BS&F Nieuwsbrief December 2013 - 11e jaargang - nummer 3
Recente ontwikkelingen rond de zorgverzekering Als afsluiting van ieder jaar versturen wij half december traditiegetrouw onze eindejaarsnieuwsbrief met daarin de relevante ontwikkelingen rond de zorgverzekering. Zo ook dit jaar. Hierbij hebben wij uiteraard bijzondere aandacht voor de Collectieve Zorgverzekering voor Minima (CZM). In deze nieuwsbrief vindt u onder andere informatie over pakket en eigen risico, maar ook zorgtoeslag en de regelingen voor wanbetalers en onverzekerden. Het team van BS&F wenst u alvast prettige kerstdagen en een gezond en voorspoedig 2014 toe! 1. Marktontwikkelingen basisverzekering 2014 1.1 Nominale premie daalt fors Op Prinsjesdag was de verwachting van de regering dat de nominale premie voor de basisverzekering zou dalen met € 2 per maand. Inmiddels zijn alle premies bekend en is duidelijk geworden dat de gemiddelde premiedaling € 10 per maand bedraagt. Nominale premie (per maand)
2010
2011
2012
2013
2014
Laagste nominale premie
€ 80,00
€ 88,88
€ 89,90
€ 91,90
€ 80,25
Gemiddelde nominale premie
€ 95,17
€ 103,54
€ 104,70
€ 103,87
€ 93,85
Hoogste nominale premie € 100,95 € 109,95 € 112,50 € 109,75 € 103,90 Tabel 1. Laagste, gemiddelde en hoogste nominale premie vanaf 2010, goedkoopste polis per maatschappij, excl. korting en vrijwillig eigen risico.
Bijlage 1 bevat een uitgebreid overzicht van de nominale premies voor de basisverzekering van alle zorgverzekeraars. 1.2 Pakket basisverzekering 2014 Voor 2014 verandert het volgende in het pakket van de basisverzekering: - Invoering generalistische basis GGZ - Toelating twee nieuwe behandelingen tot pakket - Verschuiving bepaalde hulpmiddelen Voor meer details over deze pakketaanpassingen verwijzen wij naar ons nieuwsitem hierover. Binnen de markt voor basisverzekeringen valt met name de groei in het aantal budget-polissen op. Het gaat hierbij om polissen die op punten zijn uitgekleed, zodat deze tegen een lagere premie in de markt gezet kunnen worden. Hier staat bijvoorbeeld tegenover dat per provincie maar een ziekenhuis is gecontracteerd, dat sommige ingrepen alleen bij bepaalde zorgaanbieders volledig vergoed worden of dat medicijnen alleen via een internetapotheek verkrijgbaar zijn. Verder valt op dat op de vergelijkingssites voor zorgverzekeringen steeds meer op prijs wordt geconcurreerd. Niet alleen de internetlabels, maar ook de gevestigde namen doen hier inmiddels volop aan mee met eigen budgetpolissen.
