Centrale Cliëntenraad
Jaarverslag 2014
Centrale Cliëntenraad Rivierduinen
1
Centrale Cliëntenraad Inhoudsopgave
Pagina
Voorwoord
3
Uitgebrachte adviezen in 2014 2.1 Gevraagde adviezen 2.1.1. Begroting
5
2.1.2. Grofontwerp organisatie en sturing van de zorgcentra
6
2.1.3 Personele unie Kinder- en Jeugd GGZ en spécialités
7
2.1.4. Regeling weekend verlof 6 maart
8
2.1.5. Rookbeleid 7 maart
8
2.1.6. “Plan voor afdeling zorg en kwaliteit” 27 maart 2014
9
2.1.7. Advies “de behandeling van persoonlijkheidsstoornissen in de toekomst 9 2.1.8. Voordracht kandidaat DAZ samengevoegde centra K&J en spécialité
12
2.1.9. Alle hens aan dek
13
2.1.10. Restauratieve voorzieningen
16
2.11. Advies klachtfolders
16
2.12. Startnotitie en plan van eisen schoonmaak
16
2.13. Jaarverslag suïcide review commissie 2013
17
2.14. Adviesaanvraag instellen commissie Verplichte Zorg
18
2.2 Ongevraagde adviezen 2.2.1. Geestelijke verzorging
19
2.2.2. Folder “Klachten? Wij maken er een punt van!”
21
2.2.3. Ongevraagd advies ROM
21
2.2.4. Advies informatie voor verwijzers
22
2.2.5. Kinderprogramma basis ggz
22
2.2.6. Evaluatie proces AHAD
23
2.2.7. Medezeggenschap jeugd
23
3. Overige onderwerpen 3.1. Strategie document kwaliteit 13 maart 2014
26
3.2. Voorstel profiel en opdracht interim bestuur
27
3.3. Proces interim-bestuurders
26
5. Opdracht van de Centrale Cliënten Raad
29
6. De samenstelling van de Centrale Cliëntenraad
30
7. Contact met de Centrale Cliëntenraad
31
2
Centrale Cliëntenraad Voorwoord Zelden zag een zorgorganisatie een tumultueuzer jaar dan Rivierduinen in 2014. Het begon al vroeg in het voorjaar, toen de Centrale Cliëntenraad (CCR) op omzichtige wijze door de Raad van Bestuur werd voorbereid op de komst van AHAD. Nee, niet de ongehoorzaamheids-epidemie waar inmiddels meer dan 30% van de Nederlandse jeugd aan schijnt te lijden (op zich gunstig nieuws voor onze branche!). Het ging om het reorganisatieplan “Alle Hens Aan Dek”. Het Rivierduinenschip was namelijk zinkende en er moesten minstens 200 man in de reddingsboten om de opvarenden nog een kans te geven om met droge voeten de dichtstbijzijnde haven te bereiken. Wat was het probleem? Overproductie! Met andere woorden: Rivierduinen leverde een gestage stroom van tevreden, klinisch herstelde cliënten af, maar de zorgverzekeraar wilde niet voor iedereen de rekening betalen. Of liever: de zorgverzekeraarS, meervoud dus. Want dat was ook nog zo´n dingetje, vorig jaar. Sinds mensenheugenis was per regio één zorgverzekeraar verantwoordelijk voor alle betalingen, maar in Den Haag had iemand bedacht dat dit systeem veel te gestroomlijnd ging – dat moest ingewikkelder kunnen! En dus moet sinds vorig jaar zorgaanbieder Rivierduinen met acht (sic!) verzekeraars afzonderlijk contracten afsluiten over het aantal zieken dat ze mogen behandelen. En al die verzekeraars hebben hun eigen ideeën over goede zorg, juiste manier van registratie van gegevens en transparantie van kosten. Daarbij moest de ggz ook nog overstappen van een vergoeding per behandel-uur, naar een vergoeding per diagnose per cliënt, én dit alles moest in een nieuwe versie van het elektronisch cliëntendossier worden opgetekend. De chaos was geboren. In alle verwarring had niemand in de gaten gehad dat er veel meer cliënten waren behandeld dan was afgesproken. Als CCR hebben we natuurlijk niet zoveel problemen met overproductie, maar we kennen onze Heertje en begrijpen dat een organisatie niet al te lang gratis kan behandelen. Met pijn in het hart werd dus afscheid genomen van 200 prima werknemers. De kranten stonden er vol van en ook de gemeente was not amused. O ja, dat was ik bijna vergeten, nog een nieuwe ontwikkeling in de ggz: de gemeente is per 1 januari 2015 verantwoordelijk geworden voor de psychiatrische jeugdzorg en de dagactiviteiten van onze mensen. En dus moet ook met de gemeente afspraken worden gemaakt. Of liever, met de gemeenteS, meervoud dus. Meer dan 25 (!) in de Rivierduinen regio, die ook weer allemaal hun eigen ideeën hebben over het aanleveren van gegevens en er een unieke manier van betalen op nahouden. De Centrale Cliëntenraad gaf een uitstekend interview aan het Leidsch Dagblad om uit te leggen dat de schuld van de overproductie en de daarmee noodzakelijk geworden bezuinigingen niet bij Rivierduinen lag. Ook schreven we een brief aan Minister Schippers (!) om aan te geven dat teveel partijen zich met de zorg bemoeien. Van haar departement kregen we een nette brief terug en er 3
Centrale Cliëntenraad werden zelfs kamervragen gesteld die leken op door ons aangedragen punten! Naar aanleiding van de brief werden we uitgenodigd door Tweede Kamerlid Renske Leijten van de SP om te komen praten over onze zorgen. Een delegatie van de CCR mocht zelfs de Tweede Kamer toespreken! Echter, wat normaliter een hoogtepunt van cliëntparticipatie zou zijn geweest, werd nu overschaduwd door een heuse bestuurscrisis. De onenigheid tussen Raad van Toezicht en Raad van Bestuur over het aantal bemanningsleden, het tempo waarin gehoosd werd en de lading die Rivierduinen dekt, bereikte in oktober een hoogtepunt. De toezichtlieden lieten de kapiteins afzwaaien en promoveerden zichzelf van stuurlui aan wal tot admiraals aan het roer. Geheel voorspelbaar leidde deze ingreep tot een organisatiebrede muiterij. De gevolgen voor cliënten vielen gelukkig mee: het schip was weliswaar enige weken stuurloos, maar het dobberde monter op de geplotte koers verder. Toen de storm weer was gaan liggen, bleken de golven het dek schoongespoeld te hebben en stonden er nog maar twee leden van de Raad van Bestuur terug op de brug. Helaas bevond zich onder de weggespoelden ook onze onvolprezen voorzitter, Truus de Jager. Zij heeft met hart en ziel de muiterij geleid en zag zich helaas genoodzaakt na de overwinning even een time-out te nemen om op adem te komen. Ook de Centrale Cliëntenraad dobbert nu wel verder, maar door de wat minder zekere koers zal er wellicht in de toekomst wat vaker onverwacht overstag moeten worden gegaan om niet met een vaart aan de grond te lopen. Het is echter een geruststellende gedachte dat we het dieptepunt nu wel moeten hebben gehad. namens de Centrale Cliëntenraad Rivierduinen, Caroline Angenent, voorzitter
4
Centrale Cliëntenraad 2. Uitgebrachte adviezen in 2014 Hieronder vindt u een overzicht van de officieel uitgebrachte gevraag en ongevraagde adviezen;
2.1 Gevraagde adviezen : 2.1.1. Begroting 2014 – 13 februari 2014 De Cliëntenraden van Rivierduinen hebben conform de WMCZ artikel 5.1 lid G het recht om advies uit te brengen over de begroting van hun centrum. De Centrale Cliëntenraad doet hetzelfde, maar dan bij het vaststellen van de centrale begroting voor heel Rivierduinen. De Centrale Cliëntenraad maakt dan ook ernstig bezwaar tegen het feit dat de Centrale Cliëntenraad geen uitvoering kan geven aan het door de WMCZ vastgestelde adviesrecht inzake de begroting. Ten tweede blijkt dat door de centraal vastgestelde kaders de beslissingsruimte van de directies van de centra tot een minimum beperkt is, wat er voor zorg draagt/toe leidt dat de directies voor het vaststellen van de begroting van hun centrum geen advies vragen aan de lokale cliëntenraden. Daarnaast ontbreekt ook hier inmiddels de tijd voor een advies dat van wezenlijke invloed kan zijn. Zoals eerder aangegeven realiseert de Centrale Cliëntenraad zich dat externe factoren ten grondslag kunnen liggen aan het feit dat de begroting dit jaar zo laat tot stand is gekomen. Echter, omdat dit niet de eerste keer is dat het adviesrecht van de Centrale Cliëntenraad ten aanzien van het vaststellen van de begroting van Rivierduinen wordt gepasseerd, maken wij ernstig bezwaar en vragen de Raad van Bestuur dan ook per omgaande een conceptbegroting 2014 van Rivierduinen ter advisering aan de Centrale Cliëntenraad voor te leggen. Daarbij verzoeken wij de Raad van Bestuur om de minimaal de wettelijke adviestermijn van 6 weken te hanteren zodat de Centrale Cliëntenraad en de lokale Cliëntenraden in de gelegenheid worden gesteld gebruik te maken van hun adviesrecht conform de WMCZ. Reactie Raad van Bestuur In vervolg op de brief van de Centrale Cliëntenraad d.d. 13 februari 2014 inzake de begroting 2014 laat de Raad van Bestuur weten dat op 19 december 2013 ter informatie het normenkader Rivierduinen 2.0 en de begroting 2014 is opgestuurd. Deze stukken dienen dus als uitgangspunt voor de behandeling van het punt begroting 2014 tijdens de OV CCR op 10 maart 2014. Op 19 maart reageert de Raad van Bestuur : De Centrale Cliëntenraad is in mei 2013 betrokken geweest bij de beleidsconferentie waar de uitgangspunten bepaald zijn, De Centrale Cliëntenraad heeft adviesaanvragen inzake diverse reorganisaties 5
Centrale Cliëntenraad ontvangen die ten grondslag liggen aan de begroting De Raad van Bestuur heeft het normenkader Rivierduinen 2.0 en de begroting 2014 ter informatie opgestuurd. Dit had ter advisering gemoeten. De Raad van Bestuur biedt hiervoor zijn excuses aan. Op 28 maart krijgt de Centrale Cliëntenraad een toelichting van Jeroen Vos.
