RIS181970a_6-DEC-2011
Bijlage: resultaten “Natuurlijk: gezond!” per actiepunt I ) Gezonde wijken Actiepunt 1: Gezondheidsmakelaar in stadsdeel Centrum Doel: In 2011 is gezondheid een structureel aandachtspunt bij het inrichten en beheren van de Haagse stadsdelen. Actie:
In het stadsdeel Centrum werkt een gezondheidsmakelaar. Deze werkwijze wordt geëvalueerd in de periode 2007-2009 in samenwerking met het AMC en het NIGZ.
Resultaten: • In september 2007 kreeg Den Haag zijn eerste gezondheidsmakelaar (voor het stadsdeel Centrum) Dit pilot-project werd gefinancierd door het ministerie van VWS voor een periode van drie jaar. Het betrof hier een pilot-project met drie andere steden om te experimenteren met een gezondheidsmakelaar. De rol van de gezondheidsmakelaar is geëvalueerd door Academische medisch Centrum (AMC) van de Universiteit van Amsterdam (1). Uit dit onderzoek bleek dat de gezondheidsmakelaars op diverse niveaus draagvlak wisten te creëren voor het bevorderen van gezondheid en het verminderen van sociaaleconomische gezondheidsverschillen. Bovendien bleek de rol van gezondheidsmakelaar een bijdrage te kunnen leveren aan het ontwikkelen en implementeren van effectieve gezondheidsbevordering die in potentie ook gezondheidsverschillen kan verminderen. Enerzijds kon de gezondheidsmakelaar een bijdrage leveren aan de intersectorale samenwerking, anderzijds kon de gezondheidsmakelaar fungeren als vertaler van lokale beleidsvoornemens naar lokale doelgroepen. Na de positieve evaluatie door AMC is er in 2010 een tweede gezondheidsmakelaar aangesteld (in het stadsdeel Escamp). De gezondheidsmakelaars lever(d)en een belangrijke bijdrage aan het meerjarenprogramma Samen Gezond, het programma waarmee de gemeente met een groot aantal andere organisaties gezamenlijk de gezondheidsachterstanden in de krachtwijken Centrum en Zuidwest aanpakken. Actiepunt 2: Ondersteuning voor Hagenaars die samenwerken aan een gezond Den Haag Doel: In 2011 krijgen zorg- en dienstverleners in de stadsdelen met gezondheidsachterstanden goede ondersteuning. Dit leidt tot intensieve samenwerking en ondersteuning. Hagenaars krijgen voldoende ondersteuning om gezonde initiatieven te nemen in de eigen wijk. Acties: • STIOM organiseert netwerkbijeenkomsten in de stadsdelen met gezondheidsachterstand. STIOM faciliteert zorg- en dienstverleners bij het samen oplossen van problemen of benutten van kansen. • We richten een kernnetwerk “Gezonde wijken”op. Hiermee faciliteren we bewoners bij het nemen van gezonde initiatieven in de eigen wijk. Resultaten: • In de stadsdelen met gezondheidsachterstanden organiseerde STIOM een breed netwerk van gezondheidswerkers en maatschappelijke dienstverleners. In de stadsdelen Centrum, Laak, Scheveningen, Escamp en Segbroek vonden vijf keer per jaar de STIOM-platformbijeenkomsten plaats. De gezondheid en welzijn van de wijkbewoners kwamen tijdens deze bijeenkomsten aan de orde. • Het kernnetwerk “Gezonde wijken” is opgericht met BOOG (stedelijke organisatie voor samenlevingsopbouw in Den Haag en omgeving), HOF (Haagse vrijwilligerscentrale), STIOM en de gemeente en kwam vier keer per jaar bijeen. Tijdens de bijenkomsten is gekeken hoe bewoners gefaciliteerd konden worden om meer gezonde initiatieven te nemen. In dit kader werd er in februari 2010 een gezondheidsmarkt georganiseerd waarbij bewoners aan elkaar projecten presenteerden.
1
Actiepunt 3: Wijkactiebudget voor gezonde initiatieven Doel: Inwoners en professionals van aandachtswijken meer initiatief bij de aanpak van gezondheidsachterstanden in Den Haag. Actie:
Iedere aandachtswijk krijgt een eigen wijkactiebudget om goede ideeën te financieren.
Resultaten: • Er werden in de periode 2007-2011 238 voorstellen ingediend waarvan 80% werd gehonoreerd. De meeste projecten hadden bewegen als thema, daarna gevolgd door gezondheid breed, voeding, en stress/psychosociale gezondheid. Tot de kleinere thema’s behoren opvoedingsondersteuning en seksualiteit /zwangerschap. In deze categorie vallen ook de initiatieven die gericht waren op een specifieke aandoening (bijv. borstkanker of diabetes) (2). • Vanuit het perspectief van participatie is het wijkactiebudget een goed instrument gebleken (3) (4). Een groot aantal bewonersorganisaties heeft gebruik gemaakt om een gezondheidsinitiatief te formuleren en uit voeren. Uit evaluatie blijkt dat de meeste initiatieven, die met het wijkactiebudget werden gefinancierd, zonder het wijkactiebudget geen regulier vervolg kregen. De winst van dergelijke eenmalige initiatieven is beperkt. Dit verklaart waarom er besloten is in de nieuwe notaperiode dit instrument niet langer in te zetten. Actiepunt 4: Gemakkelijke informatie over gezondheid. Doel: Hagenaars weten hoe ze gezondheidsproblemen kunnen voorkómen. Acties: • We maken voorlichtingsmateriaal dat goed aansluit bij het taalniveau en de sociaal-culturele achtergrond van alle Hagenaars. • Er komt een dvd “Gezond het jaar rond”. Resultaten: • Bij de voorlichting over gezondheid wordt gekeken of zowel de vorm als de inhoud goed aansluit bij de doelgroep. Het gaat hierbij niet alleen om schriftelijke voorlichtingsmateriaal, er worden ook andere vormen gebruikt zoals bijvoorbeeld een tupperwareparty (zie ook actiepunt 13 Seksueel overdraagbare aandoeningen voorkómen) een dancefeest (beiden in het kader van de soa- bestrijding), een radio-uitzending (verschillende gezondheidsthema's), theater (huiselijk geweld/ seksualiteit (5) of een televisieuitzending. Zo maakte de gemeente het mogelijk dat een aantal gezondheidsthema’s in de regiosoap Pauwen en Reigers (die op TV-West werd uitgezonden) werd opgenomen om zo op een laagdrempelige wijze aandacht deze thema’s onder de aandacht te brengen. • De GGD Den Haag heeft in samenwerking met partijen in de stad de dvd “Gezond het jaar rond” samengesteld. Deze dvd bevat veertig korte voorlichtingsfilmpjes, waarin op een toegankelijke laagdrempelige wijze gezondheidsthema’s aan bod komen die zoveel mogelijk gekoppeld zijn aan één van de vier seizoenen (bijvoorbeeld veilig zonnen in de zomer en het gevaar van koolmonoxide door de defecte geisers in de winter). De DVD is gereed en is verspreid onder 500 intermediairen (zoals bibliotheken, Stichting Boog, STIOM, huisartsen) en organisaties (zoals migrantenorganisaties). Actiepunt 5: Een betere zorgstructuur door digitale technieken Doel:
De Haagse gezondheidszorg maakt meer gebruik van informatie- en communicatietechnologie. Digitale technieken zoals het gebruik van glasvezeltechniek en telemedicine worden gebuikt om de Haagse zorgverlening te verbeteren. Zo kunnen vertrouwelijke gegevens via de glasvezelkabel snel en veilig verzonden worden.
