BUSINESSPLAN
2013-2017 Limburgs erfgoed in beweging
Randy Habets, Paul Jansen Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij 2013-2017
Voorwoord 24 maart 2013 bestond de stichting Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij 25 jaar. ZLSM heeft in die tijd veel hoogtepunten, maar ook dieptepunten beleefd, waaronder de huidige situatie. Eind 2012 is ZLSM van een acute ondergang gered door een noodkrediet verstrekt door de provincie Limburg en de gemeenten Simpelveld, Kerkrade, Gulpen-Wittem en Valkenburg a/d Geul. Daarmee is een faillissement voorkomen, maar de continuïteit op (middel)lange termijn nog niet geborgd. Daartoe is extra ondersteuning bij onderhoud van de infrastructuur en het groot onderhoud van het materieel noodzakelijk. Die noodzaak staat reeds sinds 2006 op de agenda's van alle betrokken partijen. Er wordt gezocht naar mogelijke oplossingen. Er zijn vele studies verricht, notities opgesteld en plannen geschreven. De urgentie om te komen tot een structurele oplossing is alleen maar groter geworden. Zo groot, dat continuïteit op korte termijn onzeker geworden is. In haar 25-ste levensjaar wordt ZLSM in haar existentie bedreigd. Aan de verstrekking van het noodkrediet hebben de financiers de volgende voorwaarde verbonden: In het 1e kwartaal van 2013, uiterlijk 31 maart 2013, dient ZLSM een zorgvuldig onderbouwde businesscase inclusief meerjaren exploitatieplan (minimaal 10 jaar) op te stellen, die inzicht geeft in en uitkomst biedt aan: 1) de nijpende situatie rondom met name de exploitatie en 2) de verwerving respectievelijk het onderhoud van de/het (stations)gebouw(en), het materieel en de infrastructuur van de ZLSM en de structurele financiering hiervan.
Het voorliggende document is mede opgesteld in het kader van voornoemde voorwaarde. De wijze waarop ZLSM de exploitatiesituatie zal oplossen is beschreven in hoofdstuk 4 "Beleid en strategie". Het verwerven van externe financiering t.b.v. het onderhoud aan infra en materieel is een voorwaarde om te komen tot een oplossing en is beschreven in het hoofdstuk 5 "Financiën".
Voor het tot stand komen van het voorliggende plan gaat onze dank uit naar de vertegenwoordigers van de provincie Limburg en de gemeenten langs de lijn en in het bijzonder naar mevrouw Ilja Castermans en de heren René Seijben en Roger Scheren voor hun constructieve en onvermoeibare ondersteuning. Tevens zijn wij bijzonder dankbaar voor de talloze steunbetuigingen en ondersteuning die wij in deze moeilijke periode mochten ontvangen van onze relaties en van de Limburgse bevolking. En "last" maar zeker niet "least" naar alle vrijwilligers van de Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij. Hun positieve instelling, uitgebreide input en collectieve inzet is wat onze organisatie zo heel bijzonder maakt.
A. Baaten voorzitter Stichting Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 1
Inhoud Voorwoord .................................................................................................................................................................................................................1 1. Inleiding ...............................................................................................................................................................................................................3 2. Maatschappelijk nut van de Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij ................................................................................4 2.1 De missie en visie.....................................................................................................................................................................................4 2.2 ZLSM als behoeder van Limburgs erfgoed ...................................................................................................................................5 2.3 ZLSM als economische motor .............................................................................................................................................................5 2.4 ZLSM als natuurbeheersorganisatie ................................................................................................................................................5 2.5 ZLSM als sociaal maatschappelijke organisatie .........................................................................................................................6 2.6 ZLSM als conservator van railinfrastructuur ...............................................................................................................................6 2.7 Resumé: maatschappelijk nut .............................................................................................................................................................7 3. Bedreigingen ......................................................................................................................................................................................................8 3.1 Verlieslatende exploitatie ....................................................................................................................................................................8 3.2 Geen geld voor groot onderhoud van infrastructuur en materieel ...................................................................................8 3.3 Beperking inzet eigen vermogen ZLSM .........................................................................................................................................9 3.4 Opzegging huur station .........................................................................................................................................................................9 3.5 Stand van zaken maart 2013 ........................................................................................................................................................... 10 3.6 Resumé: bedreigingen .......................................................................................................................................................................... 10 4. Beleid en strategie 2013 t/m 2017 ....................................................................................................................................................... 11 4.1 Herstellen gezonde verhouding tussen personele kosten en de omzet ....................................................................... 11 4.2 Verhogen attractiewaarde en verblijfswaarde ........................................................................................................................ 11 4.3 Verbeteren effectiviteit marketing ............................................................................................................................................... 12 4.4 Verbeteren effectiviteit en rendement rijdagen en dienstregeling ................................................................................ 12 4.5 Ontwikkeling strategische samenwerking ................................................................................................................................ 14 4.6 Creëren van investeringsmiddelen voor noodzakelijk onderhoud aan infrastructuur en materieel ............. 15 4.7 Materieelkeuze ...................................................................................................................................................................................... 16 4.8 Creëren van investeringsmiddelen voor uitbreidings- en vervangingsinvesteringen .......................................... 16 4.9 Resumé: beleid en strategie .............................................................................................................................................................. 17 5. Bedrijfsleven versus overheid ................................................................................................................................................................ 18 6. Financiën .......................................................................................................................................................................................................... 21 6.1 Meerjaren exploitatiebegroting 2013-2018 ............................................................................................................................. 21 6.2 Financiering middels fondsen .......................................................................................................................................................... 22 6.2.1 Fonds Infrastructuur .................................................................................................................................................................. 22 6.2.2 Fonds Materieel ............................................................................................................................................................................ 23 6.2.3 Fonds Investeringen ........................................................................................................................................................................ 23 6.5 Resumé: financiën ................................................................................................................................................................................. 24
Bijlagen:
Bijlage A t/m E Businessplan 2013-2017 (separaat toegevoegd) Bijlage A Een toekomstbestendige organisatie Bijlage B Attractiewaarde en verblijfswaarde station(emplacement) Bijlage C Innovatie in marketingstrategieën Bijlage D Rendement rijdagen en dienstregeling Bijlage E Strategische samenwerking: visie op ontwikkeling Groen Cluster Simpelveld ZLSM Marketingplan 2013 (separaat toegevoegd) Financiële bijlage Businessplan 2013-2017 (separaat toegevoegd) Notitie: Bijdrage bedrijfsleven aan ZLSM
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 2
1. Inleiding Dit businessplan geeft inzicht in de actuele omstandigheden die de continuïteit van ZLSM bedreigen. Reeds eerder is geconcludeerd dat ZLSM de onderhoudskosten voor de infrastructuur en kosten groot onderhoud materieel1 niet zelfstandig kan opbrengen. Externe financiering is noodzakelijk. De betreffende kosten worden in dit businessplan beschreven. Tevens geeft ZLSM aan welke bijdrage zij kan leveren aan de financiering van de kosten. Dit businessplan is opgesteld om inzicht te bieden in de financieel-economische perspectieven van ZLSM. Dan gaat het dus vooral over cijfers die betrekking hebben op de interne huishouding van de organisatie. Het plan gaat, anders dan via verwijzingen naar hetgeen ZKA Consultants & Planners daarover onderzocht heeft, niet concreet in op de economische spin-off die ZLSM haar omgeving brengt. Ook alle meerwaarden als gevolg van het intensief opereren van ZLSM op bijvoorbeeld de beleidsvelden cultuur, natuur en mens en maatschappij, worden niet gekwantificeerd. Maar deze meerwaarden zijn er wel en mogen niet verloren gaan.
Het businessplan gaat uit van twee fasen: 1.
De eerste fase, van 2013 t/m 2017, is nu uitgewerkt. In deze periode moet ZLSM weer financieel gezond worden en (bescheiden) investeringsruimte creëren. Het jaar 2013 betreft een overgangsjaar waarin noodzakelijke aanpassingen worden onderzocht en geïnitieerd. Gedurende de jaren 2014 t/m 2017 zal ZLSM vanuit omzetbehoud toewerken naar een stijging van het jaarlijkse onderhoudsbudget van circa € 25.000 naar circa € 70.000 per jaar en streeft ZLSM naar een structurele winst van circa € 25.000 per jaar (+/- 30%). Het realiseren van duurzame besparingen op kosten anders dan die drukken op het onderhoudsbudget is derhalve noodzakelijk.
2.
De tweede fase betreft een doorkijk naar de ontwikkeling van een aantrekkelijk en economisch sterk leisure cluster in Simpelveld met ZLSM als verbindende factor. De visie beschrijft een strategische samenwerkingsvorm die moet leiden tot een openbaar park voor recreanten en toeristen. Het park combineert (gethematiseerd) overnachten met vormen van extensieve recreatie ter plaatse en dient als uitvalsbasis voor 'natuurlijke' recreatie in de regio. Bijlage E en de rapportage van BOEi, die later dit jaar wordt opgeleverd, kunnen als basis dienen voor een verdere visievorming.
Het voorliggende businessplan 2013-2017, waarin het advies van Stellwerk en de eerdere onderzoeken, notities en plannen zijn verwerkt, moet de regionale overheden in staat stellen op korte termijn (vóór de zomer 2013) tot definitieve besluitvorming te komen om mee te investeren en de toekomst van ZLSM veilig te stellen.
1
De rapportage van Stellwerk geeft inzicht in de omvang van deze problematiek en mogelijke oplossingrichtingen.
