BESTEK. Datum: 22 november 2012

BESTEK Ten behoeve van:

Woonzorg Zone Nieuwveen

Datum:

22 november 2012

Op dit bestek rust het STABU Keurmerk onder licentienummer: 98.02.07.E Dit bestek is opgesteld met de STABU-systematiek, uitgave: 2012-I

Opdrachtgever:

contactpersoon:

Woonstichting Nieuwkoop Kennedyplein 5a 2421 EN Nieuwkoop Postbus 122 2420 AC Nieuwkoop telefoon: 0172-525100 telefax: 0172-525199 e-mail: [email protected] Geert van den Berg

Opdrachtgever 2 (PG): contactpersoon:

WIJdezorg Renée Jannes

Opdrachtgever 3 (VG): contact persoon:

Ipse de Bruggen Gerdie van Driel

Projectmanagement:

Latei Projectontwikkeling Postbus 2118 3800 CC AMERSFOORT telefoon: 033-4605500 Frank Wirtz

contactpersoon: Algemene omschrijving: Kavel 1 Kavel 2 Kavel 3

Datum:

Het werk omvat in hoofdzaak de bouw van Woonzorg Zone Nieuwveen 17 vrije sector koopwoningen + bergingenblok + WKO 6 sociale huurwoningen 3 groepswoningen voor psycho geriatrie (PG) met elk 10 wooneenheden 8 sociale huurwoningen + bergingenblok 2 groepswoningen verstandelijk gehandicapten (VG) met elk 10 wooneenheden 31 mei 2012

Kadastrale gegevens perceel: Gemeente: Nieuwveen Sectie: A Nummer perceel: 2474 Aanbesteder:

de Opdrachtgever

Directie:

de Opdrachtgever

Architect:

ir. Bart Duvekot Architecten BNA Tosaristraat 1 1019 RT Amsterdam telefoon: 020 419 91 91 telefax: 020 419 91 92 Menno Trautwein

contactpersoon: Constructeur:

contactpersoon: Adviseur installaties:

contactpersoon:

Goudstikker de Vries bv ingenieursburo voor bouwtechniek Rentmeesterstraat 52 Postbus 1009 1301 AA Almere telefoon: 036 54 83 400 telefax: 036 54 83 499 Chris Wiebenga DWA installatie- en energieadvies Duitslandweg 4 Postbus 274 2410 AG BODEGRAVEN telefoon: 0172 63 53 00 e-mail: [email protected] ir. Jaap Schoenmaker

Advies WKO-installatie:

contactpersoon: Advies civiele techniek:

contactpersoon: Landschapsontwerp:

contactpersoon: Aannemer: contactpersoon:

Greenspread Nieuwe stationsstraat 20 6811 KS Arnhem telefoon: 026 352 75 72 e-mail: [email protected] M. Marquering en Vincent Smeele (Greenspread) Oranjewoud Monitorweg 29 1322 BK Almere Postbus 10044 1301 AA Almere-stad telefoon: 036 530 84 66 e-mail: [email protected] Bart Kramer Dijk & Co Tussen de Bogen 60 1013JB Amsterdam telefoon: 020 623 22 56 e-mail: [email protected] Rob van Dijk Vink+Veenman BV Bouw- en Ontwikkelingmij te Nieuwkoop A. Blijleven

Bart Duvekot Architecten 98.02.07.E

22.11.2012

INHOUDSOPGAVE

OVERZICHT BIJLAGEN

1

ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN

2

01

2

VOOR HET WERK GELDENDE VOORWAARDEN U.A.V. 1989

TECHNISCHE BEPALINGEN EN WERKBESCHRIJVING

20

05 12 17 20 21 22 23 24 25 30 31 32 33 34 35 36 38 40 41 42 43 44 45 46 47 48 50 54

20 24 26 27 30 38 42 50 59 65 83 86 91 100 106 110 113 115 119 122 126 129 134 139 146 150 153 157

BOUWPLAATSVOORZIENINGEN GRONDWERK TERREININRICHTING FUNDERINGSPALEN EN DAMWANDEN BETONWERK METSELWERK VOORAF VERVAARDIGDE STEENACHTIGE ELEMENTEN RUWBOUWTIMMERWERK METAALCONSTRUCTIEWERK KOZIJNEN, RAMEN EN DEUREN SYSTEEMBEKLEDINGEN TRAPPEN EN BALUSTRADEN DAKBEDEKKINGEN BEGLAZING NATUUR- EN KUNSTSTEEN VOEGVULLING GEVELSCHERMEN STUKADOORWERK TEGELWERK DEKVLOEREN EN VLOERSYSTEMEN METAAL- EN KUNSTSTOFWERK PLAFOND- EN WANDSYSTEMEN AFBOUWTIMMERWERK SCHILDERWERK BINNENINRICHTING BEHANGWERK, VLOERBEDEKKING EN STOFFERING DAKGOTEN EN HEMELWATERAFVOEREN BRANDBESTRIJDINGSINSTALLATIES

BIJLAGEN

158 BIJLAGE MODEL GARANTIEVERKLARING BIJLAGE MODEL BANKGARANTIE BIJLAGE MODEL PROCES-VERBAAL VAN OPLEVERING


159 160 162

I


22.11.2012

Bij de beschrijving van het werk behorende tekeningen en documenten: ARCHITECT: - tekeningen en bijlagen van de Achitect, volgens bijgevoegde tekeningenlijst d.d. 3105-2012. CONSTRUCTEUR: - tekeningen en bijlagen van de Constructeur, volgens bijgevoegde tekeningenlijst d.d. 30-05-2012. ADVISEUR INSTALLATIES: - Bestek, tekeningen en bijlagen van Adviseur installaties DWA: . Bestekdeel: Werktuigbouwkundige installaties Besteknummer: 11683W Status: Concept Datum: 31 mei 2012 . Bestekdeel: Elektrotechnische-, en transportinstallaties Besteknummer: 11683E Status: Concept Datum: 31 mei 2012 . Armaturenlijst behorende bij concept bestek Status concept Datum 31 mei 2012 . Tekeningenlijst Datum: 31-5-2012 . DWA- Bouwaanvraag bouwfysica en brandveiligheid 27-02-2012 . DWA- DO technische installaties 27-02-2012 . DWA- Demarcatielijst 14-05-2012 CIVIEL: - bestek, tekeningen en bijlagen van Adviseur civiele techniek Oranjewoud: . RAW0037 BRM en WRM WOZO Nieuwveen Latei Projectontwikkeling Besteknr. 2012-##, concept bestek d.d. 31-05-2012 . Tekeningen 240962-BR-3-01 240962-D-3-01 240962-WR-3-01

Bouwrijp maken details en dwarsprofielen nieuwe situatie

1:200 1:50 1:200

31-05-2012 31-05-2012 31-05-2012

concept concept concept

. Tauw- rapport bodemonderzoek 28-09-2009

LANDSCHAPPELIJK: - Definitief ontwerp d.d. 04-07-2012 2012DO-001 plan (kleur) 2012DO-002 doorsneden 2012DO-003 details 2012DO-004 beplantingsschema 1:200 2012DO-005 bomen en hagen plantlijst

1:100 04-07-2012 1:100 04-07-2012 1:50 04-07-2012 04-07-2012 1:200 04-07-2012 04-07-2012

WKO: - WKO benodigde bouwkundige voorzieningen, DEVA 10-05-2012. Overige bijlagen: - veiligheids- en gezondheidsplan (V&G-plan). - PvE Woningstichting Nieuwkoop (bestaat uit subbijlagen 1.1 tm 1.2). - PvE WIJdezorg (bestaat uit sub-bijlagen 2.1 tm 2.3). - PvE Ipse De Bruggen (bestaat uit subbijlagen 3.1 tm 3.8). - Hang- & sluitwerk voor appartementen en PG, Latei/Alliantie januari 2010. - Verkennend bodemonderzoek woonzorgzone Nieuwveen, Tauw 28-09-2012. - Keukentekeningen.


1


22.11.2012

ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN 01

VOOR HET WERK GELDENDE VOORWAARDEN U.A.V. 1989

01.01

VAN TOEPASSING ZIJNDE VOORWAARDEN EN VOORSCHRIFTEN

01.01.10

VAN TOEPASSING ZIJNDE VOORWAARDEN 01. VAN TOEPASSING ZIJNDE VOORWAARDEN Van toepassing zijn de standaard technische bepalingen in de STABU-Standaard 2012, alsmede, voor zover daarvan niet uitdrukkelijk is afgeweken in het bestek, de Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken (U.A.V. 1989), vastgesteld bij gemeenschappelijke beschikking van 25 augustus 1989 no. MJZ 25 889 007 van de Ministers van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer en van Verkeer en Waterstaat en van de Staatssecretaris van Defensie, zoals deze zijn opgenomen in de STABU-Standaard 2012 als bijlage I, uitgegeven door Stichting STABU te Ede.

01.02

AANVULLENDE ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN U.A.V. 1989

01.02.01

AANDUIDINGEN, BEGRIPSBEPALINGEN 01. WERKTERREIN Onder werkterrein wordt verstaan het terrein of het water dat door de opdrachtgever aan de aannemer voor de uitvoering van het werk ter beschikking wordt gesteld, het terrein of het water waarop en waarin het werk wordt uitgevoerd daarin begrepen. 90. BEGRIPPEN In het bestek wordt veelvuldig het begrip "algemeneen technische ruimten" gehanteerd, hieronder wordt verstaan: - algemene verkeersruimten zoals: entreehallen, lifthallen en trappenhuizen, gangen, bergingsgangen e.d. - algemene ruimten zoals: werkkasten e.d. - technische ruimten zoals: invoer- en meterkasten, cvz-kasten, WKO-ruimte.

01.02.02

VAN TOEPASSING ZIJNDE VOORSCHRIFTEN 01. GELDIGHEID Daar waar een publicatie zonder datum is vermeld, is deze publicatie van toepassing zoals deze drie maanden voor de dag van aanbesteding luidt. 02. PUBLICATIES Daar waar een norm, praktijkrichtlijn, beoordelingsrichtlijn of een andere publicatie is vermeld, is deze van toepassing. Daar waar bij een publicatie een correctie (c) of een aanvulling (a) of een wijziging (w) is vermeld, is deze publicatie inclusief die correctie, aanvulling of wijziging van toepassing. 90. OVERIGE VAN TOEPASSING ZIJNDE VOORSCHRIFTEN E.D. Van toepassing zijn tevens de hierna genoemde voorschriften en richtlijnen: Koopwoningen: - alle voorschriften en verordeningen van de gemeente en de plaatselijke nutsbedrijven. - eisen met betrekking tot woonkeur. - eisen naar aanleiding van Dubo. - de woningen dienen te voldoen aan de voorschriften en richtlijnen als genoemd in de Woningborg Garantie- en waarborgregeling transformatie 2012. "Alle verplichtingen welke voortvloeien uit de genoemde Woningborg voorschriften, richtlijnen en regelingen voor de "ondernemer" zijn verplichtingen voor de aannemer en behoren tot het werk als zijnde een eigen verplichting van de aannemer. Hieronder zijn mede begrepen de verplichtingen die voorvloeien uit uitspraken in Woningborgarbitragezaken, welke eventueel terzake van het werk aanhangig zijn gemaakt". Huurwoningen: - alle voorschriften en verordeningen van de gemeente en de plaatselijke nutsbedrijven. - eisen met betrekking tot woonkeur. - eisen naar aanleiding van Dubo. 91. RANGORDE Indien onderhavige stukken onderling tegenstrijdig zijn, geldt de navolgende rangorde, met dien verstande dat een eerder genoemd document voor een later genoemd document gaat: Koopwoningen: - de aannemingsovereenkomst en de daarbij behorende Algemene Voorwaarden voor de aannemingsovereenkomst met toepassing van de SWK Garantie- en waarborgregeling 2010 tussen de aannemer en de koper; - de Algemene Voorwaarden voor de aannemingsovereenkomst en de Garantie- en waarborgregeling; - de definitieve verkoopbrochure met tekeningen en technische omschrijving; - de aannemingsovereenkomst tussen de aannemer en de opdrachtgever; - de vergunningen en alle voorschriften en bepalingen van de plaatselijke en hogere overheden, nutsbedrijven en diensten; - de verslagen van de bouwvergaderingen; - het bestek;


2


22.11.2012

- de U.A.V. Huurwoningen: - de aannemingsovereenkomst tussen de aannemer en de opdrachtgever; - de vergunningen en alle voorschriften en bepalingen van de plaatselijke en hogere overheden, nutsbedrijven en diensten; - de verslagen van de bouwvergunning; - het bestek; - de U.A.V. 01.02.03

DIRECTIE 90. DIRECTIE De opdrachtgever voert de directie op de bouw en zal één of meerdere personen aan de aannemer opgeven om de opdrachtgever in alle zaken de bouw betreffende te vertegenwoordigen. 91. TOEZICHT Een opzichter is namens de directie belast met het toezicht en is bevoegd uitvoeringsaanwijzingen te geven. In uitdrukkelijke afwijking van de UAV 2012, paragraaf 3, lid 6 aanvullen: Indien werken of onderdelen van het werk niet zijn uitgevoerd volgens de ingevolge dit bestek gestelde kwaliteitseisen, zal de aannemer, wanneer hij daarvoor aangesproken wordt, zich er niet op kunnen beroepen dat er door de opdrachtgever toezicht is uitgeoefend op de uitvoering van het werk en op de naleving van de overeenkomst.

01.02.04

GEVOLMACHTIGDE VAN DE AANNEMER 01. VOLMACHT De aanwijzing door de aannemer van personen die hem in zaken het werk betreffende zullen vertegenwoordigen moet geschieden met gebruikmaking van een volmacht overeenkomstig bijlage A van de U.A.V. 90. VOLMACHT In uitdrukkelijke afwijking van paragraaf 4 lid 1 van de U.A.V. dient de volmacht ten minste 7 dagen voor aanvang van de eerste bouwbespreking aan de directie ter goedkeuring te worden voorgelegd.

01.02.05

VERPLICHTINGEN VAN DE OPDRACHTGEVER 90. BOUWBESPREKING In uitdrukkelijke afwijking van paragraaf 5 lid 1 van de U.A.V. zal de bouwbespreking (betreffende in en of nabij het werk en het werkterrein bevindende ondergrondse kabels en leidingen) worden gehouden indien de aannemer hierom verzoekt. Onverlet de gehouden bespreking is de aannemer aansprakelijk voor aangerichte schade aan in en om het werkterrein liggende kabels en leidingen. De opdrachtgever is niet verantwoordelijk voor niet verstrekte gegevens door leidingbeheerders en/of onjuistheden daarin.

01.02.06

VERPLICHTINGEN VAN DE AANNEMER 01. CESSIE VORDERING OP LEVERANCIER Indien de opdrachtgever krachtens paragraaf 5, lid 5 van de U.A.V. voor niet of niet tijdige levering aansprakelijk is, zal de aannemer zijn vordering op de leverancier op eerste verzoek van de opdrachtgever aan deze cederen tot aan het door de opdrachtgever aan hem vergoede bedrag. 02. ONGEVALLEN De aannemer moet de directie terstond op de hoogte stellen van alle ongevallen op het werkterrein, met verstrekking van alle ter zake doende inlichtingen. 03. RAPPORT BELENDINGEN Voordat met de uitvoering van het werk wordt begonnen verstrekt de aannemer aan de directie een door een beëdigd makelaar, taxateur of expertisebureau opgesteld rapport van de staat waarin de onderstaande belendingen verkeren. Belendingen: - alle belendingen gelegen binnen een straal van 50 m¹ vanaf de eigendomsgrens ter plaatse van het project. De aannemer moet in bovengenoemd rapport door middel van foto's en omschrijvingen de eventuele gebreken van voornoemde percelen en opstallen vastleggen. Het rapport wordt door de aannemer en door de eigenaren van de belendingen gedateerd naar datum van opneming en vervolgens in 2-voud aan de directie overgelegd en in enkelvoud aan de betreffende eigenaren toegezonden. De aannemer zal tegenover de opdrachtgever geen recht op schadevergoeding of enig ander recht kunnen doen gelden voor vertraging of verandering aan het werk, ontstaan door geschillen tussen de aannemer en de rechthebbenden en/of gebruikers van de belendende percelen. 04. WERKZAAMHEDEN BUITEN OVEREENGEKOMEN WERKTIJDEN Indien de aannemer voornemens is werkzaamheden op het werkterrein te verrichten buiten de werktijden zoals deze zijn overeengekomen met de directie brengt hij dit voornemen tijdig ter kennis van de directie.


3


22.11.2012

05. ONDERGRONDSE KABELS EN LEIDINGEN De aannemer meldt de aanvang van de uitvoering van de (graaf)werkzaamheden, waarbij mogelijk in de grond aanwezige kabels en leidingen betrokken zijn, conform de grondroerdersregeling (Wet Informatie-uitwisseling Ondergrondse Netten; WION) aan het daarvoor bestemde digitaal loket van het Kadaster (Klic-online). Vóór de aanvang van de werkzaamheden waarbij in de grond aanwezige kabels en leidingen betrokken zijn, traceert de aannemer de ligging hiervan en draagt hij er zorg voor dat tijdens de uitvoering van de werkzaamheden daaraan geen schade ontstaat. De aannemer draagt er zorg voor dat de ontvangen gegevens over in de grond aanwezige kabels en leidingen op de bouwplaats aanwezig zijn en instrueert uitvoerend en machinebedienend personeel. 15. VERKLARINGEN BETALINGSGEDRAG AANNEMER Desgevraagd moet de aannemer na het verstrijken van elk kalenderkwartaal aan de opdrachtgever de meest recente verklaring van de belastingdienst verstrekken omtrent zijn betalingsgedrag inzake de afdracht van loonbelasting en sociale verzekeringspremies. De aannemer moet deze besteksbepaling in eventueel door hem af te sluiten onderaannemingsovereenkomsten opnemen en de onderaannemer verplichten deze bepaling in eventueel door hem af te sluiten onderaannemingsovereenkomsten op te nemen. 16. ONDERAANNEMERS/PERSONEEL VAN DERDEN De aannemer mag bij de uitvoering van het werk slechts gebruik maken van: - onderaannemers, indien hij daarvoor schriftelijke goedkeuring van de "opdrachtgever" in plaats van de "directie" heeft gekregen, zulks in afwijking van paragraaf 6, lid 26 van de U.A.V. - personeel dat hem door derden ter beschikking is gesteld, indien hij daarvoor schriftelijke toestemming van de directie heeft gekregen. De aannemer blijft niettemin jegens de opdrachtgever voor bedoeld personeel ten volle verantwoordelijk. Alle voor het werk in te schakelen onderaannemers moeten een geblokkeerde rekening hebben geopend als bedoeld in de Uitvoeringsregeling inleners-, keten en opdrachtgeversaansprakelijkheid 2004. De aannemer moet deze besteksbepaling in eventueel door hem af te sluiten onderaannemingsovereenkomsten opnemen en de onderaannemer verplichten deze bepaling in eventueel door hem af te sluiten onderaannemingsovereenkomsten op te nemen. 17. VRIJWARING De aannemer vrijwaart de opdrachtgever tegen alle eventuele aanspraken die door de belastingdienst in het kader van de ketenaansprakelijkheidsregeling worden gemaakt, alsmede tegen eventuele hierop gebaseerde verhaalsaanspraken van onderaannemers die met (een deel van) het werk zullen worden belast. De aannemer moet deze besteksbepaling in eventueel door hem af te sluiten onderaannemingsovereenkomsten opnemen en de onderaannemer verplichten deze bepaling in eventueel door hem af te sluiten onderaannemings overeenkomsten op te nemen. 18. NALEVEN WET ARBEID VREEMDELINGEN Onder verwijzing naar paragraaf 6, lid 11 van de U.A.V. wordt de aannemer geacht bekend te zijn met hetgeen in de Wet arbeid vreemdelingen (Wav) bepaald is omtrent het verbod om vreemdelingen in Nederland arbeid te laten verrichten zonder tewerkstellingsvergunning. De aannemer leeft de bepalingen van de Wav na, alsmede deze besteksbepaling. Bij elke bouwvergadering zorgt de aannemer ervoor dat "de naleving van de Wav" wordt geagendeerd, besproken en opgenomen in het verslag. De aannemer wijst iedere door hem bij de uitvoering van het werk gecontracteerde onderaannemer schriftelijk op de bepalingen van de Wav en verplicht de onderaannemer de bepalingen van de Wav na te leven en deze besteksbepaling op te nemen in door hem te sluiten (onderaannemings)overeenkomsten. Alle aan de (niet)naleving verbonden gevolgen en kosten zijn voor rekening van de aannemer. De aannemer stelt mede namens de opdrachtgever de identiteit vast van alle op het werk aanwezige vreemdelingen als bedoeld in artikel 15 Wav en controleert de identiteitsbewijzen en de tewerkstellingsvergunningen van deze vreemdelingen op echtheid en geldigheid. De aannemer bewaart mede namens de opdrachtgever kopieën van deze documenten in zijn administratie als bedoeld in artikel 15 Wav tot tenminste 5 (vijf) jaar na het einde van het kalenderjaar waarin de oplevering plaatsvindt. De aannemer kan hierbij gebruikmaken van elektronische middelen. De opdrachtgever, dan wel de door hem aangewezen persoon, kan op ieder willekeurig moment de naleving door de aannemer van de Wav en deze besteksbepaling controleren. Op eerste verzoek van de opdrachtgever, dan wel de door hem aangewezen persoon, zal de aannemer onverwijld de betreffende administratie en (opgeslagen) documenten overleggen. Bij welke overtreding van de Wav dan ook, geconstateerd door de Arbeidsinspectie of enig ander orgaan, komen boetes die daaruit voor de opdrachtgever voortvloeien, voor rekening van de aannemer en vrijwaart de aannemer de opdrachtgever ter zake. De opdrachtgever zal deze boetes aan de aannemer doorbelasten en de aannemer zal deze op eerste verzoek aan de opdrachtgever vergoeden dan wel zal de opdrachtgever deze boetes verrekenen met de eerstvolgende (termijn)betaling(en) Woonzorg Zone Nieuwveen

4


22.11.2012

door de opdrachtgever aan de aannemer te doen, zonder dat deswege een ingebrekestelling nodig is en ongeacht een eventueel bezwaar of beroep van de aannemer tegen de opgelegde boete. Het voorgaande laat alle overige rechten en aanspraken van de opdrachtgever onverlet. 90. WIJZE VAN UITVOERING Paragraaf 6, lid 2 van de U.A.V. vervalt. Hiervoor te lezen: "De aannemer is verplicht het werk uit te voeren volgens de door de directie verstrekte tekeningen welke aangemerkt zijn als "definitief voor uitvoering". Het bestek en de bijbehorende bestektekeningen worden geacht het gehele werk te omvatten. Zij worden als één geheel beschouwd en moeten in verband met elkaar worden vergeleken. Indien op de tekeningen enig werk voorkomt, dat in het bestek wordt gemist of omgekeerd, zal de aannemer verplicht zijn de werken uit te voeren alsof het en op de tekeningen en in het bestek was gesteld en het gehele werk moeten uitvoeren zoals in de ruimste zin voor volledig en deugdelijk werk kan worden geëist. Indien de beschrijving in het bestek afwijkt van hetgeen daaromtrent op de tekeningen is aangegeven, moet de aannemer zich met de directie verstaan omtrent de wijze van uitvoering. De aannemer is verplicht de orders en aanwijzingen op te volgen, die hem door de directie worden gegeven." 91. GOEDKEURING ONDERAANNEMERS De aannemer dient de door hem in te schakelen onderaannemers ter goedkeuring aan de directie voor te dragen. Desgewenst dient deze voordracht tijdig te geschieden en vergezeld te gaan van informatie over kwaliteit, ervaring, capaciteit en solvabiliteit van de betreffende onderaannemer. Alvorens de directie de schriftelijke goedkeuring geeft, hetgeen geschiedt in de notulen van bouwvergaderingen, dient de aannemer aan te tonen dat de betreffende onderaannemer en/of leverancier volledig is ingelicht aangaande zijn verplichtingen als in dit bestek omschreven. De goedgekeurde onderaannemers zijn verplicht op verzoek van de directie haar onderaannemers en/of leveranciers kenbaar te maken. De directie kan met opgaaf van redenen haar goedkeuring voor een onderaannemer weigeren. Tevens is de directie gerechtigd haar eens gegeven goedkeuring in te trekken, indien de onderaannemer en/of leverancier naar het oordeel van de directie de voortgang van de werkzaamheden belemmert dan wel anderszins hierop een schadelijke invloed uitoefent. Indien de overeenkomst tussen de opdrachtgever en de aannemer wordt ontbonden, zal de onderaannemer en/of leverancier hieraan jegens de opdrachtgever geen recht tot schadevergoeding kunnen ontlenen. Alle consequenties welke aan bovengenoemde verbonden zijn, zijn voor rekening en verantwoording van de aannemer. 92. KOSTEN EXTRA TOEZICHT Indien de directie toestemming verleent voor werkzaamheden buiten de overeengekomen werktijden, zijn de kosten verbonden aan het hiervoor benodigde extra toezicht geheel voor rekening van de aannemer. 93. KWALITEITSZORG De aannemer zal een kwaliteitsplan opstellen waarin keuring van bouwmaterialen, controle-procedures van tekeningen en monsters en registratie van documenten is vastgelegd, de aannemer zal werken volgens de VCA (Veiligheid milieu gezondheid Checklist Aannemers); daartoe voor de aanvang van het werk een projectplan opstellen. 97. BRANDVEILIGHEID Alle sparingen, doorvoeringen en restruimten afdichten met voor de betreffende wand of vloer geschikte bouwstoffen ter goedkeuring directie. Deze bouwstoffen dienen tevens te voldoen aan de geluiden brandwerendheid welke wordt gesteld aan de betreffende wand of vloer. De afdichting van sparingen, doorvoeringen en restruimten in brandscheidingen is de verantwoordelijkheid van de bouwkundig aannemer. Er zal gekozen moeten worden voor een geschikt brandwerend afdichtingssysteem waarvan, voor aanvang van de werkzaamheden, een geldige certificaat of kwaliteitsverklaring (die is opgesteld door een door de Raad voor Accreditatie erkende certificatieinstelling ) wordt aangeleverd aan de directie. De bouwkundige aannemer heeft de verantwoordelijkheid om de applicateur tijdig bij de uitvoering te betrekken zodat alle sparingen, doorvoeringen en restruimten op een geschikte wijze kunnen worden afgedicht, conform NEN 6069 respectievelijk NEN EN 13501-2. Alle certificaten of kwaliteitsverklaringen moeten tijdens de bouwen gebruiksfase worden bijgehouden in een logboek, dat te allen tijde inzichtelijk is voor degenen die belast zijn met het toezicht. Uit deze documenten moet blijken dat aan de in het bestek vastgestelde prestaties is voldaan. LOGBOEK BRANDWERENDE DOORVOERINGEN De aannemer dient een logboek met layout tekeningen op te stellen van alle aangebrachte brandwerende doorvoeringen en voorzieningen. Het logboek dient minimaal te bevatten: - bouwdeel - bouwlaag - ruimtenummer - ruimtebenaming. - tekeningnummer van de layout tekeningen set. - positie nummer van de doorvoer / voorziening, zoals vermeld op tekening. - soort voorziening. - afmetingen van de voorziening en afmetingen van de sparing. - gebruikt materiaal. - materiaal van vloer of wand. Woonzorg Zone Nieuwveen

5


22.11.2012

- bijzondere opmerking. - de certficaten en/of keuringrapporten van de gebruikte materialen. - de certificaten van het gespecialiseerde bedrijf welke de brandwerende afwerkingen heeft aangebracht. De bijbehorende layout tekeningset dient de bouwkundige situatie met de brandscheidingen weer te geven en de positieniummers van de doorvoer/voorziening. Schaal minimaal 1:50. Het logboek met bijbehorende layout tekeningen dient aanwezig te zijn bij oplevering. De afronding hiervan is voorwaarde voor oplevering van het werk. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring: 4. - goedgekeurde: 2. 98. OVERIGE AANSPRAKEN In uitdrukkelijke afwijking van de UAV 2012, paragraaf 6, lid 15, voor 'zo spoedig mogelijk' te lezen: 'zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen drie weken, na het ontstaan van deze aanspraak,' 01.02.07

DATUM VAN AANVANG 01. AANVANG WERKZAAMHEDEN Het is de aannemer niet toegestaan met het werk aan te vangen voor de datum van aanvang, als bedoeld in paragraaf 7, lid 1 van de U.A.V. 02. DATUM VAN AANVANG In afwijking van paragraaf 7, lid 1 van de U.A.V. zal als datum van aanvang worden aangemerkt de datum die door de directie in overleg met de aannemer wordt bepaald en in het verslag van de eerste bouwvergadering zal worden vastgelegd. 90. FASERING Kavel 3 wordt het eerst gebouwd, daarna kavel 2, daarna kavel 1.

