BESTEMMINGSPLAN WALSBERG GEMEENTE DEURNE
Gemeente Deurne Bestemmingsplan Walsberg
❚
Toelichting bijlagen
❚
Voorschriften bijlagen
❚
Plankaart schaal 1:2000
projectgegevens: TOE04-DEU00002-02A INS02-DEU00002-02D NZW03-DEU00002-02B VOO04-DEU00002-02A SVB02-DEU00002-02B TEK04-DEU00002-02A
Rosmalen, september 2005
vastgesteld: 6 september 2005
Telefoon:
073 52 33 900
Hoff van Hollantlaan 7
Postbus 435
Telefax:
073 52 33 999
E-mail:
[email protected]
5240 AK Rosmalen
INHOUDSOPGAVE 1 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
INLEIDING Algemeen Afbakening plangebied Ligging van het plangebied in groter verband Vigerende bestemmingsplannen Leeswijzer
1 1 1 1 1 1
2 2.1 2.2 2.3
ONTWIKKELING VAN WALSBERG Geologie en geomorfologie Historische ontwikkeling Archeologische en cultuurhistorische waarden
4 4 4 7
3 3.1 3.2
ANALYSE EN WAARDERING Stedenbouwkundig - ruimtelijke analyse en waardering Functioneel-ruimtelijke analyse en waardering
8 8 10
4 4.1 4.2
ONTWIKKELINGEN BINNEN HET PLANGEBIED Ontwikkelingsmogelijkheden Programmatische aspecten
16 16 17
5 5.1 5.2
PLANUITGANGSPUNTEN Uitgangspunten volgend uit bestaand beleid Uitgangspunten volgend uit de stedenbouwkundig-ruimtelijke en functioneel-ruimtelijke analyse en waardering
21 21
6 6.2 6.3 6.4 6.5 6.6 6.7 6.8
MILIEUHYGIËNISCHE ASPECTEN Bedrijvigheid Bodem Luchtkwaliteit Riolering en waterhuishouding Integrale veiligheid Flora en fauna Archeologie
31 32 32 34 35 35 37 40
7 7.1 7.2
DE BESTEMMINGEN De bestemmingen Handhaving
42 42 44
8
ECONOMISCHE UITVOERBAARHEID
46
9 9.1 9.2
PROCEDURES Inspraak en vooroverleg Tervisielegging
48 48 48
22
BIJLAGEN: Bijlage 1: Lijst ‘Ingekomen verzoeken’ Bijlage 2: Straatnamenkaart Bijlage 3: Functiekaart Bijlage 4: Hindercirkelkaart Bijlage 5: Nota Inspraak en Vooroverleg Bijlage 6: Overzicht ingediende zienswijzen Bijlage 7: Verslag hoorzitting indiening zienswijzen Bestemmingsplan Walsberg’ Bijlage 8: Provinciale besluiten Vaststelling hogere grenswaarden Bijlage 9: Raadsvoorstel en Raadsbesluit vaststelling Bestemmingsplan ‘Walsberg’
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
Het plangebied
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
1
INLEIDING
1.1 Algemeen Aan Croonen Adviseurs is opdracht verleend tot het opstellen van een nieuw bestemmingsplan voor Walsberg, alsmede voor het daaraan voorafgaande traject van inventarisatie, analyse en maken van een nota met uitgangspunten voor het nieuwe bestemmingsplan. Het inventarisatierapport Walsberg (9 januari 2003) en de nota uitgangspunten nieuw bestemmingsplan Walsberg (19 augustus 2003) vormen de basis voor het voorliggende bestemmingsplan ‘Walsberg’. Eén van de aanleidingen voor deze opdracht is de lappendeken aan vigerende bestemmingsplannen die voor Walsberg gelden. De gemeente heeft als voornemen binnen 10 jaar alle geldende bestemmingsplannen in Deurne te actualiseren en terug te brengen tot 20 onherroepelijke bestemmingsplannen. Het college van burgemeester en wethouders heeft zich uitgesproken om ook voor Walsberg tot één integraal bestemmingsplan te komen. Het doel van het bestemmingsplan is het opstellen van een eenduidige en uniforme juridische regeling voor het toegestane gebruik en de toegestane bebouwing binnen het plangebied.
1.2 Afbakening plangebied Het plangebied van het nieuwe bestemmingsplan voor Walsberg is aangegeven op de afbeelding ‘Het plangebied’. Het plangebied wordt aan de noordzijde begrensd door de achterperceelsgrenzen van de woningen aan de Walsbergseweg, Eekstraat, Milhezerweg en Trimpertstraat, de rand van het uitbreidingsgebied tussen de Hemelrijkseweg en de Suezlaan, en de Suezlaan zelf. De westgrens van het plangebied wordt gevormd door de achterperceelsgrenzen van de woningen aan de Walsbergseweg. De achterperceelsgrenzen van de woningen aan de Heikant vormen de oostgrens. De grens van het plangebied aan de zuidkant loopt tot en met de Helmondsingel, de op- en afrit van de Langstraat en de achtertuinen van de woningen gelegen aan de Langstraat. Er is gekozen deze woningen aan de Langstraat binnen het plangebied van Walsberg te houden, omdat deze woningen van oudsher bij de Walsberg horen en niet bij de wijk Heiakker.
1.3 Ligging van het plangebied in groter verband Het plangebied ‘Walsberg’ bevindt zich in het noorden van de kern Deurne en vormt de overgang naar het buitengebied. Walsberg is min of meer van Deurne gescheiden door de Helmondsingel en de Langstraat (N270). De Helmondsingel vormt de verbindingsweg met Helmond. De Langstraat is de verbindingsweg naar Venray. Via de Milhezerweg, die dwars door Walsberg loopt, is de wijk verbonden met Milheeze. Via het Haageind kan het centrum van Deurne in korte tijd worden bereikt.
1
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
2
1.4 Vigerende bestemmingsplannen Voor het plangebied, zoals aangegeven en toegelicht in paragraaf 1.2, vigeren 16 bestemmingsplannen. In de hierna volgende tabel zijn deze bestemmingsplannen opgesomd, met de data van vaststelling door de gemeenteraad of Burgemeester en Wethouders, goedkeuring door Gedeputeerde Staten en het eventuele Kroonbesluit/besluit van Raad van State. Bestemmingsplan
Nummer
Vastgesteld
Goedgekeurd
Uitbreidingsplan in hoofdzaken
B-1
11-12-1951
03-06-1953
Buitengebied
B-14
11-03-1980
30-06-1981 Kroonbesluit: 12-06-1986
Buitengebied, herziening IX: correctieve herziening
B-33
24-01-1989
20-06-1989
Den Heiakker-het Hornveld-Zeilberg-noord
H-1
17-10-1978
28-11-1979
Den Heiakker-het Hornveld-Zeilberg-noord, herziening V: Kastelenerve-west NB: bestemmingsplan wordt gedeeltelijk gewijzigd
H-22
15-09-1994 (alleen goedgekeurd v.w.b. verkeersdoeleinden)
11-04-1996
Uitbreidingsplan Walsberg (herziening 1961)
W-1
16-10-1961
14-11-1962
Uitbreidingsplan Walsberg (herziening 1-1963)
W-2
20-11-1963
22-09-1965
Walsberg II
W-3
21-08-1973
02-10-1974
Schildersbedrijf Milhezerweg-Eekstraat
W-4
21-10-1980
24-03-1981
Woning Reeksenakker
W-5
15-05-1990
22-11-1990
Woningen Walsbergseweg
W-6
12-06-1990
04-09-1990
Woningen Klingerveld, Walsberg
W-8
28-06-1994
11-10-1994
Deurne, woning Walsbergseweg
W-9
01-11-1994
02-03-1995
Woningen Suezlaan
W-10
04-11-1997
19-05-1998 RvS: 17-07-2002
Hoveniersbedrijf Langstraat 104, herziening I
W-11
12-09-1995
22-04-1996
Woningen Suezlaan, wijziging noord
W-13
30-01-2001
27-03-2001
1.5 Leeswijzer In hoofdstuk 2 van dit rapport wordt ingegaan op de ontwikkeling van Walsberg. Hierbij wordt aandacht besteed aan de historische ontwikkeling en de aanwezige archeologische en cultuurhistorische waarden. Hoofdstuk 3 bevat een analyse en waardering van Walsberg, zowel in stedenbouwkundigruimtelijk als functioneel-ruimtelijk opzicht. Hierbij worden de sterke en zwakke punten van het plangebied beschreven. In hoofdstuk 4 worden de ontwikkelingsmogelijkheden van het plangebied beschreven en wordt ingegaan op de programmatische aspecten. In hoofdstuk 5 komen de planuitgangspunten aan de orde. Allereerst worden de uitgangspunten aangegeven die volgen uit het bestaande beleid. Vervolgens worden de uitgangspunten behandeld die uit de analyse naar voren zijn gekomen. Hierbij wordt ook aangegeven hoe deze uitgangspunten zijn vertaald in het bestemmingsplan. In hoofdstuk 6 worden de milieuaspecten behandeld. In
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
hoofdstuk 7 en 8 worden tenslotte de bestemmingen en de procedures toegelicht.
De ligging van de Peelrandbreuk, Peelhorst en Centrale Slenk (Bron: De ontstaansgeschiedenis van de Groote Peel)
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
2
ONTWIKKELING VAN WALSBERG
2.1 Geologie en geomorfologie Deurne is gelegen in het Brabants-Limburgse grensgebied. Van groot belang in de historische ontwikkeling van Deurne is de Peelrandbreuk geweest. Het grensgebied van Brabant en Limburg wordt diagonaal doorsneden door een zuidoost-noordwest gericht breukenstelsel, waarvan de Peelrandbreuk de belangrijkste is. De breuken zijn lang geleden ontstaan door verschuivingen van de aardkorst en tijdens deze bewegingen is een deel van Brabant hoger komen te liggen ten opzichte van de omringende gebieden. De breuken verdelen het gebied in een aantal diepe en hoge schollen. De Peelrandbreuk vormt de grens tussen de westelijke, zeer lage schol (de Centrale Slenk of de Roerslenk) en de oostelijk daarvan gelegen, hogere schollen (de Peelschollen). Het Peelschollengebied bestaat uit een aantal breuken. Het gehele gebied ten oosten van de Peelrandbreuk is hoger gelegen en wordt de Peelhorst genoemd. De Maas heeft in de loop der tijd verschillende insnijdingen in het landschap gemaakt en materiaal afgezet. Aanvankelijk werd vooral grof zand en grind afgezet. Later kreeg de Maas een regelmatiger verloop, waardoor fijn zand en klei werd afgezet. Door de insnijdingen zijn kleine stijlranden in het landschap ontstaan. Daarnaast zijn verschillende dekzanden in het gebied afgezet, waardoor reliëfverschillen zijn ontstaan in het landschap. In de door de dekzanden afgedamde drooggevallen beek- en rivierdalen heeft zich later veen gevormd. De oudste nederzettingen in het oosten van Brabant zijn de dorpen dicht langs de Maas geweest. Vanuit deze plaatsen trokken pioniers naar het westen. Hier en daar werd de grond ontgonnen totdat er op enige afstand van het oude dorp op een geschikt punt een nieuw dorp of gehucht ontstond. Vanuit de Meierij (gebied aan de Maas ten oosten van Den Bosch) drongen op deze wijze de boeren richting de Peel en er werd een reeks dorpen gesticht op of vlakbij de Peelrandbreuk tussen de Peelhorst en de Centrale Slenk, onder andere Deurne, Liessel, Gemert, Bakel, Mortel en Handel. Ook het plangebied ‘Walsberg’ heeft zich ontwikkeld op deze oude bouwlanden. De Peelrandbreuk is nog steeds in beweging en is op verschillende manieren merkbaar aanwezig, zoals door de aanwezigheid van een steilrand of door de invloed op de waterhuishouding. Op plekken die als ‘wijstgronden’ bekend staan, treedt water uit de overwegend grofzandige hoge schol aan het oppervlak. Dit zien we voornamelijk in het oosten van Walsberg.
2.2 Historische ontwikkeling Van Walsberg in de Middeleeuwen is weinig bekend. Het Klein Kasteel dateert van vóór 1396. Het Groot Kasteel stamt uit 1460. Dit kasteel werd in 1944 door Engels artillerievuur veranderd in een ruïne. Resteert de Watermolen over het riviertje de Vlier, die in 1690 is gebouwd. Deze drie belangrijke objecten bevinden zich niet in het plangebied van het bestemmingsplan ‘Walsberg’, maar spelen wel een rol in de historische ontwikkeling.
Historische kaart van Deurne 1892, met in het noorden de Wa(l)sberg
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
De naam ‘Wa(l)sberg’ komt voor het eerst voor in documenten in 1380 als een gehucht van enkele boerderijen, verspreid liggend tussen de huidige Bakelseweg en de huidige Milhezerweg. Twee van deze boerderijen, in de Kouwenhoek, stammend uit ± 1600 zijn vrij gaaf bewaard gebleven. Deze boerderijen liggen net buiten het plangebied. De naam Wasberg is terug te voeren op ‘waas’ of ‘waes’, wat wijst op ‘moeras’. ‘Berg’ betekent een hooggelegen plek. Wasberg was dus niets anders dan een hooggelegen plek temidden van moerassen. De naam ‘Walsberg’ met een ‘I’ komt voor het eerst voor rond 1880. In 1900 was Walsberg nog steeds een klein gehucht uitsluitend bestaande uit her en der liggende keuterboerderijtjes en plaggenhutten, hoofdzakelijk gelegen in het gebied tussen Bakelseweg en Milhezerweg. Pas na 1900 werd ook het land tussen Milhezerweg en den Bult ontgonnen en vestigden zich daar nieuwe boeren. Armoe was troef in e e de 19 en begin 20 eeuw en men hield zich in leven met enkele koeien, wat kleinvee, zelfverbouwde groenten en fruit, met als brandstof natuurlijk de zelfgestoken turf, en met van zelfgesponnen wol zelfgebreide kleding. De Milhezerweg was een zandweg in zeer slechte staat. De Markt van Deurne dateert uit de negentiende eeuw. Vanuit de Markt liepen uitwaaierende straten naar de verschillende gehuchten. Het Haageind, ten noorden van de Markt, leidde naar het in het beekdal van de Vlier gelegen kastelencomplex Haageind. Langs het Haageind ontstond een lintbebouwing met - ook nu nog - vele boerderijen. De lintbebouwing langs het e naar de Markt leidende Haageind werd aan het eind van de 19 eeuw verdicht en verlengd richting de Walsberg. De welvaart in Walsberg nam pas na de crisisjaren (1929-1935) langzaam toe. In 1922 kreeg de Milhezerweg een grondverharding, gevolgd door een verharding van de weg naar Venray vanaf de kruising Langstraat/Haageind/Milhezerweg (nu ongeveer het viaduct). Het stuk vanaf het viaduct tot de Oude Helmondseweg bij De Rakt dateert pas van na de Tweede Wereldoorlog. De wegverbeteringen leidden tot een langzame bevolkingstoename, resulterend onder andere in nieuwe lintbebouwing (Langstraat en Milhezerweg). Vanuit deze twee linten breidde Walsberg zich langzaam uit De bevolkingstoename met name richting Venray wekte behoefte aan een school en een kerk. Een aantal boeren richtte in 1928 een school op met de naam ‘Roesbeek’. In 1933 kwam er een verzoek van 2 particulieren om een veldkapelletje ter ere van St. Gerardus te mogen bouwen. Er werd echter geen veldkapel gebouwd, maar een bijkerk met Gerarduskapel, ter ontlasting van de hoofdkerk aan de Markt. In 1935 werd de kerk ingezegend door de bisschop. Sinds 1953 bezit de kerk een pijporgel dat zeer waarschijnlijk in 1846 gebouwd is door de firma Stulting en Maarschalkerweerd uit Utrecht. In 1947 kreeg kapelaan van de Ven de opdracht de parochie Walsberg op te richten. De nieuwe parochie telde toen circa 1000 parochianen. In 1952 werd de kerk fors uitgebreid. Later werd er door de kapelaan een zogenaamde Finse school opgericht. De houten school werd in 1950 in gebruik genomen en later herhaalde malen uitgebreid, onder meer met een aparte kleuterschool, die nu niet meer bestaat. Ook op initiatief van bouwpastoor van de Ven ontstond in 1955 het Gerardushuis, deels bedoeld voor parochieactiviteiten, deels voor kleuteronderwijs. Verbouwing met onder andere aanbouw van de grote zaal volgde al twee jaar later. Verdere verbetering e van de Milhezerweg en Langstraat volgden na de 2 Wereldoorlog (inclusief viaduct). Deze gegevens zijn ontleend aan de beschrijving in de Dorpsgids en het boek ‘Het Walsberg Orgel’, beiden van de heer L.T.M. Verbeek.
