Blij met jou erbij Kristin Vanschoubroek, Heidi Pierloot, Johan Vonck, Annelies De Brabandere Viering, 20 mei 2012 Inleiding Kristin Vanschoubroek In deze viering stellen we de kinderen centraal en daarmee ook het kind in onszelf. Het is niet evident om het kind in ons aandacht te geven, want bij velen is het gekwetst of werd het nooit echt gezien. Aandacht geven aan dat kind betekent dan ook aandacht geven aan onze kwetsuren. Ruimte geven aan het kind in ons kan oude pijn naar boven halen. Zeker bij de confrontatie met kinderen die alle kansen krijgen, die de ruimte krijgen om zich helemaal te ontplooien, kan het contrast met de eigen kindertijd groot zijn. We hebben een veilige omgeving nodig om ruimte te kunnen geven aan het verlangen van het kind in ons, het verlangen om gezien, aanvaard en bemind te worden zoals we echt zijn. Vaak hebben we ons moeten afsluiten om niet langer gekwetst te worden. Afstand houden is zoveel veiliger dan ons echt tonen. Toch dragen we in ons dat verlangen van het kind naar liefde, naar zachtheid, naar erbij horen, het verlangen om niet afgescheiden te zijn van onszelf en van anderen. Daarom zijn kinderen zo belangrijk en komt er vaak licht in de ruimte als zij binnenkomen. Ik merk dat ook vaak in deze vieringen: ik vind het altijd een blij moment als de kinderen erbij komen. Ze wekken ons. Ze roepen onze onschuld op, onze onbevangenheid. Ze roepen de hunker op naar het licht dat wij in ons dragen. Kinderen hebben dikwijls een helende werking. Ze zijn een uitnodiging om ruimte te geven aan onze spontaneïteit, ons verlangen om te zijn wie we zijn, om te voelen wat we voelen, zonder dat dit afgebroken wordt. In elk van ons leeft een verlangen naar bevrijding, een verlangen om mensen te ontmoeten van hart tot hart, zonder dat dit pijn doet en zonder de angst om afgewezen te worden. We verlangen ernaar ons één te voelen, verbonden met elkaar, zodat we elkaar niet langer moeten bevechten en zien als de gans andere, maar integendeel onszelf in de ander herkennen en ons verbonden weten, en voelen dat ieder van ons een uniek straaltje is van de grote universele liefde. In mijn aanvoelen is deze tijd rijp om het licht in ons te laten stralen. We hoeven onszelf niet langer te onderdrukken om ergens te geraken, we hoeven niemand anders dan onszelf te zijn. In vroegere tijden moest het kind in ons al te vaak wijken voor plicht, voor aanpassing aan de verwachtingen van anderen. De kinderjaren waren een voorfase van het eigenlijke leven. Nu worden we ons ervan bewust dat we door ruimte te geven aan het kind in ons ontspannen en vrij en liefdevol kunnen leven. Vandaag zijn Heidi en Johan in ons midden met hun kindje Hannelore, en Annelies en Jeroen met hun tweeling Adam en Ides. We zijn blij dat we hen mogen vieren. Sommigen onder jullie zullen zich de getuigenis van Heidi, nu vier jaar geleden, herinneren. Heidi is toen als bij wonder genezen na een lange ziekte. Ik heb Heidi goed gekend in de periode van haar ziekte. Haar psychisch en fysiek lijden was ontzettend groot. Het was soms zo zwaar dat ikzelf en de mensen rondom haar zich afvroegen: waarom moet zij zo afzien? Het trof mij dat Heidi te midden van die grote ellende bleef vertrouwen. Ze bleef in voeling met de grote universele liefdeskracht. Ze wist dat alles betekenis had. Ze zag in alles een uitnodiging om te groeien in liefde. Voor mij persoonlijk is Heidi steeds een bron van liefde gebleven. Diep in haar bleef het kind dat vertrouwde intact. Ik heb haar nooit bitter of opstandig gezien. Integendeel, ze kon zich overgeven. Die ultieme overgave werd de bron van haar genezing. 1