2
Acties: • Er komt een stimuleringsfonds voor glasvezeltechniek, waardoor samenwerkingsverbanden in de eerstelijnszorg makkelijker aangesloten kunnen worden op glasvezelkabel. • We ontwikkelen een programma voor patiënten met astma/ COPD, die in de thuissituatie worden begeleid via ICT. We werken hierbij samen met het HAGA ziekenhuis, eerstelijnszorg en thuiszorg. Resultaten • Ter invulling van de door het college vastgestelde nota 'Breedbandtoepassingen in zorg en cultuur' is de 'Tijdelijke stimuleringsregeling Glasvezel Cultuur en Zorg' ingesteld. Voor cultuur werden musea aangesloten en voor de zorg samenwerkingsverbanden binnen de eerstelijnszorg. De regeling voorzag in een bijdrage in de kosten wanneer een samenwerkingsverband een contract afsloot voor aansluiting en gebruik van glasvezel. Voor een aantal zorginstellingen is vanuit het fonds ten behoeve van de aansluiting van 10 locaties subsidie verstrekt. • Telemedicine is een vorm van e-health. E-health is een technologie die kan helpen informatie over de patiënt te verzamelen, te analyseren en waar nodig door te geven aan een arts of zorgverlenend personeel. Telemedicine is waardevol hulpmiddel bij zelfmanagement voor mensen met COPD. Mensen die in staat zijn hun gezondheidstoestand te managen, lopen minder risico op ziekenhuisopname met een luchtweginfectie of longontsteking. Deze technologie kan een belangrijke leveren aan het ontlasten van de Nederlandse gezondheidszorg. Ter stimulering van telemedicine is een project voor patiënten met astma/COPD uitgevoerd. Deze patiënten werden in de thuissituatie begeleid via ICT. Dit project is afgerond en de ervaringen zijn op schrift gesteld zodat men elders kan leren van de opgedane ervaringen. Actiepunt 6: Het portaal www.welzogezond.nl Doel: Hagenaars kunnen via digitale toepassingen op www.welzogezond.nl antwoorden vinden op vragen over gezondheid, wonen, welzijn, zorg en sociale zekerheid. Acties: • Via het digitale portaal Welzogezond.nl had iedereen in Den Haag en de Haagse regio toegang tot betrouwbare toegankelijke informatie over gezondheid, welzijn en zorg. Dit is nog steeds het geval, echter het portaal 'welzogezond.nl' functioneert niet meer als zodanig, maar stuurt door naar http://www.denhaag.nl/home/bewoners/zorg-en-welzijn.htm. De reden hiervan is de komst van een nieuw ‘denhaag.nl' in 2009. De meeste residentie.net sites (waarvan welzogezond.nl er één was) zijn overgegaan in denhaag.nl. Het afgelopen jaar bezochten 23.000 personen 30.000 keer deze site. • In het begin van de notaperiode faciliteerde Welzogezond.nl externe samenwerkingsverbanden met een eigen communicatiekanaal (sites). Dat gebeurt nog steeds maar niet meer via Welzogezond.nl. Honderd professionals in 5 samenwerkingsverbanden gebruiken de mogelijkheid van deze site.
II) Gezonde stad Actiepunt 7: Matig gebruik van alcohol Doel: In 2011 zijn er minder Hagenaars die te veel alcohol drinken. Acties: • Op verschillende terreinen zijn acties ondernomen om overmatig alcoholgebruik te verminderen. Er komt begin 2008 een sectoroverstijgend programma dat de komende jaren wordt uitgevoerd. • We onderzoeken het overmatige alcoholgebruik en evalueren de effecten van onze maatregelen. Resultaten: • De gemeente Den Haag had als eerste stad van de G4 een intersectoraal
3
•
•
alcoholpreventieprogramma opgesteld, waarin via preventie, vroegsignalering, regelgeving en handhaving ingezet wordt op het voorkómen van de schadelijke effecten van overmatig alcoholgebruik op de gezondheid en de Haagse samenleving. De vastgestelde acties en campagnes in dit uitvoeringsprogramma waren gericht op het Haags onderwijs, de Haagse horeca en uitgaansleven en de Haagse sportsector met tevens specifieke aandacht voor de doelgroepen jeugd en ouderen. In het kader van dit programma werden alcoholvrije feesten in Den Haag gesponsord, werd het keurmerk ‘Wij zijn een frisse sportclub’ ter beschikking gesteld, werd een informatiepakket en een checklist ontwikkeld voor het vroegtijdig kunnen signaleren van overmatig gebruik van alcohol onder ouderen. Verder heeft Context heeft succesvolle trainingen gegeven aan ca. 70 intermediairen, waarbij vroegsignalering van alcoholproblemen centraal stond. Medio 2009 (tijdens de examentijd) heeft de campagne veel aandacht gekregen toen scholen in het voortgezet onderwijs werden geattendeerd op de verplichting om een ontheffing in het kader van de Drank- en Horecawet aan te vragen als men alcohol wilde verkopen tijdens schoolfeesten. Het college van B&W heeft toen aangegeven geen ontheffing meer te verlenen. Het belangrijkste doel van dit programma, agendering van alcoholmatiging en bewustwording van de gevolgen werd gerealiseerd zo blijkt uit de evaluatie van mei 2011 (6). Den Haag heeft samen met Utrecht en Rotterdam bij de Tweede Kamer gelobbyd om de leeftijdsgrens waarop alcohol verkocht mag worden te verhogen naar 18 jaar. Hoewel deze leeftijdsverhoging uiteindelijk niet doorgegaan is, heeft deze lobby wel het resultaat gehad dat dit onderwerp op de politieke agenda werd gezet.
Actiepunt 8: Niet roken Doel: In 2011 roken minder Hagenaars. Acties: • We voeren een programma uit om roken tegen te gaan. • Er worden afspraken gemaakt over meer rookvrije ruimtes in Den Haag. Dit doen we met instellingen die subsidie of faciliteiten krijgen van de gemeente Den Haag. Resultaten: • De datum van 1 juli 2008 vormde een goed aanknopingspunt om de ‘stoppen met roken – boodschap’ extra onder de aandacht te brengen. Op de website www.stoppenindenhaag.nl konden rokers informatie vinden over hoe je kunt stoppen. Om rokers op deze site te krijgen werden er flyers verzonden naar alle bewoners van Den Haag. Daarnaast vond er een posteractie plaats in de horeca en koffie- en theehuizen in juli 2008. In september en in november van dat jaar werden de posteracties worden herhaald. Daarnaast werd op evenementen zoals Parkpop en het Milan festival de‘stoppen met roken-boodschap’ uitgedragen. • Per 1 juli 2008 mocht er in geen enkele openbare ruimte, werkplek of uitgaansgelegenheid meer tabak gerookt worden. Hiermee verviel het actiepunt over afspraken over rookvrije ruimtes. • Met een gemeentelijke subsidie van de gemeente heeft Stivoro in 2010 en 2011 een pilotproject in de Schilderwijk uitgevoerd. Dit betrof een Stoppen met Rokencentrum naar Engels voorbeeld. Stivoro heeft met partners in de Schilderswijk in voorjaar 2011 de eerste ‘Pak je kans trainingen’ gegeven, trainingen die al dan niet met medicatie de basis vormen voor het Stoppen met Roken Centrum. In het gezondheidscentrum De Rubenshoek was daarvoor een trainingsruimte beschikbaar gesteld. Daar wordt ook informatie gegeven over niet roken. Dit jaar zijn tot medio oktober 4 ‘Pak je Kans trainingen’ gegeven. Stivoro droeg eind 2011 de activiteiten over aan de reguliere aanbieders. Samen met Context, de preventieafdeling van Parnassia wordt bekeken hoe dit vorm moet krijgen.
4
Actiepunt 9: Sportieve en actieve leefstijl Doel:
In 2011 voldoen meer Hagenaars aan de Nederlandse Norm voor Gezond Bewegen1.