2.3 Archeologische en cultuurhistorische waarden De Cultuurhistorische Waardenkaart van de provincie Noord-Brabant kent aan de westrand en de noordoostrand van het plangebied een hoge indicatieve archeologische verwachtingswaarde toe. Aan de gebieden ten zuiden van de Langstraat en de Helmondsingel wordt een middelhoge archeologische verwachtingswaarde toegekend. Vanwege de al vroege aanwezigheid van de Hemelrijkseweg, de Kneuterdijk, de Walsbergseweg, de Voortseweg en de Milhezerweg, worden deze wegen op de Cultuurhistorische Waardenkaart aangeduid als historischstedenbouwkundige lijnen met een (redelijk) hoge waarde. De groenstructuur langs de Hemelrijkseweg en de Suezlaan wordt op de Cultuurhistorische Waardenkaart aangeduid als historische groenstructuur. Het gebied ten zuiden van de Langstraat en de Helmondsingel, in de omgeving van het Kasteel van Deurne, is aangeduid als een historisch, stedenbouwkundig waardevol gebied. De kerk van Walsberg bevindt zich aan de Milhezerweg. Deze kerk is door de locatie en in samenhang met de functie en de omliggende bebouwing beeldbepalend voor Walsberg. Dit object is voor de gemeente van belang, omdat het qua functie en architectuur cultuurhistorische waarde heeft. De kerk is geselecteerd tijdens de MIP-inventarisatie (Monumenten Inventarisatie Project). De kerk is niet in aanmerking gekomen voor plaatsing op de gemeentelijke monumentenlijst en mist daardoor de wettelijke bescherming tegen sloop en vervangende nieuwbouw. Op basis van een komende evaluatie van de monumentenlijst zou een heroverweging gemaakt kunnen worden en besloten kunnen worden de monumentenlijst beperkt uit de breiden. Deze afweging geschiedt in het kader van het monumentenbeleid.
St. Gerarduskerk
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
3
ANALYSE EN WAARDERING
3.1 Stedenbouwkundig - ruimtelijke analyse en waardering Structuur van Walsberg Deurne heeft van oudsher een spinragstructuur; vanuit het centrum lopen radialen (de oude linten) naar het buitengebied. Het Haageind, ten zuiden van Walsberg, is één van deze oude radialen. Later heeft dit lint zich verder uitgebreid richting het noorden (Milhezerweg) en is het gehucht Walsberg ontstaan. De belangrijkste wegen in de ruimtelijke hoofdstructuur van Walsberg zijn de Milhezerweg, de Hemelrijkseweg en de Helmondsingel/Langstraat. Deze laatste weg vormt een ruimtelijke barrière, waardoor Walsberg wordt gescheiden van de rest van het bebouwde gebied van Deurne. Aan de bebouwing in Walsberg is duidelijk de historische ontwikkeling af te lezen en om die reden wordt de bebouwing dan ook hoog gewaardeerd. De belangrijkste functies liggen aan het oude lint, de Milhezerweg. Met name het verschil in karakter tussen de oostzijde en de westzijde van de Hemelrijkseweg is kenmerkend en draagt bij aan een karakteristieke stedenbouwkundige structuur. In het oosten is sprake van een bosachtige omgeving met overwegend vrijstaande woningen op grote kavels. Het westen heeft meer een dorps karakter met eveneens grote woningen op kleinere kavels. Hier bevinden zich vooral twee-onder-één-kapwoningen en vrijstaande woningen. De Walsberg heeft hierdoor een duidelijke eigen identiteit gekregen. Ook de variatie in dichtheden, bebouwingskarakteristieken, kapvormen e.d. wordt hoog gewaardeerd. Monumenten en beeldbepalende panden In Walsberg zijn geen monumenten aanwezig. Wel zijn de kerk en het Gerardushuis beide bijzondere gebouwen die eveneens hoog worden gewaardeerd vanwege hun verschijningsvorm en betekenis. Zij vormen een belangrijk onderdeel in de stedenbouwkundige structuur. Archeologie en cultuurhistorische waarden De Cultuurhistorische Waardenkaart van de provincie Noord-Brabant geeft aan welke gebieden buiten de bebouwde kom archeologische en/of cultuurhistorische verwachtingswaarden bezitten. Verwachtingswaarden wil zeggen dat op grond van literatuuronderzoek aangegeven wordt op welke locaties mogelijk archeologische resten gevonden kunnen worden. Voor onbebouwde gronden binnen de bebouwde kom is de cultuurhistorische waarde niet bekend. Wel kan gesteld worden dat de Cultuurhistorische Waardenkaart een uitstralend effect heeft naar de aangrenzende gronden binnen de bebouwde kom. Op grond van het streekplan Brabant in Balans 2002 moeten in geval van voorgenomen ruimtelijke ontwikkelingen in gebieden met hoge of een middelhoge verwachtingswaarden, de archeologische waarden door middel van een vooronderzoek in kaart worden gebracht. Bekeken wordt of er inderdaad een archeologische vindplaats aanwezig is, wat de precieze locatie en de waarde ervan is of dat de vindplaats is verstoord.
Op grond daarvan bekijkt de gemeente samen met de initiatiefnemer of de vindplaats ingepast kan worden in de planvorming. Zowel rijk als provincie gaan in eerste instantie uit van het behoud van het bodemarchief ‘in situ’. Rondom Walsberg zijn gebieden met een hoge of middelhoge archeologische verwachtingswaarde aanwezig. Voor de gebieden met wijzigingsbevoegdheid B en C binnen het plangebied geldt echter dat er sprake is van een lage indicatieve verwachtingswaarde. Er dient hiervoor dan ook geen verder archeologisch onderzoek verricht te worden. Voor de twee lege percelen (gebied met wijzigingsbevoegdheid A) aan de Walsbergseweg geldt wel een hoge archeologische verwachtingswaarde, maar deze percelen kunnen pas bebouwd worden na het verdwijnen van de milieuhindercirkel die over de percelen is gelegen. Daarom zal op dit moment geen archeologisch onderzoek uitgevoerd worden. Zowel de historisch-stedenbouwkundige lijnen (Hemelrijkseweg, Kneuterdijk, Walsbergseweg, Voortseweg en Milhezerweg) als de historische groenstructuren langs de Hemelrijkseweg en de Suezlaan worden hoog gewaardeerd. Zij kunnen dienen als inspiratiebron bij nieuwe ontwikkelingen, maar tevens dienen de cultuurhistorische waarden van deze lijnen en structuren beschermd te worden. Beeldkwaliteit Zoals hiervoor al in de stedenbouwkundig-ruimtelijke analyse en waardering is beschreven, bezit Walsberg veel beeldkwaliteit. Beeldkwaliteit kan beschreven worden aan de hand van twee elementen, namelijk ruimtelijke kwaliteit en kwaliteit van de openbare ruimte. Het streven is gericht op het handhaven en versterken van de beeldkwaliteit. Of een gebied beeldkwaliteit bezit heeft te maken met de oorsprong en de opbouw van het plangebied en eventuele toevoegingen en versterkingen, zowel qua bebouwing als qua openbare ruimte. Hiervoor is al aangegeven dat in Walsberg duidelijk de oorsprong is af te lezen. Walsberg is ontstaan langs de Milhezerweg, waar nu nog lintbebouwing aanwezig is, en is uitgebreid in westelijke en oostelijke richting. De verschillende bebouwingskarakteristieken die hierboven zijn beschreven dragen bij aan de hoge beeldkwaliteit van de wijk. Met name het ‘boswonen’ in het oosten van de wijk levert een grote bijdrage aan die beeldkwaliteit. In Deurne zijn weinig onderscheidende woongebieden aanwezig. In hoofdzaak bestaat het woongebied uit traditionele grondgebonden woningen met tuinen. Het ‘boswonen’ in Walsberg is wel een onderscheidend woongebied. Als men denkt aan Walsberg, denkt men aan ‘boswonen’. Elementen die eveneens bijdragen aan de hoge beeldkwaliteit zijn de bijzondere gebouwen, zoals de kerk, het Gerardushuis en de oude boerderijen die nog aanwezig zijn. De kwaliteit van de openbare ruimte in Walsberg is over het algemeen hoog. In het oosten wordt de openbare ruimte gekenmerkt door het bosachtige karakter en de grasbermen die de openbare ruimte een informeel karakter geven. Kenmerkend voor de Hemelrijkseweg is het groene karakter van de straat dat ontstaat door de vele groenplekken langs de weg en de boomstructuur. De gebieden tussen de Hemelrijkseweg en de Milhezerweg en het gebied ten westen van de Milhezerweg wordt gekenmerkt door een meer formele inrichting van de openbare ruimte. Hier zien we geasfalteerde wegen met trottoirs. Langs de Walsbergseweg bevinden zich grasbermen in plaats van trottoirs.
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
Door het vele groen in met name de tuinen is sprake van een hoge beeldkwaliteit. De beeldkwaliteit van de Milhezerweg is wat lager dan in de rest van het plangebied. Ook hier is sprake van een geasfalteerde weg. Langs de weg liggen vrijliggende fietspaden, waardoor een breed profiel ontstaat. Door dit brede profiel wordt de Milhezerweg vaak als een barrière ervaren. De bomenstructuur en de grasbermen leveren wel een bijdrage aan de beeldkwaliteit van de Milhezerweg, maar heffen deze barrière niet op. De beeldkwaliteit van het dorpsplein voor het Gerardushuis kan ook verbeterd worden. Door versterking van de functie en de randen van het plein kan dit bereikt worden. In het bestemmingsplan voor Walsberg wordt de functie en het gebruik van de gronden en de maatvoering van de bebouwing geregeld. Het bestemmingsplan vormt de basis voor de stedenbouwkundige opzet van de wijk. In de welstandsnota die door de gemeente Deurne is vastgesteld, zijn welstandscriteria opgenomen voor de verschillende bebouwingstypen die in Walsberg voorkomen. De huidige karakteristiek en architectuur van de bebouwing vormt hierbij uitgangspunt. Met de twee genoemde beleidsstukken worden de stedenbouwkundige opzet en de architectonische verschijning vastgelegd in een beleidskader. Nieuwe (bouwvergunningplichtige) bouwplannen dienen zowel aan het bestemmingsplan als aan de welstandsnota getoetst te worden. Het behoud en versterken van elementen uit de groenstructuur kan geregeld te worden in een ander beleidsstuk, bijvoorbeeld een groenstructuurplan.
3.2 Functioneel-ruimtelijke analyse en waardering 3.2.1 Bebouwd gebied De bebouwing in Walsberg heeft overwegend een woonfunctie. De nietwoonfuncties binnen het plangebied zijn hoofdzakelijk te vinden aan de Milhezerweg. Daarnaast komen er verspreid over het plangebied nog een klein aantal niet-woonfuncties voor. Hieronder wordt per niet-woonfunctie een analyse en waardering gegeven. Bedrijven Menging van functies bepaalt mede de sfeer van Walsberg. De bedrijven in Walsberg zijn dan ook mede bepalend voor het karakter van Walsberg. Het aantal bedrijven in Walsberg is in de loop der jaren afgenomen. Op dit moment zijn verspreid over het plangebied nog een klein aantal bedrijven te vinden. Bedrijven in de woonomgeving De aanwezigheid van bedrijvigheid binnen Walsberg is karakteristiek voor dorpen die langzaam gegroeid zijn, zoals Walsberg. De ligging van deze bedrijven is geen probleem zolang deze wat betreft hun aard, schaal en uitstraling passen binnen de woonomgeving. Op basis van aspecten zoals stank, stof, trilling, geluid, intensiteit van aan- en afvoer en gevaar, zijn bedrijven ingedeeld in 6 milieu(hinder)categorieën (gebaseerd op de indeling in de VNG-brochure ‘Bedrijven en milieuzonering’ (geheel herziene uitgave januari 1999)). Bedrijven in de milieucategorieën 1 en 2 (met een geringe 2 perceelsoppervlakte; tot 1.000 m ) kunnen vanwege hun milieubelasting tussen de woonbebouwing gesitueerd worden, terwijl bedrijven in milieucategorie 6 op grote afstand van woongebieden of daarmee gelijk te stellen functies moeten blijven.