Het is een grote vreugde – we konden het vier jaar geleden echt niet vermoeden – dat Heidi nu getrouwd is en moeder is geworden en dat ze aan haar kindje de ruimte kan geven om zich in liefde te ontplooien. Deze vreugde willen wij verbinden met de vreugde van alle jonge ouders, met Annelies en Jeroen en al die anderen die het beste van zichzelf geven om de kinderen die hen zijn toevertrouwd alle kansen te geven. We verbinden ons ook met alle mensen die het kind in zichzelf ruimte willen geven en daarmee zichzelf helen. We verbinden ons met alle mensen die biologisch geen moeder of vader zijn, maar moederlijke of vaderlijke gevoelens koesteren en op die manier bijdragen aan meer verbondenheid en heelheid. We verbinden ons met de kinderen die in moeilijke omstandigheden moeten leven, die niet het geluk hebben zich geborgen te weten in een veilige omgeving. We verbinden ons met de ouders die omwille van onmacht, beperkingen, eigen kwetsuren aan hun kinderen niet konden geven wat ze hadden willen geven. Getuigenis Heidi Pierloot Een aantal jaren terug mocht ik hier ook staan om een wonder van Liefde te vieren. Net als vandaag was er toen een feest van een geboorte: mijn eigen wedergeboorte, waarbij ik na een lange periode van ziekte en strijd, de vreugde van het Leven weer in mijn hart hoorde zingen. Ik mocht toen ervaren hoe achter de sluier van de dood, het kind van het eeuwige Leven lacht en hoe ik werd uitgenodigd om met haar Licht opnieuw in de wereld te staan. Ja, ik herinner me nog goed het vuur dat toen in mijn hart brandde met een boodschap van Liefde die zich over gans de wereld wou verspreiden. Ik mocht getuigen van een Liefde die werkelijk geen oordeel kent en die alle tegenpolen van deze wereld in eenzelfde liefdevolle blik omarmt. Ik proefde een werkelijkheid als een helder zonlicht, bevrijd van elk oordeel en ik herkende dit als mijn ware thuis, waar mijn hele wezen naar verlangde. Ik kreeg toen de opdracht om in alles en iedereen alleen nog het Licht te zien en ik begreep dat de weg van vergeving de weg is die mij in dit zonlicht leidt en die de hemel op aarde mogelijk maakt. Ik voel nu nog hoe deze woorden mijn hele wezen doordrongen en tot op de dag van vandaag steeds meer betekenis krijgen in alles wat ik leven mag. Mijn relatie met mijn man Johan is daarin een heel mooi geschenk, want in mijn liefde voor hem mag ik de schoonheid en de kracht van deze woorden elke dag opnieuw ervaren. Het is voor mij een genade om iemand vanuit deze diepte te mogen liefhebben en in elkaar en nu ook in onze dochter Hannelore het Licht te eren. Samen gaan we een weg van vertrouwen, waarbij vergeving de sleutel is voor ons geluk. Op die manier wordt onze gedeelde liefde een baken van rust en een zachte ruimte waarin ook oude pijnen in stilte kunnen helen. Sommigen onder jullie, en zeker mijn familie en dichte vrienden, zullen zich nog herinneren hoe ik na mijn wedergeboorte niet kon zwijgen over de liefde en hoe ik hen vaak overweldigde met alles wat ik toen doorleefde. Het was een stroom die ik niet kon bedwingen en waar ik toen zelf niet veel over nadacht. Het gebeurde gewoon… De integratie van dit hele gebeuren vroeg blijkbaar op fysiek en mentaal vlak nog wat tijd en ik had er geen idee van hoe dit leven verder vorm zou kunnen krijgen, iets wat af en toe nog voor de nodige verwarring zorgde. Ik voelde me als een instrument in Gods handen en ik wist alleen dat het geschenk dat ik ontvangen had zich wilde delen. 2
