Boos, bezorgd, jaloers? Donkere emoties en hun zonnige kant In elk leven komen verdriet en conflicten voor. Het liefst vermijden we zulke ervaringen. Maar zo loop je wél iets belangrijks mis, waarschuwen de psychologen Kashdan en Biswas-Diener: ‘ Juist negatieve gevoelens helpen ons het maximale uit ons leven te halen’. Bent u vandaag al naar buiten geweest? Dan heeft u ongetwijfeld al aardig wat gratis glimlachen geschonken aan uw buurvrouw, de postbode, de leuke jongen van Albert Heijn, de barista van uw café late, en waarschijnlijk uw collega’s. Maar hoeveel keer heeft u vandaag al een negatief gevoel laten merken? Liet u het zien dat u iets van boosheid voelde? Was u open over die vlaag van verdriet, die steek van jaloezie? Grote kans van niet. Waarschijnlijk had u geen zin in de gevoelens, moffelde u ze weg en richtte n uw aandacht vlug op iets anders. Opmerkelijk is dat: we voelen ons veel meer op ons gemak met plezierige gevoelens dan met negatieve. Onaangename emoties hebben in onze op comfort gerichte maatschappij een slecht imago. We hebben het idee dat het drijfzand is, dat we de controle erdoor verliezen en er een slecht figuur mee slaan. We zijn zelfs zo afkerig van nare gevoelens dat het ons heel wat waard is om ze níét te hebben. ‘Hoeveel zou je willen betalen om je gelukkigste moment opnieuw te beleven?’ vroeg onderzoeker Hi Po Bobo Lau van de Hong Kong-universiteit aan zijn proefpersonen. Ze bleken veel minder geld over te hebben voor het herbeleven van positieve gevoelens dan voor het vermijden van nare gevoelens en pijn. Geen spijt voelen was de proefpersonen het meeste waard: maar liefst 106 dollar en 26 cent. Ter vergelijking: voor het herbeleven van hun gelukkigste moment wilden ze gemiddeld 79 dollar en 6 cent neertellen. Je blindstaren op geluk Zijn negatieve gevoelens dan echt zo erg dat we er koste wat kost met een boog omheen lopen? Staren we ons niet te veel blind op geluk? De media overstelpen ons met adviezen over hoe we meer positieve emoties krijgen. En tegelijkertijd blijkt, volgens recent Amerikaans onderzoek, slechts 17 procent van de mensen echt te floreren op alle gebieden van hun leven. Kennelijk heeft de huidige jacht op geluk nog niet tot veel resultaat geleid — zou het er misschien mee te maken hebben dat we te weinig plek in ons leven inruimen voor het negatieve? Natuurlijk is het streven naar positiviteit waardevol; prettige emoties zijn heilzaam voor onszelf en onze omgeving. Maar soms hebben we het onaangename ook hard nodig, zeggen de bekende Amerikaanse psychologen Todd Kashdan en Robert Biswas-Diener. Ze deden uitgebreid onderzoek naar het goede van negatieve emoties en publiceerden daarover onlangs het boek The upside of your dark side. Hun boodschap: alleen als we zo nu en dan boos en jaloers en schuldig en angstig en verdrietig zijn, halen we het maximale uit ons leven. Kashdan en Biswas-Diener analyseerden stapels onderzoeken naar positieve en negatieve emoties en concludeerden dat mensen het beste af zijn wanneer ze voor 80 procent positieve gevoelens ervaren en voor 20 procent negatieve. Die mensen zijn het gezondst, succesvolst, ontwikkelen zich het meest en ervaren het diepste gevoel van welzijn. Welkom dus bij geluk 2.0: omarm vanaf nu niet alleen het positieve in uw leven, maar óók het onaangename. Innerlijke TomTom In ieders leven gaat weleens iemand dood, breekt ruzie uit, loopt iets niet zoals gewild, en is het soms afzien en ploeteren. Dat hoort er nu eenmaal bij. En je hébt er ook echt iets aan, zeggen Kashdan en Biswas-Diener, zolang je er maar niet in verdrinkt. ‘Je kunt negatieve emoties niet onder
