Briefcontact Jaargang 63 Nummer 3, mei 2014 Inhoud: bladzijde: Osterwasser........................................ .. 3 Leid ons niet in verzoeking............ ..... 5 Over brieven........................................ 9 Over het bidden................................... 12 Glimlachen naar mij.............................13 Handelen.............................................. 14 Von Gott...............................................17 Van de omgang met de tijd...................18 In tijd en eeuwigheid............................22 St. Petersburg........................................25 Van de webmaster.................................28 Agenda..................................................30
Mededelingen van de redactie: Het volgende nummer verschijnt omstreeks 15 juli 2014 Bijdragen per E-mail:
[email protected] Bijdragen per brief toesturen voor: 20 mei 2014 Briefcontact verschijnt 6 keer per jaar en is het orgaan van de Nederlandse Evangelische Vereniging in Zwitserland
Na Pasen.
Osterwasser
Ostern durfte bei uns ein bisschen heidnisch sein, bei Sonnenaufgang, wenn wir in irdenen Krügen Osterwasser holten, die gewaschenen Steine glänzten den Bach herauf und veränderten ihr Gesicht Nur wer nicht gelacht und nicht geweint und nicht gesprochen hatte auf dem Weg zur Quelle, der wurde vom Waschen mit diesem Wasser schön Ich muss gelacht, ich muss geweint, gepfiffen aufs Schönsein muss ich haben vor Glück
Eva Zeller, “Auf dem Wasser gehen”. Ausgewählte Gedichte. Deutsche Verlags-Anstalt, Stuttgart 1979
„En beproef ons niet boven onze kracht“ Overweging in de NEV-dienst 9 maart 2014 “Leid ons niet in verzoeking” – aldus bidden wij in het “Onze Vader”. Het woord “verzoeking” heeft in de loop der tijden een bijsmaak gekregen. Te lang werd het gebruikt voor allerlei verleidingen die heel menselijk zijn waardoor de bijbelse bedoeling ervan in de mist raakte. Het gaat om een soort ondeugd waarbij elk handelen onder verdenking staat, die met lust in verband gebracht wordt. Terwijl de psychoanalyse ons inmiddels heeft geleerd ons zoveel mogelijk naar het lustprincipe te gedragen in plaats van ons in te houden, waardoor we psychisch gezond blijven en niet gefrustreerd raken. “Leid ons niet in verzoeking” – in het Onze Vader is deze bede aan God gericht. Het is een bede die moeilijk te begrijpen is: Hoe is het mogelijk dat de goede God ons als het ware zo op de proef stelt, dat we ons uitleveren aan het kwaad? Hoe kan juist God ons in verzoeking brengen? Helderder wordt deze bede wanneer we de daarop volgende bede erbij betrekken: “Maar verlos ons van de boze”. Met “verzoeking” en “het boze” wordt kennelijk iets bedoeld dat ons maar al te snel in zijn greep krijgt en waar we onmachtig tegenover staan en dat moeilijk te doorzien en door te hebben is. En juist daarom laat Jezus dit zo door en door joodse gebed zo eindigen. Het boze, het kwade, zo hoorde ik eens een bekende Duitse theologieprofessor zeggen, heeft geen eigen identiteit, het kan alleen leven als een parasiet van het goede, het is een wolf in schaapskleren. Toen na 1933 in Duitsland de werkgelegenheid toe nam na jaren van een grote economische crisis werd Hitler als verlosser toegejuicht. Dat dit voornamelijk ook kwam door de “Aufrüstung”, door het opvoeren van de bewapening die een nieuwe oorlog voorbereidde werd door velen niet waargenomen. Leid ons niet in verzoeking.
Sindsdien zijn kritisch ingestelde mensen gewaarschuwd wanneer de export van wapens geliberaliseerd wordt– om een aktueel voorbeeld te noemen. Verzoekingen zijn schijnbaar op het goede uit. Maar daar zit een adder onder het gras: het kwade. Hoe kunnen wij ons wapenen tegen deze adders onder het gras? Daar kan het evangelie van vandaag een antwoord op geven. Jezus wordt door de Geest de woestijn in gestuurd – daar zit hij dan in zijn geest, verlaten, kwetsbaar, aanvechtbaar. Hij wordt op de proef gesteld, moet aanvechtingen afweren om te kunnen laten zien waarvoor hij gekomen is. Zo mooi deze “onze” wereld ook is, de veertig-dagen van Jezus in de woestijn herinneren ons eraan dat welvaart en consumptie in veel opzichten een woestijn kunnen zijn. De woestijn is een zinnebeeld van onze maatschappij, van onze verlatenheid en eenzaamheid midden in onze wereld, waar we kunnen lopen, gaan, staan en ten onder gaan. Bestaat er niet ook bij ons het gevaar van een verwilderde woestijncultuur, waar het lot van de ander ons niets kan schelen, waar we het leed van anderen ons niet eens aantrekken, ja uit de weg gaan, waar we er niet voor durven uitkomen als iemand onrecht aangedaan wordt, onrecht dat een pijnlijk trauma kan worden voor het slachtoffer en een levensleugen voor de dader? Deze woestijn-eenzaamheid is een toestand die geen mens lang kan volhouden. Het lijkt erop alsof zich verlammende eeuwigheid over de tijd heen heeft uitgebreid – onophoudelijk zoals in de woestijn waarbij je het gevoel krijgt alleen nog maar zand te zien en verder niks. Alle kwaad hoopt zich op in een ogenblik van oneindige duur. Je staat in de wind zonder te weten of het de wind van de Heilige-, of van een On-Geest is. En zo komen we weer terecht bij Jezus en zijn verzoekingen in de woestijn. De mensenzoon vecht voor zijn roeping, de weg van gerechtigheid en oprechtheid. Ook voor deze roeping onder de mensen heeft hij een image, een PR, nodig. En daarvoor heeft de stem van de diabolos, de gespleten tong, een heel verstandig aanbod: Als zoon van God, gedoopt in de Jordaan, ben je toch bij machte om van stenen brood te maken? Zou het niet voor de hele wereld een zegen zijn, als hij zijn roeping met dit