Acties: • We blijven “Bewegen op Recept” (BOR) subsidiëren tot het structureel is opgenomen in het Haagse zorgaanbod. • De sector volksgezondheid sluit met effectieve gezondheidsprogramma’s waar mogelijk aan op bestaande Haagse sportstimuleringsprogramma’s. • De sector sport onderzoekt of de effectieve sport- en beweegprojecten voor mensen met veelvoorkomende (chronische) aandoeningen uitgebreid kunnen worden en ondersteunt effectieve gezondheidsprogramma’s. Resultaten: • De gemeente heeft jaarlijks in totaal 46 gezondheidscursussen in het kader van Bewegen Op Recept (BOR) gefinancierd. In de periode 2008-2011 namen 1.900 Hagenaars deel aan een BORtraject. Uit evaluatie van het project door het AMC bleek dat driekwart van de deelnemers aangeeft van plan te zijn te blijven sporten nadat de BOR-cursus is afgerond. (7) • Daarnaast wordt in nauwe samenwerking met de Sportsector gezorgd voor een zeer divers aanbod aan sport- en beweegactiviteiten afgestemd op de behoeften van jongeren, volwassenen en ouderen. Een voorbeeld daarvan is het COACH-traject. Deelnemers die een zeven maanden durende COACH-traject afrondden waren duidelijk meer gaan bewegen. Ook was de fitheid toegenomen. Het gemiddelde aantal stappen per dag was nam met de helft toe: van 5.834 naar 8.767. Het percentage dat aan de beweegnorm van 10.000 stappen voldeed steeg van 11% naar 37%. (8) • De gemeente Den Haag heeft in het kader van het Nationaal Actieplan Sport en Bewegen (NASB) in 20009/2010 een actieplan opgesteld om bijna 20.000 Hagenaars aan het bewegen te krijgen (9). Dit plan is samen met sport- en gezondheidsorganisaties, onderwijs en werkgevers opgesteld. De activiteiten richten zich op jongeren, volwassenen en senioren. De gemeente en de rijksoverheid stellen ieder €1,3 miljoen beschikbaar voor het actieplan, dat tussen juli 2010 en 2014 wordt uitgevoerd. Het plan komt bovenop bestaande succesvolle programma's. In het kader van het NASB plan werd het project Gewichtige vakleerkracht gekoppeld aan de combinatiefunctionaris op de scholen waardoor de combinatiefunctionaris in staat werden gesteld een centrale rol te spelen in de toeleiding van alle leerlingen naar het sport- en beweegaanbod en wordt versnippering voorkomen. Actiepunt 10: Gezond Gewicht Doel:
In 2011 hebben meer Haagse kinderen en jongeren een gezond gewicht.
Acties: Overgewicht bij de Haagse jeugd werd aangepakt met het actieprogramma Gezond Gewicht I (2006- 2009) en Gezond gewicht II (2010-2014). Het programma heeft drie onderdelen: preventie, vroegsignalering en begeleiding. Daarnaast is gekeken hoe de dikmakende omgeving kon worden aangepakt. Resultaten: • In de periode Voor een financiële bijdrage vanuit het Grotestedenbeleid moest de gemeente 5750 passende begeleidingen in de periode 2005-2009 realiseren. Met 6.500 werd deze vooraf gestelde doelstelling ruimschoots gehaald. In totaal kregen ruim 8.000 jongeren passende begeleidingen in de periode 2005-2010. Verpleegkundigen van de Jeugdgezondheidszorg (JGZ) bepalen deze passende begeleiding. Dit kan variëren van een advies over voeding tot het doorverwijzen naar het Juliana Kinderziekenhuis voor medische behandeling. 1
De Nederlandse Norm voor Gezond Bewegen voor volwassenen ligt op minimaal 30 minuten matig intensief bewegen op minstens vijf dagen per week. Voor de jeugd tot 18 jaar is dit 60 minuten op zeven dagen per week.
5
•
•
• • •
• • • •
Gemiddeld 70 scholen deden mee aan het lesprogramma Ga voor Gezond!, waarin aandacht werd besteed aan goede voeding en voldoende beweging. Dit soort lesprogramma’s worden door het RIVM gekarakteriseerd als een maatregel die naar voren komt met de meeste bewijslast voor effectiviteit (om inactiviteit) aan te pakken (10). Sinds 2006 wordt ieder jaar de gezondste school van Den Haag gekozen. Dit gebeurt aan de hand van een vragenlijst over een aantal gezondheidsthema’s, die door de deelnemende scholen worden ingevuld. Het gaat hierbij om verschillende onderwerpen die met een gezond schoolklimaat te maken hebben zoals voeding, bewegen, lichamelijke opvoeding, sociale omgevingen en een gezond en veilig schoolklimaat. In het kader van het vroegsignaleringsproject “Gewichtige Vakleerkracht” werden er ruim 33.914 kinderen gemeten en gewogen door de vakleerkrachten Lichamelijke Opvoeding. Ouders van kinderen met een ongezond gewicht worden geadviseerd naar de Jeugdgezondheidszorg te gaan Ruim 10.900 kinderen en hun ouders werden in de periode 2007-2011 bereikt met preventieactiviteiten in het kader van Hopla! Tijdens deze bijeenkomsten konden kinderen en ouders kennis maken met de verschillende beweegactiviteiten in de wijk Door een gemeentelijke bijdrage worden twee Zoneparcs gerealiseerd. In 2009 kreeg de school De Springbok het eerste Haagse Zoneparc, eind 2011/begin 2012 volgt een tweede bij de Anne Frank School in Escamp. Uit onderzoek blijkt dat kinderen na aanleg van een Zoneparc met meer plezier spelen, de meisjes meer te doen hebben dan voorheen en dat jongens en meisjes vaker samen spelen (10). Het beweegvriendelijk maken van schoolplein is één van de maatregelen die als meest kansrijk wordt genoemd bij de aanpak van overgewicht aldus het RIVM (12). Uit onderzoek door TNO bleek dat het BMI van de jongeren daalde na de extra begeleidingen door de JGZ en dat jongeren door de groepsbegeleidingen meer gingen bewegen (13). Het inzetten op het voorkomen van overgewicht onder de jeugd (zoals Gezond gewicht beoogt) is één van de concrete aanbevelingen van het RIVM om het aantal nieuwe diabetes in de toekomst te beperken (14) Via de gezondheidskundige inbreng bij een aantal beleidstrajecten werd de dikmakende omgeving aangepakt (zie verder actiepunt GES). Op 30 juni 2010 tekende de gemeente Den Haag de intentieverklaring voor Jongeren op Gezond Gewicht (JOGG). Hiermee was Den Haag de eerste grote stad die de JOGG-aanpak gaat hanteren in de strijd tegen overgewicht. Doelgroepen worden nog beter bereikt door deze wijkgerichte aanpak. Er is gestart rondom het Oranjeplein en in de wijk Morgenstond.
Actiepunt 11: Gezond gebit Doel:
In 2011 hebben kinderen uit de aandachtswijken een beter verzorgd gebit en minder tanderosie.
Acties: • De GGD stimuleert ouders om regelmatig met hun kind naar de tandarts te gaan. • De GGD gaat in alle aandachtswijken voorlichtingsprogramma’s over fluoride en tanderosie uitvoeren. Resultaten: • Na de voorbereidingsfase in 2008/2009 zijn in 2010 en 2011 voorlichtingen in het kader van let project Lees je tanden schoon uitgevoerd en zijn de ontwikkelde materialen aangeboden aan o.a. bibliotheken en medewerkers van consultatiebureaus. In totaal werden bijna 200 ouders en kinderen bereikt. Het project is gericht op ouders en/of verzorgers, kinderen in de leeftijdscategorie 4-6 jaar en leerkrachten. Het project brengt op een laagdrempelige wijze een goede tandzorg onder de aandacht. Naast de kennisoverdracht over goede tandzorg stimuleert het project de Nederlandse taalvaardigheid. • Voorlichtingscampagne fluoride: door deze campagne zijn er 4 scholen extra aan het spoelproject toegevoegd. In totaal werd het project uitgevoerd op 45 scholen, de meeste in de achterstandswijken. • Alle kinderen die het consultatiebureau verlaten (4 jaar) krijgen het voorleesboekje, ‘Doek gaat naar de tandarts mee’. Er zijn ongeveer 6.000 boekjes beschikbaar voor de consultatiebureaus. Het
6
boekje gaat over mondverzorging, met tips en adviezen voor opvoeders. Het is bedoeld voor de leeftijdscategorie 3-5 jaar. Actiepunt 12: Minder diabetes en hart- en vaatziekten Doel:
Hagenaars weten hoe ze gezondheidsproblemen kunnen voorkómen.
