Technisch Instituut Sint-Michiel Witte Torenstraat 10 3960 Bree
Jaargang 15 nr. 114 mei 2011 I. VOORUITBLIKKEN Programma voor 2011 Bezoek C-mine in Winterslag op vrijdag 20 mei Kennismaking met schutterij Sint-Joris Kaulille op vrijdag 24 juni Beeldentuin van Staf Timmers in Houthalen-Helchteren begin september Bedrijfsbezoek Velda Bedding in Opglabbeek op donderdag 20 oktober Praatcafé of … in november Kerstfeest in het TISM op een vrijdagavond in december
Bezoek aan C-mine Genk-Winterslag Vrijdag 20 mei 2011 om 14.30 u. Ooit telde onze provincie 18.500 mijnwerkers, van wie er 14.000 ondergronds hun brood verdienden. Logisch dat Genk met drie mijnen een rijke mijngeschiedenis bijeensprokkelde. Zoals de mijngebouwen van Beringen werden die van Winterslag opgetrokken in 1912. Hier kwam in 1914, enkele weken voor het uitbreken van WO 1, voor de eerste keer een mijnwerker uit de ondergrond met een brok steenkool. Er is lang nagedacht en gediscussieerd over de herbestemming van de mijngebouwen, neoclassicistisch en neo-barok van architectuur. C-mine is het voorlopige resultaat. Of de C nu staat voor creativiteit, cultuur, curiositeit … doet niet ter zake, zeker is dat de site nog altijd groeit. Innovatie troef!. In een prachtig industrieel decor en op een eigentijdse manier kan de bezoeker hier het mijnverleden beleven. In de vroegere “lampisterie” en badzalen is Euroscoop (10 filmzalen) ingeplant. In het energiegebouw vindt het cultuurcentrum met twee nieuwe zalen en een tentoonstellingsgalerij onderdak. Verder zijn er nog het C-mine designcentrum, de vroegere machinezaal nu barenzaal genoemd , Stockmansblauw in het magazijngebouw … Praktisch Samenkomst en vertrek parking GB-Bree om 13.50 u. De parking aan de mijn van Winterslag bereik je langs de Evence Coppeelaan. Tussen de twee schachttorens bevindt zich het bezoekersonthaal (089/65 44 90 of c-minebezoekersonthaal.be). Daar start de rondleiding van anderhalf uur om 14.30 u. Een groep bezoekers telt maximaal 30 personen. Bijdrage? € 2 per persoon Inschrijven? Vóór 16 mei e.k. bij Michel (Er) via 089 / 46 32 56 (liefst na 18.00 u.) of
[email protected]
Kennismaking met Schutterij Sint- Joris van Kaulille Vrijdag 24 juni 2011 om 14.00 u. Ongeveer 400 m van het kruispunt in Kaulille in de richting van de Kettingbrug vind je aan je linkerkant de lokalen van schutterij Sint-Joris. Die vereniging leren kennen loont zeker de moeite en niet alleen omdat Giel (Ed) er al 50 jaar lid is en de huidige voorzitter Jos Bloemen (niet te verwarren met onze gelijknamige collega Jos) in de Breese Herenstraat woont of omdat hun schutters het OLS wonnen in 1996. De schutterij werd gesticht in 1554 in een heel andere wereld dan de onze en is dus niet van gisteren. Alleen al de vlag levert heel interessante gespreksstof. Zeker krijgen we een betere kijk op de schitterende wereld van een schuttersvereniging vroeger, vandaag en morgen. Folklore in zijn beste verschijning! In een schietwedstrijd niet met buks maar met luchtkarabijn mogen de TISM-senioren uitmaken wie voor één jaar schutterskoning of -koningin wordt. Er wordt in elk geval geschoten en gevlamd, zoveel is zeker. Inschrijven liefst vóór 22 juni bij Giel (Ed) via 011/ 79 27 31 of
[email protected] Kosten ? € 3 per persoon Vrijblijvend sneukelen tegen democratische prijzen is ter plaatse mogelijk.
Overlijden
Wij voelen mee met allen die rouwen om het overlijden van Maria Wijsmans (1915 – 2011), moeder van Alida Thys- Thoonen Jaak Aegten (1937 – 2011), broer van Paula Fiten-Aegten Frans Wels (1942 – 2011), broer van Quirinus.