soort wonderen kon bewijzen en aldus tot macht en aanzien zou kunnen komen? Dit vraagt hij zich af en hij beseft tegelijkertijd dat dit verzoekingen zijn. Hij zal op zijn hoede blijven wanneer de menigten op hem af komen en hem messias, de verlosser noemen of bij het aanraken van zijn kleding hopen genezing te vinden. Voor Jezus is de innerlijke houding van de mensen veel belangrijker, uitgedrukt in de oude wijsheid: “De mens leeft niet van brood alleen”. Nog meer verleidelijk is de tweede verzoeking. Want de duivel is ook een goed kenner van de Schriften. Hij stelt Jezus op een berg een vraag en citeert psalm 91: wat je ook overkomt of wat je van plan bent, hoe diep je kunt vallen en hoe groot ook de crisis is waarin je verzeild kunt raken – Gods engelen zullen je behoeden opdat geen slang je zal bijten en geen steen je voeten ten val zal brengen – God is er steeds en vangt je op als een vader die voor zijn kinderen zorgt. Deze woorden zijn inderdaad niet verkeerd, maar ze zijn slechts de halve waarheid. Uiteraard mogen wij ons door God gedragen weten vooral in uiterste nood. God is echter geen levensverzekering voor alles wat je kan gebeuren. Diep in ons hart waarschuwt hij ons. Dit heeft ook Abraham mogen ervaren. Toen hij in een crisis verkeerde en meende te moeten gehoorzamen aan een stem, die zei dat hij zijn enige zoon moest offeren. Hij luisterde naar deze stem en zag in dat God geen mensenoffers verlangt, geen terechtstellingen en geen uitsluitingen en geen mobbing, maar leven en laten leven. Als Jezus, de jodenman zo doet, dan is hij een bar mitswa, een zoon met een roeping, een opdracht om de wereld om hem heen vorm te geven - daarbij vertrouwend op de hulp van God, die hem niet wil vrijwaren van verzoekingen maar hem er doorheen wil dragen. Verzoekingen zijn uitdagingen. De derde verzoeking is de machtigste. De duivel belooft de mensenzoon dat de hele wereld aan zijn voeten zal liggen als hij hem aanbidt. Als hij echter daarop zou ingaan, dan zou hij zijn als de Pharao in Egypte waar het volk zich net van heeft vrijgemaakt. Dit bijbelse Egypte zal altijd blijven bestaan, tot aan het einde der tijden
en de einden der aarde in een steeds globaler wordende wereld, waar alles met elkaar is vervlochten. Met de metafoor Egypte is elke hoog ontwikkelde samenleving bedoeld – met haar monumentale systeembouw, haar hoogprofessionele management en haar marketing en haar indrukwekkende wetenschap om de natuur, de maatschappij en de psychè in de greep te houden. Pyramiden, tempels en bevloeiingskanalen in de tijd van toen – industriekomplexen, banken, gentechlaboratoria, internetgiganten en de alles beheersende militaire presentie van vandaag. Al in het Egypte van toen bestonden slaven mensen die wegkwijnden als vliegen. En in onze huidige samenleving, een groot technokratisch Egypte, is er een nieuw prekariaat van mensen ontstaan die door alle netten vallen. Maar juist die mensen en landen die het goed hebben worden op de proef gesteld. Willen ze hun bezit en veiligheid alleen voor zichzelf houden en anderen de toegang tot hun land verweren. Waarom worden mensen in catagoriën ingedeeld. De verleiding van nationalisme is met handen te grijpen. Een dodelijke verzoeking zoals de geschiedenis ons leert. Moge elke dienst van christenen hier als alternatief tegenover gezet worden. Twijfelen aan elke economische macht die anderen uitsluit en daar een cultuur van het met elkaar, van delen, tegenover zetten, een cultuur waar we elkaar niet tot steen des aanstoots worden maar tot brood des levens. Amen. Mt 4, 1 – 11.Peter Spinatsch 9-3-2014. Bern-Bethlehem
Over brieven schrijven gesproken... (Vervolg) Liefdesbrieven, condoleance-brieven, maanbrieven, nogmaalsjes, noemde ik in het vorige stukje allemaal op. Wat ik niet noemde waren de brieven uit de vakantie; daar waren niet alleen de prentbriefkaarten met: ”we zijn goed aangekomen en mooi weer!” Daarbij waren dan ook de echte reisbeschrijvingen. In 1909 vierde New York feest; het was 300 jaar geleden dat het scheepje “de Halve Maen” de rivier opvoer, die later de Hudson genoemd zou worden; bovendien was het 100 jaar geleden dat Fulton op die rivier met het eerste stoomschip experimenteerde. Onze oudoom was één van de leden van de Nederlandse delegatie. Ik laat hem nu zelf aan het woord: Ons reisgezelschap bestond uit enige heren en dames uit de Amsterdamse en Rotterdamse handelswereld, de burgemeester van Amsterdam enz. We hadden een zeer gezelligen uitreis per “Amsterdam” van de Holland Amerika lijn, een heel mooi en goed zeewaardig schip dat geheel vol was met passagiers. Wij gedelegeerden vulden een grote tafel, een groepje was het van 24 personen. In New York namen wij allen intrek in het Plaza hotel en werden onze gemeenschappelijke diners af en toe voortgezet op de dagen die niet door officiële diners en feesten in beslag genomen werden. Vijf dagen voor het begin der feesten kwamen wij aan en konden zien hoe de stad zich in feestdos begon te steken. Met vlaggen versierde men de torenhoge huizen, die met duizenden electrische lichtjes `s avonds geïllumineerd werden. Overheersend was de vlag der feestviering, orange, blanche, bleu met in `t wit HF ( Hudson Fulton). Van te voren had men de goedkeuring van Holland gevraagd om deze vlag te mogen voeren. De grote Naval Parade toen de “Halve Maen” aan het Amerikaanse volk werd aangeboden was indrukwekkend door de enorme massa mensen die het schouwspel bijwoonden. Het
scheepje zelf, hoe sierlijk het moge zijn, was klein en nietig in de grootse omgeving van die prachtige brede Hudson rivier. Het was geheel van eikenhout en tot in de kleinste onderdelen had men de oude modellen van dergelijke schepen nagebootst. Over de optochten waaraan 20.000 mensen deelnamen hebt ge zeker wel gelezen... Zoals ik je reeds vertelde: alles is enorm in Amerika. Deze laatste zin vind ik op een andere manier terug in een brief van mij, zo`n 80 jaar later: We waren in Washington in het grote Kunstmuseum waar (niet helemaal achteloos) zo`n 7 Rembrandts naast elkaar hingen. En dan 2 tot 3 Zalen met andere uit de Hollandse school (Pieter de Hoogh, Avercamp, Frans Hals enz). We beperkten ons tot deze zalen, want de kans dat je je aan alle indrukken overeet is op zo een reis wel heel groot. Je letterlijk overeten is ook mogelijk: we aten in Toronto Hongaars (compleet met een strijkje dat aan je tafel kwam spelen), in Washington Indisch, in Quebec Italiaans en in San Francisco in China Town natuurlijk Chinees. En nu, nu zijn we weer 25 jaren later: de jongere generatie gaat op wereldreis, zomaar een jaar... Dankzij moderne communicatie middelen blijft er regelmatig contact, maar papier en pen komt er niet meer aan te pas. Hun “hotels” zijn de camping, eventueel een hostel of “couch-surfing” (een informele vorm van bed and breakfast). Hun diners zijn alle vormen van barbecues en de goedkope wijn koop je in een karton. Hun kleinkinderen zullen er later hoogstens in een e-book over kunnen lezen. Tenzij....... er is nog een sprankje hoop: de moeder van een van de wereldreizigers alles verzamelt wat er op Facebook of Whatsapp of hoe het allemaal mag heten, en stelt daaruit een verslag – op papier – samenstelt voor grootouders en andere geïnteresseerden.
