bestemmingsplan Woningen Daniël de Brouwerstraat gemeente Boekel
status: datum: projectnummer: adviseur:
ontwerp 1-03-2010 910010 ISC
1
Inhoudsopgave 1
2
3
Inleiding 1.1
Aanleiding
1
1.2
Ligging plangebied
1
1.3
Geldend bestemmingsplan
3
1.4
Nieuw bestemmingsplan
3
Planbeschrijving
4
2.1
Inleiding
4
2.2
Het planvoornemen
4
2.3
Gebiedsbeschrijving
4
2.4
Projectbeschrijving
5
2.5
Privacy
6
2.6
Bezonning
6
2.7
Verkeer en ontsluiting
6
2.8
Duurzaamheid
6
Beleidskader
8
3.1
Inleiding
8
3.2
Rijksbeleid
8
3.2.1 3.3
4
1
Nota ruimte, ruimte voor ontwikkeling Provinciaal beleid
8 9
3.3.1
Interimstructuurvisie ‘Brabant in Ontwikkeling’
3.3.2
Streekplan ‘Brabant in Balans’
10
3.3.3
Beleidsregel Ruimte voor Ruimte 2006
10
3.3.4
Reconstructie Peel en Maas
11
Verantwoording conform ‘Ruimte voor Ruimte’
9
13
4.1
Ruimtelijk-planologische aspecten, milieu en water
13
4.2
Bedrijfsbeëindiging
13
4.3
Woningen in ruil voor sloop agrarische bedrijfsgebouwen
13
4.4
Milieuwinst
13
4.5
Passende herbestemming
13
4.6
Bebouwingscluster
14
4.7
Ruimtelijke structuur
14
4.8
Groene en Agrarische hoofdstructuur
14
4.9
Cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarden
14
4.9.1
Cultuurhistorie en archeologie
14
4.9.2
Landschap
15
ontwerp - toelichting
5
6
7
8
9
4.9.3
Ecologie
16
4.9.4
Flora en fauna
16
4.10
Milieuhygiënische en waterhuishoudkundige situatie
16
4.11
Agrarische ontwikkelingsmogelijkheden
17
Sectorale aspecten
18
5.1
Inleiding
18
5.2
Geluidhinder
18
5.3
Externe veiligheid
18
5.4
Luchtkwaliteit
19
5.5
Hinder van (agrarische) bedrijfsactiviteiten
19
5.6
Kabels en leidingen
20
5.7
Bodemkwaliteit
20
Waterhuishoudkundige aspecten woningbouw
21
6.1
Watertoets
21
6.2
Waterhuishoudkundige situatie
21
6.3
Invloed van het planvoornemen
22
6.4
Riolering
23
Juridische opzet
24
7.1
Algemeen
24
7.2
De plankaart
24
7.3
De regels
24
Haalbaarheid
25
8.1
Economische haalbaarheid
25
8.2
Maatschappelijke haalbaarheid
25
8.3
Conclusie
25
8.4
Nieuw bestemmingsplan
25
Procedure
26
9.1
De te volgen procedure
26
9.2
Watertoets
26
bestemmingsplan Woningen Daniël de Brouwerstraat
links huidige bedrijfswoning, midden en rechts agrarische bedrijfsgebouwen
bestaande stal
1
bestaande stal
Inleiding
1.1 Aanleiding Dit bestemmingsplan is opgesteld ten behoeve van de bouw van drie woningen in combinatie met de sloop van diverse stallen op een agrarisch perceel (varkenshouderij) aan de Daniël de Brouwerstraat in de kern Huize Padua, gemeente Boekel. Bij de totstandkoming van de woningen wordt gebruik gemaakt van de provinciale regeling Ruimte voor Ruimte. 2
De sloop betreft diverse varkensstallen met een oppervlakte van in totaal 1942 m aan de Daniël de Brouwerstraat 2. Hiervoor in de plaats zullen er drie woningen terug worden gebouwd naast de huidige bedrijfswoning, die gehandhaafd blijft. Het verzoek heeft reeds een gemeentelijke stedenbouwkundige beoordeling gehad (2 november 2009, AU/011379) waarin wordt ingestemd met het inrichtingsvoorstel. Hierbij zijn wel enkele randvoorwaarden gesteld door de gemeente Boekel, waar het uiteindelijke plan aan moet voldoen. 1.2
Ligging plangebied
Het plangebied is gelegen in een bosrijke omgeving ten zuid oosten van Boekel. Dit gebied kenmerkt zich door een uitgestrekt bos, dat in een boogvorm van Boekel tot Gemert reikt. Hierbij liggen de kernen Huize Padua en Handel ten oosten van deze beboste boog. In het gebied tussen Boekel en Gemert zijn verder overwegend wei- en akkerlanden gelegen. Ten oosten van Huize Padua en Handel zijn twee plassen gelegen die ontstaan zijn door de zandwinning.
ontwerp – toelichting
1
detail bestemmingskaart
Deelkaart zonering IV
Geïllustreerde ‘groen-lint’ tussen Boekel en Gemert
ontwikkelingenkaart
Het plangebied wordt begrensd aan de zuidzijde door weilanden. Deze weilanden zijn op hun beurt ingesloten door bossen en het bebouwingslint van de Daniël de Brouwerstraat. In Huize Padua zijn aan de Kluisstraat (intensieve veehouderij) en de Putakker (leegstaande champignon kwekerij) twee agrarische bedrijven gelegen. Verder kenmerkt de omgeving zich voornamelijk door burgerwoningen. Deze burgerwoningen hebben zich de laatste jaren steeds meer gevestigd tussen de oude lintbebouwing in. Het lint (Gemert – Handel – Boekel) is aangezet met een laanbomen structuur. Aan de zuidwestzijde wordt het plangebied begrensd door de Putakker. Via deze doodlopende straat zijn de stallen binnen het plangebied via de achterzijde te bereiken en een naburig gelegen agrarisch bedrijf. Het plangebied staat kadastraal bekend als gemeente Boekel, sectie O, met de nummers 250, 336, 566 en 567.
