Bestuur en toezicht
Maatschappelijk ondernemen
Jaarverslag 2013 Beleid
Jaarrekening
Jaarverslag 2013
© 2014 stichting St. Elisabeth Stichting St. Elisabeth Wouwseweg 21 4703 BL ROOSENDAAL t: 0165 – 592 400
[email protected] www.elisabethroosendaal.nl r14-03 jaarverslag.2ml
INHOUDSOPGAVE
1
Inleiding
4
Organisatie
4
1.1 1.2 1.3
2
Bestuur en Toezicht 2.1 2.2 2.3 2.4
3
3.2
Normen voor goed bestuur Bestuur en Raad van Toezicht Cliëntenraad Ondernemingsraad
12 Meerjarenbeleid, Missie en Visie 3.1.1 Bewonersbeleid en Zorgbeleid 3.1.2 Personeelsbeleid 3.1.3 Vrijwilligersbeleid 3.1.4 Communicatie en Marketing 3.1.5 Kwaliteitsbeleid Financieel beleid
Maatschappelijk ondernemen 4.1 4.2 4.3 4.4
5
8
Beleid 3.1
4
Algemene identificatiegegevens Structuur van de organisatie Kerngegevens 1.3.1 Kernactiviteiten en nadere typering 1.3.2 Productie, personeel en opbrengsten 1.3.3 Werkgebied
24
Risico management Gedragscodes Aspecten van ondernemen Toekomstverwachtingen
Jaarrekening 5.1 5.2
27
Jaarrekening 2013 Overige gegevens
pagina 3
Inleiding Dit jaarverslag is het eerste verslag sinds gewerkt wordt volgens het Raad van Toezicht-model per 1 oktober 2012. Voorgaande jaren bracht stichting St. Elisabeth een zogenaamd ‘directieverslag’ uit. Er is voor gekozen om het voormalige directieverslag en het jaarverslag van de Raad van Toezicht van Stichting St. Elisabeth Roosendaal te integreren. De periode 1 oktober 2012 - 31 december 2012 is, voor zover het bijzonderheden uit de Raad van Toezicht betreft, meegenomen in dit jaarverslag, omdat hierover nog niet eerder is gerapporteerd.
1 Organisatie 1.1 Algemene identificatiegegevens Algemene identificatiegegevens Naam verslagleggende rechtspersoon
Stichting St. Elisabeth
Adres
Wouwseweg 21
Postcode
4703 BL
Plaats
Roosendaal
Telefoonnummer Identificatienummer(s) NZa
0165-592400 300-964
Nummer Kamer van Koophandel
41102327
E-mailadres Internetpagina
[email protected] www.elisabethroosendaal.nl
1.2 Structuur van de organisatie De Stichting St. Elisabeth is opgericht bij notariële akte d.d. 02 november 1977. De statuten zijn laatstelijk gewijzigd bij akte van 12 september 2012. De statutaire vestigingsplaats is Roosendaal.
Invoering Raad van Toezicht als bestuursmodel St. Elisabeth werkt volgens de Zorgbrede Governancecode. Op grond van de historische verwevenheid tussen de Stichting St. Elisabeth en de Congregatie Zusters Franciscanessen van Mariadal te Roosendaal - waardoor St. Elisabeth gekenmerkt wordt door een heel eigen geschiedenis en karakter - bleef het vigerende bestuursmodel gehandhaafd en heeft het stichtingsbestuur tot oktober 2012 het “leg uit en pas toe” principe gehanteerd. Per dezelfde datum, 1 oktober 2012, werden alle zittende bestuursleden benoemd tot commissaris van de nieuwe Raad van Toezicht. Honorering vindt plaats volgens de NVTZ-richtlijnen. De Stichting St. Elisabeth is voor de volgende functies toegelaten: Huishoudelijke Verzorging, Persoonlijke Verzorging, Verpleging, Begeleiding, Behandeling en Verblijf, Thuiszorg.
pagina 4
pagina 5
1.3 Kerngegevens 1.3.1 Kernactiviteiten en nadere typering De kernactiviteiten van St. Elisabeth zijn het bieden van verblijf met verzorging respectievelijk verpleging en welzijnsactiviteiten aan daartoe geïndiceerde ouderen. Daarnaast wordt Thuiszorg verleend aan extramuraal wonenden op het complex en in de wijk. Daarnaast beschikt de Stichting over een dagverzorgingsproject waar 5 dagen per week opvang en begeleiding geboden wordt aan daartoe geïndiceerde ouderen. Tevens wordt in het aanpalende woningcomplex aan een aantal zusters met een daartoe geëigende PGB of VPT-indicatie de benodigde zorg geleverd.
1.3.2 Productie, personeel en opbrengsten kerngegevens productie, capaciteit, personeel en opbrengsten Kerngegevens Patiënten Aantal intramurale cliënten per einde verslagjaar Aantal cliënten dagactiviteiten per einde verslagjaar Aantal volledig pakket thuis cliënten per einde verslagjaar Aantal extramurale cliënten exclusief cliënten dagactiviteiten op 31 december Capaciteit Aantal beschikbare plaatsen met AWBZ-verblijf per einde verslagjaar Productie Aantal uren extramurale productie in verslagjaar (exclusief dagactiviteiten) Aantal dagdelen dagactiviteiten in verslagjaar Aantal dagen volledig pakket thuis dagen in verslagjaar Aantal intramurale verzorgingsdagen in verslagjaar Aantal intramurale verpleegdagen in verslagjaar Personeel Aantal personeelsleden in loondienst per einde verslagjaar Aantal FTE personeelsleden in loondienst per einde verslagjaar Bedrijfsopbrengsten Totaal bedrijfsopbrengsten in verslagjaar Waarvan wettelijk budget voor aanvaardbare kosten Waarvan overige bedrijfsopbrengsten
Aantal/bedrag 133 12 4 13
131
2.669 1.769 2.214 22.909 24.644 205 107 9.257.644 9.068.011 189.633
Opmerking: De “Overige bedrijfsopbrengsten” zijn in de jaarrekening opgesplitst in ‘niet gebudgetteerde zorgprestaties’ en ‘overige bedrijfsopbrengsten’.
pagina 6
1.3.3 Werkgebied Het werkgebied waar de stichting zich op richt is Zorgkantoorregio West-Brabant. Primair is het werkgebied de gemeente Roosendaal en aanpalende gemeenten. Voor de oorspronkelijke doelgroep ´religieuzen´ geldt dat St. Elisabeth ook een landelijke functie heeft. Voor de wijk Westrand in Roosendaal bekleedt St. Elisabeth een functie met betrekking tot welzijnsactiviteiten, zoals bv. een restaurantfunctie.
pagina 7
2 Bestuur en toezicht
2.1 Normen voor goed bestuur Stichting St. Elisabeth werkt volgens de Zorgbrede Governancecode. Er is een Raad van Toezicht en een Bestuurder. De bestuurder bestuurt de stichting onder toezicht van de Raad van Toezicht. De bestuurder is primair verantwoordelijk voor het realiseren van de doelstelling van de stichting en voor de bedrijfsvoering. Per 1 oktober 2012 werd de directeur van de stichting, de heer P.M.M. Klijn, benoemd tot bestuurder van de Stichting St. Elisabeth met alle daarbij behorende bevoegdheden. In 2013 heeft een wisseling van bestuur plaats gevonden. Per 1-6-2013 is de heer P.M.M. Klijn afgetreden wegens pensionering.