Acties: Er komen gezondheidsprogramma’s om diabetes en hart- vaatziekten Bij Hagenaars tegen te gaan. Resultaten: • Overgewicht vergroot de kans op diabetes mellitus type 2. Ruim de helft van de verwachte groei van het aantal verwachte diabetesgevallen (bijna een verdubbeling in de periode 2007-2025) zou in theorie zijn te voorkomen door preventie en behandeling van overgewicht, inactiviteit en andere risicofactoren (13). Het eerdergenoemde programma Gezond Gewicht, de activiteiten in het kader van het Haagse NASB en andere beweegprogramma’s leveren een directe bijdrage aan het terugdringen van diabetes. Voor hart- en vaatziekten geldt hetzelfde: overgewicht draagt bij aan het terugdringen van hart- en vaatziekten . Actiepunt 13: Seksueel overdraagbare aandoeningen voorkómen Doel:
In 2011 hebben minder Hagenaars een seksueel overdraagbare aandoening.
Acties: • Er komt een soa-actieprogramma voor Haagse jongeren. De bestaande activiteiten van onder meer de GGD en het regionaal-soa-centrum Den Haag, welzijnsinstellingen en het JongerenInformatiePunt worden onderdeel van dit programma. • We ontwikkelen nieuwe voorlichtingsmethodieken en voorlichtingsprojecten voor niet-westerse Hagenaars en mensen afkomstig uit gebieden waar veel hiv voorkomt (15). • Samen met scholen, zelforganisaties, RutgersHuis Den Haag, het regionale soa-centrum en Soa Aids Nederland organiseren we activiteiten om soa’s te bestrijden. Resultaten: • Door de GGD Den Haag is in 2009 in samenwerking met de Vrije Universiteit en TNO een serie voorlichtingen ontwikkeld volgens de methode van de Homeparty. Hierbij wordt voorlichting gegeven in een huiselijke setting. Een gastheer of gastvrouw faciliteert deze bijeenkomst en nodigt kennissen en vrienden uit. Er zijn elders positieve ervaringen opgegaan met deze werkwijze. Uit onderzoek blijkt dat de Homeparty-methode positieve resultaten had in termen van kennis, risicoperceptie en seksuele assertiviteit, De deelnemers hadden na afloop sterker het voornemen om veilig te vrijen. Daarnaast gaven zij aan het onderwerp veilig vrijen vaker met hun partner te bespreken (16)(17). In 2010 wordt gestart met de eerste serie voorlichtingen. • Veel mensen uit de risicogroepen weten inmiddels hebben in 2008 het regionale soa-centrum Den Haag weten te vinden. Dit centrum speelt een belangrijke rol bij het aanbod van soa-zorg in Den Haag en de regio. Het centrum richt zich op risicogroepen zoals mannen die seks hebben met mannen, prostituees, jongeren tot 25 jaar en mensen die afkomstig zijn uit gebieden waar hiv en soa’s veel voorkomen (18) . In 2007-2011 vonden 31.300 consulten plaats. In de notaperiode nam het aantal consulten ieder jaar toe (2007: 6488, 2008: 7425, 2009: 8183, 2010: 9266). • Daarnaast heeft het regionale soa-centrum onlangs een apart spreekuur aan het Westeinde geopend voor jongeren, waarin zij vragen kunnen stellen over seksualiteit, relaties, anticonceptie en soa’s. Daarnaast kunnen jongeren via de site van het soa-centrum een spreekuur in de buurt vinden. De spreekuren worden georganiseerd door de GGD'en en hun regionale partners zoals bijvoorbeeld Preterm Rutgers. • In 2010 is met succes het project ‘China aan de Noordzee’ uitgevoerd. Deze publiekscampagne was gericht op het vergroten van de kennis en bewustwording over hepatitis B bij de doelgroep. Daarnaast werden zoveel mogelijk in Den Haag wonende Chinezen gescreend op hepatitis B door middel van een bloedonderzoek. Uiteindelijk werden 1.296 personen gescreend waarmee de
7
•
aanvankelijke doelstelling van 500 personen ruimschoots werd gehaald, Uit de screening bleek 5% van de deelnemers drager was van het hepatitis B virus (19). Vanaf 2008 wordt er jaarlijks in de periode rond de Wereld Aidsdag in Den Haag via verschillende activiteiten aandacht gevraagd voor een seksueel gezonde leefstijl.
Actiepunt 14: Gezond binnenmilieu in Haagse instellingen voor kinderopvang en scholen Doel:
In 2011 hebben Haagse scholen en instellingen voor kinderopvang een gezonder binnenmilieu.
Acties: • De GGD adviseert en ondersteunt schooldirecties bij het treffen van maatregelen en het werken aan bewustwording ter verbetering van het binnenmilieu in bestaande schoolgebouwen • De GGD adviseert en ondersteunt schoolbesturen om bij nieuw te realiseren schoolgebouwen een gezond binnenmilieu te waarborgen • We adviseren en ondersteunen directies van kindercentra bij het verbeteren van het binnenmilieu Resultaten: • Alle 211 scholen in Den Haag zijn door de GGD aan het begin van ieder stookseizoen benaderd voor deelname aan het project. De GGD heeft de afgelopen vier jaar in totaal 116 scholen bezocht voor onderzoek, metingen, advies en voorlichting. De resultaten van dit project zijn in een eindevaluatie rapport samengevat (zie www.denhaag.nl/binnenmilieu). Daarnaast konden schoolbesturen de afgelopen periode in aanmerking komen voor de zogenaamde ‘Tijdelijke regeling verbetering binnenklimaat huisvesting primair en speciaal onderwijs 2009” In Den Haag hebben 88 schoolbesturen subsidie voor één of meerdere maatregelen gehonereerd gekregen. • Ten aanzien van het binnenmilieu in nieuw te bouwen scholen heeft ingenieursbureau Mobius, in opdracht van de GGD, onderzoek gedaan naar problemen met het binnenmilieu bij nieuwgebouwde scholen. De resultaten waren verontrustend. Op 4 januari 2011 hebben de wethouders VDMO, OD en SVI overleg gevoerd over de verbetering van binnenmilieu op scholen en is er een bestuurlijke opdracht gekomen om dit integraal op te pakken. Er komt bij OCW Vastgoed, als onderdeel van een integrale aanpak, een subsidieregeling voor het realiseren van een gezonder binnenmilieu bij nieuw te bouwen scholen. Bij de integrale aanpak hoort ook versterkte samenwerking tussen gemeentelijke diensten onderling en met schoolbesturen, het invullen van de adviesfunctie van de GGD/Bouwfysica en versterking van toetsing bij oplevering door DSO. • Voor alle kindercentra in Den Haag is door de GGD een voorlichtingspakket over een gezond binnenmilieu ontwikkeld, bestaande uit een brochure met adviezen voor bestaande bouw en een brochure met adviezen voor nieuw- of verbouw. Deze informatie is aan alle kinderdagverblijven verzonden. Daarnaast is in 2008/2009 een pilot uitgevoerd om via de reguliere inspecties op de Wet Kinderopvang meer aandacht te besteden aan het binnenmilieu. Hierbij hebben inspecteurs van TOKIN een signalerende rol. Indien inspecteurs problemen met het binnenmilieu signaleren wijzen zij de houder van het kindercentra op de mogelijkheid de GGD in te schakelen voor aanvullend advies. De pilot is positief geëvalueerd en deze werkwijze is nu structureel onderdeel van het takenpakket van de inspecteurs. De afgelopen jaren is aan 7 kindercentra een uitgebreid advies op maat gegeven over een gezond binnenmilieu. Actiepunt 15: Goede kansen op school voor Haagse scholieren die chronisch ziek zijn. Doel In 2011 hebben Haagse scholieren die chronisch ziek zijn betere mogelijkheden om mee te doen in het onderwijs. Acties • Samen met scholen bepalen we thema’s voor voorlichting aan chronisch zieke leerlingen en we ontwikkelen een actieprogramma .