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 3
2. Maatschappelijk nut van de Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij Bij de oprichting van de stichting in 1988 heeft de ZLSM in de statuten de doelstellingen (artikel 2, lid 1) als onderstaand geformuleerd. Het spoorlijntraject Valkenburg via Simpelveld naar Kerkrade-Centrum, waaronder begrepen het gedeelte bekend als ‘het miljoenenlijntje’, als museumspoorlijn in stand te houden en te exploiteren of te laten exploiteren door het op gezette tijden uitvoeren van treinbewegingen, al dan niet met stoomtractie en voorts al hetgeen met een en ander rechtstreeks of zijdelings verband houdt of daartoe bevorderlijk kan zijn zoals, doch niet uitsluitend:
het in stand houden van de weg, de bijkomende kunstwerken en gebouwen niet alleen voor zover ze noodzakelijk zijn voor de treindienst, maar ook voor zover ze architectonische en cultuurtechnische waarde hebben; het behouden van de landschappelijke, milieutechnische en natuurwetenschappelijke waarden die de baan en de aanliggende terreinen hebben; het bieden van gelegenheid historische treinen en trammateriaal in stand en in bedrijf te houden; het bieden van een wezenlijke bijdrage in de toeristische infrastructuur van Zuid-Limburg, zo mogelijk ook buiten het gebruikelijke seizoen.
2.1 De missie en visie Inmiddels bestaat de stichting 25 jaar, waarin gedurende de laatste 18 jaar ook daadwerkelijk een treindienst is geëxploiteerd. Met de daarbij opgedane ervaringen en rekening houdend met de thans geldende omstandigheden heeft het stichting als grondslag voor dit Businessplan de navolgende missie en visie voor de komende jaren geformuleerd: De missie ZLSM wordt (h)erkend als de behoeder van culturele erfgoed, historisch materieel en ontwikkelaar van de natuur langs de spoorlijn. ZLSM biedt een laagdrempelige en attractieve omgeving aan waarin bezoekers op zoek naar onthaasting, natuur, cultuur en educatie zich verwonderen. Deze omgeving biedt voldoende economische potentie om de continuïteit van de museale organisatie te borgen en genereert spin-off in de directe omgeving van de spoorlijn. ZLSM is een primair door vrijwilligers gerunde organisatie. ZLSM is ook een lerende organisatie, wat wil zeggen dat zowel vrijwilligers, eigen medewerkers als medewerkers van sociaal maatschappelijke organisaties elkaar opleiden en coachen in het ontwikkelen van competenties en vaardigheden. Alle betrokken personen vinden er een vrolijke en zinvolle tijdsbesteding. De visie ZLSM laat haar bezoekers de regionale geschiedenis van het culturele erfgoed beleven en ervaren. ZLSM stelt het erfgoed op een toegankelijke en attractieve wijze ter beschikking aan bezoekers. Door het prikkelen van de vijf zintuigen draagt ZLSM bij aan het herbeleven van herinneringen door ouderen, de culturele bewustwording van volwassenen en educatieve ontwikkeling van kinderen. Daarnaast levert ZLSM een bijdrage aan de economische ontwikkeling van het Heuvelland en Parkstad door als "verbindende schakel" bezoekers op een nostalgische manier te vervoeren van en naar de aanliggende toeristische trekpleisters inclusief de gemeente Simpelveld.
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 4
ZLSM beweegt zicht qua doelstellingen en werkwijze op een breed maatschappelijk terrein. Het is dan ook niet de aandeelhouderswaarde die centraal staat maar de stakeholderswaarde. Een investering in ZLSM is dus een investering in de maatschappij en haar omgeving en de regionale economie. Die stakeholderswaarde wordt hierna in vijf titels samengevat: 1. 2. 3. 4. 5.
ZLSM als behoeder van Limburgs erfgoed, ZLSM als economische motor, ZLSM als natuurbeheerorganisatie, ZLSM als sociaal maatschappelijke organisatie, ZLSM als conservator van railinfrastructuur.
2.2 ZLSM als behoeder van Limburgs erfgoed ZLSM beheert een groot deel van de eerste grensoverschrijdende spoorlijn (Aken - Maastricht, 1853). Omdat de oudste spoorlijnen meestal het eerst uitgebouwd en gemoderniseerd zijn, is het heel bijzonder dat de ZLSMspoorlijn wat betreft tracering, dwarsprofiel en inrichting de afgelopen anderhalve eeuw vrijwel ongewijzigd is gebleven. Het merendeel van de kunstwerken (spoorbruggen en viaducten) tussen Schin op Geul en de grens verkeert nog in de oorspronkelijke staat. De zijtak naar Kerkrade werd in 1872 als kolenspoor met paardentractie aangelegd (ontsluiting Domaniale Mijn) en heeft in de dertiger jaren een modernisering ondergaan, als onderdeel van de toen gerealiseerde Miljoenenlijn (verbinding tussen Schaesberg, Kerkrade en Simpelveld). De oorspronkelijke kunstwerken zijn naar de toenmalige inzichten vernieuwd èn vernieuwend uitgevoerd in gewapend beton. Dit tracé is daarna geheel in die staat gehandhaafd. Op het emplacement van Simpelveld hebben inmiddels het station, de seinhuizen, de watertoren en de draaischijf de status verkregen van rijksmonument. Ook de poort (gebouwd in 1928), die de Hamweg in Kerkrade onder de lijn Simpelveld-Kerkrade doorvoert, heeft diezelfde status. De klassieke mechanische beveiliging (armseinen, trekdraden en hendeltoestellen), is op de emplacementen van Simpelveld en Wijlre volledig gerestaureerd en door ZLSM operationeel gemaakt.
2.3 ZLSM als economische motor De spoorlijn van ZLSM verbindt als "ijzeren ruggengraat" Valkenburg aan de Geul (het centrum van verblijfstoerisme in het Heuvelland) met Kerkrade en meerdere attracties, waardoor het verblijfstoerisme naar plaats en tijd gespreid wordt over een grotere regio, zonder daarmee het wegennet extra te belasten. ZLSM trekt jaarlijks zo’n 55.000 (gemiddelde 2008-2012) bezoekers, die samen ruim 100.000 treinreizen maken. ZKA Consultants & Planners heeft in 2009 becijferd, dat de potentiële economische spin-off van ZLSM op € 1,65 miljoen aan bestedingen per jaar geraamd kan worden waarmee circa 15 fte’s aan werkgelegenheid gemoeid zijn. Tevens wordt aangegeven dat er een additionele groeipotentie is van € 2,0 miljoen aan extra bestedingen en 19 extra fte’s aan werkgelegenheid. Een opvallend feit is dat er op alle stopplaatsen van ZLSM weer horecafuncties verschenen zijn.
2.4 ZLSM als natuurbeheersorganisatie ZLSM beheert ruim 70 ha aaneengesloten terreinen die zich over een totale lengte van 22 km uitstrekken over vijf gemeenten in Zuid-Limburg en een in Duitsland. De spoorlijn biedt direct of in samenhang met andere ecologische structuren een verbinding tussen de grotere natuurgebieden van het Heuvelland, de
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 5
Horbacherbörde en de Brunssummerheide. Zowel in provinciale als in gemeentelijke bestemmingsplannen zijn grote delen van het grondgebied van ZLSM aangewezen als EHS en/of PES. Uit landelijk onderzoek blijkt dat de spoorlijn een ruime mate van voor Nederland unieke plant- en diersoorten herbergt. De redenen zijn: diverse bodemtypen en steile taluds en hellingen en het daarop door ZLSM uitgevoerde beheer, waardoor zowel droge als natte situaties voorhanden zijn. Beroemd is het kalkgrasland tussen Wijlre en Simpelveld. Recent onderzoek heeft aangetoond dat juist de soortenrijkdom hier sterk is toegenomen. Van alle Nederlandse spoorterreinen herbergt het emplacement van Simpelveld wel de meeste bijzondere soorten. Jaarlijks worden in samenwerking met Stichting VOBULA kampeervakanties georganiseerd, waar vrijwilligers zich actief inzetten voor het behoud van de natuur en het cultuurhistorisch landschap.
2.5 ZLSM als sociaal maatschappelijke organisatie ZLSM bindt door de jaren heen een constante schare van zo’n 200 tot 250 vrijwilligers aan zich. Iets minder dan de helft (45%) is korter dan 8 jaar actief voor ZLSM, 21% tussen de 8 en 12 jaar en 34% langer dan 12 jaar. Daaruit blijkt de stabiliteit van en de trouw aan de ZLSM-organisatie. De leeftijden lopen uiteen van 16 jaar (minimum leeftijd) tot héél oud en het opleidingsniveau is gemengd: 30% is laag, 32% middelbaar en 38% hoger opgeleid. Vrijwilligers komen vooral uit Zuid Limburg, maar ook uit de rest van Nederland, België, Duitsland en zelfs Zwitserland. ZLSM bindt technische en administratieve mensen, kunstzinnige en verzorgende types, blauwe en witte boorden, kortom ZLSM vormt een volledige afspiegeling van de normale maatschappij. De vrijwilligers geven ZLSM gemiddeld het rapportcijfer 7,2 voor de overall tevredenheid. Een goede score! Behalve aan het vaste vrijwilligerskorps stelt ZLSM tevens werkplekken beschikbaar aan: een tweetal mensen met bijzondere beperkingen (in vaste dienst met medewerking van de WOZL) diverse studenten (stageplekken): van maatschappelijke stageplaatsen (ca. 60 in 2012) tot MBO en HBO stages (ca. vier per jaar); in het kader van reïntegratie wordt samengewerkt met RIMO, Exodus, Phoenix, Pentasz, Alexander Calder en Atland (instellingen voor opvang, zorg en activering aan mensen die door persoonlijke problemen of omstandigheden niet in staat zijn volwaardig aan de samenleving deel te nemen); gericht op inburgering zijn via Annex en Agens twee personen geplaatst voor elk twee dagen per week; taakgestraften via de reclassering. Aanvullend is ZLSM onlangs een samenwerking gestart met VDL. In dit project wordt gedurende twee jaar aan meerdere NedCar medewerkers een werkplek aangeboden. Een eerste groep van acht personen is gestart in februari 2013 en een tweede groep staat in de startblokken. Daarnaast onderzoekt ZLSM samen met het UWV waar wij elkaar kunnen aanvullen in de inzet van mensen met een WIA uitkering. Alsmede bij de reactivering van jongeren met Wajong-uitkering met als doel de afstand tot regulier werk te verkleinen.