2
bestemmingsplan Woningen Daniël de Brouwerstraat
1.3
Geldend bestemmingsplan
Het plangebied is gelegen binnen het vigerende bestemmingsplan ‘Buitengebied 2005’, dat door de raad is vastgesteld d.d. 15 maart 2006 en door G.S. is goedgekeurd d.d. 22 november 2006. Het plangebied is gelegen op deelkaart detailbestemmingen binnen de detailbestemming ‘Agrarisch bouwblok’ met intensieve veehouderij. De gronden binnen deze gebiedsbestemming zijn bestemd voor: grondgebonden agrarische bedrijfsdoeleinden; intensieve veehouderijen bouwwerken, tuinen, erven en terreinen; goede landschappelijke inpassing in de vorm van een erfbeplanting met een visueel afschermende of maskerende functie naar het omliggende gebied. Tevens is de bedrijfswoning aangeduid als ‘cultuurhistorisch waardevol pand’. Het planvoornemen past niet binnen deze detailbestemming, omdat de functie wonen afwijkt van de vigerende bestemming ‘Agrarisch bouwblok’. Binnen de deelkaart ‘zonering intensieve veehouderij’ is het plangebied gelegen in een extensiveringsgebied overig. Dit houdt in dat de gemeente zich actief inzet om het gebied vrij te maken van veehouderijen. Het planvoornemen voldoet aan dit beleid door de beëindiging van de agrarische bedrijfsactiviteiten ter plaatse. Op de ‘ontwikkelingenkaart’ is het plangebied gelegen binnen de aanduiding bebouwingscluster. Hiermee wordt aangegeven dat binnen dit cluster bebouwing mogelijk is. De woonontwikkelingen van het planvoornemen maken van deze aanduiding gebruik door de voormalige veehouderij locatie om te zetten in een woonlocatie. 1.4
Nieuw bestemmingsplan
Door middel van dit bestemmingsplan wordt de realisatie van de drie woningen mogelijk gemaakt. Hierbij wordt de bedrijfsmatige bebouwing omgezet in de bestemming ‘Wonen’. Deze woonbestemming geldt tevens voor de gronden waar de huidige bedrijfswoning op gelegen is. Hiermee wordt gewaarborgd dat er géén agrarische bedrijfsactiviteiten meer kunnen plaatsvinden.
ontwerp – toelichting
3
Links luchtfoto plangebied met daarin: Rood, plangebiedgrens Blauw, te slopen bedrijfsopstallen Groen, te handhaven bedrijfswoning
Image © 2009 Aerodata International Surveys, © 2009 GOOGLE
2
Planbeschrijving
2.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt het planvoornemen beschreven. Hierbij wordt expliciet aandacht besteed aan de situering, privacy, bezonning en verkeersveiligheid ten gevolge van de realisatie van het project. 2.2
Het planvoornemen
Het planvoornemen betreft de realisatie van drie vrijstaande woningen aan de Daniël de Brouwerstraat, Bezuidenhout en Putakker in de kern Huize Padua, gemeente Boekel. Basis daarvoor is het eerder gemaakte inrichtingsvoorstel en de randvoorwaarden die de gemeente Boekel in haar beoordeling daarvan heeft gesteld. De geldende agrarische bestemming dient te worden vervangen door een woonbestemming, die het realiseren van drie nieuwe woningen en de omzetting van de bedrijfswoning naar een burgerwoning toelaat. 2.3 Gebiedsbeschrijving Het plangebied ligt, zoals eerder vermeld, in een agrarisch gebied. Het plangebied is als voormalig agrarisch bedrijf dan ook zo ingericht. Binnen het plangebied liggen in totaal drie blokken met bebouwing. De bedrijfswoning aan de Daniël de Brouwerstraat, een vrijstaande opstal tegen de kruising Daniël de Brouwerstraat / Bezuidenhout en het grootste geheel van vijf tegen elkaar aangebouwde stallen. De bedrijfsgebouwen worden gebruikt voor de bedrijfsuitvoering van een varkenshouderij. Hieronder vallen voerligboxen, opfokboxen, kraamhokken, biggenhokken en opslag en bergingsruimte. In totaal kan het bedrijf circa 1500 dieren (conform milieuvergunning) huisvesten.
4
bestemmingsplan Woningen Daniël de Brouwerstraat
inrichtingschets plangebied
Langs het oosten van het plangebied is de bedrijfsontsluiting van het bedrijf gelegen. Deze is bereikbaar via de Daniël de Brouwerstraat. De oprit naar de stallen is semi-verhard met split. Een tweede secundaire ontsluiting vindt plaats vanaf de Putakker en ontsluit enkele opstallen en het vrijstaande bedrijfsgebouw. Dit gebouw wordt gebruikt voor de opslag van materiaal. Voor het overige is sprake van een begroeiing met gras. 2.4
Projectbeschrijving
Het planvoornemen voorziet in de omvorming van een agrarisch bedrijfsperceel (varkenshouderij) naar vier woonpercelen. Voorafgaand aan dit bestemmingsplan heeft een ruimtelijke inrichtingstudie plaatsgevonden. Hierin is onderzocht en inzichtelijk gemaakt wat ruimtelijk gezien de meeste kwaliteit toevoegt aan de locatie. De wijze waarop de drie nieuwe woningen gelegen kunnen worden binnen het plangebied en hoe de ruimte rond de woningen verdeeld en ingericht kan worden spelen hierbij een grote rol. Aan de hand van een stedenbouwkundige beoordeling door de gemeente Boekel en de daarmee gepaarde aanvullingen wordt het planvoornemen besproken. De bestaande bedrijfswoning (Daniël de Brouwerstraat 2) zal door de sloop van de bedrijfsbebouwing vrij komen te liggen. Dit geeft het cultuurhistorisch pand weer de ruimte om op te vallen in de kern Huize Padua. Aan de oostzijde van deze woning wordt de mogelijkheid gegeven om een (vrijstaand) bijgebouw te plaatsen in de vorm van een garage. Ten oosten van de woning van de Daniël de Brouwerstraat 2 is op vergelijkbare wijze, maar dan gespiegeld een woonkavel gesitueerd aan de Daniël de Brouwerstraat. Tussen de straten Daniël de Brouwerstraat / Putakker / Bezuidenhout is een derde woonkavel gelegen met de woning georiënteerd op de Bezuidenhout. Deze woning markeert de entree, komende vanuit de Broeder Hogardstraat, van de kern Huize Padua. De vierde kavel is
ontwerp – toelichting
5
gelegen aan de Putakker, aansluitend bij de hier reeds gelegen burgerwoning en agrarische bedrijfswoning, achter de twee woonkavels aan de Daniël de Brouwerstraat. De verkaveling van het plangebied is zo gemaakt dat de woningen zo goed mogelijk aansluiting vinden bij de woningbouw in de omgeving. De kavelgroottes komen overeen met de kavelgroottes in de directe omgeving. Een uitgebreide beschrijving van de uitvoeringseisen voor de nieuw te bouwen woningen en de inrichtingseisen van de kavels zijn te vinden in het ‘beeldkwaliteitsplan Woningen Daniël de Brouwerstraat’. 2.5 Privacy De privacy van de omwonenden blijft door de nieuwbouw van de drie woningen gewaarborgd. De afstanden tussen de drie nieuwe woningen en de bestaande omliggende woningen zijn dermate groot dat de privacy voor omwonenden niet in gevaar komt. 2.6
Bezonning
Het planvoornemen brengt geen negatieve bezonningaspecten met zich mee. De afstanden tot de omliggende woningen zijn te groot om de bezonning wezenlijk negatief te beïnvloeden, dan wel zijn de woningen ten noorden van de bestaande woningen gelegen. 2.7 Verkeer en ontsluiting De woonkavels met de voorgevel gesitueerd naar de Daniël de Brouwerstraat, worden ook via deze weg ontsloten. Er is gekozen voor een gebundelde ontsluiting van de twee woonkavels. Echter het zullen wel twee afzonderlijke ontsluitingen blijven. Hiermee blijft het individueel karakter van de kavels gegarandeerd, zoals dit ook bij andere woningen van dergelijk grootte in Huize Padua het geval is. De locatie van deze ontsluitingen ligt min of meer op de locatie van de huidige ontsluitingen. Hierdoor verandert er op het gebied van verkeersveiligheid niets. De ontsluiting van de twee westelijk gelegen woningen geschiedt via de Bezuidenhout en Putakker. Aan de Bezuidenhout zijn reeds diverse woningontsluitingen gelegen. Eén ontsluiting extra (aan de westzijde van de woning op voldoende afstand van het kruispunt) zal geen consequenties hebben voor de verkeersveiligheid ter plaatse. De Putakker is een doodlopende weg die thans enkel wordt gebruikt voor het agrarisch bedrijf en de burgerwoningen aan de Putakker. De ontsluiting van een extra woning zal de verkeersveiligheid hier niet of nauwelijks beïnvloeden. Voor het parkeren is voldoende ruimte binnen het plangebied en op de te creëren woonpercelen aanwezig. Het parkeren zal op eigen terrein plaats vinden. Gebruik maken van de openbare weg is gezien het profiel (Putakker) dan wel de functie als doorgaande weg (Daniël de Brouwerstraat) niet gewenst. 2.8
Duurzaamheid
Duurzame ontwikkeling mag aangemerkt worden als een ontwikkelingsproces, waarbij gestreefd wordt naar het tot stand brengen van een duurzame samenleving. Dit gebeurt door in alle stadia van een planproces kansen en mogelijkheden te benutten voor het realiseren van een hoge ruimtelijke kwaliteit in combinatie met een zo laag mogelijke milieubelasting, en deze in de tijd weten te handhaven, zodat ook toekomstige generaties daarin delen.
