MONITEUR BELGISCH BELGE STAATSBLAD Publication conforme aux articles 472 à 478 de la loi-programme du 24 décembre 2002, modifiés par les articles 4 à 8 de la loi portant des dispositions diverses du 20 juillet 2005.
Publicatie overeenkomstig artikelen 472 tot 478 van de programmawet van 24 december 2002, gewijzigd door de artikelen 4 tot en met 8 van de wet houdende diverse bepalingen van 20 juli 2005.
Le Moniteur belge peut être consulté à l’adresse :
Dit Belgisch Staatsblad kan geconsulteerd worden op :
www.moniteur.be
www.staatsblad.be
Direction du Moniteur belge, rue de Louvain 40-42, 1000 Bruxelles - Conseiller : A. Van Damme
Bestuur van het Belgisch Staatsblad, Leuvenseweg 40-42, 1000 Brussel - Adviseur : A. Van Damme
Numéro tél. gratuit : 0800-98 809
Gratis tel. nummer : 0800-98 809 N. 326
177e ANNEE
LUNDI 19 NOVEMBRE 2007
SOMMAIRE
Lois, décrets, ordonnances et règlements
Service public fédéral Mobilité et Transports 31 OCTOBRE 2007. — Arrêté ministériel modifiant l’annexe 1re à l’arrêté ministériel du 20 juin 2007 fixant le nombre, le lieu d’établissement, la compétence territoriale et les règles relatives à l’organisation des centres d’examen, p. 57671.
Service public fédéral Emploi, Travail et Concertation sociale
177e JAARGANG
MAANDAG 19 NOVEMBER 2007
INHOUD
Wetten, decreten, ordonnanties en verordeningen
Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer 31 OKTOBER 2007. — Ministerieel besluit tot wijziging van bijlage 1 bij het ministerieel besluit van 20 juni 2007 houdende bepaling van het aantal, de plaats van vestiging, de territoriale bevoegdheid en de regels betreffende de organisatie van de examencentra, bl. 57671.
Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg
3 OCTOBRE 2007. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 21 octobre 1999, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie et du commerce du diamant, portant exécution du protocole du 28 juin 1999 et contenant l’accord sectoriel pour la formation et l’emploi 1999-2000 pour l’industrie et le commerce du diamant, p. 57672.
3 OKTOBER 2007. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 oktober 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel, tot uitvoering van het protocol van 28 juni 1999 en houdende het sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000 voor de diamantnijverheid en -handel, bl. 57672.
10 OCTOBRE 2007. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 25 mai 2007, conclue au sein de la Commission paritaire de la transformation du papier et du carton, relative aux conditions de travail et de rémunération, p. 57678.
10 OKTOBER 2007. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 mei 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking, betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden, bl. 57678.
21 OCTOBRE 2007. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 22 juin 2007, conclue au sein de la Commission paritaire des employés de l’industrie papetière, relative aux cotisations à percevoir par l’Office national de Ssécurité sociale pour le ″Fonds de sécurité d’existence pour les employés de l’industrie papetière″, p. 57693.
21 OKTOBER 2007. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de papiernijverheid, betreffende de door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid te innen bijdragen voor het ″Fonds voor bestaanszekerheid voor de bedienden uit de papiernijverheid″, bl. 57693.
21 OCTOBRE 2007. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 22 juin 2007, conclue au sein de la Commission paritaire des employés de l’industrie papetière, relative aux conditions de travail et de rémunération, à l’emploi et aux efforts de formation et d’apprentissage des groupes à risque pour la période 2007-2008, p. 57694.
21 OKTOBER 2007. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de papiernijverheid, betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden, de werkgelegenheid en de inspanningen inzake vorming en opleiding van risicogroepen voor de periode 2007-2008, bl. 57694.
82 pages/bladzijden
57668
MONITEUR BELGE − 19.11.2007 − BELGISCH STAATSBLAD
21 OCTOBRE 2007. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 22 juin 2007, conclue au sein de la Commission paritaire des employés de l’industrie papetière, relative aux mesures visant à promouvoir l’emploi et la formation, p. 57696.
Gouvernements de Communauté et de Région
21 OKTOBER 2007. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de papiernijverheid, betreffende de maatregelen tot bevordering van de werkgelegenheid en de vorming, bl. 57696. Gemeenschaps- en Gewestregeringen
Communauté flamande
Vlaamse Gemeenschap
Autorité flamande
Vlaamse overheid
14 SEPTEMBRE 2007. — Arrêté du Gouvernement flamand portant exécution de l’article 29bis du décret du 15 juillet 1997 contenant le Code flamand du Logement, p. 57699.
14 SEPTEMBER 2007. — Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van artikel 29bis van het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode, bl. 57698.
5 OCTOBRE 2007. — Arrêté du Gouvernement flamand réglant le fonctionnement du Fonds Rubicon, p. 57700.
5 OKTOBER 2007. — Besluit van de Vlaamse Regering tot regeling van de werking van het Rubiconfonds, bl. 57700.
19 OCTOBRE 2007. — Arrêté du Gouvernement flamand modifiant l’arrêté du Gouvernement flamand du 14 juillet 2004 fixant une prime d’entretien pour des monuments et sites urbains et ruraux protégés, p. 57702.
19 OKTOBER 2007. — Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 juli 2004 tot het vaststellen van een onderhoudspremie voor beschermde monumenten en stads- en dorpsgezichten en tot vaststelling van een overgangsbepaling, bl. 57701.
5 NOVEMBRE 2007. — Arrêté ministériel modifiant l’arrêté ministériel du 21 décembre 2006 portant des mesures complémentaires temporaires de conservation des réserves de poisson en mer, p. 57704.
5 NOVEMBER 2007. — Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 21 december 2006 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee, bl. 57703.
Andere besluiten
Autres arrêtés Service public fédéral Chancellerie du Premier Ministre et Ministère de la Région wallonne Décorations civiques, p. 57705. Service public fédéral Chancellerie du Premier Ministre et Ministère wallon de l’Equipement et des Transports Ordres nationaux, p. 57705.
Federale Overheidsdienst Kanselarij van de Eerste Minister en Ministerie van het Waalse Gewest Burgerlijke eretekens, bl. 57705. Federale Overheidsdienst Kanselarij van de Eerste Minister en Waals Ministerie van Uitrusting en Vervoer Nationale Orden, bl. 57708.
¨ ffentlicher Dienst Kanzlei des Premierministers und Ministerium der Wallonischen Region Föderaler O Bürgerliche Ehrenauszeichnungen, S. 57705. ¨ ffentlicher Dienst Kanzlei des Premierministers und Wallonisches Ministerium für Ausrüstung und Transportwesen Föderaler O Nationale Orden, S. 57707.
Service public fédéral Sécurité sociale Institut national d’assurance maladie-invalidité. Commission de profils des prestations des praticiens de l’art dentaire, instituée auprès du Service des soins de santé. Nomination de membres, p. 57709. — Institut national d’assurance maladie-invalidité. Comité paritaire pour la dermato-vénérologie, institué auprès du Service des soins de santé. Nomination de membres, p. 57710.
Service public fédéral Justice Ordre judiciaire, p. 57710.
Ministère de la Défense Armée. Force terrestre. Changement d’ancienneté, p. 57710. — Armée. Force aérienne. Changement de corps, p. 57711. — Forces armées. Fonction spéciale. Désignation, p. 57711. — Forces armées. Mises à la pension d’officiers de carrière, p. 57711.
Federale Overheidsdienst Sociale Zekerheid Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering. Profielencommissie voor de verstrekkingen van de tandheelkundigen, ingesteld bij de Dienst voor geneeskundige verzorging. Benoeming van leden, bl. 57709. — Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering. Paritair Comité voor dermato-venerologie, ingesteld bij de Dienst voor geneeskundige verzorging. Benoeming van leden, bl. 57710.
Federale Overheidsdienst Justitie Rechterlijke Orde, bl. 57710.
Ministerie van Landsverdediging Leger. Landmacht. Verandering van anciënniteit, bl. 57710. — Leger. Luchtmacht. Verandering van korps, bl. 57711. — Krijgsmacht. Speciale functie. Aanduiding, bl. 57711. — Krijgsmacht. Pensioneringen van beroepsofficieren, bl. 57711.
MONITEUR BELGE − 19.11.2007 − BELGISCH STAATSBLAD
57669
Gemeenschaps- en Gewestregeringen
Gouvernements de Communauté et de Région
Vlaamse Gemeenschap Vlaamse overheid Cultuur, Jeugd, Sport en Media 31 OKTOBER 2007. — Ministerieel besluit houdende de tijdelijke erkenning van de procedure van monsterneming voor dopingcontrole van de UCI in het kader van de medisch verantwoorde sportbeoefening, bl. 57712. Waals Gewest
Région wallonne Ministère de la Région wallonne Direction générale des Ressources naturelles et de l’Environnement. Office wallon des déchets. Acte procédant à l’enregistrement de M. Jean Overstyns, en qualité de collecteur et de transporteur de déchets autres que dangereux, p. 57713. — Direction générale des Ressources naturelles et de l’Environnement. Office wallon des déchets. Acte procédant à l’enregistrement de la SPRL Acar, en qualité de transporteur de déchets autres que dangereux, p. 57715. — Direction générale des Ressources naturelles et de l’Environnement. Office wallon des déchets. Acte procédant à l’enregistrement de la SA Gianquinto, en qualité de transporteur de déchets autres que dangereux, p. 57717. — Direction générale des Ressources naturelles et de l’Environnement. Office wallon des déchets. Acte procédant à l’enregistrement de la SPRL Cox et fils, en qualité de transporteur de déchets autres que dangereux, p. 57719. — Direction générale des Ressources naturelles et de l’Environnement. Office wallon des déchets. Acte procédant à l’enregistrement de M. Rony Duve, en qualité de transporteur de déchets autres que dangereux, p. 57721. — Direction générale des Ressources naturelles et de l’Environnement. Office wallon des déchets. Acte procédant à l’enregistrement de Mme Elisa Buwalda, en qualité de collecteur et de transporteur de déchets autres que dangereux, p. 57723. — Direction générale des Ressources naturelles et de l’Environnement. Office wallon des déchets. Acte procédant à l’enregistrement de M. Jimmy De Paepe, en qualité de collecteur et de transporteur de déchets autres que dangereux, p. 57725. — Direction générale des Ressources naturelles et de l’Environnement. Office wallon des déchets. Acte procédant à l’enregistrement de la SPRL Tribel Metals, en qualité de collecteur et de transporteur de déchets autres que dangereux, p. 57727.
Waals Ministerie van Uitrusting en Vervoer
Ministère wallon de l’Equipement et des Transports 25 OCTOBRE 2007. — Arrêté du Gouvernement wallon portant désignation du président et d’administrateurs représentant la Région wallonne au sein du conseil d’administration du Port autonome de Charleroi, p. 57729.
25 OKTOBER 2007. — Besluit van de Waalse Regering tot aanwijzing van de voorzitter en van bestuurders die het Waalse Gewest vertegenwoordigen binnen de raad van bestuur van de Autonome Haven van Charleroi, bl. 57730.
Gemeinschafts- und Regionalregierungen Wallonische Region Wallonisches Ministerium für Ausrüstung und Transportwesen 25. OKTOBER 2007 — Erlass der Wallonischen Regierung zur Bezeichnung des Vorsitzenden und von Verwaltern, die die Wallonische Region innerhalb des Verwaltungsrates des autonomen Hafens von Charleroi vertreten, S. 57729.
Région de Bruxelles-Capitale
Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Ministère de la Région de Bruxelles-Capitale
Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Protection du patrimoine, p. 57731.
Avis officiels
Service public fédéral Finances Administration du cadastre, de l’enregistrement et des domaines. Publications prescrites par l’article 770 du Code civil. Successions en déshérence, p. 57732.
Bescherming van het erfgoed, bl. 57731.
Officiële berichten
Federale Overheidsdienst Financiën Administratie van het kadaster, registratie en domeinen. Bekendmakingen voorgeschreven bij artikel 770 van het Burgerlijk Wetboek. Erfloze nalatenschappen, bl. 57732.
57670
MONITEUR BELGE − 19.11.2007 − BELGISCH STAATSBLAD
Service public fédéral Mobilité et Transports Indices du prix de revient du transport professionnel de personnes par route (services occasionnels), p. 57734. Service public fédéral Justice
Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer Indexcijfers van de kostprijs van het beroepspersonenvervoer over de weg (ongeregeld vervoer), bl. 57734. Federale Overheidsdienst Justitie
Loi du 15 mai 1987 relative aux noms et prénoms. Publications, p. 57734.
Wet van 15 mei 1987 betreffende de namen en voornamen. Bekendmakingen, bl. 57734.
Les Publications légales et Avis divers ne sont pas repris dans ce sommaire mais figurent aux pages 57735 à 57748.
De Wettelijke Bekendmakingen en Verschillende Berichten worden niet opgenomen in deze inhoudsopgave en bevinden zich van bl. 57735 tot bl. 57748.
57671
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN SERVICE PUBLIC FEDERAL MOBILITE ET TRANSPORTS F. 2007 — 4475
[C − 2007/14333]
31 OCTOBRE 2007. — Arrêté ministériel modifiant l’annexe 1re à l’arrêté ministériel du 20 juin 2007 fixant le nombre, le lieu d’établissement, la compétence territoriale et les règles relatives à l’organisation des centres d’examen Le Ministre de la Mobilité,
FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER N. 2007 — 4475
[C − 2007/14333]
31 OKTOBER 2007. — Ministerieel besluit tot wijziging van bijlage 1 bij het ministerieel besluit van 20 juni 2007 houdende bepaling van het aantal, de plaats van vestiging, de territoriale bevoegdheid en de regels betreffende de organisatie van de examencentra De Minister van Mobiliteit,
Vu la loi relative à la police de la circulation routière, coordonnée le 16 mars 1968, notamment l’article 23, § 1er, remplacé par la loi du 9 juillet 1976 et modifié par la loi du 18 juillet 1990; Vu l’arrêté royal du 23 mars 1998 relatif au permis de conduire, notamment l’article 25, modifié par les arrêtés royaux des 5 septembre 2002 et 1er septembre 2006; Vu l’arrêté ministériel du 20 juin 2007 fixant le nombre, le lieu d’établissement, la compétence territoriale et les règles relatives à l’organisation des centres d’examen,
Gelet op de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd op 16 maart 1968, inzonderheid op artikel 23, § 1, vervangen bij de wet van 9 juli 1976 en gewijzigd bij de wet van 18 juli 1990; Gelet op het koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs, inzonderheid op artikel 25, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 5 september 2002 en 1 september 2006; Gelet op het ministerieel besluit van 20 juni 2007 houdende bepaling van het aantal, de plaats van vestiging, de territoriale bevoegdheid en de regels betreffende de organisatie van de examencentra,
Arrête : Article unique. Dans l’annexe 1re de l’arrêté ministériel du 20 juin 2007 fixant le nombre, le lieu d’établissement, la compétence territoriale et les règles relatives à l’organisation des centres d’examen, un alinéa est ajouté, rédigé comme suit : L’examen théorique peut également être organisé à l’une des adresses suivantes :
Enig artikel. In bijlage 1 van het ministerieel besluit van 20 juni 2007 houdende bepaling van het aantal, de plaats van vestiging, de territoriale bevoegdheid en de regels betreffende de organisatie van de examencentra, wordt een lid toegevoegd dat luidt als volgt : Het theoretisch examen kan eveneens worden georganiseerd op een van de volgende adressen :
Numéro du centre d’examen 1002 1003 1004 1004 1004 1004 1005 1005 1005 1010 1010 1012 1013 1013 1014 1015 1015 1016 1017 1018 1018 1022 1022 1023 1033
Adresse Stuiverstraat 108 - 8400 Oostende Marathonstraat 35 – 9000 Gent Eikenstraat 8 – 2000 Antwerpen Desguinlei 244 – 2018 Antwerpen Kapellensteenweg 112 - 2920 Kalmthout Stella Marisstraat 2 – 2170 Merksem Kleine Hemmenweg 4 - 4A – 3520 Zonhoven Sint-Ferdinandstraat 1 – 3560 Lummen Tichelrijlaan 1 – 3800 Sint-Truiden Stationsstraat 67 – 8700 Tielt Leemstraat 32 – 8800 Roeselare Noordzandstraat 76 – 8000 Brugge Kerkstraat 86 – 8570 Anzegem Boeschepestraat 46 – 8970 Poperinge Onteigeningsstraat 41B – 9060 Zelzate Sabina Van Beierenlaan 35 – 9620 Zottegem Minderbroedersstraat 6 – 9700 Oudenaarde Vekenstraat 1A – 9255 Buggenhout Azalealaan 2 – 9160 Lokeren Stationsstraat 37 – 1740 Ternat Marktstraat 1 – 1785 Merchtem Dieseghemlei 60 – 2640 Mortsel Wollemarkt 36 – 2800 Mechelen Parklaan 52 – 2300 Turnhout Europaplein 36 – 3630 Maasmechelen
Donné à Bruxelles, le 31 octobre 2007.
R. LANDUYT
Besluit :
Nummer van het examencentrum 1002 1003 1004 1004 1004 1004 1005 1005 1005 1010 1010 1012 1013 1013 1014 1015 1015 1016 1017 1018 1018 1022 1022 1023 1033
Adres Stuiverstraat 108 - 8400 Oostende Marathonstraat 35 – 9000 Gent Eikenstraat 8 – 2000 Antwerpen Desguinlei 244 – 2018 Antwerpen Kapellensteenweg 112 - 2920 Kalmthout Stella Marisstraat 2 – 2170 Merksem Kleine Hemmenweg 4 - 4A – 3520 Zonhoven Sint-Ferdinandstraat 1 – 3560 Lummen Tichelrijlaan 1 – 3800 Sint-Truiden Stationsstraat 67 – 8700 Tielt Leemstraat 32 – 8800 Roeselare Noordzandstraat 76 – 8000 Brugge Kerkstraat 86 – 8570 Anzegem Boeschepestraat 46 – 8970 Poperinge Onteigeningsstraat 41B – 9060 Zelzate Sabina Van Beierenlaan 35 – 9620 Zottegem Minderbroedersstraat 6 – 9700 Oudenaarde Vekenstraat 1A – 9255 Buggenhout Azalealaan 2 – 9160 Lokeren Stationsstraat 37 – 1740 Ternat Marktstraat 1 – 1785 Merchtem Dieseghemlei 60 – 2640 Mortsel Wollemarkt 36 – 2800 Mechelen Parklaan 52 – 2300 Turnhout Europaplein 36 – 3630 Maasmechelen
Gegeven te Brussel, 31 oktober 2007.
R. LANDUYT
57672
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE
F. 2007 — 4476
[C − 2007/12588]
3 OCTOBRE 2007. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 21 octobre 1999, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie et du commerce du diamant, portant exécution du protocole du 28 juin 1999 et contenant l’accord sectoriel pour la formation et l’emploi 1999-2000 pour l’industrie et le commerce du diamant (1) ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG N. 2007 — 4476
[C − 2007/12588]
3 OKTOBER 2007. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 oktober 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel, tot uitvoering van het protocol van 28 juni 1999 en houdende het sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000 voor de diamantnijverheid en -handel (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Vu la demande de la Commission paritaire de l’industrie et du commerce du diamant;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel;
Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi,
Nous avons arrêté et arrêtons :
Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 21 octobre 1999, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire de l’industrie et du commerce du diamant, portant exécution du protocole du 28 juin 1999 et contenant l’accord sectoriel pour la formation et l’emploi 1999-2000 pour l’industrie et le commerce du diamant.
Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 21 oktober 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel, tot uitvoering van het protocol van 28 juni 1999 en houdende het sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000 voor de diamantnijverheid en -handel.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Donné à Bruxelles, le 3 octobre 2007.
Gegeven te Brussel, 3 oktober 2007.
ALBERT
ALBERT
Par le Roi :
Van Koningswege :
Le Ministre de l’Emploi,
De Minister van Werk,
Note (1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Annexe
Bijlage
Commission paritaire de l’industrie et du commerce du diamant
Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel
Convention collective de travail du 21 octobre 1999
Collectieve arbeidsovereenkomst van 21 oktober 1999
Exécution du protocole du 28 juin 1999 et contenant l’accord sectoriel pour la formation et l’emploi 1999-2000 pour l’industrie et le commerce du diamant (Convention enregistrée le 10 juillet 2000 sous le numéro 55294/CO/324)
Uitvoering van het protocol van 28 juni 1999 en houdende het sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000 voor de diamantnijverheid en -handel (Overeenkomst geregistreerd op 10 juli 2000 onder het nummer 55294/CO/324)
CHAPITRE Ier. — Champ d’application
HOOFDSTUK I. — Algemene bepalingen
Article 1 . La présente convention collective de travail a pour but de donner exécution au protocole du 28 juin 1999 relatif aux négociations sectorielles 1999-2000 dans l’industrie et le commerce du diamant.
Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft tot doel uitvoering te geven aan het protocol van 28 juni 1999 betreffende de sectorale onderhandelingen 1999-2000 in de diamantnijverheid en -handel.
Art. 2. La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs et aux travailleurs ressortissant à la Commission paritaire de l’industrie et du commerce du diamant, à l’exception des dispositions des articles 8 et 9, qui ne sont pas applicables aux employés techniques.
Art. 2. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers die ressorteren onder het Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel, met uitzondering van de bepalingen in de artikelen 8 en 9, die niet van toepassing zijn op de technische bedienden.
er
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
57673
CHAPITRE II. — Accord sectoriel pour la formation et l’emploi 1999-2000 contenant des mesures visant à défendre, redistribuer et promouvoir l’emploi dans l’industrie du diamant
HOOFDSTUK II. — Sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 19992000 houdende maatregelen tot verdediging, herverdeling en bevordering van de werkgelegenheid in de diamantnijverheid
Art. 3. § 1er. Le présent chapitre tient lieu d’accord sectoriel pour la formation et l’emploi 1999-2000, et est conclu en exécution de la section IV, chapitre II de la loi du 26 mars 1999 relative au plan d’action belge pour l’emploi 1998 et portant des dispositions diverses ainsi qu’à l’arrêté royal du 4 juin 1999 déterminant les conditions de forme auxquelles doivent satisfaire la convention collective de travail et l’accord relatifs à la formation et l’emploi.
Art. 3. § 1. Dit hoofdstuk geldt als sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000, en is gesloten in uitvoering van sectie IV, hoofdstuk II van de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen alsook van het koninklijk besluit van 4 juni 1999 houdende de vormvoorwaarden waaraan de collectieve arbeidsovereenkomst en het akkoord betreffende vorming en tewerkstelling dienen te voldoen.
§ 2. Il est recommandé aux employeurs d’examiner dans leurs entreprises si au moins deux mesures de promotion de l’emploi peuvent être introduites :
§ 2. De werkgevers wordt aanbevolen om in hun ondernemingen te onderzoeken of bij voorkeur twee van de onderstaande arbeidsbevorderende maatregelen kunnen ingevoerd worden :
1. l’introduction, dans l’entreprise, d’un droit à la prépension à mi-temps;
1. de invoering, in de onderneming, van een recht op halftijds brugpensioen;
2. l’introduction, dans l’entreprise, d’un droit à l’interruption de carrière à temps partiel;
2. de invoering, in de onderneming, van een recht op deeltijdse loopbaanonderbreking;
3. l’introduction de technologies nouvelles allant de pair avec l’introduction du travail d’équipes, dans les limites de l’arrêté ministériel du 13 février 1989 prévoyant la possibilité d’une autre répartition des heures de travail, avec embauche compensatoire, pour certaines personnes occupées dans l’industrie du diamant;
3. de invoering van nieuwe technologieën gepaard gaande met de invoering van ploegenarbeid, binnen de perken van het ministerieel besluit van 13 februari 1989 waarbij voor sommige personen die in de diamantnijverheid tewerkgesteld zijn een andere indeling van de arbeidsuren kan toegestaan worden, met compenserende aanwerving;
4. l’introduction d’horaires de travail flexibles, dans les limites des règles en vigueur en matière de durée du travail dans l’industrie du diamant;
4. de invoering van flexibele uurroosters, binnen de perken van de geldende regels inzake de arbeidsduur in de diamantnijverheid;
5. l’introduction du travail à temps partiel pour améliorer le volume d’emploi global.
5. de invoering van deeltijdwerk om het globaal tewerkstellingsvolume te verbeteren.
Art. 4. § 1er. Les entreprises qui, sur une base volontaire, souhaitent introduire au moins deux mesures de promotion de l’emploi, sont tenues, soit, de conclure une convention collective de travail d’adhésion, soit, d’établir un acte d’adhésion au présent accord sectoriel pour la formation et l’emploi 1999-2000.
Art. 4. § 1. De ondernemingen die op een vrijwillige basis, ten minste twee arbeidsbevorderende maatregelen wensen in te voeren, dienen hetzij een toetredings-collectieve arbeidsovereenkomst te sluiten, hetzij een toetredingsakte tot dit sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000 op te stellen.
§ 2. Les entreprises établissent la convention collective de travail d’adhésion conformément au modèle repris à l’annexe de la présente convention collective de travail.
§ 2. De ondernemingen stellen de toetredings-collectieve arbeidsovereenkomst op, overeenkomstig het model dat opgenomen is in de bijlage bij deze collectieve arbeidsovereenkomst.
§ 3. La convention collective de travail d’adhésion est cosignée par un membre ou un membre suppléant de chacune des organisations de travailleurs représentées au sein de la Commission paritaire de l’industrie et du commerce du diamant.
§ 3. De toetredings-collectieve arbeidsovereenkomst wordt medeondertekend door een lid of een plaatsvervangend lid van elk van de werknemersorganisaties die vertegenwoordigd zijn in het Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel.
§ 4. Les entreprises établissent l’acte d’adhésion à l’accord sectoriel pour la formation et l’emploi 1999-2000 conformément au modèle repris à l’annexe de la présente convention collective de travail.
§ 4. De ondernemingen stellen de toetredingsakte tot het sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000 op, overeenkomstig het model dat opgenomen is in de bijlage bij deze collectieve arbeidsovereenkomst.
§ 5. Lors de l’établissement de l’acte d’adhésion à l’accord sectoriel pour la formation et l’emploi 1999-2000, les règles relatives à la consultation des travailleurs doivent être suivies, comme fixées par l’arrêté royal susmentionné du 4 juin 1999.
§ 5. Bij het opstellen van de toetredingsakte tot het sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000 dienen de regels inzake de raadpleging van de werknemers gevolgd te worden, zoals vastgesteld bij het hogervermelde koninklijk besluit van 4 juni 1999.
Art. 5. § 1er. Tant la convention collective de travail d’adhésion que l’acte d’adhésion à l’accord sectoriel pour la formation et l’emploi 1999-2000 doivent être envoyés au Greffe du Service des relations collectives de travail, Ministère de l’Emploi et du Travail, rue Belliard 51, à 1040 Bruxelles.
Art. 5. § 1. Zowel de toetredings-collectieve arbeidsovereenkomst als de toetredingsakte tot het sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000 dienen toegestuurd te worden aan de Griffie van de Dienst van de collectieve arbeidsbetrekkingen, Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid, Belliardstraat 51, te 1040 Brussel.
§ 2. Tant la convention collective de travail d’adhésion que l’acte d’adhésion à l’accord sectoriel pour la formation et l’emploi 1999-2000 seront soumis pour avis par le Service des relations collectives de travail à la Commission paritaire de l’industrie et du commerce du diamant.
§ 2. Zowel de toetredings-collectieve arbeidsovereenkomst als de toetredingsakte tot het sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000, zullen door de Dienst van de collectieve arbeidsbetrekkingen, voor advies voorgelegd worden aan het Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel.
57674
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
§ 3. En vue de l’exercice de cette compétence d’avis, tant en ce qui concerne la convention collective de travail d’adhésion que pour ce qui est des actes d’adhésion à l’accord sectoriel pour la formation et l’emploi 1999-2000, il est créé au sein de la Commission paritaire de l’industrie et du commerce du diamant un comité restreint qui est composé paritairement.
§ 3. Met het oog op de uitoefening van deze adviesbevoegdheid inzake de toetredings-collectieve arbeidsovereenkomst als de toetredingsakten tot het sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000, wordt binnen het Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel, een beperkt comité opgericht dat paritair is samengesteld.
Art. 6. § 1er. Au cours des années 1999-2000, la perception et l’affectation du 0,10 p.c., à prélever sur le montant réel des salaires, en faveur de la formation et de l’emploi de personnes appartenant aux groupes à risque, est maintenue et, pendant cette période, une attention particulière sera également donnée à l’emploi et l’intégration de personnes handicapées.
Art. 6. § 1. Tijdens de jaren 1999 en 2000 wordt de inning en de aanwending van 0,10 pct., te heffen op het werkelijk bedrag van de lonen, dit ten behoeve van de vorming en de tewerkstelling van personen die behoren tot de risicogroepen, behouden en tijdens deze periode zal er ook bijzondere aandacht besteed worden aan de tewerkstelling en de inschakeling van personen met een handicap.
§ 2. Au cours de la période visée, des formations supplémentaires peuvent être instaurées, notamment en matière de diamond grading.
§ 2. Tijdens de bedoelde periode kunnen er bijkomende opleidingen ingericht worden, onder meer op het stuk van diamond grading.
§ 3. Le groupe de travail paritaire chargé du suivi de la formation et de l’apprentissage continuera à faire des efforts pour le coordination des régimes existants et prêtera une attention particulière à l’accompagnement de l’afflux de jeunes travailleurs du diamant et de jeunes fabricants diamantaires.
§ 3. De paritaire werkgroep, belast met de opvolging van vorming en opleiding, zal verder streven naar coördinatie van de bestaande regelingen en zal in bijzonder aandacht richten op de begeleiding van de instroom van jonge diamantarbeiders en van jonge diamantfabrikanten.
§ 4. En ce qui concerne le régime des contrats complémentaires de formation, une adaptation aura lieu pour faciliter l’insertion des jeunes qui ont complété la 6e ou 7e année.
§ 4. Wat het stelsel betreft van de aanvullende scholingsovereenkomsten, zal een aanpassing gebeuren om de inschakeling van de jongeren te vergemakkelijken die het 6e of het 7e leerjaar voltooid hebben.
§ 5. Le régime de l’apprentissage industriel continuera d’être soutenu afin d’assurer l’afflux de jeunes dans l’industrie du diamant.
§ 5. Het stelsel van het industrieel leerlingwezen zal verder ondersteund worden ten einde de instroom van jongeren in de diamantnijverheid veilig te stellen.
CHAPITRE III. — Mesures d’accompagnement relatives à l’accord sectoriel pour la formation et l’emploi 1999-2000
HOOFDSTUK III. — Begeleidende maatregelen bij het sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000
Section 1re. — Réduction des cotisations Office national de Sécurité sociale patronales.
Afdeling 1. — Vermindering van de Rijksdienstvoor Sociale Zekerheid-werkgeversbijdragen
Art. 7. Les employeurs qui sont liés par le présent accord sectoriel pour la formation et l’emploi 1999-2000 peuvent, dans les conditions prévues par ou en vertu de la loi susmentionnée du 26 mars 1999, faire valoir le cas échéant leurs droits à une réduction des cotisations Office national de Sécurité sociale patronales.
Art. 7. De werkgevers die, gebonden zijn door dit sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000, kunnen onder de voorwaarden bepaald door of krachtens de hogervermelde wet van 26 maart 1999, in voorkomend geval een recht doen gelden op een vermindering van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid-werkgeversbijdragen.
Section 2. — Prépension à 58 ans
Afdeling 2. — Brugpensioen op 58 jaar
Art. 8. La présente section s’applique aux employeurs et aux travailleurs, à l’exception des employés techniques, qui ressortissent à la Commission paritaire de l’industrie et du commerce du diamant.
Art. 8. Deze afdeling is van toepassing op de werkgevers en de werknemers, met uitzondering van de technische bedienden, die ressorteren onder het Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel.
Art. 9. Comme partie de l’exécution de l’accord sectoriel pour la formation et l’emploi 1999-2000, le régime de prépension à 58 ans dans le secteur de l’industrie du diamant, instauré par la convention collective de travail du 24 mars 1989, prorogée par les conventions collectives de travail du 21 décembre 1990, du 16 mars 1993, du 4 avril 1995, du 19 décembre 1996, du 26 juin 1997 et du 4 mai 1999, est déclaré entièrement applicable jusqu’au 31 décembre 2001.
Art. 9. Als onderdeel van de uitvoering van het sectoraal vormingsen tewerkstellingsakkoord 1999-2000, wordt de brugpensioenregeling op 58 jaar in de sector van de diamantnijverheid, zoals ingesteld bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 maart 1989, verlengd bij de collectieve arbeidsovereenkomsten van 21 december 1990, 16 maart 1993, 4 april 1995, 19 december 1996, 26 juni 1997 en 4 mei 1999, onverkort verder van toepassing verklaard tot 31 december 2001.
Section 3. — Chômage économique
Afdeling 3. — Economische werkloosheid
Art. 10. Les parties contractantes prennent l’engagement d’examiner et de soutenir conjointement toutes les mesures susceptibles de réduire le chômage économique de 5 p.c. On tendra à améliorer l’emploi et la relation entre l’emploi effectif et le chômage économique. Un dialogue permanent est mis en chantier entre employeurs et travailleurs en cette matière. Après un an, les effets de ces mesures seront évalués. En cas de résultat négatif, les mesures appropriées seront étudiées et appliquées.
Art. 10. De contracterende partijen gaan de verbintenis aan om gezamenlijk al de maatregelen te onderzoeken en te ondersteunen, die de graad van economische werkloosheid kan verminderen met 5 pct. Er wordt gestreefd naar een verbetering van de tewerkstelling en een verbetering van de verhouding effectieve tewerkstelling / economische werkloosheid. Rond deze materie wordt een bestendige dialoog opgestart tussen werkgevers en werknemers. Na één jaar zullen de gevolgen van deze maatregelen geëvalueerd worden. Bij negatief resultaat zullen passende maatregelen besproken en toegepast worden.
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
57675
Section 4. — Licenciement collectif
Afdeling 4. — Collectief ontslag
Art. 11. Les parties contractantes s’engagent à oeuvrer pour la réalisation d’un règlement adéquat en matière de licenciement collectif.
Art. 11. De contracterende partijen gaan de verbintenis aan om gezamenlijk verder te ijveren voor het realiseren van een passende regeling inzake het collectief ontslag.
Section 5. — Flexibilité
Afdeling 5. — Flexibiliteit
Art. 12. Les parties contractantes s’engagent à élaborer un régime pour la flexibilité dite ″grande″ à partir du 1er janvier 2000.
Art. 12. De contracterende partijen gaan de verbintenis aan om een regeling uit te werken voor de zogenaamde ″grote flexibiliteit″ met ingang van 1 januari 2000.
CHAPITRE IV. — Pouvoir d’achat
HOOFDSTUK IV. — Koopkracht
Art. 13. A partir du 1er octobre 1999, dans le secteur dit des petites marchandises, une augmentation salariale de 200 BEF par semaine sera instituée; le 1er octobre 2000, une nouvelle augmentation des salaires minima de 200 BEF par semaine sera instituée. Ce règlement ne pourra cependant avoir comme conséquence que les salaires dans le secteur du sciage seraient inférieurs à ceux du secteur des petites marchandises. La convention collective de travail du 16 novembre 1978 fixant certaines conditions de travail, comme modifiée par des conventions ultérieures, sera actualisée.
Art. 13. Met ingang van 1 oktober 1999 zal, in de zogenaamde kleinbranche, een loonsverhoging van 200 BEF per week worden doorgevoerd; op 1 oktober 2000 zal opnieuw een verhoging van de minimumlonen van 200 BEF per week worden doorgevoerd. Deze regeling mag echter niet tot gevolg hebben dat de lonen in de zagersbranche lager worden dan deze in de kleinbranche. De collectieve arbeidsovereenkomst van 16 november 1978 tot vaststelling van sommige arbeidsvoorwaarden, zoals gewijzigd bij latere overeenkomsten, zal geactualiseerd worden.
CHAPITRE V. — Régimes sociaux complémentaires
HOOFDSTUK V. — Aanvullende sociale regelingen
Art. 14. En exécution de l’accord sectoriel 1999-2000 dans l’industrie du diamant, on procédera par convention collective de travail séparée à une prolongation du régime d’allocations de chômage complémentaires jusqu’à la fin 2001 et à une actualisation du règlement en matière de prime syndicale, qui est portée de manière générale à 4 000 BEF.
Art. 14. Ter uitvoering van het sectoraal akkoord 1999-2000 in de diamantnijverheid, zal bij afzonderlijke collectieve arbeidsovereenkomst, overgegaan worden tot verlenging van het stelsel van aanvullende werkloosheidsuitkeringen tot eind 2001 en een actualisering van de regeling inzake de vakbondspremie, die op algemene wijze op 4 000 BEF wordt gebracht.
Art. 15. En exécution de l’accord sectoriel 1999-2000 dans l’industrie du diamant, il sera procédé par convention collective de travail séparée :
Art. 15. Ter uitvoering van het sectoraal akkoord 1999-2000 in de diamantnijverheid, zal bij afzonderlijke collectieve arbeidsovereenkomst, overgegaan worden tot :
- à l’instauration d’un régime sectoriel pour les chèques-repas, avec un apport patronal minimum de 100 BEF par jour à partir du 1er octobre 1999;
- de instelling van een sectorale regeling voor de maaltijdcheques met een minimale werkgeversbijdrage van 100 BEF per dag en dit met ingang van 1 oktober 1999;
- aux modalités d’application d’une assurance hospitalisation sectorielle ″(par SoFo)″;
- de toepassingsmodaliteiten van een sectorale hospitalisatieverzekering ″(via SoFo)″;
- au règlement du remboursement des frais de transport (sans distance minimum au tarif transport en commun;
- de regeling van de terugbetaling van de vervoerskosten (zonder minimum-afstand) aan het tarief openbaar vervoer;
- à la rémunération de l’ancienneté des travailleurs dans l’entreprise par l’instauration d’une prime d’ancienneté (5 000 BEF après 10 ans d’ancienneté, 10 000 BEF après 20 ans d’ancienneté, 20 000 BEF après 30 ans d’ancienneté, 30 000 BEF après 40 ans d’ancienneté).
- de beloning van de anciënniteit van de werknemers binnen de onderneming, door het instellen van een anciënniteitspremie (5 000 BEF na 10 jaar anciënniteit, 10 000 BEF na 20 jaar anciënniteit, 20 000 BEF na 30 jaar anciënniteit, 30 000 BEF na 40 jaar anciënniteit).
CHAPITRE VI. — Dispositions finales
HOOFDSTUK VI. — Slotbepalingen
Art. 16. La présente convention collective de travail produit ses effets à partir du 1er janvier 1999 et reste en vigueur jusqu’au 31 décembre 2000, à l’exception de l’article 9 qui reste valide jusqu’au 31 décembre 2001.
Art. 16. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1999 en geldt tot 31 december 2000, behoudens artikel 9 dat gelding heeft tot 31 december 2001.
Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 3 octobre 2007.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 3 oktober 2007.
Le Ministre de l’Emploi,
De Minister van Werk,
P. VANVELTHOVEN
P. VANVELTHOVEN
57676
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Commission paritaire de l’industrie et du commerce du diamant Convention collective de travail d’adhésion Comme visé par l’article 4, § 1er, de la convention collective de travail du 21 octobre 1999 portant exécution du protocole du 28 juin 1999 et contenant l’accord sectoriel pour la formation et l’emploi 1999-2000 dans l’industrie du diamant Entre l’entreprise : ............................................................................................................................... (Nom de l’entreprise) ............................................................................................................................................................ (Adresse de l’entreprise) Ayant le numéro d’immatriculation ONSS ............................................................................................................................ Représentée par : ................................................................................................. (Nom, prénom et qualité de l’intéressé) D’UNE PART, Et La F.G.T.B. Textile, Vêtement et Diamant Lange Kievitstraat 57 2018 Anvers Représentée par : ......................................................................................................................................................................... (Nom et prénom, agissant comme membre ou comme membre suppléant de la Commission paritaire 324) La Centrale chrétienne des ouvriers du transport et des ouvriers diamantaires, Lange Herentalsestraat 78 2018 Anvers Représentée par : ......................................................................................................................................................................... (Nom et prénom, agissant comme membre ou comme membre suppléant de la Commission paritaire 324) D’AUTRE PART, Il est convenu ce qui suit : Article 1er. L’entreprise adhère à l’accord sectoriel pour la formation et l’emploi 1999-2000 dans l’industrie du diamant et opte pour les mesures suivantes prévues par l’article 3 de la convention collective de travail du 21 octobre 1999, par : Art. 2. La présente convention est établie en quatre exemplaires, dont un pour chacune des parties contractantes et un qui est déposé au Greffe de l’Administration des relations collectives de travail, rue Belliard 51, à 1040 BRUXELLES. Art. 3. La présente convention s’applique à partir du ………………….……………… et est conclue pour la période s’étendant jusqu’au …………………….. Chaque partie contractante peut dénoncer la convention moyennant le respect d’un préavis de trois mois. La dénonciation est envoyée par lettre recommandée au président de la Commission paritaire de l’industrie et du commerce du diamant, ″Theaterbuilding″, Italiëlei 124, boîte 87, à 2000 Anvers, et à chacune des parties contractantes. Au nom de l’entreprise, Au nom de la FGTB, Au nom de la CSC,
Commission paritaire de l’industrie et du commerce du diamant Acte d’adhésion Comme visé par l’article 4 § 1er de la convention collective de travail du 21 octobre 1999 portant exécution du protocole du 28 juin 1999 et contenant l’accord sectoriel pour la formation et l’emploi 1999-2000 dans l’industrie du diamant. L’entreprise : ......................................................................................................................................... (Nom de l’entreprise) ............................................................................................................................................................ (Adresse de l’entreprise) Ayant le numéro d’immatriculation ONSS : .......................................................................................................................... Confirme par le présent acte d’adhésion qu’il entre dans ses intentions d’adhérer à l’accord sectoriel pour la formation et l’emploi 1999-2000 dans l’industrie du diamant. Article 1er. L’entreprise adhère à l’accord sectoriel pour la formation et l’emploi 1999-2000 et opte pour les mesures suivantes : .......................................................................................................................................................................................................... .......................................................................................................................................................................................................... ................................................................................ (énumération d’au moins deux mesures de promotion de l’emploi) Art. 2. Le présent acte d’adhésion est établi en deux exemplaires, dont un pour l’entreprise concernée et un qui est déposé au Greffe de l’Administration des relations collectives de travail, rue Belliard 51, à 1040 Bruxelles. Art. 3. Le présent acte d’adhésion s’applique à partir du …………………… jusqu’au ………………………… Il est possible d’y mettre fin par l’envoi d’une lettre recommandée au Greffe de l’Administration des relations collectives de travail, rue Belliard 51, à 1040 Bruxelles, et au président de la Commission paritaire de l’industrie et du commerce du diamant, ″Theaterbuilding″, Italiëlei 124, boîte 87, à 2000 Anvers. Fait à ………………………. le …………………………… Pour l’entreprise : ……………………………… (Nom, prénom et qualité de l’intéressé) Annexe : Registre qui a été mis à disposition en vue d’éventuelles remarques. (AR 4 juin 1999).
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Annexe Registre des observations des travailleurs Le registre en question est à la disposition du personnel du …………………. au ……………………….(1) Chaque travailleur a la possibilité de noter ses observations concernant l’accord relatif à la formation et à l’emploi ci-dessous. L’employeur confirme sur l’honneur que le présent registre a été mis à la disposition des travailleurs. Signature de l’employeur, date : ………………………… (1) Cette période doit être 8 jours au minimum.
Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel Toetredings-collectieve arbeidsovereenkomst Zoals bedoeld bij artikel 4, § 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 oktober 1999 tot uitvoering van het protocol van 28 juni 1999 en houdende het sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000 voor de diamantnijverheid Tussen de onderneming : ..................................................................................................... (Naam van de onderneming) .................................................................................................................................................... (Adres van de onderneming) met het R.S.Z.-Immatriculatienummer .................................................................................................................................... Vertegenwoordigd door : .................................................. (Naam, voornaam en hoedanigheid van belanghebbende) ENERZIJDS En ABVV-Textiel, Kleding en Diamant Lange Kievitstraat 57 2018 Antwerpen vertegenwoordigd door : ............................................................................................................................................................ (Naam en voornaam handelend als lid of plaatsvervangend lid van het Paritair Comité nr. 324) De Christelijke Vervoerarbeiders en Diamantbewerkers, Lange Herentalsestraat 78 2018 Antwerpen vertegenwoordigd door : ............................................................................................................................................................ (Naam en voornaam handelend als lid of plaatsvervangend lid van het Paritair Comité nr. 324) ANDERZIJDS Is het volgende overeengekomen : Artikel 1. De onderneming treedt toe tot het sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000 in de diamantnijverheid en kiest voor de volgende maatregelen voorzien bij artikel 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 oktober 1999, door : Art. 2. Deze overeenkomst wordt gesloten in vier exemplaren, één voor elk van de ondertekenende partijen en één exemplaar dat neergelegd wordt ter Griffie van de Dienst van de collectieve arbeidsbetrekkingen, Belliardstraat 51, te 1040 Brussel. Art. 3. Deze overeenkomst is geldig met ingang van ………………….……………… en is gesloten voor de periode tot …………………….. Elke contracterende partij kan de overeenkomst opzeggen mits het in acht nemen van een aanzegperiode van drie maand. De opzegging wordt bij aangetekende brief verstuurd aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel, ″Theaterbuilding″, Italiëlei 124, B87, te 2000 Antwerpen en aan elk van de contracterende partijen. Namens de onderneming, Namens het ABVV, Namens het ACV,
Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel Toetredingsakte Zoals bedoeld bij artikel 4, § 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 oktober 1999 tot uitvoering van het protocol van 28 juni 1999 en houdende het sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000 voor de diamantnijverheid De onderneming : .................................................................................................................. (Naam van de onderneming) .................................................................................................................................................... (Adres van de onderneming) met het R.S.Z.-Immatriculatienummer : .................................................................................................................................. bevestigt hierbij de bedoeling te hebben toe te treden tot het sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000 in de diamantnijverheid. Artikel 1. De onderneming treedt toe tot het sectoraal vormings- en tewerkstellingsakkoord 1999-2000 en kiest voor de volgende maatregelen : .......................................................................................................................................................................................................... .......................................................................................................................................................................................................... ............................................................................ (opsomming van ten minste twee arbeidsbevorderende maatregelen) Art. 2. Deze toetredingsakte is opgesteld in twee exemplaren, één voor de betrokken onderneming en één exemplaar dat neergelegd wordt ter Griffie van de Administratie van de collectieve arbeidsbetrekkingen, Belliardstraat 51, te 1040 Brussel. Art. 3. Deze toetredingsakte is geldig met ingang van ............................................ tot ............................................ ……
57677
57678
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD De toetreding kan beëindigd worden, door het zenden van een aangetekende brief aan de Griffie van de Administratie van de collectieve arbeidsbetrekkingen, Belliardstraat 51, te 1040 Brussel en aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel, ″Theaterbuilding″, Italiëlei 124, B87, te 2000 Antwerpen. Opgesteld te ………………………. Op …………………………… Voor de onderneming : ...................................................... (Naam, voornaam en hoedanigheid van belanghebbende) Bijlage : Register dat ter beschikking werd gesteld met het oog op eventuele opmerkingen. (KB 4 juni 1999).
Bijlage Register der opmerkingen van de werknemers Dit register ligt ter beschikking van het personeel van ………………………. tot ……………………….(1) Iedere werknemer heeft de mogelijkheid hier zijn opmerkingen in verband met het voorgestelde vormings- en tewerkstellingsakkoord te noteren. De werkgever bevestigt op eer dat dit register ter beschikking heeft gelegen van de werknemers. Handtekening van de werkgever, datum : ………………………… (1) Deze periode moet minimum 8 dagen bedragen.
* SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE F. 2007 — 4477
[C − 2007/12599]
10 OCTOBRE 2007. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 25 mai 2007, conclue au sein de la Commission paritaire de la transformation du papier et du carton, relative aux conditions de travail et de rémunération (1) ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG N. 2007 — 4477
[C − 2007/12599]
10 OKTOBER 2007. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 mei 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking, betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Vu la demande de la Commission paritaire de la transformation du papier et du carton;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking;
Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi,
Nous avons arrêté et arrêtons :
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 25 mai 2007, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire de la transformation du papier et du carton, relative aux conditions de travail et de rémunération.
Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 25 mei 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking, betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Art. 2. Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Donné à Bruxelles, le 10 octobre 2007.
Gegeven te Brussel, 10 oktober 2007.
ALBERT
ALBERT
Par le Roi :
Van Koningswege :
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Note
Nota
(1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
57679
Annexe
Bijlage
Commission paritaire de la transformation du papier et du carton
Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking
Convention collective de travail du 25 mai 2007
Collectieve arbeidsovereenkomst van 25 mei 2007
Conditions de travail et de rémunération (Convention enregistrée le 7 juin 2007 sous le numéro 83174/CO/136)
Arbeids- en loonvoorwaarden (Overeenkomst geregistreerd op 7 juni 2007 onder het nummer 83174/CO/136)
CHAPITRE Ier. — Champ d’application Article 1 . La présente convention collective de travail est applicable aux employeurs et aux ouvriers et ouvrières des entreprises relevant de la Commission paritaire de la transformation du papier et du carton, sauf si la commission paritaire en décide autrement.
