Bijlage informatiebrief nr. 2 project “wegreconstructie Zouwendijk”, toelichting op concept ontwerp 1. Inleiding Shared Space: Op plattelandswegen gebeuren in verhouding veel ongevallen. De wegen zijn relatief breed en de grote hoeveelheid borden en belijning op de weg geeft het gevoel dat de weg alleen voor gemotoriseerd verkeer ingericht is. Dat is niet de bedoeling. Waterschap Rivierenland wil de weg zo inrichten dat een gemeenschappelijke verblijfsruimte (Shared Space) ontstaat. Bij een gemeenschappelijke verblijfsruimte zijn alle verkeersdeelnemers in dezelfde ruimte aanwezig en net zo belangrijk. De weg wordt daarbij zo ingericht dat met zo min mogelijk drempels, verkeersborden en belijning het gewenste verkeersgedrag wordt bereikt. De Shared Space inrichting is in mindere mate gebaseerd op verkeerskundige richtlijnen en eisen, maar meer op een gezamenlijk gebruik van de totale openbare ruimte. Verkeersveilig gedrag volgt uit sociale interactie tussen mensen. De mens staat weer centraal, en niet de automobilist. De inrichting van de openbare ruimte volgt deze gedachte. Verkeerstelling: De afgelopen periode hebben we het gebruik van de Zouwendijk in beeld gebracht. We hebben het aantal fietsers, auto’s en vrachtauto’s geteld. Ook is de gemiddelde snelheid gemeten. Op basis van de uitkomst van deze verkeerstelling kan de Zouwendijk in een drietal trajecten worden verdeeld, te weten: • • •
Traject tussen bebouwde kom Meerkerk en de aansluiting op de Parallelweg Traject tussen de aansluiting op de Parallelweg en Bordenweg Traject tussen Bordenweg en bebouwde kom Sluis
Op basis van de gegevens van genoemde verkeerstelling, en op basis van de reacties op de enquête, hebben we een concept ontwerp gemaakt. In deze bijlage geven wij een toelichting op de belangrijkste onderdelen uit het concept ontwerp. Per traject geven we aan wat er uit de verkeerstelling en de enquête is gekomen, en welke maatregelen daarbij zijn bedacht. Een aantal maatregelen komt vaker voor. Deze maatregelen zijn hieronder bij “2. Algemene maatregelen” beschreven. Om niet in herhaling te vallen verwijzen we in het overzicht (hoofdstuk 3) een aantal keer naar deze maatregelen.
2. Algemene maatregelen Maatregel 1 buurtjes: Een buurtje kenmerkt zich door gegroepeerde bebouwing dicht bij de weg. De totale breedte van de weg wordt iets smaller dan nu het geval is. Tevens passen we langs de zijkanten van de weg een ander soort verharding toe. De weginrichting met een andere verharding langs de zijkant noemen we een optische wegversmalling. Op een voor het oog smalle weg wordt langzamer gereden dan op een brede weg. De randen van de weg worden verhard met klinkers. Daartussen wordt asfalt aangebracht. Op het asfalt willen we 2 stroken aanbrengen die lijken op een karrespoor. De stroken krijgen een iets lichtere kleur zwart en bestaan uit kleine steentjes die op een kleef laag worden gestrooid. Ook dit is een optische maatregel om de snelheid naar beneden te brengen. Door de inrichting van de weg worden weggebruikers ontmoedigd om hard te rijden. De buurtjes krijgen allemaal dezelfde inrichting, zodat de weggebruiker een buurtje herkent en weet dat er voorzichtig gereden moet worden. Waar mogelijk wordt aan het begin en einde van een buurtje, behalve bij de aansluitingen op de bebouwde kom, een snelheidsremmer gemaakt. Deze snelheidsremmer is een lichte verhoging in de weg met een flauwe helling zonder belijning op de weg, alsof er over een klein bruggetje wordt
1
gereden. Langs de snelheidsremmer wordt in de berm een laag hekje, een rietscherm of een takkenscherm geplaatst, zodat de weggebruiker denkt dat er een vernauwing in de weg zit. We noemen de snelheidsremmer geen drempel. Anders dan bij een drempel moet namelijk vooral het visuele effect voor vermindering van de snelheid zorgen. In de buurtjes geldt een maximale snelheid van 60 km/uur. Maatregel 2 einden: Einden zijn weggedeeltes zonder bebouwing of met bebouwing die veelal verder uit elkaar en/ of niet dicht bij de weg staat. De totale breedte van de weg wordt iets smaller dan nu het geval is. Tevens passen we langs de zijkanten van de weg een ander soort verharding toe, net als bij de buurten (zie “Maatregel 1 buurtjes”) . De randen van de weg worden verhard met grasbetontegels. Daartussen wordt asfalt aangebracht. Grasbetontegels zijn geribbeld en het is niet prettig om er hard overheen te rijden. Dat brengt de snelheid naar beneden. In de grasbetontegels zitten kleine openingen. Tussen de openingen kan gras groeien. De grasbetontegels krijgen daardoor na verloop van tijd een enigszins groen aanzien. Door deze optische wegversmalling, en door de ribbels, gaat het verkeer langzamer rijden. Zoals hierboven aangegeven worden de randen van de weg verhard met grasbetontegels. Een auto hoeft bij een tegemoet rijdende auto niet over de grasbetontegels te rijden, het asfalt is in principe breed genoeg. Alleen bij een tegemoet rijdende vrachtauto of een landbouwvoertuig is het nodig om over de grasbetontegels te rijden. Bij de einden geldt een maximale snelheid van 60 km/uur. Bij lange weggedeeltes worden snelheidsremmers aangebracht zoals omschreven bij “maatregel 1 buurtjes”.
