Wilhelmina Ziekenhuis Assen
Vertrouwd en dichtbij
Informatie voor patiënten
Botox-injecties bij een overactieve blaas
zz
Binnenkort hebt u een afspraak in het ziekenhuis voor een behandeling van uw blaasproblemen met Botox-injecties. In deze brochure kunt u lezen wat de behandeling inhoudt.
Een Botox-behandeling vindt meestal plaats onder regionale anesthesie. Dit betekent dat u verdoving krijgt via een ruggenprik.
1
Overactieve blaas De uroloog heeft aan de hand van verschillende onderzoeken vastgesteld dat u last hebt van een overactieve blaas. Als gevolg van een overactieve blaas kunt u te maken hebben met de volgende klachten: een sterke aandrang om te plassen, die eventueel samengaat met urineverlies (incontinentie); aandrang om extreem vaak te plassen, zowel overdag als ’s nachts. Vaak wordt geprobeerd om de blaasactiviteit te remmen door middel van bekkenbodemoefeningen, blaastraining of met bepaalde medicijnen. Als de gangbare behandelingen niet helpen, is het ook mogelijk om een overactieve blaas te behandelen met botox-injecties.
Botox-injecties Botox (voluit: botuline-toxine)is een medicijn dat de signaaloverdracht van zenuwen naar spieren onderbreekt. Botox-injecties in de blaasspier zorgen ervoor dat de blaas minder samentrekt, zodat u minder aandrang hebt om te plassen. Het duurt meestal vier tot tien dagen voordat het effect van de Botox-injecties merkbaar is. De werking houdt ongeveer zes tot negen maanden aan. Daarna kan de behandeling eventueel worden herhaald.
2
Voorbereiding thuis Een aantal uren voor de operatie mag u niets meer eten of drinken. Uitgebreide richtlijnen vindt u in de WZA-brochure ‘Anesthesie en postoperatieve pijnbestrijding bij volwassenen’.
Als u bloedverdunnende medicijnen gebruikt, moet u hiermee een aantal dagen voor de operatie stoppen. Waarschijnlijk heeft de uroloog dit al met u besproken. Zo niet, wilt u dan contact opnemen met de polikliniek Urologie? Alleen Ascal mag worden doorgebruikt.
Verloop van de behandeling Vlak voor de behandeling gaat u van het Chirurgisch Dagcentrum naar de operatieafdeling. Eerst krijgt u verdoving (anesthesie). Meestal gebeurt dit door middel van een zgn. ‘ruggenprik’. Meer informatie hierover vindt u in de brochure ‘Anesthesie en postoperatieve pijnbestrijding’. Tijdens de behandeling ligt u op uw rug op een behandeltafel met uw benen geplaatst in beensteunen. De uroloog brengt via de plasbuis een endoscoop in uw blaas. Dit is een hol buisje met aan het eind een kleine camera. De camera is aangesloten op een monitor. Op de monitor kan de uroloog de binnenkant van uw blaas zien. Via de endoscoop laat de uroloog eerst spoelvloeistof in de blaas lopen. Hierdoor wordt de blaas wijder, zodat het zicht zo goed mogelijk is. Vervolgens wordt via de endoscoop een injectienaald in uw blaas gebracht. Daarmee spuit de uroloog op ongeveer vijfentwintig plaatsen een kleine hoeveelheid Botox in de blaasspier. De behandeling duurt ongeveer tien minuten.
3
Na afloop Na de behandeling gaat u terug naar het Chirurgisch Dagcentrum. Als u hebt geplast, controleert een verpleegkundige met een echo-apparaat of de blaas leeg is. Is dat het geval, dan mag u maar huis.
Weer thuis De eerste dagen na de behandeling kunt u wat bloed in uw urine hebben. Het is belangrijk dat u dan veel drinkt (ongeveer twee liter per dag), om te voorkomen dat u bloedstolsels krijgt in uw blaas.
Complicaties Als gevolg van de behandeling kunnen zich in zeldzame gevallen de volgende problemen voordoen:
U hebt tijdelijk moeite met plassen. De blaas moet dan een paar keer per dag met een katheter worden leeg gemaakt. U kunt last krijgen van een blaasontsteking. Deze kan in de meeste gevallen goed worden behandeld met een antibioticum. Mocht een van deze complicaties optreden, dan kunt u bellen naar de polikliniek Urologie om een afspraak te maken.
4
Nacontrole Zes weken na de behandeling wordt u terugverwacht bij de uroloog voor een controlebezoek.
Neemt u contact op met de polikliniek Urologie:
als u koorts hebt boven de 38,5°C; als u niet (goed) meer kunt plassen; als u brandende pijn hebt bij het plassen; als u een blaasontsteking krijgt; als er veel bloed in uw urine zit.
De polikliniek Urologie is op werkdagen tussen 8.30 en 16.30 uur telefonisch bereikbaar op (0592) 32 52 65. Buiten kantooruren kunt u bellen naar de Spoedeisende Hulp, telefoonnummer (0592) 32 52 78.
Ook als u nog vragen hebt over de Botox-behandeling, kunt u bellen naar de polikliniek Urologie.
Hebt u een opmerking of een klacht? De medewerkers en specialisten van het Wilhelmina Ziekenhuis Assen doen hun best u de juiste (medische) zorg te geven. Mocht er toch iets gebeuren waarover u niet tevreden bent, dan verzoeken wij u om dat door te geven. U kunt dat het beste doen aan degene die direct verantwoordelijk is. Als u dat moeilijk vindt of een gesprek heeft niet het gewenste resultaat, dan kunt u zich wenden tot de ombudsfunctionaris van het ziekenhuis. Deze is bereikbaar via:
e-mailadres:
[email protected] telefoonnummer: (0592) 32 56 24/32 55 55 (maandag t/m donderdag) postadres: WZA t.a.v. ombudsfunctionaris, postbus 30.001, 9400 RA Assen Meer informatie over de klachtenprocedure vindt u op www.wza.nl/patienten/een-klacht
Europaweg-Zuid 1 Postbus 30.001 9400 RA Assen Telefoon (0592) 32 55 55 www.wza.nl
© 2015 WZA
urolo21 - november 2015
Wilhelmina Ziekenhuis Assen