In die periode heb ik dat vaak op een heel directe manier mogen ervaren en ik wil graag met jullie een gebeurtenis delen die tijdens de voorbereiding van deze viering weer in mijn gedachten kwam. Het gebeurde op een vooravond tijdens de eerste weken na mijn wedergeboorte toen ik op mijn appartement in Brugge wat aan het handwerken was. Plotseling voelde ik een onverklaarbare drang om naar buiten te gaan. Het was op een uur dat ik normaal niet meer buiten kwam en ik begreep het niet zo goed, maar toch kon ik deze aandrang niet negeren, dus deed ik mijn jas aan en ging op stap. Tot mijn verbazing stelde ik vast dat ik richting stad werd geroepen, terwijl ik voor wandelingen normaal gezien liever rustige baantjes nam, weg van de stad. Ik voelde letterlijk hoe mijn voeten met mij op stap gingen en hoe ik enkel maar kon volgen, niet wetende wat ik precies zou doen. Toen ik de stad naderde, zag ik dat er heel wat kabaal en onrust was in de straten. Er waren politiemensen aanwezig en dronken voetbalsupporters schreeuwden en strompelden over de weg. Er hing heel wat agressie in de lucht en mensen keken vol verontwaardiging toe. In mijn hart was echter een opvallende stilte en liefde aanwezig, en ik merkte hoe ik in rust en vrede voorbij de groep supporters wandelde. Ik deed niets bijzonders en zei ook niets, maar voelde een immense stroom van liefde. Plotseling was het voor mij glashelder dat Gods Liefde daar aanwezig wou zijn om de onrust op te vangen, zodat die kon transformeren. Dit is misschien een heel gewoon gebeuren dat velen onder ons kennen in hun dagelijks leven zonder het te beseffen, maar toen werd mij dit op een heel directe manier getoond en ik zag hoe bijzonder mooi dit was. Ik hoefde niet te protesteren tegen het geweld, er was geen oordeel, alleen liefde die het in haar kracht omarmde en in de agressie niets anders zag dan een schreeuw om liefde. Maar het mooiste volgt nog. In die straat is ook een kinderopvang en toen ik daar passeerde, kwam er net een mama met haar kindje naar buiten. Ik keek in de ogen van het kind en er was een herkenning en erkenning waarvan ik nu nog rillingen krijg. Het kindje begon te lachen en stak vol enthousiasme zijn handjes uit naar mij. Ik zag toen zo duidelijk dat dit kindje daar precies om dezelfde reden was als ikzelf en hoe zijn liefde als een zachte kracht aanwezig was om het gebeuren te transformeren. Nog nooit had ik op die manier de kracht en de waarde van een kind gevoeld. Tranen van ontroering wellen in me op als ik er nu aan terug denk. Ik weet nog hoe ik verlangde dat mensen zouden zien wat ik toen zag en zouden beseffen wat een genade de simpele aanwezigheid van dat kindje daar was. Er werd op straat veel gebabbeld en verontwaardigd gereageerd op het geweld, maar de kracht en de schoonheid van die stille aanwezigheid zonder enig oordeel zag men niet. Ik voel nog steeds de vreugde en de dankbaarheid die ik met dit kind deelde en die ik vandaag in Hannelore zie. Het is precies dat gevoel dat mij bij de kern van deze viering brengt. Met heel mijn hart wil ik Hannelore, en daarmee de vele kinderen die nu geboren worden, eren in het Licht dat zij dragen en erkennen dat zij in hun onschuld de verlossers van heel veel pijn en lijden zijn. Ik voel hoe ik samen met Hannelore weer in die onschuld wil staan en haar de ruimte en vrijheid wil schenken om haar licht te laten stralen. De boodschap van liefde die alles als één herkent, is nog zuiver als een parel in haar hartje aanwezig. Door deze parel te erkennen en te ontvangen, geven wij haar de kans om te groeien en te bloeien in alle pracht. Wat een feest om vier jaar na mijn wedergeboorte nu Hannelores geboorte te mogen vieren. En ja, ook de zwangerschap heb ik als een prachtig wonder ervaren. Negen maanden lang kon ik genieten van haar aanwezigheid in mijn buik en schreef ik dagelijks briefjes waarin ik haar bevestigde in haar goddelijke pracht. Tot die mooie zomerdag er kwam en ik haar in mijn armen kon nemen en God danken voor de immense stroom van Liefde en Geluk die ik in haar ogen zag… 3
