BPV informatiegids Onderwijsassistent Informatie over de stage van de opleiding Onderwijsassistent deel A: vooral voor de praktijkbegeleider deel B: voor student en praktijkbegeleider
Opleiding onderwijsassistent BOL cohorten 2013, 2014, 2015 Excellente Leerroute cohorten 2014, 2015
BPV informatiegids Onderwijsassistent deel A
Informatie voor de praktijkbegeleider betreffende BPV van de opleiding Onderwijsassistent
Opleiding onderwijsassistent BOL cohorten 2013, 2014, 2015 Excellente Leerroute cohorten 2014, 2015
Inhoudsopgave 1. INFORMATIE OVER DE OPLEIDING ............................................................................... 4 1.1 Algemeen ....................................................................................................................................... 4 1.2 Verschillende leerroutes ................................................................................................................ 5 1.3 Werkwijze: Persoonlijk OntwikkelingsPlan (POP) en Portfolio ................................................... 6 1.4 Ondersteunende lessen op de opleiding ......................................................................................... 7 1.5 School Video Interactie Begeleiding (SVIB) ................................................................................ 7 2. INFORMATIE M.B.T. DE BEROEPSPRAKTIJKVORMING (STAGE) .............................. 8 2.1 Informatie m.b.t. de BPV ............................................................................................................... 8 2.2 Beroepspraktijkvormingsovereenkomst (BPVO)………………………………………………...6 2.3 BPV-dagen en lesdagen…………………………………………………… ................................. 9 2.4 Verantwoordelijkheden praktijk en school .................................................................................. 10 2.5 Vergoeding tijdens BPV .............................................................................................................. 13 2.6 Jaarrooster BPV schooljaar 2015-2016 ...................................................................................... 14 2.7 Formulieren.................................................................................................................................. 14 2.8 Gedragsregels .............................................................................................................................. 10 2.9 Evaluatie en beoordeling BPV ..................................................................................................... 15 2.10 Internationale BPV (I-BPV)……………………………………………………………………10 3. PORTFOLIO ....................................................................................................................15 3.1 Wat is een portfolio? .................................................................................................................... 15 4. OVERZICHT WERKPROCESSEN KWALIFICATIEDOSSIER 2014 ..............................116 5. EXAMENS & PRAKTIJKVOORTGANGSTOETSEN .......................................................16 5.1 Algemeen BIJLAGEN
I. II. III. IV.
Verplichte urenregistratie van aanwezigheid op de BPV Jaarrooster BPV schooljaar 2015-2016 Formulier voortijdige beëindiging van de BPV BPV Evaluatie door de student
V. VI. VII.
BPV Evaluatie door de praktijkbegeleider Beoordeling Basishouding BPV Overzicht werkprocessen kwalificatiedossier 2014
1. Informatie over de opleiding Belangrijk: De informatie over de stage (BPV) van de opleiding Onderwijsassistent kunt u vinden in deze BPV informatiegids OA. Deze is ook te vinden op www.summacollege.nl. Als de student van begeleider of school verandert, gaat de gids mee naar de nieuwe stageplaats. In de BPV informatiegids OA deel A vindt u als begeleider uitgebreide en specifieke informatie m.b.t. de BPV (Beroeps Praktijk Vorming) van de onderwijsassistent. 1.1 Algemeen De opleiding onderwijsassistent is een middelbare beroepsopleiding op niveau 4, dit is het hoogste niveau binnen het MBO. Een opleiding op niveau 4 leidt op tot zelfstandige beroepsbeoefenaars die in staat zijn hun eigen taken inhoud te geven en te organiseren. Beroepsbeeld van een onderwijsassistent De student werkt met kinderen van verschillende leeftijden en opleidingsniveaus als assistent in één of meerdere groepen/klassen. Als onderdeel van een team richt de student zich vooral op het ondersteunen van de bevoegde leraar of het team. De student is verantwoordelijk voor de taken die hij/zij zelf uitvoert, waarbij een leraar of teamleider eindverantwoordelijk is.
Het Kwalificatiedossier (KD) OA 2014 beschrijft nauwkeurig de kerntaken van de onderwijsassistent. Deze kerntaken zijn onderverdeeld in werkprocessen, ieder met eigen beoordelingsaspecten die gebruikt worden in toetsen en examens. De ervaring heeft geleerd dat de student tijdens de beroepspraktijkvorming (BPV) behoefte heeft aan en gebaat is bij leren in een duidelijke context. Veel van onze studenten slagen er in dit stadium echter nog niet in zelf de koppeling te leggen tussen theorie en praktijk. Wij hopen samen met u onze studenten hierin te begeleiden. Werkzaamheden van een onderwijsassistent
De student moet kunnen werken in verschillende situaties, eventueel op verschillende scholen binnen een bepaald zorgbeleid van een samenwerkingsverband.
De verantwoordelijkheid van de onderwijsassistent is een verleende verantwoordelijkheid. Van daaruit bekleedt de student een vertrouwensrelatie met een leerling of een groep leerlingen. Tevens ondersteunt de student een adequate zorg voor leerlingen met een speciale behoefte en/of gehandicapte leerlingen. De student moet zijn ondersteunende werkzaamheden kunnen aanpassen aan signalen en situaties van leerlingen en aan scholen met verschillende onderwijsvisies.
Met medeweten van de groepsleraar onderhoudt de student contacten met ouders of verzorgers over het gedrag van de leerlingen. De student neemt deel aan werk- en teamoverleg en heeft een nauwe relatie met de groepsleraar, die het werk in overleg bepaalt. Het werk van een onderwijsassistent *
Je assisteert en ondersteunt bij onderwijstaken. Je hebt een opvoedkundige rol en helpt leerlingen bij hun taken. Jouw inhoudelijke kennis van de leergebieden helpen je daarbij. Ook observeer je leerlingen die bijvoorbeeld zelfstandig werken en rapporteert wat je daarbij opvalt. Je hebt vaak contact met leerlingen, handelt zelfstandig vragen af of verwijst een leerling door. Je voert baliewerkzaamheden uit en doet eenvoudig administratief werk. Je assisteert bij de organisatie van evenementen en activiteiten zoals buitenschoolse activiteiten, schoolreisjes en excursies. Je voert in de klas allerlei taken uit, waar de bevoegde leraar je bij begeleidt: lesmateriaal verzamelen en klaarleggen, een opdracht extra uitleggen, helpen bij het leren lezen of bij het zelfstandig werken. In het basisonderwijs en speciaal onderwijs kun je ook verzorgende taken uitvoeren bij de voor- en naschoolse opvang. In het beroepsonderwijs en volwassenenonderwijs assisteer je ook bij het ontwikkelen en verzorgen van lessen, gericht op het aanleren van beroepsvaardigheden.
De kwaliteiten van een onderwijsassistent: *
Je bent een sociaal, begripvol en integer persoon en kunt goed communiceren. Je bent flexibel, toont initiatief en kunt zelfstandig werken. Je neemt graag je verantwoordelijkheid Je weet je prima staande te houden tussen de leerlingen en in onverwachte situaties. Je wilt vooral plezier hebben in je werk en vindt het leuk om leerlingen te motiveren en enthousiast te maken
De toekomst van een onderwijsassistent: * Met de juiste scholing kun je doorgroeien naar andere beroepen binnen het onderwijs. Als gediplomeerd onderwijsassistent kun je doorstromen naar de PABO of lerarenopleiding, maar ook naar HBO-opleidingen in het algemeen.
* Deze tekst is letterlijk ontleend aan het kwalificatiedossier Onderwijsassistent 2014, pagina 4 en 5. 1.2 Verschillende leerroutes
De opleiding Onderwijsassistent kent een BOL en een traject “ Excellent leerroute”.
BOL en Excellente leerroute
De BOL en Excellent leerroute wordt ook vaak de dagopleiding genoemd en de studenten komen meestal rechtstreeks van het VMBO of hebben een overgangsbewijs naar 4 Havo. Ze zijn over het algemeen jong, vanaf zo'n 16 jaar. Tijdens de opleiding doen de studenten beroeps- en werkervaring op in de vorm van stage. De stageplaatsen worden door de opleiding aangewezen.
De ene student ontwikkelt zich sneller dan de andere, dit ligt zowel aan capaciteiten als aan ervaring en eerdere opleiding. Om tegemoet te komen aan deze verschillen tussen studenten kent de opleiding een paar mogelijkheden om te versnellen of juist er langer over te doen. In de Opleidingsgids kun je hier meer informatie over vinden. 1.3 Werkwijze: Persoonlijk OntwikkelingsPlan (POP) en Portfolio
De bedoeling is dat de ontwikkeling van de student centraal staat. Vanaf de start van de opleiding wordt er gewerkt met leerdoelen in een Persoonlijk OntwikkelingsPlan (POP). Dit POP zal sturend zijn voor het leerproces. Vanuit het POP volgt een strategie: een stappenplan hoe te werken aan dit doel. Stel dat een student zich ten doel stelt het taalonderwijs in de groep adequaat te ondersteunen, dan kan de strategie bestaan uit het observeren van taalactiviteiten, verzorgd door de leerkracht, bestuderen van een taalmethode, zelf activiteiten aanbieden etc. Bij bepaalde leerdoelen kan het goed zijn om vanuit een concrete opdracht te werken. Deze opdracht kan zowel door u op stage als door de opleiding gegeven worden. Het is de bedoeling dat de student minimaal om de week reflecteert naar aanleiding van zijn/ haar POP; hiervoor is een format opgenomen in het portfolio. Aan u als begeleider de vraag om dit proces te begeleiden door middel van het geven van feedback en tips.
Het portfolio is een (digitale) map die u als praktijkbegeleider ten allen tijde kunt inzien. De student is zelf eigenaar van de map en daarmee verantwoordelijk voor de inhoud en de kwaliteit. De student verzamelt in het portfolio de POP’s, inclusief de uitwerkingen bestaande uit beroepsproducten, reflectie– en feedbackverslagen. Met de inhoud van het portfolio kan de student zijn/haar ontwikkeling aantonen en bewijzen aandragen dat de student bepaalde kerntaken en werkprocessen beheerst. U vindt in het portfolio van de student uitgebreide informatie m.b.t. de inhoud.
1.4 Ondersteunende lessen op de opleiding
Op de opleiding bieden we diverse lessen aan ter ondersteuning van het leerproces van de studenten. We werken hierbij vanuit verschillende leerlijnen: -
-
Integrale leerlijn: praktijkgerichte vakoverstijgende opdrachten en BPV Basisleerlijn: kennis en vaardigheden, zoals onderwijskunde en pedagogiek, maar ook algemene vorming zoals Nederlands, Engels, rekenen, burgerschap en zaakzakken. Een gedeelte van de basisleerlijn wordt ingevuld met expressievakken, bijvoorbeeld drama en beeldende vorming. Tevens is er een keuzeaanbod aan verschillende modules tijdens de opleiding. Integrale opdrachten: deze opdrachten zijn vakoverstijgend. Hierin wordt zoveel mogelijk een link gelegd met de BPV. Loopbaanleerlijn: wekelijkse begeleiding door de loopbaanbegeleider, dit kan zowel individueel als in kleinere groepen plaatsvinden.
Tijdens het laatste jaar van de opleiding ligt het accent op het de examen “Eindproject” en “Professioneel handelen”. In deze periode zijn er ook gewoon reguliere lessen. De student wordt vanuit de opleiding begeleid in het schrijven van de scriptie, waarna de uitvoering in de praktijk volgt. 1.5 School Video Interactie Begeleiding (SVIB)
School Video Interactie begeleiding(SVIB) is een begeleidingsmethodiek om het onderwijs zo goed mogelijk af te stemmen op de leerlingen. Op de opleiding Onderwijsassistent zetten we dit instrument voornamelijk in om studenten kennis te laten maken met de methodiek en om hen te ondersteunen bij hun leerproces.