2.1.2. Grofontwerp organisatie en sturing van de zorgcentra – 13 maart 2014 De Centrale Cliëntenraad ontvangt op 13 maart de adviesaanvraag Grofontwerp organisatie en sturing van de zorgcentra ontvangen en het dagelijks bestuur heeft op voorhand een aantal vragen en opmerkingen aan de Raad van Bestuur toegezonden (zie bijlage). In een overleg met Cecile Gijsbers van Wijk en Leo van Veen zijn de vragen beantwoord en is de notitie verder toegelicht. De Centrale Cliëntenraad is naar aanleiding van deze toelichting tot de volgende conclusies gekomen;
De Centrale Cliëntenraad kreeg de indruk uit de notitie dat er functies buiten de lijn worden ontwikkeld. De Raad van Bestuur benadrukt dat dit juist niet de bedoeling is en het is in ieder geval niet de intentie van deze notitie.
De Centrale Cliëntenraad en de Raad van Bestuur zijn het eens dat het taalgebruik in deze notitie voor verheldering vatbaar is, omdat het hier en daar tot verwarring leidt. Bij uitleg blijkt dat de Raad van Bestuur het anders bedoelt dan uit de tekst kan worden opgemaakt. Leo van Veen heeft toegezegd dat in het definitieve stuk correcties zullen plaatsvinden om deze onduidelijkheden zoveel mogelijk weg te nemen.
De Centrale Clientenraad doet de volgende aanbevelingen; De inrichtingsprincipes zullen leiden tot een afname van het aantal managers, een uitgangspunt wat op de steun van de Centrale Cliëntenraad kan rekenen. De Centrale Cliëntenraad blijft echter de grote nadruk en te grote invloed van de algemeen managers zorgwekkend vinden. Het duaal management zorgt voor evenwicht tussen financiën en zorginhoud. Dit evenwicht lijkt nu zoek, de Centrale Cliëntenraad adviseert de Raad van Bestuur er voor te waken dat teams niet worden geleid door inwisselbare procesbewakers met weinig affiniteit met de zorg, laat staan weinig affiniteit met cliënten. Daarnaast raadt de Centrale Cliëntenraad de Raad van Bestuur aan om de managementtaken nog eens goed tegen het licht te houden. Met meer managementtaken bij coördinerend verpleegkundigen, onafhankelijke zorgcoördinatoren en zelfsturende teams zal het werk van de algemeen manager een hoog HR-karakter krijgen. De Centrale Cliëntenraad vraag zich af of daar nu zoveel uren voor nodig zijn? De Centrale Cliëntenraad ziet dan ook graag een plan tegemoet van de Raad van Bestuur waarin de (her)verdeling van deze taken inventariseert en evalueert. De Centrale Cliëntenraad doet de suggestie om bij het herzien van de managerstaken te kijken in hoeverre een deel van deze taken kan worden overgenomen door secretaresses/ zorgadministratie.
6
Centrale Cliëntenraad Met inachtneming van bovenstaande geeft de Centrale Cliëntenraad een positief advies.
2.1.3. Personele unie Kinder- en Jeugd GGZ en spécialités - 27 februari 2014 De Centrale Clientenraad heeft de adviesaanvraag samenvoeging Kinder- en Jeugd GGZ en spécialités uitvoerig besproken. Daarvoor heeft de Centrale Cliëntenraad zich laten informeren via de adviesaanvraag samenvoeging van en het vormen van een personele unie van eerst GGZ K&J, Centra Autisme, Eetstoornissen en Kristal van Rivierduinen en op termijn samen met Curium LUMC, de bespreking en toelichting van deze adviesaanvraag in de overlegvergadering van december 2013 en de antwoorden op de vragen die de betrokken Cliëntenraden daarover schriftelijk hebben gesteld aan de Raad van Bestuur op december 2013. Beantwoording vragen De antwoorden op onze vragen door de Raad van Bestuur hebben geen verheldering gebracht. De informatie en de beantwoording van de vragen blijven voor de leden van de betrokken cliëntenraden ingewikkeld en niet duidelijk. Er is onvoldoende zicht op de consequenties van een eventuele samenvoeging van de genoemde afdelingen. De Centrale Cliëntenraad mist een inhoudelijke evaluatie als basis voor alternatieven. Het zorgaanbod is niet in beeld gebracht in de adviesaanvraag en in beantwoording van de vragen. We missen een gedegen financiële onderbouwing van de consequenties van de bezuinigingen. Wat zijn de consequenties voor de cliënten? De zorgvraag zal niet verminderen. Wat zijn de consequenties voor cliënten als er minder personeel is? Komen er (weer) wachtlijsten? De Centrale Cliëntenraad vindt eigenlijk dat na de gedeeltelijke beantwoording van de vragen er onvoldoende informatie is om een weloverwogen advies te geven. Eén keer fuseren De Centrale Cliëntenraad adviseert om in een keer te fuseren en te reorganiseren. Dus alle specialités van Rivierduinen en Curium tezamen in één keer als er duidelijkheid is betreft Curium. De Centrale Cliëntenraad stelt voor om Curium LUMC een ultimatum te stellen om te kunnen deelnemen, zodat slechts 1 keer een nieuwe directie aangesteld hoeft te worden. De Centrale Cliëntenraad is van mening dat het voor cliënten en instanties duidelijker is als er éénmaal wordt gefuseerd/gereorganiseerd. Met welke organisatie heb je te maken, hoe werkt het hier? Welke medewerkers, behandelvormen en gebouwen zet je in? En niet dat het over een paar maanden weer allemaal anders is of opnieuw bekeken moet worden. Bovendien denken wij dat het goedkoper is om zo’n proces slechts eenmaal te doorlopen. De Centrale Cliëntenraad geeft onder die voorwaarde een positief advies. Tot slot heeft de Centrale Cliëntenraad begrepen dat de Raad van Bestuur een medewerker heeft aangesteld om de rol van kwartiermaker voor het nieuw te vormen centrum Kinderen 7
Centrale Cliëntenraad en Jeugd en Spécialités op zich te nemen. De Centrale Cliëntenraad vindt het merkwaardig dat de Raad van Bestuur over de benoeming geen overleg heeft gevoerd noch advies heeft gevraagd over deze aanstelling zeker omdat hiermee een andere keuze wordt gemaakt dan in de voorgenomen reorganisatie staat verwoord.
2.1.4. Regeling weekend verlof - 6 maart 2014 De Centrale Cliëntenraad geeft een positief advies over de regeling weekend verlof met de volgende opmerkingen; De regeling doet een beroep op de transitiekosten die de zorgverzekeraars ter beschikking stellen om bij de wisseling van cliënten waarbij sprake is van tijdelijke leegstand van een bed te kosten van dit lege bed te dekken. Daarboven op komen dus de kosten voor het weekend verlof. De Centrale Cliëntenraad adviseert de Raad van Bestuur om goed door te berekenen of men met deze dubbele claim op hetzelfde beschikbare budget wel uitkomt. Men kan de euro tenslotte maar 1 keer uitgeven. Daarnaast vraagt de Centrale Cliëntenraad ook rekening te houden met het feit dat cliënt niet alleen met weekendverlof gaan maar ook op doordeweekse dagen met verlof gaan/zijn. Hier wordt in deze regeling niet over gesproken.
2.1.5. Rookbeleid - 7 maart 2014 De Centrale Cliëntenraad geeft op 7 maart een negatief advies over het voorgestelde rookbeleid Het voornaamste bezwaar is dat er getracht is om één regeling te maken voor twee compleet verschillende settingen namelijk de klinieken en Beschermd Wonen. De door de Raad van Bestuur voorgestelde indeling in 3 risicoprofielen gaat voorbij aan het, ook door Rivierduinen onderschreven, uitgangsprincipe van de zorg, namelijk dat de cliënt maatwerk behoeft. De Centrale Cliëntenraad is van mening dat er meer bereikt kan worden door cliënten goed voor te lichten en veel aandacht te richten op preventie, zowel en aanzien van het rookgedrag als de brandveiligheid en minder op de regulering. De Centrale Cliëntenraad adviseert de Raad van Bestuur dus om het rookbeleid te splitsen voor de verschillende settingen en in het beleid meer aandacht voor voorlichting en preventie op te nemen. De Raad van Bestuur reageert op 2 april dat de aandacht voor preventie zal worden benadrukt in de tekst. De opsplitsing naar settingen zit volgens de Raad van Bestuur al in het voorstel aangezien er verschil zit tussen de klinieken en beschermd wonen in dit beleid.
8
Centrale Cliëntenraad
2.1.6. “Plan voor afdeling zorg en kwaliteit” - 27 maart 2014 Hoewel de Centrale Cliëntenraad na bespreking en toelichting op de adviesaanvraag “Plan voor afdeling zorg en kwaliteit” nog geen helder beeld heeft van de verbeteringen die moeten voortvloeien uit dit plan heeft de Centrale Cliëntenraad er voldoende vertrouwen in om op 27 maart positief te adviseren onder voorwaarden. Iedere verbetering en versimpeling van de structuur is naar de mening van de Centrale Cliëntenraad welkom. De Centrale Cliëntenraad maakt zich wel enige zorgen over de al te vrijblijvende adviesrol van de commissies. Het aan de Raad van Bestuur gegeven advies kan immers op al dan nietinhoudelijke gronden door het Concern Directeuren Overleg als onuitvoerbaar worden bestempeld en daarmee van tafel geveegd. Dit lijkt de Centrale Cliëntenraad een onwenselijke situatie gezien de centrale positie die Zorg en Kwaliteit innemen in Rivierduinen 2.0 en gezien het feit dat juist middels deze structuur een poging wordt gedaan om meer beleid op basis van kennis en expertise te formuleren. Een verder punt van aandacht is de wijze waarop het cliëntenperspectief in de diverse commissies en werkgroepen wordt meegenomen. De Centrale Cliëntenraad ziet graag een uitgewerkt plan over de participatie van cliëntvertegenwoordigers. Onder die voorwaarde geeft de Centrale Cliëntenraad een positief advies.