8
Resultaten • Dit actiepunt is ingevuld met het project op het Haagsch Vakcollege om verzuim waar mogelijk terug te dringen. De afdeling leerplicht, Jeugdgezondheidszorg en de school hebben de afspraak gemaakt intensiever te gaan samen werken rond verzuim (en met name de kinderen met zorgwekkend verzuim). Van zorgwekkend verzuim is sprake wanneer kinderen veel spijbelen of ongewoon vaak of ongewoon lang worden ziek gemeld. Een hoger verzuim verkleint de kans op het behalen van een startkwalificatie. Daarnaast schuilt achter het verzuim vaak problematiek waar het kind misschien hulp bij nodig heeft. De samenwerking van de betrokken partijen zorgt voor een ‘sluitende' verzuimaanpak, waarbij ‘het zorgwekkend oplopen' van verzuim direct gesignaleerd wordt, er vanuit de school direct contact met de ouders plaatsvindt. De school trekt samen met leerplicht en zorg op om het verzuim al vroegtijdig te stoppen en de eventuele achterliggende problematiek aan te pakken. Actiepunt 16: Betere gezondheid van Hagenaars die inkomensondersteuning krijgen & goede kansen op de arbeidsmarkt voor Hagenaars die chronisch ziek zijn. Doel In 2011 krijgen Hagenaars naast inkomenondersteuning ook ondersteuning bij gezond leven. Zo krijgen zij meer kansen op de arbeidsmarkt. Acties • Er komen gezondheidsprojecten die passen bij reïntegratieprojecten en schuldhulpverlening. Resultaten • De GGD’en van de G4, het UWV en de diensten Sociale Zaken en Werkgelegenheid hebben afspraken gemaakt om te komen tot een integrale aanpak om dat de prestaties op het gebied van participatie en uitstroom naar werk ook voor de moeilijkste groepen in de uitkeringsregelingen te verhogen. Dit gebeurt onder de titel ‘Fit for Work’. Het doel van het project is om door middel van deze innovatieve reïntegratie de participatie en uitstroom van zeer moeilijk bemiddelbare personen te vergroten waarmee mede een bijdrage wordt geleverd aan het verkleinen van sociaaleconomische gezondheidsverschillen. Dit wordt gerealiseerd door de uitstroom van de doelgroep naar werk te verbeteren (‘werk als medicijn’), de doorstroming van cliënten uit de doelgroep naar een hoger niveau op de participatieladder te realiseren (‘meedoen als medicijn’) en door interventies uit te voeren op psychosociaal en medisch vlak (o.a. leefstijlinterventies via huisartsen). Actiepunt 17 In 2011 hebben minder Hagenaars minder depressieve klachten. Doel: Depressieve klachten voorkómen. Acties • Er komt een actieplan om depressieve klachten bij jonge mensen te voorkómen. • We gaan door met het programma “De kunst van het ouder worden”. • Het project “Wijk aan zet” start in meer actiewijken Resultaten • Het programma “De kunst van het ouder worden” is in verschillende wijken actief aangeboden en uitgevoerd op vraag. Dit is gebeurd in samenwerking met intermediaire partijen ten behoeve van het ouderenwerk. • Het project “Wijk aan zet” is niet gestart omdat de financiering een probleem vormde. Gelet op de beperkte financiële middelen en het arbeidsintensieve karakter van het project is gekozen voor een andere opzet in de vorm van een publiekscampagne. Parnassia Bavo Groep Preventie (PBG) en De Jutters Preventie hebben een publiekscampagne uitgevoerd gericht op het bespreekbaar maken van het onderwerp depressie. In deze campagne werden tentoonstellingen gehouden voor de jeugd en
9
volwassenen. Daarnaast organiseerde De Jutters voor jongeren een theaterproductie op scholen en organiseerde Context rond thema’s die een relatie hebben met thema depressie. De tentoonstelling werd 5 keer gehouden (ROC Mondriaan, Buurthuis Parada, Gezondheidscentrum Rubenshoek, Lijnbaan wachtkamer en bij de conferentie Relief). Daarnaast werden er 15 workshops georganiseerd. In een aantal gevallen waren die gekoppeld waren aan de tentoonstelling. In totaal werden bijna 300 personen bereikt met de verschillende workshops. Actiepunt 18: Huiselijk en seksueel geweld voorkomen en bestrijden. Doel: Actie: • • • •
In 2011 is de registratie van huiselijk geweld én de hulpverlening aan slachtoffers verbeterd.
We stellen een nieuw uitvoeringsprogramma om huiselijk geweld te voorkómen en bestrijden. Daarbij voeren we ook de aanbevelingen van de commissie Diekstra uit. De deskundigheid over huiselijk geweld en seksueel geweld van professionals in de (eerstelijns-) gezondheidszorg, thuiszorg, welzijnsinstellingen en op scholen op het gebied van huiselijk- en seksueel geweld wordt vergroot. De voorlichting aan Haagse ouderen wordt uitgebreid. Dit doen we vanuit het advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld, samen met welzijnsinstellingen, ouderenadviseurs, de Stedelijke Ouderencommissie en verpleeg- en verzorgingshuizen. Er komt een (digitaal) protocol kindermishandeling.
Resultaten • Begin 2011 is de nota huiselijk geweld gereed gekomen,. beschreven hoe huiselijk geweld waaronder ouderen- en kindermishandeling (incl. vrouwelijke genitale verminking, eerregelateerd geweld de komende jaren worden aangepakt. De aanbevelingen van de Commissie Diekstra zijn hier in meegenomen. • Op 16 april 2008 tekenden o.a. 5 Haaglanden gemeenten het uitvoeringsprotocol Haaglandse aanpak en een Privacyconvenant. De Haaglandse aanpak is een op de Haaglandse situatie toegesneden variant van een model dat in Groningen zijn waarde al had bewezen. Hiermee werden samenwerkingafspraken tussen alle samenwerkingspartners vastgelegd. Afspraken over het vergroten van de deskundigheid van professionals zijn eveneens hierin vastgelegd. • Dit loopt via de casemanager ouderenmishandeling werkzaam bij het ASHG (Advies- en Steunpunt Huiselijk Geweld). • Dit wordt meegenomen bij de uitwerking van de plannen voor de RAAK-aanpak op het terrein van kindermishandeling. Deze aanpak omvat een betere regionale samenwerking en informatieuitwisseling, het invoeren van een gezamenlijke meldcode en meer scholing voor professionals die met kinderen/ouders werken. Actiepunt 19: Pogingen tot zelfdoding voorkómen. Doel:
In 2011 doen minder Haagse jongeren een poging tot zelfdoding.
Acties: • Alle Haagse jongeren die een poging tot zelfdoding doen, krijgen ondersteuning en begeleiding (gedurende een half jaar). Daarnaast vergroten we vergroten de kennis en deskundigheid van leerkrachten en hulpverleners. Zo kunnen zij het onderwerp parasuïcide bespreekbaar maken en helpen voorkómen. Resultaten: • SuNa (Suïcide Nazorg) is de naam van een succesvolle Haagse werkwijze gericht op jongeren (tussen de 12 en 25 jaar) die op een eerste hulp van een Haags ziekenhuis behandeld zijn vanwege een suïcidepoging of ernstige zelfbeschadiging komen. In ongeveer driekwart van alle gevallen was de aanleiding voor de parasuïcide/zelfbeschadiging gelegen in relatieproblemen, een moeilijke gezinssituatie of een psychiatrische stoornis (20). Zij worden gemeld bij een speciaal
10
opgeleide professional die hen begeleidt naar passende hulpverlening. In de periode 2007-2010 werden 468 jongeren bij SuNa aangemeld. Door middel van trainingen wordt ingezet op het vergroten van de kennis en deskundigheid van leerkrachten en hulpverleners. Actiepunt 20: Beter binnenmilieu van woningen & gezonde leefomgeving Doel:
In 2011 hebben Hagenaars in de aandachtswijken een gezonder binnenmilieu.