Verhaal ‘God en ik’ Heidi Pierloot en Johan Vonck Op een dag zaten God en ik samen op een wolk en we keken naar de aarde. “Mooi hé,” zei God. “Nou, dat gaat,” zei ik. “Wat bedoel je?” vroeg God. “Ik vind het helemaal niet zo mooi,” antwoordde ik. “Maar dit is het paradijs!” zei God heel enthousiast. Ik werd een beetje boos: “God, ik kan u echt niet volgen. Dit is toch een puinhoop! De mensen maken elkaar af in oorlogen en ruzies. Er is niet genoeg te eten voor iedereen, terwijl dat wél zou kunnen. Ze verzieken de aarde door luchtvervuiling en verkwisting; ze denken alleen aan zichzelf; ze…” Ik wond me op en zuchtte verontwaardigd. God glimlachte alleen maar en keek me met een zachte blik aan. “Lieve schat, het is wél het paradijs. Alleen weten de mensen dat nog niet.” Ik voelde dat God oprecht was in wat hij zei en dat hij ontzettend veel van mij en van ons allemaal hield. “Ik snap het echt niet, lieve God,” was het enige wat ik kon zeggen. “Kunt u het me uitleggen?” “Het is niet zo gemakkelijk te begrijpen, vooral niet wanneer je op aarde bent. Maar als jij nu naar de aarde kijkt, wat zie je dan?” vroeg God. “Wel, ik zie verdriet… chaos… woede… Ook wel wat mooie dingen, maar beslist niet het paradijs!” antwoordde ik. Ik voelde hoe dit alles mij wat irriteerde. “Kijk nog eens goed,” zei God. “Wat zie je in de harten van de mensen?” Ik deed mijn best om heel goed te kijken… Plots zag ik in de harten van alle mensen een heel mooi lichtje gloeien. Het ene lichtje was wat groter dan het andere, maar in iedereen zat hetzelfde stralende licht. “Oh, ik zie allemaal lichtjes,” riep ik verwonderd. “En het ene is wat stralender dan het andere, maar ze zijn er bij iedereen.” “Dat klopt,” zei God. “Het lichtje dat je ziet, wordt ook wel de godsvonk genoemd. Die godsvonk heeft iedereen en daarin zit de scheppende kracht veilig opgeborgen. Het gaat er op aarde om dat je die innerlijke kracht opnieuw ontdekt en er ook mee werkt, ermee schept. Elke gedachte is een middel om te scheppen. En scheppen betekent: het liefdevolle delen met elkaar. Helaas zijn er momenteel nog niet zoveel mensen die dat beseffen.” Dat vond ik allemaal wel heel apart. “Maar hoe zit het dan met het paradijs?” vroeg ik. Want daar begreep ik nog altijd niets van. “Het paradijs is verborgen en dat kunnen jullie nu nog niet zien. Dat komt omdat jullie maar één wereld zien, een wereld van goede en slechte mensen. Dat oordelend kijken vormt een sluier die het licht op aarde verborgen houdt. Wanneer jullie je goddelijke kracht gaan erkennen en jullie gedachten richten op het lichtje dat in elk van jullie straalt, dan wordt het paradijs opnieuw zichtbaar.” God vervolgde: “Het licht is er altijd. Maar omdat de meeste mensen het niet kennen, zitten jullie nog vaak gevangen in angst en beperkende gedachten. Hierdoor lijkt de aarde zo’n puinhoop. Velen onder jullie beginnen echter stilaan te beseffen dat alles in het universum één is, en dat vergeving de weg is die het paradijs weer zichtbaar maakt voor wie ervoor kiest.” Ik werd er helemaal stil van. 4