In Walsberg mogen dus in principe alleen bedrijven voorkomen die geen hinder of gevaar veroorzaken en behoren tot milieucategorie 1 en 2 met een beperkte perceelsoppervlakte per bedrijf, met uitzondering van inrichtingen zoals genoemd in het Inrichtingen en Vergunningen Besluit art. 2.4. Vrijwel alle bedrijven in de Walsberg passen binnen de woonomgeving. Het bedrijf in constructie- en apparatenbouw P.G. Gerardts aan de Milhezerweg valt weliswaar in milieucategorie 3, maar heeft geen negatieve invloed op de woonomgeving. Jomo Food Service, Hemelrijkseweg 7, is een voedselverwerkingsbedrijfje inzake barbecue, gourmetschotels en koude schotels. Het bedrijfje is in strijd met het bestemmingsplan ontstaan en zorgt in de huidige situatie niet voor problemen in de omgeving. Loonslagerij Kuijpers aan de Milhezerweg 68a is ook in strijd met het bestemmingsplan ontstaan, en ook dit bedrijfje zorgt niet voor problemen in de omgeving. Beide bedrijfjes zijn in het bestemmingsplan opgenomen in de bestemming Woongebied waarbinnen een ambachtelijke bedrijf middels vrijstelling is toegestaan. Indien er in het bestemmingsplan nieuwe woningbouwontwikkelingen mogelijk worden gemaakt, dient rekening gehouden te worden met de hindercirkels van de aanwezige bedrijven in en buiten het plangebied. Binnen de hindercirkels mag in ieder geval geen nieuwe woningbouw worden gerealiseerd. Bedrijven buiten de woonomgeving Buiten het plangebied (aan de westzijde) zijn enkele agrarische bedrijven aanwezig die gevolgen kunnen hebben voor eventuele toekomstige woningbouw. De hindercirkels van de bedrijven in de omgeving zijn bekeken. De belangrijkste conclusie is dat een deel van het gebied met wijzigingsbevoegdheid B binnen de aan de westzijde gelegen agrarische hindercirkels ligt. Ook de twee lege percelen (gebied met wijzigingsbevoegdheid A) aan de Walsbergseweg liggen binnen een agrarische hindercirkel. Zolang de hindercirkels bestaan kan hier nog geen woningbouw plaatsvinden. Aan huis verbonden beroepen/bedrijven In Walsberg vinden er ook nog kleinschalige, aan de woonfunctie ondergeschikte bedrijfsactiviteiten (milieucategorie 1 en 2) plaats. Deze nietwoonfuncties zijn aan te merken als aan huis verbonden beroep/bedrijf. In de praktijk is gebleken, dat er behoefte is om voor bepaalde beroepen in of bij de woning meer gebruiksmogelijkheden en grotere bouwmogelijkheden te geven. Om op deze behoefte te kunnen inspelen, is in het bestemmingsplan ‘Vernieuwde Regeling Bijgebouwen bij Woningen 1994’, dat voor een groot deel van de bestemmingsplannen van Deurne van toepassing is verklaard, een vrijstellingsbevoegdheid opgenomen voor aan huis verbonden beroepen en kleine ambachtelijke bedrijven. Hiervoor worden wel grenzen aan het gebruik gesteld. Ook is een regeling opgenomen voor de gevallen waarin van de bevoegdheid gebruik kan worden gemaakt. Burgemeester en wethouders kunnen in individuele gevallen vrijstelling verlenen voor de uitoefening van een aan huis verbonden beroep of een klein ambachtelijk bedrijf, mits de woonfunctie blijft voldoen aan de voorschriften, er geen onevenredige schade wordt toegebracht aan het woonmilieu, er geen verkeersaantrekkende werking vanuit gaat, geen zelfstandige vorm van detailhandel ontstaat e.d.
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
Voor onder andere de volgende beroepsmatige activiteiten kan vrijstelling worden verleend: artsen, tandartsen, makelaars, architecten, advocaten, verzekeringsagenten, boekhouders, pedicures, schoonheidsspecialisten, taxihouders, rijschoolhouders, rijwielherstellers, beeldende kunstenaars en wat hiermee vergelijkbaar is. De aan huis verbonden beroepen/bedrijven leveren een positieve bijdrage aan de levendigheid van Walsberg. Dit geldt in ieder geval wanneer zij de woonkwaliteit niet aantasten. Er zijn geen voorbeelden in het plangebied waarbij de woonkwaliteit wordt aangetast. Detailhandel In Walsberg zijn momenteel vijf winkels (dagelijks en niet-dagelijks), allen gelegen aan de Milhezerweg. Het winkelcentrum van Deurne ligt op korte afstand van Walsberg en vervult dan ook de functie van winkelcentrum voor Walsberg. In het centrum van Deurne bevindt zich een groot aantal winkels in alle branches. Voor Walsberg wordt niet gestreefd naar een buurtwinkelcentrum en verdere aanvulling van het winkelaanbod. Horeca In Walsberg zijn twee horecavestigingen aanwezig, namelijk CaféCatering-Zaal van de Putten en Cafetaria ’t Viaduct. Beide horecavoorzieningen zijn gelegen aan de Milhezerweg. De situering van de horecavestigingen sluit goed aan op de structuur van Walsberg. Gelet op de aard en de omvang van de horecavestigingen passen beiden goed in een woongebied als Walsberg. Zolang de aard en uitstraling van de horecavestigingen blijft passen bij de in de directe omgeving aanwezige functies, bepaalt ook horeca de sfeer en levendigheid van de Walsberg. Daarnaast maakt het de Walsberg ook aantrekkelijk voor bezoekers. Bij de horecavestigingen is momenteel voldoende parkeergelegenheid aanwezig, die is afgestemd op de aard van de vestiging. Het huidige horeca-aanbod in Walsberg is bestaand en vormt voor de bestaande woningbouw bij deze herziening van het bestemmingsplan geen belemmering. Indien er in het bestemmingsplan echter nieuwe woningbouwontwikkelingen mogelijk worden gemaakt, dient rekening gehouden te worden met de hindercirkels van de aanwezige horecavoorzieningen. Binnen de hindercirkels mag in ieder geval geen nieuwe woningbouw worden gerealiseerd. De horecagelegenheden hebben in principe een geluidscirkel van 50 meter, gebaseerd op de gemiddelde geluidsproductie van een horecainrichting en de grenswaarde van een stille woonwijk met weinig verkeer. Daarbij moet wel de kanttekening gemaakt worden dat de horecagelegenheden moeten voldoen aan de geluidsvoorschriften zoals deze zijn gesteld in het Besluit Horeca-, sport- en recreatie-inrichtingen milieubeheer of milieuvergunning. De voorschriften zijn van toepassing op de dichtst bij gelegen woning. Wanneer die woning dichter bij de horecabedrijven is gelegen dan 50 meter, is de afstand van die woning maatgevend i.p.v. de 50 meter, zoals opgegeven in het boekje ‘Bedrijven en Milieuzonering’. Dienstverlening Het aanbod aan dienstverlening in Walsberg zelf is beperkt. Er is een kapperszaak aanwezig aan de Trimpertstraat. Deze zaak kan als dienstverlening worden aangemerkt. Voor andere diensten die niet in Walsberg aanwezig zijn, kunnen de bewoners elders in Deurne terecht.
Maatschappelijke voorzieningen In het plangebied zijn een aantal maatschappelijke voorzieningen gevestigd. Langs de Milhezerweg bevindt zich de Gerarduskerk. Naast de kerk ligt het Gerardushuis; het gemeenschapshuis van Walsberg. Hierin is horeca toegestaan. De peuterspeelzaal is ook in het Gerardushuis gevestigd. In het plangebied is één basisschool aanwezig, basisschool St. Gerardus aan het Klingelveld. Andere maatschappelijke voorzieningen zijn de begraafplaats aan het Kromveld en de fysiotherapeut op de hoek van de Milhezerweg en de Trimpertstraat. De maatschappelijke voorzieningen passen in een plangebied met deze demografische gegevens en sociale structuur. Naar verwachting zal hier in de toekomst weinig aan veranderen. De maatschappelijke voorzieningen worden door de bewoners gewaardeerd en het streven is dan ook gericht op het in stand houden van deze voorzieningen. 3.2.2 Onbebouwd gebied Onder het onbebouwde gebied wordt verstaan alle open ruimten, verkeersruimten en groene ruimten in Walsberg. Openbare ruimte De openbare ruimte in Walsberg bestaat voor het grootste deel uit verkeersruimte en groenvoorzieningen. Daarnaast is in het centrum van Walsberg, naast het Gerardushuis, een ruimte aanwezig met parkeerplaatsen. De behoefte bestaat deze ruimte te herstructureren tot multifunctioneel dorpsplein waar zowel dorpsactiviteiten kunnen plaatsvinden als het parkeren en spelen een plek kunnen vinden. In dit bestemmingsplan is binnen de bestemmingen Woongebied, Gemengde doeleinden, Maatschappelijke doeleinden en Verkeer het oprichten van een dorpsplein met parkeermogelijkheden mogelijk gemaakt. Verkeer Walsberg ligt door haar situering aan de provinciale weg tussen Helmond en Venray gunstig ten opzichte van het regionale verkeersnetwerk. Naast een goede bereikbaarheid via de provinciale weg, is Walsberg ook (indirect) bereikbaar per spoor. Deurne beschikt namelijk over een station. Ook per bus is Walsberg goed bereikbaar. De verkeersstructuur in Walsberg is helder. Er is sprake van één hoofdontsluitingsweg binnen Walsberg naast de Langstraat die en belangrijke ontsluitingsweg is voor geheel Deurne. De overige wegen zijn als woonstraten te typeren. Over het algemeen is er sprake van een rustige wijk. Alleen de Helmondsingel/Langstraat (provinciale weg) en de Milhezerweg zijn vrij druk. De Milhezerweg vormt een duidelijke scheiding tussen het oosten en het westen van het plangebied. Vanwege haar brede profiel wordt de weg soms als een fysieke barrière ervaren. De Helmondsingel/Langstraat ten zuiden van de Walsberg vormt een barrière. Fysiek is er door de doorgaande weg en fietspaden geen barrière, maar in ruimtelijk opzicht worden de twee woongebieden visueel gescheiden. Door de scheiding van fietsverkeer en autoverkeer op de Milhezerweg is er sprake van relatief veilige langzaamverkeersroutes. Toch gebeuren er de laatste jaren relatief veel ongelukken.
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
In toenemende mate vormen de toe- en afritten naar de provinciale weg een probleem, vooral aan de noordzijde. Er is sprake van een langzaamverkeersverbinding tussen Walsberg en Heiakker. In de Walsberg zijn over het algemeen voldoende parkeervoorzieningen. Ook bij de horecavoorzieningen is voldoende parkeergelegenheid. Wel is er in het centrum van Walsberg bij activiteiten in het Gerardushuis meer behoefte aan parkeergelegenheid. Het parkeren in de bermen van de straten levert wel problemen op, met name voor de waterhuishouding. De beschikbaarheid van bermen voor de afvoer van regenwater wordt daarmee beperkt. Bij nieuwe bouwplannen dient het parkeren dan ook op eigen terrein opgelost te worden. Groen De groenstructuur van Walsberg wordt erg hoog gewaardeerd. Met name het ‘boswonen’ in het oosten van het plangebied geeft Walsberg een duidelijke eigen identiteit. In Deurne zijn weinig onderscheidende woongebieden aanwezig. In hoofdzaak bestaat het woongebied uit traditionele grondgebonden woningen met tuinen. Het ‘boswonen’ in Walsberg is wel een duidelijk onderscheidend woongebied. Het groen in Walsberg levert een bijdrage aan de ruimtelijke structuur van het plangebied. De belangrijkste wegen en lijnen worden begeleid middels een bomenrij, op de meeste plekken aan weerszijden van de weg. De groene inrichting van de bermen is ook een bijzondere kwaliteit en levert een bijdrage aan het informeel karakter van de wegen. Al met al is er sprake van een heldere en kwalitatief waardevolle groenstructuur, die in de toekomst zeker gehandhaafd dient te worden. Opvallend in Walsberg is de afwezigheid van een speelplek voor de kinderen. Er is grote behoefte aan het aanwijzen van één of twee groenvoorzieningen als speelplek. In dit bestemmingsplan is binnen de bestemmingen Woongebied, Gemengde doeleinden, Maatschappelijke doeleinden en Groenvoorzieningen het oprichten van speelvoorzieningen mogelijk gemaakt. De keuze van de locatie(s) zal plaatsvinden op basis van het Speelruimteplan. Water Sinds februari 2001 is op alle plannen met betrekking tot de ruimtelijke inrichting een watertoets van toepassing. Gemeenten, de initiatiefnemers, voor plannen, moeten vroegtijdig bij planvorming de waterbeheerders betrekken bij de planvorming. In dat kader is vanaf het begin van het planproces het Waterschap de Aa betrokken. Dat biedt de zekerheid dat de ruimtelijke functies en kwaliteiten voldoende in beeld komen en binnen het bestemmingsplan de functies en kwaliteiten worden gewaarborgd. Het ontwerpbestemmingsplan is aan het Waterschap de Aa voorgelegd zodat waterbeheerders ook in de gelegenheid zijn om formeel te adviseren. Het advies wordt opgenomen in de bijlagen van het bestemmingsplan. Door verdroging van de bodem zijn in Nederland veel natuurwaarden verloren gegaan. Ook is de afhankelijkheid van aanvoer van gebiedsvreemd water in droge perioden toegenomen. De groei van het bebouwde oppervlak en de groei van het oppervlak van andere verhardingen dragen mede bij aan de verdroging. Het is één van de kwaliteiten van de Walsberg dat binnen het inzijgingsgebied in het verleden de mogelijkheden om regenwater in de bodem te infiltreren maximaal zijn benut. Binnen het deel van de Walsberg dat ligt binnen het intermediaire gebied zijn de kansen voor infil-
tratie beperkt. Het plangebied ligt niet binnen een grondwaterbeschermingsgebied. Er zijn geen grootschalige onttrekkingen van grondwater. De drooglegging binnen het gebied is toereikend. Plaatsen met grondwateroverlast zijn er voor zover bekend niet. In de jongste woningbouwlocatie tussen Suezlaan en Hemelrijkseweg is de voldoende drooglegging bereikt door ophoging van het gebied. De peelrandbreuk heeft grote invloed op de grondwaterstand en de waterhuishouding binnen het gebied. Door de slechte doorlatendheid van de bodem ter hoogte van de breuklijn zijn er vaak grote verschillen in grondwaterstand ten westen en oosten van de breuklijn. De doorlatendheid van de bodem ten oosten van de breuklijn is groter dan van de bodem ten westen van de breuklijn. De jongste bebouwing binnen het plangebied grenst aan de Suezloop. Ter hoogte van deze bebouwing is de loop aangepast voor opvang en retentie van regenwater. De Suezloop is van belang voor de afvoer van het regenwater van dit plandeel. Binnen of direct grenzend aan het plangebied liggen geen watergangen die van belang zijn voor het gebied. De riolering is overwegend een gemengd rioolstelsel. Totaal wordt de neerslag van 7,5 ha verhard oppervlak door het gemengd rioolstelsel afgevoerd. De verhardingen en bebouwing gelegen binnen het infiltratiegebied belasten het gemengd rioolstelsel slecht zeer beperkt met regenwater. Het oppervlak verhardingen dat afvoert via het verbeterd gescheiden rioolstelsel bedraagt 0,6ha. De rioolstelsels voeren het afvalwater via het rioolstelsel van Deurne-centrum en het gemaal van Waterschap de Aa af naar de rioolwaterzuivering in Aarle-Rixtel. De bergbezinkkelder en de riooloverstort op de Vlier in de kasteeltuin zijn van belang voor het rioolstelsel.