Opvolging en aanstelling van de nieuwe bestuurder Door het ingrijpende zorgbeleid van de landelijke overheid verkeert menig zorginstelling in zwaar weer hetgeen ook St. Elisabeth niet voorbij gaat. Het was de overtuiging van de Raad van Toezicht dan ook dat een sterk en daadkrachtig bestuurder gezocht moest worden, die opgewassen zou zijn tegen de ingrijpende veranderingen die gaande zijn. Met uiterste zorgvuldigheid is de sollicitatieprocedure in gang gezet die moest leiden tot de benoeming van de nieuwe bestuurder. Uit de Raad van Toezicht werd een sollicitatiecommissie samengesteld bestaande uit vier personen. Besloten werd de Raad te laten bijstaan door het professionele bureau Rieken & Oomen b.v., werving, selectie & advies, gevestigd te Maastricht. Het hele traject heeft veel tijd en inzet gevraagd en verliep in constructieve en goede sfeer. Met unanieme stemmen werd mevrouw drs. M.E. Bouwman per 15 augustus 2013 benoemd als bestuurder van St. Elisabeth voor een termijn van vier jaar. Bij de aanvang van het proces zijn het MT, de OR en CR betrokken geweest bij het beoordelen van de profielschets voor een nieuwe bestuurder. Van al deze gremia ontving de Raad van Toezicht een positief advies. Het voorgenomen besluit om tot benoeming van de nieuwe bestuurder over te gaan is ter advisering aan de ondernemingsraad en cliëntenraad voorgelegd waarop de Raad van Toezicht een unaniem positief advies mocht ontvangen. Het management heeft - nadat het voorgenomen besluit door de Raad was genomen - voltallig met de bestuurskandidaat kennis kunnen maken wat eveneens positief verliep. Op 15 augustus 2013 ving mevrouw Bouwman aan met haar werkzaamheden. In de tussenliggende periode is de heer R. van den Eeden waarnemend bestuurder geweest, naast zijn reguliere werkzaamheden als Hoofd Zorg & Welzijn. Begin 2013 is de samenstelling van de Raad van Toezicht gewijzigd. Zuster Clarita Wetzelaer nam afscheid. Mevr. C.C. Kerkhof-Mos en de heer drs. H.J. Weggen werden per 1-1-2013 toegevoegd als lid van de raad; er was al langere tijd een zetel vacant door het eerdere vertrek van de heer C.J.H. de Weert. Met ingang van 1-1-2014 zijn twee leden van de Raad van Toezicht teruggetreden, namelijk mevrouw M.Th.J. van Schaik-Kemerink en zr. Cira Lourens, wegens het verstrijken van hun zittingstermijn. In de loop van 2013 heeft de Raad van Toezicht besloten om deze zetels niet op te vullen, maar om verder te gaan met vijf leden in plaats van zeven. Daarnaast is per 1 januari 2014 de heer Weggen benoemd als voorzitter. Hij neemt daarbij deze taak over van zr. Margriet van der Vliet, die wel aanblijft als lid van de Raad van Toezicht. Mevrouw Kerkhof treedt voortaan op als vice-voorzitter en onderhoudt tevens contact met de Cliëntenraad. De heer Weggen beheert de kwaliteitszetel en onderhoudt contact met de Ondernemingsraad.
pagina 8
2.2 Bestuur en Raad van Toezicht Tussen oktober – december 2012 vonden twee reguliere vergaderingen van de Raad van Toezicht plaats. Gedurende het jaar 2013 werden vijf reguliere vergaderingen gehouden, alle in het bijzijn van de bestuurder. Daarnaast heeft de Raad van Toezicht deelgenomen aan een beleidsmiddag in november. Een afvaardiging van de Raad van Toezicht heeft het jaarlijks overleg gevoerd met zowel de ondernemingsraad als de cliëntenraad. Tevens heeft het jaarlijks overleg plaatsgevonden met een delegatie van het bestuur van collega-organisatie In Caritate, met wie de stichting nauwe (samenwerkings-)verbanden onderhoudt. Er is tussentijds veelvuldig overleg geweest m.b.t. het afscheid van de bestuurder en sollicitatieprocedure voor de nieuwe bestuurder. De secretaresse van de bestuurder heeft de Raad van Toezicht steeds uitstekend terzijde gestaan met verslaglegging van de vergaderingen. De belangrijkste agendapunten waren: Bijstelling van het convenant tussen stichting St. Elisabeth en de congregatie Zusters Franciscanessen van Mariadal Benoeming nieuwe bestuurder Beleidsnotitie m.b.t. opzetten en ontwikkelen Thuiszorgorganisatie Uitkomsten tevredenheidsonderzoeken Jaardocument incl. jaarrekening 2012 Financiële kwartaaloverzichten Governancecode; interne evaluatie raad van toezicht; portefeuilleverdeling Kwaliteits- en risico-analyse Huurcalculaties en meerjaren financiële risico analyse Beleid en begroting 2014 Beleidswijzigingen overheid en gevolgen voor de organisatie, scheiden van wonen en zorg, onderzoek wenselijkheid en mogelijkheden verhuursituatie en transitie verzorgingshuis- naar verpleeghuiszorg.
Met de komst van mevrouw Bouwman als nieuwe bestuurder is tevens een start gemaakt met het aanpassen van het informatieprotocol en optimaliseren van de planning- en controlcyclus. Dit proces zal in 2014 verder uitgewerkt en ingevoerd worden. De Raad van Toezicht houdt toezicht op de Stichting St. Elisabeth. Samenstelling Raad van Toezicht per 31-12-2013 Naam Zuster C.B.I.M. van der Vliet De heer Drs. J.H.M.P. Reinen
Bestuursfunctie Voorzitter Penningmeester
pagina 9
Nevenfuncties Bestuurslid Congregatie Lid van de Raad van Toezicht van Stichting Surplus Zevenbergen (ouderenzorg) Lid van de Raad van Beheer van Stichting Jan Berchmans Nijmegen (ouderenzorg)
Naam De heer C.P.M. Jacobs Mevrouw M.Th.J. van Schaik Zuster C.M. Lourens Mevrouw C.C. Kerkhof-Mos
Bestuursfunctie Lid Lid Lid Lid
De heer Drs. H.J. Weggen
Lid
Nevenfuncties Bestuurslid Congregatie Lid Provinciale Staten van Noord-Brabant, voorzitter CDA fractie Voorzitter RvT Stichting PCO te Roosendaal Tot 1.1.2013: Lid RvC Kober Kinderopvang te Breda Lid RvT Stichting Kinderopvang Zuid-West Nederland Voorzitter Raad van Toezicht Woningcorporatie Volksbelang, Made Voorzitter Raad van Toezicht Koepelstichting Gors/SDW, Roosendaal/Goes Intaker JobRotary Etten-Leur
Dit is het eerste jaarverslag van de Raad van Toezicht van Stichting St. Elisabeth. Dit jaar dient beschouwd te worden als een overgangsjaar, een jaar van gewenning aan de nieuwe bestuursstructuur. Niet alles verliep meteen even vlekkeloos. Het was een druk en beweeglijk jaar. Er waren diverse mutaties in de Raad van Toezicht en er ging een nieuwe wind waaien toen de nieuwe bestuurder aantrad. Ondanks deze moeizame periode is één ding recht overeind gebleven: de uitstekende en goede naam van St Elisabeth in Roosendaal en wijde omgeving! Mogelijk is deze goede naam te danken aan het prachtige nog gloednieuwe gebouw, van nog groter waarde echter is de kwaliteit van de zorgverlening aan de bewoners van St. Elisabeth waarvoor dagelijks vele handen in de weer zijn. Als Raad van Toezicht past ons een woord van dank en gepaste trots om wat tot stand is gebracht in dit verslagjaar.
