BIJLAGE BIJ PROGRAMMABEGROTING 2016-2019: KEUZES T.B.V. ALGEMENE RESERVE EN MIDTERM REVIEW
Registratienummer: 1224300
1
BIJLAGE BIJ PROGRAMMABEGROTING 2016-2019: KEUZES T.B.V. ALGEMENE RESERVE EN MIDTERM REVIEW Er ligt een sluitende begroting 2016-2019, maar er zijn ook nieuwe risico’s. De invoering van de vennootschapsbelasting voor gemeenten zorgt voor een nieuw risico van € 0,8 miljoen. Daarnaast is tijdens de zomer nieuwe regelgeving aangekondigd voor de wijze waarop grondexploitaties moeten worden berekend. De nieuwe regels kunnen voor Purmerend een correctie van € 7 miljoen op de algemene reserve tot gevolg hebben. De algemene reserve moet groeien. Doordat de begroting sluitend is, kan de zoektocht naar middelen volledig worden aangewend voor de urgente groei van de algemene reserve (50%) en de financiering van de wensen voor de midterm review (50%). De mogelijk te nemen maatregelen (wat kan minder, wat kan goedkoper) en de wensen voor de midterm review zijn in het onderhavige document ondergebracht. Discussie hierover kan bij de begrotingsbehandeling worden gevoerd; de uitwerkingen en definitieve besluitvorming kunnen plaatsvinden bij de midterm review/kadernota 2017 en bij de behandeling van de begroting 2017-2020. De voorgestelde maatregelen zijn onderverdeeld in een lijst met A-keuzes en een lijst met Bkeuzes. De maatregelen zijn in lijn met het raadsbesluit over de kadernota en behelzen geen lastenverzwaring. De A-lijst heeft de voorkeur van het college; de B-lijst geeft de raad ruimte om een eigen afweging te maken, maar heeft niet de voorkeur van het college. De wensen voor de midterm review zijn door het college in een prioriteitsvolgorde gezet die door de raad kan worden aangepast. Daarbij is de bibliotheek, anders dan bij de kadernota, niet meer opgevoerd: de uitname uit het gemeentefonds in verband met centralisering van de digitale bibliotheek is binnen het bestaande budget verwerkt. Gelet op de urgente groei van de algemene reserve naar minimaal € 20 miljoen is het niet reëel om te verwachten dat alle wensen voor de midterm review kunnen worden gerealiseerd. In de periode tot en met 2019 is de verwachting dat de algemene reserve kan groeien tot € 15 miljoen, mits de risico’s rond de vennootschapsbelasting en de regels voor grondexploitaties niet materialiseren. Inhoud: I A-keuzes (voorkeur college) II B-keuzes (alternatieven voor de raad die niet de voorkeur van het college hebben) III Keuzes midterm review/kadernota 2017 IV Financieel overzicht alle keuzes
p. 3 p. 6 p. 8 p. 12.
2
I. A-keuzes Wat
A1. Doorontwikkeling en herziening activiteiten maatschappelijk beleidskader
Gevolgen
Met een aantal organisaties is de gemeente op dit moment intensief in gesprek. Inzet: optimale resultaten voor de stad, een passende en efficiënte vorm van organiseren, mogelijkheden voor samenwerking en het zoveel mogelijk reduceren van overhead. Wij zijn nu op een punt gekomen waarbij wij ook kritisch gaan kijken naar de activiteiten van de organisaties. Activiteiten uit het verleden sluiten soms niet meer aan op de huidige maatschappij. Het herzien van activiteiten kan tot gevolg hebben dat er andere en/of minder activiteiten door een gesubsidieerde instelling worden uitgevoerd. Dit sluit aan op de ‘subsidie fact check’ uit het collegewerkprogramma. Hiermee wordt de bestaande taakstelling op het maatschappelijk beleidskader in feite verhoogd. De taakstelling bedraagt € 422.000 vanaf 2017. Bij de kadernota 2017/midterm review kan de invulling worden voorgelegd. Structureel € 100.000 vanaf 2018. Bij het afbouwen van activiteiten bij een langdurige subsidierelatie moet rekening worden gehouden met een redelijke termijn.
