Bijlage schoolgids Schooljaar 2013-2014
Louise de Colignyschool Alexander Gogelweg 65 - 4384 EV Vlissingen - 0118 – 46 52 61 www.perspectiefvlissingen.nl – email:
[email protected]
INHOUDSOPGAVE Voorwoord ..................................................................................... 2 De school ...................................................................................... 3 - Huisvesting .................................................................................. 3 Organisatie van de diverse geledingen .................................................. 3 - Bestuur en directeurenberaad Perspectief ............................................. 3 De organisatie van het onderwijs ........................................................ 4 - Onderwijskundige vormgeving ............................................................ 4 - Schoolorganisatie en groepsindeling 2013-2014 ....................................... 5 De zorg voor leerlingen .................................................................... 6 - De zorg voor specifieke behoeften ...................................................... 6 De resultaten ................................................................................ 14 - Uitslagen schooleindonderzoek .......................................................... 14 - Uitstroom naar het voortgezet onderwijs ............................................. 14 - Vakanties en vrije dagen ................................................................. 14 Algemene informatie - Mediatheek ................................................................................. 15 - Schoolkoor .................................................................................. 15 Lijst met namen en telefoonnummers ................................................. 17 Adres Perspectief ........................................................................... 17 Directie Louise de Colignyschool .......................................................... 17 Medezeggenschapsraad ..................................................................... 17 Externe vertrouwenspersoon .............................................................. 17 Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad .......................................... 17 Ouderraad .................................................................................... 17 Teamleden ................................................................................... 18
VOORWOORD In deze bijlage vindt u de actuele gegevens over het schooljaar 2013-2014. Tevens staan hierin vermeld de wijzigingen van de schoolgids 2011-2015. Wij verzoeken u vriendelijk deze bijlage zorgvuldig te lezen en te bewaren. Deze bijlage wordt jaarlijks bijgewerkt en eens in de vier jaar ontvangt u een compleet nieuwe schoolgids. De volgende complete schoolgids ontvangt u in het schooljaar 2015-2016. Beide documenten kunt u ook vinden op de website van de school: www.perspectiefvlissingen.nl/louisedecoligny/scholen/louise_de_colignyschool. Mocht u naar aanleiding van de inhoud nog vragen hebben, die ons kunnen helpen bij de volgende uitgave, dan vragen wij u vriendelijk om te reageren. Elke 14 dagen verschijnt er nog steeds een nieuwsbrief met actuele informatie en een agenda. Deze ontvangt u digitaal via de schoolmail en wordt ook op de website geplaatst.
Namens het team, Pieter Kempe en Marianne van der Stoep Directie Louise de Colignyschool
Bijlage 2013-2014 Louise de Colignyschool
2
1 DE SCHOOL 1.5 HUISVESTING De karakteristieke schoolgebouwen uit de jaren zestig van de vorige eeuw, zijn in 2003 volledig vernieuwd en er is in mei 2007 en in augustus 2009 een uitbreiding van totaal vier lokalen gerealiseerd op het eigen schoolterrein. Deze vier lokalen worden met ingang van het nieuwe schooljaar 2013-2014 gebruikt door KOW om kinderopvang te realiseren vóór en na schooltijd in de twee lokalen tegen de gymzaal. De overige lokalen direct tegenover de ingang van het plein van het lage gebouw, worden gebruikt door de bibliotheek. Hier is met ingang van het nieuwe schooljaar een mediatheek voor onze school ingericht. De overige veertien leslokalen zijn voorzien van een moderne infrastructuur, waardoor computers optimaal kunnen draaien, een aula en verschillende ruimtes voor remedial teaching, verdeeld over twee locaties zijn een visitekaartje voor de Louise de Colignyschool.
2 ORGANISATIE VAN DE DIVERSE GELEDINGEN 2.1 BESTUUR EN DIRECTEURENBERAAD PERSPECTIEF De naam voor de schoolvereniging is Perspectief, omdat onze leerlingen door onderwijs én geloofsopvoeding perspectief meekrijgen voor hun dagelijks leven. Het bestuur van de vereniging bestaat uit een Raad van Bestuur die sinds 8 januari 2012 wordt ingevuld door een interim-manager, de heer Thomas Landman (verder bestuurder), die tevens enig lid en voorzitter van de Raad van Bestuur is. De bestuurder legt verantwoording af aan de Raad van Toezicht. De Raad van Toezicht – 3 leden en een voorzitter - vergadert vier keer per jaar in het bijzijn van de bestuurder. De bestuurder zit tevens de jaarlijkse Algemene ledenvergadering voor. Het directeurenberaad van de vereniging bestaat uit de vijf directeuren van de basisscholen van Perspectief en komt maandelijks bij elkaar. In dit beraad wordt op school- en bovenschoolsniveau beleid ontwikkeld en besproken. De bestuurder zit dit beraad voor. Naast de bestuurder a.i. hebben onderstaande personen zitting in het directeurenberaad: De samenstelling is als volgt: De heer Sam Gideonse
Directeur Het Vlot
De heer Pieter Kempe
Directeur Louise de Colignyschool
De heer Thomas Landman
Voorzitter Raad van Bestuur
De heer Lizo Koppejan
Directeur De Wissel
De heer Joost Luteijn
Directeur Het Kompas
Mevrouw Nelly van de Velde
Directeur De Burcht-Rietheim
De Louise de Colignyschool is één van de vijf scholen van de Vereniging Perspectief voor Protestantschristelijk/Rooms-katholiek Basisonderwijs in Vlissingen. Onder het bestuur van deze vereniging vallen de volgende basisscholen: Vlissingen
Oost-Souburg
Binnenstad: Paauwenburg: Papegaaienburg:
Het Vlot Louise de Colignyschool De Wissel Het Kompas De Burcht-Rietheim
Bijlage 2013-2014 Louise de Colignyschool
3
3 DE ORGANISATIE VAN HET ONDERWIJS 3.1 ONDERWIJSKUNDIGE VORMGEVING Rapportage en communicatie naar de ouders groep 1 en 2 Ontwikkeling is doel en uitgangspunt van ons onderwijs. Om de ontwikkeling in kaart te brengen gebruiken we: 1. Het Kijk!- registratiemodel. 2. De Cito-toetsen. Het KIJK-registratiemodel wordt drie keer per jaar ingevuld. In november alleen het sociaal emotionele gedeelte. In februari en juni worden ook de ontwikkelingsgegevens in gevuld. De Cito-toetsen worden bij alle kinderen in januari en juni afgenomen. Kinderen die vanaf januari bij ons op school zitten, toetsen niet mee in juni als ze het jaar daarop in groep 1 blijven. Zijn er vermoedens voor doorgang naar groep 2, dan wordt wel de Cito-toets afgenomen in juni en de KIJK volledig ingevuld. Naar aanleiding van de Cito-scores en KIJK wordt een adviesgesprek gehouden met de ouders. De ontwikkeling- en toetsgegevens enz. is niet veranderd. Buitenspeelgoeddag Vrijdagmorgen mogen de kinderen van groep 1 en 2 buitenspeelgoed meenemen naar school. Met dit speelgoed mogen ze spelen tijdens het buitenspel. Voorbeelden van buitenspeelgoed zijn: knikkers, skateboard (zittend rijden), elastiek, bal, stoepkrijt, step, springtouw, tentje, skelter, enz. Voor de veiligheid van de kinderen zijn rolschaatsen en skeelers niet gewenst.