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
4
ONTWIKKELINGEN BINNEN HET PLANGEBIED
4.1 Ontwikkelingsmogelijkheden Het bestemmingsplan voor Walsberg is in de eerste plaats een beheersplan, maar daarnaast zullen in het bestemmingsplan ook een aantal ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt. Binnen de bestemmingsplanperiode van 10 jaar zijn in Walsberg een aantal ontwikkelingen te verwachten. Hieronder wordt een overzicht gegeven van deze ontwikkelingen. In hoofdstuk 5 wordt aangegeven hoe de nieuwe ontwikkelingen in het bestemmingsplan juridisch mogelijk worden gemaakt. Ontwikkelingen woningbouw Hieronder een overzicht van de op de verschillende locaties te realiseren woningen en de wijze waarop dit geregeld wordt. Locaties nieuwe woningen rechtstreeks positief bestemd
Aantal extra woningen
Directe bouwlocaties: -
Locatie zuidoosten plangebied (Herenberg/Reeksenakker)
2
-
Mogelijkheid tot splitsing woning Walsbergseweg 15
1
-
Locatie aan Hemelrijkseweg
1
-
Locatie aan Groenveld
2
-
Locatie Warande 2
1
Totaal
7
Locaties nieuwe woningen na wijziging bestemmingsplan -
Locaties Walsbergseweg: mogelijkheid tot bouw woningen nadat de hindercirkel is opgeheven
2
-
Locatie zuidoosten plangebied
7
-
Locatie hoek Parkweg-Milhezerweg Totaal
6-8 15-17
Ontwikkelingen bedrijven - Jomo Food Service aan de Hemelrijkseweg krijgt geen mogelijkheid tot verdere uitbreiding, m.u.v. algemene 10% vrijstellingsbevoegdheid. - Loonslagerij Kuijpers aan de Milhezerweg krijgt geen mogelijkheid tot verdere uitbreiding, m.u.v. algemene 10% vrijstellingsbevoegdheid. - Mogelijkheid tot bebouwen buitenruimte naast de opslagruimte van Verheijen (Eekstraat 12) als opslagruimte voor de winkelruimte Milhezerweg 27. Ontwikkelingen horeca - Mogelijkheid tot wijziging van de horecafunctie van alle horecavestigingen naar wonen, eerstelijnshulp of dienstverlening.
Ontwikkelingen maatschappelijke voorzieningen - Mogelijkheid tot uitbreiding van het Gerardushuis binnen het bouwvlak. - Omzetten bestemming ‘Maatschappelijke doeleinden’ voor de pastorie bij de Gerarduskerk naar de bestemming ‘Gemengde doeleinden’.
4.2 Programmatische aspecten Demografische gegevens In het plangebied Walsberg wonen in totaal 935 personen. Dit is circa 3% van het totaal aantal inwoners van de gemeente Deurne (32.040). In de onderstaande tabel is de demografische ontwikkeling van het plangebied Walsberg weergegeven (gebaseerd op de prognose van de provincie Noord-Brabant, 2000). Leeftijd
2002
2010
2015
2002
2010
2015
(werkelijke cijfers, absoluut)
(prognose, absoluut)
(prognose, absoluut)
(werkelijke cijfers, procentueel)
(prognose, procentueel)
(prognose, procentueel)
21,9% 12,0% 26,6% 21,5% 11,3% 5,9% 0,8% 100,0%
20,5% 12,2% 24,3% 22,7% 12,8% 6,5% 1,0% 100,0%
0-19 20-34 35-54 55-64 65-74 75-84 85+ Totaal
220 123 270 169 103 45 5 935
218 119 264 214 113 59 8 996
208 124 246 231 130 66 10 1015
23,5% 13,2% 28,9% 18,1% 11,0% 4,8% 0,5% 100,0%
Demografische ontwikkeling Walsberg
De demografische ontwikkeling van de gehele gemeente Deurne ziet er als volgt uit (gebaseerd op de prognose van de provincie Noord-Brabant, 2000): Leeftijd
0-19 20-34 35-54 55-64 65-74 75-84 85+ Totaal
2002
2010
2020
2030
2002
2010
2020
2030
(werkelijke cijfers, absoluut)
(prognose, absoluut)
(prognose, absoluut)
prognose, absoluut)
(werkelijke cijfers, procentueel)
(prognose, procentueel)
(prognose, procentueel)
(prognose, procentueel)
8458 5826 10310 3455 2555 1186 250 32040
8367 5659 10097 4384 2803 1550 394 33254
7719 5965 8625 5044 3714 1899 587 33553
7584 26,4% 25,2% 23,0% 22,6% 5766 18,2% 17,0% 17,8% 17,2% 8007 32,2% 30,4% 25,7% 23,9% 4491 10,8% 13,2% 15,0% 13,4% 4311 8,0% 8,4% 11,1% 12,9% 2587 3,7% 4,7% 5,7% 7,7% 750 0,8% 1,2% 1,7% 2,2% 33496 100,0% 100,0% 100,0% 100,0%
Demografische ontwikkeling gemeente Deurne
Volgens de prognose van de gemeente op basis van de provinciale prognose voor geheel Deurne zal het aantal inwoners in Walsberg in de toekomst enigszins toenemen, namelijk met zo’n 80 inwoners tot 2015. Uit de inventarisatie van de bevolkingsopbouw valt op dat het percentage inwoners tot 54 jaar in het plangebied (65,6%) veel lager is ten opzichte van het percentage in Deurne als geheel (76,8%). Het aantal 55-64 jarigen en 65-75 jarigen ligt relatief hoog met respectievelijk 18,1% en 11,0% tegenover 10,8% en 8,0% gemiddeld in Deurne. Het percentage ouderen in het plangebied is hiermee beduidend hoger dan het gemiddelde in Deurne.
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
Woningvoorraad Uit de inventarisatie van de woningvoorraad valt op dat in Walsberg weinig huurwoningen aanwezig zijn, nog minder dan een vijfde deel van de aanwezige woningen. Het percentage huur- en koopwoningen in Walsberg wijkt sterk af van het gemiddelde in Deurne. De verhouding tussen het percentage huurwoningen in Walsberg en het percentage in Deurne bedraagt 18% tegenover 42%. Het percentage koopwoningen in Walsberg is veel hoger dan in Deurne; 82% tegenover 58%. Het percentage rijwoningen (6%) en etages/appartementen/bovenwoningen (0%) in Walsberg is lager dan in Deurne (31% en 6%). De vergrijzing in Walsberg neemt zichtbaar toe. Hierbij dient rekening te worden gehouden bij nieuwbouw. Nieuwe woningen die gerealiseerd worden dienen geschikt te zijn voor alle leeftijden. In verband met de leefbaarheid dient hierbij het accent te liggen op woningen voor starters. Ook bij renovatie dient hier rekening mee te worden gehouden. In de toekomst zal ook aandacht besteed moeten worden aan combinaties van wonen en zorg. Er wordt gepleit voor het open houden van alle mogelijkheden voor geclusterd zelfstandig wonen. In het bestemmingsplan zal hier echter niet verder op ingegaan worden. De ontwikkeling van de woningvoorraad in Deurne is, conform het provinciale beleid, gebaseerd op maximaal de opvang van de natuurlijke groei van de bevolking (migratiesaldo 0). De gemeente mag van de provincie de achterstand voor de periode 2000 - 2005 inhalen (301 woningen), voor de periode 2005 - 2010 500 woningen aan de voorraad toevoegen en voor de periode 2010-2015 405 woningen. In het totaal worden daarmee in de periode 2005 - 2015 1206 woningen toegevoegd aan de voorraad. Het streven is erop gericht om circa 75% (905) van deze woningen te realiseren in de kern Deurne en 25% in de omliggende kerkdorpen. Getracht wordt de toevoeging van woningen aan de woningvoorraad zoveel mogelijk op inbreidingslocaties te laten plaatsvinden.
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
In onderstaande tabel is globaal in beeld gebracht welke plancapaciteit in de kern Deurne aanwezig is op basis van geldende en in voorbereiding zijnde bestemmingsplannen. Periode
2002 - 2015
Toevoeging in kern Deurne (op basis van vastgestelde en in voorbereiding zijnde bestemmingsplannen) 905
Verwachte realisatie in 2005
circa 80
Deurne Centrum
circa 300
Restant Kastelenerve/De Vennen/divers
circa 5
Rijtse Vennen
circa 100
Heiakker e.o./Noordrand
circa 10
Zeilberg
circa 50
Houtenhoek
circa 50
Koolhof Sint Jozefparochie Spoorzone Walsberg (exclusief 25 woningen Suezlaan, gereed 2004 en 2005)
-circa 450 p.m. circa 30
In de tabel is zichtbaar dat de totale plancapaciteit in de kern Deurne, inclusief de capaciteit zoals die is opgenomen in dit bestemmingsplan Walsberg, de behoefte enigszins overschrijdt.’ Binnen de diverse gebieden is naast nieuwbouwlocaties ook sprake van herstructureringslocaties. In dit overzicht is voor die herstructureringslocaties het aantal woningen opgenomen dat wordt toegevoegd aan het bestaande aantal woningen. In het kader van die herstructureringsplannen zullen mogelijk circa 120 woningen gesloopt moeten worden. Het voornemen van verdichting, inbreiding dan wel herstructurering en daardoor de realisatie van de benodigde aantallen woningen zal niet in alle situaties mogelijk zijn c.q. daadwerkelijk haalbaar blijken. Dit is mede afhankelijk van diverse factoren, zoals de medewerking van particulieren, bedrijven, bewoners, milieuhygiënische en planologische aspecten etc.. Om de benodigde woningaantallen (op basis van migratiesaldo 0) ook daadwerkelijk te kunnen realiseren, hetgeen hoge prioriteit heeft, zijn dan ook meer nieuwe woningen in voorbereiding dan op basis van de natuurlijke groei van de bevolking (migratiesaldo 0) is berekend.
5
PLANUITGANGSPUNTEN
5.1 Uitgangspunten volgend uit bestaand beleid Rijksbeleid en provinciaal beleid Uit beide beleidslijnen komt hetzelfde beeld naar voren. Er dient in de landelijke regio’s voorkomen te worden dat het buitengebied verder aangetast wordt door verstedelijking. Uitgangspunt is dat nieuwe ruimte pas gebruikt mag worden als er binnen het bestaand bebouwd gebied geen mogelijkheden zijn om aan de bouwopgave te voldoen. Er dient gezocht te worden naar mogelijkheden voor inbreiden, herstructureren of intensiveren. De contrasten tussen stad en land dienen aantrekkelijker gemaakt te worden. Wanneer niet voorkomen kan worden dat er uitgebreid moet worden dient hierbij specifiek op de ruimtelijke kwaliteiten en karakteristieken gelet te worden. Ten behoeve van de leefbaarheid is menging van functies, woonmilieus en bevolkingsgroepen van belang. Daarnaast neemt de behoefte aan een combinatie van wonen, zorg en dienstverlening toe. Gemeentelijk beleid De vergrijzing in Walsberg neemt zichtbaar toe. Hierbij dient rekening te worden gehouden bij nieuwbouw. Bij nieuwbouw- en renovatieplannen dient rekening te worden gehouden met de behoefte aan kleinere en voor senioren geschikte woningen (flexibel/multifunctioneel bouwen en renoveren). In de toekomst zal ook aandacht besteed moeten worden aan combinaties van wonen en zorg. Als zich mogelijkheden hiertoe voordoen, dienen deze benut te worden, bijvoorbeeld bij herstructurering. Tevens is er in Walsberg vraag naar woningen voor starters. In nieuwbouw- en renovatieplannen dient daarom ook rekening te worden gehouden met de behoefte aan kleinere woningen (flexibel/multifunctioneel). In het bestemmingsplan voor Walsberg is gezocht naar diverse mogelijkheden tot inbreiding en herstructurering. Ook is aandacht besteed aan menging van functies en bevolkingsgroepen. Planologische vrijstelling afhankelijke woonruimte 2004 Er bestaat een grote behoefte aan tijdelijke woonvoorzieningen in relatie tot mantelzorg. Dit houdt verband met diverse oorzaken voortvloeiende uit de demografische gegevens. Voor ouderen zijn mogelijkheden op de woningmarkt beperkt. Er geldt stimuleringsbeleid om senioren zolang mogelijk in hun sociale omgeving zelfstandig te laten wonen en er bestaat bijvoorbeeld een toegenomen maatschappelijke behoefte aan zelfstandige inwoning. De gemeente Deurne ziet zich geconfronteerd met de situatie dat mogelijkheden voor tijdelijke zelfstandige huisvesting ten behoeve van mantelzorg door bestemmingsplannen worden verhinderd. Deze situatie is niet wenselijk en met de vrijstellingsregeling heeft de gemeente Deurne opnieuw een instrument om wenselijke vormen van tijdelijke huisvesting gekoppeld aan mantelzorg mogelijk te maken. De gemeente Deurne heeft besloten om een dergelijke vrijstellingsregeling in alle nieuwe bestemmingsplannen op te nemen. StructuurvisiePlus gemeente Deurne De gemeente Deurne is bezig met het opstellen van een StructuurvisiePlus (SV+). De voorontwerp-StructuurvisiePlus is gereed en de inspraakprocedure is inmiddels afgerond (reactie PPC ontvangen). De ontwerp-
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
Structuur-visiePlus wordt in januari 2005 ter visie gelegd. De gemeente Deurne is voornemens de StructuurvisiePlus medio 2005 vast te stellen.
