Brachytherapie bij prostaatkanker
In deze folder vindt u informatie over de inwendige bestraling van de prostaat (brachytherapie). Wat is brachytherapie? Bij deze vorm van inwendige bestraling brengt de uroloog samen met de radiotherapeut radioactieve jodiumzaadjes in de prostaat. Deze zaadjes geven zeer lokaal straling af, waardoor de kankercellen vernietigd worden. En het omliggende weefsel (met name de blaas en de endeldarm) wordt daardoor zoveel mogelijk gespaard. Met behulp van echografie wordt er een vrij exact driedimensionaal model van de prostaat door de computer gevormd en wordt berekend waar de jodiumzaadjes precies moeten worden geplaatst. Dit om een goed therapeutisch effect te krijgen, maar dus ook de hoeveelheid straling op het omliggende weefsel te beperken. De radioactiviteit vervalt in de periode na de ingreep. De zaadjes worden niet verwijderd. Reden van een proefligging Ter voorbereiding op de plaatsing van de zaadjes vindt een proefligging plaats. Op basis van een echografie van de prostaat bepaalt de arts hoeveel zaadjes er nodig zijn. Ook controleert de arts of er geen andere belemmeringen zijn voor de echte behandeling. Hoe verloopt de brachytherapie? Het inbrengen van de zaadjes vindt plaats in de operatiekamer. De uroloog brengt een blaaskatheter in om een goede afvloed van de urine te garanderen. Vervolgens wordt met een echo en een computerprogramma bepaald waar de zaadjes worden geplaatst. Dit alles gebeurt onder algehele narcose. Bij uitzondering en op indicatie wordt een ruggenprik gegeven. Na de ingreep wordt u via de uitslaapkamer naar uw kamer op de afdeling Inwendige Bestraling van het Instituut Verbeeten gebracht. Hoe verloopt de voorbereiding? U belt één werkdag voor de brachytherapie tussen 15.00 en 16.30 uur naar de afdeling Opname om te informeren hoe laat u de volgende dag verwacht wordt op het Oncologisch Dagcentrum. Telefoonnummer: 013 – 465 5880.
Op het afgesproken tijdstip meldt u zich bij de verpleging van het Oncologisch Dagcentrum (nummer 98). Het is handig uw auto te parkeren op de parkeerplaats bij de ingang West van het TweeSteden ziekenhuis. Neem aub de doosjes van de medicijnen die u gebruikt mee naar het ziekenhuis. Na de brachytherapie op de afdeling De verpleegkundige zal niet onnodig lang in de kamer blijven ivm de straling. U kunt wel bezoek ontvangen, maar niet van zwangere vrouwen of personen jonger dan 18 jaar. U hoeft niet in bed te blijven, maar mag rondlopen in de kamer. U kunt een zaadje verliezen via de urine. Dit kan geen kwaad voor de behandeling. Uw urine wordt wel gedurende uw verblijf bewaard en gecontroleerd op radioactiviteit. Het is normaal dat urine na de ingreep soms wat rood verkleurd is en een enkele keer een bloedstolsel bevat. Dit verdwijnt meestal na enkele dagen. We adviseren u na de ingreep veel te drinken om op die manier uw blaas goed schoon te spoelen. Meteen na de ingreep kunt u wat bloedverlies hebben achter het scrotum en deze plek kan enigszins gevoelig zijn. In de middag verwijdert de verpleegkundige de blaaskatheter. Als u geplast heeft en de blaas is voldoende leeg, kunt u weer naar huis. Adviezen voor thuis Voorkom de eerste dagen zwaar tillen of zware inspanning. Na enkele dagen kunt u uw normale activiteiten geleidelijk aan weer hervatten. Aangezien alcohol het plassen kan bemoeilijken, adviseren we u de eerste 6 weken geen alcohol te gebruiken. Het is mogelijk dat u na de ingreep een radioactief zaadje uitplast. Wij vragen u de eerste 4 weken de urine te controleren op aanwezigheid van radioactieve zaadjes. Hiervoor moet u door een zeefje plassen. Een radioactief zaadje is zilverkleurig en heeft de grootte van een rijstkorrel. Als u een radioactief zaadje tegenkomt is het beter om dit niet met de vingers vast te pakken. Met een pincet kunt u het zaadje pakken en in een loodpotje bewaren, buiten het bereik van andere mensen. Het loodpotje kunt u inleveren bij Instituut Verbeeten als u op controle komt bij de radiotherapeut. U kunt ook bellen naar het
Instituut Verbeeten en vragen naar de brachylaborant of de klinisch fysisch medewerker. Het loodpotje, de pincet en het zeefje krijgt u mee bij ontslag uit het ziekenhuis. Ook raad de arts u aan de eerste 6 weken niet te fietsen. U zit dan namelijk precies op de prostaat die op dat moment nog bestraald wordt. Door de druk van het zadel kan dit lokale klachten veroorzaken. Als een arts, in verband met klachten aan de prostaat, rectaal onderzoek wil doen, moet u verzoeken dit uit te stellen tot tenminste 6 weken na de implantatie. Dit om verplaatsing van de zaadjes te voorkomen.