2.6 ZLSM als conservator van railinfrastructuur Als ZLSM er niet sinds 1988 was geweest, zouden de spoorlijnen tussen Schin op Geul en Kerkrade, respectievelijk Simpelveld en Vetschau, er nu waarschijnlijk net zo uitzien als het voormalig tracé van de stoomtram tussen Maastricht en Vaals. Je zou het verloop in het landschap nog wel terug kunnen vinden, maar het zou overwoekerd zijn, deels verkocht en omgeploegd of zelfs bebouwd zijn. Door ZLSM is het historisch tracé behouden, maar is ook toekomstig hergebruik als openbare spoorlijn mogelijk.
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 6
Het baanvak tussen Kerkrade Centrum en de kruising met de N300 gaat deel uitmaken van de Avantislijn. ZLSM heeft zich ter zake richting de regionale overheden (gemeenten en provincie) altijd coöperatief opgesteld en is bereid dit baanvak voor gezamenlijk gebruik open te stellen en zo nodig het eigendom ervan over te dragen aan de provincie of aan de nationale spoorbeheerder ProRail.
2.7 Resumé: maatschappelijk nut
Maatschappelijk nut van de Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
22 kilometer spoor 15fte spin-off groeipotentie 19fte extra
250 vrijwilligers van 16 tot ruim 80 jaar oud ca. 55.000 bezoekers per jaar
150 jaar oude spoorlijn Parkstad Zuid-Limburg Europa
VOBULA Valkenburg aan de Geul leerbedrijf
Simpelveld
70 ha natuurbeheer (140 voetbalvelden)
UWV klassieke beveiliging
Limburgs erfgoed in beweging
monumenteel grensstation
rijksmonumentale seinhuizen, watertoren draaischijf EHS / PES
Eys
Miljoenenlijn sociale werkplekken Nederlands eerste grensoverschrijdende spoorlijn stageplaatsen historisch materieel kalkgrasland reclassering erkende werkplaats ijzeren ruggengraat Schin op Geul Heuvelland - Parkstad Vetschau (Aken) Kerkrade € 1,65 miljoen spin-off Exodus groeipotentie € 2 miljoen extra Wijlre
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 7
3. Bedreigingen ZLSM is de laatste tijd tegen de volgende vier majeure bedreigingen opgelopen: 1. 2. 3. 4.
Verlieslatende exploitatie, Geen geld voor groot onderhoud van infrastructuur en materieel, Beperking inzet eigen vermogen ZLSM, Opzegging huur station.
3.1 Verlieslatende exploitatie De treinen van ZLSM rijden nu al 18 jaar door het Limburgse land. De eerste veertien jaren is gebleken, dat ZLSM heel wel in staat was kostendekkend te opereren. De omzet kende een gestage groei tot circa 1 miljoen euro in 2008. Maar ook de kosten stegen, voornamelijk door het wettelijk voorgeschreven onderhoud van het historisch materieel en de infrastructuur. Sinds 2009 ervaart ZLSM de effecten van de economische crisis en werd vooral in 2010 fors verlies geleden. De trend is nu omgebogen, maar er wordt nog steeds (weliswaar minder, maar toch) verlies geleden.
Ontwikkeling opbrengst/resultaat 2001 t/m 2011 1.000.000,00 900.000,00 800.000,00 700.000,00 600.000,00 500.000,00 400.000,00 300.000,00 200.000,00 100.000,00 0,00 -100.000,00 -200.000,00 2001
2002
Opbrengsten
2003
2004
Brutomarge
2005
2006
Personeelskosten
2007
2008
Overige kosten
2009
2010
2011
Netto resultaat
3.2 Geen geld voor groot onderhoud van infrastructuur en materieel Het feit dat ZLSM geen middelen heeft voor groot onderhoud van infrastructuur en materieel is al sinds 2006 bekend en onderwerp van overleg met de provincie. Om inzicht in de aard en omvang van deze situatie en de financieringsbehoefte te verkrijgen, heeft de provincie een opdracht verstrekt aan bureau Stellwerk.
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 8
Uitgangspunt is dat het normale (dagelijkse) onderhoud wordt gefinancierd uit de lopende exploitatie van ZLSM. Dit betekent dat jaarlijks een bedrag van circa € 70.000 dient vrij te maken voor onderhoud. Voor de daarbovenuit stijgende kosten dient een vorm van externe financiering gevonden te worden. Hiervoor wordt een beroep gedaan op de overheden voor (gedeeltelijke) financiering, uiteraard onder de conditie van een sluitende exploitatie van ZLSM. Voor details wordt verwezen naar de rapportage van Stellwerk.
3.3 Beperking inzet eigen vermogen ZLSM Tot 2005 huurde ZLSM de spoorlijn inclusief omliggende gronden en station Simpelveld van NS Vastgoed (later NS Poort, weer later NS Stations geheten). Het beheer en onderhoud kwamen voor rekening voor ZLSM. De door ZLSM gebouwde werkplaats en loodsen stonden met een opstalrecht op deze gehuurde grond. In 2005 is het gehele onroerend goed, behalve het stationsgebouw met bijbehorende ondergrond voor € 1,00 in eigendom overgedragen aan ZLSM. In de koopakte is opgenomen dat NS Vastgoed een eerste kooprecht behoudt. Door “vermenging” verviel het opstalrecht en gold dit recht op eerste koop en verbod op bezwaringen ook voor het oorspronkelijk eigendom van ZLSM (werkplaats en stallingloods). In een goed gesprek is deze situatie bij NS Stations aangekaart en tot een oplossing gebracht. Bij brief van d.d. 29 januari 2013, kenmerk 12147 heeft NS Stations ZLSM bericht, dat zij jegens een eventuele hypotheekvertrekker verklaart, dat het eerste recht van koop niet van toepassing zal zijn bij een eventuele executoriale verkoop van onze werkplaatsen en de loodsen inclusief de omliggende gronden. Daardoor kan het hier geïnvesteerd vermogen (WOZ-waarde: 1,7 miljoen) eventueel worden ingezet om investeringsprojecten ter stimulering van het exploitatierendement te financieren.
3.4 Opzegging huur station In 2005 wenste NS Vastgoed het stationsgebouw niet te verkopen. Later, in 2009, werd het gebouw alsnog aan ZLSM te koop aangeboden. Naar de mening van ZLSM echter tegen een te hoge prijs, mede gelet op het achterstallig onderhoud. Daarop is het station, in een deal met veel andere objecten, verkocht aan een vastgoedbedrijf genaamd Perron XL. In 2012 heeft Perron XL een huurverhoging aangekondigd. ZLSM achtte het bedrag niet realistisch waarna ZLSM een voorstel kreeg tot koop van het pand voor een prijs die € 75.000 hoger lag dan de aanbieding van NS Vastgoed in 2009 en € 100.000 hoger dan de werkelijke verkoopprijs aan Perron XL.. ZLSM heeft daar negatief op gereageerd, waarna aan ZLSM eind 2012 de huur werd opgezegd. Naar aanleiding van de daarop volgende berichten in de media heeft de stichting PILON (Participatie en Investeringsfonds Laura- en Oranje Nassaumijnen) zich aangediend. Dit fonds richt zich op investeringen in arbeidsintensieve bedrijven. PILON heeft ZLSM een lening aangeboden die de aankoop van het stationsgebouw tegen aantrekkelijke condities mogelijk moet maken. Voorwaarde is dat ZLSM ook voor de langere termijn haar levensvatbaarheid overtuigend kan aantonen.
Status per 26 augustus 2013 Een juridische toets heeft uitgewezen dat de huuropzegging per 30 juni 2014 niet rechtmatig is. De onrechtmatige huuropzegging is bekend gemaakt aan de eigenaar. De kans dat ZLSM station Simpelveld daadwerkelijk dient te verlaten wordt hierdoor uiterst klein. ZLSM zal zich sowieso ten alle tijden verzetten tegen het daadwerkelijk verlaten van haar thuisbasis. Indien nodig wordt juridische ondersteuning inschakelt, maar dit heeft zeker niet de voorkeur. ZLSM heeft de intentie toe te werken naar een aanvaardbare oplossing.
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 9
Tevens is in opdracht van de stichting PILON een ervaren regionale makelaar in onderhandeling met de huidige eigenaar. De opdracht behelst het uitonderhandelen van een voor alle partijen aanvaardbare prijs voor 30 juni 2014 (einde looptijd huurcontract). Om de onderhandelingen niet te verstoren, is in dit (openbare) rapport geen verdere informatie opgenomen.