HOOFDSTUK I. — Toepassingsgebied Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de arbeiders en arbeidsters die tewerkgesteld zijn in de ondernemingen die onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking ressorteren, tenzij het paritair comité er anders over beslist. Zij werd afgesloten in toepassing van de wet van 26 juli 1996 betreffende de bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen en van zijn uitvoeringsbesluiten alsook in toepassing van het interprofessioneel akkoord van 2 februari 2007.
er
Elle a été conclue en application de la loi du 26 juillet 1996 relative à la promotion de l’emploi et à la sauvegarde préventive de la compétitivité et de ses arrêtés d’exécution ainsi qu’en application d’un projet d’accord interprofessionnel du 2 février 2007, intégralement adopté par le gouvernement. CHAPITRE II. — Classification des fonctions Art. 2. Les ouvriers et ouvrières sont répartis, selon leur activité, en sept classes de fonctions, correspondant aux caractéristiques suivantes : Classe 1 : travaux exigeant une formation technique du niveau A3, et une expérience professionnelle d’un an ou une formation équivalente acquise par un apprentissage méthodique de trois ans. Classe 2 : travaux de caractère varié exigeant un certain effort physique et des connaissances techniques assimilables par une expérience de deux ans ou travaux plac¸ ant sous la responsabilité de l’exécutant un ou plusieurs ouvriers ou ouvrières des classes 3 ou 4. Classe 3 : travaux exigeant une certaine force physique et des connaissances techniques élémentaires assimilables par une expérience d’un an ou travaux plac¸ ant sous la responsabilité de l’exécutant un ou plusieurs ouvriers ou ouvrières des classes 5, 6 ou 7. Classe 4 : travaux simples exigeant une grande force physique et pouvant être accomplis après de courtes explications ou travaux variés exigeant une grande habilité manuelle et une formation pratique poussée, mais ne réclamant aucun effort physique particulier. Classe 5 : travaux variés exigeant des efforts physiques légers et nécessitant une formation pratique de neuf mois. Classe 6 : travaux répétés exigeant des efforts physiques légers et requérant une période de mise au courant de trois mois. Classe 7 : travaux simples n’exigeant que des efforts physiques légers et pouvant être accomplis après de courtes explications. Les fonctions rémunérées en classe 7 obtiennent après 6 mois d’occupation le salaire de la classe 6. En outre, certains ouvriers sont maintenus hors classification, pour autant que leur activité corresponde aux caractéristiques suivantes : Hors classification : travaux exigeant une formation technique du niveau A2 et une expérience professionnelle de 2 ans ou une formation équivalente acquise par un apprentissage complet de quatre ans. Leur salaire réel tient compte de l’ordre de grandeur du salaire convenu pour une qualification similaire dans d’autres secteurs. Art. 3. Le tableau annexé mentionne des exemples de travaux correspondant à ces diverses classes de fonctions. Art. 4. En cas de doute ou de différend s’élevant dans une entreprise au sujet du classement d’une fonction non prévue par ce tableau ou en cas d’introduction de techniques nouvelles, la partie la plus diligente peut en saisir la commission paritaire, qui peut en confier l’examen et la solution à une sous-commission restreinte. Art. 5. L’application de la classification des fonctions reprise aux articles 2 à 4 et le tableau avec des exemples de classification doivent maintenir en cette matière les droits acquis et les situations individuelles plus favorables.
HOOFDSTUK II. — Inleiding van de functies Art. 2. Volgens hun werkzaamheden worden de arbeiders en arbeidsters ingedeeld in zeven beroepsklassen, die aan de volgende kenmerken beantwoorden : Klasse 1 : arbeid die een technische vorming van het niveau A3 en een beroepservaring van één jaar vereist, of een gelijkwaardige opleiding verkregen door een methodische scholing gedurende drie jaar. Klasse 2 : arbeid van verscheiden aard die een bepaalde lichamelijke inspanning en een technische kennis vereist, die met een ervaring van twee jaar kan worden gelijkgesteld of arbeid die de uitvoerder verantwoordelijkheid oplegt voor één of meer arbeiders of arbeidsters van klasse 3 of 4. Klasse 3 : arbeid die een bepaalde lichaamskracht en een elementaire technische kennis van één jaar ervaring vereist of arbeid die de uitvoerder verantwoordelijkheden oplegt voor één of meer arbeiders of arbeidsters van klasse 5, 6 of 7. Klasse 4 : eenvoudige arbeid die een grote lichaamskracht vergt en na een korte uitleg kan worden verricht of arbeid van verscheiden aard die een grote handvaardigheid of een ruime praktische opleiding, maar geen bijzondere lichamelijke inspanning vergt. Klasse 5 : arbeid van verscheiden aard die een lichte lichamelijke inspanning en een praktische opleiding van negen maanden vergt. Klasse 6 : arbeid die telkens wordt herhaald en een lichte lichamelijke inspanning en een inwerkingsperiode van drie maanden vergt. Klasse 7 : eenvoudige arbeid die slechts lichte lichamelijke inspanning vergt en na een korte uitleg kan worden verricht. De functies die worden betaald volgens klasse 7 zullen na zes maanden dienst worden betaald volgens klasse 6. Bovendien worden bepaalde arbeiders buiten de indeling gehouden voor zover hun taak aan de volgende kenmerken beantwoordt : Buiten de indeling : arbeid die een technische opleiding vergt van het niveau A2 en een beroepservaring van twee jaar of een gelijkwaardige opleiding verworven door een volledige leertijd gedurende vier jaar. In het bedrag van hun werkelijk loon wordt rekening gehouden met het overeengekomen loon voor een gelijkwaardige kwalificatie in andere sectoren. Art. 3. In de bijgevoegde tabel worden voorbeelden vermeld die met deze verschillende beroepsklassen overeenstemmen. Art. 4. Bij twijfel of geschil in een onderneming aangaande de indeling van een in deze tabel niet opgenomen beroep of in geval van invoering van nieuwe technieken, kan de meest gerede partij de zaak aanhangig maken bij het paritair comité dat het onderzoek en de oplossing ervan aan een beperkt sub-comité kan toevertrouwen. Art. 5. Bij de toepassing van de indeling van functies die in de artikelen 2 tot 4 en in de tabel met voorbeelden van de indeling van functies opgenomen is, moeten de ter zake verworven rechten en persoonlijke voorwaarden gehandhaafd worden.
57680
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
CHAPITRE III. — Salaires horaires Art. 6. A partir de la première ouverture de comptes du mois suivant le dépassement de la tranche de stabilisation 104,00 à 107,13, indice pivot à 105,56, les salaires horaires minima sont fixés comme suit, sur base de la semaine de 37 heures : Classe - Klasse
HOOFDSTUK III. — Uurlonen Art. 6. Vanaf de eerste rekeningsopening van de maand volgend op die waarin de stabilisatieschijf 104,00 tot 107,13, spil op 105,56, wordt overschreden, worden de minimumuurlonen op basis van de 37-urenweek als volgt vastgesteld :
Août 2006 - Augustus 2006
Après le saut d’index - Na indexsprong
EUR
EUR
HC
11,3390
11,5318
1
11,2087
11,3992
2
10,9100
11,0955
3
10,4973
10,6758
4
10,2347
10,4087
5
9,7027
9,8676
6
9,4025
9,5623
7
9,2999
9,4580
Art. 7. Le salaire horaire minimum ne comprend pas les compléments de salaires non liés à la fonction, tels que surcharges pour heures supplémentaires ou pour le travail en équipes successives. Art. 8. Les salaires horaires minima et les salaires horaires réels des ouvriers et ouvrières sont majorés de 1,7 p.c. à partir de la première ouverture de comptes du mois suivant celui du dépassement par l’indice santé quadrimensuel de la tranche de stabilisation de 104,00 à 107,13, indice pivot à 105,56. Cette augmentation est composée de 1,5 p.c. d’augmentation salariale due au dépassement par l’indice santé quadrimensuel de la tranche de stabilisation de 104,00 à 107,13, indice pivot à 105,56 et de 0,2 p.c. d’augmentation salariale conventionnelle. Au 1er janvier 2008, les salaires horaires minima et les salaires horaires réels des ouvriers et ouvrières seront indexés sur base de l’évolution réelle entre l’indice santé quadrimensuel de décembre 2007 et l’indice pivot 105,56. Au 1er juillet 2008, les salaires horaires minima et les salaires horaires réels des ouvriers et ouvrières seront indexés sur base de l’évolution réelle entre l’indice santé quadrimensuel de juin 2008 et de décembre 2007. Au 1er janvier 2009, le rapport entre l’indice santé quadrimensuel de décembre 2008 et de juin 2008 sera calculé et majoré de 0,1 p.c. d’augmentation salariale conventionnelle. Les salaires horaires minima et réels des ouvriers et ouvrières se verront majorés à cette date du résultat de ce calcul. Art. 9. Les étudiants, pour autant qu’ils soient inscrits dans un processus de scolarité à temps partiel autre que les cours de promotion sociale et qu’ils soient soumis à l’obligation scolaire à temps partiel, seront pendant leur formation rémunérés comme suit : 3e degré - 2e année 85 p.c. 3e degré - 1re année 75 p.c. 2e degré - 2e année 70 p.c. des barèmes en vigueur. Les étudiants qui sont encore soumis à l’obligation scolaire, seront rémunérés aux mêmes conditions telles qu’énumérées ci-dessus, quand ils sont engagés avec un contrat de travail d’étudiant. Les étudiants qui ne sont plus soumis à l’obligation scolaire et qui sont engagés dans les entreprises avec un contrat de travail d’étudiant seront rémunérés au mimimum conformément aux salaires de la classe 7. Art. 10. Lorsqu’un ouvrier ou une ouvrière d’une classe inférieure accède à une classe supérieure, le salaire minimum de sa nouvelle catégorie ne lui est dû qu’au terme d’une période de mise au courant qui ne peut excéder deux mois. Pendant cette période, le salaire peut être inférieur au minimum de la classe correspondant à la fonction, mais il ne peut être moins élevé que le minimum de la classe immédiatement supérieure. CHAPITRE IV. — Primes d’équipes Art. 11. En cas de travail en deux équipes, il sera accordé au personnel ainsi occupé un supplément de rémunération de 6 p.c. du salaire. Art. 12. En cas de travail en équipes supplémentaires, le supplément de rémunération sera fixé sur le plan de l’entreprise avec l’accord des organisations patronales et syndicales. Le supplément pour le travail en équipe de nuit s’élève à minimum 15 p.c. du salaire.
Art. 7. Het minimumuurloon omvat niet de loontoeslagen die niet aan de functie verbonden zijn, zoals de toeslag voor overuren of voor arbeid in opeenvolgende ploegen. Art. 8. De minimumuurlonen en de werkelijke uurlonen van de arbeiders en arbeidsters worden met 1,7 pct. verhoogd vanaf de eerste rekeningsopening van de maand volgend op die waarin de stabilisatieschijf 104,00 tot 107,13, spil op 105,56, wordt overschreden door de viermaandelijkse gezondheidsindex. Deze verhoging bestaat uit 1,5 pct. loonsverhoging, ingevolge de overschrijding van de stabilisatieschijf 104,00 tot 107,13, spil op 105,56, door de viermaandelijkse gezondheidsindex en uit 0,2 pct. conventionele loonsverhoging. De minimumuurlonen en de werkelijke uurlonen van de arbeiders en arbeidsters worden op 1 januari 2008 geïndexeerd op grond van de reële evolutie tussen de viermaandelijkse gezondheidsindex van december 2007 en de spilindex 105,56. De minimumuurlonen en de werkelijke uurlonen van de arbeiders en arbeidsters worden op 1 juli 2008 geïndexeerd op grond van de reële evolutie tussen de viermaandelijkse gezondheidsindex van juni 2008 en december 2007. Op 1 januari 2009 zal de verhouding tussen de viermaandelijkse gezondheidsindex van december 2008 en juni 2008 berekend worden en verhoogd worden met 0,1 pct. conventionele loonsverhoging. De minimum uurlonen en de werkelijke uurlonen van de arbeiders en arbeidsters zullen op deze datum verhoogd worden met het resultaat van die berekening. Art. 9. De studenten, voor zover ingeschreven in een proces van deeltijdse leerplicht andere dan cursussen van sociale promotie en onderworpen aan de deeltijdse leerplicht, zullen tijdens hun opleiding als volgt worden vergoed : 3e graad - 2e jaar 85 pct. 3e graad - 1e jaar 75 pct. 2e graad - 2e jaar 70 pct. van de geldende baremalonen. De studenten die nog steeds onderworpen zijn aan de leerplicht zullen tegen dezelfde voorwaarden vergoed worden, als hierboven uiteengezet, wanneer zij tewerkgesteld zijn met een studentenarbeidsovereenkomst. De studenten die niet meer onderworpen zijn aan de leerplicht en die met een studentenarbeidsovereenkomst tewerkgesteld zijn in de ondernemingen zullen minimum verloond worden conform de lonen van klasse 7. Art. 10. Als een arbeider(ster) van een lagere naar een hogere klasse overgaat, zal het minimumloon van deze nieuwe klasse slechts verschuldigd zijn na een aanpassingstijd die de twee maanden niet mag overschrijden. Tijdens deze periode mag het loon lager zijn dan het minimum van de overeenstemmende klasse, maar niet minder dan het minimum van de eerstvolgende klasse. HOOFDSTUK IV. — Ploegenpremie Art. 11. In het geval dat er in twee ploegen wordt gewerkt, zal aan het aldus tewerkgestelde personeel een toeslag van 6 pct. van het loon worden toegekend. Art. 12. Ingeval er in bijkomende ploegen wordt gewerkt, zal de loontoeslag worden vastgesteld op het niveau van de onderneming in overeenstemming met de werkgevers- en werknemersorganisaties. De toeslag voor werk in nachtploeg bedraagt minimum 15 pct. van het loon.
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
57681
Art. 13. Chaque ouvrier et ouvrière travaillant en équipes aura droit pendant la journée de travail à un repos payé d’une demi-heure maximum.
Art. 13. Elke arbeider en arbeidster die ploegenarbeid verricht, zal gedurende de arbeidsdag recht hebben op een betaalde schafttijd van maximum een half uur.
CHAPITRE V. — Surcharges pour heures supplémentaires Art. 14. Il sera accordé pour les heures supplémentaires une surcharge de 50 p.c. Art. 15. Cette surcharge est portée à 100 p.c. : 1) à partir de la cinquième heure supplémentaire d’une même journée, à l’exception des heures supplémentaires effectuées le samedi de non-activité en régime de cinq jours; 2) pour les heures supplémentaires prestées entre 22 et 6 heures; 3) pour les heures supplémentaires prestées un dimanche ou un jour férié. Art. 16. Sauf au cas où l’ouvrier ou l’ouvrière en a été avisé(e) la vieille, l’entreprise lui fournira un repas ou, à défaut, une indemnité de 2,75 EUR, s’il ou elle doit continuer à prester des services en dehors de son horaire normal de travail, sans pouvoir rentrer chez lui ou elle pour prendre un repas.
HOOFDSTUK V. — Overurentoeslag Art. 14. Voor de overuren zal een toeslag van 50 pct. worden toegekend. Art. 15. Deze toeslag wordt op 100 pct. gebracht : 1) vanaf het vijfde overuur, dat op dezelfde dag wordt verricht, met uitzondering van de overuren die worden verricht op de vrije zaterdag in het stelsel van de vijf-dagenweek; 2) voor de overuren die worden verricht tussen 22 en 6 uur; 3) voor de overuren die worden verricht op een zondag of feestdag.
CHAPITRE VI. — Prime annuelle Art. 17. Les ouvriers et ouvrières inscrits dans l’entreprise le 15 décembre toucheront entre le 15 et le 25 décembre, une prime annuelle de fin d’année de 160,33 heures (semaine de 37 heures) de leur salaire individuel (1) dès la première ouverture de comptes du mois de novembre. Ont droit à la prime au prorata de leurs prestations après trois mois d’ancienneté dans l’entreprise (2) : — les ouvriers et ouvrières inscrits le 15 décembre qui sont entrés dans l’entreprise dans le courant de l’année;
HOOFDSTUK VI. — Jaarlijkse premie Art. 17. De arbeiders en arbeidsters die ingeschreven zijn in de onderneming op 15 december zullen tussen 15 en 25 december een jaarlijkse eindejaarspremie ontvangen die gelijk is aan 160,33 uren (37-urenweek) van hun individueel (1) loon bij de eerste opening van de rekeningen van de maand november. Hebben recht op de premie in verhouding tot hun arbeidsprestaties na drie maanden anciënniteit in de onderneming (2) : — de arbeiders en arbeidsters die ingeschreven zijn op 15 december en die in de onderneming in dienst zijn getreden in de loop van het jaar; — de arbeiders en arbeidsters die de onderneming hebben verlaten in de loop van het jaar, uitgezonderd om dringende reden. (1) Gezien de verschillende interpretaties gegeven aan het begrip ″individueel loon″, komen de partijen overeen dat, vanaf de jaarlijkse premie betaalbaar in december 1997, de enige te weerhouden interpretatie is ″het loon plus de ploegenpremie″ (het betreft de gemiddelde ploegenpremie voor diegene die in drie of meer afwisselende ploegen werken). (2) De arbeiders en arbeidsters, aangeworven met één of meerdere contracten van bepaalde duur tijdens de referentieperiode en die in het totaal een anciënniteit bereiken gelijk aan of hoger dan drie maanden, hebben recht op een eindejaarspremie naar rato van hun prestaties. Worden met effectieve arbeid gelijkgesteld : — de jaarlijkse vakantie; — de afwezigheden, behalve die wegens ziekte, die aanleiding hebben gegeven tot de betaling van loon; — de periodes van arbeidsongeschiktheid in de zin van de wetgeving op de ziekteverzekering en invaliditeit, tot zes maanden maximum (bevallingsrust inbegrepen); — de periodes van werkloosheid die aanleiding hebben gegeven tot de betaling van de dagelijkse uitkeringen voor bestaanszekerheid; — de periodes van arbeidsongeschiktheid ten gevolge van arbeidsongevallen, tot één jaar. Om het aantal uren te bepalen waarop de arbeiders en arbeidsters recht hebben naargelang hun arbeidsprestaties gedurende de referentieperiode gaande van 1 oktober van het vorig jaar tot 30 september van het lopend jaar, wordt als volgt tewerk gegaan : — vijfdagenweek : gewerkte dagen + gelijkgestelde dagen van de periode × 160,33 u = 52 × 5 — zesdagenweek : gewerkte dagen + gelijkgestelde dagen van de periode × 160,33 u = 52 × 5 — als een arbeider of arbeidster nu eens 5 dagen per week werkt en dan weer 6 dagen, worden de 52 weken verdeeld volgens het aantal weken gedurende dewelke het ene of het andere stelsel werd toegepast, met name : gewerkte dagen + gelijkgestelde dagen van de periode × 160,33 u = (n × 5) + (m × 6) n + m is gelijk aan 52 weken. De eventueel gunstigere programmaties die formeel werden vastgesteld op het niveau van de ondernemingen vóór de inwerkingtreding van deze collectieve arbeidsovereenkomst, zullen niettemin worden toegepast.
— les ouvriers et ouvrières qui ont quitté l’entreprise dans le courant de l’année, sauf pour motif grave. (1) Vu les différentes interprétations données à la notion ″salaire individuel″, les parties ont convenu qu’à partir de la prime annuelle payable en décembre 1997, la seule interprétation à retenir est ″le salaire plus la prime d’équipe″ (il s’agit de la prime d’équipe moyenne pour ceux qui travaillent en trois ou plus d’équipes tournantes). (2) Les ouvriers et ouvrières engagés par un ou plusieurs contrats à durée déterminée pendant la période de référence et qui atteignent au total une ancienneté égale ou supérieure à trois mois, ont droit à une prime de fin d’année au prorata de leurs prestations. Sont assimilées à du travail effectif : — les vacances annuelles; — les absences, autres que pour maladie, ayant donné lieu à rémunération; — les périodes d’incapacité de travail au sens de la législation assurance contre la maladie et l’invalidité, à concurrence de six mois (y compris le repos d’accouchement); — les périodes de chômage ayant donné lieu au paiement d’indemnités journalières de sécurité d’existence; — les périodes d’incapacités de travail pour accidents du travail, à concurrence d’un an. Pour déterminer le nombre d’heures auxquelles l’ouvrier ou l’ouvrière a droit en fonction de ses prestations pendant la période de référence allant du 1er octobre de l’année passée jusqu’au 30 septembre de l’année en cours, on procède comme suit : — en régime de cinq jours : journées prestées + journées assimilées de la période × 160,33 u = 52 × 5 — en régime de six jours : journées prestées + journées assimilées de la période × 160,33 u = 52 × 6 — si l’ouvrier ou l’ouvrière a presté tantôt des semaines de 5 jours, tantôt des semaines de 6 jours, on répartira les 52 semaines selon le nombre de fois que l’un ou l’autre régime lui a été appliqué, soit : journées prestées + journées assimilées de la période × 160,33 u = (n × 5) + (m × 6) n + m étant égal à 52 semaines. Les éventuelles programmations plus favorables formellement établies au niveau des entreprises avant l’entrée en vigueur de la présente convention collective de travail, seront cependant d’application.
Art. 16. Behalve indien de arbeider of arbeidster daags tevoren hiervan werd verwittigd, verstrekt de onderneming hem (haar) een maaltijd, of betaalt zij, bij ontstentenis ervan, een vergoeding van 2,75 EUR als hij (zij) zijn (haar) werk moet voortzetten buiten zijn (haar) normale arbeidstijd, zonder de mogelijkheid te hebben thuis te gaan eten.
57682
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
Pour les entreprises qui ont partiellement ou totalement réduit le temps de travail de 40 heures à 37 heures par semaine sous forme de journées compensatoires payées (sans péréquation des salaires horaires), le nombre d’heures représentant la prime annuelle se calcule comme suit : régime de travail hebdomadaire × 52 12 Art. 18. Les organisations syndicales s’engagent pour leur part à ne poser aucune revendication allant au-delà des dispositions décrites à l’article précédent.
Voor de ondernemingen die gedeeltelijk of volledig de arbeidsduur hebben verminderd van 40 tot 37 uren per week in de vorm van betaalde compensatiedagen (zonder aanpassing van de uurlonen), wordt het aantal uren dat in aanmerking komt voor de jaarlijkse premie als volgt berekend : wekelijks arbeidsstelsel × 52 12 Art. 18. De vakorganisaties verbinden er zich toe geen eisen in te dienen die verder zouden gaan dan de in het vorige artikel vermelde bepalingen.
CHAPITRE VII. — Liaison des salaires à l’indice des prix à la consommation
HOOFDSTUK VII. — Koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen Art. 19. De lonen van de in artikel 1 bedoelde arbeiders en arbeidsters zijn gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, dat maandelijks wordt vastgesteld door de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie en wordt bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad. Art. 20. Het referte-indexcijfer 105,56 vormt de spil van de eerste stabilisatieschijf 104,00 tot 107,13. Art. 21. De conventionele minimumuurlonen schommelen met 1,5 pct. volgens de hierna vermelde stabilisatieschijven, wanneer het indexcijfer van de consumptieprijzen van de voorgaande maand deze schijven overschrijdt :
Art. 19. Les salaires des ouvriers et ouvrières visés à l’article 1er sont rattachés à l’indice des prix à la consommation établi mensuellement par le Service public fédéral Economie, P.M.E., Classe moyennes et Energie et publié au Moniteur belge. Art. 20. L’indice de référence 105,56 constitue le pivot de la première tranche de stabilisation 104,00 à 107,13. Art. 21. Les salaires horaires minima conventionnels varient à raison de 1,5 p.c. selon les tranches de stabilisation indiquées ci-après lorsque l’index du mois précédent dépasse ces tranches :
Limite inférieure
Pivot
Limite supérieure
—
—
—
Laagste grens
Spil
Bovenste grens
104,00
105,56
107,13
105,56
107,14
108,74
107,14
108,75
110,37
108,75
110,38
112,03
110,38
112,04
113,71
Art. 22. Les augmentations et diminutions de salaires sont d’application dès la première ouverture de comptes du mois.
Art. 22. De loonsverhogingen en -verlagingen worden toegepast vanaf de eerste opening van de rekeningen van de maand.
Art. 23. Excepté ce qui est prévu à l’article 8, les fluctuations de salaire se calculent sur les salaires horaires minima conventionnels, les compléments de salaires restant acquis.
Art. 23. Met uitzondering van wat voorzien is in artikel 8 worden de schommelingen van de lonen berekend op de conventionele minimumuurlonen, terwijl de loontoeslagen verworven blijven.
Art. 24. Cependant, en vertu de l’arrêté royal du 24 décembre 1993 portant exécution de la loi du 6 janvier 1989 de sauvegarde de la compétitivité du pays, l’indice des prix, dont question au présent chapitre, doit être remplacé par l’indice quadrimensuel de santé tel qu’établi par le Service public fédéral Economie, P.M.E., Classe moyennes et Energie et publié au Moniteur belge.
Art. 24. Krachtens het koninklijk besluit van 24 december 1993 tot uitvoering van de wet van 6 januari 1989 tot vrijwaring van ’s lands concurrentievermogen, moet het indexcijfer der consumptieprijzen, waarvan sprake is in dit hoofdstuk evenwel vervangen worden door het viermaandelijks indexcijfer dat wordt vastgesteld door de Federale Overheidsdienst Economie, K.M.O., Middenstand en Energie en wordt bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
Art. 25. A partir du 1er janvier 2008, le système d’indice pivot est modifié et remplacé par une indexation semestrielle à date fixe, au 1er janvier et au 1er juillet. Dès le 1er janvier 2008, les articles 20 et 21 de cette présente convention collective de travail seront remplacés par les modalités suivantes :
Art. 25. Vanaf 1 januari 2008 wordt overgestapt van een spilindexsysteem naar een semestriële indexering op vast tijdstip, namelijk op 1 januari en op 1 juli. Hiertoe worden met ingang van 1 januari 2008 de artikelen 20 en 21 van de huidige collectieve arbeidsovereenkomst vervangen door de volgende bepalingen :
« Les salaires minima conventionnels décrits à l’article 6 seront adaptés chaque année le 1er janvier et le 1er juillet en fonction de l’évolution réelle de l’indice santé quadrimensuel (3).
« De conventionele minimumuurlonen vastgesteld bij artikel 6, zullen elk jaar op 1 januari en op 1 juli worden aangepast in functie van de reële evolutie van de viermaandelijkse gezondheidsindex (3).
(3) Ci-après dénommé indice lissé.
(3) Hierna afgevlakt indexcijfer genoemd.
Le calcul de cette évolution se fera en janvier de l’année 0 comme suit :
De berekening van die evolutie geschiedt in januari van het jaar 0 als volgt :
l’indice lissé de décembre de l’année -1 par rapport à l’indice lissé de juin de l’année -1.
het afgevlakte indexcijfer van december van het jaar -1 in verhouding tot het afgevlakte indexcijfer van juni van het jaar -1.
Le calcul de l’évolution se fera en juillet de l’année 0 comme suit :
De berekening van de evolutie geschiedt in juli van het jaar 0 als volgt :
l’indice lissé de juin de l’année 0 par rapport à l’indice lissé de décembre de l’année -1. »
het afgevlakte indexcijfer van juni van het jaar 0 in verhouding tot het afgevlakte indexcijfer van december van het jaar -1. »
En guise de mesure transitoire, l’indexation au 1er janvier inclura l’évolution réelle entre l’indice pivot 105,56 et l’indice lissé de décembre 2007.
Bij wijze van overgangsmaatregel zal op 1 januari 2008 de indexering de reële evolutie omvatten tussen de spilindex 105,56 en het afgevlakte indexcijfer van december 2007.
57683
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD CHAPITRE VIII. — Durée du travail Art. 26. A partir du 1er novembre 1984, la semaine de travail comporte 37 heures à effectuer en journées de 9 heures maximum. La diminution du temps de travail de 40 heures à 37 heures peut s’effectuer : — par une réduction journalière du temps de travail; — par une réduction hebdomadaire du temps de travail ; — par un étalement sous forme de moyenne sur une période de 13 semaines, comportant éventuellement des semaines pouvant atteindre 6 jours; — par l’octroi de journées compensatoires; — par la combinaison de plusieurs des possibilités énumérées ci-dessus. Art. 27. Les modalités de la réduction du temps de travail prévues à l’article précédent seront négociées au niveau des entreprises en tenant compte des particularités techniques, économiques et sociales des entreprises et du souci d’une part de maintenir un temps maximum possible de production et d’autre part d’avoir un effet maximum sur l’emploi. Art. 28. La journée normale de travail en une équipe est divisée en deux parties par un repos n’excédant pas deux heures. Art. 29. Si l’une des prestations de travail dépasse 5 heures, il sera accordé à l’ouvrier une pause de 10 minutes, sans que ce repos puisse être compté en prolongation de la journée de travail, ni compté en déduction du salaire.
HOOFDSTUK VIII. — Arbeidsduur Art. 26. Vanaf 1 november 1984 omvat de arbeidsweek 37 uren die moeten worden verricht in dagen van maximum 9 uren. De verkorting van de arbeidsduur van 40 tot 37 uren kan als volgt geschieden : — door een dagelijkse verkorting van de arbeidsduur; — door een wekelijkse verkorting van de arbeidsduur; - door een spreiding in de vorm van een gemiddelde over een periode van 13 weken, die eventueel weken van 6 dagen kan bevatten;
CHAPITRE IX. — Jours fériés Art. 30. Dans la semaine normale de travail sont compris : a) les jours fériés prévus à l’article 1er de l’arrêté royal du 18 avril 1974, à savoir : 1) le 1er janvier; 2) le lundi de Pâques; 3) le 1er mai; 4) l’Ascension; 5) le lundi de Pentecôte; 6) le 21 juillet; 7) l’Assomption; 8) la Toussaint; 9) le 11 novembre; 10) le 25 décembre (Noël); b) deux jours à fixer de commun accord entre l’employeur et les ouvriers et ouvrières (soit kermesse, soit fête locale ou communautaire, soit tout autre jour).
HOOFDSTUK IX. — Feestdagen Art. 30. In de normale arbeidsweek zijn begrepen : a) de feestdagen die bepaald zijn bij artikel 1 van het koninklijk besluit van 18 april 1974, namelijk : 1) 1 januari; 2) Paasmaandag; 3) 1 mei; 4) Hemelvaartdag; 5) Pinkstermaandag; 6) 21 juli; 7) O.-L.-V.-Hemelvaart; 8) Allerheiligen; 9) 11 november; 10) 25 december (Kerstmis); b) twee dagen in gemeen overleg tussen de werkgever en de arbeiders en arbeidsters vast te stellen (kermis, plaatselijk of gemeenschapsfeest of om het even welke andere dag).
CHAPITRE X. — Petits chômages Art. 31. Les travailleurs visés à l’article 1er ont le droit de s’absenter, avec maintien de leur rémunération normale à l’occasion des événementsfamiliaux et en vue de l’accomplissement des obligations civiques ou des missions civiles énumérées ci-après, pour une durée fixée comme suit :
HOOFDSTUK X. — Klein verlet Art. 31. De in artikel 1 bedoelde arbeiders en arbeidsters hebben het recht afwezig te zijn, met behoud van hun normaal loon, ter gelegenheid van familiegebeurtenissen en voor de vervulling van staatsburgerlijke verplichtingen of van burgerlijke opdrachten, die hierna opgesomd zijn, voor een als volgt bepaalde duur :
— door het toekennen van compensatiedagen; — door de combinatie van de verschillende hierboven opgesomde mogelijkheden. Art. 27. Over de modaliteiten van de arbeidstijdverkorting die bepaald zijn in het vorige artikel zal er, rekening houdende met de technische, economische en sociale eigenheid van de ondernemingen en met het oog op het behoud van een maximum tijd aan productie enerzijds en op de bevordering van de tewerkstelling anderzijds, worden onderhandeld op het niveau van de ondernemingen. Art. 28. De normale werkdag in één ploeg is in twee delen verdeeld door een rusttijd van hoogstens twee uren. Art. 29. Indien één van de werktijden langer is dan 5 uren, zal aan de arbeider een rusttijd van 10 minuten worden toegekend, zonder dat deze rusttijd mag worden aangerekend bij wijze van verlenging van de werkdag, noch mag worden afgetrokken van het loon.
Motifs de l’absence
Durée de l’absence
Reden van de afwezigheid
Duur van de afwezigheid
—
—
—
—
1. Mariage du travailleur
Trois jours à choisir par le travailleur dans la semaine où se situe l’événement ou dans la semaine suivante.
1. Huwelijk van de werknemer.
Drie dagen door de werknemer te kiezen tijdens de week waarin de gebeurtenis plaatsgrijpt of tijdens de daarop volgende week.
2. Mariage d’un enfant du travailleur ou d’un enfant de son conjoint.
Un jour à choisir par le travailleur dans la semaine où se situe l’événement ou dans la semaine suivante.
2. Huwelijk van een kind van de werknemer, of van een kind van zijn echtgeno(o)t(e).
Eén dag door de werknemer te kiezen tijdens de week waarin de gebeurtenis plaatsgrijpt of tijdens de daarop volgende week.
3. Mariage d’un frère, d’une soeur, d’un beau-frère, d’une bellesoeur, du père, de la mère, du beau-père, du second mari de la mère, de la belle-mère, de la seconde femme du père, d’un petit-enfant du travailleur.
Le jour du mariage.
3. Huwelijk van een broer, zuster, schoonzuster, schoonbroer, van de vader, moeder, schoonvader, stiefvader, schoonmoeder, stiefmoeder, van een kleinkind van de werknemer.
De dag van het huwelijk.
57684
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
Motifs de l’absence
Durée de l’absence
Reden van de afwezigheid
Duur van de afwezigheid
—
—
—
—
4.Ordination ou entrée au couvent d’un enfant du travailleur ou de son conjoint, d’un frère, d’une sœur, d’un beau-frère, d’une bellesœur du travailleur.
Le jour de la cérémonie.
4. Priesterwijding of intrede in het klooster van een kind van de werknemer of van zijn echtgeno(o)t(e), van een broer, zuster, schoonbroer of schoonzuster van de werknemer.
De dag van de plechtigheid.
5. Naissance d’un enfant du travailleur si la filiation de cet enfant est établie à l’égard de son père.
Dix jours (4) à choisir par le travailleur dans les trente jours à dater du jour de l’accouchement. Seuls les 3 premiers jours constituent un petit chômage dans le sens de la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail, pour lesquels le salaire normal est à charge par l’employeur. Le travailleur bénéficie d’une allocation payée par l’INAMI pour les sept jours suivants.
5. Geboorte van een kind van de werknemer zo de afstamming van dit kind langs vaderszijde vaststaat.
Tien dagen (4) door de werknemer te kiezen tijdens de dertig dagen te rekenen vanaf de dag van de bevalling. Slechts de eerste drie dagen maken klein verlet uit in de zin van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, waarvoor het normale loon ten laste is van de werkgever. De volgende zeven dagen geniet de werknemer een uitkering betaald door het RIZIV.
6. Décès du conjoint, d’un enfant du travailleur ou de son conjoint, du père, de la mère, du beau-père, du second mari de la mère, de la belle-mère ou de la seconde femme du père du travailleur.
Trois jours à choisir par le travailleur dans la période commenc¸ ant le jour du décès et finissant le jour des funérailles, avec la possibilité de prendre un de ces trois jours dans la période de quatorze jours suivant le jour des funérailles.
6. Overlijden van de echtgenoot of echtgenote, van een kind van de werknemer of van zijn echtgeno(o)t(e), van de vader, moeder, schoonvader, stiefvader, schoonmoeder of stiefmoeder van de werknemer.
Drie dagen door de werknemer te kiezen tijdens de periode die begint op de dag van het overlijden en eindigt op de dag van de begrafenis, met de mogelijkheid één van deze drie dagen te nemen in de periode van veertien dagen die volgen op de dag van de begrafenis.
7. Décès d’un frère, d’une soeur, d’un beau-frère, d’une bellesoeur, du grand-père, de la grandmère, de l’arrière-grand-père, de l’arrière grand-mère, d’un petitenfant, d’un arrière-petit-enfant, d’un gendre ou d’une bru habitant chez le travailleur.
Deux jours à choisir par le travailleur dans la période commenc¸ ant le jour du décès et finissant le jour des funérailles.
7. Overlijden van een broer, zuster, schoonbroer, schoonzuster, van de grootvader, de grootmoeder, de overgrootvader, de overgrootmoeder, van een kleinkind, een achter-kleinkind, schoonzoon, of schoondochter die bij de werknemer inwoont.
Twee dagen door de werknemer te kiezen in de periode die begint op de dag van het overlijden en eindigt op de dag van de begrafenis.
8. Décès d’un frère, d’une soeur, d’un beau-frère, d’une bellesoeur, du grand-père, de la grandmère, de l’arrière-grand-père, de l’arrière-grand-mère, d’un petitenfant, d’un arrière-petit-enfant, d’un gendre ou d’une bru n’habitant pas chez le travailleur.
Le jour des funérailles.
8. Overlijden van een broer, zuster, schoonbroer, schoonzuster, van de grootvader, de grootmoeder, de overgrootvader, de overgrootmoeder, van een kleinkind, een achter kleinkind, schoonzoon of schoondochter die niet bij de werknemer inwoont.
De dag van de begrafenis.
9. Communion solennelle d’un enfant soit du travailleur soit de son conjoint, ou participation d’un enfant du travailleur ou de son conjoint à la fête de la ″jeunesse laïque″, là où elle est organisée.
Un jour à choisir par le travailleur dans la semaine où se situe l’événement ou dans la semaine suivante.
9. Plechtige communie van een kind hetzij van de werknemer, hetzij van zijn echtgeno(o)t(e); of deelneming van een kind van de werknemer of van zijn echtgeno(o)t(e) aan het feest van de ″vrijzinnige jeugd″ daar waar dit feest plaats heeft.
Een dag door de werknemer te kiezen tijdens de week waarin de gebeurtenis plaatsgrijpt of tijdens de daaropvolgende week.
10. Séjour du travailleur milicien dans un centre de recrutement et de sélection ou dans un hôpital militaire à la suite de son passage dans un centre de recrutement et de sélection ainsi que toutes obligations militaires de courte durée.
Le temps nécessaire avec un maximum de trois jours.
10. Verblijf van de dienstplichtige werknemer in een recruteringsen selectiecentrum of in een militair hospitaal ten gevolge van zijn verblijf in een recruterings- en selectiecentrum evenals alle militaire verplichtingen van korte duur.
De nodige tijd met een maximum van drie dagen.
11. Séjour du travailleur objecteur de conscience au service de santé administratif ou dans un des établissements hospitaliers désignés par le Roi, conformément à la législation portant le statut des objecteurs de conscience.
Le temps nécessaire avec un maximum de trois jours.
11. Verblijf van de werknemer ″dienstweigeraar″ in een administratieve gezondheidsdienst of in één van de hospitalen aangeduid door de Koning, overeenkomstig de wetgeving betreffende het statuut van ″dienstweigeraar″.
De nodige tijd met een maximum van drie dagen.
57685
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Motifs de l’absence
Durée de l’absence
Reden van de afwezigheid
Duur van de afwezigheid
—
—
—
—
12. Participation à une réunion d’un conseil de famille convoqué par le juge de paix.
Le temps nécessaire avec un maximum d’un jour.
12. Bijwonen van een bijeenkomst van een familieraad, bijeengeroepen door de vrederechter.
De nodige tijd met een maximum van één dag.
13. Participation à un jury ou convocation comme témoin devant les tribunaux ou comparution personnelle ordonnée par la juridiction du travail.
Le temps nécessaire avec un maximum de cinq jours.
13. Deelneming aan een jury of oproeping als getuige voor de rechtbank of persoonlijke verschijning op aanmaning van de arbeidsrechtbank.
De nodige tijd met een maximum van vijf dagen.
14. Exercice des fonctions d’assesseur d’un bureau principal de dépouillement, lors des élections législatives, provinciales ou communales.
Le temps nécessaire avec un maximum de cinq jours.
14. Uitoefening van het ambt van bijzitter in een hoofdbureau voor stemopening bij de parlements-, provincieraads- en gemeenteraadsverkiezingen.
De nodige tijd met een maximum van vijf dagen.
15. Exercice des fonctions d’assesseur d’un bureau principal ou d’un bureau unique de vote, lors des élections législatives, provinciales ou communales.
Le temps nécessaire.
15. Uitoefening van het ambt van bijzitter in een hoofdstembureau of enig stembureau bij de parlements-, provincieraads- en gemeenteraadsverkiezingen.
De nodige tijd.
16. Exercice des fonctions d’assesseur d’un des bureaux principaux lors de l’élection du Parlement européen.
Le temps nécessaire avec un maximum de cinq jours.
16. Uitoefening van het ambt van bijzitter in één van de hoofdbureaus voor stemopening bij de verkiezing van het Europese Parlement.
De nodige tijd met een maximum van vijf dagen.
17. L’accueil d’un enfant dans la famille du travailleur dans le cadre d’une adoption.
Dix jours (5) à choisir par le travailleur dans le mois qui suit l’inscription de l’enfant dans le registre de la population ou dans le registre des étrangers de sa commune de résidence comme faisant partie de son ménage. Seuls les trois premiers jours constituent un petit chômage dans le sens de la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail, pour lesquels le salaire normal est à charge par l’employeur. Le travailleur bénéficie d’une allocation payée par l’INAMI pour les sept jours suivants.
17. Het onthaal van een kind in het gezin van de werknemer in het raam van een adoptie.
Tien dagen (5) naar keuze van de werknemer in de maand volgend op de inschrijving van het kind in het bevolkingsregister van de gemeente waar de werknemer zijn verblijfplaats heeft, als deel uitmakend van zijn gezin. Slechts de eerste drie dagen maken klein verlet uit in de zin van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, waarvoor het normale loon ten laste is van de werkgever. De volgende zeven dagen geniet de werknemer een uitkering betaald door het RIZIV.
18. Examen de capacité professionnelle pour les épreuves de lauréat ou doyen du travail, manifestations officielles de remise de telles distinctions au travailleur.
Un jour.
18. Examen voor beroepsbekwaamheid voor de proeven van laureaat van de arbeid of deken van de arbeid, officiële manifestaties ter gelegenheid van de uitreiking van dergelijke onderscheidingen aan de werknemer.
Eén dag.
L’enfant adoptif ou naturel reconnu est assimilé à l’enfant légitime ou légitimé pour l’application des numéros 2, 3, 4, 5, 6 et 9.
Voor de toepassing van de nummers 2, 3, 4, 5, 6 en 9 wordt het aangenomen of natuurlijk erkend kind gelijkgesteld met het wettig of gewettigd kind.
Le beau-frère, la belle-soeur, le grand-père, la grand-mère, l’arrièregrand-père et l’arrière-grand-mère du conjoint du travailleur sont assimilés au beau-frère, à la belle-sœur, au grand-père, à la grand-mère, à l’arrière-grand-père et à l’arrière-grand-mère du travailleur pour l’application des numéros 7 et 8.
Voor de toepassing van de nummers 7 en 8 worden de schoonbroer, de schoonzuster, de grootvader en de grootmoeder, overgrootvader en de overgrootmoeder van de echtgeno(o)t(e) van de werknemer gelijkgesteld met de schoonbroer, de schoonzuster, de grootvader en de grootmoeder, overgrootvader en de overgrootmoeder van de werknemer.
L’orphelin chef de famille est assimilé au père en ce qui concerne l’application des cas prévus ci-dessus.
De wees, die familiehoofd is, wordt met de vader gelijkgesteld voor de toepassing van de bovenstaande gevallen.
Pour l’application des dispositions du présent article, seules les journées d’activité habituelle sont considérées comme jours d’absence.
Voor de toepassing van de bepalingen van dit artikel, zullen slechts de dagen van gewone activiteit als afwezigheidsdagen worden beschouwd.
Pour les absences dues au décès, seuls les jours ouvrables d’activité habituelle entraînent le paiement du salaire.
Voor de afwezigheden ten gevolge van overlijden, zullen alleen de dagen waarop gewoonlijk wordt gewerkt aanleiding geven tot loonbetaling.
A partir du 1er janvier 1998, les cohabitants sont assimilés aux personnes légalement mariées pour l’application des petits chômages prévus au présent article. Au moment de l’introduction de la demande d’absence, les ouvriers et ouvrières concernés remettront un document officiel à leur employeur attestant de leur situation de cohabitant.
Vanaf 1 januari 1998, zullen de samenwonenden gelijkgesteld worden met wettelijk gehuwden voor de toepassing van klein verlet voorzien in dit artikel. Op het ogenblik van de aanvraag tot afwezigheid, zullen de betrokken arbeiders en arbeidsters een officieel document aan de werkgever voorleggen, dat hun staat van samenwonenden bevestigt.
57686
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
CHAPITRE XI. — Dispositions finales Art. 32. La classification des fonctions prévue par la présente convention collective de travail est conclue pour une durée indéterminée. Art. 33. Les chapitres II et III à l’exception de l’article 8 ne sont pas applicables aux entreprises de papiers peints et les chapitres II, III, IV et VIII ne sont pas applicables aux entreprises de fabrication de tubes en papier. Art. 34. La présente convention collective de travail est applicable du 1er février 2007 au 31 janvier 2009. Elle est toutefois prorogée d’année en année par tacite reconduction sauf dénonciation totale ou partielle par une des parties moyennant un préavis de trois mois adressé, par lettre recommandée à la poste, au président de la commission paritaire. Art. 35. La présente convention collective de travail abroge la convention collective de travail du 25 mai 2005 concernant les conditions de travail et de rémunération. Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 10 octobre 2007.
HOOFDSTUK XI. — Slotbepalingen Art. 32. De indeling van de functies die vastgesteld zijn bij deze collectieve arbeidsovereenkomst geldt voor onbepaalde tijd. Art. 33. De hoofdstukken II en III met uitzondering van artikel 8 zijn niet toepasselijk op de ondernemingen van behangpapier en de hoofdstukken II, III, VI en VIII zijn niet toepasselijk op de ondernemingen van papieren hulzen. Art. 34. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing van 1 februari 2007 tot 31 januari 2009. Zij wordt echter van jaar tot jaar stilzwijgend verlengd, behoudens volledige of gedeeltelijke opzegging door één van de partijen met een opzegtermijn van drie maanden, gericht aan de voorzitter van het paritair comité bij een ter post aangetekend schrijven. Art. 35. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heft de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 mei 2005 betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden op. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 oktober 2007.
ALBERT
ALBERT
Par le Roi :
Van Koningswege :
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Annexe à la convention collective de travail du 25 mai 2007, conclue au sein de la Commission paritaire de la transformation du papier et du carton, relative aux conditions de travail et de rémunération Classification des fonctions A. Pour toutes les entreprises 1. Personnel d’entretien
Bijlage bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 mei 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de papier- en kartonbewerking, betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden Indeling van de functies A. Voor alle ondernemingen 1. Onderhoudspersoneel
- Révision, réparation et mise au point de machines complexes et de précision (automatique Bobst, autovariable Bobst, autoplatine Bobst avec margeur automatique, mitrailleuse automatique, presse à margeur automatique, Winkler & Dünnebier à enveloppes, Rofa à cahiers ou similaires) HC
- Revisie, herstellen en werkklaar maken van ingewikkelde en zeer nauwkeurige machines (automatische Bobst, autovariabele Bobst, autoplatine Bobst met automatische inleg, automatische rolschaar, persen met automatische inleg, Winkler & Dünnebier voor briefomslagen, Rofa voor schrijfboeken of gelijkaardige)
BK
BK
- Entretien général (mécanique ou électrique) complet et réglage de machines citées à l’exemple précédent HC
- Volledig (mechanisch of elektrisch) algemeen onderhoud en het afstellen van de in het vorig voorbeeld genoemde machines
- Révision, réparation et mise au point de machines simples, non énumérées à l’exemple antérieur
C1
- Revisie, herstellen en werkklaar maken van eenvoudige machines, niet genoemd hiervoor
K1
- Entretien (mécanique ou électrique) simple et réglage de machines non énumérées à l’exemple antérieur
C1
- Eenvoudig (mechanisch of elektrisch) onderhoud en het afstellen van machines, niet genoemd hiervoor
K1
2. Fonctions diverses
2. Allerlei functies
- Réglage, conduite et responsabilité de machines d’imprimerie pour lesquelles une formation complète de l’industrie graphique est exigée (diplôme délivré par une école professionnelle, ou cycle complet d’apprentissage de 4 ans)
HC
- Conduite de camions de plus de 5 tonnes de charge utile - Conduite de camions ayant jusqu’à 5 tonnes de charge utile, avec encaissement habituel d’argent - Conduite de camions ayant jusqu’à 5 tonnes de charge utile, sans encaissement habituel d’argent
- Stellen en geleiden van en verantwoordelijkheid voor drukmachines, waarvoor een volledige opleiding in het grafisch beroep gevergd wordt (diploma afgeleverd door een beroepsschool of een volledige leertijd van 4 jaar)
BK
C1
- Voeren van vrachtauto’s met meer dan 5 ton nuttige lading
K1
C1
- Voeren van vrachtauto’s met nuttige lading van 5 ton of minder, wanneer gewoonlijk geld wordt geïnd
K1
C2
- Voeren van vrachtauto’s met nuttige lading van 5 ton of minder, wanneer gewoonlijk geen geld wordt geïnd
K2
C2
- Verantwoordelijkheid voor de technische organisatie van het magazijn
K2
C2
- Verantwoordelijkheid en organisatie van de verzending
K2
C2
- Voeren van vorkhefvoertuigen type Clark of soortgelijke die een hefcapaciteit hebben van meer dan 5 ton of die ingewikkelde arbeid verrichten
K2
C3
- Voeren van vorkhefvoertuigen type Clark of soortgelijke die een hefcapaciteit hebben van 5 ton of minder of die eenvoudige arbeid verrichten
K3
- Responsabilité de l’organisation technique du magasin - Responsabilité et organisation de l’expédition - Conduite d’engins automoteurs pour levage et gerbage du type Clark ou similaire, ayant plus de 5 tonnes de capacité de levage ou effectuant des travaux complexes - Conduite d’engins automoteurs pour levage et gerbage du type Clark ou similaire, ayant jusqu’à 5 tonnes de capacité de levage ou effectuant des travaux simples
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD - Conduite et responsabilité d’installation de chauffage et de climatisation normale, ainsi que de chaufferie pour force motrice
57687
C3
- Bedienen van en verantwoordelijkheid voor een gewone verwarming- en klimatisatie-installatie alsmede de stookinstallatie voor drijfkracht
K3
- Travaux normaux de magasinage ou d’expédition
C3
- Gewone magazijn- of verzendingswerkzaamheden
K3
- Convoyage de camion
C3
- Vrachtautobegeleider
K3
- Travaux lourd d’emballage, de déballage, de bobinage et de débobinage
C4
- Zware arbeid van inpakken, uitpakken, wikkelen en afwikkelen
K4
- Travaux lourds d’aide au magasin
C4
- Zware hulparbeid in het magazijn
K4
- Autres travaux auxiliaires lourds
C4
- Andere zware hulparbeid
K4
- Travaux auxiliaires légers
C7
- Lichte hulparbeid
K7
- Entretien des locaux
C7
- Onderhoud der lokalen
K7
B. Fabrication d’articles scolaires et de bureau, de correspondance, de comptabilité et de classement (cahiers, registres, carnets, agendas, fiches, enveloppes, pochettes, papier à lettres, étiquettes, classeurs, albums, etc.)