het tapijt vegen zonder onbedoeld ook belangrijke zaken kwijt te raken als betekenis, doorzettingsvermogen, volwassenheid, wijsheid en persoonlijke groei,’ antwoordt Kashdan desgevraagd per mail. ‘Nare, stressvolle ervaringen zijn meestal onze springplank naar onze hoogste toppen.’ Onprettige gevoelens maken dus integraal deel uit van onze innerlijke TomTom: ze vertellen ons hoe het met ons leven staat en sturen ons de juiste richting op. Kashdan: ‘Vergelijk het maar met de pijn wanneer je je hand op een gloeiende kookplaat legt: die pijn hoor je toch ook te voelen? Als we narigheid niet konden ervaren, was de mens allang uitgestorven.’ Zeven negatieve emoties — en wat psychologen zeggen over de goede én de gevaarlijke kanten. Boosheid Waar het goed voor is: Mensen die hun boosheid tonen worden minder snel voor andermans karretje gespannen, zo blijkt uit psychologisch onderzoek. Ze durven meer te ondernemen, vertrouwen meer op goede uitkomsten en komen zelfverzekerder over. Ook presteren ze beter en behalen ze bij onderhandelingen betere resultaten. ‘Boosheid is een doodnormale menselijke emotie waarop we allemaal het volste recht hebben,’ zegt psycholoog Jan Bernard, auteur van Over de rooie en expert op het gebied van boosheid. ‘Het is een nuttig signaal waar je veel aan hebt: iets zint je niet en je raakt gemotiveerd om daar verandering in te brengen.’ Waar het gevaarlijk wordt: ‘Woede kan een mens zo gaan beheersen dat hij de controle kwijtraakt en zijn gevoel er ongefilterd uitgooit,’ zegt Bernard. ‘Wanneer je iemand op wie je boos bent, afbrandt en vernedert, krijg je weliswaar op korte termijn je zin; maar uiteindelijk wordt iedereen bang voor je en loopt bij je weg.’ Voel je woede opkomen, dan is volgens Jan Bernard regel 1: probeer jezelf tóch te beheersen. ‘Doe een stapje terug: waarom voel ik dit nu? Probeert de ander mij als persoon naar beneden te halen of heeft hij het over mijn gedrag? Heeft het misschien met iets van mij vroeger te maken?’ De volgende stap, zegt hij, is je boosheid uitspreken op een fatsoenlijke manier. ‘De een lukt het op zo’n emotioneel moment beter om zich redelijk te uiten dan de ander — maar als je het in elk geval probeert, word je er steeds beter in. Ook al stik je van woede, zeg zo correct mogelijk wat je dwarszit, met respect voor de ander. Grote kans dat de ander dan echt naar je luistert en dat de relatie goed blijft.’ Schuldgevoel Waar het goed voor is: Schuldgevoel maakt een mens genereuzer en coöperatiever. Uit onderzoek blijkt bijvoorbeeld dat patiënten gezonder gaan leven als ze zich schuldig voelen tegenover hun dokter. Schuld maakt morele wezens van ons, het zet een rem op onze driften en egoïstische impulsen. ‘Milde schuldgevoelens kunnen nuttig zijn,’ zegt psychoanalyticus Frans Schalkwijk. ‘Je merkt dat je iets hebt gedaan of gezegd wat je niet bevalt, en gelukkig kun je dat meestal ongedaan maken.’ Hij geeft een voorbeeld: je bent al een week leuke dingen voor jezelf aan het doen terwijl je eigenlijk je moeder had beloofd een plankje voor haar op te hangen. ‘Het knagende gevoel daarover zet je aan tot actie. Je belt je moeder, je zegt sorry, en je gaat alsnog die plank ophangen. En als je schuldgevoel nog groter is, boek je een weekendje weg met haar. We hebben allemaal dit soort gevoelens; ze houden onze relaties goed.’ Waar het gevaarlijk wordt: Het is wel belangrijk iets met dat schuldgevoel te dóén, maant Schalkwijk. ‘Eigen je het toe, benoem het, in plaats van het weg te stoppen. Maar als je blijft hangen in gepieker over jezelf worden schuldgevoelens destructief. Als je bijvoorbeeld steeds denkt: “Bewijst mijn gedrag dat ik een slecht mens ben? Hou ik wel echt van mijn moeder?” In dat geval keur je niet één gedraging van jezelf af, maar je hele persoon.’
