Openbare basisschool
De Marske Irisstraat 2 1777 XP Hippolytushoef
Tel. 0227 592043
Bijlage 7: Pedagogisch beleid van de Tussenschoolse Opvang Surplus 1. Inleiding Wij vinden het belangrijk dat de TSO aansluit op het beleid van de school. Om verwarring te voorkomen, willen wij de omgangsregels van de TSO baseren op de waarden en normen die binnen de school ook gelden, met dat verschil dat de TSO vrije tijd van kinderen is. Onze school is een openbare school. Dit betekent, dat de school open staat voor iedereen, met respect voor iedere culturele en/of levensbeschouwelijke achtergrond. We werken aan een school waar rekening gehouden wordt met ieders achtergrond en individuele kwaliteiten en mogelijkheden. Samen proberen we een goed sociaalpedagogisch klimaat te scheppen waarin iedereen zich vertrouwd kan voelen en zich mede daardoor zo optimaal mogelijk kan ontwikkelen. Naast de aandacht voor verstandelijke en cognitieve ontwikkeling vinden wij ook de ontwikkeling van de sociaal- emotionele vaardigheden van belang. We vinden het belangrijk dat kinderen hun vaardigheden kunnen oefenen in de dagelijkse omgang. Daarom laten we kinderen hun problemen zelf oplossen als dat mogelijk is. Lukt dat niet dan proberen we in overleg tot een goede oplossing te komen. Daarin hebben we als volwassenen een voorbeeldfunctie.
2.Pedagogische visie Als uitgangspunten nemen wij dat ieder kind: • • • • •
een uniek wezen is, met eigen mogelijkheden en een eigen wil; een natuurlijke drang heeft tot ontwikkeling, om zowel lichamelijk als geestelijk te groeien; in vrijheid zijn mogelijkheden zo optimaal mogelijk kan ontwikkelen; de nodige vaardigheden wil verwerven om zich op zijn/haar gemak te voelen in de samenleving; gericht is op interactie met zijn/ haar omgeving.
3. Doelstellingen Aan de uitgangspunten willen wij bijdragen door: • • • • • • •
kinderen serieus te nemen; rekening te houden met en in te spelen op de behoeftes van ieder kind afzonderlijk; kinderen te stimuleren tot zelfstandigheid, zodat een kind zelfvertrouwen kan opbouwen; geduldig en begripvol om te gaan met de gevoelens en reacties van kinderen; een vertrouwensband met de kinderen op te bouwen in een gezellige en veilige omgeving door te zorgen voor rust, structuur, en duidelijkheid en door zo consequent mogelijk te zijn; een pedagogisch klimaat te bieden waarin kinderen respect voor zichzelf, de anderen en de omgeving ervaren en eigen leren maken; kinderen te leren een eigen mening te vormen in wisselwerking met hun omgeving.
4. Plaats van de TS0 Wij zijn er als team TSO van overtuigd dat we tijdens de groepsopvang tussen de middag een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van kinderen. Daarom is het voor ons belangrijk om duidelijk te maken hoe we dat doen. In de volgende hoofdstukken zijn de belangrijkste punten benoemd. Wij bespreken in ieder geval jaarlijks het vastgestelde beleid zodat wij ook 'bij de tijd" blijven. Ook bespreken wij dan de protocollen en het overblijfreglement. 4.1 De middagpauze. De middagpauze voor de leidsters is van 11:45 uur tot 13:15 uur, vanaf 13:00 uur is er een leerkracht aanwezig op het schoolplein. De middagpauze van de kinderen begint om 12:00 uur. Als de bel (knor) gaat worden de kinderen uit groep 1 en 2 door een leidster/overblijfouder opgehaald uit de klas. Deze overblijfouder gaat met deze kinderen handen wassen en eten. De kinderen uit de overige groepen melden zich eerst in de keuken. Nadat deze kinderen hun handen heeft gewassen pakken zij zelfstandig hun brood en gaan ze met kleine groepjes aan de tafels zitten. Alle groepen blijven met elkaar tot 12:20 uur binnen aan tafel zitten, waarna de kinderen kiezen wat ze willen doen. Of ze gaan buiten spelen of ze blijven binnen in de grote leshal. Bij slecht weer blijft iedereen binnen. Tijdens de TSO streven de leidsters ernaar een gezellige sfeer te scheppen waarin de kinderen zich veilig en vertrouwd voelen en waar kinderen zelf kunnen kiezen waarmee ze willen spelen, zowel binnen als buiten. Voor de kleuters is er extra aandacht. Ze hebben een vaste leidster voor die dag die voor, tijdens en na het eten begeleidt en stimuleert. De leidsters zijn er alert op ieder kind voldoende aandacht te geven, door naar hun verhalen te luisteren en ze serieus te nemen. Er wordt alert gereageerd als een kind niet aanwezig is. Als een kind niet aanwezig is worden de ouders altijd gebeld.
