonde geplaatst zijn. Mogelijk werd een drain geplaatst om wondvocht te verwijderen. De meeste van de sondes zijn na enkele dagen verwijderd, na akkoord van de chirurg. De voeding wordt geleidelijk opgestart volgens een vast schema. Zo kan gestart worden met drinken op de 1ste postoperatieve dag. Na de ingreep zal er vaak benadrukt worden dat vroegtijdig moet worden gemobiliseerd en dat u zoveel mogelijk maar minstens om het uur enkele malen diep moet ademen en eventjes hoesten. De diëtiste zal met u bespreken hoe de voeding het best wordt samengesteld naar het ontslag toe. Vanaf de 3de dag na de ingreep kan een ontslagdatum worden gekozen. U verblijft uiteindelijk 3 tot 5 dagen na de ingreep in het ziekenhuis. De anti-trombosekousen dient u thuis verder te dragen tot u voldoende in beweging bent.
Na
vertrek uit het ziekenhuis
De eerste controle (een week na ontslag) gebeurt bij uw huisarts. Daarop volgend wordt u volgens een vast schema uitgenodigd voor postoperatieve controle. Neem steeds uw obesitasboekje of follow-up logboek mee als u dat heeft. Geregelde bloednames zullen noodzakelijk zijn om bepaalde tekorten op te sporen. Na stabilisatie kunnen verdere controles gebeuren bij de huisarts. Om de opvolging te optimaliseren en een strikte controle mogelijk te maken is samenwerking met uw huisarts van groot belang. De chirurg zal u tevens vitamines voorschrijven om tekorten te voorkomen. Na bloedname kan het noodzakelijk zijn om gericht extra vitamines toe te dienen. Soms zijn daarvoor injecties noodzakelijk of een infusie. In principe is na een gastric bypassoperatie orale anticonceptie ("de pil") onbetrouwbaar en dient u, in overleg met uw gynaecoloog, andere methodes van anticonceptie (vb: spiraaltje, prikpil, condoom, ...) aan te wenden. De voeding blijft een belangrijke factor na thuiskomst. Daar leest u verder in de brochure meer over. 9
Wanneer
uw chirurg of huisarts contacteren ? Naast de postoperatieve controle, moet u absoluut uw geneesheer contacteren wanneer u bijvoorbeeld één van de volgende situaties vaststelt. een aanhoudende koorts
n
rillingen
n
bloedingen
n
een toenemende zwelling van de buik
n
toenemende pijn
n
aanhoudende misselijkheid of braken
n
blijvende diarree
n
aanhoudende hoest of ademhalingsmoeilijkheden
n
Nog
vragen ?
Schrijf ze hier bij zodat u ze kan stellen aan uw chirurg. 1.
2.
3.
4.
5.
10
Voedingsadvies In dit hoofdstuk vindt u informatie over de juiste keuze van het voedsel dat noodzakelijk is voor de groei en het onderhoud van bloed, weefsel en organen. Gezien de kleine maaltijden na de Gastric Bypass is het immers belangrijk een gezonde voeding na te streven, om zo tekorten en de mogelijke nadelige gevolgen ervan, te vermijden of minimaliseren. Een goede voeding is belangrijk voor een goede gezondheid. Bovendien zijn de principes van een gezonde voeding heel eenvoudig. Aan de hand van de voedingsdriehoek (de basis van een gezonde voeding) wordt uw voeding aangepast. Om uw lichaam de nodige vitamines en mineralen te verschaffen die u nodig hebt voor uw herstel en uw dagelijkse energie is het belangrijk deze richtlijnen te volgen.
Alvast veel succes.
