Brochure studenten op stage op de afdeling
Intensieve zorgen HARTCHIRURGIE K12 E 05
VOORSTELLING VAN DE DIENST Studentenbrochure Intensieve zorgen Hartchirurgie
1
1. INLEIDING De dienst Hartchirurgie van het Universitair Ziekenhuis – Gent is gelegen op de 5de verdieping van het kliniekgebouw 12 blok IE Het centrum voor Hartchirurgie omvat 3 afdelingen. 1. Katheterisatie laboratorium : 2 zalen. 2. Operatiekwartier : 2 zalen 3. Intensieve Zorgen : 8 bedden Naar de patiënt toe heeft de huidige infrastructuur een groot voordeel : zowel onderzoek als behandeling, als hospitalisatie gebeuren op eenzelfde afdeling. In geval van hoogdringende interventie wordt er ook geen tijd verloren door transporten. Alhoewel het centrum als één geheel kan worden beschouwd heeft elke afdeling zijn respectievelijke verantwoordelijke zowel medisch als verpleegkundig. Medisch diensthoofd : Prof. Dr. Decruyenaere – Prof. Dr. Van Nooten. De Intensieve zorgen afdeling maakt deel uit van de sector Kritieke diensten. Zorgmanager : Mevr. Goedertier. Aard van de patiënten Op Intensieve Zorgen Hartchirurgie treft men volgende groepen patiënten aan : 1. Revascularisatie van de hartspier 2. Klepoperaties 3. Correctie van congenitale afwijkingen 4. Harttransplantatie-patiënten Al naar gelang de ernst van de ingreep, de toestand van de patiënt en de leeftijd van de patiënt zal de postoperatieve zorg verschillen. Aangenomen wordt dat de patiënten gedurende 48 uren op de afdeling verblijven. Sedert het openen van de Medium Care op de hospitalisatie afdeling is deze verblijfsduur teruggebracht tot 18 à 24 uren. Kinderen verblijven dan weer langer op de afdeling afhankelijk van het soort ingreep. 2. GRONDPLAN Zie bijlage 3. ORGANISATORISCH 3.1.Medisch team Diensthoofd Hartchirurgie : Prof. Dr. Van Nooten Samen met de vaste stafleden vormen zij het chirurgisch team Hartchirurgie. Naast de chirurgen is er ook een vast team cardio-anesthesisten aan het werk. Het management van de patiënten op Intensieve zorgen wordt waargenomen door een team van 3 intensivisten onder de leiding van Dr. I. Herck.
Studentenbrochure Intensieve zorgen Hartchirurgie
2
3.2. Verplegend personeel Zorgmanager Kritieke Diensten : Mevr. Goedertier Hoofdverpleegkundige : Mevr. L. Van Laere Gegradueerde en gebrevetteerde verpleegkundigen Logistiek personeel Onderhoudspersoneel Kinesist Biomedische dienst : technieker
INFORMATIE OVER DE DIENST 1. WERKING VAN HET CENTRUM In het laboratorium voor hartcatheterisatie gaat het onderzoek van de patiënt door om de aard van de anomalie op te sporen. Aan de hand van de gemaakte opnamen volgt een patiëntbespreking door cardiologen en hartchirurgen. Bij deze bespreking worden alle documenten bekeken en wordt er een datum voor operatie afgesproken. De patiënt wordt grondig ingelicht door zijn behandelende cardioloog. De patiënt komt op het operatieprogramma. Het secretariaat zal nu de patiënt convoceren. De patiënt wordt opgenomen op de hospitalisatieafdeling van de hartchirurgie op K12-05. De ochtend van de operatie wordt de patiënt naar de operatiezaal gebracht. De operatie duurt gemiddeld zo’n 4 à 5 uren : voorbereiding narcose – operatie – nazorg en voorbereiding transport van OK naar IZ. Na de ingreep wordt de patiënt in een verwarmd bed gelegd en naar Intensieve Zorgen gebracht, begeleid door de anesthesist, de chirurg, de perfusionist en de verpleegkundige. 2. BESCHRIJVING VAN DE DIENST De Intensieve Zorgen afdeling omvat volgende lokalen : - een eenheid met 6 bedden waarvan 2 bedden een afgesloten kamer vormen (worden gebruikt voor de kinderen), - 2 isolatiekamers (in principe voor harttransplantatie), - de bergruimte voor steriel materiaal, - de bergruimte voor niet steriel materiaal, - de spoelruimte, - de kitchenette, - het secretariaat+onthaal, - een vergaderlokaal, - burelen professor en artsen, - bureel hoofdverpleegkundige,