Bijlage 2013-2014 Louise de Colignyschool
4
3.3 SCHOOLORGANISATIE EN GROEPSINDELING 2013-2014 Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdagochtend
Groep 1A
Carla Reijnhoudt
Carla Reijnhoudt
Carla Reijnhoudt
Manon de Jonge
Manon de Jonge
Groep 1B
Carla Koster
Carla Koster
Margriet Stougje
Margriet Stougje
Margriet Stougje
Groep 2
Barbara van Sluijs
Barbara van Sluijs
Ruth Holmes
Ruth Holmes
Ruth Holmes
RT
Audrey Recourt
Audrey Recourt
Audrey Recourt
Audrey Recourt
Maandag
Dinsdag
Woensdag
Donderdag
Vrijdag
Groep 3
Linda van Veenendaal
Linda van Veenendaal
Annet Zielstra
Linda van Veenendaal
Annet Zielstra
Groep 4
Jacqueline Smit
Jacqueline Smit
Marieke Anthonise
Marieke Anthonise
Marieke Anthonise
Groep 5A
*Mirjam Reijnierse
*Mirjam Reijnierse
José Ooms
José Ooms
José Ooms
Groep 5B
Christine Roelofs
Christine Roelofs
Jan Verbart
Jan Verbart
Jan Verbart
Marianne van der Stoep
Marianne van der Stoep
Lage gebouw
Hoge gebouw, begane grond Groep 6A
Janine Schot
Janine Schot
Marianne van der Stoep
Groep 8A
Roel Kwast
Roel Kwast
Roel Kwast
Groep 8B
Anne-Marijn Luiten
Directeur
Pieter Kempe
Roel Kwast/ Yvonne Hoogesteger Yvonne Hoogesteger
Anne-Marijn Luiten Anne-Marijn Luiten Anne-Marijn Luiten Anne-Marijn Luiten Pieter Kempe
Plaatsvervangend directeur
Marianne van der Stoep
Secretaresse
Marian Tollenaar (ochtend)
Pieter Kempe
Pieter Kempe
Pieter Kempe
Marian Tollenaar (ochtend)
Hoge gebouw, 1e verdieping Groep 6B
Frans Borgs
Frans Borgs
Frans Borgs/ Joska Dellebeke
Frans Borgs
Frans Borgs/ Margriet Stougje
Groep 7A
Hanneke Albertini
Hanneke Albertini
Hanneke Albertini/ Joska Dellebeke
Joska Dellebeke
Joska Dellebeke
Groep 7B
Bob Lilipaly
Bob Lilipaly
**Kim Sterenborg
Bob Lilipaly
Bob Lilipaly
MRT/ICT
Frans Borgs
Intern begeleider
Corrie den Engelsman
Plusklas
José Ooms
Corrie den Engelsman
Corrie den Engelsman
* Dit is een tijdelijke aanstelling ** Dit is vervanging voor het ouderschapsverlof van meester Bob Bijlage 2013-2014 Louise de Colignyschool
5
4 DE ZORG VOOR DE LEERLINGEN 4.4 DE ZORG VOOR SPECIFIEKE BEHOEFTEN De zorgstructuur Kinderen komen naar school om te leren. Ieder kind heeft daarbij ander onderwijsbehoeften. Het ene kind heeft meer moeite om de leerstof tot zich te nemen, het andere kind gaat het gemakkelijker af en kan meer leerstof aan. De leerkracht probeert binnen de groep zoveel mogelijk aan te sluiten op de onderwijsbehoeften van de verschillende leerlingen. Dit noemen we handelingsgericht werken. Leerlingvolgsysteem De leerlingen worden gevolgd in hun ontwikkeling. De leerkrachten bekijken het dagelijks werk van de leerlingen en bekijken de toetsen van de verschillende methodes. In de groepen 1 en 2 gebruiken we “Kijk” als instrument om het jonge kind te observeren. Daarnaast nemen we in de onderbouw ook de Cito Rekenen en de Cito taal voor kleuters af. Cito-toetsen zijn methode-onafhankelijke toetsen die een eerlijk en betrouwbaar beeld geven van de ontwikkeling van de leerling. Met deze informatie kunnen we tijdig inspelen op de onderwijsbehoeften van de kinderen en kunnen we inspelen op een mogelijke taal- of rekenachterstand. Wij hebben vanaf groep 3 Cito-toetsen ingevoerd voor rekenen, (lees)woordenschat, spelling, begrijpend lezen en technisch lezen (op woord- en tekstniveau). Deze toetsen maken het mogelijk om een leerling vanaf groep 1 tot en met 8 te volgen op verschillende ontwikkelingsgebieden. Ook voor de sociaal-emotionele ontwikkeling hebben we een leerlingvolgsysteem; “Zien”. Alle resultaten van de Cito-toetsen worden digitaal ingevoerd. Hierdoor is het mogelijk om per groep of per leerjaar de resultaten kritisch te bekijken. Daarnaast is het mogelijk om de resultaten van een leerling van groep 1 tot en met groep 8 overzichtelijk op een rij te zetten zodat de ontwikkeling van het individuele kind nauwgezet gevolgd kan worden. Niet alleen de leerresultaten van de leerlingen worden gevolgd, maar ook de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen. Het is natuurlijk het allerbelangrijkste dat een leerling met plezier naar school gaat en daardoor optimaal tot ontwikkeling kan komen. Alle gegevens en resultaten worden vastgelegd in leerlingendossiers, groepsmappen en/of in ons digitale registratiesysteem Parnassys. De toetsgegevens van alle leerlingen worden 3 keer per jaar besproken in een vergadering. Deze besprekingen worden gecoördineerd door de Intern Begeleider.