01.02.08

UITVOERINGSDUUR, UITSTEL VAN OPLEVERING 01. OPLEVERINGSTERMIJN De termijn waarbinnen het werk moet worden opgeleverd bedraagt in werkbare werkdagen: - Kavel 3: max. 230 werkbare werkdagen. Interval tussen kavel 3 en 2 max. 40 werkbare werkdagen. - Kavel 2: max. 230 werkbare werkdagen. Start bouw kavel 1 hangt af van 70% voorverkoop. - Kavel 1: 230 werkbare werkdagen. 07. OPLEVERING BEPLANTINGSWERK In verband met het gestelde in hoofdstuk 16, Beplanting, wordt het tijdstip van oplevering van het beplantingswerk nader vastgesteld in overleg met de directie. 08. OPLEVERING BUITENSCHILDERWERK Het tijdstip van oplevering van het buitenschilderwerk wordt nader vastgesteld in overleg met de directie. 09. ONWERKBARE WERKDAGEN Paragraaf 8 lid 2 de teksten "respectievelijk halve werkdagen" en "respectievelijk twee uren" vervallen. 90. VERTRAGING IN HET WERK Vertraging in de voortgang van het werk veroorzaakt door afkeuring van bouwstoffen en afkeuring van bescheiden welke door de aannemer ter goedkeuring aan de directie dienen te worden voorgelegd, geeft geen aanleiding tot termijnverlenging. 91. TERMIJNVERLENGING Aan termijnverlenging kan door de aannemer geen recht op bijbetaling worden ontleend. 92. TIJDSTIP AANLEVEREN MONSTERS In uitdrukkelijke afwijking van de UAV 2012 paragraaf 8, toevoegen lid 6: De aannemer is verplicht, ter voorkoming van vertraging van alle daarvoor in aanmerking komende bouwstoffen, vroegtijdig monsters ter goedkeuring aan te bieden, dit na zich van de mogelijkheid tot tijdige levering van de betreffende bouwstoffen op de hoogte te hebben gesteld.

01.02.09

OPNEMING EN GOEDKEURING 02. BEPROEVING Alvorens zij in bedrijf worden gesteld, moeten zijn beproefd: de technische installaties. De beproeving geschiedt door de aannemer in aanwezigheid van de directie en dient om vast te stellen of het werk, of het desbetreffende onderdeel daarvan, op het gebied bestreken door de beproeving, voldoet aan hetgeen is overeengekomen, voor zover dit op het tijdstip van de beproeving mogelijk is. Aannemer en directie stellen in onderling overleg het tijdstip van de beproeving vast. Indien aannemer en directie niet komen tot gemeenschappelijke vaststelling van het tijdstip van de beproeving stelt de aannemer dit tijdstip vast en geeft van dit tijdstip ten minste acht dagen tevoren schriftelijk kennis aan de directie. Ten behoeve van de beproeving stelt de aannemer voor zijn rekening het nodige materieel en het personeel voor de bediening daarvan beschikbaar. De kosten van de voor de beproeving benodigde hoeveelheid water en energie zijn voor rekening van de aannemer. Door de ondertekening door de aannemer en de directie van het rapport waarin het


6


22.11.2012

beproevingsresultaat is opgenomen staan de resultaten van de beproeving vast. Indien de directie tijdens de beproeving niet aanwezig is geweest, staan de resultaten van de beproeving vast door de enkele vermelding daarvan in het rapport waarin het beproevingsresultaat is opgenomen. Indien op grond van de beproeving is vastgesteld dat het werk, op het gebied bestreken door de beproeving, niet voldoet aan hetgeen is overeengekomen, zal, nadat de aannemer de nodige verbeteringen heeft aangebracht, de beproeving worden herhaald. Op deze herhaalde beproeving is het hierboven vermelde van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat in dit geval de kosten van water en energie, benodigd voor de beproeving, voor rekening van de aannemer zijn. Indien op grond van de beproeving is vastgesteld dat het werk, op het gebied bestreken door de beproeving, voldoet aan hetgeen is overeengekomen en het werk ook overigens is voltooid, vindt opneming van het werk plaats. 90. AANVRAGE VAN DE AANNEMER Sociale huurwoningen en groepswoningen: De schriftelijke of mondelinge aanvrage van de aannemer, genoemd in paragraaf 9, lid 1 van de U.A.V., zal ten minste 15 werkdagen voor de datum dat het werk naar verwachting van de aannemer voltooid zal zijn in het bezit van de directie zijn, respectievelijk in het dagboek of weekrapport zijn aangetekend. 01.02.10

OPLEVERING 01. OPLEVERING Koopwoningen: De oplevering van koopwoningen vindt plaats overeenkomstig hetgeen in de tussen de aannemer en kopers te sluiten aannemingsovereenkomst met toepassing van de Woningborg Garantie- en waarborgregeling transformatie 2012 is bepaald. Sociale huurwoningen en groepswoningen: Paragraaf 10, lid 1 van de U.A.V. vervalt. Hiervoor te lezen: "Na goedkeuring van het werk zal door de opdrachtgever een 'Proces-verbaal van oplevering' worden opgesteld. Het werk wordt als opgeleverd beschouwd, indien genoemd document door alle partijen (opdrachtgever, aannemer) voor akkoord is ondertekend." De tekortkomingen als vermeld in het 'Proces-verbaal van oplevering' dienen onverwijld maar uiterlijk binnen 15 werkbare werkdagen na datum van oplevering hersteld te zijn. Blijft de aannemer in gebreke, dan zal herstel geschieden door de opdrachtgever, voor rekening van de aannemer. 02. INGEBRUIKNEMING INSTALLATIEWERK OF DELEN HIERVAN In paragraaf 10, lid 3 van de U.A.V. wordt in plaats van "opneming" gelezen "beproeving". In tegenstelling tot het gestelde in paragraaf 11 lid 4 van de U.A.V., blijft schade aan het werk, die niet is veroorzaakt door de vervroegde ingebruikneming, tot de oplevering voor rekening van de aannemer. 90. STAAT VAN HET WERKTERREIN BIJ OPLEVERING De loodsen, keten, stellingen, hulpwerktuigen en dergelijke moeten uiterlijk 14 dagen na oplevering van het gehele project van het werkterrein zijn verwijderd. Het werkterrein en de omliggende wegen moeten onmiddellijk na oplevering van het gehele project schoon en geëgaliseerd worden opgeleverd. Bij het verwijderen van de keten en loodsen moeten ook alle tijdelijke (hulp)leidingen en kabels e.d. uit de grond worden verwijderd. 91. OPLEVERINGSBESCHEIDEN Bij oplevering dienen alle in het bestek verlangde bescheiden, waaronder concept revisietekeningen, overige revisiebescheiden, certificaten, garantieverklaringen, bedrijfs-, bedienings- en onderhoudsvoorschriften en financiële overzichten, gebundeld in een map, bij de directie te worden afgegeven. Verstrekkingsvorm: - op papier gebundeld in een map. - digitaal op CD-rom.

01.02.11

ONDERHOUDSTERMIJN 01. ONDERHOUDSTERMIJN De onderhoudstermijn bedraagt in maanden: Koopwoningen: De onderhoudstermijn zoals verwoord in de tussen de aannemer en de kopers te sluiten aannemingsovereenkomst met toepassing van de Woningborg Garantie- en waarborgregeling transformatie 2012. Sociale huurwoningen en groepswoningen: De onderhoudstermijn bedraagt in maanden: - 6 maanden voor de bouwkundige werken. - 12 maanden voor de technische installaties. 90. IN GEBREKE BLIJVEN VAN DE AANNEMER De aannemer is gehouden, gebreken welke in de onderhoudstermijn aan de dag treden op eerste aanzegging van de opdrachtgever zo spoedig mogelijk te herstellen. Blijft de aannemer in gebreke, dan zal herstel geschieden door de opdrachtgever, voor rekening van de aannemer.


7

Bart Duvekot Architecten 98.02.07.E 01.02.14

SCHORSING VAN HET WERK/BEEINDIGING IN ONVOLTOOIDE STAAT 01. VEILIGHEIDSMAATREGELEN De aannemer moet in overleg met de directie naast de gepaste maatregelen de nodige veiligheidsmaatregelen nemen. 90. SCHORSING VAN HET WERK In uitdrukkelijke afwijking van de UAV 2012 is het in de leden 4, 5 en 6 van paragraaf 14 niet van toepassing indien de schorsing een gevolg is van stillegging van het werk wegens het niet door de aannemer voldoen aan de in het bestek omschreven eisen of aan door de directie gegeven orders, of het gevolg van stilleggen door een publiekrechtelijke instantie. Als het werk of een gedeelte van het werk wordt geschorst om reden van het niet voldoen door de aannemer aan zijn verplichtingen, zijn alle hieruit voortvloeiende kosten (ook die van de opdrachtgever) voor rekening van de aannemer.

01.02.15

WERKTERREIN 01. WERKTERREIN De aannemer wordt geacht op de hoogte te zijn van de staat, de situering en de hoogteligging van, alsmede de toegangsmogelijkheden tot het werkterrein. De aannemer wordt geacht op de hoogte te zijn van grondwaterstanden, bodemgesteldheid en mogelijkheden tot afvoer van overtollig water. De aannemer dient zichzelf op de hoogte te stellen van de ligging van kabels en leidingen in en om het werkterrein, dit ter voorkoming van schade. 02. AANDUIDING WERKTERREIN De oppervlakte van het werkterrein zal in overleg met de directie en de gemeentelijke instanties worden bepaald. 90. DE TOESTAND VAN HET WERKTERREIN De aannemer dient de toestand van het werkterrein voor de aanvang van het werk zo goed mogelijk vast te leggen, hiervan zal een proces-verbaal worden opgesteld dat ondertekend dient te worden door vertegenwoordigers van de gemeente, de aannemer en de directie. Eventuele precariokosten voor het werkterrein op gemeente grond komen voor rekening van de aannemer. 91. BEWAKING Het bewaken van het werkterrein is geheel voor rekening en verantwoordelijkheid van de aannemer. Eventuele schaden of claims, ook van derden, tengevolge van geen of onvoldoende bewaking, zijn voor rekening van de aannemer.

01.02.16

AFSLUITING, RECLAME 01. FOTOGRAFEREN EN FILMEN Voor het maken van foto's, films of video-opnamen en dergelijke van het werk, het verlenen van medewerking daaraan en het geven van publiciteit inzake het werk, is toestemming van de opdrachtgever noodzakelijk.

01.02.17

VERWERKING VAN BOUWSTOFFEN 01. VERWERKING VAN BOUWSTOFFEN De verwerking c.q. montage van bouwstoffen moet plaatsvinden overeenkomstig de door de fabrikant/leverancier bij de levering te verstrekken verwerkingsvoorschriften, tenzij deze verwerkingsvoorschriften tegenstrijdig zijn met hetgeen omschreven is in dit bestek of de in het bestek voorgeschreven normen, in dit geval dient de aannemer dit aan de directie voor te leggen. 90. TOESTEMMING VOOR ANDERE BOUWSTOFFEN De in paragraaf 17 lid 5 van de U.A.V. vereiste toestemming van de directie wordt zo tijdig schriftelijk bij de directie aangevraagd, dat voldoende tijd beschikbaar is om de gelijkwaardige hoedanigheid van de bedoelde andere bouwstoffen te kunnen beoordelen. De aannemer zal de gelijkwaardige hoedanigheid aantonen op zijn kosten.

01.02.18

KEURING VAN BOUWSTOFFEN 01. BOUWSTOFFEN MET KWALITEITSVERKLARING Daar waar wordt voorgeschreven dat een bouwstof met een kwaliteitsverklaring afgegeven door een door de Raad voor Accreditatie erkende certificatieinstelling moet worden geleverd, moet deze kwaliteitsverklaring bij de uitwendige visuele beoordeling van deze bouwstof worden overgelegd. Deze bouwstoffen worden geacht te zijn goedgekeurd in de zin van paragraaf 18 van de U.A.V. indien het betreffende document aan de directie is afgegeven en de bouwstoffen door de directie op het werk uitwendig visueel zijn beoordeeld en in orde bevonden. Een gebrek dat zich na deze goedkeuring in de bouwstoffen openbaart en dat bij de uitwendige visuele beoordeling redelijkerwijs niet onderkend had kunnen worden, wordt aangemerkt als een verborgen gebrek in de zin van de paragrafen 12 en 17, lid 3 van de U.A.V. 02. BESLUIT BODEMKWALITEIT De aannemer overlegt van de door hem te leveren bouwstof, die op of in de bodem of in het oppervlaktewater moet worden aangebracht, een door het Besluit Bodemkwaliteit toegelaten bewijsmiddel, waaruit blijkt dat de desbetreffende bouwstof aan de eisen van dit besluit voldoet.Een ander bewijsmiddel dan een erkende kwaliteitsverklaring of een partijkeuring volgens de regels van het Besluit Bodemkwaliteit is, tenzij dit bestek


22.11.2012

8


22.11.2012

anders vermeld, niet toegestaan. De aannemer verstrekt het bewijsmiddel schriftelijk aan de directie binnen een met de directie afgesproken termijn, waarbij met het gestelde in het Besluit Bodemkwaliteit rekening wordt gehouden. 90. KEURINGSKOSTEN In uitdrukkelijke afwijking van het gestelde in paragraaf 18 lid 5 en lid 6 sub d van de UAV komen de kosten voor keuring en beproevingen van vooraf vervaardigd of in het werk gestort beton voor rekening van de aannemer. De keuringskosten, van alle door de directie aan te wijzen bouwstoffen, proefstukken en kwaliteitsmonsters, zijn in uitdrukkelijke afwijking van het gestelde in paragraaf 18, lid 6 van de ook bij goedkeuring voor rekening van de aannemer. 91. LEVERING ZONDER PRODUCT-CERTIFICAAT Bouwstoffen die met een product-certificaat geleverd moeten worden, mogen worden betrokken van een leverancier die niet onder een keurmerk mag leveren, mits de aannemer deze bouwstoffen op zijn kosten tijdig laat keuren op de aanwezigheid van dezelfde eigenschappen als die van de bouwstoffen met product-certificaat door een door de Raad van Accreditatie erkende certificatie-instelling. 01.02.20

ZORG VOOR BOUWSTOFFEN 01. ZORG VOOR BOUWSTOFFEN De aannemer draagt er zorg voor dat: - gebruik wordt gemaakt van statiegeldpallets. - gebruik wordt gemaakt van containers en dispensers. - gebruik wordt gemaakt van statiegeldpatronen.

01.02.21

OUDE BOUWSTOFFEN 01. EIGENDOM OUDE BOUWSTOFFEN Voorzover niet anders in dit bestek is vermeld, zijn de uit het werk komende oude bouwstoffen niet van waarde voor de opdrachtgever. 90. ONVOORZIENE OUDE BOUWSTOFFEN Onvoorzienbaar uit het werk komende bouwstoffen blijven eigendom van de opdrachtgever, tenzij de directie verklaart dat zij voor de opdrachtgever niet van waarde zijn. In het geval deze bouwstoffen aan de opdrachtgever verblijven, zijn de kosten, zoals bedoeld in paragraaf 21, lid 3 van de U.A.V. voor rekening van de opdrachtgever.

01.02.22

GARANTIE VOOR EEN ONDERDEEL 01. TE GARANDEREN ONDERDELEN Voor de volgende onderdelen wordt een garantie verlangd die moet gelden vanaf het gereedkomen van het onderdeel tot aan de oplevering van het werk en in aansluiting daarop gedurende de vermelde periode. Onderdeel: koopwoningen (met Woningborg garantie): - met Woningborg garantie. Sociale huurwoningen en groepswoningen: Onderdeel - buitenriolering en drainage - terreinverhardingen (bestratingen) - beplantingen (incl. bomen) - terreininrichtingen - funderingen - betonwerken - buitenmetselwerk inclusief voegwerk en spouwisolatie - prefab betonwerken - ruwbouwtimmerwerk - staalconstructies - buitenkozijnen, -ramen - buitendeuren - daklichten - binnenkozijnen en -deuren - hang- en sluitwerk - systeembekledingen - trappen en balustraden - dakbedekking, inclusief isolatie en randaansluitingen - isolerende beglazing - natuur- en kunststeenwerken - kitwerken - stucadoor- en spuitwerk - wanden vloertegelwerken - dekvloeren - systeemwanden en systeemplafonds - afbouwtimmerwerk - buitenschilderwerk


periode 10 jaar. 2 jaar. 1 jaar. 5 jaar. 30 jaar. 10 jaar. 10 jaar. 10 jaar. 10 jaar. 10 jaar. 10 jaar. 6 jaar. 10 jaar. 5 jaar. 2 jaar. 10 jaar. 5 jaar. 10 jaar. 10 jaar. 10 jaar. 6 jaar. 1 jaar. 6 jaar. 6 jaar. 6 jaar. 5 jaar. 2 jaar. 9

Bart Duvekot Architecten 98.02.07.E - binnenschilderwerk - poedercoating - keukeninrichting - behangwerk - vloerbedekking

22.11.2012

3 jaar. 10 jaar. 1 jaar. 1 jaar. 5 jaar.

- goten en hemelwaterafvoeren 3 jaar. - binnenriolering 3 jaar. - waterinstallaties 3 jaar. - sanitair 2 jaar. - elektra-installaties 3 jaar. - verwarmingsinstallaties 3 jaar. - mechanische ventilatie-installaties en luchtbehandelingsinstallaties 3 jaar. - liftinstallaties 3 jaar. - pompput, pomp en schakelkast 3 jaar. - brandbestrijdinginstallaties en brandmeld- en ontruimingsinstallaties 3 jaar. - koelinstallaties 3 jaar. - regelinstallaties 3 jaar. - gebouwbeheersystemen 3 jaar. - WKO-installatie 3 jaar. - noodverlichtingsinstallatie 3 jaar. - communicatie- en beveiligingsinstallaties 3 jaar. - te garanderen door: de aannemer alsmede onderaannemers en leveranciers. 02. GARANTIEVERKLARING Met betrekking tot onderdelen waarvoor een garantie wordt verlangd van een onderaannemer of leverancier, dient een garantieverklaring volgens het bij dit bestek gevoegde model overgelegd te worden aan de directie. De garantieverklaring dient te worden overgelegd bij oplevering van het werk. 90. GARANTIEBEPALINGEN In uitdrukkelijke afwijking op paragraaf 22, lid 1 van de U.A.V. vervalt het gestelde in de leden 2, 3 en 4 en wordt dit vervangen door de volgende bepalingen: 2. Met betrekking tot een onderdeel van het werk waarvoor een garantie wordt verlangd, dient van dat onderdeel een garantieverklaring volgens het bij dit bestek gevoegde model overgelegd te worden, inhoudende: a. dat de garant zich verbindt voor zijn rekening alle voorkomende gebreken op eerste aanzegging van de opdrachtgever zo spoedig mogelijk te herstellen naar genoegen van de opdrachtgever, tenzij de garant aantoont dat de gebreken niet voor zijn risico komen. b. dat de garantieverklaring zal gelden van het gereedkomen van het onderdeel af tot de oplevering van het werk en in aansluiting daarop gedurende de in het bestek genoemde periode. 3. Bij elk onderdeel van het werk waarvoor het geven van garantie wordt gevorderd, vermeldt het bestek of de garantieverklaring zal worden verstrekt door de aannemer, dan wel de onderaannemer of leverancier van dat onderdeel. Indien een zodanige vermelding ontbreekt, zal de garantieverklaring door de aannemer worden verstrekt. De aannemer draagt zorg voor het verstrekken van de garantieverklaring door de onderaannemer of leverancier aan de opdrachtgever. Indien de garantieverklaring niet door de onderaannemer of leverancier wordt verstrekt, wordt de garantieverklaring door de aannemer verstrekt. 4. Indien een garantieverklaring als bedoeld in het eerste lid niet is overgelegd of een andersluidende garantieverklaring is overgelegd, kan daaruit geen afstand of wijziging van de in het eerste lid omschreven garantieverplichting worden afgeleid. 5. De garantie van de aannemer tegenover de opdrachtgever is overdraagbaar, zodat de opdrachtgever rechtstreeks bij de fabrikant/leverancier, onderaannemer/leverancier kan reageren. 91. GARANTIEVERKLARINGEN In uitdrukkelijke afwijking van de UAV 2012 paragraaf 22, lid 1, aanvullen met: - De aannemer zal van de genoemde onderdelen garantieverklaringen afgeven, voor het einde van de onderhoudstermijn. Deze verklaringen moeten door de aannemer ondertekend in tweevoud worden ingeleverd. De opdrachtgeefster zal na ondertekening het tweede exemplaar van de garantieverklaring aan de aannemer retourneren. - Indien voor een onderdeel in het bestek de garantieverklaring van de aannemer wordt gevraagd, moet hij deze afgeven samen met een garantieverklaring van de betrokken fabrikant/leverancier en/of onderaannemer op naam gesteld van de opdrachtgever, waaruit blijkt dat de door de aannemer gegeven garantie volledig door deze wordt onderschreven. Concept garantieverklaringen en onderhoudsvoorschriften ter goedkeuring indienen voordat de opdracht aan de betreffende onderaannemer/leverancier wordt verstrekt. 92. GARANTIE VERVANGEN ONDERDELEN Voor onderdelen die in de garantietermijn zijn vervangen, gaat de volgende garantietermijn opnieuw in op de dag van de vervanging. De in dit bestek vermelde garantie(s) voor onderdelen en de eventuele uitzonderingen Woonzorg Zone Nieuwveen

10


22.11.2012

hierop, laten onverlet de verplichtingen van de aannemer in de onderhoudstermijn en de aansprakelijkheid van de aannemer na de oplevering. 01.02.26

ALGEMEEN TIJDSCHEMA, WERKPLAN 01. ALGEMEEN TIJDSCHEMA Het in paragraaf 26, lid 1 van de U.A.V. genoemde algemeen tijdschema wordt verlangd. In het verlangde algemene tijdschema dienen, naast de in paragraaf 26, lid 1 van de U.A.V. genoemde gegevens, tevens vermeld te worden: - de door of namens de opdrachtgever te verstrekken tekeningen. - de door de aannemer te verstrekken tekeningen en/of berekeningen. - signaleringsschema. - inkoopschema. - verstrekkingen derden. - verwerkingen voorzieningen van derden. - tijdstip levering materialen. - tijdstippen start werkzaamheden c.q. beslissingen van aannemers, opdrachtgever, directie, architect, derden e.d. - opleveringsschema en de specifieke eisen van de betreffende onderdelen. De indeling van de tijdsduur op het algemeen tijdschema moet worden aangegeven in kalenderdagen. Tevens dient een prognoseschaal te worden aangegeven. Genoemd tijdschema dient te worden gepresenteerd als een balkenschema. Het algemeen tijdschema en de prognose schaal aan de directie ter goedkeuring indienen. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring: 4. - goedgekeurde: 4. 04. GEDETAILLEERD WERKPLAN Een gedetailleerd werkplan zoals bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V wordt verlangd voor: de in de betreffende hoofdstukken genoemde onderdelen. Eisen werkplan: - het tijdstip van aanvang en het tijdstip van oplevering (of opleveringsschema). - de tijdsduur van de afzonderlijke werkzaamheden en de ruimten of gebouwdelen waarin of waaraan de werkzaamheden worden uitgevoerd. - de periode(n) gedurende welke water en elektra zijn afgesloten. - de periode(n) gedurende welke de verwarmingsinstallatie buiten gebruik is. - de tijdstippen waarop werk-, detail- en sparingstekeningen moeten worden afgegeven. - de aan de uitvoering voorafgaande voorbereidende en fabrieksmatige werkzaamheden. - de door derden te verrichten werkzaamheden. - de door derden te leveren bouwstoffen, alsmede het tijdstip van aanvoer van deze bouwstoffen op het werk. - de specifieke eisen van de betreffende onderdelen. De indeling van de tijdsduur op het gedetailleerd werkplan moet worden aangegeven in kalenderdagen. Tijdstip waarop het werkplan moet worden ingediend: - 2 kalenderweken voor de aanvang van de betreffende werkzaamheden. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring: 4. - goedgekeurde: 2. 05. INPASSING WERKZAAMHEDEN DERDEN De door derden uit te voeren werkzaamheden dienen te worden opgenomen en ingepast zowel in het verlangde algemene tijdschema als ook in het gedetailleerde werkplan. In de verlangde documenten dient een zo volledig mogelijk inzicht te worden gegeven in de hoedanigheid, de volgorde en de uitvoering van de werkzaamheden. De betrokken derden zullen het algemene tijdschema en het gedetailleerde werkplan, na goedkeuring hunnerzijds, voor akkoord tekenen. Indien de derden nog niet bekend zijn, zal de directie, na goedkeuring, voor akkoord tekenen en zal de opdrachtgever de hierbij bedoelde derden binden aan het algemene tijdschema en het gedetailleerde werkplan. 90. STAND VAN HET WERK De stand van het werk ten opzichte van de in het algemene tijdschema neergelegde verwachtingen wordt in overleg tussen de aannemer en de directie wekelijks op het algemene tijdschema door de directie aangetekend of schriftelijk vastgelegd. Dit geschiedt naast de vermelding van de stand van het werk in het weekrapport. 91. GEDETAILLEERD AFBOUWSCHEMA De aannemer dient, bij het glas- en waterdicht zijn van het werk, doch minimaal 10 kalenderweken voor de geprognotiseerde opleveringsdatum, een gedetailleerd afbouwschema te vervaardigen t.b.v. het vaststellen van de definitieve opleveringsdata van de woningen. Eisen afbouwschema: - datum van aanvang afbouw per woning. - de opleveringsdatum per woning. - werkzaamheden van de leverancier(s), (onder)aannemer(s), nutsbedrijven, gemeente


11


22.11.2012

en alle overige betrokken partijen. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2. De aannemer dient het goedgekeurde afbouwschema bindend op te leggen aan leveranciers en onderaannemers. 92. AANSPRAAK OP BIJBETALING In uitdrukkelijke afwijking van de UAV paragraaf 26, lid 7, aanvullen met: Bedoelde aanspraak op bijbetaling is alleen van kracht indien dit als zodanig schriftelijk met de directie is overeengekomen en dit binnen vier werkdagen bij de directie is ingediend. 01.02.27

DAGBOEK, LIJSTEN, RAPPORTEN 01. TE VERSTREKKEN LIJSTEN De in paragraaf 27, lid 7 van de U.A.V. genoemde lijsten worden verlangd. 03. VERSLAGEN BOUWVERGADERINGEN De verslagen van de bouwvergaderingen worden door de directie opgesteld en verspreid. De bouwvergaderingen worden door de directie voorgezeten. De verslagen worden geacht letterlijk in het weekrapport te zijn opgenomen. De bouwvergaderingen worden eens in de maand gehouden of zoveel vaker als de directie nodig acht. 04. BESTEKPOSTEN OP BASIS VAN DE STABU-BESTEKSSYSTEMATIEK De bestekswijzigingen, het meer en minder werk en de verwerkte hoeveelheden, alsmede de besteding/ invulling van de eventuele stelposten, moeten door de aannemer worden verwerkt in bestekposten volgens de STABU-bestekssystematiek en worden gebundeld in volgorde en codering overeenkomstig het bestek. 90. WERKBESPREKINGEN De werkbesprekingen worden door de aannemer voorgezeten. De verslagen van deze besprekingen worden door de aannemer opgesteld en aan alle belanghebbenden toegezonden. De werkbesprekingen worden in principe eens in de twee weken gehouden of zoveel vaker als de aannemer nodig acht.

01.02.28

AFBAKENING, PEILINGEN EN OPMETINGEN 02. ROOILIJN De plaats van de rooilijn(en) wordt (worden) vanwege de directie in het werk aangegeven. 03. PEIL Als peil P geldt: - de bovenkant van de afgewerkte vloer van de begane grond. Per bouwdeel wordt uitgegaan van een andere P=0, zie de vermeldingen op de overzichtsplattegronden.