Na introductie van de methodiek SVIB op de opleiding, krijgt de student vanuit de opleiding een informatiebrief mee voor de directie van de stageschool, waarin tevens gevraagd wordt om toestemming om het handelen van de student op video op te nemen. Na goedkeuring van de directie krijgt de student vanuit het Summa College voorbeeldbrief mee om de ouders op de hoogte te stellen van deze activiteit.
De korte video-opnames, die gemaakt worden in de stageklas, worden geanalyseerd en besproken onder toezicht van een SVIB-begeleider op de opleiding. Net zoals dat bij andere begeleidingsfunctionarissen het geval is, hanteert de SVIB’er een beroepscode, waarin o.a. staat dat de gemaakte opnames niet voor andere doeleinden gebruikt worden. Zo blijven de videobeelden die op de stageschool gemaakt worden, onder het beheer van de SVIB’er en worden na gebruik vernietigd.
2. Informatie m.b.t. de beroepspraktijkvorming (stage) Veel praktische informatie over het voorbereiden, uitvoeren, beoordelen van de BPV voor zowel student als stagebegeleider vindt u in de BPV informatiegids OA deel B. Deze is ook beschikbaar op de website www.summacollege.nl. 2.1 Informatie m.b.t. de BPV
De Loopbaan Begeleider (LB’er) is de contactpersoon voor het werkveld en de student aldaar. De LB’er bezoekt de student tweemaal per jaar om de voortgang / ontwikkeling en het functioneren te bespreken. Daarnaast bezoekt de LB’er de BPV-school eenmaal per semester om algemene zaken m.b.t. stagebegeleiding en -beoordeling te bespreken. Voor de opleiding Onderwijsassistent is Harrie van den Boogaart het centrale aanspreekpunt voor alle zaken m.b.t. stage.
Het e-mailadres van alle BPV-docenten / LB-ers is: (in kleine letters):
punt @summacollege.nl Bijvoorbeeld: [email protected]
Alle docenten zijn bereikbaar per e-mail, via hun postvak op school of via hun mobiele telefoonnummer. U wordt hierover bij aanvang van het schooljaar geïnformeerd door de betreffende docent. Verder zijn zij op de leslocatie telefonisch te bereiken via het centrale nummer van de school voor WCO: 040- 2695600. 2.2 Beroepspraktijkvormingsovereenkomst (BPVO)
Elke student sluit een beroepspraktijkvormingsovereenkomst (BPVO) af. Deze overeenkomst wordt ondertekend door de opleidingsschool, de praktijkinstelling en de student, en indien jonger dan 18 jaar door de wettelijke vertegenwoordiger/voogd van de student. Behalve een BPVO sluit iedere student met de school ook een onderwijsovereenkomst af. Daarin staan de afspraken en inspanningsverplichtingen van de student en de opleiding vermeld.
De BPVO wordt opgemaakt voor de duur van twee jaar, behalve bij de Excellente route. Als de stage tussentijds wordt beëindigd op initiatief van de stageplaats, de opleiding of de student zelf, wordt de overeenkomst ontbonden. Daarvoor moet een formulier “Voortijdige
beëindiging stage van de BPV” worden ingevuld en door alle partijen getekend. Dit formulier vindt u in de BPV informatiegids OA deel A .
De BPVO dient ingeleverd te zijn bij studentenzaken vóór de eerste stagedag. 2.3 BPV-dagen en lesdagen
BPV- programma BOL- opleidingen Opleiding
Niveau
Leerjaar
BPV periode
BPV vorm
Aantal stagedagen per week
Onderwijsassistent Cohort 2015 BOL
4
1
2,3,4
Lintstage
Blok 2, 1 dag Blok 3 en 4, 2 dagen per week
Onderwijsassistent
4
1
2,3,4
Lintstage
Cohort 2015 Excellente leerroute Onderwijsassistent
Blok 2, 3 en 4 2 dagen per week
4
2
1,2,3,4
Lintstage
Cohort 2014 BOL
Blok 1,2,3 3 dagen per week Blok 4: i.v.m. extern project 2 dagen per week
Onderwijsassistent
4
2
1,2,3,4
Lintstage
Cohort 2014 Excellente leerroute Onderwijsassistent Cohort 2013 BOL
Blok 1,2,3 en 4 3 dagen per week
4
3
1,2,3,4
Lintstage
Blok 1,2,3,4 3 dagen per week * studenten die naar de Pabo willen gaan, volgen 1 dag voorbereidingstraject Pabo in blok 4 en lopen 2 dagen stage
De student die bij u stage loopt, moet minimaal 8 uur per dag aanwezig zijn en minimaal 4 uur voor een halve dag. In totaal 20 uur per week, als een student 3 dagen aanwezig is. Voor de studenten geldt dat 80 procent invulling krijgt in direct contact met de doelgroep en maximaal 20 procent besteed wordt aan voor- en nazorg en overige stageactiviteiten, zoals
kamp, ouderavonden, verslaglegging, overleg, vergaderingen en scholingsbijeenkomsten enz.
Aantal uren BPV
Bijlage 1: De student dient op de BPV aanwezig te zijn zoals afgesproken. Deze aanwezigheid dient iedere student in te vullen op de lijst ”Verplichte urenregistratie van aanwezigheid op de BPV”. Deze lijst vindt u achter de BPV informatiegids OA deel A in de bijlagen. Deze lijst dient tweemaal per jaar, op verzoek van de loopbaanbegeleider ingeleverd te worden. Deze is ingevuld door de student en gecontroleerd en getekend door zowel de praktijkbegeleider als de student. Bovenstaande vloeit voort uit de wettelijke verplichting die onze school heeft om te controleren of de student het aantal afgesproken BPV-uren ook daadwerkelijk maakt. Als de school of de student daarbij in gebreke blijft, kan dat consequenties hebben voor de schoolsubsidie en voor de studiefinanciering van de student. Wij vragen de praktijkbegeleider dan ook bij ongemelde afwezigheid contact
op te nemen met de loopbaanbegeleider van de betreffende student.
Bijlage II: hier vindt u het rooster opgenomen met de jaarplanning voor 2015 -2016.
2.4 Verantwoordelijkheden praktijk en school
Praktijkgerichte onderdelen worden door de praktijkinstellingen begeleid en beoordeeld. De opleiding blijft eindverantwoordelijk voor het leer- en beoordelingsproces en zorgt dat het proces past binnen het kader van wettelijke regelingen en landelijke regelingen en afspraken van het Summa College.
Waar is de opleiding verantwoordelijk voor?
aangeven kerntaken en werkprocessen die in de praktijk geleerd en getoetst dienen te worden aanleveren toetsmateriaal aan de student ondersteuning en begeleiding op school ten behoeve van de BPV in de loopbaanbijeenkomsten en de ondersteuningslessen zorgdragen voor een adequaat verloop van het leer- en beoordelingsproces. De loopbaanbegeleider is vanuit school de sleutelfiguur voor de praktijkinstelling
De eerste weken op stage
De eerste weken van de BPV zijn bedoeld om rond te kijken en te wennen aan elkaar, aan de leerlingen, aan de school, aan de werkwijze etc. Maar wennen doe je niet achter in de klas op een stoel. Een stagiaire Onderwijsassistent is over het algemeen een doener en vindt het prettig wanneer zij/hij houvast heeft en al vanaf het begin min of meer afgebakende taken toebedeeld krijgt. Dat kan variëren van het helpen van bepaalde leerlingen die extra hulp of aandacht nodig hebben bijvoorbeeld bij het aan- en uitkleden, werkjes klaar leggen, de kast netjes houden, werkjes ophangen, helpen bij het inrichten van een hoek, werk nakijken, opdrachtenkaartjes maken en plastificeren en huishoudelijke taken als vegen, het bord schoonmaken etc.
Het kan voorkomen dat de stagescholen een of twee weken eerder starten dan de opleiding. In dat geval begint de student van leerjaar 2 en 3 al eerder met zijn stage dan met zijn opleiding. Dat is voor beide partijen op stage een onzekere periode. U kunt hierin de student tegemoet komen door hem eenvoudige taken en opdrachten te geven. Eenmaal op de opleiding krijgt de student enkele opdrachten mee, die als beroepsproducten terugkomen in het portfolio. Als de school een overzicht heeft van de taken en werkzaamheden van de stagiaire dan is het verstandig dit samen zo snel mogelijk door te nemen en concrete afspraken te maken. Als de school dat nog niet heeft, is het raadzaam de afspraken op papier te zetten. Maak heel duidelijk afspraken over de BPV-tijden van aanwezigheid: wat is de begintijd en eindtijd? Uitgangspunt is: zolang er werk is voor de begeleider, is er werk voor de onderwijsassistent. Taken voor de stagiaire tijdens de Beroeps Praktijk Vorming Bij de start van leerjaar 1 krijgt de student een aantal taken mee vanuit de opleiding, om zich te oriënteren op de school, de klas en zijn vaste taken en afspraken. Gaandeweg de studie krijgt de student regelmatig opdrachten mee vanuit de opleiding die op stage worden uitgevoerd. Het doel is dat de student hiermee een koppeling leert maken tussen theorie en praktijk. Daarnaast kunt u als begeleider zelf taken en opdrachten geven, die aansluiten bij de ontwikkeling van de student. Tijdens de eerste stageperiode zal de stagiaire beginnen met het werken aan de doelen vanuit het POP. Zeker in het begin zal dit de nodige begeleiding vragen, zowel vanuit de opleiding als vanuit de BPV. De bedoeling is dat er vanuit het POP taken en opdrachten ontstaan. Dit zal dus altijd in samenspraak met de stagiaire zijn. U wordt van harte uitgenodigd uw inbreng te geven in welke taak u op een bepaald moment nuttig acht bij het werken aan de doelen!
Het staat u vrij om de taak samen met de stagiaire helemaal uit te werken inclusief de criteria waaraan de taak volgens u moet voldoen, of u kunt via de stagiaire aan de opleiding laten weten wat voor soort taak u wenselijk acht. In dat geval kan de opleiding in samenspraak met de student de taak vaststellen. De resultaten die uit deze taken voortkomen kan de stagiaire in het portfolio bewaren.
Studiedagen en vrije vrijdag(middag)
Wanneer de stageschool een studiedag heeft, wil dat niet zeggen, dat de student een vrije dag heeft. Wanneer het onderwerp zich ervoor leent, zou de student bij voorkeur op die dag deel kunnen nemen. Er zijn ook alternatieven te bedenken, graag onderwijsinhoudelijke taken, in dat geval. Voor de vrije vrijdag(middag) zijn ook alternatieven te bedenken (in andere groep, voorbereidingen voor een thema, inventariseren leermiddelen, ontwikkelingsmaterialen, etc.). Een student moet voldoen aan een minimum aantal stageuren.
Wat u van onze student mag verwachten
Om zijn beroepspraktijkvormingsperiode te laten slagen, dient de student zijn eigen leerproces zo te plannen en in te richten, dat de student de kerntaken met werkprocessen kan behalen binnen de gestelde BPV-periode.
De student is zelf verantwoordelijk voor het op tijd maken en inleveren van zijn taken en toetsen.
Een (stagiair-) onderwijsassistent moet zijn positie kennen: de student behoort tot de categorie onderwijsondersteunend personeel en is een ondersteuner van de groepsleerkracht en voert als beroepsbeoefenaar de taken uit die voortvloeien uit deze rol. Dit gebeurt altijd onder verantwoordelijkheid van de groepsleerkracht.