II. TERUGBLIKKEN
Tafelen in Mussenburghof startsein van het 15 de werkjaar Donderdag 20 januari 2011 Willy en Gerda. Martens, Christ en Mia Bloemen, Theo en Lieve Geens, Rik en Betsy Simons, Gerard en Lisette Knoops, Jos en Malou Thora, Giel en Angèle Eerdekens, Paul en Christiane Martens, Bèr en Mia Das, Louis en Rosa Pachen, Bèr en Mia Craeghs, Jaak en Irène Janssen, Jaak en Tilly Janssen, Piet en Tilly Teuwen, Jef en Mia Verslegers, Mathieu en Gerda Smeets, Piet en Lea Van Gils, Bèr en Alida Thys, Jerome en Gerda Wassenberg, Jan en Ghislaine Hoeben, Gerard en Alice Hendriks E.H. R. Mouling, Paula Fiten-Aegten, Lei Lenders, Quirinus Wels, Guy Remans, Michel Eerlingen … Paul Hompes, Eric Eyckmans, Jan Verjans … (51) Verontschuldigd : Mia (Vk), Marie-Jeanne Eurlings, directeur Cardinaels, Leo (St), René (Pr), Frits (Sp)… Een staande receptie heeft echt veel pluspunten en als je daarmee een nieuw werkjaar kunt starten, ben je meteen vertrokken. Buiten doet een stralende zon flink haar best om de bijeenkomst nog wat meer kleur te geven. Lekker meegenomen in deze donkere winterdagen! Het resultaat? Veel lachende gezichten voor de lens! In zijn welkomwoord doorloopt voorzitter Piet met grote stappen het voorbije jaar en het gaat snel, zoals je verwacht van een semi-professionele wandelaar. We noteren met zijn allen minder inschrijvingen voor de activiteiten en betreuren het afgelasten van een ontmoeting in oktober, toch wel een dieptepunt en zeker niet voor herhaling vatbaar. De redenen voor beide fenomenen zijn wat ze zijn en daar moeten we mee leren leven. We doen echter
naarstig voort en pakken uit met drie uitnodigingen in één nieuwsbrief, een praktische, gelden tijdbesparende maatregel. Gezelligheid troef in Het Mussenburghof met drukke conversaties en aan decibels geen gebrek. Voor alle duidelijkheid, het gaat enkel om stemgeluiden. Wat graag doet Paul Hompes, die directeur Cardinaels vandaag op passende wijze vertegenwoordigt, aan dat verbale geweld mee. Hij schetst naar eigen zeggen kort, bondig en duidelijk het toekomstbeeld van het TISM en heeft grote twijfels bij een spoedige verhuis naar de campus aan het ziekenhuis. Het is een oud zeer dat hier alweer financiële problemen voor een grote vertraging zorgen. Natuurlijk wordt er ondertussen tijd en plaats geruimd voor spijs en drank, spelbepalende ingrediënten van een geslaagd samenzijn. En er gebeurt nog meer! Omdat wij al heel lang de voorpagina van ons “seniorenkrantje” willen vernieuwen, vindt Eric het een gunstig moment om de 51 aanwezigen uit 7 aanbiedingen een nieuw logo te laten kiezen. En de winnaar is? Maar toch is er een probleem! Komt jullie dit niet een beetje bekend voor? Maar er wordt aan gewerkt en dus zien we wel! De verjaardagskalender van Theo is zeer gegeerd en 40 handtekeningen sieren de laatste pagina van het jaarboek 2010, waarin traditioneel alle uitnodigingen, verslagen en allerhande “wissewasjes” zijn gebundeld. Bovenaan deze bladzijde schittert een mooie uitspraak van PH. Bouvard: “Bescheidenheid is de kunst om de anderen al het goede te laten zeggen dat je van jezelf denkt.” Om af te sluiten sturen we een “dankjewel”naar Dorien, niet alleen voor het drukken, samenstellen en afwerken van dat jaarboek, maar ook voor haar administratieve hulp in de loop van het jaar. Piet en Michel tekenden voor de organisatie, waarvoor dank.