11
Algemene
richtlijnen na de
Gastric Bypass
1. Aangepast eetgedrag Neem aan tafel een correcte positie aan.
n
Gebruik kleine maaltijden en eet rustig, gebruik naast de 3 hoofdmaaltijden
n
nog enkele gezonde tussendoortjes. Stop onmiddellijk met eten bij het eerste gevoel van volheid. Eén of twee hap-
n
pen meer kan braken veroorzaken. Als u moeilijkheden hebt met het inschatten van de hoeveelheden raadpleegt u uw voedingsdeskundige om een voedingsschema op te stellen. Te veel drinken en eten kan uw maag uitzetten en een verminderd gewichtsverlies veroorzaken. Kauw goed en drink niet tijdens de maaltijden.
n
Drink langzaam, gebruik geen koolzuurhoudende dranken
n
Misselijkheid en braken zijn de meest voorkomende problemen de eerste 5
n
maanden na gastric bypass. Ze zijn te wijten aan: te vlug eten
n
drinken tijdens de maaltijden
n
niet goed kauwen
n
meer eten dan het maagvolume toelaat.
n
2. Aangepaste voeding Door het verkleinde maagvolume en de bypass moet de voeding aangepast worden om zo ongemakken te voorkomen. De voeding wordt uitgebreid volgens een aangepast schema dat hieronder beschreven wordt. Één grote overeenkomst: de inname van suikers. Doordat de suikers te snel in de dunne darm terechtkomen, ontstaat het DUMPING SYNDROOM:
12
Misselijkheid
Futloosheid
Krampen
Zweten
Diarree
Versneld hartritme
Daarom: Vermijd het gebruik van zuivere suiker, neem een kunstmatige zoetstof in de
n
plaats. Vermijd snoepgoed en gebak, koekjes en chocolade, confituur, choco of
n
honing. Vermijd het gebruik van gesuikerde dranken en alcohol.
n
Opgelet met gesuikerde yoghurt of yoghurt met fruit.
n
De voedingsaanpassing bij Gastric Bypass bestaat uit verschillende fases: van vloeibaar, via gemixte voeding, tot uiteindelijk een eiwitrijke vaste voeding. De maaltijden zijn veel kleiner dan normaal, en het voedsel moet veel zachter zijn van structuur. In elke fase is het belangrijk om voldoende water te drinken doch niet tijdens de maaltijd.
De
verschillende fases
Fase 1 Vloeibare voeding gedurende 3 tot 4 weken: Maak gebruik van: Magere melkproducten
n
- Magere melk - Magere yoghurt - Magere platte kaas - Magere pap + kunstmatige zoetstof Fruitsappen – groentesappen
n
Gemixte soep – bouillon
n
Eiwitverrijkte bijvoeding (vraag raad aan uw voedingsdeskundige)
n
In het begin dient traag gedronken te worden: 1 glas over ongeveer 30 minuten.
13
Fase 2 Geleidelijk overschakelen naar een gemixte voeding. Volgende voedingsmiddelen kunnen geleidelijk worden toegevoegd: 1. Kleine hoeveelheden gemixt of gestoofd fruit zonder suiker. 2. Kleine hoeveelheden aardappelpuree en gekookte gemixte groenten 3. Kleine hoeveelheden gekookte vis, gekookt ei of gepocheerd ei. Als dit goed verdragen wordt, kan gemalen vlees/ kip toegevoegd worden. 4. Brood zonder korst. Beleg met zachte smeerkaas, vleeswaren of vis.
Dagschema
zachte voeding zonder suiker.
Ontbijt
n
1 à 2 sneden niet vers brood of beschuiten of toast besmeerd met minarine met maximum 25% vetstof, zachte belegsoorten, koffie of thee 10 uur
n
mager ongesuikerd melkproduct 12 uur
n
gemixte ontvette groentesoep puree gemixte gekookte groenten gekookte vis/gekookt of gepocheerd ei 16 uur
n
glas fruitsap 18 uur
n
1 à 2 sneden niet vers wit brood of beschuiten of toast besmeerd met minarine zacht broodbeleg koffie of thee 20 uur
n
mager melkproduct zonder suiker
14
Fase 3 Vaste eiwitrijke voeding Omdat
men
evenwichtige ons
daarvoor
maar en op
kleine gezonde de
hoeveelheden voeding
kan
opnemen,
noodzakelijk.
voedingsdriehoek.