Studentenbrochure Intensieve zorgen Hartchirurgie
3
- de wachtzaal voor de bezoekers, - kleedkamers, - toiletten, - douches. 3. HET MODULAIRE SYSTEEM Dit systeem bestaat uit transport-, bevoorradings- en stockeringselementen en die voornamelijk in functie van verpleegartikelen. De ganse eenheid alsook alle bergruimtes zijn ingericht volgens dit systeem. Binnen het modulair systeem spreekt men van iso-gestandaardiseerde modules met als afmetingen 60 cm x 40 cm. Deze modules passen in iso-gestandaardiseerde kasten en rekken met afmetingen 65 cm x 45 cm. Ook bestaat de mogelijkheid een halve module te benutten nl. 30 x 40 cm. Naargelang de afmetingen van de kasten en rekken kunnen de elementen in lengte –of breedterichting gebruikt worden. Het is op die manier perfect mogelijk op elk ogenblik een herschikking van rekken en kasten te doen zonder enig gereedschap. 3.1. Inrichting van de eenheid De totale oppervlakte van een eenheid Intensieve Zorgen bedraagt 14 m op 8,50 m.In deze ruimte werden 6 verpleegboxen ingericht met per box een ruimte van 3,40 m x 3,80 m. De optie bij de inrichting van de eenheid is uniformiteit m.a.w. aan elk bed is dezelfde opstelling aangehouden. Dit heeft voor gevolg dat men alle materialen een vaste plaats kan geven = standaardisatie met als gevolg ,efficiënter werken. 3.2. Beschrijving van de verpleegbox Elke box heeft als vaste uitrusting : - een balk met volgende voorzieningen : alarmknop, onderzoekslamp, zuurstof, vacuüm, perslucht, electriciteit, nachtverlichting, - 1 bedside monitor met : EKG registratie, invasieve bloeddrukmeting, centraal veneuse drukmonitoring, linker atrium drukmonitoring, temperatuur, zuurstof-saturatiemeting, een niet invasieve bloeddrukmeter, - een beademingstoestel, - het patiëntendossier is volledig elektronisch en kan bedside bijgewerkt en geraadpleegd worden, - een thermometer, - 1 hoog-laag bed voorzien van een anti decubitus matras, - 1 eettafel, - 1 verzorgingswagen, - 1 bergkast, - 1 beademingsballon met verlengstuk voor zuurstof, - 1 aspiratie eenheid,
Studentenbrochure Intensieve zorgen Hartchirurgie
4
- handschoenen, maskers, afsluitdopjes, alcoholswab, - aan het hoofdeinde van het bed zijn verschillende spuitpompen voorzien met voedingsbalk voor elektrische stroom, - kasten met allerlei medisch materiaal met daarboven een werkblad met ingebouwde wasbak, - per bed is het volgende voorzien : zeepdispenser, ontsmettingstofdispenser, handdoekdispenser, - tussen werkblad en raam is plaats voorzien voor sorteren van afval : glas, besmette afval en verbrandbare afval.
3.3. De centrale desk De centrale monitor, telefoon, labo printer zijn hierop bevestigd.
3.4. De isolatiekamers Er zijn 2 isolatiekamers met sas. De kamers staan in overdruk tegenover de omgeving. Deze kamers zijn in de eerste plaats bedoeld voor de verpleging van transplantpatiënten. De lucht in de isolatiekamers wordt via de kamers ingeblazen en via het sas terug afgezogen. Voor het betreden van de isolatiekamers bij transplantpatiënten wordt steeds gebruik gemaakt van het sas. De hoofddeuren gaan in principe enkel open om de patiënt binnen te rijden. Voor het betreden worden de handen gewassen en wordt steriele kledij aangetrokken : steriele schort, steriele handschoenen, muts, masker en overschoenen. Een witte codekaart wordt op de deur van het sas aangebracht .