01.02.29

VERSCHILLEN IN AFMETINGEN OF TOESTAND 01. SCHADELIJKE VOORWERPEN OF STOFFEN Wanneer bij de uitvoering van het werk voorwerpen of stoffen worden aangetroffen waarvan de aanwezigheid niet in dit bestek is vermeld en waarvan redelijkerwijs geacht kan worden dat deze schade kunnen toebrengen aan personen, goederen of het milieu brengt de aannemer dit onmiddellijk ter kennis van de directie. Hij neemt terstond, zo mogelijk in overleg met de directie, de door de omstandigheden vereiste veiligheidsmaatregelen. 90. VERSCHILLEN IN AFMETINGEN OF TOESTAND Paragraaf 29, lid 3 van de U.A.V. vervalt, hiervoor te lezen: "De aannemer wordt geacht voor de prijsaanbieding alle nodige informatie en inlichtingen te hebben ontvangen en de omschrijving in het bestek, de tekeningen en de toestand van het werkterrein onderling vergeleken en nagezien te hebben, alsmede voldoende bekend te zijn met hetgeen tot de volledige uitvoering c.q. aard van het werk behoort".

01.02.31

VERBAND MET ANDERE WERKEN 01. GEGEVENS VOOR DOOR DERDEN TE TREFFEN VOORZIENINGEN De aannemer verstrekt tijdig aan de directie de gegevens van de door derden ten behoeve van hem te treffen voorzieningen. 05. WERKZAAMHEDEN DOOR DERDEN Door derden worden uitgevoerd: - de aansluiting(en) op het openbaar riool. - de dienstleiding(en) ten behoeve van de aansluiting(en) van de waterleiding op het leidingnet van het waterleverend bedrijf. - de dienstleiding(en) ten behoeve van de aansluiting op de WKO-installatie. - de dienstleiding(en) ten behoeve van de aansluiting(en) van de elektrotechnische installatie op het leidingnet van het elektriciteitleverend bedrijf. - de dienstleiding(en) van de KPN t.b.v. de telefooninstallatie. - de dienstleiding(en) van de Kabel exploitant. - de tilliftinstallaties. N.B. De coördinatie van bovengenoemde werkzaamheden behoort tot de verplichtingen van de aannemer.


12


22.11.2012

07. VANWEGE DE OPDRACHTGEVER GETROFFEN VOORZIENINGEN De aannemer moet de voorzieningen die vanwege de opdrachtgever zijn uitgevoerd zo spoedig mogelijk controleren, nadat hij door of namens de opdrachtgever van de voltooiing van die voorziening in kennis is gesteld. Van eventuele tekortkomingen stelt hij de directie terstond in kennis. De hogere kosten die een gevolg kunnen zijn van het niet ter kennis brengen van vorenbedoelde tekortkomingen, komen voor rekening van de aannemer, indien en voor zover hij deze tekortkomingen redelijkerwijze had behoren op te merken. 90. MEDEWERKING AANNEMER De aannemer is gehouden zodanige medewerking te verlenen, dat de door derden te verrichten werkzaamheden kunnen worden uitgevoerd, zonder dat hij deswege op verlenging van zijn opleveringstermijn aanspraak kan maken. Indien de aannemer meent dat stagnatie in zijn werkzaamheden zal ontstaan als gevolg van vertragingen in de door derden uit te voeren werkzaamheden, zal hij dit tijdig en schriftelijk aan de directie kenbaar maken. 91. BESCHIKBAARSTELLING De aannemer gedoogt dat de genoemde derden gedurende de werktijden gebruik kunnen maken van de op het werkterrein aangebrachte was- en schaftgelegenheid, toilet, steigers, ladders, bouwliften verlichting en bouwaansluitingen voor water en elektriciteit. Kosten voor gebruik van bouwlift en elektriciteit- en waterverbruik kan de aannemer desgewenst rechtstreeks met deze derden verrekenen. 01.02.32

GEVONDEN VOORWERPEN 01. ONDERBREKING VAN HET WERK Indien de uitvoering van het werk of een deel daarvan door het vinden van voorwerpen zoals bedoeld in paragraaf 32 van de U.A.V. moet worden onderbroken, wordt de schade die de aannemer lijdt als gevolg van deze onderbreking, vergoed.

01.02.35

VERREKENING VAN MEER EN MINDER WERK 01. VERREKENING VAN MEER EN MINDER WERK Paragraaf 35, lid 2 van de U.A.V. aanvullen met: Indien de aannemer de door de directie gegeven orders, aanwijzingen of verstrekte tekeningen geheel of gedeeltelijk beschouwd als meerwerk, zal hij dit - alvorens de opdracht uit te voeren - binnen acht dagen na ontvangst schriftelijk melden bij de directie. Indien de voortgang van het werk dit verlangt, zal de melding bovendien zo spoedig mogelijk mondeling geschieden. Verrekening en uitvoering van meer en minder werk vindt uitsluitend plaats indien daarvoor van tevoren schriftelijk opdracht is verstrekt. Zowel het meer als het minder werk zullen op een meer en minderwerk staat worden bijgehouden en met de laatste termijn worden verrekend. 90. VERREKENING MEER EN MINDER WERK Verrekening van meer en minder werk zoals bedoeld in paragraaf 35, lid 1 van de U.A.V. zal worden verrekend tegen prijzen, die als volgt zijn samengesteld: a) de netto kosten van de bouwstoffen. b) de netto kosten van arbeidsloon voorzover deze rechtstreeks op het verwerken van (de onder a) bedoelde bouwstoffen betrekking hebben. c) een aannemersvergoeding van 10% van de (onder a en b) bedoelde nettokosten over meerwerk, respectievelijk 10% over het minderwerk, met dien verstande dat deze percentages over het saldo worden berekend. Alle rechtstreeks of zijdelings voor de uitvoering benodigde kosten worden niet afzonderlijk verrekend, maar worden geacht in de aanneemsom te zijn begrepen. De (onder a) bedoelde netto kosten van bouwstoffen worden bepaald ten opzichte van de hoeveelheden, zoals deze volgen uit het bestek en tekeningen. De aldus samengestelde prijzen gelden zowel voor werkzaamheden die rechtstreeks door de aannemer worden uitgevoerd als voor werkzaamheden die door onderaannemers worden uitgevoerd.

01.02.36

BESTEKSWIJZIGINGEN 01. BEVOEGDHEID AANBRENGEN BESTEKSWIJZIGINGEN De bevoegdheid tot aanbrengen van bestekswijzigingen als bedoeld in paragraaf 36, lid 2 van de U.A.V. is voorbehouden aan de opdrachtgever.

01.02.37

STELPOSTEN 01. STELPOSTEN In afwijking van paragraaf 37 van de U.A.V. zijn alle in het bestek genoemde stelposten netto bedragen, waarbij onder netto dient te worden verstaan de prijs die de aannemer aan de leverancier moet betalen. De aannemer dient kopieën van de facturen van de stelposten aan de directie te overleggen. De bijkomende kosten, als bedoeld in paragraaf 37, de leden 5, 6 en 8 van de U.A.V., alsmede alle rechtstreeks of zijdelings voor de uitvoering benodigde kosten en de aannemersvergoeding (de "opslagen") worden geacht in de aanneemsom te zijn begrepen.


13


22.11.2012

02. OVERZICHT STELPOSTEN De stelposten als bedoeld in paragraaf 37, lid 1 van de U.A.V. zijn de volgende: par. omschrijving bedrag € / eenheid ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------17.32 stelpost bankjes en plantenbakken € 3.750,35.34 stelpost aankoop natuursteen € 45,-/m2. 47.33 stelpost garderobes € 2.000,47.51 stelpost plakfolie gebouwaanduiding/huisnummering € 1.500,-. 47.51 stelpost geschilderde bewegwijzering chablonnering 3 groepswoningen voor psycho geriatrie (PG) € 3.500,2 groepswoningen verstandelijk gehandicapten (VG) € 1.500,48.34 stelpost Tarkett of Marmoleum op wanden € 35,-/m2 48.43 stelpost Tarkett of Marmoleum op vloeren € 32,-/m2 De genoemde bedragen van de stelposten zijn bedragen voor de aankoop, het leveren en aanbrengen en/of aansluiten van de onderdelen. De aannemersprovisie, wordt geacht te zijn begrepen in de aanneemsom. 01.02.38

HOEVEELHEDEN 01. HOEVEELHEDEN Indien op bestektekeningen, overzichtsbladen, bestek etc., hoeveelheden, aantallen e.d. staan vermeld, zijn deze slechts informatief. De aannemer dient de hoeveelheden, aantallen e.d. op hun juistheid te controleren en kan geen rechten ontlenen aan eventuele onjuist aangegeven hoeveelheden, aantallen e.d. 02. METING HOEVEELHEDEN Meting van hoeveelheden vindt plaats overeenkomstig de Standaardmeetmethode NEN 3699+c94.

01.02.40

BETALING 01. BETALING IN TERMIJNEN Koopwoningen: De betaling van de individuele SWK termijnen van de kopers geschiedt door kopers op basis van de tussen kopers en aannemer gesloten aannemingsovereenkomst op basis van de SWK regeling. Indien op basis van de termijnregeling een termijn verschuldigd is van een op dat moment nog niet verkochte woning, zal de opdrachtgever de verschuldigde termijn aan de aannemer betalen. Zodra betreffende woning aan een koper is verkocht, zijn de aannemer en de opdrachtgever verplicht met de koper overeen te komen dat de koper ten tijde van het passeren van de akte de koopsom en bijkomende kosten, de reeds door de opdrachtgever aan de aannemer betaalde verschuldigde termijnen én een rente over deze termijnen van 5% vanaf de datum waarop de opdrachtgever de termijnen aan de aannemer heeft voldaan tot de dag waarop de koper betaalt, aan de notaris zal betalen. Zowel de koopsom als de door de koper aan de notaris betaalde termijnen en de genoemde rente zullen door de notaris aan de opdrachtgever worden voldaan. Sociale huurwoningen en groepswoningen: De betaling van de aannemingssom geschiedt in termijnen. De termijnen, gebaseerd op de stand van het werk. De aannemer dient het in onderdelen geanalyseerde werk, nadat het tijdschema door de directie is goedgekeurd, in een betalingsschema weergeven. Het betalingsschema dient aan de opdrachtgever ter goedkeuring te worden voorgelegd. Op de betaling van de eerste termijn en eventuele volgende termijnen wordt een bedrag ingehouden. Het totaalbedrag van deze inhouding(en) is: 5% van de aanneemsom. Het bedrag dat is ingehouden wordt na afloop van de onderhoudstermijn en nadat de aannemer aan zijn verplichtingen heeft voldaan, aan hem uitbetaald. 06. STORTING OP G-REKENING De aannemer verschaft zo spoedig mogelijk na de opdracht van het werk de gegevens als bedoeld in de artikelen 6 en 7 van de Uitvoeringsregeling inleners-, keten- en opdrachtgeversaansprakelijkheid 2004. Het percentage van elke door de aannemer in te dienen declaratie dat door de opdrachtgever in verband met de door de aannemer voor zijn werknemers verschuldigde loonbelasting en sociale premies op de geblokkeerde rekening zal worden gestort bedraagt: 17 % van de totale aanneemsom. De aannemer moet op elke declaratie uitdrukkelijk het loonkostenbestanddeel van het gedeclareerde bedrag vermelden. Niettemin is de opdrachtgever gerechtigd in bijzondere omstandigheden het gedeelte van de aannemingssom dat betrekking heeft op de door de aannemer voor zijn werknemers verschuldigde loonbelasting en sociale premies rechtstreeks aan de bevoegde belastingdienst over te maken. De opdrachtgever zal deze stortingen in mindering brengen op de door hem verschuldigde termijnen van de aannemingssom. Voordat de opdrachtgever daartoe overgaat, zal hij de aannemer daarover schriftelijk inlichten. De aannemer moet deze besteksbepaling in eventueel door hem af te sluiten


14


22.11.2012

onderaannemingsovereenkomsten opnemen en de onderaannemer verplichten deze bepaling in eventueel door hem af te sluiten onderaannemingsovereenkomsten op te nemen. 09. DECLARATIES De betaling zal geschieden 30 dagen nadat de aannemer een door de directie goedgekeurde declaratie heeft ingediend en conform par. 40 van de U.A.V. De aannemer moet de declaratie op naam van de opdrachtgever indienen bij de directie. Aantal: 1 stuks origineel met 2 stuks kopieen. 01.02.41

OMZETBELASTING 02. VERLEGGINGSREGELING OMZETBELASTING De aannemer moet op zijn declaratie vermelden dat de omzetbelasting wordt verlegd, tenzij de belastingdienst die ter zake bevoegd is, schriftelijk heeft medegedeeld dat ten aanzien van het werk de verleggingsregeling omzetbelasting niet van toepassing is. De aannemer moet deze besteksbepaling in eventueel door hem af te sluiten onderaannemingsovereenkomsten opnemen en de onderaannemer verplichten deze bepaling in eventueel door hem af te sluiten onderaannemingsovereenkomsten op te nemen.

01.02.42

KORTINGEN 09. KORTINGBEDRAG Koopwoningen: Voor iedere werkbare werkdag, waarmede de opleveringstermijn van een individuele koopwoning wordt overschreden is de koper gerechtigd een korting op de aannemingsom toe te passen op basis van de tussen kopers en aannemer gesloten aannemingsovereenkomst op basis van de Woningborg regeling. De aannemer vrijwaart de opdrachtgever tegen alle aanspraken in het kader van vertragingen van de koper. Indien een woning ten tijde van de oplevering nog niet is verkocht, dient daar waar in onderhavig bestek "koper" is vermeld, "de opdrachtgever" te worden gelezen. Sociale huurwoningen: De korting, bedoeld in paragraaf 42 van de U.A.V., bedraagt per dag: - € 250,- per werkbare werkdag per sociale huurwoning, onverminderd het recht op vervolgschade. Het kortingsbedrag gaat in op de dag volgend op de dag waarop de eerste woning opgeleverd zou moeten worden. Groepswoningen: De korting, bedoeld in paragraaf 42 van de U.A.V., bedraagt per dag: - € 2.500,- per werkbare werkdag per groepswoning, onverminderd het recht op vervolgschade. Het kortingsbedrag gaat in op de dag volgend op de dag waarop de eerste groepswoning opgeleverd zou moeten worden.

01.02.43

VERPANDING OF CESSIE/ZEKERHEIDSSTELLING/VERZEKERING 01. BANKGARANTIE De aannemer moet zo spoedig mogelijk nadat het werk aan hem is opgedragen, doch uiterlijk voor het verschijnen van de eerste termijn, een door een bank of verzekeringsmaatschappij afgegeven bankgarantie ten behoeve van de opdrachtgever stellen. De bankgarantie moet worden opgesteld volgens het model dat als bijlage bij dit bestek is opgenomen. De waarde van de bankgarantie bedraagt van de aannemingssom in (%): 10. De bankgarantie geldt voor de duur van de gehele bouwperiode, ingaande op de startdatum van het werk tot 10 dagen na het tijdstip waarop de onderhoudstermijn is verstreken en nadat de aannemer aan al zijn verplichtingen heeft voldaan; in de bankgarantie mag geen einddatum worden genoemd. Indien de bedoelde bankgarantie niet voor het verschijnen van de eerste termijn is ontvangen en goedgekeurd, wordt een bedrag ingehouden op de eerste en zo nodig de daarop volgende termijnen totdat de som van deze inhouding(en) het bedrag van de bankgarantie zal hebben bereikt. Het ingehouden bedrag zal worden verrekend nadat de bovenbedoelde bankgarantie zal zijn ontvangen en goedgekeurd. Binnen 14 dagen na afloop van de bankgarantie worden de ten behoeve van de bankgarantie overgelegde bescheiden aan de aannemer geretourneerd. 90. VERPANDING OF CESSIE In uitdrukkelijke afwijking van de UAV 2012 vervalt het gestelde in paragraaf 43, dit vervangen door de volgende bepaling: De termijnen van de aanneemsom mogen niet worden vervreemd, gecedeerd of verpand. 91. UITGESTELDE OPLEVERING Indien er sprake is van uitgestelde oplevering van buitenschilderwerk en/of beplanting dient een evenredig deel van de bankgarantie door te lopen tot einde onderhoudstermijn van het later opgeleverde buitenschilderwerk en/of beplanting.


15

Bart Duvekot Architecten 98.02.07.E 01.03

VERZEKERINGEN

01.03.10

VERZEKERINGEN DOOR DE AANNEMER 01. CAR-VERZEKERING DOOR DE AANNEMER/SECTIES Onverminderd zijn aansprakelijkheid, sluit de aannemer een Constructie All-Risks (CAR-)verzekering af waarin gedekt dient te zijn: alle materiële schade en of verlies of vernietiging onverschillig de oorzaak daarvan, zulks met terzijdestelling van het bepaalde in artikel 7:951 Burgerlijk Wetboek. De kredietwaardigheid van de verzekeraar(s) dient gewaarborgd te zijn met minimaal een A minus rating overeenkomstig Standard & Poor’s. De keuze van verzekeraar(s) en de inhoud van de polis behoeven de goedkeuring van de opdrachtgever. De duur van de verzekering loopt van aanvang van het (de) werk(en) tot en met de dag waarop het (de) werk(en) overeenkomstig paragraaf 10, lid 1 of 2 van de U.A.V. als opgeleverd wordt (worden) beschouwd en in geval van (een) overeengekomen onderhoudstermijn(en), in aansluiting daarop gedurende de overeengekomen onderhoudstermijn(en). De dekking omvat de volgende rubrieken met het daarbij genoemde eigen risico. Sectie Het Werk, waaronder te verstaan: - het in dit bestek beschreven werk inclusief meer en minder werk. - werken van derden (als bedoeld in paragraaf 31 van de U.A.V.) te weten: de werken zoals beschreven onder besteksartikel 01.02.31. met een eigen risico per evenement/gebeurtenis van: - 2.500 Euro. Sectie Aansprakelijkheid, waaronder te verstaan: - aansprakelijkheid voor zaak- en letselschade (inclusief de hieruit voortvloeiende gevolgschade) als gevolg van de werkzaamheden met een verzekerde som per evenement/gebeurtenis van minimaal: - 2.500.000 Euro. met een eigen risico per evenement/gebeurtenis van: - 5.000 Euro. Er moet een bepaling zijn opgenomen, waaruit blijkt dat de verzekerden en hun werknemers, ondergeschikten en personen voor wie verzekerden aansprakelijk zijn, onderling en ten opzichte van elkaar als derden worden beschouwd. Sectie Eigendommen van de opdrachtgever, waaronder te verstaan: - alle materiële schade en/of verlies en/of vernietiging van de eigendommen van de opdrachtgever en zaken waarvoor hij verantwoordelijk is, indien en voor zover ontstaan door en/of verband houdende met de uitvoering van het (de) werk(en), met een verzekerde som per evenement/gebeurtenis van minimaal: - 1.000.000 Euro. met een eigen risico per evenement/gebeurtenis van: - 1.250 Euro. 02. CAR-VERZEKERING PARTIJEN/DEKKING/BEWIJSSTUK/OPZEGGING De polis vermeldt de aannemer als verzekerde. Als mede-verzekerden moeten worden vermeld: - de opdrachtgever. - de architect(en) en adviseur(s). - de directie. - onderaannemer(s). - derden (als bedoeld in paragraaf 31 van de U.A.V.) te weten: zie 01.02.31. De verzekering moet een volledige primaire werking/dekking hebben voor de Sectie Het Werk. Inzake de Sectie Eigendommen van de opdrachtgever, dient de polis bij samenloop minimaal te voorzien in een renteloze lening. In de verzekeringsvoorwaarden dient uitdrukkelijk bepaald te zijn dat onder de verzekering ook zijn begrepen de risico's van verlies of beschadiging uit eigen gebrek, inclusief verlies of beschadiging van het door eigen gebrek direct getroffen onderdeel en van verlies of beschadiging t.g.v. ondeugdelijke materialen en onvoldoende deskundigheid, een en ander met terzijdestelling van het bepaalde in de artikelen 249 en 276 van het Wetboek van Koophandel. De eventuele verschuldigde afmakingscourtage bij schade-uitkering moet in de verzekering zijn opgenomen. Onverzekerde schade(n) en eigen risico('s) komen ten laste van voor de schade verantwoordelijke partij of anders voor de partij die voor het werk verantwoordelijk is. De eigen risico's gelden per evenement/gebeurtenis of reeks van evenementen/gebeurtenissen voortvloeiende uit dezelfde oorzaak en cumuleren niet. Na de dag waarop het werk als opgeleverd wordt beschouwd overeenkomstig paragraaf 10, lid 1 of lid 2 van de U.A.V. tot en met de dag waarop de onderhoudstermijn(en) eindigt (eindigen), is dekking beperkt tot materiële schade aan het (de) werk(en) en verlies of vernietiging ontstaan door het uitvoeren van de verplichtingen die voortvloeien uit de onderhoudstermijn(en) en materiële schade aan het (de) werk(en) en verlies of vernietiging welke zich openbaart na de dag van oplevering waarvan de oorzaak ligt: De aannemer overlegt het bewijsstuk, waaruit het sluiten van de verzekering blijkt, ten


22.11.2012

16


22.11.2012

spoedigste, in elk geval binnen één week, na de dag waarop de aannemer het werk is opgedragen, aan de opdrachtgever. De aannemer zal bedingen dat, ingeval van opzegging van de polis, de desbetreffende verzekeraar, makelaar of tussenpersoon hiervan per aangetekende brief aan de opdrachtgever mededeling zal doen en dat de verzekering na verzending van bedoelde brief nog veertien dagen zal doorlopen, gedurende welke periode de opdrachtgever het recht heeft om op kosten van de aannemer een nieuwe verzekering op dezelfde voorwaarden te sluiten. De uit dien hoofde betaalde premie en kosten worden op de aannemingssom ingehouden. 03. CAR-VERZEKERING DUUR BIJ OPLEVERING IN DELEN Voor de delen van het werk die, overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 1, lid 2 van de U.A.V. als afzonderlijk werk worden beschouwd, geldt dat de verzekering voor dat deel eindigt op het moment dat de onderhoudstermijn van het laatst opgeleverde deel is verstreken. 90. DEKKINGSBEDRAGEN In het dekkingsbedrag behoren de navolgende posten te zijn opgenomen: - aanneemsom; - honoraria en verschotten van directie en adviseur(s); - kosten voor toezicht; - omzetbelasting. De verzekering geschiedt voor een zodanig bedrag dat uit de schadevergoeding tevens kunnen worden voldaan: - de kosten van opruiming; - de kosten van herstel of vervanging. 91. UITKERING SCHADEVERGOEDING De aannemer zal bedingen dat ingeval van schade aan het in de vorige leden omschreven, de uitkering van de schadevergoeding zal geschieden aan diegenen aan wie het beschadigde toebehoort, als verzekerde, met dien verstande dat voor uitkeringen ter zake van schade aan het werk steeds de opdrachtgever als zodanig wordt aangewezen, welke aanwijzing onherroepbaar is. De aannemer draagt er zorg voor dat een aantekening op de polis wordt gemaakt dat schadebetalingen zullen geschieden aan de opdrachtgever of door hem aan te wijzen begunstigden. De opdrachtgever betaalt de vergoeding welke hem ingevolge het bovenstaande is uitgekeerd, door aan de aannemer naar gelang deze met de opruiming, het herstel of de vervanging vordert, behoudens dat deel van de vergoeding dat de opdrachtgever toekomt uit hoofde van voor zijn rekening komende kosten en de voor zijn rekening komende uitkeringen aan derden. 01.04

VERREKENING WIJZIGING KOSTEN EN PRIJZEN

01.04.10

VERREKENING WIJZIGING KOSTEN EN PRIJZEN 01. WIJZIGING KOSTEN EN PRIJZEN NIET VERREKENBAAR Niet verrekenbaar zijn wijzigingen van: - loonkosten. - materiaalprijzen. - brandstofprijzen. - huren. - vrachten. De aanneemsom is prijsvast tot einde bouw.

01.05

TEKENINGEN EN BEREKENINGEN

01.05.10

TEKENINGEN EN BEREKENINGEN 01. AANTALLEN Van de tekeningen en andere gegevens benodigd voor de uitvoering van het werk worden aan de aannemer kosteloos kopieën verstrekt. Aantal: 1 stuks alsmede 1 maal de bestanden in PDF of DWG formaat. Indien de aannemer meer exemplaren wenst, komen de kosten hiervan voor zijn rekening. 03. WIJZIGINGEN IN TEKENINGEN Wanneer door de aannemer wijzigingen in de door hem gemaakte tekeningen worden aangebracht wordt dit op het origineel bij het onderschrift aangegeven door middel van een nummer- en datumwijziging. De aannemer registreert en distribueert deze tekeningen. Oudere versies van tekeningen komen daardoor te vervallen. Indien de aannemer zich niet met door de directie gewenste wijzigingen kan verenigen, deelt hij dit de directie schriftelijk mede. 09. VERANTWOORDELIJKHEID VOOR DOCUMENTEN De aannemer blijft, ook na goedkeuring door de directie, verantwoordelijk voor de door hem gemaakte documenten betreffende de constructies, werkwijze, maatvoering, planning en dergelijke.


17


22.11.2012

90. SPARINGSTEKENINGEN De coördinatie voor het verzamelen van de uitvoeringsgegevens, alsmede het maken van gemaatvoerde uitvoeringstekeningen voor sparingen en dergelijke, inclusief voor derden, berust bij de aannemer. 91. DOCUMENTENLIJST De aannemer houdt een documentenlijst bij, waarop alle vervaardigde tekeningen, berekeningen en andere ter goedkeuring ingediende documenten worden vermeld, met vermelding van de datum van de laatste revisie en van de status. De tekeningenlijst wordt na iedere wijziging verstrekt, gelijktijdig met de verstrekking van de gewijzigde documenten. 92. REVISIEBESCHEIDEN EN ONDERHOUDSVOORSCHRIFTEN De aannemer dient voor elke woning (in enkelvoud) en voor de centrale voorzieningen (in tweevoud) een map samen te stellen met daarin de gebruikelijke en van belang zijnde revisietekeningen, overige revisiebescheiden, certificaten, garantieverklaringen, bedrijfs-, bedienings- en onderhoudsvoorschriften en kleurnummers van het schilderwerk. Tevens geeft de aannemer aan de bewoners en de beheerder van de centrale voorzieningen, ter plaatse, een bedieningsinstructie van de installaties. Taal: in het Nederlands. Tijdstip verstrekking: bij de oplevering. Verstrekkingsvorm: - op papier gebundeld in een map. - digitaal op CD-rom. 93. TEKENINGEN EN BEREKENINGEN DOOR DE AANNEMER; ROUTING De aannemer moet de goedkeuringsprocedure tijdig op gang brengen en zal vooraf een tekeningen roulatie-schema ter goedkeuring aan de directie overleggen. Tekeningen en berekeningen van de betreffende onderdelen, op basis van de door de directie verstrekte (bestek) gegevens ter beoordeling bij de directie indienen. - zo spoedig mogelijk doch uiterlijk binnen 10 werkdagen na de datum waarop de aannemer de tekeningen en berekeningen bij de directie heeft ingediend, stelt de directie de aannemer van haar oordeel inzake de ingediende tekeningen en berekeningen in kennis. - voorzien van haar oordeel of opmerkingen zal de directie een stel tekeningen en berekeningen terugzenden aan de aannemer. - bijgewerkte stukken binnen 10 werkdagen opnieuw ter controle verstrekken. - Indien de aannemer zich niet kan verenigen met de door de directie voorgestelde wijzigingen meldt hij dit schriftelijk. De aannemer verstrekt, naast de in de werkbeschrijving genoemde aantallen, de benodigde documenten voor Bouw- en Woningtoezicht. Voor de procedure omtrent de indiening bij Bouw- en Woningtoezicht zullen nadere afspraken worden gemaakt. 94. DEFINITIEVE PRODUCTIETEKENINGEN De aannemer dient bij oplevering van het werk van alle door of namens hem vervaardigde productietekeningen een digitale versie op DWG of DXF formaat aan de architect te verstrekken. 95. VERGELIJKING STUKKEN De aannemer is verplicht beschrijvingen, tekeningen en andere stukken behorende tot de overeenkomst van aanneming en nader te verstrekken gegevens met elkaar te vergelijken. Afwijkingen dient hij steeds onverwijld aan de directie schriftelijk te melden. Bij eventueel geconstateerde afwijkingen berust de uiteindelijke beslissing ten aanzien van de uitvoering uitsluitend bij de directie. Wordt afgeweken van het hiervoor omschrevene, dan zal geen bijbetaling plaatsvinden. 01.06

ARBEIDSOMSTANDIGHEDEN

01.06.10

ARBEIDSOMSTANDIGHEDEN 01. VEILIGHEIDS- EN GEZONDHEIDSPLAN Het veiligheids- en gezondheidsplan (V&G-plan) als bedoeld in artikel 2.28 van het Arbeidsomstandighedenbesluit (Stb 1999.451) maakt deel uit van dit bestek. 02. AANSTELLING V&G-COÖRDINATOR VOOR DE UITVOERINGSFASE Ingevolge het bepaalde in artikel 2.29 van het Arbeidsomstandighedenbesluit (Stb 1999.451) stelt de aannemer één of meer coördinatoren (V&G-coördinatoren) voor de uitvoeringsfase aan. Deze coördinator(en) geeft (geven) uitvoering aan de coördinatietaken genoemd in artikel 2.31 van het Arbeidsomstandighedenbesluit. 09. KENNISGEVING Voor de aanvang van de werkzaamheden dient de aannemer de directeur van I-SZW (voorheen de Arbeidsinspectie) in de regio waar het bouwwerk wordt gerealiseerd in kennis te stellen van de voorgenomen totstandbrenging van het bouwwerk. De kennisgeving opstellen volgens model verstrekt door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG).