Angst
Waar het goed voor is: Angst — als hij tenminste niet allesoverheersend is — maakt ons oplettender. We gaan er scherper van zien, horen en ruiken. Bang zijn maakt ons energieker en gedisciplineerder, waardoor we beter problemen kunnen oplossen. Mensen die tijdens een onderzoek een videospel speelden waarin ze vijanden moesten omzeilen, presteerden een stuk beter wanneer ze in een angstige stemming waren gebracht door enge muziek op de achtergrond. Niet alleen acute angst, ook angsten en zorgen over toekomstige zaken kunnen nuttig zijn. In een team tonen angsthazen bijvoorbeeld een scherper oog voor gevaren die op de loer liggen. En dat kan de hele groep behoeden voor grote misstappen. Waar het gevaarlijk wordt: ‘Zodra irrationele angst je leven gaat beheersen, is hij een slechte raadgever,’ waarschuwt de Amsterdamse hoogleraar angststoornissen Ad de Jongh. ‘Onderzoek laat zien wat het paradoxale van angst is: hoe meer je ertegen vecht, hoe meer negatieve gedachten er naar boven komen. Dat heet het rebound-effect. Laat je je angsten wel toe, dan worden ze vanzelf minder krachtig.’ Belangrijk zijn de woorden die we aan onze angst geven, zeggen de Amerikaanse gelukspsychologen Kashdan en Biswas-Diener. Moet je bijvoorbeeld voor publiek spreken, omschrijf het dan niet als ‘ik ben bang’ maar als ‘ik voel gezonde spanning’. Uit onderzoek blijkt dat mensen die dat laatste doen, zich juist extra gemotiveerd voelen en beter presteren. Dat herbenoemen activeert onze opportunity mindset, onze gerichtheid op kansen: door wat meer van een afstand naar je angst te kijken, ontstaat een ruimer perspectief, ontwaar je kansen die er óók liggen. Zo herwin je een gevoel van controle. Frustratie Waar het goed voor is: ‘Iets nieuws leren betekent hoe dan ook momenten van twijfel en tegenslag tegenkomen,’ zeggen Kashdan en Biswas-Diener. Het positieve van frustraties is dat ze kunnen leiden tot betere prestaties: je baalt zo van de mislukking dat je tot op de bodem gaat uitzoeken wat anders moet, waardoor je de volgende keer je doel wél bereikt. Waar het gevaarlijk wordt: Het grootste risico van frustratie is dat het je kan overweldigen, zegt managementconsultant Ben Tiggelaar, bekend van het boek Dromen, durven, doen. ‘Een mens zit nu eenmaal zo in elkaar dat hij soms de enorme drang voelt opkomen de handdoek in de ring te gooien. De kunst is dan die beslissing uit te stellen. Soms kan vijf minuten time-out afdoende zijn, in andere gevallen is misschien een week nodig. Gefrustreerdheid ebt namelijk vanzelf weg, je komt weer bij zinnen. En realiseer je dat elke poging leerzaam is en je dichterbij succes brengt.’ Tiggelaars advies: ‘Bereid je zeer gedegen voor op dat ellendige moment van frustratie. Moet je bijvoorbeeld iets moeilijks op je werk doen, of wil je piano leren spelen, verzin dan van tevoren concrete manieren waarop je het onvermijdelijke vastloopmoment te lijf zal gaan. Spreek bijvoorbeeld met jezelf af dat de frustratie een cijfer heeft van 1 tot 10, en dat je vanaf een 6 een time-out mag.’ En als er frustrerende omstandigheden zijn die je niet kunt wegnemen, zoals een vervelende baas die eeuwig blijft zitten? Ook dan kun je wel degelijk iets veranderen, zegt klinisch psycholoog Fredrike Bannink, auteur van diverse boeken over positieve psychologie. ‘Namelijk hoe je ertegen aankijkt. Je kunt bijvoorbeeld meer voldoening zoeken buiten je baan, focussen op wat je wél waardeert aan je baas, of uitzoeken hoe je je werk net iets leuker kunt maken.’ Afgunst en jaloezie Waar het goed voor is: Jaloers op die figuur in je handbalteam die zo walgelijk goed kan dribbelen? Zie het als een teken dat je dat zelf ook wilt kunnen. Dat gevoel van afgunst spoort je aan om harder je best te doen en uiteindelijk net zo’n goede dribbelaar te worden. Of misschien wel een betere. Onderzoek door de universiteit van Tilburg bevestigt dat: afgunst maakt ons meer vasthoudend en leidt tot betere prestaties. Ineen relatie kan jaloezie beschermend werken. Als er een derde partij in het spel is en je komt in opstand, laat je daarmee merken om je partner te geven. Dat vergroot de kans dat jullie relatie deze situatie overleeft.