We
houden
We ons
is
een
baseren daarbij
aan 3 BASISREGELS:
1. EVENWICHT
2. AFWISSELING
3. GEMATIGDHEID
15
De Actieve Voedingsdriehoek restgroep smeer- en bereidingsvet
melkproducten en calciumverrijkte sojaproducten
groenten
vlees, vis, eieren vervangproducten
fruit
graanproducten aardappelen
water beweging
De voeding aangepast aan de voedingsdriehoek: de voedingsdriehoek maakt op eenvoudige manier duidelijk waaruit een evenwichtige dagvoeding moet bestaan om voldoende voedingsstoffen op te nemen en welke de variatiemogelijkheden er zijn binnen dezelfde voedingsmiddelengroep. De grootte van de vakken in de driehoek geeft aan hoeveel er verhoudingsgewijs het best van gebruikt wordt. 16
1. Belang van voldoende lichaamsbeweging beweging
Fysieke activiteit heeft heel wat voordelen: ze vermindert de kans op hart- en vaatziekten, hoge bloeddruk, osteoporose en diabetes type 2. Verder kan het de slaapgewoonten en de lichaamssamenstelling verbeteren (minder lichaamsvet en meer spiermassa), overgewicht helpen voorkomen en positief werken bij stress. Drie tot vijf keer per week gedurende 20 minuten intensief bewegen geeft de grootste gezondheidswinst. Dat is echter niet altijd en voor iedereen haalbaar. Recente onderzoeken wijzen bovendien uit dat langer durende matig inspannende bewegingen het beste blijvende resultaat opleveren met een minimaal risico voor ongewenste neveneffecten. Onder matige fysieke inspanningen, waarbij u lichtjes buiten adem geraakt, wordt onder meer verstaan wandelen of flink doorstappen, zwemmen, fietsen, dansen en trappen lopen.
Aanbeveling De aanbeveling luidt minstens 30 minuten per dag voor volwassenen en minstens 60 minuten voor kinderen en jongeren. De tekeningen in de beweeglaag beelden dagelijks aanbevolen beweegactiviteiten uit die een matige fysieke inspanning vragen, zoals fietsen, stevig doorstappen, traplopen, zwemmen, dansen en balsporten. De kinesist kan u nog heel wat meer vertellen over hoe u dat alles het beste aanpakt.
17
2. Water water
Energievrije dranken Voldoende drinken (tot minstens 1,5 L/dag) is niet alleen nodig voor het goede verloop van alle lichaamsprocessen, maar zorgt bovendien op zich al voor enige verzadiging, zonder dat er energie geleverd wordt. Vrij te gebruiken zijn ongesuikerde dranken: thee, koffie (met mate), mineraal water, spuitwater (vermijd te veel koolzuur), ontvette vleesbouillon, groentesap, light frisdranken (tot een halve liter per dag). Let echter wel op met vruchtensappen. Zelfs ‘ongezoete’ vruchtensappen bevatten namelijk natuurlijke suikers die afkomstig zijn van het fruit zelf. Vocht dient opgenomen te worden tussen en niet tijdens de maaltijden. Dus niet drinken een half uur voor en een half uur na de maaltijd. Drink langzaam en bij voorkeur geen bruisende dranken.
18
3. Graanproducten
en aardappelen graanproducten aardappelen
Koolhydraten zijn een verzamelnaam voor suikers en zetmeel. Ze komen echter onder verschillende vormen in de voeding voor. De TRAAG OPNEEMBARE KOOLHYDRATEN zijn de zetmeelproducten zoals brood, deegwaren, bruine rijst,... zij hebben de absolute voorkeur. De vezels spelen een belangrijke rol in het verzadigingsproces. De SNEL OPNEEMBARE KOOLHYDRATEN zijn de suikers. Ze zijn te mijden. Tafelsuiker, klontjes en witte suiker, bruine suiker, kandijsuiker en alle producten bereid met suiker, zoals: - confituur, honing,... - koekjes, gebak,... - alle snoepgoed,... - alle frisdranken (te vervangen door lightdranken)
Bij voorkeur te gebruiken na de Gastric Bypass: Beschuit, geroosterd brood, toast,...
n
Bruin brood, wit brood (*)
n
Ongepelde rijst en deegwaren
n
Gekookte en gestoomde aardappelen.