Zie voor een gedetailleerde omschrijving van het beroepsbeeld en de werkzaamheden van een onderwijsassistent hoofdstuk 1.1.
Wat kan verwacht worden van de begeleiding op de stageplaats?
Om de stagiaire goed te kunnen laten functioneren, is begeleiding op de stageplaats onontbeerlijk. Een ideale frequentie is eenmaal per week een werkbegeleidingsgesprek, maar minimaal een keer per twee weken, gekoppeld aan een bepaalde werkwijze, waarbij de ervaringen van de afgelopen week besproken worden en er afspraken gemaakt worden voor volgende week. Als een stagiaire voor of met meerdere leerkrachten werkt, is het raadzaam dat één leerkracht de hoofdverantwoordelijke is voor de begeleiding van de stagiaire, deze is dan tevens de contactpersoon voor de loopbaanbegeleider.
Om deze gesprekken gestructureerd te laten verlopen schrijft de stagiair reflectieverslagen. In het begin van de opleiding krijgt de stagiaire zogenaamde stageopdrachten aangereikt, vervolgens wordt wekelijks verslag gedaan / worden beroepsproducten vastgelegd. Het hoofddoel hiervan is zelfreflectie en indrukken en ervaringen op papier zetten, als uitgangspunt voor de eerste uitwisseling van ervaringen, POP - en werkbesprekingen. Door verslagen met de praktijkbegeleider door te nemen ontdekt de student waar voor haar / hem leerpunten zitten. Vooral in het begin van de BPV is het gebruik van dagverslagen een goed middel om de student zich snel te laten oriënteren op de stageplaats, zich de regels en de structuur van een stageplaats eigen te maken en om collega’s en leerlingen te leren kennen.
Behalve dat reflectie een van de basale vaardigheden moet zijn van iedere professional, is het terugkijken op je gedrag en de gevolgen hiervan op met name je sociale omgeving van belang voor ieder leerproces. Praktijkbegeleider, laat de student dus zowel mondeling als schriftelijk reflecteren op zijn handelen (en op de begeleidingsgesprekken). Wij verwachten van de studenten dat ze geregeld hun portfolio aan u laten zien/ tonen!
Naast deze vaste begeleidingsmomenten is het wenselijk om na een uitgevoerde activiteit door de stagiaire, feedback te geven over de uitvoering. Ook een kort evaluatief gesprekje na een dag werken, bij voorkeur uitgaand van de stagiaire, is wenselijk. In de BPV informatiegids OA is een overzicht opgenomen van de taken van de loopbaanbegeleider en de praktijkbegeleider / stage-coördinator. Leest u die a.u.b. goed. 2.5 Vergoeding tijdens BPV BOL en Excellente leerroute studenten kunnen in aanmerking komen voor ‘studiefinanciering of tegemoetkoming studiekosten’.
De BPV-periode is een onderdeel van de opleiding. Daarom hoeft een student niet betaald te worden voor zijn BPV- en/of studieactiviteiten. Bij een aantal instellingen ontvangen studenten een vergoeding volgens in de CAO vastgelegde afspraken.
Als een student geen beloning in geld ontvangt, is de student geen werknemer volgens de wet op de loonbelasting. De student hoeft dan niet in de loonadministratie te worden opgenomen voor de loonbelasting of loonheffing. Het bedrijf mag dan wél reiskosten vergoeden (tot het bedrag van het vergoedingenforfait) en eventuele andere werkelijk gemaakte kosten. 2.6 Jaarrooster BPV schooljaar 2015-2016
In het jaarrooster van de opleiding werken wij met schoolweken. Het rooster is zowel voor de student als begeleider. U kunt het jaarrooster vinden achterin de BPV informatiegids OA deel A (bijlage II).
2.7 BPV Formulieren In de BPV informatiegids OA deel B zijn de volgende formulieren opgenomen:
Beroeps-Praktijk-Vormings-Overeenkomst (BPVO) Stagedagen van de student
In de BPV informatiegids OA deel A is als bijlage opgenomen:
Formulier voortijdige beëindiging BPV (bijlage III) Dit wordt gebruikt wanneer de stage voortijdig wordt afgebroken of wanneer de student voortijdig wisselt van stageschool.
2.8 Gedragsregels Kleding en gedrag van de student moeten geschikt zijn voor de stageplaats. De student is bij u te gast en houdt zich aan de regels van uw BPV-organisatie. Hanteer de juiste
gedragscode. Om een idee te geven van wat gedragsregels zoal in kunnen houden, staan hieronder algemene regels omschreven:
geen naveltruien, lage heupbroeken, korte broek, petjes, zichtbare piercings, minirokjes, opvallende kapsels, sneakers of zonnebrillen dragen wees royaal op tijd, zodat men niet op je hoeft te wachten zorg voor correct taalgebruik geen snoep of kauwgom in je mond, niet roken of eten op de verkeerde plek aanpassen voicemail en mailadres geen mobiele telefoongesprekken en berichten tijdens het werk, geen muziek via je mp3 luisteren of internetten voor privédoeleinden.
2.9 Evaluatie en beoordeling BPV
Aan het einde van elk leerjaar wordt de BPV-begeleiding zowel vanuit de opleiding als vanuit de praktijk geëvalueerd. De formulieren die erbij horen zijn:
BPV Evaluatie door de student (bijlage IV) BPV Evaluatie door de praktijkbegeleider (bijlage V)
Na elk semester moet op het formulier ‘Beoordeling basishouding BPV’ (bijlage VI) de beroepshouding van de student worden beoordeeld. Dit is in januari en juni. Evaluatiemomenten: november en april. 2.10 Internationale BPV (I-BPV)
Voor onze studenten is het mogelijk zich te oriënteren in het buitenland. Dit kan een onderbreking zijn binnen de tijd dat de student bij u stage loopt of het kan betekenen dat de student een half schooljaar (naar een ander land) in plaats van een heel schooljaar bij u stage loopt.
3. Portfolio 3.1 Wat is een portfolio? Het portfolio is een persoonlijke verzameling van:
Wie ben ik Kerntaken Persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) Reflectieverslagen & feedbackverslagen Beroepsproducten
Elementen en fasen Voortgang & ontwikkeling Exameninformatie en praktijkvoortgangstoetsen
Met het portfolio wordt met name ontwikkeling aangetoond in de BPV. Het kan ook gebruikt/ ingezet worden tijdens stagebezoeken. Studenten hebben het portfolio zelf in bezit en ze moeten het u als praktijkbegeleider laten zien. Voor uitgebreide informatie vragen wij u het portfolio van de student in te lezen. Twee keer per jaar wordt op de opleiding het portfolio bekeken door een loopbaanbegeleider en beoordeeld op waarneembare ontwikkeling.
4. Overzicht werkprocessen kwalificatiedossier 2014 begeleidings- en beoordelingsinstrument
Werkprocessen bij de drie kerntaken: Waar sta je in je ontwikkeling?
Hieronder ziet u de werkprocessen en beoordelingsaspecten. In de BPV informatiegids OA deel A (bijlage VII.) vindt u een handig instrument om tussentijds de stand van zaken op te maken en waar nog ontwikkelpunten liggen. In dit overzicht zijn geen competenties aangegeven, omdat de student tijdens de opleiding op het niveau van werkprocessen wordt beoordeeld.
Werkprocessen en beoordelingsaspecten Onderwijsassistent KD 2014-2015 Kerntaak 1 Assisteren bij het uitvoeren van onderdelen van het primaire proces 1.1 Werkproces, Observeert de werkwijze van leerlingen/ deelnemers en rapporteert de bevindingen 1.2 Werkproces Bereidt de uitvoering van programmaonderdelen voor. 1.3 Werkproces Assisteert bij de uitvoering van programmaonderdelen. 1.4 Werkproces Begeleidt de leerlingen bij de uitvoering van programmaonderdelen
Kerntaak 2 Uitvoeren van taken rondom het primaire proces 2.1 Werkproces Voert werkzaamheden uit ten behoeve van het primaire proces 2.2 Werkproces Assisteert bij het organiseren van activiteiten 2.3 Werkproces Voert administratieve taken uit 2.4 Werkproces Houdt toezicht en begeleidt buiten het primaire proces 2.5 Werkproces Voert in PO en SO pedagogisch-verzorgende taken uit
Kerntaak 3 Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken 3.1 Werkproces Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep 3.2 Werkproces Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg 3.3 Werkproces Stemt de werkzaamheden af 3.4 Werkproces Evalueert en rapporteert ervaringen en bevindingen
5. Examens & Praktijkvoortgangstoetsen 5.1 Algemeen In schooljaar 2015- 2016 gaat de opleiding verder met het kwalificatie dossier 2014, waarvoor examens en praktijkvoortgangstoetsen zijn ontwikkeld. Alle studenten van de opleiding Onderwijsassistent worden geëxamineerd via de kerntaken en werkprocessen. Concreet houdt dit in dat er verschillende toetsvormen ontworpen zijn. Praktijkvoortgangstoetsen en examens in de praktijk, om na te gaan of de kerntaken en werkprocessen beheerst worden.
Alle examentoetsen zijn kerntaakoverstijgend d.w.z. dat ze zowel beoordelingsaspecten van kerntaak 1,2 als 3 bevatten. In totaal zijn er 4 praktijkvoortgangstoetsen en 5 examens, waarvan er 3 gedeeltelijk in de praktijk worden beoordeeld; de twee theorietoetsen Onderwijskunde en Pedagogiek worden vanzelfsprekend op de opleiding afgenomen. Daarnaast zijn er een aantal examens voor: Nederlands, rekenen en Engels.
Up to date informatie m.b.t. een examen of praktijkvoortgangstoets krijgt u steeds via uw student, die ervoor verantwoordelijk is u steeds te voorzien van de laatst geldige versie.
Vanuit de opleiding worden bijeenkomsten georganiseerd voor praktijkbegeleiders, waarop informatie wordt verstrekt over de wijze van begeleiding, examinering en beoordeling en de rol van beide partijen. De opleiding vindt het wezenlijk voor de begeleiding van de student, dat u als praktijkbegeleider of stagecoördinator hierbij aanwezig bent.
Belangrijk: Tijdens de lesdoorbrekende weken: sw 10, 20, 30, 39) worden op de opleiding de theoretische voortgangstoetsen en examens afgenomen. Dat kan ook op een niet-lesdag zijn, dus op een stagedag. Dit is meestal een week van te voren bekend en uw stagiaire informeert u hierover. Onze verontschuldigingen voor het eventueel hierdoor ontstane ongemak op stage.
Alle examens en praktijkvoortgangstoetsen zijn t.z.t. te vinden op Fronter, de digitale leeromgeving van het Summa College. In de Onderwijs- en examenregeling op Fronter vindt een student alle regelgeving m.b.t. examens.
BIJLAGEN
I. II. III. IV. V. VI. VII.
Verplichte urenregistratie van aanwezigheid op de BPV Jaarrooster BPV schooljaar 2015-2016 Formulier voortijdige beëindiging van de BPV BPV Evaluatie door de student BPV Evaluatie door de praktijkbegeleider Beoordeling Basishouding BPV Overzicht werkprocessen kwalificatiedossier 2014
I.VERPLICHTE URENREGISTRATIE VAN AANWEZGIHEID OP DE BPV De student houdt het aantal gewerkte uren zelf bij in het blokje van de juiste maand en dag. Heb je dus op 6 augustus 6½ uur gewerkt dan vul je in dat vakje 6½ in. Zie het voorbeeld in onderstaand schema. De student die bij u stage loopt moet minimaal 8 uur per dag aanwezig zijn en minimaal 4 uur voor een halve dag. In totaal 20 uur per week als een student 3 dagen aanwezig is. JAN
FEB
MRT
APR
MEI
JUNI
JULI
AUG SEP
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18
6,5
OKT
NOV
DEC
19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 Totaal Vakantie = V / Buitengewoon Verlof = O / Ziek = Z / Terugkomdag/lesdag = T Wekelijks door de student in te vullen en in januari en juni door de BPV ondertekent en de loopbaanbegeleider!