6
bestemmingsplan Woningen Daniël de Brouwerstraat
Ook de gemeente Boekel heeft in haar beleidsdoelstellingen duurzaamheid opgenomen en wenst deze structureel in ontwikkelingsplannen op te nemen.
ontwerp – toelichting
7
3 3.1
Beleidskader Inleiding
Gemeenten zijn niet geheel vrij in het voeren van hun eigen beleid. Rijk en provincies geven met het door hen gevoerde en vastgelegde beleid de kaders aan waarbinnen gemeenten kunnen opereren. Hierna worden in het kort de voornaamste zaken uit de plannen voor het plangebied weergegeven, omdat deze zoals gezegd mede uitgangspunt voor het lokale maatwerk zullen zijn. 3.2 Rijksbeleid 3.2.1 Nota ruimte, ruimte voor ontwikkeling De Nota Ruimte omvat in hoofdlijnen het ruimtelijk beleid van Nederland. In de Nota Ruimte wordt ruimte voor ontwikkeling als uitgangspunt centraal gesteld. Het kabinet gaat uit van een dynamisch, op ontwikkeling gericht ruimtelijk beleid en een heldere verdeling van verantwoordelijkheden tussen rijk en decentrale overheden. De nota bevat de ruimtelijke bijdrage aan een sterke economie, een veilige en leefbare samenleving en een aantrekkelijk (platte)land. Het beleid met betrekking tot de basiskwaliteit van steden, dorpen en bereikbaarheid kent vier pijlers: bundeling van verstedelijking en economische activiteiten; bundeling van infrastructuur en vervoersstromen; aansluiting van Nederland op de internationale netwerken van luchtvaart en zeevaart; borging van milieukwaliteit en externe veiligheid. Voor alle vier de pijlers geldt dat de basiskwaliteit gehaald dient te worden. Voor het planvoornemen om op de locatie aan de Daniël de Brouwerstraat de huidige bedrijfsactiviteiten te beëindigen en hiervoor in de plaats 4 burgerwoningen, waarvan drie nieuwe, te realiseren zijn specifiek de eerste en vierde pijler van belang. Het planvoornemen is een vorm van verstedelijking, waarbij gestreefd wordt naar woningbouw in aansluiting op de in de omgeving aanwezige woningen en ruimtelijke kwaliteiten. Door de herstructurering van het plangebied wordt het niet nodig om onbebouwde gronden in de gemeente Boekel hiervoor te gebruiken. De verstedelijking wordt in Huize Padua gebundeld. Tevens sluit het planvoornemen aan op de vierde pijler ten behoeve van de borging van de milieukwaliteit in de omgeving. De onttrekking van het agrarisch bedrijf uit de bewoonde omgeving van Huize Padua draagt bij aan de verhoging van de milieukwaliteit in de omgeving. Een milieubelastend element (intensieve veehouderij) verdwijnt.
8
bestemmingsplan Woningen Daniël de Brouwerstraat
Interimstructuurvisie Noord-Brabant uitsnede
3.3
Provinciaal beleid
Het provinciaal beleid is in hoofdzaak vastgelegd in: de interimstructuurvisie ‘Brabant in Ontwikkeling’; het Streekplan ‘Brabant in Balans’; de beleidsregel Ruimte voor Ruimte 2006; het reconstructieplan Peel en Maas 3.3.1 Interimstructuurvisie ‘Brabant in Ontwikkeling’ Het beleid van de provincie is vastgelegd in de interimstructuurvisie Brabant in Ontwikkeling uit 2008. Het bestaande streekplan 2002 vormt hiervoor de basis. Het hoofdbelang van de interimstructuurvisie is zorgvuldig ruimtegebruik. De ruimtelijke visie en het ruimtelijk beleid zijn uiteengezet aan de hand van vijf leidende principes. Deze principes zijn: meer aandacht voor de onderste lagen; zuinig ruimtegebruik; concentratie van verstedelijking; zonering van het buitengebied; grensoverschrijdend denken en handelen. Er moet zuinig omgegaan worden met de ruimte. Groei en spreiding van het stedelijk ruimtebeslag moeten zoveel mogelijk afgeremd worden en nieuwe ontwikkelingen moeten zoveel mogelijk in geconcentreerde vorm plaatsvinden. Inbreiding, herstructurering en intensivering gelden als uitgangspunt. Bestaande groene en landschappelijke kwaliteiten moeten worden behouden en versterkt. Het planvoornemen voorziet in de beëindiging van agrarische bedrijfsactiviteiten en de sloop van deze agrarische bedrijfsbebouwing. Daardoor ontstaat ruimte voor intensivering van de bestaande bebouwingsconcentratie te Huize Padua, zonder dat dit ten koste gaat van de groene en landschappelijke kwaliteiten, Het planvoornemen voldoet hiermee aan het beleid.
ontwerp – toelichting
9
3.3.2 Streekplan ‘Brabant in Balans’ Met betrekking tot de regio Uden-Veghel en omstreken, waarin het plangebied is gelegen zijn de volgende aandachtspunten van belang:
er ligt een opgave de groene, open landschapsecologische zone tussen Uden en Veghel te behouden en verder te versterken. Het gaat er om hier een duurzame groenstructuur vorm te geven. onder meer vanwege de karakteristiek van het gebied is wonen en werken op een relatief extensieve wijze vorm gegeven. Nagegaan moet worden waar het ruimtegebruik kan worden geïntensiveerd (intensiveringsopgave) en op welke wijze extensieve stedelijke ontwikkelingen kunnen worden verknoopt met ‘groene opgaven’.