Uit zo een verslag over een reis in Australië citeer ik: We waren uitgenodigd op een boerderij te komen kijken naar het scheren van de schapen. Yves en Monica moesten `s morgens helpen met het samendrijven van de schapen en deze naar de shearing shed te brengen, zodat zij de dag erna geschoren konden worden. Een hele klus als je met een hond en een auto alle schapen van A. naar B. moet brengen, via een weg waar constant auto`s over rijden. Schapen zijn erg bange beesten, dus elke keer als er een auto langs komt rijden stuiven ze uit elkaar en krijg je verschillende groepen die je weer bij elkaar moet zien te krijgen. De volgende morgen zijn we vroeg opgestaan om naar het scheren te gaan kijken. Drie scheerders uit Nieuw Zeeland waren al vanaf half acht bezig. Het was indrukkwekkend om ze zien hoe snel dat gaat, welke handelingen ze er allemaal voor moeten verrichten en in welke houdingen ze zichzelf en het schaap moeten wringen om zo snel te kunnen zijn en om het schaap zo goed mogelijk in bedwang te kunnen houden. De snelste scheerder deed er ongeveer 1 minuut over. Rond 1960 maakte mijn tante ( Jaargang 1900) ook een reis door Australië; zij schreef geen brieven maar maakte wel een uitgbreid Plakboek. Wat zou ik dat graag eens naast dit verslag leggen. Maar op welke zolder liggen die plakboeken – als ze bewaard zijn? We kunnen niet alles bewaren, maar sorteren en schiften blijft de moeite waard, wie weet wat onze kleinkinderen er mee doen....
Erlinsbach, april 2014 Arjana Metting van Rijn.
Over het bidden: God luistert niet naar wat jullie te zeggen hebben, behalve als hij zelf door uw lippen spreekt. U die van deze aarde zijt kunt uw gebed in uw hart vinden. En als U zich overgeeft aan de stilte van de nacht zult u zwijgend horen zeggen: Onze God, U bent onze gevleugelde ik, het is uw wil in ons, die wil. Het is uw wens in ons die wenst. Het is uw dringen in ons, dat onze nachten die van U zijn, in dagen veranderen die ook van U zijn. Wij kunnen U niets vragen, want gij kent onze behoeften alvorens dat we geboren waren. U hebben we nodig; en omdat U ons meer van U geeft, geeft U ons alles. Uit: “Der Prophet” Khalil Gibran
Khalil Gibran Geboren in Bsharri, Libanon op 6 januari 1883, gestorven in New York City 10 april 1931 Libanesische schilder, filosoof en dichter In Amerika is “De profeet” het meest gelezen boekje. De overwegingen zijn voor ons niet altijd even goed te begrijpen, maar het is de moeite waard te kijken hoe hij vooral het voor ons altijd weer zo moeilijke thema “wie is God?” benadert.
Gebeden overal vandaan. Een gebed van een scholier uit Zuid-Afrika Glimlachen naar mij Goede God, wij vragen U om mensen, die goed zijn en vriendelijk. Planten en bomen hebben warmte en licht nodig. Zij richten zich automatisch naar de zon. Ook mensen hebben het nodig dat ze niet worden vergeten. Wanneer wij gezien en bij naam genoemd worden, en begroet en wanneer men glimlacht naar ons. Bij ons gaat dan de zon op, we zijn gelukkig. Wanneer een mens vriendelijk is, instemmend en de stem van zijn hart volgt. Dan wordt de wereld gelukkiger. Zulke mensen veroveren in een oogwenk de harten van de mensen. Om zulke mensen vragen wij, goede God, voor ons en voor anderen. Vertaling vanuit het Duits in het Nederlands Uit: Voorbeelden voor een Liturgie van de oecomenische campagne van „Fastenopfer, Brot für alle und Partner sein“
Handelen inplaats van naar schuldigen zoeken. Vroeger was het zo dat als een kind blind geboren werd of niet kon horen of gehandicapt op de wereld kwam dat de ouders schuld hadden. Ook de discipelen van Jezus waren deze these toegedaan toen er iemand in aanraking kwam met Jezus die al vanaf zijn geboorte blind was. Er ontstond een hevige discussie met de vragen die ze aan Jezus stelden. „Heeft hij zelf gezondigd of zijn ouders?“ Jezus antwoordde: „Hij niet en zijn ouders ook niet“. Maar Gods werk moet door hem zichtbaar worden. Zolang het dag is, moeten we het werk doen van hem die mij gezonden heeft; straks komt de nacht en dan kan niemand iets doen. Zolang ik in de wereld ben, ben ik het licht voor de wereld. Na deze woorden spuwde hij op de grond. Met het speeksel maakte hij wat modder, hij streek die op de ogen van de blinde en zei: „Ga naar het badhuis van Siloam en was u daar. De man ging weg, waste zich en toen hij terug kwam kon hij zien. Er was dus een vaste overtuiging dat het de zonde van ouders was die er toe voerden dat het kind blind was. Jezus spreekt dit tegen door te zeggen de zonde is niet erfelijk. De discipelen kijken dus achteruit, maar Jezus leeft op dat moment op de plaats waar hij staat. Jezus interesseert zich er helemaal niet voor waarom deze man blind is. Hij maant de discipelen te handelen en ervoor te zorgen dat de man ondanks zijn handicap een zinvol leven kan leven. Jezus laat de discipelen zien dat je met de vraag: „wie is schuld“? je je zelf uit de verantwoording onttrekt. Schuld is niet erfelijk! En ondanks deze these blijven er voor ons steeds weer heel veel vragen die wij niet kunnen beantwoorden. Kinderen kunnen ouders soms erg confronteren met voor hen moeilijke punten uit verleden en hen dat steeds weer voor ogen voeren. Doordat jullie me zo behandeld hebben daarom ben ik nu zo, zeggen ze dan. Waarom heeft de èèn wel te eten en de ander niet? Waarom moeten kinderen in Azië tapijten knopen inplaats van dat zij naar school kunnen gaan.