BPV-Periode: van ….… -- ………… -- ……….. t/m .….… -- ……..…… -- …...….….
Aantal totaal gewerkte BPV-uren: ......... uur
Datum: ..................................
Naam en plaats BPV-instelling: ……………………………………………………………………………
Naam student: ……………………………………. Naam begeleider: ………………..………….
Studentnummer: ……………………..
..……….......…….......…….……..........
............……..…….………….……....
(Handtekening student)
(Handtekening praktijkbegeleider)
II. Jaarrooster BPV schooljaar 2015-2016 In het rooster van de opleiding werken wij met schoolweken. Het rooster is zowel voor de student als begeleider.
WK1
36
SW
01
DATA
ACTIVITEIT
31 augustus – 3 september 2015
Start nieuwe schooljaar 2015-2016 voor de studenten Start onderwijsperiode 1 Introductie activiteiten leerjaar 1 maandag, dinsdag, woensdag. Donderdag starten de lessen. Introductie woensdag leerjaar 2 en 3. Donderdag starten de lessen.
37
02
7 – 11 september
38
03
14 - 18 september
39
04
21 - 25 september Maandag 21 september: Meet & greet voor de begeleiders van de studenten die in leerjaar 2 en 3 zitten. Ontmoeting met de loopbaanbegeleider(s); aanvang: 16.30 uur, Locatie Willem de Rijkelaan Eindhoven.
1
40
05
28 sept – 2 oktober
41
06
5 - 9 oktober
42
07
12 - 16 oktober
Herexamenweek alle kandidaten
WK staat voor week volgens het kalender jaarrooster en SW staat voor Schoolweek volgens het schooljaarrooster.
43
08
44
19 - 23 oktober
Maandag 19 oktober: Meet & greet voor de begeleiders van de studenten die in leerjaar 1 zitten. Ontmoeting met de loopbaanbegeleider(s); aanvang: 16.30 uur, Locatie Willem de Rijkelaan Eindhoven.
26 - 30 oktober
HERFSTVAKANTIE
45
09
2 – 6 november
Inleveren Praktijkvoortgangstoetsen
46
10
9 - 13 november
Lesdoorbrekende week 1
47
11
16 - 20 november
Start onderwijsperiode 2 Leerjaar 1 begint met stage (elke dinsdag of donderdag, Excellent start meteen twee dagen)
48
12
23 - 27 november
49
13
30 nov – 4 dec
Studenten die op vrijdag 4 december lesdag hebben, krijgen allemaal toestemming om op stage te zijn i.v.m. Sinterklaas
50
14
7 - 11 december
51
15
14 - 18 december
Herexamenweek alle kandidaten Studenten die op vrijdag 18 december lesdag hebben, krijgen allemaal toestemming om op stage te zijn i.v.m. kerstactiviteiten
52
21 - 25 december
KERSTVAKANTIE
53
28 dec - 1 januari
KERSTVAKANTIE
01
16
4 - 8 januari
02
17
11 - 15 januari
03
18
18 - 22 januari
04
19
25 – 29 januari
Inleveren Praktijkvoortgangstoetsen
05
20
1 – 5 februari
Lesdoorbrekende week 2
8 - 12 februari
VOORJAARS- of CARNAVALSVAKANTIE
15 - 19 februari
Start onderwijsperiode 3
06 07
21
08
22
22 - 26 februari
09
23
29 febr – 4 maart
10
24
7 - 11 maart
11
25
14 - 18 maart
Herexamenweek alle kandidaten
12
26
21 - 25 maart
Vrijdag vrij i.v.m. Goede vrijdag
13
27
28 maart – 1 april
Maandag vrij i.v.m. 2de Paasdag
14
28
4 – 8 april
15
29
11 - 15 april
Inleveren Praktijkvoortgangstoetsen Inleveren Praktijkexamens diplomakandidaten
16
30
18 - 22 april
Lesdoorbrekende week 3
17
31
25 - 29 april
Start onderwijsperiode 4 Woensdag vrij i.v.m. Koningsdag
18
2 - 6 mei
19
32
9 – 13 mei
20
33
16 - 20 mei
21
34
23 - 27 mei
22
35
30 mei - 3 juni
Meivakantie
Maandag 2de Pinksterdag vrij
Herexamenweek alle kandidaten
Inleveren praktijkexamens voor afstudeerders Onderwijsassistent 23
36
6 - 10 juni
24
37
13 – 17 juni
25
38
20 - 24 juni
Inleveren Praktijkvoortgangstoetsen Inleveren praktijkexamens Onderwijsassistent
26
39
27 juni - 1 juli
Lesdoorbrekende week 4.
27
40
4 juli – 8 juli
Leerjaar 1 en 2 (m.u.v. Excellent 2) gaan met stage door t/m 22 juli (zomervakantie basisscholen) Diplomering Uitwerkweek
Vanaf 11 juli
ZOMERVAKANTIE Summa College
III.
Formulier voortijdige beëindiging van de BPV
Summa College / School voor Welzijn & Artiest
_____________________________________________________________________
Naam student :
Opleiding en differentiatie:
BPV-instelling
:
Praktijkbegeleider
:
Cursusjaar
:
Loopbaanbegeleider
:
opleiding Onderwijsassistent
_____________________________________________________________________
Datum beëindiging BPV: Reden(en) van de beëindiging BPV:
Stopt opleiding* Gaat naar een andere BPV-plaats*
* (= kruis aan wat van toepassing is)
Plaats: Datum:
Handtekeningen:
Namens de BPV-organisatie, de praktijkbegeleider
loopbaanbegeleider
student
……………………………..
…………………………
…………………….
IV. BPV Evaluatie door de student (eind van het schooljaar)
Evaluatieonderwerpen
Zeer tevreden
Over Summa College Eindhoven: 1.Over de wijze waarop ik door de school geïnformeerd ben over de BPV, ben ik 2. Over de wijze waarop de docenten mij-, binnen de opleiding hebben voorbereid op de BPV ben ik Over de BPV- opdrachten 1.Over de tijd die ik op de stageschool kon besteden aan de opdrachten ben ik 2. Over de begeleiding van mijn leerproces door de stagebegeleider ben ik 3. Over de kwaliteit van de BPV-opdrachten van de opleiding ben ik 4. Over de kwaliteit van de BPV-opdrachten van de stageschool ben ik Over de Begeleiding 1.Over het aantal overlegmomenten met de stagebegeleider ben ik 2.Over de inhoud van die overlegmomenten met de stagebegeleider ben ik 3. Over het aantal overleg-
Te-
On-
Zeer on
vreden
tevreden
tevreden
Motivering / suggestie
momenten met de LB-er ben ik 4. Over de inhoud van de overlegmomenten met de LBer ben ik Over de BPV- beoordeling 1.Over de evaluatie en beoordelingsformulieren van de opleiding ben ik 2. Over de manier waarop de evaluatie en beoordeling, door de stagebegeleider, besproken is met mij ben ik Eindoordeel 1. Over de BPV ben ik 2. Over mijn stagebegeleider ben ik 3. Over mijn LB-er ben ik 4. Over de organisatie van de BPV door mijn school ben ik Overige opmerkingen:
V. BPV Evaluatie door de praktijkbegeleider (eind van het schooljaar) Evaluatieonderwerpen
Zeer Tevreden On Zeer on Motivering / tevreden tevreden tevreden suggestie Over Summa College Eindhoven: 1.Over de gehanteerde plaatsingsprocedure ben ik 2. Over de voorlichting c.q. verstrekte informatie ben ik 3. Over de wijze waarop de student voorbereid is ben ik 4. Over de kwaliteit van de BPV-opdrachten ben ik Over de Student: 1.Over het inzicht en begrip (kennis en theorie, feiten en achtergronden) van de student ben ik 2. Over de beroepsvaardigheden van de student ben ik 3. Over de manier waarop de student verantwoordelijkheid draagt voor zijn leerproces ben ik 4. Over de sociale en communicatieve vaardigheden, zelfstandigheid, houding en inzet-/- motivatie ben ik Over de BPV-begeleider van school: 1.Over de kwaliteit van de begeleiding door de LB-er van school ben ik 2. Over het contact met de LB-er van school met mij als stagebegeleider ben ik 3. Over het aantal van 2 praktijkbezoeken ben ik 4. Over de tijd die ik als stagebegeleider moet besteden aan begeleiding en opleidingsactiviteiten ben ik 5. Over de wijze waarop de LB-er reageert op knelpunten ben ik Over de BPV- beoordeling 1.Over de evaluatie en beoordelingsformulieren in het werkboek ben ik
2. Over de wijze waarop de beoordeling uitgevoerd wordt ben ik Eindoordeel 1. Over de student ben ik 2. Over de LB-er van de opleiding ben ik 3. Over de BPV-organisatie van de school ben ik Overige opmerkingen:
VI. Beoordeling Basishouding BPV De student wordt beoordeeld op zijn basishouding gedurende de BPV. De basishouding is uitgewerkt in indicatoren van een aantal competenties. Lees voor meer uitleg de volgende bladzijden! Een voldoende beoordeling wordt op de opleiding gewaardeerd met een aantal studiepunten.
Per indicator kan de student een 1, 2, 3 of 4 scoren. Concreet betekent dit: 1=
Indicator wordt niet/onvoldoende gezien, student weet het niet/kan het niet
2=
Indicator wordt soms gezien, student weet/kan het nog onvoldoende
3=
Indicator wordt regelmatig gezien, student weet/kan voldoende maar heeft soms nog enige aansturing nodig
4=
Indicator wordt veelvuldig gezien bij de student: student handelt zelfstandig en vanuit eigen initiatief.
Invullen evaluatie en beoordeling: Studenten BOL en BOL excellente leerroute leerjaar 1: Eind blok 3 evaluatie en eind blok 4 beoordeling. Alle studenten van leerjaar 2 en 3 krijgen eind blok 1 een evaluatie, eind blok 2 de eerste beoordeling, eind blok 3 opnieuw een evaluatie en eind blok 4 de definitieve beoordeling.
BEOORDELING BASISHOUDING BPV
COMPETENTIES C: Begeleiden:
a
Je kunt interesse tonen in de ander
b Je kunt overleggen over te stellen doelen en
Evaluatie
1
2
3
Beoordeling
4
1
2
3
4
daar duidelijke afspraken over maken c
Je kunt de ander ruimte geven om naar eigen inzicht te handelen
D
Je kunt stimuleren.
E
Je kunt iemand vertrouwen geven
D: Aandacht en begrip tonen: A
Je kunt jezelf presenteren
B
Je kunt de effecten van je eigen gedrag op anderen inschatten en daar goed mee omgaan
C
Je kunt oprecht begrip hebben voor de gevoelens van anderen Je kunt respect tonen voor de persoonlijkheid en mogelijkheid van anderen
D
E
A
Je houdt je aan afspraken
B
Je kunt indien nodig hulp aan anderen vragen
C
Je kunt hulp bieden en meedenken
D
Je kunt openstaan voor de ideeën van anderen, goed luisteren en de andere ruimte geven om zich uit te spreken Je kunt goed met feedback omgaan.