Opbrengsten
Wat
A2. Natuur- en milieueducatie (NME) stoppen
Gevolgen
Een bezuiniging kan alleen op personeel, hetgeen ertoe leidt dat NME ophoudt. Voor de stad: geen lessen meer in het basisonderwijs in Purmerend, geen aanbod meer van een jaarlijks educatief programma waar scholen zich voor kunnen aanmelden (incl. schooltuinlessen, belevingslessen Purmerbos, excursies rioolwaterzuivering Beemster, met de klas de boer op, vaarexcursies en bezoeken aan het trilveen Ilperveld en vaarexcursies weidevogels/vogelobservatie Ilperveld). De vraag is of NME een taak van de gemeente is of van het reguliere onderwijs. Het is aan de scholen en de ouders om binnen de middelen die beschikbaar zijn een profiel te kiezen. Bij NME worden vaak ook de kinderboerderij genoemd. In de voorgestelde keuze blijft deze bestaan. Structureel € 150.000, minus incidentele frictiekosten i.v.m. personeel.
Opbrengsten
3
Wat
A3. Verminderen/niet meer vervangen speelplaatsen
Gevolgen
Afhankelijk van de uitwerking en keuzes voor de uitfasering. Bewonerswensen ten aanzien van de buurtspeelplaatsen worden minder of niet gehonoreerd. Afgekeurde speeltoestellen worden verwijderd en mogelijk niet vervangen (in vergrijzende buurten). Over de totale stad ontstaat een verschraling van het speelaanbod. Structureel € 54.000 per jaar. De besparing komt uit een combinatie van lagere kapitaallasten door minder vervangingsinvesteringen en lagere exploitatielasten.
Opbrengsten
Wat
A4. Korting op de sponsorbijdrage Reuring
Gevolgen
Een afname van de subsidie/sponsoring kan ertoe leiden dat het festival qua duur wordt ingekort en/of dat de programmering aan kwaliteit inboet. Of dit zich zal voordoen is afhankelijk van de mogelijkheden om extra sponsoring uit de markt te halen. Het dwingt Reuring om zelf creatiever te worden in het vergaren van middelen en het terugbrengen van de kosten. Structureel € 35.000 vanaf 2017. De verdeling bijdrage gemeente—overige sponsoring—overige inkomsten (horeca e.d.) was de afgelopen jaren gemiddeld 56%—19%—25%. In de voorgestelde situatie zou de verdeling er respectievelijk als volgt uitzien: 47%—28%—25%.
Opbrengsten
Wat
Gevolgen
Opbrengsten
A5. Bureau Werk deels doorbelasten aan regio Naast de gezamenlijke regionale inspanning om werkgeversdienstverlening op de kaart te zetten, levert Purmerend specifieke deskundigheid/mankracht t.b.v. de regio. Deze inzet is niet opgenomen in de gezamenlijke begroting. Concreet betekent dit dat de lasten tot nu toe door Purmerend worden gedragen. Een bijdrage van de regiogemeenten van € 50.000 ten behoeve van de inzet op met name sociaal rendement en matching van de doelgroep is reëel. Er zijn geen directe gevolgen voor de stad en voor instellingen. Indien regiogemeenten niet willen bijdragen, kan dit gevolgen hebben voor de omvang van de activiteit. Mogelijk structureel, in eerste instantie alleen in de jaren 2016, 2017 en 2018, € 50.000 per jaar.
Wat
A6. Budget voor aanpassingen verkeersveiligheid rondom scholen verminderen
Gevolgen
Het budget is indertijd in het leven geroepen t.b.v. de uitvoering van schoolprojecten (afspraken tussen school, ouders, politie en gemeente). Allen dragen bij aan een veiliger schoolomgeving. Eén van de onderdelen vanuit de gemeente was de realisatie van schoolzones. Feitelijk zijn deze projecten afgerond. Het budget wordt de laatste jaren ingezet voor 4
Opbrengsten
advisering over en maatregelen t.b.v. een veilige schoolomgeving. Voorbeelden zijn: 1. veilige oversteek Amazonelaan (n.a.v. een recent ongeval) 2. maatregelen brede school Zambezilaan (n.a.v. plannen ibs) 3. oversteken Purmer-Noord (n.a.v. scholenschuif) 4. verkeersonderzoeken adviesbureaus De maatregel betekent stoppen met begeleiding en voorlichting van schoolbesturen en ouders op het gebied van verkeersveiligheid rondom scholen en het onderhouden van fysieke maatregelen en signaleringen. Het veilig(er) verkeer rondom scholen wordt overgelaten aan schoolleiding en ouders. Als zich knelpunten voordoen waarvoor een financiële bijdrage nodig is, dan zullen hiervoor incidentele middelen worden aangevraagd. Structureel maximaal € 45.000.