18


OVERIGE ADMINISTRATIEVE BEPALINGEN

01.09.01

AUTEURS- EN OCTROOIRECHTEN 01. AANSPRAKELIJKHEID VAN DE AANNEMER De aannemer vrijwaart de opdrachtgever voor alle aanspraken en eisen tot schadevergoeding van derden wegens door de uitvoering van het werk gepleegde inbreuk op auteurs- en octrooirechten van deze derden, tenzij de inbreuk voortvloeit uit door of namens de opdrachtgever voorgeschreven constructies en werkwijzen.


22.11.2012

19


22.11.2012

TECHNISCHE BEPALINGEN EN WERKBESCHRIJVING 05

BOUWPLAATSVOORZIENINGEN

05.00

ALGEMEEN

05.00.24

EISEN EN UITVOERING: BOUWPLAATSINRICHTING 02. AFVOER VAN AFVAL Bouwplaatsafval scheiden en afvoeren volgens eisen van de gemeente. Voor het verzamelen van het bouwplaatsafval moeten op nader aan te wijzen plaatsen afsluitbare containers worden geplaatst. 04. AFVOER PUIN, AFVAL EN VERPAKKINGSMATERIAAL Het afvoeren van puin, afval en verpakkingsmateriaal van derden behoort tot de verplichtingen van de aannemer. Het puin, afval en verpakkingsmateriaal moet regelmatig door de aannemer van het werkterrein worden afgevoerd.

05.00.30

INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN 03. RECLAME VAN DE AANNEMER Het ontwerp van de reclame en de plaats van borden moet voor de plaatsing ervan de goedkeuring van de directie hebben. 04. KOSTEN ONTTREKKING GRONDWATER, AANNEMER Voor rekening van de aannemer zijn: - de kosten van de vergunning en de heffing wegens het onttrekken en lozen van grondwater en van de aanslag wegens de geloosde hoeveelheid grondwater. 90. TIJDELIJKE VOORZIENINGEN DOOR AANNEMER De aannemer draagt zorg voor de uitvoering benodigde tijdelijke voorzieningen t.b.v. de gehele bouwplaats, zoals: - tijdelijke waterinstallatie; - tijdelijke binnen- en buitenriolering; - tijdelijke elektrotechnische installatie; - tijdelijke telefooninstallatie. De kosten van aanleg, de vastrecht-, de verbruiks- en de abonnementskosten alsmede de aansluitkosten zijn voor rekening van de aannemer. Het gedurende de gehele bouwperiode onderhouden en zonodig repareren van de installaties of een gedeelte hiervan is voor rekening van de aannemer. Alle kosten voor het verbruik van computerapparatuur en fotokopieerapparaat inclusief het papiergebruik gedurende de gehele bouwperiode zijn voor rekening van de aannemer. 91. DERDEN De aannemer staat toe dat de in dit bestek genoemde derden gebruik mogen maken van was- en schaftgelegenheid, toilet, steigers, ladders, bouwliften verlichting en bouwaansluitingen voor water en elektriciteit. Kosten voor gebruik van bouwlift en elektriciteit- en waterverbruik kan de aannemer desgewenst rechtstreeks met deze derden verrekenen. 92. VERGUNNINGEN EN ONTHEFFINGEN De aannemer draagt zorg voor het verkrijgen van de voor de uitvoering van het werk benodigde vergunningen en ontheffingen, zoals: - de aansluiting van voornoemde tijdelijke Nuts- voorzieningen; - precario's; - het maken van een tijdelijke inrit; - het plaatsen van containers, loodsen en andere tijdelijke opstallen. 93. KOSTEN VERBRUIK Alle inzake het werk te maken kosten voor het verbruik van elektrische energie, gas, water, telefoon, telefax, computerapparatuur en fotokopieerapparaat inclusief het papiergebruik gedurende de gehele bouwperiode zijn voor rekening van de aannemer.

05.00.55

bijhorende verplichtingen: maatvoering 90. CONTROLEMETING De aannemer moet de directie tijdig in kennis stellen van de tijdstippen waarop controlemetingen plaatsvinden. 91. MAATAFWIJKINGEN Kleine maatafwijkingen zullen de aannemer, noch de opdrachtgever, recht geven op verrekening van mogelijke daaruit voortvloeiende meerdere of mindere kosten. De aannemer dient tevens alle op werktekeningen voorkomende maten in het werk te controleren.


20


22.11.2012

LOODSEN EN KETEN

05.31.10-a BOUWKEET 0. DIRECTIEVERBLIJF Ruimte(n): - verblijfsruimte 24 m². - portaal, met garderobe. - closetruimte. - een pantry. Afwerking: - vloeren met Marmoleum of vinyl vloerbedekking. - wanden met behang of sauswerk naar keuze. - plafonds met systeemplafond wit. Thermisch geisoleerde buitenwand. Verwarming. Verlichting. Water. Telefoon: een direct op het openbaar net aangesloten telefoontoestel; de kosten van gesprekken e.d. komen voor rekening van de aannemer. Internet: een direct op het openbaar net aangesloten hoge snelheid internet aansluiting (40 Mb/s downloadsnelheid en 3 Mbs/uploadsnelheid). Zonwering. Een raamventilator. Inrichting: - 1 bureau, groot circa 1.000x1.500 mm. - 1 bureaustoel. - 1 vergadertafel geschikt voor 15 personen. - 15 gestoffeerde stoelen. - 2 ladenkasten met hangmappen voor tekeningen. - 1 brandvrije archiefkast. - 1 uitlegtafel. - 2 prikborden, groot circa 1.220x2.000 mm. Inrichting pantry: - keukenblok met corrosievast stalen aanrechtblad, lengte minimaal 1.800 mm. - 2 bovenkasten. Overige verstrekkingen: - een A3 fotokopieerapparaat (gezamenlijk gebruik met de aannemer). - 10 stuks veiligheidshelmen voor gebruik directie. - laarzen/veiligheidsschoenen. - verstrekking van de nodige schrijf- en bureaubenodigdheden naar behoefte. - grote verbandtrommel (met aanvullingen). - verstrekken van koffie, thee, melk en frisdranken aan medewerkers van de directie, adviseurs en vertegenwoordigers van de opdrachtgever naar behoefte tijdens aanwezigheid. - verstrekking van schone handdoeken, theedoeken, borstels, toiletpapier, zeep etc. naar behoefte. Tijdstip verwijdering: daags voor de oplevering of zoveel eerder als door de directie wordt aangegeven. .01 TIJDELIJKE VOORZIENING Een directieverblijf op het werkterrein aanbrengen. 05.31.20-a BOUWLOODS 0. BOUWLOODS Alle bouwstoffen en elementen welke niet zijn bestand tegen weersinvloeden of door weersinvloeden kunnen verkleuren e.e.a. ter beoordeling directie, dienen te worden opgeslagen in daartoe geschikte waterdichte en vrij van de grond opgestelde bouwloodsen, zodat hun vorm, uiterlijk en samenstelling behouden blijven en zij geen invloed van zon, regen, sneeuw, hagel of optrekkend vocht kunnen ondervinden. De loodsen moeten zodanig zijn ingericht en verlicht, dat de sortering en bewerking van de in dit artikel bedoelde bouwstoffen en elementen er tevens behoorlijk in kunnen geschieden. .01 TIJDELIJKE VOORZIENING De bouwloodsen op het werkterrein t.b.v. de opslag van bouwstoffen en elementen. 05.34

SCHOONMAKEN EN PREVENTIEF ONDERHOUD NIEUW WERK

05.34.10-a VERWIJDEREN VERONTREINIGINGEN NIEUW WERK 0. VERWIJDEREN VERONTREINIGINGEN Onverminderd het overige in het bestek bepaalde, voor de oplevering: - stickers en merktekens verwijderen. - vlekken verwijderen. - schilderspatten, mortel- en spuitresten verwijderen. - bezemschoon maken en bezemschoon opleveren. - nat reinigen en helder schoon opleveren: sanitair, de beglazingen zowel binnen als Woonzorg Zone Nieuwveen

21


22.11.2012

buiten, de Sealwood gevelbeschietingen en Falzinc® Felsplaat gevelbekledingen en de kozijnen-, ramen en deuren. - betegelde wanden en -vloeren streeploos dweilen. - kunstharsgebonden gietvloeren streeploos dweilen. - Tarkett vloeren streeploos dweilen. - schoonloopmat grondig stofzuigen. - beschadigde en beduimelde plafondplaten vervangen door nieuwe. - verontreinigd stukadoorwerk zo nodig sauzen e.e.a. ter beoordeling directie. - aan het oog onttrokken ruimten onder vloeren, onder eventuele baden, boven verlaagde plafonds, kanalen, kabelgoten, leidingschachten en leidingkokers, putten, afvoeren, daken, dakgoten e.d. dienen te zijn ontdaan van afval. - het werk en het werkterrein, dient vrij van bouwafval en andere verontreinigingen te zijn. - de niet bebouwde en bestrate delen van het werkterrein alsmede de toegangswegen daartoe, schoon en opleveren in de staat waarin zij zich bij aanvang bouw bevonden. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Het gehele werk bij oplevering schoon en gereinigd opleveren. 05.41

INRICHTING WERKTERREIN

05.41.11-a WERKTERREININRICHTINGSPLAN 0. WERKTERREININRICHTINGSPLAN Te verstrekken door de aannemer. Het moet de volgende gegevens bevatten: - de situering en de grenzen van het (toekomstige) bouwwerk. - de terreingrens. - de afzettingen. - de plaats van de in- en uitritten, alsmede de wegen op het werkterrein. - de plaats van de keten en loodsen van de aannemer. - de los- en laadplaatsen. - de eventuele (tijdelijke) kraanopstellingen. - de plaats van de bouw-aansluitpunten. - het leidingverloop van alle bestaande en nieuwe terreinleidingen. - de terreinverlichting. - alle tijdelijke grondkeringen. - de plaats van de afvalcontainers. - de plaats van de aan te brengen reclameborden. - parkeervoorzieningen voor opdrachtgever, adviseurs, directie en personeel aannemer(s). - de voorzieningen t.b.v. derden (keten, opslagruimte e.d.). - de plaats van het gronddepot. Het aldus opgestelde werkterreininrichtingsplan moet bij de directie en de plaatselijke bouwinstanties ter goedkeuring worden ingediend. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Het door de aannemer te vervaardigen werkterreininrichtingsplan. 05.42

AFSLUITINGEN EN RECLAME

05.42.11-a BOUWAFRASTERING 0. BOUWHEK Hoogte (m): 2. Openingen: zoals aangegeven op de terreinindelingstekening, afsluitbaar. Uitvoering: bijv. het Anti-Climb bouwhek van Heras. Tijdstip van verwijderen: 1 kalenderweek voor de oplevering of zoveel eerder als door de directie wordt aangegeven. Onderstaande borden aanbrengen op het bouwhek: Tekstbordjes: - "Verboden toegang voor onbevoegden art. 461 Wetboek van Strafrecht". Standaard bouwborden plaatsen met pictogrammen en tekst: - bouwplaats betreden op eigen risico. - melden bij uitvoerder. - veiligheidshelm verplicht. - veiligheidsschoenen verplicht. - gehoorbescherming verplicht. - oogbescherming verplicht. - verboden voor onbevoegden. .01 TIJDELIJKE VOORZIENING In overleg met de directie een bouwhek rondom het werkterrein aanbrengen.


22


22.11.2012

05.42.29-a BEWAKING 0. BEWAKING Het bewaken van het werkterrein is geheel voor rekening en verantwoordelijkheid van de aannemer. Eventuele schaden of claims, ook van derden, tengevolge van geen- of onvoldoende bewaking, zijn voor rekening van de aannemer. .01 TIJDELIJKE VOORZIENING De bewaking van het werkterrein. 05.42.31-a NAAMSAANDUIDING BOUWPLAATS 0. NAAMSAANDUIDING BOUWPLAATS Vorm, afmetingen en indeling: volgens nadere opgave directie/bijlage. Afmetingen (mm): multiplex stroken hoog 200, lengte 2.400. Artist impression (mm): 1.200x2.400. Vermeldingen: - naam van het project. - naam opdrachtgever. - naam architect. - namen adviseurs. - naam aannemer. - naam onderaannemers in overleg. Tijdstip van verwijderen: ter goedkeuring van de directie. .01 TIJDELIJKE VOORZIENING De naamsaanduiding van de bouwplaats. 05.43

TIJDELIJKE TERREINVERHARDINGEN

05.43.20-a GEBONDEN VERHARDING 0. TIJDELIJKE GEBONDEN VERHARDING Tijdelijke verhardingen worden niet bindend voorgeschreven. Tijdelijke verhardingen t.b.v. de begaanbaarheid op het werkterrein, naar inzicht van de aannemer en ter goedkeuring directie. Tijdstip van verwijderen: in overleg met de directie. Tijdens slechte weersomstandigheden dient het werkterrein goed begaanbaar te blijven. .01 TIJDELIJKE VOORZIENING Aanbrengen op het werkterrein naar inzicht van de aannemer. 05.52

UITZETTEN

05.52.10-a UITZETTEN 0. UITZETTEN Tijdstip van uitzetten: - voordat met het grondwerk is aangevangen. Alle noodzakelijke maatvoeringen dienen door de aannemer op een bouwraam of d.m.v. de voerstraalmethode in het werk vastgelegd en onderhouden te worden. De aannemer zorgt ook voor de maatvoering t.b.v. door derden uit te voeren werken. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Alle noodzakelijke maatvoeringen voor het bouwwerk in het werk vastleggen en onderhouden. 05.62

TIJDELIJKE BEMALING

05.62.10-a OPEN BEMALING 0. TIJDELIJKE OPEN BEMALING Het opgepompte water lozen op openbaar riool/open water. Indien het water geloosd wordt op het gemeenteriool dan mag dit alleen met gebruik van zandfilters. Het schoonhouden van de filters tijdens de bouw is voor rekening van de aannemer. Na beëindiging van de bemaling moeten alle onderdelen van de installatie worden verwijderd. .01 OPEN BEMALING De tijdelijke open bemaling.


23


12

GRONDWERK

12.00

ALGEMEEN

12.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. OVERBLIJVENDE GROND De directie bepaalt welk gedeelte van de uit de ontgravingen voortkomende grond geschikt is om te worden verwerkt in de aanvullingen. 91. AANVULLINGEN Aanvullingen c.q. ophogingen mogen niet eerder plaatsvinden dan nadat de directie hiervoor toestemming heeft gegeven. 92. VOORZIENINGEN T.B.V. AANWEZIGE CONSTRUCTIES Tijdens het ontgraven en aanvullen dient voorkomen te worden dat de reeds aangebrachte funderingspalen en/of andere constructies door de machines worden geraakt of beschadigd; de aannemer vrijwaart de opdrachtgever voor aansprakelijkheid van de ontstane schade. 93. OVERTOLLIG WATER Het overtollige water in de bouwput, kruip- en leidingruimten, sleuven, enz. tijdens de gehele duur van de werkzaamheden ten genoege van de directie en voor rekening van de aannemer verwijderen.

12.00.30

INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN 90. BOUWTERREIN Het bouwterrein zal de aannemer ter beschikking worden gesteld in de staat waarin het zich bij aanvang bouw bevindt.

12.00.50

BIJBEHORENDE VERPLICHTINGEN: ALGEMEEN 90. LEVERING GROND Aan te brengen grond (verzameling bodemmaterialen van allerlei aard) dient vrij te zijn van stoffen die schadelijk zijn voor de volksgezondheid of het milieu. Bij de beoordeling daarvan zijn richtinggevend de referentiewaarden bodemkwaliteit, zoals die zijn aangegeven in het Besluit Bodemkwaliteit. Aan te brengen grond leveren met een schoon grondverklaring. 91. AFVOEREN GROND De transport- en stortkosten en eventueel daarmee verband hebbende keuringskosten voor af te voeren grond komen voor rekening van de aannemer.

12.40

ONTGRAVEN VAN GROND

22.11.2012

12.40.10-a ONTGRAVEN VAN GROND 0. ONTGRAVEN VAN GROND (STABU STANDAARD) Ontgraven van grond (STABU Standaard, hfst. 12). Grondsoorten gescheiden ontgraven tot de vanaf tekeningen te herleiden diepten dan wel tot de vereiste diepten, als door nutsbedrijven, gemeente en de installateurs aangegeven. Bestemming uitkomende grond, waar mogelijk naast de ontgraving deponeren, de grond reserveren voor hergebruik. Overtollige grond afvoeren. Te verstrekken gegevens: - een bewijs van storting of een bewijs van afgifte van de afgevoerde grond. .01 FUNDERINGSCONSTRUCTIE Het ontgraven van grond voor de aanleg van de funderingsconstructies. .02 BODEMAFSLUITING Het ontgraven van grond t.b.v. de kruipruimten. .03 ONVERHARD TERREIN Het ontgraven van grond t.b.v. de aanleg van terreinleidingen. 12.50

VERWERKEN VAN GROND EN GRONDVERVANGENDE MATERIALEN

12.50.10-a VERWERKEN VAN GROND, GROND 0. VERWERKEN VAN GROND (STABU STANDAARD) Verwerken van grond (STABU Standaard, hfst. 12). Laagdikte (m): variabel, zoals volgt uit de tekeningen; de aannemer dient rekening te houden met het aanbrengen van een overhoogte om klink en zettingen te compenseren. De bij het ontgraven gescheiden gehouden grondsoorten zoveel mogelijk op hun oorspronkelijke plaats terug brengen. Profiel: zoals volgt uit de tekeningen. De grond aanstampen in lagen van ten hoogste 0,3 m, op mechanische wijze, tot een verdichtingsgraad gelijk aan die van de omringende, niet geroerde grond; aanvullingen mogen na oplevering geen inklinkend en verzakkend gedrag vertonen anders dan het direct omliggend terrein. De overtollige grond afvoeren.


24


22.11.2012

1. GROND Uit het werk komend grond ontdoen van afval en puin. Te leveren grond, voorzover dit niet aan het werk kan worden ontleend. .01 FUNDERINGSCONSTRUCTIE Grond aanvullen en verdichten in ontgraven terreingedeelten. .02 ONVERHARD TERREIN Grond aanvullen in ontgraven leidingsleuven (na de aanleg, de goedkeuring en het opnemen van de revisiegegevens). 12.50.11-a VERWERKEN VAN GROND, ZAND 0. VERWERKEN VAN GROND (STABU STANDAARD) Verwerken van grond (STABU Standaard, hfst. 12). Laagdikte (m): 0,10. Profiel: zoals volgt uit de tekeningen. 1. ZAND Te leveren zand, voorzover dit niet aan het werk kan worden ontleend. .01 BODEMAFSLUITING Een schoon zandpakket in de kruipruimten aanbrengen, schuin opzetten tegen de funderingsbalken langs de gevels, tot bovenkant funderingsbalk. 12.50.15-b VERWERKEN VAN GROND, GRIND 0. VERWERKEN VAN GROND (STABU STANDAARD) Verwerken van grond (STABU Standaard, hfst. 12). Laagdikte (m): 0,10. Breedte: 200 mm. 1. GRIND Korrelgradatie (mm):16/32. Schoon wit grind. Toebehoren: - worteldoorgroeibestendig filterdoek: aanbrengen onder het grind, overlappen 300 mm. - geperforeerde verzinkt stalen bak afm. ca. 100x200 mm dik 1,5 mm om het grind in aan te brengen. .01 GRINDGOOT Een grindbak aanbrengen langs de gevels.


25


17

TERREININRICHTING

17.32

TERREINMEUBILAIR

22.11.2012

17.32.20-a BUITENBANK 0. BUITENBANK Fabrikaat, type, materiaal: volgens nadere opgave architect. Afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. .01 BANK De bankjes in de wintertuin Kavel 2 en in de entreegang van de groepswoningen. Volgens stelpost € 3.750,- (samen met plantenbak). 17.35

DECORATIEVE OBJECTEN

17.35.21-a PLANTENBAK 0. PLANTENBAK Fabrikaat, type, materiaal: volgens nadere opgave architect. Afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Toebehoren: - hydrocultuur. .01 PLANTENBAK De plantenbakken in de wintertuin Kavel 2. Volgens stelpost € 3.750,- (samen met bankjes).


26


20

FUNDERINGSPALEN EN DAMWANDEN

20.00

ALGEMEEN

20.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. AARDING T.b.v. de aarding van de elektrische installatie dient, in overleg met en ten genoege van de desbetreffende installateur en het plaatselijk elektriciteitleverend bedrijf, op de paalwapening van een aantal palen een aarding te worden aangebracht. Indien de aanwezige constructiewapening in de palen niet voldoende doorsnede heeft, dienen hiervoor extra wapeningsstaven te worden opgenomen. De doorverbinding van de aardingsstaven aan de aangrenzende constructies dient te geschieden d.m.v. lassen en/of klemmen, e.e.a. in overleg met de directie.

20.00.21

eisen en uitvoering: funderingspalen 90. SCHAALVERDELING Voordat de palen in de grond worden gebracht, moeten deze zijn voorzien van een schaalverdeling, over een door de directie te bepalen lengte. 91. VOLGORDE VAN HEIEN Het heien van palen dient aan te vangen op of nabij de sondering met het diepste basisniveau. Als meerdere palen als groep bij elkaar zijn geprojecteerd dienen de binnenste palen als eerste geheid te worden. Buiten aanwezigheid van de directie, of door de directie aangewezen personen, mogen geen palen worden geheid. 92. GEBRUIK OPZETTER BIJ PALEN Het gebruik van een opzetter bij palen is niet toegestaan. 93. KALENDEREN Alle palen moeten worden gekalenderd door de directie, of door de directie aangewezen personen. 94. SLAGDIAGRAM De directie bepaalt van welke palen het slagdiagram wordt opgenomen. 95. PAALKOPPEN Betonpalen die te diep zijn ingeslagen op aanwijzing van de directie voorzien van laseinden en vervolgens opstorten. De paalkoppen van betonpalen moeten voor het aanbrengen van de werkvloer of bekisting worden afgehakt tot 20 mm boven de werkvloer of bekisting van de op te storten betonconstructie. Indien bij het afhakken meer is verwijderd dan tot 20 mm boven de werkvloer of bekisting van de op te storten betonconstructie moet de werkvloer of bekisting verdiept worden zodat de constructiebeton de beschadiging geheel kan omsluiten. 96. VASTLEGGEN GEGEVENS De inmeetgegevens van de palen moeten ter goedkeuring aan de directie worden doorgegeven voordat het materieel het werk mag verlaten. Het materieel mag het werk niet verlaten zonder goedkeuring door de directie. 97. HEIEN Het heisysteem, de uitvoeringswijze, de heistelling het heiblok en eventuele andere machines behoeven de goedkeuring van de directie en de gemeentelijke dienst Bouwen Woningtoezicht. De volgorde en het tijdstip van heien moet worden vastgesteld in overleg met de directie. De toegestane zakking zal nader door de directie in overleg met de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht worden bepaald. Palen welke tijdens het heien breken of uit de richting gaan, moeten zonder verrekening worden vervangen. De directie bepaalt of de te vervangen palen moeten worden getrokken. Het vervangen van een paal geschiedt ook wanneer de directie veronderstelt dat deze gebroken of gescheurd is. Na gereedkomen van het heiwerk moet de aannemer alle paalafwijkingen inmeten en binnen 3 werkbare werkdagen aan de directie of de constructeur voorleggen, die voor indiening bij de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht zal zorgdragen. Wijzigingen in de constructie ten gevolge van het scheefslaan, het niet op zijn plaats staan, het afkeuren van (geheide) palen enz. zijn samen met de extra kosten voor adviseurs en toezicht voor rekening van de aannemer. Het inheien van een paal mag niet worden onderbroken. 98. PUIN EN AFVAL Puin en afval (paalkoppen) en overtollige mortel volledig opruimen en onmiddellijk afvoeren.

20.00.30

INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN 09. MELDING AANVANG De aannemer moet de directie tijdig melden wanneer een aanvang wordt gemaakt met de werkzaamheden en wanneer de volgende bewerking plaats vindt. 90. HEIBESPREKING De te houden heibespreking wordt door de aannemer geïnitieerd, de aannemer nodigt hier de directie, constructeur, gemeentelijk opzichter en hei-aannemer bij uit.


22.11.2012

27


22.11.2012

91. OBSTAKELS IN DE GROND De aannemer dient zich voor de start van het werk op de hoogte te stellen van eventueel aanwezige oude palen, funderingen, kabels en leidingen. De eventueel nog functionerende leidingen en blijvend functionerende leidingen, enz. dienen met zorg in stand te worden gehouden. Eventuele schade zal voor rekening van de aannemer worden hersteld. Voorzieningen die getroffen moeten worden als gevolg van het uit de richting gaan van palen door de aanwezigheid van oude funderingen en/of palen worden verrekend. Direct na het constateren dient de directie en de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht te worden ingelicht. 20.00.31

INFORMATIE-OVERDRACHT: WERKPLAN 01. GEDETAILLEERD WERKPLAN Een gedetailleerd werkplan zoals bedoeld in paragraaf 26 lid 6 van de U.A.V wordt verlangd voor: het uit te voeren heiwerk. Eisen werkplan: - de werkvolgorde. - de wijze van inbrengen. - de stelling(en). - de eventuele voorzieningen aan belendingen. - de aan- en afvoerwegen. - de losplaats en opslag. - de stempelwijze. De indeling van de tijdsduur op het gedetailleerd werkplan moet worden aangegeven in werkbare werkdagen. Tijdstip waarop het werkplan moet worden ingediend: 2 kalenderweken voor de aanvang van de werkzaamheden. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring: 4. - goedgekeurde: 2.

20.00.40

RISICOVERDELING EN GARANTIES: ALGEMEEN 90. WIJZIGINGEN EN AANPASSINGEN De volgende eisen gelden bij wijzigingen en aanpassingen aan palen: - indien betonnen palen na het heien over een grotere lengte dan 0,5 m zijn beschadigd kan de directie verlangen dat zonder verrekening de betonnen palen worden vervangen resp. er nieuwe palen worden ingeheid. - opstortingen langer dan 1 m zijn niet toegestaan. De aannemer dient in geval een paal meer dan 1 m te diep is ingeheid zonder verrekening een nieuwe paal in te heien. - eventuele wachttijd, voortvloeiend uit de eisen, gesteld door de betreffende gemeentelijke dienst is voor rekening van de aannemer. - aanpassingen van de betonconstructie en/of funderingen tengevolge van hellingafwijkingen c.q. verkeerde positionering van palen geschiedt voor rekening van de aannemer, incl. het bijkomende rekenen tekenwerk. - de kosten voor te diep ingebrachte funderingspalen en voor de gevolgen van paalafwijkingen zijn voor rekening van de aannemer. 91. TOLERANTIES Toegestane plaatsafwijkingen van funderingspalen t.o.v. palenplan: - in breedterichting van funderingsbalken max. 40 mm. - in lengterichting van funderingsbalken max. 100 mm.

20.00.50

BIJBEHORENDE VERPLICHTINGEN: ALGEMEEN 90. AANVANG Met de uitvoering van de heiwerkzaamheden mag niet worden begonnen alvorens de tekeningen door de directie en de desbetreffende gemeentelijke dienst zijn goedgekeurd. Ten minste 48 uur voor het aanbrengen van de eerste paal dient de aannemer de directie, de constructeur en de desbetreffende gemeentelijke dienst te waarschuwen. 91. REVISIETEKENINGEN Door de aannemer te vervaardigen revisietekening(en): - van de funderingspalen. Op de palentekening(en) moet(en) zijn aangegeven: - de inmetingsgegevens en paalafwijkingen. De gegevens moeten worden vastgelegd voordat de funderingspalen worden afgehakt. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring: 2. - goedgekeurde: 4.