3. Overzicht van belangrijkste onderdelen uit concept ontwerp per traject Voor details/ precieze locatie maatregelen zie het concept ontwerp (tekening).
Traject tussen bebouwde kom Meerkerk en de aansluiting op de Parallelweg Uitkomst verkeerstelling: Een beperkt aantal fietsers en een beperkt aantal motorvoertuigen maakt van dit traject gebruik. Er is nauwelijks vrachtverkeer. Rustigste traject van de Zouwendijk. De gemiddelde snelheid is iets te hoog. Van Meerkerk (grens zone 30) tot bocht Hoenderwiel: Enquête: n.v.t. Maatregel: zie “maatregel 1 buurtjes”. Bocht Hoenderwiel (langs de waterplas): Enquête: er wordt geparkeerd in de buitenbocht en dat is gevaarlijk. Geen overzicht door haag. Motoren rijden er te snel. Graag drempel handhaven. Plaatsen borden gevaarlijke bocht. Belijning niet goed te zien. Weinig verlichting. Maatregel: zie “maatregel 2 einden”. In de buitenbocht worden enkele parkeerplaatsen gemaakt. De haag heeft een remmende werking voor het verkeer. Door het beperkte zicht kan er minder hard worden gereden. De haag heeft ons inzien meer voordelen dan nadelen. In het midden van de bocht wordt een snelheidsremmer gemaakt zoals omschreven bij “maatregel 1 buurtjes”, net naast de plek van huidige drempel. De huidige drempel komt te vervallen. We plaatsen geen borden om de weggebruikers te wijzen op de “gevaarlijke” bocht, de nieuwe weginrichting moet het verkeer voldoende afremmen. Voor belijning en verlichting zie onder “4 Overige punten”.
2
Van bocht Hoenderwiel tot kruispunt Parallelweg: Enquête: Graag optische versmalling i.v.m. landbouwverkeer. Waterleiding is slecht. Wat gebeurd er met het parkeervak aan de boezemzijde. Stoeprand in de tunnel slecht zichtbaar, plassen zuidelijke ingang tunnel. Afwatering bij woningen graag naar het oosten. Weg is verzakt. Maatregel: zie “maatregel 1 buurtjes” en “maatregel 2 einden”. Voor de wegreconstructie hoeft de waterleiding niet verlegd/ aangepast te worden. Oasen heeft aangegeven dat de leiding nog goed is en dat de leiding niet vervangen hoeft te worden. Het parkeervak wordt niet aangepast. Voor de stoeprand in de tunnel wordt een oplossing bedacht. Voor afwatering en verzakkingen zie onder “4 Overige punten”.