n
(*) Tracht opbouwend te werken door eerst beschuit en geroosterd brood (fase 2) en nadien over te schakelen naar gewoon bruin brood. Let wel: enige voorzichtigheid is geboden met: 19
Dagvers brood verteert moeilijker en kan door opslorpen van vocht een voed-
n
selprop maken. Volkoren brood en volkoren beschuit (zeer hoog gehalte aan voedingsve-
n
zels) Popcorn
n
Voedingsvezel: graanproducten, brood, rauwe groenten, fruit Voedingsvezels zijn delen van planten die niet verteerd worden door de menselijke spijsverteringsenzymen. Sommige vezels hebben de eigenschap water aan te trekken en vast te houden zodat het voedselvolume toeneemt. Door het kleinere maagvolume na Gastric Bypass worden daarom voedingsmiddelen met een hoog gehalte aan voedingsvezel best vermeden.
4. Groenten
en fruit
groenten
fruit
(Fructose, voedingsvezel, vitamines, mineralen) Hiervan zijn in een gezonde voeding ook flinke hoeveelheden voorzien: o.a. 2 à 3 stuks fruit per dag en een ruime portie groenten (zo’n 300 g). Opgelet met citrusvruchten. Variatie is van belang voor de aanbreng van verschillende soorten vitamines en mineralen. Aan te raden voedingsmiddelen na Gastric Bypass Zachte groenten zoals: gestoofde andijvie, witlof, prei, spinazie, asperges,
n
stoofsla, bloemkool, tomaten, wortelen (niet rauw),... Zacht fruit zoals: abrikozen, pruimen, perzik, blikfruit zonder suiker
n
Appel, peer, grapefruit, sinaasappel,...
n
20
Moeilijker te verteren en best te vermijden na Gastric Bypass Rauwe groenten
n
Vezelrijke groenten zoals: bonen, selder, erwten, kolen,...
n
Zwaar verteerbare groenten zoals: spruiten, paprika,...
n
Gedroogd fruit
n
Kokosnoot
n
Vliesjes van sinaasappel en pompelmoes
n
5. Melkproducten – vlees, vis, eieren – vervangproducten Verder naar boven in de driehoek staan aan de ene kant MELKPRODUCTEN en KAAS (eiwitten, calcium, vitaminen, vetten) en aan de andere kant VLEES, VIS, EIEREN (eiwitten, ijzer, vitaminen, vetten) en VERVANGPRODUCTEN (peulvruchten en sojaproducten)
melkproducten en calciumverrijkte sojaproducten
vlees, vis, eieren vervangproducten
Deze twee ‘vakken’ van de driehoek zijn zeer belangrijk na uw ingreep. Zij leveren ons eiwitten en calcium. EIWIT is een belangrijke voedingsstof, omdat het een bouwsteen vormt van de structuur van elke cel in het lichaam. Eiwit is nodig voor de groei en de vorming van nieuwe weefsels en tevens voor het herstellen van beschadigde weefsels.
21
Bronnen: In tegenstelling tot wat veel mensen denken is vlees niet de belangrijkste bron van proteïnen, dat zijn namelijk granen. Daarna komen de peulvruchten en daarna pas vlees en vis. De proteïnen in vlees zijn echter wel van hogere kwaliteit. CALCIUM. Onze beenderen zijn voor het grootste gedeelte opgebouwd uit mineralen, vooral calcium. De sterkte van ons beendergestel is afhankelijk van de calciuminname. Een tekort zou aanleiding kunnen geven tot breuken zonder te vallen of stoten, zeker in combinatie met vitamine D tekort.