3.5 Stand van zaken maart 2013 Nu, maart 2013, mag worden geconcludeerd dat twee bedreigingen op korte termijn kunnen of worden opgeheven. Het eigen geïnvesteerd vermogen is weer inzetbaar en voor het stationsgebouw te Simpelveld is een oplossing in zicht gekomen. De situatie rondom en de wijze van aanpak van de infrastructuur en het groot onderhoud van het materieel zijn nu eenduidig in kaart gebracht en lijken oplosbaar, mits ZLSM een businessplan kan produceren dat met overtuigingskracht ook op langere termijn een positief sluitende exploitatie kan laten zien. Deze notitie bedoelt een dergelijk overtuigend plan aan te leveren.
3.6 Resumé: bedreigingen
Verlieslatende exploitatie Tot en met 2008 kostendekkende exploitatie, vanaf 2009 verlieslatende exploitatie. Geen geld voor groot onderhoud van infrastructuur en materieel ZLSM financiert het lopende onderhoud uit de exploitatiebegroting. Voor groot onderhoud infrastructuur en materieel is externe financiering nodig, dit is voorwaardelijk voor een gezonde exploitatie. Beperking inzet eigen vermogen ZLSM NS Stations heeft een eerste kooprecht op de infrastructuur van de ZLSM. Dit eerste kooprecht is per 29 januari 2013 niet meer van toepassing op de werkplaatsen en loodsen incl. omliggende gronden. Opzegging huur station Stichting PILON heeft ZLSM een lening aangeboden die de aankoop van het stationsgebouw, bij een aanvaardbare koopprijs, tegen aantrekkelijke condities mogelijk moet maken.
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 10
4. Beleid en strategie 2013 t/m 2017 Het beleid en strategie 2013 t/m 2017 heeft als doel het creëren van een sterke, professionele en financieel gezonde organisatie. Hiertoe is voor de genoemde periode het volgende beleid en strategische lijnen geformuleerd.
4.1 Herstellen gezonde verhouding tussen personele kosten en de omzet De personeelslasten zijn naar verhouding t.o.v. de omzet (en in vergelijking met andere museumlijnorganisatie) te hoog opgelopen. Er moet een herschikking van taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden tot stand worden gebracht en een organisatie worden gerealiseerd die primair op de inzet van vrijwilligers draait. Vaste medewerkers vervullen een faciliterende en adviserende rol en borgen bedrijfskritische taken. De reorganisatie mag niet ten koste gaan van de professionaliteit en kwaliteit van de organisatie. Gelijktijdig wordt ingezet op werving van vrijwilligers op cruciale posities en optimalisatie van strategische samenwerkingsvormen met sociaal-maatschappelijke organisaties. Een verdere uitwerking is beschreven in bijlage A.
Doelstellingen:
In de periode van 2013 t/m 2016 wordt gestreefd naar een jaarlijkse besparing op personele kosten van tenminste 10% per jaar. Eind 2016, of zo veel eerder als mogelijk of zo veel later dan mogelijk, is een besparing gerealiseerd van tenminste 40% op de personele kosten. Uiterlijk in maart 2015 is het totale proces van herschikking van taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden (TVB's) uitgevoerd.
4.2 Verhogen attractiewaarde en verblijfswaarde Met als thema "Limburgs erfgoed in beweging" is het de wens van ZLSM om het erfgoed toegankelijk te maken. Het stationsemplacement Simpelveld wordt ontwikkeld tot een 365 dagen per jaar vrij toegankelijk erfgoedpark. Het erfgoed wordt op een vermakelijke, informatieve en zelfs educatieve wijze ontsloten. Bezoekers maken op eigen gelegenheid kennis met de doelen en waarden van ZLSM. Een station waar het goed toeven is, moet nieuwe doelgroepen aantrekken en herhalingsbezoek op ZLSM-rijdagen stimuleren. Op dagen dat de ZLSM-treinen rijden, is een nostalgische treinrit het hoofdproduct. Hieraan gekoppeld wordt het stationsgebouw getransformeerd tot een toeristisch informatiecentrum. Toeristen en recreanten kunnen minimaal 5 dagen per week terecht in het stationsgebouw voor het inwinnen van toeristische informatie en om gebruik te maken van de aanwezige horecavoorzieningen. Door thematisering van rijdagen, samenwerking met bungalowpark Simpelveld, en het mogelijk maken van een attractielijn, thematisch overnachten, kinderactiviteiten, vergaderwagon en openstelling werkplaats, dient de omzet te worden gestimuleerd. Een verdere uitwerking is beschreven in bijlage B.
Doelstellingen:
Uiterlijk in maart 2014 neemt de directie/bestuur op basis van een voorliggende beleidsnotitie een besluit m.b.t. de ontwikkeling van het stationsgebouw inclusief wel of niet uitbesteden horeca.
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 11
Uiterlijk in maart 2014 neemt de directie/bestuur op basis van de rapportage van Stichting BOEi (eventueel aangevuld met eigen onderzoek) een besluit m.b.t. de ontwikkelingen rondom de werkplaats en omgeving. Met ingang van 2014 wordt minimaal € 50.000 per jaar geïnvesteerd in de ontwikkeling van het stationsgebouw en de inrichting van het emplacement en dat betekent: Uiterlijk maart 2014 zijn de volgende producten gerealiseerd: cultuurroutes, museumopstelling, expositieruimte, traptreintjes en attractielijn. (Stationsemplacement is 365 dagen per jaar toegankelijk) Uiterlijk maart 2015 zijn de volgende producten gerealiseerd: informatiecentrum stationsgebouw, vergaderen op locatie. (Stationsgebouw is minimaal 5 dagen per week geopend) Uiterlijk maart 2016 zijn de volgende producten gerealiseerd: thematisch overnachten (25%) en sein- en wisseltuin. Uitvoering van deze strategische lijn dient te leiden tot 10.000 extra kaartkopers vanaf 2014.
4.3 Verbeteren effectiviteit marketing De marketing- en communicatieaanpak is sterk verouderd. Ondanks een stijgend budget neemt het aantal kaartkopers af. Dit is voornamelijk te wijten aan het gebrek aan productontwikkeling (zie paragraaf 4.2), lage effectiviteit inzet rijdagen en dienstregeling en het gebrek aan innovatieve marketing (voornamelijk het doelgroepenbeleid, communicatie en sales). Het vernieuwen van de communicatieaanpak is inmiddels in gang gezet. Door op een innovatieve manier te segmenteren worden kansrijke doelgroepen benoemd en rechtstreeks benaderd met bij de doelgroep passende producten, media en boodschappen. ZLSM is (nog) geen salesorganisatie. Het omzetverloop van de groepsmarkt (reguliere dienstregeling) en zakelijke markt (zogenaamde extra ritten) is grillig. Ontwikkeling van de omzet door een salesgerichte marktbewerking wordt kansrijk ingeschat. Ten behoeve hiervan wordt in 2013 een salesplan geschreven en in werking gesteld.
Een verdere uitwerking is beschreven in bijlage C en het bijgevoegde ZLSM Marketingplan 2013. Doelstellingen:
Het nieuwe communicatiebeleid wordt nog voor de zomer 2013 geïmplementeerd en dient reeds in 2014 te leiden tot een stijging van het aantal kaartkopers van 45.000 tot 49.000 (bij gelijkblijvend communicatiebudget). Voor de zomer van 2013 is een salesplan ontwikkeld. Door actieve bewerking van de groepsmarkt en businessmarkt neemt het aantal groepsreizen toe met 30% (2014 t.o.v. 2012) en stijgt de omzet 'extra ritten' vanaf 2014 van € 36.900 tot minimaal € 75.000 euro in 2017.
4.4 Verbeteren effectiviteit en rendement rijdagen en dienstregeling In de benchmark2 van ZKA Consultants & Planners wordt geconcludeerd dat ZLSM relatief weinig dagen rijdt en gelijktijdig overmatig veel kilometers per jaar aflegt. Het toekomstige beleid is gericht op optimalisatie: meer rijdagen in het toeristenseizoen en minder rijdagen in andere seizoenen (optimale benutting potentie) en minder kilometers per dag (optimalisatie rendement per treinrit). In combinatie met thematisering van perioden (productontwikkeling afgestemd op specifieke doelgroepsegmenten gebonden aan specifieke perioden) dient dit te leiden tot een verbetering van het bedrijfsresultaat. 2
Uitgevoerd in 2009 door ZKA Consultants & Planners in opdracht van de provincie Limburg
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 12
In het eerste kwartaal van 2013 is een gedegen capaciteitsaanvraag voorbereid voor 2014 waarbij nadrukkelijk rekening is gehouden met de aanbeveling van ZKA Consultants & Planners en de ontwikkeling van station Simpelveld tot een attractiestation. Het aantal slagen op een rijdag is beperkt met als uitgangspunten:
vermijden lege ritten; 1e prioriteit: vervoeren van reizigers naar attractiestation Simpelveld (optimaal benutten toeristisch potentieel Valkenburg); 2e prioriteit: vervoeren van reizigers naar Valkenburg en Kerkrade (waar zij naar eigen wens het vervoer kunnen combineren met een bezoek aan een andere attractie).