4. VERLOOP VAN DE STAGE - Elke student maakt voor de aanvang van de stage zijn doelstellingen op. - Het blad met de doelstellingen wordt aan de hoofdverpleegkundige voorgelegd bij aanvang van de stageperiode. - Bij de aanvang van de stage worden de stage-uren met de hoofdverpleegkundige besproken en bepaald. - Dagelijks leg je het feedbackformulier met eigen reflectie voor aan de verpleegkundige, die dan haar/zijn bevindingen van de werkdag kan neerschrijven en deze ook samen met U bespreken.
Het ligt in de bedoeling gedurende uw stageperiode een zo breed mogelijke kijk te krijgen op onderzoek en behandeling van hart- en hartvaatziekten. Dit zowel voor volwassenen als voor kinderen. De stage start dan ook op de hartcatheterisatie-afdeling waar getracht wordt in 1 dag enkele onderzoeken bij te wonen zowel bij volwassenen als bij kinderen. De begeleiding aldaar gebeurt door de verpleegkundige van de catheterisatie-afdeling.
Studentenbrochure Intensieve zorgen Hartchirurgie
5
Vervolgens gaan jullie 1 dag stage lopen op OK hartchirurgie. Ook hier wordt getracht een zo breed mogelijke waaier aan hartoperaties te laten volgen : een CABG, een klepoperatie en indien het programma het toelaat ook correctie van aangeboren hartafwijkingen bij kinderen. Nu heb je reeds een goed zicht op wat de patiënt pre- en peroperatief meemaakte zodat je je kan inleven in de gezondheidstoestand van de patiënt en uw stage op IZ met een behoorlijke bagage aan informatie kunt starten. Gedurende de stage krijg je de gelegenheid bepaalde technieken in te oefenen, dit onder begeleiding van de verantwoordelijke verpleegkundige. Zoveel mogelijk zal getracht worden met dezelfde verpleegkundige te werken : ook kunnen de diensten zodanig geregeld worden dat je maximaal met dezelfde verpleegkundige werkt. Enkele stelregels - Er is gelegenheid om bepaalde technieken aan te leren en zelf te doen, steeds onder toezicht van de verantwoordelijke verpleegkundige. - Elke verpleegkundige krijgt twee patiënten toegewezen waarvoor zij/hij gedurende haar/zijn shift de totaalzorg zal waarnemen. Gedurende de stageperiode zal getracht worden om de student zoveel als mogelijk kennis te laten maken met de zorg van patiënten met diverse ziektebeelden. - Als student verpleegkunde beslis je of doe je niets alleen, maar werk je steeds samen met een verpleegkundige. - Werk met inzicht, stel voldoende vragen zodat je weet waarom je iets doet. - Voelt U zich niet zeker om een bepaalde opdracht uit te voeren, vraag gerust begeleiding, ook al heb je al verschillende malen de uitleg gekregen. - Breng zelf initiatieven of gedachten aan, bespreek ze met de verpleegkundigen (uw toekomstige collega’s) m.a.w. leer functioneren in teamverband. - Handhygiëne is op de afdeling een zeer belangrijke stelregel. Handen dienen frequent ontsmet te worden (voor en na ieder handeling) en gewassen wanneer zichtbaar bevuild. Er worden veelal disposable niet-steriele handschoenen gebruikt, maar na het verwijderen van de handschoenen blijft het ontsmetten van de handen belangrijk. Frequent wisselen van handschoenen is eveneens een must. - Er worden geen juwelen gedragen. - Het geven van informatie aan patiënten omtrent hun ziektetoestand blijft het terrein van de arts en de verantwoordelijke verpleegkundige.