20.00.70

MEET- EN VERREKENMETHODEN: ALGEMEEN 90. VERREKENING PAALFUNDERING De paalfundering is wel verrekenbaar, de meerdere of mindere hoeveelheden zullen volgens van te voren vastgestelde eenheidsprijzen worden verrekend.


28


22.11.2012

PAALFUNDERINGEN VAN VOORAF VERVAARDIGDE PALEN

20.31.13-a HEIEN FUNDERINGSPAAL, BETONNEN FUNDERINGSPAAL 0. HEIEN BETONNEN PAAL (NEN-EN 12699-01) Slagenergie: in overleg met de constructeur en de dienst Bouw- en Woningtoezicht bepalen. Richting: verticaal. Puntdiepte (m): conform palenplan. Diepte paalkop (m): conform palenplan. Spuiten is niet toegestaan. Alle palen moeten worden gekalenderd. Voordat de te kalenderen paal in de grond wordt gebracht, moet deze zijn voorzien van een schaalverdeling, over een lengte te bepalen door de directie. Het gebruik van een opzetter is niet toegestaan. 1. BETONNEN FUNDERINGSPAAL (BRL 2352-08) Type: voorgespannen prefab funderingspalen. Paallengte (m): conform palenplan. Vierkant (mm): conform palenplan. Betonsterkteklasse (NEN-EN 206-1+w05): C45/55. Milieuklasse (NEN 8005+w11): - XC2 (nat, zelden droog). - XF1 (niet volledig verzadigd met water, zonder dooizouten). - XF3 (verzadigd met water, zonder dooizouten). Wapening/voorspanwapening: volgens berekening fabrikant/leverancier. Wapeningsstaaf voor aarding: in overleg met en ten genoege van de desbetreffende installateur en het plaatselijk elektriciteitleverend bedrijf. Met onuitwisbare merktekens voor: - oplegpunten voor opslag. - aangrijppunten voor hijsen. - aanwezigheid wapeningsstaaf voor aarding. Betonnen funderingspalen leveren onder KOMO-attest-met-productcertificaat. 4. TEKENING FUNDERINGSPAAL Door de aannemer te vervaardigen tekeningen. Op de tekening(en) moet zijn aangegeven: - vorm en afmetingen van de funderingspaal. - plaats, ligging en afmetingen van de wapening. - de beton- en staalkwaliteit, de betondekking en de cementsoort. - de toelaatbare paalbelasting. - het voor het heiwerk in aanmerking komende systeem en de werkwijze. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2 alsmede het benodigd aantal t.b.v. indiening bij de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht. 5. STATISCHE BEREKENING Door de aannemer te vervaardigen statische berekening: - van de paalfundering. Belastingen: volgens opgave constructeur. Excentriciteit: 50 mm. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2 alsmede het benodigd aantal t.b.v. indiening bij de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht. .01 PAALFUNDERING De paalfundering met prefab betonpalen. 20.37

BEWERKINGEN FUNDERINGSPALEN

20.37.11-a SNELLEN PAALKOP 0. SNELLEN PAALKOP Alle palen snellen. Minimum vereiste vrije lengte onbeschadigde langswapening (mm): 400. .01 PAALFUNDERING Alle palen snellen.


29


21

BETONWERK

21.00

ALGEMEEN

21.00.10

BEGRIPPEN: ALGEMEEN 90. DRUKLAAG Onder druklaag wordt verstaan de ter plaatse gestorte beton op de systeemvloeren, inclusief rand-, rest- en tussenstroken.

21.00.29

EISEN EN UITVOERING: IN HET WERK GESTORT BETON 01. BEKISTINGEN Eisen en uitvoering bekistingen: - de constructie van de bekistingen met inbegrip van het stempel en schoorwerk, alsmede bekistingsmaterialen behoeven de goedkeuring van de directie. - voor het storten moeten de bekistingen worden schoongespoten en van alle vuil zoals vlechtdraad, draadnagels, houtresten enz. zijn ontdaan. - bij schoon beton voor bekistingen nieuw materiaal gebruiken, geen oude bekistingsmaterialen gebruiken. - bekistingsmateriaal mag geen vocht aan de betonspecie onttrekken en het mag het betonoppervlak van in het zicht blijvende vlakken niet verkleuren. - indien plaatmateriaal wordt toegepast, moet dit voldoen aan CUR-Aanbeveling nr. 47. - kopse kanten van plaatmateriaal voor bekistingen moeten glad zijn afgewerkt en afgelakt met bekistingslak. - bij de inwendige hoeken van bekistingen afschuinen. 07. AANSTORTEN Indien vers beton tegen reeds verhard dan wel bestaand beton gestort wordt, dient het oppervlak schoongemaakt en ruw gehakt te worden. 08. BEPALINGEN OMTRENT ZEEG Voor de vloeren en balken moeten de bekistingen met een zodanige zeeg worden aangebracht, dat verwacht kan worden, dat na het verharden, het aanbrengen van de belasting en het effectueren van de kruip de betreffende onderdelen recht, vlak en horizontaal zijn. Kruipstempels aanbrengen en indien noodzakelijk over ten minste twee verdiepingen doorstempelen. 09. BETONAFWERKING Eisen en uitvoering betonafwerkingen: - voor zover voor in het werk gestorte onderdelen het betonoppervlak niet door bekisting is gevormd en geen nadere afwerking is voorgeschreven, het beton schuren en glad en dicht afstrijken, daarna afdekken met folie en, afhankelijk van de weersomstandigheden, nat houden. - betonvlakken die niet voldoen aan de voorschreven oppervlakte beoordelingscriteria volgens de in NEN 6722-02 bedoelde gebreken, uitsluitend repareren volgens aanwijzingen directie en constructeur. 10. GEBREKEN EN/OF VERANDERINGEN NA HET ONTKISTEN Eisen en uitvoering herstel gebreken in betonconstructies: - herstel van grindnesten of andere onregelmatigheden mag slechts geschieden op aanwijzing en onder toezicht van de directie, nadat deze per geval aan de directie getoond zijn. - indien naar het oordeel van de directie de dekking van de wapening van het ontkiste beton onvoldoende is dient de aannemer alle maatregelen te treffen die de directie voor een doelmatige bescherming van de wapening nodig acht. - zonder toestemming van de directie worden geen veranderingen aangebracht aan of in voltooide constructies, geen bevestigingsmiddelen ingeboord noch sparingen gehakt en gaten e.d. gemaakt en er mag geen wapening worden verwijderd of doorgeknipt. 11. MAATREGELEN TEGEN VORST De door de aannemer te nemen maatregelen ter bescherming van de beton tegen vorstschade, dienen tijdig met de directie te worden overlegd. Mocht blijken dat een constructiedeel is aangetast, dan moet deze gesloopt, verwijderd en vervangen worden, alvorens werkzaamheden aan het betreffende constructiedeel worden voortgezet. De hieruit voortkomende kosten zijn voor rekening aannemer. 12. IN TE STORTEN LEIDINGEN In betonwerken in te storten rioleringsleidingen en kanalen dienen geheel omhuld te zijn met beton.

21.00.30

INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN 90. WIJZIGINGEN Alle kosten van wijzigingen van tekeningen en/of berekeningen door de directie t.g.v. maatafwijkingen, voorstellen van de aannemer, te geringe kubusdruksterkte enz. zijn voor rekening van de aannemer. 91. SPARINGSTEKENINGEN De aannemer dient de sparingen en in te storten voorzieningen e.d. te coördineren en op de sparingstekeningen aan te geven. Hiertoe verkrijgt hij voorlopige vormen bouwkundige tekeningen vanwege de directie. De aannemer laat de sparingstekeningen naar de verschillende partijen rouleren en controleert de sparingstekeningen en voorziet deze van zijns inziens noodzakelijke


22.11.2012

30


22.11.2012

wijzigingen en aanvullingen. Goedkeuring van sparingstekeningen door de directie ontheft de aannemer niet van zijn verantwoordelijkheid voor de juiste maatvoering en volledigheid. 92. TEKENINGEN GEPUNTLASTE WAPENINGSNETTEN Door de aannemer te maken wapenings(netten)tekeningen: - van de in het werk te storten vloeren, wanden en wandliggers inclusief aan- en opstortingen. - van de druklaag op de systeemvloeren. Op de tekening(en) moet zijn aangegeven: - de wapening. - het legplan. - de netten. - de bijlegwapening. De wapeningshoeveelheden worden door de constructeur opgegeven. De wapening voor de systeemvloeren en de eventuele druklaag op de systeemvloeren dient door de aannemer bepaald te worden, hiervoor worden geen hoeveelheden opgegeven. Ten behoeve van de werktekeningen voor gepuntlaste wapeningsnetten stelt de directie vormtekeningen ter beschikking. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2 alsmede het benodigd aantal t.b.v. indiening bij de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht. 93. BUIG- EN MATERIAALSTATEN TER INFORMATIE Van de hoeveelheden betonstaal maakt de aannemer: a. buigstaten voor het betonstaal in staven. b. materiaalstaten voor het betonstaal in gepuntlaste wapeningsnetten. De buig- en materiaalstaten van alle te verwerken betonstaal hoeveelheden, gelijktijdig met de merkentekeningen, ter informatie in 2-voud aan de directie verstrekken. 21.00.40

RISICOVERDELING EN GARANTIES: ALGEMEEN 09. KOSTEN CONTROLEPROEVEN De kosten voor het verrichten van controleproeven zijn voor rekening van de aannemer. 90. BETONMORTELSAMENSTELLING Het beton leverende betonmortelbedrijf moet de samenstelling en de kubussterkte van de beton garanderen. Desgewenst verstrekt de aannemer deze schriftelijke garantie aan de directie. 91. BETONMORTELBEDRIJVEN Betonmortelbedrijven die t.b.v. het werk betonspecie leveren moeten zijn goedgekeurd door en onder controle staan van de Stichting BMC.

21.00.60

BOUWSTOFFEN: ALGEMEEN 90. CEMENT EN BETONSAMENSTELLING Cement voor in in het werk gestorte beton moet zijn klinkerarme hoogovencement (NEN-EN 197-1+a07), CEM III/B 42,5 LH HS. 91. BEKISTINGSOLIE Bekistingsolie en nabehandelingsmiddelen behoeven de goedkeuring van de directie. Bekistingsolie moet op plantaardige of afbreekbare minerale basis zijn. Bekistingsolie en nabehandelingsmiddelen moeten van een zodanige kwaliteit zijn, dat afwerkingsmaterialen zoals schilderwerk, stukadoorwerk, tegelwerk enz. zonder nadelige invloed kunnen worden aangebracht. 92. HULPSTOFFEN Het is niet toegestaan om water en/of hulpstoffen, op een ander moment dan tijdens de productie, aan de betonspecie toe te voegen. Toepassing van hulpstoffen is zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de directie en de constructeur niet toegestaan. In geen geval mogen chloride bevattende hulpstoffen worden toegepast. 93. DUBO GRINDVERVANGER In beton maximaal 20% V/V betonpuingranulaat als grindvervanger toepassen tenzij de constructieve en esthetische uitvoering dit niet toelaat e.e.a. ter beoordeling van de constructeur, architect en directie. Menggranulaat is niet toegestaan.

21.00.70

MEET- EN VERREKENMETHODEN: ALGEMEEN 90. VERREKENING WAPENINGSSTAAL Wapeningsstaal is niet verrekenbaar. De wapeningshoeveelheden worden door de constructeur opgegeven. De wapening van de systeemvloeren en de eventuele druklaag op de systeemvloeren dient door de fabrikant/leverancier bepaald te worden, hiervoor worden geen hoeveelheden opgegeven. In de beschrijving van het werk genoemde hoeveelheden zijn inclusief beugels, doch exclusief hulpstaal, supporten, knipverlies, toleranties, binddraad en extra wapening t.p.v. sparingen en doorvoeringen; deze dienen door de aannemer zelf vastgesteld te worden.


31


22.11.2012

91. VERREKENING BETON EN BEKISTING Beton en bekistingen zijn niet verrekenbaar. 21.31

VERLOREN BEKISTING

21.31.21-a VERLOREN BEKISTING, BETONMORTEL 0. VERLOREN BEKISTING Werkvloer dikte (mm): minimaal 50. 1. BETONMORTEL (BRL 1801-10) Sterkteklasse: C12/15. Milieuklasse: X0. Beton ongewapend. Bindmiddel: cement CEM III/B 42,5 LH HS. Betonmortel leveren onder KOMO productcertificaat. .01 CONSTRUCTIE De werkvloeren onder alle in het werk te storten betonconstructies welke met de grond in aanraking komen. 21.32

TIJDELIJKE BEKISTING

21.32.10-a BEKISTING 0. BEKISTING (NEN 6722-02) Centerpennen: toegestaan. Oppervlak bekisting afgestemd op vereiste klasse betonoppervlak: klasse C. Doorbuiging tijdens het storten ten hoogste (mm): 1/400 L. Doorbuiging na het storten ten hoogste (mm): 1/350 L. Tijdstip van ontkisten bepaald aan de hand van de verhardingstijd. Afhankelijk van het jaargetijde (bij snel drogend weer) later ontkisten of de beton nat houden of curing compound toepassen. 5. STATISCHE BEREKENING Door de aannemer te vervaardigen statische berekening: - van de bekistingen. Berekeningsgrondslagen: de ontwerpgegevens van de constructeur. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2. .01 CONSTRUCTIE De bekisting t.b.v. de niet in het zicht komende in het werk te storten betonconstructies. 21.32.10-b BEKISTING 0. BEKISTING (NEN 6722-02) Centerpennen: toegestaan. Oppervlak bekisting afgestemd op vereiste klasse betonoppervlak: klasse B1 volgens CUR-aanbeveling 100. Doorbuiging tijdens het storten ten hoogste (mm): 1/400 L. Doorbuiging na het storten ten hoogste (mm): 1/350 L. Tijdstip van ontkisten bepaald aan de hand van de gemiddelde kubusdruksterkte en de verhardingstijd. Afhankelijk van het jaargetijde (bij snel drogend weer) later ontkisten of de beton nat houden of curing compound toepassen. Indien plaatmateriaal wordt toegepast, moet dit voldoen aan CUR-Aanbeveling nr. 47. Kopse kanten moeten glad zijn afgewerkt en afgelakt met bekistingslak. Alle in het zicht blijvende hoeken, minimaal afronden door een kitnaad in de bekisting, geen afgeschuinde hoeken toepassen. Spijker- en schroefgaten mogen zich niet aftekenen. Bij bekistingen t.b.v. schoon betonwerk moet gebruik worden gemaakt van de CURaanbeveling 100, de aanbevelingen moeten worden opgevolgd. 4. BEKISTINGSTEKENING Door de aannemer te vervaardigen tekeningen. Op de tekening(en) moet zijn aangegeven: - de vorm en maatvoering van de bekisting. - de wijze van ondersteuning van de bekisting. - de plaatsen van in de bekisting op te nemen isolatiemateriaal. - type systeembekisting. - de plaats, vorm en afmetingen van sparingen, instortvoorzieningen in te storten leidingen en installatie-onderdelen en overige in te storten onderdelen, doorvoeren, bevestigingsmiddelen e.d. - het materiaal van de bekisting. - de plaatsen van de centerpennen. - de plaats van de naden tussen de bekistingsplaten. - wijze van afdichting kistnaden. Woonzorg Zone Nieuwveen

32


22.11.2012

- voorzieningen t.p.v. horizontale stortnaden. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2. 5. STATISCHE BEREKENING Door de aannemer te vervaardigen statische berekening: - van de toe te passen bekistingen. Berekeningsgrondslagen: de ontwerpgegevens van de constructeur. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2. .01 CONSTRUCTIE De bekisting t.b.v. de, in het zicht komende, in het werk te storten "schoon beton" wanden van de liftschachten. 21.40

WAPENINGSWERK

21.40.10-a WAPENINGSWERK, BETONSTAAL 0. WAPENINGSWERK Buigvorm(en): overeenkomstig NEN 6722-02. Verbindingswijze: - mechanisch overeenkomstig BRL 0504+w03, leveren onder KOMO-productcertificaat. - smeltlas overeenkomstig NPR 2053-85. - voor het maken van overlappingslassen, welke niet op tekening zijn aangegeven, is toestemming van de directie vereist. - de wapeningsstaven moeten op tenminste de helft van het aantal kruispunten zijn verbonden. Ondersteuning: - zie 21.00.29.03. Wapening moet zijn aangebracht door een bedrijf dat het KOMO-procescertificaat voert. 1. BETONSTAAL (BRL 0501-10) Staalsoort en leveringstoestand: B 500B. Uitvoering: geprofileerd. Kenmiddellijn (mm): volgens berekening constructeur. Niet verrekenbare hoeveelheid. Betonstaal leveren onder KOMO-productcertificaat. .01 CONSTRUCTIE De (traditionele) wapening t.b.v.: - alle in het werk te storten betonconstructies. - onderdelen waar bijlegwapening vereist wordt. 21.40.10-b WAPENINGSWERK, BETONSTAAL 0. WAPENINGSWERK Buigvorm(en): overeenkomstig NEN 6722-02. Verbindingswijze: - mechanisch overeenkomstig BRL 0504+w03, leveren onder KOMO-productcertificaat. - smeltlas overeenkomstig NPR 2053-85. - de wapeningsstaven moeten op tenminste de helft van het aantal kruispunten zijn verbonden. Ondersteuning: - zie 21.00.29.03. Wapening moet zijn aangebracht door een bedrijf dat het KOMO-procescertificaat voert. 1. GEPUNTLAST WAPENINGSNET (BRL 0501-10) Staalsoort en leveringstoestand: B 500A. Uitvoering: geprofileerd. Kenmiddellijn (mm): volgens berekening aannemer. Maaswijdten (mm): volgens berekening aannemer. Niet verrekenbare hoeveelheid. Wapeningsnetten leveren onder KOMO-productcertificaat. 4. WAPENINGSTEKENING Door de aannemer te vervaardigen tekeningen. Op de tekening(en) moet zijn aangegeven: - plaats, ligging, soort en hoeveelheid wapening. - plaats, soort en vorm beugels. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2 alsmede het benodigd aantal t.b.v. indiening bij de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht. 5. STATISCHE BEREKENING BETONCONSTRUCTIE (NEN 6720+c05) Door de aannemer te vervaardigen met de volgende uitgangspunten: - berekeningsgrondslagen: de berekening van de constructeur. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2 alsmede het benodigd aantal t.b.v. indiening bij de Woonzorg Zone Nieuwveen

33


22.11.2012

gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht. .01 CONSTRUCTIE De (netten) wapening t.b.v. de druklaag van systeemvloeren. 21.50

IN HET WERK GESTORT BETON

21.50.10-a IN HET WERK GESTORT BETON, BETONMORTEL 0. IN HET WERK GESTORT BETON Toleranties betonoppervlakken (NEN 6722-02): klasse A. Toleranties oppervlak stortzijde (NEN 6722-02): klasse A. Toleranties oppervlak ontkiste zijde (NEN 6722-02): klasse A. Beoordelingswijze oppervlak (NEN 6722-02): op basis van visuele waarneming. 1. BETONMORTEL (BRL 1801-10) Sterkteklasse: zoals volgt uit de constructietekeningen of volgens opgave constructeur. Milieuklasse: zoals volgt uit de constructietekeningen of volgens opgave constructeur. Beton gewapend. Bindmiddel: cement CEM III/B 42,5 LH HS. Toeslagmateriaal: - fijn toeslagmateriaal: zand. - grof toeslagmateriaal: grind. Hulpstof: volgens opgave leverancier. Grootste korrelafmeting (mm): 31,5 Te verstrekken gegevens: - van de cement een bewijs van oorsprong. - afleverbon voorzien van gegevens over sterkteklasse, milieuklasse, consistentie, cementsoort, toeslagstoffen, chloridegehalte en hulpstoffen. Betonmortel leveren onder KOMO productcertificaat. .01 CONSTRUCTIE De betonmortel t.b.v. alle in het werk te storten betonconstructies m.u.v. de druklagen van de systeemvloeren. 21.50.10-b IN HET WERK GESTORT BETON, BETONMORTEL 0. IN HET WERK GESTORT BETON Toleranties betonoppervlakken (NEN 6722-02): klasse C. Toleranties oppervlak stortzijde (NEN 6722-02): klasse C. 1. BETONMORTEL (BRL 1801-10) Sterkteklasse: zoals volgt uit de constructietekeningen of volgens opgave constructeur. Milieuklasse: XC1 (droog of blijvend nat). Beton gewapend. Bindmiddel: cement CEM III/B 42,5 LH HS. Toeslagmateriaal: - fijn toeslagmateriaal: zand. - grof toeslagmateriaal: grind. Grootste korrelafmeting (mm): 31,5. Te verstrekken gegevens: - van de cement een bewijs van oorsprong. - afleverbon voorzien van gegevens over sterkteklasse, milieuklasse, consistentie, cementsoort, toeslagstoffen, chloridegehalte en hulpstoffen. Betonmortel leveren onder KOMO productcertificaat. .01 CONSTRUCTIE De betonmortel t.b.v. de druklagen van de systeemvloeren. 21.50.10-c IN HET WERK GESTORT BETON, BETONMORTEL 0. IN HET WERK GESTORT BETON Toleranties betonoppervlakken: klasse B1 volgens CUR-aanbeveling 100. Oppervlaktestructuur zichtvlakken volkomen glad en strak. Beoordelingswijze oppervlak (NEN 6722-02): op basis van visuele waarneming. Met opgelegd patroon van naden en centerpennen volgens door de aannemer te vervaardigen bekistingtekening. Eisen aan gelijkheid in uiterlijk: - paneel/plaatpatroon: ter goedkeuring aan de architect voorleggen. - minimum afmetingen bekistingselement: ter goedkeuring aan de architect voorleggen. - afwerking centerpensparingen: verdiept ter goedkeuring architect. - volkomen glad en strak. - centerpenpatroon: volgens door aannemer te vervaardigen bekistingstekening. - centerpentype: volgens door aannemer te vervaardigen bekistingstekening. Eisen vlakheid: volkomen vlak. Eisen kleur: - kleur: egale grijze beton volgens nadere opgave architect. - grijstint (CUR-grijsschaal beton): volgens nadere opgave architect. - grijstintbandbreedte (CUR-grijsschaal beton): +/- 1. Eisen uiterlijk plaatnaden: niet zichtbaar (lassen in stalen bekistingpanelen gladslijpen). Eisen uiterlijk stortnaden en stortlagen: geen aftekening. Woonzorg Zone Nieuwveen

34


22.11.2012

Eisen hoekprofilering: scherpe hoek R = 3 mm d.m.v. kitnaad in de kist. Eisen aftekening grindnesten: geen aftekening. Eisen luchtbellen: geen luchtbelgaatjes toegestaan. Nabehandeld overeenkomstig CUR-aanbeveling 31. 1. BETONMORTEL (BRL 1801-10) Sterkteklasse: zoals volgt uit de constructietekeningen of volgens opgave constructeur. Milieuklasse: zoals volgt uit de constructietekeningen of volgens opgave constructeur. Beton gewapend. Bindmiddel: cement CEM III/B 42,5 LH HS. Toeslagmateriaal: - fijn toeslagmateriaal: zand. - grof toeslagmateriaal: grind. Hulpstof: volgens opgave leverancier. Grootste korrelafmeting (mm): 31,5. Te verstrekken gegevens: - van de cement een bewijs van oorsprong. - afleverbon voorzien van gegevens over sterkteklasse, milieuklasse, consistentie, cementsoort, toeslagstoffen, chloridegehalte en hulpstoffen. Betonmortel leveren onder KOMO productcertificaat. .01 CONSTRUCTIE De betonmortel t.b.v. de in het zicht komende in werk te storten "schoonbeton" wanden van de liftschachten. 21.50.10-d IN HET WERK GESTORT BETON, BETONMORTEL 0. IN HET WERK GESTORT BETON 1. ZELFVERDICHTENDE BETONMORTEL (BRL 1801-10) Voor de uitvoering van SCC kunnen adviezen worden ingewonnen bij het SPOB te Driebergen, telefoon 0343 - 524075. Type betonmortel: zelfverdichtend. Sterkteklasse: C20/25. Milieuklasse: XC1 (droog of blijvend nat). Beton gewapend. Bindmiddel: cement CEM III/B 42,5 LH HS. Grootste korrelafmeting (mm): 8. Toeslagmateriaal: - fijn toeslagmateriaal: zand. - grof toeslagmateriaal: fijn grind. Hulpstof: volgens opgave leverancier. Te verstrekken gegevens: - van de cement een bewijs van oorsprong. - afleverbon voorzien van gegevens over sterkteklasse, milieuklasse, consistentie, cementsoort, toeslagstoffen, chloridegehalte en hulpstoffen. Zeer vloeibare en/of zelfverdichtende betonmortel leveren onder KOMO productcertificaat. .01 CONSTRUCTIE De betonvulling in stalen buis- en kokerkolommen volgens opgave constructeur. 21.71

NABEHANDELING

21.71.10-a NABEHANDELING BETONOPPERVLAK 0. NABEHANDELING NIET-BEKIST BETONOPPERVLAK Nabehandelen volgens CUR-Aanbeveling 31. Methode van nabehandeling: ter keuze aannemer. .01 CONSTRUCTIE De nabehandeling van alle niet-bekiste betonoppervlakken. Afhankelijk van het jaargetijde (bij snel drogend weer) direct na het ontkisten de ontkistte zijden nabehandelen met curing compound. 21.71.20-a AFWERKING CONUSGATEN 0. AFWERKING CONUSGATEN Gevuld met mortel: - verdiept, komvormig, t.b.v. in het zicht komende "schoonbeton" constructies. - vlak met betonoppervlak, t.b.v. de overige conusgaten. De afwerking moet waterdicht zijn. Bij in het zicht komende beton dient de afwerking van de conusgaten de kleur van de wandvlakken te benaderen. 4. VOEGMORTEL, KRIMPARM Samenstelling (CUR-Aanbeveling 24-91): - fabrieksmatig vervaardigd. Mortelsoort: gietmortel/zwelmortel. Morteltype: 0,5-2. Sterkteklasse: de sterkteklasse van de voeg dient minimaal gelijk te zijn aan de maatgevende betondruksterkte van de aansluitende betonconstructie. Krimp: ten hoogste 1mm/m. Woonzorg Zone Nieuwveen

35


22.11.2012

Vullingsgraad: 90%. .01 CONSTRUCTIE De afwerking van in het beton aanwezige conusgaten. 21.82

ANKERS EN BEVESTIGINGSMIDDELEN

21.82.90-a DIVERSE ANKERS EN BEVESTIGINGSMIDDELEN 0. DIVERSE ANKERS EN BEVESTIGINGSMIDDELEN Diverse verankeringen en op te nemen onderdelen (stekeinden, stekankers, stekkenbakken, chemische ankers, schroefhulzen, ankerrails, e.d.) t.b.v. bouwkundige werken en installaties. Uitvoering en plaats volgens opgave betreffende adviseur, installateur en derden. Kwaliteit: - kwaliteit van bouten en moeren min. 8.8. - kwaliteit van ankers min. 4.6. Materiaal: - voor toepassing buiten en in de spouw, in corrosievast stalen uitvoering in kwaliteit A2. - voor toepassing binnen, in thermisch verzinkt stalen uitvoering; ter bescherming van de verzinklaag moet deze gechromateerd zijn. - in het zicht komende verankeringsen bevestigingsmiddelen uitvoeren met lage dopmoeren. Ankers en bevestigingsmiddelen mogen in geen geval contactcorrosie of verkleuring veroorzaken, hiertoe de met elkaar in aanraking komende delen onderling van elkaar scheiden door een isolerend materiaal. Verankeringen van dragende onderdelen dienen voldoende brandwerende dekking te hebben of aanvullend brandwerend bekleed te worden. .01 CONSTRUCTIE Diverse verankeringen en bevestigingsmiddelen t.b.v. bouwkundige werken, dienstleidingen en installaties. 21.85

DOORVOERINGEN EN SPARINGEN

21.85.12-a LEIDINGDOORVOERHULPSTUK, MONTAGE DOORVOERHULPSTUK 0. LEIDINGDOORVOERHULPSTUK Doorvoer- en mantelbuizen t.b.v. bouwkundige werken en installaties, afmetingen en plaats volgens opgave betreffende adviseur, installateur en derden. De doorvoeren mantelbuizen in buitenwanden afwaterend naar buiten toe aanbrengen. Doorvoer- en mantelbuizen die een brandscheiding doorkruizen moeten t.p.v. deze brandscheiding in dezelfde brandwerendheid worden uitgevoerd als de brandscheiding. De gekozen oplossing moet aantoonbaar voldoen aan de NEN 6069. Certificaten en/of testrapporten moeten zijn opgesteld door een algemeen erkende en bevoegde instantie en worden bewaard in een logboek. Toebehoren: - afdichtingspluggen. - afdichtingsmateriaal, waar nodig in brandwerende uitvoering. .01 CONSTRUCTIE Mantelbuizen t.b.v. bouwkundige werken, dienstleidingen en installaties. 21.85.13-a SPARING/INKASSING 0. SPARING Sparingen t.b.v. bouwkundige werken en installaties, afmetingen en plaats volgens opgave betreffende adviseur, installateur en derden. .01 CONSTRUCTIE Sparingen t.b.v. bouwkundige werken, dienstleidingen en installaties. 21.86

VOCHTKERINGEN

21.86.30-b KUNSTSTOF VOCHTKERINGSSTROOK, KUNSTSTOFFOLIE 0. KUNSTSTOF VOCHTKERINGSSTROOK Bevestiging: mechanisch bevestigd. Strooklengte: zoals volgt uit de tekeningen. Overlap: 70 mm. 1. KUNSTSTOFFOLIE Fabrikaat: Comprifalt b.v. Type: 5000. Materiaal: DPC. Dikte (µm): 500. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering.