Bezoek aan het Heemkundig Museum van Bree en de tentoonstelling Jan van Abroek Donderdag 17 februari 2011 De middeleeuwse stad Bree verwerft Luiks stadsrecht in1386. Het betekent dat je als prinsbisschoppelijke Luikse stad in volle vrijheid en zelfstandig je eigen bestuur mag organiseren en voor je verdediging zorgen door een stevige omwalling te bouwen en een eigen leger(tje) te vormen. Symbool voor dat voorrecht is en blijft het perron; 4 trappen leiden naar een zuil met erbovenop een granaatappel en een kruis. Dit monument kan je niet missen als je langs de zuidgevel van het oudste oud-stadhuis naar de hoofdingang van de Sint-Michielskerk stapt. Zelfs bij een gepland bezoek aan het Heemkundig Museum maakt de gids graag een ommetje langs de hoofdkerk. De graflegging van Jan van Steffensweert en de piëta komen natuurlijk uitgebreid aan bod bij die rondgang. Een grote brok Breese geschiedenis vertellen bij een illustratieve maquette geeft een mooi beeld van leven, wonen en werken in een historische stad met norbertijnen, augustijnen, franciscanessen (ter Riviere) in de 18 de eeuw. Religie is dan heel belangrijk en de Mariadevotie in Bree is legendarisch. De jupiter van Bree als opener onmiddellijk op tafel gooien lijkt een uitgestoken hand naar de aanwezigheid van de Romeinen. Veel onzekerheid, veel onduidelijkheid ook
en als je het beeld wil zien, moet je helemaal naar het Museum voor Kunst en Geschiedenis in Brussel. De kritische gids wijst wel op een paar onjuistheden in de maquette, wat latere opgravingen duidelijk aantonen; de Hoogstraat liep toentertijd dood en maakte zoals de Boneputterbeek en de Velperbeek een bocht van 90° naar de Opitterstraat, de dekenij stond er nog niet en de Kruittoren is ook een beetje het noorden kwijt… Recent archeologisch onderzoek op de locatie van het franciscanessenklooster Onze-LieveVrouw ter Riviere, gesticht in 1464, blijkt succesvol. Thans is min of meer duidelijk hoe het klooster er toen heeft uitgezien. Met een groep enthousiaste archeologen slaagde Rik van de Konijnenburg erin een pateen, een abdisring, melkglasvaasjes, een Friese kruik … uit de grond los te peuteren. Graven loont, maar de gevonden scherven vragen nog veel puzzelwerk. In de schatkamer van het museum schittert het originele memorieboek, een uniek document, waarin de belangrijkste gebeurtenissen in en rond het klooster werden opgetekend, vlak bij een kopie van het oudste charter (1007), waarin voor het eerst sprake is van Britte (Bree). André Spelmans schetst een overzichtelijk maar toch complex beeld van de wereld van Jan van Abroek. Daarin spelen de Bourgondische hertogen een belangrijke rol, ook de reformatie en de contrareformatie, de prins-bisschoppen van Luik, die nergens betere wijn dronken dan in Bree. Een eerbiedwaardig gezelschap te paard op weg naar Stokkem hoefde toen geen alcoholcontroles te vrezen en maar goed ook!. Het is ook de tijd van de twee banmolens : Pollis- en Ghen-Aamolen. In Beek geboren (1440) trekt Jan van Abroek naar het convict van de Broeders van het Gemene Leven te ’s Hertogenbosch en later naar de universiteit van Keulen. Hij voelt zich aangetrokken tot orde van de reguliere kanunniken van het Heilig Graf, die oorspronkelijk instond voor de bediening van de Grafkerk in Jeruzalem en de verzorging van de pelgrims. Hij treedt binnen in de priorij van Henegouw voor een opleiding tot kanunnik, wordt prior van Sint-Odiliënberg en sticht in 1474 een nieuw klooster voor kanunniken van het Heilig Graf in Kinrooi. Hij krijgt het aan de stok met de aartsprior van Perugia die niet warm loopt voor de vernieuwing en verstrenging van de orde, zoals de man van Beek zo graag wil. Die schopt het zelfs tot provinciaal van de Germaanse ordeprovincie en opent in Kinrooi een klooster voor de vrouwelijke tak van het Heilig Graf. Na zijn dood (1510) zou er in Bree een grote volksdevotie tot het H.