Pagina 1 van 7
© BS&F 2013
1.3 Verplicht eigen risico € 10 omhoog in 2014 Voor verzekerden van 18 jaar en ouder geldt binnen de basisverzekering een verplicht eigen risico. In 2013 is het verplicht eigen risico met € 130 verhoogd naar € 350. Voor komend jaar is sprake van een indexatie van € 10, zodat het verplicht eigen risico in 2014 € 360 bedraagt. Het Centraal Planbureau (CPB) verwacht dat verzekerden in 2014 gemiddeld € 228 aan verplicht eigen risico betalen. Minima worden in 2014 deels gecompenseerd voor het verplicht eigen risico binnen de maximale zorgtoeslag. Hierin is naast de gemiddelde consumptie van het verplicht eigen risico een bedrag van € 115 opgenomen ter compensatie voor de stijging van het verplicht eigen risico in 2013. Het verplicht eigen risico geldt niet voor: - Verloskundige zorg en kraamzorg - Huisartsenzorg - Multidisciplinaire zorgverlening chronisch zieken (ketenzorg) - Nacontrole orgaandonoren - Nationale bevolkingsonderzoeken (bijvoorbeeld naar borstkanker) - De griepprik - Verzekerden jonger dan 18 jaar - Zorg uit de aanvullende verzekering 1.4 Compensatie chronisch zieken in 2014 Chronisch zieken krijgen in 2014 voor het laatst een compensatie overgemaakt op basis van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg). Hoewel die wet met ingang van 2014 wordt afgeschaft, ontvangt men eind 2014 nog de compensatie over het jaar 2013. Hierbij geldt dat de Wtcg inkomensafhankelijk is: paren ontvangen bij een inkomen boven € 35.100 geen tegemoetkoming meer, voor alleenstaanden ligt deze grens op € 24.570. De tegemoetkoming die eind dit jaar is uitbetaald bedroeg tussen de € 148 en € 494, de bedragen voor volgend jaar zijn nog niet bekend. Met ingang van 2014 vervalt de compensatie van het verplicht eigen risico (CER) voor chronisch zieken via het CAK. In 2013 was dit een bedrag van € 99. Zie voor meer informatie over de afschaffing van de regelingen voor chronisch zieken onze nieuwsbrief daarover. 1.5 Zorgtoeslag 2014 Met de zorgtoeslag wordt beoogd te bereiken dat niemand meer dan een bepaald percentage van zijn inkomen kwijt is aan de premie voor de basisverzekering. Voor de zorgtoeslag geldt een vermogenstoets: wanneer iemand meer vermogen in box 3 van de inkomstenbelasting heeft dan het heffingvrij vermogen vermeerderd met € 80.000, heeft deze geen recht op zorgtoeslag (een eigen woning valt niet in box 3). In vergelijking met 2013 geldt dat in 2014 de zorgtoeslag wordt verlaagd. Dit is enerzijds inherent aan de systematiek: de premie voor de basisverzekering daalt, dus daalt de zorgtoeslag. Anderzijds is sprake van een steilere afbouw van de zorgtoeslag, waardoor hogere inkomens hun recht op zorgtoeslag verliezen. Bij de bepaling van de hoogte van de zorgtoeslag wordt gerekend met de
Pagina 2 van 7
© BS&F 2013
zogenaamde standaardpremie.1 De daling van de zorgtoeslag wordt versterkt doordat bij de vaststelling van de standaardpremie met ingang van 2014 voor het eerst de collectiviteitskortingen worden meegerekend. Ongeveer 6 miljoen huishoudens ontvangen zorgtoeslag. Per volwassene raamt VWS dat gemiddeld € 305 zorgtoeslag wordt ontvangen. Vanaf 2015 wordt de zorgtoeslag opgenomen in de nieuwe huishoudentoeslag. Uitleg bij tabel 2: tussen het drempelinkomen en het maximale inkomen loopt het bedrag dat aan zorgtoeslag wordt ontvangen af van het maximale bedrag tot nihil. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen huishoudens met of zonder toeslagpartner. Kernbegrippen zorgtoeslag
2010
2011
2012
2013
2014
Drempelinkomen
€ 19.529
€ 19.891
€ 20.080
€ 20.520
€ 19.269
Max. inkomen alleenstaande
€ 33.743
€ 36.022
€ 35.059
€ 30.939
€ 28.482
Max. inkomen met partner
€ 50.000
€ 54.264
€ 51.691
€ 42.438
€ 37.145
Max. zorgtoeslag alleenstaande
€ 732
€ 828
€ 828
€ 1.056
€ 864
Max. zorgtoeslag met partner
€ 1.548
€ 1.752
€ 1.740
€ 2.052
€ 1.644
Max. vermogen alleenstaande
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
€ 101.139
€ 102.499
Max. vermogen met partner n.v.t. n.v.t. n.v.t. € 122.278 € 123.638 Tabel 2. Kernbegrippen zorgtoeslag en de daaruit voortvloeiende maximale zorgtoeslag vanaf 2010 (jaarbedragen).