De realisering van de drie nieuwe burgerwoningen, naast de te handhaven bedrijfswoning, voorziet in de intensivering van de bestaande bebouwingsconcentratie Huize Padua. 3.3.3 Beleidsregel Ruimte voor Ruimte 2006 De basis voor de Interimstructuurvisie wordt gevormd door het Streekplan 2002, waaruit het merendeel van het beleid in aangepaste vorm is overgenomen. In de Interimstructuurvisie en het Streekplan 2002 is vastgelegd dat er geen burgerwoningen en niet aan het buitengebied gebonden bedrijven mogen worden toegevoegd aan het buitengebied. Om de ruimtelijke kwaliteit te bevorderen kan in bepaalde situaties van deze regel afgeweken worden. De regeling ‘Ruimte voor Ruimte’ gaat nader in op één van deze situaties. Het doel van de regeling ‘Ruimte voor Ruimte’ is het verbeteren van de ruimtelijke kwaliteit door de bouw van woningen op passende locaties toe te staan. In ruil voor woningbouw moeten agrarische bedrijfsgebouwen, die in gebruik zijn of waren voor intensieve veehouderij, worden gesloopt. De regeling, zoals opgenomen in de Interimstructuurvisie en integraal vastgelegd in de Beleidsregel Ruimte Voor Ruimte 2006, is onderstaand weergegeven. Allereerst zijn in de Beleidsregel zekerstellingen opgenomen. De ontwikkeling van een Ruimte voor Ruimtekavel is pas mogelijk als aan deze zekerstellingen is voldaan. Zeker gesteld moet zijn, dat: de kavel rechtstreeks verband houdt met de beëindiging van een intensieve veehou
derij(tak); de bij de intensieve veehouderij(tak) in gebruik (geweest) zijnde bedrijfsgebouwen zijn
gesloopt; op de slooplocatie voldoende milieuwinst wordt behaald;
op de slooplocatie een passende herbestemming wordt gelegd; de aanvrager niet reeds op andere wijze subsidie heeft ontvangen in ruil voor de sloop van de agrarische bedrijfsgebouwen dan wel de mogelijkheid heeft of zal krijgen een woningkavel te ontwikkelen.
10
bestemmingsplan Woningen Daniël de Brouwerstraat
Daarnaast omvat de Beleidsregel een aantal voorwaarden, waaraan de ruimte voor ruimtekavels moeten voldoen: de bouw van de woning mag uitsluitend binnen de bebouwde kom plaatsvinden dan wel binnen een kernrandzone of een bebouwingscluster en dient bovendien zoveel mogelijk aan te sluiten op de bestaande bebouwing. Tevens kan een locatie worden benut die in het kader van een structuurvisie-Plus door Gedeputeerde Staten als geschikt voor woningbouw is aanvaard;
de bouw van een woning dient te passen binnen de ruimtelijke structuur van de gemeente;
de bouw van een woning in de groene hoofdstructuur is niet toegestaan; cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarden moeten behouden dan wel versterkt worden. De milieuhygiënische en waterhuishoudkundige situatie ter plaatse moet zoveel mogelijk verbeterd worden;
de agrarische ontwikkelingsmogelijkheden van bedrijven in de nabijheid van de woning mogen niet worden beknot;
een goede landschappelijke en architectonische inpassing van de woning in de omgeving dient gewaarborgd te zijn door middel van een beeldkwaliteitplan dan wel een vergelijkbaar instrument.
Aanvullende voorwaarden waaraan ruimtelijke plannen binnen deze gebieden moeten voldoen zijn:
De voorgestelde plannen moeten aansluiten bij de bestaande ruimtelijke en stedenbouwkundige structuur van de kern;
Bij de inrichting van ruimtelijke plannen is rekening gehouden met kwaliteiten en structuren in het gebied en de omgeving;
Bij het ontwikkelen van ruimtelijke plannen is het uitgangspunt zorgvuldig met de ruimte om te gaan.
Het planvoornemen voor het realiseren van een drietal Ruimte voor Ruimte-woningen is niet in strijd met het Uitwerkingsplan. Het planvoornemen voorziet in het beheer en verbetering van de bestaande (ruimtelijke) kwaliteiten. 3.3.4 Reconstructie Peel en Maas De gemeente Boekel valt binnen het Reconstructieplan Peel en Maas. De hoofddoelen voor de reconstructie in Noord-Brabant zijn:
het creëren van een goede omgevingskwaliteit; het scheppen en benutten van kansen voor een duurzame sociaal-economische ontwikkeling.
Uitgaande van deze hoofddoelen worden reconstructieplannen opgesteld. Centraal element is de integrale zonering in landbouwontwikkelings-, verwevings- en extensiveringsgebieden.
ontwerp – toelichting
11
Het plangebied is binnen het reconstructieplan in extensiveringsgebied overig (rond een kern) gelegen. Het planvoornemen betreft de vervanging van 1942 m2 aan varkensstallen door drie nieuwe woningen en waarbij tevens ook de huidige bedrijfswoning wordt omgevormd tot burgerwoning. Dit brengt verder geen consequenties voor de aanwezige natuurlijke en landschappelijke waarden met zich mee die zich in de omgeving bevinden. Er kan zelfs gesteld worden dat de ontwikkeling een positieve uitwerking krijgt op de natuurlijke en landschappelijke omgeving omdat door verplaatsing van de varkenshouderij een aanzienlijk milieu belastend element verdwijnt.
12
bestemmingsplan Woningen Daniël de Brouwerstraat
4 4.1
Verantwoording conform ‘Ruimte voor Ruimte’ Ruimtelijk-planologische aspecten, milieu en water
De mogelijkheid tot de bouw van drie woningen en de omzetting van een bedrijfswoning naar een burgerwoning in het plangebied is aan een ruimtelijke en planologische afweging onderworpen, ook zijn de effecten voor milieu en water bekeken. In het kader van de watertoets wordt het planvoornemen daartoe ook toegezonden aan het Waterschap Aa en Maas. Aspecten die in dit hoofdstuk aan de orde komen, zijn de in de regeling ‘Ruimte voor Ruimte’ genoemde voorwaarden. 4.2
Bedrijfsbeëindiging
De agrarische bedrijfsactiviteiten ter plaatse van het bedrijf aan de Daniël de Brouwerstraat 2 zullen worden beëindigd. Er zal dan geen intensieve veehouderij (varkenshouderij) meer gevestigd kunnen worden en dus geen productie van dierlijke meststoffen. De locatie van het plangebied is nog van een agrarische bedrijfsbestemming voorzien. Deze zal worden gewijzigd in een woonbestemming. Hierdoor zal het niet langer mogelijk zijn nog (intensieve) agrarische bedrijfsactiviteiten uit te oefenen. De milieuvergunning bij het bedrijf zal eveneens worden ingeleverd. De voorheen rond het bedrijf te hanteren stankcirkel is dan niet langer meer van toepassing. 4.3
Woningen in ruil voor sloop agrarische bedrijfsgebouwen
Ten behoeve van de bouw van de woningen zal in totaal tenminste 3000 m2 aan agrarische bedrijfsgebouwen moeten worden gesloopt, in gebruik (geweest) voor intensieve veehouderij. Binnen het plangebied zelf bedraagt het oppervlak van de te slopen bedrijfsbebouwing die mee kan tellen binnen de regeling ‘Ruimte voor Ruimte’, 1942 m². Het resterend benodigde oppervlak van 1058 m2 zal elders in Noord-Brabant gesloopt worden volgens de Beleidsregel Ruimte voor Ruimte 2006. In een afzonderlijk dossier is een en ander nader toegelicht. 4.4 Milieuwinst Beëindiging van de agrarische bedrijfsactiviteiten op het plangebied en op de locatie elders levert, na doorhaling, tezamen een milieuwinst op van 10.500 kg (te weten drie woningen à 3.500 kg) mestproductierechten (fosfaten). In het afzonderlijk dossier, zoals genoemd onder 4.3, is een en ander nader toegelicht. 4.5 Passende herbestemming Het perceel aan de Daniël de Brouwerstraat 2 wordt na het beëindigen van de agrarische activiteiten alleen nog gebruikt voor woondoeleinden. Hiermee wordt aangesloten bij de directe omgeving van het plangebied (Huize Padau), die eveneens voor een groot deel in gebruik is voor woondoeleinden. De aanwezige stallen worden gesloopt, de milieuvergunning wordt ingetrokken en de betrokken (fosfaat) rechten worden doorgehaald. Agrarisch gebruik is daardoor in de toekomst niet meer mogelijk.