2.3 Cliëntenraad De Cliëntenraad van St. Elisabeth bestaat uit zes personen. Deze personen vertegenwoordigen de volgende kiesgroepen: verzorgingshuis, verpleeghuis en dienstenafnemers. De Cliëntenraad heeft in 2013 zes keer overlegd met de bestuurder. Daarnaast heeft zij deelgenomen aan een beleidsmiddag in november. Sinds eind 2013 beschikt de Cliëntenraad over secretariële ondersteuning vanuit St. Elisabeth. Per 31-12-2013 zijn er drie vacatures voor de Cliëntenraad. Twee vacatures zijn ontstaan door het tussentijds terug treden van twee leden, namelijk mevrouw C. van Sprundel-Bogaert en mevrouw A. Rademakers. Een derde vacature is ontstaan doordat een kiesgroep is toegevoegd. De zevende zetel wordt beschikbaar gesteld aan een vertegenwoordiger van de zusters.
pagina 10
Per 31-12-2013 is de samenstelling van de Cliëntenraad als volgt: namens bewoners verzorgingshuis Dhr. T. Klaassen vacature namens bewoners verpleeghuis Mw. P. van Lammeren Mw. E. van der Sommen-Meijsen namens dienstenafnemers Dhr. J. de Beer vacature namens zusters Franciscanessen van Mariadal vacature
2.4 Ondernemingsraad De ondernemingsraad bestaat uit 5 personen en vertegenwoordigen de verschillende diensten in de organisatie. Per 31-12-2013 was de bezetting als volgt:
Naam Mevr. M. Koster Dhr. G. Klepper Mevr. G. Hol Mevr. T. van Oers Dhr. M. van Rijswijk
functie Voorzitter Vicevoorzitter Secretaris Lid Lid
afdeling Verpleeghuis De Laantjes Administratie Receptie Verzorgingshuis De Strijpe Restauratieve dienst
In 2013 is 6 keer overlegd met de bestuurder. Daarnaast vond 2x informeel overleg plaats. Ter bevordering van de samenwerking met de nieuwe bestuurder is een dagdeel onder externe begeleiding besteed aan het uitspreken van verwachtingen over en weer en het maken van samenwerkingsafspraken. Met betrekking tot onderling overleg is het volgende afgesproken: elke twee weken vindt overleg plaats. Na twee keer informeel overleg, waarbij de bestuurder aanschuift bij een deel van het onderling OR-overleg, volgt een derde keer een formele overlegvergadering.
pagina 11
3 Beleid
3.1 Meerjarenbeleid, missie en visie Met de realisatie van de nieuwbouw en nieuwe en gewijzigde vormen van dienstverlening voor ogen, zijn missie en visie in 2010 geëvalueerd en is gewerkt aan een bijgestelde missie en visie. Deze nieuw geformuleerde missie en visie vormden vervolgens de grondlegger voor het Strategisch beleidsplan 2011 t/m 2015 getiteld “Een (t)huis met karakter.” Door de komst van de nieuwe bestuurder is echter de opmaat gemaakt naar nieuw beleid, dat wordt vastgesteld in 2014. Om tot een eerste aanzet voor nieuw beleid te komen, heeft de bestuurder in 2013 een SWOTanalyse uitgevoerd. Daartoe zijn eerst groepsgesprekken gehouden met bewoners, medewerkers en vrijwilligers van St. Elisabeth. Ruim 110 bewoners, ruim 100 medewerkers en 40 vrijwilligers hebben deel genomen aan deze gesprekken. Daarnaast heeft de bestuurder meegewerkt in alle afdelingen en individuele gesprekken gevoerd met interne en externe belanghebbenden. De SWOT-analyse is vertaald naar doelen voor de korte termijn. Deze doelen zijn besproken tijdens een beleidsmiddag in november. Voor deze beleidsmiddag waren de Cliëntenraad, de Ondernemingsraad, de Raad van Toezicht en het MT-plus (leidinggevenden en sleutelfunctionarissen) uitgenodigd. Vervolgens zijn de doelen uitgewerkt door het MT in een jaarplan voor 2014. Dit jaarplan wordt in januari 2014 door de bestuurder voorgelegd aan medewerkers, tijdens groepsbijeenkomsten. Na inspraak van de medewerkers zal het jaarplan worden vastgesteld. Vervolgens zal het nieuwe beleid verder worden uitgewerkt in een ondernemingsplan. Tot die tijd blijft onderstaande missie en visie van kracht.
Met ingang van 2011 zijn onderstaande missie en visie ons leitmotiv.
Missie van St. Elisabeth Wij bieden kwalitatieve zorg- en dienstverlening aan onze cliënten, rekening houdend met hun persoonlijke, sociale, culturele en levensbeschouwelijke achtergrond. Wij zijn onze cliënten nabij binnen een gastvrije en respectvolle omgeving, ontleend aan onze herkomst en wij leveren een professionele bijdrage aan hun geborgenheid, zelfredzaamheid en kwaliteit van leven.
pagina 12
Visie St. Elisabeth Wie komt wonen in St. Elisabeth ervaart de warme, huiselijke sfeer die er van oorsprong heerst, ingegeven door de zusters Franciscanessen van Mariadal. St. Elisabeth: een begrip in Roosendaal en omgeving. Hier wonen voelt als thuis, mede door onze deskundige medewerkers die hun werk met passie en betrokkenheid verrichten. Zij bieden u de zorg en ondersteuning waar u behoefte aan heeft, maar laten de regie zoveel mogelijk in úw handen. We zullen proberen aan uw vraag te voldoen: we zeggen graag ja! Als iets écht niet kan, zoeken we naar de beste oplossing. U vindt bij ons een persoonlijke benadering. Uw behoefte op het gebied van zorg, behandeling, wonen en welzijn is onze leidraad. We sluiten graag aan bij uw persoonlijke interesses, wensen en mogelijkheden. De appartementen en woningen, het sfeervol gerenoveerde hoofdgebouw met een eigen kapel, de schitterende tuin en een goed restaurant met vers bereide maaltijden bieden een prettige woonomgeving. Een levendig en divers welzijnsprogramma geeft kleur aan het leven. Wij vergelijken wonen, leven en werken in St. Elisabeth wel eens met het wonen in een dorp. Een dorp waarin we elkaar nog écht kennen, elkaar respecteren en het leven met elkaar delen. Waar ruimte is voor gasten, voor nieuwe ontmoetingen en voor uitdagingen. Waar iemand vol enthousiasme kan deelnemen aan het leven, maar er ook voor kan kiezen wat meer op zichzelf te zijn en tóch de zekerheid te hebben van zorg en aandacht als het nodig is. We delen ook graag met anderen. Wij zetten onze deuren gastvrij open voor diegenen die met ons het leven willen (be-)leven. Als deelnemer aan het dagbegeleidingsprogramma, als gast in het restaurant, als verenigingslid of bezoeker aan een inspirerend programma of zomaar voor een kopje koffie en een gesprekje. St. Elisabeth, waarvan de oorspronkelijke signatuur niet voor niets is verweven in het logo. Niet op de voorgrond, niet overheersend. Maar juist als onderdeel van het geheel, als rode draad door onze manier van wonen en werken; van samen-leven.