36


22.11.2012

.01 FUNDERINGSBALK Het afplakken van de funderingsbalken en vloerranden. 21.89

IN TE STORTEN VOORZIENINGEN

21.89.10-a AARDINGSVOORZIENING 0. AARDINGSVOORZIENING T.b.v. de aarding van de elektrotechnische installatie een aardringleiding of voorzieningen in de funderingswapening aanbrengen overeenkomstig de eisen van het plaatselijk elektriciteitleverend bedrijf. Materiaal: aardringleiding van zachtstaal wapeningsstaven verbonden door lassen aansluitend op verzinkt bandstaal of koperdraad, ter keuze van de installateur. .01 CONSTRUCTIE De aarding volgens opgave installateur c.q. het plaatselijk elektriciteitleverend bedrijf. 21.89.20-a IN TE STORTEN VOORZIENINGEN 0. DIVERSE LEIDINGEN Diverse in te storten leidingen en kanalen t.b.v. bouwkundige werken en installaties. Uitvoering en plaats volgens opgave betreffende adviseur, installateur en derden. .01 CONSTRUCTIE Diverse leidingen en kanalen t.b.v. bouwkundige werken, dienstleidingen en installaties. 21.90

BIJKOMENDE WERKZAAMHEDEN

21.90.10-a DICHTEN SPARINGEN 0. DICHTEN SPARINGEN Sparingen, doorvoeringen en restruimten afdichten met voor het betreffende onderdeel geschikte bouwstoffen ter goedkeuring directie. Deze bouwstoffen dienen tevens te voldoen aan de geluiden brandwerendheid welke wordt gesteld aan deze onderdelen. .01 CONSTRUCTIE Sparingen, doorvoeringen en restruimten afdichten.


37


22

METSELWERK

22.00

ALGEMEEN

22.00.24

eisen en uitvoering: gelijmd metselwerk 90. AFWERKING GELIJMDE WANDEN De naden van gelijmde wanden moeten glad zijn afgestreken en de wanden behangklaar worden opgeleverd (Oppervlaktebeoordeling overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 40, bijlage A: binnen groep 2).

22.00.29

EISEN EN UITVOERING: AANVULLEND 01. SLEUVEN EN GATEN Bij gelijmde binnenwanden dient de aannemer sleuven ten behoeve van PVC- en mantelbuizen t.b.v. elektra-, waterleidingen e.d. machinaal fresen, gaten ten behoeve van elektra dozen boren. Nadat de PVC- en mantelbuizen zijn aangebracht dient de aannemer de sleuven aan te werken. T.p.v. binnenwanden in kalkzandsteen vellingblokken PVC- en mantelbuizen t.b.v. elektra-, waterleidingen en dozen strak en netjes opbouwen ter goedkeuring architect. 02. NIET DRAGENDE WANDEN De aannemer dient de nodige voorzieningen te treffen zodat wanden die volgens berekening niet dragend zijn, inderdaad ook niet door vloeren e.d. worden belast, daartoe dienen deze wanden (of althans de bovenste laag daarvan) pas te worden aangebracht nadat de bovenliggende vloer of balk zijn definitieve doorbuiging heeft verkregen. Pas daarna een voegvulling aanbrengen.

22.00.30

INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN 90. TIJDSTIP VAN UITVOERING De binnenwanden tussen betonwanden en -vloeren niet eerder maken, dan wanneer het betonskelet op dezelfde verdieping ten minste 14 kalenderdagen oud is.

22.42

KALKZANDSTEEN, GELIJMD

22.11.2012

22.42.10-a GELIJMD METSELWERK, KALKZANDSTEEN LIJMBLOK/-ELEMENT 0. GELIJMD METSELWERK, KALKZANDSTEEN Oppervlaktegroep overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 22, bijlage A: 5. Lijmwerk moet zijn aangebracht door een bedrijf dat het KOMO-procescertificaat voert overeenkomstig BRL 2826+w08. De aansluiting van de binnenspouwbladen op de bouwmuren en op de erboven liggende vloer, afdichten met een voegvulling volgens hoofdstuk 36. Alle niet dragende wanden op de omringende constructies afdichten met PUR-schuim over de volle dikte van de wand, voegbreedte tussen kalkzandsteen en aansluitende constructies volgens opgave fabrikant/leverancier, het PUR-schuim na uitharding strak afsnijden. Alle geluidwerende en/of brandwerende wanden op de omringende constructies afdichten met minerale wol en een (brandwerende) voegvulling volgens hoofdstuk 36. De lijmblokken rondom vol en zat verlijmen, de naden moeten glad zijn afgestreken en de wanden behangklaar opgeleverd (Oppervlaktebeoordeling overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 40, bijlage A: binnen groep 2). 1. KALKZANDSTEEN LIJMBLOK (BRL 1004+w08) Fabrikaat: Calduran Kalkzandsteen. Type: Calduran-lijmblok. Druksterkte (N/mm²): volgens opgave constructeur. Afmetingen: L100/198. Toebehoren: - kimblok, hoogte volgens nadere opgave. - veer-/stripankers: van geperforeerd verzinkt staal, h.o.h. 750 mm, t.p.v. aansluitingen op een ander materiaal. Kalkzandsteen lijmblokken leveren onder KOMO-productcertificaat. 4. LIJMMORTEL VOOR KALKZANDSTEEN (BRL 1905-11) Leverancier: Calduran Kalkzandsteen B.V. Type: Calduran-Lijmmortel. De kimblokken stellen op Calduran Kimfix. Lijmmortel leveren onder KOMO-productcertificaat. .01 BINNENWAND De binnenspouwbladen, binnenwanden en schachten van kalkzandsteen, zoals aangegeven op de tekeningen. 22.42.10-b GELIJMD METSELWERK, KALKZANDSTEEN LIJMBLOK/-ELEMENT 0. SCHOON GELIJMD METSELWERK Metselverband: halfsteens. Oppervlaktegroep overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 22, bijlage A: 7. Lijmwerk moet zijn aangebracht door een bedrijf dat het KOMO-procescertificaat voert overeenkomstig BRL 2826+w08. Alle niet dragende wanden op de omringende constructies afdichten met Woonzorg Zone Nieuwveen

38


22.11.2012

PUR-schuim over de volle dikte van de wand, voegbreedte tussen kalkzandsteen en aansluitende constructies volgens opgave fabrikant/leverancier, het PUR-schuim na uitharding strak afsnijden. Alle brandwerende wanden op de omringende constructies afdichten met minerale wol en een (brandwerende) voegvulling volgens hoofdstuk 36. De vellingblokken rondom vol en zat verlijmen, de V-naden moeten strak zijn afgestreken. T.p.v. hoeken en wandopeningen eindblokken toepassen, geen gezaagde kanten in het zicht. De aannemer dient de wanden zodanig uit te leggen (definitief te maatvoeren) dat het gebruik van de eindblokken past binnen de op tekeningen aangegeven maatvoering van de wanden. 1. KALKZANDSTEEN VELLINGBLOK (BRL 1004+w08) Fabrikaat: Calduran Kalkzandsteen. Type: Calduran-vellingblok. Druksterkte (N/mm²): CS 12. Afmetingen: V100/298. T.p.v. hoeken en wandopeningen eindblokken toepassen, geen gezaagde kanten in het zicht. De blokken rondom verlijmen. Toebehoren: - kimblok met vellingkanten, hoogte volgens nadere opgave. - eindblokken in diverse uitvoeringen. - veer-/stripankers: van geperforeerd verzinkt staal, h.o.h. 750 mm, t.p.v. aansluitingen op een ander materiaal. - vochtkering van kunststoffolie tussen de kimblokken en de 1e laag vellingblokken i.v.m. optrekkend vocht. Kalkzandsteen vellingblokken leveren onder KOMO-productcertificaat. 4. LIJMMORTEL VOOR KALKZANDSTEEN (BRL 1905-11) Leverancier: Calduran Kalkzandsteen B.V. Type: Calduran-Lijmmortel. De kimblokken stellen op Calduran Kimfix. Lijmmortel leveren onder KOMO-productcertificaat. .01 BINNENWAND De tussenwanden van bergingen en WKO-ruimte uitvoeren in kalkzandsteen vellingblokken. 22.44

GIPSBLOKKEN, GELIJMD

22.44.10-a GELIJMD METSELWERK, GIPS LIJMBLOK/-ELEMENT 0. GIPS LIJMBLOKKEN/-ELEMENTEN, GELIJMD Vloeraansluiting: - op kunststoffolie (badkamerwanden plaatsen op ruwe betonvloer, overige scheidingswanden plaatsen op de cementdekvloeren). - naast de montagekozijnen op de vloer verankerd. N.B. Korte wanden < 1,0 m¹, met veer-/stripankers en gelijmd. Plafondaansluiting: - met veer-/stripankers en PUR-schuim over de volle dikte van de wand, voegbreedte tussen gipsblokken en de aansluitende constructies volgens opgave fabrikant/leverancier, het PUR-schuim na uitharding strak afsnijden (voegmateriaal bij woningscheidende leidingschachten uitvoeren met 60 min. brandwerend en geluidwerend materiaal). Wandaansluiting: - met veer-/stripankers en elastisch schuimband (voegmateriaal bij woningscheidende leidingschachten uitvoeren met brandwerend en geluidwerend materiaal). Kozijnaansluitingen en aansluitingen op houten wandelementen: met kunststof U-profiel en elastisch schuimband. Oppervlaktegroep overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 22, bijlage A: 5. De lijmblokken rondom vol en zat verlijmen, de naden moeten glad zijn afgestreken en de wanden behangklaar opgeleverd (Oppervlaktebeoordeling overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 40, bijlage A: binnen groep 2). Gips lijmblokken moet zijn aangebracht door een bedrijf dat het KOMOprocescertificaat voert. 1. GIPS LIJMBLOK/-ELEMENT (BRL 1014-05) Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: - standaard blokken 70/100 mm dik. - wanden van natte ruimten in waterbestendige blokken 100 mm dik. - wanden van badkamers en toiletten waar electradozen en afvoeren in moeten in waterbestendige blokken 100 mm dik. - wanden tussen verblijfsruimten onderling met zware blokken 70 mm dik. - de wanden van woningscheidende schachten met standaard blokken 100 mm dik, hierbij de vloeren tussen de leidingen doorstorten; de vloer-, plafond-, wandaansluiting zorgvuldig 60 min. brandwerend en geluidwerend uitvoeren, zodat Woonzorg Zone Nieuwveen

39


22.11.2012

aan het bouwbesluit kan worden voldaan. Materiaal: rogips. Profiel: rondom messing en groef. Toebehoren: - ankers: metalen veerankers. - aansluitprofielen: kunststof U-profielen. - afdichtingsmateriaal: kunststof schuimband 5x48 mm, volumieke massa ca. 100 kg/m3. - hechtprimer. - één-componenten PUR-schuim, volumieke massa ca. 25 kg/m3. - vulmateriaal: vulgips. - gipslateien boven binnenkozijnen en openingen in binnenwanden indien geen bovenlicht wordt toegepast. Gipsblokken leveren onder KOMO-productcertificaat. 4. LIJMMORTEL VOOR GIPSBLOKKEN (BRL 5062+w98) Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: kleefpasta voor gasbeton. Lijmmortel leveren onder KOMO-productcertificaat. .01 BINNENWAND Alle niet dragende gipswanden, zoals aangegeven op de tekeningen. 22.60

VOORZIENINGEN IN METSELWERK

22.60.10-a SPARING 0. SPARING Sparingen t.b.v. bouwkundige werken en installaties, afmetingen en plaats volgens opgave betreffende adviseur, installateur en derden. .01 BUITENWAND, BINNENWAND Sparingen t.b.v. bouwkundige werken, dienstleidingen en installaties. 22.60.20-a DILATATIE 0. KRIMPVOEG Krimpvoeg bestaande uit een doorgaande verticale stootvoeg met minimale breedte (knipvoeg). Tijdens het metselen/lijmen dient er een strook PE-folie meegenomen te worden om de stootvoegen van elkaar te scheiden. Dilatatievoegankers aanbrengen volgens aanwijzing directie, aan één zijde voorzien van een krimpkous; in buitencondities in corrosievast stalen uitvoering, in binnencondities in thermisch verzinkt stalen uitvoering. Voorzover de plaats van de dilatatie nog niet op tekening is aangegeven, plaats i.o.m. de architect en de fabrikant/leverancier van de stenen. .01 BINNENWAND De krimpvoegen in de binnenwanden. 22.60.90-a DOORVOER- EN MANTELBUIZEN 0. DOORVOER- EN MANTELBUIZEN Doorvoer- en mantelbuizen t.b.v. bouwkundige werken en installaties, afmetingen en plaats volgens opgave betreffende adviseur, installateur en derden. De doorvoeren mantelbuizen in buitenwanden afwaterend naar buiten toe aanbrengen. Doorvoer- en mantelbuizen die een brandscheiding doorkruizen moeten t.p.v. deze brandscheiding in dezelfde brandwerendheid worden uitgevoerd als de brandscheiding. De gekozen oplossing moet aantoonbaar voldoen aan de NEN 6069. Certificaten en/of testrapporten moeten zijn opgesteld door een algemeen erkende en bevoegde instantie en worden bewaard in een logboek. Toebehoren: - afdichtingspluggen. - afdichtingsmateriaal, waar nodig in brandwerende uitvoering. .01 BUITENWAND, BINNENWAND Doorvoer- en mantelbuizen t.b.v. bouwkundige werken, dienstleidingen en installaties. 22.60.90-b OP TE NEMEN VOORZIENINGEN 0. DIVERSE LEIDINGEN Diverse in te fresen resp. in te metselen PVC- en mantelbuizen, leidingen en kanalen t.b.v. bouwkundige werken en installaties. Uitvoering en plaats volgens opgave betreffende adviseur, installateur en derden. .01 BUITENWAND, BINNENWAND Diverse leidingen en kanalen t.b.v. bouwkundige werken, dienstleidingen en installaties.


40


22.11.2012

VERANKERINGEN EN OPVANGCONSTRUCTIES

22.82.90-a DIVERSE ANKERS EN BEVESTIGINGSMIDDELEN 0. DIVERSE ANKERS EN BEVESTIGINGSMIDDELEN Diverse verankeringen en op te nemen onderdelen (ankers, schroefhulzen, ankerrails, e.d.) t.b.v. bouwkundige werken en installaties. Uitvoering en plaats volgens opgave betreffende adviseur, installateur en derden. Materiaal: - voor toepassing buiten en in de spouw, in corrosievast stalen uitvoering in kwaliteit A2. - voor toepassing binnen, in thermisch verzinkt stalen uitvoering; ter bescherming van de verzinklaag moet deze gechromateerd zijn. - in het zicht komende verankeringsen bevestigingsmiddelen uitvoeren met lage dopmoeren en deze meecoaten of schilderen in de kleur van het betreffende onderdeel. Ankers en bevestigingsmiddelen mogen in geen geval contactcorrosie of verkleuring veroorzaken, hiertoe de met elkaar in aanraking komende delen onderling van elkaar scheiden door een isolerend materiaal. Verankeringen van dragende onderdelen dienen voldoende brandwerende dekking te hebben of aanvullend brandwerend bekleed te worden. .01 BUITENWAND, BINNENWAND Diverse verankeringen en bevestigingsmiddelen t.b.v. bouwkundige werken, dienstleidingen en installaties. 22.85

KANAALTOEBEHOREN EN VENTILATIEVOORZIENINGEN

22.85.40-a WANDROOSTER 0. VLOERVENTILATIEKOKER Fabrikaat: Ubbink. Type: vloerventilatiekoker met geïntegreerd spouwblad en muisdicht rooster. N.B. T.b.v. de dwarsventilatie in de funderingsbalken de benodigde sparingen aanbrengen. Toebehoren: - muurrooster, zwart. - verlengstuk. - voorzetrooster, corrosievast staal, gepoedercoat volgens 46.32.19-a in nader door architect te bepalen RAL-kleur. .01 BUITENWAND De ventilatiekokers in de buitengevel per kruipruimtevak/vloerveld minimaal 2 stuks. 22.90


22.90.10-a DICHTEN SPARINGEN 0. DICHTEN SPARINGEN Sparingen, doorvoeringen en restruimten afdichten met voor het betreffende onderdeel geschikte bouwstoffen ter goedkeuring directie. Deze bouwstoffen dienen tevens te voldoen aan de geluiden brandwerendheid welke wordt gesteld aan deze wanden. .01 BUITENWAND, BINNENWAND Sparingen, doorvoeringen en restruimten afdichten.


41


23

VOORAF VERVAARDIGDE STEENACHTIGE ELEMENTEN

23.00

ALGEMEEN

23.00.10

BEGRIPPEN: ALGEMEEN 90. DEFINITIE SCHOON BETON Onder schoon beton wordt verstaan beton waaraan vooraf bewust esthetische eisen zijn gesteld. Deze eis (kleur, oppervlakteklasse) zijn nader omschreven in de werkbeschrijvingen en de aanvullende bepalingen. Een oppervlakte uitgevoerd als schoon beton ondergaat geen verdere afwerking.

23.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. BESCHERMING BETONOPPERVLAKKEN Prefab betonnen trappen, bordessen, balkons, galerijen en bekledings- en afdekkingselementen tijdens de bouw tegen beschadigingen beschermen. 91. BESCHADIGING Prefab betonnen elementen waaraan, door welke oorzaak dan ook, zodanige beschadigingen of gebreken ontstaan dat zij naar het oordeel van de directie niet voor reparatie in aanmerking komen moeten, zonder verrekening, door nieuwe elementen worden vervangen. 92. REPARATIES Eventuele reparaties aan prefab betonnen elementen (ook het zogenaamde "poetsen") dienen op het werk te geschieden. Elementen die toch gerepareerd op het werk worden aangevoerd worden zonder nadere inspectie afgekeurd. 93. AFWERKING T.b.v. de in dit hoofdstuk genoemde prefab betonnen elementen welke in het zicht blijven en niet verder worden afgewerkt, dient de aannemer de nodige maatregelen te treffen zodat de betonoppervlakken homogeen en egaal van uiterlijk worden en blijven, ook na meerdere keren gebruik te hebben gemaakt van de mallen. Elementen die teveel bekistingsolie op het oppervlak hebben dienen grondig schoongemaakt te worden en indien ze in kleur en/of oppervlaktestructuur afwijken van de overige elementen zullen ze door de architect afgekeurd worden. 94. BETONFABRIEK De prefab betonnen elementen moeten worden vervaardigd in een elementenfabriek met een interne IKB kwaliteitscontrole, de fabriek dient een IKB-schema voor de te vervaardigen elementen op te stellen. De fabrikant van de elementen behoeft de goedkeuring van de directie. 95. OP TE NEMEN VOORZIENINGEN De aannemer is verantwoordelijk voor de juiste plaatsing van de in te storten onderdelen en van de opgegeven sparingen. 96. STEMPELS Bekistingplaatvloeren ondersteunen met stempels en indien noodzakelijk over ten minste twee verdiepingen doorstempelen e.e.a. volgens opgave fabrikant/leverancier.

23.00.30

INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN 90. MONSTER TER BEOORDELING Voordat onderstaande bouwstoffen door de aannemer worden besteld hiervan een monster ter beoordeling aan de directie voorleggen: - van alle aan te brengen prefab betonnen elementen. Beoordelingskenmerken: - oppervlakte afwerkingen. - regelmatigheid in kleur. - gaafheid en strakheid. De monsters eventueel in de betonfabriek ter beoordeling voorleggen. 91. TEKENINGEN De aannemer dient aan de hand van door de directie verstrekte gegevens werktekeningen op schaal 1:20 en detailtekeningen op schaal 1:5 te vervaardigen van de volgende onderdelen: - de in dit hoofdstuk omschreven prefab betonnen elementen. Tekenwerk conform KIWA: - categorie 4. De werktekeningen moeten de volgende gegevens bevatten: - de vorm en de maatvoering van de elementen. - de merken overzichten. - de toelaatbare nuttige belastingen. - de sterkteklasse van de beton. - de wapening van het element en de vereiste betondekking. - de zeeg. - de isolatie. - de oppervlaktebehandeling van alle vlakken. - alle hulpmiddelen ten behoeve van montage en verankering met de wijze van bevestiging van de elementen. - alle in te storten onderdelen en voorzieningen t.b.v. de installaties en derden. - alle sparingen. Aantal te verstrekken exemplaren:


22.11.2012

42


22.11.2012

- ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2 alsmede het benodigd aantal t.b.v. indiening bij de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht. Na goedkeuring van de directie zorgt de aannemer, via de constructeur, indien nodig, voor indiening bij en goedkeuring van de plaatselijke bouwinstanties. 92. BEREKENINGEN De aannemer dient aan de hand van de door de directie verstrekte gegevens berekeningen van de elementen en verankeringen op sterkte en stijfheid conform de geldende voorschriften te vervaardigen voor de volgende onderdelen: - de in dit hoofdstuk omschreven prefab betonnen elementen. Rekenwerk conform KIWA: - categorie 4. De berekening van de onderdelen moet alle stadia waarin een onderdeel komt te verkeren beslaan; vanaf het moment van vervaardiging (fabricage, opslag, transport, montage en definitieve toestand met inbegrip van temperatuur en krimpinvloeden). Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2 alsmede het benodigd aantal t.b.v. indiening bij de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht. Na goedkeuring van de directie zorgt de aannemer via de constructeur, indien nodig, voor indiening bij en goedkeuring van de plaatselijke bouwinstanties. 23.00.60

BOUWSTOFFEN: ALGEMEEN 90. CEMENT EN BETONSAMENSTELLING Cement voor in het zicht komende vooraf vervaardigde betonelementen moet zijn klinkerarme hoogovencement CEM III/B 42,5. N.B. Voor alle in het zicht komende prefab betonnen elementen dient het uiteindelijke verharde betonoppervlak zo licht als mogelijk van kleur te zijn. Om dit resultaat te behalen zal de directie in overleg met de betonfabriek aan de hand van kleurmonsters de definitieve betonsamenstelling bepalen. 91. BOREN IN KANAALPLATEN Bij het boren van gaten in kanaalplaatvloeren mogen geen voorspanstrengen worden doorboord. Boren mag alleen ter plaatse van de kanalen en voegen en met toestemming van de directie. Kanaalplaatvloeren moeten zijn voorzien van ontwateringsgaten (geboord, niet gehakt). 92. BEKISTINGSMATERIAAL Al het toe te passen bekistingsmateriaal voor de prefab betonnen elementen aan de directie ter goedkeuring voorleggen. Indien de directie het getoonde bekistingsmateriaal niet goed genoeg acht is de directie gerechtigd nieuwe bekistingen te eisen. Bekistingsmateriaal mag geen vocht aan de betonspecie onttrekken en mag het betonoppervlak van in het zicht blijvende vlakken niet verkleuren. 93. UITWENDIGE HOEKEN Uitwendige hoeken van in het zicht blijvende prefab betonnen elementen strak afronden door de hoeken in de bekisting af te werken met een kitnaad met een straal van maximaal 3 mm. 94. DUBO GRINDVERVANGER In prefab beton maximaal 20% V/V betonpuingranulaat als grindvervanger toepassen tenzij de constructieve en esthetische uitvoering dit niet toelaat e.e.a. ter beoordeling van de constructeur, architect en directie. Menggranulaat is niet toegestaan.

23.00.70

MEET- EN VERREKENMETHODEN: ALGEMEEN 90. VERREKENING BETON EN WAPENING Beton en wapening in prefab betonnen elementen is niet verrekenbaar.