5.2 Uitgangspunten volgend uit de stedenbouwkundigruimtelijke en functioneel-ruimtelijke analyse en waardering Naar aanleiding van de analyse, de ingekomen verzoeken om wijzigingen van de vigerende bestemmingsplannen, bij de inventarisatie geconstateerde strijdigheden met het geldende bestemmingsplan en lopende handhavingszaken, zijn een aantal uitgangspunten voor het nieuwe bestemmingsplan voor Walsberg opgesteld. Hierna worden de uitgangspunten beschreven, waarna wordt aangegeven hoe de uitgangspunten zijn vertaald in het bestemmingsplan. 5.2.1 Wonen Uitgangspunt voor het bestemmingsplan ‘Walsberg’ is het behoud van de overwegende woonfunctie binnen het plangebied. Het streven is gericht op versterking van de woonfunctie van Walsberg door vrijkomende locaties en open plekken, die een beperkte ruimtelijke kwaliteit bezitten en geen belangrijke bijdrage leveren aan de ruimtelijke structuur van het plangebied, in te vullen met woningen in combinatie met kwalitatief groen. Op deze wijze kan de ruimtelijke kwaliteit van deze plekken verbeterd worden en kan een positieve impuls worden gegeven aan de ruimtelijke structuur van Walsberg. Binnen het bestemmingsplan is het niet mogelijk om voor locaties specifiek aan te duiden voor welke doelgroep gebouwd dient te worden. Daarnaast wordt de afweging over de bouw van woningen niet alleen op wijkniveau gemaakt maar op het totaalniveau van Deurne. In de StructuurvisiePlus worden nieuwe ontwikkelingslocaties aan gegeven voor geheel Deurne. Daarin wordt uitbreiding van Walsberg niet voorzien voor deze bestemmingsplanperiode. Bestaande bouwmogelijkheden op basis van geldende bestemmingsplannen blijven behouden in het onderhavige bestemmingsplan, maar hier wordt voorlopig nog geen gebruik gemaakt. De bestaande woningen zijn in het bestemmingsplan als zodanig bestemd. In het bestemmingsplan zijn globale bestemmingen met ruime voorschriften opgenomen, zodat bestaande situaties hierbinnen kunnen vallen. In het bestemmingsplan wordt voldoende vrijheid gegeven om de aanbouwen en kleine verbouwingen aan de woningen toe te staan. Ten behoeve van de reeds bestaande bouwmogelijkheden op basis van de geldende bestemmingsplannen is de aanduiding ‘1w’ opgenomen. Deze bouwmogelijkheden zijn gelegen aan de Hemelrijkseweg (1 woning), Groenveld (2 woningen), Herenberg (1 woning) en Reeksenakker (1 woning). Alle locaties van de ‘ingekomen verzoeken’ zijn stedenbouwkundig getoetst om te bezien of ze geschikt zijn voor woningbouw. Hierna worden de locaties toegelicht waarvoor woningbouwmogelijkheden in het bestemmingsplan zijn opgenomen. A Locatie zuidoosten plangebied In het zuidoosten van het plangebied wil men een negental nieuwe woningen realiseren. Realisering van deze woningen maakt de rand van Deurne af. Belangrijke uitgangspunten hierbij zijn een goede overgang naar het bosgebied in het oosten, een geluidswerende voorziening aan de Langstraat en de realisatie van een goede verkeersontsluiting. Eén woning valt binnen de milieuhindercirkel van een agrarisch bedrijf buiten het plan-
gebied. Medewerking kan alleen worden verleend wanneer de bebouwing buiten de hindercirkel wordt gebouwd of nadat de hindercirkel is opgeheven.
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
Aangezien voor de onderhavige locatie de planschade (op basis de door de raad vastgestelde ‘Beleidsregels planschade’) op het moment nog niet is geregeld en daarmee de economische uitvoerbaarheid van dit plandeel onvoldoende is verzekerd, is het aantal nieuwe woningen op dit moment beperkt tot 2 nieuwe woningen. Hiermee wordt wat betreft het aantal woningen aansluiting gezocht bij de mogelijkheden die het vigerende bestemmingsplan ter plaatse biedt. Dit houdt concreet in dat er maximaal 2 nieuwe woningen mogelijk zijn. Zodra de planschade overeenkomstig de Beleidsregels geregeld is of de herziening van de Wet RO op dit onderdeel in werking is getreden (en een wettelijke afwentelingsovereenkomst vooraf is gesloten) kan er in beginsel aan de voorgestane wooninvulling met 9 nieuwe woningen medewerking worden verleend op basis van een voor deze locatie in het plan opgenomen wijzigingsbevoegdheid. Burgemeester en wethouders kunnen in het kader van die wijzigingsbevoegdheid het aantal nieuw te bouwen woningen verhogen tot maximaal 9 woningen. In de nadere regels - die bij de toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid in acht genomen moeten worden - is bepaald dat de economische uitvoerbaarheid van het te wijzigen plandeel (voldoende) verzekerd dient te zijn. In het bestemmingsplan ‘Walsberg’ is deze locatie als bestemming ‘Woongebied 2’ opgenomen, met een aanduiding ‘aantal extra toegestane woningen’. Het toevoegen van nog eens 7 nieuwe woningen wordt middels een wijzigingsbevoegdheid mogelijk gemaakt. Dit gebied is aangeduid als ‘gebied met wijzigingsbevoegdheid B’ bestemd voor de bouw van 9 nieuwe woningen. Als voorwaarde is opgenomen dat de bouw van een nieuwe woning binnen de agrarische hindercirkel alleen mogelijk is nadat de hindercirkel is opgeheven. B Locatie Walsbergseweg 15 Aan het verzoek tot splitsing van de woonboerderij aan de Walsbergseweg zal medewerking worden verleend. De locatie Walsbergseweg 15 is in het bestemmingsplan ‘Walsberg’ als bestemming ‘Woongebied’ opgenomen, met de aanduiding ’aantal toegestane extra woningen’. C Locaties Walsbergseweg Twee percelen aan het noordelijke eind van de Walsbergseweg zijn op dit moment niet bebouwd. Bebouwing van deze percelen past binnen de stedenbouwkundige structuur ter plaatse. De bouw van één vrijstaande woning per perceel zal worden toegestaan. De percelen vallen binnen een milieuhindercirkel van een bedrijf buiten het plangebied. Medewerking kan alleen worden verleend nadat de hindercirkel is opgeheven. Tevens dient een archeologisch onderzoek verricht te worden omdat beide percelen in een gebied liggen met hoge archeologische verwachtingswaarde. Deze locaties zijn in het bestemmingsplan ‘Walsberg’ opgenomen als bestemming ‘Woongebied’ met de aanduiding ‘gebied met wijzigingsbevoegdheid A'. Middels deze wijzigingsbevoegdheid is de bouw van maximaal twee nieuwe woningen mogelijk.
D Locatie Walsbergseweg 7a en 7b De gemeente Deurne heeft vrijstelling verleend voor het splitsen van de woonboerderij op adres Walsbergseweg 7a in twee afzonderlijke wooneenheden onder de voorwaarde dat dit geschiedt overeenkomstig het bepaalde in het voorontwerpbestemmingsplan ‘woningsplitsing Walsbergseweg’. In het bestemmingsplan ‘Walsberg’ zijn deze twee wooneenheden aan de Walsbergseweg opgenomen met de huisnummers 7a en 7b.’ E Locatie hoek Parkstraat-Milhezerweg Tussen het Gerardushuis en Milhezerweg 18 kan een dorpsplein met nieuwe bebouwing worden gerealiseerd. De locatie hoek ParkstraatMilhezerweg is op dit moment niet bebouwd. Op deze locatie zouden ca. 7 woningen voor senioren en/of starters kunnen worden gebouwd die de pleinwand vormen voor het plein. Op de begane grond zouden winkels een plek kunnen krijgen In het bestemmingsplan ‘Walsberg’ heeft deze locatie de bestemming ‘Gemengde doeleinden’ gekregen, met de aanduiding ‘gebied met wijzigingsbevoegdheid C’. Middels de wijzigingsbevoegdheid ten behoeve van woningbouw en centrumgerichte functies, zoals detailhandel, dienstverlening en maatschappelijke voorzieningen, wordt de realisering van een plein met wanden gestimuleerd. De bestemming kan alleen gewijzigd worden ten behoeve van de totale stedenbouwkundige ontwikkeling en niet ten behoeve van een particuliere woning. F Locatie Warande 2 Op het perceel Warande 2 is, naar aanleiding van de ingediende zienswijze van de eigenaar van dit perceel, tussen de bestaande woningen op Warande 2 en Herenberg 2 een extra bouwmogelijkheid opgenomen. De locatie Warande 2 is in het bestemmingsplan ‘Walsberg’ als bestemming ‘Woongebied 2’ opgenomen, met de aanduiding ’aantal toegestane extra woningen’.
5.2.2 Bedrijven De ligging van bedrijven in Walsberg is geen probleem, zolang deze wat betreft hun aard, schaal en uitstraling passen binnen de woonomgeving. Dit betekent in de praktijk dat bedrijven in de categorieën 1 en 2 toelaatbaar zijn, met inachtneming van de indicatieve afstanden die in ‘Bedrijven en milieuzonering’ worden vermeld ten opzichte van een ‘rustige woonwijk’, ofwel woningen. In het gebied is één bedrijf aanwezig dat een specifieke bestemming heeft gekregen. A Hoveniersbedrijf Langstraat 104 Het betreft hier een hoveniersbedrijf aan de rand van het buitengebied. De bedrijfsactiviteiten bestaan feitelijk uit het stallen en onderhouden van het in gebruik zijnde materieel en het opslaan in beperkte hoeveelheden van nog te gebruiken materialen. Daarnaast is een tuin aangelegd en wordt onderhouden, welke als visitekaartje naar potentiële klanten fungeert.
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
In het bestemmingsplan ‘Walsberg’ is het hoveniersbedrijf als specifieke bestemming ‘Hoveniersbedrijf’ opgenomen. Hierin zijn de voorschriften uit het vigerende bestemmingsplan overgenomen.
Aan huis verbonden beroepen/bedrijven Aan huis verbonden beroepen zijn overal toegestaan, mits de woning als woning herkenbaar blijft en de kwaliteit van de woonomgeving niet wordt aangetast, bijvoorbeeld door hinder (verkeersaantrekkende werking, hinder in de vorm van bijvoorbeeld geluid, gevaar, stank e.d.). B Jomo Food Service De locatie van Jomo Food Service heeft in het vigerende bestemmingsplan een 'Woonbestemming'. Jomo Food Service bereidt ter plaatse eetschotels en bezorgt deze op bestelling aan huis. Er is dus geen sprake van detailhandel. Verdere uitbreiding van het bedrijfje wordt niet voorgestaan, met uitzondering van de mogelijkheden in de 'Overgangsregeling'. Voorkomen moet worden dat op dit perceel detailhandel en/of een grootschaliger bedrijf ontstaat. In het bestemmingsplan 'Walsberg' is Jomo Food Service binnen de bestemming ‘Woongebied’ opgenomen, waarbinnen een ambachtelijk bedrijf middels vrijstelling is toegestaan. C Loonslagerij Kuijpers De locatie van Loonslagerij Kuijpers heeft in het vigerende bestemmingsplan een 'Bestemming ‘Woongebied’ '. Het betreft een bedrijfje in vleesverwerking met kantoorruimte en koelcellen. Verdere uitbreiding van het bedrijfje wordt niet voorgestaan, met uitzondering van de mogelijkheden in de 'Overgangsregeling'. Voorkomen moet worden dat op dit perceel detailhandel en/of een grootschaliger bedrijf ontstaat. In het bestemmingsplan 'Walsberg' is Loonslagerij Kuijpers binnen de bestemming 'Woongebied' opgenomen, waarbinnen een ambachtelijk bedrijf middels vrijstelling is toegestaan. D Locatie Magazijn Verheijen Aan het verzoek tot het bebouwen van de buitenruimte naast de opslagruimte van Verheijen (Eekstraat 12) zal medewerking worden verleend. De nieuwe bebouwing dient als opslagruimte voor de winkelruimte Milhezerweg 27. In het bouwplan gaat het om een opslagruimte met een zelfde breedte als het huidige magazijn (8,5 meter). De overige ruimte dient als buitenruimte gehandhaafd te worden. In het bestemmingsplan ‘Walsberg’ heeft het perceel Eekstraat 12 de bestemming ‘Gemengde doeleinden’ gekregen, met de aanduiding ‘afwijkende bebouwingsregeling’.
5.2.3 Detailhandel In Walsberg is het grootste deel van de detailhandel te vinden aan de Milhezerweg. Het karakter dat voor deze straat gewenst wordt, is die van wonen in het gehele pand danwel boven wonen en onder winkels, bestaande horeca, dienstverlening of eerstelijns hulp. Verdere uitbreiding van detailhandel buiten de Milhezerweg is niet gewenst. Gelet op de grootte van Walsberg en het verzorgingsgebied en het totale aanbod aan zowel dagelijkse als niet-dagelijkse winkelvoorzieningen in de gemeente Deurne wordt niet verwacht dat het winkelaanbod in Walsberg uitgebreid zal worden. Bovendien is het door de grote vraag naar woningen niet gewenst om wonen om te zetten in een andere functie.
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
Alle detailhandelvestigingen hebben in het bestemmingsplan ‘Walsberg’ de bestemming ‘Gemengde doeleinden’ gekregen, met de aanduiding detailhandel’. Aan de bestaande winkels wordt in het bestemmingsplan een uitbreidingsmogelijkheid geboden die past bij de normale economische groei. In de voorschriften is uitwisseling van detailhandel met wonen, kantoren, eerstelijnshulp en dienstverlening mogelijk gemaakt. 5.2.4 Horeca In Walsberg is de horeca te vinden aan de Milhezerweg. Het gewenste karakter voor deze straat is hiervoor al beschreven. Aan de horecavestigingen zal een uitbreidingsmogelijkheid worden geboden, die past bij de aard van de vestiging en de aangrenzende functies en die aansluit op de omvang van het perceel in verhouding tot de aanwezige en gewenste parkeergelegenheid. Er wordt geen groei naar een grootschalige disco toegestaan. Alle horecavestigingen hebben in het bestemmingsplan ‘Walsberg’ de bestemming ‘Gemengde doeleinden’ gekregen, met de aanduiding ‘horeca’. Aan alle horecavestigingen wordt in het bestemmingsplan een uitbreidingsmogelijkheid geboden, die past bij de aard van de vestiging en de aangrenzende functies en die aansluit op de omvang van het perceel in verhouding tot de aanwezige en gewenste parkeergelegenheid. Binnen de bestemming ‘Gemengde doeleinden’ is wijziging van de horecafunctie naar wonen, eerstelijnshulp en dienstverlening mogelijk, waardoor een andere invulling van de panden gestimuleerd wordt.
5.2.5 Dienstverlening De bestaande commerciële voorziening aan de Trimpertstraat heeft de bestemming ‘Gemengde doeleinden’ gekregen, met de aanduiding ‘dienstverlening’. Een deel van de Milhezerweg heeft in het bestemmingsplan een bestemming ‘Gemengde doeleinden’ gekregen, waarbinnen dienstverlening mogelijk is.
5.2.6 Maatschappelijke voorzieningen Alle maatschappelijke voorzieningen in het plangebied zijn in het bestemmingsplan ‘Walsberg’ positief bestemd. Het gebied rondom het Gerardushuis en de Gerarduskerk, inclusief het parochiebos, is bestemd als maatschappelijke doeleinden met een bouwvlak.