Nostalgische treinen op het hoofdlijnnet ZLSM heeft zowel in Kerkrade als in Schin op Geul toegang tot het openbare spoornet. Tijdens de reguliere dienstregeling maakt ZLSM gebruik van het openbare net met de stoomtrein (Schin op Geul - Valkenburg (ca. 3 km) en Kerkrade ZLSM - Kerkrade Centrum (ca. 0,8 km)). De Schienenbus (historische dieseltrein) maakt geen gebruik van het openbare net. Deze trein voldoet niet aan de wettelijke eisen en is niet toegelaten tot het openbare net. Het rijden op het openbare net heeft verstrekkende gevolgen op de techniek, personeel en exploitatie. Techniek Het materieel toegelaten tot het openbare net dient te voldoen aan (steeds strenger wordende) wet- en regelgeving. Materieel dient uitgerust met de modernste veiligheidstechnieken (zoals een automatisch treinbeïnvloedingssyteem) en deurvergrendelingssyteem. Het aanbrengen van deze technieken op historisch! materieel bleek een lastige, tijdrovende en dure activiteit. Dit geldt tevens voor het reguliere onderhoud en de periodieke keuringen. Uitbesteden van onderhoud en keuringen is financieel onmogelijk. Om de kosten enigszins behapbaar te houden, heeft ZLSM een werkplaatserkenning aangevraagd en toegewezen gekregen. Deze erkenning geeft aan dat ZLSM over de kennis en vaardigheden beschikt om spoorwegmaterieel met een toelating tot het openbare net zelf te onderhouden en te keuren. Personeel De wettelijke eisen t.a.v. met name de stoommachinisten heeft vergaande gevolgen voor de exploitatie. Deze machinisten dienen te voldoen aan dezelfde eisen die ook gelden voor machinisten van bijvoorbeeld NS Reizigers. Dit betekent dat deze vrijwilligers medische en psychologische keuringen dienen te ondergaan en zowel naast de interne ook externe opleidingen en examens dienen te volgen en af te leggen. De studie- en prestatiedruk is hoog en veel stokers kiezen er dan ook bewust voor om niet door te leren voor machinist. Wat betreft de keuringen trekt vooral de medische keuring een zware wissel op de bedrijfsvoering. Vooral de gehoorkeuring leidt tot problemen bij de iets oudere machinisten. Exploitatie Het rijden op het openbare net heeft de volgende consequenties: Ruim een jaar voor aanvang van het nieuwe seizoen dient ZLSM spoorcapaciteit aan te vragen. Hierdoor kan niet adequaat worden ingespeeld, op ervaringen die gedurende het nog te rijden seizoen worden opgedaan. Dit staat haaks op een moderne bedrijfsvoering. Er zit geen flexibiliteit in rijtijden. Eén minuut te laat aankomen in Schin op Geul kan al snel leiden tot een vertraging van 15 tot 30 minuten (voor de rest van de dag) en klachten van reizigers. Door de druk van het op tijd 'moeten' rijden wordt soms meer gevergd van het historische materieel dan technisch gewenst met als gevolg extra onderhoud en extra kosten. Het gebrek aan flexibiliteit staat sommige dagen ook haaks op de onthaastende en rustige sfeer die ZLSM wenst uit te stralen (een belangrijke bezoekmotivatie van reizigers). De exploitatiekosten zijn gestegen door het rijden op het openbare net: vergoeding aan ProRail voor gebruik openbaar net, verplicht abonnement op de zogenaamde week- en dagpublicaties (actuele
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 13
technische informatie m.b.t. de infra) en extra communicatiemiddelen (GSMR, mobiele telefoon) t.b.v. het contact met de verkeersleiding. Verlenging van het traject Vanuit Simpelveld worden 3 trajecten bereden: Retour Valkenburg ca. 25 km retour Retour Kerkrade ca. 13 km retour Retour Vetschau ca. 12 km retour
duur ca. 1 uur en 45 minuten duur ca. 1 uur duur ca. 40 minuten
In capaciteitstermen betekent dit dat de stoomtrein maximaal of 4 retourritten naar Valkenburg of 3 retourritten plus 1 retourrit naar Kerkrade kan rijden. Daarmee kunnen max. ca. 1.200 reizigers per dag worden vervoerd. Verlenging van het traject betekent minder retourritten, minder capaciteit, minder omzet. Daarnaast wordt ZLSM door verlenging van het traject nog meer afhankelijk van de beschikbare capaciteit op het openbare net. In het verleden heeft ZLSM tijdens de Kerstperiode Simpelveld, Valkenburg en Maastricht met elkaar verbonden. Tijdens deze ritten bleek de vraag naar een toeristische verbinding tussen Valkenburg en Maastricht in combinatie met een bezoek aan een van de steden extreem laag. Het passeren van de landsgrenzen is zelfs onmogelijk gebleken. Het ZLSM materieel is niet toegelaten in Duitsland en België. ZLSM ziet geen toegevoegde waarde in het regulier doortrekken van de dienstregeling. Wel ziet ZLSM kansen om zeer beperkt een toeristisch rondje Zuid Limburg te rijden. Deze dienstregeling zou dan als een exclusief product vermarkt moeten worden. Bedreigingen & kansen hoofdlijnrijden Belangrijke bedreigingen zijn: Tekort aan hoofdlijnmachinisten: de aanwas van nieuwe stoommachinisten is laag en het risico dat de steeds ouder wordende machinisten medisch niet aan de wettelijke normen voldoen is hoog. Hoge investeringen: wanneer het gebruik van het nieuwe beveiligingssysteem EMTS wordt verplicht, dan wordt de organisatie belast met zeer hoge investeringen. Wanneer bovenstaande bedreigingen optreden, dan wordt ZLSM teruggedrongen naar de eigen spoorlijn. Belangrijke kans: Valkenburg is het toeristische centrum van het Heuvelland. Valkenburg bevat een groot reizigerspotentieel3, waar ZLSM nog niet optimaal gebruik van maakt. Een verdere uitwerking is beschreven in bijlage C. Doelstellingen:
In de periode 2014 t/m 2017 neemt het aantal reguliere rijdagen toe van circa 85 tot minimaal 120 rijdagen per jaar.
4.5 Ontwikkeling strategische samenwerking ZLSM blinkt uit in het exploiteren van een historische treindienstregeling en het organiseren en het beheren van de randvoorwaarden. Alle benodigde expertise hiervoor is geborgd in de organisatie. Er bestaat een afhankelijkheid van derden voor wat betreft de strategische en tactische ontwikkeling van het museale aspect en deels de commerciële ontwikkeling.
3
De effecten van regulier rijden op de hoofdlijn zijn nooit onderzocht. Een dergelijk onderzoek zou moeten plaatsvinden voordat ZLSM verdere investeringen doet t.b.v. het rijden op de hoofdlijn.
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 14
Het beleid is gericht op het organiseren en binden van strategische samenwerkingspartners om a) activiteiten niet behorend tot de core-business vorm te geven; b) commerciële samenwerking te organiseren en c) te komen tot een aantrekkelijk en economisch sterk "Groen Cluster Simpelveld". In dit verband zijn verkennende gesprekken gevoerd met onder andere vertegenwoordigers van bungalowpark Simpelveld en Historisch Goud. De visie van ZLSM op de ontwikkeling van het groen cluster Simpelveld is beschreven in bijlage E.
Doelstellingen:
In samenwerking met gemeente Simpelveld en Parkstad Limburg komen de ondernemers gelegen in het toekomstige Groen Cluster en andere toeristische ondernemers binnen de gemeente, uiterlijk maart 2014 tot een breed gedragen visie met betrekking tot de ontwikkeling van het cluster. Uiterlijk eind 2013 wordt, door ZLSM en Bungalowpark Simpelveld, een plan opgeleverd met daarin opgenomen de samenwerkingsactiviteiten 2014-2017. Voor ZLSM dient de samenwerking te leiden tot een verhoging van de opbrengsten ad circa € 295.0004.
4.6 Creëren van investeringsmiddelen voor noodzakelijk onderhoud aan infrastructuur en materieel De financieringsbehoefte met betrekking tot het noodzakelijke onderhoud aan infrastructuur en materieel is door Stellwerk, in nauw overleg met ZLSM, onderzocht en vastgelegd. Hieronder een opsomming van de bevindingen van ZLSM.
ZLSM acht de door Stellwerk benoemde kosten realistisch. Wat betreft de financiering van het reguliere onderhoud acht ZLSM voor haar de volgende bijdragen uit de eigen exploitatie haalbaar: Met ingang van 2015 kan ZLSM bijdragen aan het fonds voor groot onderhoud infra middels een kilometerheffing gebaseerd op de netverklaring van ProRail (naar schatting € 15.000 per jaar) ZLSM investeert vanaf 2013 jaarlijks € 5.000 in regulier (klein) infraonderhoud. ZLSM investeert vanaf 2013 jaarlijks € 5.000 in klein onderhoud materieel en stort vanaf 2014 jaarlijks € 30.000 in het fonds Materieel. ZLSM investeert jaarlijks € 20.000 in onderhoud van natuur langs de lijn. Rekeninghoudend met de overige onderhoudskosten betekent dit een kostenpost van ruim € 62.000 in 2014 tot ruim € 76.000 in 2018.
Stellwerk adviseert niet te investeren in de spoorlijn Simpelveld - Vetschau. Terecht concludeert zij dat het commerciële rendement van de baanvaak laag is. Dit conflicteert echter met de hoofddoelstelling van de stichting, het behoud van Nederlands eerste grensoverschrijdende spoorlijn tussen Valkenburg en Aken. Juist het baanvak Simpelveld - Vetschau, het daadwerkelijke grenstraject, is een belangrijk deel van het erfgoed. Daarnaast is de behoefte aan onderhoud van dit baanvak relatief laag, als gevolg van het lage gewicht van de railbussen en de lage frequentie waarmee dit baanvak wordt bereden. ZLSM zou graag zien dat ook het behoud van dit baanvak wordt meegenomen in de overwegingen van de mogelijke financiers. In de bijlage B geeft ZLSM aan, hoe zij voornemens is dit deel van het erfgoed ter beschikking te stellen aan de maatschappij.
Stellwerk adviseert ZLSM een modernere stoomlocomotief aan te schaffen om de druk op de exploitatie te ontlasten (minder storingsgevoelig en dus minder onderhoud met als gevolg een lagere druk op de organisatie en lagere exploitatiekosten).