Bijlage 2013-2014 Louise de Colignyschool
6
Individuele zorg: afspraken over het zorgtraject: Sommige kinderen hebben andere onderwijsbehoeften dan andere kinderen. Het kan gebeuren dat de ontwikkeling van een kind niet naar wens verloopt of dat er een leer- of gedragsprobleem ontstaat. Wanneer de leerkracht dit signaleert, zal het volgende traject gevolgd worden: STAP 1 – ZORG OP GROEPSNIVEAU De leerkracht signaleert dat het kind een andere onderwijsbehoefte heeft op basis van observatie, methode gebonden of methode – onafhankelijke toetsing, of de leerkracht krijgt van ouders een signaal. De leerkracht gaat eerst proberen zelf te voldoen aan deze speciale onderwijsbehoefte. Bijv. een leerling heeft moeite met plussommen boven het tiental. De leerkracht legt het nog eens uit of probeert de som uit te leggen met behulp van concreet materiaal. Blijven de problemen dan bespreekt de leerkracht de leerling met de IB-er. STAP 2 – ZORG OP SCHOOLNIVEAU De leerkracht heeft de leerling aangemeld bij de IB. Bij deze bespreking is in ieder geval aanwezig: de eigen groepsleerkracht van de leerling, de IB-er en vaak ook de RT-er. In deze bespreking wordt bekeken wat de beste oplossing is. De leerkracht vult het formulier voor leerlingbespreking/ consultatiegesprek in. De leerkracht levert concrete dossiergegevens aan en gegevens uit het leerlingvolgsysteem (methode-onafhankelijke) of methode-afhankelijke toetsen. Veelal volgt er eerst een periode van verzamelen van extra informatie: Er volgt een verdere analyse, bijv. een pedagogisch didactisch onderzoek. Er volgt een oudergesprek. De IB-er of RT-er doet een observatie om meer duidelijkheid te krijgen. Vervolgens wordt er actie ondernomen. Er worden doelen gesteld in een (groeps)handelingsplan (zie hieronder A) en er wordt een periode aan deze doelen gewerkt. Daarnaast kan het zijn dat een leerling binnen of buiten de groep RT krijgt door de RT-er (zie hieronder B). Vervolgens wordt na een periode van ongeveer 9 weken geëvalueerd. Dit kan leiden tot de volgende beslissingen: Voortzetten van de huidige aanpak. Consultatie van het RPCZ. Afsluiten i.v.m. behaalde doelen. Inschakelen externe hulp. Advies voor verder onderzoek. A. Hulp in de klas De leerling wordt door de leerkracht extra geholpen in de klas. Dat betekent dat de leerling extra hulp krijgt, in een groepje aan de instructietafel of alleen aan de instructietafel. Het kan ook betekenen dat er door de groepsleerkracht gewerkt wordt met ander materiaal uit de orthotheek. Na 9 weken wordt er gekeken of de gestelde doelen zijn gehaald. Zo niet, dan wordt de leerling weer aangemeld door de leerkracht voor een tweede bespreking. B. Hulp buiten de klas Soms lukt het niet om de leerling in de klas te helpen dan wordt er hulp geboden buiten de klas door de Remedial Teacher. Acties bij A en B Overleg in de bespreking m.b.v. een formulier Voor bespreking / consultatiegesprek verslaglegging t.b.v. dossier De leerkracht stelt (indien nodig) een handelingsplan op RT of IB geeft (indien nodig) inhoudelijk advies en hulp bij opstellen Afspraak voor evaluatie na ongeveer 9 weken Informatie naar de ouders over de aanpak Zodra uw kind in aanmerking komt voor deze extra hulp, wordt u hierover geïnformeerd. Ook ontvangt u via uw kind of tijdens de oudergesprekken alle handelingsplannen waarin omschreven staat wat we precies extra doen. Als uw kind in het groepsplan staat vermeld en er wordt hulp buiten de klas aangeboden, wordt u hiervan op de hoogte gesteld. Wanneer de hulp stopt ontvangt u weer een brief.
Bijlage 2013-2014 Louise de Colignyschool
7
STAP 3 – ZORG OP SCHOOLNIVEAU Na negen weken worden de afspraken en de uitvoering geëvalueerd door groepsleerkracht en IB. Er worden keuzes gemaakt: - het gaat goed: probleem opgelost; of voortgang aanpak - het gaat niet goed: oorzaak zoeken d.m.v. toetsen of onderzoek : verdere analyse en inschakelen consultatie van het RPCZ Evaluatieoverleg op basis van concrete gegevens/verslagen Verslaglegging t.b.v. dossier De leerkracht stelt een (ver-)nieuw(d) handelingsplan op; (indien n.a.v. onderzoek, dan samen met RT-er) Afspraak voor evaluatie na 9 weken Informatie naar de ouders over de evaluatie en eventuele vervolgaanpak Stap 3 kan zich meerdere keren herhalen. Wanneer hulp van een specialist van het RPCZ wordt gevraagd, is toestemming van ouders nodig. STAP 4 – ZORG OP BOVENSCHOOLSNIVEAU Na negen weken worden opnieuw de afspraken en de uitvoering geëvalueerd door groepsleerkracht en RT en IB. Het kan zijn dat ondanks alle hulp het probleem blijft bestaan. We kunnen dan, samen met u als ouder(s)/verzorger(s) besluiten dat externe hulp gewenst of noodzakelijk is. In eerste instantie kunnen we op zo’n moment de hulp inroepen van de onderwijsbegeleidingsdienst (RPCZ). We gaan het zogenaamde HGPD (= handelingsgerichte procesdiagnostiek) traject in. Met de orthopedagoog van het RPCZ, de leerkracht en de intern begeleider worden de zorgen rondom uw kind besproken. Dit houdt in dat de RPCZ-begeleider informatie krijgt over de zorgleerling via de school en soms ook van de ouders. Deze gegevens worden geordend en er wordt gezamenlijk een inschatting gemaakt van de mogelijkheden en belemmeringen. Vervolgens wordt er een voorlopige probleemverklaring opgesteld en handelingsadviezen gegeven. Acties worden afgesproken en een evaluatiedatum vastgelegd in de HGPDverslaggeving. Deze vormt de basis voor de vervolgacties. De voorlopige probleemverklaring wordt zonodig bijgesteld of aangescherpt. Er worden dan weer nieuwe afspraken gemaakt, die na een korte periode weer worden geëvalueerd en aangepast. Het accent bij HGPD ligt op het handelen van de leerkracht, zodat deze beter kan aansluiten bij de behoeften van de zorgleerling. De intern begeleider bewaakt de doorgaande lijn, houdt overzicht van de geboden zorg en treedt op als coach naar de leerkracht. Soms wil de orthopedagoge meer informatie verkrijgen door uw kind bijvoorbeeld te observeren in de klas. Daarnaast kan het zijn dat verder onderzoek nodig is. Onderzoek kan op verschillende wijze worden aangevraagd: - via de HGPD. - via de Zorgcommissie. - via de huisarts. Wanneer een kind onderzocht wordt, volgt altijd een gesprek waarbij de