Waar het gevaarlijk wordt: ‘Onder sommige omstandigheden kan afgunst zich tegen je keren,’ zegt psycholoog Pieternel Dijkstra, die al jaren onderzoek doet naar jaloezie en afgunst. ‘Stel dat je baalt omdat je collega promotie maakt. Dan hangt het ervan af of je zelf kans op die promotie had. Ben je met jouw capaciteiten tot hetzelfde in staat, gebruik dan je jaloezie als signaal omdat te bereiken. Maar is die promotie voor jou niet haalbaar, dan heeft het weinig zin te blijven hangen in jaloezie. Doe je dat wel, dan kan het je opvreten. Je gaat je ingraven, roddelen, de ander naar beneden halen. Veel verstandiger is het om je af te vragen wat je waarden zijn: wil je die promotie echt, past die baan inhoudelijk bij wie je wilt zijn? Of ging het je stiekem om de status? Als mensen dieper in zichzelf kijken, ontdekken ze vaak dat ze meer behoefte hebben aan iets wat daaronder ligt: gezien en gewaardeerd worden. Dat kan je ook buiten je werk vinden, bijvoorbeeld als voorzitter van je sportclub.’ Jaloersheid in relaties wordt destructief als je dat gevoel uit zonder er eerst over na te denken, zegt Dijkstra. ‘Impulsief uitvallen, sneaky controleren, enorm zeuren of een kruisverhoor afnemen werkt averechts. Je doet er beter aan om je jaloezie eerst te bestuderen voordat je er iets mee doet. Ben je wel redelijk, is er echt iets aan de hand? Of zijn het hersenspinsels, en heb je vooral last van je eigen onzekerheid?’ Maar als je echt bedrogen bent, adviseert Dijkstra, word dan vooral goed boos. ‘Daarmee laat je weten: jij bent belangrijk voor mij. Ga met je partner praten, en maak afspraken over de grenzen van jullie relatie.’ Spijt Waar het goed voor is: Mensen die spijt hebben, leren van hun fouten en gaan er beter van plannen, zo blijkt uit onderzoek. Een atleet die het jammer vindt dat hij een medaille is misgelopen, kan daaruit de motivatie putten om voor de volgende keer zijn techniek te perfectioneren. Je spijt uitspreken heeft als ander voordeel dat het sympathie wekt; andere mensen zijn dan eerder geneigd om je te helpen. ‘Spijt is functioneel zolang er nog een kans is dingen te herstellen,’ zegt de bekende Amerikaanse spijtonderzoeker Neal Roese. ‘Dan is het een drijfveer om jezelf te verbeteren. Gezonde spijt zet aan tot positieve actie — zoals het aanbieden van die verontschuldiging waarmee je een relatie redt.’ Waar het gevaarlijk wordt: ‘Spijt wordt een probleem,’ zegt Roese, ‘als je vruchteloos blijft herkauwen hoe jammer het was dat...’ En dat gevaar ligt op de loer als het gaat om gedane zaken die geen keer nemen. In dat geval adviseert Roese: ‘Voel de spijt, accepteer dat je dat gevoel hebt, maar ga vervolgens verder met leven. Pak een nieuwe hobby op, zoek een leuke cursus uit, ga nieuwe mensen ontmoeten.’ Verdriet Waar het goed voor is: Verdriet, bijvoorbeeld over het overlijden van een naaste, maakt je minder oppervlakkig en laat je beseffen wie en wat écht belangrijk zijn. Het genereert ook de behoefte er iets zinvols tegenover te stellen. Zoals sommige ouders doen wier kind is overleden en die een stichting oprichten voor lotgenoten. Je verdriet laten zien mobiliseert anderen: ze willen je steunen en er voor je zijn. Verdriet om iets dat er niet meer is, zoals een vriendschap of een geliefd huis, wijst op iets positiefs, namelijk dat die persoon of die woning betekenis voor je had. In de woorden van Riet FiddelaersJaspers, deskundige op het gebied van verdriet, verlies en rouw: ‘Verdriet zit diep omdat het zo wezenlijk voor je is, en daar heb je bij stil te staan.’ Waar het gevaarlijk wordt: ‘Sommige mensen houden hun verdriet zo lang achter slot en grendel dat het een blok beton wordt,’ zegt Fiddelaers-Jaspers. ‘Er zit dan geen beweging meer in. Zodra ze het verdriet weer vastpakken, het weer durven voelen, erover gaan praten, kan het stromen en wordt het zachter.’ Maar soms heeft iemand het gewoon nodig de deken een tijdje over zich heen te trekken. Zolang hij op den duur maar weer oog krijgt voor nieuwe waardevolle dingen die hij kan oppakken. ‘Het is de
slingerweg die helend is,’ zegt Fiddelaers-Jaspers, ‘de ene keer het verdriet doorleven en de andere keer bezig zijn met herstel en toekomst.’