J: Formuleren en rapporteren: A
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
1
2
3
4
Je kunt je verdraagzaam opstellen als iemand een andere mening heeft
E: Samenwerken en overleggen:
E
1
Je kunt je taalgebruik aanpassen aan de doelgroep
Normering voldoende beoordeling:
Minimaal 12 uit 16 met een 3 scoren Geen enen scoren Per categorie maximaal één 2 scoren Voor de indicator “je houdt je aan afspraken” is de score minimaal een 3 Voor de indicator “met feedback omgaan” is de score minimaal een 3
Wordt jouw BPV tot tweemaal toe onvoldoende beoordeeld, dan stopt de opleiding voor jou (in de onderwijsovereenkomst staat het volgende vermeld: “De instelling beëindigt de onderwijsovereenkomst door opzegging, zonder dat ingebrekestelling of rechterlijke tussenkomst is vereist, indien de student deze overeenkomst toerekenbaar niet of niet behoorlijk nakomt; daaronder wordt in ieder geval begrepen: 1. verwijdering van de student volgens de bepalingen in het studentenstatuut, o.e.r./opleidingsgids en andere regelingen binnen de instelling.”
BIJLAGE : BASISHOUDING BPV
C: Begeleiden
a. Je kunt interesse tonen in de ander. Interesse tonen in het werk en voor de doelgroep Interesse tonen in de ander b. Je kunt overleggen over te stellen doelen en daar duidelijke afspraken over maken. Houden aan afspraken Het werk zien c. Je kunt de ander ruimte geven om naar eigen inzicht te handelen. Bewust zijn van eigen macht d. Je kunt stimuleren Initiatief tonen Interesse tonen in de ander Vertrouwen geven e. Je kunt iemand vertrouwen geven.
Vertrouwen geven Zorgvuldig omgaan met informatie Eigen emoties en gevoelens hanteren Eigen grenzen bewaken
D: Aandacht en begrip tonen
a. Je kunt jezelf presenteren. Bewust omgaan met persoonlijke hygiëne Kleding kiezen passend bij de uitoefening van het beroep Vriendelijk en beleefd zijn Taalgebruik aanpassen Bewust zijn van belang van mimiek Bewust zijn van verbaal en non-verbaal gedrag en lichaamstaal b. Je kunt de effecten van je eigen gedrag op anderen inschatten en daar goed mee omgaan. Eigen emoties en gevoelens hanteren Grenzen bewaken Bewust zijn van verbaal en non-verbaal gedrag en lichaamstaal Bewust zijn van het belang van mimiek c. Je kunt oprecht begrip hebben voor de gevoelens van anderen. Interesse tonen in de ander door te luisteren Bewust zijn van verbaal en non-verbaal gedrag en lichaamstaal Bewust zijn van het belang van mimiek d. Je kunt respect tonen voor de persoonlijkheid en mogelijkheid van anderen. Interesse tonen in de ander door te luisteren Bewust zijn van verbaal en non-verbaal gedrag en lichaamstaal Bewust zijn van het belang van mimiek
e. Je kunt je verdraagzaam opstellen als iemand een andere mening heeft. Vriendelijk en beleefd zijn Eigen emoties en gevoelens hanteren Flexibel zijn
E: Samenwerken en overleggen
a. Je houdt je aan afspraken. Je kunt indien nodig hulp aan anderen vragen. Hulp of ondersteuning durven te vragen Begeleiding accepteren Initiatief tonen Vriendelijk en beleefd zijn Over problemen die je tegenkomt praten b. Je kunt hulp bieden en meedenken. Eigen grenzen bewaken Initiatief tonen Houden aan afspraken Het werk zien c. Je kunt openstaan voor de ideeën van anderen, goed luisteren en de andere ruimte geven om zich uit te spreken. vriendelijk en beleefd zijn interesse tonen eigen emoties en gevoelens hanteren eigen grenzen bewaken
d. Je kunt goed met feedback omgaan. initiatief tonen zorgvuldig omgaan met informatie eigen emoties en gevoelens hanteren bewust zijn van eigen macht bewustzijn van verbaal en non-verbaal gedrag en lichaamstaal
J: Formuleren en rapporteren
a. Je kunt je taalgebruik aanpassen aan de doelgroep. Vriendelijk en beleefd zijn Bewust zijn van verbaal en non –verbaal gedrag Taal aanpassen aan de doelgroep Bewust zijn van het belang van mimiek
Beoordeling eind blok …… Datum:
Voldoende/ Onvoldoende (omcirkelen)
Paraaf praktijkbeoordelaar LB-er
Paraaf student
Beoordeling eind blok ……. Datum:
Voldoende/ Onvoldoende (omcirkelen)
Paraaf praktijkbeoordelaar LB-er
Paraaf student
Paraaf
Paraaf
VII Overzicht werkprocessen kwalificatiedossier 2014 begeleidings- en beoordelingsinstrument
Werkprocessen bij de drie kerntaken: Waar sta je in je ontwikkeling?
Dit overzicht van de werkprocessen en beoordelingsaspecten is een handig instrument om tussentijds de stand van zaken op te maken in hoeverre je de kerntaken en werkprocessen beheerst en waar nog ontwikkelpunten liggen. In dit overzicht zijn geen competenties aangegeven, omdat je tijdens je opleiding op het niveau van werkprocessen wordt beoordeeld. In deze opdracht vind je de indicatoren bij de beoordelingsaspecten van de drie kerntaken met een score van 1 t/m 4.
De opdracht luidt: 1. Geef jezelf een beoordeling op elke indicator met een score van 1 t/m 4 om aan te geven hoever je zelf vindt dat je hierin bent. De score loopt steeds van ‘totaal niet aanwezig’ tot ‘adequaat, proactief en passend in de context’. Als je een beoordelingsaspect echt ontwikkeld hebt kun je deze toepassen in verschillende situaties (contexten)! 2. Probeer je beoordeling met bewijzen te onderbouwen door een kort reflectieverslag per competentie te schrijven: hoe heb je aan deze competentie gewerkt, hoever ben je gekomen in je ontwikkeling (STARR-model)? 3. Geef aan welke reflectie/ feedbackverslagen en welke beroepsproducten in je portfolio als bewijsmateriaal kunnen dienen.
Werkprocessen en beoordelingsaspecten Onderwijsassistent KD 2014
Kerntaak 1 Assisteren bij het uitvoeren van onderdelen van het primaire proces
1.1 Werkproces
Observeert de werkwijze van leerlingen/ deelnemers en rapporteert de bevindingen
De onderwijsassistent:
Score
1 2
3
4
1. handelt consequent in lijn met binnen de school geldende ethische maatstaven. 2. respecteert de vertrouwelijkheid en gaat discreet om met leerlinggegevens. 3. gebruikt in de rapportage helder en correct Nederlands. 4. zorgt voor een nauwkeurige en volledige rapportage die voldoet aan de gestelde kwaliteitscriteria . 5. rapporteert objectief en onbevooroordeeld. 6. observeert bewust, doelgericht en systematisch. 7. observeert objectief en onbevooroordeeld. 8. observeert volgens de door de leraar / leraren/het team gegeven instructies en werkt hierbij volgens de binnen de school geldende protocollen en procedures.
1.2 Werkproces
Bereidt de uitvoering van programmaonderdelen voor.
De onderwijsassistent:
1. kiest materialen en middelen t.b.v. de voorbereiding kostenbewust en efficiënt, zodat er geen materialen en middelen onnodig worden verbruikt.
Score
1 2
3
4
2. voert de voorbereiding volgens de instructies van de leraar/leraren/het team uit. 3. werkt op basis van de gemaakte afspraken en de geldende procedures. 4. bereidt zich voor op de begeleiding van leerlingen. 5. bereidt de inhoud van de leeractiviteit en de didactische aanpak (schriftelijk) voor.
1.3 Werkproces
Assisteert bij de uitvoering van programmaonderdelen.
De onderwijsassistent:
1. Neemt op tijd de nodige, eenvoudige didactische beslissingen. 2. Geeft de leerlingen heldere en duidelijke instructies, hanteert daarbij het juiste tempo, een logische volgorde en controleert of de uitleg begrepen is. 3. Overziet de groep/het groepje leerlingen en heeft tevens oog voor de individuele leerlingen. 4. Past de instructie aan aan de leerbehoefte van de leerlingen. 5. Gaat zorgvuldig en netjes om met de te gebruiken materialen en middelen, gericht op kostenbewust, milieubewust en efficiënt gebruik en als voorbeeld naar leerlingen. 6. Voert de assisterende taken volgens de instructies en aanwijzingen van de leraar/de leraren/het team uit. 7. Hanteert veiligheidsregels en ziet er op toe dat ook de leerlingen de veiligheidsregels toepassen.
Score
1 2
3
4
1.4 Werkproces
Begeleidt de leerlingen bij de uitvoering van programmaonderdelen
De onderwijsassistent:
1
1 2
7
stimuleert leerlingen om zelf oplossingen te zoeken en uitdagingen aan te gaan motiveert leerlingen om hun best te doen en helpt hen om hun doelen te bereiken onder andere door het geven van positieve feedback toont betrokkenheid bij leerlingen door interesse te tonen en zich in te leven in de gevoelens van de leerlingen geeft blijk van het luisteren naar leerlingen d.m.v. spiegelen en doorvragen geeft aandacht aan zorgen van leerlingen en biedt daarop gewenste en mogelijke ondersteuning houdt zich aan gemaakte afspraken over de begeleiding van leerlingen passend binnen de waarden en normen van de school toont zich betrouwbaar naar leerlingen toe.
8
benadert leerlingen vanuit het principe van gelijkheid in het onderwijs.
2 3 4 5 6
Score
9
schakelt tussen leerlingen onderling en tussen individu en groep gericht op voortgang van de leeractiviteit 10 gaat flexibel met veranderingen om 11 communiceert helder naar leerlingen met het oog op een optimaal verloop van leeractiviteiten 12 past de begeleiding aan bij de leerbehoefte en leerstijl van de individuele leerling 13 kan eigen gevoelens functioneel hanteren en heeft controle over de uiting van emoties tijdens de begeleiding van leerlingen
Kerntaak 2
3
4
Uitvoeren van taken rondom het primaire proces
2.1 Werkproces
Voert werkzaamheden uit ten behoeve van het primaire proces
De onderwijsassistent:
Score
1 2
3
4
1. gebruikt en checkt materialen en middelen. 2. gaat zorgvuldig en netjes om met materialen en middelen. 3. zet leer- en hulpmiddelen klaar en ruimt ze op. 4. pakt de voorbereidende en afrondende werkzaamheden ordelijk en efficiënt aan. 5. levert een praktische en organisatorische bijdrage aan het klassenmanagement door het inrichten en opruimen van de leeromgeving. 6. toont initiatief en “ziet” werk.