Wat
A7. Invoering toeristenbelasting
Gevolgen
Hotels en B&B’s etc. in Purmerend moeten toeristenbelasting gaan afdragen. Voor de organisatie is dit praktisch uitvoerbaar. Gedacht wordt aan een tarief van € 1,80 per persoon per nacht. Het betreft in Purmerend zes B&B’s en het Hampshire Golfhotel. Bootjes doen niet mee, het gaat om locaties waar tegen vergoeding ‘verblijf wordt gehouden met overnachting’. Jaarlijks wordt achteraf een aangifteformulier toegestuurd naar de B&B’s en naar het golfhotel, waarop zij het aantal overnachtingen moeten vermelden. Mensen die in Purmerend in de basisregistratie personen (BRP) zijn ingeschreven, zijn niet toeristenbelastingplichtig. Structureel € 50.000 vanaf 2017.
Opbrengsten
5
II. B-keuzes Wat
B1. Een ton bezuinigen op materiële budgetten wijken
Gevolgen
Het streven is om de besparing zoveel mogelijk te realiseren zonder consequenties voor de stad. Vooralsnog blijft op de wijkbudgetten steeds geld over. De omvang hiervan varieert. In 2012 was dit € 85.000; in 2013 € 42.000 en in 2014 € 178.000. In 2014 is het budget verlaagd met € 23.000. Het verlagen van het budget betekent strakker sturen op de budgetuitputting. De besparing kan als volgt verdeeld worden: € 25.000 op reconstructies groen € 25.000 op materiële organisatiekosten € 20.000 op kleur en fleur € 20.000 op civieltechnisch werk € 10.000 op de wijkbudgetten
Opbrengsten
Structureel € 100.000.
Wat
B2. Onderzoek doen naar in rekening brengen centrumfunctie bij andere gemeenten
Gevolgen
Het gaat met name om de kosten voor De Purmaryn en het zwembad. De bezoekers/gebruikers van buiten Purmerend zouden dan iets meer gaan betalen of de omliggende gemeenten zouden een vaste bijdrage kunnen betalen. Deze maatregel behoeft nader onderzoek en kan indien gewenst terugkomen bij de bespreking van de kadernota 2017. PM.
Opbrengsten
Wat
B3. Exploitatie fietsenstallingen stopzetten (afstoten stalling Plantsoenstraat en portocabin bij NS-station; niet meer inhuren personeel BaanStede)
Gevolgen
Met de parkeervisie binnenstad is ingezet op fietsparkeren in plaats van autoparkeren (goedkoper, gezonder etc.). Maatregelen om dit te realiseren zijn o.a. de fietsnietjes vervangen door Tulips en de fietsenstalling beter herkenbaar maken/capaciteit realiseren voor elektrische fietsen en kratfietsen). Uitvoering staat in het najaar gepland. Belangrijk om zo de binnenstad aantrekkelijker te maken om naar toe te gaan en te verblijven. Het opheffen van de fietsenstallingen staat haaks op bovengenoemd beleid en kan er toe leiden dat minder mensen de binnenstad bezoeken, er overlast ontstaat door foutief geparkeerde fietsen of dat meer bezoekers met de auto komen. Er zullen meer fietsen op het maaiveld worden gestald en er zal minder toezicht zijn, met als mogelijk gevolg een toename van overlast en diefstal. Het vastgoed zal afgestoten worden en er dient een koper gevonden te worden voor het onderkomen bij het station. De taak wordt momenteel in opdracht van de gemeente uitgevoerd door personeel van BaanStede. Deze opdracht wordt dan opgezegd. Opheffen van de volledige taak levert structureel € 94.000 op. Realisatie is afhankelijk van de verkoop van onderkomen en vastgoed.
Opbrengsten
6
Wat
B4. Het niet meer uitvoeren van het toezicht en geen juridische handhaving van de Drank- en Horecawet (DHW)
Gevolgen
Een toename van het aantal meldingen leefomgeving. Bezit en consumptie van alcohol door jongeren <18 jaar in de openbare ruimte zal toenemen omdat de pakkans kleiner is. Geen controle op verkoop van alcohol bij winkels en verenigingen. Geen mogelijkheid om bestuurlijke boetes op te leggen en uitvoeringsregels te beheren. Dit betekent een wijziging van het beleid zoals vastgesteld in de nota gezondheidsbevordering. Structureel € 100.000 vanaf 2017 door personeelsreductie van per saldo 1,15 fte aan handhaving en 0,34 fte aan juridische handhaving. Er zijn daarbij frictiekosten te verwachten.