onderzoeker, school en ouder(s)/verzorger(s) aanwezig is. Het gesprek gaat over de uitslag van het onderzoek en over de stappen die aan de hand van het onderzoek genomen moeten worden. Belangrijk in dit hele proces is dat de ouder(s)/verzorger(s) van dit hele proces op de hoogte zijn en bij iedere stap betrokken worden gehouden en toestemming geven. PCL In alle gevallen is het uitgangspunt om handelingsadviezen te krijgen, zodat wij als school beter in staat zijn het kind in zijn ontwikkeling te begeleiden. Het kan echter ook zo zijn dat wij als school menen niet te kunnen voldoen aan de pedagogische, onderwijskundige of organisatorische onderwijsbehoeften van een kind. In dat geval wordt het kind door de ouders aangemeld bij de PCL die een beschikking voor het speciaal basisonderwijs kan afgeven. Als de PCL van mening is dat een kind het beste op een school voor speciaal basisonderwijs geholpen kan worden, geeft de school dit advies door aan de ouder(s)/verzorger(s). Andere externe hulp Hulp kan ook gegeven worden door onder andere een logopedist, fysiotherapeut of de SMW’er (School Maatschappelijk Werker) die bij de school betrokken zijn. Daarnaast maakt ook de schoolarts deel uit van de externe hulp.
Bijlage 2013-2014 Louise de Colignyschool
8
Schoolmaatschappelijk werk Sinds enkele jaren heeft de gemeente Vlissingen de mogelijkheid geschapen om de hulp in te roepen van het schoolmaatschappelijk werk. Soms ervaren leerkrachten problemen met een kind die te maken hebben met de opvoeding en de thuissituatie. In zo'n geval raadpleegt de leerkracht de intern begeleider, die contact opneemt met de maatschappelijk werkster. Zij onderneemt stappen om hulp te bieden in de thuissituatie. Ook komt het voor dat ouders zich onzeker voelen over zaken of in een situatie terecht zijn gekomen, waarbij ze graag eens met iemand willen praten. In dat geval kan er een beroep op de maatschappelijk werkster worden gedaan. Een afspraak hiervoor kan via de intern begeleider gemaakt worden. Hieronder informatie van de schoolmaatschappelijk werker van onze school. Mijn naam is Marianne van den Berge–van Arenthals. Als School Maatschappelijk Werker (SMW) in de regio Oost-Souburg en Vlissingen ben ik ook betrokken bij de Louise de Colignyschool. Het SMW richt zich op kinderen waar het thuis of op school niet zo goed mee gaat. Deze kinderen zitten bijvoorbeeld niet lekker in hun vel of er bestaan zorgen over hen. De SMW-er betrekt uiteraard ook de ouders en verzorgers bij de hulpverlening. Schoolmaatschappelijk werk kan zowel door de school, de leerling als de ouders of verzorgers worden benaderd. Vervolgens wordt bekeken wat er aan de hand is en welke acties ondernomen kunnen worden. Zo kan de SMW-er zelf kortdurende begeleiding bieden, betrokkenen adviseren en ondersteunen of de gewenste hulp in gang zetten door middel van een verwijzing. Dit alles in overleg met de betrokken leerling, diens ouders of verzorgers en de school. Tijdens een proefperiode kunt u vanaf september tot en met december gebruik maken van het Inloopspreekuur SMW. Dit kan u de ruimte bieden voor advies en/of ondersteuning vanuit het SMW. Onderwerpen waaraan u kunt denken zijn bijvoorbeeld kind en echtscheiding, ziekte en rouw, faalangst, pestproblematiek, etc. Dit inloopspreekuur kan ook door leerkrachten gebruikt worden om eventuele zorgen rondom een kind anoniem te bespreken. De spreekuren vinden plaats de op de eerste donderdag van de maand van 9.30 tot 10.30 uur op school. Op dit moment is nog niet duidelijk waar ik zal komen te zitten. Dit kunt u eventueel vragen aan de directeur of intern begeleider, of u kunt me daarover bellen op onderstaand telefoonnummer of mailen op onderstaand mailadres. Data die hiervoor gepland staan zijn: Donderdag 5 september Donderdag 3 oktober Donderdag 7 november Donderdag 5 december (bij genoeg interesse wordt het inloopspreekuur voortgezet in het nieuwe jaar). Ik hoop u daar een keer te ontmoeten. Voor vragen kunt u me ook bereiken tijdens mijn werkdagen maandag, dinsdag en donderdag op telefoonnummer 06 24850347 of via de mail
[email protected] Zorgadviesteam Soms is het nodig om overleg te hebben over een leerling in een breder team; het zorg adviesteam. De IB-er beoordeeld of het zorg adviesteam moet worden ingeschakeld voor de zorgleerling. In dat geval roept zij de leerkracht, de betrokken orthopedagoog via het RPCZ, de schoolmaatschappelijk werker en de jeugdarts of jeugdverpleegkundige bij een. Het team gaat in gesprek en schakelt zo snel mogelijk de juiste hulp en ondersteuning in voor de leerling, ouders en leerkrachten. In eerste instantie bepalen scholen in overleg met het zorg adviesteam zelf hoe deze hulp en ondersteuning tot stand komt. Dat kan via het samenwerkingsverband WSNS en/of via Porthos. Porthos kan bijvoorbeeld een netwerkoverleg of een familienetwerkberaad of multidisciplinair overleg organiseren. Netwerkoverleg Uitgangspunt van Porthos is de 1-gezin-1-plan gedachte. Dat wil zeggen dat de zorg zo dicht mogelijk bij het kind en het gezin wordt gebracht. Het zorg adviesteam kan ouders en professionals vanuit andere organisaties vragen om samen af te stemmen en gezamenlijk een zorgplan te maken, waar mogelijk op school. De werkwijze is oplossingsgericht en sluit aan bij het handelingsgericht werken in de klas. Binnen het oplossingsgericht werken is er niet alleen aandacht voor de zorgen maar nadrukkelijk ook voor de krachten van een kind/gezin. De oplossing wordt gezocht vanuit het versterken van deze krachten. Bijlage 2013-2014 Louise de Colignyschool
9