Onze visie op cliënten Mensen willen het liefst zo lang mogelijk zelfstandig zijn. Wij helpen daar graag bij. In nauwe samenspraak met de cliënt en/of diens verwanten bepalen we de mate, vorm en inhoud van de zorg- en dienstverlening en stellen deze bij als dat nodig of wenselijk is. Of het nu gaat om de cliënt uit de wijk die ons (incidenteel) bezoekt of de cliënt in de laatste levensfase die intensieve zorg nodig heeft: wij zijn er voor u en uw verwanten. Een veilige woonomgeving en de zekerheid dat zorg wordt geboden als dat nodig is, zijn essentiële waarden. Kwaliteit van zorg en respect voor iemands privacy horen daar bij. Daarbij zoeken we naar een goede balans tussen afstand en nabijheid.
>
pagina 13
Een prikkelend en divers welzijnsprogramma, met oog voor persoonlijke interesses en wensen, geeft kleur aan het leven van alledag. Ook hier zoeken wij de balans tussen uitdagen, stimuleren en prikkelen enerzijds en met plezier genieten van vertrouwde en herkenbare aspecten anderzijds. Uw mening is belangrijk, zelfs maatgevend. Door individuele gesprekken, in samenspraak met de cliëntenraad en via klanttevredenheidonderzoeken blijven wij steeds zoeken naar wat u ‘het beste’ vindt. Wij leggen de lat daarbij hoog: naar de mening van onze cliënten willen wij de beste zijn.
Onze visie op de samenleving De maatschappij vergrijst. Mensen willen graag zo lang mogelijk hun zelfstandigheid behouden, maar het wordt ook meer en meer van hen verlangd. Oók wanneer dat een spanningsveld oplevert tussen willen, moeten en kunnen. Wij zien het als een uitdaging om de beperkingen ten gevolge van maatschappelijke ontwikkelingen zo min mogelijk voelbaar te laten zijn voor onze cliënten. Vindingrijkheid, creativiteit en een zorgvuldig medewerkers- en vrijwilligersbeleid zijn daarbij onder andere ons gereedschap. Daarbij hebben wij oog voor de mening en wensen van de ‘oudere van deze tijd’, die meer en meer mondig is en actiever in zijn dagbestedingspatroon. St. Elisabeth blijft bij haar eerder gemaakte keuze om haar zelfstandigheid als kleinschalig huis met een specifiek karakter te behouden. Mensen kiezen bewust voor ons woonzorgcentrum, juist ook vanwege het kleinschalige karakter en de bijzondere sfeer.
Wij koesteren
deze sfeer en geborgenheid en spannen ons tot het uiterste in om deze vast te houden, zonder in het verleden te blijven steken. Waar nieuwe denkwijzen, middelen of ideeën een bijdrage kunnen leveren aan optimalisering van onze ambitie om onze cliënten een (t)huis met karakter te bieden. Onze visie op medewerkers en vrijwilligers Onze medewerkers bepalen wie en wat St. Elisabeth is voor haar cliënten. Zonder de juiste medewerkers, kunnen wij onze ambities niet waarmaken. Wij dagen onze (toekomstige) medewerkers uit om met passie en deskundigheid bij te dragen aan het welbevinden van onze cliënten. Daar staat ook wat tegenover. Wij bieden onze medewerkers een inspirerende werkomgeving, waar talenten zich kunnen en mogen ontwikkelen. Een verantwoorde en veilige werkomgeving met aandacht en respect voor ieder persoonlijk, vinden wij vanzelfsprekend. Wij willen dat onze medewerkers graag bij ons werken. St. Elisabeth koestert haar vrijwilligers. Wij beschouwen hen als volwaardig onderdeel van de organisatie.
Cliënten, medewerkers en vrijwilligers vormen samen St. Elisabeth. De een kan niet zonder de ander. Samen maken wij onze ambitie waar: het bieden van een Thuis met karakter.
pagina 14
Beleidskeuzes Vanuit het perspectief dat zowel de omgeving, St. Elisabeth als ook de organisatie in beweging zijn, komen we tot beleidskeuzes voor de toekomst. Deze beleidskeuzes zijn: 3.1.1 Bewonersbeleid en zorgbeleid Het bewonersbeleid en zorgbeleid liggen in elkaars verlengde. In de zorgvisie is beschreven hoe wij ons bewoners- en zorgbeleid gestalte willen geven. We vinden het belangrijk om met onze bewoners in gesprek te blijven. Dit doen we door middel van individuele gesprekken maar ook in groepsverband. De familie van onze bewoners komt in toenemende mate in beeld. Niet alleen door de toename van het aantal reguliere bewoners, maar ook omdat de familie, met het minder zelfstandig worden van onze bewoners (waaronder een toenemend aantal dementerende bewoners) eerder als vertegenwoordiger/gemachtigde geïnformeerd en geraadpleegd dient te worden. Het komend jaar jaren zal ook aan familie en mantelzorgers van dementerende bewoners zelf in toenemende mate aandacht besteed worden. Zij hebben vaak veel vragen in algemene of specifieke zin. Door bijvoorbeeld gespreksgroepen en informatieprogramma’s te organiseren, kunnen we hierin een actieve rol vervullen. In 2013 is er een lotgenotencontactgroep gestart van partners van verpleeghuisbewoners. Ook door toepassing van de nieuwe media (o.a. intranet voor -familie vanbewoners) wordt het contact met hen geïntensiveerd. Zorginhoudelijk vindt er een overgang plaats van het verlenen van zorg naar het bijdragen aan de kwaliteit van het leven van cliënten. Dat betekent dat de kwaliteit en effectiviteit van de zorg niet meer exclusief vanuit het professionele perspectief bepaald wordt, maar primair vanuit het perspectief van de zorggebruiker. Dat perspectief is 'een zo goed mogelijk leven', en wat dat is bepaalt iedereen voor zichzelf. In het zorgleefplan wordt beschreven wat belangrijk was en is in het leven van de cliënt, wat het leven draaglijk (prettig) maakt, of zelfs goed en waardevol. De zorg en dienstverlening heeft daaraan veel bij te dragen! Hiermee dienen zich belangrijke kansen aan om de maatschappelijke meerwaarde van de chronische zorg zichtbaar te maken. Dit vereist wel een fundamenteel andere invalshoek die onder de noemer van "vraaggerichtheid" een ware cultuuromslag inhoudt. Mensen geven zelf invulling aan het eigen perspectief op een goed leven. Dat perspectief vormt, in aansluiting op de norm voor Verantwoorde zorg, het centrale uitgangspunt van het Zorgleefplan. Het Zorgleefplan is een hulpmiddel voor vraaggericht werken. Het model vereist een multidisciplinaire toepassing; het werkt alleen als iedereen meedoet, omdat het om het concretiseren van een zorgvisie gaat en om het realiseren van de normen voor verantwoorde zorg. Het zorgleefplan is inmiddels ingevoerd.