1.6 Wanbetaling groeiend probleem Personen die wel een basisverzekering hebben, maar daarvoor een premieschuld hebben van zes maandpremies of meer, zijn wanbetaler. Zij vallen onder het bestuursrechtelijk premieregime dat door het College voor zorgverzekeringen (CVZ) wordt uitgevoerd. In 2014 bedraagt de maandelijkse inhouding door werkgever, uitkeringsinstantie of pensioenfonds € 143,98. Dit is 130% van de zogenaamde standaardpremie. Let wel: voor dit bedrag krijgt diegene alleen de dekking van de basisverzekering! Een eventueel gesloten aanvullende verzekering is op dat moment vrijwel altijd geroyeerd. Op 1 augustus 2013 waren bijna 314.000 wanbetalers aangemeld bij het CVZ. Ter vergelijking: eind 2010 waren dit er ongeveer 270.000. Eind 2012 hadden 53.200 wanbetalers een bijstandsuitkering (van de toen in totaal 300.270, oftewel 17,7%). Momenteel ligt een wetsvoorstel voor aan de Tweede Kamer dat als doel heeft de wanbetalersmaatregelen te verbeteren. Dit beoogt men te bereiken door het verbeteren van de preventiefase, verbetering van het bestuursrechtelijk premieregime en bevordering van de uitstroom. Het is niet bekend wanneer het voorstel in werking treedt. Onlangs hebben betrokken partijen overlegd hoe preventie wanbetaling zorgkosten naar een hoger niveau te tillen. Uitkomsten van deze overleggen zijn beschreven in een productenboek ‘voorkomen wanbetaling zorgkosten’. Klik hier om het te downloaden. BS&F heeft op verzoek cijfers voorhanden over het aantal wanbetalers op gemeenteniveau.
1
De standaardpremie is de gemiddelde nominale premie in 2014 (inclusief collectiviteitskorting), verhoogd met de geraamde gemiddelde betaling in verband met het verplicht eigen risico.
Pagina 3 van 7
© BS&F 2013
1.7 Aantal onverzekerden sterk teruggebracht Personen die geen basisverzekering hebben gesloten, maar daartoe wel verplicht zijn, zijn onverzekerd. Om dit fenomeen te bestrijden is in 2011 wetgeving in werking getreden. Onverzekerden worden door het CVZ aangeschreven wanneer uit een bestandsvergelijking blijkt dat zij ten onrechte niet zijn ingeschreven bij een zorgverzekeraar. Als zij zich niet verzekeren, krijgen zij na drie en zes maanden een boete van het CVZ (in 2014 € 332,25). Verzekeren zij zich dan nóg niet, dan worden zij door het CVZ aangemeld bij een zorgverzekeraar, waarbij het eerste jaar bronheffing van toepassing is tegen 100% van de standaardpremie (in 2014 € 110,75 per maand). Op het moment van inwerkingtreding van de regeling (maart 2011) waren er ongeveer 160.000 onverzekerden. Op 30 juni 2013 waren dit er 28.673. In totaal zijn op dat moment door de regeling 244.503 personen opgespoord en verzekerd. De regeling blijft actueel, doordat er nog steeds aanwas is van nieuwe onverzekerden van ongeveer 5.000 per maand. BS&F heeft op verzoek cijfers voorhanden over het aantal onverzekerden op gemeenteniveau. 1.8 Resultaten verzekeraars basisverzekering Uit onderzoek van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)2 blijkt dat zorgverzekeraars in 2012 gemiddeld een positief resultaat van € 70 per volwassene behaalden op de basisverzekering (2011: € 21). Wanneer ook het resultaat van gemiddeld € 14 op de aanvullende verzekering wordt meegerekend komt dit neer op een rendement van 3% van de totale schadelast. Daarnaast werd op beleggingen in 2012 een rendement van € 62 per volwassen verzekerde behaald (2011: € 30).