“Is het daarom dat vele zielen steeds naar de aarde terug willen gaan?” “Ja,” knikte God, “wanneer je hier bent, samen met mij op de wolk, dan wil je terug om mijn Liefde ook op aarde te brengen. Diep in jou leeft immers het verlangen om jezelf weer als Liefde te kennen.” God keek me recht in de ogen: “Jullie zijn immers geschapen naar mijn evenbeeld, weet je nog?” “Ja, dat weet ik nog.” “Wel, als je hier op de wolk zit, dan weet je weer hoe de werkelijkheid in elkaar zit en wil je graag terug om als schepper op aarde te leven en ook daar het licht in alles te zien. In deze tijd zijn velen onder jullie klaar om dat te doen. Vandaar dat de mensen het hebben over de lichtkindjes die nu geboren worden. De sluier waarachter de lichtjes in jullie harten stralen, wordt steeds dunner en dunner. Vele mensen beginnen zich op aarde ook het gesprek te herinneren dat zij hier samen met mij op de wolk hebben gevoerd.” Het was alsof Gods woorden dieper tot me doordrongen. “Dus… eigenlijk zijn wij precies zoals u,” zei ik aarzelend. “Maar uw licht is zoveel mooier en groter.” “Ja, ik zei je toch dat je geschapen bent naar mijn evenbeeld. Door dat te beseffen gaat ook jouw lichtje meer stralen en zal het ook anderen raken.” “Het ontroert me, God,” zei ik zacht. “Maar één ding begrijp ik nog altijd niet. Als dit het paradijs is, waarom bezorgen mensen elkaar dan zoveel ellende en verdriet?” “Ik heb ervoor gezorgd dat jullie elkaar niet écht kwaad kunnen doen. Het wezenlijkste in jullie kan niet kapot. Zelfs als iemand sterft, zoals jullie dat noemen, dan gaat die persoon niet echt dood. Hij komt terecht in een andere werkelijkheid… Op een wolk, net zoals jij nu!” “Weet je,” vervolgde God, “het leven op aarde kan je vergelijken met een droom. Alleen lijkt die droom veel echter dan de dromen die jullie tijdens de slaap dromen. De droom die jullie de naam ‘leven’ hebben gegeven, is inderdaad een levensechte droom waarin jullie kunnen oefenen om in het besef te ontwaken van de prachtige liefdevolle wezens die jullie in werkelijkheid zijn. Dus in wezen woon je op aarde op een heel grote speelplaats die heel goed beveiligd is en waar niets kan gebeuren. Niet werkelijk. Het lijkt alleen maar zo. Wat jullie ondertussen leren in jullie spel van angst en liefde is oh zo mooi, want het maakt het bewustzijn in elk van jullie wakker van de God die jullie zijn.” Mijn lichtje was steeds feller gaan stralen terwijl ik zo zat te luisteren. “Oh, dankuwel, God, voor wie u bent… voor wie ik ben… voor wie wij allemaal zijn.” Nog lange tijd keken we samen naar de aarde en het was stil. Ik zag nu ook de weerspiegeling van het paradijs: een pad van licht dat ons leidt van niet-bewuste scheppers naar bewuste, goddelijke meesters. Wat was het fijn zo samen met God op de wolk. Wat was het fijn om te beseffen dat alles goed is.
5
Bezinningstekst Annelies De Brabandere Kind Jij bent geen goed of dure waar in winkels aangeprezen. Jij bent ook niet een nieuw ontwerp door iemand lang bedacht. En evenmin een beeld een kunstig exemplaar door mensenhanden in de groeve van hun dromen uitgehouwen. Jij bent ontstaan als licht uit licht als adem die gewekt tot adem hartslag werd en even onuitwisbaar als een ster aan het heelal. Jij bent dat innig ogenblik van teder aanraken. Het vrucht geworden wonder van mensen die zichzelf verliezen aan elkaar. Wij noemen je kind ons gegeven met de liefste naam. Jij bent ons in de schoot gelegd om stralend mens te zijn. Draag onze liefde als een zegel op het voorhoofd. En weet dat jij, zoals je bent voldoende bent om deze wereld mooi te maken. Beziel ons huis. Lach maar en huil maar. Bewoon de ruimte met je heilig spel. Kijk in de verte en krijg vleugels. En blijf voor ons een godsgeschenk dat zacht en kwetsbaar maakt. Dat zon en regen brengt over de grond van ons bestaan. Kris Gelaude 6