pagina 15
3.1.2 Personeelsbeleid Wat we onze medewerkers en vrijwilligers steeds weer voorhouden, is dat zij degenen zijn die onze missie ‘handen en voeten’ geeft. Het zijn de mensen die het doen. Menselijk contact vinden wij belangrijk. Als het nodig is: tijd voor een praatje, samen lachen, een arm om de schouders als het even niet goed gaat. Krimpende budgetten van de overheid in combinatie met het overheidsbeleid van extramuralisering hebben consequenties voor medewerkers van St. Elisabeth. Eind 2013 zijn voorbereidingen getroffen om de inzet van de receptie en de huishoudelijke dienst te beperken. Dit betekent concreet dat oproepkrachten niet tot nauwelijks meer worden ingezet, en dat van vaste medewerkers meer flexibiliteit ten aanzien van werktijden wordt verwacht. Ook de andere facilitaire diensten dienen in de loop van 2014 te krimpen. Daarnaast ervaren ook zorgmedewerkers de gevolgen van het overheidsbeleid. Ook van hen wordt meer flexibiliteit verwacht: de zorgzwaarte van de bewoners in de Strijpe zal verder toenemen, de vraag naar thuiszorg zet verder door en de personele planning dient aan te sluiten op de ZZP’s van de bewoners. Het is van belang bij het nader te ontwikkelen personeelsbeleid aandacht te hebben voor de effecten hiervan op medewerkers. De grip op de personele kosten bleek kwetsbaar door de registratie van tijd-voor-tijd-uren. Extra uren werden hierop geregistreerd, maar vervolgens in de praktijk nauwelijks opgenomen, waardoor bijna ongemerkt een buffer aan extra personele lasten ontstond. Eind 2013 is in overleg met de OR het beleid hierin gewijzigd. Het gewijzigd overheidsbeleid heeft de arbeidsmarkt voor zorgpersoneel drastisch veranderd. Tot voor kort was er sprake van toenemende krapte. Momenteel is er veel zorgpersoneel beschikbaar. Toch blijven we investeren in opleidingen, omdat St. Elisabeth het belangrijk vindt medewerkers in eigen geledingen op te leiden en het deskundigheidsniveau daarmee op een hoger niveau te brengen.
Verloop personeel Verloop personeel
Aantal personeelsleden
Aantal fte
Instroom personeel in loondienst (totaal) in verslagjaar
37
11,47
Uitstroom personeel in loondienst (totaal) in verslagjaar
23
6,79
Ziekteverzuim personeel exclusief zwangerschapsverlof, volgens Vernetdefinitie (alle sectoren behalve UMC’s), in percentages Personeelsformatie Verzuim totaal personeel in loondienst
Percentage 7,16
pagina 16
Scholing en opleiding De bekwaamheid van verpleegkundigen en verzorgenden is conform de eisen. Medewerkers worden getoetst voordat de bekwaamheidsperiode is verstreken en indien nodig bijgeschoold. In het 1e kwartaal 2013 heeft een bijscholing en toetsing plaatsgevonden m.b.t. bekwaamheid verpleegtechnische handelingen. Verzorgende: 11 Verzorgende IG: 39 Verpleegkundigen: 11, zij hebben tevens een rekentoets gemaakt, wat als onderdeel aan de bekwaamheid is toegevoegd. Bij 17 nieuwe medewerkers die geen recente bekwaamheidsverklaring hebben, is een nulmeting afgenomen en indien nodig is een training gegeven op het skillslab. In alle diensten hebben medewerkers diverse bijscholingen en symposia gevolgd c.q. bijgewoond. Aan de totale organisatie is een scholings- en begeleidingstraject gegeven m.b.t. het Zorgleefplan. BBL leerlingen en BOL stagiaires 2012/2013 St. Elisabeth heeft in 2013 de accreditatie gekregen voor de opleiding MMZ.3 Voor de eerste keer zijn 2 medewerkers gestart met de opleiding Verpleegkundige niveau 4. 7 Medewerkers volgen de BBL Beroeps Begeleidende Leerweg en 9 studenten de BOL Beroeps Opleidende Leerweg. Maatschappelijke stages: 25 studenten. Nieuwe medewerkers en vrijwilligers horen bij indiensttreding goed geïnformeerd te worden over de organisatie, waar we voor staan, wat we van hen verwachten. Daarom organiseren we ieder jaar een aantal introductiebijeenkomsten. In 2013 zijn deze bijeenkomsten geëvalueerd. Vanaf 2014 worden deze bijeenkomsten op een nieuwe manier vorm gegeven. POP-gesprekken Minimaal eens per twee jaar wordt met elke medewerker een POP-gesprek (Persoonlijk Ontwikkelings Plan) gehouden. Beoordelingsgesprekken Een beoordelingsgesprek wordt gehouden bij afloop van de proeftijd of bij het einde van het tijdelijk contract. Leeftijdsopbouw De leeftijdsopbouw in St. Elisabeth is in vergelijking met andere ouderenzorgorganisaties ongeveer gelijk. Meer gedetailleerde informatie geeft aan dat met name de leeftijdsopbouw in de facilitaire diensten uit balans is (relatief meer ouderen). Personeelsvereniging 87 personen (43%) zijn per 31 december 2013 lid van de personeelsvereniging. Medewerkerstevredenheid Peilingen De tevredenheid van medewerkers wordt op twee manieren structureel gemeten: door klachten te registreren en door eens per twee jaar een medewerkerstevredenheid onderzoek te houden. Dit onderzoek is voor het laatst uitgevoerd in 2012. De respons was laag: 30,5% (61 medewerkers) ten opzichte van het landelijk gemiddelde van 42,1%. De scores: 9 boven-, 2 gelijk - en 9 onder het landelijk gemiddelde.
pagina 17
In 2013 is op informele wijze de medewerkerstevredenheid gepeild: De nieuwe bestuurder heeft tijdens groepsgesprekken per team gevraagd naar een rapportcijfer over de werktevredenheid. Zes groepen gaven gemiddeld een 8 of hoger. Twee groepen gaven gemiddeld een 6 tot 7. Klachten Een klacht is een uiting van onvrede of gegriefdheid die een medewerker of vrijwilliger heeft wanneer hij van mening is dat hij niet op een billijke manier is behandeld. Een klacht is élk signaal van ontevredenheid. Een klacht kan persoonlijk/telefonisch, per email of via de post worden ingediend, intern of extern. Er zijn geen klachten ingediend bij de klachtencommissie.
Veiligheid Het Meldingsformulier Ongevallen Personeel [M.O.P.] dient door het betrokken personeelslid ingevuld te worden indien er zich een ongeval/gevaarlijke situatie heeft voorgedaan op de werkplek of elders in de organisatie. Er zijn 6 MOP meldingen geweest, waarvan 2 x agressie, 6 x ongeval. Afhankelijk van het incident zijn de nodige maatregelen genomen.
3.1.3 Vrijwilligersbeleid St. Elisabeth kan zich gelukkig prijzen met een groot aantal enthousiaste en betrokken vrijwilligers. Wij zien de vrijwilligers niet als vervangers waar het gaat om het vervullen van zorgtaken, maar als de mensen die de ‘franje aan het leven’ van onze bewoners geven met de extra zorg en aandacht die zij bieden. We willen de samenwerking met de vrijwilligers koesteren, continueren en uitbreiden. We besteden, samen met vrijwilligers, in het bijzonder aandacht aan bewoners met eenzaamheids- en mobiliteitsproblematiek. In 2013 is door de vrijwilligers in totaal 13.306 uren ingevuld. Door 69 vrijwilligers UVV: 11.650 uur, vrijwilligers St. Elisabeth: winkel 1456 uur en chauffeurs 200 uur.