Opbrengsten
Wat
B5. Minder onderzoeksproducten
Gevolgen
Onderzoek kan worden uitbesteed of geschrapt. Er zal echter formatie in huis moeten blijven voor de statistische informatievoorziening, en voor inkoop, coördinatie en controle van uitbesteed onderzoek. Een kanttekening: inkoop van onderzoek is kostbaar. Het ontbreekt opdrachtnemers aan lokale kennis. Het vermindert de betrokkenheid van en mogelijke leereffecten op de gemeentelijke organisatie Gemiddelde prijs van een onderzoek: € 25.000. De onderzoeksproducten ‘Staat van Purmerend’ en de omnibusenquête zouden kunnen worden geschrapt. Structureel € 45.000, minus mogelijke frictiekosten vanwege 0,5 fte reductie.
Opbrengsten
7
III. Keuzes midterm review/kadernota 2017 Wat
1. Uitbreiding cameratoezicht
Gevolgen
Kosten
Het huidige camerasysteem is vooral geconcentreerd rond de Koemarkt. Het overige deel van het centrum is niet in beeld. Naar aanleiding van de gepleegde overvallen in de binnenstad is de behoefte ontstaan om in deze lacune te voorzien door het plaatsen van extra camera’s op strategische plaatsen, waardoor niet alleen een groter gebied is afgedekt, maar ook (de bewegingen van) bezoekende en vertrekkende personen beter in beeld kunnen worden gebracht. Groot bijkomend voordeel is dat hiermee de pakkans van overvallers wordt vergoot. (Potentiële) overvallers arriveren namelijk in de regel zonder gezichtsbedekking in het centrum en vermommen zich vlak voor het plegen van een overval. Ze gebruiken daarna de snelste/kortste weg ‘naar buiten’ om te vluchten en laten de vermomming dan vaak (even) zitten. Vergelijking van beelden van het centrumgebied met beelden van de gebruikte ‘in- en uitgangen’ zal naar verwachting tot een snellere en gemakkelijkere identificatie leiden. Concreet betreft dit de plaatsing van camera’s op de kruising Gedempte Where/Hoornselaan, de Kaasmarkt, ingang Zuidersteeg en ingang Hoogstraat. De camera’s in de Kalversteeg en op de hoek Kalversteeg/Breedstraat komen tegelijkertijd te vervallen. Structureel € 13.000.
Wat
2. Niet krimpen capaciteit handhaving
Gevolgen
Het vorige college heeft besloten te bezuinigen op de afhandeling van meldingen leefomgeving. Deze bezuiniging hield in dat alleen nog meldingen met een veiligheidsrisico worden opgepakt. De bezuiniging omvat 0,5 fte krimp in 2015 en opnieuw 0,5 fte krimp in 2016 (totaal € 50.000). In het collegewerkprogramma gaat het huidige college juist uit van het wel oppakken van alle meldingen leefomgeving en klachten uit de wijk, mede om veiligheidsgevoelens te vergroten. In 2015 is de krimp met tijdelijke middelen ongedaan gemaakt. De voorgelegde keuze is om de krimp in zijn geheel structureel niet door te voeren en de bestaande capaciteit te handhaven. Structureel € 50.000.