5. DE VERPLEGING
5.1. Het medisch dossier Het medisch dossier Hartchirurgie bevindt zich in de eenheid en kan op vraag ingezien
Studentenbrochure Intensieve zorgen Hartchirurgie
6
worden telkens dit nodig blijkt in het belang van de verzorging en/of het maken van rapporten. Dit dossier mag de dienst echter nooit verlaten.
Het medisch en verpleegkundig dossier van het verblijf op Intensieve zorgen is volledig elektronisch (IZIS). Alle gegevens, parameters, zorgen …. kunnen rechtstreeks aan bed van de patiënt ingebracht worden. De studentenbrochure IZIS zal u bij de aanvang van de stage toegelicht worden. Bij aanvang van de stage krijgt u op de dienst een code zodat u toegang hebt tot het elektronisch patiëntendossier (IZIS) van de afdeling. Na de stage wordt de code verwijderd.
Er wordt gevraagd om deze code persoonlijk te houden en doelmatig te gebruiken, bv. geen gegevens opzoeken van patiënten die je niet verzorgt. Er zal hier op worden toegezien – misbruiken kunnen worden opgespoord.
5.2. Het verpleegkundig dossier 1. Zorgenplan : wordt volledig electronisch bijgehouden via IZIS 2. Het prestatieblad 3. Medicatievoorschriften : alle medicatie welke uit de spoedkast genomen wordt, moet aangekruist worden. Dit formulier geldt als voorschrift voor de apotheek.
5.3. Planning van de zorgen Maak een goede planning vòòr de verzorging. De observatie van de vitale parameters van de patiënt domineren boven de hygiënische zorgen. Bij uiterst kritieke patiënten zal de verzorging zich beperken tot een grondig mondtoilet. Na verwijderen LAD en na verwijderen thoraxdrain wordt er 2 uren gewacht met het mobiliseren van de patiënt, dit om nabloeding te voorkomen. Alle regels in verband met ziekenhuishygiëne zijn hier strikt van toepassing.
6. VERLOOP VAN HET VERBIJF VAN DE PATIENT OP IZ De verpleegkundige zorg en observatie gedurende de postoperatieve fase van een patiënt na de hartoperatie vraagt van de verpleegkundige van de intensieve zorgen-afdeling een aantal specifieke aandachtspunten. 6.1. Voorbereiding Daar men meestal vertrekt van een geplande ingreep kunnen de verpleegkundigen een aantal voorbereidingen treffen : In de eenheid : - Beademingstoestel klaarzetten en controleren,
Studentenbrochure Intensieve zorgen Hartchirurgie
7
- Monitor, - infuuspompen, - vacuümeenheid voor aansluiten thoraxdrains, - pacemakerbatterij en elektrode, - hemochrontoestel voor bepalen heparinisatie, - benodigd materiaal voor bloedafnames. Van het bed : - bed opmaken en voorzien van anti-decubitusmatras (preventie), - beademingsballon met zuurstofreservoir en zuurstoffles op bed bevestigen (voor transport van operatiezaal naar intensieve zorgen), - defibrillator en defipads voorzien, - spuitpompen, transducerhouder, kabel hartmonitoring worden uitgewisseld met operatiezaal. 6.2. Onthaal van de postoperatieve patiënt De patiënt wordt naar IZ begeleid door : de anesthesist – de chirurg – de perfusionist – de verpleegkundige van de operatiezaal. Hij wordt geventileerd met behulp van een beademingsballon verbonden aan de zuurstoffles. Het hartritme en de invasieve arteriële bloeddruk worden gevolgd op de draagbare monitor. Hij is voorzien van : - Een endotracheale tube via de mond ingebracht - Een centraal infuus – een driewegkatheter via de Vena Jugularis interna ingebracht : 1 weg = basis infuus 1 weg = toedienen vaso-actieve stoffen 1 weg = voor centraal veneuze drukmeting - één of meerdere perifere veneuze katheters voornamelijk voor het toedienen van sedatie, voor toedienen van bloed of derivaten - 2 of meerdere thoraxdrains (mediastinaal, pericardiaal en soms pleuraal) verbonden aan het vacuüm via een drainagesysteem voor aspiratie van bloed uit de thorax - een blaassonde - een maagsonde - een elektronische oesophagale thermometer - een katheter in het linker atrium ingebracht - transcutane pacemaker elektroden waarin knopen werden aangebracht die dienst doen als referentiepunten. 1 knoop = ventriculaire elektrode 2 knopen = atriale elektrode (aangesloten op de negatieve pool van de pacemaker batterij, de elektrode zonder knopen wordt aangesloten op de positieve pool van de batterij.