Familienetwerkberaad Bij het maken van een zorgplan kunnen behalve ouders en kinderen ook andere belangrijke personen uit het eigen netwerk betrokken worden. Een dergelijk overleg wordt een familienetwerkberaad genoemd. Hierin worden de zorgen en krachten gedeeld en de oplossingen samen georganiseerd. De praktijk leert dat de positieve effecten van de gezamenlijk ingezette hulp op termijn duurzamer zijn. Voor het organiseren, voorzitten en verslagleggen van een dergelijk beraad kan het zorg adviesteam een onafhankelijk gespreksleider van Porthos inschakelen. Multidisciplinair overleg Als de situatie op bovenstaande wijze is op te lossen, is er een mogelijkheid om het MDO (multidisciplinair overleg) in te schakelen. Bij dit overleg zijn alle instanties die kunnen helpen bij het oplossen van het probleem aanwezig. In het MDO worden kinderen ingebracht wanneer: 1. de voortgang van de zorg stagneert doordat de samenwerking tussen de betrokken partijen nog niet optimaal verloopt. 2. bij betrokken zorgverleners behoefte is aan het samen verkennen van nieuwe samenwerkingsmogelijkheden. 3. professionals gebruik willen maken van de experimenteerruimte die de provincie biedt in het kader van de jeugdzorg. Bij vragen kunt u terecht bij de leerkracht van uw kind, de intern begeleider of de directeur van de school. Wij willen benadrukken dat u als ouder/verzorger natuurlijk voor alle bovenstaande acties toestemming moet geven en u van alle afspraken op de hoogte wordt gehouden. We proberen via deze stappen zo goed mogelijk de ontwikkeling van de leerlingen te volgen en te begeleiden. Het kan natuurlijk ook zo zijn dat u als ouder/verzorger bepaalde problemen bemerkt bij uw zoon of dochter. Aarzelt u dan vooral niet om dit kenbaar te maken bij de groepsleerkracht. Samen gaan we dan proberen om het op te lossen. We willen toch allemaal het beste voor onze leerling en uw zoon of dochter?
Leerlinggebonden financiering (‘rugzakje’) Wat is de rugzak? De rugzak is een andere naam voor de wet op de leerlinggebonden financiering. Deze wet geeft ouders van een kind met een beperking het recht om de school voor hun kind te kiezen die zij het meest geschikt vinden. Dit kan een reguliere (gewone) basisschool zijn of een school voor speciaal basisonderwijs. Als u uw kind in aanmerking wilt laten komen voor een ‘rugzak’, dient u zich aan te melden bij een Regionale Expertise Centrum (REC). Na bestudering van alle gegevens die aangevoerd worden beslist een Indicatiecommissie (IC) of de leerling een beschikking krijgt.
Bijlage 2013-2014 Louise de Colignyschool
10
Weer Samen Naar School De overheid wil het aantal verwijzingen naar een school voor speciaal basisonderwijs terugdringen. Weer Samen Naar School (W.S.N.S.) is daar op gericht. Dat betekent voor de basisschool, dat de opvangcapaciteit moet worden vergroot. Het onderwijs dient zó ingericht te zijn dat, ook aan kinderen met een beperking, een verantwoord programma aangeboden kan worden. Wij horen bij het Samenwerkingsverband Walcheren. Het zorgplan is het kerndocument van het Samenwerkingsverband. Hierin staat het beleid beschreven om zorg op maat te realiseren voor leerlingen op de scholen binnen dit Samenwerkingsverband. Elke school moet een duidelijke zorgstructuur hebben die erop gericht is zoveel mogelijk leerlingen adequaat op te vangen. Passend onderwijs Het beleid van onze school is gericht op onderwijs aan kinderen met verschillende onderwijsbehoeftes. Met ingang van augustus 2014 treedt de wet op “Passend Onderwijs’ in werking. Ouders melden hun kind aan op een school. Deze school is dan verplicht het kind die zorg te geven die nodig is. Als deze zorg niet geboden kan worden, zoekt de school samen met de ouders naar een andere school die deze zorg wel kan bieden. Elke school krijgt budget van W.S.N.S., waarmee extra zorg gefinancierd kan worden. Het budget kan per school verschillen. Momenteel wordt er gekeken en nagedacht over de wijze waarop we dit binnen ons bestuur en Samenwerkingsverband (waar ons bestuur onder valt) kunnen gaan opzetten. Voor het komende schooljaar houdt dit in dat alle scholen uitleg moeten geven over de wijze waarop de zorg is georganiseerd en welke zorg er geboden kan worden. Via onze website en nieuwsbrief houden we u op de hoogte van verdere ontwikkelingen op dit gebied. Ook op de website www.passendonderwijs.nl kunt u informatie vinden over dit onderwerp. Dyslexie Het komt regelmatig voor dat kinderen lees- en/of spellingproblemen hebben, er wordt dan al snel gedacht aan dyslexie. Dyslexie is een stoornis die gekenmerkt wordt door een hardnekkig probleem met het aanleren en het goed en vlot toepassen van het lezen en/of spellen van woorden (Stichting Dyslexie Nederland). Het vaststellen van dyslexie kan uitsluitend door middel van extern onderzoek. Wanneer ouders hun kind willen laten onderzoeken op dyslexie kan dat via school. De school vraagt het onderzoeksbureau Van Waterschoot om een dyslexie-onderzoek uit te voeren. Voor de kinderen die na 1 januari 2001 geboren zijn, worden de kosten voor dyslexie-onderzoek vanaf 2009 door de zorgverzekeraar (basispakket) vergoed. Het gaat hier om de kinderen met een ernstige vorm van dyslexie. Er komen situaties voor waarin dyslexie-onderzoek deel uitmaakt van een door de school aangevraagd breder onderzoek (bijv. zijn er ook sociaal/emotionele problemen, er is uitval bij meerdere vakken etc.). Wanneer dit speelt, heeft de school een hulpvraag voor het verder begeleiden van het kind en betaalt de school het onderzoek. Wanneer dyslexie-onderzoek op verzoek van ouders via school wordt aangevraagd, levert de school de benodigde gege- vens aan bij de onderzoeker. Vervolgens komt de onderzoeker, een GZ-psycholoog/orthopedagoog op school met het kind werken. Ontwikkelingsvoorsprong en meer- en (hoog)begaafdheid Naast de zorg voor kinderen die moeite hebben met de leerstof of op een ander gebied minder goed mee kunnen, zijn er ook kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong. Ook deze kinderen hebben extra aandacht en begeleiding nodig. Binnen onze school is dit onderwerp op dit moment erg actueel en in ontwikkeling. Mogelijke stappen die hieruit zouden kunnen komen zijn: Doortoetsen Een kind met zeer hoge toets resultaten binnen de huidige groep kunnen we doortoetsen om het juiste niveau te bepalen. Op het moment dat je weet op welk niveau het kind zit, kun je daar de leerstof op aanpassen. Compacten en verrijken Wanneer het reguliere lesaanbod niet toereikend of zelfs te gemakkelijk is, kan er gekozen worden voor compacten en verrijken. De kinderen hoeven niet meer alle reguliere lesstof te maken en zij hoeven ook niet meer te herhalen. De tijd die hiermee gewonnen wordt, kan ingezet worden om te werken met verrijkende materialen. Het kind werkt wel binnen hetzelfde vakgebied, maar met uitdagendere opdrachten.