3.1.4 Communicatie en marketing Het in 2012 ingezette marketing en communicatiebeleid is in 2013 gecontinueerd. Zoals elders in dit verslag aangegeven zijn voorbereidende stappen gezet om de extramuralisatie van de ZZP´s 1 t/m 3 voor te bereiden. De inspanningen vanuit communicatie waren hiervoor beperkt. In 2014 zal dit zeker een vervolg krijgen omdat St. Elisabeth zich wil gaan profileren als verhurende organisatie. Al bij aanvang van het verslagjaar was duidelijk dat er flinke veranderingen op til waren door het aanstaand vertrek van de bestuurder en het aantreden van zijn vervanger in de tweede helft van het jaar. Het voorjaar stond dan ook in het teken van de afscheidnemende bestuurder. Zowel intern als extern werd hieraan uitgebreid aandacht besteed; de organisatie van deze bijeenkomsten lag in handen van de staffunctionaris communicatie. Rondom het aantreden van de huidig bestuurder werd een uitgebreid intern en extern kennismakingstraject georganiseerd.
pagina 18
In het najaar nam St. Elisabeth deel aan het wijkfeest Westrand en het Roosendaals Treffen. Op beide evenementen zetten we een voorzichtige stap met het communiceren van onze nieuwe activiteiten richting wijkbewoners en inwoners van Roosendaal. Omdat van meet af aan duidelijk was dat er een andere wind zou gaan waaien, is besloten in 2013 een pas op de plaats te maken voor wat betreft vernieuwingen in onze marketing- en communicatiestrategie. Eind 2013 is besloten dat St. Elisabeth een duidelijke rol wil spelen in Roosendaal en meer specifiek in de wijk Westrand. Thuiszorg, het aanbieden van welzijns- en ontspanningsactiviteiten en de afdeling voor kortdurende zorg, palliatieve zorgverlening en herstelzorg worden geintensiveerd en moeten meer bekendheid gaan krijgen. In het verlengde daarvan is begonnen met het in beeld brengen van de benodigde acties om deze grote stap vanuit de marketing-/ communicatiehoek te ondersteunen. St. Elisabeth staat heel goed bekend in Roosendaal en omgeving. Onder de inwoners van Roosendaal én onder professionals in zorg en welzijn. Desondanks zijn we van mening dat de naamsbekendheid van St. Elisabeth vergroot moet worden. Meer mensen moeten weten dat St. Elisabeth bestaat en voor welke, bestaande én nieuwe, diensten en voorzieningen men op ons een beroep kan doen. Traditionele en nieuwe media en het steeds groter wordende netwerk van de nieuwe bestuurder zullen worden ingezet om dit doel te bereiken. Voor 2014 worden de plannen en doelstellingen in een jaarplan uitgewerkt. Zodra de bestuurder het ondernemingsplan heeft opgesteld en dit is vastgesteld door de Raad van Toezicht zal ook het marketing- en communicatiebeleid voor de langere termijn uitgewerkt worden.
3.1.5 Kwaliteitsbeleid Het kwaliteitsmanagementsysteem van St. Elisabeth heeft in 2013 de overstap gemaakt naar het nieuwe certificatieschema VVT 2010, met daarbij uitbreiding van de certificering voor de Thuiszorg. Bij het aanbieden van onze producten staan deskundigheid, veiligheid, uniformiteit en transparantie centraal met als doel: tevreden cliënten en tevreden gemotiveerde medewerkers. Om te voldoen aan de criteria van Verantwoorde Zorg zijn diverse instrumenten ingezet om na te gaan of de kwaliteit en veiligheid voldoende is gewaarborgd. Hieronder wordt aangegeven, welke instrumenten zijn ingezet, wat de resultaten waren en of er maatregelen zijn ingezet voor verbetering.
3.1.5.1 Cliënten Tevredenheid cliënten De tevredenheid van de cliënten van St. Elisabeth wordt eens per twee jaar gemeten met de CQindex. Daarnaast wordt de tevredenheid structureel gemeten bij nieuwe cliënten (ongeveer een maand na inhuizing) en bij nabestaanden na overlijden van de bewoner.
pagina 19
CQ-index De laatste tevredenheidsmeting op basis van de CQ-index vond plaats in december 2012. In 2014 volgt een nieuwe meting. De gegevens van 2012 waren als volgt: CQ index meting Verzorgingshuis: 30 cliënten Verpleeghuis somatiek: 21 cliënten Verpleeghuis Pg: 26 vertegenwoordigers Thuiszorg: 12 cliënten Dagbegeleiding Interview: 7 cliënten
8.4 7.4 9.3 9.3 8
December 2012 Alle scores boven het landelijk delde 5 van de 12 indicatoren scoort boven het gemiddelde Alle scores boven het landelijk delde Alle scores boven het landelijk delde Geen vergelijking gemaakt
gemidrond of gemidgemid-
Tevredenheid nieuwe cliënten Maandelijks worden gesprekken gevoerd door MT-leden met nieuwe cliënten, om te informeren naar hun tevredenheid. De gesprekken hebben aanleiding gegeven om een aantal praktische zaken te verbeteren. Tevredenheid familie na overlijden De nabestaande ontvangt na overlijden van de cliënt een uitnodiging voor een evaluatiegesprek. De evaluatiegesprekken hebben geleid tot een paar praktische verbetermaatregelen. Klachten Klachten zijn kansen tot verbetering, en worden op verschillende manieren geuit: bij medewerkers, leidinggevenden, ‘in de wandelgangen’, mondeling of schriftelijk. Deze rapportage beperkt zich tot het vermelden van de formele klachten. Dat wil zeggen: klachten die conform de klachtenprocedure bij de klachtencommissie zijn ingediend. Er zijn geen formele klachten ingediend. Wel heeft de klachtenfunctionaris tweemaal bemiddeld inzake bejegening en agressie, wat naar volledige tevredenheid van de klager is afgehandeld. Veiligheid & kwaliteit van zorg De veiligheid en kwaliteit van zorg wordt op de volgende manieren in deze rapportage in beeld gebracht: door middel van vermelding van de MIC-meldingen (Meldingen Incident Cliënt), VBI (Vrijheids Beperkende Interventies), jaarlijkse meetresultaten van zorginhoudelijke indicatoren en de bevindingen van de Commissie Kwaliteit en Veiligheid. MIC-meldingen De procedure Melding Incidenten Cliënten [MIC] is een belangrijk instrument ter bewaking van de kwaliteit van de zorgverlening. Iedere medewerker moet het als een plicht voelen een incident/gevaarlijke situatie waarvan hij getuige is, de gevolgen van aantreft of waarover hij wordt ingelicht door cliënt of mantelzorger, te melden. VBI (Vrijheid Beperkende Interventies) Het beleid van St. Elisabeth is het gebruik van VBI middelen en maatregelen tot een minimum te beperken.
pagina 20
Alvorens tot een vrijheid beperkende interventie wordt overgegaan, worden alternatieven overwogen of moet een second opinion plaatsvinden door een niet bij de behandeling betrokken specialist ouderengeneeskunde. [Alternatieven staan beschreven in: “Alternatieven voor vrijheid beperkende interventies in de zorg”; Vilans] Vrijheidsbeperkende interventies vinden zo kortdurend en zorgvuldig mogelijk plaats binnen de geldende wet- en regelgevingen. Eenmaal per twee jaar vindt er voor de medewerkers een scholing plaats over de BOPZ. Voor het toepassen van de vrijheid beperkende middelen, wordt na toetsing een bekwaamheidsverklaring voor 1 jaar afgegeven. Zorginhoudelijke indicatoren Jaarlijks worden landelijk de Zorginhoudelijke Indicatoren [ZI] gemeten. De meting heeft plaatsgevonden in november 2013. De scores: 17 boven-, 6 gelijk - en 1 onder het landelijk gemiddelde.