Waarom moeten vrouwen in Bangladesch voor een hongerloontje vele uren opgepropt in een fabriek onder erbarmelijke omstandigheden onze t-shirtjes knippen en naaien? Waarom is alles zo ongerecht verdeeld op de wereld. Soms is het wel nodig eens te kijken hoe dat allemaal in het verleden zo is verlopen. Maar naar schuldigen zoeken is zeker geen goed idee. Beter is het te analyseren en dan te handelen en vooral te proberen iets te veranderen. Maar onze handen in de westerse wereld zijn vaak ook gebonden. Wat we wel kunnen is proberen vriendelijk met de mensen om je heen om te gaan. Zo`n sfeer te scheppen dat de mensen zich prettig bij je voelen en dan samen eens om je heen kijken waar behoefte is iets aan te pakken. Ikzelf ben al jaren in een OeMe-Kommission van de reformierte Kirche in Muri-Gümligen. Een commissie die kan bepalen hoe we het geld wat beschikbaar is voor projecten kunnen verdelen. Daardoor ben ik met veel nood in aanraking gekomen. Soms gaat dit geld niet naar het project zelf maar wordt het intern voor administratieve kosten gebruikt. Het project: Brot für alle“ heeft een kantoor vol met mensen die aangesteld zijn voor het adverteren van hun doelen. Het personeel moet betaald worden, evenals de vele flyers en het vele, vele drukwerk.
Ik heb samen met andere leden van de commissie en de dominee mogen meewerken aan een kerkdienst waar het thema was: Het wonder van het delen. (Brot für alle, Fastenopfer) De vraag was: waar zet u hoop op en waarvoor bent u bang? Daartoe konden we mensen in onze naaste omgeving vragen hoe zij daarover dachten. De antwoorden werden door ons voorgelezen in de kerk. U leest hier mijn tekst die ik in het Duits opgeschreven en uitgesproken heb.
Ich wünsche mir dass die Generation nach mir nicht nur genügend zu Essen hat, aber auch ein friedlicheres Leben leben kann. Und sie nicht fremde Herrscher gegenüber stehen! Denn statt zu kämpfen sie den Boden bewirtschaften können. Und zusammen Abendmahl feiern können. Ich kann mir nicht ausdenken wie es in 30 Jahren aussehen wird. Es sind immer wieder Kräfte am Werk die das Wohl der verschiedenen Völker und Länder beeinträchtigen. Das Böse können wir nicht zum verschwinden bringen oder gänzlich ausrotten. Belangrijk is ook niet tussen de bergen te blijven zitten en nooit eens de moeite te nemen erover heen te kijken. Ogen en oren open houden. Elkaar echt ontmoeten en samen een eindje te wandelen. 4 april 2014
Von Gott Als vor Zeiten der erste bebende Laut über meine Lippen drang, erklomm ich den heiligen Berg und sprach zu Gott Und ich sagte: “Herr ich bin dein Diener. Dein geheimer Wille ist mein Gesetz, und ich folge dir immerdar.“ Aber Gott antwortete nicht. Er entschwand einem mächtigen Sturme gleich. Und nach tausend Jahren erklomm ich den heiligen Berg, und wieder sprach ich zu Gott. Und ich sagte: „Schöpfer, ich bin dein Geschöpf. Aus Ton hast du mich geformt, und was ich bin und habe, schulde ich dir“. Aber Gott antwortete nicht. Er entschwand tausend eiligen Flügel gleich. Und nach tausend Jahren erklomm ich den heiligen Berg, und wieder sprach ich zu Gott. Und ich sagte:“Vater, ich bin dein Sohn. Aus Liebe und Erbarmen hast du mich gezeugt, und in Liebe und Ehrerbietung will ich dein Königreich erben“. Aber Gott antwortete nicht. Er verschwand wie Dunst in der Ferne. Und nach tausend Jahren erklomm ich den heiligen Berg, und wieder sprach ich zu Gott. Und ich sagte: „Mein Gott, mein Ziel und meine Erfüllung Ich bin dein Gestern, und du bist mein Morgen. Ich bin deine Wurzel in der Erde, du bist meine Blüte am Firmament, und gemeinsam wachsen wir vor dem Antlitz der Sonne“. Da neigte sich Gott hernieder und flüsterte süsse Wort in mein Ohr. Und wie der See das Bächlein umfängt, das in ihn mündet, so umfing er mich. Und als ich in die Weiten und Täler hinabstieg, war Gott auch dort. Kahlil Gibran
Van de omgang met de tijd Terwijl ik deze woorden in de computer typ is het eerste woord dat ik geschreven heb alweer verleden tijd. En ik realiseer me dat alleen maar omdat ik een boek kocht van een sociologieprofessor dat heette: „Anatomie van de radeloosheid“ geschreven door Peter Atteslander. Één hoofdstuk met als titel: “Van de omgang met de tijd“, brengt me op het idee, dat als ik begin met schrijven en probeer mijn gedachten te ordenen zodat ik weet wat ik moet schrijven, meteen bij het schrijven van de volgende woorden het eerste woord alweer verleden tijd is. Maar als ik bij het schrijven plotseling opgebeld zou worden en de mededeling kreeg dat mijn moeder gestorven was, dan zal ik mij eeuwig eraan herinneren wat ik op dat moment aan het doen was. Van verder schrijven om u, de leden van de NEV, van iets zinvols te voorzien was waarschijnlijk niet meer veel gekomen. Mijn gedachten had ik er niet bij kunnen houden. En toch gaat het allemaal weer door De klok tikt met de regelmaat van de klok door. En als hij plotseling stilstaat, missen we de trein, want die loopt op tijd. Er is echter op dit moment dat ik dit schrijf niets bijzonders gebeurd of iets wat voor onrust zorgt of bezorgdheid. Dus we gaan mooi door! En tijd heelt alle wonden. Is dat een troost? Een vraag waar ik geen antwoord op kan geven. „De tijd vliegt“, vindt Ds. David van Welden als hij zijn jaarverslag schrijft over het afgelopen jaar. David is alweer vijf jaar predikant van de NEV. Vijf jaar geleden leek het er niet op dat de NEV er nu nog zou zijn. Maar hij leeft wel, hoor! Weliswaar zijn de leden niet meer jong, maar er komen toch weer gezinnen met kinderen in de Nederlands gesproken kerkdiensten.