Bijlage 2013-2014 Louise de Colignyschool
11
Versnellen Een kind met meer dan een jaar voorsprong op de meeste vakgebieden kan in aanmerking komen voor versnelling. Dit zou kunnen betekenen dat een kind een groep overslaat. Hiervoor zijn wel criteria en dit gaat altijd na goed overleg met school (leerkracht en IB'er), ouders èn kind. Plusgroep Wanneer een kind nog meer uitdaging nodig hee ft en dit in de groep niet (voldoende) kan worden geboden, is de plusgroep een mogelijkheid. De plusgroep is om de week minimaal één uur. Hierin komen kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong samen (peergroep) en zij kunnen hier werken aan uitdagendere opdrachten. Aan deze opdrachten zal in de loop van de week ook in de eigen groep gewerkt worden. De inhoud hiervan staat in principe niet vast en kan daarom ook regelmatig veranderen.
Onderwijs aan langdurig zieke kinderen Per 1 augustus 1999 is de school van een zieke leerling zelf verantwoordelijk voor het verzorgen van onderwijs aan die leerling, zowel in het ziekenhuis als thuis. De school wordt geacht zelf contact met de leerling te houden en te zorgen voor onderwijs. (Folder ‘Ziek… en toch school’ uitgave van het RPCZ) Artikel 9a WPO gaat over: Ondersteuning bij het onderwijs aan zieke kinderen: 1. Bij het geven van onderwijs aan een leerling die is opgenomen in een ziekenhuis of die in verband met ziekte thuis verblijft, kan het bevoegd gezag van een school worden ondersteund. 2. De ondersteuning bedoeld in het eerste lid wordt verzorgd door: a. een educatieve voorziening bij een academisch ziekenhuis of b. een schoolbegeleidingsdienst als bedoeld in artikel 179, indien de leerling is opgenomen in een ziekenhuis niet zijnde een academisch ziekenhuis dan wel indien de leerling in verband met ziekte thuis verblijft.
Bijlage 2013-2014 Louise de Colignyschool
12
Onderwijs aan langdurig zieke kinderen is van belang om het leerproces voort te zetten en het kind houdt contact met de buitenwereld (sociale contacten). Bij langdurig verblijf in het ziekenhuis kunnen scholen of ouders vragen om begeleiding bij het onderwijs. Dit kan op twee manieren: 1. Rechtstreeks bij de coördinator Onderwijs aan Langdurig Zieke Kinderen van RPCZ. 2. Via het afdelingshoofd in het ziekenhuis.*) De procedure, die wij binnen onze school volgen om in zo’n geval beslissingen te nemen: wanneer een kind door ziekte een aantal maanden van een schooljaar mist komt hij/zij in aanmerking voor hulp. de intern begeleider of de directie schakelt wanneer dit noodzakelijk blijkt, externe hulp van het Regionaal Pedagogisch Centrum Zeeland (RPCZ) in. het RPCZ ondersteunt de school door advisering aan leerkrachten en ouders over de consequenties voor het onderwijs en het onderwijsleerproces in relatie tot de ziekte. Daarnaast zorgt de begeleidingsdienst voor coördinatie en afstemming van onderwijs op maat voor de zieke leerling in het ziekenhuis, thuis en op school. In een plan wordt vastgelegd hoe de school het onderwijs afstemt, waaruit de begeleiding zal bestaan en op welke wijze er evaluatie plaatsvindt. Het RPCZ adviseert ook over de inzet van technologische middelen (laptop en webcam).*) de school is verantwoordelijk voor de uitvoering van het plan. de leerkracht waarbij het langdurig zieke kind in de klas zit onderhoudt de contacten met het kind en de ouders. Dit contact kan bestaan uit: huisbezoek, ziekenhuisbezoek, telefoneren, afstemming huiswerk. Verklarende woordenlijst: Cito Handelingsplan
HGPD
Centraal instituut voor toetsontwikkeling. Een schriftelijk plan waarin de wijze van handelen wordt beschreven en ook de doelen die men in een periode wil halen. Handelingsgerichteprocesdiagnostiek: in een gesprek tussen leerkracht, intern begeleider en schoolbegeleider worden er handelingsgerichte, praktische oplossingen gezocht voor problemen waar de groepsleerkracht in de praktijk tegenaan loopt. Deze gesprekken kennen een cyclisch verloop. Daarnaast is er de mogelijkheid voor diagnostiek m.b.v. bijv. een orthopedagoge.
IC
Indicatiecommissie.
Intern Begeleider
Leerkracht die de zorg van leerlingen coördineert en hiervoor een speciale opleiding heeft gevolgd.
Leerlingendossiers
Dossier waarin gegevens worden opgeslagen.
LGF
Leerlinggebonden Financiering.