ontwerp – toelichting
13
4.6 Bebouwingscluster Ruimte voor Ruimte-woningen kunnen in kernrandzones en bebouwingsclusters gerealiseerd worden. Het plangebied is gelegen in de bebouwingscluster Huize Padua ten zuiden van Boekel, waarvan de bebouwing ontstaan is rond het voormalig klooster ‘Huize Padua’ en grotendeel aan de Daniël de Brouwerstraat gelegen is. Door de enkele vertakkingen van de Daniël de Brouwerstraat en de diep liggende percelen met bebouwing is sprake van geclusterde bebouwing. 4.7 Ruimtelijke structuur De Daniël de Brouwerstraat vormt de historische verbinding tussen Gemert-HandelBoekel. De vestiging van het voormalige klooster had het ontstaan van een bebouwingscluster rond de Daniël de Brouwerstraat tot gevolg. Het plangebied is van oudsher omgeven door agrarische bebouwing. In een later stadium ontstond ook woonbebouwing, als inbreiding binnen de agrarische lintbebouwing. Het beëindigen van de agrarische bedrijvigheid in het plangebied, de bouw van drie woningen en de omzetting van een bedrijfswoning naar een burgerwoning aan de Daniël de Brouwerstraat past binnen de voorgaand beschreven ontwikkeling binnen dit bebouwingscluster. De vervanging van de agrarische bebouwing door de woningen en de daarmee gepaard gaande andere situering van de bebouwing betekent een versterking van het bebouwingcluster Huize Padua. De bebouwing aan de straatzijden wordt meer verdicht, terwijl tegelijkertijd door de sloop van de voormalige bedrijfsbebouwing het contact met het omliggende landelijke gebied versterkt wordt. 4.8 Groene en Agrarische hoofdstructuur Het plangebied is niet gelegen binnen de Groene Hoofdstructuur (GHS), zoals die door de provincie in de Interimstructuurvisie is opgenomen. De realisering van de Ruimte voor Ruimte-woningen wordt zodoende niet belemmerd. Het plangebied maakt evenmin deel uit van de agrarische hoofdstructuur (AHS). Het plangebied is gelegen in het direct ten westen van het buurtschap Huize Padua aangewezen ‘extensiveringsgebied, overig’. Veeverdichting is hier niet langer aan de orde. 4.9
Cultuurhistorische, landschappelijke en ecologische waarden
4.9.1 Cultuurhistorie en archeologie De Daniël de Brouwerstraat betreft een bebouwingscluster dat ontstaan is rond het voormalige klooster Huize Padua, dat in de 18e eeuw gesticht werd. In de 19e eeuw werd begonnen met de ‘krankzinnigenverzorging’. De psychiatrische inrichting is nog steeds gevestigd in Huize Padua. Ten oosten van Huize Padua liggen enkele bossen die overgaan in een Peelontginning.
14
bestemmingsplan Woningen Daniël de Brouwerstraat
Uitsnede cultuurhistorische kaart
Uitsnede Natuurloket kaart
Op de cultuurhistorische kaart van de provincie Noord-Brabant is het gebied direct ten zuidoosten van het plangebied aangeduid als een gebied met historische stedenbouw. Dit gaat dan met name over de ontwikkelingen die zich voor hebben gedaan direct rond het klooster Huize Padua. De omgeving van het plangebied is aangeduid met een lage indicatieve archeologische verwachtingswaarde. Aangezien ook het plangebied zelf een lage indicatieve archeologische verwachtingswaarde heeft, bestaat hier slechts een geringe kans op het aantreffen van archeologische waarden. Het uitvoeren van een verkennend archeologisch onderzoek is derhalve niet noodzakelijk. De huidige bedrijfswoning aan de Daniël de Brouwerstraat 2 is op de cultuurhistorische kaart van de provincie Noord-Brabant aangeduid als MIP historische bouwkunst. Het planvoornemen voorziet niet in wijzigingen aan deze bebouwing. Er kan zelfs gesteld worden dat het planvoornemen een positieve uitwerking krijgt op de bebouwing omdat deze nu los komt te liggen van de bedrijfsbebouwing. In de verdere uitwerking van het plan zal meer op de ontwerp aspecten van deze woning worden ingegaan. Geconcludeerd mag worden dat met het planvoornemen geen cultuurhistorische waarden in het geding zijn. 4.9.2 Landschap De clusterbebouwing aan de Daniël de Brouwerstraat kan aan de westzijde ook gezien worden als lintbebouwing. Deze is op diverse plaatsen zodanig onderbroken, dat het achterliggende open buitengebied waarneembaar is. Dit open gebied wordt op zijn beurt weer begrensd door bossen. Deze afwisseling tussen open en dicht is rond heel het buurtschap Huize Padua mede bepalend voor de karakteristiek van het bebouwingscluster. Het realiseren van drie Ruimte voor Ruimte-woningen op de voorgestelde locatie brengt meer balans in de verhouding open en dicht. De relatie tussen het bebouwde lint aan de
ontwerp – toelichting
15
Daniël de Brouwerstraat en het buitengebied wordt derhalve niet aangetast door realisering van de drie woningen op de voorgestelde locatie. 4.9.3 Ecologie Het plangebied is in de interimstructuurvisie gelegen binnen bestaand stedelijk gebied. Ecologische waarden zijn dan ook niet in het geding. 4.9.4 Flora en fauna Op basis van de Flora- en faunawet moet bij alle geplande ruimtelijke ingrepen nagegaan worden of er schade wordt toegebracht aan beschermde dier- en plantensoorten. In de Flora en faunawet is ook de zorgplicht opgenomen. Dit houdt in dat iedereen ‘voldoende zorg’ in acht moet nemen voor alle in het wild voorkomende dieren en planten (en dus niet alleen de beschermde) en hun leefomgeving. Voor ruimtelijke ontwikkeling en inrichting geldt in twee gevallen een vrijstelling wanneer sprake is van beschermde diersoorten in het plangebied: een algemene vrijstelling voor algemene beschermde soorten;
een vrijstelling bij zeldzamer soorten, op voorwaarde dat gehandeld wordt conform een goedgekeurde gedragscode.