2.2 Werkproces
Assisteert bij het organiseren van activiteiten
De onderwijsassistent:
Score
1 2
3
4
1. verzamelt met behulp van diverse bronnen relevante informatie over de doelgroep, beschikbare middelen en mogelijke activiteiten. 2. legt actief contact en overlegt eventueel met intern en extern betrokkenen. 3. rapporteert aan de eindverantwoordelijke. 4. plant en regelt de werkzaamheden ter voorbereiding van een activiteit in een logische volgorde. 5. houdt bij de organisatie van activiteiten rekening met de mogelijkheden, omstandigheden, beschikbare tijd en afspraken. 6. assisteert bij het organiseren van activiteiten en evenementen binnen en buiten de school
2.3 Werkproces Score Voert administratieve taken uit
De onderwijsassistent:
1. volgt instructie en aanwijzingen m.b.t administratieve werkzaamheden op. 2. registreert relevante gegevens schriftelijk en/of digitaal. 3. verwerkt gegevens nauwkeurig, inzichtelijk en vertrouwelijk. 4. vraagt uit zichzelf of er nog iets gedaan kan worden m.b.t. administratieve werkzaamheden
2.4 Werkproces
1 2
3
4
Houdt toezicht en begeleidt buiten het primaire proces
De onderwijsassistent:
Score
1 2
3
1. handelt, binnen de verantwoordelijkheid van de functie, op eigen initiatief. 2. neemt praktische en pedagogische beslissingen gericht op goed verloop van de dagelijkse gang van zaken. 3. toont overwicht tijdens het toezicht houden op leerlingen. 4. spreekt leerlingen op positieve wijze op hun gedrag aan. 5. laat zelf voorbeeldgedrag zien en motiveert zo de leerlingen. 6. luistert naar leerlingen en toont belangstelling voor hun ideeën en standpunten. 7. toont betrokkenheid en leeft zich in bij problemen en vragen van leerlingen. 8. hanteert tijdens het toezicht houden consequent de voor de school geldende normen en waarden. 9. behandelt alle leerlingen rechtvaardig en met respect. 10. respecteert vertrouwelijkheid en neemt de leerling serieus als individu. 11. ziet toe op de veiligheid van leerlingen in ongestructureerde situaties. 12. is gericht op een goed verloop van de dagelijkse gang van zaken, ook in onduidelijke en onzekere situaties. 13. gaat tijdens de begeleiding van leerlingen goed om met verschillen in achtergrond en cultuur
2.5 Werkproces
Voert in PO en SO pedagogisch-verzorgende taken uit
Score
4
De onderwijsassistent:
1 2
3
4
1. stimuleert leerlingen de persoonlijke verzorging zelf uit te voeren. 2. herkent wanneer leerlingen hulp nodig hebben en biedt ondersteuning op een wijze die de zelfstandigheid stimuleert. 3. respecteert vertrouwelijkheid van leerlingen en gaat in voorkomende gevallen discreet met gevoelige zaken op pedagogisch-verzorgend gebied om. 4. voert pedagogisch-verzorgende taken zorgvuldig en precies uit zodat geen onnodige last voor de leerlingen optreedt. 5. verricht pedagogisch-verzorgende taken volgens instructies en let daarbij op de veiligheid van leerlingen.
Kerntaak 3 Uitvoeren van organisatie- en professiegebonden taken
3.1 Werkproces
Werkt aan deskundigheidsbevordering en professionalisering van het beroep
De onderwijsassistent:
1. houdt vakkennis en vaardigheden bij. 2. draagt de eigen kennis en expertise op begrijpelijke wijze over aan collega’s en andere deskundigen. 3. gebruikt feedback om van te leren.
Score
1 2
3
4
4. neemt deel aan inhoudelijk, beroepsmatig overleg en voert inhoudelijke discussies met collega’s
3.2 Werkproces
Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg
De onderwijsassistent:
Score
1 2
3
4
1. houdt zich aan procedures rondom kwaliteitsverbetering en aan wettelijke richtlijnen 2. stimuleert anderen zich hieraan te houden zodat bijgedragen wordt aan de kwaliteitszorg 3. werkt mee aan het verbeteren van de kwaliteit van onderwijsondersteuning. 4. zet de eigen kennis van het vakgebied in bij verbetertrajecten. 5. bewaakt de kwaliteit van haar werkzaamheden door knelpunten te signaleren en te rapporteren.
3.3 Werkproces
Stemt de werkzaamheden af
De onderwijsassistent:
Score
1
2
3
4
1. stemt de werkzaamheden af met collega's. 2. bespreekt met anderen de uit te voeren taken en stelt zich hierbij actief op. 3. houdt rekening met de haalbaarheid van de eigen werkzaamheden in tijd en kwaliteit. 4. geeft in de communicatie aan wanneer ze ervaart dat anderen haar grenzen overgaan of haar overvragen en draagt, indien nodig, oplossingen aan.
3.4 Werkproces
Evalueert en rapporteert ervaringen en bevindingen
De onderwijsassistent:
1. luistert aandachtig naar wat anderen naar voren brengen. 2. reflecteert door te verwoorden wat de effecten van haar eigen gedrag kunnen zijn op het gedrag van de leerlingen. 3. formuleert eigen ervaringen scherp en kernachtig. 4. evalueert en reflecteert mondeling en/of schriftelijk op de eigen werkzaamheden. 5. bespreekt het evaluatie- /reflectieverslag met anderen. 6. voert gewenste veranderingen n.a.v de bespreking door.
Score
1
2
3
4
BPV-gids OA deel B SUMMA.................................
Datum: Auteur(s): Versie: Status:
10 juli 2015 CBM Bakker, team Onderwijsassistent 1.0 Definitieve versie 2015-2016
BPV-gids 2014-20156 2015 Summa College
Versie
Datum
Omschrijving
Door
1.0
10-07-2015
Definitieve versie BPV informatiegids OA deel B 2015-2016
Team OA
Inhoud 1.
Voorwoord
4
2.
Wat vind ik waar?
5
3. 3.1. 3.2. 3.3.
De opleiding en BPV De programmering van de BPV in de opleiding: BPV-programma Invulling van de BPV-periode Aan welke voorwaarden moet een erkende BPV- school voldoen?
6 6 6 7
4. 4.1. 4.2. 4.3. 4.4. 4.5.
Voorbereiding BPV Voorbereiding van jou op de BPV- school Keuze BPV-plaats/BPV- school Sollicitatieprocedure/kennismaking met de BPV- school BPVO( BeroepsPraktijkVormingsOvereenkomst) Voorbereiding van praktijkopleiders
8 8 8 8 8 9
5. Uitvoeren BPV 5.1. Wat wordt er van jou verwacht tijdens de BPV-periode? 5.2. Werktijden/BPV-uren 5.3. Meewerken in de BPV- school 5.4. BPV informatiegids OA deel A Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. 5.5. Identificatieplicht 5.6. Verzekeringen 5.7. Klachtenregelingen 5.8. Verklaring omtrent goed gedrag
10 10 10 11
6. 6.1. 6.2. 6.3. 6.4.
Begeleiding BPV Begeleiding vanuit de opleiding Terugkoppeling BPV-ervaring Rapportage over BPV Begeleiding in de praktijkbiedende organisatie/de BPV- school
13 13 13 13 13
7. 7.1. 7.2. 7.3. 7.4.
Beoordeling BPV Tussentijdse beoordeling Eindbeoordeling Afronding BPV Herkansingsmogelijkheden
14 14 14 14 14
8.
Verlenging BPV
15
9.
Beëindiging / afbreken BPV
15
BPV informatiegids OA 2015-2016 BPV-gids
12 12 12 12
Pagina:
3 van 15
1. Voorwoord In de beroepsopleiding die je volgt vormt de beroepspraktijkvorming (BPV of stage) een belangrijk deel van je studie. Je gaat meedraaien in een BPV- school waar mensen werken die het beroep uitoefenen waarvoor jij nu opgeleid wordt. De BPV-periode vraagt een goede voorbereiding, voor jou als student, maar ook voor de BPV school waar de BPV plaats vindt. Bovendien gelden er duidelijke spelregels. De opleiding OA speelt hierin een belangrijke rol om ervoor te zorgen dat de BPV voor jou zo optimaal mogelijk verloopt. Lees deze gids daarom aandachtig door. Voor informatie over beroepspraktijkvorming (BPV) in het algemeen en overig zoals adressen, sites, overeenkomsten en regelingen, contactgegevens, belangrijke adressen en sites, overeenkomsten en regelingen, vergoedingen en subsidies, ziekte, verlof en verzuim, wijzigingen en mutaties, zie de BPV Informatiebrochure. Deze informatie is ook te vinden op de website Internationale BPV… Het Summa College wil studenten de kans bieden om praktijkervaring in het buitenland op te doen. Internationale beroepspraktijkvorming kan een onderdeel zijn van je opleidingstraject. Voor een internationale BPV gelden in principe dezelfde regels als voor een BPV in Nederland. De keuze voor een internationale BPV vraagt wel veel meer van eigen verantwoordelijkheid en initiatief dan een binnenlandse BPV. Je laat je vertrouwde Nederlandse omgeving even los. Je moet daarom kunnen improviseren, je flexibel op willen stellen en onverwachte tegenslagen weten te overwinnen. De mogelijkheden voor internationale BPV verschillen per opleiding. Informatie over internationale BPV kun je vinden in “Handboek IBPV “op Fronter. Als je na het lezen van deze BPV informatiegids OA meer informatie wilt, kun je terecht bij je BPV- begeleider van de opleiding of het onderwijsteam.
BPV informatiegids OA 2015-2016 BPV-gids
Pagina:
4 van 15
2. Wat vind ik waar? Informatie over de opleiding
Algemene informatie
www.summacollege.nl
Opleidingsgids
www.summacollege.nl
Informatie BPV algemeen
BPV informatie-brochure
website
Informatie over: BPV plaatsing inhoud BPV opleiding melden klachten en problemen BPV-procedures BPV-overeenkomsten (bpvo) erkenning leerbedrijven subsidies Info BPV-dagen per opleiding
BPV informatiegids OA deel B Harrie van den Boogaart
BPV contactpersoon Harrie van den Boogaart www.summacollege.nl Contactgegevens: [email protected]
BPV-beoordelingsformulieren
BPV informatiegids OA 2015-2016 BPV-gids
BPV verantwoordelijke: Harrie van den Boogaart
BPV-rooster en jaarplanning deze zijn te vinden in de BPV informatiegids OA deel A Deze zijn te vinden in de BPV informatiegids OA deel A
BPV informatiegids OA deel A en www.summacollge.nl BPV informatiegids OA deel A en www.summacollge.nl
Pagina:
5 van 15
3. De opleiding en BPV De beroepspraktijk, het werkveld waarvoor je wordt opgeleid, is het uitgangspunt van de mboopleiding die jij volgt. Beroepspraktijkvorming (BPV) is de wettelijke benaming voor de stage (BOL). De BPV is een onmisbaar deel van de opleiding. In de BPV realiseer je als student (een gedeelte van) kerntaken, werkprocessen en competenties die behoren bij jouw opleiding of een deel van de opleiding. Voor iedere opleiding is dit landelijk vastgelegd in kwalificatiedossiers. Hierin wordt beschreven wat je allemaal moet kunnen en weten als beginnend beroepsbeoefenaar. De kwalificatiedossiers kun je vinden op de site van het kenniscentrum. De BPV- school biedt jou de gelegenheid om de kerntaken, werkprocessen en competenties, die bij jouw opleiding horen, in de BPV-periode uit te voeren. 3.1. De programmering van de BPV in de opleiding: BPV-programma Iedere opleiding heeft een BPV-programma. Hierin wordt aangegeven wanneer de BPV plaats vindt en wat het doel is van de BPV. De BPV periode kan afhankelijk zijn van de sector waarvoor je opgeleid wordt.