B. Fabricage van school-, kantoor-, briefwisseling-, boekhouding- en classificatieartikelen (schrijfboeken, registers, notitieboekjes, agenda’s, steekkaarten, briefomslagen, zakjes, briefpapier, etiketten, opbergmappen, albums, enz.)
- Travaux complexes de reliure pour lesquels une formation complète de l’industrie de la reliure est exigée (diplôme délivré par une école professionnelle, ou cycle complet d’apprentissage de 4 ans)
- Ingewikkelde boekbindersarbeid waarvoor een volledige opleiding in het binderijbedrijf vereist is (diploma afgeleverd door een beroepsschool of volledige leertijd van 4 jaar) HC
- Travaux complexes et de haute précision à la rogneuse HC
- Ingewikkelde en grote nauwkeurigheidsarbeid aan de snijmachines
BK
HC
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor gecombineerde machines voor het liniëren en afwerken van gebrocheerde schrijfboeken van de rol af (Rofa en soortgelijke)
BK
HC
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor rotatiemachines voor reizigersboekjes
BK
HC
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor linieermachines met rollen
BK
HC
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor linieer- en spiraleermachines Bielomatic
BK BK
- Mise en train, conduite et responsabilité de machines combinées à régler et fac¸ onner les cahiers brochés à partir de la bobine (Rofa et similaires) - Mise en train, conduite et responsabilité de machines rotatives à carnets-voyageurs - Mise en train, conduite et responsabilité de machines à régler à bobines - Mise en train, conduite et responsabilité de machines à spirales et à régler Bielomatic - Réglage, conduite et responsabilité de machines à souder et dorer le plastique
BK
HC
- Stellen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor machines die plastiek lassen en vergulden
- Mise en train, conduite et responsabilité de machines à couvertures (Kolbus et similaires)
C1
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor omslagmachines (Kolbus en soortgelijke)
K1
- Travaux courants à la rogneuse
C1
- Gewone arbeid aan de snijmachines
K1
C1
- Verantwoordelijkheid voor de technische organisatie van het magazijn
K1
C1
- Verantwoordelijkheid voor de verzending
K1 K1
- Responsabilité de l’organisation technique du magasin - Responsabilité de l’expédition - Mise en train, conduite et responsabilité de machines à spirales complexes (autres)
C1
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor ingewikkelde spiraleermachines (andere)
- Découpe de formats spéciaux d’enveloppes à l’emportepièces avec responsabilité du tracé et de l’utilisation optimale du papier
C1
- Uitkappen van speciale briefomslagen formaten met verantwoordelijkheid voor het model en voor het optimale gebruik van het papier
K1
- Découpe d’enveloppes à l’emporte-pièces
C2
- Uitkappen van briefomslagen
K2
- Aide pour travaux lourds à la conduite de la Rofa deux bobines
C3
- Hulp voor zware arbeid bij het geleiden van de Rofa twee rollen
K3
- Service de la machine à enveloppes
C5
- Bedienen van de omslagmachines
K5
- Couture au fil végétal
C5
- Stikken met vezeldraad
K5
- Pliage à la main (sacs et pochettes)
C5
- Plooien met de hand (zakken en omslagen)
K5
- Service pédale
C5
- Bedienen van degelpersen
K5
- Bordure deuil
C5
- Rouw-afboorden
K5
- Coloration au pochoir
C5
- Kleuren met sjabloon
K5
- Gommage à la main et à la machine
C5
- Gommen met de hand en met de machine
K5
57688
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
- Bordure à l’aniline
C5
- Bandversieren met aniline
K5
- Couture au fil métallique
C5
- Stikken met metaaldraad
K5
- Spiralage sur machines simple
C6
- Spiraleren op eenvoudige machines
K6
- Comptage, foliotage
C6
- Tellen, foliëren
K6
- Collage de gardes
C6
- Schutbladen plakken
K6
- Aide au service de la machine à enveloppes
C6
- Hulp aan de bediening van omslagmachines
K6
- Aide au fac¸ onnage
C6
- Hulp bij het fatsoeneren
K6
C. Fabricage van golfkarton
C. Fabrication de carton ondulé - Responsabilité d’un train onduleur
HC
- Verantwoordelijkheid voor de golfkartontrein
BK
- Responsabilité de plusieurs machines autoslotter
HC
- Verantwoordelijkheid voor meerdere autoslotters
BK
- Mise en train, conduite et responsabilité de machines onduleuses (simple face)
C1
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor golfkartonmachines (enkelzijdig)
K1
- Mise en train, conduite et responsabilité de machines autoslotter imprimeuses
C1
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor automatische autoslotter drukmachines
K1
- Mise en train, conduite et responsabilité de machines onduleuses (double face)
C2
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor golfkartonmachines (dubbelzijdig)
K2
- Conduite et responsabilité de machines à découper en long ou en travers à l’onduleuse
C2
- Stellen van en verantwoordelijkheid voor de messen, rillen en afslag van de golfkartonmachine
K2
- Responsabilité de la colle pour plusieurs trains onduleurs (en plusieurs équipes)
C2
- Verantwoordelijkheid voor de lijm van meerdere golfkartontreinen (meerdere ploegen)
K2
- Responsabilité de la colle pour plusieurs trains onduleurs (travail en une équipe)
C3
- Verantwoordelijkheid voor de lijm van meerdere golfkartontreinen (één ploeg)
K3
- Conduite de machines automatiques à paquets
C3
- Bedienen van automatische verpakkingsmachines
K3
- Collage à pattes ou à bandes gommées automatiques
C3
- Bedienen van automatische vouwplakmachines
K3
C4
- Zware verpakkingsarbeid zowel aan machine als met de hand
K4
- Evacuation de productions lourdes à l’onduleuse, à la machine slotter
C4
- Afvoer zware producties van golfkartonmachine en slottermachine
K4
- Travaux lourds à l’emballage automatique ou manuel
- Comprimer, déplacer et charger les ballots de déchets
C4
- Pakken, afval onder druk plaatsen, verplaatsen en laden
K4
- Conduite de la machine à paraffiner
C4
- Geleiden van de paraffineermachine
K4
- Collage à pattes ou bandes gommées à machines simples ou semi-automatiques
C6
- Bedienen van eenvoudige of halfautomatische plakmachines
K6
- Emballage manuel courant
C7
- Gewone handverpakkingsarbeid
K7
D. Fabrication de cartonnages - Création de modèles - Mise en train, conduite et responsabilité de machines combinées pour la découpe et l’impression (autovariables et similaires)
D. Kartonnage bedrijven HC
- Ontwerpen van modellen
BK
BK
HC
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor gecombineerde stans- en drukmachines (autovariabel en soortgelijke)
- Mise en train, conduite et responsabilité de machines automatiques à coller les boîtes pliantes, à plusieurs postes de collage
HC
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor automatische plakmachines voor vouwdozen, die op meerdere posten aanlijmen
BK
- Mise en train, conduite et responsabilité de machines autoplatines avec décorticage
HC
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor autoplatines met uitbreekpost
BK
- Travaux de haute précision aux rogneuses Massicot ou similaires lorsque cette activité est l’occupation principale du travailleur
HC
- Grote nauwkeurigheidsarbeid aan snijmachines Massicot en soortgelijke, wanneer dit de hoofdbedrijvigheid is van de werkman
BK
- Confection de formes à découper (confection de tous genres de formes à découper utilisées dans l’entreprise)
HC
- Vervaardigen van uitkapvormen (alle soorten uitkapvormen die gebruikt worden in de onderneming)
BK
- Mise en train, conduite et responsabilité de machines automatiques à garnir les boîtes
C1
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor automatische dozengarneermachines
K1
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD - Mise en train, conduite et responsabilité d’autoplatines simples
57689
C1
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor gewone autoplatines
K1
C1
- Geleiden van en verantwoordelijkheid voor drie zijden snijmachines
K1
C1
- Geleiden van en verantwoordelijkheid voor gecombineerde stans- en drukmachines (autovariabel en soortgelijke)
K1
- Travaux de mécanique et de réglage de cisailles circulaires, colleuses de boîtes pliantes à un seul poste de collage, machines à garnir du type Stokes & Smith, Jagenberg, Simplon, etc.
C2
- Mechanische- en stelarbeid aan cirkelsnijmachines, plakmachines voor vouwdozen die op één enkele post aanlijmen, garneermachines van het type Stokes & Smith, Jagenberg, Simplon, enz.
K2
- Travaux courants aux rogneuses Massicot et similaires
C2
- Gewone arbeid aan de snijmachines Massicot of soortgelijke
K2
- Coupe de fournitures
C2
- Snijden van benodigdheden
K2
- Confection de boîtes et cartonnages de bureau
C2
- Vervaardigen van kantoordozen en kantoorkartonnages
K2
C2
- Geleiden van en verantwoordelijkheid voor eenvoudige autoplatines
K2
K3
- Conduite et responsabilité de rogneuses trilatérales - Conduite et responsabilité de machines combinées pour la découpe et l’impression (autovariables et similaires)
- Conduite et responsabilité d’autoplatines simples - Conduite et responsabilité de machines refouleuses, encocheuses-rotatives, mitrailleuses, pédale à pied ou à moteur, machines à l’emporte-pièces
C3
- Geleiden van en verantwoordelijkheid voor rilmachines, rotatie-inkeepmachines, mitrailleuses, degelpersen met de voet of motor, uitkapmachines
- Aide à la conduite de machines combinées pour la découpe et l’impression (autovariables et similaires)
C3
- Hulp bij het geleiden van gecombineerde stans- en drukmachines (autovariabel en soortgelijke)
K3
- Décorticage au marteau pneumatique
C4
- Uitbreken met pneumatische hamer
K4
- Travaux de garniture de boîtes de luxe
C4
- Garneren van luxedozen
K4
- Service léger de machines refouleuses, encocheusesrotatives, pédale à pied ou à moteur, mitrailleuses
C6
- Lichte dienst aan rilmachines, rotatie-inkeepmachines, degelpersen met de voet of motor, mitrailleuses
K6
- Travaux de garniture manuelle simple
C6
- Eenvoudig garneren met de hand
K6
- Travaux de garniture ou entourage à la machine (fabrication courante)
C6
- Couture
C6
- Stikken
K6
- Service de machines à coller les boîtes pliantes
C6
- Dienst aan de machines voor het plakken van vouwdozen
K6
- Service de découpeuses verticales, coins, encoches, coupepouce
C6
- Décorticage léger à la main
C7
- Lichte uitbreekarbeid met de hand
K7
- Evacuation de produits légers à la sortie de machines
C7
- Afvoer van lichte producten aan het machineëind
K7
- Garneren en afboorden aan de machines (gewone fabricage) K6
- Dienst aan de hoeksnijmachines duimuitkapmachines
E. Fabrication de sacs à grande contenance
K6
E. Fabricage van zakken met grote inhoud
- Mise en train, conduite et responsabilité de machines à sacs C1
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor zakkenmachines
K1
- Mise en train, conduite et responsabilité de la préimprimeuse flexographique
C1
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor flexografische voordrukmachine
K1
- Conduite (sans mise en train) et surveillance de machines à sacs
C2
- Geleiden van (zonder op gang brengen) en toezicht op zakkenmachines
K2
- Conduite (sans mise en train) et surveillance de la préimprimeuse flexographique
C2
- Geleiden van (zonder op gang brengen) en toezicht op de flexografische voordrukmachine
K2
- Clicherie (flexographique)
C2
- Clicherie (flexografisch)
K2
- Aide à la conduite de machines à sacs
C3
- Hulp bij het geleiden van zakkenmachines
K3
- Aide à la conduite de la préimprimeuse flexographique
C3
- Hulp bij het geleiden van flexografische voordrukmachine
K3
- Aide à la préparation des cylindres
C3
- Hulp bij de voorbereiding van de cilinders
K3
- Alimentation, évacuation y compris vérification partielle des fabrications
C5
- Voeden, afvoer inbegrepen, gedeeltelijk nazicht van de productie
K5
- Valvage et manchettage
C5
- Valveren en manchetteren
K5
- Couture
C5
- Stikken
K5
- Récupération et tri des déchets de fabrication
C6
- Herwinnen en uitzoeken van fabricageafval
K6
57690
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
F. Fabrication de sachets à petite et moyenne contenance et emballages similaires
F. Fabricage van zakken met kleine en middelgrote inhoud en soortgelijke verpakkingen
- Mise en train, conduite et responsabilité de machines imprimant en hélio (imprimeur qualifié)
HC
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor heliodrukmachines (geschoolde drukker)
BK
- Première aide aux machines imprimant en hélio
HC
- Eerste helper heliodrukmachines
BK
BK
- Réglage, conduite et responsabilité d’extrudeuses de types différents et employant tous types de matières HC
- Stellen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor extrudeermachines van verschillend type en allerlei grondstoffen gebruikend
- Travailleur effectuant tous les travaux de clicherie flexographique, c’est-à-dire gravure zinc, imposition, textes, tirage de clichés, collage de clichés
HC
- Uitvoeren van alle werkzaamheden in flexografische clicherie, dit wil zeggen etsen van cilinders, afdrukken van clichés, inslag teksten, plakken van clichés
BK
- Réglage de machines fonds blocs
C1
- Stellen van blokzakmachines
K1
C1
- Stellen van machines met doorboring voor zakken met gewone bodem van het type roto, die envelopzakken met of zonder venster vervaardigen of die nauwkeurige arbeid met groot rendement verrichten
K1
C1
- Stellen van één of meerdere flexografische drukmachines met droogtunnel, werkende van bobijn tot bobijn of van bobijn tot blad
K1
C1
- Stellen, geleiden- en verantwoordelijkheid voor groepen extrudeermachines die polyethyleenfilmen of scheden produceren
K1
- Réglage d’une ou de plusieurs imprimeuses flexographiques travaillant de bobine à bobine ou de bobine à feuille
C2
- Stellen van één of meerdere flexografische drukmachines, werkende van bobijn tot bobijn of van bobijn tot blad
K2
- Réglage de machines à sacs fonds croisés et fonds ordinaires avec ou sans soufflet
C2
- Stellen van machines voor zakken met gekruiste of gewone bodem met of zonder soufflet
K2
C2
- Stellen van een paraffineermachine met flexografische druk of van één machine voor tegenplakking met flexografische druk
K2
C3
- Stellen van een paraffineermachine of van een machine voor tegenplakking
K3
C3
- Geleiden van en verantwoordelijkheid voor extrudeer machines of zakkenmachines, zonder stellen
K3 K3
- Réglage de machines fonds ordinaires à perforation genre roto, fabriquant des sacs-enveloppes avec ou sans fenêtre ou réalisant des travaux de précision à grand rendement - Réglage d’une ou de plusieurs imprimeuses flexographiques à tunnel de séchage travaillant de bobine à bobine ou de bobine à feuille - Réglage, conduite et responsabilité de groupes d’extrudeuses pour production de films ou gaines polyéthylène
- Réglage d’une paraffineuse avec impression flexographique ou contre-colleuse avec impression flexographique - Réglage d’une paraffineuse ou contre-colleuse - Conduite et responsabilité de machines extrudeuses ou de machines à sacs, sans réglage - Conduite et responsabilité de machines impression feuilles ou bobinettes, sans réglage
C3
- Geleiden, zonder stellen, en verantwoordelijkheid voor drukmachines voor bladen en bobinetten
- Conduite avec réglage et responsabililité de machines simples (cornets)
C3
- Geleiden met stellen, en verantwoordelijkheid voor eenvoudige machines (puntzakken)
K3
- Responsabilité de l’emballage
C3
- Verantwoordelijkheid voor inpakken
K3
- Aide aux machines
C4
- Hulp aan de machines
K4
- Confection de bobinettes et feuilles sans impression
C4
- Vervaardigen van bobinetten en bladen, zonder druk
K4
- Surveillance de machines impression feuilles et bobinettes
C4
- Toezicht op drukmachines voor bladen en bobinetten
K4 K4
- Préparation de colles avec manutention de plus de 25 kg de poids unitaire
C4
- Voorbereiding van lijmen met behandelingen van meer dan 25 kg eenheidsgewicht
- Réception sur machine à haut rendement ou réception sur tous types de machines
C5
- Afvoer op machines met groot rendement of afvoer op allerlei soorten machines
K5
- Service de machines auxiliaires légères
C6
- Dienst van lichte hulpmachines
K6
- Préparation de colles avec manutention jusqu’à 25 kg de poids unitaire
C6
- Voorbereiding van lijmen met behandelingen van minder dan 25 kg eenheidsgewicht
K6
- Manutention légère, petits emballages et réception simple
C7
- Lichte behandeling, kleine inpak en gewone afvoer
K7
G. Ennoblissement du papier par paraffinage, bitumage, goudronnage, contre-collage, etc.
G. Veredeling van papier met paraffine, bitumen, teer, aluminium, enz.
- Mise en train, conduite et responsabilité de machines imprimant en hélio (imprimeur qualifié)
HC
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor heliodrukmachines (geschoolde drukker)
BK
HC
- Stellen, verantwoordelijkheid voor en geleiden van de extrudeermachine voor coating en laminage
BK
C2
- Geleiden van en verantwoordelijkheid voor pelliculeermachine
K2
C2
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor paraffineermachine
K2
- Réglage, conduite et responsabilité de l’extrudeuse pour couchage et laminage - Conduite et responsabilité de la machine à pelliculer - Mise en train, conduite et responsabilité de la machine à paraffiner
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
57691
- Mise en train, conduite et responsabilité de la machine à bitumer
C2
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor bitumineermachine
K2
- Mise en train, conduite et responsabilité de la machine à enduire
C2
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor machine om te bestrijken
K2
- Mise en train, conduite et responsabilité de la machine à vernir
C2
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor vernismachine
K2
- Mise en train, conduite et responsabilité de la machine à contre-coller
C2
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor lamineermachine
K2
- Mise en train, conduite et responsabilité de la machine à crêper
C2
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor machine voor het maken van krippapier
K2
C2
- Geleiden van en verantwoordelijkheid voor de snij- en wikkelmachine met blote oog nakijk
K2 K3
- Conduite et responsabilité de la découpeuse bobineuse avec visionnage d’impression - Conduite et responsabilité de la découpeuse bobineuse
C3
- Geleiden van en verantwoordelijkheid voor de snij- en wikkelmachine
- Assistance et manutention aux machines
C3
- Hulparbeid en behandeling aan de machines
K3
- Aide aux travaux lourds
C4
- Zware hulparbeid
K4
- Surveillance de la découpeuse bobineuse
C5
- Toezicht op de snij- en wikkelmachine
K5
- Surveillance de machines diverses
C6
- Toezicht op de diverse machines
K6
H. Fabricage en verwerking van kleefpapier
H. Fabrication et transformation de papiers gommés - Mise en train, conduite et responsabilité de la machine à gommer
C2
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor gommeermachine
K2
- Aide à la machine à gommer
C3
- Hulp aan de gommeermachine
K3
C3
- Geleiden van en verantwoordelijkheid voor snij- en wikkelmachine
K3
C6
- Dienst aan de wikkelbank voor banden gemerkt met aniline of gelijkaardig
K6
- Conduite et responsabilité de la découpeuse bobineuse - Service de la bobineuse des bandes avec marquage à l’aniline ou similaire
I. Fabricage van huishoud-, toilet- en hygiënische artikelen
I. Fabrication d’articles de ménage, de toilette, d’hygiène - Réglage, conduite et responsabilité de la machine à papier de toilette Hudson-Charp, Paper Converting ou similaire C1
- Stellen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor de toiletpapiermachine Hudson-Charp, Paper Converting of gelijkaardig
K1
C2
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor gaufreermachine van tafellakens van grote breedte (1,20 m of meer)
K2
- Mise en train, conduite et responsabilité de machines à serviettes ou à mouchoirs à trois voies et plus, avec ou sans impression
C2
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor machines voor servetten of zakdoeken, met drie banen en meer, met of zonder bedrukking
K2
- Mise en train, conduite et responsabilité de la machine à rouleaux-armoires (impression flexographique)
C2
- Op gang brengen, geleiden van en verantwoordelijkheid voor de machine van kastrollen (flexografische druk)
K2
- Conduite et responsabilité de la tubeuse pour papier de toilette
C3
- Geleiden van en verantwoordelijkheid voor de buisjes machine van toiletpapier
K3
- Aide pour travaux lourds à la gaufreuse de nappes de grande largeur
C3
- Zware hulparbeid aan de gaufreermachine van tafellakens van grote breedte
K3
- Surveillance de la machine à rouleaux-armoires
C4
- Toezicht op de kastrollenmachine
K4
- Emballage et étiquetage léger à la main des papiers de toilette
C5
- Service de la machine à serviettes ou à mouchoirs simple
C6
- Dienst aan de eenvoudige servet- of zakdoekmachine
K6
- Service de la bobineuse simple des papiers de toilette
C6
- Dienst aan de eenvoudige afwikkelmachine van toiletpapier
K6
- Débobinage des rouleaux-armoires par unité
C6
- Afwikkelen van kastrollen per stuk
K6
- Alimentation et évacuation de l’emballeuse automatique des papiers de toilette
C7
- Bevoorrading en afvoer van de automatische verpakkingsmachine van toiletpapier
K7
- Evacuation à la machine à serviettes ou à mouchoirs à trois voies et plus
C7
- Afvoer van de machine voor servetten of zakdoeken met drie banen en meer
K7
- Mise en train, conduite et responsabilité de la gaufreuse de nappes de grande largeur (1,20 m ou plus)
- Lichte handverpakking en etiketteren van toiletpapier K5
57692
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD J. Fabricage van glanspapier
J. Fabrication de papier couché - Colorier
C1
- Verven
K1
- Marbrer
C1
- Marbreren
K1
- Régler
C1
- Stellen
K1
- Glacer
C2
- Likken
K2
- Glacer à la main
C2
- Handlikken
K2
- Machine à moirer
C2
- Moiremachine
K2
- Calandrer
C2
- Kalanderen
K2
- Brosser
C2
- Borstelen
K2
- Trier
C2
- Uitzoeken
K2
- Couper
C2
- Snijden
K2
- Compter
C2
- Tellen
K2
- Emballer en rames
C2
- Inpakken in riemen
K2
- Bobiner machines à colorier
C3
- Oprollen verfmachines
K3
- Préparer
C3
- Aanmaken
K3
- Entrepôt
C3
- Pakhuis
K3
K. Fabrication de cartes à jouer
K. Fabricage van speelkaarten
- Colorier
C1
- Verven
K1
- Enduire avant lissage
C2
- Overwassen
K2
- Arrondir
C2
- Hoeken
K2
- Couper (grands et petits ciseaux)
C2
- Snijden (grote en kleine schaar)
K2
- Vérifier en jeux
C2
- Nazien in spelen
K2
- Emballer
C2
- Indoen
K2
- Trier en feuilles
C2
- Uitzoeken in vellen
K2
- Glacer
C2
- Likken
K2
- Confection de boîtes
C2
- Dozen maken
K2
- Coller
C2
- Plakken
K2
- Emballer les cartes
C2
- Inpakken kaarten
K2
- Marger
C3
- Inleggen
K3
- Séparer
C3
- Scheiden
K3
- Cuisson de pâtes
C3
- Pap koken
K3
- Accrocher
C3
- Ophangen
K3
- Humecter
C3
- Nat maken
K3
Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 10 octobre 2007.
ALBERT
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 10 oktober 2007.
ALBERT
Par le Roi :
Van Koningswege :
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
57693
SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
F. 2007 — 4478 [C − 2007/12663] 21 OCTOBRE 2007. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 22 juin 2007, conclue au sein de la Commission paritaire des employés de l’industrie papetière, relative aux cotisations à percevoir par l’Office national de Sécurité sociale pour le ″Fonds de sécurité d’existence pour les employés de l’industrie papetière″ (1)
N. 2007 — 4478 [C − 2007/12663] 21 OKTOBER 2007. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de papiernijverheid, betreffende de door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid te innen bijdragen voor het ″Fonds voor bestaanszekerheid voor de bedienden uit de papiernijverheid″ (1)
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 7 janvier 1958 concernant les fonds de sécurité d’existence, notamment l’article 2; Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2; Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden uit de papiernijverheid; Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
Vu la demande de la Commission paritaire des employés de l’industrie papetière; Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi, Nous avons arrêté et arrêtons : er
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Article 1 . Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 22 juin 2007, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire des employés de l’industrie papetière, relative aux cotisations à percevoir par l’Office national de sécurité sociale pour le ″Fonds de sécurité d’existence pour les employés de l’industrie papetière″.
Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de papiernijverheid, betreffende de door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid te innen bijdragen voor het ″Fonds voor bestaanszekerheid voor de bedienden uit de papiernijverheid″.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Donné à Bruxelles, le 21 octobre 2007.
ALBERT
Gegeven te Brussel, 21 oktober 2007.
ALBERT
Par le Roi :
Van Koningswege :
Le Ministre de l’Emploi,
De Minister van Werk,
Notes (1) Références au Moniteur belge : Loi du 7 janvier 1958, Moniteur belge du 7 février 1958. Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Nota’s (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staasblad : Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Annexe
Bijlage
Commission paritaire des employés de l’industrie papetière
Paritair Comité voor de bedienden uit de papiernijverheid
Convention collective de travail du 22 juin 2007
Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2007
Cotisations à percevoir par l’Office national de sécurité sociale pour le ″Fonds de sécurité d’existence pour les employés de l’industrie papetière″ (Convention enregistrée le 11 juillet 2007 sous le numéro 83790/CO/221)
Door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid te innen bijdragen voor het ″Fonds voor bestaanszekerheid voor de bedienden uit de papiernijverheid″ (Overeenkomst geregistreerd op 11 juli 2007 onder het nummer 83790/CO/221)
CHAPITRE Ier. — Champ d’application Article 1 . La présente convention collective s’applique aux employeurs et aux employés des entreprises relevant de la Commission paritaire pour des employés de l’industrie papetière (CP 221).
HOOFDSTUK I. — Toepassingsgebied Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de bedienden van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de bedienden van de papiernijverheid (PC 221).
CHAPITRE II. — Détermination des cotisations ONSS Art. 2. L’article 2 de la convention collective de travail du 18 octobre 1999, relative à l’institution d’un fonds de sécurité d’existence et la fixation de ses statuts est remplacé par les dispositions suivantes :
HOOFDSTUK II. — Bepaling van de RSZ-bijdrage Art. 2. Artikel 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 oktober 1999, betreffende de oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en tot vaststelling van zijn statuten, wordt vervangen door de volgende bepalingen : « Het bedrag van de door de werkgevers te storten bijdrage, die sinds 1999 0,33 pct. bedraagt, wordt : 1° voor de periode van 1 januari 2007 tot 30 september 2007 : 0,33 pct. van de brutolonen; 2° voor de periode van 1 oktober 2007 tot 31 december 2007 : 0,77 pct. van de brutolonen; 3° vanaf 1 januari 2008 : 0,54 pct. van de brutolonen. »
er
« Le montant de la cotisation à verser par les employeurs, qui était fixé à 0,33 p.c. en 1999 devient : 1° pour la période du 1er janvier 2007 au 30 septembre 2007 : 0,33 p.c. des salaires bruts; 2° pour la période du 1er octobre 2007 au 31 décembre 2007 : 0,77 p.c. des salaires bruts; 3° à partir du 1er janvier 2008 : 0,54 p.c. des salaires bruts. »
57694
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
CHAPITRE III. — Durée Art. 3. Cette convention collective de travail entre en vigueur le 1er janvier 2007 et est conclue pour une durée indéterminée. Elle peut être dénoncée éventuellement par une des parties moyennant un préavis de trois mois. La dénonciation est notifiée par lettre recommandée à la poste, adressée au président de la Commission paritaire des employés de l’industrie papetière. Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 21 octobre 2007.
HOOFDSTUK III. — Duur Art. 3. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2007 en is gesloten voor een onbepaalde duur. Zij kan eventueel worden opgezegd door één van de partijen mits inachteming van een opzeggingstermijn van drie maanden. Opzegging geschiedt bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de bedienden uit de papiernijverheid. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 21 oktober 2007.
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
* SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG
F. 2007 — 4479 [C − 2007/12667] 21 OCTOBRE 2007. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 22 juin 2007, conclue au sein de la Commission paritaire des employés de l’industrie papetière, relative aux conditions de travail et de rémunération, à l’emploi et aux efforts de formation et d’apprentissage des groupes à risque pour la période 2007-2008 (1)
N. 2007 — 4479 [C − 2007/12667] 21 OKTOBER 2007. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de papiernijverheid, betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden, de werkgelegenheid en de inspanningen inzake vorming en opleiding van risicogroepen voor de periode 2007-2008 (1)
ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut. Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28; Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden uit de papiernijverheid; Op de voordracht van Onze Minister van Werk,
Vu la demande de la Commission paritaire des employés de l’industrie papetière; Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi, Nous avons arrêté et arrêtons :
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Article 1er. Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 22 juin 2007, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire des employés de l’industrie papetière, relative aux conditions de travail et de rémunération, à l’emploi et aux efforts de formation et d’apprentissage des groupes à risque pour la période 2007-2008.
Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de papiernijverheid, betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden, de werkgelegenheid en de inspanningen inzake vorming en opleiding van risicogroepen voor de periode 2007-2008.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Donné à Bruxelles, le 21 octobre 2007.
Gegeven te Brussel, 21 oktober 2007.
ALBERT
ALBERT
Par le Roi :
Van Koningswege :
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Note (1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
Annexe
Bijlage
Commission paritaire des employés de l’industrie papetière
Paritair Comité voor de bedienden uit de papiernijverheid
Convention collective de travail du 22 juin 2007
Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2007
Conditions de travail et de rémunération, emploi et efforts de formation et d’apprentissage des groupes à risque pour la période 2007-2008 (Convention enregistrée le 11 juillet 2007 sous le numéro 83788/CO/221)
Arbeids- en loonvoorwaarden, werkgelegenheid en inspanningen inzake vorming en opleiding van risicogroepen voor de periode 20072008 (Overeenkomst geregistreerd op 11 juli 2007 onder het nummer 83788/CO/221)
CHAPITRE Ier. — Cadre juridique Article 1er. Le présent protocole d’accord est conclu en exécution de la loi du 26 juillet 1996 relative à la promotion de l’emploi et à la sauvegarde préventive de la compétitivité (Moniteur belge du 1er août 1996). Art. 2. Il est également conclu en exécution de l’accord interprofessionnel du 21 décembre 2006.
HOOFDSTUK I. — Juridisch kader Artikel 1. Dit protocolakkoord wordt gesloten in uitvoering van de wet van 26 juli 1996 betreffende de bevordering van de tewerkstelling en de preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen (Belgisch Staatsblad van 1 augustus 1996). Art. 2. Het is eveneens gesloten in uitvoering van het interprofessioneel akkoord van 21 december 2006.
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
57695
CHAPITRE II. — Champ d’application Art. 3. Ce protocole d’accord s’applique aux employeurs et aux employés des entreprises ressortissant à la Commission paritaire des employés de l’industrie papetière (CP 221).
HOOFDSTUK II. — Toepassingsgebied Art. 3. Dit protocolakkoord is van toepassing op de werkgevers en op de bedienden van de ondernemingen die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair Comité voor de bedienden van de papiernijverheid (PC 221).
CHAPITRE III. — Pouvoir d’achat Art. 4. Les partenaires sociaux du secteur acceptent le principe d’une modification du système de l’indexation des salaires sans que le lien salaire-inflation soit mis en péril. Au sein d’un groupe de travail paritaire à créer, la mise au point de ce nouveau système d’indexation sera finalisée. Si un accord est trouvé à ce sujet, le nouveau système entrera en vigueur au 1er janvier 2009. Art. 5. Les parties signataires sont d’accord pour mener des négociations libres au niveau des entreprises, tout en tenant compte de l’accord interprofessionnel 2007-2008 concernant la formation des salaires. Conformément aux dispositions de la loi du 26 juillet 1996, ils conviennent d’une norme salariale indicative de 5 p.c.
HOOFDSTUK III. — Koopkracht Art. 4. De sociale partners van de sector aanvaarden het principe van een wijziging van het loonindexatiesysteem, waarbij de link looninflatie niet in het gedrang komt. Binnen een nog op te starten paritaire werkgroep zal een nieuw indexatiemechanisme uitgewerkt worden. Mits een akkoord terzake zal het nieuwe systeem in voege treden op 1 januari 2009. Art. 5. De ondertekenende partijen zijn akkoord om op het vlak van de ondernemingen vrije onderhandelingen te voeren, rekening houdend met het interprofessioneel akkoord 2007-2008 betreffende de loonvorming. Overeenkomstig de bepalingen van de wet van 26 juli 1996 komen ze een indicatieve loonnorm van 5 pct. overeen.
CHAPITRE IV. — Formation et qualification — Formation générale Art. 6. Pour stimuler la formation permanente dans les entreprises en vue de la sauvegarde de l’emploi, et comme prévu dans l’accord interprofessionnel 2007-2008, les parties s’engagent à augmenter l’effort sectoriel de 0,20 p.c. des salaires bruts (à 100 p.c.) en faveur de ces formations jusqu’à 0,30 p.c. en 2007 et jusqu’à 0,40 p.c. en 2008.
HOOFDSTUK IV. — Vorming en opleiding — Algemene vorming Art. 6. Om de permanente vorming in de bedrijven te stimuleren en met het oog op het behoud van de werkzekerheid en zoals bepaald door het interprofessioneel akkoord 2007-2008, verbinden de partijen er zich toe om de sectorale inspanning van 0,20 pct. op de brutolonen (aan 100 pct.) voor deze opleidingen te verhogen tot 0,30 pct. in 2007 en tot 0,40 pct. in 2008.
CHAPITRE V. — Prépension Art. 7. Pour mettre en œuvre le Pacte de solidarité entre les générations, les parties signataires conviennent que les employés ont la possibilité de partir en prépension à l’âge de 56 ans après une carrière de 40 années effectivement prestées, et ceci à partir du 1er janvier 2008 et pour autant qu’un accord soit conclu au sein du Conseil national du travail fixant les modalités de cette nouvelle forme de prépension. Art. 8. Les partenaires sociaux entérinent le principe selon lequel un travailleur prépensionné qui reprendrait le travail, conservera la quote-part payée par l’employeur.
HOOFDSTUK V. — Brugpensioen Art. 7. In uitvoering van het Generatiepact stellen de ondertekenende partijen dat, na een loopbaan van 40 jaar effectief gewerkte jaren, bedienden op de leeftijd van 56 jaar op brugpensioen kunnen en dit vanaf 1 januari 2008 en dit voor zover er in de Nationale Arbeidsraad een akkoord wordt afgesloten, die de modaliteiten van deze nieuwe vorm van brugpensioen zal bepalen. Art. 8. De sociale partners bekrachtigen het principe dat een bruggepensioneerde die het werk zou hervatten, de aanvullende werkgeversbijdrage zal behouden.
CHAPITRE VI. — Sécurité d’existence Art. 9. La prime syndicale augmente de 90 EUR jusqu’à 95 EUR.
HOOFDSTUK VI. — Bestaanszekerheid Art. 9. De syndicale premie wordt opgetrokken van 90 EUR naar 95 EUR.
CHAPITRE VII. — Prolongation des conventions collectives en cours
HOOFDSTUK VII. — Verlenging van de bestaande collectieve arbeidsovereenkomsten
Art. 10. Tous les autres points repris dans des conventions collectives de travail précédentes, qui ne sont pas modifiés par l’exécution du présent protocole d’accord, et qui étaient encore en vigueur au 31 décembre 2006, sont prorogés de deux ans.
Art. 10. Alle andere punten van collectieve arbeidsovereenkomsten die niet gewijzigd worden door de uitvoering van dit protocolakkoord en die nog altijd geldig waren op 31 december 2006, worden met twee jaar verlengd.
Il s’agit des articles 5, 6, 9, 10, 11, de la convention collective de travail du 14 juin 2005 (enregistrée sous le numéro 75678/CO/221).
Het betreft de artikelen 5, 6, 9, 10, 11, van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 juni 2005 (geregistreerd onder het nummer 75678/CO/221).
a. Un accord cadre pour le secteur, conformément aux possibilités prévues dans l’article 23 de la loi du 26 juillet 1996 et ainsi que prévu dans l’accord interprofessionnel du 21 décembre 2006, rend possible de réduire l’âge d’entrée en prépension, à partir du 1er janvier 2007 et jusqu’au 31 décembre 2008, à 56 ans pour les employés qui peuvent se prévaloir d’un passé professionnel de minimum 33 ans, dont au moins 20 ans dans un régime de travail tel que prévu à l’article 1er de la convention collective de travail n° 46 du 23 mars 1990, rendue obligatoire par l’arrêté royal du 10 mai 1990. La mise en œuvre de cette possibilité au niveau de l’entreprise est toutefois conditionnée à une adhésion des entreprises, moyennant conclusion d’une convention d’entreprise reprenant les modalités d’application en la matière.
a. Via een raamakkoord voor de sector wordt het mogelijk gemaakt om, overeenkomstig de mogelijkheden voorzien in artikel 23 van de wet van 26 juli 1996 en zoals voorzien in het interprofessioneel akkoord van 21 december 2006, vanaf 1 januari 2007 tot 31 december 2008 de brugpensioenleeftijd te verlagen tot 56 jaar, voor de bedienden met een beroepsverleden van 33 jaar, waarvan minstens 20 jaar in een arbeidsregime met nachtarbeid, zoals bedoeld in artikel 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 46 van 23 maart 1990, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 10 mei 1990. Het van kracht worden op bedrijfsvlak gaat slechts in op voorwaarde dat bedrijven hiertoe toetreden via een bedrijfsovereenkomst, waarin de toepassingsmodaliteiten gestipuleerd worden.
b. Pour les employés qui sont entrés dans un régime de crédit-temps avant leur prépension, la prépension sera calculée sur le salaire de référence réel de l’entreprise à temps plein. Cela signifie que leur indemnité complémentaire sera calculée comme pour quelqu’un qui aurait travaillé à temps plein jusqu’à l’âge de la prépension (cfr. l’article 6 de la convention collective de travail du 14 juin 2005).
b. Voor de bedienden die vóór hun brugpensioen in een regeling van tijdskrediet gegaan zijn, zal het brugpensioen berekend worden op het voltijds reëel referteloon van de onderneming. Dat betekent dat hun aanvullende vergoeding zal berekend worden zoals voor iemand die voltijds zou gewerkt hebben tot aan zijn brugpensioenleeftijd (cfr. artikel 6 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 juni 2005).
c. Les parties sont d’accord pour, en matière de dérogation de la durée de travail lors d’une interruption planifiée du travail de 12 heures, donner un avis positif concernant la procédure prévue à l’article 5 de la loi du 17 mars 1987 et de l’appliquer à condition d’un accord d’entreprise à ce sujet (cfr. l’article 9 de la convention collective de travail du 14 juin 2005).
c. De partijen gaan akkoord om, inzake de afwijking van de arbeidsduur bij geplande werkonderbreking van 12 uur de procedure voorzien in artikel 5 van de wet van 17 maart 1987 positief te adviseren en toe te passen mits een bedrijfsakkoord terzake (cfr. artikel 9 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 juni 2005).
57696
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
d. Les employeurs interviennent dans les frais de transport pour 80 p.c., c’est-à-dire pour l’aller simple, sur base du transport public ou de la carte train, et cela à partir du premier kilomètre, quel que soit le moyen de transport (cfr. l’article 10 de la convention collective de travail du 14 juin 2005).
d. De werkgevers komen voor 80 pct. tussen in de vervoerskosten, nl. voor de heenrit op basis van het openbaar vervoer of de treinkaart, en dit vanaf de eerste kilometer, ongeacht het vervoermiddel (cfr. artikel 10 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 juni 2005).
CHAPITRE VIII. — Groupes de travail paritaires Art. 11. Les partenaires sociaux s’engagent à vérifier les conventions collectives de travail existantes sur la neutralité des genres et de supprimer définitivement le lien entre les barèmes et l’âge. Art. 12. Les travaux du groupe de travail sur l’environnement seront poursuivis.
HOOFDSTUK VIII. — Paritaire werkgroepen Art. 11. De sociale partners verbinden zich ertoe de bestaande collectieve arbeidsovereenkomsten van de sector te checken op hun genderneutraliteit en de link leeftijd/barema blijvend te schrappen. Art. 12. De werkzaamheden van de werkgroep milieu worden verdergezet.
CHAPITRE IX. — Soutien à l’emploi de la part des Régions et Communautés
HOOFDSTUK IX. — Tewerkstellingsondersteuning vanuit Gewesten of Gemeenschappen Art. 13. De ondertekenende partijen zijn akkoord om eventuele tewerkstellingsmaatregelen vanuit Gewesten en Gemeenschappen te onderschrijven.
Art. 13. Les parties signataires sont d’accord pour souscrire à d’éventuelles mesures pour l’emploi de la part des Régions et des Communautés. CHAPITRE X. — Dispositions finales Art. 14. Ce protocole d’accord sera coulé dans une convention collective de travail conclue pour deux ans, prenant effet au 1er janvier 2007 et cessant d’être en vigueur au 31 décembre 2008. Art. 15. Au cours de la durée du présent protocole d’accord, la paix sociale est garantie pour les points relatifs au contenu de ce protocole d’accord. Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 21 octobre 2007.
HOOFDSTUK X. — Slotbepalingen Art. 14. Dit protocolakkoord zal omgezet worden in een collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten voor een periode van twee jaar, ingaande op 1 januari 2007 en eindigend op 31 december 2008. Art. 15. Tijdens de duurtijd van dit protocolakkoord wordt de sociale vrede gegarandeerd voor de punten die betrekking hebben op de inhoud van dit protocol akkoord. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 21 oktober 2007.
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
* SERVICE PUBLIC FEDERAL EMPLOI, TRAVAIL ET CONCERTATION SOCIALE F. 2007 — 4480
[C − 2007/12670]
21 OCTOBRE 2007. — Arrêté royal rendant obligatoire la convention collective de travail du 22 juin 2007, conclue au sein de la Commission paritaire des employés de l’industrie papetière, relative aux mesures visant à promouvoir l’emploi et la formation (1) ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.
FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG N. 2007 — 4480
[C − 2007/12670]
21 OKTOBER 2007. — Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de papiernijverheid, betreffende de maatregelen tot bevordering van de werkgelegenheid en de vorming (1) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Vu la loi du 5 décembre 1968 sur les conventions collectives de travail et les commissions paritaires, notamment l’article 28;
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Vu la demande de la Commission paritaire des employés de l’industrie papetière;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden uit de papiernijverheid;
Sur la proposition de Notre Ministre de l’Emploi, Nous avons arrêté et arrêtons : er
Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Article 1 . Est rendue obligatoire la convention collective de travail du 22 juin 2007, reprise en annexe, conclue au sein de la Commission paritaire des employés de l’industrie papetière, relative aux mesures visant à promouvoir l’emploi et la formation.
Artikel 1. Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de papiernijverheid, betreffende de maatregelen tot bevordering van de werkgelegenheid en de vorming.
Art. 2. Notre Ministre de l’Emploi est chargé de l’exécution du présent arrêté.
Art. 2. Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Donné à Bruxelles, le 21 octobre 2007.
ALBERT
Gegeven te Brussel, 21 oktober 2007.
ALBERT
Par le Roi :
Van Koningswege :
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
Note
Nota
(1) Référence au Moniteur belge : Loi du 5 décembre 1968, Moniteur belge du 15 janvier 1969.
(1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
57697
Annexe
Bijlage
Commission paritaire des employés de l’industrie papetière
Paritair Comité voor de bedienden uit de papiernijverheid
Convention collective de travail du 22 juin 2007
Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 juni 2007
Mesures visant à promouvoir l’emploi et la formation (Convention enregistrée le 11 juillet 2007 sous le numéro 83789/CO/221)
Maatregelen tot bevordering van de werkgelegenheid en de vorming (Overeenkomst geregistreerd op 11 juli 2007 onder het nummer 83789/CO/221)
CHAPITRE Ier. — Champ d’application Article 1 . La présente convention collective de travail s’applique aux employeurs et aux employés des entreprises relevant de la Commission paritaire des employés de l’industrie papetière (CP 221).
HOOFDSTUK I. — Toepassingsgebied Artikel 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de bedienden van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de bedienden van de papiernijverheid (PC 221). Zij is afgesloten in toepassing van de wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen.
er
Elle est conclue en application de la loi du 26 mars 1999 relative au plan d’action belge pour l’emploi 1998 et portant sur des dispositions diverses. CHAPITRE II. — Groupes à risques Art. 2. Ce chapitre est conclu d’une part en application de loi du 27 décembre 2006 portant des dispositions diverses, spécialement son chapitre VIII, section 1ère et d’autre part, de l’arrêté royal du 19 mars 2007 activant l’effort en faveur des personnes appartenant aux groupes à risques et l’effort au profit de l’accompagnement et suivi actifs des chômeurs pour la période 2007-2008. L’effort de 0,10 p.c. est utilisé, via le fonds de sécurité d’existence, pour stimuler les actions de formation et de recyclage pour les employés du secteur. Conformément à l’article 2 du précédent accord sectoriel 2005-2006 du 9 juin 2005, enregistré sous le numéro 73375, cet effort de 0,10 p.c. pour les groupes à risque est prorogé pour la période 2007-2008. Art. 3. Les personnes suivantes font partie des groupes à risque : 1. le chômeur/l’employé à qualification réduite : le demandeur d’emploi/l’employé qui n’est titulaire ni d’un diplôme de l’enseignement universitaire, ni d’un diplôme ou certificat de l’enseignement supérieur de type long ou court, ni d’un certificat de l’enseignement secondaire supérieur. 2. le chômeur de longue durée : — le demandeur d’emploi qui, pendant les 6 mois qui précèdent son engagement, a bénéficié sans interruption d’allocations de chômage ou d’attente pour tous les jours de la semaine; — le demandeur d’emploi qui, pendant les six mois qui précèdent son engagement, a travaillé uniquement à temps partiel ou comme intérimaire pour échapper au chômage. 3. le chômeur handicapé : le demandeur d’emploi handicapé qui, au moment de son engagement, est enregistré à un fonds national de reclassement social des handicapés. 4. le jeune à scolarité obligatoire partielle : le demandeur d’emploi âgé de moins de 18 ans qui est encore soumis à l’obligation scolaire et qui ne poursuit plus l’enseignement secondaire de plein exercice. 5. la personne qui réintègre le marché de l’emploi : le demandeur d’emploi qui, au cours de la période de trois ans qui précède son engagement, n’a pas bénéficié d’allocations de chômage ou d’allocations d’interruption de carrière, ni exercé une activité professionnelle et qui, avant cette période de trois ans, a interrompu son activité professionnelle ou qui n’a jamais commencé une telle activité. 6. le bénéficiaire du minimum de moyens d’existence : le demandeur d’emploi qui, au moment de son engagement, bénéficie du minimum de moyens d’existence. 7. le chômeur âgé : à partir de 50 ans. 8. l’employé licencié ou au chômage suite à une faillite ou un licenciement collectif : l’employé, demandeur d’emploi suite à une faillite ou un licenciement collectif, et qui en cas de chômage de longue durée, risque de perdre l’expérience professionnelle acquise. 9. l’employé avec une qualification professionnelle inadaptée ou insuffisante, qui doit suivre une formation pour sauvegarder sa sécurité d’emploi à long ou à court terme. 10. les jeunes qui sont engagés sous contrat de premier emploi.
HOOFDSTUK II. — Risicogroepen Art. 2. Dit hoofdstuk is afgesloten eenzijds in toepassing van de wet van 27 december 2006, houdende diverse bepalingen, inzonderheid hoofdstuk VIII, afdeling 1, en anderzijds het koninklijk besluit van 19 maart 2007 ter activering van de inspanning ten voordele van personen die tot de risicogroepen behoren en van de inspanning ten bate van de actieve begeleiding en opvolging van werklozen voor de periode 2007-2008. De inspanning van 0,10 pct. wordt, langs het fonds voor bestaanszekerheid, gebruikt om de aanwerving-, vormings- en omscholingsmogelijkheden van de bedienden aan te zwengelen. Conform artikel 2 van het vorig sector akkoord 2005-2006 van 9 juni 2005, geregistreerd onder het nummer 73375, wordt deze 0,10 pct. inspanning ten voordele van risicogroepen voor de periode 2007-2008 verlengd. Art. 3. De volgende personen behoren tot de risicogroepen : 1. de laaggeschoolde bediende/werkloze : de werkzoekende/bediende die noch houder is van een diploma van universitair onderwijs, noch van een diploma of van een getuigschrift van het hoger onderwijs van het lange of van het korte type, noch van een getuigschrift van het hoger secundair onderwijs. 2. de langdurig werkloze : — de werkzoekende, die gedurende de 6 maanden die aan zijn indienstneming voorafgaan, zonder onderbreking werkloosheids- of wachtuitkeringen heeft genoten voor alle dagen van de week; — de werkzoekende die gedurende de zes maanden die aan zijn indienstneming voorafgaan, uitsluitend deeltijds of als interimair heeft gewerkt om aan de werkloosheid te ontkomen. 3. de gehandicapte werkloze : de werkzoekende die, op het ogenblik van zijn indienstneming, bij een fonds voor de sociale integratie van de mindervaliden is ingeschreven. 4. de deeltijds leerplichtige : de werkzoekende van minder dan 18 jaar, die nog onder de leerplicht valt en die geen secundair onderwijs met volledig leerplan meer volgt. 5. de herintreder : de werkzoekende, die geen werkloosheids- of loopbaanonderbrekingsuitkeringen heeft genoten en die geen beroepsactiviteit heeft uitgeoefend gedurende de periode van drie jaar die aan de indienstneming voorafgaat. Bovendien moet deze werkzoekende, vóór deze periode van drie jaar, zijn beroepsactiviteiten onderbroken hebben of ze nooit aangevat hebben. 6. de bestaansminimumtrekker : de werkzoekende die op het ogenblik van zijn indienstneming het bestaansminimum ontvangt. 7. de oudere werkloze : vanaf 50 jaar. 8. de bediende die ontslagen of werkloos is ten gevolge van een faillissement of een collectief ontslag : de bediende, die naar aanleiding van een faillissement of een collectief ontslag werkzoekende is geworden en die door een langdurige werkloosheid de verworven professionele ervaring zou kunnen verliezen. 9. de bediende met een onaangepaste of ontoereikende beroepsbekwaamheid, die een bijscholing of opleiding moet volgen om zich, op korte of lange termijn, in zijn functie te kunnen handhaven. 10. de doelgroep jongeren die met een startbaan aangeworven worden.