Bronnen: Er zit veel calcium in volle granen en niet-geraffineerde graanproducten, donkere bladgroenten zoals boerenkool, kool, broccoli, mosterd en raap. Deze bevatten goed absorbeerbaar calcium omdat ze laag zijn in zogenaamde oxaalzuren. Verder is het ook te vinden in wortels, zeewier, rabarber, bloemkool, peulvruchten, dadels en vijgen, zaden en noten, alfalfa en agar agar. Ook in eieren Melk en melkproducten blijven echter de belangrijkste bronnen van calcium in onze voeding. Calcium aanwezig in melk heeft het voordeel heel goed opgenomen te worden. Bevorder een goed calciummetabolisme door eenvoudige dingen: Voldoende vit. D door blootstelling aan de zon en door melk, eieren, vis,
n
margarine Beperk alcohol, tabak en koffie: ze hebben een nadelige invloed op het cal-
n
ciummetabolisme Doe regelmatig aan lichaamsbeweging
n
Na Gastric Bypass: Melk en melkbereidingen of yoghurt moeten elke dag op het menu staan, maar mogen de andere voedingsmiddelen niet verdringen. Deze mogen dus wel als tussenmaaltijden gebruikt worden, maar niet als vervanging voor een hoofdmaaltijd. 22
Kaas: de meeste kaassoorten worden goed verdragen, vooral smeerkaas, witte kaas en sneetjes gesmolten kaas. Ook de vaste kaas kan, mits goed kauwen, gebruikt worden. Eieren: kunnen gebruikt worden in alle vormen, gekookte eieren eventueel pletten. Vlees: vormt over het algemeen wel een probleem. Vooral gebakken, gebraden en gestoofd vlees is moeilijk te verteren. Gevogelte zonder vel kan echter wel gebruikt worden. Filet americain, gehakt en paté worden doorgaans wel goed verdragen. Vis: wordt doorgaans beter verdragen. Best te gebruiken in gepocheerde vorm en niet in gebakken vorm. Probeer tot 2 maal per week vis in te schakelen. Gebruik bij voorkeur magere producten.
6. Smeer-
en bereidingsvet
smeer- en bereidingsvet
Vetten zijn in vele voedingsmiddelen uit de andere groepen ‘verborgen’ aanwezig en de groep vetstoffen moet daarom op zich ook zeer klein zijn. Kies bij voorkeur producten met overwegend onverzadigde vetten. Deze vindt u in olijfolie, arachide-, vis-, soja- en zonnebloemolie en in zachte margarines en minarines. Het is aangeraden schraal te smeren en het gebruik van vetstoffen tijdens de warme maaltijden te minimaliseren. Te veel vet vertraagt bovendien de maaglediging en kan aanleiding geven tot reflux en brandend maagzuur. 23
Gebruik dus bij voorkeur als Bereidingsvet: olie of margarine van plantaardige oorsprong
n
Broodsmeersel: minarine of margarine van plantaardige oorsprong
n
7. De
restgroep
restgroep
Het topje van de voedingsdriehoek omvat een afzonderlijk zwevend gedeelte waarin u alle voedingsmiddelen kunt plaatsen die strikt genomen niet nodig zijn in een evenwichtige voeding. Zoetigheden, snoepjes, alcoholische en suikerrijke dranken, mayonaise, noten,... enz. De restgroep levert meestal voornamelijk vetten en suikers, zijn vaak zeer calorierijk. Dus NIET nemen om 3 redenen: 1. calorierijk 2. vitamine-arm 3. veroorzaakt onvoldoende gewichtsverlies
Besluit De beslissing om deze ingreep uit te laten voeren is misschien één van de belangrijkste en meest ingrijpende beslissingen die u nam en zo hoort het ook. Zij moet een ommekeer bieden aan de stroomversnelling van vergaande problemen met uw gezondheid ten gevolge van het overgewicht. Zorg er daarom voor dat u deze kans ten volle benut. Veel sterkte en succes. 24
Een Het
multidisciplinaire aanpak
team
Dr. R. Ceulemans: Bariatrisch chirurg Dr. I. Jacobs: Bariatrisch chirurg Dr. M. Michiels: Bariatrisch chirurg Joke Ramakers: Diëtiste Obesitaskliniek Magda Maes, Rita Engelen: Diëtisten Hospitaal Bruno Marck: Kinesitherapeut An Strauven, Els Myncke: Psychologen Dr. T. Lim: Endocrinoloog Krista Jacobs: Diëtiste Diabetesconventie Dr. W. Alderweireldt, Dr. L. Peeters: Gastro-enteroloog internisten Dr. J. Haerden, Dr. T. Dieudonné: Pneumologen Dr. H. Striekworld, Dr. P.E. Baetslé, Dr. A. Basoglu: Cardiologen Dr. E. Lemmens: Plastisch chirurg Lutgart Deliën, Karolien Cools: Medische secretaressen Diensten: Daghospitaal, Sociale dienst,
Orthopedie, Gynaecologie, Radiologie
25