Maatregelen met betrekking tot mensen in uw omgeving Het is geen bezwaar in hetzelfde bed te slapen als uw partner, tenzij zij in verwachting is of jonger is dan 45 jaar. Vanaf 4 weken na de implantatieprocedure mag u weer geslachtsgemeenschap hebben. U moet dan gebruik maken van een condoom omdat het een enkele keer voorkomt dat een radioactief zaadje in het sperma meekomt. Het sperma kan donker verkleurd zijn. Dit is normaal en een gevolg van de implantatie. Na 12 weken is het niet meer nodig een condoom te gebruiken. Gedurende de eerste 8 weken na de ingreep is het ongewenst dat kinderen en zwangere vrouwen onnodig lang dicht bij u in de buurt zijn. Verder is het gedurende 16 weken ongewenst kinderen op schoot te nemen. Na deze 16 weken is er geen enkele beperking meer. De dingen die u aanraakt of gebruikt worden niet radioactief besmet. Lakens, kleren, bestek en alles wat u gebruikt kunnen zonder problemen ook door anderen worden gebruikt. Uw urine en ontlasting zijn niet radioactief. Late bijwerkingen & adviezen Na een aantal weken kunnen bijwerkingen ontstaan die het gevolg zijn van de bestraling. U kunt dan last hebben van vaker plassen, meer aandrang, een branderig gevoel bij het plassen en een zwakkere straal. De arts adviseert u dan ook de eerste maanden het medicijn om het plassen te vergemakkelijken (Tamsulosine) te blijven gebruiken.
Het kan zijn dat u vooral ’s nachts vaker moet plassen. Door de bestraling kan de prostaat namelijk wat zwellen. Het kan ook zijn dat u wat urine verliest. Bij de meeste patiënten zijn deze klachten na een half jaar geheel verdwenen. Een andere bijwerking is impotentie. De bestraling reikt namelijk tot de zenuw die de erectie verzorgt. Ook kan de hoeveelheid sperma bij een zaadlozing door de bestraling aanzienlijk teruglopen. Zelden treden darmklachten op waarbij het ontlastingspatroon kan veranderen. Ook kan door geringe beschadiging van de endeldarm een enkele maal bloedverlies bij de ontlasting voorkomen. Dit houdt meestal vanzelf op. Wanneer moet u contact opnemen met het ziekenhuis? Als het bloedverlies te ernstig is. Bij koorts (vanaf 38.5) Als u niet kunt plassen. Tijdens kantooruren neemt u contact op met de regieverpleegkundige of de polikliniek urologie, buiten kantooruren neemt u contact op met de Spoedeisende Hulp. Afspraken na ontslag Na een maand wordt een CT-scan gemaakt in Instituut Verbeeten, deze afspraak krijgt u mee. Bij deze CT-scan wordt een (dunne) catheter geplaatst om de plasbuis zichtbaar te maken. Ongeveer 6 weken na de ingreep komt u voor controle bij de uroloog. De radiotherapeut ziet u ongeveer 3 maanden na de ingreep. Heeft u nog vragen? In deze folder vindt u algemene informatie en deze is bedoeld als aanvulling op het gesprek met uw uroloog. Bijzondere omstandigheden kunnen aanleiding zijn voor wijzigingen op de algemene informatie. Dit bespreekt uw uroloog dan met u. Als u nog vragen heeft, neem dan gerust contact op met de regieverpleegkundige.
Belangrijke telefoonnummers
Regieverpleegkundige: 013 – 4654894 Polikliniek urologie Tilburg: 013 – 4655400 R.J.A.M Davits, uroloog B.P. Wijsman, uroloog Dr. G.J. Montagne, uroloog
Polikliniek urologie Waalwijk: 0416 – 682743 Dr. P.J.M. Kil, uroloog Mw. Y.D. Dubbelman, uroloog Dr. J.H. van Roijen, uroloog
Afdeling Radiotherapie, Instituut Verbeeten: 013 – 594 77 77 Spoedeisende hulp Tilburg: 013 – 4655217 Ruimte voor het noteren van uw vragen: ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ……………………………………………………………………………………………………… ………………………………………………………………………………………………………
Wanneer wordt u verwacht?
Datum brachytherapie: …………………………………….. Bel voor het tijdstip een dag van te voren de afdeling Opname tussen 15.00 – 16.30 uur: 013 – 465 5880. U meldt zich bij het Oncologisch Dagcentrum (nr 98)!
Datum controle uroloog: ………………………………………. U meldt zich bij de polikliniek Urologie (nr 34)