57698
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
Art. 4. L’application pratique de ces mesures via le règlement, relève de la responsabilité du comité de gestion du fonds de sécurité d’existence.
Art. 4. De praktische toepassing van deze maatregel, via het reglement, behoort tot de verantwoordelijkheid van het beheercomité van fonds voor bestaanszekerheid.
CHAPITRE III. — Dispositions finales — Durée de validité Art. 5. Cette convention collective de travail entre en vigueur le 1er janvier 2007 et est conclue pour une durée indéterminée. Elle peut être dénoncée par chacune des parties moyennant un préavis de trois mois par lettre recommandée adressée au président de la Commission paritaire des employés de l’industrie papetière. Vu pour être annexé à l’arrêté royal du 21 octobre 2007.
HOOFDSTUK III. — Slotbepalingen — Geldigheidsduur Art. 5. Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2007 en is gesloten voor een onbepaalde tijd. Zij kan door elk van de partijen worden opgezegd mits een opzeggingstermijn van drie maanden, betekend bij aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de bedienden uit de papiernijverheid. Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 21 oktober 2007.
Le Ministre de l’Emploi, P. VANVELTHOVEN
De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN
GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP — COMMUNAUTE FLAMANDE VLAAMSE OVERHEID N. 2007 — 4481
[C − 2007/36995] 14 SEPTEMBER 2007. — Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van artikel 29bis van het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode De Vlaamse Regering,
Gelet op het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode, inzonderheid op artikel 29bis, § 1, ingevoegd bij het decreet van 24 maart 2006; Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de Begroting, gegeven op 6 juni 2007; Gelet op protocol nr. 250.810 van 19 juli 2007 van het Sectorcomité XVIII Vlaamse Gemeenschap - Vlaams Gewest; Gelet op het advies 43.464 van de Raad van State, gegeven op 16 augustus 2007, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State; Op voorstel van de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering; Na beraadslaging, Besluit : Artikel 1. De toezichthouders voor de sociale huisvesting, hierna toezichthouder te noemen, worden aangesteld onder de ambtenaren van niveau A van het agentschap Inspectie Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed. Om aangesteld te kunnen worden, moeten de ambtenaren voldoen aan een van de volgende voorwaarden op het ogenblik van de aanstelling : 1° aangewezen zijn als ambtenaar die gemachtigd is de bevoegdheden van toezichthouder uit te oefenen voor de erkende huurdiensten en voor de sociale huisvestingsmaatschappijen waarbij geen commissaris is aangesteld, met toepassing van artikel 175 van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 juni 2006 tot gedeeltelijke operationalisering van het beleidsdomein Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed en houdende aanpassingen van de regelgeving inzake wonen als gevolg van het bestuurlijk beleid; 2° aangesteld zijn als commissaris als vermeld in artikel 24 van de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut, om controle uit te oefenen op een sociale huisvestingsmaatschappij; 3° minstens één jaar werkzaam zijn geweest bij de afdeling Toezicht van het agentschap Inspectie Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed. Art. 2. De functie van toezichthouder is onverenigbaar met : 1° de functie van voorzitter of lid van de raad van bestuur van een sociale woonorganisatie als vermeld in artikel 2, § 1, 26°, van het decreet van 15 juli 1997 houdende de Vlaamse Wooncode; 2° een bestuurs- of andere functie bij een koepelorganisatie van de sociale woonorganisaties vermeld in punt 2°. Art. 3. Tenzij hem een beperkter ambtsgebied wordt toegewezen, oefent de toezichthouder zijn bevoegdheden uit op het gehele grondgebied van het Vlaamse Gewest. Een territoriaal ambtsgebied, voor zover beperkter dan het ambtsgebied van het Vlaamse Gewest, wordt toegewezen voor een termijn van ten hoogste vijf jaar, waarna de toezichthouder een ander ambtsgebied wordt toegewezen. Art. 4. De Vlaamse minister bevoegd voor de Huisvesting is belast met de uitvoering van dit besluit. Brussel, 14 september 2007. De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Stedenbeleid, Wonen en Inburgering, M. KEULEN
57699
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD TRADUCTION AUTORITE FLAMANDE F. 2007 — 4481
[C − 2007/36995]
14 SEPTEMBRE 2007. — Arrêté du Gouvernement flamand portant exécution de l’article 29bis du décret du 15 juillet 1997 contenant le Code flamand du Logement Le Gouvernement flamand,
Vu le décret du 15 juillet 1997 contenant le Code flamand du Logement, notamment l’article 29bis, § 1er, inséré par le décret du 24 mars 2006; Vu l’avis du Ministre flamand chargé du Budget, donné le 6 juin 2007; Vu le protocole n° 250 810 du 19 juillet 2007 du Comité sectoriel XVIII – Communauté flamande – Région flamande; Vu l’avis 43.464 du Conseil d’Etat, donné le 16 août 2007, en application de l’article 84, § 1er, alinéa 1er, 1°, des lois coordonnées sur le Conseil d’Etat; Sur la proposition du Ministre flamand des Affaires intérieures, de la Politique des Villes, du Logement et de l’Intégration civique; Après délibération, Arrête : Article 1er. Les contrôleurs du logement social, à appeler contrôleur ci-après, sont désignés parmi les fonctionnaires du niveau A de l’agence ″Inspectie Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed″ (Inspection Aménagement du Territoire, Politique du Logement et Patrimoine immobilier) Afin de pouvoir être désignés, les fonctionnaires doivent répondre à une des conditions suivantes au moment de la désignation : 1° être désigné en tant que fonctionnaire autorisé à exercer les compétences de contrôleur pour des services de location agréés et pour les sociétés de logement social auprès desquels aucun commissaire n’est désigné, en application de l’article 175 de l’arrêté du Gouvernement flamand du 30 juin 2006 portant opérationnalisation partielle du domaine politique de l’aménagement du territoire, de la politique du logement et du patrimoine immobilier et adaptant la réglementation en matière de logement suite à la politique administrative; 2° être désigné en tant que commissaire tel que visé à l’article 24 de la loi du 16 mars 1954 relative au contrôle de certains organismes d’intérêt public, afin d’exercer le contrôle sur une société de logement social; 3° avoir été actif pendant au moins une année auprès de l’agence ″Inspectie Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed″. Art. 2. La fonction de contrôleur est incompatible : 1° avec la fonction de président ou de membre du conseil d’administration d’une organisation de logement social telle que visée à l’article 2, § 1er, 26°, du décret du 15 juillet 1997 contenant le Code flamand du Logement; 2° avec une fonction administrative ou autre auprès d’une organisation coordonnatrice des organisations de logement social visées au point 2°. Art. 3. A moins qu’un autre ressort plus limité lui serait attribué, le contrôleur exerce ses compétences sur l’ensemble du territoire de la Région flamande. Un ressort territorial, pour autant qu’il soit plus limité que le ressort de la Région flamande, est attribué pour une période d’au maximum cinq ans, après laquelle un autre ressort est attribué au contrôleur. Art. 4. Le Ministre flamand qui a le Logement dans ses attributions est chargé de l’exécution du présent arrêté. Bruxelles, le 14 septembre 2007. Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, K. PEETERS Le Ministre flamand des Affaires intérieures, de la Politique des Villes, du Logement et de l’Intégration civique, M. KEULEN
57700
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD VLAAMSE OVERHEID N. 2007 — 4482 [C − 2007/36996] 5 OKTOBER 2007. — Besluit van de Vlaamse Regering tot regeling van de werking van het Rubiconfonds De Vlaamse Regering, Gelet op het decreet van 27 juni 2003 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2003, meer bepaald artikel 31; Gelet op het kaderdecreet bestuurlijk beleid van 18 juli 2003, meer bepaald artikel 7, derde lid; Gelet op het begrotingsakkoord van de Vlaams minister van Begroting d.d. 17 juli 2007; Gelet op advies 43.442/1/V van de Raad van State, gegeven op 10 september 2007, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State; Op voorstel van de Vlaamse minister bevoegd voor Ruimtelijke Ordening Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK I. — Algemene bepalingen Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° het Rubiconfonds : Vlaamse openbare instelling opgericht bij decreet van 27 juni 2003 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing van de begroting 2003; 2° de Vlaamse minister : het lid van de Vlaamse Regering bevoegd voor Ruimtelijke Ordening; 3° de administrateur- generaal : het hoofd van het agentschap RO – Vlaanderen. HOOFDSTUK II. — Organisatie en structuur Art. 2. De administrateur-generaal wordt belast om namens de Vlaamse Regering de boekhouding van het Rubiconfonds te voeren en alle desbetreffende documenten en briefwisseling te ondertekenen. Hij wordt daarbij gemachtigd deze bevoegdheid geheel of gedeeltelijk over te dragen aan onder zijn gezag geplaatste ambtenaren van niveau A. Art. 3. Driemaandelijks brengt de administrateur -generaal aan de Vlaamse minister verslag uit over de aanwending van de krachtens dit besluit verleende machtigingen gedane boekhoudkundige en budgettaire verrichtingen. Art. 4. De Vlaamse minister beslist welke personeelsleden, uitrusting en installaties ter beschikking worden gesteld van het Rubiconfonds. HOOFDSTUK II. — Slotbepaling Art. 5. De Vlaamse minister, bevoegd voor de Ruimtelijke Ordening, is belast met de uitvoering van dit besluit. Brussel, 5 oktober 2007. De minister-president van de Vlaamse Regering, K. PEETERS De Vlaamse minister van Financiën en Begroting en Ruimtelijke Ordening, D. VAN MECHELEN
TRADUCTION AUTORITE FLAMANDE F. 2007 — 4482 [C − 2007/36996] 5 OCTOBRE 2007. — Arrêté du Gouvernement flamand réglant le fonctionnement du Fonds Rubicon Le Gouvernement flamand, Vu le décret du 27 juin 2003 contenant diverses mesures d’accompagnement de l’ajustement du budget 2003, notamment l’article 31; Vu le décret cadre sur la politique administrative du 18 juillet 2003, notamment l’article 7, alinéa trois; Vu l’accord budgétaire du Ministre flamand chargé du Budget du 17 juillet 2007; Vu l’avis 43.442/1/V du Conseil d’Etat, donné le 10 septembre 2007, en application de l’article 84, § 1er, alinéa 1er, 1°, des lois coordonnées sur le Conseil d’Etat; Sur la proposition du Ministre flamand chargé de l’Aménagement du Territoire; Après délibération, Arrête : CHAPITRE Ier. — Dispositions générales Article 1er. Pour l’application du présent arrêté, on entend par : 1° le Fonds Rubicon : Institution publique flamande créée en vertu du décret du 27 juin 2003 contenant diverses mesures d’accompagnement de l’ajustement du budget 2003; 2° le Ministre flamand : le membre du Gouvernement flamand chargé de l’aménagement du territoire; 3° l’administrateur général : le chef de l’agence ″RO – Vlaanderen″ (Aménagement du Territoire – Flandre).
57701
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD CHAPITRE II. — Organisation et structure Art. 2. L’administrateur général est chargé de tenir la comptabilité du Fonds Rubicon et de signer tous les documents et toute correspondance concernés au nom du Gouvernement flamand. A cet effet, il est autorisé à transférer entièrement ou partiellement cette compétence à des fonctionnaires du niveau A soumis à son autorité. Art. 3. Trimestriellement, l’administrateur général transmet un rapport au Ministre flamand sur l’utilisation des opérations comptables et budgétaires faites en vertu des autorisations accordées par le présent arrêté. Art. 4. Le fonctionnaire dirigeant décide quels membres du personnel, équipement et installations seront mis à la disposition du Fonds Rubicon. CHAPITRE II. — Disposition finale Art. 5. Le Ministre flamand ayant l’Aménagement du Territoire dans ses attributions est chargé de l’exécution du présent arrêté. Bruxelles, le 5 octobre 2007. Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, K. PEETERS Le Ministre flamand des Finances et du Budget et de l’Aménagement du Territoire, D. VAN MECHELEN
*
VLAAMSE OVERHEID N. 2007 — 4483
[C − 2007/36984]
19 OKTOBER 2007. — Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 14 juli 2004 tot het vaststellen van een onderhoudspremie voor beschermde monumenten en stads- en dorpsgezichten en tot vaststelling van een overgangsbepaling De Vlaamse Regering, Gelet op het decreet van 3 maart 1976 tot bescherming van monumenten en stads- en dorpsgezichten, inzonderheid op artikel 11, § 9, vervangen bij het decreet van 21 november 2003; Gelet op het Besluit van de Vlaamse Regering van 14 juli 2004 tot het vaststellen van een onderhoudspremie voor beschermde monumenten en stads- en dorpsgezichten, gewijzigd bij het Besluit van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006; Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de Begroting, gegeven op 10 juli 2007; Gelet op advies 43.409/1/V van de Raad van State, gegeven op 2 augustus 2007, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State; Op voorstel van de Vlaamse minister van Financiën en Begroting en Ruimtelijke Ordening; Na beraadslaging, Besluit : Artikel 1. In artikel 7, § 1, van het Besluit van de Vlaamse Regering van 14 juli 2004 tot het vaststellen van een onderhoudspremie voor beschermde monumenten en stads- en dorpsgezichten, gewijzigd bij het Besluit van de Vlaamse Regering van 23 juni 2006, wordt het tweede lid vervangen door wat volgt : « Voor de monumenten, vermeld in artikel 16 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2001 houdende vaststelling van het premiestelsel voor restauratiewerkzaamheden aan beschermde monumenten, geldt een percentage van 80 % van de voor betoelaging aanvaarde kostenraming, die laatste met een minimumbedrag van 1.000 euro en een maximumbedrag van 30.000 euro, exclusief BTW. » Art. 2. In hetzelfde besluit wordt een artikel 7bis ingevoegd, dat luidt als volgt : « Art. 7bis. § 1. Voor iedere aanvraag voor de toekenning van een onderhoudspremie voor een molen als vermeld in artikel 16, 1°, van het Besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2001 houdende vaststelling van het premiestelsel voor restauratiewerkzaamheden aan beschermde monumenten, ingediend tussen de datum van de inwerkingtreding van dit besluit en de datum van de inwerkingtreding van dit artikel, en waarvan het agentschap aan de premienemer heeft meegedeeld dat de aanvraag voor goedkeuring in aanmerking komt, bedraagt de onderhoudspremie 80 % van de voor betoelaging aanvaarde kostenraming. Dit percentage wordt berekend op een raming van minimaal 1.000 euro en maximaal 30.000 euro, exclusief BTW. § 2. Een premienemer kan voor onderhoudswerken aan een molen als vermeld in artikel 16, 1°, van het Besluit van de Vlaamse Regering van 14 december 2001 houdende vaststelling van het premiestelsel voor restauratiewerkzaamheden aan beschermde monumenten, waarvoor tussen 1 januari 2006 en de datum van de inwerkingtreding van dit artikel, een onderhoudspremie ten bedrage van 40 % van de voor betoelaging aanvaarde kostenraming werd toegekend, door middel van een aangetekende brief een verzoek tot herziening van zijn premiedossier indienen bij de administrateur-generaal van het agentschap RO-Vlaanderen.
57702
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Een verzoek tot herziening wordt ingediend binnen een termijn van drie maanden volgend op de datum van de inwerkingtreding van dit artikel. Het agentschap RO-Vlaanderen stelt de premienemer schriftelijk in kennis van de beslissing. § 3. De artikelen 5 en 7, § 1, zijn niet van toepassing op de aanvragen vermeld in § 1. § 4. Artikel 5, 1°, laatste zin, is niet van toepassing op aanvragen waarvoor een verzoek tot herziening wordt ingediend overeenkomstig § 2. Art. 3. De Vlaamse minister, bevoegd voor Onroerend Erfgoed, is belast met de uitvoering van dit besluit. Brussel, 19 oktober 2007. De minister-president van de Vlaamse Regering K. PEETERS De Vlaamse minister van Financiën en Begroting en Ruimtelijke Ordening, D. VAN MECHELEN
TRADUCTION
AUTORITE FLAMANDE F. 2007 — 4483
[C − 2007/36984]
19 OCTOBRE 2007. — Arrêté du Gouvernement flamand modifiant l’arrêté du Gouvernement flamand du 14 juillet 2004 fixant une prime d’entretien pour des monuments et sites urbains et ruraux protégés Vu le décret du 3 mars 1976 réglant la protection des monuments et des sites urbains et ruraux, notamment l’article 11, § 9, modifié par le décret du 21 novembre 2003; Vu l’arrêté du Gouvernement flamand du 14 juillet 2004 fixant une prime d’entretien pour des monuments et sites urbains et ruraux protégés, modifié par l’arrêté du Gouvernement flamand du 23 juin 2006; Vu l’avis du Ministre flamand chargé du Budget, donné le 10 juillet 2007; Vu l’avis 43 409/1/V du Conseil d’Etat, donné le 2 août 2007, en application de l’article 84, § 1er, alinéa 1er, 1°, des lois coordonnées sur le Conseil d’Etat; Sur la proposition du Ministre flamand des Finances et du Budget et de l’Aménagement du Territoire; Après délibération, Arrête : Article 1er. A l’article 7, § 1er de l’arrêté du Gouvernement flamand du 14 juillet 2004 fixant une prime d’entretien pour des monuments et sites urbains et ruraux protégés, modifié par l’arrêté du Gouvernement flamand du 23 juin 2006, l’alinéa deux est remplacé par la disposition suivante : « Un pourcentage de 80 % de l’estimation des coûts admissible aux subventions, d’un montant minimum de 1 000 euros et d’un montant maximum de 30 000 euros hors T.V.A. s’applique aux monuments mentionnés à l’article 16 de l’arrêté du Gouvernement flamand du 14 décembre 2001 instaurant un régime de prime pour les travaux de restauration aux monuments protégés. » Art. 2. Dans le même arrêté, il est inséré un article 7bis, rédigé comme suit : « Art. 7bis. § 1. Pour toute demande d’octroi de la prime d’entretien pour un moulin tel que visé à l’article 16, 1° de l’arrêté du Gouvernement flamand du 14 décembre 2001 instaurant un régime de prime pour les travaux de restauration aux monuments protégés, introduite entre l’entrée en vigueur du présent arrêté et la date d’entrée en vigueur du présent article, et dont l’agence a fait savoir au preneur de prime que la demande peut faire l’objet d’une approbation, la prime d’entretien est de 80 % de l’estimation des coûts admissible aux subventions. Ce pourcentage s’applique à une estimation de 1 000 euros au minimum et 30 000 euros au maximum, hors T.V.A.
57703
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD § 2. Pour des travaux d’entretien à un moulin tels que visés à l’article 16, 1° de l’arrêté du Gouvernement flamand du 14 décembre 2001 instaurant un régime de prime pour les travaux de restauration aux monuments protégés, pour lesquels il a été accordé, entre le 1er janvier 2006 et la date d’entrée en vigueur du présent article, une prime d’entretien de 40 % de l’estimation des coûts admissible aux subventions, un preneur de prime peut introduire auprès de l’administrateur général de l’agence « RO-Vlaanderen » une demande de révision de son dossier de prime. Une demande de révision est introduite dans les trois mois de la date d’entrée en vigueur du présent article. L’agence « RO-Vlaanderen » informe le preneur de prime par écrit de la décision. § 3. Les articles 5 et 7, § 1er ne s’appliquent pas aux demandes visées au § 1er. § 4. L’article 5, 1°, dernière phrase ne s’applique pas aux demandes pour lesquelles une révision est sollicitée conformément au § 2. Art. 3. Le Ministre flamand ayant le Patrimoine immobilier dans ses attributions est chargé de l’exécution du présent arrêté. Bruxelles, le 19 octobre 2007. Le Ministre-Président du Gouvernement flamand, K. PEETERS Le Ministre flamand des Finances et du Budget et de l’Aménagement du Territoire, D. VAN MECHELEN
*
VLAAMSE OVERHEID N. 2007 — 4484
[C − 2007/37014]
5 NOVEMBER 2007. — Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 21 december 2006 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee De Vlaamse minister van Institutionele Hervormingen, Havens, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid,
Gelet op de wet van 12 april 1957 waarbij de Koning wordt gemachtigd maatregelen voor te schrijven ter bescherming van de biologische hulpbronnen van de zee, inzonderheid op artikel 1, eerste lid, vervangen bij de wet van 3 mei 1999; Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijprodukten, inzonderheid op artikel 3, § 1, 1°, vervangen bij de wet van 29 december 1990; Gelet op Verordening (EG) nr. 41/2007 van de Raad van 21 december 2006 tot vaststelling voor 2007, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden die in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn; Gelet op Verordening (EG) nr. 509/2007 van de Raad van 7 mei 2007 tot vaststelling van een meerjarenplan voor de duurzame exploitatie van het tongbestand in het Westelijk Kanaal; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005 tot de instelling van een visvergunning en houdende tijdelijke maatregelen voor de uitvoering van de communautaire regeling inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden, inzonderheid op artikel 18; Gelet op het ministerieel besluit van 21 december 2006 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 23 maart 2007, 25 juni 2007 en 20 augustus 2007; Overwegende dat een snelle besluitvorming en communicatie hiervan zich telkens opdringt bij het volvist raken van de vangstquota, vermeld in de in Verordening (EG) nr. 41/2007 van de Raad van 21 december 2006 tot vaststelling voor 2007, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden die in de wateren van de Gemeenschap en, voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften bepaalde visquota; dat het definitief bereiken van die quota, een louter feitelijke vaststelling is. Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 28 augustus 2007;
57704
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Gelet op advies nr. 43.604/3 van de Raad van State, gegeven op 2 oktober 2007, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, Besluit : Enig artikel. In het ministerieel besluit van 21 december 2006 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 23 maart 2007, 25 juni 2007 en 20 augustus 2007, wordt in titel I, hoofdstuk II, voor artikel 2, dat artikel 2bis wordt, een nieuw artikel 2 ingevoegd, dat luidt als volgt : « Art. 2. De secretaris-generaal van het departement waaronder de dienst ressorteert, deelt, per mededeling in het Belgisch Staatsblad, de feitelijke vaststelling van het bereiken van het communautair bepaalde vangstquotum voor bepaalde vissoorten in bepaalde i.c.e.s.-gebieden mee. Het gevolg van die vaststelling is de sluiting van het betrokken visgebied voor vangstactiviteiten op de betrokken vissoort, waardoor voor alle vissersvaartuigen de visserij op de betrokken vissoorten in de wateren van de betrokken i.c.e.s.-gebieden verboden is, alsmede het aan boord houden, het overladen en het lossen van de betrokken vissoorten die zijn gevangen in die wateren. » Brussel, 5 november 2007. De Vlaamse minister van Institutionele Hervormingen, Havens, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid, K. PEETERS
TRADUCTION AUTORITE FLAMANDE F. 2007 — 4484
[C − 2007/37014]
5 NOVEMBRE 2007. — Arrêté ministériel modifiant l’arrêté ministériel du 21 décembre 2006 portant des mesures complémentaires temporaires de conservation des réserves de poisson en mer Le Ministre flamand des Réformes institutionnelles, des Ports, de l’Agriculture, de la Pêche en mer et de la Ruralité, Vu la loi du 12 avril 1957 autorisant le Roi à prescrire des mesures visant à protéger les ressources biologiques de la mer, notamment l’article 1er, alinéa 1er, remplacé par la loi du 3 mai 1999; Vu la loi du 28 mars 1975 relative au commerce des produits de l’agriculture, de l’horticulture et de la pêche maritime, notamment l’article 3, § 1er, 1°, remplacé par la loi du 29 décembre 1990; Vu le Règlement (CE) n° 41/2007 du Conseil du 21 décembre 2006 établissant, pour 2007, les possibilités de pêche et les conditions associées pour certains stocks halieutiques et groupes de stocks halieutiques, applicables dans les eaux communautaires et, pour les navires communautaires, dans les eaux soumises à des limitations de capture; Vu le Règlement (CE) n° 509/2007 du Conseil du 7 mai 2007 établissant un plan pluriannuel pour l’exploitation durable du stock de sole dans la Manche occidentale; Vu l’arrêté du Gouvernement flamand du 16 décembre 2005 instituant une licence de pêche et portant des mesures temporaires pour l’exécution du régime communautaire relatif à la conservation et à l’exploitation durable des ressources halieutiques, notamment l’article 18; Vu l’arrêté ministériel du 21 décembre 2006 portant des mesures complémentaires temporaires de conservation des réserves de poisson en mer, modifié par les arrêtés ministériels des 23 mars 2007, 25 juin 2007 et 20 août 2007; Considérant qu’une prise de décision rapide et sa communication s’imposent chaque fois que sont atteints les quotas de pêche, visés au Règlement (CE) n° 41/2007 du Conseil du 21 décembre 2006 établissant, pour 2007, les possibilités de pêche et les conditions associées pour certains stocks halieutiques et groupes de stocks halieutiques, applicables dans les eaux communautaires et, pour les navires communautaires, dans les eaux soumises à des limitations de capture et fixant les quotas de pêche prévus par les prescriptions de pêche à respecter; que l’atteinte définitive de ces quotas est une constatation purement factuelle. Vu l’avis de l’Inspection des Finances, donné le 28 août 2007; Vu l’avis n° 43.604/3 du Conseil d’Etat, donné le 2 octobre 2007, en application de l’article 84, § 1er, alinéa 1er, 1°, des lois coordonnées sur le Conseil d’Etat, Arrête : Article unique. Dans l’arrêté ministériel du 21 décembre 2006 portant des mesures complémentaires temporaires de conservation des réserves de poisson en mer, modifié par les arrêtés ministériels des 23 mars 2007, 25 juin 2007 et 20 août 2007, il est inséré avant l’article 2 du chapitre II du Titre Ier, qui devient l’article 2bis, un nouvel article 2, rédigé comme suit: « Art. 2. Le secrétaire général du département dont relève le service, communique par avis dans le Moniteur belge, la constatation factuelle de l’atteinte du quota de pêche communautaire pour certaines espèces de poissons dans certaines zones c.i.e.m. Cette constatation emporte la fermeture de la zone de pêche concernée pour des activités de pêche portant sur l’espèce de poisson concernée de sorte que pour tous les navires de pêche, la pêche des espèces en question dans les eaux des zones c.i.e.m. concernées est interdite ainsi que la détention à bord, le transbordement et le déchargement des espèces concernées capturées dans ces eaux. » Bruxelles, le 5 novembre 2007. Le Ministre flamand des Réformes institutionnelles, des Ports, de l’Agriculture, de la Pêche en mer et de la Ruralité, K. PEETERS
57705
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
AUTRES ARRETES — ANDERE BESLUITEN SERVICE PUBLIC FEDERAL CHANCELLERIE DU PREMIER MINISTRE ET MINISTERE DE LA REGION WALLONNE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST KANSELARIJ VAN DE EERSTE MINISTER EN MINISTERIE VAN HET WAALSE GEWEST
[2007/203354]
[2007/203354]
Décorations civiques
Burgerlijke eretekens
Un arrêté royal du 31 août 2007 nomme Commandeur de l’Ordre de Léopold M. Marcel Lenoble.
Bij koninklijk besluit van 31 augustus 2007 wordt de heer Marcel Lenoble benoemd tot Commandeur in de Orde van Leopold.
Un arrêté royal du 19 septembre 2007 décerne : — la Croix civique de 2e classe à MM. Yvan Doverin, Willy Dumont, Francis Festers, René Lognoul, Joseph Maquet et René Partoune; — la Médaille civique de 1re classe à Mmes Martine Comans, Noémia Dos Santos Teixeira, Denise Fassotte, Patricia Goosse, Michèle Gustin, Patricia Heyen, Michelle Lovenfosse, Corine Mathy, Solange Meys, Danièle Thonet, Catherine Thys, Régine Verrechia et JeanneMarie Warnant ainsi qu’à MM. Albert Beckers, Georges Bertholet, Pascal Bourgeois, Eric Bronfort, Daniel Bucci, Jakob Cardinaels, Marc Chaslin, Eric Christophel, Jean-Michel Danloy, Thierry de la Marck, Christian Dumont, Yves Haway, Jean-Luc Henry, Paul Heusdens, Raymond Houssonloge, Roger Husson, Gaston Lassaux, Michel Lenaers, Daniel Louis, Pierre Medaerts, Lambert Petry, Patrice Pirsoul, Philippe Roufosse, Claude Schraeyen, Michel Thilion, Rudy Vujasin et Michel Wilmart.
Bij koninklijk besluit van 19 september 2007 worden de volgende eretekens verleend : — het Burgerlijke Kruis 2e klasse aan de heren Yvan Doverin, Willy Dumont, Francis Festers, René Lognoul, Joseph Maquet en René Partoune; — de Burgerlijke Medaille 1e klasse aan Mevr. Martine Comans, Mevr. Noémia Dos Santos Teixeira, Mevr. Denise Fassotte, Mevr. Patricia Goosse, Mevr. Michèle Gustin, Mevr. Patricia Heyen, Mevr. Michelle Lovenfosse, Mevr. Corine Mathy, Mevr. Solange Meys, Mevr.Danièle Thonet, Mevr. Catherine Thys, Mevr. Régine Verrechia en Mevr. Jeanne-Marie Warnant, alsook aan de heren Albert Beckers, Georges Bertholet, Pascal Bourgeois, Eric Bronfort, Daniel Bucci, Jakob Cardinaels, Marc Chaslin, Eric Christophel, Jean-Michel Danloy, Thierry de la Marck, Christian Dumont, Yves Haway, Jean-Luc Henry, Paul Heusdens, Raymond Houssonloge, Roger Husson, Gaston Lassaux, Michel Lenaers, Daniel Louis, Pierre Medaerts, Lambert Petry, Patrice Pirsoul, Philippe Roufosse, Claude Schraeyen, Michel Thilion, Rudy Vujasin en Michel Wilmart.
FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST KANZLEI DES PREMIERMINISTERS UND MINISTERIUM DER WALLONISCHEN REGION [2007/203354] Bürgerliche Ehrenauszeichnungen Durch Königlichen Erlass vom 31. August 2007 wird Herr Marcel Lenoble zum Kommandeur des Leopoldordens ernannt. Durch Königlichen Erlass vom 19. September 2007 wird: — Herrn Yvan Doverin, Herrn Willy Dumont, Herrn Francis Festers, Herrn René Lognoul, Herrn Joseph Maquet und Herrn René Partoune das bürgerliche Verdienstkreuz 2. Klasse gewährt; — Frau Martine Comans, Frau Noémia Dos Santos Teixeira, Frau Denise Fassotte, Frau Patricia Goosse, Frau Michèle Gustin, Frau Patricia Heyen, Frau Michelle Lovenfosse, Frau Corine Mathy, Frau Solange Meys, Frau Danièle Thonet, Frau Catherine Thys, Frau Régine Verrechia, Frau Jeanne-Marie Warnant, Herrn Albert Beckers, Herrn Georges Bertholet, Herrn Pascal Bourgeois, Herrn Eric Bronfort, Herrn Daniel Bucci, Herrn Jakob Cardinaels, Herrn Marc Chaslin, Herrn Eric Christophel, Herrn Jean-Michel Danloy, Herrn Thierry de la Marck, Herrn Christian Dumont, Herrn Yves Haway, Herrn Jean-Luc Henry, Herrn Paul Heusdens, Herrn Raymond Houssonloge, Herrn Roger Husson, Herrn Gaston Lassaux, Herrn Michel Lenaers, Herrn Daniel Louis, Herrn Pierre Medaerts, Herrn Lambert Petry, Herrn Patrice Pirsoul, Herrn Philippe Roufosse, Herrn Claude Schraeyen, Herrn Michel Thilion, Herrn Rudy Vujasin und Herrn Michel Wilmart die bürgerliche Verdienstmedaille 1. Klasse gewährt.
* SERVICE PUBLIC FEDERAL CHANCELLERIE DU PREMIER MINISTRE ET MINISTERE WALLON DE L’EQUIPEMENT ET DES TRANSPORTS [2007/203356] Ordres nationaux Un arrêté royal du 19 septembre 2007 : — nomme Officier de l’Ordre de la Couronne MM. Jean Gerday, Daniel Hayen, Vincent Helmus, Marc Jamoulle et Freddy Lahaye; — nomme Chevalier de l’Ordre de la Couronne Mmes Marie-Jeanne Batta, Viviane Decroly et Jeannine Lehezée ainsi que MM. Jean-Claude Billemont, André Boulanger, Christian Cordier, Philippe Dubois, Francis Frébutte, Hubert Geeraerts, Daniel Hamoir, Christian Hauglustaine, Pierre Janvier, Yves Kesenne, Jacques Letort, Jean-Paul Riga et Jacques Roulez; — décerne les Palmes d’Or de l’Ordre de la Couronne à Mmes Marie-Christine Daoust, Arlette Houbar, Anne-Marie Jeanmart et Béatrice Kowalski ainsi qu’à MM. Jacques Agramme, Jean-Claude Belin, Emile Bronckart, Jean Capouet, Jacques Caussin, Philippe Cheront, Guy Connart, Jean-Claude Cornet, Patrick Degraeve, Jean-Jacques Fraselle, Pol Georges, Bernard Kint, Armand Stoffe, Jean-Marie Thielens, Alfred Van Belle, Guy Vermeeren et Yves Watelet.
57706
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Un arrêté royal du 19 septembre 2007 : — nomme Commandeur de l’Ordre de Léopold MM. Edmond Dimartinelli et Christian Paquet; — promeut Officier de l’Ordre de Léopold M. Henri Mairesse; — nomme Officier de l’Ordre de Léopold M. Jean Delchambre; — nomme Chevalier de l’Ordre de Léopold Mmes Josette Hanse, Anne-Françoise Mouton, Marianne Parmentier, Caroline Pourtois et Frédérique Thewissen ainsi que MM. Fabrice Bizzocchi, Pascal Blocteur, Richard Blondiau, Damien Borsu, Georges Bougard, Noël Deleuze, Daniel Denaeyer, Jean-Jacques Hanse, Claude Lacourte, Philippe Lemoine, Marcel Missotten, Jean Nevend, René Nicolay, Michel Smal, Didier Urbain, Pierre Vallet et Dany Weverbergh.
Un arrêté royal du 19 septembre 2007 : — nomme Officier de l’Ordre de la Couronne Mme Françoise Jouretz et MM. Benoît Coppine, Christian Gosselin, Jean-Marie Parmentier et Hector Pierre; — nomme Chevalier de l’Ordre de la Couronne Mmes Marie-José Delhez et Anne Voosen ainsi que MM. Robert Berthoumeyrie, Guy Blondeau, Jean-Claude Chaudron, Philippe Daemen, Roland De Beck, Michel Demoustier, Roland Dessard, Jean-Claude Drees, Jean-Claude Goffaux, Jean-Pierre Gordenne, Claude Lucy, André Petit, Oscar Pichon, Fernand Preud’Homme, Marc Schmitz, Francis Trenteseaux et Francis Venneman; — décerne les Palmes d’Or de l’Ordre de la Couronne à Mmes Madeleine Devroye et Bernadette Robaye ainsi qu’à MM. Marcel Amand, Michel André, Willy Behaeghel, Willy Biard, Jacques Bodart, Michel Charlier, Jean-Claude Codden, Patrick Dericq, Jacques Devise, André Dewame, José Didion, Emile Durviaux, Jean-Marie Evrard, Jacques Genet, Alain Jodogne, Jules Joris, Francis Kekenbosch, José Lamberty, Daniel Legrand, Claude Levecq, René Liégeois, Léon Malevez, Roger Matton, Pierre Paquet, Paul Rihon et Patrick Van Dooren.
Un arrêté royal du 19 septembre 2007 : — nomme Officier de l’Ordre de Léopold II MM. Michel Drese, Jean-Claude Jonette et Michel Namur; — nomme Chevalier de l’Ordre de Léopold II Mmes Danielle Charlier, Nathalie Chevalier, Marie-Claude Deblende, Brigitte Ernon, Françoise Henrot, Cathy Nicolay, Véronique Scharres, Patricia Simon, Rose Urbain et Eliane Vandamme ainsi que MM. Joël André, Daniel Beff, Jean-Luc Braeckevelt, Jean-Pierre Calozet, Francis Collinet, Roger Denruyter, André Desoubry, Christian Eggermont, Serge Famerée, Thierry Grenson, Jean Hisette, Félix Lemaire, Youra Lognoul, Edgard Martin, Blaise Nkingu, Gérard Patte, Jean-Marie Recloux, Jean-Paul Schoenmaeckers, Pierre Schroven et Louis Vandormael; — décerne la Médaille d’Or de l’Ordre de Léopold II à MM. Raphaël Blampain, Robert Desbonnets, Daniel Drion, Francis Jacques, Jean-Claude Leleu, Dany Mechelen et Freddy Van Heirseele.
Un arrêté royal du 19 septembre 2007 : — promeut Commandeur de l’Ordre de Léopold M. Jean-Michel Hiver; — nomme Commandeur de l’Ordre de Léopold MM. Jean-Marie Gerardy, Victor Gilsoul, Henry Ledent et Claude Monette : — nomme Officier de l’Ordre de Léopold MM. Jean Bellot, Guy Bertrand, Michel Divoy, Pierre Gosset, Paul Hanesse et Alain Montel; — nomme Chevalier de l’Ordre de Léopold Mmes Anne Carlier, Hélène Cornet, Mireille Francotte, Colette Michaux et Geneviève Volker et MM. Jean-Paul Aubry, Pascal Becco, Michel Destrée, Jean-Jacques Dumonchaux, Claude Gallez, Luc Jauniau, Marcel Kevelaer, Guy Lemye, Patrice Le Roux, Laurent Leroy, Arnaud Massart, Alain Petit, Marc Quittelier, Jean-Claude Sprimont et Hubert Thielens.
Un arrêté royal du 19 septembre 2007 : — promeut Grand Officier de l’Ordre de Léopold II M. Jacques Laurent; — nomme Grand Officier de l’Ordre de Léopold II MM. Roger Croughs et Jacques Warscotte; — nomme Commandeur de l’Ordre de Léopold II Mme Marie-Thérèse Lambert et MM. Christian Delcourt, André Delplanque, Raoul Dumont, Jacques Grulois, Baudouin Serruys, Georges Simon, Jacques Thys, Henri Ueten et Jean-Luc Vigreux; — nomme Officier de l’Ordre de Léopold II M. René Pirson; — nomme Chevalier de l’Ordre de Léopold II Mmes Jeanine Abinet, Francine Brach, Joceline Guillaume, Simone Huby, Annie Pelleriaux et Régine Wera ainsi que MM. Gauthier Becker, Paul Bombled, Claude Brouet, Francis Colin, Jean-Marie Damanet, Dany Dechamps, Yves Delespinette, Robert Delpomdor, Michel Descamps, Yves Desmet, Odon Desmette, Jean-Claude Didier, André Dutron, Michel François, Daniel Jadot, Jean-Paul Kimplaire, Joseph Mercier, Oscar Orban, Michel Pesser, Yves Riga, Michel Stryczek, Marc Tailleur, Francis Tirtiaux, William Walbrecq et Gérard Wilmes; — décerne la Médaille d’Or de l’Ordre de Léopold II à Mme Léa Pascal ainsi qu’à MM. Jean-Claude Ansiau, Daniel Brogniez, Bernard Debois, Alain De Rycke, Pierre Gignot, Jean-Claude Hollay, Benoît Jaumain, Daniel Lejeune, Jean Mean, Michel Namur, André Pemmers, Luc Piette, Jean-Luc Poulet, Jean-Luc Quintin et Michel Sneyders.
57707
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD FÖDERALER ÖFFENTLICHER DIENST KANZLEI DES PREMIERMINISTERS UND WALLONISCHES MINISTERIUM FÜR AUSRÜSTUNG UND TRANSPORTWESEN [2007/203356] Nationale Orden Durch Königlichen Erlass vom 19. September 2007 werden: — Herr Jean Gerday, Herr Daniel Hayen, Herr Vincent Helmus, Herr Marc Jamoulle und Herr Freddy Lahaye zum Offizier des Kronenordens ernannt; — Frau Marie-Jeanne Batta, Frau Viviane Decroly, Frau Jeannine Lehezée, Herr Jean-Claude Billemont, Herr André Boulanger, Herr Christian Cordier, Herr Philippe Dubois, Herr Francis Frébutte, Herr Hubert Geeraerts, Herr Daniel Hamoir, Herr Christian Hauglustaine, Herr Pierre Janvier, Herr Yves Kesenne, Herr Jacques Letort, Herr Jean-Paul Riga und Herr Jacques Roulez zum Ritter des Kronenordens ernannt; — Frau Marie-Christine Daoust, Frau Arlette Houbar, Frau Anne-Marie Jeanmart, Frau Béatrice Kowalski, Herrn Jacques Agramme, Herrn Jean-Claude Belin, Herrn Emile Bronckart, Herrn Jean Capouet, Herrn Jacques Caussin, Herrn Philippe Cheront, Herrn Guy Connart, Herrn Jean-Claude Cornet, Herrn Patrick Degraeve, Herrn Jean-Jacques Fraselle, Herrn Pol Georges, Herrn Bernard Kint, Herrn Armand Stoffe, Herrn Jean-Marie Thielens, Herrn Alfred Van Belle, Herrn Guy Vermeeren und Herrn Yves Watelet die goldenen Palmen des Kronenordens gewährt.
Durch Königlichen Erlass vom 19. September 2007: — werden Herr Edmond Dimartinelli und Herr Christian Paquet zum Kommandeur des Leopoldordens ernannt; — wird Herr Henri Mairesse zum Offizier des Leopoldordens befördert; — wird Herr Jean Delchambre zum Offizier des Leopoldordens ernannt; — werden Frau Josette Hanse, Frau Anne-Françoise Mouton, Frau Marianne Parmentier, Frau Caroline Pourtois, Frau Frédérique Thewissen, Herr Fabrice Bizzocchi, Herr Pascal Blocteur, Herr Richard Blondiau, Herr Damien Borsu, Herr Georges Bougard, Herr Noël Deleuze, Herr Daniel Denaeyer, Herr Jean-Jacques Hanse, Herr Claude Lacourte, Herr Philippe Lemoine, Herr Marcel Missotten, Herr Jean Nevend, Herr René Nicolay, Herr Michel Smal, Herr Didier Urbain, Herr Pierre Vallet und Herr Dany Weverbergh zum Ritter des Leopoldordens ernannt.
Durch Königlichen Erlass vom 19. September 2007 werden: — Frau Françoise Jouretz, Herr Benoît Coppine, Herr Christian Gosselin, Herr Jean-Marie Parmentier und Herr Hector Pierre zum Offizier des Kronenordens ernannt; — Frau Marie-José Delhez, Frau Anne Voosen, Herr Robert Berthoumeyrie, Herr Guy Blondeau, Herr Jean-Claude Chaudron, Herr Philippe Daemen, Herr Roland De Beck, Herr Michel Demoustier, Herr Roland Dessard, Herr Jean-Claude Drees, Herr Jean-Claude Goffaux, Herr Jean-Pierre Gordenne, Herr Claude Lucy, Herr André Petit, Herr Oscar Pichon, Herr Fernand Preud’Homme, Herr Marc Schmitz, Herr Francis Trenteseaux und Herr Francis Venneman zum Ritter des Kronenordens ernannt; — Frau Madeleine Devroye, Frau Bernadette Robaye, Herrn Marcel Amand, Herrn Michel André, Herrn Willy Behaeghel, Herrn Willy Biard, Herrn Jacques Bodart, Herrn Michel Charlier, Herrn Jean-Claude Codden, Herrn Patrick Dericq, Herrn Jacques Devise, Herrn André Dewame, Herrn José Didion, Herrn Emile Durviaux, Herrn Jean-Marie Evrard, Herrn Jacques Genet, Herrn Alain Jodogne, Herrn Jules Joris, Herrn Francis Kekenbosch, Herrn José Lamberty, Herrn Daniel Legrand, Herrn Claude Levecq, Herrn René Liégeois, Herrn Léon Malevez, Herrn Roger Matton, Herrn Pierre Paquet, Herrn Paul Rihon und Herrn Patrick Van Dooren die goldenen Palmen des Kronenordens gewährt.
Durch Königlichen Erlass vom 19. September 2007: — werden Herr Michel Drese, Herr Jean-Claude Jonette und Herr Michel Namur zum Offizier des Leopold-IIOrdens ernannt; — werden Frau Danielle Charlier, Frau Nathalie Chevalier, Frau Marie-Claude Deblende, Frau Brigitte Ernon, Frau Françoise Henrot, Frau Cathy Nicolay, Frau Véronique Scharres, Frau Patricia Simon, Frau Rose Urbain, Frau Eliane Vandamme, Herr Joël André, Herr Daniel Beff, Herr Jean-Luc Braeckevelt, Herr Jean-Pierre Calozet, Herr Francis Collinet, Herr Roger Denruyter, Herr André Desoubry, Herr Christian Eggermont, Herr Serge Famerée, Herr Thierry Grenson, Herr Jean Hisette, Herr Félix Lemaire, Herr Youra Lognoul, Herr Edgard Martin, Herr Blaise Nkingu, Herr Gérard Patte, Herr Jean-Marie Recloux, Herr Jean-Paul Schoenmaeckers, Herr Pierre Schroven und Herr Louis Vandormael zum Ritter des Leopold-II-Ordens ernannt; — wird Herrn Raphaël Blampain, Herrn Robert Desbonnets, Herrn Daniel Drion, Herrn Francis Jacques, Herrn Jean-Claude Leleu, Herrn Dany Mechelen und Herrn Freddy Van Heirseele die Goldmedaille des Leopold-IIOrdens gewährt.
Durch Königlichen Erlass vom 19. September 2007: — wirdHerr Jean-Michel Hiver zum Kommandeur des Leopoldordens befördert; — werden Herr Jean-Marie Gerardy, Herr Victor Gilsoul, Herr Henry Ledent und Herr Claude Monette zum Kommandeur des Leopoldordens ernannt; — werden Herr Jean Bellot, Herr Guy Bertrand, Herr Michel Divoy, Herr Pierre Gosset, Herr Paul Hanesse und Herr Alain Montel zum Offizier des Leopoldordens ernannt;
57708
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD — werden Frau Anne Carlier, Frau Hélène Cornet, Frau Mireille Francotte, Frau Colette Michaux; Frau Geneviève Volker, Herr Jean-Paul Aubry, Herr Pascal Becco, Herr Michel Destrée, Herr Jean-Jacques Dumonchaux, Herr Claude Gallez, Herr Luc Jauniau, Herr Marcel Kevelaer, Herr Guy Lemye, Herr Patrice Le Roux, Herr Laurent Leroy, Herr Arnaud Massart, Herr Alain Petit, Herr Marc Quittelier, Herr Jean-Claude Sprimont und Herr Hubert Thielens zum Ritter des Leopoldordens ernannt.
Durch Königlichen Erlass vom 19. September 2007: — wird Herr Jacques Laurent zum Großoffizier des Leopold-II-Ordens befördert; — werden Herr Roger Croughs und Herr Jacques Warscotte zum Großoffizier des Leopold-II-Ordens ernannt; — werden Frau Marie-Thérèse Lambert, Herr Christian Delcourt, Herr André Delplanque, Herr Raoul Dumont, Herr Jacques Grulois, Herr Baudouin Serruys, Herr Georges Simon, Herr Jacques Thys, Herr Henri Ueten und Herr Jean-Luc Vigreux zum Kommandeur des Leopold-II-Ordens ernannt; — wird Herr René Pirson zum Offizier des Leopold-II-Ordens ernannt; — werden Frau Jeanine Abinet, Frau Francine Brach, Frau Joceline Guillaume, Frau Simone Huby, Frau Annie Pelleriaux, Frau Régine Wera, Herr Gauthier Becker, Herr Paul Bombled, Herr Claude Brouet, Herr Francis Colin, Herr Jean-Marie Damanet, Herr Dany Dechamps, Herr Yves Delespinette, Herr Robert Delpomdor, Herr Michel Descamps, Herr Yves Desmet, Herr Odon Desmette, Herr Jean-Claude Didier, Herr André Dutron, Herr Michel François, Herr Daniel Jadot, Herr Jean-Paul Kimplaire, Herr Joseph Mercier, Herr Oscar Orban, Herr Michel Pesser, Herr Yves Riga, Herr Michel Stryczek, Herr Marc Tailleur, Herr Francis Tirtiaux, Herr William Walbrecq und Herr Gérard Wilmes zum Ritter des Leopold-II-Ordens ernannt; — wird Frau Léa Pascal, Herrn Jean-Claude Ansiau, Herrn Daniel Brogniez, Herrn Bernard Debois, Herrn Alain De Rycke, Herrn Pierre Gignot, Herrn Jean-Claude Hollay, Herrn Benoît Jaumain, Herrn Daniel Lejeune, Herrn Jean Mean, Herrn Michel Namur, Herrn André Pemmers, Herrn Luc Piette, Herrn Jean-Luc Poulet, Herrn Jean-Luc Quintin und Herrn Michel Sneyders die Goldmedaille des Leopold-II-Ordens gewährt.