Orthotheek
Verzameling van materialen en naslagwerken voor extra ondersteuning.
REC
Regionaal Expertisecentrum.
Remedial teacher
Een gespecialiseerde leerkracht die een speciale opleiding heeft gevolgd voor het begeleiden van leerlingen met leer- en/of gedragsproblemen.
RPCZ
Regionaal Pedagogisch Centrum Zeeland.
Schoolbegeleider
Een deskundige van de Onderwijsbegeleidingsdienst (RPCZ).
Voortgangsbespreking
Bespreking waarin de resultaten van alle leerlingen worden besproken.
ZAT
Zorg-Advies-Team.
Bijlage 2013-2014 Louise de Colignyschool
13
8 DE RESULTATEN De uitslagen van het schooleindonderzoek van 2012–2013: Scores Taal Rekenen Studievaardigheden
Schoolgemiddelde 103.5 107.8 108.3
Landelijk gemiddelde 103.5 104.8 108.9
De resultaten van de school liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingpopulatie mag worden verwacht. Uitstroom naar het voortgezet onderwijs van het schooljaar 2012-2013: VWO HAVO/VWO
12 leerlingen 9 leerlingen
MAVO/HAVO MAVO
6 leerlingen 6 leerlingen
HAVO
3 leerlingen
VMBO
6 leerlingen
Vakanties en vrije dagen schooljaar 2013-2014 Herfstvakantie Studiedag Kerstvakantie Voorjaarsvakantie Goede vrijdag en 2e Paasdag Meivakantie Hemelvaart Studiedag Pinksteren Zomervakantie
Maandag 14 t/m vrijdag 18 oktober 2013 Maandag 21 oktober 2013 Maandag 23 december t/m vrijdag 3 januari 2014 Maandag 3 t/m vrijdag 7 maart 2014 Vrijdag 18 april en maandag 21 april 2014 Maandag 28 april t/m vrijdag 09 mei 2014 Donderdag 29 en vrijdag 30 mei 2014 Vrijdag 6 juni 2014 Maandag 9 mei 2014 Vrijdag 11 juli t/m vrijdag 22 augustus 2014
Bijlage 2013-2014 Louise de Colignyschool
14
10 ALGEMENE INFORMATIE 10.12 MEDIATHEEK Een bibliotheek op de school van uw kind De bibliotheek heeft in samenwerking met de Louise de Colignyschool een ruime en toegankelijke schoolbibliotheek opgezet. Deze bibliotheek is een centraal gelegen ruimte waar veel boeken staan, die de kinderen op school of thuis kunnen gebruiken, gelegen in het lokaal van de voormalige groep 4, op het plein van het lage gebouw. De opening van deze mediatheek zal plaatsvinden tijdens de Kinderboekenweek. Waarom een mediatheek? Bibliotheek Vlissingen richt bibliotheekvestigingen in binnen de basisscholen ter versterking van het taalonderwijs, leesbevordering en het aanleren van informatievaardigheden. Door de aanwezigheid van een bibliotheek op een basisschool worden alle leerlingen bereikt. Door jarenlange en goed gestructureerde begeleiding kan het niveau van begrijpend lezen, de motivatie om te willen lezen en de nieuwsgierigheid naar informatie bij leerlingen sterk verbeteren. Dit komt het hele proces van leren en studeren ten goede. Wat doet de mediathecaris? Op gezette tijden is er vanuit Bibliotheek Vlissingen een mediathecaris aanwezig in de mediatheek, die na schooltijd de uitleen verzorgt samen met een aantal leerlingen. In elke school zijn een aantal kinderen “in dienst” als bibliotheekmedewerker. Zij helpen met de uitleen van de vele honderden boeken die de bibliotheek op de scholen brengt. Onder schooltijd organiseert de mediathecaris activiteiten op het gebied van leesvordering en mediawijsheid. Als kinderen aan de slag gaan met werkstukken en spreekbeurten, kan de mediathecaris hulp bieden bij het gebruik van informatiebronnen. De kinderen hebben hiervoor kennis nodig van de computer. Ze moeten ook de kwaliteit en bruikbaarheid van de informatie kunnen beoordelen. Uiteindelijk moet uw kind van al die informatie een echt eigen product kunnen maken. Wie kunnen gebruiken maken van de bibliotheek op school? Alle kinderen van de school kunnen gratis lid worden van de bibliotheek. U ontvangt hiervoor als ouder een aanvraagformulier. Is uw kind al lid van de bibliotheek? Dan blijft deze pas gewoon geldig in alle Zeeuwse bibliotheken. Ook jongere broertjes of zusjes kunnen lid worden. Hiervoor gaat u naar de mediathecaris die tijdens de buitenschoolse openingstijden aanwezig is. Wanneer is de mediatheek open? Onder schooltijd is de mediatheek geopend voor de leerlingen en de leerkrachten van de school. Daarnaast is de mediatheek ook op gezette tijden geopend buiten schooltijden. Vraag deze openingstijden na bij de mediatheek. Hoe werkt de pas? De mediatheek werkt met hetzelfde uitleensysteem als de bibliotheek. In de mediatheek mag een leerling maximaal twee boeken tegelijk lenen, dat komt omdat de collectie hier kleiner is. Als een leerling een boek reserveert, wordt het naar de school gebracht (tenzij anders wordt aangegeven). Omdat de leerlingen vrijwel dagelijks op school zijn is de mogelijkheid om boeken in te leveren en nieuwe te lenen in de mediatheek groter dan in de bibliotheek. Heeft u nog vragen? Mail dan naar:
[email protected] Meer informatie over de jeugdkaart vindt u op onze site www.bibliotheekvlissingen.nl. Veel gestelde vragen over de lenerspas van uw kind Hoeveel boeken kan mijn kind lenen? Uw kind kan twee boeken in de bibliotheek op school lenen.