Traject tussen de aansluiting op de Parallelweg en Bordenweg Uitkomst verkeerstelling: Op dit traject is relatief veel verkeer aanwezig. Dit geldt voor zowel fietsers als motorvoertuigen. Relatief veel vrachtverkeer. Drukste traject van de Zouwendijk. De gemiddelde snelheid is te hoog. Algemeen: Op dit traject blijft de breedte van de weg ongewijzigd. De weg wordt wel anders ingericht. De weg wordt over de volledige breedte uitgevoerd in asfalt. Langs de zijkanten van de weg worden geen klinkers of grasbetontegels toegepast. De randen van het asfalt krijgen een andere kleur. Dit noemen we een fietssuggestiestrook. Dat is ook nodig omdat op dit traject de meeste fietsers rijden. Daarbij komt dat op dit traject ook de meeste auto’s en vrachtauto’s rijden. Het wordt geen officiële fietsstrook die met belijning wordt gemarkeerd, dan is het voor motorvoertuigen ook toegestaan om van de fietssuggestiestrook gebruik te maken. Voor een officiële fietsstrook is overigens ook geen plek, omdat er anders te weinig ruimte overblijft voor het overige verkeer. Kruispunt Parallelweg - Zouwendijk (bij tunneltje): Enquête: gevaarlijke oversteek voor fietsers van Ameide naar Meerkerk. Gevaarlijke kruising. Afwatering verbeteren voor drempel. Maatregel: De kruising is te ruim van opzet waardoor afslaand verkeer te weinig hoeft af te remmen. De druppel in de aftakking naar de tunnel wordt verwijderd. Ook wordt de aftakking naar de tunnel versmalt. De verbinding van de Parallelweg naar de Zouwendijk (richting Bordenweg) is nu een rechte lijn. Ter hoogte van de kruising zal de rechte lijn worden onderbroken zodat het verkeer snelheid moet minderen. Het blijft een verhoogde en gelijkwaardige kruising met drempels. Bij een gelijkwaardige kruising hebben alle bestuurders die van rechts komen voorrang, ook fietsers en bromfietsers. Bocht bij Nieuwe Wiel (langs de waterplas): Enquête: in de winter glad. Maatregel: zie “Afwatering” onder “4 Overige punten”. Van bocht Nieuwe Wiel tot Bordenweg: Enquête: druppels verwijderen. Maatregel: druppels (slingerremmers) worden verwijderd. Ter hoogte van het Nieuwe Wiel wordt een snelheidsremmer aangebracht zoals omschreven bij “maatregel 1 buurtjes”. Kruispunt Bordenweg: Enquête: verkeer Bordenweg weer ondergeschikt maken, kruispunt onoverzichtelijk en onveilig. Maatregel: Een belangrijk uitgangspunt voor veilig wegverkeer is een uniforme vormgeving per wegcategorie. Daar hoort in dit geval een gelijkwaardige kruising bij. Daarnaast heeft de
3
voorrangsregel “verkeer van rechts” een remmend effect. De Zouwendijk is nu een rechte lijn. Ter hoogte van de kruising zal de rechte lijn aan de boezem zijde worden onderbroken zodat het verkeer snelheid moet minderen. Het blijft een verhoogde kruising met drempels. De drempel aan de zijde van de A27 is nu te flauw en wordt steiler uitgevoerd. De bestaande begroeiing heeft een remmende werking voor het verkeer. Door het beperkte zicht kan er minder hard worden gereden. De begroeiing heeft ons inzien meer voordelen dan nadelen.
Traject tussen Bordenweg en bebouwde kom Sluis Uitkomst verkeerstelling: Op dit traject is meer gemotoriseerd verkeer aanwezig dan tussen de bebouwde kom Meerkerk en de aansluiting op de Parallelweg, maar beduidend minder dan tussen de aansluiting op de Parallelweg en Bordenweg. Minste aantal fietsers van de Zouwendijk. De gemiddelde snelheid is fors te hoog. Van Bordenweg tot flauwe bocht bij benzinepomp Van Tuyl: Enquête: druppels verwijderen. Maatregel: zie “maatregel 2 einden”. Druppels (slingerremmers) worden verwijderd. Halverwege wordt een snelheidsremmer aangebracht zoals omschreven bij “maatregel 1 buurtjes”. Flauwe bocht bij benzinepomp Van Tuyl: Enquête: geen drempels, geen versmalling zodat er één auto tegelijk door kan, te weinig parkeergelegenheid, afwatering niet goed. Maatregel: zie “maatregel 1 buurtjes”. Aan het begin en einde van het buurtje wordt een snelheidsremmer gemaakt. Verkeer blijft gelijktijdig in twee richtingen mogelijk. Waterschap Rivierenland brengt geen parkeervakken aan die bedoeld zijn voor privé gebruik. Voor afwatering zie onder “4 Overige punten”. Van flauwe bocht bij benzinepomp Van Tuyl tot bocht Eendenkooi De Zouwe (waterplas): Enquête: hoge snelheid, drempels handhaven, gevaarlijke inhaalmanoeuvres, slechte verlichting, geen belijning fietsers, last van trillingen door drempels, afwatering niet goed. Maatregel: zie “maatregel 1 buurtjes” en “maatregel 2 einden”. Op grondgebied van Ameide worden bij “maatregel 2 einden” ook snelheidsremmers aangebracht, in de vorm van een lichte verhoging in de weg. Het is een lang weggedeelte en de snelheid moet hier extra geremd worden. Overlast gevende drempels komen in huidige vorm te vervallen, daarvoor in de plaats komen snelheidsremmers zoals beschreven bij “maatregel 1 buurtjes”. Door de nieuwe inrichting van de weg wordt inhalen ontmoedigd. Zie verder bij “4 Overige punten”. Bocht Eendenkooi De Zouwe (langs de waterplas): Enquête: n.v.t. Maatregel: zie “maatregel 2 einden”. Van bocht Eendenkooi De Zouwe tot Sluis (grens zone 30): Enquête: n.v.t. Maatregel: zie “maatregel 1 buurtjes”.