5.2.7 Verkeer De Milhezerweg, Langstraat en Helmondsingel hebben in het bestemmingsplan de bestemming ‘Verkeersdoeleinden’ gekregen. Alle andere wegen zijn opgenomen binnen de betreffende bestemmingen.
5.2.8 Groen Wat betreft de groenvoorzieningen zijn de meer structurele plekken in het bestemmingsplan bestemd op de bestemmingsplankaart. Groene bermen in de straatprofielen maken onderdeel uit van de voornaamste functie c.q. bestemming ter plaatse.
5.2.9 Water Voor locaties waarvan de bestemming in het kader van dit bestemmingsplan wordt gewijzigd geldt dat de ontwikkeling hydrologisch neutraal moeten zijn en dat de volgorde ‘vasthouden-bergen-afvoeren’ van toepassing is. Binnen de locatie binnen het inzijgingsgebied moet alle neerslag worden opgevangen en in de bodem worden geïnfiltreerd Hier bestaat geen mogelijkheid om neerslagoverschotten af te voeren via een gemeentelijk rioolstelsel. Binnen de andere locaties waarvan de bestemming wijzigt kan regenwater worden afgevoerd naar het rioolstelsel, binnen de randvoorwaarde van hydrologisch neutraal bouwen. Slechts indien blijkt dat daaraan niet kan worden voldaan kan gezocht worden naar mitigerende maatregelen. Deze maatregelen maken onderdeel uit van het betreffende project. Binnen het gebied zijn geen knelpunten over drooglegging van percelen bekend. Binnen het gebied bevindt zich ook geen infrastructuur voor de beheersing van de grondwaterstand. Mochten er bij ontwikkeling van de verschillende locaties knelpunten blijken dan moet overlast worden voorkomen door bouwkundige maatregelen. Aan de Suezloop is vanwege het belang voor de wateropvang en afvoer de bestemming ‘Waterhuishoudkundige doeleinden’ toegekend. Binnen de overige bestemmingen zijn watervoorzieningen opgenomen.
5.2.10 Monumenten, archeologie en cultuurhistorie In het plangebied zijn geen monumenten aanwezig die een bescherming behoeven. Aangezien het bestemmingsplan gedeeltelijk een ontwikkelingsgericht karakter heeft, is het noodzakelijk op die locaties waar op grond van verwachtingen voortvloeiend uit de Cultuurhistorische waardenkaart een hoge dan wel middelhoge verwachtingswaarde is, extra onderzoek uit te voeren door het verrichten van proefboringen. Voor het gebied met wijzigingsbevoegdheid aan de oostzijde van het plangebied geldt echter dat er sprake is van een lage indicatieve verwachtingswaarde. Er hoeft hiervoor dan ook geen verder archeologisch onderzoek verricht te worden. Voor de twee lege percelen aan de Walsbergseweg geldt wel een hoge archeologische verwachtingswaarde, maar deze percelen kunnen pas bebouwd worden na het verdwijnen van de milieuhindercirkel die over de percelen is gelegen. Daarom zal op dit moment geen archeologisch onderzoek uitgevoerd worden. Omdat de Gerarduskerk geen monument is en op basis daarvan geen bescherming kent maar als oriëntatiepunt wel belangrijk is in Walsberg is de kerk in maatschappelijke doeleinden opgenomen met een bouwvlak, waardoor er niet te dicht in de buurt gebouwd kan worden. In de wijzigingsbevoegdheid ten behoeve van de bouw van twee woningen aan de Walsbergseweg is als voorwaarde opgenomen dat er archeologisch onderzoek dient plaats te vinden.
5.2.11 Duurzaam bouwen Onder duurzaam bouwen wordt verstaan: ‘Het beperken van gezondheidsen milieuschade in alle bestaansfasen van gebouwen, vanaf winning van grondstoffen, het ontwerp en de bouw tot en met het onderhoud, de renovatie en/of sloop van gebouwen.’ Duurzame ontwikkeling wordt in steeds meer gemeenten speerpunt van gemeentelijk beleid. Zo ook in de gemeente Deurne.
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
Investeren in schone energie, integraal waterbeheer, ecologisch groenbeheer, hergebruik en milieuvriendelijke bouwmaterialen leidt tot een lage milieubelasting, een beter ruimtegebruik, meer mogelijkheden voor natuurontwikkeling en vooral ruimtelijke en bouwkundige kwaliteit. In juridische zin kan in bestemmingsplannen niets geregeld worden met betrekking tot duurzaam bouwen (voor wat betreft de bestaande situatie). Hooguit kan in nieuwbouwplannen rekening worden gehouden met duurzaamheidsaspecten. In de komende tijd wordt door de gemeente Deurne bekeken welke duurzaamheidseisen gesteld zullen gaan worden aan nieuwbouwlocaties.
6
MILIEUHYGIËNISCHE ASPECTEN
6.1 Relatie met de Wet geluidhinder In het voorliggende bestemmingsplan zijn een aantal nieuwe woningbouwmogelijkheden opgenomen. Ingevolge de Wet geluidhinder dient een onderzoek te worden verricht naar de geluidbelasting op de gevels van nieuwe geluidsgevoelige bebouwing, zoals woningen. In het bestemmingsplan worden met een directe bouwmogelijkheid nieuwe geluidsgevoelige functies toegestaan aan de Walsbergseweg, Hemelrijkseweg, Groenveld, Warande, Herenberg en Reeksenakker. Indien deze nieuwe functies gerealiseerd worden, dient aangetoond te worden dat de geluidsbelasting op de gevels van eventuele nieuwe bebouwing, de grenswaarde niet overschrijdt. Daarom is door DvL Milieu & Techniek in april 2005een akoestisch onderzoek uitgevoerd. In het onderzoek zijn de nieuwbouwlocaties getoetst aan de normstelling van de Wet geluidhinder. De voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A) wordt ter hoogte van de nieuwbouwprojecten vanwege de Langstraat of de Helmondsingel overschreden de maximale ontheffingswaarde wordt echter niet overschreden. Hierna worden de locaties waarvoor de voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A) wordt overschreden de conclusies verwoord. Walsbergseweg Ter hoogte van de Walsbergseweg wordt de voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A) ter hoogte van de 3 te projecteren woningen overschreden. De berekende geluidsbelasting bedraagt 52 en 54 dB(A). De maximale ontheffingswaarde wordt hiermede niet overschreden. Reeksenakker/Herenberg Ter hoogte van de locatie Reeksenakker/Herenberg is de aanwezige grondwal met een hoogte van 3,5 m reeds in de berekeningen meegenomen. Ter hoogte van de locatie wordt de voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A) ter hoogte van twee woningen met 2 dB(A) overschreden. De geluidbelasting is bepaald op 52 dB(A). De maximale ontheffingswaarde wordt hiermede niet overschreden. Aangezien het terugbrengen van de geluidbelasting tot de voorkeursgrenswaarde stuit op overwegende bezwaren van stedenbouwkundige, verkeerskundige, landschappelijke of financiële aard is voor een vijftal woningen bij Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant ‘Ontheffing hogere grenswaarde’ aangevraagd. Deze ‘hogere grenswaarden’ zijn voor alle locaties door GS vastgesteld (26 augustus 2005). In bijlage 8 zijn de besluiten ten aanzien van deze ontheffing opgenomen. De bouw van woningen binnen de andere woningbouwlocaties levert in het kader van de Wet geluidhinder geen directe problemen op.
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
6.2 Bedrijvigheid Uit nader onderzoek is gebleken dat in en in de directe omgeving van het plangebied twee agrarische bedrijven aanwezig zijn, die een belemmering kunnen vormen voor de ontwikkelingen, die in dit bestemmingsplan mogelijk worden gemaakt. Voor het gebied met wijzigingsbevoegdheid in het zuidoosten van het plangebied ‘Walsberg’ geldt dat één woning binnen de milieuhindercirkel van een agrarisch bedrijf buiten het plangebied valt. Medewerking kan alleen worden verleend nadat de hindercirkel is opgeheven. Dit is als voorwaarde opgenomen in de voorschriften. De hindercirkels zijn weergegeven op de hindercirkelkaart in bijlage 4. Twee percelen aan de Walsbergseweg (gebied met wijzigingsbevoegdheid A) vallen binnen een milieuhindercirkel van een bedrijf ten westen van het plangebied. Medewerking kan alleen worden verleend nadat de hindercirkel is opgeheven. De twee locaties aan de Walsbergseweg betreffen percelen die geheel aan het buitengebied grenzen en waarbij het op dit moment nog niet bekend is in dit gebied in de toekomst ontwikkelingen zullen plaatsvinden. Middels een wijzigingsbevoegdheid kunnen alle belangen te zijner tijd tegen elkaar afgewogen worden.
6.3 Bodem In het voorliggend bestemmingsplan worden nieuwe woningen toegestaan. Voor de locaties hoek Parkstraat-Milhezerweg en Reeksenakker/ Herenberg is onderzoek naar de bodemkwaliteit verricht. Op de andere locaties waar nieuwe woningen worden toegestaan (individuele bouwmogelijkheden) dient in het kader van de bouwvergunningprocedure een bodemonderzoek te worden verricht. Het gaat om de volgende locaties: - Hemelrijkseweg (1 woning). - Groenveld (2 woningen). - Walsbergseweg (2 woningen). - Warande 2 (1 woning). Parkstraat/Milhezerweg In verband met het vaststellen van het bestemmingsplan Walsberg is bekeken of de locatie hoek Parkstraat/Milhezerweg (kadastraal bekend als: C, 3467) ten aanzien van bodemverontreiniging te beschouwen is als een verdachte of onverdachte locatie. De eigenaar van het terrein heeft in november 2003 een verzoek ingediend (d.d. 26 november 2003) om het onderhavige perceel de bestemming 'wonen' toe te kennen. Als bijlage bij dit verzoek is een samenvatting van een uitgevoerd bodemonderzoek op deze locatie gevoegd (opgesteld door adviesburo Promeco). Uit de resultaten van het onderzoek blijkt dat: - in de bovengrond licht verhoogde gehalten zijn aangetoond; - in de ondergrond geen van de onderzochte parameters verhoogd zijn aangetoond; - in het grondwater licht verhoogde gehalten aan metalen zijn aangetoond.
Op basis van bovenstaand onderzoek bestaat er geen aanleiding voor een aanvullend bodemonderzoek. Conclusie: Op basis van bovenstaand onderzoek is de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem voldoende vastgelegd. Na het uitvoeren van het bodemonderzoek hebben, zover is na te gaan, er geen bodembedreigende activiteiten meer plaatsgevonden. Reeksenakker/Herenberg Voor het gebied met wijzigingsbevoegdheid in het zuidoosten van het plangebied is al een bodemonderzoek verricht. Het Milieubureau heeft een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd voor de percelen aan de Reeksenakker (datum 14 september 2000). Tijdens het verrichten van de werkzaamheden zijn er, met uitzondering van een zwak baksteenhoudende laag en een houtskoollaag ter plaatse van de brandplaats, zintuiglijk geen verontreinigingen in het opgeboorde materiaal waargenomen. Zowel in de bovengrond als in de ondergrond zijn geen verontreinigingen aangetoond. De grond ter plaatse van de brandplaats is licht verontreinigd met PAK. Het ligt in de verwachting dat deze verontreiniging in relatie staat met de aanwezige brandplaats. Tijdens de bemonstering van het grondwater uit de peilbuizen is er zintuiglijk geen verontreiniging waargenomen. Het grondwater uit de grondwatermonsters W1 en W2 is licht verontreinigd met zink. Daarnaast is het grondwater uit van grondwatermonster W1 licht verontreinigend met chroom. Afgezien hiervan zijn er geen verontreinigingen in het grondwater aangetoond. De pH van het grondwater kan als zeer laag gezien worden. In de bovenliggende bodem van het onderzoeksterrein worden de in het grondwater aangetoonde zware metalen niet in verhoogde gehalten aangetroffen. De oorzaak van deze verhoogde concentraties moet dan ook gezocht worden in regionale omstandigheden. Verhoogde concentraties aan metalen gaan vaak samen met een verlaagde pH, hetgeen ook hier het geval is. Conclusie De aangetoonde lichte verontreiniging met PAK is van dusdanig geringe aard dat er geen aanleiding bestaat voor aanvullend/nader bodemonderzoek. Het is aan te bevelen de houtskoollaag ter plaatse van de brandplaats te verwijderen en op een milieuverantwoorde wijze af te voeren. Gelet op het regionale karakter van de verontreinigingen met zware metalen in het grondwater en het ontbreken van verontreinigingen in de grond kan het overige deel van de locatie als 'onverdacht' ten opzichte van haar omgeving worden beschouwd. Er bestaan volgens het Milieubureau geen milieuhygiënische belemmeringen voor de voorgenomen nieuwbouw van woningen op het gebied met wijzigingsbevoegdheid aan de oostzijde van het plangebied. Een uiteindelijke beslissing in deze ligt echter bij het bevoegd gezag. Indien er tijdens de nieuwbouw van woningen grond vrijkomt en het voornemen bestaat elders te hergebruiken, valt de grond onder de werking van het 'Bouwstoffenbesluit'.