-Graf ontstaan zijn. Vandaar wellicht de enig mooie beeldengroep met de bewening van het Heilig Graf in de Sint-Michielskerk. Samen met die van Grote Brogel is dit een uniek stuk voor de hele regio. Om ons bezoek af te sluiten bekijken we de fotoreportage van Jos Aerts over het dagelijkse leven van de kanunnikessen van Herkenrode. Het Breese Heemkundig Museum leent zich na de geslaagde opknapbeurt tot veelvuldige en kortstondige bezoeken. In de vernieuwde zaaltjes krijgt de geïnteresseerde bezoeker via moderne aanraakschermen een massa informatie over het verleden van eigen streek. Dat vraagt wel wat tijd en concentratie, maar het loont de moeite. Doen! Om weer op krachten te komen trekken we nadien met zijn allen naar De Augustijner op het Vrijthof. P.S. Graag verwijzen we naar een uitgebreid artikel over Jan van Abroek van Jo Corstjens in nr. 58 (november 2010) van Het Ezendröpke, het tijdschrift van de Geschied- en Heemkundige Kring Groot- Bree. Met dank aan Bèr (Ts) en heemkundige groeten van Piet en Tilly, Rik en Betsy, Giel en Angèle, René en Christiane, Leo en Sylvie, Willy en Gerda, Paul en Christiane, Bèr en Alida, Jan en Ghislaine, Piet en Lea, Gerard en Alice E.H. R. Mouling, Paula Fiten-Aegten, Jos Thora, Quirinus Wels, Christ Bloemen … (27) Verontschuldigd : Mia (Vk), Jerome (Ws) …
Sint – Laurentiuskerk Bocholt met torenbezoek Dinsdag 15 maart 2011 Met ouderwetse ijver werkt ze zonder omkijken voort, de Bocholtse “wasvrouw aan de speul” het bovenlicham gekeerd naar de Laurentiuskerk, misschien onopvallend onder de oksels door lonkend naar de vergane glorie van “Hotel Kristoffel” aan de overkant. Hier begroet Jan (Vz) 24 bezoekers die hoopvol uitkijken naar positieve informatie over het veel geplaagde dorp, waarover de sensatiepers helaas te vaak zoveel inkt kon doen vloeien. En het begint meteen goed. We zien onmiddellijk aan de buitenkant van de zuidgevel hoe ver de toren is weggerold om voor het groeiend aantal gelovigen in 1910 de nodige ruimte te scheppen. Die gotische toren dateert trouwens uit 1411 en heeft aan de oostkant twee romaanse vensters. Vreemd! Het kerkgebouw van 1476 vertoont alle kenmerken van de Maaslandse gotiek. In het interieur zuigt een reusachtige Sint-Kristoffel, 2,5 m hoog en uit één eiken stam gehouwen, alle aandacht naar zich toe. We staan stil voor het indrukwekkende beeld en luisteren geboeid naar het legendarische verhaal van deze Christusdrager, die er nog altijd in slaagt om jaarlijks duizenden weggebruikers in Bocholt te verzamelen . Wat extra bescherming afdwingen in het verkeer, kan zeker geen kwaad. De bedevaart is straks trouwens aan een jubileumuitgave toe, 80 jaar na de eerste zegening (1931). Vijf andere gepolychromeerde beelden van de meester van Elsloo zijn pareltjes van houtsnijkunst. En natuurlijk heeft elke heilige zijn (haar) specifiek verhaal. Neem nu SintLaurentius, gemakkelijk te herkennen aan zijn onafscheidelijke rooster. In Spanje (Aragon) geboren rond 230, is de man in werkelijkheid met het zwaard onthoofd zonder vorm van proces, samen met vele kerkelijke ambtsdragers als bisschoppen, priesters, diakens, voorlezers ... Een en ander gebeurde in Rome ten tijde van paus Sixtus II en keizer Valerianus (253 – 260) . Maar de legende vertelt een ander verhaal. De Romeinse keizer vermoedt dat de Kerk erg rijk is, omdat de diakens (kerkelijke