23.30

CONSTRUCTIEVE ELEMENTEN

23.30.52-a BETONNEN LATEI 0. BETONNEN LATEI (BRL 2813+w08) Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: - vuilwerk latei, t.b.v. de niet in het zicht komende dan wel nader af te werken lateien. - schoonwerk latei, t.b.v. de in het zicht komende lateien in niet nader af te werken binnenwanden van kalkzandsteen. - vellingblok latei, met vellingkanten en schijnvoegen conform het metselverband van de vellingblokken, t.b.v. de in het zicht komende lateien in de wanden van kalkzandsteen vellingblokken. Zelfdragend. Vorm en afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Sterkteklasse (NEN-EN 206-1+w05): minimaal C35/45. Milieuklasse (NEN 8005+w11): - in verwarmde ruimten XC1 (droog of blijvend nat). - in onverwarmde ruimten XC3 (matige vochtigheid). Bindmiddel, cement (NEN-EN 197-1+a07): CEM III/B 42,5 LH HS. Wapening volgens berekening fabrikant/leverancier. Woonzorg Zone Nieuwveen

43


22.11.2012

Oppervlak ontkiste zijde (NEN 6722-02): - van in het zicht komende lateien: klasse B. - van niet in het zicht komende lateien: klasse A. Oppervlak: zichtzijden volkomen glad en strak, geen luchtbelgaatjes toegestaan. Kleur: in lichtgrijze schone beton. Toebehoren: - ankers: volgens opgave fabrikant/leverancier in thermisch verzinkt stalen uitvoering. - oplegvoorziening: oplegvilt, volgens opgave fabrikant/leverancier. - DPC-folie: tussen de latei en het metselwerk. - transport-/montagevoorzieningen: volgens opgave fabrikant/leverancier echter onzichtbaar. Betonnen lateien leveren onder KOMO-attest-met-productcertificaat. 4. RUWBOUW STELWERK STEENACHTIGE ELEMENTEN De lateien opgenomen in het metselwerk, opleglengte volgens berekening fabrikant/leverancier. .01 LATEI De prefab betonnen lateien boven de openingen in binnenwanden, breder dan 900 mm, waar geen andere lateiconstructie is aangegeven, en voorts overal waar nodig, zoals volgt uit de tekeningen. 23.42

VRIJDRAGENDE VLOERELEMENTEN

23.42.11-a BETONNEN PLAATVLOER 0. BETONNEN PLAATVLOER (BRL 0203+w08) Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: niet standaard bordesplaat. Vorm: rechthoekig, met schrobrand en sponningen voor de trap- en bordesoplegging. Afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Sterkteklasse (NEN-EN 206-1+w05): C35/45. Milieuklasse (NEN 8005+w11): t.b.v. de binnenbordessen: - in verwarmde ruimten XC1 (droog of blijvend nat). - in onverwarmde ruimten XC3 (matige vochtigheid). t.b.v. de buitenbordessen: - XC4 (wisselend nat en droog). - XD3 (wisselend nat en droog). - XF4 (verzadigd met water, met dooizouten of zeewater). Bindmiddel, cement (NEN-EN 197-1+a07): CEM III/B 42,5 LH HS. Wapening (NEN 6008-08): volgens berekening fabrikant/leverancier. Oppervlakte-beoordelingsklasse (NEN 6722-02): - bekistingszijde: B. - stortzijde: B. Oppervlak: - bovenkant (bekistingszijde): loopvlak antislip ter goedkeuring directie, overige bekistingszijden volkomen glad en strak, geen luchtbelgaatjes toegestaan. - onderkant: vlak onder de rei en rollen. Kleur: in lichtgrijze schone beton. Toebehoren: - oplegvoorziening: thermisch verzinkt stalen hoekprofiel met oplegvilt volgens opgave constructeur. - ankers: in thermisch verzinkt stalen uitvoering. - transport-/montagevoorzieningen: volgens opgave fabrikant/leverancier. - voegafdichting tussen de elementen en de aansluitende constructies: voegvulling volgens hoofdstuk 36. - reparatiemortel: t.b.v. het dichtzetten van hijsvoorzieningen en sparingen. Plaatvloeren leveren onder KOMO-attest-met-productcertificaat. 4. RUWBOUW STELWERK STEENACHTIGE ELEMENTEN Verankering: zoals volgt uit de tekeningen en/of volgens nadere uitwerking fabrikant/leverancier. .01 BORDESVLOER, BINNEN De prefab betonnen trapbordessen in de gemeenschappelijke trappenhuizen. 23.42.11-b BETONNEN PLAATVLOER 0. BETONNEN PLAATVLOER (BRL 0203+w08) Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: niet standaard balkon- en galerijplaat. Vorm: bijzondere vorm met afschot, nokken, schrobranden, afvoergoot, balkondoor/afvoeren en waterholen, zoals volgt uit de tekeningen. Afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Sterkteklasse (NEN-EN 206-1+w05): C35/45. Milieuklasse (NEN 8005+w11): - XC4 (wisselend nat en droog). - XD3 (wisselend nat en droog). - XF2 (niet volledig verzadigd met water, met dooizouten). Woonzorg Zone Nieuwveen

44


22.11.2012

Bindmiddel, cement (NEN-EN 197-1+a07): CEM III/B 42,5 LH HS. Wapening (NEN 6008-08): volgens berekening fabrikant/leverancier. Oppervlakte-beoordelingsklasse (NEN 6722-02): - bekistingszijde: B. - stortzijde: B. Oppervlak: - bovenkant (bekistingszijde): loopvlak antislip ter goedkeuring directie, overige bekistingszijden volkomen glad en strak, geen luchtbelgaatjes toegestaan. - onderkant: vlak onder de rei en rollen. Kleur: in lichtgrijze schone beton. Toebehoren: - oplegvoorziening: volgens opgave fabrikant/leverancier. - ankers: geïsoleerde stekankerelementen in corrosievast stalen uitvoering. - transport-/montagevoorzieningen: volgens opgave fabrikant/leverancier. - voegafdichting tussen de elementen en de aansluitende constructies: voegvulling volgens hoofdstuk 36. - reparatiemortel: t.b.v. het dichtzetten van hijsvoorzieningen en sparingen. Plaatvloeren leveren onder KOMO-attest-met-productcertificaat. 4. RUWBOUW STELWERK STEENACHTIGE ELEMENTEN Verankering: zoals volgt uit de tekeningen en volgens nadere uitwerking fabrikant/leverancier. Voegbreedte tussen de elementen onderling, maximaal 15 mm. De elementen isoleren van de achterliggende constructies. .01 BALKONVLOER De prefab betonnen balkonplaten. .02 GALERIJVLOER, BUITEN De prefab betonnen galerijplaten. 23.42.11-c BETONNEN PLAATVLOER 0. BETONNEN KANAALPLAATVLOER, GEÏSOLEERD (BRL 0203+W05) Fabrikaat: ter goedkeuring van de directie. Type: geïsoleerde kanaalplaatvloer. Uitvoering oplegging: geïsoleerd. Plaatdikte (mm): 200/260. Elementbreedte (mm): 1.200. Betonsterkteklasse (NEN-EN 206-1+w05): C45/55. Milieuklasse (NEN 8005+w11): XC1. Wapening (NEN 6008-08): volgens berekening fabrikant/leverancier. Isolatiemateriaal: (H)CFK-vrij geëxpandeerd polystyreen EPS, brandvertragend gemodificeerd. Rc-waarde: 4,0 m²K/W. Hulpstukken: - pasplaten. - EPS-passtroken. Toebehoren: - raveelijzer, thermisch verzinkt. - oplegvoorzieningen. - ankers volgens opgave fabrikant/leverancier. - transport- en montagevoorzieningen: volgens opgave fabrikant/leverancier. - voegwapening. - ontwateringsgaatjes (geboord, niet gehakt). - kanaaldeksels of steenwol proppen, minimale lengte 200 mm. - vulbeton voegen, rand-, rest- en tussenstroken, kwaliteit C28/35. Vloerplaten leveren met KOMO attest-met-productcertificaat. 4. STELWERK PLAATVLOER Verankering: zoals volgt uit de tekeningen of volgens opgave constructeur. Naadafwerking t.p.v. bouwmuur: PS-isolatie, dikte 20 mm. Vulbeton voegen (l/m): volgens opgave fabrikant/leverancier, waarin opgenomen de benodigde stekken. .01 BEGANE GRONDVLOER, BINNEN De geïsoleerde kanaalplaatvloeren. 23.42.11-d BETONNEN PLAATVLOER 0. BETONNEN PLAATVLOER (BRL 0203+w08) Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: ongeïsoleerde kanaalplaat. Afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Sterkteklasse (NEN-EN 206-1+w05): C45/55. Milieuklasse (NEN 8005+w11): XC1. Wapening (NEN 6008-08): vloer, trekbanden etc. volgens berekening fabrikant/leverancier. Brandwerendheid: 60 min. Hulpstukken: - pasplaten en stroken, inclusief wapening, volgens opgave fabrikant/leverancier. Toebehoren: Woonzorg Zone Nieuwveen

45


22.11.2012

- oplegvoorziening: volgens opgave fabrikant/leverancier. - raveelvoorzieningen: in thermisch verzinkt stalen uitvoering. - ankers: volgens opgave constructeur en fabrikant/leverancier. - transport- en montagevoorziening: volgens opgave fabrikant/leverancier. - voegwapening. - ontwateringsgaatjes (geboord, niet gehakt). - kanaaldeksels of steenwol proppen, minimale lengte 200 mm. - vulbeton voegen, rand-, rest- en tussenstroken, kwaliteit C28/35. Plaatvloeren leveren onder KOMO-attest-met-productcertificaat. 4. STELWERK PLAATVLOER Verankering: de hellende daken verankeren t.p.v. de oplegging volgens opgave constructeur. Overige verankeringen: zoals volgt uit de tekeningen of volgens opgave constructeur. Vulbeton voegen (l/m): volgens opgave fabrikant/leverancier, waarin opgenomen de benodigde stekken. .01 VERDIEPINGVLOER, BINNEN De ongeïsoleerde kanaalplaatvloeren. .02 PLAT/HELLEND DAK De ongeïsoleerde kanaalplaatvloeren. 23.42.41-a BETONNEN BREEDPLAATVLOER 0. BETONNEN BREEDPLAATVLOER (BRL 0203+w08) Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: ongeïsoleerd. Afmetingen: - dikte (mm): 50. - breedte (mm): 2400 of 3000. - stortlaag, hoogte (mm): zoals volgt uit de tekeningen of volgens opgave constructeur. Sterkteklasse (NEN-EN 206-1+w05): C45/55. Milieuklasse: (NEN 8005+w11): XC1. Wapening (NEN 6008-08): volgens berekening fabrikant/leverancier. Hulpstukken: - pasplaten. Brandwerendheid: 60/90/120 min. Toebehoren: - oplegvoorzieningen: volgens opgave fabrikant/leverancier. - raveelvoorzieningen: in thermisch verzinkt stalen uitvoering. - stroken geëxpandeerd polystyreen t.b.v. de onderbrekingen van de vloeren t.p.v. de opleggingen op de woningscheidende wanden. Bekistingsplaatvloeren leveren onder KOMO-attest-met-productcertificaat. 4. STELWERK PLAATVLOER Verankering: zoals volgt uit de tekeningen of volgens opgave constructeur. Gewapende druklaag (mm): zoals volgt uit de tekeningen of volgens opgave constructeur. .01 VERDIEPINGVLOER, BINNEN De ongeïsoleerde breedplaatvloeren. .02 PLAT DAK De ongeïsoleerde breedplaatvloeren. 23.61

TRAPELEMENTEN

23.61.11-a BETONNEN TRAP 0. BETONNEN TRAP Fabrikaat: ter goedkeuring van de directie. Type: prefab betonnen trapelementen. Trapvorm: rechte steektrap, zonder bomen, met schrobranden, zoals volgt uit de tekeningen. Afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Sterkteklasse (NEN-EN 206-1+w05): C35/45. Milieuklasse (NEN 8005+w11): t.b.v. de binnentrappen: - in verwarmde ruimten XC1 (droog of blijvend nat). - in onverwarmde ruimten XC3 (matige vochtigheid). Bindmiddel, cement (NEN-EN 197-1+a07): CEM III/B 42,5 LH HS. Wapening (NEN 6008-08): volgens berekening fabrikant/leverancier. Oppervlakte-beoordelingsklasse (NEN 6722-02): - bekistingszijde: B. - stortzijde: B. Oppervlak: - bovenkant (bekistingszijde): loopvlak antislip ter goedkeuring directie, overige bekistingszijden volkomen glad en strak, geen luchtbelgaatjes toegestaan. - onderkant: vlak onder de rei en rollen. Kleur: in lichtgrijze schone beton, gelijkwaardig van kleur en oppervlaktestructuur als het prefab betonnen bordes, zie lid 23.42.11-a. Woonzorg Zone Nieuwveen

46


22.11.2012

Markering d.m.v. gebouchardeerde strook in bovenste en onderste trede. Toebehoren: - verankeringsen bevestigingsmiddelen: in thermisch verzinkt stalen uitvoering. - oplegvoorzieningen. - transport-/montagevoorzieningen: volgens opgave fabrikant/leverancier. - voegafdichting tussen de elementen en de aansluitende constructies: voegvulling volgens hoofdstuk 36. - reparatiemortel: t.b.v. het dichtzetten van hijsvoorzieningen en sparingen. Bouwelementen van beton leveren met Komo attest-met-productcertificaat op basis van BRL 2813. 4. RUWBOUW STELWERK STEENACHTIGE ELEMENTEN Verankering: zoals volgt uit de tekeningen en/of volgens nadere uitwerking fabrikant/leverancier. Voegbreedte tussen de elementen en de aansluitende constructies: maximaal 12 mm. .01 VASTE TRAP De prefab betonnen trappen in de gemeenschappelijke trappenhuizen. 23.70

BEKLEDINGS- EN AFDEKKINGSELEMENTEN

23.70.90-a GEÏSOLEERDE KANTPLANK 0. GEÏSOLEERDE KANTPLANK Fabrikaat: Blauwplaat. Type: Styrock lichtgewicht kantplank. Materiaal: cementgebonden plaat met geëxtrudeerde polystyreenschuim isolatie. Kleur: antraciet. Afmetingen: - dikte toplaag (mm): 14. - dikte isolatie (mm): berekenen aan de hand van de gewenste Rc-waarde van 3,5 m²K/W. - lengte (mm): zoals volgt uit de tekeningen, plaatnaden in overleg met de architect. - hoogte (mm): zoals volgt uit de tekeningen. - t.p.v. de HSB elementen steekt de toplaag verder door omhoog. - voorzien van sparingen t.b.v. kruipruimte ventilatiekokers. Randafwerking: sponning aan korte zijde. De hoeken in verstek uitvoeren. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: cementgebonden tegellijm volgens voorschrift fabrikant/leverancier. - voegafdichting tussen de elementen en steenachtige dorpels: siliconenkit. 4. RUWBOUW STELWERK STEENACHTIGE ELEMENTEN Ondersabeling: met specie (onder kozijnen). Bevestiging: tegen de achterliggende vloerrand verlijmd en d.m.v. liplas verbinding aan elkaar verlijmd. Voegbreedte tussen de elementen en de aansluitende constructies: 5 mm. .01 BUITENWAND De geïsoleerde kantplanken onder buitenkozijnen en onder de Sealwood gevelbeschietingen en Falzinc® Felsplaat gevelbekledingen t.p.v. de aansluitingen op het maaiveld, zoals volgt uit de tekeningen. 23.84

OPLEGGINGEN

23.84.11-a BOUWVILT 0. BOUWVILT Fabrikaat: Nevima. Type: - glijvilt. - drukvilt. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN De oplegmaterialen, zoals volgt uit de constructietekeningen. 23.85

DOORVOERINGEN EN SPARINGEN

23.85.19-a SPARINGEN 0. SPARING Sparingen t.b.v. bouwkundige werken en installaties, afmetingen en plaats volgens opgave betreffende adviseur, installateur en derden. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Sparingen t.b.v. bouwkundige werken, dienstleidingen en installaties.


47


22.11.2012

23.85.29-a DOORVOER- EN MANTELBUIZEN 0. DOORVOER- EN MANTELBUIZEN Doorvoer- en mantelbuizen t.b.v. bouwkundige werken en installaties, afmetingen en plaats volgens opgave betreffende adviseur, installateur en derden. De doorvoeren mantelbuizen in buitenwanden afwaterend naar buiten toe aanbrengen. Doorvoer- en mantelbuizen die een brandscheiding doorkruizen moeten t.p.v. deze brandscheiding in dezelfde brandwerendheid worden uitgevoerd als de brandscheiding. De gekozen oplossing moet aantoonbaar voldoen aan de NEN 6069. Certificaten en/of testrapporten moeten zijn opgesteld door een algemeen erkende en bevoegde instantie en worden bewaard in een logboek. Toebehoren: - afdichtingspluggen. - afdichtingsmateriaal, waar nodig in brandwerende uitvoering. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Doorvoer- en mantelbuizen t.b.v. bouwkundige werken, dienstleidingen en installaties. 23.90

VOORZIENINGEN IN PREFAB BETONNEN ONDERDELEN

23.90.20-a IN TE STORTEN VOORZIENINGEN 0. DIVERSE LEIDINGEN Diverse in te storten leidingen en kanalen t.b.v. bouwkundige werken en installaties. Uitvoering en plaats volgens opgave betreffende adviseur, installateur en derden. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Diverse in te storten leidingen en kanalen t.b.v. bouwkundige werken, dienstleidingen en installaties. 23.90.30-b KOUDEBRUG ONDERBREKINGSELEMENT 0. KOUDEBRUG ONDERBREKINGSELEMENT Fabrikaat: Schöck Nederland b.v. ISOKORF ® type, volgens opgave constructeur. Materiaal: - wapening: corrosievast staal AISI 316 Ti, met stalen uiteinden B 500B. - isolatie: brandvertragend gemodificeerd polystyreen EPS 30 SE. - brandwerende plaat: Promatect H aan onder- en bovenzijde isolatie. Ruimte naast Isokorf (indien Isokorf niet over volle lengte balkon of galerij) isoleren met minerale wol in halfharde persing bijv. Rockwool Bouwplaat 418. Geïsoleerde stekankers leveren onder KOMO-attest-met-productcertificaat. .01 CONSTRUCTIE De geïsoleerde stekankerelementen, zoals volgt uit de tekeningen. 23.90.30-c DIVERSE ANKERS EN BEVESTIGINGSMIDDELEN 0. DIVERSE ANKERS EN BEVESTIGINGSMIDDELEN Diverse verankeringen en op te nemen onderdelen (ankers, schroefhulzen, ankerrails, e.d.) t.b.v. bouwkundige werken en installaties. Uitvoering en plaats volgens opgave betreffende adviseur, installateur en derden. Kwaliteit: - kwaliteit van bouten en moeren min. 8.8. - kwaliteit van ankers min. 4.6. Materiaal: - voor toepassing buiten en in de spouw, in corrosievast stalen uitvoering in kwaliteit A2. - voor toepassing binnen, in thermisch verzinkt stalen uitvoering; ter bescherming van de verzinklaag moet deze gechromateerd zijn. - in het zicht komende verankeringsen bevestigingsmiddelen uitvoeren met lage dopmoeren en deze meecoaten of schilderen in de kleur van het betreffende onderdeel. Ankers en bevestigingsmiddelen mogen in geen geval contactcorrosie of verkleuring veroorzaken, hiertoe de met elkaar in aanraking komende delen onderling van elkaar scheiden door een isolerend materiaal. Verankeringen van dragende onderdelen dienen voldoende brandwerende dekking te hebben of aanvullend brandwerend bekleed te worden. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Diverse verankeringen en bevestigingsmiddelen t.b.v. bouwkundige werken, dienstleidingen en installaties.


48


22.11.2012


23.93.10-a DICHTEN SPARINGEN 0. DICHTEN SPARINGEN Sparingen, doorvoeringen en restruimten afdichten met voor het betreffende onderdeel geschikte bouwstoffen ter goedkeuring directie. Deze bouwstoffen dienen tevens te voldoen aan de geluiden brandwerendheid welke wordt gesteld aan deze onderdelen. Ankersparingen dichten met krimpvrije mortel in de kleur van het betreffende element. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Sparingen, doorvoeringen en restruimten afdichten.


49


24

RUWBOUWTIMMERWERK

24.00

ALGEMEEN

24.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. PATROON BEVESTIGINGSMIDDELEN In het zicht blijvende bevestigingsmiddelen moeten volgens een regelmatig patroon zijn aangebracht.

24.00.30

INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN 90. TEKENINGEN De aannemer dient aan de hand van door de directie verstrekte gegevens werktekeningen op schaal 1:20 en detailtekeningen op schaal 1:5 te vervaardigen van de volgende onderdelen: - de geïsoleerde houten binnenspouwbladen. De werktekeningen moeten de volgende gegevens bevatten: - de vorm en de maatvoering van de elementen. - de afmetingen van de toe te passen onderdelen. - alle aansluitdetails. - alle hulpmiddelen ten behoeve van montage en verankering met de wijze van bevestiging van de elementen. - alle sparingen en ravelingen. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2 alsmede het benodigd aantal t.b.v. indiening bij de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht. Na goedkeuring van de directie zorgt de aannemer, via de constructeur, indien nodig, voor indiening bij en goedkeuring van de plaatselijke bouwinstanties. 91. BEREKENINGEN De aannemer dient aan de hand van de door de directie verstrekte gegevens berekeningen van de elementen en hun verankeringen op sterkte en stijfheid conform de geldende voorschriften, te vervaardigen voor de volgende onderdelen: - de geïsoleerde houten binnenspouwbladen. De berekening van de onderdelen moet alle stadia waarin een onderdeel komt te verkeren beslaan; vanaf het moment van vervaardiging (fabricage, opslag, transport, montage en definitieve toestand met inbegrip van temperatuur en krimpinvloeden). Zo nodig past de aannemer de zwaarte van de dragende ribben/wandregels aan en/of voegt stalen hulpconstructies toe en past de verankeringen aan aan de uit deze berekeningen voortvloeiende eisen; dergelijke aanpassingen zijn niet verrekenbaar. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2 alsmede het benodigd aantal t.b.v. indiening bij de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht. Na goedkeuring van de directie zorgt de aannemer, via de constructeur, indien nodig, voor indiening bij en goedkeuring van de plaatselijke bouwinstanties.

24.00.39

INFORMATIE-OVERDRACHT: MONSTERS 01. MONSTER TER BEOORDELING Voordat onderstaande bouwstoffen door de aannemer worden besteld hiervan een monster ter beoordeling aan de directie voorleggen: - van alle aan te brengen Sealwood gevelbeschietingen en Falzinc® Felsplaat gevelbekledingen groot 2 m².

24.00.60

BOUWSTOFFEN: ALGEMEEN 90. BESCHERMING AANSLUITINGEN Alle houtvlakken welke in aanraking komen met steenachtig materiaal en volgens dit bestek geen verduurzaming of oppervlaktebehandeling ondergaan dienen dekkend behandeld te worden met grondverf volgens lid 46.31.11-a of 46.31.12-a. 91. ZICHTWERK Blank blijvende onderdelen tot aan het aanbrengen in het werk beschermen tegen zonlicht zodat geen onregelmatige verkleuring optreedt. 92. DUBO Gebruik uitsluitend duurzaam geproduceerd hout met FSC-keurmerk.

24.31

BALKCONSTRUCTIES

22.11.2012

24.31.11-a TIMMERWERK, BALKLAGEN/PLAFONDHANGERS, GEZAAGD HOUT 0. TIMMERWERK BALKLAGEN Afstand balken (h.o.h.) (m): 0,60. Verankeringswijze: gebout. Afschot: zoals volgt uit de tekeningen.


50


22.11.2012

1. GEZAAGD EUROPEES NAALDHOUT (NEN 5466-10) Houtsoort: Europees vuren. Kwaliteitsklasse: C. Vochtgehalte (%): 18. Sterkteklasse (NEN 6760+w08): C18. Nominale doorsnede (mmxmm): zoals volgt uit de tekeningen. Bewerking: geschaafd. Toebehoren: - verankeringsen bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. - ankers: haak/opwaaiankers volgens opgave constructeur in thermisch verzinkt stalen uitvoering. .01 DAKBALK De balklagen van de platte houten daken van de buitenbergingen. 24.32

REGEL-, TENGEL- EN RACHELWERK

24.32.10-a TIMMERWERK, REGELWERK, GEZAAGD HOUT 0. TIMMERWERK REGELWERK Regelwerk: - stijlen regelwerk. - horizontaal regelwerk. Regelafstand: zoals volgt uit de tekeningen en onder alle stuiknaden. Verankering: stormvast d.m.v. hoekstripankers aan de achter/bovenliggende constructies verankerd. 1. GEZAAGD EUROPEES NAALDHOUT (NEN 5466-10) Houtsoort: Europees vuren. Kwaliteitsklasse: C. Vochtgehalte (%): 18. Nominale doorsnede (mmxmm): zoals volgt uit de tekeningen. Bewerking: geschaafd. Verduurzaming: overeenkomstig BRL 0601-10, geleverd onder KOMO-productcertificaat. Oppervlaktebehandeling: zwart schilderen. Toebehoren: - verankeringsen bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. .01 BUITENWAND Het stijlen regelwerk t.b.v. de Sealwood gevelbeschietingen van de buitenbergingen. 24.32.10-b TIMMERWERK, REGELWERK, GEZAAGD HOUT 0. TIMMERWERK REGELWERK Regelwerk: - stijlen regelwerk. - horizontaal regelwerk. Regelafstand: h.o.h. circa 600 mm en onder alle stuiknaden en zoals volgt uit de tekeningen. Verbindingen: geschroefd. Verankering: stormvast d.m.v. hoekstripankers aan de achter/bovenliggende constructies verankerd. Isolatie: tussen de stijlen en regels isolatiemateriaal aanbrengen. Waterkerende dampdoorlatende folie over het regelwerk en isolatie aanbrengen. 1. GEZAAGD EUROPEES NAALDHOUT (NEN 5466-10) Houtsoort: Europees vuren. Kwaliteitsklasse: C. Vochtgehalte (%): 18. Nominale doorsnede (mmxmm): zoals volgt uit de tekeningen. Bewerking: geschaafd. Verduurzaming: overeenkomstig BRL 0601-10, geleverd onder KOMO-productcertificaat. Toebehoren: - verankeringsen bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. 9. MINERALE WOLPLAAT (BRL 1308+w06) Fabrikaat: Saint-Gobain Isover Benelux B.V. Type: Mupan. Materiaal: glaswol. Dikte (mm): berekenen aan de hand van de vereiste Rc-waarde van 3,5 m²K/W. Cachering: tweezijdig, met glasvlies. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: corrosievast stalen slagspouwankers in kwaliteit AISI 304, ø 4mm, in kunststof pluggen en kunststof klemschotels, ø 80 mm. - waterkerende dampdoorlatende folie (waar nodig in UV-bestendige uitvoering). Minerale wolplaten leveren onder KOMO-productcertificaat.


51


22.11.2012

.01 BUITENWAND Het geïsoleerde stijlen regelwerk t.b.v. de Sealwood gevelbeschietingen en Falzinc® Felsplaat gevelbekledingen op steenachtige ondergronden. .02 DAKOPSTAND Het geïsoleerde stijlen regelwerk stijlen regelwerk t.b.v. de houten rekjes t.p.v. de dakopstanden van de platte daken. 24.32.20-a TIMMERWERK, TENGEL- EN RACHELWERK, GEZAAGD HOUT 0. TIMMERWERK, TENGELWERK Afstand tengels (h.o.h.) (m): zoals volgt uit de tekeningen en onder alle stuiknaden. Bevestigingswijze: genageld. 1. GEZAAGD EUROPEES NAALDHOUT (NEN 5466-10) Houtsoort: Europees vuren. Kwaliteitsklasse: C. Vochtgehalte (%): 18. Nominale doorsnede (mmxmm): 22x45. Bewerking: geschaafd. Verduurzaming: overeenkomstig BRL 0601-10, geleverd onder KOMO-productcertificaat. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in verzinkt stalen uitvoering. .01 BUITENWAND Het tengelwerk t.b.v. de Sealwood gevelbeschietingen en Falzinc® Felsplaat gevelbekledingen. 24.32.90-a DIVERS TIMMERWERK 0. DIVERS TIMMERWERK Divers niet nader omschreven c.q. op tekening voorkomend timmerwerk verrichten, benodigd voor een complete en deugdelijke uitvoering van het werk. Materiaal: - balken, regels, klossen, scheggen e.d. van Eurpees vuren (NEN 5466-10), kwaliteitsklasse C, geschaafd, vochtgehalte 18%. - plaatmateriaal in buitencondities, van multiplex, tussen- en deklagen okoumé A/C, verlijming Exterieur 1. - plaatmateriaal in binnencondities van fabrieksmatig voorgegronde multiplexplaat, tussen- en deklagen okoumé B/B, verlijming Interieur 1. Verduurzaming t.b.v. timmerwerk in buitenmilieu: - verduurzaamd overeenkomstig BRL 0601-07, geleverd onder KOMOproductcertificaat. Afwerking: - zichtzijden dekkend geschilderd volgens lid 46.31.12-b. - niet in het zicht komende vlakken, behandeld met grondverf volgens lid 46.31.11-a of 46.31.12-a. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in thermisch verzinkt stalen uitvoering. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Divers timmerwerk, zoals volgt uit de tekeningen en in nader overleg met de directie. 24.41

BESCHIETINGEN

24.41.11-a TIMMERWERK, BESCHIETING, GEPROFILEERD HOUT 0. TIMMERWERK BESCHIETING Ventilatievoorziening onderconstructie: d.m.v. geschaafde groeven aan de achterzijde van de latten. Bevestiging: blind genageld op het in paragraaf 24.32 omschreven regelwerk. N.B. Indien de aannemer de latten wenst te bevestigen middels schieten, mogen de nagelkoppen niet verdiept in de latten zijn aangebracht (hierdoor beschadigd het houtoppervlak). Randaansluiting: met massieve hoeklatten, zoals volgt uit de tekeningen. Patroon: vertikaal zoals volgt uit de tekeningen of ter goedkeuring architect. Stuiknaden zijn niet toegestaan, tenzij de lengte langer is dan de standaard handelslengten. 1. GEPROFILEERD HOUT Fabrikaat: Sealwood. Houtsoort: kwaliteitsklasse A (NEN 5467-10). Geleverd met PEFC keurmerk. Profilering: - t.p.v. de bergingenblok + WKO blok 1 channelsiding. - t.p.v. overige open latten systeem zoals volgt uit de tekeningen. Afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Lengte (mm): zo lang mogelijk uit standaard handelslengten. Bewerking: grof bezaagd. Afwerking: fabrieksmatig dekkend geschilderd met acrylaatlak. Kleur: in nader door architect te bepalen kleur. Woonzorg Zone Nieuwveen