FEDERALE OVERHEIDSDIENST KANSELARIJ VAN DE EERSTE MINISTER EN WAALS MINISTERIE VAN UITRUSTING EN VERVOER [2007/203356] Nationale Orden Bij koninklijk besluit van 19 september 2007 : — worden de heren Jean Gerday, Daniel Hayen, Vincent Helmus, Marc Jamoulle en Freddy Lahaye benoemd tot Officier in de Kroonorde; — worden Mevr. Marie-Jeanne Batta, Mevr. Viviane Decroly en Mevr.Jeannine Lehezée, alsook de heren JeanClaude Billemont, André Boulanger, Christian Cordier, Philippe Dubois, Francis Frébutte, Hubert Geeraerts, Daniel Hamoir, Christian Hauglustaine, Pierre Janvier, Yves Kesenne, Jacques Letort, Jean-Paul Riga en Jacques Roulez benoemd tot Ridder in de Kroonorde; — worden de Gouden Palmen in de Kroonorde verleend aan Mevr. Marie-Christine Daoust, Mevr. Arlette Houbar, Mevr. Anne-Marie Jeanmart en Mevr.Béatrice Kowalski, alsook aan de heren Jacques Agramme, Jean-Claude Belin, Emile Bronckart, Jean Capouet, Jacques Caussin, Philippe Cheront, Guy Connart, Jean-Claude Cornet, Patrick Degraeve, Jean-Jacques Fraselle, Pol Georges, Bernard Kint, Armand Stoffe, Jean-Marie Thielens, Alfred Van Belle, Guy Vermeeren en Yves Watelet.
Bij koninklijk besluit van 19 september 2007 : — worden de heren Edmond Dimartinelli en Christian Paquet benoemd tot Commandeur in de Orde van Leopold; — wordt de heer Henri Mairesse bevorderd tot Officier in de Orde van Leopold; — wordt de heer Jean Delchambre benoemd tot Officier in de Orde van Leopold; — worden Mevr. Josette Hanse, Mevr. Anne-Françoise Mouton, Mevr. Marianne Parmentier, Mevr. Caroline Pourtois en Mevr. Frédérique Thewissen, alsook de heren Fabrice Bizzocchi, Pascal Blocteur, Richard Blondiau, Damien Borsu, Georges Bougard, Noël Deleuze, Daniel Denaeyer, Jean-Jacques Hanse, Claude Lacourte, Philippe Lemoine, Marcel Missotten, Jean Nevend, René Nicolay, Michel Smal, Didier Urbain, Pierre Vallet en Dany Weverbergh benoemd to Ridder in de Orde van Leopold.
Bij koninklijk besluit van 19 september 2007 : — worden Mevr. Françoise Jouretz en de heren Benoît Coppine, Christian Gosselin, Jean-Marie Parmentier en Hector Pierre benoemd tot Officier in de Kroonorde; — worden Mevr. Marie-José Delhez en Mevr. Anne Voosen, alsook de heren Robert Berthoumeyrie, Guy Blondeau, Jean-Claude Chaudron, Philippe Daemen, Roland De Beck, Michel Demoustier, Roland Dessard, Jean-Claude Drees, Jean-Claude Goffaux, Jean-Pierre Gordenne, Claude Lucy, André Petit, Oscar Pichon, Fernand Preud’Homme, Marc Schmitz, Francis Trenteseaux en Francis Venneman nenoemd tot Ridder in de Kroonorde;
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
57709
— worden de Gouden Palmen van de Kroonorde verleend aan Mevr. Madeleine Devroye en Bernadette Robaye, alsook aan de heren Marcel Amand, Michel André, Willy Behaeghel, Willy Biard, Jacques Bodart, Michel Charlier, Jean-Claude Codden, Patrick Dericq, Jacques Devise, André Dewame, José Didion, Emile Durviaux, Jean-Marie Evrard, Jacques Genet, Alain Jodogne, Jules Joris, Francis Kekenbosch, José Lamberty, Daniel Legrand, Claude Levecq, René Liégeois, Léon Malevez, Roger Matton, Pierre Paquet, Paul Rihon en Patrick Van Dooren.
Bij koninklijk besluit van 19 september 2007 : worden de heren Michel Drese, Jean-Claude Jonette en Michel Namur benoemd tot Officier in de Orde van Leopold II; — worden Mevr. Danielle Charlier, Mevr. Nathalie Chevalier, Mevr. Marie-Claude Deblende, Mevr. Brigitte Ernon, Mevr. Françoise Henrot, Mevr. Cathy Nicolay, Mevr. Véronique Scharres, Mevr. Patricia Simon, Mevr. Rose Urbain en Mevr. Eliane Vandamme, alsook de heren Joël André, Daniel Beff, Jean-Luc Braeckevelt, Jean-Pierre Calozet, Francis Collinet, Roger Denruyter, André Desoubry, Christian Eggermont, Serge Famerée, Thierry Grenson, Jean Hisette, Félix Lemaire, Youra Lognoul, Edgard Martin, Blaise Nkingu, Gérard Patte, Jean-Marie Recloux, Jean-Paul Schoenmaeckers, Pierre Schroven en Louis Vandormael benoemd tot Ridder in de Orde van Léopold II; — wordt de Gouden Medaille der Orde van Leopold II verleend aan de heren Raphaël Blampain, Robert Desbonnets, Daniel Drion, Francis Jacques, Jean-Claude Leleu, Dany Mechelen en Freddy Van Heirseele.
Bij koninklijk besluit van 19 september 2007 : — wordt de heer Jean-Michel Hiver bevorderd tot Commandeur in de Orde van Leopold; — worden de heren Jean-Marie Gerardy, Victor Gilsoul, Henry Ledent en Claude Monette benoemd tot Commandeur in de Orde van Leopold; — worden de heren Jean Bellot, Guy Bertrand, Michel Divoy, Pierre Gosset, Paul Hanesse en Alain Montel benoemd tot Officier in de Orde van Léopold; — worden Mevr. Anne Carlier, Mevr. Hélène Cornet, Mevr. Mireille Francotte, Mevr. Colette Michaux en Mevr. Geneviève Volker en de heren.Jean-Paul Aubry, Pascal Becco, Michel Destrée, Jean-Jacques Dumonchaux, Claude Gallez, Luc Jauniau, Marcel Kevelaer, Guy Lemye, Patrice Le Roux, Laurent Leroy, Arnaud Massart, Alain Petit, Marc Quittelier, Jean-Claude Sprimont en Hubert Thielens benoemd tot Ridder in de Orde van Leopold.
Bij koninklijk besluit van 19 september 2007 : — wordt de heer Jacques Laurent bevorderd tot Groot Officier in de Orde van Leopold II; — worden de heren Roger Croughs en Jacques Warscotte benoemd tot Groot Officier in de Orde van Leopold II; — worden Mevr. Marie-Thérèse Lambert en de heren Christian Delcourt, André Delplanque, Raoul Dumont, Jacques Grulois, Baudouin Serruys, Georges Simon, Jacques Thys, Henri Ueten en Jean-Luc Vigreux benoemd tot Commandeur in de Orde van Leopold II; — wordt de heer René Pirson benoemd tot Officier in de Orde van Leopold II; — worden Mevr. Jeanine Abinet, Mevr. Francine Brach, Mevr. Joceline Guillaume, Mevr. Simone Huby, Mevr. Annie Pelleriaux en Mevr. Régine Wera, alsook de heren. Gauthier Becker, Paul Bombled, Claude Brouet, Francis Colin, Jean-Marie Damanet, Dany Dechamps, Yves Delespinette, Robert Delpomdor, Michel Descamps, Yves Desmet, Odon Desmette, Jean-Claude Didier, André Dutron, Michel François, Daniel Jadot, Jean-Paul Kimplaire, Joseph Mercier, Oscar Orban, Michel Pesser, Yves Riga, Michel Stryczek, Marc Tailleur, Francis Tirtiaux, William Walbrecq en Gérard Wilmes benoemd tot Ridder in de Orde van Leopold II; — wordt de Gouden Medaille van de Orde van Leopold II verleend aan Mevr. Léa Pascal, alsook aan de heren Jean-Claude Ansiau, Daniel Brogniez, Bernard Debois, Alain De Rycke, Pierre Gignot, Jean-Claude Hollay, Benoît Jaumain, Daniel Lejeune, Jean Mean, Michel Namur, André Pemmers, Luc Piette, Jean-Luc Poulet, Jean-Luc Quintin en Michel Sneyders.
* SERVICE PUBLIC FEDERAL SECURITE SOCIALE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID [2007/23436]
[2007/23436]
Institut national d’assurance maladie-invalidité. — Commission de profils des prestations des praticiens de l’art dentaire, instituée auprès du Service des soins de santé. — Nomination de membres
Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering. — Profielencommissie voor de verstrekkingen van de tandheelkundigen, ingesteld bij de Dienst voor geneeskundige verzorging. — Benoeming van leden
Par arrêté royal du 22 octobre 2007, sont nommés membres de la Commission de profils des prestations des praticiens de l’art dentaire, instituée auprès du Service des soins de santé de l’Institut national d’assurance maladie-invalidité, au titre de représentants des organisations professionnelles représentatives des praticiens de l’art dentaire, à partir du 30 septembre 2007 :
Bij koninklijk besluit van 22 oktober 2007, worden benoemd tot leden van de Profielencommissie voor de verstrekkingen van de tandheelkundigen, ingesteld bij de Dienst voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, als vertegenwoordigers van de representatieve beroepsorganisaties van de tandheelkundigen, vanaf 30 september 2007 :
1° en qualité de membre effectif :
1° in de hoedanigheid van werkend lid :
- M. Van Staey, P.;
- de heer Van Staey, P.;
57710
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
2° en qualité de membres suppléants : - Mmes Veramme, A.-M., Vielle, A. et M.Hoffbauer, J. Par le même arrêté, sont nommés membres de ladite Commission, au titre de représentants des organisations professionnelles représentatives des praticiens de l’art dentaire, à partir du jour de la présente publication : - Mme Schumann, N. et M. Devriese, M., en qualité de membres effectifs; - Mme Uzeel, M.-C., en qualité de membre suppléant.
2° in de hoedanigheid van plaatsvervangende leden : - de dames Veramme, A.-M., Vielle, A. en de heer Hoffbauer, J. Bij hetzelfde besluit, worden benoemd tot leden bij voornoemde Commissie, als vertegenwoordigers van de representatieve beroepsorganisaties van de tandheelkundigen, vanaf de dag van deze bekendmaking : - Mevr. Schuhmann, N. en de heer Devriese, M., in de hoedanigheid van werkende leden; - Mevr. Uzeel, M.-C., in de hoedanigheid van plaatsvervangend lid.
* SERVICE PUBLIC FEDERAL SECURITE SOCIALE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID
[2007/23435] Institut national d’assurance maladie-invalidité. — Comité paritaire pour la dermato-vénérologie, institué auprès du Service des soins de santé. — Nomination de membres
[2007/23435] Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering. — Paritair Comité voor dermato-venerologie, ingesteld bij de Dienst voor geneeskundige verzorging. — Benoeming van leden
Par arrêté royal du 22 octobre 2007, qui entre en vigueur le jour de la présente publication, sont nommés membres du Comité paritaire pour la dermato-vénérologie, institué auprès du Service des soins de santé de l’Institut national d’assurance maladie-invalidité, au titre de représentants des organisations professionnelles représentatives des médecins :
Bij koninklijk besluit van 22 oktober 2007, dat in werking treedt de dag van deze bekendmaking, worden benoemd tot leden van het Paritair comité voor dermato-venerologie, ingesteld bij de Dienst voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, als vertegenwoordigers van de representatieve beroepsorganisaties van de geneesheren : - Mevrn. De Donder, B.; De Pauw, I.; Follet, B.; Michiels, A.; Piette, B. en Temmerman, L. en de heren Brasseur, Th.; De Merlier, P.; Melotte, P.; Snauwaert, J.; Vanhee, J. en Van Staey, A., in de hoedanigheid van werkende leden en Mevrn. Deleu, H.; Eeckhout, I.; Forton, F.; Germaux, M.-A.; Mathys, Ch.; Vergucht, M. en de heren Bataille, S.; Boonen, H.; Gevers, D.; De Vuyst, J., in de hoedanigheid van plaatsvervangende leden. Bij hetzelfde besluit, worden benoemd tot leden bij genoemd Comité, als vertegenwoordigers van de wetenschappelijke geneeskundige verenigingen, voor een termijn van 4 jaar : - Mevrn. Anseeuw, M.; De Maubeuge, J., Flour, M.; Marot, L.; Poot, F. en de heren Bouffioux, B.; Delescluse, J.; De La Brassinne, M.; De Weert, J.; Lambert, J. en Roelandts, R., in de hoedanigheid van werkende leden en de dames Dezfoulian, B.; De Cuyper, C.; Garmyn, M.; Matthieu, L.; Lateur, N.; Tennstedt, D. en Verhaeghe, E. en de heren Dinet, Y.; Pirard, C. en Segaert, S., in de hoedanigheid van plaatsvervangende leden.
- Mmes De Donder, B.; De Pauw, I.; Follet, B.; Michiels, A.; Piette, B. et Temmerman, L. et MM. Brasseur, Th.; De Merlier, P.; Melotte, P.; Snauwaert, J.; Vanhee, J. et Van Staey, A., en qualité de membres effectifs et Mmes Deleu, H.; Eeckhout, I.; Forton, F.; Germaux, M.-A.; Mathys, Ch.; Vergucht, M. et MM. Bataille, S.; Boonen, H.; Gevers, D.; De Vuyst, J., en qualité de membres suppléants. Par le même arrêté, sont nommés membres audit Comité, au titre de représentants des organisations scientifiques médicales, pour un terme de 4 ans : - Mmes Anseeuw, M.; De Maubeuge, J., Flour, M.; Marot, L.; Poot, F. et MM. Bouffioux, B.; Delescluse, J.; De La Brassinne, M.; De Weert, J.; Lambert, J. et Roelandts, R., en qualité de membres effectifs et Mmes Dezfoulian, B.; De Cuyper, C.; Garmyn, M.; Matthieu, L.; Lateur, N.; Tennstedt, D. et Verhaeghe, E. et MM. Dinet, Y.; Pirard, C. et Segaert, S., en qualité de membres suppléants.
* SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE [C − 2007/09977]
[C − 2007/09977] Ordre judiciaire
Rechterlijke Orde
Par arrêté royal du 10 novembre 2007, entrant en vigueur à la date de la prestation de serment, M. Van Leeuw, Fr., substitut du procureur du Roi près le tribunal de première instance de Bruxelles, est désigné au mandat de magistrat fédéral près le parquet fédéral pour un terme de cinq ans.
Bij koninklijk besluit van 10 november 2007, dat in werking treedt op de datum van de eedaflegging, is de heer Van Leeuw, Fr., substituutprocureur des Konings bij de rechtbank van eerste aanleg te Brussel, aangewezen tot het mandaat van federaal magistraat bij het federaal parket voor een termijn van vijf jaar.
Le recours en annulation des actes précités à portée individuelle peut être soumis à la section du contentieux administratif du Conseil d’Etat endéans les soixante jours après cette publication. La requête doit être envoyée au Conseil d’Etat (adresse : rue de la Science 33, 1040 Bruxelles), sous pli recommandé à la poste.
Het beroep tot nietigverklaring van de voormelde akte met individuele strekking kan voor de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State worden gebracht binnen zestig dagen na deze bekendmaking. Het verzoekschrift dient bij ter post aangetekende brief aan de Raad van State (adres : Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel), te worden toegezonden.
* MINISTERIE VAN LANDSVERDEDIGING
MINISTERE DE LA DEFENSE [C − 2007/07294]
[C − 2007/07294]
Armée. — Force terrestre. — Changement d’ancienneté
Leger. — Landmacht. — Verandering van anciënniteit
Par arrêté royal n° 6744 du 11 octobre 2007, le capitaine De Keyser P. du corps des troupes de transmission, prend rang d’ancienneté de capitaine le 26 août 2003.
Bij koninklijk besluit nr. 6744 van 11 oktober 2007, neemt kapitein P. De Keyser van het korps van de transmissietroepen, anciënniteitsrang als kapitein op 26 augustus 2003.
Pour l’avancement ultérieur, il est classé après le capitaine Van De Gaer I.
Voor verdere bevordering wordt hij na kapitein I. Van De Gaer gerangschikt.
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
57711
Par arrêté royal n° 6746 du 11 octobre 2007, le lieutenant Crevecoeur P. du corps de l’infanterie, prend rang d’ancienneté de lieutenant le 26 décembre 2003. Pour l’avancement ultérieur, il est classé après le lieutenant Collart X.
Bij koninklijk besluit nr. 6746 van 11 oktober 2007, neemt luitenant P. Crevecoeur van het korps van de infanterie, anciënniteitsrang als luitenant op 26 december 2003. Voor verdere bevordering wordt hij na luitenant X. Collart gerangschikt.
Par arrêté royal n° 6747 du 11 octobre 2007, le lieutenant Vandezande D. du corps du génie, prend rang d’ancienneté de lieutenant le 26 juin 2005. Pour l’avancement ultérieur, elle est classée après le lieutenant Bouckaert A.
Bij koninklijk besluit nr. 6747 van 11 oktober 2007, neemt luitenant D. Vandezande van het korps van de genie, anciënniteitsrang als luitenant op 26 juni 2005. Voor verdere bevordering wordt zij na luitenant A. Bouckaert gerangschikt.
* MINISTERE DE LA DEFENSE
MINISTERIE VAN LANDSVERDEDIGING
[C − 2007/07295] Armée. — Force aérienne. — Changement de corps
[C − 2007/07295] Leger. — Luchtmacht. — Verandering van korps
Par arrêté royal n° 6745 du 11 octobre 2007, le lieutenant aviateur Bauwen, A., du corps du personnel navigant est transféré, avec son grade et son ancienneté, vers le corps du personnel non-navigant, le 1er octobre 2007. Pour l’avancement ultérieur, il est classé après le lieutenant d’aviation Abeloos, F.
Bij koninklijk besluit nr. 6745 van 11 oktober 2007, wordt luitenant vlieger A. Bauwen van het korps van het varend personeel, met zijn graad en zijn anciënniteit, overgeplaatst naar het korps van het niet-varend personeel, op 1 oktober 2007. Voor verdere bevordering wordt hij na luitenant van het vliegwezen F. Abeloos gerangschikt.
* MINISTERE DE LA DEFENSE
MINISTERIE VAN LANDSVERDEDIGING
[C − 2007/07292] Forces armées. — Fonction spéciale. — Désignation
[C − 2007/07292] Krijgsmacht. — Speciale functie. — Aanduiding
Par arrêté royal n° 6740 du 11 octobre 2007, le capitaine-commandant aviateur Claessens N., est désigné pour l’emploi d’Officier d’Ordonnance du Prince Philippe, le 10 septembre 2007.
Bij koninklijk besluit nr. 6740 van 11 oktober 2007, wordt kapiteincommandant vlieger N. Claessens aangeduid voor het ambt van Ordonnansofficier van Prins Filip op 10 september 2007.
* MINISTERE DE LA DEFENSE
MINISTERIE VAN LANDSVERDEDIGING
[C − 2007/07293] Forces armées. — Mises à la pension d’officiers de carrière
[C − 2007/07293] Krijgsmacht. — Pensioneringen van beroepsofficieren
Par arrêté royal n° 6742 du 11 octobre 2007, le lieutenant-colonel aviateur breveté d’état-major Boudringhien J. est admis à la pension de retraite le 1er janvier 2008 en application des lois coordonnées sur les pensions militaires, article 3, A, 3°.
Bij koninklijk besluit nr. 6742 van 11 oktober 2007, wordt luitenantkolonel vlieger stafbrevethouder J. Boudringhien tot het rustpensioen toegelaten op 1 januari 2008 in toepassing der samengeordende wetten op de militaire pensioenen, artikel 3, A, 3°.
Par arrêté royal n° 6748 du 11 octobre 2007, le colonel breveté d’état-major Lauwers E. est admis à la pension de retraite le 1er octobre 2008 en application des lois coordonnées sur les pensions militaires, article 3, A, 3°.
Bij koninklijk besluit nr. 6748 van 11 oktober 2007, wordt kolonel stafbrevethouder E. Lauwers tot het rustpensioen toegelaten op 1 oktober 2008 in toepassing der samengeordende wetten op de militaire pensioenen, artikel 3, A, 3°.
Par arrêté royal n° 6749 du 11 octobre 2007, le major administrateur militaire Deneubourg J. est admis à la pension de retraite le 1er octobre 2008 en application des lois coordonnées sur les pensions militaires, article 3, A, 3°.
Bij koninklijk besluit nr. 6749 van 11 oktober 2007, wordt majoor militair administrateur J. Deneubourg tot het rustpensioen toegelaten op 1 oktober 2008 in toepassing der samengeordende wetten op de militaire pensioenen, artikel 3, A, 3°.
57712
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN
VLAAMSE GEMEENSCHAP — COMMUNAUTE FLAMANDE VLAAMSE OVERHEID Cultuur, Jeugd, Sport en Media
[C − 2007/36983] 31 OKTOBER 2007. — Ministerieel besluit houdende de tijdelijke erkenning van de procedure van monsterneming voor dopingcontrole van de UCI in het kader van de medisch verantwoorde sportbeoefening De Vlaamse minister van Cultuur, Jeugd, Sport en Brussel, Gelet op het decreet van 27 maart 1991 inzake medisch verantwoorde sportbeoefening, gewijzigd bij de decreten van 20 december 1996 en 19 maart 2004; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005 houdende uitvoering van het decreet van 27 maart 1991 inzake medisch verantwoorde sportbeoefening, inzonderheid op artikel 54; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 27 juli 2004 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse Regering, gewijzigd bij de besluiten van 15 oktober 2004, 23 december 2005 19 mei 2006, 30 juni 2006, 1 september 2006, 15 juni 2007, 28 juni 2007 en 10 oktober 2007; Overwegende dat gelet op de aanvraag en op de voormelde wetgeving en reglementering de tijdelijke erkenning kan worden toegestaan op voorwaarde van inachtneming van een aantal procedurevoorschriften conform de voormelde wetgeving en reglementering; Overwegende dat artikel 54 van het voormelde besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005 immers ook de mogelijkheid biedt om de procedure voor dopingcontrole slechts gedeeltelijk als gelijkwaardig te erkennen, Besluit : Artikel 1. De procedure van monsterneming voor dopingcontroles, uitgevoerd overeenkomstig de reglementering van de Union Cycliste Internationale (UCI), wordt erkend als gelijkwaardig met de bepalingen in het besluit van de Vlaamse Regering van 16 december 2005 houdende uitvoering van het decreet van 27 maart 1991 inzake medisch verantwoorde sportbeoefening, mits inachtname van de procedurevoorschriften vermeld in artikel 2. De lijst van deze wielerwedstrijden van de Koninklijke Belgische Wielrijdersbond, waarbij dopingcontroles worden bevolen door de UCI, is opgenomen als bijlage bij dit besluit. Art. 2. De dopingcontrole moet worden uitgevoerd door een controlearts die erkend is door de Vlaamse minister, bevoegd voor de medisch verantwoorde sportbeoefening. Een kopie van elk proces-verbaal van monsterneming, met vermelding van de gebruikte codes, moet onmiddellijk na de wedstrijd gestuurd worden naar het Vlaams ministerie van Cultuur, Jeugd, Sport en Media. Een kopie van elk analyseverslag van het erkende laboratorium moet binnen acht dagen na de opmaak van het analyseverslag gestuurd worden naar het Vlaams ministerie van Cultuur, Jeugd, Sport en Media. Art. 3. Dit besluit treedt in werking op 1 december 2007. Brussel, 31 oktober 2007. B. ANCIAUX
ANTIDOPINGCONTROLES 2007-2008 LIJST CONTROLES VOLGENS UCI-PROCEDURE VAN MONSTERNEMING 15 december 2007
G.P. Rouwmoer Essen (Elites en Junioren)
16 december 2007
Vlaamse Druivenveldrit Overijse (Elites en Junioren)
27 december 2007 2 januari 2008 19 januari 2008 2 februari 2008
Sylvester Cyclo-cross Torhout (Elites en Junioren) G.P. De Ster Sint-Niklaas (Elites) Kasteelcross Zonnebeke (Elites en Junioren) Krawatencross Lille (Elites)
57713
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
REGION WALLONNE — WALLONISCHE REGION — WAALS GEWEST MINISTERE DE LA REGION WALLONNE [2007/203337] Direction générale des Ressources naturelles et de l’Environnement. — Office wallon des déchets. Acte procédant à l’enregistrement de M. Jean Overstyns, en qualité de collecteur et de transporteur de déchets autres que dangereux L’Inspecteur général, Vu le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, modifié par le décret-programme du 19 décembre 1996 portant diverses mesures en matière de finances, emploi, environnement, travaux subsidiés, logement et action sociale, par l’arrêt de la Cour d’arbitrage no81/97 du 17 décembre 1997, par le décret-programme du 17 décembre 1997 portant diverses mesures en matière d’impôts, taxes et redevances, de logement, de recherche, d’environnement, de pouvoirs locaux et de transports, par le décret du 27 novembre 1997 modifiant le Code wallon de l’Aménagement du Territoire, de l’Urbanisme et du Patrimoine, par le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, par le décret du 15 février 2001, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 20 décembre 2001 relatif à l’introduction de l’euro en matière de déchets, par le décret du 20 décembre 2001 en vue de l’instauration d’une obligation de reprise de certains biens ou déchets, par le décret du 18 juillet 2002 modifiant le Code wallon de l’Aménagement du Territoire, de l’Urbanisme et du Patrimoine, par le décret du 19 septembre 2002 modifiant les décrets du 27 juin 1996 relatif aux déchets et du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement et le décret du 15 mai 2003 modifiant le décret du 11 septembre 1985 organisant l’évaluation des incidences sur l’environnement dans la Région wallonne, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets et le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, par le décret du 16 octobre 2003, par le décret du 1er avril 2004 relatif à l’assainissement des sols pollués et aux sites d’activités économiques à réhabiliter, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 15 juin 2006 modifiant, en exécution de l’article 1er du décret-programme du 3 février 2005 de relance économique et de simplification administrative, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, par le décret du 22 mars 2007 et par le décret du 31 mai 2007 relatif à la participation du public en matière d’environnement; Vu le décret du 25 juillet 1991 relatif à la taxation des déchets en Région wallonne, modifié par le décret du 17 décembre 1992, le décret du 22 décembre 1994, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, le décret-programme du 19 décembre 1996 portant diverses mesures en matière de finances, emploi, environnement, travaux subsidiés, logement et action sociale, le décret du 19 décembre 1996, le décret-programme du 17 décembre 1997 portant diverses mesures en matière d’impôts, taxes et redevances, de logement, de recherche, d’environnement, de pouvoirs locaux et de transports, le décret du 16 juillet 1998, le décret-programme du 16 décembre 1998 portant diverses mesures en matière d’impôts, de taxes, d’épuration des eaux usées et de pouvoirs locaux, le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, du 6 mai 1999 relatif à l’établissement, au recouvrement et au contentieux en matière de taxes régionales directes, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 20 décembre 2001 relatif à l’introduction de l’euro en matière de déchets, par le décret du 22 octobre 2003, par le décret du 1er avril 2004 relatif à l’assainissement des sols pollués et aux sites d’activités économiques à réhabiliter; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 10 juillet 1997 établissant un catalogue des déchets, modifié par l’arrêté du Gouvernement wallon du 24 janvier 2002, partiellement annulé par l’arrêt no 94.211 du Conseil d’Etat du 22 mars 2001; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 9 juin 1994 pris en application du Règlement 259/93/CEE du 1er février 1993 concernant la surveillance et le contrôle des transferts de déchets à l’intérieur, à l’entrée et à la sortie de la Communauté européenne, modifié par les arrêtés du Gouvernement wallon des 16 octobre 1997, 20 décembre 2001 et 13 novembre 2002; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 13 novembre 2003 relatif à l’enregistrement des collecteurs et transporteurs de déchets autres que dangereux; Vu la demande introduite par M. Jean Overstyns, le 24 octobre 2007; Considérant que le requérant a fourni toutes les indications requises par l’article 4, § 2, de l’arrêté du Gouvernement wallon du 13 novembre 2003 susvisé, Acte : Article 1er. § 1er. M. Jean Overstyns, chaussée de Nivelles 228, à 7181 Arquennes, est enregistré en qualité de collecteur et de transporteur de déchets autres que dangereux. L’enregistrement est identifié par le numéro 2007-10-24-08. § 2. Le présent enregistrement porte sur la collecte et le transport des déchets suivants : — déchets inertes; — déchets ménagers et assimilés; — déchets industriels ou agricoles non dangereux. § 3. Le présent enregistrement exclut la collecte et le transport des déchets suivants : — déchets d’activités hospitalières et de soins de santé de classe B1; — déchets dangereux; — huiles usagées; — PCB/PCT; — déchets animaux; — déchets d’activités hospitalières et de soins de santé de classe B2.
57714
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 2. La collecte et le transport des déchets repris à l’article 1er, § 2, sont autorisés sur l’ensemble du territoire de la Région wallonne. Art. 3. Le transport de déchets est interdit entre 23 heures et 5 heures. Art. 4. Les dispositions du présent enregistrement ne dispensent pas l’impétrant du respect des prescriptions requises ou imposées par d’autres textes législatifs applicables. Art. 5. § 1er. Le présent enregistrement ne préjudicie en rien au respect de la réglementation relative au transport de marchandises par route, par voie d’eau ou par chemin de fer. § 2. Une lettre de voiture entièrement complétée et signée, ou une note d’envoi, doit accompagner le transport des déchets. Ces documents doivent au moins mentionner les données suivantes : a) la description du déchet; b) la quantité exprimée en kilogrammes ou en litres; c) la date du transport; d) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social de la personne physique ou morale qui a remis des déchets; e) la destination des déchets; f) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du collecteur; g) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du transporteur. § 3. La procédure visée au § 2 reste d’application jusqu’à l’entrée en vigueur du bordereau de suivi des déchets visé à l’article 9 du décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets. Art. 6. Une copie du présent enregistrement doit accompagner chaque transport. Art. 7. § 1er. L’impétrant remet à la personne dont il a reçu des déchets une attestation mentionnant : a) son nom ou dénomination, adresse ou siège social; b) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social de la personne physique ou morale qui lui a remis des déchets; c) la date et le lieu de la remise; d) la quantité de déchets remis; e) la nature et le code des déchets remis; f) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du transporteur des déchets. § 2. Un double de l’attestation prévue au § 1er est tenu par l’impétrant pendant cinq ans à disposition de l’administration. Art. 8. § 1er. L’impétrant transmet annuellement à l’Office wallon des déchets une déclaration de collecte ou de transport de déchets. La déclaration est transmise au plus tard le soixantième jour suivant l’expiration de l’année de référence. La déclaration est établie selon les formats définis par l’Office wallon des déchets. § 2. L’impétrant conserve une copie de la déclaration annuelle pendant une durée minimale de cinq ans. Art. 9. Afin de garantir et de contrôler la bonne fin des opérations de transport, l’impétrant transmet à l’Office wallon des déchets, en même temps que sa déclaration annuelle les informations suivantes : 1o les numéros d’immatriculation des véhicules détenus en propre ou en exécution de contrats passés avec des tiers et affectés au transport des déchets; 2o la liste des chauffeurs affectés aux activités de transport. Art. 10. Si l’impétrant souhaite renoncer, en tout ou en partie, à la collecte ou au transport des déchets désignés dans le présent enregistrement, il en opère notification à l’Office wallon des déchets qui en prend acte. Art. 11. Sur base d’un procès-verbal constatant une infraction au Règlement 259/93/CEE du Conseil du 1er février 1993 relatif aux transferts de déchets à l’entrée, à la sortie et à l’intérieur de la Communauté européenne, au décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, à leurs arrêtés d’exécution, l’enregistrement peut, aux termes d’une décision motivée, être radié, après qu’ait été donnée à l’impétrant la possibilité de faire valoir ses moyens de défense et de régulariser la situation dans un délai déterminé. En cas d’urgence spécialement motivée et pour autant que l’audition de l’impétrant soit de nature à causer un retard préjudiciable à la sécurité publique, l’enregistrement peut être radié sans délai et sans que l’impétrant n’ait été entendu. Art. 12. § 1er. L’enregistrement vaut pour une période de cinq ans. § 2. La demande de renouvellement dudit enregistrement est introduite dans un délai précédant d’un mois la limite de validité susvisée. Namur, le 24 octobre 2007. R. FONTAINE, Dr Sc.
57715
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD MINISTERE DE LA REGION WALLONNE [2007/203336] Direction générale des Ressources naturelles et de l’Environnement. — Office wallon des déchets. Acte procédant à l’enregistrement de la SPRL Acar, en qualité de transporteur de déchets autres que dangereux L’Inspecteur général, Vu le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, modifié par le décret-programme du 19 décembre 1996 portant diverses mesures en matière de finances, emploi, environnement, travaux subsidiés, logement et action sociale, par l’arrêt de la Cour d’arbitrage no 81/97 du 17 décembre 1997, par le décret-programme du 17 décembre 1997 portant diverses mesures en matière d’impôts, taxes et redevances, de logement, de recherche, d’environnement, de pouvoirs locaux et de transports, par le décret du 27 novembre 1997 modifiant le Code wallon de l’Aménagement du Territoire, de l’Urbanisme et du Patrimoine, par le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, par le décret du 15 février 2001, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 20 décembre 2001 relatif à l’introduction de l’euro en matière de déchets, par le décret du 20 décembre 2001 en vue de l’instauration d’une obligation de reprise de certains biens ou déchets, par le décret du 18 juillet 2002 modifiant le Code wallon de l’Aménagement du Territoire, de l’Urbanisme et du Patrimoine, par le décret du 19 septembre 2002 modifiant les décrets du 27 juin 1996 relatif aux déchets et du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement et le décret du 15 mai 2003 modifiant le décret du 11 septembre 1985 organisant l’évaluation des incidences sur l’environnement dans la Région wallonne, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets et le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, par le décret du 16 octobre 2003, par le décret du 1er avril 2004 relatif à l’assainissement des sols pollués et aux sites d’activités économiques à réhabiliter, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 15 juin 2006 modifiant, en exécution de l’article 1er du décret-programme du 3 février 2005 de relance économique et de simplification administrative, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, par le décret du 22 mars 2007 et par le décret du 31 mai 2007 relatif à la participation du public en matière d’environnement; Vu le décret du 25 juillet 1991 relatif à la taxation des déchets en Région wallonne, modifié par le décret du 17 décembre 1992, le décret du 22 décembre 1994, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, le décret-programme du 19 décembre 1996 portant diverses mesures en matière de finances, emploi, environnement, travaux subsidiés, logement et action sociale, le décret du 19 décembre 1996, le décret-programme du 17 décembre 1997 portant diverses mesures en matière d’impôts, taxes et redevances, de logement, de recherche, d’environnement, de pouvoirs locaux et de transports, le décret du 16 juillet 1998, le décret-programme du 16 décembre 1998 portant diverses mesures en matière d’impôts, de taxes, d’épuration des eaux usées et de pouvoirs locaux, le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, du 6 mai 1999 relatif à l’établissement, au recouvrement et au contentieux en matière de taxes régionales directes, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 20 décembre 2001 relatif à l’introduction de l’euro en matière de déchets, par le décret du 22 octobre 2003, par le décret du 1er avril 2004 relatif à l’assainissement des sols pollués et aux sites d’activités économiques à réhabiliter; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 10 juillet 1997 établissant un catalogue des déchets, modifié par l’arrêté du Gouvernement wallon du 24 janvier 2002, partiellement annulé par l’arrêt no 94.211 du Conseil d’Etat du 22 mars 2001; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 9 juin 1994 pris en application du Règlement 259/93/CEE du 1er février 1993 concernant la surveillance et le contrôle des transferts de déchets à l’intérieur, à l’entrée et à la sortie de la Communauté européenne, modifié par les arrêtés du Gouvernement wallon des 16 octobre 1997, 20 décembre 2001 et 13 novembre 2002; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 13 novembre 2003 relatif à l’enregistrement des collecteurs et transporteurs de déchets autres que dangereux; Vu la demande introduite par la SPRL Acar, le 4 octobre 2007; Considérant que la requérante a fourni toutes les indications requises par l’article 4, § 2, de l’arrêté du Gouvernement wallon du 13 novembre 2003 susvisé, Acte : Article 1er. La SPRL Acar, sise rue de la Campagne 21, à 4540 Ampsin, est enregistrée en qualité de transporteur de déchets autres que dangereux. L’enregistrement est identifié par le numéro 2007-10-24-07. § 2. Le présent enregistrement porte sur le transport des déchets suivants : — déchets inertes; — déchets industriels ou agricoles non dangereux. § 3. Le présent enregistrement exclut le transport des déchets suivants : — déchets ménagers et assimilés; — déchets d’activités hospitalières et de soins de santé de classe B1; — déchets dangereux; — huiles usagées; — PCB/PCT; — déchets animaux; — déchets d’activités hospitalières et de soins de santé de classe B2.
57716
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 2. Le transport des déchets repris à l’article 1er, § 2, est autorisé sur l’ensemble du territoire de la Région wallonne. Le transport n’est autorisé que lorsque celui-ci est effectué sur ordre d’un producteur de déchets ou sur ordre d’un collecteur enregistré de déchets. Art. 3. Le transport de déchets est interdit entre 23 heures et 5 heures. Art. 4. Les dispositions du présent enregistrement ne dispensent pas l’impétrante du respect des prescriptions requises ou imposées par d’autres textes législatifs applicables. Art. 5. § 1er. Le présent enregistrement ne préjudicie en rien au respect de la réglementation relative au transport de marchandises par route, par voie d’eau ou par chemin de fer. § 2. Une lettre de voiture entièrement complétée et signée, ou une note d’envoi, doit accompagner le transport des déchets. Ces documents doivent au moins mentionner les données suivantes : a) la description du déchet; b) la quantité exprimée en kilogrammes ou en litres; c) la date du transport; d) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social de la personne physique ou morale qui a remis des déchets; e) la destination des déchets; f) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du collecteur; g) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du transporteur. § 3. La procédure visée au § 2 reste d’application jusqu’à l’entrée en vigueur du bordereau de suivi des déchets visé à l’article 9 du décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets. Art. 6. Une copie du présent enregistrement doit accompagner chaque transport. Art. 7. § 1er. L’impétrante remet à la personne dont elle a reçu des déchets une attestation mentionnant : a) son nom ou dénomination, adresse ou siège social; b) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social de la personne physique ou morale qui lui a remis des déchets; c) la date et le lieu de la remise; d) la quantité de déchets remis; e) la nature et le code des déchets remis; f) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du transporteur des déchets. § 2. Un double de l’attestation prévue au § 1er est tenu par l’impétrante pendant cinq ans à disposition de l’administration. Art. 8. § 1er. L’impétrante transmet annuellement à l’Office wallon des déchets une déclaration de transport de déchets. La déclaration est transmise au plus tard le soixantième jour suivant l’expiration de l’année de référence. La déclaration est établie selon les formats définis par l’Office wallon des déchets. § 2. L’impétrante conserve une copie de la déclaration annuelle pendant une durée minimale de cinq ans. Art. 9. Afin de garantir et de contrôler la bonne fin des opérations de transport, l’impétrante transmet à l’Office wallon des déchets, en même temps que sa déclaration annuelle les informations suivantes : 1o les numéros d’immatriculation des véhicules détenus en propre ou en exécution de contrats passés avec des tiers et affectés au transport des déchets; 2o la liste des chauffeurs affectés aux activités de transport. Art. 10. Si l’impétrante souhaite renoncer, en tout ou en partie, au transport des déchets désignés dans le présent enregistrement, elle en opère notification à l’Office wallon des déchets qui en prend acte. Art. 11. Sur base d’un procès-verbal constatant une infraction au Règlement 259/93/CEE du Conseil du 1er février 1993 relatif aux transferts de déchets à l’entrée, à la sortie et à l’intérieur de la Communauté européenne, au décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, à leurs arrêtés d’exécution, l’enregistrement peut, aux termes d’une décision motivée, être radié, après qu’ait été donnée à l’impétrante la possibilité de faire valoir ses moyens de défense et de régulariser la situation dans un délai déterminé. En cas d’urgence spécialement motivée et pour autant que l’audition de l’impétrante soit de nature à causer un retard préjudiciable à la sécurité publique, l’enregistrement peut être radié sans délai et sans que l’impétrante n’ait été entendue. Art. 12. § 1er. L’enregistrement vaut pour une période de cinq ans. § 2. La demande de renouvellement dudit enregistrement est introduite dans un délai précédant d’un mois la limite de validité susvisée. Namur, le 24 octobre 2007. R. FONTAINE, Dr Sc.
57717
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD MINISTERE DE LA REGION WALLONNE [2007/203335] Direction générale des Ressources naturelles et de l’Environnement. — Office wallon des déchets. Acte procédant à l’enregistrement de la SA Gianquinto, en qualité de transporteur de déchets autres que dangereux L’Inspecteur général, Vu le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, modifié par le décret-programme du 19 décembre 1996 portant diverses mesures en matière de finances, emploi, environnement, travaux subsidiés, logement et action sociale, par l’arrêt de la Cour d’arbitrage no 81/97 du 17 décembre 1997, par le décret-programme du 17 décembre 1997 portant diverses mesures en matière d’impôts, taxes et redevances, de logement, de recherche, d’environnement, de pouvoirs locaux et de transports, par le décret du 27 novembre 1997 modifiant le Code wallon de l’Aménagement du Territoire, de l’Urbanisme et du Patrimoine, par le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, par le décret du 15 février 2001, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 20 décembre 2001 relatif à l’introduction de l’euro en matière de déchets, par le décret du 20 décembre 2001 en vue de l’instauration d’une obligation de reprise de certains biens ou déchets, par le décret du 18 juillet 2002 modifiant le Code wallon de l’Aménagement du Territoire, de l’Urbanisme et du Patrimoine, par le décret du 19 septembre 2002 modifiant les décrets du 27 juin 1996 relatif aux déchets et du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement et le décret du 15 mai 2003 modifiant le décret du 11 septembre 1985 organisant l’évaluation des incidences sur l’environnement dans la Région wallonne, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets et le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, par le décret du 16 octobre 2003, par le décret du 1er avril 2004 relatif à l’assainissement des sols pollués et aux sites d’activités économiques à réhabiliter, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 15 juin 2006 modifiant, en exécution de l’article 1er du décret-programme du 3 février 2005 de relance économique et de simplification administrative, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, par le décret du 22 mars 2007 et par le décret du 31 mai 2007 relatif à la participation du public en matière d’environnement; Vu le décret du 25 juillet 1991 relatif à la taxation des déchets en Région wallonne, modifié par le décret du 17 décembre 1992, le décret du 22 décembre 1994, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, le décret-programme du 19 décembre 1996 portant diverses mesures en matière de finances, emploi, environnement, travaux subsidiés, logement et action sociale, le décret du 19 décembre 1996, le décret-programme du 17 décembre 1997 portant diverses mesures en matière d’impôts, taxes et redevances, de logement, de recherche, d’environnement, de pouvoirs locaux et de transports, le décret du 16 juillet 1998, le décret-programme du 16 décembre 1998 portant diverses mesures en matière d’impôts, de taxes, d’épuration des eaux usées et de pouvoirs locaux, le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, du 6 mai 1999 relatif à l’établissement, au recouvrement et au contentieux en matière de taxes régionales directes, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 20 décembre 2001 relatif à l’introduction de l’euro en matière de déchets, par le décret du 22 octobre 2003, par le décret du 1er avril 2004 relatif à l’assainissement des sols pollués et aux sites d’activités économiques à réhabiliter; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 10 juillet 1997 établissant un catalogue des déchets, modifié par l’arrêté du Gouvernement wallon du 24 janvier 2002, partiellement annulé par l’arrêt no 94.211 du Conseil d’Etat du 22 mars 2001; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 9 juin 1994 pris en application du Règlement 259/93/CEE du 1er février 1993 concernant la surveillance et le contrôle des transferts de déchets à l’intérieur, à l’entrée et à la sortie de la Communauté européenne, modifié par les arrêtés du Gouvernement wallon des 16 octobre 1997, 20 décembre 2001 et 13 novembre 2002; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 13 novembre 2003 relatif à l’enregistrement des collecteurs et transporteurs de déchets autres que dangereux; Vu la demande introduite par la SA Gianquinto, le 4 octobre 2007; Considérant que la requérante a fourni toutes les indications requises par l’article 4, § 2, de l’arrêté du Gouvernement wallon du 13 novembre 2003 susvisé, Acte : Article 1er. § 1er. La SA Gianquinto, sise rue Grande 46, à 4460 Grâce-Hollogne, est enregistrée en qualité de transporteur de déchets autres que dangereux. L’enregistrement est identifié par le numéro 2007-10-24-06. § 2. Le présent enregistrement porte sur le transport des déchets suivants : — déchets inertes; — déchets industriels ou agricoles non dangereux. § 3. Le présent enregistrement exclut le transport des déchets suivants : — déchets ménagers et assimilés; — déchets d’activités hospitalières et de soins de santé de classe B1; — déchets dangereux; — huiles usagées; — PCB/PCT; — déchets animaux; — déchets d’activités hospitalières et de soins de santé de classe B2.
57718
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 2. Le transport des déchets repris à l’article 1er, § 2, est autorisé sur l’ensemble du territoire de la Région wallonne. Le transport n’est autorisé que lorsque celui-ci est effectué sur ordre d’un producteur de déchets ou sur ordre d’un collecteur enregistré de déchets. Art. 3. Le transport de déchets est interdit entre 23 heures et 5 heures. Art. 4. Les dispositions du présent enregistrement ne dispensent pas l’impétrante du respect des prescriptions requises ou imposées par d’autres textes législatifs applicables. Art. 5. § 1er. Le présent enregistrement ne préjudicie en rien au respect de la réglementation relative au transport de marchandises par route, par voie d’eau ou par chemin de fer. § 2. Une lettre de voiture entièrement complétée et signée, ou une note d’envoi, doit accompagner le transport des déchets. Ces documents doivent au moins mentionner les données suivantes : a) la description du déchet; b) la quantité exprimée en kilogrammes ou en litres; c) la date du transport; d) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social de la personne physique ou morale qui a remis des déchets; e) la destination des déchets; f) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du collecteur; g) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du transporteur. § 3. La procédure visée au § 2 reste d’application jusqu’à l’entrée en vigueur du bordereau de suivi des déchets visé à l’article 9 du décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets. Art. 6. Une copie du présent enregistrement doit accompagner chaque transport. Art. 7. § 1er. L’impétrante remet à la personne dont elle a reçu des déchets une attestation mentionnant : a) son nom ou dénomination, adresse ou siège social; b) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social de la personne physique ou morale qui lui a remis des déchets; c) la date et le lieu de la remise; d) la quantité de déchets remis; e) la nature et le code des déchets remis; f) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du transporteur des déchets. § 2. Un double de l’attestation prévue au § 1er est tenu par l’impétrante pendant cinq ans à disposition de l’administration. Art. 8. § 1er. L’impétrante transmet annuellement à l’Office wallon des déchets une déclaration de transport de déchets. La déclaration est transmise au plus tard le soixantième jour suivant l’expiration de l’année de référence. La déclaration est établie selon les formats définis par l’Office wallon des déchets. § 2. L’impétrante conserve une copie de la déclaration annuelle pendant une durée minimale de cinq ans. Art. 9. Afin de garantir et de contrôler la bonne fin des opérations de transport, l’impétrante transmet à l’Office wallon des déchets, en même temps que sa déclaration annuelle les informations suivantes : 1o les numéros d’immatriculation des véhicules détenus en propre ou en exécution de contrats passés avec des tiers et affectés au transport des déchets; 2o la liste des chauffeurs affectés aux activités de transport. Art. 10. Si l’impétrante souhaite renoncer, en tout ou en partie, au transport des déchets désignés dans le présent enregistrement, elle en opère notification à l’Office wallon des déchets qui en prend acte. Art. 11. Sur base d’un procès-verbal constatant une infraction au Règlement 259/93/CEE du Conseil du 1er février 1993 relatif aux transferts de déchets à l’entrée, à la sortie et à l’intérieur de la Communauté européenne, au décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, à leurs arrêtés d’exécution, l’enregistrement peut, aux termes d’une décision motivée, être radié, après qu’ait été donnée à l’impétrante la possibilité de faire valoir ses moyens de défense et de régulariser la situation dans un délai déterminé. En cas d’urgence spécialement motivée et pour autant que l’audition de l’impétrante soit de nature à causer un retard préjudiciable à la sécurité publique, l’enregistrement peut être radié sans délai et sans que l’impétrante n’ait été entendue. Art. 12. § 1er. L’enregistrement vaut pour une période de cinq ans. § 2. La demande de renouvellement dudit enregistrement est introduite dans un délai précédant d’un mois la limite de validité susvisée. Namur, le 24 octobre 2007. R. FONTAINE, Dr Sc.