bedienden van een bisschop)veel hulpgoederen in de achterbuurten van Rome uitdelen. Bij de arrestatie van paus Sixtus horen de dienaars van de keizer hem tegen Laurentius zeggen goed te letten op de schatten van de Kerk. Die schatten moet de intussen aangehouden Laurentius enkele dagen later tonen aan de keizer. Op de afgesproken dag staan honderden armen die hij had weten te verzamelen op het forum. “Daar hebt u de schatten van de Kerk”, stelde Laurentius. De keizer schiet in een Franse colère en veroordeelt de onbeschofte onderdaan tot de marteldood. Die zou op een rooster gebonden boven een vuur langzaam gebraden worden. Na een tijdje zou hij aan de beulen gevraagd hebben :”Draai me nu maar om, want deze kant is gaar” In feite is zijn collega diaken Vincentius van Zaragoza de eerste geweest, die is geroosterd. Brrrrrrrrrrrr…!!! Maar ook Ambrosius met zijn bijenkorf, Catharina met haar (kapotte) rad, Sint-Rochus, de pestheilige die heel uitzonderlijk zijn zweren toont, zijn ideale beelden voor straffe verhalen. Van de twee topstukken in het koor krijgen we zoveel tekst en uitleg, die je in een summier verslag onmogelijk kunt weergeven. Ik waag me niet aan een beschrijving van de sacramentstoren (tabernakel) en ook niet van het Mariaretabel. Daar zijn geen woorden voor. Hoe uniek dit Antwerpse altaarstuk (1500) wel is, wordt pas duidelijk, als je van heel dichtbij de uitgewerkte panelen kunt bekijken. Bijgaande foto van de
besnijdenis wil bewijzen hoe expressief de gelaatsuitdrukkingen van de kleine figuren wel zijn. Dat moet je met eigen ogen gaan zien of beter nog bezien. Meesterlijk! Dat de staart van een “inkbiegelke” een belangrijke rol speelt bij het vastklitten van goudpoeder op de houten figuren, is een grappig detail. In een zijbeuk verrast de gids het gezelschap met een prachtig staaltje van “kerkelijke haute couture” Kostbare kerkgewaden, vrij toegankelijk opgeborgen in een antieke kast! Rond kwart voor vier beginnen we aan de torenverplaatsing, vorig jaar uitvoerig herdacht bij de honderdste verjaardag. De feiten zijn gekend, de Bocholtenaren dragen voor eeuwig de naam “Torenkruiers” met zich mee. Het is en blijft een stunt die zijn gelijke niet heeft. Haarfijn en glashelder toont een didactische film van een zekere Jan Verjans hoe alles in zijn werk is gegaan. Het is een vlotte en vooral aanschouwelijke voorstelling, waarbij de moderne audiovisuele middelen een efficiënte rol spelen. Knap! Op verschillende verdiepingen in de toren brengt de kerkraad in beeld hoe een torenverplaatsing in de dorpsgemeenschap allerlei initiatieven losweekt. Alle geledingen van de maatschappij en alle leeftijden willen vaak heel origineel hun visie over dat gebeuren tonen. Vandaar! Nooit hebben wij zo proper en zo veilig de galmgaten van een kerktoren bereikt tot bij de drie grote kerkklokken en de beiaard met 18 klokken, een “Wiedergutmachunggeschenk”, van de Oosterburen. Nu dat mag wel, want in september ’44 hebben ze de kerk gewoon in brand gestoken. Wij besluiten ons bezoek aan Bocholt in het nieuwe sportcomplex aan de Damburg. Sportcoördinator Schetz schetst ons hoe dit gebouw tegemoet komt aan de hedendaagse eisen van een weloverwogen sportinfrastructuur. Hiervan kunnen andere gemeenten leren. Veel collega’s tonen opvallend veel interesse voor “Christoffel”, blond of bruin , maar ook de koffie geurt heerlijk in de ruime cafetaria, met zicht op het voetbalstadion van Bocholt V.V. Met dank aan Jan (Vz) voor zijn enthousiaste en geanimeerde begeleiding en aan Alice voor de foto’s. Paula Fiten-Aegten, E.H. R. Mouling, Quirinus Wels, Jos Thora, Mathieu Martens, Jan Hoeben … Rik en Betsy, Piet en Tilly, René en Christiane, Willy en Gerda, Leo en Sylvie, Mia en Christ, Fien en Jan, Piet en Lea, Gerard en Alice (24) Verontschuldigd: Mia (Vk), Giel (Ed), Bèr (Ts)