Opleiding
BPV- programma BOL- opleidingen Niveau Leerjaar BPV periode
Onderwijsassistent Onderwijsassistent Onderwijsassistent Onderwijsassistent Onderwijsassistent
Opleiding
4 4 4 4 4
1 1 1 2 3
1 n.v.t. 2 3 en 4 1,2,3,4 1,2,3,4
BPV programma Excellente leerroute- opleidingen Niveau Leerjaar BPV periode
Onderwijsassistent Onderwijsassistent Onderwijsassistent
4 4 4
1 1 2
1 n.v.t. 2,3,4 1,2,3,4
BPV vorm Geen Lintstage Lintstage Lintstage Lintstage
BPV vorm Geen Lintstage Lintstage
Aantal klokuren per week Geen 1 dag, minimaal 8 uur 2 dagen, minimaal 16 uur 2 dagen, minimaal 16 uur 3 dagen, minimaal 20 uur
Aantal klokuren per week Geen 2 dagen, minimaal 16 uur 3 dagen, minimaal 20 uur
3.2. Invulling van de BPV-periode A
1 2 3
Doelstelling(en) van de BPV: Afhankelijk van de planning van de BPV in de opleiding kan de BPV verschillende doelstellingen hebben. Oriëntatie op de beroepspraktijk (meestal de eerste BPV-periode). Ontwikkeling van vaardigheden/competenties Vorming in de beroepspraktijk Het afsluiten van BPV- kerntaken, werkprocessen en competenties
BPV informatiegids OA 2015-2016 BPV-gids
Pagina:
6 van 15
In de BPV krijg je zicht op wat er allemaal in de praktijk gebeurt. Je maakt kennis met de mensen voor wie en met wie je werkt. Ook leer je welke werkzaamheden je uit gaat voeren binnen de BPV. In het begin zal je vooral onder begeleiding ervaringen opdoen. Naarmate je verder in de opleiding bent, wordt er steeds meer zelfstandigheid van je verwacht. B
Vorm van de BPV: Bij de opleiding Onderwijsassistent loop je overdag stage en een enkele keer in de avond voor bijvoorbeeld de kerstviering, ouderavond of schoolkamp. Het is een lintstage, dus met BPVen schooldagen.
C
Activiteiten tijdens de BPV: Tijdens je BPV voer je verschillende taken uit om kennis, houding en vaardigheden (competenties) te trainen en te ontwikkelen. Voor iedere BPV-periode wordt afgesproken wat je gaat doen binnen de BPV- school.
D
Inhoud van de BPV: De inhoud van de BPV wordt besproken tijdens loopbaanuren en gesprekken met de praktijkbegeleider. De ontwikkeling is te volgen in het portfolio van de student. De opdrachten vanuit de opleiding, praktijkvoortgangstoetsen en examens zijn afgestemd op het kwalificatiedossier van jouw opleiding. Hierin wordt beschreven wat je als beroepsbeoefenaar allemaal moet kunnen (kerntaken, werkprocessen en competenties). Als je met de BPV begint, krijg als student de BPV informatiegids OA deel A uitgereikt. Deze wordt via de student gegeven aan de praktijkbegeleider en hierin staat informatie over de BPV van de opleiding onderwijsassistent specifiek.
E
Planning en duur van de BPV: Voor iedere BPV-periode is vooraf bepaald hoe lang de periode duurt en hoeveel uren er BPV gevolgd wordt. In de regel is dat 8 uur per dag. Het aantal uren per week wordt vastgelegd in de BPVO. Met de BPV- school worden afspraken gemaakt over de werktijden. De werktijden zijn afhankelijk van de branche waaronder jouw opleiding valt.
3.3. Aan welke voorwaarden moet een erkende BPV- school voldoen? 1
2
Een BPV- school moet jou als student een werkplek bieden die past binnen de dagelijkse bedrijfsvoering. Je moet het beroep uit kunnen oefenen waarvoor jij een opleiding volgt. De BPV- school moet in staat zijn jouw opdrachten te laten vervullen die jij nodig hebt om aan de eisen te voldoen van het beroep waarvoor je de opleiding volgt. De BPV- school biedt jou de mogelijkheid voor een goede praktijkopleiding. Hiervoor zijn vijf afspraken gemaakt: De BPV- school wijst een praktijkopleider aan. Een praktijkopleider is iemand die vakinhoudelijke kennis heeft, maar ook in staat is om deze kennis op een goede manier over te dragen op de student. De BPV- school houdt contact met de opleiding om op de hoogte te blijven van het verloop van de praktijkopleiding. De BPV- school moet gebruikmaken van een praktijkleerplan waarmee de student op een gestructureerde manier wordt opgeleid. De BPV- school moet bereid zijn om tijd, ruimte en middelen vrij te maken voor de opleiding. De BPV- school moet samenwerken met een consulent van het kenniscentrum.
BPV informatiegids OA 2015-2016 BPV-gids
Pagina:
7 van 15
4. Voorbereiding BPV 4.1. Voorbereiding van jou op de BPV- school Een goed begin is het halve werk. De voorbereiding begint 1 blok voorafgaand aan het stagelopen in leerjaar 1. Als je begint met de BPV is het belangrijk om te weten wat je kunt verwachten van de BPVschool, van de opleiding en wat anderen van jou mogen verwachten. Hoe meer zicht je hierop hebt, des te groter is de kans dat je een plezierige en leerzame periode doormaakt in de BPVperiode. De opleiding zorgt voor een goede voorbereiding op de BPV, zowel voor jou als voor de BPVschool. Als student word je door de opleiding begeleid op de voorbereiding van de BPV middels: - het schrijven van een brief - het voorbereiden en voeren van een kennismakingsgesprek - het bellen naar de BPV (tijdens het gesprek maakt de student een afspraak voor een kennismakingsgesprek) - het vak stage vaardigheden - een aantal opdrachten die direct uitvoerbaar zijn op stage - het leren begrijpen, benoemen en zien van kerntaken en werkprocessen - aandacht voor de BPV informatiegids OA deel A en B 4.2. Keuze BPV-plaats/BPV- school Hoe kom je aan een BPV- school? Bij de opleiding Onderwijsassistent wordt een school toegewezen door de BPV-docent die de studenten matcht aan de BPV plaats. Het is belangrijk dat je een BPV plaats krijgt die voor jou het beste is. De opleiding kan rekening houden met de manier van begeleiding die het best bij je past. Dit kan betekenen dat je soms een BPV plaats krijgt toegewezen wat iets verder van huis is. De student mag niet op een BPV plaats stagelopen waar zij/hij zelf gezeten heeft en waar sprake is van een familierelatie. Voorwaarde is dat het een officieel erkende BPV- school is. Zie hiervoor: www.calibris.nl en www.stagemarkt.nl. 4.3. Sollicitatieprocedure/kennismaking met de BPV- school Onder ‘sollicitatieprocedure’ moet worden verstaan: ‘kennismakingsprocedure’. Het kennismakingsgesprek komt na de fase “het bellen naar de BPV” zie 4.1
4.4. BPVO (BeroepsPraktijkVormingsOvereenkomst) Voordat je aan de BPV begint, wordt er een overeenkomst opgesteld en ondertekend: de Beroepspraktijkvormingsovereenkomst, afgekort BPVO.
BPV informatiegids OA 2015-2016 BPV-gids
Pagina:
8 van 15
In deze overeenkomst tussen jou, BPV- school en de opleiding zijn de rechten en plichten van de student, de opleiding en de BPV- school vastgelegd, voor wat betreft het praktijkgedeelte van de opleiding. Bij iedere BPVO zit een bijlage met de voorwaarden (achterkant). Deze kun je vinden als bijlage van deze BPV informatiegids OA. De BPVO wordt door de opleiding in drievoud naar je BPV-school gestuurd en jij en zij ondertekenen deze exemplaren. Twee exemplaren worden vervolgens teruggestuurd naar je opleiding van het Summa College. De BPV is een diploma–eis. Om hieraan te voldoen, gelden de volgende regels: De BPV- school moet erkend zijn door het kenniscentrum Calibris. Voordat de BPV begint moet de BPVO getekend zijn en tijdig zijn ingeleverd. In deze overeenkomst wordt een aantal afspraken tussen de student, de opleiding en de BPVschool vastgelegd. Als je minderjarig (onder de 18) bent, moet er ook getekend worden door je ouders/verzorgers. Zonder getekende BPVO: tellen de gemaakte BPV uren niet mee wordt de duur van de opleiding langer heb je aan het eind van de opleiding geen recht op een diploma
4.5. Voorbereiding van praktijkopleiders De praktijkopleiders zijn opgeleid om jou zo goed mogelijk te kunnen begeleiden. De opleiding zorgt ervoor dat de praktijkopleiders goed geïnformeerd zijn over alles wat te maken heeft met de BPV. Zij ontvangen informatie over de BPV van de opleiding. De BPVbegeleider legt direct contact met de BPV- school, nadat de student zijn of haar plaatsingsformulier heeft ingeleverd op de opleiding. Tevens vindt er op het Summa College ieder jaar een informatiebijeenkomst plaats, waarvoor alle praktijkopleiders worden uitgenodigd. Tijdens deze bijeenkomst wordt informatie gegeven over opleiding en BPV en is er gelegenheid voor het stellen van vragen. Als er met een nieuwe BPV- school samengewerkt gaat worden, neemt de opleiding contact op met de BPV- school.
BPV informatiegids OA 2015-2016 BPV-gids
Pagina:
9 van 15
5. Uitvoeren BPV 5.1. Wat wordt er van jou verwacht tijdens de BPV-periode? Zoals beschreven bij punt 4.4. is een aantal voorwaarden vermeld op de bijlage van de BPVO. In die voorwaarden wordt een aantal regels benoemd waar jij je als student aan moet houden, zoals: A je probeert zoveel mogelijk de aanwijzingen te volgen van de BPV- begeleider van het Summa College en van de praktijkopleider van de BPV- school; B je bent verplicht je te houden aan de regels en voorschriften van de BPV- school. Dit is van belang voor de veiligheid en gezondheid van jou en van anderen; C als je ziek bent, geef je dit direct door aan de praktijkopleider van de BPV-school en aan de BPV- begeleider van de opleiding; D je hebt een geheimhoudingsplicht. Dit betekent dat je buiten je werk niet mag praten over vertrouwelijke zaken die met jouw BPV te maken hebben. Daarnaast wordt er van jou verwacht dat je gemotiveerd bent om BPV te gaan doen; je gedraagt als representant van het Summa College (leerbedrijven zien jou als het visitekaartje van de opleiding); weet wat je wilt leren bij de BPV- school; je goed presenteert aan de BPV- school; je goed voorbereidt op de BPV; instructies van de praktijkopleider opvolgt; informatie terugkoppelt aan je BPV- begeleider; alle onderdelen van het BPV-programma afrondt en inlevert op de afgesproken tijd; problemen bespreekbaar maakt; je houdt aan afspraken; Als je je niet aan de afspraken houdt of wangedrag vertoont, kan de BPV direct worden afgebroken.
5.2. Werktijden/BPV-uren Binnen de BPV- school krijg je te maken met werktijden die gelden voor de branche. De werktijden die voor jou gelden, worden in goed overleg tussen jou en de praktijkopleider afgesproken. Hierbij krijg je de gelegenheid om te werken aan de BPV-opdrachten. Het aantal uren dat jij BPV doet, wordt dagelijks vastgelegd. Hiervoor wordt een speciaal formulier gebruikt: het urenregistratieformulier (zie BPV informatiegids OA deel A). Aan het einde van de BPV-periode lever je het volledig ingevulde formulier in bij je BPV- begeleider van de opleiding. Indien je ziek bent en geen BPV kan volgen bij de BPV- school, wordt van jou verwacht dat: je zo spoedig mogelijk de BPV- school/de praktijkopleider daarvan in kennis stelt; je zo spoedig mogelijk de administratie van de school telefonisch op de hoogte stelt. je zo spoedig mogelijk de BPV- begeleider telefonisch of via de mail op de hoogte stelt.