Acties: • De GGD voert het wijkgerichte voorlichtingsproject Gezond Wonen uit in alle wijken van Den Haag, te beginnen met de aandachtswijken. • De GGD geeft, in samenwerking met betrokken partijen, uitvoering aan het ‘plan van aanpak koolmonoxide (2008)’. • We verbeteren de luchtkwaliteit. Dit doen we onder andere door het adviseren bij verkeersbeleid en het stimuleren van fietsgebruik. Resultaten: • In de notaperiode is de campagne Gezond wonen in alle wijken van Den Haag uitgevoerd. In totaal werden 137 groepsvoorlichtingen gegeven aan ruim 1700 personen. Gemiddeld werd aan de voorlichtingen een rapportcijfer 8,4 toegekend en na afloop van de voorlichting wist 87% een slecht werkend verbrandingsappartaat te herkennen. Alle organisaties in de wijken (zoals wijkcentra, apothekers, huisartspraktijken, buurtcentra, corporaties, etc) zijn schriftelijk van voorlichtingsmateriaal voorzien. GGD heeft samenwerking gerealiseerd met een groot aantal relevante partijen, zoals woningcorporaties, geiserverhuurder, VvE loket, DSO, longverpleegkundigen, astmafonds en brandweer. De reizende tentoonstelling gezond wonen is op 27 locaties geplaatst en er is aan 14 informatiemarkten op evenementen deelgenomen. • In de voorlichtingscampagne Gezond Wonen werden bewoners voorgelicht over de risico’s van koolmonoxidevergiftiging. Jaarlijks werd er een uitgebreide mailing over koolmonoxide naar huisartsen verstuurd. Daarnaast is een e-learning module ontwikkeld, waarmee intermediaire partijen (zoals bijvoorbeeld de thuiszorgmedewerkers en servicemedewerkers van corporaties) zijn getraind op het signaleren van gevaarlijke situaties in woningen. In totaal hebben gedurende 20072011 ruim 240 intermediairen de training gevolgd. Het volgen van de training heeft al in een aantal gevallen geleid tot opsporing van een koolmonoxideprobleem. Er zijn gezamenlijke afspraken gemaakt tussen politie, ambulance, brandweer, DSO en GGD over de werkwijze bij het meten van koolmonoxide en er is een centraal meldpunt ingesteld bij de GGD. Voorts is er een verdere impuls gegeven aan een gezamenlijke aanpak met de drie grote woningbouwverenigingen en Tempus om afvoerloze geisers uit Den Haag te laten verwijderen. • In de notaperiode heeft de GGD gezondheidskundige inbreng geleverd ten behoeve van de (m.e.r.) Haagse Nota Mobiliteit. De kern van het gezondheidskundige advies is om niet alleen naar wettelijke normen te kijken. Juist de blootstelling van bewoners en de aanwezigheid van scholen, kindercentra, verpleeg- en verzorgingstehuizen langs de drukke wegen moet zoveel mogelijk worden voorkomen. Ook is er opnieuw aandacht gevraagd voor bronmaatregelen zoals het verbeteren van OV en het stimuleren van fietsgebruik (ook in het kader van bewegen). Ook heeft de GGD adviezen uitgebracht ten behoeve van het luchtkwaliteitsbeleid van de gemeente en bij de evaluatie van het verkeerscirculatieplan. Actiepunt 21: Werken met gezondheidseffectscreening (GES Stad en milieu) Doel:
In 2011 worden gezondheidsbelangen meegewogen bij de beoordeling van nieuwe beleids- en projectplannen.
Acties: • We onderzoeken op welke manier gezondheidskundige adviezen het beste betrokken kunnen worden bij beleidsvoornemens die een relatie hebben met gezondheid, zoals verkeers-, bouw- en milieubeleid. Een van de mogelijke instrumenten hierbij is het werken met de GES.stad en milieu.
11
Resultaten: • Er is gezondheidskundige inbreng geleverd bij een groot aantal beleidstrajecten en ruimtelijke plannen, waaronder de MER Haagse Nota Mobiliteit, het programma duurzaamheid, milieubeleidsplan, waterplan, Binckhorst, MER Kijkduin, MER Scheveningen MER Rotterdamse baan, MER Neherkade, aanpak krachtwijken, milieubeleidsplan, actieplan geluid, herijking luchtkwaliteitsbeleid, ouderenbeleid, Kadernota openbare ruimte, Duurzame stedenbouw, Groen in en om de stad, en evaluatie van het Verkeerscirculatieplan. Er is door GGD en DSO een jaarlijks gastcollege 'gezond en duurzaam bouwen' ontwikkeld en verzorgd voor studenten Bouwkunde van de Haagse Hogeschool. Om de gezondheidskundige inbreng structureel vorm te geven zijn in 2010 informatiebladen opgesteld met adviezen over hoe gezondheid mee te nemen bij planvorming en andere beleidsvoornemens. In het najaar van 2011 is er een regionaal symposium georganiseerd waarbij deze informatiebladen in de vorm van een brochure zijn gepresenteerd aan gemeentelijke medewerkers. Actiepunt 22: Toegankelijke hulp en zorg voor niet-Westerse Hagenaars. Doel:
In 2011 is de zorg en hulpverlening voldoende toegankelijk voor niet-Westerse Hagenaars.
Acties: • Mantelzorgers van niet-westerse Hagenaars krijgen extra aandacht. • We zorgen dat het huidige aanbod van hulpverlening (en een goede spreiding ervan) in de aandachtswijken blijft bestaan. • We laten zorgactiviteiten beter aansluiten bij de leefwereld van niet-Westerse Hagenaars Resultaten • De versterking van de positie van mantelzorgers voor niet-westerse Hagenaars is één van de actiepunten uit het Haagse Mantelzorgakkoord dat eind 2007 is afgesloten (21). Voor de versterking van de positie van de allochtone mantelzorger worden allochtone mantelzorgambassadeurs ingezet. Eind 2011 waren 24 allochtone mantelzorgambassadeurs werkzaam. Zij geven voorlichting aan allochtone mantelzorgers over de ondersteuningsmogelijkheden en voorzieningen. • In het initiatieven-overleg (waarin de gemeente Lijn 1, STIOM, AZIVO, Delta Lloyd, en de Huisartsenkring Haaglanden participeren), wordt het huidige aanbod van hulpverlening (en een goede spreiding ervan) in de Haagse wijken (waaronder de aandachtswijken) bewaakt. Knelpunten worden zo mogelijk in gezamenlijkheid opgelost. • Door de inzet van vrijwilligers van Nieuwe Sporen, VETCers en AZC sloten zorgactiviteiten beter aan bij de leefwereld van niet-westerse Hagenaars. In de periode 2008-2010 vonden er 3468 gesprekken plaats door AZCers plaats en werden er 942 voorlichtingen door VETCers gegeven. Actiepunt 23: Succesprojecten omzetten in structureel zorgaanbod. Doel:
In 2011 krijgen onze succesvolle projecten een vaste plek in het Haagse volksgezondheidsbeleid.