Ook extra aandacht is er voor het opbouwen van een vertrouwensrelatie met kinderen en ouders uit andere culturen. De leidster moet goed in kunnen spelen op taalproblemen en cultuurverschillen. Vaak hebben kinderen andere gewoonten en normen en waarden. Bij drukke kinderen wordt getracht de aandacht niet teveel op het negatieve gedrag te vestigen, maar ze te belonen voor hun goede bedoelingen. We proberen ze te bereiken door positieve aandacht. Op deze manier hopen we dat ze geleidelijk aan minder storend gedrag gaan vertonen. Wangedrag en pesten worden absoluut niet getolereerd tijdens de TSO. Kinderen worden hierop altijd aangesproken en er wordt duidelijk gemaakt dat dit gedrag niet geaccepteerd wordt. Bij pesten wordt gehandeld volgens het pestprotocol. De coördinator zal altijd contact opnemen met de leerkracht en de ouders als dit gedrag zich voordoet. Ook zal de coördinator contact opnemen met de leerkracht en de ouders van het slachtoffer. Bij een racistische en/of discriminerende houding in gedrag en taalgebruik zal ook op dezelfde manier worden gehandeld. Bij ernstig grensoverschrijdend gedrag kunnen wij in overleg met leerkracht en ouders besluiten een kind de toegang tot de TSO te weigeren. 4.2 Eten en drinken De lunch is een sociaal gebeuren waarbij een gezellige sfeer aan tafel stimulerend werkt. Kinderen mogen in alle rust en in hun eigen tempo eten. Op de TSO wordt de kinderen geleerd basale tafelmanieren in acht te nemen zoals: aan tafel blijven zitten tijdens het eten, niet met volle mond praten, niet boeren of andere ongepaste geluiden maken, geen tassen op tafel, enz. Wij stimuleren een gezonde lunch. Wij bieden de kinderen 1 keer per week fruit aan wat door de TSO wordt aangeschaft. Ook wij vinden het leuk om eens iets extra's te doen. Per jaar doen we iets leuks met de kinderen. Bij mooi weer gaan we soms picknicken. Sommige kinderen hebben moeite met eten. De leiding probeert het kind te stimuleren door een doel met het kind af te spreken. Het kan best een keer gebeuren dat een kind zich niet zo lekker voelt en daarom niet wil eten. In dat geval zal de leidster een briefje voor de ouders achterlaten in de broodtrommel. Als kinderen structureel moeilijk eten dan wordt met de ouders overlegd. Is een kind echt ziek, dan zal de coördinator contact zoeken met de leerkracht en de ouders. Een kind is dan vaak thuis beter af. Ouders worden dan verzocht hun kind op te halen. Het is belangrijk dat we weten waar de ouders te bereiken zijn. Het invullen en actueel houden van het aanmeldingsformulier is daarom noodzakelijk. Om de zelfredzaamheid en het verantwoordelijkheidsgevoel te stimuleren ruimen kinderen zoveel mogelijk zelf op als ze geknoeid hebben en zetten ze de TSO spullen zelf weer terug. Ook hun eigen spullen ruimen ze op en doen ze in hun tas. 4.3 Wennen Om vooral de kleuters de mogelijkheid te bieden om te wennen, mag een ouder een keer komen kijken en mee-eten Voor de ouders is het een prettig en gerust idee te weten dat het kind het gebeuren rond de TSO al een keer heeft meegemaakt voor als het echt nodig is. We willen wel graag van tevoren weten als een kind een keer komt wennen. Ouders zijn met hun kinderen welkom om kennis te komen maken. Voor een afspraak kunt u contact opnemen met de weekcoördinator. Nieuwe kinderen proberen we altijd aan een klasgenootje te koppelen, zodat ze een vertrouwd iemand bij zich hebben. Kinderen gaan zo heel sociaal met elkaar om en ze vinden het nog leuk ook. Voorwaarden voor een goede begeleiding bij het wenproces zijn verder: • zo veel mogelijk een vaste leidster; • leuke activiteiten om te doen; • extra aandacht van de leidster; • een vertrouwde, veilige omgeving; • Meedraaien in het progamma.