BPV informatiegids OA 2015-2016 BPV-gids
Pagina:
10 van 15
Als je een BOL-opleiding volgt, moet een deel van de opleiding uit BPV bestaan. Wanneer je na 1 augustus 2014 met je opleiding bent gestart moet je gedurende een 3-jarige niveau 4 opleiding minimaal 900 klokuren stage lopen. Studenten die voor 1 augustus 2014 met hun opleiding gestart zijn Tenminste 20 % en minder dan 60% van de studieduur Het precieze aantal dagen/uren is terug te vinden in de BPV informatiegids OA deel A. Een verlofaanvraag Het aanvragen van verlof dien je tijdig in bij de praktijkopleider van de BPV- school en de BPVbegeleider. Voor verlof i.v.m. collectieve vrije dagen van de BPV- school is geen toestemming van de BPV- begeleider nodig. In principe moet een bezoek aan arts, tandarts etc. in eigen tijd plaats vinden. Dus niet tijdens de BPV. Verzuim In de BPVO is opgenomen hoeveel uren de BPV omvat. Als je door omstandigheden minder BPV hebt gevolgd, wordt in overleg besloten of en hoeveel BPV-dagen door jou ingehaald moeten worden. Het moment waarop dat gebeurt, wordt bepaald in overleg met de praktijkbegeleider en BPV- begeleider. Schoolvakanties Let op! Vakanties en vrije dagen van het Summa College en je BPV- school kunnen verschillen van elkaar. Het kan zijn dat de BPV school bijvoorbeeld twee weken mei vakantie heeft en de opleiding een week. Je dient twee roosters bij te houden, indien er les is op de opleiding word je geacht hier de les te volgen en indien de BPV eerder start of langer doorgaat houd je deze stagedagen aan. Zie ook “Ziekte, verlof en verzuim” op de website 5.3. Meewerken in de BPV- school Tijdens de BPV werk je vaak gewoon mee in de BPV- school. Wat daarbij van jou wordt verwacht, wordt in overleg met de praktijkopleider (en de BPV- begeleider) afgesproken en vastgelegd. We verwachten dat jij je houdt aan die afspraken. Als je problemen hebt met het uitvoeren van werkzaamheden, bespreek je dat met de praktijkopleider en de BPV- begeleider. 5.4. BPV informatiegids OA deel A Bij de opleiding die jij volgt wordt op je BPV gewerkt met de BPV informatiegids OA deel A. Hierin zitten belangrijke documenten en is tevens een handboek voor de praktijk.
BPV informatiegids OA 2015-2016 BPV-gids
Pagina:
11 van 15
5.5. Identificatieplicht Sinds 1 juni 1994 geldt in Nederland de Wet op de Identificatieplicht (WID). Het doel van de wet is het bestrijden van fraude en criminaliteit. Ook studenten vallen onder deze wet. Als geldig identiteitsbewijs gelden o.a. het Nederlands paspoort, een identiteitskaart of verblijfsdocument Een rijbewijs geldt niet als identiteitsbewijs! Bij aanvang van de beroepspraktijkvorming overhandig je een kopie van een geldig ID-bewijs aan de praktijkopleider in het bedrijf. 5.6. Verzekeringen De informatie over verzekeringen die geregeld zijn door de BPV- school en het Summa College kun je vinden in de Algemene Studiegids voor studenten beroepsonderwijs op de website . Daarnaast zorg je zelf voor: een ziektekostenverzekering; een Aansprakelijkheidsverzekering Particulieren; een Aansprakelijkheidsverzekering voor motorrijtuigen (alleen als je een bromfiets, scooter of auto bestuurt). 5.7. Klachtenregelingen Het Summa College vindt het belangrijk dat haar studenten tevreden zijn met het onderwijs dat het Summa College hen biedt. Ondanks de inzet van onze medewerkers om het onderwijs zo goed mogelijk te laten verlopen, kunnen er situaties ontstaan waarover studenten een klacht hebben. Er zijn verschillende gebieden waarbinnen een klacht kan ontstaan. De gebieden die wij binnen het Summa College kennen zijn:
examens; algemene (deelnemer)zaken; machtsmisbruik; ernstige misstanden (klokkenluidersregeling).
Voor elk gebied is een andere regeling van toepassing. Op de website kun je de klachtenregelingen terug vinden. Daar kun je precies lezen wat je moet doen als je een klacht hebt. Tevens staat daarbij aangegeven bij wie je de klacht in moet dienen, op welke manier en wanneer. Daarnaast kun je lezen wat de diverse regelingen inhouden. 5.8. Verklaring omtrent het gedrag (VOG) Er is een klein deel van de BPV-scholen dat vraagt om een “Verklaring omtrent het gedrag” (VOG). Wij begrijpen dit, maar vanuit de opleiding sturen we dit niet aan. In voorkomende gevallen doen we een beroep op de BPV- school om deze kosten voor eigen rekening te nemen.
BPV informatiegids OA 2015-2016 BPV-gids
Pagina:
12 van 15
6. Begeleiding BPV In de periode van de BPV en in de voorbereiding van de BPV word je door je BPV- begeleider van de opleiding begeleid. De BPV- school zorgt ook voor een begeleider: de praktijkopleider. Tijdens de BPV- periode heb je een of meerdere gesprekken in de zogenaamde driehoek, je hebt dan een gesprek met de BPV- begeleider én de praktijkopleider. 6.1. Begeleiding vanuit de opleiding De BPV- begeleider is een docent die jou vanuit de opleiding begeleidt. Hij/zij heeft contact met de BPV- school, in het bijzonder met de praktijkopleider. De BPV- begeleider is verantwoordelijk voor: het met jou maken van afspraken over de werkzaamheden tijdens de BPV. Dit gebeurt in overleg met de praktijkopleider; het bijhouden hoe de BPV verloopt en ingrijpen als dat nodig is; het beoordelen van opdrachten, verslagen en reflecties in je portfolio; het toezien op het beoordelen van praktijkvoortgangstoetsen, integrale opdrachten en examens 6.2. Terugkoppeling BPV-ervaring Als je iedere week een aantal dagen BPV en opleiding volgt, worden de ervaringen uit de praktijk besproken en gekoppeld aan de activiteiten op de opleiding en tijdens de loopbaanuren. 6.3. Rapportage over BPV De rapportage van de BPV kan mondeling of schriftelijk plaatsvinden: Portfolio gesprekken en beoordeling; Gesprekken met de BPV- begeleider en/of praktijkopleider. De verslagen van deze gesprekken worden schriftelijk vastgelegd. Dit geldt ook voor de verslagen van de gesprekken bij de BPV- school. 6.4. Begeleiding in de praktijkbiedende organisatie/de BPV- school De praktijkopleider ondersteunt, begeleidt en beoordeelt de BPV Tevens is hij of zij verantwoordelijk voor: jouw introductie op de BPV- school; de vormgeving van de BPV; het bieden van de mogelijkheid om je BPV-opdrachten te kunnen uitvoeren; het bespreken van de door jou gemaakte opdrachten; het begeleiden van jouw leerproces; het toezien op het invullen van urenlijsten BPV en ondertekenen ervan; het beoordelen van de door jou gemaakte opdrachten, praktijkvoortgangstoetsen en examens; het evalueren (na 10 weken) en beoordelen (na 20 weken)van de BPV basishoudingslijst het naleven van alle wettelijke eisen.
BPV informatiegids OA 2015-2016 BPV-gids
Pagina:
13 van 15
7. Beoordeling BPV Het is belangrijk om onderscheid te maken tussen het beoordelen van de examens die op de BPV worden vastgelegd en het beoordelen van de BPV basishouding. Examinering op de BPV- school is een onderdeel van het examenprogramma. Om je diploma te kunnen behalen moet je een voldoende halen voor de BPV basishoudingslijst en voor de praktijkexamens. Zijn de praktijkexamens onvoldoende dan doe je een herexamen. Ook al zou je voor alle examens hoge cijfers behalen, je krijgt geen diploma als de BPV niet voldoende is. Bij de beoordeling is zowel het Summa College als de BPV- school betrokken. Wordt jouw BPV tot tweemaal toe onvoldoende beoordeeld, dan stopt de opleiding voor jou (in de onderwijsovereenkomst staat het volgende vermeld: “De instelling beëindigt de onderwijsovereenkomst door opzegging, zonder dat ingebrekestelling of rechterlijke tussenkomst is vereist, indien de student deze overeenkomst toerekenbaar niet of niet behoorlijk nakomt; daaronder wordt in ieder geval begrepen: 1. verwijdering van de student volgens de bepalingen in het studentenstatuut, o.e.r./opleidingsgids en andere regelingen binnen de instelling.” 7.1. Tussentijdse beoordeling De voortgang van de BPV basishouding wordt na 10 weken geëvalueerd en na 20 weken beoordeeld. Hierbij speel jij zelf een actieve rol. Het gaat immers om jouw functioneren. Het is belangrijk dat je zo’n gesprek zelf goed voorbereidt. In de BPV informatiegids OA deel A vind je de beoordelingsformulieren. Meestal worden er tijdens het gesprek nieuwe afspraken gemaakt voor het vervolg van je BPV. Gedurende de BPV-periode zal ook een BPV- begeleider van de opleiding bij een van deze gesprekken aanwezig zijn. De hoofdzaken en afspraken die voortkomen uit het gesprek worden in een verslag vastgelegd. 7.2. Eindbeoordeling Een van de voorwaarden om je diploma te behalen is dat de eindbeoordeling van je BPV voldoende is. De eindbeoordeling wordt gegeven door jouw BPV-school.
7.3. Afronding BPV Het portfolio moet door de opleiding met een voldoende worden afgerond voordat je met het afstuderen kunt starten. In de afstudeerfase dien je alle examens voldoende te hebben behaald en heb je een gesprek op het Summa College met je praktijkbegeleider en assessor van het Summa College.
7.4. Herkansingsmogelijkheden Indien de BPV met een onvoldoende wordt afgesloten heb je recht op een herkansing. Om het diploma te halen, moet je de BPV met een voldoende afsluiten.
BPV informatiegids OA 2015-2016 BPV-gids
Pagina:
14 van 15
8. Verlenging BPV Indien je de BPV niet met een voldoende afsluit, kan de BPV verlengd worden. Dit kan ook gebeuren als je door ziekte of andere omstandigheden niet in staat was om BPV te volgen. Dit gebeurt altijd in overleg met alle betrokkenen (de praktijkopleider, BPV- begeleider en student).
9. Voortijdige beëindiging van de BPV Op de BPVO staat vermeld hoe lang de BPV duurt. Op de toelichting op de achterzijde van de BPV-overeenkomst wordt bij punt 8 aangegeven wanneer de overeenkomst beëindigd wordt. Beëindiging van de BPV kan alleen op basis van redenen zoals beschreven in de voorwaarden. Stop niet zomaar met je BPV, maak problemen bespreekbaar! Beëindiging van de overeenkomst kan ernstige gevolgen hebben voor het vervolg van je opleiding. Soms moet een BPV afgebroken worden, bijvoorbeeld als er een conflict ontstaat. Vaak hoeft het niet zo ver te komen. Als er problemen ontstaan, bespreek dat dan met je BPVbegeleider en praktijkbegeleider. Als de oorzaak van het afbreken bij de BPV- school ligt, dan zoekt de BPV- begeleider samen met jou naar een oplossing. Het afbreken van de BPV heeft grote gevolgen: het mag maar één keer gebeuren. Als er twee keer voortijdig wordt afgebroken, zal je moeten stoppen met de opleiding; na het afbreken moet er een nieuw BPV- school gevonden worden. De BPV begint dan weer opnieuw, eerdere BPV-dagen tellen niet mee. Bijlagen: 1 BPV-overeenkomst 2 Voorwaarden bij de BPV-overeenkomst
BPV informatiegids OA 2015-2016 BPV-gids
Pagina:
15 van 15