Bijlage 2013-2014 Louise de Colignyschool
15
Als een boek van de mediatheek te laat is, krijg ik dan een boete? Nee, van de boeken die in de mediatheek geleend zijn niet. Boeken die geleend zijn in de bibliotheek kosten 0,10 extra per dag, na de verstreken uitleentermijn. Mag een boek van de mediatheek ook ingeleverd worden in de bibliotheek? Ja, dat kan. Een boek dat uw kind geleend heeft in de mediatheek op school mag zelfs in iedere bibliotheekvestiging in Zeeland teruggebracht worden. Mag een boek van de bibliotheek ook ingeleverd worden in de mediatheek? Nee, bibliotheekboeken kunnen niet bij een mediatheek ingeleverd worden. Hiervoor is er te weinig aanvoer. Het zou lang duren voordat het boek weer terug is in de bibliotheek waar u het geleend heeft. Mag ik als ouder lenen op de pas van mijn kind? Nee, dit is niet de bedoeling. Kinderen vanaf 9 jaar mogen wel twee boeken lenen uit de volwassen collectie in de bibliotheek. Maar dit is zodat ze bij het zoeken naar informatie voor een werkstuk of spreekbeurt ook boeken uit de volwassen collectie kunnen gebruiken. Wat voor boeken biedt de mediatheek? Er is een ruime collectie aan leesboeken en informatieve boeken. Er is geen collectie voor volwassenen.
10.18 SCHOOLKOOR Sinds 3 jaar heeft onze school een schoolkoor: “Louise’s schoolkoor”. Daarin zitten leerlingen van de groepen 5 tot en met 8. En er zitten niet alleen kinderen in die het leuk vinden om te zingen, maar ook leerlingen die een muziekinstrument bespelen. Zo hebben we leerlingen die gitaar, piano, viool en drum spelen in het koor gehad. Elk jaar stoppen er natuurlijk kinderen omdat ze in groep 8 zitten en naar het middelbaar onderwijs gaan. Zo is de samenstelling dus elk jaar anders. Vorig jaar heeft het koor voor het eerst opgetreden tijdens Middelburg VOL-koren, wat een groot succes was. Voor dit jaar staat op het programma optredens tijdens Sail Vlissingen en in Ter Reede. Het koor staat onder leiding van de muziekjuffen Hanneke Albertini en Christine Roelofs en reperteren om de week op woensdagmiddag.
Bijlage 2013-2014 Louise de Colignyschool
16
11 LIJST NAMEN EN TELEFOONNUMMERS ADRES VAN DE SCHOOLVERENIGING, RAAD VAN BESTUUR EN RAAD VAN TOEZICHT Het postadres van de Raad van Bestuur is: Perspectief t.a.v. de Raad van Bestuur Alexander Gogelweg 65 4384 EV Vlissingen Het postadres van de schoolvereniging Perspectief is hetzelfde als van de Raad van Bestuur. DIRECTIE LOUISE DE COLIGNYSCHOOL De heer P. Kempe (meester Pieter)
Directeur 0118 - 465261
Mevrouw M. van der Stoep-Francke (juf Marianne)
Plaatsvervangend directeur/ Bovenbouwcoördinator 0118 – 465261
MEDEZEGGENSCHAPSRAAD (MR) LOUISE DE COLIGNYSCHOOL Oudergeleding:
Teamgeleding:
Mevrouw A. Lafort
Mevrouw M. Anthonise
De heer F. van Rijt
Mevrouw A. Zielstra
De heer P. de Bruijn
EXTERNE VERTROUWENSPERSOON Gerda Vreeke- de Jonge Willem Teellinckstraat 15 4335 CS Middelburg Tel: 0118-637454 Mail:
[email protected] Pastor van de PKN-Vlissingen GEMEENSCHAPPELIJKE MEDEZEGGENSCHAPSRAAD (GMR) Mevr. A. Lafort (oudergeleding) Mevr. M. Anthonise (personeelsgeleding)
OUDERRAAD Mevrouw M. Boogaard
47 41 58
Mevrouw L. Schijf
43 69 13
Mevrouw B. van Sluijs
Namens het schoolteam
Mevrouw Boogaard en mevrouw Schijf delen het voorzitterschap
Bijlage 2013-2014 Louise de Colignyschool
17
11.6 TEAMLEDEN LOUISE DE COLIGNYSCHOOL
Mevrouw A.E.J. Albertini (juf Hanneke) Mevrouw M. Anthonise (juf Marieke) De heer F. Borgs (meester Frans)
Leerkracht groep 7A Leerkracht groep 4 Onder- en middenbouwcoördinator Lid managementteam Leerkracht groep 6B ICT, Sport en MRT
Mevrouw J. Dellebeke (juf Joska)
Leerkracht groep 7A
Mevrouw C.W. den Engelsman (juf Corrie)
Intern begeleider groep 1 t/m 8 Lid managementteam
Mevrouw R. Holmes (juf Ruth)
Leerkracht groep 2
Mevrouw Y. Hoogesteger (juf Yvonne)
Leerkracht groep 8A
Mevrouw M. de Jonge (juf Manon)
Onderwijsassistent groep 1A
De heer P. Kempe (meester Pieter)
Directeur Louise de Colignyschool
Mevrouw C. Koster (juf Carla)
Leerkracht groep 1B
De heer R. Kwast (meester Roel)
Leerkracht groep 8A
De heer B. Lilipaly (meester Bob)
Leerkracht groep 7B
Mevrouw A. Luiten (juf Anne-Marijn)
Leerkracht groep 8B
Mevrouw J. Ooms (juf José)
Leerkracht groep 5A en Leerkracht plusklas
Mevrouw A. Recourt (juf Audrey)
Rugzakleerlingen en RT
Mevrouw C.A.J. Reynhoudt (juf Carla)
Leerkracht groep 1A
Mevrouw M. Reijnierse (juf Mirjam)
Leerkracht groep 5A (tijdelijke aanstelling)
Mevrouw C. Roelofs (juf Christine)
Leerkracht groep 5B
Mevrouw J.A.A. Schot (juf Janine)
Leerkracht groep 6A
Mevrouw B.E. van Sluijs (juf Barbara)
Leerkracht groep 2
Mevrouw J.M. Smit (juf Jacqueline)
Leerkracht groep 4
Mevrouw K. Sterenborg (juf Kim)
Leerkracht groep 7B (vervanging ouderschapsverlof meester Bob)
Mevrouw M.A. van der Stoep (juf Marianne)
Leerkracht groep 6A Plaatsvervangend directeur Bovenbouwcoördinator Lid managementteam
Mevrouw M. Stougje (juf Margriet)
Leerkracht groep 1B
Mevrouw M. Tollenaar (juf Marian)
Secretaresse
Mevrouw L. van Veenendaal (juf Linda)
Leerkracht groep 3
De heer J. Verbart (meester Jan)
Leerkracht groep 5B
Mevrouw A. Zielstra (juf Annet)
Leerkracht groep 3
Bijlage 2013-2014 Louise de Colignyschool
18