Na opening nieuwe bungalowpark beschikken de twee parken samen over een potentie van circa 200.000 overnachtingen per jaar. Rekening houdend met een gemiddelde verblijfsduur van 3 nachten levert dit circa 67.500 unieke verblijfsgasten per jaar op. Uitgaande van de rijseizoenen en de prijsdiversificatie op leeftijd waar ZLSM mee te maken heeft, wordt uitgegaan van 70% van deze unieke verblijfgasten die voor een potentiële meeromzet kunnen zorgen. Dit zijn circa 47.250 unieke verblijfsgasten per jaar die met een gemiddelde omzet van € 6,25 per persoon resulteren in een meeromzet van circa € 295.000. 4
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 15
ZLSM neemt dit advies in overweging en zal op korte termijn een onderzoek uitvoeren naar de mogelijkheden. Het onderzoeksrapport dient als basis voor definitieve besluitvorming voor 1 januari 2014. In de wetenschap dat de aanschaf van nieuwe tractie waarschijnlijk mede gefinancierd dient te worden door de verkoop van een eigen locomotief, zal het stichtingsbestuur voor eind 2013 een definitief besluit nemen op basis van de conclusies en aanbevelingen van het onderzoek. Voor het overige wordt verwezen naar de rapportage van Stellwerk.
4.7 Materieelkeuze Gericht op een zo efficiënt en effectief mogelijke inzet van onderhoudsmiddelen, is vorig jaar het gehele wagenpark doorgelicht. Daarbij is elk voertuig ingedeeld in een van de onderstaande categorieën. 1. 2. 3. 4.
Noodzakelijk voor de exploitatie en/of het onderhoud. Museale collectie. Onderdelenleverancier voor noodzakelijk materieel (in hele of gesloopte toestand). Overbodig (kan verkocht of gesloopt worden).
Deze selectie heeft geleid tot een beperking van het aantal voertuigen dat in het regulier onderhoudsschema is opgenomen. Alleen voor die voertuigen die strikt noodzakelijk zijn voor de exploitatie, zijn in dat schema concrete bedragen opgenomen. Dit schema is opgenomen op pagina's 15 t/m 17 van de financiële bijlagen en omvat alle ZLSM-materieel. Voor de museale collectie worden beperkte middelen beschikbaar gesteld, gericht op een toonbare presentatie. Verdergaande restauraties van dit materieel wordt alleen uitgevoerd wanneer dat gefinancierd kan worden uit fondsen en/of sponsoring (dan wel uit toekomstige verruimde exploitatieopbrengsten) en mits toekomstige onderhoudskosten gedekt kunnen worden uit de exploitatieopbrengsten. Een actief beleid gericht op fondsen- en sponsorwerving is inmiddels in gang gezet. Voor het regulier onderhoud aan het materieel wordt de komende jaren steeds een bedrag van € 5.000 ingecalculeerd. Daarnaast zullen bedragen beschikbaar komen uit het in te stellen fonds Materieel.
4.8 Creëren van investeringsmiddelen voor uitbreidings- en vervangingsinvesteringen In combinatie met de verwerving van externe financiering t.b.v. het onderhoud aan infra en materieel (beschreven in hoofdstuk 5), zal het voorgaande beleid leiden tot een structurele winst in de BV. Met een deel van die toekomstige winsten wordt een investeringsfonds gecreëerd. Dit fonds wordt ingezet t.b.v. investeringen in projecten, zo mogelijk met cofinanciering door derden, die leiden tot een verbeterd rendement.
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 16
4.9 Resumé: beleid en strategie
Vrijwilligers inzetten op strategisch en tactisch niveau. Samenwerken met sociaal- organisaties. Verlagen personele lasten met tenminste 40%. Station Simpelveld: een vrij toegankelijk park met informatiecentrum. Investeren in attractiewaarde en verblijfswaarde leidt tot 10.000 extra kaartkopers. Realisatie van cultuurroutes, museumopstelling, expositieruimte, kinderactiviteiten, vergaderfaciliteiten en thematische overnachtingsmogelijkheden. 10.000 extra kaartkopers. Rendementsverbetering door innovatieve marketing. 30% stijging groepsreizen en jaarlijks € 15.000 stijging omzet 'extra ritten' door actieve sales. Van 85 naar 120 rijdagen in 2017 (advies ZKA). 5.000 extra kaartkopers door vernieuwende marketing en verbeterde inzet rijdagen/dienstregeling. Aantrekkelijk en economisch sterk "Groen Cluster Simpelveld door strategische samenwerking. In geval van ZLSM kan de samenwerking op termijn leiden tot € 295.000 extra opbrengsten. ZLSM draagt jaarlijks circa € 55.000 bij aan het onderhoud van infra en materieel. De BV investeert uitsluitend in materieel noodzakelijk voor de exploitatie en/of het onderhoud.
De actiepunten leiden tot een potentiële verbetering van het netto rendement van € 1 mln. (geraamd).
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 17
5. Bedrijfsleven versus overheid Net als andere organisatie met een ideële doelstelling is ook ZLSM, in een bepaalde mate afhankelijk van ondersteuning door sympathisanten, fondsbeheerders, bedrijfsleven en overheden. In tegenstelling tot andere museumspoorlijn ontvangt ZLSM geen structurele bijdrage vanuit de overheid. Sinds de start in 1988 exploiteert zij op eigen kracht, ondersteunt met donaties, schenkingen en projectsubsidies.
5.1. Sympathisanten De activiteiten van de Stichting ZLSM worden ondersteunt door een trouwe groep donateurs en "vrienden van de Miljoenenlijn". Naast een jaarlijkse 'algemene' donatie, dragen zij tevens bij aan de realisatie van specifieke projecten zoals de restauratie van museummaterieel. Een voorbeeld betreft het project 'rolstoelrijtuig'. De verbouwing van een nostalgisch rijtuig tot rijtuig geschikt voor het vervoer van minder valide mensen, is volledig bekostigd met externe middelen.
5.2. Bedrijfsleven De activiteiten van ZLSM worden tevens ondersteunt door het bedrijfsleven, het verkrijgen van ondersteuning in de vorm van sponsoring is dan ook een kernactiviteit van de organisatie. Met name bestaande en nieuwe leveranciers worden gevraagd om hun leveranties (deels) te sponsoren.
Sponsoring t.b.v. spooronderhoud Ervaring leert dat het verkrijgen van sponsoring voor spooronderhoud zeer lastig is. De huidige economische omstandigheden dragen daar op een negatieve manier nog verder aan bij. Dat wil echter niet zeggen dat ZLSM in het (recente) verleden geen sponsoring t.b.v. spooronderhoud heeft ontvangen. Deze bijdragen werden wel vaak gedaan op basis van het initiatief van één medewerker in het bedrijf, mensen met persoonlijke motieven om ZLSM te ondersteunen, in de sponsororganisaties. Met het vertrek van deze individuen bij de sponsorende organisatie, stokte meteen ook de sponsoring.
Sponsoring t.b.v. museumbedrijf Het bedrijfsleven draagt in grotere mate wel bij aan de instandhouding van het museumbedrijf (materieel en historische uitstraling) en de exploitatie. In beperkte mate betreft het financiële ondersteuning door afname van sponsorobjecten zoals advertenties, reclame objecten, adoptie van locomotieven en (gedeeltelijke) adoptie van nostalgische rijtuigen. Hoofdzakelijk betreft het sponsoring in natura zoals levering van goederen en diensten om niet, leveringen tegen sterk gereduceerde tarieven en gratis media aandacht. Lopende gesprekken Het laatste jaar heeft ZLSM nog meer inspanningen verricht om de bestaande relatie met sponsoren gezond te houden en zelfs te verbeteren. In het kader hiervan is met vele bestaande sponsoren gesproken. Gelijktijdig heeft ZLSM er tevens werk van gemaakt om nieuwe sponsoren aan te trekken. Onder de huidige economische omstandigheden geen makkelijke opgave. Met de volgende organisatie lopen op dit moment gesprekken om tot sponsoring/ondersteuning te komen.
Via twee vrijwilligers is contact gelegd met Rotary Club Hoensbroeck. Deze Rotary Club is zeer genegen om ZLSM te ondersteunen. Vanuit het besef dat zij individueel relatief weinig kan bijdragen, hebben zij
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 18
aangeboden om een groter project onder de aandacht te brengen van de gezamenlijke Rotary Clubs in Limburg. In het najaar zal een Rotary bijeenkomst worden gepland bij ZLSM in Simpelveld. Op dat moment krijgt ZLSM de gelegenheid om zichzelf en het project te presenteren en een hulpvraag te deponeren. Inzet is het verkrijgen van een ruime bijdrage in het restauratiefonds voor de stoomlocomotief B1289. Tot medio 2011 beschikte ZLSM over twee bedrijfsbussen. Na diefstal het ene en APK afkeur van het andere voertuig, heeft ZLSM geen bedrijfsauto meer. Hoewel zeer noodzakelijk is het verwerven van een nieuwe bedrijfsbus op dit moment, wegens het gebrek aan liquide middelen, niet aan de orde. Op dit moment worden met twee garagebedrijven oriënterende gesprekken gevoerd m.b.t. het sponsoren van een tweedehands bedrijfsbus. Media Groep Limburg heeft aan de wieg gestaan van de start van ZLSM. Een inzamelactie via het Limburgs Dagblad heeft geresulteerd in een bijdrage van 200.000 gulden. De inbreng van dit bedrag heeft gewerkt als een hefboom, meer middelen kwamen vrij en ZLSM kon daadwerkelijk opstarten. In de jaren daarna heeft Media Groep Limburg ZLSM met grote regelmaat gesteund met gratis advertentieruimte e.d. Op dit moment lopen wederom gesprekken om een grotere gesponsorde mediacampagne op te zetten. De uitkomsten van deze gesprekken zijn nog niet duidelijk. Bij een positieve uitkomst wordt de campagne ingezet t.b.v. de Kerstritten 2013 of de start van het nieuwe zomerseizoen 2014. Medio augustus vindt een oriënterend gesprek plaats met de directeur van Gulpener Bierbrouwerij. Onderwerp van gesprek zal zijn op welke wijze onze organisaties elkaar kunnen ondersteunen. De overtuiging dat onze organisaties wat betreft uitstraling en bedrijfsfilosofie bij elkaar passen leeft bij beide partijen.