57719
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD MINISTERE DE LA REGION WALLONNE [2007/203334] Direction générale des Ressources naturelles et de l’Environnement. — Office wallon des déchets. Acte procédant à l’enregistrement de la SPRL Cox et fils, en qualité de transporteur de déchets autres que dangereux L’Inspecteur général, Vu le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, modifié par le décret-programme du 19 décembre 1996 portant diverses mesures en matière de finances, emploi, environnement, travaux subsidiés, logement et action sociale, par l’arrêt de la Cour d’arbitrage no 81/97 du 17 décembre 1997, par le décret-programme du 17 décembre 1997 portant diverses mesures en matière d’impôts, taxes et redevances, de logement, de recherche, d’environnement, de pouvoirs locaux et de transports, par le décret du 27 novembre 1997 modifiant le Code wallon de l’Aménagement du Territoire, de l’Urbanisme et du Patrimoine, par le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, par le décret du 15 février 2001, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 20 décembre 2001 relatif à l’introduction de l’euro en matière de déchets, par le décret du 20 décembre 2001 en vue de l’instauration d’une obligation de reprise de certains biens ou déchets, par le décret du 18 juillet 2002 modifiant le Code wallon de l’Aménagement du Territoire, de l’Urbanisme et du Patrimoine, par le décret du 19 septembre 2002 modifiant les décrets du 27 juin 1996 relatif aux déchets et du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement et le décret du 15 mai 2003 modifiant le décret du 11 septembre 1985 organisant l’évaluation des incidences sur l’environnement dans la Région wallonne, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets et le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, par le décret du 16 octobre 2003, par le décret du 1er avril 2004 relatif à l’assainissement des sols pollués et aux sites d’activités économiques à réhabiliter, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 15 juin 2006 modifiant, en exécution de l’article 1er du décret-programme du 3 février 2005 de relance économique et de simplification administrative, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, par le décret du 22 mars 2007 et par le décret du 31 mai 2007 relatif à la participation du public en matière d’environnement; Vu le décret du 25 juillet 1991 relatif à la taxation des déchets en Région wallonne, modifié par le décret du 17 décembre 1992, le décret du 22 décembre 1994, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, le décret-programme du 19 décembre 1996 portant diverses mesures en matière de finances, emploi, environnement, travaux subsidiés, logement et action sociale, le décret du 19 décembre 1996, le décret-programme du 17 décembre 1997 portant diverses mesures en matière d’impôts, taxes et redevances, de logement, de recherche, d’environnement, de pouvoirs locaux et de transports, le décret du 16 juillet 1998, le décret-programme du 16 décembre 1998 portant diverses mesures en matière d’impôts, de taxes, d’épuration des eaux usées et de pouvoirs locaux, le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, du 6 mai 1999 relatif à l’établissement, au recouvrement et au contentieux en matière de taxes régionales directes, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 20 décembre 2001 relatif à l’introduction de l’euro en matière de déchets, par le décret du 22 octobre 2003, par le décret du 1er avril 2004 relatif à l’assainissement des sols pollués et aux sites d’activités économiques à réhabiliter; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 10 juillet 1997 établissant un catalogue des déchets, modifié par l’arrêté du Gouvernement wallon du 24 janvier 2002, partiellement annulé par l’arrêt no 94.211 du Conseil d’Etat du 22 mars 2001; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 9 juin 1994 pris en application du Règlement 259/93/CEE du 1er février 1993 concernant la surveillance et le contrôle des transferts de déchets à l’intérieur, à l’entrée et à la sortie de la Communauté européenne, modifié par les arrêtés du Gouvernement wallon des 16 octobre 1997, 20 décembre 2001 et 13 novembre 2002; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 13 novembre 2003 relatif à l’enregistrement des collecteurs et transporteurs de déchets autres que dangereux; Vu la demande introduite par la SPRL Cox et fils, le 4 octobre 2007; Considérant que la requérante a fourni toutes les indications requises par l’article 4, § 2, de l’arrêté du Gouvernement wallon du 13 novembre 2003 susvisé, Arrête : Article 1er. § 1er. La SPRL Cox et fils, sise rue des Jardins 12, à 4540 Ampsin, est enregistrée en qualité de transporteur de déchets autres que dangereux. L’enregistrement est identifié par le numéro 2007-10-24-05. § 2. Le présent enregistrement porte sur le transport des déchets suivants : — déchets inertes; — déchets industriels ou agricoles non dangereux. § 3. Le présent enregistrement exclut le transport des déchets suivants : — déchets ménagers et assimilés; — déchets d’activités hospitalières et de soins de santé de classe B1; — déchets dangereux; — huiles usagées; — PCB/PCT; — déchets animaux; — déchets d’activités hospitalières et de soins de santé de classe B2.
57720
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 2. Le transport des déchets repris à l’article 1er, § 2, est autorisé sur l’ensemble du territoire de la Région wallonne. Le transport n’est autorisé que lorsque celui-ci est effectué sur ordre d’un producteur de déchets ou sur ordre d’un collecteur enregistré de déchets. Art. 3. Le transport de déchets est interdit entre 23 heures et 5 heures. Art. 4. Les dispositions du présent enregistrement ne dispensent pas l’impétrante du respect des prescriptions requises ou imposées par d’autres textes législatifs applicables. Art. 5. § 1er. Le présent enregistrement ne préjudicie en rien au respect de la réglementation relative au transport de marchandises par route, par voie d’eau ou par chemin de fer. § 2. Une lettre de voiture entièrement complétée et signée, ou une note d’envoi, doit accompagner le transport des déchets. Ces documents doivent au moins mentionner les données suivantes : a) la description du déchet; b) la quantité exprimée en kilogrammes ou en litres; c) la date du transport; d) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social de la personne physique ou morale qui a remis des déchets; e) la destination des déchets; f) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du collecteur; g) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du transporteur. § 3. La procédure visée au § 2 reste d’application jusqu’à l’entrée en vigueur du bordereau de suivi des déchets visé à l’article 9 du décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets. Art. 6. Une copie du présent enregistrement doit accompagner chaque transport. Art. 7. § 1er. L’impétrante remet à la personne dont elle a reçu des déchets une attestation mentionnant : a) son nom ou dénomination, adresse ou siège social; b) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social de la personne physique ou morale qui lui a remis des déchets; c) la date et le lieu de la remise; d) la quantité de déchets remis; e) la nature et le code des déchets remis; f) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du transporteur des déchets. § 2. Un double de l’attestation prévue au § 1er est tenu par l’impétrante pendant cinq ans à disposition de l’administration. Art. 8. § 1er. L’impétrante transmet annuellement à l’Office wallon des déchets une déclaration de transport de déchets. La déclaration est transmise au plus tard le soixantième jour suivant l’expiration de l’année de référence. La déclaration est établie selon les formats définis par l’Office wallon des déchets. § 2. L’impétrante conserve une copie de la déclaration annuelle pendant une durée minimale de cinq ans. Art. 9. Afin de garantir et de contrôler la bonne fin des opérations de transport, l’impétrante transmet à l’Office wallon des déchets, en même temps que sa déclaration annuelle les informations suivantes : 1o les numéros d’immatriculation des véhicules détenus en propre ou en exécution de contrats passés avec des tiers et affectés au transport des déchets; 2o la liste des chauffeurs affectés aux activités de transport. Art. 10. Si l’impétrante souhaite renoncer, en tout ou en partie, au transport des déchets désignés dans le présent enregistrement, elle en opère notification à l’Office wallon des déchets qui en prend acte. Art. 11. Sur base d’un procès-verbal constatant une infraction au Règlement 259/93/CEE du Conseil du 1er février 1993 relatif aux transferts de déchets à l’entrée, à la sortie et à l’intérieur de la Communauté européenne, au décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, à leurs arrêtés d’exécution, l’enregistrement peut, aux termes d’une décision motivée, être radié, après qu’ait été donnée à l’impétrante la possibilité de faire valoir ses moyens de défense et de régulariser la situation dans un délai déterminé. En cas d’urgence spécialement motivée et pour autant que l’audition de l’impétrante soit de nature à causer un retard préjudiciable à la sécurité publique, l’enregistrement peut être radié sans délai et sans que l’impétrante n’ait été entendue. Art. 12. § 1er. L’enregistrement vaut pour une période de cinq ans. § 2. La demande de renouvellement dudit enregistrement est introduite dans un délai précédant d’un mois la limite de validité susvisée. Namur, le 24 octobre 2007. R. FONTAINE, Dr Sc.
57721
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD MINISTERE DE LA REGION WALLONNE [2007/203333] Direction générale des Ressources naturelles et de l’Environnement. — Office wallon des déchets. Acte procédant à l’enregistrement de M. Rony Duve, en qualité de transporteur de déchets autres que dangereux L’Inspecteur général, Vu le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, modifié par le décret-programme du 19 décembre 1996 portant diverses mesures en matière de finances, emploi, environnement, travaux subsidiés, logement et action sociale, par l’arrêt de la Cour d’arbitrage no81/97 du 17 décembre 1997, par le décret-programme du 17 décembre 1997 portant diverses mesures en matière d’impôts, taxes et redevances, de logement, de recherche, d’environnement, de pouvoirs locaux et de transports, par le décret du 27 novembre 1997 modifiant le Code wallon de l’Aménagement du Territoire, de l’Urbanisme et du Patrimoine, par le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, par le décret du 15 février 2001, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 20 décembre 2001 relatif à l’introduction de l’euro en matière de déchets, par le décret du 20 décembre 2001 en vue de l’instauration d’une obligation de reprise de certains biens ou déchets, par le décret du 18 juillet 2002 modifiant le Code wallon de l’Aménagement du Territoire, de l’Urbanisme et du Patrimoine, par le décret du 19 septembre 2002 modifiant les décrets du 27 juin 1996 relatif aux déchets et du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement et le décret du 15 mai 2003 modifiant le décret du 11 septembre 1985 organisant l’évaluation des incidences sur l’environnement dans la Région wallonne, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets et le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, par le décret du 16 octobre 2003, par le décret du 1er avril 2004 relatif à l’assainissement des sols pollués et aux sites d’activités économiques à réhabiliter, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 15 juin 2006 modifiant, en exécution de l’article 1er du décret-programme du 3 février 2005 de relance économique et de simplification administrative, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, par le décret du 22 mars 2007 et par le décret du 31 mai 2007 relatif à la participation du public en matière d’environnement; Vu le décret du 25 juillet 1991 relatif à la taxation des déchets en Région wallonne, modifié par le décret du 17 décembre 1992, le décret du 22 décembre 1994, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, le décret-programme du 19 décembre 1996 portant diverses mesures en matière de finances, emploi, environnement, travaux subsidiés, logement et action sociale, le décret du 19 décembre 1996, le décret-programme du 17 décembre 1997 portant diverses mesures en matière d’impôts, taxes et redevances, de logement, de recherche, d’environnement, de pouvoirs locaux et de transports, le décret du 16 juillet 1998, le décret-programme du 16 décembre 1998 portant diverses mesures en matière d’impôts, de taxes, d’épuration des eaux usées et de pouvoirs locaux, le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, du 6 mai 1999 relatif à l’établissement, au recouvrement et au contentieux en matière de taxes régionales directes, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 20 décembre 2001 relatif à l’introduction de l’euro en matière de déchets, par le décret du 22 octobre 2003, par le décret du 1er avril 2004 relatif à l’assainissement des sols pollués et aux sites d’activités économiques à réhabiliter; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 10 juillet 1997 établissant un catalogue des déchets, modifié par l’arrêté du Gouvernement wallon du 24 janvier 2002, partiellement annulé par l’arrêt no 94.211 du Conseil d’Etat du 22 mars 2001; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 9 juin 1994 pris en application du Règlement 259/93/CEE du 1er février 1993 concernant la surveillance et le contrôle des transferts de déchets à l’intérieur, à l’entrée et à la sortie de la Communauté européenne, modifié par les arrêtés du Gouvernement wallon des 16 octobre 1997, 20 décembre 2001 et 13 novembre 2002; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 13 novembre 2003 relatif à l’enregistrement des collecteurs et transporteurs de déchets autres que dangereux; Vu la demande introduite par M. Rony Duve, le 7 octobre 2007; Considérant que le requérant a fourni toutes les indications requises par l’article 4, § 2, de l’arrêté du Gouvernement wallon du 13 novembre 2003 susvisé, Acte : Article 1er. § 1er. M. Rony Duve, E. De Jonghestraat 171, à 2880 Bornem, est enregistré en qualité de transporteur de déchets autres que dangereux. L’enregistrement est identifié par le numéro 2007-10-24-04. § 2. Le présent enregistrement porte sur le transport des déchets suivants : — déchets inertes; — déchets ménagers et assimilés; — déchets d’activités hospitalières et de soins de santé de classe B1; — déchets industriels ou agricoles non dangereux. § 3. Le présent enregistrement exclut le transport des déchets suivants : — déchets dangereux; — huiles usagées; — PCB/PCT; — déchets animaux; — déchets d’activités hospitalières et de soins de santé de classe B2.
57722
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 2. Le transport des déchets repris à l’article 1er, § 2, est autorisé sur l’ensemble du territoire de la Région wallonne. Le transport n’est autorisé que lorsque celui-ci est effectué sur ordre d’un producteur de déchets ou sur ordre d’un collecteur enregistré de déchets. Art. 3. Le transport de déchets est interdit entre 23 heures et 5 heures. Art. 4. Les dispositions du présent enregistrement ne dispensent pas l’impétrant du respect des prescriptions requises ou imposées par d’autres textes législatifs applicables. Art. 5. § 1er. Le présent enregistrement ne préjudicie en rien au respect de la réglementation relative au transport de marchandises par route, par voie d’eau ou par chemin de fer. § 2. Une lettre de voiture entièrement complétée et signée, ou une note d’envoi, doit accompagner le transport des déchets. Ces documents doivent au moins mentionner les données suivantes : a) la description du déchet; b) la quantité exprimée en kilogrammes ou en litres; c) la date du transport; d) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social de la personne physique ou morale qui a remis des déchets; e) la destination des déchets; f) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du collecteur; g) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du transporteur. § 3. La procédure visée au § 2 reste d’application jusqu’à l’entrée en vigueur du bordereau de suivi des déchets visé à l’article 9 du décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets. Art. 6. Une copie du présent enregistrement doit accompagner chaque transport. Art. 7. § 1er. L’impétrant remet à la personne dont il a reçu des déchets une attestation mentionnant : a) son nom ou dénomination, adresse ou siège social; b) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social de la personne physique ou morale qui lui a remis des déchets; c) la date et le lieu de la remise; d) la quantité de déchets remis; f) la nature et le code des déchets remis; g) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du transporteur des déchets. § 2. Un double de l’attestation prévue au § 1er est tenu par l’impétrant pendant cinq ans à disposition de l’administration. Art. 8. § 1er. L’impétrant transmet annuellement à l’Office wallon des déchets une déclaration de transport de déchets. La déclaration est transmise au plus tard le soixantième jour suivant l’expiration de l’année de référence. La déclaration est établie selon les formats définis par l’Office wallon des déchets. § 2. L’impétrant conserve une copie de la déclaration annuelle pendant une durée minimale de cinq ans. Art. 9. Afin de garantir et de contrôler la bonne fin des opérations de transport, l’impétrant transmet à l’Office wallon des déchets, en même temps que sa déclaration annuelle les informations suivantes : 1o les numéros d’immatriculation des véhicules détenus en propre ou en exécution de contrats passés avec des tiers et affectés au transport des déchets; 2o la liste des chauffeurs affectés aux activités de transport. Art. 10. Si l’impétrant souhaite renoncer, en tout ou en partie, au transport des déchets désignés dans le présent enregistrement, il en opère notification à l’Office wallon des déchets qui en prend acte. Art. 11. Sur base d’un procès-verbal constatant une infraction au Règlement 259/93/CEE du Conseil du 1er février 1993 relatif aux transferts de déchets à l’entrée, à la sortie et à l’intérieur de la Communauté européenne, au décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, à leurs arrêtés d’exécution, l’enregistrement peut, aux termes d’une décision motivée, être radié, après qu’ait été donnée à l’impétrant la possibilité de faire valoir ses moyens de défense et de régulariser la situation dans un délai déterminé. En cas d’urgence spécialement motivée et pour autant que l’audition de l’impétrant soit de nature à causer un retard préjudiciable à la sécurité publique, l’enregistrement peut être radié sans délai et sans que l’impétrant n’ait été entendu. Art. 12. § 1er. L’enregistrement vaut pour une période de cinq ans. § 2. La demande de renouvellement dudit enregistrement est introduite dans un délai précédant d’un mois la limite de validité susvisée. Namur, le 24 octobre 2007. R. FONTAINE, Dr Sc.
57723
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD MINISTERE DE LA REGION WALLONNE [2007/203332] Direction générale des Ressources naturelles et de l’Environnement. — Office wallon des déchets. Acte procédant à l’enregistrement de Mme Elisa Buwalda, en qualité de collecteur et de transporteur de déchets autres que dangereux L’Inspecteur général, Vu le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, modifié par le décret-programme du 19 décembre 1996 portant diverses mesures en matière de finances, emploi, environnement, travaux subsidiés, logement et action sociale, par l’arrêt de la Cour d’arbitrage no 81/97 du 17 décembre 1997, par le décret-programme du 17 décembre 1997 portant diverses mesures en matière d’impôts, taxes et redevances, de logement, de recherche, d’environnement, de pouvoirs locaux et de transports, par le décret du 27 novembre 1997 modifiant le Code wallon de l’Aménagement du Territoire, de l’Urbanisme et du Patrimoine, par le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, par le décret du 15 février 2001, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 20 décembre 2001 relatif à l’introduction de l’euro en matière de déchets, par le décret du 20 décembre 2001 en vue de l’instauration d’une obligation de reprise de certains biens ou déchets, par le décret du 18 juillet 2002 modifiant le Code wallon de l’Aménagement du Territoire, de l’Urbanisme et du Patrimoine, par le décret du 19 septembre 2002 modifiant les décrets du 27 juin 1996 relatif aux déchets et du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement et le décret du 15 mai 2003 modifiant le décret du 11 septembre 1985 organisant l’évaluation des incidences sur l’environnement dans la Région wallonne, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets et le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, par le décret du 16 octobre 2003, par le décret du 1er avril 2004 relatif à l’assainissement des sols pollués et aux sites d’activités économiques à réhabiliter, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 15 juin 2006 modifiant, en exécution de l’article 1er du décret-programme du 3 février 2005 de relance économique et de simplification administrative, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, par le décret du 22 mars 2007 et par le décret du 31 mai 2007 relatif à la participation du public en matière d’environnement; Vu le décret du 25 juillet 1991 relatif à la taxation des déchets en Région wallonne, modifié par le décret du 17 décembre 1992, le décret du 22 décembre 1994, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, le décret-programme du 19 décembre 1996 portant diverses mesures en matière de finances, emploi, environnement, travaux subsidiés, logement et action sociale, le décret du 19 décembre 1996, le décret-programme du 17 décembre 1997 portant diverses mesures en matière d’impôts, taxes et redevances, de logement, de recherche, d’environnement, de pouvoirs locaux et de transports, le décret du 16 juillet 1998, le décret-programme du 16 décembre 1998 portant diverses mesures en matière d’impôts, de taxes, d’épuration des eaux usées et de pouvoirs locaux, le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, du 6 mai 1999 relatif à l’établissement, au recouvrement et au contentieux en matière de taxes régionales directes, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 20 décembre 2001 relatif à l’introduction de l’euro en matière de déchets, par le décret du 22 octobre 2003, par le décret du 1er avril 2004 relatif à l’assainissement des sols pollués et aux sites d’activités économiques à réhabiliter; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 10 juillet 1997 établissant un catalogue des déchets, modifié par l’arrêté du Gouvernement wallon du 24 janvier 2002, partiellement annulé par l’arrêt no 94.211 du Conseil d’Etat du 22 mars 2001; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 9 juin 1994 pris en application du Règlement 259/93/CEE du 1er février 1993 concernant la surveillance et le contrôle des transferts de déchets à l’intérieur, à l’entrée et à la sortie de la Communauté européenne, modifié par les arrêtés du Gouvernement wallon des 16 octobre 1997, 20 décembre 2001 et 13 novembre 2002; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 13 novembre 2003 relatif à l’enregistrement des collecteurs et transporteurs de déchets autres que dangereux; Vu la demande introduite par Mme Elisa Buwalda, le 6 octobre 2007; Considérant que la requérante a fourni toutes les indications requises par l’article 4, § 2, de l’arrêté du Gouvernement wallon du 13 novembre 2003 susvisé, Acte : Article 1er. § 1er. Mme Elisa Buwalda Blance, Floerlaan 173/52, à 2050 Antwerpen, est enregistrée en qualité de collecteur et de transporteur de déchets autres que dangereux. L’enregistrement est identifié par le numéro 2007-10-24-03. § 2. Le présent enregistrement porte sur la collecte et le transport des déchets suivants : — déchets inertes; — déchets ménagers et assimilés; — déchets d’activités hospitalières et de soins de santé de classe B1; — déchets industriels ou agricoles non dangereux. § 3. Le présent enregistrement exclut la collecte et le transport des déchets suivants : — déchets dangereux; — huiles usagées; — PCB/PCT; — déchets animaux; — déchets d’activités hospitalières et de soins de santé de classe B2.
57724
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 2. La collecte et le transport des déchets repris à l’article 1er, § 2, sont autorisés sur l’ensemble du territoire de la Région wallonne. Art. 3. Le transport de déchets est interdit entre 23 heures et 5 heures. Art. 4. Les dispositions du présent enregistrement ne dispensent pas l’impétrante du respect des prescriptions requises ou imposées par d’autres textes législatifs applicables. Art. 5. § 1er. Le présent enregistrement ne préjudicie en rien au respect de la réglementation relative au transport de marchandises par route, par voie d’eau ou par chemin de fer. § 2. Une lettre de voiture entièrement complétée et signée, ou une note d’envoi, doit accompagner le transport des déchets. Ces documents doivent au moins mentionner les données suivantes : a) la description du déchet; b) la quantité exprimée en kilogrammes ou en litres; c) la date du transport; d) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social de la personne physique ou morale qui a remis des déchets; e) la destination des déchets; f) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du collecteur; g) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du transporteur. § 3. La procédure visée au § 2 reste d’application jusqu’à l’entrée en vigueur du bordereau de suivi des déchets visé à l’article 9 du décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets. Art. 6. Une copie du présent enregistrement doit accompagner chaque transport. Art. 7. § 1er. L’impétrante remet à la personne dont elle a reçu des déchets une attestation mentionnant : a) son nom ou dénomination, adresse ou siège social; b) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social de la personne physique ou morale qui lui a remis des déchets; c) la date et le lieu de la remise; d) la quantité de déchets remis; e) la nature et le code des déchets remis; f) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du transporteur des déchets. § 2. Un double de l’attestation prévue au § 1er est tenu par l’impétrante pendant cinq ans à disposition de l’administration. Art. 8. § 1er. L’impétrante transmet annuellement à l’Office wallon des déchets une déclaration de collecte ou de transport de déchets. La déclaration est transmise au plus tard le soixantième jour suivant l’expiration de l’année de référence. La déclaration est établie selon les formats définis par l’Office wallon des déchets. § 2. L’impétrante conserve une copie de la déclaration annuelle pendant une durée minimale de cinq ans. Art. 9. Afin de garantir et de contrôler la bonne fin des opérations de transport, l’impétrante transmet à l’Office wallon des déchets, en même temps que sa déclaration annuelle les informations suivantes : 1o les numéros d’immatriculation des véhicules détenus en propre ou en exécution de contrats passés avec des tiers et affectés au transport des déchets; 2o la liste des chauffeurs affectés aux activités de transport. Art. 10. Si l’impétrante souhaite renoncer, en tout ou en partie, à la collecte ou au transport des déchets désignés dans le présent enregistrement, elle en opère notification à l’Office wallon des déchets qui en prend acte. Art. 11. Sur base d’un procès-verbal constatant une infraction au Règlement 259/93/CEE du Conseil du 1er février 1993 relatif aux transferts de déchets à l’entrée, à la sortie et à l’intérieur de la Communauté européenne, au décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, à leurs arrêtés d’exécution, l’enregistrement peut, aux termes d’une décision motivée, être radié, après qu’ait été donnée à l’impétrante la possibilité de faire valoir ses moyens de défense et de régulariser la situation dans un délai déterminé. En cas d’urgence spécialement motivée et pour autant que l’audition de l’impétrante soit de nature à causer un retard préjudiciable à la sécurité publique, l’enregistrement peut être radié sans délai et sans que l’impétrante n’ait été entendue. Art. 12. § 1er. L’enregistrement vaut pour une période de cinq ans. § 2. La demande de renouvellement dudit enregistrement est introduite dans un délai précédant d’un mois la limite de validité susvisée. Namur, le 24 octobre 2007. R. FONTAINE, Dr Sc.
57725
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD MINISTERE DE LA REGION WALLONNE [2007/203331] Direction générale des Ressources naturelles et de l’Environnement. — Office wallon des déchets. Acte procédant à l’enregistrement de M. Jimmy De Paepe, en qualité de collecteur et de transporteur de déchets autres que dangereux L’Inspecteur général, Vu le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, modifié par le décret-programme du 19 décembre 1996 portant diverses mesures en matière de finances, emploi, environnement, travaux subsidiés, logement et action sociale, par l’arrêt de la Cour d’arbitrage no 81/97 du 17 décembre 1997, par le décret-programme du 17 décembre 1997 portant diverses mesures en matière d’impôts, taxes et redevances, de logement, de recherche, d’environnement, de pouvoirs locaux et de transports, par le décret du 27 novembre 1997 modifiant le Code wallon de l’Aménagement du Territoire, de l’Urbanisme et du Patrimoine, par le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, par le décret du 15 février 2001, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 20 décembre 2001 relatif à l’introduction de l’euro en matière de déchets, par le décret du 20 décembre 2001 en vue de l’instauration d’une obligation de reprise de certains biens ou déchets, par le décret du 18 juillet 2002 modifiant le Code wallon de l’Aménagement du Territoire, de l’Urbanisme et du Patrimoine, par le décret du 19 septembre 2002 modifiant les décrets du 27 juin 1996 relatif aux déchets et du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement et le décret du 15 mai 2003 modifiant le décret du 11 septembre 1985 organisant l’évaluation des incidences sur l’environnement dans la Région wallonne, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets et le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, par le décret du 16 octobre 2003, par le décret du 1er avril 2004 relatif à l’assainissement des sols pollués et aux sites d’activités économiques à réhabiliter, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 15 juin 2006 modifiant, en exécution de l’article 1er du décret-programme du 3 février 2005 de relance économique et de simplification administrative, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, par le décret du 22 mars 2007 et par le décret du 31 mai 2007 relatif à la participation du public en matière d’environnement; Vu le décret du 25 juillet 1991 relatif à la taxation des déchets en Région wallonne, modifié par le décret du 17 décembre 1992, le décret du 22 décembre 1994, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, le décret-programme du 19 décembre 1996 portant diverses mesures en matière de finances, emploi, environnement, travaux subsidiés, logement et action sociale, le décret du 19 décembre 1996, le décret-programme du 17 décembre 1997 portant diverses mesures en matière d’impôts, taxes et redevances, de logement, de recherche, d’environnement, de pouvoirs locaux et de transports, le décret du 16 juillet 1998, le décret-programme du 16 décembre 1998 portant diverses mesures en matière d’impôts, de taxes, d’épuration des eaux usées et de pouvoirs locaux, le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, du 6 mai 1999 relatif à l’établissement, au recouvrement et au contentieux en matière de taxes régionales directes, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 20 décembre 2001 relatif à l’introduction de l’euro en matière de déchets, par le décret du 22 octobre 2003, par le décret du 1er avril 2004 relatif à l’assainissement des sols pollués et aux sites d’activités économiques à réhabiliter; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 10 juillet 1997 établissant un catalogue des déchets, modifié par l’arrêté du Gouvernement wallon du 24 janvier 2002, partiellement annulé par l’arrêt no 94.211 du Conseil d’Etat du 22 mars 2001; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 9 juin 1994 pris en application du Règlement 259/93/CEE du 1er février 1993 concernant la surveillance et le contrôle des transferts de déchets à l’intérieur, à l’entrée et à la sortie de la Communauté européenne, modifié par les arrêtés du Gouvernement wallon des 16 octobre 1997, 20 décembre 2001 et 13 novembre 2002; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 13 novembre 2003 relatif à l’enregistrement des collecteurs et transporteurs de déchets autres que dangereux; Vu la demande introduite par M. Jimmy De Paepe, le 10 octobre 2007; Considérant que le requérant a fourni toutes les indications requises par l’article 4, § 2, de l’arrêté du Gouvernement wallon du 13 novembre 2003 susvisé, Acte : Article 1er. § 1er. M. Jimmy De Paepe, Doregemstraat 15, à 2880 Bornem, est enregistré en qualité de collecteur et de transporteur de déchets autres que dangereux. L’enregistrement est identifié par le numéro 2007-10-24-02. § 2. Le présent enregistrement porte sur la collecte et le transport des déchets suivants : — déchets inertes; — déchets ménagers et assimilés; — déchets d’activités hospitalières et de soins de santé de classe B1; — déchets industriels ou agricoles non dangereux. § 3. Le présent enregistrement exclut la collecte et le transport des déchets suivants : — déchets dangereux; — huiles usagées; — PCB/PCT; — déchets animaux; — déchets d’activités hospitalières et de soins de santé de classe B2.
57726
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 2. La collecte et le transport des déchets repris à l’article 1er, § 2, sont autorisés sur l’ensemble du territoire de la Région wallonne. Art. 3. Le transport de déchets est interdit entre 23 heures et 5 heures. Art. 4. Les dispositions du présent enregistrement ne dispensent pas l’impétrant du respect des prescriptions requises ou imposées par d’autres textes législatifs applicables. Art. 5. § 1er. Le présent enregistrement ne préjudicie en rien au respect de la réglementation relative au transport de marchandises par route, par voie d’eau ou par chemin de fer. § 2. Une lettre de voiture entièrement complétée et signée, ou une note d’envoi, doit accompagner le transport des déchets. Ces documents doivent au moins mentionner les données suivantes : a) la description du déchet; b) la quantité exprimée en kilogrammes ou en litres; c) la date du transport; d) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social de la personne physique ou morale qui a remis des déchets; e) la destination des déchets; f) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du collecteur; g) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du transporteur. § 3. La procédure visée au § 2 reste d’application jusqu’à l’entrée en vigueur du bordereau de suivi des déchets visé à l’article 9 du décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets. Art. 6. Une copie du présent enregistrement doit accompagner chaque transport. Art. 7. § 1er. L’impétrant remet à la personne dont il a reçu des déchets une attestation mentionnant : a) son nom ou dénomination, adresse ou siège social; b) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social de la personne physique ou morale qui lui a remis des déchets; c) la date et le lieu de la remise; d) la quantité de déchets remis; e) la nature et le code des déchets remis; f) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du transporteur des déchets. § 2. Un double de l’attestation prévue au § 1er est tenu par l’impétrant pendant cinq ans à disposition de l’administration. Art. 8. § 1er. L’impétrant transmet annuellement à l’Office wallon des déchets une déclaration de collecte ou de transport de déchets. La déclaration est transmise au plus tard le soixantième jour suivant l’expiration de l’année de référence. La déclaration est établie selon les formats définis par l’Office wallon des déchets. § 2. L’impétrant conserve une copie de la déclaration annuelle pendant une durée minimale de cinq ans. Art. 9. Afin de garantir et de contrôler la bonne fin des opérations de transport, l’impétrant transmet à l’Office wallon des déchets, en même temps que sa déclaration annuelle les informations suivantes : 1o les numéros d’immatriculation des véhicules détenus en propre ou en exécution de contrats passés avec des tiers et affectés au transport des déchets; 2o la liste des chauffeurs affectés aux activités de transport. Art. 10. Si l’impétrant souhaite renoncer, en tout ou en partie, à la collecte ou au transport des déchets désignés dans le présent enregistrement, il en opère notification à l’Office wallon des déchets qui en prend acte. Art. 11. Sur base d’un procès-verbal constatant une infraction au Règlement 259/93/CEE du Conseil du 1er février 1993 relatif aux transferts de déchets à l’entrée, à la sortie et à l’intérieur de la Communauté européenne, au décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, à leurs arrêtés d’exécution, l’enregistrement peut, aux termes d’une décision motivée, être radié, après qu’ait été donnée à l’impétrant la possibilité de faire valoir ses moyens de défense et de régulariser la situation dans un délai déterminé. En cas d’urgence spécialement motivée et pour autant que l’audition de l’impétrant soit de nature à causer un retard préjudiciable à la sécurité publique, l’enregistrement peut être radié sans délai et sans que l’impétrant n’ait été entendu. Art. 12. § 1er. L’enregistrement vaut pour une période de cinq ans. § 2. La demande de renouvellement dudit enregistrement est introduite dans un délai précédant d’un mois la limite de validité susvisée. Namur, le 24 octobre 2007. R. FONTAINE, Dr Sc.
57727
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD MINISTERE DE LA REGION WALLONNE [2007/203330] Direction générale des Ressources naturelles et de l’Environnement. — Office wallon des déchets. Acte procédant à l’enregistrement de la SPRL Tribel Metals, en qualité de collecteur et de transporteur de déchets autres que dangereux L’Inspecteur général, Vu le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, modifié par le décret-programme du 19 décembre 1996 portant diverses mesures en matière de finances, emploi, environnement, travaux subsidiés, logement et action sociale, par l’arrêt de la Cour d’arbitrage no 81/97 du 17 décembre 1997, par le décret-programme du 17 décembre 1997 portant diverses mesures en matière d’impôts, taxes et redevances, de logement, de recherche, d’environnement, de pouvoirs locaux et de transports, par le décret du 27 novembre 1997 modifiant le Code wallon de l’Aménagement du Territoire, de l’Urbanisme et du Patrimoine, par le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, par le décret du 15 février 2001, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 20 décembre 2001 relatif à l’introduction de l’euro en matière de déchets, par le décret du 20 décembre 2001 en vue de l’instauration d’une obligation de reprise de certains biens ou déchets, par le décret du 18 juillet 2002 modifiant le Code wallon de l’Aménagement du Territoire, de l’Urbanisme et du Patrimoine, par le décret du 19 septembre 2002 modifiant les décrets du 27 juin 1996 relatif aux déchets et du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement et le décret du 15 mai 2003 modifiant le décret du 11 septembre 1985 organisant l’évaluation des incidences sur l’environnement dans la Région wallonne, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets et le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, par le décret du 16 octobre 2003, par le décret du 1er avril 2004 relatif à l’assainissement des sols pollués et aux sites d’activités économiques à réhabiliter, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 15 juin 2006 modifiant, en exécution de l’article 1er du décret-programme du 3 février 2005 de relance économique et de simplification administrative, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, par le décret du 22 mars 2007 et par le décret du 31 mai 2007 relatif à la participation du public en matière d’environnement; Vu le décret du 25 juillet 1991 relatif à la taxation des déchets en Région wallonne, modifié par le décret du 17 décembre 1992, le décret du 22 décembre 1994, le décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, le décret-programme du 19 décembre 1996 portant diverses mesures en matière de finances, emploi, environnement, travaux subsidiés, logement et action sociale, le décret du 19 décembre 1996, le décret-programme du 17 décembre 1997 portant diverses mesures en matière d’impôts, taxes et redevances, de logement, de recherche, d’environnement, de pouvoirs locaux et de transports, le décret du 16 juillet 1998, le décret-programme du 16 décembre 1998 portant diverses mesures en matière d’impôts, de taxes, d’épuration des eaux usées et de pouvoirs locaux, le décret du 11 mars 1999 relatif au permis d’environnement, du 6 mai 1999 relatif à l’établissement, au recouvrement et au contentieux en matière de taxes régionales directes, par l’arrêté du Gouvernement wallon du 20 décembre 2001 relatif à l’introduction de l’euro en matière de déchets, par le décret du 22 octobre 2003, par le décret du 1er avril 2004 relatif à l’assainissement des sols pollués et aux sites d’activités économiques à réhabiliter; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 10 juillet 1997 établissant un catalogue des déchets, modifié par l’arrêté du Gouvernement wallon du 24 janvier 2002, partiellement annulé par l’arrêt no 94.211 du Conseil d’Etat du 22 mars 2001; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 9 juin 1994 pris en application du Règlement 259/93/CEE du 1er février 1993 concernant la surveillance et le contrôle des transferts de déchets à l’intérieur, à l’entrée et à la sortie de la Communauté européenne, modifié par les arrêtés du Gouvernement wallon des 16 octobre 1997, 20 décembre 2001 et 13 novembre 2002; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 13 novembre 2003 relatif à l’enregistrement des collecteurs et transporteurs de déchets autres que dangereux; Vu la demande introduite par la SPRL Tribel Metals, le 18 octobre 2007; Considérant que la requérante a fourni toutes les indications requises par l’article 4, § 2, de l’arrêté du Gouvernement wallon du 13 novembre 2003 susvisé, Acte Article 1er. § 1er. La SPRL Tribel Metals, sise rue Saint-Denis 158, à 1190 Bruxelles, est enregistrée en qualité de collecteur et de transporteur de déchets autres que dangereux. L’enregistrement est identifié par le numéro 2007-10-24-01. § 2. Le présent enregistrement porte sur la collecte et le transport des déchets suivants : — déchets inertes; — déchets industriels ou agricoles non dangereux. § 3. Le présent enregistrement exclut la collecte et le transport des déchets suivants : — déchets ménagers et assimilés; — déchets d’activités hospitalières et de soins de santé de classe B1; — déchets dangereux; — huiles usagées; — PCB/PCT; — déchets animaux; — déchets d’activités hospitalières et de soins de santé de classe B2.
57728
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Art. 2. La collecte et le transport des déchets repris à l’article 1er, § 2, sont autorisés sur l’ensemble du territoire de la Région wallonne. Art. 3. Le transport de déchets est interdit entre 23 heures et 5 heures. Art. 4. Les dispositions du présent enregistrement ne dispensent pas l’impétrante du respect des prescriptions requises ou imposées par d’autres textes législatifs applicables. Art. 5. § 1er. Le présent enregistrement ne préjudicie en rien au respect de la réglementation relative au transport de marchandises par route, par voie d’eau ou par chemin de fer. § 2. Une lettre de voiture entièrement complétée et signée, ou une note d’envoi, doit accompagner le transport des déchets. Ces documents doivent au moins mentionner les données suivantes : a) la description du déchet; b) la quantité exprimée en kilogrammes ou en litres; c) la date du transport; d) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social de la personne physique ou morale qui a remis des déchets; e) la destination des déchets; f) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du collecteur; g) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du transporteur. § 3. La procédure visée au § 2 reste d’application jusqu’à l’entrée en vigueur du bordereau de suivi des déchets visé à l’article 9 du décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets. Art. 6. Une copie du présent enregistrement doit accompagner chaque transport. Art. 7. § 1er. L’impétrante remet à la personne dont elle a reçu des déchets une attestation mentionnant : a) son nom ou dénomination, adresse ou siège social; b) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social de la personne physique ou morale qui lui a remis des déchets; c) la date et le lieu de la remise; d) la quantité de déchets remis; e) la nature et le code des déchets remis; f) le nom ou la dénomination, l’adresse ou le siège social du transporteur des déchets. § 2. Un double de l’attestation prévue au § 1er est tenu par l’impétrante pendant cinq ans à disposition de l’administration. Art. 8. § 1er. L’impétrante transmet annuellement à l’Office wallon des déchets une déclaration de collecte ou de transport de déchets. La déclaration est transmise au plus tard le soixantième jour suivant l’expiration de l’année de référence. La déclaration est établie selon les formats définis par l’Office wallon des déchets. § 2. L’impétrante conserve une copie de la déclaration annuelle pendant une durée minimale de cinq ans. Art. 9. Afin de garantir et de contrôler la bonne fin des opérations de transport, l’impétrante transmet à l’Office wallon des déchets, en même temps que sa déclaration annuelle les informations suivantes : 1o les numéros d’immatriculation des véhicules détenus en propre ou en exécution de contrats passés avec des tiers et affectés au transport des déchets; 2o la liste des chauffeurs affectés aux activités de transport. Art. 10. Si l’impétrante souhaite renoncer, en tout ou en partie, à la collecte ou au transport des déchets désignés dans le présent enregistrement, elle en opère notification à l’Office wallon des déchets qui en prend acte. Art. 11. Sur base d’un procès-verbal constatant une infraction au Règlement 259/93/CEE du Conseil du 1er février 1993 relatif aux transferts de déchets à l’entrée, à la sortie et à l’intérieur de la Communauté européenne, au décret du 27 juin 1996 relatif aux déchets, à leurs arrêtés d’exécution, l’enregistrement peut, aux termes d’une décision motivée, être radié, après qu’ait été donnée à l’impétrante la possibilité de faire valoir ses moyens de défense et de régulariser la situation dans un délai déterminé. En cas d’urgence spécialement motivée et pour autant que l’audition de l’impétrante soit de nature à causer un retard préjudiciable à la sécurité publique, l’enregistrement peut être radié sans délai et sans que l’impétrante n’ait été entendue. Art. 12. § 1er. L’enregistrement vaut pour une période de cinq ans. § 2. La demande de renouvellement dudit enregistrement est introduite dans un délai précédant d’un mois la limite de validité susvisée. Namur, le 24 octobre 2007. R. FONTAINE, Dr Sc.
57729
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD MINISTERE WALLON DE L’EQUIPEMENT ET DES TRANSPORTS [2007/203355] 25 OCTOBRE 2007. — Arrêté du Gouvernement wallon portant désignation du président et d’administrateurs représentant la Région wallonne au sein du conseil d’administration du Port autonome de Charleroi Le Gouvernement wallon, Vu l’article 6, § 1er, X, de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles; Vu la loi du 16 mars 1954 relative au contrôle de certains organismes d’intérêt public; Vu la loi du 12 février 1971 portant création du Port autonome de Charleroi; Vu le décret du 12 février 2004 sur le statut de l’administrateur public; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 26 août 2004 portant règlement du fonctionnement du Gouvernement, tel que modifié par les arrêtés du Gouvernement wallon du 16 septembre 2004 et du 15 avril 2005; Vu l’arrêté du Gouvernement wallon du 20 juillet 2007 fixant la répartition des compétences entre les Ministres et réglant la signature des actes du Gouvernement; Sur proposition du Ministre du Budget, des Finances et de l’Equipement, Arrête : Article 1er. : — M. Daniel Vanderzeypen, domicilié rue Staumont 14B, à 6210 Les Bons Villers, est désigné en qualité de président du Port autonome de Charleroi pour une durée de cinq ans; — M. Marc Parmentier, domicilié rue du Petit Sablon 4, à 6043 Ransart, est désigné en qualité de suppléant du président du port autonome de Charleroi pour une durée de cinq ans; — M. Philippe Seghin, domicilié rue du Paradis 150, à 6140 Fontaine-l’Evêque, est désigné en qualité d’administrateur effectif du Port autonome de Charleroi pour une durée de cinq ans; — M. Philippe Knaepen, domicilié chaussée de Nivelles 603, à 6230 Pont-à-Celles, est désigné en qualité d’administrateur suppléant du Port autonome de Charleroi pour une durée de cinq ans. Art. 2. Le présent arrêté sera notifié aux intéressés et entrera en vigueur le 1er décembre 2007. Art. 3. Le Ministre du Budget, des Finances et de l’Equipement est chargé de l’exécution du présent arrêté. Namur, le 25 octobre 2007. Le Ministre-Président, R. DEMOTTE Le Ministre du Budget, des Finances et de l’Equipement, M. DAERDEN
ÜBERSETZUNG WALLONISCHES MINISTERIUM FÜR AUSRÜSTUNG UND TRANSPORTWESEN [2007/203355] 25. OKTOBER 2007 — Erlass der Wallonischen Regierung zur Bezeichnung des Vorsitzenden und von Verwaltern, die die Wallonische Region innerhalb des Verwaltungsrates des autonomen Hafens von Charleroi vertreten Die Wallonische Regierung, Aufgrund des Artikels 6 § 1 X des Sondergesetzes vom 8. August 1980 über institutionelle Reformen; Aufgrund des Gesetzes vom 16. März 1954 über die Kontrolle gewisser Einrichtungen öffentlichen Interesses; Aufgrund des Gesetzes vom 12. Februar 1971 zur Gründung des autonomen Hafens von Charleroi; Aufgrund des Dekrets vom 12. Februar 2004 über das Statut des öffentlichen Verwalters; Aufgrund des Erlasses der Wallonischen Regierung vom 26. August 2004 zur Regelung der Arbeitsweise der Regierung, in seiner durch die Erlasse der Wallonischen Regierung vom 16. September 2004 und 15. April 2005 abgeänderten Fassung; Aufgrund des Erlasses der Wallonischen Regierung vom 20. Juli 2007 zur Festlegung der Verteilung der Zuständigkeiten unter die Minister und zur Regelung der Unterzeichnung der Urkunden der Regierung;
57730
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Auf Vorschlag des Ministers des Haushalts, der Finanzen und der Ausrüstung, Beschließt: Artikel 1 - : — Herr Daniel Vanderzeypen, wohnhaft in 6210 Les Bons Villers, rue Staumont 14B, wird für eine Dauer von fünf Jahren zum Vorsitzenden des autonomen Hafens Charleroi von bezeichnet; — Herr Marc Parmentier, wohnhaft in 6043 Ransart, rue du Petit Sablon 4 wird für eine Dauer von fünf Jahren zum Stellvertreter des Vorsitzenden des autonomen Hafens von Charleroi bezeichnet; — Herr Philippe Seghin, wohnhaft in 6140 Fontaine-l’Evêque, rue du Paradis 150 wird für eine Dauer von fünf Jahren zum effektiven Verwalter des autonomen Hafens Charleroi von bezeichnet; — Herr Philippe Knaepen, wohnhaft in 6230 Pont-à-Celles, chaussée de Nivelles 603 wird für eine Dauer von fünf Jahren zum stellvertretenden Verwalter des autonomen Hafens von Charleroi bezeichnet. Art. 2 - Der vorliegende Erlass wird den Betroffenen mitgeteilt und tritt am 1. Dezember 2007 in Kraft. Art. 3 - Der Minister des Haushalts, der Finanzen und der Ausrüstung wird mit der Durchführung des vorliegenden Erlasses beauftragt. Namur, den 25. Oktober 2007. Der Minister-Präsident, R. DEMOTTE Der Minister des Haushalts, der Finanzen und der Ausrüstung, M. DAERDEN
VERTALING WAALS MINISTERIE VAN UITRUSTING EN VERVOER [2007/203355] 25 OKTOBER 2007. — Besluit van de Waalse Regering tot aanwijzing van de voorzitter en van bestuurders die het Waalse Gewest vertegenwoordigen binnen de raad van bestuur van de Autonome Haven van Charleroi De Waalse Regering, Gelet op artikel 6, § 1, X, van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen; Gelet op de wet van 16 maart 1954 betreffende de controle op sommige instellingen van openbaar nut; Gelet op de wet van 12 februari 1971 tot oprichting van de Autonome Haven van Charleroi; Gelet op het decreet van 12 februari 2004 betreffende het statuut van de openbare bestuurder; Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 26 augustus 2004 tot regeling van de werking van de Regering, zoals gewijzigd bij de besluiten van de Regering van 16 september 2004 en 15 april 2005; Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 20 juli 2007 tot vaststelling van de verdeling van de ministeriële bevoegdheden en tot regeling van de ondertekening van haar akten; Op de voordracht van de Minister van Begroting, Financiën en Uitrusting, Besluit : Artikel 1. : — De heer Daniel Vanderzeypen, woonachtig rue Staumont 14B, te 6210 Les Bons Villers, wordt voor de duur van vijf jaar aangewezen als voorzitter van de Autonome Haven van Charleroi; — de heer Marc Parmentier, woonachtig rue du Petit Sablon 4, te 6043 Ransart, wordt voor de duur van vijf jaar aangewezen als plaatsvervanger van de voorzitter van de Autonome Haven van Charleroi; — de heer Philippe Seghin, woonachtig rue du Paradis 150, te 6140 Fontaine-l’Evêque, wordt voor de duur van vijf jaar aangewezen als gewone bestuurder van de Autonome Haven van Charleroi; — de heer Philippe Knaepen, woonachtig chaussée de Nivelles 603, te 6230 Pont-à-Celles, wordt voor de duur van vijf jaar aangewezen als plaatsvervangend bestuurder van de Autonome Haven van Charleroi. Art. 2. Dit besluit wordt aan de betrokken personen betekend en treedt in werking op 1 december 2007. Art. 3. De Minister van Begroting, Financiën en Uitrusting is belast met de uitvoering van dit besluit. Namen, 25 oktober 2007. De Minister-President, R. DEMOTTE De Minister van Begroting, Financiën, Uitrusting en Patrimonium, M. DAERDEN
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
57731
REGION DE BRUXELLES-CAPITALE — BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST MINISTERE DE LA REGION DE BRUXELLES-CAPITALE
MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST
[2007/31493]
[2007/31493]
Protection du patrimoine
Bescherming van het erfgoed
Par arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 27 septembre 2007, est ouverte la procédure de classement comme monument des façades, de la toiture, de la zone de recul avec le jardin, des structures intérieures, de la cage d’escalier avenue Antoine Depage 1 et du hall d’entrée et de la cage d’escalier au coin des avenues Depage et Roosevelt de l’immeuble à appartements sis avenue Franklin Roosevelt 52 et avenue Antoine Depage 1, à Bruxelles, en raison de leur intérêt historique, esthétique et artistique. Le bien est connu au cadastre de Bruxelles, 22e division, section R, 11e feuille, parcelle n° 376Y4.
Bij besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 27 september 2007 wordt ingesteld de procedure tot bescherming als monument van de gevels, de bedaking, de inspringzone met tuin, de binnenstructuur, de trappenhal aan de Antoine Depagelaan 1 en de inkomhal en trappenhal aan de hoek van de Depage- en de Rooseveltlaan van het appartementsgebouw gelegen Franklin Rooseveltlaan 52 en Antoine Depagelaan 1, te Brussel, vanwege hun historische, esthetische en artistieke waarde. Het goed is bekend ten kadaster te Brussel, 22e afdeling, sectie R, 11e blad, perceel nr. 376Y4.