Er wordt vrolijk na de dienst in de kerk rondgehuppeld en de ouden drinken hun koffie na de dienst zoals het vroeger in Nederland gebruikelijk was. Waar blijft de tijd? Je kunt er niet even stil bij gaan staan, want even daarna is hij alweer doorgelopen. Eigenlijk is de tijd een kleine dictator. Hij bepaalt onophoudelijk. Hij bepaalt wanneer we moeten eten. Wanneer en hoe laat we in de kerk moeten zitten. Hij houdt nergens rekening mee. Zijn we of voelen we ons als slaven van de klok? De televisie brengt ons op de hoogte van het laatste nieuws. Wat voor weer kunnen we verwachten over de hele wereldbol? In tien minuten tijds zijn we helemaal op de hoogte. We worden overspoeld door informatie met als gevolg dat we vergeten met elkaar gesprekken te voeren en onze bezorgdheid uitspreken over wat we te horen en te zien krijgen. Ons dagelijkse leven heeft voor het gemak ook een structuur. We willen graag een dag goed indelen, want dat geeft zekerheid dat het werk wat er gedaan moet worden ook echt klaar komt. En als we een dag niet zo kunnen indelen als we graag willen dan krijg je te horen dat je niet meer zo flexibel bent en dat zo iets bij het ouder worden hoort… Onze witte Volvo heeft zijn beste tijd ook al gehad en zal een keer vervangen moeten worden. Wat is er in die tien jaar tijds veranderd op het gebied van auto`s? Daarvoor kan ik goed bij mijn man terecht. Mijn man hoeft die tijdschriften niet eens te kopen. Een grote stapel uitgelezen tijdschriften liggen gewoon voor de deur als we niet thuis zijn om ze in ontvangst te nemen. Voordat ik mijn oor te ruste leg word ik dan met de nieuwste snufjes op dat gebied geconfronteerd. Wat is er bij de NEV veranderd sinds David onze predikant werd en Hildo van Es naar Nederland terug ging? Alles is gewoon doorgegaan. Als je alles wilt veranderen dan verander je niets, lees ik alweer in een boek, want mensen zijn van nature behoudend. „Alles is niets“, zegt een kloosterling tegen Luise Rinser als ze weer terug gaat naar haar eigen land op de vraag of hij haar nog iets heeft mee te geven. Ik
sta met de mond vol tanden en vraag me af wat de zin is van het gezegde. Als je alles hebt dan is dat toch iets en niet niets. De Nederlandse taal verbreiden, zoals ikzelf mij daar steeds mee heb bezig gehouden? Is dat nodig? Heb ik niet iets gedaan wat eigenlijk niet zo nodig was? mijmer ik. Nederland en Vlaanderen zijn kleine Nederlands sprekende taalgebieden. Nederlanders leren vreemde talen op school. Ze zijn trots dat ze vreemde talen kunnen spreken. En toch als je met iemand Nederlands kunt spreken die het op latere leeftijd bij mij en via mij heeft moeten leren ontstaat er een warm gevoel van binnen. Je kijkt niet meer op de klok hoe laat het is. Je vergeet de tijd. Dus was het voor mij en haar zinvol! Het is moeilijk om je moedertaal levendig te houden en te spekken met nieuwe uitdrukkingen en te vrijwaren van germanismen als er om je heen een andere taal gesproken wordt. De vreemde taal word je steeds minder vreemder en als je van die taal houdt dan is het geen probleem meer welke taal je spreekt.. . Je bent blij dat je het kunt spreken. De mensen genieten ervan en lachen en hebben plezier dat je zo spreekt als iemand die wel uit het noorden moet komen. Je hebt een vrolijke kleurige draad geweven. De ander heeft hem vrolijk in ontvangst genomen. En zo laat ik me even zo vrolijk meevoeren door de mensen die in Muri-Gümligen de wereldgebedsdag voorbereid hebben. Ook daar maar een handjevol mensen in de kerk in Muri. We luisteren naar een liturgie die door de vrouwen van Guyana is opgesteld. En ofschoon ik geen deel uitmaak van de vrouwen die deze liturgie voordragen, weten ze me te raken doordat ik ook moet nadenken. Ik mag dat op een rond gekleurd papiertje opschrijven en op een bord prikken. Uitwisseling van gedachten. Draden spannen. Erover nadenken wat ik Jezus gevraagd had toen hij in het verhaal over Marta en Maria (Lucas10 vers 38-42) tegen Marta zei,dat Maria het goede deed door naar hem te luisteren en Marta zich te druk maakte met het werk. Daar moest het uit zijn met passief luisteren en werd doen gevraagd.