2.1.7. Adviesaanvraag “de behandeling van persoonlijkheidsstoornissen in de toekomst” - 16 mei 2014 De Centrale Cliëntenraad komt in samenspraak met de Cliëntenraad Jelgersma tot het volgende advies ten aanzien van de adviesaanvraag ““de behandeling van persoonlijkheidsstoornissen in de toekomst”. De Centrale Cliëntenraad geeft een negatief advies en doet een aantal voorstellen die om overweging en nadere uitwerking vragen. Expertise verloren in inbeddingsproces De Centrale Cliëntenraad is allereerst verbaasd met de benoeming van Nil Kaymaz als verantwoordelijke voor dit proces, omdat zij weinig kennis lijkt te hebben van de behandeling van persoonlijkheidsstoornissen zoals die tot nu toe bij Rivierduinen is geregeld. Ligt het niet meer voor de hand de deskundigen van Jelgersma zelf hierin de regie te geven? In deze lijn vindt de Centrale Cliëntenraad het tevens vreemd dat de afbouw en sluiting van het Centrum Jelgersma zo strikt lijken te worden gescheiden van de inbedding van PP in de centra, aangezien er in het laatste sprake is van substitutie van het klinische aanbod van CPJ. Rapport onvoldoende serieus genomen
9
Centrale Cliëntenraad De Centrale Cliëntenraad is samen met de Cliëntenraad van Jelgersma bezorgd over het behoud van de kwaliteit van de zorg door het verdwijnen van het klinische aanbod voor de behandeling van persoonlijkheidsstoornissen binnen Rivierduinen. Zowel uit het rapport Thunnissen als uit diverse wetenschappelijk artikelen 1 blijkt er voldoende wetenschappelijke bewijs te zijn dat een klinisch behandelaanbod voor persoonlijkheidsstoornissen effectief is. Het blijft ook daarom vreemd dat de Raad van Bestuur toch heeft besloten om tot sluiting over te gaan terwijl in het rapport Thunnissen een ander scenario werd aanbevolen. De Centrale Cliëntenraad zou graag van de Raad van Bestuur horen waarom er is afgeweken van deze aanbeveling? Alternatief genegeerd De behandelaren van CPJ hebben in februari 2014, vanwege de problemen met de 18000+ minuten systematiek die eind 2013 werd gedeeld met de medewerkers, een voorstel gedaan om de klinische behandeling van persoonlijkheidsstoornissen in minder behandelminuten vorm te geven. Daar ligt een kans om de klinische behandeling van persoonlijkheidsstoornissen kwalitatief in stand te houden. De Centrale Cliëntenraad wil graag van de Raad van Bestuur weten waarom er niet is gekozen voor deze variant? Ervaring genegeerd De Centrale Cliëntenraad vindt het jammer dat in dit proces van afbouw en substitutie de ervaringskennis en expertise van het personeel, maar met name van de cliënten onvoldoende worden meegenomen. De Centrale Cliëntenraad adviseert de Raad van Bestuur dringend om de huidige cliënten actief te betrekken bij de vervolgstappen. Risico’s van sluiting Door het besluit tot sluiting van het CPJ komt de noodzakelijke klinische behandeling van persoonlijkheidsproblematiek voor bepaalde groepen patiënten te vervallen. Duidelijk is, gezien de doorverwijzingen naar CPJ, dat de expertise die binnen het CPJ is opgebouwd, niet elders aanwezig is. Dat met de sluiting van CPJ alle medewerkers, dus ook de specialisten op het gebied van behandeling van persoonlijkheidsproblematiek, worden bedankt is net zo zorgelijk. Hiermee is de kwaliteit van zorg in het geding. De Cliëntenraad Jelgersma voorziet een toename van het aantal crisisopnamen en suïcides onder deze groep patiënten. Gevolgen voor huidige cliënten Tot slot maakt de Centrale Cliëntenraad zich ernstig zorgen over de gevolgen van de sluiting van CPJ voor de huidige cliënten. De Raad van Bestuur spreekt over een zorgvuldige afbouw en het individueel zoeken naar alternatieve behandelmogelijkheden. Echter, het betreft hier cliënten die al een onsuccesvolle ambulante behandeling voor hun problematiek 1
Effectiveness of Different Modalities of Psychotherapeutic Treatment for Patients with Cluster C Personality
Disorders: Results of a Large Prospective Multicentre Study- Bartak / Cost-effectiveness of psychotherapy for cluster B personality disorders-. Soeteman / Patients with Cluster A Personality Disorders in Psychotherapy: An Effectiveness Study- Bartak
10
Centrale Cliëntenraad achter de rug hebben en door zijn verwezen naar deze klinische setting. Er zijn dus weinig alternatieven en daarmee wordt een grote groep kwetsbare cliënten teruggeworpen in hun herstelproces. De Centrale Cliëntenraad deelt op dit gebied de zorgen van de Cliëntenraad Jelgersma. Versnipperd aanbod De Cliëntenraad is bezorgd dat het er in de praktijk op neerkomt dat de cliënten noodgedwongen naar verschillende locaties moeten reizen om de diverse modules te volgen en zodoende hun programma compleet te krijgen. Hierdoor ontstaat voor de cliënten een onrustige situatie en is het reizen zowel qua tijd als qua kosten extra belastend. De Cliëntenraad adviseert om hier in tijd en locatie zoveel mogelijk rekening mee te houden zodat het volgen van het programma voor cliënten haalbaar is. Daarnaast kan onderzocht worden in hoeverre de eventuele reiskosten gedeclareerd kunnen worden bij de zorgverzekeraars. Behandelvariant met overnachting De ervaring van de huidige (en vroegere) cliënten van CPJ leert dat het toegevoegde waarde heeft om cliënten met een persoonlijkheidsproblematiek in het kader van een intensieve behandeling uit hun dagelijkse omgeving te halen en in een hechte groep te behandelen. Met name dat eerste aspect dreigt geheel te vervallen wanneer alleen nog ambulante deeltijdbehandeling mogelijk is. De Centrale Cliëntenraad adviseert de Raad van Bestuur daarom te onderzoeken of de meerwaarde van een verandering van leefomgeving niet op een andere manier behouden kan blijven. Te denken valt aan een intensieve meerdaagse deeltijdbehandeling met een overnachtingsmogelijkheid in de buurt, die tegemoet zou komen aan de behoefte en meerwaarde van de groepsbehandeling en het contact tussen de groepsleden na de behandeling (gezamenlijke maaltijd, lotgenotencontact). De overnachting kan buiten Rivierduinen vorm krijgen (vakantiepark, hotel, B&B) eventueel gecombineerd met een lichte vorm van ambulante begeleiding indien wenselijk. Deze variant kan fungeren als tussenvorm tussen de klinische opname en een ambulante deeltijdbehandeling. Het biedt bovendien de mogelijkheid dat een behandeling kan worden opgeschaald wanneer blijkt dat de ambulante deeltijd behandeling onvoldoende resultaat biedt. Een dergelijke combinatie tussen deeltijdbehandeling met overnachting kan allereerst fungeren als overgang voor de huidige cliënten voor wie er in Nederland geen alternatieve behandelmogelijkheden lijken te zijn en in het vervolg ook als kleinschalig aanbod binnen deze regio. De Centrale Cliëntenraad adviseert de Raad van Bestuur dit scenario verder te onderzoeken en uit te werken. Een dergelijk aanbod dat past binnen een instelling die zich wil profileren als een zorginstelling met specialistische behandelmogelijkheden. 30 juni De Centrale Cliëntenraad heeft uw brief van 27 mei naar aanleiding van ons advies over Persoonlijkheidsstoornissen in de toekomst ontvangen en besproken, uiteraard in nauw
11
Centrale Cliëntenraad overleg met de Cliëntenraad CPJ. Wij danken de Raad van Bestuur hartelijk voor uw uitgebreide antwoord. De Centrale Cliëntenraad blijft zorgen houden over het verloren gaan van expertise aangezien het gehele personeel van Centrum Persoonlijkheidsstoornissen Jelgersma boventallig wordt verklaard. Hoe blijven de expertise van het CPJ en de voordelen van een klinische aanpak zoveel mogelijk bewaard in de nieuwe opzet van PP in de regionale centra van Rivierduinen? Als voorbeeld; er is een goed functionerend team op Oost. Het lijkt logisch dat als je die DGT-behandeling elders voortzet je gebruik blijft maken van de expertise van dit team. Anders dient er personeel te worden bijgeschoold en zal het nog minimaal een jaar duren voor dat de kwaliteit van zorg op een vergelijkbaar niveau is. De Centrale Cliëntenraad is in afwachting van de vier varianten die op dit moment worden uitgewerkt voor de voortzetting van de behandeling van persoonlijkheidsstoornissen binnen Rivierduinen. Wat de Centrale Cliëntenraad bevreemdt is het feit dat het besluit om de afdeling Oost elders voort te zetten wordt genomen voordat de resultaten van het wetenschappelijk onderzoek bekend zullen worden. Duurzaamheid staat bij het maken van de keuze in varianten hoog in het vaandel, maar die duurzaamheid kan in de realiteit tegenvallen wanneer de uitkomsten van het wetenschappelijk onderzoek eenmaal bekend zijn. Bovendien is gebleken dat bij het kiezen voor het niet langer verstrekken van klinische behandeling van persoonlijkheidsstoornissen er niet alleen is afgegaan op het soms tegengestelde wetenschappelijk bewijs, maar ook op andere factoren zoals kosteneffectiviteit. Waarmee de Centrale Cliëntenraad bezorgd is dat er onder een wetenschappelijke noemer rigoureuze besluiten worden genomen die de financiële belangen boven de kwaliteit van zorg laten prefereren. De Centrale Cliëntenraad hoopt dat het vertrouwen dat de Cliëntenraad CPJ heeft uitgesproken in de zorgvuldige afwikkeling niet wordt beschaamd en adviseert de Raad van Bestuur hier op toe te blijven zien. Met in achtneming van bovenstaande aandachtspunten adviseert de Centrale Cliëntenraad positief.