Uit een quick-scan (bron: www.natuurloket.nl) blijkt dat in de kilometerhokken waarbinnen het plangebied valt, drie beschermde soorten vaatplanten, drie soorten amfibieën, vier soorten vissen, drie soorten zoogdieren, één soort broedvogel, één soort dagvlinder en één libel, die streng beschermd zijn en/of op de rode lijst voorkomen, worden aangetroffen. Gelet op de aard en het huidig gebruik van het plangebied (agrarische bebouwing met erf en bouwland) is het niet aannemelijk dat deze soorten zich in het plangebied bevinden. Waarschijnlijker is het dat deze zich bevinden rondom het plangebied in het open landelijke gebied rond de planlocatie. Tevens is het zo dat de waargenomen soorten voortkomen uit vier kilometerhokken, omdat het plangebied precies op de scheiding tussen deze vier ligt. Dit maakt des te meer aannemelijk dat de betreffende soorten vooral in het buitengebied zijn aangetroffen. Met het planvoornemen komen derhalve geen beschermde planten- en diersoorten in de verdrukking is de verwachting. 4.10 Milieuhygiënische en waterhuishoudkundige situatie Ter plaatse van de Daniël de Brouwerstraat zal door het beëindigen van de bedrijfsactiviteiten een aanmerkelijke verbetering van de milieuhygiënische situatie optreden. Doordat de intensieve agrarische bedrijfsactiviteiten niet langer plaatsvinden, is er geen sprake meer van geurhinder voor omwonenden. Ook de uitstoot van schadelijke stoffen, die aantasting van de kwaliteit van bodem en grondwater tot gevolg hebben, treedt niet langer op. De waterhuishoudkundige situatie in het plangebied zal door het planvoornemen verbeteren. Het oppervlak aan bebouwing en verharding zal afnemen. De woningen en bijgebou-
16
bestemmingsplan Woningen Daniël de Brouwerstraat
wen komen langs de wegen te liggen die het plangebied ontsluiten, terwijl het merendeel van de agrarische bebouwing zich nu op grotere afstand van de weg bevindt. De waterhuishoudkundige situatie in het buitengebied verbetert hierdoor sterk. In het zuiden van het plangebied treedt zelfs een sterke verbetering op, hier komt immers geen nieuwe bebouwing in de plaats van de oude. De hoeveelheid schoon hemelwater die zal die zal worden opgevangen door het verhard oppervlak, zal in omvang afnemen. Net als in de bestaande situatie zal het hemelwater ter plaatse van de bebouwingen opgevangen en geïnfiltreerd worden. Infiltratie zal zo mogelijk plaatsvinden in de sloten langs de Daniël de Brouwerstraat en de Putakker, maar indien noodzakelijk ook in daartoe aan te leggen vijvers bij de nieuwe woningen. De milieuhygiënische en waterhuishoudkundige situatie na realisering van de drie Ruimte voor Ruimtewoningen is verder uitgewerkt in afzonderlijke hoofdstukken. Hierin is ook het wateradvies van Waterschap Aa en Maas verwerkt. 4.11 Agrarische ontwikkelingsmogelijkheden Realisering van de nieuwe woningen leidt niet tot een beperking van ontwikkelingsmogelijkheden voor agrarische bedrijven in de omgeving. In de omgeving van het plangebied is weliswaar nog een enkel agrarische bedrijf aanwezig, echter deze zijn niet meer in bedrijf (Putakker, leegstaande champignon kwekerij) of op voldoende afstand gelegen (Kluisstraat, intensieve veehouderij). Bovendien vormen bestaande burgerwoningen in de omgeving voor deze bedrijven reeds een beperkende factor.
ontwerp – toelichting
17
Uitsnede risicokaart
5 5.1
Sectorale aspecten Inleiding
Milieubeleid wordt steeds meer geïncorporeerd in andere beleidsvelden. Verbreding van milieubeleid naar andere beleidsterreinen is een belangrijk uitgangspunt in het gemeentelijke milieubeleid. Ook in de ruimtelijke planvorming is structureel aandacht voor milieudoelstellingen nodig. De milieudoelstellingen worden daartoe integraal en vanaf een zo vroeg mogelijk stadium in de planvormingsproces meegewogen. Een duurzame ontwikkeling van de gemeente Boekel is een belangrijk beleidsuitgangspunt dat zijn doorwerking heeft in meerdere beleidsterreinen. 5.2
Geluidhinder
Het plangebied is ten zuiden gelegen van de Daniël de Brouwerstraat. De Daniël de Brouwerstraat is, evenals de gehele buurtschap Huize Padua, ingericht als 30-KM zone. Derhalve is het niet noodzakelijk om een akoestisch onderzoek uit te laten voeren om de eventuele geluidhinder te bepalen. 5.3
Externe veiligheid
Het planvoornemen betreft de beëindiging van de agrarische bedrijvigheid, de bouw van drie woningen en de omzetting van een bedrijfswoning naar een burgerwoning. De huidige situatie met betrekking tot externe veiligheid verandert hierdoor niet. In en rond het plangebied zijn geen inrichtingen gelegen, die zijn opgenomen in de lijst met risicovolle inrichtingen in de gemeente Boekel en die van invloed kunnen zijn op het plangebied. Vlak langs het plangebied zullen transporten van gevaarlijke stoffen niet of slechts incidenteel voorkomen. In deze situatie zijn geen veranderingen voorzien.
18
bestemmingsplan Woningen Daniël de Brouwerstraat
In het kader van het planvoornemen te beëindigen agrarische bedrijfsactiviteiten Uitsnede veehouderijbedrijvenkaart met stankcirkels
5.4
Luchtkwaliteit
Conform de Wet Luchtkwaliteit zijn er meerdere mogelijkheden om kleine bouwprojecten door te laten gaan. Voor projecten die de hoeveelheid fijn stof en stikstofdioxide in de lucht met maximaal 3% verhogen hoeven geen aanvullende maatregelen getroffen te worden. Het project draagt dan niet in betekenende mate (NIBM) bij aan de luchtverontreiniging. De NIBM-grens voor woningbouwlocaties is als volgt bepaald: 3% criterium ≥ 1500 woningen (netto) bij minimaal één ontsluitingsweg, en ≥ 3000 woningen bij minimaal twee ontsluitingswegen met een gelijkmatige verkeersverdeling. Dit houdt in dat de ontwikkeling op basis van het besluit luchtkwaliteit niet in betekenende mate bijdraagt aan aantasting van de luchtkwaliteit. Binnen het plangebied is sprake van de beëindiging van agrarische bedrijvigheid, de bouw van drie woningen en de omzetting van een bedrijfswoning naar een burgerwoning nabij bestaande bebouwing in het buurtschap Huize Padua. Uitgaande van het 3% criterium is binnen het plangebied geen sprake van een project dat in betekenende mate bijdraagt aan de luchtverontreiniging. Geconcludeerd mag worden aan de hand van het NIBM-model en het planvoornemen dat voor het planvoornemen geen onderzoek luchtkwaliteit behoefd te worden uitgevoerd. 5.5
Hinder van (agrarische) bedrijfsactiviteiten
Wanneer op het perceel van de te beëindigen intensieve veehouderij Ruimte voor Ruimtewoningen worden gerealiseerd, krijgen deze woningen dezelfde bescherming als de voormalige bedrijfswoning. Dit houdt in dat een afstand van 50 meter moet worden gewaarborgd ten opzichte van andere intensieve veehouderijbedrijven. Een en ander volgens de Wet geurhinder en veehouderij.