Draden spinnen? Willen we dat wel? Zijn we daar wel toe bereid? Zijn we eraan geïnteresseerd? Of doen we het alleen maar omdat het zo hoort. Grijze draden spinnen zonder kleur! De spin in het midden van het web wacht erop dat er een vlieg in zijn web verward raakt en er niet meer uit kan en dan eet hij hem vliegensvlug op. Hij heeft honger. De draden gaan daarbij niet kapot. Alleen als ik vind dat dat web daar niet hoort en dat dat stoort moet de spin weer een nieuw web weven. Iets waar hij niet al te veel tijd voor nodig heeft. Draden spinnen is een zorgvuldig en precies werkje waar geduld bij gevraagd is. Wie heeft er nog geduld? Je bent echt iemand als je zegt dat je het druk hebt en als je zegt dat je geen werk hebt word je vol medelijden aangekeken dat je kennelijk geen opgave meer hebt. Op schieten! Haasten, want we zijn alweer te laat hoor ik vaak zeggen. Bij het verhaal van Job wordt de tijd tijdloos. Er is geen toekomst meer. Job laat zien dat hij God ondanks de slechte gang van zaken blijft respecteren… Heel menselijk als dit niet het geval meer zou zijn…waarom moet ik al dat lijden nu ondergaan en mijn buurman wandelt vrolijk verder is de gedachte dan. Job 28 vers 20 tot 28 probeert een antwoord te vinden op waar we de wijsheid en het inzicht kunnen vinden. De wijsheid is verborgen voor de blik der levenden. Onze oren kennen haar slechts bij geruchte. God kent haar wegen en weet waar ze verblijft. En hij sprak tot de mens:“Ontzag voor de Heer – dat is wijsheid; het kwaad mijden – dat is inzicht.
Lida Versteeg 12 maart 2008
Het leek me goed nog een keer dit artikel in Briefcontact te plaatsen, omdat het mooi aansluit bij het thema van David: In tijd en eeuwigheid
In tijd en eeuwigheid “Voor alles wat er gebeurt is er een uur, een tijd voor alles wat er is onder de hemel“ Er is een tijd om te baren en een tijd om te sterven een tijd om te planten en een tijd om te rooien... Lieve mensen Jullie kennen allemaal deze woorden, het zijn woorden uit het boek Prediker. Het zijn de beginwoorden van een vrij unieke tekst, die reflecteert over de tijd. Dat doen wij ook steeds vaker. In de eerste week van het jaar waren er op de Zwitserse televisie meteen twee uitzendingen over de tijd. De tijd houdt mensen bezig. Wat is tijd eigenlijk en hoe gaan wij er mee om? En waarom hebben we ondanks gigantische tijdsparende technieken, ondanks alle huishoudtoestellen, snelle treinen en ondanks onze I-phone en onze supersnelle internetverbinding, toch steeds minder tijd? Hebben wij nog tijd voor de wezenlijke dingen? Hoe kom je los van het gevoel, voortdurend onder tijdsdruk te staan? Onze tijd, onze tijd van leven was in het vroegere denken en in het geloof, waarin we zijn opgegroeid, altijd verbonden met zijn pendant: de eeuwigheid. In tegenstelling tot de tijd is de eeuwigheid voor velen geen thema meer, vele mensen hebben het gevoel dat het wel goed is als er na dit leven niets meer komt. Het is een thema dat uit de mode is geraakt.
En toch komen we echt niet zo gemakkelijk los van die eeuwigheid. Het is de moeite waard om ook over die eeuwigheid na te denken en te vragen wat die eigenlijk voor ons betekent. Het is een thema dat, lijkt mij, heel veel stof biedt voor gesprekken en daar komen we tenslotte voor naar dit weekend. Vorig jaar waren we voor de eerste keer in de Kartause Ittingen. En dat is de deelnemers toen zo goed bevallen dat we besloten hebben, ook in 2014 daar weer ons weekend te laten doorgaan. De Kartause Ittingen is een middeleeuws, voormalig kartuizerklooster bij de Thur, dat helemaal gerenoveerd werd en nu een prachtig Tagungszentrum (met een goede keuken!) is. In het klooster bevindt zich ook een kloosterwinkel, een brouwerij, een kaasmakerij en een kantonaal kunstmuseum. Het is goed met het openbaar vervoer te bereiken: vanaf Frauenfeld rijd je met een bus naar Warth. De laatste honderd meter moet je lopen. De Kartause is ook nog mooi gelegen tussen de wijngaarden en de bossen op een heuvel boven de Thur. Er is dus ook veel moois te zien, een prachtig stukje natuur waar we in de vrije tijd op dit weekend van kunnen genieten. Het weekend vindt plaats op 17 en 18 mei 2014. Het begint op zaterdagochtend om tien uur. Na het koffiedrinken geef ik een eerste inleiding op het thema met aansluitende discussie. Na de lunch is er een tweede blok van groepsgesprekken. ’s Avonds hebben we na de maaltijd een gezellige avond in de bar Op zondagochtend volgt dan het derde blok van gesprekken over ons thema. Na de lunch op zondag besluiten we het weekend met een