2. Marktontwikkelingen aanvullende verzekeringen 2014 2.1 Algemene marktontwikkelingen aanvullende verzekeringen Het aantal vergelijkingssites voor zorgverzekeringen is momenteel groter dan ooit, wat ook geldt voor de onderlinge concurrentie: er wordt stevig gevochten om de gunsten van de klant. Verder hebben verschillende verzekeraars hun meest uitgebreide pakketten van de markt gehaald, wat waarschijnlijk te maken heeft met de schadecijfers van deze verzekeringen. Hierdoor wordt het bijvoorbeeld steeds lastiger om een aanvullende verzekering te vinden met een onbeperkte vergoeding voor fysiotherapie. Deze ontwikkeling hangt samen met de dalende trend in het aantal aanvullende verzekeringen dat wordt afgesloten. Gezonde, vaak jonge, verzekerden besluiten geen aanvullende verzekering meer te nemen, waardoor een steeds kleinere groep overblijft en de kosten per verzekerde (lees: premies) stijgen. Tot slot is dit seizoen een nieuw initiatief op het gebied van tandzorg actief, waarbij naast een verplichte ongevallenverzekering maandelijks gespaard kan worden voor tandheelkundige zorg (ixorg). 2.2 Premie aanvullende verzekeringen In het algemeen kan over de aanvullende verzekeringen worden gezegd dat de premie voor 2014 stijgt ten opzichte van die in 2013. In een aantal gevallen staat hier zelfs een beperking van het verzekerde pakket tegenover. Sommige verzekeraars kiezen er daarnaast voor om voor jongeren en ouderen verschillende premies te hanteren.
2
Nederlandse Zorgautoriteit, Marktscan Zorgverzekeringsmarkt 2013, september 2013.
Pagina 4 van 7
© BS&F 2013
2.3 Dekking aanvullende verzekeringen In het algemeen is de dekking van de aanvullende verzekeringen voor 2014 gelijk gebleven. De aanpassingen die plaatsvinden zijn met name in reactie op pakketwijzigingen binnen de basisverzekering, denk voor 2014 bijvoorbeeld aan de invoering van de generalistische basis GGZ. Daarnaast zijn zoals ieder jaar wijzigingen doorgevoerd door zorgverzekeraars, het betreft hier zowel verbeteringen als versoberingen. 2.4 Resultaten verzekeraars aanvullende verzekeringen Uit het NZa-onderzoek dat ook in paragraaf 1.8 aan de orde kwam2 blijkt dat zorgverzekeraars op de aanvullende verzekeringen in 2012 een resultaat hebben behaald van gemiddeld € 14 per volwassene (2011: € 8). 2.5 Aanvullende verzekering steeds belangrijker Aanvullende verzekeringen worden voor mensen met een laag inkomen alleen maar belangrijker. Dit omdat steeds meer verstrekkingen vanuit de AWBZ worden overgeheveld naar basisverzekering en Wmo en van basisverzekering naar aanvullende verzekering. Daarnaast ontsluiten gemeenten een steeds groter deel van de vergoedingen medische kosten en eigen bijdragen Wmo via de CZM. Toch sluiten steeds minder mensen een aanvullende verzekering of beperken hun huidige aanvullende verzekering. Wel heeft nog steeds een overgrote meerderheid van de Nederlanders (85%) een aanvullende verzekering.