Ochtendwandelingen in Gruitrode Dinsdag 26 april 2011 Een frisse morgen in april, de zon die langzaam klimt, nevels als een fijne sluier boven grasvelden, 5 verraste reeën tussen de bomen, fazanten, hazen en nog zoveel meer, maar bovenal een gezellige babbel, onthaasting op hoog niveau… Verbaasd even staan kijken naar een vreemdsoortige machine, die op haar dooie gemak dennenbomen uit de bodem optilt, ze ter plaatse van de schors ontdoet en op maat verzaagt. © Gerard
Verschrikkelijk doeltreffend, maar ongetwijfeld laat die drastische ingreep sporen na. Zeer zeker een storend element in een prachtig natuurkader. Zou er een Nederlands woord bestaan voor zo’n tuig? Pas aan het einde van de wandeling beseffen we hoe misleidend infoborden kunnen zijn, zeker als nieuwe wandelingen voor een gedeelte de oude verbergen. Maar niemand die daar zwaar aan tilt.
Nadien een gezellig ontbijt met spek, eieren en brood in een ruim aanbod en natuurlijk koffie! Of hoe je met eenvoudige dingen een heerlijke activiteit kunt organiseren! Ook vroeg in de morgen hebben deze aanwezigen weer alle gelijk! Met dank aan Piet en Bèr voor de puike organisatie. Christ en Mia, Gerard en Lisette, Giel en Angèle, Rik en Betsy, Piet en Tilly, René en Christiane, Willy en Gerda, Piet en Lea, Jan en Ghislaine, Bèr en Alida, Gerard en Alice … Paula Fiten-Aegten, Quirinus Wels , Leo Stinkens, Lei Lenders, Jos Bloemen, Jaak Janssen (Bree)… (28) Verontschuldigd : Mia (Vk), Jerome (Ws), Michel (Er) III. INBLIKKEN
.. . /---/... di di di / da da da/ di di di kort kort kort / lang lang lang / kort kort kort of liever s / o / s Theo Bemelmans, radioamateur in hart en nieren Natuurlijk zijn dit geen drooglijnen. Je zet zulke constructies ook niet zondermeer in je tuin. Wat doe je nu met zo’n mast? Radiosignalen versturen en opvangen en meer moet dat niet zijn voor de radiofreak. Als je dringend hulp nodig hebt en je kunt via zulke antennes noodsignalen versturen, is de redding (misschien) nabij. Morsetekens! Het lijkt wel een eeuwigheid geleden dat we daarmee worstelden in de jeugdverenigingen ! Dat kon toen met scheidsrechtersfluitjes ofwel met vlaggen. Het klinkt toch een beetje nostalgisch! Of deze taal nu nog wordt gebruikt? En of! Je zou ervan opkijken als je wist hoeveel informatie op die manier momenteel nog in de ether circuleert. En jawel, de seinsleutel doet nog altijd dienst. Die goeie “ouwe” Morse, moest het weten, hoe ook op vandaag met zijn codetaal berichten tot in de verste uithoeken van de aardbol doorstoten. Felle verdedigers van dit systeem vind je bij de radioamateurs. Raar volkje, gepassioneerd door communicatie pur sang. Ze hebben er veel tijd en ook veel geld voor over om dat technisch allemaal te optimaliseren. Toevallig ontdekken we er drie in het personeelsbestand van het TISM. Als ze eenmaal op dreef zijn, raak je in de ban van hun verrassende belevenissen. En wat een enthousiasme! ’ t Klinkt bizar, maar het is nu eenmaal zo! Je zondert je af in een kleine kamer, ver weg van de huiselijke drukte. Je zoekt een comfortabel zitje tussen de uitgebreide zendapparatuur en ontvangers en in een handomdraai ligt de hele wereld binnen hoorafstand of kun je een verbinding realiseren met een collega radioman, ergens heel ver weg of belachelijk dichtbij. Even gemakkelijk voer je gesprekken met gelijkgezinde rare vogels, op het land, op zee, in de lucht, waar ook ter wereld. Toch wel uniek, soms heel verrassend en onvoorspelbaar. De wereld ligt aan je voeten. We laten Theo (Bemelmans), radioamateur in hart en nieren, liefst zelf doorbomen over zijn