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
6.4 Luchtkwaliteit Uitlaatgassen zijn schadelijk voor mens en milieu. Vooral omdat de uitstoot vlak bij de grond plaatsvindt, kunnen de concentraties zo hoog oplopen dat er negatieve effecten op de gezondheid van de mens optreden. Volgens de Wet inzake luchtverontreiniging kan het Rijk kwaliteitseisen invoeren voor stoffen in de lucht. In 1987 werden het ‘Besluit luchtkwaliteit koolmonoxide en lood’ en het ‘Besluit luchtkwaliteit stikstofdioxide’ van kracht. In 1992 volgde het Besluit luchtkwaliteit benzeen. In 1997 zijn deze Besluiten gewijzigd en ondergebracht in de Wet milieubeheer. Op 19 juli 2002 is het Besluit luchtkwaliteit d.d. 11 juni 2001 in werking getreden. Via dit besluit heeft Nederland de Europese richtlijnen met betrekking tot de luchtkwaliteit geïmplementeerd. Het besluit vervangt de eerder geldende besluiten luchtkwaliteit. Het Besluit luchtkwaliteit bevat de luchtkwaliteitsnormen voor de stoffen zwaveldioxide, stikstofdioxide en stikstofoxiden, zwevende deeltjes, lood, koolmonoxide en benzeen. Binnen het werkingskader van dit besluit dient bij de voorbereiding van bestemmingsplannen de luchtkwaliteit als gevolg van de activiteiten binnen het plangebied te worden onderzocht. De gemeente Deurne heeft in regionaal verband een onderzoek laten verrichten door de Milieudienst Regio Eindhoven naar de luchtkwaliteit. Het resultaat hiervan is een collectieve rapportage over de luchtkwaliteit van de gemeenten die zijn gelegen in het SRE-werkgebied. In deze rapportage is nagegaan of er sprake is van overschrijdingen van de wettelijke luchtkwaliteitsnormen in het Besluit luchtkwaliteit voor de luchtverontreinigende stoffen. Deze collectieve rapportage bevat een verzameling van zowel de uitgevoerde emissieberekeningen van het wegverkeer op rijkswegen, provinciale en gemeentelijk wegen als een opgave van industriële emissies. Uit onderzoek is echter gebleken dat de bijdrage van de provinciale bedrijven aan de luchtkwaliteit gering is. Naar aanleiding van deze conclusie is besloten om voor de bijdrage aan de luchtkwaliteit van de gemeentelijke industriële bedrijven niet verder te inventariseren. De collectieve rapportage kent een aantal beperkingen, waardoor de rapportage dient te worden aangemerkt als inventariserend indicatief. Ten aanzien van het bestemmingsplan kan met betrekking tot luchtkwaliteit het volgende worden opgemerkt. Het onderhavige bestemmingsplan ‘Walsberg’ is een zogenaamd beheersplan, waarin de bestaande situatie wordt vastgelegd en slechts in geringe mate nieuwe ontwikkelingen worden toegestaan. In het plan worden slechts 7 nieuwe woningen toegestaan, waarvan 5 woningen reeds op grond van de geldende bestemmingsplannen mogelijk zijn. Daarnaast worden de bestaande wegen vastgelegd en is er geen sprake van nieuwe ontsluitingswegen. Voor de locaties die in de toekomst mogelijk in aanmerking komen voor woningbouw zijn wijzigingsbevoegdheden opgenomen. Voordat deze geëffectueerd kunnen worden, dient aan bepaalde voorwaarden te worden voldaan, waaronder de voorwaarde dat er geen sprake mag zijn van milieuhygiënische belemmeringen.
6.5 Riolering en waterhuishouding Er heeft een analyse en waardering plaatsgevonden van de riolering en waterhuishouding in Walsberg. Het streven in dit bestemmingsplan is gericht op een duurzame en integrale benadering van de totale waterhuishouding binnen het plangebied en een milieutechnisch verantwoorde keuze van het rioleringsstelsel. De uitgangspunten voor water vormen de basis voor de gewenste duurzame en integrale benadering van de waterhuishouding. Om de gewenste verbeteringen mogelijk te maken wordt bij nieuwbouw en vervangende bouw gescheiden afvoer van regenwater en afvalwater voorgeschreven. Daardoor kunnen de kansen voor gescheiden inzameling en afvoer en mogelijke infiltratie van regenwater in de intermediaire gebieden maximaal worden benut. In het kader van duurzaam bouwen wordt de toepassing van materialen, die niet bijdragen aan de verontreiniging van oppervlakte- en grondwater, bevorderd. Ook waterbesparende maatregelen passen binnen duurzaam bouwen. Het bestemmingsplan draagt er met de kaders die ze aangeeft aan bij dat de wijziging van bestemmingen geen negatieve gevolgen heeft voor de waterhuishouding en dat de mogelijkheden die zich voordoen voor verbetering van de waterhuishouding kunnen worden benut. Verdroging en verontreiniging van oppervlakte- en grondwater en waterbodems wordt zo voorkomen en waar mogelijk teruggedrongen. Ten minste wordt de toename van piekafvoeren voorkomen en beperkt de toename van de belasting van de zuiveringsinstallatie tot de toename van de afvoer van het afvalwater.
6.6 Integrale veiligheid Gevaarlijke stoffen De Regeling registratieplicht risicosituaties gevaarlijke stoffen verplicht de overheden tot het registreren en actueel houden van de registratie van risicovolle situaties van gevaarlijke stoffen. Het RIS (Risico Informatie Systeem), geïnitieerd door de Provincie Noord-Brabant, voldoet aan deze wettelijke registratieplicht. Momenteel is de gemeente Deurne in samenwerking met de brandweer en politie bezig het RIS te vullen. Het RIS kan worden gebruikt in verschillende onderdelen van de veiligheidsketen, zo ook bij het voorkomen van risicovolle situaties door het nemen van planologische beslissingen en het toetsen van milieukwaliteitseisen. Bij het opstellen van de RIS-lijst wordt uitsluitend gekeken naar de maximale effecten van een calamiteit en niet naar kansen. In het algemeen moeten de kansen als zeer klein worden beschouwd, omdat er bij de bedrijven preventieve maatregelen zijn getroffen. RIS wordt gebruikt voor het nemen van planologische beslissingen, toetsen van milieukwaliteitseisen en het informeren van de brandweer in het kader van effectieve bestrijding van calamiteiten. Hulpdiensten Ten aanzien van de brandveiligheid geldt voor alle objecten binnen het plangebied Walsberg een bereikbaarheidseis voor de brandweer. Deze objecten dienen minimaal vanaf twee zijden bereikbaar te zijn voor hulpdien-
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
sten (waaronder 10-ton zware brandweerwagen). Alle objecten dienen tot maximaal 25 meter te kunnen worden bereikt met een brandweervoertuig.
Binnen 40 meter van de toegang van ieder object dient een primaire bluswatervoorziening, bij voorkeur een ondergrondse brandkraan met voldoende capaciteit, beschikbaar te zijn. Ook dient aandacht besteed te worden aan de breedte van wegen, keerlocaties e.d. Enkele objecten binnen het plangebied brengen een extra risico met zich mee. Bij incidenten vragen de volgende objecten mogelijk extra inzet van hulpverleners: - de Gerarduskerk aan de Milhezerweg; - de basisschool aan het Klingerveld; - het Gerardushuis; - de horecavestigingen in het plangebied. In hoeverre mogelijke ongevallen op de doorgaande provinciale weg, de Langstraat, en de Milhezerweg extra risico’s met zich meebrengen, wordt momenteel onderzocht door de provincie.
6.7 Flora en fauna Sinds 1 april 2002 is de Flora- en faunawet van kracht. In deze wet zijn de soortbeschermingsbepalingen uit de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn intussen volledig geïmplementeerd. Implementatie in bijvoorbeeld bestemmingsplannen is dus in principe niet meer nodig. In verband met de uitvoerbaarheid van bestemmingsplannen en andere ruimtelijke plannen dient echter wel rekening te worden gehouden met soortbescherming en dan met name de aanwezigheid van beschermde soorten in het plangebied. Dit betekent concreet dat in de plannen geen mogelijkheden moeten worden geboden voor ruimtelijke ontwikkelingen waarvan op voorhand in redelijkheid kan worden ingezien dat in het kader van de Flora- en faunawet geen ontheffing zal worden verleend. Een beoordeling van dit aspect dient deel uit te maken van de plantoelichting. Naast de toets die in het kader van ruimtelijke plannen plaatsvindt, dient ook in de sectorale lijn van de Flora- en faunawet rekening te worden gehouden met de eventuele noodzaak voor het aanvragen van een ontheffing voor bepaalde werkzaamheden. Het natuuronderzoek richt zich op ruimtelijke ontwikkelingen. Locaties waar geen wezenlijke verandering in de gebruiksfunctie of ruimtelijke inrichting voordoen zijn buiten beschouwing gelaten. Dit geldt onder meer voor bestaande woongebieden maar bijvoorbeeld ook voor een splitsingslocatie waar reeds bebouwing aanwezig is. In onderstaande kaart zijn de in het kader van de Flora- en faunawet beoordeelde locaties weergegeven. De aanwezige natuurwaarden zijn voor het plangebied Walsberg in beeld gebracht op basis van een verkenning van bestaande inventarisatiegegevens en een verkennend veldbezoek. De aandacht heeft zich daarbij specifiek gericht op beschermde soorten in het kader van de Flora- en faunawet. De volgende bronnen zijn in het kader van dit onderzoek gebruikt: 1 het via internet te raadplegen natuurloket (www.natuurloket.nl); 2 provinciale verspreidingsgegevens m.b.t. vogels en planten van de Rode Lijst, zoals opgenomen in de Digitale Atlas RLG, deel2 (mei 2002) en de CD-ROM ‘Rekening houden met Habitatrichtlijnsoorten in NoordBrabant (juni 2002);
w. locaties n de Flora-
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
3 landelijke verspreidingsinformatie m.b.t. dagvlinders, vissen, zoogdieren, amfibieën en vogels, met name uit verspreidingsatlassen.
1.
3. 2.
gebied Milhezerweg g
Op basis van een eerste verkenning middels het natuurloket is geconstateerd dat in de kilometerhokken waarin het plangebied Walsberg ligt een aantal belangwekkende soorten is aangetroffen zoals een vaatplant en een groot aantal (algemene) broed- en watervogels. Behalve de vogels is het overgrote deel van de soortgroepen slecht of zelfs geheel niet onderzocht in dit gebied. Derhalve biedt het natuurloket onvoldoende concreet inzicht in mogelijk aanwezige beschermde soorten. Uit de provinciale kartering van planten en vogels komt naar voren dat op de grens van de locatie in het zuidoosten van het plangebied groene spechten zijn aangetroffen. Deze Rode Lijst soort broedt vermoedelijk in het aangrenzende bosgebied. Verder zijn op de diverse locaties geen Rode Lijst soorten zijn aangetroffen. Uit de zeer globale informatie m.b.t. Habitatrichtlijnsoorten valt op te maken dat in de regio mogelijk beschermde soorten voorkomen zoals amfibieën, vleermuizen e.d.. De informatie is echter niet concreet genoeg om inzicht te geven in de aanwezige beschermde soorten in het plangebied. Uit de landelijke verspreidingsinformatie uit atlassen, die grotendeels min of meer gedateerd is, blijkt dat in of nabij het plangebied in het verleden diverse beschermde soorten zijn aangetroffen. Exacte locaties of datering van de waarnemingen zijn daarbij niet bekend. Het betreft de volgende beschermde soorten: Zoogdieren: een groot aantal algemeen voorkomende maar wel beschermde soorten zoals huisspitsmuis, gewone bosspitsmuis, mol, vos, wezel, bunzing, ree, eekhoorn, rosse woelmuis, woelrat, aardmuis, veldmuis, dwergmuis, bosmuis, haas, konijn, franjestaart, watervleermuis, gewone dwergvleermuis, ruige dwergvleermuis, rosse vleermuis en laatvlieger.
De genoemde vleermuissoorten zijn veelal eveneens relatief algemeen maar desondanks streng beschermd vanuit de Habitatrichtlijn. Vogels: een groot aantal algemene maar wel beschermde soorten. Verder ook minder algemene soorten zoals dodaars, grutto, patrijs, steenuil, groene specht, roodborsttapuit en geelgors. Reptielen: levendbarende hagedis. Amfibieën: diverse relatief algemene maar wel beschermde soorten: kleine watersalamander, alpenwatersalamander, bruine kikker, heikikker, groene kikker complex en gewone pad. Vissen: bermpje. Planten: grasklokje, dotterbloem, koningsvaren, brede wespenorchis. Het plangebied is in april 2004 bezocht. Daarbij zijn de volgende elementen onderscheiden en op hun waarde als mogelijk biotoop voor belangwekkende soorten beoordeeld: - agrarische gronden; - tuinen; - groenvoorzieningen; - verruigd terrein met struweel. Agrarische gronden Een van de locaties aan de Walsbergseweg bestaat uit een boomteeltperceel dat intensief wordt gebruikt en geen bijzondere waarden herbergt. Tuinen In de locaties aan de Trimpertstraat en Trimperthof liggen gecultiveerde tuinen zonder bijzondere natuurwaarden. Dit geldt ook voor een locatie aan de Walsbergseweg dat bestaat uit gazons en speelterrein. Groenvoorzieningen Met name binnen de locaties aan de Trimpertstraat en Trimperthof liggen groenvoorzieningen in de vorm van gazons en enkele bomen. Hetzelfde geldt voor de locatie hoek Parkweg-Milhezerweg. Deze groenvoorzieningen hebben een gecultiveerd karakter en vormen geen geschikt leefgebied voor bijzondere planten en/of dieren. Verruigd terrein met struweel De locatie in het zuidoosten van het plangebied grenst aan het oostelijk gelegen uitgestrekte bosgebied. Het bestaat uit een deels verruigd open perceel met grasland, brem- en braamstruwelen, jonge berkenopstanden en een opgaande beplantingsstrook langs de Langstraat. Het terrein heeft een voedselrijk karakter hetgeen tot uitdrukking komt in de ruige vegetatie. Naar verwachting komen geen bijzondere plantensoorten voor. Door de ruige structuur is het terrein mogelijk wel zeer geschikt als verblijfplaats en foerageergebied voor bijvoorbeeld zoogdieren en vogels, hoewel deze tijdens het veldbezoek niet zijn aangetroffen. Qua verblijfplaats moet vooral aan algemene soorten worden gedacht. Als foerageergebied kan het terrein ook geschikt zijn voor bijvoorbeeld broedvogels uit het aangrenzende bosgebied zoals de groene specht. Uit het verkennend literatuuronderzoek blijkt dat weinig concrete en actuele gegevens over beschermde soorten in het plangebied voorhanden zijn. Van de locaties in de bebouwde kom mag worden verwacht dat slechts zeer beperkt beschermde soorten aanwezig kunnen zijn, zoals zeer algemene vogel- en zoogdiersoorten. De locatie in het zuidoosten van het plangebied is mogelijk geschikt voor een groter aantal beschermde soorten waardoor eventueel ook minder algemene soorten.
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
Conclusie Voor de meeste ontwikkelingslocaties in Walsberg mag er van uit worden gegaan dat zeer beperkt beschermde soorten aanwezig kunnen zijn. Naar verwachting betreft het in alle gevallen uitsluitend algemene tot zeer algemene soorten zoals bijvoorbeeld mol of konijn en algemene vogelsoorten. Vanwege de beperkte ecologische kwaliteit van deze locaties wordt nader onderzoek naar aanwezige natuurwaarden in het kader van het bestemmingsplan niet zinvol geacht. Een uitzondering wordt gevormd door de locatie in het zuidoosten van het plangebied. Door de ligging grenzend aan bosgebied en het verruigde karakter is het mogelijk een geschikt leefgebied voor diverse beschermde soorten zoals bijvoorbeeld zoogdieren en vogels. Dit gebied is vooral van belang vanwege de foerageermogelijkheden voor vogels en zoogdieren. Hoewel opzettelijke verstoring van aanwezige fauna dient te worden voorkomen valt de bescherming van foerageergebieden op zich niet onder de bepalingen van de Flora- en faunwet. Voor algemene beschermde soorten (m.u.v. vogels) is in het geval van ruimtelijke ingrepen een algemene vrijstelling van toepassing waardoor geen ontheffing in het kader van de Flora- en faunawet aan de orde is. Voor beschermde vogels kan een strijdigheid met de Flora- en faunawet eenvoudig worden voorkomen door verstorende werkzaamheden buiten de broedtijd te laten plaatsvinden indien concreet broedende vogels aanwezig zijn. Van vaste rust-, broed- of verblijfplaatsen van streng beschermde soorten, waarbij een ontheffing alleen onder strikte voorwaarden kan worden verstrekt, is op de onderzochte locaties naar verwachting geen sprake. Er zijn derhalve voor de te ontwikkelen locaties in het bestemmingsplan geen belemmeringen te verwachten vanuit de Flora- en faunawet.