2.1.8. Voordracht kandidaat DAZ samengevoegde centra K&J en spécialité - 5 juni 2014 De adviescommissie samengesteld uit de Centrale Cliëntenraad en de betrokken Cliëntenraden heeft een gesprek gehad met mevrouw Epema, de door de Raad van Bestuur voorgedragen kandidaat directeur algemene zaken voor het samengevoegde centrum Kinder- en Jeugd GGZ en de Spécialités De adviescommissie wil benadrukken dat een van de voornaamste taken van de tijdelijke directeur algemene zaken is om, samen met de directeur 12
Centrale Cliëntenraad behandelzaken, er voor zorg te dragen dat de groep cliënten die door de reorganisatie en bezuinigingen binnen het centrum geen zorg meer van Rivierduinen ontvangt, op een zorgvuldige manier wordt overgedragen. De tijdelijke directeur algemene zaken zal de komende periode ook een belangrijke taak hebben om het personeel in deze moeilijke periode zodanig aan te sturen dat de onrust onder het personeel geen invloed heeft op de behandeling van de cliënten. De tijdelijke directeur algemene zaken geeft de Cliëntenraad voldoende tijd en middelen om de medezeggenschap van cliënten in het nieuwe centrum zo vorm te geven dat de inbreng van alle betrokkenen tot zijn recht komt. Hierbij heeft de Cliëntenraad een verzwaard adviesrecht. Onder de voorwaarde dat de bovengenoemde aandachtspunten van de adviescommissie meegenomen worden in de opdracht van de tijdelijke directeur algemene zaken geeft de Centrale Cliëntenraad een positief advies over de benoeming van mevrouw Epema als directeur van Rivierduinen.
2.1.9. Alle hens aan dek - 19 juni 2014 De Centrale Cliëntenraad adviseert op 19 juni negatief ten aanzien van de adviesaanvraag Alle Hens aan Dek. In de centrale adviesaanvraag waren de gevolgen voor cliënten nog niet helder. Deze gevolgen zouden verder vorm krijgen in de uitgewerkte plannen in de verschillende centra. De Centrale Cliëntenraad heeft hier nu zicht op, omdat vanaf 11 juni alle adviesaanvragen zijn ingediend. Allereerst wil de Centrale Cliëntenraad opmerken dat zij verbaasd is over de wijze waarop de ontwikkelingen die ten grondslag liggen aan de voorgestelde krimp, de Raad van Bestuur hebben verrast. Naar de mening van de Centrale Cliëntenraad had de Raad van Bestuur hier eerder op moeten anticiperen. De Centrale Cliëntenraad is ernstig bezorgd over het zeer korte tijdsbestek waarin deze gigantische reorganisatie moet plaatsvinden. De Centrale Cliëntenraad vraagt zich af of dit in dit korte tijdsbestek wel zorgvuldig kan gebeuren. De financiële onderbouwing voor het nemen van deze ingrijpende maatregelen is in hoofdlijnen goed te volgen maar het is op momenten te vaag en te weinig gedetailleerd. Zo is de onevenredige grote krimp bij Kinderen & Jeugd Psychiatrie onbegrijpelijk. Intern is becijferd dat rond de duizend kinderen tussen ‘wal en schip’ terecht zullen komen. De formulering van de gevolgen voor cliënten in de diverse adviesaanvragen stelt zeer teleur. Er is centraal een aantal maatregelen geformuleerd en de daadwerkelijke gevolgen voor de cliënten binnen de centra is nergens goed uitgewerkt. Bovendien bevatten deze maatregelen fouten zoals de aanname dat cliënten nu eerst in de Basis-GGZ instromen, iets wat de huisarts moet beslissen en niet Rivierduinen. Het geeft te denken dat wanneer de 13
Centrale Cliëntenraad Raad van Bestuur dergelijke ingrijpende maatregelen neemt er niet is nagedacht over de gevolgen voor cliënten. Dit wordt afgedaan met een geknipte en geplakte tekst die alleen maatregelen beschrijft. De wijze waarop de individuele cliënt wordt ingelicht verdiend ook verdere uitwerking. De Centrale Cliëntenraad vraagt de Raad van Bestuur dan ook om per centrum, maar ook per afdeling/locatie, de gevolgen voor cliënten gedetailleerd uit te werken en daar waar dit negatieve gevolgen heeft aan te geven op welke wijze deze gevolgen denkt te verminderen/ te compenseren. Het valt de Centrale Cliëntenraad op dat de Raad van Bestuur niet redeneert vanuit de zorg die cliënten nodig hebben en vanuit deze voorwaarde kijkt op welke wijze de inkrimping van het personeel het best te realiseren is. In de lijn van deze gedachten mist de Centrale Cliëntenraad ook de ondergrens van kwalitatief verantwoorde zorg. Wanneer wordt de ondergrens van de minimale kwaliteit aan zorg bereikt? Ook hier vraagt de Centrale Cliëntenraad van de Raad van Bestuur een formulering waarbij de kwaliteit van zorg en de veiligheid van cliënt, zowel in de klinieken als in de ambulante zorg, wordt gewaarborgd. Door het ontbreken van een dergelijke ondergrens heeft de Centrale Cliëntenraad er geen vertrouwen in dat deze ondergrens met uw maatregelen niet wordt doorbroken. Daarmee komt de kwaliteit van zorg in gevaar en kan de veiligheid van cliënt niet worden gewaarborgd. Daarnaast constateert de Centrale Cliëntenraad dat in de bezuinigingsplannen geen aandacht heeft voor de gevolgen van deze bezuinigingen voor de samenvoeging van Kinderen en Jeugd psychiatrie en de spécialités. De Centrale Cliëntenraad vindt het onbegrijpelijk dat de Raad van Bestuur geen aandacht heeft voor het botsen van de twee grote reorganisatieplannen. Wij vragen dan ook om dit nadrukkelijk te benoemen in de verdere uitwerking van beide plannen. Bovendien heeft de krimp ook gevolgen voor de samenwerking met de externe ketenpartners, zowel over het geheel als specifiek voor Kinderen en Jeugd en komt de ketenzorg in gevaar. In de adviesaanvraag is hier nauwelijks aandacht voor en dat baart grote zorgen. De Centrale Cliëntenraad vraagt dan ook om een nadere uitwerking van dit aspect. Doordat de Raad van Bestuur vanaf vorig jaar al een vacaturestop heeft ingesteld, is – samen met de huidige krimp – de kwaliteit van de zorg verder in gevaar. De behandelaren die blijven moeten worden bijgeschoold, want er gaat expertise verloren. Bovendien kunnen zij de tijd die zij besteden aan bijscholing niet besteden aan direct cliëntencontact. De Centrale Cliëntenraad geeft een verzwaard negatief advies, omdat de kwaliteit van zorg en de veiligheid van cliënten in gevaar komt met de voorgestelde maatregelen. 1 juli 14
Centrale Cliëntenraad De Raad van Bestuur wil het dagelijks bestuur van de Centrale Cliëntenraad allereerst danken voor het constructieve spoedoverleg dat zij gezamenlijk hebben gevoerd op 30 juni in het kader van Alle Hens aan Dek. Tijdens het overleg is afgesproken dat de Centrale Cliëntenraad het eerder afgegeven negatief advies zal heroverwegen na ontvangst van een schrijven van de Raad van Bestuur waarin zij ingaat op de eisen van de Centrale Cliëntenraad. Onderstaand treft de Raad van Bestuur deze eisen aan, met de toezegging dat de Raad van Bestuur deze ter harte neemt en mee zal nemen in de uitvoering van Alle Hens aan Dek: De cliënt blijft centraal staan ondanks het financieel noodweer. Centra directies gaan nader in overleg met de locale cliëntenraden over de gevolgen voor de cliënten. De ondergrens van de kwaliteit van zorg blijft gewaarborgd (conform zorgfuncties, WGBO en normbegroting/-formatie). Herindicatie vindt plaats conform de op Alle Hens aan Dek aangepaste reguliere procedure. Wanneer de (waarnemend) geneesheer-directeur anders bepaalt dan de herindicatie, blijft de desbetreffende individuele cliënt in zorg; hiervoor zijn frictiekosten budget cliënten gereserveerd. Communicatie op maat over de gevolgen voor cliënten verdient alle aandacht en wordt in overleg met de Centrale Cliëntenraad opgesteld. De Raad van Bestuur vertrouwt erop dat de CCR met bovenstaande voorwaarden een positief advies zal afgeven. 4 juli De Centrale Cliëntenraad geeft, na een aantal spoedoverleggen met de Raad van Bestuur en diens adviseurs, een positief advies onder voorwaarde over het reorganisatievoorstel Alle Hens aan Dek. Na overleg heeft de Raad van Bestuur de bovengenoemde aandachtspunten ter harte genomen. Gevolgen voor cliënten De Centrale Cliëntenraad hecht grote waarde aan het beter uitwerken van de gevolgen van de cliënten op lokaal niveau, iets wat de Raad van Bestuur in het tweede punt ook benadrukt. De Centrale Cliëntenraad geeft het positieve advies dan ook onder het voorbehoud dat de lokale cliëntenraden positief adviseren t.a.v. de uitwerking van deze gevolgen voor cliënten in hun centra. Herindicatie Dit zelfde geldt voor de herindicatie waarbij de lokale Cliëntenraden nadrukkelijk betrokken worden bij de uitwerking van de herindicatie procedure. De Centrale Cliëntenraad geeft het positieve advies dan ook onder het voorbehoud dat de lokale cliëntenraden positief adviseren over de uitwerking van de herindicatie binnen hun centra. Frictiekosten
15
Centrale Cliëntenraad De Centrale Cliëntenraad is verheugd over het feit dat de Raad van Bestuur een post frictiekosten voor cliënten heeft toegezegd waarmee de zorg voor eventuele cliënten(groepen) die door de reorganisatie tussen het wal en het schip dreigen te vallen gecontinueerd kan worden. De Raad van Bestuur is niet duidelijk over de hoogte van deze post. Graag verneemt de Centrale Cliëntenraad nog welk bedrag hiervoor is gereserveerd.