4
4. Overige punten Fietsers: Enquête: veiligheid fietsers. Maatregel: de randen van het asfalt van het weggedeelte tussen de aansluiting op de Parallelweg en de Bordenweg krijgen een andere kleur, dit is een zogenaamde fietssuggestiestrook. Zie de uitleg onder “Algemeen” bij genoemd traject. Tussen de bebouwde kom Meerkerk en de aansluiting op de Parallelweg, en tussen de Bordenweg en bebouwde kom Sluis komt geen fietssuggestiestrook. De fietsers zijn hier niet minder belangrijk. Maar omdat er hier minder fietsverkeer en gemotoriseerd verkeer is, hebben we nadrukkelijker voor de Shared Space aanpak gekozen. Zie de uitleg bij “hoofdstuk 1” onder “Shared Space”. De verkeersdeelnemers moeten rekening met elkaar houden waardoor de rijsnelheid van het gemotoriseerde verkeer omlaag gaat. Bij de keuze van het type grasbetontegel houden we rekening met de veiligheid van de fietsers. Verlichting: Enquête: weinig/ slechte verlichting. Maatregel: het waterschap beheert de weg en de gemeente beheert de verlichting. Waterschap Rivierenland vraagt bij de gemeente na of de huidige verlichting voldoet aan de geldende eisen. Belijning: Enquête: geen/ slechte belijning aanwezig. Maatregel: zie de uitleg bij “hoofdstuk 1” onder “Shared Space”. Tevens zorgt het verschillend materiaal gebruik voor een duidelijk onderscheid tussen berm en weg. Langs het weggedeelte tussen de aansluiting op de Parallelweg en Bordenweg zorgt de fietssuggestiestrook door de afwijkende (lichte) kleur asfalt voor voldoende contrast met de berm. Afwatering/ weg niet vlak/ verzakkingen: Enquête: er blijft water op de weg staan, water loopt mijn tuin in. Maatregel: Overal wordt het asfalt vernieuwd. Alle niet vlakke delen/ verzakkingen behoren daarmee tot het verleden. Op rechte stukken krijgt de weg een dakprofiel. Het midden van de weg is daar het hoogste punt. In bocht komt de weg “op één oor” te liggen. Dat wil zeggen dat de binnenbocht van de weg het laagste punt is en het water naar één kant stroomt. Op deze wijze wordt voorkomen dat voertuigen uit de bocht vliegen. Ook in de nieuwe situatie komt er water in uw tuin terecht. Dat hoort bij het wonen langs een weg op de dijk. Meestal is het geen probleem en loopt het water vanzelf weg. Vangrail: Enquête: n.v.t. Maatregel: op een aantal plaatsen staan vangrails. Bij het Nieuwe Wiel, de Bordenweg en de Eendenkooi wordt de vangrail verwijderd. Stichting Het Zuid-Hollands Landschap: Enquête: n.v.t. Maatregel: we proberen bij de weginrichting rekening te houden met de beleving van het landschap. Stichting Het Zuid-Hollands Landschap, de eigenaar van De Zouweboezem en Eendenkooi De Zouwe, heeft ons gevraagd om te kijken of er mogelijkheden zijn om op één of meerdere plaatsen een klein stoppunt te maken waar fietsers en automobilisten van de natuur kunnen genieten. Dit verzoek is nog
5
in behandeling. Op de ontwerp tekening staan de “zoekplaatsen” aangegeven die hiervoor mogelijk in aanmerking komen. Dijksluitingsperiode: Enquête: werkt het waterschap tijdens de dijksluitingsperiode. Maatregel: De dijksluitingsperiode geldt niet voor de boezemkades van het boezemsysteem. Voorheen was er wel sprake van een dijksluitingsperiode bij de Zouweboezem, in de tijd dat Hoogheemraadschap van de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden nog niet bij Waterschap Rivierenland was aangesloten.
6