Acties: • We overleggen met zorgverzekeraars op welke manier ‘Bewegen op recept’ en individueel voorgeschreven preventieactiviteiten een vaste plek in het ziektekostenpakket kunnen krijgen. Resultaten • De ervaringen van BOR zijn gebruikt om de Beweegkuur te ontwikkelen. Het was de bedoeling dat deze opgenomen zou worden in het basispakket, waardoor een Haags succesproject via het basispakket een vaste plek in het volksgezondheidsbeleid zou krijgen. Dit is uiteindelijk niet gebeurd omdat de minister besloten heeft om de Beweegkuur niet op te nemen in het basispakket. • Met de Haagse Hogeschool is het begeleidingstraject WIJS (Wat Is Jouw Stijl) ontwikkeld. Hierbij is samengewerkt met de zorgverzekeraars CZ en Azivo. WIJS is bedoeld om jongeren
12
•
tussen acht en zestien jaar in beweging te krijgen en iets aan hun overgewicht te doen. De deelnemende jongeren krijgen begeleiding op het terrein van bewegen en gezonde voeding van studenten van de opleiding Leefstijlcoach van de Haagse Hogeschool. Samen met de zorgverzekeraars IzaCura en Azivo is een leefstijlprogramma voor volwassenen met overgewicht ontwikkeld. Zij worden begeleid naar een gezonde leefstijl. Behalve dat zij zelf gaan bewegen krijgen zij een advies over voeding en bewegen. Dit programma is speciaal voor de sociale minima. Het is de bedoeling dat de deelnemers na afloop van het traject blijven bewegen door gebruik te (gaan) maken van beweeg- en sportvoorzieningen in de wijk.
Actiepunt 24: Medische basiszorg voor sociaal kwetsbare Hagenaars Doel: In 2011 hebben we meer voorzieningen voor sociaal kwetsbare Hagenaars. Acties: • Er komt een sluitend netwerk van spreekuren voor medische basiszorg. Deze spreekuren komen bij laagdrempelige voorzieningen van de maatschappelijke opvang. • We zorgen voor voldoende opvangplaatsen voor tbc-patiënten bij voorzieningen van de maatschappelijke opvang. Resultaten: • In 2011 is overeenstemming bereikt met de huisartsen van Gezondheidscentrum Vaillantplein én met de andere betrokken huisartsen over een beter georganiseerde en toegankelijkere medische basiszorg voor dak- en thuislozen, andere OGGZ-cliënten en zorgmijders in de stad. Een geautomatiseerd patiëntendossier dat voor alle deelnemende huisartsen toegankelijk is zal meer continuïteit bieden aan de zorg. De wekelijkse spreekuren op de belangrijkste locaties van maatschappelijke opvang worden gekoppeld aan een dagelijks vangnetspreekuur op het Gezondheidscentrum Vaillantplein. • In 2011 is tevens overeenstemming bereikt met de preferente zorgverzekeraar over de vergoeding van de huisartsenzorg voor dak- en thuislozen, in de vorm van een virtuele huisartsenpraktijk “De Haagse Straatdokter”. Dit wordt nader uitgewerkt en naar verwachting zal realisatie daarvan in 2012 plaatsvinden. Actiepunt 25: Tegengaan van on(der)verzekerdheid. Doel: In 2011 zijn alle Hagenaars met een laag inkomen voldoende verzekerd. Acties: • We ontwikkelen maatregelen om on(der)verzekerdheid tegen te gaan. Resultaten • Bij de aanpak van on(der)verzekerdheid wordt onder andere aangesloten bij het landelijke beleid. Op landelijk niveau voert het College voor zorgverzekeringen (CVZ) sinds september 2009 de Regeling wanbetalers zorgpremie uit. Deze regeling maakt het mogelijk om premiebetaling af te dwingen en voorkomt dat mensen met een betalingsachterstand worden geroyeerd en onverzekerd worden. Indien de zorgpremie 6 maanden of langer niet betaald wordt, dan wordt de wanbetaler aangemeld bij het CVZ. Het CVZ kan bij geen betaling uiteindelijk de premie rechtstreeks innen bij werkgever, uitkerings- of pensioeninstantie. Zij zijn wettelijk verplicht de premie direct in te houden op het loon, uitkering of pensioen en te betalen aan het CVZ. • Op lokaal niveau heeft de gemeente een zorgverzekering speciaal voor mensen met een uitkering of laag inkomen. Dit is een voordelige zorgverzekering met een brede dekking. Daarvoor kunnen Hagenaars terecht bij Azivo of Iza Cura, die beiden hetzelfde pakket aanbieden.
13
III) Gezonde kennis Actiepunt 26: Meer inzicht in de Haagse gezondheidssituatie Doel: In 2011 weten we meer over de gezondheidssituatie van Hagenaars. Acties: • We onderzoeken de gezondheidssituatie van en het zorgaanbod voor niet-westerse ouderen en ouderen met een lage sociaaleconomische status in den Haag. • We onderzoeken de relatie tussen gezondheid en de (sociale en fysieke) omgeving. • We onderzoeken de relatie tussen armoede en gezondheid. • In 2008 voeren we een gezondheidsenquête uit onder een representatieve groep Hagenaars. Hierbij is speciale aandacht voor het bereiken van Hagenaars met een lage sociaaleconomische positie en niet-westerse Hagenaars. Resultaten: • Er is een kwalitatief onderzoek (door middel van diepte-interviews) uitgevoerd naar de mogelijkheden en knelpunten in de ouderenzorg voor Turkse en Marokkaanse Hagenaars. Dit onderzoek ondersteunt de wens om de care-voorzieningen cultuursensitiever te maken waardoor het aanbod meer aansluit bij de vraag van de doelgroep (22). • We onderzoeken de relatie tussen gezondheid en de (sociale en fysieke) omgeving. Uit het onderzoek blijkt dat de fysieke en de sociale omgeving invloed hebben op de (volks)gezondheid, zowel direct als indirect via de beïnvloeding van leefstijlfactoren (23). Luchtverontreiniging, geluidsoverlast en een ongezond binnenmilieu dragen het meest bij aan de totale ziektelast door fysieke milieufactoren. Sociale omgevingsfactoren dragen ook bij aan de ziektelast door hun invloed op leefstijl en gezondheid. In welke mate dat het geval is, is (nog) niet te zeggen. Ook bestaat er nog onduidelijkheid over de mechanismen die de relatie tussen sociale omgeving en gezondheid kunnen verklaren. • In het onderzoek Armoede en gezondheid is behalve de relatie tussen armoede en gezondheid ook gekeken naar de rol van stress en de wijze waarop daarmee wordt omgegaan, omdat dat voor een deel kan verklaren waarom mensen in armoede ongezonder zijn dan anderen (24). Uit dit onderzoek blijkt dat Haagse inwoners met een laag inkomen bijna 3 keer zo vaak aan hun gezondheid als slecht of matig ervaren ten opzichte van de inwoners met een gemiddeld of hoog inkomen geven. Daarnaast hebben zij hebben vier keer zo vaak een hoog risico op angst, depressie of angststoornis en maken drie keer zo vaak aan gebruik te maken van medicatie voor angst, depressie, spanning of stress t.o.v. inwoners met een gemiddeld of hoog inkomen. Uit dit onderzoek blijkt ook dat Hagenaars met een laag inkomen vaker geneigd zijn te denken dat gezondheid afhankelijk is van anderen in vergelijking met personen met een hoog inkomen. • Op 3 december 2009 werden de uitkomsten van de G4-Gezondheidsenquête gepresenteerd (25). Voor het eerst zijn gelijktijdig en op uniforme wijze gegevens verzameld over de gezondheid van de bewoners van vier grote steden. Behalve dat dit rapport een goed beeld van de Haagse gezondheidssituatie geeft, maakt het een vergelijking tussen de vier grote steden mogelijk. Uit dit onderzoek blijkt dat één op vijf Hagenaars de gezondheid als matig of slecht, rapporteert meer dan de helft van de Hagenaars minimaal een chronische ziekte of aandoening en wordt tweederde van hen door deze ziekte of aandoening belemmerd in dagelijkse bezigheden. Bijna de helft van de Haagse bevolking heeft overgewicht of ernstig overgewicht. Op depressie of een angststoornis heeft 7% van de inwoners een hoog risico en bijna één op de tien is ernstig eenzaam. Op het terrein van leefstijl toont het onderzoek de volgende uitkomsten: iets meer dan een kwart van de Hagenaars rookt wel eens en 11% van is een overmatige drinker en ruim 40% voldoet niet aan de Nederlandse Norm Gezond Bewegen. De uitkomsten van de G4-Gezondheidsenquête zijn mede gebruikt bij het opstellen van de Haagse Gezondheidsmonitor 2010 (26).