Studentenbrochure Intensieve zorgen Hartchirurgie
8
Installatie : Gebeurt bij voorkeur door 2 verpleegkundigen - Aansluiten van de endotracheale tube aan het beademingstoestel. De ventilatieparameters zijn afhankelijk van de laatste peroperatief verrichte bloedgasmeting en worden meegedeeld aan de anesthesist. - Verbinden van de elektroden aan de hartmonitor en instellen van de alarmdrempels : deze zullen voor elke patiënt verschillend zijn - Verbinden van de drukgeleiders voor meting van : Invasieve arteriële bloeddruk Centraal veneuze druk Linker atrium druk - De alarmdrempels worden ingesteld en zullen voor elke patiënt verschillend zijn. Het referentiepunt wordt op halve hoogte van de thorax ingesteld, daarna volgt de ijking. - Controle van de niet invasieve bloeddruk via de manchet - Aansluiten van de thoraxdrainage aan de vacuüm eenheid - Grondige controle van de continue infusen met vaso-actieve medicatie - Aansluiten van het basisinfuus - Bloedafname : Arteriële afname : bloedbeeld – ionogram – hartenzymen – glycemie – uremie – kreatinine – stollingstesten bloedgassen. Veneuze afname : via basisinfuus (= niet gehepariniseerde lijn) controle heparinisatie na extracorporele circulatie. - Elektrocardiogram afnemen - Radiografie van de thorax Lokalisatie endotracheale tube Lokalisatie thoraxdrain Lokalisatie centrale katheter Opsporen pneumothorax Opsporen van verwikkelingen na E.C.G.: longoedeem, atelectase, ARDS,… Bepalen van hartschaduw - Aansluiten elektronische thermometer aan de monitor - Aantrekken anti embool kousen - Aansluiten verwarmingsdeken - Plaatsen van een kussen onder hoofd van de patiënt en onder de hielen om decubitus te voorkomen. - Uit voorzorg worden de polsen van de patiënt vastgebonden tot na de extubatie.
Studentenbrochure Intensieve zorgen Hartchirurgie
9
De verpleegkundige die de patiënt volgt zal tijdens het uitvoeren van de verschillende handelingen de patiënt van dichtbij observeren en alle parameters zorgvuldig inbrengen in IZIS.
6.3. Bewaking van de postoperatieve hartpatiënt De bewaking omvat : 1. Controle van de parameters Registratie om de 30’ tot na extubatie of zolang de toestand van de patiënt onstabiel is, bij stabilisatie om het uur. - Arteriële bloeddruk. Mogelijke problemen : Hypotensie. Mogelijke therapie: Men dient een transfusie of perfusie toe in functie van de vullingsdruk gebruik makend van ; het machinebloed : (afkomstig van de E.C.C.) geconcentreerde rode bloedcellen in functie van de Hematocrietwaarde vers ingevroren plasma geloplasma of andere plasma-expander men dient geneesmiddelen toe welke de bloeddruk gaan verhogen o.a. Dopamine, Dobutrex,…Deze geneesmiddelen worden gedoseerd in functie van het lichaamsoppervlak van de patiënt en worden uitgedrukt in gamma/kilogram/per minuut. Hypertensie. Moet te allen tijde vermeden worden om sutuurloslating te voorkomen. De sedatie aanpassen zo de bloeddrukstijging te wijten is aan het ontwaken van de patiënt en/of pijn. geneesmiddelen toedienen om de bloeddruk op peil te brengen oa. Nyconitrine. eventueel diuretica zo er een overvulling is. - Vullingsdrukken. CVD