3. Marktontwikkelingen Collectieve Zorgverzekering voor Minima (CZM) 3.1 Korting basisverzekering sociale diensten stabiel De collectieve korting op de basisverzekering binnen de CZM is in vergelijking met vorig jaar stabiel gebleven. De netto premies (inclusief korting) voor de basisverzekeringen in het kader van de CZM zijn van 2013 op 2014 met gemiddeld 9,4% gedaald, dit is ongeveer gelijk aan het landelijk gemiddelde. 3.2 Korting aanvullende verzekering ongewijzigd In tegenstelling tot de basisverzekering, waar de dekking overal (vrijwel) gelijk is, loopt de dekking van aanvullende verzekeringen sterk uiteen. Daarmee verschillen ook de premies sterk. De hoogte van de premie zegt dus weinig over de prijs-prestatie verhouding. Ook in 2014 varieert de korting op de aanvullende verzekeringen binnen de CZM van 0% tot meer dan 12%, met een gemiddelde van rond de 10%. De premies voor de meest gekozen aanvullende verzekeringen binnen de CZM zijn van 2013 op 2014 met gemiddeld 2,3% gestegen. Dit hoeft niet in alle gevallen een pure prijsstijging te zijn, omdat soms ook de dekking wordt uitgebreid. 3.3 Marktanalyse BS&F Ook komend jaar zullen wij een analyse maken van de marktpositie van CZM-verzekeraars, waarin we de verschillende aanbiedingen voor een CZM op diverse aspecten vergelijken en beoordelen. De verwachting is dat deze analyse in het voorjaar van 2014 voor onze klanten beschikbaar zal zijn. 3.4 Gezondverzekerd.nl Op www.gezondverzekerd.nl staat zoals u gewend bent per gemeente alle relevante informatie over de CZM. Eind 2013 is het voor een aantal gemeenten mogelijk om via de website online aan te melden voor de CZM. Hierbij wordt de aanvraag in de meeste gevallen direct naar de verzekeraar gestuurd, waarbij gemeenten achteraf kunnen toetsen op het inkomen.
Pagina 5 van 7
© BS&F 2013
3.5 Overzicht kortingen De in de onderstaande tabel opgenomen kortingspercentages zijn gebaseerd op een CZM bestaande uit een basisverzekering (meestal een naturapolis) en een aanvullende verzekering, waarbij de gemeente de te betalen premie inhoudt op de uitkering. Bruto premie Basisverzekering
Korting Basisverzekering
Netto premie Basisverzekering
Korting Aanvullende verzekering
€ 99,95
7,5%
€ 92,45
10%
Agis
€ 98,75
4
7,5%
€ 91,34
13-25%
Azivo
€ 96,50
7%
€ 89,75
n.v.t.
CZ
€ 95,90
7%
€ 89,19
7%
De Friesland
€ 97,95
6%
€ 92,07
7%
DSW
€ 95,00
n.v.t.
€ 95,00
n.v.t.
Menzis
€ 95,50
6%
€ 89,77
9%
Salland
€ 96,75
6,5%
€ 90,46
n.v.t.
Univé
€ 95,95
6%
€ 90,19
n.v.t.
10
11
€ 95,95
6%
€ 90,19
n.v.t.
12
Verzekeraar Achmea
VGZ
8
Zorg en Zekerheid € 96,95 9% Tabel 3. Hoogte van de kortingen op de premies van de CZM in 2014.
€ 88,22
3
5
6
10%
7
9
13
3
Achmea geeft 2,5% extra korting wanneer de gemeente een bijdrage in de premie voor de aanvullende verzekering levert. 4 Agis geeft 2,5% minder korting wanneer de gemeente de premies inhoudt en doorbetaalt. 5 Azivo werkt niet met korting op de aanvullende verzekering, maar rekent met een netto premie. 6 CZ geeft bij minder dan 1.000 deelnemers een 1% lagere korting op basis- en aanvullende verzekering. 7 DSW geeft een nader af te spreken administratievergoeding voor het inhouden van premies of een bijdrage in het budget voor het minimabeleid. 8 Menzis geeft 1% administratievergoeding voor ingehouden premies, daarnaast stelt Menzis per gemeente een projectbudget beschikbaar voor (zorg)projecten. 9 Salland werkt niet met korting op de aanvullende verzekering, maar rekent met een netto premie. 10 Univé werkt niet met korting op de aanvullende verzekering, maar rekent met een netto premie. 11 IZA Cura is ook een label van Coöperatie VGZ en wordt alleen gebruikt bij aanbestedingen. IZA Cura is niet in de tabel opgenomen, omdat de hoogte van premie en korting en het type basisverzekering per aanbesteding verschillen. 12 VGZ werkt niet met korting op de aanvullende verzekering, maar rekent met een netto premie. 13 Zorg en Zekerheid geeft een hogere korting bij het sluiten van een meerjarige overeenkomst.