Commissie Kwaliteit en Veiligheid De commissie Kwaliteit en Veiligheid ondersteunt de bestuurder bij het waarborgen van de kwaliteit en veiligheid van cliënten en medewerkers van St. Elisabeth. De commissie kwaliteit en veiligheid is in 2013 uitgebreid met een vertegenwoordiger van de facilitaire dienst. Het reglement is in augustus 2013 aangepast.
N.a.v. de bevindingen van de commissie is 2x een uitgebreid advies gedaan aan de bestuurder, voor het uitvoeren van bepaalde maatregelen. Het advies is ingewilligd. Vragen en opmerkingen m.b.t. de MIC/MOP meldingen, zijn aan desbetreffende leidinggevende voorgelegd en indien nodig zijn maatregelen getroffen. De commissie heeft a.d.h.v. factsheets van de Arbocatalogus VVT de onderwerpen besproken en beoordeeld. Waar nodig zijn of worden maatregelen getroffen. St. Elisabeth heeft gebruik gemaakt van de Subsidieregeling ‘Veilig Werken in de Zorg’. De training en informatie is als zeer waardevol en leerzaam ervaren.
3.1.5.2 Organisatie Interne audits In 2013 zijn interne audits uitgevoerd bij de volgende onderwerpen: medicijndistributie, til- en transfer, zorg- en welzijnsarrangementen, handboek receptie, wasverzorging, zorgleefplan, hygienecode kleinschalig wonen, dienstoverdracht, palliatieve zorg, zorg rondom overlijden, portfolio en persoonlijk ontwikkelingsgesprek, ziek en herstel. Aan de hand van de rapportages zijn preventieve en corrigerende maatregelen [18] geformuleerd en is het proces/protocol bijgesteld. De verbetermaatregelen zijn opgenomen in de kwaliteitsjaaragenda en/of het jaarplan 2014.
pagina 21
Externe audits In onderstaand overzicht staan de externe audits, die in 2013 zijn uitgevoerd, vermeld met de bijbehorende resultaten, Onderwerp Legionella
Audit uitgevoerd door: Van Venrooy
Productieregistratie
1e kwartaal PWC Zorgkantoor onaangekondigde audit keuken / restaurant en winkel . door Dhr. J. Beuker van Veiligvoedsel 29 enquêtes verstuurd waarvan 22 zijn beantwoord.
Voedingsdienst
Ketenpartners
Controle jaarrekening en nacalculatie, accountantsverklaring HKZ
HEAD, PWC en Zorgkantoor Kiwa
Resultaat Goed. Geen reden tot het nemen van maatregelen. Overeenstemming Keuken en restaurant: 8,8 Winkel: 8,4. Bevindingen zijn positief en geven geen aanleiding tot het nemen van maatregelen. Goedgekeurd door PWZ/Zorgkantoor Verlenging certificaat, met uitbreiding Thuiszorg. [Na heraudit m.b.t. fysiotherapie]
Leveranciersbeoordelingen De leveranciersbeoordelingen zijn onder verantwoordelijkheid van de hoofden van dienst uitgevoerd. Afhankelijk van de bevindingen wordt het contract wel of niet verlengd. In 2013 zijn 47 leveranciers beoordeeld. Met 5 leveranciers is het contract niet verlengd en daarvoor zijn 5 nieuwe in de plaats gekomen. Veiligheid PRI (Prospectieve Risico Inventarisatie) Voor dit onderwerp verwijzen wij verder naar paragraaf 4.1.
3.2 Financieel beleid Resultaat Het verslagjaar is afgesloten met een positief resultaat van € 51.144,--, tegenover een begroot resultaat van € 73.285,-- positief. Het resultaat is toegevoegd aan het eigen vermogen. De eigen vermogenspositie ad € 1.130.945,-- (12,5% van het wettelijk budget aanvaardbare kosten) dient als basis voor een financieel gezonde bedrijfsvoering. Resultaatratio Resultaatratio: AWBZ-gefinancierde resultaten
pagina 22
Vorig jaar 0,93%
Verslagjaar 0,42%
Liquiditeit De liquiditeit is in 2013 voornamelijk afgenomen als gevolg van de vordering uit hoofde van de AWBZ bekostiging. Bij een daling van de kortlopende schulden met € 610.822,--, daalde de vlottende activa eveneens met € 534.130,--. Liquiditeit quick-ratio
Vorig jaar 0,94
Verslagjaar 0,97
Vorig jaar 0,29 0,12
Verslagjaar 0,36 0,12
Solvabiliteit Solvabiliteit Solvabiliteit (totaal eigen vermogen / balanstotaal) Solvabiliteit (totaal eigen vermogen / totaal opbrengsten)
Voor wat betreft de financiële informatie wordt in de jaarrekening van 2013 geen segmentering toegepast, dan wel onderscheid gemaakt in Verpleging en Verzorging. Door de politieke en economische ontwikkelingen, zoals bijvoorbeeld scheiden van wonen en zorg, is het noodzakelijk om voldoende buffervermogen (eigen vermogen) te hebben om een consistent beleid te blijven voeren.
pagina 23
4. Maatschappelijk ondernemen 4.1 Risico Management PRI (Prospectieve Risico Inventarisatie) Bij een PRI wordt de vraag gesteld wat er mogelijk mis kan gaan in de organisatie nog voordat een fout is opgetreden. De risico’s en gevaren binnen de vastgestelde kritische processen worden geanalyseerd en verbetermaatregelen worden vastgesteld. Deze maatregelen dienen ter voorkoming van het optreden van de risico’s of het verkleinen van de kans daartoe. De PRI biedt een goed en noodzakelijk hulpmiddel om bij gewenste veranderingen een inschatting te maken van de hiermee gepaard gaande risico’s. Het classificeren van risico’s is van belang voor het prioriteren en maken van keuzes welke risico’s als eerste worden aangepakt. De kans dat een gebeurtenis zich voordoet en de impact die het zou hebben op de organisatie bepalen de ernst van het risico. In 2013 is door het MT een uitgebreide PRI methodiek opgesteld, die jaarlijks zal worden uitgevoerd. Verbetermaatregelen ten aanzien van de hoogste risico’s zijn opgenomen in het jaarplan 2014. De hoogste risico’s zijn: medicatiefouten onvoldoende continuïteit van zorg niet of onvoldoende ingevuld ZLP Ziekteverzuim Personele onderbezetting Leegstand in Verzorgingshuis
RI&E (Risico Inventarisatie en Evaluatie) De RI&E wordt eens per twee jaar uitgevoerd door externe veiligheidskundige. De RI&E wordt aangepast als werkomstandigheden of de stand van de wetenschap en professionele dienstverlening daartoe aanleiding geven. In 2012 is de RI&E voor het laatst uitgevoerd. Over 2013 is om die reden geen nieuwe informatie op dit gebied beschikbaar. BHV (BedrijfsHulpVerlening) In St. Elisabeth waren in 2013 72 medewerkers BHV-er. Alle BHV-ers hebben in 2013 twee keer een training gevolgd. Daarnaast heeft er een oefening plaatsgevonden. Alle blusmiddelen zijn door de brandweer goedgekeurd? 4.2 Gedragscodes St. Elisabeth heeft gedragscodes opgesteld voor het gebruik van ICT-middelen en bejegening (houdingsaspecten) voor de omgang met cliënten. Beide gedragscodes worden aan de medewerkers verstrekt en zijn inhoudelijk opvolgingsverplicht. De gedragscode ICT betreft regels die elke medewerker dient na te leven bij het gebruiken van de door St. Elisabeth voor zakelijk gebruik ter beschikking gestelde hard- en software. De gedragscode bejegening betreft huisregels die bedoeld zijn ter ondersteuning van de dagelijkse praktijkvoering binnen St. Elisabeth jegens cliënten en collega’s.