De bijgevoegde notitie 'Bijdrage bedrijfsleven aan ZLSM' wordt uitgebreider ingegaan op de ondersteuning die ZLSM ontvangt vanuit het bedrijfsleven. In de notitie zijn een aantal voorbeelden opgenomen en een uitgebreide lijst van sponsoren.
5.3. Overheid Het laatste grote onderhoud aan het historische spoortracé dat ZLSM berijdt is uitgevoerd in de jaren '60. Na dit onderhoud is het baanvak nog een twintigtal jaren gebruikt voor de Nederlandse Spoorwegen en inmiddels nu ook 18 jaren door ZLSM. Met de startsubsidie (1994) is een deel van de schade van de inspoelingen begin jaren ’90 hersteld, maar heeft ZLSM geen achterstallig onderhoud kunnen wegwerken. Wel heeft ZLSM jaarlijks een bescheiden bedrag besteed aan kleinschalig onderhoud teneinde een veilige exploitatie te kunnen garanderen. Naast de bijdragen vanuit het bedrijfsleven aan de museale exploitatie wordt aan de overheid gevraagd het spooronderhoud voor haar rekening te nemen. Deze vraag ligt in lijn met de wijze van financiering van andere museumspoorlijnen. Uit eigen onderzoek en onderzoek door ZKA Consultants (Benchmark uitgevoerd in 2009 in opdracht van de provincie Limburg) blijkt het volgende:
SHM (Stoomtram Hoorn-Medenblik) Deze oudste museumlijn is door NS en haar rechtsopvolgers steeds als enige gedoogd. Dat wil zeggen feitelijk gesteund, met name door het baanonderhoud tot aan de overdracht te verzorgen. SHM krijgt nu € 400.000 exploitatiesubsidie per jaar van de gemeenten Hoorn en Medenblik (samen). Daarnaast ontvangst zij jaarlijks € 200.000 van de BankGiro-loterij (reeds zes jaar en ook de komende twee jaar). VSM (Veluwse Stoomtrein Maatschappij) Een groot deel van de spoorlijn werd door NS nog gebruikt voor de afvoer van afval. Het onderhoud daarvan werd eveneens door NS, Railinfrabeheer en ProRail verzorgd tot aan de overdracht. Zelf vandaag de dag nog wordt een deel van de spoorlijn onderhoud door .....
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 19
Voor zowel de spoorlijn van de VSM als die van de SHM is de kwaliteit van de baan dus tot het moment van overdracht (na 2000) up to date. STAR (Stadskanaal) Deze spoorlijn werd meer niet gebruikt door NS toen de STAR begon en had dus achterstallig onderhoud. In 2004 is aan de STAR in totaal € 6.500.000 toegezegd (samenwerkingsverband Noord-Nederland, provincie Groningen, gemeenten Stadskanaal en Veendam en EFRO-middelen) voor een project dat voorziet in vernieuwing van het spoor, het aanleggen van nieuwe haltes, de bouw van een rijtuigloods, de inrichting van een documentatiecentrum en het verwerven van een stoomloc met rijtuigen. Tijdens de uitvoering zijn de kosten met nog eens € 2,3 miljoen opgelopen, waarvoor uiteindelijk de gemeenten Stadskanaal en Veendam gezamenlijk € 740.000 fourneerden en de RABObank de schuld van bijna € 1,5 miljoen omzette in een uitgestelde lening zonder rente.
5.4. Werkgroep GOUD: werven externe middelen Het werven van externe middelen (sponsoringen, fondsen, subsidies) gebeurt veelal ongestructureerd en op persoonlijk initiatief van vrijwilligers en medewerkers (gebruikmaking eigen netwerk). Om het rendement te verbeteren is eind 2012 de werkgroep GOUD geformeerd. Deze werkgroep is verantwoordelijk voor het verweven van externe middelen door het opstellen en uitvoeren van een relatiemanagementprogramma (gericht op het MKB) en verkenning van subsidiemogelijkheden (incl. fondsen) en verwerving van de bijbehorende middelen. Hierbij richt de werkgroep zich op vier sporen: 1. 2. 3. 4.
Behoud, restauratie en ontsluiten van het historisch erfgoed; Behoud en ontwikkeling van de natuur langs de spoorlijn; Onderhoud van de infrastructuur; Subsidieregelingen t.b.v. het verbeteren van ondernemerschap (MKB-regelingen veelal uitgevoerd door Agentschap NL, regionale overheden of aanverwante organisaties).
Hoewel het een nieuwe werkgroep betreft gaat zij voortvarend te werk. Enkele resultaten tot nu toe: middels sponsorbijdragen in natura zijn meerdere werkplekken gerealiseerd voor een secretariaat bemenst door vrijwilligers; een achttal nieuwe computers met beeldschermen zijn om niet verkregen via een relatiebedrijf; ZLSM heeft van het ANWB fonds een toezegging ontvangen voor een bijdrage ad € 2.500 aan de realisatie van cultuurroutes; ZLSM heeft een toezegging ontvangen van het Prins Bernhard Cultuurfonds voor een bijdrage ad € 20.000 aan de restauratie van de stoomlocomotief B 1289 (een tweede aanvraag voor een gelijk bedrag is nog in behandeling bij het Nederlands Spoorwegmuseum). ZLSM heeft er alle vertrouwen in dat de inzet van de werkgroep GOUD zal renderen. Om de vliegende start van de werkgroep te bevorderen heeft de organisatie behoefte aan een CRM systeem t.b.v. het benodigde relatiebeheer. De verwerving van een dergelijk CRM systeem is als een prioritair investeringsproject opgenomen.
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 20
6. Financiën Uit de financiële bijlage (pagina 6 en 7) blijkt dat ZLSM vaak een sluitende exploitatie heeft gehad. Gelet op het ideële karakter en de hulpmiddelen van de organisatie is dat uitzonderlijk. Hierdoor heeft ZLSM een financiële reserve kunnen aanleggen. Deze reserve is volledig gebruikt ter dekking van de verliezen in 2010 en 2011. Deze verliezen zijn veroorzaakt door een daling van de omzet bij nagenoeg gelijkblijvende kosten. ZLSM heeft ingegrepen door te bezuinigen op onderhoudskosten (quick win) en in 2012 door te reorganiseren ten behoeve van een structurele kostenreductie. De structurele kostenreductie blijkt echter niet voldoende om een positieve exploitatie te realiseren. Een verdere reductie is noodzakelijk.
6.1 Meerjaren exploitatiebegroting 2013-2018 Uitgangspunten voor de meerjaren exploitatiebegroting zijn:
Realistische ontwikkeling calculatie van de omzet van € 704.000 in 2014 naar € 776.000 in 2018. Gelet op de ontwikkeling van de reizigersaantallen, de beperkte investeringkracht en de nog voortdurende economische crisis, wordt voorzichtigheidshalve rekening gehouden met een licht aangroeiende brutomarge. Herstellen van niveau van onderhoudsbudgetten tot minimaal € 70.000 per jaar Gebleken is dat de bezuinigingen op onderhoudskosten teruggedraaid dienen te worden, omdat de exploitatie hiervan hinder ondervindt. Structureel winst ZLSM streeft naar een structurele winst van € 17.500 tot € 32.500 per jaar. Deze winst is noodzakelijk om leningen af te lossen en om vervangings- en uitbreidingsinvesteringen te financieren.