Pagina 6 van 7
© BS&F 2013
Bijlage 1. Overzicht nominale premies basisverzekering Maatschappij Polis type 2013 2014 Verschil Agis natura € 108,25 € 98,75 -8,8% AnderZorg restitutie € 96,25 € 86,25 -10,4% Avéro Achmea natura € 107,25 € 99,75 -7,0% Azivo natura € 108,00 € 96,50 -10,6% AZVZ natura € 106,66 € 96,95 -9,1% Besured natura € 107,95 € 89,29 -17,3% BeterDichtbij natura € 93,50 Blue/Bewuzt combinatie € 95,00 € 83,50 -12,1% CZ natura € 105,60 € 95,90 -9,2% CZdirect natura € 96,70 € 86,95 -10,1% CZ Zorgbewustpolis natura € 92,55 14 De Amersfoortse natura € 103,65 De Friesland natura € 106,90 € 97,95 -8,4% De Goudse natura € 109,50 € 97,50 -11,0% Delta Lloyd restitutie € 108,45 € 98,45 -9,2% Ditzo restitutie € 98,50 € 86,75 -11,9% DSW restitutie € 102,50 € 95,00 -7,3% Energiek restitutie € 105,00 € 96,75 -7,9% FBTO restitutie € 96,75 € 88,50 -8,5% Hema natura € 89,00 Ik-Zorg voor mijzelf natura € 107,24 € 99,75 -7,0% Interpolis combinatie € 109,75 € 102,25 -6,8% IZA combinatie € 108,25 € 96,25 -11,1% IZA Cura combinatie € 107,95 € 95,95 -11,1% IZZ natura € 107,50 € 92,77 -13,7% Kiemer natura € 103,00 € 93,95 -8,8% Menzis natura € 106,00 € 95,50 -9,9% Menzis BudgetBewust natura € 86,50 National Academic natura € 107,95 € 95,95 -11,1% Nedasco natura € 99,85 € 95,95 -3,9% OHRA restitutie € 106,69 € 96,70 -9,4% ONVZ restitutie € 109,50 € 99,50 -9,1% OZF Achmea combinatie € 109,00 € 100,75 -7,6% PNO Ziektekosten restitutie € 107,31 € 99,50 -7,3% Pro Life natura € 108,25 € 99,95 -7,7% Promovendum natura € 107,95 € 95,95 -11,1% Salland restitutie € 105,00 € 96,75 -7,9% Stad Holland restitutie € 104,00 € 96,00 -7,7% TakeCareNow! natura € 99,67 € 85,70 -14,0% Univé natura € 107,95 € 95,95 -11,1% Univé Zekur combinatie € 92,25 € 80,25 -13,0% VGZ natura € 107,95 € 95,95 -11,1% VGZ Selectief natura € 91,95 VVAA restitutie € 109,50 € 99,50 -9,1% Youcare natura € 107,25 € 99,75 -7,0% Zilveren Kruis Achmea combinatie € 108,25 € 99,95 -7,7% Zilveren Kruis Achmea (selectief polis) combinatie € 104,25 € 87,50 -16,1% Zorg en Zekerheid combinatie € 106,75 € 96,95 -9,2% Zorgverzekeraar UMC restitutie € 107,25 € 85,25 -20,5% Gemiddeld € 105,24 € 94,53 -10,2% Tabel 4. Overzicht nominale premie per verzekeraar (maandpremies, geen vrijwillig eigen risico, geen collectiviteitskorting, naturapolis waar mogelijk, anders meest gelijkend).
14
In 2013 bood De Amersfoortse geen naturapolis aan, maar wel een restitutiepolis (€ 109,50).
Pagina 7 van 7
© BS&F 2013