pagina 24
4.3 Aspecten van ondernemen Bewoners en cliënten De doelstelling van St. Elisabeth is om kwalitatief goede zorg te bieden die optimaal afgestemd is op de vraag van de cliënt, gebaseerd op het uitgangspunt dat ieder mens uniek is. Cliënten worden op meerdere manieren ondersteund bij de wijze waarop ze invulling geven aan hun leven. Dit betekent dat de cliënten meer dan zorg alleen geboden wordt. St. Elisabeth spant zich er voor in om haar bewoners een prettige woonomgeving en een aangenaam sociaal klimaat te bieden waar zij zich thuis voelen en zichzelf kunnen zijn. St. Elisabeth ontleent een belangrijk deel van haar identiteit aan het van oorsprong religieuze karakter van de instelling. Van onze intramurale bewoners bestaat nog ruim een zesde deel uit zusters. Van de niet religieuze bewoners kiest een deel bewust voor de leefsfeer in St. Elisabeth, die voortvloeit uit het religieuze erfgoed. Belanghebbenden De maatschappelijke verantwoordelijkheid van St. Elisabeth reikt echter verder dan de zorg voor en ondersteuning van de eigen bewoners. Onder die verantwoordelijkheid zijn ook de direct belanghebbenden van St. Elisabeth te rekenen, zoals de familie van de bewoners, medewerkers, vrijwilligers, congregatie, omwonenden, gemeente, zorgkantoor en regionale instellingen. Het is belangrijk dat rekening wordt gehouden met de rechten en belangen van voornoemde groepen bij de ontwikkeling van beleid en besluitvorming om het vertrouwen in St. Elisabeth te behouden. Daartoe wordt een transparant beleid met de hierboven genoemde belanghebbenden onderhouden. Ketenzorg en maatschappelijke organisaties St. Elisabeth participeert ook in ketenzorgorganisaties m.b.t. respectievelijk dementiezorg en palliatieve zorg, in het WOZ (West-Brabants Overleg Zorg) en de Maatschappelijke ondernemingskring Roosendaal. St. Elisabeth onderhoudt tevens contacten met maatschappelijke organisaties in de wijk Westrand, waar St. Elisabeth is gevestigd, t.b.v. de doelgroep ouderen om tot wederzijdse ondersteuning te kunnen zijn bij de problematiek van ouderen in de wijk.
4.4 Toekomstverwachtingen Sinds 1 januari 2013 worden geen indicaties meer gegeven voor ZZP 1 en 2. Vanaf 1 januari 2014 geldt dit ook voor ZZP 3. Dit betekent dat nieuwe bewoners van St. Elisabeth met een zwaardere zorgvraag dan voorheen in St. Elisabeth komen wonen. Overheidsbeleid is gericht op extramuralisering. Dit betekent dat een gedeelte van de huidige verzorgingshuisplaatsen (62, in de Strijpe) worden omgezet naar huurappartementen en een gedeelte zal naar verwachting worden omgezet naar zware zorgplaatsen. In welke verhouding en in welk tempo dit proces plaats gaat vinden is nog onduidelijk. Naar verwachting zal hier in de loop van 2014 meer duidelijkheid over ontstaan. Naar mate er meer moet worden geëxtramuraliseerd, bestaat er meer onzekerheid over met name afname van de facilitaire diensten. Huurders krijgen immers de keuze voorgelegd met betrekking tot het gebruik van maaltijden, schoonmaak, wasverzorging en welzijnsactiviteiten. De facilitaire diensten dienen zich hierop voor te bereiden. Dat betekent enerzijds dat kosten zo veel als moge-
pagina 25
lijk moeten worden beperkt, en anderzijds de kwaliteit van de dienstverlening zo goed mogelijk dient aan te sluiten bij de behoeftes van de bewoners. Het betekent ook dat St. Elisabeth als verhuurder op gaat treden. Dit brengt nieuwe taken, verantwoordelijkheden en werkwijzen met zich mee. De voorbereidingen hiertoe zijn in 2013 ingezet. Daarbij werd en wordt nauw samengewerkt met de verhuurder (congregatie), aangezien zij ook appartementen in hetzelfde complex verhuren. Een andere ontwikkeling is de betrokkenheid bij de wijk. St. Elisabeth maakt deel uit van de wijk Westrand, en wil vanuit maatschappelijk oogpunt iets betekenen voor de senioren woonachtig in deze wijk en haar directe omgeving. Senioren zijn van harte welkom in het restaurant en bij de activiteiten. Op het gebied van zorg bieden we mogelijkheden voor dagbesteding, tijdelijke opnames (bv. respijtzorg), en palliatieve zorg, en verlenen we ook zorg bij senioren thuis (thuiszorg). Samenwerking met externe partijen is hierin van toenemend belang. Denk hierbij aan huisartsen, welzijns- en vrijwilligersorganisaties. Maar vooral de samenwerking met de gemeente Roosendaal kan hierin bepalend zijn. In het kader van de transitie van de AWBZ naar de WMO is zij een belangrijke stakeholder voor St. Elisabeth. Aangezien de activiteiten voor wijkbewoners in St. Elisabeth en de activiteiten van St. Elisabeth in de wijk nog weinig bekend zijn, is de externe communicatie van toenemend belang. In 2013 is begonnen met intensivering van de communicatie richting deze doelgroepen. In 2014 zal dit verder uitgerold worden. St. Elisabeth staat voor goede kwaliteit van zorg- en dienstverlening aan senioren. De enorme veranderingen die in het ‘speelveld’ op ons afkomen, bieden niet alleen bedreigingen, maar ook kansen. St. Elisabeth wil haar goede naam ook de komende jaren in stand houden en zelfs verbeteren. Dat vergt inzet, betrokkenheid en ondernemerschap van alle medewerkers. De insteek is om hen allen hier zo direct mogelijk bij te betrekken, zodat iedereen zich bewust is van de noodzakelijke veranderingen en weet wat er de komende tijd van hem/haar wordt verwacht. Als kleine zorgorganisatie willen we hierin flexibel en daadkrachtig opereren, zodat St. Elisabeth een organisatie is en blijft waar bewoners, medewerkers en vrijwilligers samen een Thuis met karakter creeren.
pagina 26
5. Jaarrekening
pagina 27