TOP-GGZ Het is voor Rivierduinen waardevol om het keurmerk TOP-GGZ te behouden en de Centrale Cliëntenraad adviseert dan ook rekening te houden dat de voorwaarden hiervoor in stand gehouden worden voor de jeugd. De Centrale Cliëntenraad behoudt het recht om dit advies te wijzigen wanneer het onderzoek van Boer en Croon een uitkomst heeft die leidt tot een wijziging van het huidige reorganisatievoorstel. 18 augustus De Centrale Cliëntenraad, en ook de Cliëntenraad GGZ K&J, is blij met de garantie die de Raad van Bestuur heeft gegeven met betrekking tot de continuïteit van (na)zorg in haar brief van maandag 11 augustus jl. Dit was het punt van zorg van de Cliëntenraad K&J. Het is niet de intentie van de Cliëntenraad K&J om de reorganisatie op te houden en het is de verwachting van de Centrale Cliëntenraad dat de Cliëntenraad K&J een positief advies zal gaan geven aan de directie onder de voorwaarden dat de Raad van Bestuur spoedig het gesprek aangaat met de medische specialisten n.a.v. de briefwisseling inhoudelijk advies vraagt aan de Transitieautoriteit Jeugd In gesprek met gemeenten gaat om aandacht te vragen voor het behoud van de expertise van preventieafdeling jeugd GGZ en ook het (jeugd)preventiebeleid in het algemeen. Daarmee ziet de Centrale Cliëntenraad dat dit medezeggenschapsproces is vlot getrokken en is het voorbehoud dat de Centrale Cliëntenraad heeft gemaakt in haar positieve advies over AHAD niet meer van kracht.
2.1.10. Restauratieve voorzieningen - 20 juni 2014 De Centrale Cliëntenraad adviseert positief ten aanzien van de adviesaanvraag Restauratieve voorzieningen. De Centrale Cliëntenraad betreurt dat deze voorziening op veel plekken verdwijnt.
2.11. Advies klachtfolders - 14 juli 2014 De Centrale Cliëntenraad heeft de adviesaanvraag over de klachtenfolders ontvangen en besproken. De Centrale Clientenraad plaatst nog een paar opmerkingen bij deze teksten in het advies.
2.12. Startnotitie en plan van eisen schoonmaak - 21 juli 2014 16
Centrale Cliëntenraad De Centrale Cliëntenraad heeft de startnotitie en de offerteaanvraag schoonmaak met het plan van eisen bestudeerd en geeft een positief advies met de volgende kanttekeningen. Uiteraard is de cliëntenparticipatie voor de Centrale Cliëntenraad een belangrijk aandachtspunt. In het eerste jaar zal er nu geen inspanning worden geëist van de leverancier op het gebied van cliëntenparticipatie. De Centrale Cliëntenraad adviseert een bedrijf te zoeken dat hiervoor openstaat. Met het oog op de implementatie van de cliëntenparticipatie per 1 januari 2016 achten wij het echter van belang dat bij een eventuele verlenging van het contract na het eerste jaar er rekening gehouden moet worden met de start van de cliëntenparticipatie in het tweede jaar en dat daar derhalve reeds in het eerste jaar de eerste concrete stappen voor moeten worden gezet. De Centrale Cliëntenraad adviseert om bij de contractverlenging dit als eis aan de leverancier te stellen. Met het oog op bovenstaande heeft de Centrale Cliëntenraad een voorkeur voor een bedrijf dat ervaring heeft met cliëntenparticipatie en de daarbij passende flexibele werkwijze. Er bestaat enige onduidelijkheid over de term aanvullend. Aanvullend kan zowel worden ingevuld door cliënten maar in geval van de Beschermd Wonen-woningen is juist het schoonmaakbedrijf aanvullend. Wat gebeurt er wanneer cliënten het aanvullend werk niet verrichten? Is dan het schoonmaakbedrijf verantwoordelijk voor het aanvullend werk? Hetzelfde geldt natuurlijk omgekeerd wanneer de cliënten in de BW-woningen niet voldoende invullingen kunnen geven aan het schoonmaakwerk. Wat is het uniforme beleid op het aanvullend schoonmaken en hoe wordt dit precies omschreven? Op bladzijde 15 bij 5.3 zijn de werkzaamheden omschreven. De Centrale Cliëntenraad vraagt zich af hoe een leverancier kan offreren bij optionele en extra schoonmaakwerkzaamheden die niet nader zijn omschreven?
2.13. Jaarverslag suicide review commissie 2013 - 13 november 2014 Na de toelichting door Renske de Reus in de vergadering van 27 oktober jl. heeft de Centrale Cliëntenraad het jaarverslag 2013 van de suïcide review commissie besproken. De Centrale Cliëntenraad is teleurgesteld over de wijze waarop de commissie met de gegevens over de suïcides omgaat. Veelal wordt volstaan met een opsomming van getallen, zonder dat er een analyse, laat staan een concreet verbeterpunt aan wordt gekoppeld. Goed beleid vraagt om leren van ervaringen. Dit verslag blijft steken in observaties, bijvoorbeeld de opsomming van verschillen tussen mannen en vrouwen, de dagen van de week en maanden en beïnvloedende factoren. De Centrale Cliëntenraad vindt dit een gemiste kans en adviseert 17
Centrale Cliëntenraad om bij het opstellen van het jaarverslag 2014 meer in te steken op analyse van de gegevens en de daaruit voortvloeiende verbeterpunten. Soms verbazen de genomen maatregelen. Er wordt bijvoorbeeld geconcludeerd dat suïcides vooral in de ambulante setting plaatsvinden, maar men zet dan in op controle op suïcide gevaarlijke situaties binnen de klinische setting . De Centrale Cliëntenraad vindt dat de Raad van Bestuur meer aandacht zou moeten schenken aan het (laatste) gesprek tussen suïcidale cliënt en de behandelaar. Behalve de door de Raad van Bestuur voorgestelde training in het (be)handelen volgens de multidisciplinaire richtlijn, zou het onderwerp suïcide beter bespreekbaar moeten zijn in de behandelkamer. Het jaarverslag wijst op het belang van een goed contact tussen cliënt en behandelaar om dit onderwerp bespreekbaar te maken, maar zet niet de volgende stap: voor het meten van de kwaliteit van de behandelrelatie zijn namelijk diverse instrumenten beschikbaar. Ook is de Centrale Cliëntenraad van mening dat de behandelaar een beroep zou moeten kunnen doen op experts die de behandelaar bij zouden kunnen staan in het bespreken en beoordelen van de suïcidaliteit. Dat is de gedachte die de Centrale Cliëntenraad had bij de zogenoemde “suïcidepoli”. Geen gebouw of afdeling, maar meer een team van experts die oproepbaar zijn bij “niet-pluis” gevoelens en daarnaast ook laagdrempelig en 24/7 toegankelijk zijn voor de cliënten zelf. De geestelijk verzorgers zouden hier ook een rol in kunnen spelen. Daarnaast is er behoefte aan het organiseren van praatgroepen voor cliënten over dit onderwerp. De Centrale Cliëntenraad adviseert om het idee van een dergelijke expertgroep op de miniconferentie van 10 december te bespreken. Ook de onderwerpen euthanasie en zelfbeschadiging in relatie tot suïcide zouden hier een plek kunnen krijgen.
2.14. Adviesaanvraag instellen commissie Verplichte Zorg - 19 december 2014 De Centrale Cliëntenraad geeft een verzwaard negatief advies ten aanzien van uw voorstel voor het instellen van een commissie Verplichte Zorg. De Centrale Cliëntenraad maakt op een aantal punten ernstig bezwaar. De kritiek op de vorige structuur met een commissie Dwang en Drang en commissies Middelen en Maatregelen was dat het onduidelijk en onoverzichtelijk was wat betreft verantwoordelijkheid en besluitvorming. De door de Raad van Bestuur voorgestelde structuur leidt niet tot de gewenste verduidelijking van de besluitvorming op dit gebied. Zo is het onbegrijpelijk wie nu het beleid vaststelt: de commissie, de geneesheer directeur of de Raad van Bestuur?
18
Centrale Cliëntenraad Het op ons verzoek toegevoegde organogram biedt ook geen duidelijkheid. Het ontbreken van het concern directieoverleg en het “vierde” centrum is daarvan een voorbeeld. De Centrale Cliëntenraad mist een duidelijke visie die aanstuurt op het bereiken van nul separaties binnen afzienbare termijn. Deze visie zou aan dit stuk ten grondslag moeten liggen en de basis moeten zijn voor het ontwikkelen van beleid. Een ander belangrijk bezwaar is het ontbreken van een structurele positie voor het cliëntenperspectief. Daar waar in de commissie Dwang en Drang de inbreng van zowel het cliëntenperspectief als het familieperspectief was geborgd, is dit nu gereduceerd tot twee klankbordgroepbijeenkomsten. De Raad van Bestuur stelt zelf dat cliëntparticipatie een onderdeel van de werkwijze vanuit de kwaliteitscommissie VZ is. Deze ontbreekt echter in uw opzet. De Centrale Cliëntenraad maakt uit uw stukken op dat de structuur en werkwijze reeds in oktober 2014 is gestart. De Centrale Cliëntenraad stelt vast dat u hiermee het advies van de Centrale Cliëntenraad niet heeft afgewacht en vraagt derhalve om nietigverklaring van dit besluit.