Kosten
8
Wat
3. AED’s
Gevolgen
Stichting Reanimatie Purmerend vraagt subsidie om te komen tot een voor Purmerend dekkend netwerk van zogenaamde 6-minutenzones. Een 6minutenzone is een gebied waarbinnen een AED-apparaat (geplaatst in een buitenkast, dus niet binnen een accommodatie) 24/7 beschikbaar is en waarbinnen tevens een aantal (10 à 15) reanimatievrijwilligers beschikbaar is om opgeroepen te worden voor een reanimatie van een slachtoffer met een hartstilstand. Oorspronkelijk richtten de initiatieven om 6-minutenzones in te richten zich vooral op plattelandsgemeenten, omdat ambulances daar niet op tijd aanwezig konden zijn bij slachtoffers met een hartstilstand. In ‘grotere’ steden is dit vaak ook het geval. Daarom wil men nu ook in die grotere steden komen tot de instelling van 6-minutenzones. Op basis van zo’n verzoek is dit bijvoorbeeld al gebeurd in de gemeenten Alkmaar en Hoorn. In Purmerend krijgt jaarlijks ongeveer 1 op de 1.000 inwoners een hartstilstand. Dat betekent ca. 80 gevallen per jaar (69 in 2013), waarvan het merendeel die hartstilstand thuis krijgt (70-80%). De overige vinden plaats in de openbare ruimte, op het werk, in sportaccommodaties e.d. Voor mensen die thuis een hartstilstand krijgen, zijn nog geen of onvoldoende AEDapparaten aanwezig. In openbare gebouwen, in winkelcentra, op het werk en in sportaccommodaties is veelal wel een AED-apparaat beschikbaar en zijn ook vrijwilligers aanwezig die het apparaat mogen bedienen. Om tot een dekkend geheel van 6-minutenzones voor Purmerend te komen, moeten 23 zones worden ingericht. Binnen elke gedefinieerde zone wordt bepaald of er al een AED bij een bedrijf of instelling aanwezig is en of deze beschikbaar kan komen voor een 6-minutenzone. Op basis van ervaringen elders denkt de Stichting Reanimatie Purmerend hiermee de beschikking te krijgen over ca. 10 AED’s. Resterend is het volgende nodig: • aankoop van 13 AED-apparaten ad € 15.000 • aankoop van 23 buitenkasten ad € 16.000 • installatie kasten ad € 1.500 • aankoop safe sets/draagtassen ad € 800 • onvoorzien ad € 3.500 Eenmalig maximaal € 40.000 als projectsubsidie voor de inrichting van de 6minutenzones en met ingang van 2016 € 2.860 per jaar voor subsidie voor de controle op en het onderhoud van de materialen van de 6-minutenzones.
Kosten
Wat
4. Impuls fietspaden
Gevolgen
CWP, vertrekpunten programma 5: “Purmerenders zijn mobiel, veiligheid voor het verkeer vergroten, verbetering voor fietsers door asfaltering fietspaden, overzichtelijkheid verbeteren en koopzondagen versterken door gratis parkeren. 2018: € 45.000 2019: € 90.000 2020: € 88.000
Kosten
9
Wat
5. Herstel werkbudget economie (incl. budget voor Platform Regionale Economische Structuur, PRES)
Gevolgen
Kosten
Purmerend neemt vanaf 1 januari 2015 – mede namens de regio Waterland – deel aan het Platform Regionale Economische Structuur (PRES) van de Metropoolregio Amsterdam. Dit platform richt zich op de uitdagingen die voortvloeien uit de globalisering en de Europese integratie. Het gaat daarbij onder meer om kennis en innovatie, onderwijs en arbeidsmarkt, werklocaties (nieuw en bestaand) en toerisme. Iedere subregio is in het PRES vertegenwoordigd. Nu de Stadsregio Amsterdam op korte termijn wordt opgeheven, is het van belang dat Purmerend en de regio aangehaakt blijven bij bovenregionale economische ontwikkelingen. De verwachting is dat deelname aan de lopende projecten van het PRES, zoals het project ‘Amsterdam bezoeken, Holland zien’, ‘Smart City’ en de ‘Human Capital’agenda, direct effect zullen hebben op de stedelijke en regionale economie. In de afgelopen periode is de Amsterdamse economie sneller gegroeid dan de economie van andere regio’s. Voor een deel is deze groei te danken aan de bovenregionale economische samenwerking. De grootste gemeente vertegenwoordigt de subregio. Purmerend doet dit namens Waterland; Zaanstad namens de Zaanstreek. De kosten van het lidmaatschap en diverse gerelateerde werkzaamheden komen structureel feitelijk voor € 30.000 in mindering op het bestaande werkbudget economie waardoor minder ruimte is voor lokale initiatieven. Het budget voor lokale initiatieven is juist gewenst om niet alleen regionaal mee te doen maar juist ook in de Purmerendse gemeenschap de economie te kunnen ondersteunen. Structureel € 30.000.