4.4 Veiligheid en hygiëne Veiligheid is een onderwerp waar we continu aandacht voor hebben. Als er zich onveilige situaties voordoen dan wordt dit (schriftelijk) gemeld aan de coördinator. In overleg met het TSO-team en/of het schoolteam wordt gezocht naar verbetering. Dat zal niet kunnen voorkomen dat er ooit een ongelukje met een kind gebeurt. Daarom heeft alle leiding kennis van kinder-EHBO, en er is een EHBO-trommel zodat we klein letsel zelf kunnen behandelen. In ergere gevallen worden de ouders onmiddellijk geïnformeerd. Ook om die reden is het belangrijk dat zij bereikbaar zijn. Wat zijn de regels rond handen wassen en tanden poetsen? Goede lichamelijke verzorging en hygiëne zijn belangrijk voor de gezondheid van het kind. De kinderen wordt geleerd dat hygiëne hoort bij bepaalde activiteiten en op vaste momenten, zodat het een gewoonte wordt. Bijvoorbeeld handen wassen voor het eten en na gebruik van het toilet. Handen wassen moet voor het eten en gebeurt in de “flipperkast”, er staat hier water in de wasbak, waarin kinderen zelfstandig hun handen kunnen wassen. Voor het verzorgen van het gebit gaan we er vanuit dat twee keer poetsen per dag voldoende is (advies Ivoren Kruis), en dat dit thuis gebeurt. Als ouders het belangrijk vinden dat er ook na de lunch gepoetst wordt dan moeten zij dit zelf met hun kind afspreken en een tandenborstel meegeven. Wat zijn de regels rond toiletbezoek? Tijdens de TSO worden de kinderen gestimuleerd om zo veel mogelijk zelf te doen. Kleuters worden voor het eten begeleid naar het toilet, maar ze beslissen uiteindelijk zelf of ze gaan en wanneer ze gaan. De oudere kinderen bepalen dat helemaal zelf. Onder het eten mogen ze niet van tafel, dus ook niet voor toiletbezoek. De kinderen van de lagere groepen mogen wel onder het eten naar het toilet. Bij een 'ongelukje' wordt het kind door de leidster zo nodig getroost en geholpen. Voor de kleuters is er altijd wat reservekleding op school. Eventuele negatieve reacties van andere kinderen worden gecorrigeerd; de leidster leert kinderen begrip en respect te hebben voor elkaar. 4.5 Activiteiten en speelgoed De tijd die de kinderen op de TSO doorbrengen beschouwen wij als 'vrije tijd' van kinderen. De kinderen bepalen in principe zelf wat ze willen gaan doen en met wie. We stimuleren daarbij samenspel, en we bemiddelen indien nodig bij problemen. Als er activiteiten worden aangeboden door de leidster (bijvoorbeeld met Kerst of Pasen) zijn de kinderen vrij in hun keuze om wel of niet mee te doen. Door goed naar de kinderen te luisteren en ze serieus te nemen is het mogelijk de activiteiten (zowel de individuele als de groepsgerichte) af te stemmen op de wensen en de mogelijkheden van de kinderen. Activiteiten kunnen zich zowel binnen als buiten afspelen, bijvoorbeeld picknicken. Individuele activiteiten zijn er op gericht het kind met plezier te laten spelen. Door het werken in gemengde groepen leren de kinderen spelenderwijs om samen te werken met anderen, elkaar te helpen, zich aan regels te houden en te wachten op hun beurt. De leiding heeft een sturende, corrigerende of bemiddelende rol bij het oplossen van problemen. We ondersteunen de kinderen in het zelf oplossen van de ruzies en conflicten. Maar we grijpen in als er lichamelijk of verbaal geweld wordt gebruikt. Dit zien wij als grensoverschrijdend gedrag. Wij bieden speelgoed aan omdat het prettig is om in de pauze even bezig te zijn met iets wat je leuk vindt. Veel kinderen die naar de TSO komen hebben behoefte aan bewegen. Ze moeten kunnen rennen, klimmen en klauteren. Andere kinderen hebben juist behoefte aan rust door even te lezen of een spelletje binnen te doen. Wij vinden het belangrijk dat kinderen daarin kunnen kiezen, en daarom bieden we verschillende speelmogelijkheden. We vragen de kinderen regelmatig naar hun mening over het aanbod en houden bij nieuwe aanschaf rekening met de wensen van de kinderen. Speelmateriaal wordt in overleg met de kinderen en de leraren aangeschaft.