14
Actiepunt 27: Kennis delen over succesvolle maatregelen Doel:
In 2011 weten we in hoeverre de acties uit de nota Natuurlijk: gezond! een positief effect hebben gehad op de gezondheid van Hagenaars. Dit bepalen we met behulp van onderzoeksgegevens.
Acties: • Een groep van onderzoekers van de GGD Den Haag, de Academische werkplaats voor Publieke gezondheid, het AMC en het NIGZ adviseert over het effect van onze maatregelen en interventies. Dit doen zij op basis van monitoring en evaluatie. Resultaten: • Onderzoekers van de GGD Den Haag, de Academisch Werkplaats, het AMC en het NIGZ zijn betrokken bij de monitoring en evaluatie van verschillende onderdelen van de nota Volksgezondheid. Voorbeelden zijn de evaluatie van onderdelen van het actieprogramma Gezond Gewicht door de GGD Den Haag, TNO en de Academische Werkplaats, de registratie van parasuïcides en evaluatie van SuNa door de GGD Den Haag (20) (27). Ook zijn er onderdelen van het wijkactiebudget door het AMC geëvalueerd (zie het proefschrift van Melanie Schmidt "Tackling health Inequalities in The Hague" (28). Het AMC gaat o.a. de Haagse krachtwijkactiviteiten evalueren. Resultaten van overige relevante onderzoeken staan weergegeven bij de bovenstaande doelen en acties.
15
Verwijzingen (1) J. Harting, Drie jaar gezondheidsmakelaar. Leerervaringen uit een samenwerkend onderzoeksverband 2007-2010 Amsterdam, Academische medisch Centrum van de Universiteit van Amsterdam, 2010. (2) H. Verpoorten e.a. Gezonde wijkinitiatieven. Een beschrijving van de gezondheidsprojecten gefinancierd met het wijkactiebudget in de periode 2007-2009, Epidemiologisch bulletin 2010, jaargang 46 (2): pag. 22-29. (3) K. van Vliet e.a. Healthy Inclusion. Providers’ perspectives on participation of migrants in health promotion in the Netherlands. Empirical analysis I: interviews with providers, Verwey-Jonker Institute juli 2009. (4) G. Jacobs, e.a., Op eigen kracht naar gezond leven. Empowerment in de gezondheidsbevordering, concepten, werkwijzen en onderzoeksmethoden, Utrecht; Universiteit voor Humanistiek in opdracht van ZonMW 2005. (5) P. ter Wee, Met geweld een relatie. Een confronterende voorstelling over liefde, haat en vriendschap door de jongerengroep van de Haagse theatergroep Drang, Epidemiologisch bulletin, 2011, jaargang 46, nummer 1: pag. 1617. (6) Gemeente Den Haag, Evaluatie alcoholmatigingsprogramma 2008 – 2010, 21 juni 2011, BOW/2011.179 – RIS 180777 (7) M. Schmidt e.a. (2006) Wat beweegt de deelnemer? Een evaluatie van het project ‘Bewegen Op Recept’ in Den Haag. AMC/UvA. (8) S.R. Sprenger, Effecten van deelname aan de COACH methode op lichamelijke activiteit en fitheid. Implementatie van de COACH methode bij Diabetes Zorg Haaglanden Groningen Centrum voor Beweging en Onderzoek juli 2007. (9) Gemeente Den Haag, Sportief Gezond! Het Haagse Actieplan Sport en Bewegen 2010-2014, 7 september 2010, BOW/2010.283 - RIS 174897. (10) I. Storm, e.a., Een gezonde omgeving ter preventie van gewichtsstijging: nationale en lokale mogelijkheden RIVM Bilthoven rapport 270061001/2006 pagina 25. (11) Onderzoeksbureau Markus & Van de Velde, eerste Zoneparcs voldoen ruimschoots aan de verwachting”, verslag van een effectmeting op St. Henricus en Goeman Borgesius School in Amsterdam, mei 2008. Onderzoeksbureau Markus & Van de Velde, Evaluatie Zoneparc OBS De Schalm, Amsterdam, september 2007. (12) I. Storm, e.a., Effecten van beleidsmaatregelen buiten het volksgezondheidsdomein op de gezondheid RIVM Bilthoven rapport 270303001/2009 pagina 25. (13) M.R. Crone e.a., Evaluatie Actieprogramma Gezond Gewicht. TNO-rapport, KvL/P&Z/2008.138, december 2008. (14) C.A. Baan e.a., Diabetes tot 2025. Preventie en zorg in samenhang. RIVM Bilthoven rapport 260322004/2009. (15) A.C.M. van Schaik e.a. Hiv-preventie onder sub-Sahara Afrikaanse vrouwen, Epidemiologisch bulletin, 2010, jaargang 45, nummer 2: pag. 8-15. (16) M. Bertens e.a., Uma Tori! Evaluation of STI/HIV –prevention intervention for Afro-Caribbean in the Netherlands in: Patient Education and Counseling. An International Journal for Communication in Healthcare, volume 75/1, april 2009 pag. 77-83. (17) E.M. Eiling, e.a., Succesfactoren voor soa/hiv preventie voor vrouwen van Afro-Surinaamse en Antilliaanse afkomst/ Lessen van Uma Tori! in: TSG, jaargang 89/3, pag. 173-179. (18) A.P. van Leeuwen e.a., Een jaar regionaal soa-centrum in Den Haag, Epidemiologisch bulletin, 2009, jaargang 44, nummer 1: pag. 22-28. (19) C.G. Dirksen e.a., China aan de Noordzee: een publiekscampagne tegen hepatitis B voor en door Haagse Chinezen, Epidemiologisch bulletin, 2010, jaargang 45, nummer 3: pag. 19-27. (20) I. Burger, SuNa-evaluatie 2008 op basis van de casusverslaglegging van de SuNa-casemanagers GGD-Den Haag, Den Haag, GGD Den Haag afdeling epidemiologie, maart 2009.
16
(21) Gemeente Den Haag, Het Haags Mantelzorgakkoord, Den Haag, 10 november 2007 RIS nr. 15631713. (22) I. Burger, onderzoek naar mogelijkheden en knelpunten in de ouderenzorg voor Turkse en voor Marokkaanse Hagenaars, Den Haag, GGD Den Haag afdeling epidemiologie, oktober 2010. (23) C. Dekkers, Omgeving en gezondheid, Den Haag, GGD Den Haag afdeling epidemiologie, juli 2011. (24) A.P van Dijk, Armoede en gezondheid, Den Haag, GGD Den Haag afdeling epidemiologie, november 2011. (25) J. van Veelen e.a. G4 Op gezondheid uitgemeten. Over gezondheid en gezondheidsverschillen in de vier grote steden, Den Haag, november 2009. (26) Gezondheidsmonitor 2010 Gemeente Den Haag, dienst OCW/afdeling Epidemiologie, januari 2010 (27) I. Burger e.a., Vóórkomen van parasuïcides in Den Haag. Op basis van instellingsregistratie in de jaren 2008-2009, Epidemiologisch bulletin, 2010, jaargang 45, nummer 4: pag. 1-11. (28) M. Schmidt, Tackling health inequalities in The Hague; A process evaluation of a programme tot improve health in deprived neighbourhoods (proefschrift) Amsterdam: Universiteit van Amsterdam 2009.
17