2.2. Ongevraagde adviezen 2.2.1. Geestelijke verzorging - 10 april 2014 De Centrale Cliëntenraad adviseert om een duidelijk onderscheid te maken tussen de bevlogen medewerkers die met de presentiemethodiek de eerste levensvragen van cliënten signaleren, ervaringsdeskundigen die middels de herstelmethodiek werken en Geestelijk verzorgenden. De Centrale Cliëntenraad onderschrijft de conclusie dat Rivierduinen nog een lange weg te gaan heeft voordat de gehele organisatie het herstelgericht werken als vanzelfsprekend uitgangspunt neemt. De gedachte dat Geestelijke Verzorging in een tijdelijke behoefte voorziet en een leemte moet vullen totdat het hersteldenken is doorgedrongen tot al het behandelend en verplegend personeel gaat voorbij aan de meerwaarde van de Geestelijke verzorging. Zoals eerder genoemd ziet de Centrale Cliëntenraad de Geestelijke verzorger als een goed opgeleide specialist die met een cliënt in gesprek kan gaan, nadat het personeel heeft herkend dat een cliënt met levensvragen worstelt. De Centrale Cliëntenraad erkent dat de Geestelijke verzorgers een rol kunnen spelen in de vorm van het geven van een cursus of korte opleiding om het personeel hierin te trainen. Daarnaast zouden de geestelijke verzorgers het personeel kunnen trainen in de presentiemethodiek, het moreel beraad kunnen leiden en spiegelbijeenkomsten kunnen organiseren. De Raad van Bestuur beperkt de Geestelijke Verzorging tot de herstelondersteunende functies. Zoals eerder al beargumenteerd kan de Geestelijke Verzorging juist ook bij acute 19
Centrale Cliëntenraad opnames een belangrijke rol spelen voor de cliënt. Ook in het werkboek HIC (2013) wordt een rol weggelegd voor de Geestelijk verzorger in het bekorten van het verblijf in de HIC. Daarnaast is de Centrale Cliëntenraad van mening dat er ook binnen het wijkgerichte werken plaats moet zijn voor het bespreken van levensvragen met cliënten en zou de toevoeging van een Geestelijke verzorger aan het FACT-team (net als bij Arkin) een overweging moeten zijn. De Centrale Cliëntenraad is geschrokken van het sterke afname van het aantal Fte’s voor Geestelijke Verzorging in de periode waarin de Raad van Bestuur en de Centrale Cliëntenraad van gedachten wisselden over dit onderwerp. Van 140 uur per week in 2012 naar 52 uur per week in 2014. De Centrale Cliëntenraad maakt hier ernstig bezwaar tegen en is van mening dat de Raad van Bestuur hiermee uitvoering geeft aan een voorgenomen besluit alvorens het adviestraject is afgerond. De Centrale Cliëntenraad adviseert dat voor het bepalen van het aantal Fte’s moet worden uitgegaan van het aantal bedden van de herstelondersteunende psychiatrie (250) inclusief Beschermd Wonen (223) en de acute psychiatrie (274). In het totaal 547 bedden hetgeen leidt tot een aantal van 2,7 Fte oftewel 98,6 uur per week. N.a.v. tegenvoorstel Raad van Bestuur - 8 september 2014 De Centrale Cliëntenraad heeft uw reactie op het ongevraagd advies van 10 april ontvangen. Uw tegenvoorstel omvat samengevat dat er voor Geestelijke Verzorging 2,7 FTe beschikbaar is waarvan 1,4 vast in dienst en 1,3 flexibel ingezet. De Centrale Cliëntenraad heeft overleg gevoerd met de Geestelijke Verzorgers over de invulling en mogelijkheden van dit voorstel. De Centrale Cliëntenraad komt tot de conclusie dat dit voorstel ten aanzien van het flexibel inhuren niet uitvoerbaar is. Ten eerste is het inhuren van de GV tegenstrijdig met het principe van presentie. Ten tweede blijkt dat er nauwelijks vraag/behoefte is vanuit cliënten voor het inhuren van een specifieke GV. Dit komt slechts incidenteel voor. Ten derde zijn er nauwelijks mogelijkheden om daadwerkelijk GV in te huren. Uiteraard is het wel mogelijk om een verzoek in te dienen om een bepaalde geestelijke een cliënt te laten bezoeken. Maar deze personen, die overigens geen geestelijk verzorger zijn, doen dat vaak vrijwillig of tegen een geringe vergoeding. Om deze redenen zou het flexibele deel nauwelijks benut worden. De Centrale Cliëntenraad stelt voor om een bedrag van €10.000,- beschikbaar te houden voor het incidenteel inhuren van externen. Daarnaast blijft de Centrale Cliëntenraad van mening dat de GV beschikbaar moet zijn voor alle opgenomen cliënten, kort en langdurend. Bovendien ziet de Centrale Cliëntenraad ook nog mogelijkheden voor de GV in de FACT teams. Voor wat betreft dit laatste is het goed om een CONO-registratie voor de GV te regelen. De GV kan bij meerdere FACT-teams worden
20
Centrale Cliëntenraad ingezet en kan door de CONO-registratie deze uren declareren. Wel moet daarbij worden gelet op de vrijplaats-positie van de GV. De GV zou ook een plek kunnen krijgen binnen de suïcidepreventie. Tot slot wil de Centrale Cliëntenraad dat GV ook wordt in gezet voor deskundigheidsbevordering zoals het trainen van personeel in het herkennen van levensvragen en het begeleiden van spiegelbijeenkomsten. Voor de uitbreiding van deze taken zal 1 FTe aan de GV worden toegevoegd. De Centrale Cliëntenraad adviseert om hierbij te kijken of daarvoor (naast een gedeeltelijke uitbreiding van de uren van de huidige GV) specifiek iemand kan worden gepositioneerd in Gouda wiens kwaliteiten complementair zijn met het huidige team GV waardoor uitwisseling van expertise verbreed kan worden. Samenvattend adviseert de Centrale Cliëntenraad om 2,4 FTe GV in dienst en 0,3 FTe ofwel € 10.000 beschikbaar te hebben voor het flexibel inhuren van geestelijken. Raad van Bestuur gaat op 30 september akkoord met dit voorstel waarmee een lang proces van onderhandelen met succes ten einde is gekomen
Op 2 december geeft de Centrale
Cliëntenraad een positief advies ten aanzien van het voorstel om de formatie van Geestelijk Verzorger uit te breiden naar 2,4 Fte en 0,3 Fte beschikbaar te houden voor het flexibel inhuren van externe geestelijken.
2.2.2. folder “Klachten? Wij maken er een punt van!” - 1 mei 2014 De Centrale Cliëntenraad heeft de folder “Klachten? Wij maken er een punt van!” besproken en plaatst een groot aantal opmerkingen bij de tekst waarvan het merendeel wordt overgenomen.
2.2.3. Ongevraagd advies ROM - 4 juni 2014 De Centrale Cliëntenraad geeft de Raad van Bestuur een ongevraagd advies ten aanzien van het invullen van de ROM. Nu het duidelijk is dat de €5 miljoen korting voor het onvoldoende op orde hebben van de ROM voor 2/3 de taakstelling van Rivierduinen voor dit jaar uitmaakt, vraagt dit om extra inspanning om het ROM-percentage omhoog te krijgen. De Centrale Cliëntenraad heeft al eerder laten weten dat naar zijn mening de ROM als een integraal onderdeel van de behandeling moet worden beschouwd en dat zowel behandelaren als cliënten geen keuze moet worden gegeven of het wel of niet ingevuld wordt.
21
Centrale Cliëntenraad De Centrale Cliëntenraad stelt dan ook voor om cliënten standaard bij hun intakegesprek een half uur eerder uit te nodigen en hen gedurende dit half uur de ROM te laten invullen. Kies daarbij voor de BSI die door de zorgverzekeraars wordt geëist en eventueel in een later stadium kan op het ziektebeeld toegespitste vragenlijst worden afgenomen. De ROM invullen ná het intakegesprek, waar veel emotionele zaken worden opgerakeld, wordt door vele cliënten als te belastend gezien. De Centrale Cliëntenraad gaat er vanuit dat met deze aanpak in ieder geval het percentage valide startmetingen sterk toeneemt.
2.2.4. Advies informatie voor verwijzers - 17 juli 2014 Graag zouden wij willen pleiten voor een 'glossy' voor verwijzers, met daarin het aanbod van Rivierduinen, à la een brochure van een reisbureau. Huisartsen hebben natuurlijk niet echt helder voor ogen wat er aan therapie en behandeling mogelijk is binnen de slotgrachten van Rivierduinen. En dat valt ze niet te verwijten, want psychiatrie vergt een langdurige specialisatie, maar het beeld dat ze ervan hebben is wel bij te sturen. Een overzicht met uitgewerkte behandelarrangementen met kleurige grafiekjes, aansprekende plaatjes en verstandige citaten maakt gericht verwijzen een stuk makkelijker (ook voor cliënten) dan een dorre beslisboom naar het ongewisse2.
2.2.5. Kinderprogramma basis ggz - 17 juli 2015 Ouders zien er vaak enorm tegenop om voor hun kind psychiatrische hulp te zoeken. Vanwege het stigma dat nog altijd aan de psychiatrie kleeft zijn zij huiverig hun kind voor de rest van zijn leven met dat label op te zadelen, te meer omdat een groot deel van het ‘rare’ gedrag van jongeren gewoon bij de leeftijd hoort en vanzelf over gaat. Hoe kan zo’n huisarts nu weten dat hun kind niet normaal is? Vanwege dit gegeven en omdat werken met jeugdigen een specialisme is dat de gemiddelde huisarts noch poh-ggz in huis heeft, zouden wij willen pleiten voor een speciaal kinderprogramma in de basis-ggz bij Rivierduinen. Wij denken aan een programma dat tegen diagnose aanhangt, binnen de gb-ggz parameters, dat zich richt op het diffuse 2
Is het de Raad van Bestuur bijvoorbeeld al opgevallen dat in de folder voor huisartsen, de
huisarts voor consultatie wordt verwezen naar de huisarts?
22
Centrale Cliëntenraad gebied van zorgwekkend gedrag (dat mogelijk toch “niets” is), bij tieners en adolescenten, uitgevoerd door K&J specialisten. Dus een beperkt aantal contactmomenten waarin de ernst van de klacht kan worden bepaald, eventueel medicatie kan worden ingezet en bijvoorbeeld enkele psychologische technieken en een passende e-module kunnen worden aangereikt en een stukje psycho-educatie (voor ouders). Met name de mogelijkheid om suïcidaliteit en automutilatie bespreekbaar te maken, zal voor veel jeugdigen een opluchting zijn en een steun in de rug kunnen betekenen. Door de mogelijkheid om naadloos door te schakelen naar de specialistische K&J-ggz van Rivierduinen, mocht dat geëigend zijn, kan een dergelijk programma ook kinderen met een vermoeden van een ernstiger problematiek bedienen – iets waardoor het zich kan onderscheiden van een wijkteam of van de vrijgevestigden. Als dit programma een beetje luchtig wordt opgetuigd (vergelijk Proud2bme), zal het de drempel van een verwijzing naar de basis-ggz voor veel jeugdigen en hun ouders behoorlijk verlagen en daarmee bij kunnen dragen aan de vroeg-signalering. Een andere mogelijkheid is het koppelen van gb-modules. Aangezien er vooralsnog geen beperking is gesteld aan het aantal malen dat de huisarts zijn patiënt naar de basis ggz kan verwijzen, moet het binnen Rivierduinen toch ook mogelijk zijn om een behandeling als soort trein van kortdurende gb-modules in te richten. De huisarts kan dan zodanig geïnformeerd worden over deze modules dat hij/zij zelf kan bedenken dat “eerst die en dan die andere” de perfecte behandeling voor de betreffende patiënt zal zijn. Niets werkt zo bevorderlijk voor het handelen als het idee hebben zelf een goed idee te hebben gehad. Z&Z staan open voor dergelijke initiatieven in de gb-ggz en willen meedenken, bijv. over de mogelijkheid om het gb-dbc na enkele sessies om te kunnen zetten in een s-dbc, zonder dat Rivierduinen of de huisarts daarvoor ‘gestraft’ wordt. Verder is het natuurlijk überhaupt raadzaam om speciale kinder-dbc's te ontwikkelen, maar die bal ligt ergens anders. Maar misschien is er tot de NZa over de brug komt wel een soort pilot met Z&Z af te spreken - die willen zich natuurlijk ook graag profileren op de landelijke verzekeringsmarkt.