Centraal veneuze druk : de ideale waarden worden peroperatief bepaald en doorgegeven als richtwaarden. LAD Linker atrium druk : idem deze parameters geven aanwijzingen over het verloop van de inotrope behandeling en van de vullingstatus van de patiënt. OPLOPEN VAN DE DRUKKEN EN EGALISATIE VAN DE WAARDEN VAN DE DRUKKEN ZIJN AANWIJZINGEN VAN TAMPONADE. - Hartritme. de taak van de verpleegkundige bestaat erin elke wijziging te observeren en te rapporteren aan de arts. Bij belangrijke wijzigingen zullen we ondertussen een elektrocardiogram afnemen, het Kaliumgehalte in het bloed bepalen en een bloedgasmeting uitvoeren. Mogelijke ritmestoornissen :
Studentenbrochure Intensieve zorgen Hartchirurgie
10
bradycardie (pacemaker, Atropine, Isupriel...) supra venticulaire tachycardie (Digitalis, Cordarone; Cardioversie) ventriculaire aritmieën (Xylo, Cordarone) asystolie - Temperatuur De aanvankelijke hypothermie van 34° c bij opname o p IZ wordt geleidelijk aan gecorrigeerd met behulp van een verwarmingsdeken. Deze zal verwijderd worden eens de temperatuur van de patiënt de 36° c bereikt heeft. Diurese. is een belangrijke parameter. Een goede diurese is het bewijs van een goede vullingstatus van de patiënt. Bij aankomst op IZ is er een zeer hoge diurese (cave kaliaemie) die geleidelijk gaat afnemen. Is er dan een goede vulling en lage diurese zal men overgaan tot het geven van diuretica. - Bloedverlies via thoraxdrains. Regelmatige controle van de doorgankelijkheid van de drains is belangrijk, immers verstopte drains kunnen tot harttamponade leiden, een ernstige verwikkeling welke een reïnterventie noodzakelijk maakt. Als anderzijds de patiënt te veel bloed verliest via de thoraxdrains en de stollingswaarden zijn normaal zal de chirurg verwittigd worden, hier zal een revisie noodzakelijk zijn. - Ventilatie. de ventilatieparameters, de spirometrie en de drukwaarden worden samen met de andere parameters regelmatig gecontroleerd om eventuele problemen van de ventilator of met de endotracheale tube tijdig op te sporen. Aan de hand van de resultaten van de bloedgassen zullen de gassen op de ventilator aangepast worden. Regelmatig aspireren via de endotracheale tube is noodzakelijk. 2. Medicatie - Sedatie :
wordt onderhouden met een continue infuus met Propofol (Diprivan).De toe te dienen dosis wordt bepaald door de anesthesist en wordt berekend op basis van het lichaamsgewicht van de patiënt.
te lage sedatie : hypertensie, slecht verdragen van de ventilator te hoge sedatie :
langzamer wakker worden met als gevolg moeilijkheden bij .extubatie
- Antibiotica : in totaal krijgt de patiënt 4 dosissen Cefacidal 2 gr. toegediend over 24 u waarna stop. - Anti - acida - Vaso-actieve stoffen : zie hoger 3. Bloedonderzoek
Studentenbrochure Intensieve zorgen Hartchirurgie
11
controle van : - bloedgassen - bloedbeeld, ionogram, hartemzymen, glycemie, ureum, creatinine, stolling. Tijdstippen : bij opname 2 u na opname 4 u na opname : verder om de 4 uur. - de ACT (=Activated clotting time) bepalingen gebeuren gedurende de eerste 3 uren postoperatief (tenzij gestoorde waarden).