De meerjaren begroting laat zien dat ZLSM op eigen kracht kan exploiteren. Uitgangspunt is een situatie waarbij ZLSM eigenaar wordt van het stationsgebouw. Rendementsverbeterende investeringen kan de organisatie op korte termijn echter niet financieren. EXPLOITATIEBEGROTING 2013 T/M 2018
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Opbrengsten
686.237
703.393
720.978
739.002
757.477
776.414
Inkoopkosten van de omzet
193.462
190.169
194.924
199.797
204.792
209.911
Brutomarge
492.775
513.224
526.054
539.206
552.686
566.503
Personeelskosten
200.294
170.000
145.000
120.000
123.000
126.075
Afschrijvingskosten
26.338
21.490
15.066
15.066
15.066
15.066
Huisvestingskosten (excl. huur/koop station)
32.290
33.097
34.090
35.113
36.166
37.251
-
28.917
29.007
29.099
29.195
29.293
Extra huisvestingskosten na koop station Onderhoudskosten Onderhoudskosten regulier Onderhoudskosten via fondsen Dekking via fondsen Variabele bijdrage aan fonds gebouw en en investeringen Kosten asssuranties Bedrijfskosten Interestbaten minus interestlasten Totaal generaal kosten
26.400
62.515
64.728
67.001
74.336
76.358
155.000
1.133.684
1.070.684
1.145.684
1.222.684
1.058.684
-155.000
-1.133.684
-1.070.684
-1.145.684
-1.222.684
-1.058.684 16.391
-
-
15.000
15.450
15.914
28.500
29.213
29.943
30.691
31.459
32.245
164.510
168.623
173.681
178.892
184.259
189.786
21.807
11.310
10.914
10.517
10.121
9.724
500.139
525.165
517.429
501.829
519.515
532.190
taakstelling besparingen bedrijfskosten
10.000
-
-
-
-
-
taakstelling extra sponsoring/subsidies
20.000
-
-
-
-
-
Bedrijfsresultaat
22.636
-11.941
8.625
37.377
33.171
34.313
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 21
Rekeninghoudend met de vernieuwing van de marketingstrategieën en rendementsverbetering rijdagen en dienstregeling acht ZLSM het zeer realistisch dat er wel een groei optreedt en dat ook in 2014 winst wordt geboekt. ADDITIONELE OPBRENGSTEN - businessplan
2013
2014
2015
2016
2017
2018
Toename bedrijfsresultaat door: Innovatieve communicatie, groeps- en zakelijke markt
-
45.120
58.114
67.137
69.151
71.226
Investeringen in attractiew aarde
-
-
72.000
76.014
80.252
84.726
Investeringen in thematische overnachten
-
-
3.569
13.487
29.753
52.368
Investeringen in vergaderw agon
-
-
3.122
4.787
16.110
19.385
Investeringen t.b.v. verhuur kantoorruimte
-
-
3.721
3.833
3.948
4.067
Introductie passe partour i.s.m. bungalow park
-
-
-
-
-
236.000
Toenam e bedrijfsresultaat:
-
45.120
140.526
165.258
199.214
467.771
HIERBOVEN IS GEEN REKENING GEHOUDEN MET INVESTERINGEN IN DUURZAAMHEID (HR-KETEL EN ZONNEPANELEN) EN BIJBEHORENDE KOSTENREDUCTIE
6.2 Financiering middels fondsen Stellwerk heeft berekend dat gedurende de komende 15 jaar circa € 10 miljoen in het noodzakelijke onderhoud aan de infrastructuur en onderhoud materieel geïnvesteerd dient te worden. Deze kosten kunnen niet uit de exploitatie gefinancierd worden, externe financiering is noodzakelijk. Stellwerk stelt voor een tweetal fondsen in te richten: een fonds infrastructuur (voeding en beheer door de provincie) en een fonds materieel (voeding en beheer door Stichting ZLSM). ZLSM stelt voor daar een derde fonds aan toe te voegen: een fonds investeringen (voeding en beheer door Stichting ZLSM). Uit dit laatste fonds worden investeringen in de gebouwen, uitbreidings- en grotere vervangingsinvesteringen gefinancierd.
6.2.1 Fonds Infrastructuur Dit fonds wordt gevoed en beheerd door provincie Limburg. Uitkeringen uit het fonds geschieden op basis van jaarplannen op te stellen door ZLSM Bedrijf BV en na goedkeuring fondsbeheerder (provincie Limburg). Uitvoering van het jaarplan gebeurt onder de directie van ZLSM Bedrijf BV. De inbreng door ZLSM Bedrijf BV (menskracht, materieel en materialen) wordt verrekend tegen marktconforme prijzen. De vergoeding voor menskracht wordt als gelabelde uitkering in het fonds groot onderhoud materieel gestort. De vergoeding voor de werkelijke out-of-pocket kosten (materieel en materialen) komen ten goede aan ZLSM Bedrijf BV. ZLSM Bedrijf BV legt verantwoording af middels een jaarverslag. Totaal is voor de instandhouding van de spoorbaan € 9,7 miljoen nodig. De investeringsperiode beloopt circa 15 jaar waardoor ZLSM de infrastructuur circa 50 jaar zonder veel onderhoud kan exploiteren. Uiteraard kan deze uitgave gefaseerd worden. In de eerste 5 tot 7 jaar is € 5 miljoen benodigd om de acute baanvakproblemen op te lossen en de daaropvolgende periode van 10 jaar dient dan € 4,7 miljoen geïnvesteerd te worden. Uit de eigen exploitatie investeert ZLSM jaarlijks € 5.000 in regulier onderhoud en met ingang van 2015 kan ZLSM bijdragen aan het fonds Infrastructuur. De hoogte van de bijdrage wordt bepaald door het aantal halteringen en gereden kilometers door ZLSM op de ZLSM spoorlijn. De hoogte van het tarief per haltering en per kilometer is gelijk aan de heffingen van ProRail op het openbare net (vastgelegd in de netverklaring). Op deze wijze draagt ZLSM naar verwachting € 255.000 bij aan het onderhoud van de spoorbaan.
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 22
6.2.2 Fonds Materieel Het fonds wordt gevoed door de gelabelde vergoeding uit het infrastructuurfonds en door schenkingen van sponsoren, fondsen, loterijen en donateurs. Uitkeringen uit het fonds kunnen enkel en alleen dienen voor onderhoud aan materieel noodzakelijk voor exploitatie. Uitkeringen geschieden op voorstel (jaarplan) door ZLSM Bedrijf BV en na goedkeuring van de fondsbeheerder (stichting ZLSM). De uitvoering van het jaarplan gebeurt onder directie van ZLSM Bedrijf BV. De inbreng door ZLSM Bedrijf BV (menskracht, materieel en materialen) wordt verrekend tegen marktconforme prijzen, waarbij de vergoeding voor menskracht als gelabelde uitkering terug vloeit in het fonds Materieel. De vergoeding voor materieel en materialen, als zijnde reëel gemaakte kosten, komt ten goede aan ZLSM Bedrijf BV. ZLSM Bedrijf BV legt verantwoording af middels een jaarverslag. Dit fonds vergt jaarlijks gemiddeld een bedrag van € 100.000. De verantwoordelijkheid voor de vulling van dit fonds ligt geheel bij ZLSM. Op de eerste plaats wordt jaarlijks € 30.000 uit de exploitatie in het fonds gestort. Door de inzet van menskracht, materieel en materiaal bij de uitvoering van werken aan de infrastructuur levert ZLSM een bijdrage die in omzet gewaardeerd kan worden op € 100.000 gemiddeld per jaar (15% van de werkelijke investering). Uiteraard maakt ZLSM daarbij kosten, maar ‘verdient’ er ook mee door de inzet van kostenloze menskracht. Die verdienste, geschat op € 50.000 gemiddeld per jaar (7,5% van de werkelijke investering), moet in het Fonds Materieel gestort worden. Voor het ontbrekende deel moet ZLSM in staat worden geacht bijdragen van donateurs, sponsoren, fondsen en loterijen te kunnen verwerven. Vanwege de directe investeringsdruk heeft ZLSM dit fonds een voorfinanciering nodig van € 200.000.
6.2.3 Fonds Investeringen Uit het fonds Investeringen worden investeringen in de gebouwen, uitbreidings- en grotere vervangingsinvesteringen gefinancierd. Het fonds wordt gevoed met een deel van de winst en door schenkingen van nader te bepalen fondsen, loterijen en sponsoren en bijdragen van overheden (o.a. op grond van de monumentenwet). Uitkeringen uit het fonds geschieden op voorstel (jaarplan) door ZLSM Bedrijf BV en na goedkeuring fondsbeheerder (stichting ZLSM). Uitvoering van het jaarplan gebeurt onder directie ZLSM Bedrijf BV die tevens verantwoording aflegt middels een jaarverslag. Naar verwachting vergt dit fonds een bedrag van € 30.000 gemiddeld per jaar. Vanwege de investeringdruk in de eerste jaren vergt ook dit fonds een voorfinanciering ad € 275.000. Hierdoor kan ZLSM een aantal omzetverhogende projecten versneld uitvoeren.
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 23
6.5 Resumé: financiën
ZLSM heeft een totale financieringsbehoefte van € 9,7 miljoen voor infrastructuur, € 1,5 miljoen voor materieel en circa € 600.000 voor het investeringen in gebouwen en omzetverhogende activiteiten. ZLSM stelt voor hiervoor drie fondsen in te richten. Het eerste fonds (Fonds Infrastructuur) wordt eigendom van en gevuld en beheerd door de provincie Limburg in samenwerking met de gemeenten langs de lijn. ZLSM kan circa € 255.000 bijdragen aan het vullen van het fonds Infrastructuur. Gelet op de procentuele bijdrage stelt ZLSM voor om af te zien van deze bijdrage met de verplichting dat ZLSM deze bijdrage doet aan het fonds Investeringen. Het eerste fonds is voorwaardelijk voor een gezonde exploitatie van ZLSM. Een gefaseerde vulling van het fonds is mogelijk. Rekeninghoudend met rentebijschrijvingen stelt ZLSM voor om een eenmalige bijdrage € 8,3 mln. in het fonds te storten. Het vullen en beheren van de andere twee fondsen (Fonds Materieel en Fonds Investeringen) vallen onder de verantwoordelijkheid van de Stichting ZLSM. Ten behoeve van Fonds Materieel en Fonds Investeringen heeft ZLSM een voorfinanciering nodig van respectievelijk € 200.000 en € 275.000. ZLSM heeft een werkgroep geformeerd t.b.v. sponsor- en fondsenwerving. De werkgroep GOUD beleeft een vliegende start. ZLSM werkt mee aan het onderzoek van Stichting BOEi en is bereid de consequenties te aanvaarden wanneer de conclusies van BOEi leiden tot een constructievere oplossing voor alle betrokken partijen inclusief de stichting ZLSM.
Businessplan 2013-2017 Zuid-Limburgse Stoomtrein Maatschappij
Pagina 24