6.8 Archeologie De Cultuurhistorische Waardenkaart van de provincie Noord-Brabant kent aan de westrand en de noordoostrand van het plangebied een hoge indicatieve archeologische verwachtingswaarde toe. Aan de gebieden ten zuiden van de Langstraat en de Helmondsingel wordt een middelhoge archeologische verwachtingswaarde toegekend. Op de locaties waar nieuwe ontwikkelingen worden toegestaan en waaraan een middelhoge of hoge archeologische verwachtingswaarde wordt toegekend, dient een aanvullende archeologische inventarisatie (AAI) plaats te vinden. Voor de gebieden met wijzigingsbevoegdheid B en C binnen het plangebied geldt echter dat er sprake is van een lage indicatieve verwachtingswaarde. Er dient hiervoor dan ook geen verder archeologisch onderzoek verricht te worden. Voor de twee lege percelen aan de Walsbergseweg (gebied met wijzigingsbevoegdheid A) geldt wel een hoge archeologische verwachtingswaarde, maar deze percelen kunnen pas bebouwd worden na het verdwijnen van de milieuhindercirkel die over de percelen is gelegen. Daarom zal op dit moment geen archeologisch onderzoek uitgevoerd worden.
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
7
DE BESTEMMINGEN
7.1 De bestemmingen De voorschriften, die samen met de plankaart het bestemmingsplan vormen, regelen de bestemmingen en het gebruik van de gronden en opstallen in het gebied. Hieronder wordt kort ingegaan op de verschillende bestemmingen. Artikel 3 Woongebied Wg De doeleindenomschrijving van deze bestemming geeft aan dat deze gronden mogen worden gebruikt voor het wonen. Per bouwperceel mogen de gronden voor maximaal 50% worden bebouwd, met uitzondering van bouwpercelen met een oppervlakte kleiner 2 dan 250 m , waarvoor het bebouwingspercentage ten hoogste 60% per bouwperceel mag bedragen. Op de plankaart is geen bebouwingsgrens aangegeven, wel is bepaald dat de afstand van de voorgevel tot de perceelsgrens langs de openbare weg minimaal 3 meter en maximaal 7 meter mag bedragen. De afstand van vrijstaande bebouwing tot de zijdelingse perceelsgrens bedraagt minimaal 3 meter. De goothoogte van hoofdgebouwen mag niet meer dan 6 meter bedragen. De dakhelling mag niet minder dan 25 graden en niet meer dan 60 graden bedragen. In dit bestemmingsplan wordt uitgegaan van het zogenaamde envelop-principe. Dit houdt in dat binnen een bepaalde voorgeschreven dakhelling (in dit geval niet meer dan 60 graden) ook andere dakconstructies zijn toegelaten, mits de voorgestelde dakoplossing van het bouwplan blijft binnen de denkbeeldige lijnen van deze dakhelling; er wordt alleen een maximale dakhelling voorgeschreven. Zolang het bouwplan blijft binnen de maximale contouren van de dakhelling, die de vorm heeft van een opengevouwen envelop, kan de bouwvergunning worden verleend, voor zover het de toetsing aan het bestemmingsplan betreft. Voor bijgebouwen geldt dat de maximale gezamenlijke oppervlakte afhankelijk is van de grootte van het bouwperceel. Hoe groter het bouwperceel des te meer oppervlakte aan bijgebouwen is toegestaan. Hierbij moet altijd het maximale bebouwingspercentage van het bouwperceel in acht worden genomen. De goothoogte van bijgebouwen mag niet meer dan 3,20 meter bedragen en de hoogte niet meer dan 6,5 meter. Artikel 4 Woongebied 2 Wg2 De doeleindenomschrijving van deze bestemming geeft aan dat deze gronden mogen worden gebruikt voor het wonen. In het plan is een gebied met wijzigingsbevoegdheid opgenomen, op deze locatie wordt de precieze indeling van de gronden met woningen later nog nader ingevuld. Deze bestemming verschilt met name van de bestemming ‘Woongebied’ door een ietwat andere bebouwingsregeling met betrekking tot de situering van hoofdgebouwen en bijgebouwen op het perceel. Per bouwperceel mogen de gronden voor maximaal 50% worden bebouwd, met uitzondering van bouwpercelen met een oppervlakte kleiner 2 dan 250 m , waarvoor het bebouwingspercentage ten hoogste 60% per bouwperceel mag bedragen.
Op de plankaart is geen bebouwingsgrens aangegeven, wel is bepaald dat de afstand van de voorgevel tot de perceelsgrens langs de openbare weg minimaal 5 meter en maximaal 10 meter mag bedragen. De afstand van vrijstaande bebouwing tot de zijdelingse perceelsgrens bedraagt minimaal 5 meter. De goothoogte van hoofdgebouwen mag niet meer dan 6 meter bedragen. De dakhelling mag niet meer dan 60 graden bedragen. In dit bestemmingsplan wordt uitgegaan van het zogenaamde envelop-principe. Dit houdt in dat binnen een bepaalde voorgeschreven dakhelling (in dit geval niet meer dan 60 graden) ook andere dakconstructies zijn toegelaten, mits de voorgestelde dakoplossing van het bouwplan blijft binnen de denkbeeldige lijnen van deze dakhelling; er wordt alleen een maximale dakhelling voorgeschreven. Zolang het bouwplan blijft binnen de maximale contouren van de dakhelling, die de vorm heeft van een opengevouwen envelop, kan de bouwvergunning worden verleend, voor zover het de toetsing aan het bestemmingsplan betreft. Voor bijgebouwen geldt dat de maximale gezamenlijke oppervlakte afhankelijk is van de grootte van het bouwperceel. Hoe groter het bouwperceel des te meer oppervlakte aan bijgebouwen is toegestaan. Hierbij moet altijd het maximale bebouwingspercentage van het bouwperceel in acht worden genomen. De goothoogte van bijgebouwen mag niet meer dan 3,20 meter bedragen en de hoogte niet meer dan 6,5 meter. Ten behoeve van de openheid van het woongebied mogen bijgebouwen, waarvan de voorgevel op minder dan 20 meter van een perceelsgrens aan de openbare weg zijn gesitueerd, op niet minder dan 2 meter van de zijdelingse perceelsgrens worden gebouwd. Indien de afstand tot de perceelsgrens aan de openbare weg wel meer dan 20 meter is, mogen bijgebouwen wel in de zijdelingse perceelsgrens worden gebouwd Artikel 5 Gemengde doeleinden Gd De gronden binnen deze bestemming zijn naast wonen ook bestemd voor bestaande bedrijven, bestaande detailhandel en bestaande horeca. De locaties van deze functies zijn op de plankaart aangegeven. Daarnaast zijn de gronden ook bestemd voor dienstverlenende en maatschappelijke voorzieningen en kantoren. In het schema ‘toegestane functies’ is aangegeven hoe en in welke mate functieveranderingen zijn toegestaan. De bouwpercelen met een woonfunctie mogen voor maximaal 50% worden bebouwd, met uitzondering van bouwpercelen met een oppervlakte kleiner 2 dan 250 m , waarvoor het bebouwingspercentage ten hoogste 60% per bouwperceel mag bedragen. De bouwpercelen zonder woonfunctie mogen tot maximaal 80% worden bebouwd. In de bebouwingsvoorschriften is verder aangegeven aan welke maatvoering hoofd- en bijgebouwen moeten voldoen. Artikel 6 Maatschappelijke doeleinden Md Binnen deze bestemming zijn onderwijsdoeleinden, sociaal-medische doeleinden, sociaal-culturele doeleinden, sport- en levensbeschouwelijke doeleinden toegestaan. Gebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd binnen het op de plankaart aangegeven bouwvlak, op de plankaart is het maximale bebouwingspercentage per bouwvlak aangegeven. In de bebouwingsvoorschriften is verder aangegeven aan welke maatvoering hoofdgebouwen moeten voldoen.
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
Artikel 7 Hoveniersbedrijf B De gronden binnen deze bestemming zijn bestemd voor het ter plaatse gesitueerde hoveniersbedrijf. Op deze gronden mogen dan ook gebouwen ten behoeve van het hoveniersbedrijf worden gebouwd. Verder is de bestaande bedrijfswoning toegestaan en mogen op de gronden bomen, struiken en planten worden gekweekt. De bedrijfsgebouwen ten behoeve van het hoveniersbedrijf en de bedrijfswoning mogen uitsluitend binnen de op de plankaart aangegeven bouwvlakken worden gebouwd, waarbij de op de plankaart aangegeven hoogtes niet overschreden mogen worden. Ook de bijgebouwen bij de bedrijfswoning moeten binnen een daartoe aangegeven bouwvlak worden opgericht. Het totale oppervlak aan bijgebouwen bij de bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 80 m² en de goot- en nokhoogte mogen respectievelijk niet meer dan 3,20 meter en 6,5 meter bedragen. Artikel 8 Bos BO De binnen deze bestemming gelegen gronden zijn onder andere bestemd voor bos en recreatief medegebruik. De gronden mogen uitsluitend worden bebouwd met bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Artikel 9 Groenvoorzieningen G en artikel 10 Verkeersdoeleinden V Binnen deze bestemming zijn respectievelijk groendoeleinden en verkeersdoeleinden toegestaan. De gronden mogen worden bebouwd ten behoeve van openbare, nuts-, verkeers- en speelvoorzieningen. Artikel 11 Waterhuishoudkundige doeleinden Wa Binnen deze bestemming zijn enkele belangrijke in het plangebied aanwezige waterlopen opgenomen. Deze gronden mogen uitsluitend worden bebouwd met bruggen, duikers en vergelijkbare bouwwerken.
7.2 Handhaving Het bewerkstelligen van de naleving van de regels van een bestemmingsplan valt onder het begrip handhaving. Hierbij kan worden gedacht aan het toepassen van sancties, zoals bestuursdwang en dwangsom. Ook moet hierbij gedacht worden aan het tot stand brengen van regels en normen, een goede uitvoering daarvan en toezicht op deze uitvoering. Voorlichting en preventief optreden vormen dan ook een onderdeel van handhaving. Om op een goede manier inhoud te geven aan het begrip handhaving is formulering van een handhavingsbeleid een vereiste. In het bestemmingsplan voor Walsberg zijn voorschriften opgenomen, die zijn op te splitsen in bebouwings- en gebruiksvoorschriften. In de bebouwingsvoorschriften zijn maten opgenomen die van toepassing zijn op gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Te realiseren gebouwen en andere bouwwerken moeten voldoen aan deze maatvoering. Zo niet, dan kan het college van burgemeester en wethouders geen bouwvergunning verlenen. Gebruiksvoorschriften zijn opgenomen om gewenste ontwikkelingen mogelijk te maken en om ongewenste ontwikkelingen uit te sluiten. Toetsing aan de gebruiksvoorschriften is aan de orde bij functiewisseling of nieuwvestiging.
De doelstellingen van het ruimtelijk beleid kunnen slechts verwezenlijkt worden, indien de voorschriften van het bestemmingsplan worden nageleefd. De gemeente dient op de eerste plaats zelf haar voorschriften na te leven en vervolgens dient de gemeente er zorg voor te dragen dat anderen deze voorschriften naleven.
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
8
ECONOMISCHE UITVOERBAARHEID
De Wet op de Ruimtelijke Ordening schrijft voor dat de economische uitvoerbaarheid van een plan aangetoond wordt. Onderhavig bestemmingsplan betreft voor het grootste deel een beheersregeling voor reeds bestaande bebouwing en gronden. Er kan dan ook gesteld worden dat dit plan financieel-economisch uitvoerbaar is. Het bestemmingsplan omvat ook enkele particuliere locaties. Voor wat betreft de economische uitvoerbaarheid van die locaties kan nog het volgende worden gesteld: Bij de particuliere locaties en het particuliere gebied met wijzigingsbevoegdheid in het plangebied is sprake van particuliere exploitatie. De financiële risico’s daarbij komen volledig voor rekening van de betreffende ontwikkelaars.
Bestemmingsplan ‘Walsberg’
9
PROCEDURES
9.1 Inspraak en vooroverleg Het voorontwerpbestemmingsplan ‘Walsberg’ heeft op grond van artikel 6a van de Wet op de Ruimtelijke Ordening en de gemeentelijke inspraakverordening van 23 april 2004 tot en met 21 juli 2004 ter inzage gelegen. Tevens heeft er een informatie- c.q. inspraakavond plaatsgevonden, waar het bestemmingsplan nader is toegelicht. Gedurende de termijn van inzage zijn 15 mondelinge en schriftelijke inspraakreacties ingediend. Daarnaast is het plan conform artikel 10 van het Besluit op de ruimtelijke ordening in vooroverleg gezonden naar de betreffende personen en instanties. De Planologische Commissie voor Gemeentelijke Plannen (PCGP) heeft het plan behandeld en per brief d.d. 15 december 2004 haar advies uitgebracht. Ook waterschap De Aa heeft in het kader van het vooroverleg gereageerd. De Nota Inspraak en Vooroverleg is opgenomen als bijlage 5 bij de toelichting. In deze nota worden de inspraakreacties en de reacties uit het vooroverleg samengevat weergegeven. Bij iedere inspraak- en vooroverlegreactie is aangegeven of de reactie aanleiding geeft tot het aanpassen van het voorontwerpbestemmingsplan en welke aanpassing, indien noodzakelijk, is doorgevoerd.
9.2 Tervisielegging Het ontwerpbestemmingsplan ‘Walsberg’ heeft op grond van artikel 23 en verder van de Wet op de Ruimtelijke Ordening vanaf 4 maart 2005 4 weken ter visie gelegen. Het ‘Overzicht ingekomen zienswijzen’ is opgenomen als bijlage 6 bij de toelichting. In deze nota worden de zienswijzen samengevat weergegeven. Bij iedere zienswijze is aangegeven of de reactie aanleiding geeft tot het aanpassen van het ontwerpbestemmingsplan en welke aanpassing, indien noodzakelijk, is doorgevoerd.
Rosmalen, september 2005 Croonen Adviseurs b.v.
vastgesteld: 6 september 2005