Het is belangrijk dat kinderen leren omgaan met materialen van anderen, in dit geval de TSO. Hierbij gaat het niet alleen om het gebruik ervan maar ook het opruimen en eventueel schoonmaken. Zo deelt ieder kind mee in de verantwoordelijkheid voor de verzorging van de materialen. Kinderen worden ook aangesproken op hun verantwoordelijkheden. Aan de afspraak 'Eerst zelf je speelgoed opruimen wanneer je iets anders wilt gaan doen', moet iedereen zich houden. Desnoods halen we de kinderen terug van het schoolplein als ze zonder op te ruimen naar buiten zijn gegaan. 4.6 De ruimte Tijdens de TSO wordt gebruik gemaakt van de aula/grote leshal. Bij de flipperkast is een koelkast waarin de kinderen ’s morgens hun brood kunnen zetten. Wij zorgen dat de tafels klaar staan. In de keuken kunnen de kinderen een bordje halen. Voor de kinderen die graag thee willen, wordt dit voor hen klaargemaakt. 4.7 Communicatie Wij hechten als TSO-team veel waarde aan een goede communicatie tussen het kind, TSOleiding, ouders, leerkracht en MR. Een goede communicatie is sfeerbepalend. Door duidelijke regels en grenzen weten de kinderen waar ze aan toe zijn. Voor leiding onderling en leiding en leerkrachten is een goede overdracht van belang voor het welzijn van het kind. Dit gebeurt dagelijks door overlegmomenten, mondeling of schriftelijk en (twee)maandelijks door teamvergaderingen. Ook worden bijzonderheden gemeld in de vergadering van de oudervereniging Ook een goede communicatie tussen TSO-Ieiding en ouders is essentieel voor een optimale opvang van het kind. Bij problemen neemt de coördinator contact op met de ouders. Andersom zien we graag dat ook ouders ons via de coördinator informeren in geval van bijzondere situaties. Zowel leiding als ouders zijn verantwoordelijk voor het nakomen van afspraken. Te denken valt aan bijvoorbeeld het tijdig afmelden van kinderen en het op tijd verstrekken van relevante informatie. Mochten zich problemen voordoen met de kinderen dan zal de leid(st)er met haar/zijn collega's en eventueel de leerkracht overleggen en zal de coördinator daarna contact zoeken met de ouders om naar oplossingen te zoeken. Bijzonderheden over de kinderen worden bijgehouden in een schrift. Voor een goede begeleiding is het belangrijk dat de leiding zich daarvan op de hoogte stelt. De volgorde van handelen door de leiding in bepaalde situaties staat beschreven in diverse protocollen (ongevallen, pesten en vermissing van een kind). Wij hechten veel waarde aan de privacy van de ouders en hun kinderen. De leiding gaat daarom zorgvuldig en vertrouwelijk om met gegevens. De leiding stelt zich open op ten aanzien van deskundigheidsbevordering door het bijhouden van nieuwe ontwikkelingen, het volgen van scholing en het deelnemen aan overlegvormen. 5. Tot slot Wij hopen met dit beleidsstuk inzicht te hebben gegeven in onze werkwijze. Het belangrijkste voor ons is dat de kinderen met plezier overblijven. Daar gaan we voor .... Voor vragen en/ of opmerkingen, tips en suggesties staan wij open.