ongewone hobby. Zonder twijfel zijn Bart Reumers en Godfried Corstjens het met hem eens; zij lijden immers aan dezelfde ziekte.. OT4A (ON4AEK) Radioamateurs zijn hobby - technici, gespecialiseerd in radiocommunicatie. Om deze hobby te kunnen uitoefenen moet je speciale examens afleggen die wereldwijd door de BIPTinstanties worden uitgeschreven. In België opereren ongeveer vijfduizend radioamateurs, maar in de ganse wereld loopt dat aantal op naar meer dan twee miljoen! Elke radioamateur wordt geïdentificeerd door een unieke roepnaam ( zoals in mijn geval OT4A). Dit is een two by one callsign, speciaal ingekort voor wedstrijden. Mijn eerste callsign is ON4AEK. Eens de licentie op zak beschik je over een hele reeks radiofrequenties, waarbinnen je tweewegs radioverbindingen met andere amateurs kunt maken. Het doel van het radioamateurisme is het bevorderen van radio-experimenteel onderzoek. Dit onderzoek moet belangeloos gebeuren. Omdat radioamateurs specialisten zijn die 'radio' als belangrijk communicatiemiddel hebben en tot in 's werelds verste uithoeken verspreid zitten, is er naast het technische element ook een sociale service gegroeid. Vaak springen radioamateurs in om de communicatie te verzorgen bij rampen. Ook in oorlogsgebieden bieden we vaak de enige mogelijkheid tot communicatie. Typisch voorbeeld hiervoor is dat tijdens de Golfoorlog, de enige communicatie met Koeweit, via de radioamateurs verliep. Persoonlijk heb ik in de voorbije jaren een hele resem interessante verbindingen gerealiseerd. Enkele enkele weken voor de Amerikanen actief aan de Golfoorlog zouden beginnen, had ik een radioverbinding met een officier op het Amerikaanse vliegdekschip de “USS Enterprise”, het eerste nucleaire vliegdekschip ooit. Hij wist me te vertellen, dat ze op dat moment de Perzische golf binnenvoeren richting Koeweit met maar liefst 6000 militairen aan boord. Hij trachtte als radioamateur zijn tijd te doden in de radiokamer van het schip. Ooit heb ik met de co-piloot van een lijnvliegtuig gesproken in volle vlucht. Hij vertelde me tijdens de verbinding dat ze richting Singapore vlogen met meer dan 180 passagiers. Een uur na het instorten van de Twin Towers op 11 september 2001 had ik verbinding met een Amerikaanse collega radioamateur die slechts op 300 m van de ramp woonde. Een tweede nevenactiviteit van veel radioamateurs, is de onderlinge competitie. Om de technische kwaliteit van hun installaties te testen worden internationale wedstrijden georganiseerd. Mijn shack (radiokamer) hangt ondertussen vol met behaalde awards ! Om in de top tien te eindigen van de wereld in zulke wedstrijden moet je echt bijna professioneel met je hobby bezig zijn. Met enige fierheid kan ik zeggen dat ik reeds vele malen zelfs bij de top 3 van de wereld ben gerangschikt. Een andere manier om de technische kwaliteit van een radioamateurinstallatie uit te testen is om alle landen in de wereld te contacteren. In deze context wordt de definitie van 'een land' niet enkel bepaald door de politieke grenzen, maar ook door de geografische ligging. Zo behoren bijvoorbeeld de Falklands, politiek gezien, wel bij Groot-Brittannië, maar omdat ze geografisch zo ver van het moederland liggen, worden ze door de radioamateurs als apart 'land' beschouwd. Ook Clipperton, een afgelegen eiland, wordt als een apart land gerekend. Omdat Clipperton onbewoond is, hebben radioamateurs uiteraard enkel een mogelijkheid om een contact te maken met dit eiland, als er