Door nauwkeurig observatie, registratie en interpretatie van de parameters kan er elk ogenblik een volledig rapport worden overgemaakt aan de intensivist verantwoordelijk op IZ om zo een behandeling te kunnen aanpassen of starten. 6. 4. Verdere evolutie postoperatief 1. Het ontwaken van de patiënt Een hemodynamische stabiele patiënt is de voorwaarde van het stoppen van de sedatie. Van zodra het mogelijk is wordt de sedatie gestopt, patiënt zal dan vlug ontwaken en eens goed wakker wordt hij van het beademingstoestel gekoppeld en in halfzittende houding gebracht. De endotracheale tube van de patiënt wordt verbonden met een T-stuk waarlangs zuurstof wordt toegediend. De patiënt ademt nu op zichzelf. Dit is ook het ogenblik waarop de verpleegkundige de patiënt psychisch zal steunen : hem geruststellen dat de operatie achter de rug is, dat alles goed gaat en hem zijn opdracht geven : namelijk heel rustig te ademen zodat zo vlug mogelijk de tube kan verwijderd worden en patiënt kan praten, drinken... Na ongeveer 30' spontaan ademen via de tube zullen we een bloedgascontrole uitvoeren. Afhankelijk van de resultaten kan het zijn dat : de analyse is goed en patiënt is goed wakker, de tube kan verwijderd worden. Patiënt krijgt nog een masker met 60% zuurstof concentratie : ongeveer een uur later wordt een nieuwe controle van de bloedgassen uitgevoerd. de analyse is goed doch de patiënt is nog te slaperig dan zal men nog een tijdje wachten alvorens te extuberen tot de patiënt beter wakker is. de analyse is slecht en patiënt verdraagt de ventilator goed, dan zal men terug ventileren en de ganse procedure op een later tijdstip overdoen met hopelijk meer succes. de analyse is slecht en patiënt verdraagt de ventilator niet goed. Men kan : - opnieuw sederen en later herbeginnen. Eens patiënt geëxtubeerd is, is het ook het tijdstip waarop de kinesist de eerste oefeningen doet met de patiënt : nl. de pre-operatief aangeleerde ademhalingsoefeningen.
Studentenbrochure Intensieve zorgen Hartchirurgie
12
2. Eerste dag postop. : zorgen en onderzoeken 's morgens wordt er : - een radiografie van de thorax genomen - een E.C.G. genomen - een bloedstaal genomen : bepalen van bloedbeeld - ionogram - hartenzymen - stolling glycemie - ureum - kreatinine - bloedgassen. - een bloedspiegel voor Digitalis of andere medicatie. Op dat ogenblik wordt getracht inotrope medicatie en/of anti-aritmica af te bouwen tot stop. Dit kan worden gerealiseerd : zonder geneesmiddelen per os zo lage dosissen worden gegeven. met geneesmiddelen per os welke geleidelijk zullen inwerken en zo zullen toelaten de I.V. therapie te stoppen. - Verdere medicatie : maagprotectie - pijnstilling ad comfort ev. Digitalis - diuretica volgens diurese en longfoto. - De totale vochttoediening over 24 uur bedraagt 1500 ml. (I.V. + P.O. samen !) De voeding mag herstart worden zo de patiënt dit reeds verlangt : NA 2000 cholesterol arme voeding. - Patiënt krijgt nog een strikte bedrust. - De patiënt krijgt een bedbad eens de parameters stabiel zijn en de endotracheale tube verwijderd is. 3. Tweede dag postop. : zorgen en onderzoeken 's morgens wordt er : - een radiografie van de thorax genomen - een E.C.G. genomen - een bloedstaal genomen Zo de nacht rustig is verlopen en alle parameters stabiel zijn zal de LAP verwijderd worden door de chirurg. Ongeveer een uur later en zo er geen abnormaal bloedverlies is via de thoraxdrains na het verwijderen van de LAP worden de thoraxdrains verwijderd door de chirurg. Is de RX-thorax in orde dan worden nu ook de blaassonde en de centrale katheter verwijderd, ook de arteriële druklijn wordt verwijderd. De patiënt mag nu een eerste maal uit bed onder begeleiding van de kinesist. Gaat dit goed dan blijft de patiënt meestal opzitten om een ontbijt te nemen. Alles wordt in gereedheid gebracht voor het transfer van de patiënt naar de afdeling.
De hoofdverpleegkundige en alle verpleegkundigen van IZ 5K12 IE.
Studentenbrochure Intensieve zorgen Hartchirurgie
13
Studentenbrochure Intensieve zorgen Hartchirurgie
14