ontwerp – toelichting
19
Binnen de afstand van 50 meter van de Ruimte voor Ruimte-woningen en de voormalige bedrijfswoning zijn geen intensieve veehouderijen gelegen die een belemmering kunnen vormen voor de realisatie van het planvoornemen. Omgekeerd geldt tevens dat de realisering van de drie woningen en de burgerwoning die ontstaat door de omvorming van de bedrijfswoning geen beperkingen opleggen aan bedrijven in de omgeving. Het agrarisch bedrijf aan de Putakker staat aangeschreven als een bedrijf waarbij teelt is toegestaan. Echter dit bedrijf, champignon kwekerij, voert geen bedrijfsactiviteiten meer uit. Rondom dit bedrijf is zodoende geen sprake van een geurcirkel. Wel geldt conform Bedrijven en milieuzonering een richtafstand van 30 meter tot woningen. De drie Ruimte voor Ruimte woningen zijn ruimschoots buiten deze 30 meter gelegen. 5.6 Kabels en leidingen In of nabij het plangebied liggen geen kabels of leidingen, die ten behoeve van het gebruik en/of de veiligheid planologische bescherming behoeven, en daarmee een belemmering voor het planvoornemen betekenen. 5.7
Bodemkwaliteit
De locatie voor de drie Ruimte voor Ruimte-woningen aan de Daniël de Brouwerstraat is heden in gebruik als agrarisch bedrijf. Gelet op de voorheen gevoerde agrarische activiteiten is onderzoek naar mogelijke verontreinigingen van de bodem noodzakelijk. Een dergelijk onderzoek zal, na de sloop van de agrarische bedrijfsbebouwing, in het kader van de bouwvergunningaanvraag worden verricht, mede ten behoeve van de benodigde ‘schone grondverklaring’.
20
bestemmingsplan Woningen Daniël de Brouwerstraat
Uitsnede Waterkansenkaart
6 6.1
Waterhuishoudkundige aspecten woningbouw Watertoets
In het kader van de watertoets is het bestemmingsplan voorgelegd aan het Waterschap Aa en Maas. Bij schrijven 2 februari 2010 heeft het Waterschap een watertoetsadvies afgegeven (bijlage 1). Het Waterschap stemt positief in met de voorgenomen ontwikkeling, mits aan een enkele opmerking (uitgebreidere onderbouwing van het type infiltratievoorziening en de tijdige leegloop bij hevige regenbuien) wordt tegemoet gekomen. De reactie van het waterschap op het plan is in dit bestemmingsplan verwerkt. 6.2
Waterhuishoudkundige situatie
Met de Waterkansenkaart biedt het waterschap Aa en Maas een eerste indruk van de waterhuishoudkundig relevante onderdelen die in de ruimtelijke planontwikkeling aan bod komen. De kaart kan gebruikt worden als startpunt voor het proces van de Watertoets en is een hulpmiddel als een ruimtelijk plan moet worden gewijzigd vanwege een voorgenomen functiewijziging of locatiekeuze voor nieuwe ontwikkelingen. Binnen of aangrenzend aan het plangebied is geen oppervlaktewater aanwezig. Ook op de Waterkaart van het Waterschap Aa en Maas komen geen zaken voor waar bij het planvoornemen expliciet rekening gehouden moet worden. In de huidige situatie wordt het hemelwater dat op de bebouwing valt geloosd op de omliggende sloten langs de straten Daniël de Brouwerstraat en Putakker. Verhoudingsgewijs wordt ongeveer per sloot evenveel water geloosd. Gezien het hoogte verschil van de sloten langs de Putakker stroomt het water geleidelijk af naar het westen. Ook het hemelwater dat op de huidige bedrijfswoning valt wordt afgevoerd naar de sloot langs de Daniël de Brouwerstraat.
ontwerp – toelichting
21
6.3 Invloed van het planvoornemen Het planvoornemen gaat uit van een bestemmingswijziging, waarbij de bestemming ‘Agrarisch bedrijfsdoeleinden’ gewijzigd wordt in de bestemming ‘Wonen’. Het planvoornemen voorziet in het beëindigen van de agrarische bedrijvigheid, de bouw van drie woningen en de omzetting van een bedrijfswoning naar een burgerwoning. Het verhard oppervlak zal met dit planvoornemen binnen het plangebied sterk afnemen, waardoor in ieder geval minder hemelwater afgevoerd wordt naar de omliggende sloten. Daarmee voldoet het plan aan het principe ‘hydrologisch neutraal ontwikkelen’, het plan is zelfs hydrologisch positief te noemen. Binnen het plangebied zal het hemelwater zoveel mogelijk afgekoppeld worden. In aansluiting op het landelijke beleid (NW4, WB21) hanteert het waterschap het beleid dat bij nieuwe plannen altijd onderzocht dient te worden hoe omgegaan kan worden met het schone hemelwater. Hierbij worden de volgende afwegingsstappen doorlopen: hergebruik, infiltratie, berging, lozing op het oppervlaktewater, lozing op de riolering. Hergebruik van hemelwater wordt voornamelijk overwogen bij grootschalige voorzieningen als scholen, kantoorgebouwen e.d. Voor een drietal nieuwe woningen wordt dit, ook gezien de landelijke ervaringen met grijswatersystemen, niet gestimuleerd. De individuele kavels zijn voldoende van omvang om te voorzien in de infiltratie van hemelwater op eigen terrein. Het plangebied is gelegen in een gebied waar hydrologisch neutraal bouwen mogelijk is. Dit houdt in dat infiltratie binnen het plangebied van hemelwater mogelijk is. De benodigde (buffer)infiltratie capaciteit die nodig is per woonperceel is afhankelijk van het aantal m2 aan verharding. Omdat op dit moment nog niet duidelijk is hoeveel verharding er gerealiseerd wordt, wordt uitgegaan van ongeveer 450 m2 per woning. Hiervan uitgaande is per woning een begingscapaciteit vereist van 24 m3 bij een T=10 neerslagsituatie. Voor een T=100 situatie bedraagt dit 34 m3 per woning. Om volledige infiltratie van het hemelwater mogelijk te maken, moet de infiltratievoorziening boven de GHG (gemiddelde hoogste grondwaterstand) worden aangelegd. De GHG is dieper dan 70 cm onder maaiveld gelegen waardoor een infiltratie voorziening goed kan functioneren. Het hemelwater van de drie woningen wordt afgevoerd naar de bestaande bermsloten langs de Daniël de Brouwerstraat, Bezuidenhout en de Putakker (zoals ook thans het geval is met het hemelwater van de stallen). Daarbij is sprake van een vermindering van het verhard oppervlak met circa 590 m2. Aangezien in de huidige situatie al geen sprake is van overlast, mag worden aangenomen dat de capaciteit (na vermindering van het verhard oppervlak) van de bermsloten ruim voldoende is. Daarbij wordt aangenomen dat ook de bermsloten tijdig geledigd zijn na een hevige regenbui. Ook hiervoor geldt dat in de huidige situatie de bermsloten steeds tijdig geledigd zijn en geen wateroverlast optreedt. Mocht blijken dat bij één van de woningen onvoldoende capaciteit kan worden gevonden in de bermsloten, dan zal bij die woning een extra bergingsvijver van voldoende capaciteit worden aangelegd.