een radio-expeditie naartoe trekt. Er bestaat een soort 'wereldrangschikking' van de meest gegeerde landen. Voor Europa staat Clipperton op de achtste plaats van die wereldranglijst en kijken veel radioamateurs uit naar een expeditie die het eiland zou 'activeren'. Heel regelmatig trekken groepjes radioamateurs op expeditie naar de meest afgelegen of bijna ontoegankelijke plaatsen ter wereld. Deze expedities kunnen vlug enkele honderdduizenden euro’s kosten en zijn meestal voor een stuk gesponsord door bijvoorbeeld fabrikanten van radioapparatuur zoals Yaesu, Kenwood, Icom,Ten Tec of door antennefabrikanten Fritzel, Hygain,Optibeam …
In mijn dertigjarige loopbaan als radioamateur heb ik meer dan 140.000 verbindingen gemaakt met collega’s en heb ik van de 332 te bewerken entiteiten (landen) er 327 gerealiseerd op de verschillende HF- banden. Deze verbindingen dien je te loggen. Als je weet dat er HF- banden zijn waarover enkel gewerkt kan worden in het donker en dat er soms maar enkele minuten openingen zijn via de greyline (zone tussen het donker en licht op aarde),kan je wel aannemen dat dit soms zeer moeilijke te behalen verbindingen zijn. Propagatievoorspellingen en kennis van hoe condities voor bepaalde golflengtes zich gedragen, zijn zeker een onderdeel van de operating practice van een radioamateur. Een derde nevenactiviteit is het ontwikkelen van allerhande soorten software op gebied van radiocommunicatie, gaande van software om antennes te modelleren en die daarna ook gaan te bouwen tot software voor nieuwe digitale communicatiemodes zoals PSK,BPSK 31 of software om verbindingen (qso’s )te loggen. Het waren in de jaren zeventig trouwens Amerikaanse radioamateurs die de protocollen uitwerkten om hun pc’s via de ether met elkaar te linken. Hieruit is het huidige internet ontstaan. Vandaag de dag zijn de vele toepassingen dankzij dit medium voor een radioamateur niet meer weg te denken. Veelzijdigheid Het radioamateurisme is naar mijn mening het unieke medium om regelmatig rechtstreeks persoonlijke contacten te leggen op internationaal vlak. Vandaag, meer dan ooit, hebben de volkeren een dringende nood aan wederzijdse waardering en begrip. Onze hobby kent geen grenzen van geografische, politieke, etnische, religieuze of economische aard. Communicatie tussen radioamateurs handelt echter uitsluitend over het technische aspect van de hobby. Het uitwisselen van persoonlijke berichten is taboe. Als vormingsmiddel voor de jeugd speelt het radioamateurisme een uitzonderlijke rol. Het pedagogische aspect is evident en spreekt voor zich. Ook binnen onze samenleving waar de groep "senioren" alsmaar aangroeit, is voor deze enig mooie hobby een unieke rol weggelegd. Dus!
Schoolreglement van de Ambachtsschool Bree Dit reglement van de jaren dat Jef (Verslegers) hier naar school ging, is niet van gisteren en zeker niet van vandaag. Enkele citaten. - De leerlingen der Ambachtsschool blijven steeds studenten. Bij het naar school komen of het naar huis keren, dragen ze de schoolpet en gaan netjes gekleed,(dus geen werkpak op straat). Op de school zelf dragen ze de schoolpet niet. - Kinemavertoningen Om een kinemavertoning bij te wonen moet een leerling: 1. de geschreven toelating van zijn ouders hebben 2. de toelating van de E.H. Directeur hebben 3. de handtekening hebben van de leraar met de kinemacontrole belast 4. deze toelating de volgende maandag aan de E.H. Directeur teruggeven. De toelating tot het bijwonen van een kinemavertoning wordt slechts uitzonderlijk en voor de Zondagvertoning gegeven. Warme lentegroeten, met veel zonnepanelenenergie erbovenop Piet en Gerard