57732
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
AVIS OFFICIELS — OFFICIELE BERICHTEN SERVICE PUBLIC FEDERAL FINANCES
FEDERALE OVERHEIDSDIENST FINANCIEN
Administration du cadastre, de l’enregistrement et des domaines
Administratie van het kadaster, registratie en domeinen
Publications prescrites par l’article 770 du Code civil
Bekendmakingen voorgeschreven bij artikel 770 van het Burgerlijk Wetboek [2007/54549]
[2007/54549] Succession en déshérence de Sydor, Paraskevoice
Erfloze nalatenschap van Paraskevoice Sydor
Paraskevoice Sydor, veuve de Tomasz Lojko, née à Bortiatyn (Pologne) le 29 octobre 1921, domiciliée à Zoersel, Halmolenweg 68, est décédée à Zoersel le 12 août 2005, sans laisser de successeur connu.
Paraskevoice Sydor, weduwe van Tomasz Loko, geboren te Bortiatyn (Polen) op 29 oktober 1921, wonende te Zoersel, Halmolenweg 68, is overleden te Zoersel op 12 augustus 2005, zonder bekende erfopvolger na te laten.
Avant de statuer sur la demande de l’Administration de la T.V.A., de l’enregistrement et des domaines tendant à obtenir, au nom de l’Etat, l’envoi en possession de la succession, le tribunal de première instance à Anvers a, par jugement du 17 octobre 2007, ordonné les publications et affiches prescrites par l’article 770 du Code civil.
Alvorens te beslissen over de vraag van de Administratie van de BTW, registratie en domeinen, namens de Staat, tot inbezitstelling van de nalatenschap, heeft de rechtbank van eerste aanleg van Antwerpen, bij vonnis van 17 oktober 2007, de bekendmakingen en aanplakkingen voorgeschreven bij artikel 770 van het Burgerlijk Wetboek bevolen.
Anvers, le 7 novembre 2007. Pour le directeur régional de l’enregistrement, le directeur a.i., C. Windey. (54549)
Antwerpen, 7 november 2007. Voor de gewestelijke directeur der registratie, de directeur a.i., C. Windey. (54549)
Succession en déshérence de Matthyssens, Leonia
Erfloze nalatenschap van Matthyssens, Leonia
Leonia Joanna Pieter Matthyssens, veuve de Gustavus Joannes Theresia Vinckevleugel, née à Anvers le 1er octobre 1909, domiciliée à Anvers, Groenendaallaan 288, bus 51, est décédée à Anvers (district Anvers) le 14 avril 2005, sans laisser de successeur connu. Avant de statuer sur la demande de l’Administration de la T.V.A., de l’enregistrement et des domaines tendant à obtenir, au nom de l’Etat, l’envoi en possession de la succession, le tribunal de première instance à Anvers a, par jugement du 17 octobre 2007, ordonné les publications et affiches prescrites par l’article 770 du Code civil. Anvers, le 7 novembre 2007.
Leonia Joanna Pieter Matthyssens, weduwe van Gustavus Joannes Theresia Vinckevleugel, geboren te Antwerpen op 1 oktober 1909, wonende te Antwerpen, Groenendaallaan 288, bus 51, is overleden te Antwerpen (district Antwerpen) op 14 april 2005, zonder bekende erfopvolger na te laten. Alvorens te beslissen over de vraag van de Administratie van de BTW, registratie en domeinen, namens de Staat, tot inbezitstelling van de nalatenschap, heeft de rechtbank van eerste aanleg van Antwerpen, bij vonnis van 17 oktober 2007, de bekendmakingen en aanplakkingen voorgeschreven bij artikel 770 van het Burgerlijk Wetboek bevolen. Antwerpen, 7 november 2007.
Pour le directeur régional de l’enregistrement, le directeur a.i., C. Windey. (54550)
Voor de gewestelijke directeur der registratie, de directeur a.i., C. Windey. (54550)
Succession en déshérence de Regemeutter, Alphonsus
Erfloze nalatenschap van Regemeutter, Alphonsus
Alphonsus Joannes Mathilda Regemeutter, veuf de Antonia Josepha De Groof, né à Borgerhout le 16 juin 1918, domicilié à Anvers, Stuivenbergplein 45, est décédé à Anvers (district Anvers) le 24 juillet 2003, sans laisser de successeur connu. Avant de statuer sur la demande de l’Administration de la T.V.A., de l’enregistrement et des domaines tendant à obtenir, au nom de l’Etat, l’envoi en possession de la succession, le tribunal de première instance à Anvers a, par jugement du 17 octobre 2007, ordonné les publications et affiches prescrites par l’article 770 du Code civil. Anvers, le 7 novembre 2007.
Alphonsus Joannes Mathilda Regemeutter, weduwnaar van Antonia Josepha De Groof, geboren te Borgerhout op 16 juni 1918, wonende te Antwerpen, Stuivenbergplein 45, is overleden te Antwerpen (district Antwerpen) op 24 juli 2003, zonder bekende erfopvolger na te laten. Alvorens te beslissen over de vraag van de Administratie van de BTW, registratie en domeinen, namens de Staat, tot inbezitstelling van de nalatenschap, heeft de rechtbank van eerste aanleg van Antwerpen, bij vonnis van 17 oktober 2007, de bekendmakingen en aanplakkingen voorgeschreven bij artikel 770 van het Burgerlijk Wetboek bevolen. Antwerpen, 7 november 2007.
Pour le directeur régional de l’enregistrement, le directeur a.i., C. Windey. (54551)
Voor de gewestelijke directeur der registratie, de directeur a.i., C. Windey. (54551)
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
57733
Succession en déshérence de Heivers, Josepha
Erfloze nalatenschap van Heivers, Josepha
Josepha Rita Leontina Heivers, épouse de Lodewijk Maria Roelans, née à Lierre le 26 juin 1949, domiciliée à Anvers (district Hoboken), Kioskplaats 4, est décédée à Anvers (district Anvers) le 13 octobre 2005, sans laisser de successeur connu.
Josepha Rita Leontina Heivers, echtgenote van Lodewijk Maria Roelans, geboren te Lier op 26 juni 1949, wonende te Antwerpen (district Hoboken), Kioskplaats 4, is overleden te Antwerpen (district Antwerpen) op 13 oktober 2005, zonder bekende erfopvolger na te laten.
Avant de statuer sur la demande de l’Administration de la T.V.A., de l’enregistrement et des domaines tendant à obtenir, au nom de l’Etat, l’envoi en possession de la succession, le tribunal de première instance à Anvers a, par jugement du 17 octobre 2007, ordonné les publications et affiches prescrites par l’article 770 du Code civil.
Alvorens te beslissen over de vraag van de Administratie van de BTW, registratie en domeinen, namens de Staat, tot inbezitstelling van de nalatenschap, heeft de rechtbank van eerste aanleg van Antwerpen, bij vonnis van 17 oktober 2007, de bekendmakingen en aanplakkingen voorgeschreven bij artikel 770 van het Burgerlijk Wetboek bevolen.
Anvers, le 7 novembre 2007. Pour le directeur régional de l’enregistrement, le directeur a.i., C. Windey. (54552)
Antwerpen, 7 november 2007. Voor de gewestelijke directeur der registratie, de directeur a.i., C. Windey. (54552)
Succession en déshérence de Baptist, Lawerence
Erfloze nalatenschap van Baptist, Lawerence
Lawerence Benedict Baptist, divorcé de Maria Francisca Joanna Libot, né à Ipoh (Malaisie) le 21 mars 1924, domicilié à Anvers, Alois De Laetstraat 6, bus 1/9, est décédé à Anvers (district Anvers) le 14 mai 2006, sans laisser de successeur connu.
Lawerence Benedict Baptist, uit de echt gescheiden van Maria Francisca Joanna Libot, geboren te Ipoh (Maleisië) op 21 maart 1924, wonende te Antwerpen, Alois De Laetstraat 6, bus 1/9, is overleden te Antwerpen (district Antwerpen) op 14 mei 2006, zonder bekende erfopvolger na te laten.
Avant de statuer sur la demande de l’Administration de la T.V.A., de l’enregistrement et des domaines tendant à obtenir, au nom de l’Etat, l’envoi en possession de la succession, le tribunal de première instance à Anvers a, par jugement du 17 octobre 2007, ordonné les publications et affiches prescrites par l’article 770 du Code civil.
Alvorens te beslissen over de vraag van de Administratie van de BTW, registratie en domeinen, namens de Staat, tot inbezitstelling van de nalatenschap, heeft de rechtbank van eerste aanleg van Antwerpen, bij vonnis van 17 oktober 2007, de bekendmakingen en aanplakkingen voorgeschreven bij artikel 770 van het Burgerlijk Wetboek bevolen.
Anvers, le 7 novembre 2007. Pour le directeur régional de l’enregistrement, le directeur a.i., C. Windey. (54553)
Antwerpen, 7 november 2007. Voor de gewestelijke directeur der registratie, de directeur a.i., C. Windey. (54553)
Succession en déshérence de Fonteyn, Franciscus
Erfloze nalatenschap van Fonteyn, Franciscus
Franciscus Gustavus Emelia Fonteyn, célibataire, né à Borgerhout le 17 juin 1909, domicilié à Anvers, Van Schoonbekestraat 54, est décédé à Anvers (district Anvers) le 18 juin 2005, sans laisser de successeur connu.
Franciscus Gustavus Emelia Fonteyn, ongehuwd, geboren te Borgerhout op 17 juni 1909, wonende te Antwerpen, Van Schoonbekestraat 54, is overleden te Antwerpen (district Antwerpen) op 18 juni 2005, zonder bekende erfopvolger na te laten.
Avant de statuer sur la demande de l’Administration de la T.V.A., de l’enregistrement et des domaines tendant à obtenir, au nom de l’Etat, l’envoi en possession de la succession, le tribunal de première instance à Anvers a, par jugement du 26 octobre 2007, ordonné les publications et affiches prescrites par l’article 770 du Code civil.
Alvorens te beslissen over de vraag van de Administratie van de BTW, registratie en domeinen, namens de Staat, tot inbezitstelling van de nalatenschap, heeft de rechtbank van eerste aanleg van Antwerpen, bij vonnis van 26 oktober 2007, de bekendmakingen en aanplakkingen voorgeschreven bij artikel 770 van het Burgerlijk Wetboek bevolen.
Anvers, le 8 novembre 2007. Pour le directeur régional de l’enregistrement, le directeur a.i., C. Windey. (54554)
Antwerpen, 8 november 2007. Voor de gewestelijke directeur der registratie, de directeur a.i., C. Windey. (54554)
57734
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
SERVICE PUBLIC FEDERAL MOBILITE ET TRANSPORTS
FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER
[2007/43011] Indices du prix de revient du transport professionnel de personnes par route (services occasionnels)
[2007/43011] Indexcijfers van de kostprijs van het beroepspersonenvervoer over de weg (ongeregeld vervoer)
Le Service public fédéral Mobilité et Transports communique ci-après les indices du prix de revient du transport professionnel de personnes par route (services occasionnels) pour le mois de novembre 2007 (base 31 décembre 1999 = 100) :
De Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer deelt hierna de indexcijfers van de kostprijs van het beroepspersonenvervoer over de weg mede (ongeregeld vervoer) voor de maand november 2007 (basis 31 december 1999 = 100) :
Indice novembre 2007
Moyenne mobile 3 mois
Indexcijfer november 2007
Transport national Général
Voortschrijdend gemiddelde 3 maanden
Nationaal vervoer
126,38
125,40
Algemeen
126,38
Transport international général
125,40
Algemeen internationaal vervoer
Belgique - France (court voyage)
128,97
127,79
België - Frankrijk (korte rit)
128,97
127,79
Belgique - France (long voyage)
127,17
126,18
België - Frankrijk (lange rit)
127,17
126,18
Belgique - Allemagne
129,04
127,83
België - Duitsland
129,04
127,83
Belgique - Italie
128,21
127,15
België - Italië
128,21
127,15
Belgique - Espagne
126,80
126,01
België - Spanje
126,80
126,01
Indice standard (autres cas)
127,77
126,77
Standaardindexcijfer (andere gevallen)
127,77
126,77
* SERVICE PUBLIC FEDERAL JUSTICE
FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE
[2007/09969] Loi du 15 mai 1987 relative aux noms et prénoms. — Publications
[2007/09969] Wet van 15 mei 1987 betreffende de namen en voornamen. — Bekendmakingen
Par arrêté royal du 2 novembre 2007, M. Bellocchi, Appius Claudius Francis, né à Bruxelles le 29 avril 1954, demeurant à Houyet, a été autorisé, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de « Bellot », après l’expiration du délai de soixante jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 2 november 2007 is machtiging verleend aan de heer Bellocchi, Appius Claudius Francis, geboren te Brussel op 29 april 1954, wonende te Houyet, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, zijn geslachtsnaam in die van « Bellot » te veranderen, na afloop van zestig dagen te rekenen van deze bekendmaking.
Par arrêté royal du 2 novembre 2007, Mme Wendo Diyoyo, née à Wembo-Nyama (République du Congo) le 15 août 1962, demeurant à Bruxelles, et Mlle Atashile Tsha, née à Wembo-Nyama (Zaïre) le 5 octobre 1982, demeurant à Auderghem, et Mlle Ekodi Nyekoy, née à Bruxelles, premier district, le 21 septembre 1989, y demeurant, et Mlle Pembe Atshengeno, née à Bruxelles, premier district, le 24 juillet 1992, y demeurant, et M. Lushima Oboyi, né à Bruxelles le 23 septembre 1994, y demeurant, et le nommé Tuk’Utshu Om’Ekoko, né à Bruxelles le 20 janvier 1997, y demeurant, ont été autorisés, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à leur nom patronymique celui de « Wendo », après l’expiration du délai de soixante jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 2 november 2007 is machtiging verleend, Aan Mevr. Wendo Diyoyo, geboren te Wembo-Nyama (Republiek Kongo) op 15 augustus 1962, wonende te Brussel, en Mej. Atashile Tsha, geboren te Wembo-Nyama (Zaïre) op 5 oktober 1982, wonende te Oudergem, en Mej. Ekodi Nyekoy, geboren te Brussel, eerste district, op 21 september 1989, er wonende, en Mej. Pembe Atshengeno, geboren te Brussel, eerste district op 24 juli 1992, er wonende, en de heer Lushima Oboyi, geboren te Brussel op 23 september 1994, er wonende, en de genaamde Tuk’Utshu Om’Ekoko, geboren te Brussel op 20 januari 1997, er wonende, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, hun geslachtsnaam in die van « Wendo » te veranderen, na afloop van zestig dagen te rekenen van deze bekendmaking.
Par arrêté royal du 2 novembre 2007, Mme Nahimana, Marie José, née à Bwiza (Burundi) le 12 avril 1968, demeurant à Bruxelles, a été autorisée, sauf opposition en temps utile sur laquelle il sera statué, à substituer à son nom patronymique celui de « Hamina », après l’expiration du délai de soixante jours à compter de la présente insertion.
Bij koninklijk besluit van 2 november 2007 is machtiging verleend aan Mevr. Nahimana, Marie José, geboren te Bwiza (Burundi) op 12 april 1968, wonende te Brussel, om, behoudens tijdig verzet waarover zal beslist worden, haar geslachtsnaam in die van « Hamina » te veranderen, na afloop van zestig dagen te rekenen van deze bekendmaking.
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
57735
Gemeente Alken
PUBLICATIONS LEGALES ET AVIS DIVERS
Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Zonevreemde bedrijven Bekendmaking van het openbaar onderzoek :
WETTELIJKE BEKENDMAKINGEN EN VERSCHILLENDE BERICHTEN
Decreet van 18 mei 1999 houdende organisatie van de ruimtelijke ordening Gemeente Meeuwen-Gruitrode Bekendmaking openbaar onderzoek Over het ontwerp gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Grup uitbreiding sportzone 2 Overeenkomstig artikel 49 van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening en latere wijzigingen, brengt het college van burgemeester en schepenen ter kennis van de bevolking dat het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Grup uitbreiding sportzone 2, omvattende de bestaande feitelijke en juridische toestand, het grafisch plan, een onteigeningsplan, de toelichtingsnota en de stedenbouwkundige voorschriften, opgemaakt overeenkomstig de wettelijke bepalingen en door de gemeenteraad voorlopig aangenomen in vergadering van 25 oktober 2007, voor eenieder ter inzage ligt gedurende een termijn van zestig dagen op het gemeentehuis, dienst ruimtelijke ordening, 1e verdieping, Dorpsstraat 44, te 3670 Meeuwen-Gruitrode. Dit openbaar onderzoek start op 23 november 2007, en eindigt op 21 januari 2008. Eventuele schriftelijke bezwaren of opmerkingen met betrekking tot dit ontwerp, moeten uiterlijk op 21 januari 2008 aan de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening, Dorpsstraat 44, te 3670 Meeuwen-Gruitrode, bij ter post aangetekende brief worden verstuurd of tijdens de openingsuren (elke werkdag van 8 tot 12 uur, woensdag van 13 tot 17 uur, en donderdag van 13 tot 19 uur) worden afgegeven tegen ontvangstbewijs. (44134)
Overeenkomstig de bepalingen van art. 49 van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening, en latere wijzigingen, brengt ter kennis van de bevolking dat het ontwerp van gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Zonevreemde bedrijven, door de gemeenteraad voorlopig aangenomen in vergadering van 25 oktober 2007 voor eenieder ter inzage ligt bij de dienst ruimtelijke ordening van het gemeentehuis, Hoogdorpsstraat 38, Alken, gedurende een termijn van 60 dagen, hetzij van 23 november 2007 tot en met 21 januari 2008. Het dossier ruimtelijk uitvoeringsplan Zonevreemde bedrijven bevat : de memorie van toelichting; de stedenbouwkundige voorschriften; het kaartenbundel (grafisch plan bestaande toestand + bestemmingsplan). Inzage van alle stukken binnen de hierboven vernoemde periode is mogelijk tijdens de openingsuren van het gemeentehuis, namelijk iedere werkdag van 9 tot 12 uur en op woensdag van 15 tot 17 uur en van 17 u. 30 m. tot 19 u. 30 m. Bezwaren of opmerkingen over dit plan moeten vóór het einde van de termijn ter kennis worden gebracht aan de Gecoro, gemeentehuis Alken, Hoogdorpsstraat 38, 3570 Alken en dit bij aangetekende brief of afgegeven tegen ontvangstbewijs. (44136)
Gemeente Leopoldsburg
Bekendmaking openbaar onderzoek m.b.t. ontwerp gemeentelijk ruimtelijk structuurplan van de gemeente Leopoldsburg Van 21 november 2007 t.e.m. 18 februari 2008 organiseert het gemeentebestuur van Leopoldsburg een openbaar onderzoek over het ontwerp van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan (GRS).
Stad Roeselare B.P.A. Recyclagepark Koolzaadstraat (met onteigeningsplan)
Iedereen kan tijdens deze periode schriftelijke opmerkingen, foutmeldingen, kritiek of bezwaren richten aan de GECORO van de gemeente Leopoldsburg, Koningin Astridplein 37, te 3970 Leopoldsburg.
Bericht van openbaar onderzoek Het college van burgemeester en schepenen, overeenkomstig de bepalingen van het artikel 70, § 2, derde lid van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening, brengt ter kennis aan de bevolking dat het bijzonder plan van aanleg B.P.A. Recyclagepark Koolzaadstraat met onteigeningsplan, omvattende een plan van de bestaande toestand, een bestemmingsplan met stedenbouwkundige voorschriften, een onteigeningsplan en memorie van toelichting, opgemaakt overeenkomstig de wettelijke bepalingen en door de gemeenteraad voorlopig aanvaard in zitting van 26 maart 2007, voor wat betreft het B.P.A. Recyclagepark Koolzaadstraat met onteigeningsplan, voor één ieder ter inzage ligt op het stadhuis, Botermarkt 2, dienst ruimtelijke ordening, bureau 4.08 (aanmelden bij onthaal) tijdens de openingsuren en dit van maandag tot vrijdag van 8 u. 30 m. tot 12 uur, en ook op maandagnamiddag van 14 tot 18 uur. Het openbaar onderzoek loopt van 26 november 2007 tot en met 25 december 2007. Wie omtrent dit plan gericht adviezen, bezwaren of opmerkingen heeft, moet die schriftelijk aan het college van burgemeester en schepenen laten geworden, uiterlijk op 25 december 2007. Roeselare, 18 oktober 2007.
Het college van burgemeester en schepenen,
(44135)
Dit moet tijdig gebeuren, dus ten laatste op 18 februari 2008 en kan via een aangetekend schrijven (POSTDATUM van de aangetekende zending geldt als bewijs) of tegen ontvangstbewijs op de dienst ruimtelijke ordening. De indiener moet zijn bezwaar of opmerking ondertekenen en zijn naam en adres vermelden. Het bezwaar of de opmerking moet gemotiveerd zijn en zoveel mogelijk verwijzen naar een concrete bladzijde uit het GRS. Het niet voldoen aan één of meerdere van deze strikte voorwaarden kan leiden tot het niet ontvankelijk verklaren van het bezwaar of de opmerking. Het ontwerp van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan ligt ter inzage tot en met 18 februari 2008 bij de gemeentelijke dienst ruimtelijke ordening, Koningin Astridplein 37, te 3970 Leopoldsburg, elke werkdag van 8 u. 30 m. tot 12 uur, maandag van 13 u. 30 m. tot 18 u. 30 m. en woensdag van 13 u. 30 m. tot 16 uur. Je kan het ontwerp GRS ook terugvinden op de gemeentelijke website www.leopoldsburg.be. Er is een infoavond voorzien op maandag 26 november 2007, om 19 u. 30 m. in de raadzaal van het gemeentehuis. (44137)
57736
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Gemeente Londerzeel
11. Modification de l’article 1er – mise en conformité avec la création de la B.C.E.
Het college van burgemeester en schepenen brengt conform de bepalingen van het decreet ruimtelijke ordening en stedenbouw, d.d. 18 mei 1999, en wijzigingen, ter kennis van de bevolking dat het dossier RUP « Containerpark », houdende een plan met stedenbouwkundige voorschriften en toelichtingsnota, door de gemeenteraad voorlopig werd aangenomen in zitting van 23 oktober 2007.
12. Modification de l’article 13 – possibilité de réduire le conseil d’administration à deux membres.
Van maandag 19 november 2007 tot en met vrijdag 18 januari 2008 ligt dit voornoemde plan ter inzage op de afdeling Grondgebiedszaken, Malderendorp 14, 1840 Londerzeel, iedere werkdag van 8 u. 30 m. tot 12 uur, en maandagavond van 16 tot 19 uur.
13. Modification de l’article 38 – procédure de nomination des liquidateurs. 14. Insertion d’un nouvel article 42 « compétence judiciaire ». 15. Pouvoirs au conseil d’administration.
(44139)
P.A.W., société anonyme, rue de Linthout 128, 1040 Bruxelles
Al wie omtrent dit RUP bezwaren of opmerkingen te maken heeft, moet deze schriftelijk aan het schepencollege overmaken, uiterlijk op vrijdag 18 januari 2008, om 11 u. 30 m. (44207)
Numéro d’entreprise 0457.601.062 — RPM Bruxelles
L’assemblée générale ordinaire se tiendra le mardi 4 décembre 2007, à 18 heures, au siège social : lecture et approbation des comptes annuels arrêtés à la date du 30 juin 2007. Affectation du résultat. Décharge aux administrateurs. Nominations statutaires. Divers. (44195)
Annonces − Aankondigingen Abdij van Beaulieu, naamloze vennootschap, Industrielaan 81, 8790 Waregem
SOCIETES − VENNOOTSCHAPPEN
Société immobilière de Travaux publics et privés du Midi, en abrégé : « Imidi », société anonyme, rue Royale 326, 1030 Bruxelles Numéro d’entreprise 0403.330.453
0427.533.438 RPR Kortrijk
Jaarvergadering op 12/12/2007, om 17 uur, op de zetel. Agenda : verslag raad van bestuur. Goedkeuring jaarrekening. Bestemming resultaat. Kwijting bestuurders. Herbenoeming bestuurders. Varia. (41196)
L’assemblée générale ordinaire se réunira au siège social de la société, le 12 décembre 2007, à 14 h 30 m. — Ordre du jour : 1. Rapport du conseil d’administration. 2. Approbation des comptes annuels au 30 juin 2007 et affectation du résultat. 3. Décharge aux administrateurs. Divers. (44138) LOGOTYPE, société anonyme, 4140 Sprimont, rue de la Légende 16B T.V.A. BE 0454.957.912 — RPM Liège
B & V Plus, naamloze vennootschap, Wienebruggelaan 21, 8200 Brugge 0461.404.452 RPR Brugge
Jaarvergadering op 12/12/2007, om 20 uur, op de zetel. Agenda : verslag raad van bestuur. Goedkeuring jaarrekening per 30/06/2007. Kwijting bestuurders. Zich richten naar de statuten. (41197)
Assemblée générale extraordinaire du jeudi 6 décembre 2007, à 14 h 30 m.
(Dit bericht had moeten verschijnen op 14 november 2007) Dary, naamloze vennootschap, Jaagpad 2, 8900 Ieper
Etude du notaire Amory à 4141 Louveigné, rue du Perréon 19. Ordre du jour : 1. Echéance des mandats des administrateurs – Ratification. 2. Démissions – Nominations d’administrateur. 3. Rapport du conseil d’administration et rapport de Huynen, Nyssen & Cie, SC SPRL reviseur d’entreprises, sur l’évaluation de la valeur des actions. 4. Constatation de la perte de deux titres au porteur – Mandat au conseil d’administration pour la déclaration de dépossession involontaire des titres. 5. Annulation des deux titres au porteur perdus. 6. Augmentation de capital social à concurrence de 59.636,- EUR pour le porter de 62.000,00 EUR à 121.636,- EUR, par la création de 68 actions nouvelles, sans mention de valeur nominale, du même type et jouissant des mêmes droits et avantages que les actions existantes et participant aux résultats de la société à partir de leur création. Ces actions nouvelles seront immédiatement souscrites en espèces, à la valeur de 877 EUR chacune et entièrement libérées à la souscription. 7. Droit de préférence – renonciation éventuelle - souscription et libération. 8. Constatation de la réalisation de l’augmentation de capital. 9. Modification de l’article 5. 10. Conversion des titres au porteur en titres nominatifs - Modification art. 5, 9, 11, 27 et 30.
0428.174.133 RPR Ieper
Gezien de jaarvergadering van 14 september 2007 werd uitgesteld, worden de aandeelhouders opnieuw uitgenodigd tot de jaarvergadering van 30/11/2007, om 15 u. 30 m., op de zetel. Agenda : 1. Jaarverslag. 2. Verslag van de commissaris. 3. Goedkeuring jaarrekening per 31/03/2007. 4. Kwijting bestuurders en commissaris. 5. Ontslag en benoeming bestuurders. 6. Rondvraag. Om toegelaten te worden zich schikken naar de statuten. (41198)
De raad van bestuur.
Driessimmo, naamloze vennootschap, Boomsesteenweg 281, 2610 Wilrijk (Antwerpen) 0433.638.795 RPR Antwerpen
Jaarvergadering op 3/12/2007, om 15 uur, op de zetel. Agenda : 1. Verslag raad van bestuur. 2. Goedkeuring jaarrekening per 30/06/2007. 3. Aanwending resultaat. 4. Kwijting bestuurders. 5. Allerlei. (41199)
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
57737
Heymbeeck-Feremans, naamloze vennootschap, Haachtsesteenweg 389, 1910 Kampenhout
Veldkant, naamloze vennootschap, Lenkestraat 2A, 2220 Heist-op-den-Berg
0431.943.671 RPR Brussel
0448.955.986 RPR Mechelen
Jaarvergadering op 11/12/2007, om 18 uur, op de zetel. Agenda : goedkeuring jaarrekening per 30/06/2007. Bestemming resultaat. Kwijting bestuurders. Rondvraag. (41200) De raad van bestuur.
Jaarvergadering op 27/11/2007, om 19 uur, op de zetel. Agenda : Verslag raad van bestuur. Goedkeuring jaarrekening. Bestemming resultaat. (Her)benoeming. Kwijting bestuurders. Varia. (41206)
Immo Chrypa, naamloze vennootschap, Markt 53, 2590 Berlaar
Administrations publiques et Enseignement technique
0445.147.747 RPR Mechelen Jaarvergadering op 10/12/2007, om 18 uur, op de maatschappelijke zetel. Agenda : voorlezing en goedkeuring verslag van de raad van bestuur. Voorlezing en goedkeuring jaarrekening afgesloten op 30 juni 2007. Aanwending resultaat. Kwijting verlenen aan de bestuurders. Vergoeding aan de bestuurders. Diversen. (41201)
Immo M.C., burgerlijke vennootschap onder de vorm van een naamloze vennootschap, Lodewijk De Meesterstraat 30, 9100 Sint-Niklaas 0431.389.583 RPR Dendermonde De aandeelhouders worden verzocht de jaarvergadering bij te wonen die zal gehouden worden op de zetel van de vennootschap, op 06/12/2007, om 11 uur, met volgende agenda : 1. Bespreking en goedkeuring van de jaarrekening afgesloten per 30/06/2007. 2. Kwijting. (41202) De raad van bestuur.
Levi Investments, naamloze vennootschap, Kaai 28, 2850 Boom 0449.593.020 RPR Antwerpen Jaarvergadering op 10/12/2007, om 19uur, op de zetel. Agenda : verslag raad van bestuur. Goedkeuring jaarrekening per 30/06/2007. Bestemming resultaat. Ontslag en benoeming. Bezoldiging bestuurders. Kwijting bestuurders. Varia. Zich richten naar de statuten. (41203)
Openbare Besturen en Technisch Onderwijs PLACES VACANTES − OPENSTAANDE BETREKKINGEN
Hogere Zeevaartschool Antwerpen
Oproep tot kandidaatstelling voor volgend ambt aan de Hogere Zeevaartschool voor tijdelijke indiensttreding vanaf 1 februari 2008 : Hoofddocent Maritiem Transport (20/100) Ambt : een deeltijdse betrekking van hoofddocent (20/100) in het vakgebied Maritiem Transport. Bekwaamheidsbewijs : de kandidaat moet voldoen aan de wettelijke vereisten voor de toegang tot het ambt van hoofddocent. Hij / zij is in het bezit van : een diploma van master/licentiaat in de Toegepaste Economische Wetenschappen, en een doctoraat in de Toegepaste Economische Wetenschappen. Kerntaak : zijn / haar taak omvat o.a. : lesopdracht in de opleiding academische master Nautische Wetenschappen; participatie aan wetenschappelijk onderzoek en aan wetenschappelijke/maatschappelijke dienstverlening aan de HZS. Profiel : kennis Nederlands en Frans is vereist voor het geven van de cursus in beide landstalen.
Messiaen, naamloze vennootschap, Kortrijksepoortstraat 89, 9000 Gent 0415.168.314 RPR Gent
Andere pluspunten zijn : ervaring in het hoger onderwijs (eventueel in beide landstalen); inzet en goede contactvaardigheid; goede pedagogische eigenschappen;
Buitengewone algemene vergadering te houden op 3 december 2007, om 14 uur, op het kantoor van notaris Jozef Verschueren, ’s-Gravenstraat 193, te 9810 Nazareth. Dagorde : 1. Lezing bijzonder verslag van de raad van bestuur conform art. 559 Vennootschappenwet. 2. Wijziging van het doel van de vennootschap. 3. Coördinatie van de statuten. 4. Machtiging van de raad van bestuur tot uitvoering van de voorgaande beslissingen. Indien aan de aanwezigheidsvereiste niet wordt voldaan, wordt een tweede vergadering voorzien op 19 december 2007, om 14 uur, op dezelfde plaats. De aandeelhouders dienen zich te schikken naar de statuten en de vennootschappenwet. (41204)
Pralibel, naamloze vennootschap, Jagershoek 21, 8570 Vichte 0419.512.429 RPR Kortrijk Jaarvergadering op 07/12/2007, om 10 uur, op de zetel. Agenda : verslag raad van bestuur. Goedkeuring jaarrekening per 30/06/2007. Kwijting bestuurders. (41205)
vertrouwd zijn met de courante informaticatoepassingen voor het maken van cursussen en het voorbereiden van lessen. Toelatingsvoorwaarden : voldoen aan de wettelijke vereisten voor de toegang tot een ambt van de hogescholen (art. 89 van het hogescholendecreet). Voor de statutair tijdelijke hoofddocent is de aanstelling tijdelijk, jaarlijks verlengbaar en kan na evaluatie in aanmerking komen voor vaste benoeming. De uiterste datum voor het indienen van de kandidatuur is vastgesteld op 30 november 2007. Wijze van indienen : de kandidaturen dienen gemotiveerd te zijn en te worden toegezonden met een aangetekend schrijven aan de Algemeen Directeur van de Hogere Zeevaartschool Antwerpen, Noordkasteel Oost 6, 2030 Antwerpen. De kandidatuurstellingen dienen vergezeld te zijn van volgende bescheiden : 1. curriculum vitae met opgave van ervaring. 2. afschriften van diploma’s en getuigschriften.
(44140)
57738
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
Intercommunale Kustreddingsdienst West-Vlaanderen
Justice de paix du canton de Binche
De Intercommunale Kustreddingsdienst West-Vlaanderen (IKWV) gaat over tot de aanwerving in statutair verband van 1 secretaris (m/v) 2e oproep niveau gemeentesecretaris klasse 15/10 000-15 000 inwoners
Par ordonnance du juge de paix du canton de Binche, en date du 23 octobre 2007, Léger, Chantal, ménagère, domiciliée à 7100 Haine-Saint-Pierre, rue Saint-Antoine 37, a été désignée en qualité d’administrateur provisoire de Jauniau, Monique Marie, née à Strépy-Bracquegnies le 31 janvier 1939, résidant à 7140 Morlanwelz, « Résidence L’Harmonie », rue des Ateliers 47, cette personne étant incapable de gérer ses biens. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Marie-Claire Pierronne. (71814)
Uw functie : U bent de spilfiguur in het dagelijks bestuur van de intercommunale met als doelstelling het organiseren, coördineren en begeleiden van de strandreddingsdiensten. Aanwervingsvoorwaarden : voldoen aan de algemene toelatingsvoorwaarden (o.a. Belgische nationaliteit);
Justice de paix du premier canton de Bruxelles
voldoen aan de aanwervingsvoorwaarden o.a. : a) uiterlijk op 7 december 2007 de leeftijd van 25 jaar hebben bereikt; b) houder zijn van een universitair diploma of daarmee gelijkgesteld diploma; c) slagen in een aanwervingsexamen met bijhorende assessmentproef. De geslaagde voor het aanwervingsexamen komt in aanmerking voor een benoeming op proef. De duur van de proeftijd bedraagt 1 jaar. Verdere inlichtingen in verband met deze betrekking (specifieke aanwervingsvoorwaarden, functiebeschrijving en examenprogramma) kunnen aangevraagd worden bij de heer Albert Serpieters, secretaris van de IKWV, Handelskaai 2, 8620 Nieuwpoort.
[email protected] of 058-23 80 00.
Par jugement du juge de paix du premier canton de Bruxelles, en date du 31 octobre 2007, la nommée Mme Conratte, Marie-Rose, née à Bléharies le 8 décembre 1939, domiciliée à 1030 Schaerbeek, rue de la Constitution 5, résidant à l’établissement « Iris », rue Terre-Neuve 47, à 1000 Bruxelles, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire, étant : Me Gilles Oliviers, avocat, dont les bureaux sont établis à 1040 Bruxelles, avenue de la Chasse 132. Pour extrait conforme : le greffier adjoint délégué, (signé) Blanquart, Pascale. (71815)
Justice de paix du canton de Huy II - Hannut, siège de Huy
Of bezoek onze website op www.ikwv.be Uiterste datum indienen kandidaturen : 7 december 2007 op bovenstaand adres. (44141)
Actes judiciaires et extraits de jugements Gerechtelijke akten en uittreksels uit vonnissen
Conformément aux dispositions de la loi du 18 juillet 1991, par ordonnance de M. le juge de paix du canton de Huy II - Hannut, siège de Huy, rendue le 2 novembre 2007, Me Géraldine Danloy, avocat à 4500 Huy, rue de la Motte 41, a été désigné en qualité d’administrateur provisoire des biens de M. Lambert, Philippe, né à Liège le 9 février 1959, domicilié rue des Vignes 16, à 4500 Huy, incapable de gérer ses biens. Pour extrait conforme : le greffier adjoint délégué, (signé) Naomé, Christine. (71816)
Justice de paix du canton de Liège IV
er
Publication faite en exécution de l’article 488bis e, § 1 du Code civil
Bekendmaking gedaan overeenkomstig artikel 488bis e, § 1 van het Burgerlijk Wetboek
Désignation d’administrateur provisoire Aanstelling voorlopig bewindvoerder
Suite à la requête déposée le 18 octobre 2007, par décision du juge de paix du canton de Liège IV, rendue le 29 octobre 2007, Mme Berger, Marie Louise Joséphine Juliette, divorcée d’avec Jacquemin, Constant, née le 16 septembre 1929 à Sprimont, domiciliée rue Bertholet 68, à 4102 Ougrée, résidant au « Centre hospitalier universitaire du Sart-Tilman », domaine du Sart-Tilmant, « Service Soins intensifs », à 4031 Angleur, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de Me Stipulanti, Mattia, dont le cabinet est établi rue Mandeville 60, à 4000 Liège. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Frankinet, Régine. (71817)
Justice de paix du second canton d’Anderlecht
Par ordonnance du juge de paix du second canton d’Anderlecht, en date du 17 septembre 2007, le nommé M. Fergali, Jamal, né le 13 août 1976, domicilié à Bruxelles, chaussée de Mons 634, a été déclaré incapable de gérer ses biens et a été pourvu d’un administrateur provisoire, étant : son père, M. Abdelaziz Fergali, domicilié à 1070 Bruxelles, rue des Grives 9, et ce, à dater du dépôt de la requête, soit le 13 septembre 2007. Pour extrait conforme : la greffière, (signé) Mireille Ninanne. (71813)
Suite à la requête déposée le 29 octobre 2007, par décision du juge de paix du canton de Liège IV, rendue le 5 novembre 2007, Mme Ghys, Marie-Josée Henriette Hubertine, divorcée d’avec Kiedos, André, née le 24 août 1939 à Liège, domiciliée boulevard Piercot 15/0091, à 4000 Liège, résidant aux « Cliniques de l’Ipal », site « Valdor », rue Basse Wez 301, à 4020 Liège, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de Me Houben, Marcel, avocat, dont les bureaux sont sis rue Vinâve 32, à 4030 Grivegnée. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Frankinet, Régine. (71818)
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Justice de paix du canton de Péruwelz-Leuze-en-Hainaut, siège de Leuze-en-Hainaut
Par ordonnance de M. le juge de paix du canton de Péruwelz-Leuze-en-Hainaut, siège de Leuze-en-Hainaut, rendue le 6 novembre 2007, M. Julien Delvaux, né à Loiseau-sur-Lens le 18 mars 1925, domicilié à Péruwelz (section Wiers), chemin de la Verne 13, et résidant actuellement au « Home Le Renouveau de Saint-Joseph », rue du Roi Chevalier 1, à 7904 Willaupuis, a été déclaré incapable de gérer ses biens et a été pourvu d’un administrateur provisoire en la personne de Me Nicolas Delecluse, avocat, dont le cabinet est sis à 7500 Tournai, rue de l’Athénée 12. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Delbecq, Jean-Claude. (71819)
Justice de paix du canton de Saint-Nicolas
Suite à la requête déposée le 24 septembre 2007, par décision du juge de paix du canton de Saint-Nicolas, rendue le 10 octobre 2007, Mme Marino, Carmela, née le 4 mai 1933 à Trapani (Italie), domiciliée rue de Loncin 92, à 4432 Ans, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de Mme Di Bono, Maria, de nationalité italienne, née le 24 janvier 1975 à Trapani, cuisinière, domiciliée rue de Loncin 90, à 4432 Alleur. Pour extrait certifié conforme : le greffier en chef, (signé) Sarlet, Léa. (71820)
Justice de paix du canton de Seraing
Suite à la requête déposée le 26 octobre 2007, par ordonnance du juge de paix du canton de Seraing, rendue le 7 novembre 2007, constatons que Mme Jacobs, Henriette, de nationalité belge, née le 17 octobre 1925 à Saint-Quentin (France), pensionnée, veuve, domiciliée à 4100 Seraing, rue de la Verrerie 109, n’est pas apte à assurer la gestion de ses biens, désignons Me Jean-Pascal d’Inverno, avocat, dont les bureaux sont établis à 4120 Neupré, rue Bellaire 19, en qualité d’administrateur provisoire, avec les pouvoirs prévus à l’article 488bis, c du Code civil. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Jean-Marie Fouarge. (71821)
Justice de paix du canton de Visé
Par ordonnance du juge de paix du canton de Visé, rendue le 5 novembre 2007, sur requête déposée le 22 octobre 2007, Mme Schuffeleers, Jeanne, née le 4 février 1921, domiciliée à la maison de repos « Le Moulin Barré », chaussée de Tongres 673, à 4452 Juprelle, a été déclarée incapable de gérer ses biens et a été pourvue d’un administrateur provisoire en la personne de Me Deventer, Olivier, avocat, dont les bureaux sont établis rue Emile Vandervelde 109, à 4624 Romsée. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) Sarlet, Joseph. (71822)
Vredegerecht van het kanton Mol
Bij beschikking van de vrederechter van het kanton Mol, verleend op 7 november 2007, werd Styns, Angela Isidora Josepha, gepensioneerde, geboren te Mol op 13 april 1928, gedomicilieerd en verblijvende in het ROB « Rusthuis Hemelrijck » VZW, Kruisven 80, te 2400 Mol, niet in staat verklaard om zelf haar goederen te beheren en werd haar toegevoegd als voorlopige bewindvoerder : Delien, Jozef Casimir Joanna, geboren te Geel op 31 januari 1953, fotograaf, wonende te 2400 Mol, Sint-Jozefslaan 35, met algehele bevoegdheid.
57739
Mol, 9 november 2007. Voor eensluidend uittreksel : de hoofdgriffier, (get.) Willy Huysmans. (71823)
Vredegerecht van het kanton Neerpelt-Lommel, zetel Lommel
Bij beschikking van de vrederechter van het kanton NeerpeltLommel, zetel Lommel, verleend op 26 oktober 2007, werd Loomans, Maria Helena, geboren te Lommel op 25 mei 1926, verblijvende en gedomicilieerd Jan Davidlaan 11, 3920 Lommel, niet in staat verklaard haar goederen te beheren en kreeg toegevoegd als voorlopig bewindvoerder : Versweyveld, Rik, advocaat, Vreyshorring 21, 3920 Lommel. Voor eensluidend uittreksel : de adjunct-griffier, (get.) Nancy Luypaerts. (71824)
Mainlevée d’administration provisoire Opheffing voorlopig bewind Vredegerecht van het kanton Geel
Bij beschikking van de plaatsvervangend rechter van het kanton Geel, verleend op 8 november 2007, werd Vansant, René, wonend te 2440 Geel, Molseweg 38, aangesteld als voorlopig bewindvoerder bij beschikking van de vrederechter van het kanton Geel, d.d. 29 september 2007 (rolnr. 07A518 - Rep.nr. : 1844/2007, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 17 september 2007, blz. 49102, onder nr. 69281), tot voorlopig bewindvoerder over de goederen van Vansant, Maurice, geboren op 11 maart 1936, wonend te 2440 Geel, Dr. Vandeperrestraat 236, ontslagen van de opdracht gezien de beschermde persoon, Vansant, Maurice, overleden is te Geel op 27 oktober 2007. Geel, 9 november 2007. Voor eensluidend uittreksel : de griffier, (get.) Peggy Cools. (71825)
Remplacement d’administrateur provisoire Vervanging voorlopig bewindvoerder Justice de paix du canton de Seraing
Suite à la requête déposée le 16 octobre 2007, par ordonnance du juge de paix du canton de Seraing, rendue le 7 novembre 2007, déchargeons M. Raymond Lambert Joseph Marechal, né le 25 janvier 1928 à Montegnée, pensionné, marié, domicilié à 4101 Jemeppe-sur-Meuse, rue des Chalets 128, de sa mission d’administrateur provisoire des biens de M. Marc Louis Germain Marechal, né le 8 mars 1966 à Ougrée, de nationalité belge, sans profession, célibataire, domicilié rue des Chalets 128, à 4101 Jemeppe-sur-Meuse, résidant à la résidence « Orban-Harscamp-Libotte », appartement F4, rue Libotte 34, à 4020 Liège, qui lui avait été conférée par notre ordonnance du 15 décembre 2005 et publié au Moniteur belge le 27 décembre 2005. Constatons que l’intéressé, M. Marc Marechal, mieux identifié ci-avant reste inapte à assurer la gestion de ses biens. Désignons Me Jean-Claude Clignet, avocat, juge de paix suppléant, dont les bureaux sont établis à 4020 Liège, boulevard de l’Est 4, en qualité d’administrateur provisoire. Pour extrait conforme : le greffier en chef : (signé) Jean-Marie Fouarge. (71826)
57740
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Publication prescrite par l’article 793 du Code civil Bekendmaking voorgeschreven bij artikel 793 van het Burgerlijk Wetboek Acceptation sous bénéfice d’inventaire Aanvaarding onder voorrecht van boedelbeschrijving
Bij verklaring, afgelegd op de griffie van de rechtbank van eerste aanleg te Turnhout, op 18 oktober 2007, heeft de heer Oeyen, Paul Victor Maria, geboren te Mol op 16 februari 1957, wonende te Mol, Oostervennestraat 31, handelend ingevolge bijzondere machtiging van de vrederechter van het kanton Mol, d.d. 9 oktober 2007, in zijn hoedanigheid van enige ouder en drager van het ouderlijk gezag van zijn minderjarige dochter, met name Oeyen, Miriella, geboren te Mol op 10 december 2003, de nalatenschap van zijn echtgenote, Mevr. DiazPeña Beatriz, overleden te Herentals op 23 augustus 2007, voor zijn minderjarige dochter, aanvaard onder voorrecht van boedelbeschrijving. De schuldeisers en legatarissen worden verzocht, binnen de drie maanden te rekenen van de datum van opneming in het Belgisch Staatsblad, hun rechten bij aangetekend schrijven te doen kennen op het kantoor van notaris Paul Van Roosbroeck, Hofstraat 26, te 2400 Mol. (Get.) P. Van Roosbroeck, notaris. (44142)
Rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen
Op 30 oktober 2007, is voor ons, Ph. Jano, griffier bij de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen, ter griffie van deze rechtbank verschenen, De Schryver, Yves, advocaat, kantoorhoudende te 2018 Antwerpen, Peter Benoitstraat 32, handelend in zijn hoedanigheid van voorlopig bewindvoerder, hiertoe aangesteld bij beschikking van het vredegerecht van het kanton Kapellen, d.d. 24 oktober 2006, over de goederen van Geets, Frans, geboren te Essen op 20 mei 1927, verblijvende in De Bijster, te 2910 Essen, Nollekensstraat 15. Verschijner verklaart ons, handelend in zijn voormelde hoedanigheid, de nalatenschap van wijlen Vanderzande, Adriana Joanna, geboren te Essen op 19 december 1926, in leven laatst wonende te 2910 Essen, Veldweg (c) 55, en overleden te Edegem op 3 september 2006, te aanvaarden onder voorrecht van boedelbeschrijving.
verklaard onder voorrecht van boedelbeschrijving de nalatenschap te aanvaarden van wijlen Huysseune, Raymonda Joanna Aurelia, geboren te Brugge op 15 oktober 1921, in leven laatst wonende te 8000 Brugge, Keizer Karelstraat 105, en overleden te Brugge op 16 oktober 2007. De schuldeisers en legatarissen worden verzocht binnen de drie maanden, te rekenen van de datum van opneming in het Belgisch Staatsblad, hun rechten bij aangetekend schrijven te doen kennen op het kantoor van Mr. Clive Van Aerde, advocaat te 8200 Sint-Michiels, Rijselstraat 274. Brugge, 6 november 2007. De hoofdgriffier, (get.) G. De Zutter.
(44144)
Rechtbank van eerste aanleg te Hasselt
Bij akte, verleden ter griffie van de rechtbank van eerste aanleg te Hasselt, op 9 november 2007, blijkt dat Huygens, Hugette Bertha Augusta, geboren te Leuven op 28 april 1959, wonende te 3980 Tessenderlo, Sparrenweg 70, handelend in haar hoedanigheid van langstlevende ouder en wettelijk vertegenwoordigster van haar minderjarig kind : Van Sweevelt, Melissa, geboren te 3290 Diest op 17 juli 1991, wonende te 3980 Tessenderlo, Sparrenweg 70, teneinde dezer handeling bijzonder gemachtigd ingevolge beschikking van C. Huysmans, vrederechter van het vredegerecht van het kanton Beringen, d.d. 30 mei 2007, in het Nederlands verklaard heeft, de nalatenschap van wijlen Van Sweevelt, Karel Frans, geboren te Tessenderlo op 18 augustus 1954, in leven laatst wonende te 3980 Tessenderlo, Molenhuizen 66, en overleden te Leuven op 22 mei 2007, te aanvaarden onder voorrecht van boedelbeschrijving en teneinde dezer woonst te kiezen ter studie van notaris Michel Vroninks, kantoorhoudende te 3945 Ham, Meulenven 15. De schuldeisers en legatarissen worden verzocht, binnen de drie maanden te rekenen van de datum van opneming in het Belgisch Staatsblad, hun rechten bij aangetekend schrijven te doen kennen ter studie van voornoemde notaris. Hasselt, 9 november 2007. De griffier, (onleesbare handtekening).