2.2.6. Evaluatie proces AHAD - 26 augustus 2014 De Centrale Cliëntenraad heeft kennisgenomen van het voorstel van de RvB over een evaluatie van het proces waarin Alle Hens aan Dek tot stand is gekomen. De Centrale Cliëntenraad is verbaasd over dit voorstel, maar wellicht komt dit omdat de Raad van Bestuur er niet in lijkt te slagen uit te leggen wat de RvB nu precies wilt evalueren? De RvB richt dit voorstel in de eerste plaats aan directies, Centrale Cliëntenraad en Ondernemingsraad, wat doet vermoeden dat de RvB het medezeggenschapstraject rond AHAD wil evalueren. Dit benoemt de Raad van Bestuur echter niet specifiek, ook niet in de onderzoeksopdracht, en later heeft de RvB het over een goed samenspel tussen Raad van Bestuur, directies, teammanagement, medewerkers, Centrale Cliëntenraad, Ondernemingsraad en Familieraad. Door de toevoeging van teammanagement en medewerkers trekt de RvB de evaluatie veel breder dan het medezeggenschapstraject.
23
Centrale Cliëntenraad Ook wanneer de RvB er in slaagt om de focus van deze evaluatie te verhelderen is het zeer de vraag of een historisch en zeer uitzonderlijk besluit van de Raad van Bestuur, moet worden aangegrepen om het proces te evalueren. Beter zou het zijn om meerdere trajecten te nemen zodat patronen zichtbaar worden en het risico dat er naar aanleiding van een incident beleid wordt gemaakt wordt vermeden. Daarbij is het inhuren van externen om een dergelijke evaluatie te laten beoordelen naar de mening van de Centrale Cliëntenraad onnodige geldverspilling. De Centrale Cliëntenraad stelt voor om, nadat er duidelijkheid is over de scoop van de evaluatie, eerst een interne ronde te houden, zoals de RvB ook voorstelt, en te kijken of deze evaluatie voldoende verbetersuggesties bevat waardoor de efficiency van de besluitvorming vergroot wordt. Wanneer dit onvoldoende resultaten oplevert kan alsnog gekeken worden of externe expertise ingehuurd moet worden. Uiteraard begrijpt de Centrale Cliëntenraad dat Rivierduinen aan de vooravond staat van zware tijden en is Alle Hens aan Dek naar alle waarschijnlijkheid pas de eerste ingreep die de Raad van Bestuur moet doen om het bedrijf Rivierduinen financieel op orde te houden. Wanneer we er van uitgaan dat de RvB toch doelt op het verbeteren van de medezeggenschap en het samenspel daarbinnen dan vinden wij de onderzoeksopdracht te negatief geformuleerd en bovendien behelst de opdracht daardoor al een conclusie, namelijk dat er patronen zijn die een goed samenspel in de weg zitten. Beter lijkt het om een onderzoeksopdracht neutraler te formuleren; “Onderzoek op welke wijze de inbreng van de diverse inspraakorganen het best tot zijn recht kan komen. Wat is er voor nodig om binnen de tijdsdruk hun adviesrol te optimaliseren zodat dit van beide kanten leidt tot succes en tevredenheid en uit eindelijk een evenwichtig en breed gedragen beleidsvoornemen?” De Centrale Cliëntenraad behoudt, ook in deze financieel zware tijden, haar wettelijke bevoegdheden inclusief adviestermijnen, maar zal alles doen, zoals ook bij Alle Hens aan Dek, om dit in goed overleg met de Raad van Bestuur en de Cliëntenraden op een zo efficiënt mogelijke wijze te laten verlopen. Dat vraagt om inspanning van beide kanten.
2.2.7. Medezeggenschap jeugd - 22 september 2014 De Centrale Cliëntenraad heeft kennisgenomen van de vormgeving van de medezeggenschap van de samengevoegde centra K&J en de spécialités en geeft daarover de volgende twee adviezen; Ten eerste maakt de Centrale Cliëntenraad zich zorgen over het verloren gaan van expertise door het beëindigen van het contract met de coach/ondersteuner Jenny de Jeu. Door haar kennis en vaardigheden is Rivierduinen met de enige jongeren-cliëntenraad uniek in Nederland als 24
Centrale Cliëntenraad het gaat om het betrekken van in ambulante zorg zijnde jeugdigen bij de medezeggenschap. Mede door dit feit wordt Jenny landelijk als een boegbeeld van jeugdmedezeggenschap gezien. Met haar brede netwerk bij de ketenpartners en kennis op het gebied van jeugdinspraak is Jenny zeker in de periode van transitie van onmisbare toegevoegde waarde. De Centrale Cliëntenraad adviseert dan ook nadrukkelijk om het besluit om de overeenkomst met haar te beëindigen per 1 november 2014 te heroverwegen. Ten tweede is de Centrale Cliëntenraad teleurgesteld over de wijze waarop door de interimdirectie de medezeggenschap van het nieuw te vormen centrum aan de cliëntenraden wordt opgelegd, zonder dat hierbij sprake is van een zorgvuldig overleg met de betrokken cliënten(raden). De Centrale Cliëntenraad ziet graag van de Raad van Bestuur een voorstel om de betrokken raden de tijd en ruimte te geven om zelf een plan van aanpak te formuleren waarbij de specifieke aandacht voor jeugdmedezeggenschap ook binnen de nieuwe wettelijke kaders van de jeugdwet een goede positie krijgt. 24 oktober 2014 De Centrale Cliëntenraad heeft de reactie van de Raad van Bestuur op ons ongevraagde advies van 22 september jl. over de medezeggenschap van de samengevoegde centra K&J en de spécialités ontvangen. De huidige situatie baart de Centrale Cliëntenraad ernstig zorgen. De Centrale Cliëntenraad constateert dat de betrokken cliëntenraden nog ver zijn van een overeenstemming over de wijze waarop de medezeggenschap in het nieuwe centrum vorm moet krijgen. De ervaring uit eerdere integratieprocessen leert ons dat dit een ingewikkeld veranderproces is dat vraagt om goede begeleiding en ondersteuning. Dat in dit proces nu de ondersteuning voor één van de betrokken cliëntenraden wegvalt, maakt de situatie nog ingewikkelder. Het besluit van de directie om het contract van de ondersteuner van de Cliëntenraad K&J GGZ per 1 november 2014 te beëindigen heeft tot gevolg dat de jeugdigen zich in dit proces niet meer ondersteund voelen. De Centrale Cliëntenraad stelt dan ook voor om tijdelijk, totdat de nieuwe werkwijze met instemming van alle betrokken raden is vastgesteld (een periode van 3 tot 6 maanden), een ondersteuner beschikbaar te stellen aan de Clientenraad K&J. Uiteraard adviseren wij om de Cliëntenraad K&J bij het aantrekken van een dergelijke nieuwe ondersteuner te betrekken. Daarnaast wil de Centrale Cliëntenraad alle betrokkenen adviseren om uit te gaan van het afspiegelingsprincipe bij het samenstellen van de medezeggenschapsstructuur. Het wordt een centrum voor jeugd dus zal de Cliëntenraad van dit centrum voornamelijk uit jeugdigen moeten bestaan. Daarnaast zal ook dit centrum een familieraad krijgen, de plek waar bij uitstek het familieperspectief tot zijn recht kan komen. De Centrale Cliëntenraad hoopt dat hiermee het belangrijke en waardevolle cliëntenperspectief van jeugdigen, de doelgroep van het centrum, geborgd wordt.
25
Centrale Cliëntenraad 3. Overige onderwerpen: 3.1. Strategie document kwaliteit - 13 maart 2014 Het dagelijks bestuur van de Centrale Cliëntenraad heeft het strategiedocument kiezen voor kwaliteit gelezen en besproken. Allereerst valt het de Centrale Cliëntenraad op dat de vorige beleidskaderbrief uit 2013 – geldend voor 2013 tot en met 2015 niet meer aan de orde komt, zoals bijvoorbeeld de inzet van ervaringsdeskundigheid. Er lijkt geen evaluatie te hebben plaatsgevonden van de, in die kaderbrief bepaalde, speerpunten om aan de hand daarvan de prioritering bij te stellen? Wat is de status van dit strategiedocument? Het document geeft geen antwoord of richting aan vragen als: “Hoe zet je de zorgfuncties nu precies op en hoe zet je ze in de markt? Hoe lopen de geldstromen? Wat zijn de ambities van Rivierduinen?” Het document lijkt om de hete brij heen te draaien, hoewel we de ironie in het document wel kunnen waarderen. Er is zowel inhoudelijk als tekstueel veel aan te merken op dit stuk, maar de Centrale Cliëntenraad wil voor nu aangeven wat er ontbreekt. De Centrale Cliëntenraad mist de volgende punten nadrukkelijk in dit document. We lopen de ‘value drivers’ voor het gemak even langs; Kwaliteit van zorg Hier mist de Centrale Cliëntenraad de erkenning dat gezien de bezuinigingen er hoe dan ook sprake zal zijn van een afname in de kwaliteit van zorg (wachttijden, kortere behandelduur, vermindering zorgaanbod, etc) en dat het streven van Rivierduinen moet zijn om desondanks de kwaliteit op een aanvaarbaar niveau te houden. De Centrale Cliëntenraad vraagt al enige tijd aandacht voor het verbeteren van de informatie aan cliënten. Dit verdient zeker in deze context (Rivierduinen verbetert de kwaliteit van haar zorg door de voorspelbaarheid van de duur en het effect van de behandeling te vergroten en hierover transparantie aan de patiënt te geven) extra aandacht! Bijdrage aan de samenleving Bij dit onderdeel mist de Centrale Cliëntenraad met name het belang van het behoud van (school en) werk, de arbeidsreïntegratie etc. Het is van groot belang om de cliënten die in behandeling zijn bij Rivierduinen te ondersteunen in het herstelproces en daarbij is aandacht voor (het behoud van of het vinden van) werk essentieel. Gezonde bedrijfsvoering De standaardisering lijkt haaks te staan op het behoud van de kwaliteit met bijvoorbeeld zorg op maat.