korte vesperdienst om 14.00 uur, waar natuurlijk alle NEV’ers van harte welkom zijn. Het weekend eindigt na het koffiedrinken om 16.00 uur. De prijs is ongeveer gelijk gebleven. Het hele weekend in een Einzelzimmer kost: Fr. 200,een Doppelzimmer kost per persoon: Fr. 180,-. Alle maaltijden zijn daarin inbegrepen. Daarmee is u meteen duidelijk dat de NEV een deel van de kosten voor zijn rekening neemt, zoals het gebruik van de infrastructuur. Uiteraard mag de prijs geen hindernis zijn om aan het weekend deel te nemen. Wie graag wil deelnemen en niet het hele bedrag kan betalen kan contact opnemen met mij. Zoals altijd ben ik erg dankbaar voor een vroege aanmelding. Want de kamers, die we hebben gereserveerd en niet nodig hebben, moeten we wél betalen als we niet op tijd kunnen afzeggen. Daarom wil ik u vragen zich voor 15 maart bij mij aan te melden. Ik hoop dat weer velen kunnen deelnemen en dat we met elkaar spannende en inspirerende gesprekken hebben. David van Welden
St. Petersburg, 6. Februar, 2014 Sehr geehrter Herr Prof. Dr.Wilfred van Gunsteren, Liebe Mitglieder der Niederländischen Evangelisch-Reformierten Gemeinde der Schweiz! Dank Ihren Kollekten, welche durch Ihre Gemeinde im letzten Jahr gesammelt wurden, konnte ich viele Aktivitäten des Hilfsfond auch im Jahre 2013 weiterführen. Insgesamt kam der grosszügige Betrag von sFr. 4'676.70 zusammen. Von meinen „Babuschkas“ konnte ich weiterhin Margarita Sergejevna und Sinaida Konstantinovna unterstützten. Margarita leidet immer noch unter der Situation ihrer Wohnung direkt unter dem Dach, welches undicht ist! Zahlreiche Inspektionen waren schon dort, aber leider ohne Erfolg. Margarita ist sehr froh um die regelmässigen Beiträge von 3'000.—Rubel monatlich, denn ihre Rente ist klein und sie leidet an einer Schilddrüsen-Unterfunktion und an Tuberkulose, die zum Glück stabil ist. Die Gelder des NEV ermöglichen ihr eine gute und ausgewogene Ernährung. Wir hatten im letzten Jahr eine Inflation des Rubels – und damit verbunden eine Teuerung der Lebensmittel von rund 15 %. Am 22. Januar litt Russland an einem neuen Inflationsschub – innerhalb von wenigen Tagen verlor der Rubel gegenüber dem Euro an 3 Rubel (von umgerech-net 45 Rubel pro Euro auf 48 Rubel pro Euro!). Zusätzlich habe ich Margarita Ende November einen Beitrag für die Behandlung ihrer Zähne gegeben, worum sie sehr dankbar war. Sinaida, 87-jährig, lebt komplett allein, pflegt aber nachbarschaftliche Kontakte und ist aktiv bei der Vereinigung der Blockadenbürger von St. Petersburg dabei. Monatlich habe ich ihr im Namen des NEV 1'500.— Rubel gegeben. Diese Summe ermöglicht es ihr, die nötigen Medikamente gegen Bluthochdruck und Diabetes zu kaufen. Sie ist sehr froh darum.
Andrej Vadimovitsch Filatov liess ich via Vater Evgenij im Februar 2013 einen Beitrag von 50'000.—Rubel zum Kauf eines Rollstuhls zukommen (30'000 aus den Beiträgen des NEV und 20'000 Rubel von mir persönlich). Andrej leidet an der Bechterew-Krankheit und infolge dessen an Lähmungen. Er arbeitet aber täglich am Computer für eine Firma und besucht ab und zu den Gottesdienst von Vater Evegnij. Der Rollstuhl erleichtert ihm das Leben und er lässt vielmals danken! Der Assoziation RADUGA konnte ich dank den Spenden des NEV insgesamt 40'000 Rubel übergeben. Ein Teil davon ging an die Anpassung des Hörapparates von Anjuta und an einige Stunden Training mit der Logopädin. Ein anderer Teil wurde für die Nachhilfestunden von Natascha Tschizhova eingesetzt, deren Mutter täglich arbeitet und kaum Zeit für ihre behinderte Tochter hat. Ein weiterer Teil für die vierjährige, vaterlose Ella, v.a. für das Training mit der Logopädin. Ebenfalls konnte Ella Pinezhaninova, die Präsidentin von RADUGA, einen Ausflug in die Natur für die Kinder und Jugendlichen dank unseren Geldern organisieren. Bisher habe ich für RADUGA keine weitere Organisation gefunden, welche das Unterrichtsprogramm mitfinanzieren könnte (insbesondere für diejenigen Kinder und Jugendliche, welche nur einen Elternteil haben und es deshalb materiell schwierig ist). Jedoch konnte ich einige Kontakte vermitteln. So wird die Assoziation RADUGA am 28. März 2014 im Sheremetev-Palast von St. Petersburg mit Pantomime ein Märchen aufführen. Ihnen allen danke ich im Namen aller unserer „Schützlinge“ von Herzen für die vielen Kollekten! Ein erfüllendes, reiches und gesegnetes Jahr 2014 und möglichst gute Gesundheit wünsche ich Ihnen und grüsse Sie aus St. Petersburg! Madeleine Lüthi
SPENDENVERDANKUNG DES NEV JAHR 2013 (für den Hilfsfond von Madeleine Lüthi) Spendeneinnahmen/Kollekten des NEV: Saldo NEV per 13. Dezember 2012:
sFr. 1'854.—
Kollekten NEV Dezember – März 2013: sFr. 2'526.70 Kollekte Waldgottesdienst vom 25.08.13 sFr. 1'270.-Weihnachten 2013 (Kollekte 25.12.13): sFr. 880.— -------------------------------------------------------------------------------------------------------------Totale Spenden NEV 2013: sFr. 4'676.70 -------------------------------------------------------------------------------------------------------------TOTAL: sFr. 6'530.70 =================================================================== Spendenausgaben/Ausgaben “Hilfsfonds”: Rollstuhl Andrej Filatov (via Vater Evgenij): sFr. 920.—(30'000.—Rubel) Assoziation RADUGA: 2 x 20'000.—Rubel sFr. 1'176.— “Babuschkas”: Sinaida (Beiträge an Med. v. Feb.-Nov.): sFr. 529.—(insgesamt 18'000.—Rubel) Margarita (Feb.-Nov. + Beitrag Zähne) sFr. 1'176.-- (insgesamt 40'000.—Rubel) -------------------------------------------------------------------------------------------------------------Total Sinaida + Margarita: sFr. 1'705.--------------------------------------------------------------------------------------------------------------TOTAL Spendenausgaben 2013: sFr. 3'801.— =================================================================== SALDO Dezember 2013: (sFr. 1’459.70)