(44145)
Tribunal de première instance d’Arlon
Er wordt woonstkeuze gedaan op het kantoor van De Schryver, Yves, advocaat, kantoorhoudende te 2018 Antwerpen, Peter Benoitstraat 32. Verschijner legt ons de beschikking van de vrederechter van het kanton Kapellen, d.d. 30 januari 2007, voor, waarbij hij hiertoe gemachtigd werd. Waarvan akte, datum als boven. Na voorlezing ondertekend door verschijner en ons griffier. (Get.) Y. De Schryver; Ph. Jano. Voor eensluidend verklaard afschrift : de griffier, (get.) Ph. Jano. (44143)
Rechtbank van eerste aanleg te Brugge
Bij akte, verleden ter griffie van de rechtbank van eerste aanleg te Brugge, op 6 november 2007, hebben : 1. Lamquet, Johanna Constance Jeannine, geboren te Brugge op 4 maart 1952, wonende te 8730 Beernem, Noendreef 9, handelend in eigen naam; 2. Lamquet, Katelijne Jeanne Yvonne, geboren te Brugge op 8 maart 1949, wonende te 9000 Gent, Diksmuidestraat 24, handelend in eigen naam,
L’an 2007, le 9 novembre, au greffe du tribunal de première instance d’Arlon, et par-devant nous, Isabelle Gobert, greffier chef de service, a comparu : Mme Maistriaux, Nathalie, née à Dinant le 20 décembre 1967, domiciliée rue de Genève 113, bte 015, à 1140 Evere, agissant en sa qualité de mère et tutrice légale de son enfant mineur : Gérard, Antoine, né à Bruxelles le 16 juillet 2003, laquelle comparante a, au nom de son enfant mineur, autorisée à ce faire, en vertu d’une ordonnance rendue le 25 octobre 2007, par M. le juge de paix du canton de Saint-Josse-ten-Noode, déclaré accepter, sous bénéfice d’inventaire, la succession de M. Gérard, Jean Ernest Edmond, né à Saint-Mard le 22 juillet 1941, en son vivant domicilié rue Netzer 39, à 6700 Arlon, et décédé à Saint-Mard le 24 septembre 2007. Dont acte dressé, sur réquisition expresse de la comparante, qu’après lecture faite, elle a signé avec nous, greffier chef de service. Les créanciers et légataires éventuels dudit défunt sont invités à faire connaître leurs droits, par avis recommandé, dans un délai de trois mois, à compter de la présente insertion. Cet avis doit être adressé à Me Philippe Bosseler, notaire, dont l’étude est située à 6700 Arlon. Arlon, le 9 novembre 2007. Le greffier chef de service, (signé) I. Gobert.
(44146)
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Tribunal de première instance de Liège L’an 2007, le 9 novembre, au greffe du tribunal de première instance de Liège a comparu : Dumez, Sébastien, né le 9 octobre 1974 à Hermalle-sous-Argenteau, domicilié rue Reux 26, à Melen, lequel comparant a déclaré accepter, sous bénéfice d’inventaire, la succession de Dumez, Camille, né à Béziers (France) le 6 juillet 1940, de son vivant domicilié à Angleur, rue du Val Benoît 115, et décédé le 1er février 2006 à Liège. Conformément aux prescriptions du dernier alinéa de l’article 793 du Code civil, le comparant déclare faire élection de domicile en l’étude de Me Jean-Pol Douny, avocat, rue Louvrex 28, à 4000 Liège. Les créanciers et légataires sont invités à faire connaître leurs droits, par avis recommandé, au domicile élu, dans les trois mois, de la présente insertion. Le greffier, (signature illisible).
(44147)
Tribunal de première instance de Namur L’an 2007, le 9 novembre, au greffe du tribunal de première instance de Namur, et par-devant nous, Jacqueline Tholet, greffier, a comparu : M. Maniet, Francis, né le 28 janvier 1961, divorcé de Mme Bordin, Renée, domicilié à 5060 Sambreville, rue Bois-Saint-Martin 37, agissant en sa qualité de titulaire de l’autorité parentale, et seul parent survivant de : Maniet, Jérôme (fils de la défunte), né à Charleroi le 19 octobre 1990, domicilié à 5060 Sambreville, rue Bois-Saint-Martin 37;
57741
Les créanciers et légataires sont invités à faire connaître, par avis recommandé, leurs droits, dans un délai de trois mois, à compter de la date de la présente insertion. Cet avis doit être adressé à Me Jean-Luc Ledoux, notaire à 5060 Tamines, rue Cadastre 45. Namur, le 9 novembre 2007. Le greffier, (signé) Jacqueline Tholet. (44149)
Tribunal de première instance de Tournai Par acte n° 07-497 dressé au greffe du tribunal de première instance de Tournai, province de Hainaut, le 30 octobre 2007 : Lefebvre, Aurélie Mauricette R., née à Renaix le 11 septembre 1980, domiciliée à 7880 Flobecq, Houppe 62, laquelle comparante a déclaré vouloir accepter, sous bénéfice d’inventaire, la succession de Germyns, Ludovic Marcel Andrée, né le 8 septembre 1977 à Renaix, en son vivant domicilié à Flobecq, Houppe 62, décédé à Ellezelles le 31 juillet 2007. Les créanciers et légataires sont invités à faire connaître leurs droits, par avis recommandé, au domicile élu, dans les trois mois, de la présente insertion. L’élection de domicile est faite chez Me Laurent Devreux, notaire de résidence à Lessines, rue César Despretz 26. Tournai, le 30 octobre 2007. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Cl. Verschelden. (44150)
Par acte n° 07-494 dressé au greffe du tribunal de première instance de Tournai, province de Hainaut, le 30 octobre 2007 : M. Pierre Bontems, clerc de notaire, domicilié à Pecq (Obigies), rue du Moulin, agissant en qualité de mandataire de :
et ce, dûment autorisé, en vertu d’une ordonnance rendue par Mme Joëlle Deloge, juge de paix du canton de Fosses-la-Ville, en date du 31 octobre 2007,
Debaisieux, Fabienne Donatienne Claudine Jeanne Marie, née à Tournai le 16 mars 1964, domiciliée à 7971 Basècles, rue Perche à l’Oiseau 25, agissant en qualité de mère de son enfant mineur :
lequel comparant a déclaré, en langue française, agissant comme dit ci-dessus, accepter, sous bénéfice d’inventaire, la succession de Mme Bordin, Renée, domiciliée en son vivant à Sombreffe (Ligny), rue Mary 8, décédée à Anderlecht, en date du 11 avril 2007. Dont acte, requis par le comparant, qui après lecture, signe avec nous, Jacqueline Tholet, greffier. Les créanciers et légataires sont invités à faire connaître, par avis recommandé, leurs droits, dans un délai de trois mois, à compter de la date de la présente insertion. Cet avis doit être adressé à Me Charles Tytgat, et Jean Tytgat, notaires associés à 5190 Spy, place de l’Eglise 19. Namur, le 9 novembre 2007.
Cecotti, Thomas, né à Tournai le 4 janvier 1993, domicilié avec sa mère;
Le greffier, (signé) Jacqueline Tholet.
(44148)
autorisée, par ordonnance le 4 octobre 2007, par M. le juge de paix du canton de Péruwelz-Leuze-en-Hainaut, siège de Leuze-en-Hainaut, lequel comparant, agissant comme dit ci-dessus, a déclaré vouloir accepter, sous bénéfice d’inventaire, la succession de Paoluzzi, Bruna, née le 13 décembre 1932 à San Giorgia di Nogaro (Italie), en son vivant domiciliée à Bernissart, rue du Château 2, décédée à Boussu le 15 juillet 2007. Les créanciers et légataires sont invités à faire connaître leurs droits, par avis recommandé, au domicile élu, dans les trois mois, de la présente insertion. L’élection de domicile est faite chez Me Emmanuel Ghorain, notaire de résidence à 7600 Péruwelz, Grand-Place 11. Tournai, le 30 octobre 2007. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Cl. Verschelden. (44151)
L’an 2007, le 9 novembre, au greffe du tribunal de première instance de Namur, et par-devant nous, Jacqueline Tholet, greffier, a comparu : Mme Miler, Brigitte Ghislaine, née le 6 février 1960 à Gembloux, sans profession, domiciliée à 5060 Tamines, rue Nuits-Saint-Georges 5, agissant en qualité de titulaire de l’autorité parentale, et seul parent survivant de :
Par acte n° 07-493 dressé au greffe du tribunal de première instance de Tournai, province de Hainaut, le 30 octobre 2007 :
Crasset, Sarah (fille du défunt), née le 8 juillet 1990 à Auvelais, domiciliée à 5060 Tamines, rue Nuits Saint-Georges 5;
Debaisieux, Fabienne Donatienne Claudine Jeanne Marie, née à Tournai le 16 mars 1964, veuve, domiciliée à 7971 Basècles, rue Perche à l’Oiseau 25, agissant en qualité de mère de son enfant mineur :
autorisée, par ordonnance de Mme Joëlle Deloge, juge de paix du canton de Fosses-la-Ville, en date du 23 octobre 2007, laquelle comparante a déclaré, en langue française, agissant comme dit ci-dessus, accepter, sous bénéfice d’inventaire, la succession de M. Crasset, Jacques Gustave Ghislain, né à Keumiée le 27 juin 1947, en son vivant domicilié à 5060 Sambreville, rue de Fosses 23, et décédé à Sambreville, en date du 7 juin 2007. Dont acte, requis par la comparante, qui après lecture, signe avec nous, Jacqueline Tholet, greffier.
M. Pierre Bontems, clerc de notaire, domicilié à Pecq (Obigies), rue du Moulin, agissant en qualité de mandataire de :
Cecotti, Thomas, né à Tournai le 4 janvier 1993, domicilié avec sa mère; autorisée, par ordonnance le 4 octobre 2007, par M. le juge de paix du canton de Péruwelz-Leuze-en-Hainaut, siège de Leuze-en-Hainaut, lequel comparant, agissant comme dit ci-dessus, a déclaré vouloir accepter, sous bénéfice d’inventaire, la succession de Cecotti, Fulvio, né le 20 février 1954 à Boussu, en son vivant domiciliée à Bon-Secours, avenue de la Basilique 57, décédé à Tournai le 16 avril 2005.
57742
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
Les créanciers et légataires sont invités à faire connaître leurs droits, par avis recommandé, au domicile élu, dans les trois mois, de la présente insertion. L’élection de domicile est faite chez Me Emmanuel Ghorain, notaire de résidence à Péruwelz, Grand-Place 11. Tournai, le 30 octobre 2007. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Cl. Verschelden.
(44152)
Publication faite en exécution de l’article 1253 du Code judiciaire Bekendmaking gedaan overeenkomstig artikel 1253 van het Gerechtelijk Wetboek
Interdiction - Onbekwaamverklaring Tribunal de première instance de Liège
Par acte n° 07-495 dressé au greffe du tribunal de première instance de Tournai, province de Hainaut, le 30 octobre 2007 : M. Pierre Bontems, clerc de notaire, domicilié à Pecq (Obigies), rue du Moulin, agissant en qualité de mandataire de : Dangreau, Christelle, domiciliée à Bernissart (Blaton), rue de Basècles 9, agissant en qualité de mère et administratrice légale de son enfant mineur : Neirynck, Sarah Ghislaine Chantal, 28 novembre 1992, domiciliée avec sa mère;
née
à
Tournai
(18202)
Concordat judiciaire − Gerechtelijk akkoord
lequel comparant, agissant comme dit ci-dessus, a déclaré vouloir accepter, sous bénéfice d’inventaire, la succession de Neirynck, Patrick Gérard Ghislain Nicolas, né le 1er avril 1962 à Ath, en son vivant domicilié à Belœil, rue de Mons 140, décédé à Belœil le 15 août 2007. Les créanciers et légataires sont invités à faire connaître leurs droits, par avis recommandé, au domicile élu, dans les trois mois, de la présente insertion. L’élection de domicile est faite chez Me Emmanuel Ghorain, notaire de résidence à Péruwelz, Grand-Place 11. Tournai, le 30 octobre 2007. (44153)
Tribunal de commerce de Namur
Par jugement du 8 novembre 2007, le tribunal de commerce de Namur a accordé jusqu’au 22 novembre 2009, le sursis définitif à la SA Tableaux industriels modulaires d’Automatismes et de Contrôle, en abrégé : « Timac Industrie », dont le siège social est établi à 5030 Gembloux, avenue de l’Arc d’Airain 15, et dont le siège d’exploitation est établi à 5030 Gembloux, « Parc scientifique Créalys », rue Phocas Lejeune 14, ayant comme activité commerciale, l’étude et la réalisation d’équipements électromécaniques pour l’industrie, industrie du verre, industrie de la logistique et de recyclage, inscrite à la BCE sous le numéro 0444.659.876. Pour extrait conforme : le greffier adjoint délégué, (signé) N. Perat. (44156)
Publication faite en exécution de l’article 805 du Code civil Bekendmaking gedaan overeenkomstig artikel 805 van het Burgerlijk Wetboek
Faillite − Faillissement
Par ordonnance rendue par le président du tribunal de première instance de Namur, en date du 3 août 2007, M. Quentin Delwart, demeurant et domicilié à Ciney, rue Charles Capelle 9, a été désigné en qualité d’administrateur provisoire à la succession de M. Stéphane Etienne, domicilié de son vivant à Jambes, rue Champêtre 2, décédé à Lives-sur-Meuse le 3 juillet 2006. Ledit administrateur est autorisé à procéder à la vente des biens meubles et immeubles, et à dispenser le conservateur de prendre inscription d’office lors de la vente du bien. Pour extrait conforme : (signé) L. Jadoul, notaire.
Le greffier chef de service, (signature illisible).
le
autorisée, par ordonnance prononcée le 12 octobre 2007, par M. le juge de paix du canton de Péruwelz-Leuze-en-Hainaut, siège de Péruwelz,
Pour extrait conforme : le greffier, (signé) Cl. Verschelden.
Il résulte d’un jugement prononcé à l’audience de la troisième chambre du tribunal de première instance de Liège, en date du 2 novembre 2007, que le tribunal prononce l’interdiction de Yeh, Xiao, né le 18 octobre 1988, domicilié à 4430 Ans, rue de l’Yser 321.
(44154)
Tribunal de première instance de Huy Par ordonnance rendue le 26 juillet 2007, par M. Philippe Mathieu, juge unique au tribunal de première instance de Huy, Me Jean-Claude Riffon, avocat à 4500 Huy (Ben-Ahin), rue Joseph Wauters 74, a été désigné en qualité de liquidateur de l’ASBL Avernas Basket Club, ayant actuellement son siège à 4280 Hannut, route de Namur 2B, ASBL déclarée dissoute par la même ordonnance rendue sur requête du président de ladite ASBL. Huy, le 6 novembre 2007. Pour extrait certifié conforme : le liquidateur, (signé) Me J.-C. Riffon, avocat. (44155)
Tribunal de commerce d’Arlon
Par jugement du 8 novembre 2007, le tribunal de commerce d’Arlon a déclaré en faillite, sur aveu, la SPRL Design Menuiseries Concept, dont le siège social est établi à 6790 Aubange, route de Longwy 107, inscrite au registre de la Banque-Carrefour des Entreprises sous le n° 0479.905.025, pour l’activité de menuiserie. Le curateur est Me Alain Rezette, avocat à 6760 Virton, avenue de la Chamberlaine 22. Les créances doivent être déclarées au greffe de ce tribunal, palais de justice, bâtiment A, place Schalbert, à 6700 Arlon, avant le 7 décembre 2007. Dit que le premier procès-verbal de vérification des créances sera déposé au greffe du tribunal de ce siège par le curateur le 7 janvier 2008. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) J.-L. Godiscal. (44157)
Par jugement du 8 novembre 2007, le tribunal de commerce d’Arlon a déclaré en faillite, sur citation, la SCRL Pisciculture De Gaume, dont le siège social est établi à 6760 Ethe, rue Vieux Laclaireau 10, inscrite au registre de la Banque-Carrefour des Entreprises sous le n° 0425.273.932, pour l’activité d’entreprise de pisciculture.
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Le curateur est Me Séraphine Charlier, avocat à 6717 Thiaumont, rue de l’Etang 469. Les créances doivent être déclarées au greffe de ce tribunal, palais de justice, bâtiment A, place Schalbert, à 6700 Arlon, avant le 9 décembre 2007. Dit que le premier procès-verbal de vérification des créances sera déposé au greffe du tribunal de ce siège par le curateur le 7 janvier 2008. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) J.-L. Godiscal. (44158)
Par jugement du 8 novembre 2007, le tribunal de commerce d’Arlon a déclaré en faillite, sur aveu, M. Trainito, Salvatore Giovanni, né à Jumet le 7 août 1941, domicilié à 6820 Florenville, place Albert Ier 15, inscrit au registre de la Banque-Carrefour des Entreprises sous le n° 0695.124.566, pour l’activité de restaurant à l’enseigne « Le Relais d’Auvergne ». Le curateur est Me Carine Thomas, avocat à 6760 Virton, rue d’Arlon 25. Les créances doivent être déclarées au greffe de ce tribunal, palais de justice, bâtiment A, place Schalbert, à 6700 Arlon, avant le 9 décembre 2007. Dit que le premier procès-verbal de vérification des créances sera déposé au greffe du tribunal de ce siège par le curateur le 7 janvier 2008. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) J.-L. Godiscal. (44159)
Par jugement du 8 novembre 2007, le tribunal de commerce d’Arlon a prononcé la clôture par insuffisance d’actif de la faillite Société de Comptabilité, Fiscalité et Gestion SC, en abrégé Cofiges, dont le siège social est établi à 6790 Aubange, rue Perbal 2, inscrite au registre de la Banque-Carrefour des Entreprises sous le n° 0428.046.449.
57743
Dépôt des déclarations de créances pour le 5 décembre 2007. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli ou de la faillie, ont le moyen d’en faire déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances, le 17 janvier 2008. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) F. Baugnies. (44162)
Par jugement du 5 novembre 2007, le tribunal de commerce de Mons a déclaré la faillite, sur assignation, de Shoe Celia SPRL, dont le siège social est sis à 7380 Quièvrain, rue Grande 46, exploitant un commerce de chaussures, B.C.E. n° 0865.687.386. Curateur : Me Natalie Debouche, Grand-Place 14, 7370 Dour. Cessation des paiements : provisoirement le 5 novembre 2007. Dépôt des déclarations de créances pour le 5 décembre 2007. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli ou de la faillie, ont le moyen d’en faire déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances, le 14 janvier 2008. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) F. Baugnies. (44163)
Par jugement du 5 novembre 2007, le tribunal de commerce de Mons a déclaré la faillite, sur assignation, de Tarkan Shop SPRL, dont le siège social est sis à 7090 Braine-le-Comte, rue de la Station 35, exploitant un commerce d’alimentation et de restauration rapide, B.C.E. n° 0863.015.037. Curateur : Me Georges Ponchau, rue du Temple 52, 7100 La Louvière. Cessation des paiements : provisoirement le 5 novembre 2007.
En application de l’article 185 du Code des sociétés, est considéré comme liquidateur M. Francis Friob, domicilié à L-4965 Clemency (G.D.L.), rue de Sélange 10. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) J.-L. Godiscal. (44160)
Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli ou de la faillie, ont le moyen d’en faire déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites.
Tribunal de commerce de Mons
Dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances, le 17 janvier 2008. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) F. Baugnies. (44164)
Par jugement du 5 novembre 2007, le tribunal de commerce de Mons a déclaré la faillite, sur aveu, de Cijovial SPRL, dont le siège social est sis à 7000 Mons, rue des Capucins 9B, y ayant exploité une sandwicherie, B.C.E. n° 0479.396.368. Curateur : Me Monique Blondiau, chemin de la Procession 164, 7000 Mons. Cessation des paiements : provisoirement le 5 novembre 2007. Dépôt des déclarations de créances pour le 5 décembre 2007. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli ou de la faillie, ont le moyen d’en faire déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances, le 17 janvier 2008. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) F. Baugnies. (44161)
Par jugement du 5 novembre 2007, le tribunal de commerce de Mons a déclaré la faillite, sur aveu, de Ubicall Communications SA, dont le siège social est sis à 7000 Mons, rue René Descartes 2, exerçant l’activité de développement de logiciels pour la télécommunication, B.C.E. n° 0474.325.941. Curateur : Me Monique Blondiau, chemin de la Procession 164, 7000 Mons. Cessation des paiements : provisoirement le 5 novembre 2007.
Dépôt des déclarations de créances pour le 5 décembre 2007.
Par jugement du 5 novembre 2007, le tribunal de commerce de Mons a déclaré la faillite, sur assignation, de Milanello SPRL, dont le siège social est sis à 7070 Gottignies, chaussée de Soignies 53, exploitant un commerce d’alimentation générale, B.C.E. n° 0477.911.179. Curateur : Me Georges Ponchau, rue du Temple 52, 7100 La Louvière. Cessation des paiements : provisoirement le 5 novembre 2007. Dépôt des déclarations de créances pour le 5 décembre 2007. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli ou de la faillie, ont le moyen d’en faire déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances, le 17 janvier 2008. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) F. Baugnies. (44165)
Par jugement du 5 novembre 2007, le tribunal de commerce de Mons a déclaré la faillite, sur assignation, de C.S.T. SPRL, dont le siège social est sis à 7331 Baudour, rue d’Herchies 119/6, exerçant l’activité d’entreprise de construction, B.C.E. n° 0879.743.478. Curateur : Me Etienne Descamps, rue de l’Egalité 26, 7390 Quaregnon. Cessation des paiements : provisoirement le 5 novembre 2007. Dépôt des déclarations de créances pour le 5 décembre 2007.
57744
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli ou de la faillie, ont le moyen d’en faire déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances, le 9 janvier 2008. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) F. Baugnies.
Le dépôt du premier procès-verbal de vérification des créances se fera au greffe du tribunal de commerce de Namur le 14 décembre 2007, avant 16 heures, au deuxième étage. Pour extrait conforme : le greffier en chef, (signé) A. Baye.
(44169)
(44166) Rechtbank van koophandel te Leuven
Par jugement du 5 novembre 2007, le tribunal de commerce de Mons a déclaré la faillite, sur assignation, de Stijlke SA, dont le siège social est sis à 7330 Saint-Ghislain, Sité Géothermique, Autoroute E19-E42, n° 1, exerçant l’activité d’agence immobilière, B.C.E. n° 0457.942.839. Curateur : Me Etienne Descamps, rue de l’Egalité 26, 7390 Quaregnon. Cessation des paiements : provisoirement le 5 novembre 2007. Dépôt des déclarations de créances pour le 5 décembre 2007. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli ou de la faillie, ont le moyen d’en faire déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances, le 9 janvier 2008. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) F. Baugnies.
(44167)
Par jugement du 5 novembre 2007, le tribunal de commerce de Mons a déclaré la faillite, sur assignation, de la Société européenne Cesur Société d’import, export, commercial, industriel, construction service d’agence, immobilière, électro-ménager, meubles et produits forestiers, dont le siège social est sis Devrek (Turquie), Yeni Mahalle Kantarcilar Sokak 2, ayant une succursale à 7350 Thulin, rue Jean Jaurès 19, immatriculée pour l’activité d’entreprise de construction, B.C.E. n° 0879.847.804. Curateur : Me Natalie Debouche, Grand-Place 14, 7370 Dour. Cessation des paiements : provisoirement le 5 novembre 2007. Dépôt des déclarations de créances pour le 5 décembre 2007. Les personnes physiques qui se sont constituées sûreté personnelle du failli ou de la faillie, ont le moyen d’en faire déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites. Dépôt au greffe du premier procès-verbal de vérification des créances, le 14 janvier 2008. Pour extrait conforme : le greffier, (signé) F. Baugnies.
(44168)
Bij vonnis van de rechtbank van koophandel te Leuven, d.d. 9 november 2007, werd de BVBA Transport G.G.T., met zetel te 3070 Kortenberg, Jan-Baptist Vinkstraat 11, en met als activiteiten goederenvervoer over de weg, met ondernemingsnummer 0414.568.102, in staat van faillissement verklaard. De personen die zich persoonlijk zeker hebben gesteld voor de gefailleerde (onder meer de borgen van de gefailleerde), kunnen hiervan ter griffie een verklaring neerleggen overeenkomstig artikel 72ter Faill. W. Curator : Mr. Luc Jordens, advocaat te 3010 Kessel-Lo, Diestsesteenweg 325. Rechter-commissaris : R. Corten. Staking van de betalingen : 8 november 2007. Indienen van schuldvorderingen tot en met 7 december 2007 ter griffie dezer rechtbank. Uiterste datum voor neerlegging van het eerste proces-verbaal van verificatie van de schuldvorderingen : 18 december 2007. De hoofdgriffier : (get.) M. Plevoets.
(44170)
Régime matrimonial − Huwelijksvermogensstelsel
Par requête en date du 19 janvier 2007, M. Smith, Jean-Louis Marie Ghislain, né à Ostende le 27 octobre 1961, identifié au registre des personnes physiques sous le numéro 611027-425.19, et de son épouse, Mme Taratina, Ioulia Vladimirovna, née à Severodvinsk (Russie) le 8 septembre 1974, identifiée au registre des personnes physiques sous le numéro 740908-364.43, domiciliés à Grez-Doiceau, rue de WeertSaint-Georges 44 (1390), ont introduit devant le tribunal civil de première instance de Nivelles, une requête en homologation du contrat modificatif de leur régime matrimonial, dressé par acte reçu par le notaire Olivier Dubuisson, à Ixelles, le 19 janvier 2007. Le contrat modificatif comporte le maintien de leur régime matrimonial existant mais fait apport dans le patrimoine commun d’un bien immeuble appartenant à M. Smith, Jean-Louis. (Signé) M. Smith; Mme Taratina.
(44171)
Tribunal de commerce de Namur
Par jugement du 5 novembre 2007, le tribunal de commerce de Namur a déclaré, sur citation, la faillite de SPRL Yvan Bourguignon, dont le siège social est le siège d’exploitation sont sis à 5140 Sombreffe, section de Ligny, rue du Pirou 18, exploitant sous la dénomination « Maison des Vins et Spiritueux », un commerce de gros de vins et spiritueux, inscrite à la Banque-Carrefour des Entreprises sous le n° 0421.27.0299. Le même jugement reporte à la date provisoire du 5 novembre 2007, l’époque de la cessation des paiements. Juge-commissaire : M. Baudart, Alain, juge-consulaire. Curateur : Me Sohet, Isabelle, rue Henri Lemaitre 67, 5000 Namur. Les créanciers doivent produire leurs créances au greffe du tribunal de commerce, rue du Collège 37, à Namur, dans les trente jours. Les personnes physiques, qui se sont constituées sûreté personnelle au failli, sont invitées à en faire déclaration au greffe conformément à l’article 72ter de la loi sur les faillites.
Par son jugement rendu en date du 24 octobre 2007, le tribunal de première instance de Tournai, quatrième chambre, a homologué l’acte reçu le 28 août 2007, par le notaire Bernard Dogot, de résidence à Celles (Velaines), portant modification du régime matrimonial entre M. Hennequin, Pierre Jean Raymond, né à Froidmont le 3 août 1942, et son épouse, Mme Dapsens, Marie-Paule Ghislaine, née à Tournai le 28 octobre 1945, domiciliés à 7522 Tournai (Marquain), chaussée de Lille 747. (Signé) B. Dogot, notaire.
(44172)
Par jugement du 5 septembre 2007, le tribunal de première instance de Neufchâteau a homologué l’acte reçu par le notaire André Parmentier, à Forrières, du 20 juin 2007, par lequel M. Bernard Roger Francis Piret, né à Ougrée le 16 mars 1972, et Corinne Marguerite Anne Houssier, née à Rocourt le 31 mars 1972, demeurant et domiciliés ensemble à Fays-les-Veneurs, rue de Menuchamps 8, ont modifié leur régime matrimonial pour adopter le régime de la séparation des biens. (Signé) Parmentier, André, notaire.
(44173)
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Bij vonnis van 6 september 2007, heeft de burgerlijke rechtbank van eerste aanleg te Gent, de akte gehomologeerd verleden voor notaris Christof Gheeraert, te Gent, Drongen, op 26 april 2007, waarbij de heer Roels, Ivan Juliaan Marie Ghisleen, en zijn echtgenote, Mevr. De Groote, Rita Maria Alma Anna Estella, samenwonende te 9930 Zomergem, Kerkstraat 37, hun huwelijksvermogensstelsel hebben gewijzigd, inhoudende onder meer inbreng met het onroerend goed gelegen te Zomergem, Kerkstraat 37, door Mevr. Rita De Groote. Gent, Drongen, 5 november 2007. Voor de verzoekers : (get.) Christof Gheeraert, notaris.
(44174)
Bij vonnis van 6 september 2007, heeft de burgerlijke rechtbank van eerste aanleg te Gent, de akte gehomologeerd verleden voor notaris Christof Gheeraert, te Gent, Drongen, op 20 maart 2007, waarbij de heer Seye, Gilbert Emiel José, en zijn echtgenote, Mevr. Breusegem, Lisette Marie, samenwonende te 9031 Gent, Klaverdries 27, hun huwelijksvermogensstelsel hebben gewijzigd, inhoudende onder meer inbreng van : 1. het onroerend goed gelegen te Gent, Drongen, Rondehuisjesdreef 20 2. het onroerend goed gelegen te Gent, Drongen, Rondehuisjesdreef +22 3. het onroerend goed gelegen te Gent, Drongen, Klaverdries 27, door de heer Gilbert Seye.
57745
Volgens vonnis uitgesproken door de rechtbank van eerste aanleg te Gent op 27 september 2007, werd de akte houdende wijziging van het huwelijksvermogensstelsel tussen de heer Cockheyt, Eric Pierre, geboren te Gent op 22 augustus 1941, en zijn echtgenote, Mevr. Droesbeke, Arlette Juliana, geboren te Gent op 30 april 1943, samenwonende te 9831 Sint-Martens-Latem (Deurle), Oude Vierschaarstraat 8, verleden voor notaris Bernard Van Steenberge, te Laarne, op 19 juni 2007, en inhoudende overgang van het stelsel van de gemeenschap van aanwinsten naar het stelsel van de scheiding van goederen, gehomologeerd. Voor de verzoekers, (get.) Bernard Van Steenberge, notaris. (44179)
Bij verzoekschrift van 30 oktober 2007, hebben de heer Vankriekelsvenne, Roger Josephus, geboren te Zonhoven op 15 november 1941, en zijn echtgenote, Mevr. Gybels, Maria Constantina, geboren te Heusden op 12 juni 1943, wonende te 3520 Zonhoven, Poelstraat 8, aan de rechtbank van eerste aanleg te Hasselt, de homologatie verzocht van de akte van wijziging van hun huwelijksvermogensstelsel, verleden voor notaris Ernst van Soest, te Hasselt, op 30 oktober 2007, waarbij een perceel grond gelegen aan de Poelstraat, te Zonhoven, door de heer Vankriekelsvenne in het gemeenschappelijk vermogen werd ingebracht. Hasselt, 30 oktober 2007. Voor de echtgenoten Vankriekelsvenne-Gybels, (get.) Ernst van Soest, notaris. (44180)
Gent, Drongen, 5 november 2007. Voor de verzoekers : (get.) Christof Gheeraert, notaris.
(44175)
Bij verzoekschrift van 15 oktober 2007, hebben de heer Khedhir, Dorian, geboren te El Guettar (Tunesië) op 3 december 1947, en zijn echtgenote, Mevr. Laeremans, Suzanne Louisette Sonja, geboren te SintJans-Molenbeek op 20 februari 1959, te Steenokkerzeel, Dijkstraat 28A, voor de rechtbank van eerste aanleg te Brussel, een verzoek ingediend tot homologatie van een akte grote wijziging huwelijksvermogensstelsel verleden voor notaris Filip de Sagher, te Steenokkerzeel, op 15 oktober 2007. Voor de echtgenoten Khedhir-Laeremans, (get.) Filip de Sagher, notaris. (44176)
Bij verzoekschrift van 9 oktober 2007, hebben de heer Alens, Robert Florent Marie (N.N. 340513 277-82, identiteitskaart nummer 590-5423595-60), geboren te Sint-Gillis-bij-Dendermonde op 13 mei 1934, en zijn echtgenote, Mevr. De Cock, Rosette Charlotte (N.N. 460317 352-28, identiteitskaart nummer 590-3894338-08, geboren te Lebbeke op 17 maart 1946, samenwonende te 9200 Dendermonde, Hoge Weg 17, aan de rechtbank van eerste aanleg te Dendermonde, de homologatie aangevraagd van de akte, houdend wijziging van hun huwelijksvermogensstelsel, verleden voor notaris François De Clippel, te Dendermonde, op 9 oktober 2007. Deze wijziging voorziet in een toevoeging van een beperkte gemeenschap van goederen aan het stelsel van de scheiding van goederen met inbreng van onroerende goederen in die beperkte gemeenschap evenals in de toevoeging van een keuzebeding met betrekking tot die beperkte gemeenschap. Voor de verzoekers : (get.) François De Clippel, notaris.
(44177)
Bij vonnis, uitgesproken door de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen, op 21 september 2007, werd de akte verleden voor geassocieerd notaris Frederic Van Cauwenbergh, op 28 februari 2007, gehomologeerd, waarbij de echtgenoten de heer Van Gysel (Van Gysel), Felix Lucien, geboren te Antwerpen op 7 februari 1949 (nummer identiteitskaart : 590-3194203-19, rijksregisternummer : 490207 257-91), en zijn echtgenote, Mevr. Embrechts (Embrechts), Francine Juliette Jeanne, geboren te Deurne op 6 december 1949 (nummer identiteitskaart : 590-3194121-34, rijksregisternummer : 491206 328 23), wonend te 2100 Antwerpen (Deurne), Ravelsbergstraat 40, hun huwelijksvermogensstelsel hebben gewijzigd, waarbij het stelsel van gemeenschap van aanwinsten, ingevolge oorspronkelijk huwelijkscontract destijds verleden voor notaris Erik Adriaenssens, te Edegem, op 22 augustus 1974, daarna gewijzigd met behoud van het stelsel bij akte verleden voor geassocieerd notaris Frederic Van Cauwenbergh, te Edegem, op 19 april 2005, behouden bleef, doch waarbij thans door Mevr. Embrechts, Francine, een onroerend goed en een hypothecaire schuldvordering die haar persoonlijk toebehoren werden ingebracht in de gemeenschap. Edegem, 5 november 2007. Voor ontledend uittreksel : (get.) K. Ducatteeuw, geassocieerd notaris. (44181)
Bij vonnis van 18 september 2007, heeft de burgerlijke rechtbank van eerste aanleg te Brussel, de akte verleden voor notaris Tom Verhaegen, te Overijse, op 30 januari 2007 gehomologeerd, waarbij de heer Robert Charles François Van Aerschot, en zijn echtgenote, Mevr. Lizette Maria Auguste Moerenhout, te 3090 Overijse, Alfons Moerenhoutstraat 36, een wijziging aan hun huwelijksvermogensstelsel hebben aangebracht. Voor de echtgenoten, (get.) Tom Verhaegen, notaris.
(44182)
Bij verzoekschrift, de dato 7 november 2007, hebben de heer Watteny, Roger, en zijn echtgenote, Mevr. Minne, Anny, samenwonend te 8750 Wingene, Meiboomstraat 47, gehuwd onder het stelsel der wettelijke gemeenschap bij ontstentenis van huwelijkscontract, niet gehandhaafd of gewijzigd, zo verklaard, voor de rechtbank van eerste aanleg te Brugge, een vraag ingediend tot homologatie van de akte verleden voor notaris Karel Vanbeylen, te Zwevezele, op 7 november 2007, houdende inbreng door de man van een onroerend goed in het gemeenschappelijk vermogen.
Bij verzoekschrift van 30 oktober 2007, hebben de heer Dierckx, Luc Victor Constantia Stephaan, technicus, en zijn echtgenote, Mevr. Quetin Martha Maria, bruggepensioneerde, samenwonende te 3520 Zonhoven, Vaartstraat 6, bij de rechtbank van eerste aanleg te Hasselt, de homologatie gevraagd van een akte, verleden voor notaris Marij Hendrickx, ter standplaats Zolder (gemeente Heusden-Zolder), op 30 oktober 2007, houdende de wijziging van hun huwelijksvermogensstelsel.
Voor de echtgenoten Watteny Roger-Minne Anny, (get.) Karel Vanbeylen, notaris. (44178)
Voor de echtgenoten Dierckx-Quetin : (get.) Marij Hendrickx, notaris. (44183)
57746
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
Bij vonnis gewezen door de rechtbank van eerste aanleg te Mechelen, op 18 oktober 2007, werd gehomologeerd de akte de dato 18 juli 2007, op verzoek van de heer Van Roy, Frans Eulalie Gerard, en zijn echtgenote, Mevr. Van Ranst, Maria Alice Alphonsina, samenwonende te 2890 Sint-Amands, Pastoor van Kerckhovenwijk 34B, inhoudende behoud van het wettelijk stelsel, doch waarin werd bepaald dat een woonhuis te Sint-Amands, eerste afdeling, Pastoor van Kerckhovenwijk 34B, gekadastreerd volgens huidig kadaster sectie A nummer 380/ M/2, groot : 5 a 28 ca, door de heer Van Roy, Frans, werd ingebracht in het gemeenschappelijk vermogen. Puurs, 5 november 2007. Voor de echtgenoten Van Roy-Van Ranst, (get.) Peter Verhaegen, notaris. (44184)
Bij vonnis van de rechtbank van eerste aanleg te Veurne, op 10 oktober 2007, werd de akte houdende wijziging van het huwelijksvermogensstelsel gehomologeerd, verleden voor notaris Kathleen Van den Eynde, met standplaats te Roeselare (Rumbeke), vervangende Mr. Greet Deboodt, plaatsvervangend notaris te Diksmuide (Woumen), wettelijk belet, op 1 juni 2007, tussen Vanraes, Michel Emiel en Claeys, Jeanne Godelieve, wonende te 8650 Houthulst, Terreststraat 117, waarbij de heer Vanraes, Michel, een onroerend goed in de huwgemeenschap heeft ingebracht. Voor de echtgenoten : (get.) Greet Deboodt, plaatsvervangend notaris. (44185)
Volgens vonnis verleend op 20 maart 2007, door de zevende kamer van de rechtbank van eerste aanleg te Brussel, werd de akte houdende wijziging van het huwelijksvermogensstelsel tussen de heer Buyst, Frans Andreas Jan Karel, gepensioneerde, en Mevr. Van Den Driessche, Juliana Philippina, gepensioneerde, samenwonend te 1700 Dilbeek, Verheydenstraat 22/5, verleden voor notaris Paul Bauwens, te Dilbeek, op 28 maart 2006, gehomologeerd. Voor gelijkluidend uittreksel : (get.) P. Bauwens, notaris.
(44186)
Bij vonnis van de burgerlijke rechtbank van eerste aanleg te Kortrijk, de dato 4 oktober 2007, werd gehomologeerd de akte wijziging huwelijksvermogensstelsel tussen de heer Rik Jerome Cauwelier, en zijn echtgenote, Mevr. Fabienne Cécile Albert Stroef, samenwonende te 8870 Izegem (Kachtem), Manestraat 49, welke akte verleden werd voor notaris Joseph Thiery-Vander Heyde, te Rumbeke/Roeselare, op 27 juni 2006, waarbij de heer Rik Cauwelier, een inbreng in het gemeenschappelijk vermogen van een eigendom te Izegem (Kachtem), Manestraat 49, deed en waarbij het stelsel ongewijzigd is gebleven, namelijk zuivere scheiding van goederen. Voor de notaris.
echtgenoten :
(get.)
Joseph
Thiery-Vander
Heyde, (44187)
Bij verzoekschrift van 19 oktober 2007, hebben de heer Walter René Léo D’Hondt, geboren te Hooglede op 31 augustus 1938, en zijn echtgenote, Mevr. Lutgarde Godelieve Irma Comptdaer, geboren te Roeselare op 10 oktober 1938, samenwonende te 8830 Hooglede, Grote Stadenstraat 26, gehuwd voor de ambtenaar van de burgerlijke stand te Hooglede op 4 mei 1962, voor de rechtbank van eerste aanleg te Kortrijk, een aanvraag ingediend tot homologatie van een akte verleden voor notaris Jean Pierre Lesage, te Hooglede, op 19 oktober 2007, waarin ze hun huwelijksstelsel in die zin hebben gewijzigd dat beide echtgenoten onroerende goederen hebben ingebracht in de huwgemeenschap. Voor de verzoekers : (get.) J.P. Lesage, notaris.
(44188)
Bij beschikking uitgesproken door de rechtbank van eerste aanleg te Turnhout, op 24 oktober 2007, werd de akte gehomologeerd, verleden voor Jan Van Ermengem, geassocieerd notaris te Meerhout op 13 augustus 2007, inhoudende wijziging van het huwelijksvermogensstelsel tussen de heer Bogaerts, Victor, geboren te Balen op 27 november 1933, gekend onder het rijksregisternummer 33.11.27151.03, en zijn echtgenote, Mevr. Lodewyckx, Maria Rosalia Antonia Gerarda, geboren te Olmen op 11 november 1933, gekend onder het rijksregisternummer 33.11.11-132.17, samenwonende te 2491 Balen (Olmen), Heiloopstraat 14. Namens de verzoekers : (get.) Jan Van Ermengem, geassocieerde notaris. (44189)
Ingevolge vonnis van de rechtbank van eerste aanleg te Hasselt van 11 september 2007, werd gehomologeerd, de akte houdende wijziging van huwelijksvermogensstelsel tussen de heer Nelis, Mathieu Marcel, geboren te Hasselt op 14 december 1948, en zijn echtgenote, Mevr. Ulenaers, Madeleine Maria, geboren te Bree op 26 april 1956, wonend te 3990 Peer, Nieuwdorp 8, verleden voor notaris Jan Homans, te Peer, op 19 juni 2007. De akte behelst de inbreng door de heer Nelis van eigen onroerende goederen in het gemeenschappelijk vermogen, de vervanging van een verblijvingsbeding en de herroeping van een gift tussen echtgenoten. (Get.) J. Homans, geassocieerd notaris.
(44190)
Rechtbank van eerste aanleg te Turnhout
Bij door beide echtgenoten ondertekend verzoekschrift, op 26 oktober 2007, voor gezien getekend door de griffier en ingeschreven in het register der verzoekschriften onder nummer 07/2269/B, werd ter homologatie voorgelegd aan de burgerlijke rechtbank van eerste aanleg te Turnhout, de akte verleden op 28 augustus 2007, voor notaris Wouters, Louis, met standplaats te 2490 Balen, waarbij Ooms, Eddie François, geboren te Balen op 27 februari 1956, en zijn echtgenote, Leen, Maria Theresia, geboren te Lommel op 25 april 1956, samenwonende te 2490 Balen, Wateringstraat 8, hun huwelijksvermogensstelsel wijzigden. Turnhout, 29 oktober 2007. De griffier, (get.) I. Sterckx.
(44191)
Succession vacante − Onbeheerde nalatenschap
Par ordonnance délivrée en chambre du conseil de la troisième chambre du tribunal de première instance de Liège le 16 octobre 2007, Me Marcel Houben, avocat - juge suppléant au tribunal, dont l’étude est établie rue Vinâve 32, à 4030 Liège, a été désigné en qualité de curateur à la succession réputée vacante de Sandron, Maurice Nicolas Alfred Jean, né à Liège le 28 août 1953, en son vivant domicilié à 4030 Grivegnée, rue de Herve 232, et décédé à Liège le 10 août 2006. Les créanciers de la succession sont invités à produire les justificatifs de leurs créances dans les trois mois à compter de la présente publication. (Signé) M. Houben, avocat.
(44192)
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD Bekendmaking gedaan in uitvoering van de wet van 6 augustus 1990 betreffende de ziekenfondsen en de landsbonden van ziekenfondsen Publication faite en exécution de la loi du 6 août 1990 relative aux mutualités et aux unions nationales de mutualités
57747
Secrétaire : Namurois, Jean-Michel, membre du personnel, directeur de mutualité, né le 27 mars 1950, rue Poège Charles Michel 71, 6224 WanfercéeBaulet. Trésorier : Antoine, Joël, membre du personnel, directeur financier, né le 21 septembre 1964, rue d’Anderlues 39, 7141 Carnières.
Landsbond der Christelijke Mutualiteiten Haachtsesteenweg 579, postbus 40, 1031 Brussel
Membres du bureau : Alliance nationale des Mutualités chrétiennes chaussée de Haecht 579, boîte postale 40, 1031 Bruxelles
Buxant, Pierre, enseignant, né le 12 juin 1948, rue Carpet 25, 6000 Charleroi (V). Dehame, Pierre, employé, né le 15 mai 1956, rue Paul Janson 110, 6150 Anderlues (V). Goisse, Pierre, retraité, né le 8 juin 1952, rue du Nouveau Monde 18, 7060 Soignies (V).
Leden van de raad van bestuur Membres du conseil d’administration Overeenkomstig de wettelijke en statutaire bepalingen heeft de algemene vergadering in zijn zitting van 20 oktober 2007 het ontslag aanvaard van de volgende bestuurders : Conformément aux dispositions légales et statutaires, l’assemblée générale a, lors de sa séance du 20 octobre 2007, acté la démission des administrateurs suivants :
Knoop, Thierry, avocat, né le 20 avril 1962, rue des Bruyères 31, 6110 Montigny-le-Tilleul (V). Maes, Gérard, prépensionné, né le 16 mars 1945, rue Les Routures 42, 6500 Thirimont (V). Zdanov, Alex, éducateur, né le 13 décembre 1953, rue Bonsecours 20, 6220 Fleurus (V).
A. Moelans, Kantstraat 83, 2480 Dessel; Administrateurs :
G. Depondt, Beverensteenweg 174, 8800 Roeselare. Overeenkomstig de wettelijke en statutaire bepalingen heeft de algemene vergadering in zijn zitting van 20 oktober 2007 de volgende bestuurders benoemd : Conformément aux dispositions légales et statutaires, l’assemblée générale a, lors de sa séance du 20 octobre 2007, élu les administrateurs suivants :
Bert, François, instituteur, né le 27 juillet 1967, rue de la Haie 3, 7190 Ecaussines-d’Enghien (V). Coppée, Jean-Claude, laborantin, né le 18 février 1947, rue Rivière 52, 7120 Estinnes-au-Mont (V). Corneillie, Christiane, aide-géomètre, née le 7 février 1949, rue Carly 3, 6120 Marbaix-la-Tour (V).
R. Fleerakkers, Sint-Lenaartsesteenweg 55, 2310 Rijkevorsel; Cornet, Franci, prépensionné, né le 13 juillet 1948, rue Général de Gaulle 5, bte 6, 6180 Courcelles (V).
P. Dierynck, Dikkebusseweg 257B, 8900 Ieper. Brussel, 29 oktober 2007. Jean Hermesse,
algemeen secretaris.
Marc Justaert,
voorzitter. (44193)
Mutualité chrétienne du Centre, de Charleroi et de Thudinie, établie à Anderlues, affilié à l’Alliance nationale des Mutualités chrétiennes Composition du conseil d’administration Conformément aux dispositions légales et statutaires, l’assemblée générale a élu les administrateurs suivants le 21 juin 2007. Lors de sa séance du 4 octobre 2007, le conseil d’administration a octroyé les mandats suivants : (V = droit de vote) Président : Yernaux, Jean-Pierre, enseignant, né le 5 mai 1952, place des Combattants 11, 6230 Viesville (V). Vice-présidents :
Cuvelier, Michel, retraité, né le 23 juillet 1942, rue A. Gailly 136, 6224 Wanfercée-Baulet (V). Del Fabbro, Julien, prépensionné, né le 9 mars 1947, rue Jean-Baptiste Loriaux 2A, 6210 Frasnes-lez-Gosselies (V). Demoulin, Michel, directeur de MRS, né le 5 décembre 1954, rue du Coin 78, 5621 Thy-le-Bauduin (V). Franc, Marie-Christine, sans profession, née le 5 août 1949, avenue de Philippeville 162, 6001 Marcinelle (V). Haesen, Guy, fonctionnaire, né le 29 juillet 1947, rue du Houssu 67, 7141 Carnières (V). Hamaide, Michel, enseignant, né le 30 janvier 1951, rue de la Courte 26, 7134 Ressaix (V). Hardenne, Christiane, employée SPF Finances, née le 1er juillet 1950, rue Henri Lamblot 25, 6591 Macon (V). Hubin, Jean-Claude, prépensionné, né le 16 juin 1946, avenue Circulaire 123, 6200 Châtelineau (V). Lonobile, Gaetano, retraité, né le 8 mars 1942, rue Bruhaute 46, 6040 Jumet (V).
Delabie, Alain, directeur d’école, né le 17 avril 1957, chaussée de Bruxelles 33, 7061 Casteau (V).
Lust, Patrick, pâtissier, né le 27 juin 1969, rue des Templiers 19B, 6464 Forges-lez-Chimay (V).
Moinet, Bernard, fonctionnaire, né le 30 octobre 1947, avenue Jeanne Hachette 23, 7130 Binche (V).
Moniotte, Annie, enseignante, née le 23 octobre 1948, place Albert Ier 28, 6440 Froidchapelle (V).
57748
MONITEUR BELGE — 19.11.2007 — BELGISCH STAATSBLAD
Nicaise, Marie-Chantal, employée, née le 30 décembre 1956, rue Clément Daix 170, bte 3, 6240 Farciennes (V).
Totin, Georges, retraité, né le 4 septembre 1942, avenue de l’Europe 31, 7100 Saint-Vaast (V).
Palermo, Antoinette, sans profession, née le 14 juin 1958, impasse Couturelle 2, 6250 Pont-de-Loup (V).
Watelet, Jean-Claude, prépensionné, né le 19 mai 1945, rue de Nivelles 107, 7160 Godarville (V).
Quinet, Nathalie, institutrice, née le 13 octobre 1975, rue de l’Etang 342, 6042 Lodelinsart (V).
Anderlues, le 4 octobre 2007.
Razée, Frédéric, ingénieur industriel, né le 4 avril 1973, rue Waroquier 1, bte 3, 6560 Erquelinnes (V).
Le président, Jean-Pierre Yernaux. Le secrétaire, Jean-Michel Namurois.
Moniteur belge, rue de Louvain 40-42, 1000 Bruxelles. − Belgisch Staatsblad, Leuvenseweg 40-42, 1000 Brussel. Conseiller/Adviseur : A. VAN DAMME
(44194)