Wat
6. Groei sociaal rendement
Gevolgen
CWP: “In onze organisatie realiseren we de quotumregeling voor het in dienst hebben van mensen die op afstand staan van de arbeidsmarkt. We dragen zo ons steentje bij en hopen voor andere organisaties daarin een voorbeeld te zijn.” 2018: € 173.000 2019: € 308.000 2020: € 313.000
Kosten
Wat
7. Tweede team buurttoezicht
Gevolgen
CWP: “Omdat we merken dat het team buurttoezicht goede effecten teweeg brengt, zullen we halverwege de bestuursperiode onderzoeken of een tweede team nodig en (financieel) haalbaar is.” Vertrekpunten programma 8: “Gezamenlijke verantwoordelijkheid voor de veiligheid (inwoners, instellingen, de gemeente), ondersteunen van initiatieven in de wijk die de veiligheid vergroten, buurttoezicht.” 2017: € 170.000 2018: € 173.000 2019: € 176.000 2020: € 178.000
Kosten
10
Wat
8. Geen indexering OZB
Gevolgen
Geen lastenverhoging bewoners en bedrijven, beperking financiële ruimte gemeente. 2017: € 190.000 2018: € 390.000 2019: € 390.000 2020: € 390.000
Kosten
Wat
9. Gratis openbaar vervoer voor ouderen
Gevolgen
Kosten
CWP: “We willen onderzoeken of het mogelijk is om het openbaar vervoer voor (oudere) minima in de daluren gratis of tegen een lager tarief aan te bieden. Er is samenhang met thema ‘eenzaamheid’. Structureel worden een bedrag van € 400.000 ingeschat voor het daadwerkelijk gebruik van ouderen met een inkomen op het minimumniveau. Geadviseerd wordt om eerst een proef te houden voor € 100.000 zodat het daadwerkelijk gebruik beter ingeschat kan worden.
Wat
10. Investeringen in sportaccommodaties
Gevolgen
CWP: “We zetten flink in op ons sportbeleid, waarbij wij ons concentreren op de deelname van ouderen en kinderen. Sport zien we als motor van participatie, onderlinge verbinding en een gezonde levensstijl. We gaan aan de slag met een sportaccommodatienota, waarin wij op een rij zetten hoe we sport beter kunnen faciliteren.” Kapitaallasten van investeringen die in 2017 en later plaatsvinden: 2018: € 225.000 2019: € 245.000 2020: € 265.000 Plus incidenteel € 500.000 in 2019 in verband met sloopkosten en afboeking van een resterende boekwaarde.
Kosten
11
IV. Financieel overzicht alle keuzes Over te nemen mogelijkheden voor ruimtemakers nr. (bedragen maal € 1.000) A1 herzien activiteiten Maatschappelijk beleidskader A2 Natuur en Milieueducatie gemeente inzet verminderen/stoppen A3 Verminderen speelplaatsen/ niet meer vervangen A4 vermindering subsidie Reuring/meer sponsoring door de markt A5 Bureau Werk deels doorbelasten aan regio A6 Budget voor aanpassingen verkeersveiligheid rondom scholen A7 Invoering toeristenbelasting Subtotaal A:
2016 -
2017 -
2018 100 150
2019 100 150
2020 100 150
PRG 2 2
-
35
35
54 35
54 35
2 2
50 45
50 45
50 45
45
45
2 5
-
50 180
50 430
50 434
50 434
11
Materiele budgetten wijken • € 25.000 op reconstructies groen • € 25.000 op materiële organisatiekosten • € 20.000 op kleur en fleur • € 20.000 op civieltechnisch werk • € 10.000 op de wijkbudgetten. Voorzieningen met een centrumfunctie deels laten bekostigen door andere gemeenten/gebruikers uit die gemeenten
-
100
100
100
100
2
pm
pm
pm
2
Fietsenstalling niet meer financieel steunen Inzet op Drank en Horecawet Schrappen "Staat van Purmerend" en "Omnibusenquete"
-
94 100 45
94 100 45
94 100 45
5 8 10
95
Niet over te nemen mogelijkheden voor ruimtemakers B1
B2
B3 B4 B5
100
Van de vrijgemaakte ruimte kan 50% worden ingezet voor nieuwe uitgaven. In deze opstelling is dat 50% van het totaal A = € 215.000 structurele lasten in 2018. Hiermee is dekking beschikbaar voor de extra uitgaven 1 tot en met 5, samen € 186.000 in 2019. Keuzes extra uitgaven 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10a 10b
2017
2018
2019
-13 -50 -43 0 -30
-13 -50 -3 -45 -30
-13 -50 -3 -90 -30
-12 -50 -3 -88 -30
Sociaalrendement 2de team buurttoezicht geen indexering OZB gratis openbaar vervoer Investeringen sportaccommodaties Incidenteel sportaccommodaties
0 -170 -190 -100 0 0
-170 -170 -390 -400 -225 0
-308 -170 -390 -406 -245 -500
-313 -170 -390 -412 -265 0
Totaal:
-533
-1.433
-2.142
-1.671
Uitbreiding cameratoezicht Weer uitbreiden handhaving AED's Aanpak fietspaden Herstel werkbudget economie
2020 PRG 8 8 2 5 9 2 8 AD 5 2 2
12