26
Centrale Cliëntenraad
3.2. Voorstel profiel en opdracht interim bestuur - 20 november 2014 De Centrale Cliëntenraad heeft uw voorstel voor het profiel en opdracht voor de aan te stellen interim bestuurder voor Rivierduinen ontvangen. Allereerst merkt de Centrale Cliëntenraad op dat het profiel uiterst mager is geformuleerd. De Centrale Cliëntenraad heeft de indruk dat u, gezien het feit dat de Raad van Bestuur al in gesprek bent met meerdere kandidaten en pas daarna vraagt om inbreng vanuit de diverse gremia, uw keuze wat betreft het profiel al heeft bepaald. De bouwstenen die wij vanuit het cliëntenperspectief aandragen zullen, zo verwacht de Centrale Cliëntenraad, niet leiden tot een aanpassing van het profiel. Uw handelswijze draagt niet bij aan het herstellen van het vertrouwen in de relatie met de Raad van Toezicht. Daarnaast ontbreekt in de profielbrief de toezegging over de betrokkenheid van de Centrale Cliëntenraad bij de selectieprocedure. De Centrale Cliëntenraad vraagt wel om een duidelijke indicatie welke (maximale) beloning voor deze opdracht is gereserveerd. Daarnaast wil de Centrale Cliëntenraad de Raad van Bestuur er op wijzen dat is afgesproken dat aan alle vacatures van Rivierduinen de zin “cliëntervaring is een pre” wordt toegevoegd. Ten aanzien van de opdracht is de Centrale Cliëntenraad van mening dat deze kaders onvoldoende richtinggevend zijn en de interim bestuurder te veel ruimte voor interpretatie laten. De Raad van Bestuur lijkt geen keuze te willen maken tussen doorgaan met de ingezette strategische koers en nieuwe plannen maken met betrekking tot de financiële situatie en de dossiers. Merkwaardig is daarbij dat de Raad van Bestuur zegt vast te willen houden aan de koers, maar tegelijkertijd wel het tempo wil versnellen, hetgeen natuurlijk wel degelijk een strategische wijziging inhoudt. Wat betreft de verbetering van het operationele resultaat, de verbetering van de vermogenspositie en de zorginhoudelijke dossiers adviseert de Centrale Cliëntenraad dan ook om zowel de concrete resultaten als de termijnen waarbinnen deze doelen moeten worden gehaald, te noemen.
3.3. Proces interim-bestuurders - 27 november 2014 De Cliëntenraad is onaangenaam verrast door de voordracht van het duo interimbestuurders. In het overleg met de Raad van Toezicht van 17 november is bedongen dat er sprake zou moeten zijn van een keuzemogelijkheid. De Raad van Toezicht heeft toegezegd dat er twee kandidaten voor één interim-bestuursfunctie aan de gremia zouden worden voorgelegd. In principe zou er één interim-bestuurder komen. De Raad van Toezicht heeft nu twee kandidaten voorgedragen als een duo waarmee de keuzemogelijkheid is komen te vervallen. De Centrale Cliëntenraad heeft de Raad van Bestuur op 20 november een advies gestuurd waarin bouwstenen voor het profiel en opmerkingen over de opdracht zijn opgenomen.
27
Centrale Cliëntenraad Wij hebben moeten constateren dat geen van onze adviezen in het definitieve profiel en de opdracht is terug te vinden. Deze handelswijze draagt niet bij aan het herstel van vertrouwen. Doordat de Raad van Toezicht de medezeggenschap opnieuw negeert, overweegt de Centrale Cliëntenraad als bijzonder aandeelhouder van Rivierduinen om dit wanbeleid aan de Ondernemingskamer voor te leggen. De Centrale Cliëntenraad wil daarnaast graag – zoals ook al eerder verzocht - inzicht in de kosten die gemoeid zijn met de benoeming van het interim-bestuur.
28
Centrale Cliëntenraad 5. Opdracht van de Centrale Cliëntenraad Het instellen van een Cliëntenraad is niet vrijblijvend. Met de invoering
van de Wet
Medezeggenschap Cliënten Zorginstellingen (WMCZ) in 1996 kregen de cliëntenraden wettelijk erkende bevoegdheden. De taakopdracht, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de CCR zijn vastgelegd in een
convenant
met
de
lokale
Cliëntenraden
van
Rivierduinen
en
een
samenwerkingsovereenkomst met de Raad van Bestuur van Rivierduinen. De opdracht vanuit het convenant luidt als volgt:
“De Centrale Cliëntenraad functioneert naast de verschillende cliëntenraden per instelling en behartigt de gemeenschappelijke belangen van de cliënten op een niveau dat de afzonderlijke instellingen overstijgt.” De opdracht vanuit de samenwerkingsovereenkomst met de Raad van Bestuur is:
“Het doel van de Centrale Cliëntenraad is het, binnen het kader van de doelstellingen van Rivierduinen, behartigen van gemeenschappelijke belangen van cliënten op instellingsniveau.” De wet noemt de onderwerpen waarover de Cliëntenraad advies mag uitbrengen of waarvoor de instemming van de raad is vereist. Daarnaast kan de Cliëntenraad ongevraagd advies uitbrengen over alle onderwerpen die voor cliënten van belang zijn. Voor de directie van de zorginstelling is de cliëntenraad daarmee een serieuze gesprekspartner. De Cliëntenraad en de WMCZ De WMCZ regelt de status van de Cliëntenraad en geeft aan wat zijn rechten en plichten zijn. In de wet is de taak van de Cliëntenraad kort omschreven; De Cliëntenraad behartigt de gemeenschappelijke belangen van de cliënten. Om die belangen te behartigen heeft de Cliëntenraad een aantal grondrechten, o.a.; het recht op informatie De Cliëntenraad heeft informatie nodig om mee te kunnen praten over het beleid van de instelling. De zorgaanbieder moet de cliëntenraad alle informatie geven die deze voor zijn taak nodig heeft. het recht op overleg De Cliëntenraad overlegt regelmatig met de directie over het beleid van de instelling. Hoe ze dat doen regelen de directie en de Cliëntenraad in een samenwerkingsovereenkomst. het recht om te adviseren De WMCZ geeft de Cliëntenraad het recht om voorstellen te doen over alle onderwerpen die voor cliënten van belang zijn. De raad mag altijd een advies uitbrengen, gevraagd en ongevraagd. Over bepaalde in de wet vastgelegde onderwerpen moet de directie de cliëntenraad altijd raadplegen. Daarvoor gelden speciale bevoegdheden. De wet geeft aan wanneer deze rechten gelden en hoe ze moeten worden toegepast.
29
Centrale Cliëntenraad
6. De samenstelling van de Centrale Cliëntenraad De Centrale Cliëntenraad is samengesteld uit vertegenwoordigers van de diverse Cliëntenraden. Het streven is om uit elke Cliëntenraad twee vertegenwoordigers af te vaardigen naar de Centrale Cliëntenraad. In totaal waren er op 1 januari 2014 binnen Rivierduinen 7 Cliëntenraden: Cliëntenraad GGZ Duin- en Bollenstreek / Leiden Cliëntenraad GGZ Midden-Holland/ Rijnstreek Cliëntenraad GGZ Haagstreek/ Zoetermeer Cliëntenraad GGZ Kinderen & Jeugd Cliëntenraad Centrum Persoonlijkheidsstoornissen Jelgersma Cliëntenraad Ursula Centrum voor Eetstoornissen Cliëntenraad Centrum Autisme Cliëntenraad Kristal – tot nu toe niet opgericht In
2014
waren
in
de
Centrale
Cliëntenraad
de
volgende
Cliëntenraadsleden
vertegenwoordigd: - Leiden / Duin- en Bollenstreek
Carla van den Oord-de Roo, Marja Bakker, Caroline
Angenent,
Erik
Oosterom
Simon
Verloop, Lars van Wezel - Rijnstreek/ Midden-Holland
Anneke Bruné, Truus de Jager, Ronald Geurts
- Zoetermeer/ Haagstreek
Cok van Leeuwen, Els Vosse
- GGZ Kinder en Jeugd
Nancy, Paula, Romario, Stefanie, Anne
- Cliëntenraad Jelgersma
Ingrid Verhaart, Linda Kruithof , Joriek v Hove, Jordy
- Cliëntenraad Ursula
Petra Itterzon, Jean Paul Pluggers, Joke v.d. Meer
- Cliëntenraad Autisme
Mark Bosje, Willem Stoffers
Het dagelijks bestuur van de CCR werd in 2014 gevormd door: Truus de Jager
Voorzitter
Caroline Angenent
Secretaris
Simon Verloop
Penningmeester
Lars van Wezel
Lid
De Centrale Cliëntenraad is in 2014 ondersteund door Bart Smith.
30
Centrale Cliëntenraad 7. Contact met de Centrale Cliëntenraad Mocht u naar aanleiding van dit jaarverslag op-, aanmerkingen of vragen hebben dan kunt u altijd contact met ons opnemen: Postadres:
Centrale Cliëntenraad Rivierduinen Postbus 405 2300 AK Leiden
Bezoekadres:
Kasteel Endegeest Endegeesterstraatweg 5, Oegstgeest (Ingang onder linker toren)
E-mail:
[email protected]
Telefoon:
071-8906645
Website
www.clientenraden-rivierduinen.nl
Coach/Ondersteuner Centrale Cliëntenraad:
Bart Smith
06-52016534
31