sFr. 2’730.—
======================================================= Opbrengst collecte Paasdienst op 20 april 2014 in Hägendorf Fr. 960,-
Beste NEV-leden! Op de algemene ledenvergadering van 20 april 2014 heb ik verslag gedaan over de ervaringen met onze website www.nl-kerk.ch in het afgelopen jaar. Kort samengevat: De Website van de NEV wordt dagelijks door 15-20 bezoekers bezocht. De bezoekers komen voor ca.: 45% uit CH, 30% uit DE en 20% uit NL 52% van de bezoekers zijn "nieuwelingen", dus voor het eerst op onze Website. Er zijn een aantal leuke reacties gekomen ook van Nederlanders die geïnteresseerd zijn in het werk van de NEV. Op deze vergadering werd besloten, dat de contactgegevens van de NEV-leden op een (door paswoord) beveiligde site "alleen voor leden" worden opgenomen. Daarmee kunnen leden naam, adres, tel.nr. en email (zover bekend) van andere NEV-leden opzoeken en wordt het contact tussen de leden vereenvoudigd. Deze site is alleen voor geautoriseerde leden toegangkelijk. Als een NEV-lid zijn contactgegevens niet op deze site wenst, wordt dit natuurlijk gerespecteerd, die gegevens dan verwijderd. Dit kan kenbaar worden gemaakt via de Website of ook per e-mail of telefoon aan: Jan van den Eijkel T: 0049-7761-4916 M:
[email protected]
Briefcontact ook online Op onze Website www.nl-kerk.ch vindt u de actueelste informaties over het wel en wee van de NEV: (eventueel veranderde) tijden, adressen (ook van leden) etc.Maar, u kunt bij voorbeeld ook de wat oudere jaarboekjes eens rustig door bladeren, en natuurlijk ook de recente uitgaven van Briefcontact online lezen (waar ook ter wereld) .Wanneer u het voldoende vindt, het Briefcontact alleen nog maar online te lezen, dan kunt u het verzenden van Briefcontact ook stop zetten. De Website omvat daarnaast ook informaties over - de verschillende kringen en hun werk - de geschiedenis van de NEV - het bestuur en hun doelen en verslagen - de actuele agenda: wat, waar, wanneer Wilt u zelf een bijdrage leveren voor de website of wilt u een reactie geven, dan kan dat graag via de website maar ook direct aan de webmaster: Jan van den Eijkel E-Mail:
[email protected] Tel. 0049-7761-4916
Diensten die in 2014 geleid worden door Ds. David van Welden 17-18 mei: Gemeenteweekend in Ittingen TG 8 juni: Pinksterdienst in Hägendorf 31 augustus: Waldgottesdienst in Rupperswil 14 september: in Bern 2 november: in Bazel 25 december: Kerstdienst in Hägendorf AGENDA: Kerkdiensten in de Nederlandse taal 8 juni: Gemeenschappelijke NEV-Pinksterdienst, Evangelische Kirche Hägendorf, AG Voorganger: Ds. David van Welden Aanvang: 12.00 uur Kring Bern: Eerstvolgende Kerkdienst: 14 september Mauritiuskerk Bern Bethlehem Voorganger: David van Welden Aanvang: 17.00 uur Kring Bazel:
4 mei: Kerkdienst Wesleyhaus Voorganger: Drs. René Zoutendijk Begin: 16.00 uur 17/18 mei: Gemeenteweekend in Ittingen TG Zie ook: In tijd en eeuwigheid Kring Zürich- Aargau 17/18 mei: Gemeenteweekend in Ittingen TG
Zie ook: In tijd en eeuwigheid 8 juni: Kerkdienst Hägendorf Gemeenschappelijke NEV-Pinksterdienst Voorganger: Ds. David van Welden Aanvang: 12.00 uur
Lida Versteeg, 23 april
NEDERLANDSE EVANGELISCHE VERENIGING IN ZWITSERLAND BESTUUR: Functie Adres Tel./ Faxnummer Voorzitter: Prof. Dr. W. F. van Gunsteren
Gubelstrasse 32 8050 Zürich
[email protected]
Tel.
044 262 17 47
Penningmeester: De Heer G.J. Heezen
Maiackerstrasse 10 6345 Neuheim ZG
[email protected]
Tel. Fax
041 755 24 19 041 755 24 19
Vice-voorzitter: Mevr. Th. Buser - van Stigt
Untere Steingass 3 6235 Winikon thea,
[email protected]
Tel. Fax
061 831 68.60 061 831 68.88
Secretaris: Mevr. A. Wiedemann-Ouweneel
Pappelweg 11 4805 Brittnau
[email protected] Bruggwiesenstrasse111 8380 Pfäffikon oostinga@gmx,net In der Breiten 2 6244 Nebikon
Tel: +41 627 976104 Natel: +41 797650571
Mevr. A. Oberholzer-Oostinga
Predikant: D.M.J. van Welden
Tel.
044 995 11 54
Tel.
062 756 58 92
[email protected] CONTACTADRESSEN PER REGIO AarauZürich
Mevr. J.R. van Gunsteren-Bolt Gubelstrasse 32, 8050 Zürich Mevr. A. Oberholzer-Oostinga Bruggwiesenstrasse 11, 8380 Pfäffikon
Tel. Tel Tel,
Basel
Jean Jacques de Wijs, Waldhofstrasse 6, 4310 Rheinfelden Wim Verhoog, Dürlismatten 3, DE - 79588 Efringen-Kirchen Jan van den Eijkel, Rüttmattstr. 9, DE - 79713 Bad Säckingen Mevr. G. de Graaf Ursprungstrasse 100, 3053 Münchenbuchsee Mevr. L. Dijkstra Rohrstrasse 3, 3507 Biglen. Mevr. W.van Welden - De Jong In der Breiten 2, 6244 Nebikon Mevr. C. Prins-Voogt Früebergstrasse 48, 6340 Baar
Tel: 061 831 6586
Bern
ZugLuzern
044 262 17 47 079 688 18 30 044 995 11 54
Tel. +49 7628 3488761 Tel. +49-7761-4916 Tel.
031 869 36 91
Tel.
031 701 08 58
Tel.
062 756 57 43
Tel.
041 760 48 1