22
bestemmingsplan Woningen Daniël de Brouwerstraat
De hemelwater afvoer van de huidige bedrijfswoning zal niet veranderen ten opzichte van de huidige situatie. De aansluiting tussen de woning en de sloot blijft gehandhaafd. 6.4
Riolering
De Ruimte voor Ruimte-woningen worden net als de huidige aanwezige woning aangesloten op de bestaande riolering aan de Daniël de Brouwerstraat of in de Putakker. Het afvalwater wordt via het riool afgevoerd naar de regionale RWZI.
ontwerp – toelichting
23
7 7.1
Juridische opzet Algemeen
Op basis van de Wet ruimtelijke ordening per 1 juli 2008, bepaalt een drietal zaken de opzet en inrichting van de bestemmingsplanregels, te weten: de digitale raadpleegbaarheid; de Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen 2008 (SVBP 2008); de Woningwet. Bij het opstellen van de inhoud van de regels wordt zoveel mogelijk aangesloten bij het vigerende bestemmingsplan ‘Buitengebied 2005’. De structuur van het plan is zodanig dat de kaart de primaire informatie geeft over waar en hoe gebouwd mag worden. Bij het raadplegen van het bestemmingsplan dient dan ook eerst naar de plankaart gekeken te worden. Vervolgens kan men in de regels teruglezen welk gebruik en welke bouwmogelijkheden zijn toegestaan. 7.2 De plankaart Op de plankaart zijn aangegeven: de grens van het plangebied; de bestemmingen van de in het plangebied gelegen gronden; de aanduidingen bij de bestemmingen; bouwvlakken. Het bouwvlak geeft de begrenzing weer waarbinnen gebouwen opgericht mogen worden. In het bouwvlak mogen gebouwen en bijgebouwen opgericht worden. 7.3 De regels De regels zijn conform de SVBP 2008 als volgt opgebouwd: inleidende regels; bestemmingsregels; algemene regels; overgangs- en slotregels.
24
bestemmingsplan Woningen Daniël de Brouwerstraat
8 8.1
Haalbaarheid Economische haalbaarheid
De met de realisering van het planvoornemen gepaard gaande kosten worden gedragen door de initiatiefnemer. Bijkomende kosten, zoals voor de aansluiting op de nutsvoorzieningen en de aanleg van de parkeervoorzieningen, komen eveneens voor rekening van de initiatiefnemer. Voor de gemeente Boekel zijn er, buiten advieskosten, geen kosten aan het plan verbonden. De gemeente Boekel zal nadere afspraken maken met de initiatiefnemer over het kostenverhaal, mocht dit toch aan de orde blijken te zijn. 8.2
Maatschappelijke haalbaarheid
Aangenomen mag worden dat tegen het planvoornemen geen overwegende maatschappelijke bezwaren zullen bestaan, gelet op de omgevingsverbetering en de ruimtelijke en functionele aansluiting op de bestaande structuren in de kern Huize Padua. 8.3 Conclusie De realisatie van drie Ruimte voor Ruimte-woningen en de omzetting van de bestaande bedrijfswoning naar een burgerwoning aan de Daniël de Brouwerstraat leidt niet tot overwegende planologische bezwaren. Realisering betekent, na een afweging van de verschillende belangen, een aanvaardbare invulling van het plangebied. 8.4 Nieuw bestemmingsplan De drie nieuw te bouwen woningen en de bestaande woning komen te liggen binnen de bestemming ‘Wonen’. De toekomstige woningen kunnen worden gebouwd binnen een bouwvlak. Dit bouwvlak zal groter worden ingetekend dan volgens de inrichtingsschets om enige marge bij de situering en een reële uitbreidingsmogelijkheid open te houden. Naast de bouwvlakken komt er de mogelijkheid tot het bouwen van bijgebouwen. Deze bijgebouwen mogen worden gebouwd binnen de aanduiding ’bijgebouwen’ en binnen het bouwvlak. De grenzen van de bijgebouwen zijn zodanig dat de bijgebouwen uitsluitend gebouwd kunnen worden op locaties waar dit ruimtelijk gezien verantwoord is. De aanduiding die in het vigerende bestemmingsplan gebruikt wordt voor de cultuurhistorische waarde van de bedrijfswoning (Daniël de Brouwerstraat 2) zal in dit bestemmingsplan in een andere vorm terugkeren. Conform de SVBP 2008 krijgt de bedrijfswoning de aanduiding ‘Waarde – Cultuurhistorie’. De regels zullen op enkele punten afwijken van het vigerende bestemmingsplan Buitengebied 2005. Dit betreft voornamelijk de toegestane bouwhoogte en de plaatsing van de voorgevellijn van de drie te realiseren woningen.
ontwerp – toelichting
25
9 9.1
Procedure De te volgen procedure
Het bestemmingsplan doorloopt de volgende procedure: a. Voorbereiding: Vooroverleg met overheidsinstanties: betrokken diensten van rijk en provincie, waterschap (watertoets), eventueel buurgemeenten. b. Ontwerp: Publicatie en terinzagelegging overeenkomstig afdeling 3.4 Awb en Wro Een ieder kan gedurende deze terinzagelegging een zienswijze indienen bij de gemeenteraad c. Vaststelling: Vaststelling door de Raad Mogelijkheid reactieve aanwijzing Publicatie en terinzagelegging vastgesteld bestemmingsplan gedurende de beroepstermijn d. Inwerkingtreding: Na afloop van de beroepstermijn (tenzij binnen de beroepstermijn een verzoek om voorlopige voorziening wordt gedaan) e. Beroep: Beroep bij Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State 9.2
Watertoets
Dit voorontwerp is ten behoeve van de watertoets voorgelegd aan het waterschap Aa en Maas. De reactie van het Waterschap is verwerkt in hoofdstuk 6 van deze toelichting.
26
bestemmingsplan Woningen Daniël de Brouwerstraat