52


22.11.2012

Brandvoortplantingsklasse: - de latten en het achterliggende regelwerk dienen brandvertragend geïmpregneerd te worden tot een brandvoortplantingsklasse 1 volgens NEN 6065+a97. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: koploze nagels in corrosievast stalen uitvoering; in het zicht komende bevestigingsmiddelen met ringnagels. .01 BUITENWAND De Sealwood gevelbeschietingen. Indien een vloer van een verblijfsgebied hoger is gelegen dan 5 m boven het aansluitende terrein, moet de bijdrage tot brandvoortplanting van de gevelbeschieting, over een hoogte van tenminste 2,5 m boven het aansluitende terrein, behoren tot klasse 1 volgens NEN 6065+a97. De aannemer dient schriftelijk te bevestigen dat de beschieting hieraan voldoet dan wel de beschietingen onzichtbaar brandvertragend behandelen d.m.v. impregneren e.e.a. in overleg met en ter goedkeuring architect. (let op! bij open voegen dient het achterliggende regelen tengelwerk hier ook aan te voldoen.) Boven de 13 m moet de gevelbeschieting voldoen aan een bijdrage tot brandvoortplanting klasse 2 volgens NEN 6065+a97. 24.41.30-a TIMMERWERK, BESCHIETING, VLAKKE VEZELCEMENTPLAAT 0. TIMMERWERK BESCHIETING Bevestiging: mechanisch bevestigd volgens opgave fabrikant/leverancier. Plaatranden: alle randen moeten worden ondersteund. 1. BRANDWERENDE PLAAT, CALCIUMSILICAAT Fabrikaat: Promat B.V. Type: Promatect-H. Onbrandbaar overeenkomstig NEN 6064+w01. Dikte: volgens opgave fabrikant/leverancier, afhankelijk van de te behalen brandwerendheid volgens opgave constructeur. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in thermisch verzinkt stalen uitvoering. .01 CONSTRUCTIE De brandwerende aftimmeringen van de staalconstructies volgens opgave constructeur. 24.41.51-a TIMMERWERK, BESCHIETING, MULTIPLEX 0. TIMMERWERK BESCHIETING Bevestiging: geschroefd, schroefgaten weggewerkt. Plaatranden: alle randen in de overspanningsrichting moeten worden ondersteund. Stuiknaden zijn niet toegestaan, tenzij de lengte langer is dan de standaard handelslengten. 1. TRIPLEX (BRL 1705-05) Type: WBP multiplexplaat (10 jaar garantie). Kwaliteit dekfineer: B/B. Verlijming: Exterieur. Houtsoort binnen- en dekfineer: Okoumé, dikte 1,5 mm. Dikte (mm): 18. Kanten: recht en strak gezaagd. Afwerking: - zij- en zaagkanten: 2x behandeld met PVAC-lijm met verharder. - schroefgaten 2x plamuren. - rondom dekkend behandeld met grondverf volgens lid 46.31.12-a. - zichtzijden dekkend geschilderd volgens lid 46.31.12-b. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. Triplex platen leveren onder KOMO-productcertificaat. .01 DAKOPSTAND De multiplex beschieting op de houten rekjes t.p.v. de dakopstanden van de platte daken. 24.41.51-b TIMMERWERK, BESCHIETING, MULTIPLEX 0. TIMMERWERK BESCHIETING Bevestiging: geschroefd, schroefgaten weggewerkt. Plaatranden: alle randen in de overspanningsrichting moeten worden ondersteund. Stuiknaden zijn niet toegestaan, tenzij de lengte langer is dan de standaard handelslengten. 1. TRIPLEX (BRL 1705-05) Type: WBP multiplexplaat. Kwaliteit dekfineer: B/B. Verlijming: Exterieur. Houtsoort dekfineer: okoumé, dikte 1,5 mm. Houtsoort binnenfineer: okoumé. Oppervlakte-afwerkingsklasse: D (buiten geschikt voor dekkende afwerking). Dikte (mm): zoals volgt uit de tekeningen. Oppervlaktebehandeling: geschuurd. Kanten: recht en strak gezaagd. Afwerking: Woonzorg Zone Nieuwveen

53


22.11.2012

- zij- en zaagkanten: 2x behandeld met PVAC-lijm met verharder. - schroefgaten 2x plamuren. - rondom dekkend behandeld met grondverf volgens lid 46.31.12-a. - zichtzijden dekkend geschilderd volgens lid 46.31.12-b. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in verzinkt stalen uitvoering. Triplex platen leveren onder KOMO-productcertificaat. .01 BUITENWAND De WBP multiplex beschietingen in buiten- en spouwklimaat. 24.41.51-c TIMMERWERK, BESCHIETING, MULTIPLEX 0. TIMMERWERK BESCHIETING Bevestiging: geniet of genageld. Patroon: halfsteensverband. Plaatranden: alle randen in de overspanningsrichting moeten worden ondersteund. 1. TRIPLEX (BRL 1705-05) Type: OSB III constructieplaat. Verlijming: Exterieur. Houtsoort dekfineer: Fins vuren. Houtsoort binnenfineer: Fins vuren. Oppervlakte-afwerkingsklasse: E (buiten, geen speciale eisen). Dikte (mm): 28 (i.v.m. mos-sedum dakbedekking). Oppervlaktebehandeling: glad. Kanten: voorzien van tong en groef. Afwerking kanten: kopse kanten en zij- en zaagkanten 2xbehandelen met PVAC lijm met verharder. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. Triplex platen leveren onder KOMO-productcertificaat. .01 PLAT DAK De dakplaten van de platte houten daken van de buitenbergingen. 24.41.62-a TIMMERWERK, BESCHIETING, OSB PLAAT 0. TIMMERWERK BESCHIETING Bevestiging: geniet of genageld. Patroon: halfsteensverband. Plaatranden: alle randen in de overspanningsrichting moeten worden ondersteund. 1. OSB PLAAT (BRL 1106-06) Type: OSB. Dikte (mm): 25 (i.v.m. mos-sedum dakbedekking). Oppervlaktebehandeling: geschuurd. Afwerking: tweezijdig gelakt. Afwerking kanten: kopse kanten en zij- en zaagkanten 2xbehandelen met PVAC lijm met verharder. Kanten: groef en messing. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. OSB platen leveren onder KOMO-productcertificaat. .01 PLAT DAK De dakplaten van de platte houten daken van de buitenbergingen. 24.52

VLOER-, WAND- EN DAKELEMENTEN

24.52.20-a RUWBOUW STELWERK HOUTEN ELEMENTEN, HOUTEN WANDELEMENT 0. RUWBOUW STELWERK HOUTEN ELEMENTEN Verankering: zoals volgt uit de tekeningen en/of volgens nadere uitwerking fabrikant/leverancier. Montage: de montage inclusief de toe te passen verankeringsen bevestigingsmiddelen, aansluitingsvoorzieningen, ravelingen e.d. Randaansluiting: - randaansluiting tussen wandelementen en omringende constructies: vullen met PURschuim en afdichten met een kitvoeg op rugvulling volgens hoofdstuk 36. - DPC-slabbes t.p.v. aansluitingen aan omringende constructies t.b.v. waterdichtheid. - ruimte tussen wandelementen onderling: vullen met minerale wol en in de lijn van de dampdoorlatende folie voorzien van stroken DPC-folie, dikte 0,5 mm, afwaterend aangebracht en bevestigd met corrosievast stalen nieten. - op vloerranden en bouwmuren de aansluitende constructies tussen de elementen hoogwaardige isolatie aanbrengen. Afwerking gipsplaten: naden voorplakken met rifusiegaas, naden en schroefgaten uitvullen, vlakschuren en nogmaals uitvullen, hierna behangklaar afwerken (Afwerkingniveau overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 44, bijlage B: niveau B). Oppervlaktebehandeling niet verduurzaamde, niet in het zicht komende, met spouw- of buitenlucht in aanraking komende vlakken: behandeld met grondverf volgens lid 46.31.12-a. Woonzorg Zone Nieuwveen

54


22.11.2012

1. HOUTEN WANDELEMENT Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: geïsoleerd houten binnenspouwblad. Samenstelling: - wandregels: Europees vuren (NEN 5466-10), kwaliteitsklasse B, sterkteklasse C24 volgens NEN 6760+w08, vochtgehalte 18%, afmetingen zoals volgt uit de tekeningen c.q. volgens berekening fabrikant/leverancier, h.o.h. circa 600 mm. - isolatiemateriaal: minerale wol, dikte berekenen aan de hand van de vereiste Rcwaarde van 3,5 m²K/W. - dampremmende laag: PE-folie, dikte 100 µm. - beplating binnenzijde: een dubbele laag gipsvezelplaten met verspringende naden en afgeschuinde kanten AK, dikte 2x 12,5 mm. - waterkerende dampdoorlatende folie (waar nodig in UV-bestendige uitvoering). Afmetingen: volgens berekening fabrikant/leverancier en zoals volgt uit de tekeningen. Toebehoren: - ankers en bevestigingsmiddelen: volgens opgave fabrikant/leverancier in thermisch verzinkt stalen uitvoering; de met de buitenlucht in aanraking komende verankeringsen bevestigingsmiddelen in corrosievast stalen uitvoering. - voegdichtingsmateriaal: PUR-schuim en/of kitvoeg op rugvulling volgens hoofdstuk 36. - naadafdichting gipsplaten: . voegwapeningsmateriaal: wapeningsband glasvlies. . voegafwerkingsmateriaal: JointFiller met JointFinisher (Mix) als toplaag. - uitwendige hoeken: Gyproc No-Coat Ultraflex 325 hoekbeschermers. - negge-aftimmering: rondom kozijnopeningen neggelatten en vensterbanken van voorgegronde multiplexplaat bijv. fabrikaat Bruynzeel Multipanel BV, type Interpaint multiplexplaat, dikte 18 mm, dekkend geschilderd volgens lid 46.31.11-b. - DPC-slabbes t.p.v. aansluitingen aan omringende constructies t.b.v. waterdichtheid. - minerale wol bijv. fabrikaat Saint-Gobain Isover Benelux B.V., type Mupan. Houten wandelementen leveren onder KOMO-attest-met-productcertificaat. .01 BUITENWAND, BINNENSPOUWBLAD De geïsoleerde houten binnenspouwbladen. 24.81

ISOLATIE

24.81.11-a ISOLATIEWERK, ISOLATIEPLATEN, HARD KUNSTSTOFSCHUIM PLAAT 0. ISOLATIEWERK, ISOLATIEPLATEN Bevestigingswijze: mechanisch bevestigd dan wel opgesloten tussen de omringende constructies. 1. HARDSCHUIM SPOUWPLAAT (BRL 1304+w06) Fabrikaat: Fabrikaat: Kingspan Insulation B.V. Type: Kooltherm K8 spouwplaat. Materiaal: Resol fenolformaldehydeschuim, CFK en HCFK vrij. Cachering: één zijde glasvlies met PE coating, andere zijde glasvlies met aluminiumfolie. Kanten: sponning. Dikte (mm): berekenen aan de hand van de vereiste Rc-waarde van 3,5 m²K/W. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: corrosievast stalen slagspouwankers in kwaliteit AISI 304, ø 4mm, in kunststof pluggen en kunststof klemschotels, ø 80 mm. Hardschuim spouwplaten leveren onder KOMO-attest-met-productcertificaat. .01 BUITENWAND De hoogwaardige isolatie op bouwmuren en vloerranden tussen de geïsoleerde houten binnenspouwbladen. 24.81.12-a ISOLATIEWERK, ISOLATIEPLATEN, MINERALE WOLPLAAT 0. VERWERKING ISOLATIEPLATEN, BRANDWERENDE AFDICHTING Brand- en rookwerende afdichting (minuten): 60. Afdichting: - Applicom paneel steenwol, tweezijdig brandwerend behandeld met Applicom C. - de ruimte tussen leidingen en kanalen e.d. en tussen de platen onderling worden afgedicht met Applicom C. Sparingen in de afdichtingen volgens nadere opgave betreffende adviseur, installateur en derden. 1. MINERALE WOLPLAAT (BRL 1308+w06) Fabrikaat: Applicom B.V. Type: Applicom plaat. Materiaal: steenwol met brandwerende afwerking. Afwerking: kunsthars, Applicom C, aan twee zijden. Afmetingen (lxbxd) (mm): 1.000x600x60. Toebehoren: - brandwerende coating Applicom C. Minerale wolplaten leveren onder KOMO-productcertificaat.


55


22.11.2012

.01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Het afdichten van doorvoeringen van installatietechnische leidingen, kanalen en kabelgoten e.d. door brandwerende constructies. 24.81.12-b ISOLATIEWERK, ISOLATIEPLATEN, MINERALE WOLPLAAT 0. ISOLATIEWERK, ISOLATIEPLATEN Los gelegd/mechanisch bevestigd. De platen strak tegen elkaar verwerken, eventuele naden opvullen. 1. MINERALE WOLPLAAT (BRL 1308+w06) Fabrikaat: Saint-Gobain Isover Benelux B.V. Type Mupan. Materiaal: glaswol. Dikte (mm): berekenen aan de hand van de vereiste Rc-waarde van 3,5 m²K/W. Cachering: tweezijdig, met glasvlies. Minerale wolplaten leveren onder KOMO-productcertificaat. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Isolatiemateriaal aanbrengen waar nodig, zodat er een doorgaande en omsloten isolatielaag ontstaat, zoals volgt uit de tekeningen. 24.82

VOCHTKERINGEN

24.82.10-a LODEN VOCHTKERINGSSTROOK 0. LOODVRIJE VOCHTKERINGSSTROOK Overlap: 70 mm. Bevestiging: - mechanisch bevestigd met een knelprofiel. 4. LOODVRIJE SLABBE Fabrikaat: Ubbink o.g. Type: Ubiflex waterdichte laag. Materiaal: hoogwaardig gemodificeerde bitumen waterkering met flexibele aluminium drager. Drager: aluminium gaas. Breedte x lengte: zoals volgt uit de tekeningen of in het werk bepalen. Dikte (mm): 2,7 tot 3,0. Kleur: grijs. Toebehoren: - Ubiflexschaar. - bevestigingsmateriaal: Ubiflex Hihg-Tack kit. - bevestigingsmateriaal: Ubiflex voegklem. - aluminium knelprofielen; het knelprofiel bevestigen met corrosievast stalen schroeven in kunststof pluggen, h.o.h. 300 mm, de knelprofielen aan de bovenzijde waterdicht afkitten. .01 BUITENWAND De Ubiflex vochtkeringen als loodvervanger t.p.v. de onderaansluiting van Sealwood gevelbeschietingen en Falzinc® Felsplaat gevelbekledingen, zoals volgt uit de tekeningen. .02 DETAILS De Ubiflex vochtkeringen als loodvervanger aanbrengen, overal waar nodig, zoals volgt uit de tekeningen. 24.82.30-a KUNSTSTOF VOCHTKERINGSSTROOK 0. KUNSTSTOF VOCHTKERINGSSTROOK Bevestiging: verlijmd. Strooklengte: zoals volgt uit de tekeningen. Overlap: 70 mm. 4. KUNSTSTOFFOLIE Fabrikaat: Comprifalt b.v. Type: 1000. Materiaal: PVC. Dikte (µm): 450, overige afmetingen zoals volgt uit de tekeningen. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: bij de slabbe behorende PVC lijm (beide hechtvlakken insmeren met lijm). .01 DETAILS Aanbrengen, overal waar nodig, zoals volgt uit de tekeningen. 24.82.30-b KUNSTSTOF VOCHTKERINGSSTROOK 0. KUNSTSTOF VOCHTKERINGSSTROOK Bevestiging: mechanisch bevestigd. Strooklengte: zoals volgt uit de tekeningen. Overlap: 70 mm.


56


22.11.2012

4. KUNSTSTOFFOLIE Fabrikaat: Comprifalt b.v. Type: 5000. Materiaal: DPC. Dikte (µm): 500. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen. .01 BUITENWAND De DPC-slabbes t.p.v. de randaansluitingen van de geïsoleerde houten binnenspouwbladen. .02 DETAILS Aanbrengen, overal waar nodig, zoals volgt uit de tekeningen. 24.83

DAMPREMMENDE/DAMPDOORLATENDE LAGEN

24.83.10-a DAMPREMMENDE LAAG, KUNSTSTOFFOLIE 0. DAMPREMMENDE FOLIE Bevestigingswijze: mechanisch bevestigd. Overlap naden: 70 mm. Overlappen geplakt met dubbelzijdige tape. De dampremmende laag moet een strak en gesloten geheel vormen. 1. KUNSTSTOFFOLIE Type: dampremmende folie. Materiaal: polyetheen. Dikte (µm): 100. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen. .01 BUITENWAND De dampremmende folie in de geïsoleerde houten binnenspouwbladen. .02 DETAILS Aanbrengen, overal waar nodig, zoals volgt uit de tekeningen. 24.83.20-a DAMPDOORLATENDE LAAG, KUNSTSTOFFOLIE 0. DAMPDOORLATENDE LAAG Bevestigingswijze: mechanisch bevestigd. Overlap naden: 70 mm. De dampdoorlatende laag moet een strak en gesloten geheel vormen. 1. KUNSTSTOFFOLIE Fabrikaat: Dörken. Type: UV-bestendige waterkerende dampdoorlatend folie type Delta-Fassade plus. Materiaal: Polyestervlies. Kleur: zwart. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. .01 BUITENWAND De waterkerende dampdoorlatende folie op het regelwerk achter Sealwood gevelbeschietingen en Falzinc® Felsplaat gevelbekledingen. .02 DETAILS Aanbrengen, overal waar nodig, zoals volgt uit de tekeningen. 24.85


24.85.90-a DIVERSE ANKERS EN BEVESTIGINGSMIDDELEN 0. DIVERSE ANKERS EN BEVESTIGINGSMIDDELEN Diverse verankeringen en bevestigingsmiddelen t.b.v. bouwkundige werken en installaties. Uitvoering en plaats volgens opgave betreffende adviseur, installateur en derden. Materiaal: - voor toepassing buiten en in de spouw, in corrosievast stalen uitvoering in kwaliteit A2. - voor toepassing binnen, in thermisch verzinkt stalen uitvoering; ter bescherming van de verzinklaag moet deze gechromateerd zijn. - in het zicht komende verankeringsen bevestigingsmiddelen meecoaten of schilderen in de kleur van het betreffende onderdeel. Ankers en bevestigingsmiddelen mogen in geen geval contactcorrosie of verkleuring veroorzaken, hiertoe de met elkaar in aanraking komende delen onderling van elkaar scheiden door een isolerend materiaal. Verankeringen van dragende onderdelen dienen voldoende brandwerende dekking te hebben of aanvullend brandwerend bekleed te worden. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Diverse verankeringen en bevestigingsmiddelen t.b.v. bouwkundige werken, dienstleidingen en installaties.


57


22.11.2012

VOORZIENINGEN IN RUWBOUWTIMMERWERK

24.90.10-a SPARINGEN 0. SPARING Sparingen t.b.v. bouwkundige werken en installaties, afmetingen en plaats volgens opgave betreffende adviseur, installateur en derden. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Sparingen t.b.v. bouwkundige werken, dienstleidingen en installaties. 24.90.20-a DOORVOER- EN MANTELBUIZEN 0. DOORVOER- EN MANTELBUIZEN Doorvoer- en mantelbuizen t.b.v. bouwkundige werken en installaties, afmetingen en plaats volgens opgave betreffende adviseur, installateur en derden. De doorvoeren mantelbuizen in buitenwanden afwaterend naar buiten toe aanbrengen. Doorvoer- en mantelbuizen die een brandscheiding doorkruizen moeten t.p.v. deze brandscheiding in dezelfde brandwerendheid worden uitgevoerd als de brandscheiding. De gekozen oplossing moet aantoonbaar voldoen aan de NEN 6069. Certificaten en/of testrapporten moeten zijn opgesteld door een algemeen erkende en bevoegde instantie en worden bewaard in een logboek. Toebehoren: - afdichtingspluggen. - afdichtingsmateriaal, waar nodig in brandwerende uitvoering. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Doorvoer- en mantelbuizen t.b.v. bouwkundige werken, dienstleidingen en installaties. 24.90.90-a VLEERMUISKASTJE 0. VLEERMUISKASTJE Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: vleermuiskastje. Materiaal: houtbeton. Afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. .01 VLEERMUISKASTJE Vleermuiskastjes leveren en aanbrengen in de gevels, plaats en aantal zoals aangegeven op de geveltekeningen. 24.93


24.93.10-a DICHTEN SPARINGEN 0. DICHTEN SPARINGEN Sparingen, doorvoeringen en restruimten afdichten met voor het betreffende onderdeel geschikte bouwstoffen ter goedkeuring directie. Deze bouwstoffen dienen tevens te voldoen aan de geluiden brandwerendheid welke wordt gesteld aan deze onderdelen. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Sparingen, doorvoeringen en restruimten afdichten.


58


25

METAALCONSTRUCTIEWERK

25.00

ALGEMEEN

25.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. VISUELE EISEN STAALCONSTRUCTIES Aan de in het zicht komende staalconstructies en stalen onderdelen worden hoge visuele eisen gesteld: - toleranties dienen tot een minimum beperkt te worden e.e.a. zodanig dat de verschillende onderdelen passend op elkaar aansluiten. - lasnaden dienen een regelmatig en strak uiterlijk te hebben, vrij zijn van poriën, eindkraters, randinkartelingen, scheuren en lasspatten. - buisprofielen met gelaste naad mogen voor in het zicht blijvende onderdelen niet worden toegepast. - bij kokerprofielen met gelaste naad moet de lasnaad uit het zicht geplaatst worden. - in het zicht blijvende uiteinden van buis- en kokerprofielen dichtlassen. - als gevolg van bevestiging mogen op de in het zicht blijvende onderdelen geen onregelmatigheden of vervormingen zichtbaar zijn. - onderdelen waarin water kan blijven staan, voorzien van voldoende gaten voor waterafvoer. - zeeg in liggers mag geen visuele verstoringen veroorzaken.

25.00.29

EISEN EN UITVOERING: AANVULLEND 02. THERMISCH VERZINKEN Thermisch verzinken, overeenkomstig NEN-EN-ISO 1461-99, laagdikte 80 µm, t.b.v. de stalen constructie onderdelen zoals volgt uit het bestek. - alvorens te verzinken de walshuid verwijderen d.m.v. stralen, reinigingsgraad SA 2,5. - alle mechanische bewerkingen zoals lassen, boren, e.d. dienen vóór het verzinken te geschieden. - voor het op de juiste plaats brengen van ontluchtings- en uitstroomgaten eventueel de verzinkerij raadplegen. Indien onderdelen van constructies in verband met montage gemerkt moeten worden, kan dit het beste geschieden d.m.v. slagcijfers of door het aanbrengen van merkplaatjes. Het merken met verf en/of vetkrijt dient vermeden te worden. - beschadigingen van zinkdeklagen tijdens transport en montage afsolderen met zinklegeringslaag. Vooraf de bij te werken plekken goed schoonmaken. - overmatige zinkaangroei, ruwe oppervlakken, oneffenheden, druipvlakken en -randen, contactvlakken ontstaan tijdens het verzinkproces e.d. van in het zicht blijvende, niet nader af te werken zinkdeklagen zijn niet toegestaan. - tapgaten na het thermisch verzinken opnieuw tappen. - na het thermisch verzinken de staalconstructies en stalen onderdelen waar nodig narichten. 03. BESCHADIGING VAN CONSERVERING De oppervlakken waarvan de conserverende laag beschadigd is, direct na het monteren ontroesten, ontvetten en bijwerken. 04. HULPCONSTRUCTIES Bevestiging van hulpconstructies aan de staalconstructies en stalen onderdelen behoeft de toestemming van de directie.

25.00.30

INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN 09. MELDING AANVANG De aannemer moet de directie tijdig melden wanneer een aanvang wordt gemaakt met de werkzaamheden en wanneer de volgende bewerking plaats vindt. 90. TEKENINGEN De aannemer dient aan de hand van de door de directie verstrekte gegevens werktekeningen op schaal 1:20 en detailtekeningen op schaal 1:5 te vervaardigen van de volgende onderdelen: - alle in de werkbeschrijving genoemde onderdelen. De werktekeningen moeten volgende gegevens bevatten: - type en soort onderdeel. - afmetingen en samenstelling van de hoofdmaten. - opleggingen en bevestigingen. - kwaliteit/klasse van de bevestigingsmiddelen en uitvoering schroefdraad (gesneden of gerold). - aansluitingen onderling en op andere constructiedelen. - doorvoeringen, sparingen en op te nemen onderdelen. - de fabrieksmatig aan te brengen oppervlaktebehandeling. - merken. - de voorzieningen die in het werk moeten worden aangebracht voordat de onderdelen worden gemonteerd. - de afzonderlijke onderdelen zoals deze in het werk worden aangebracht. - plaats stuiklassen. - de lasnaadvormen en de vormen van voorbewerking van de lasnaden. - het lasproces. In een renvooi moeten ten minste zijn vermeld:


22.11.2012

59


22.11.2012

- staalsoort en -kwaliteit. - het symbool voor de desoxydatiemethode. - de verwijzing naar NEN-EN 10025-1-04. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2 alsmede het benodigd aantal t.b.v. indiening bij de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht. Na goedkeuring van de directie zorgt de aannemer via de constructeur, indien nodig, voor indiening bij en goedkeuring van de plaatselijke bouwinstanties. 91. BEREKENINGEN De aannemer dient aan de hand van de door de directie verstrekte gegevens (detail)berekeningen van de profielen, de verbindingen en verankeringen op sterkte en stijfheid conform de geldende voorschriften te vervaardigen voor de volgende onderdelen: - alle in de werkbeschrijving genoemde onderdelen. De berekening van de onderdelen moet alle stadia waarin een onderdeel komt te verkeren beslaan; vanaf het moment van vervaardiging (fabricage, opslag, transport, montage en definitieve toestand met inbegrip van temperatuur en krimpinvloeden). Zo nodig past de aannemer de hoogte en/of de wanddikte van de profielen, de verbindingen en/of verankeringen aan aan de uit deze berekeningen voortvloeiende eisen; dergelijke aanpassingen zijn niet verrekenbaar. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2 alsmede het benodigd aantal t.b.v. indiening bij de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht. Na goedkeuring van de directie zorgt de aannemer via de constructeur, indien nodig, voor indiening bij en goedkeuring van de plaatselijke bouwinstanties. 92. KWALITEITSRAPPORT LASWERK De aannemer maakt op basis van het bestek een kwaliteitsrapport betreffende het laswerk. Het rapport verschijnt bij de start van het laswerk en moet de belangrijkste gegevens bevatten aangaande: - goedgekeurde tekeningen. - lasmethodeproces (LMB). - lastoevoegmateriaal. - lassers- en lasmethodekwalificatie (LK en LMK). - certificaten bouwstoffen. - visueel, destructief en niet-destructief onderzoek. Het rapport moet worden aangevuld met de kwaliteitsgegevens van de fabricage en van de montage. Het rapport in tweevoud aan de directie overhandigen. 25.00.70

MEET- EN VERREKENMETHODEN: ALGEMEEN 90. SECUNDAIRE ONDERDELEN Alle niet op tekening aangegeven secundaire onderdelen, zoals ankers, schetsplaten, aangelaste kopplaten, lassen, verbindingen e.d. nodig voor het uitvoeren van een complete constructie worden niet verrekend.

25.31

SKELET

25.31.10-a STAALSKELET 0. STAALSKELET Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Skeletonderdelen: - kolommen. - liggers. - samengestelde IFB-liggers. - geveldragers. - verstijvingingen/schoren. - verbindingen. - zeeg: volgens opgave constructeur. Afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Staalsoort en -kwaliteit (NEN-EN 10025-1-04): - warmgewalste profielen S235JRG2. - warmgevormde kokerprofielen S275J2H. - warmgevormde naadloos getrokken buisprofielen S275JOH. - samengestelde IFB/THQ-liggers S355JRG4. - trekstangen S355J2G3. Oppervlaktebehandeling en afwerking: Stalen onderdelen die in aanraking komen met metselwerk, beton en/of buitenlucht, in spouwen of in niet controleerbaar vochtig milieu dienen minimaal de volgende oppervlaktebehandelingen en afwerkingen te verkrijgen: - In het zicht blijvend: thermisch verzinkt overeenkomstig NEN-EN-ISO 1461-99, voorzien van een 2 laagse polyester poedercoating, volgens lid 46.32.19-a, in nader door architect te bepalen RAL-kleur. - Niet in het zicht blijvend: thermisch verzinkt overeenkomstig NEN-EN-ISO 1461-99, voorzien van een epoxycoating volgens lid 46.32.24-b. Woonzorg Zone Nieuwveen

60


22.11.2012

Stalen onderdelen binnen: - in het zicht blijvend: dekkend schilderen volgens lid 46.32.11-a. - niet in het zicht blijvend: dekkend schilderen volgens lid 46.32.11-b. Brandwerend schilderwerk/ brandwerende bekleding: - hoofddraagconstructies die in het zicht komen min. 60/90/120 minuten brandwerend schilderen volgens lid 46.32.72-a. - hoofddraagconstructies die niet in het zicht komen min. 60/90/120 minuten brandwerend bekleden met Promatect. Toebehoren: - ankers, bevestigingsmiddelen, bouten en moeren e.d.: zie 25.83. - oplegvoorzieningen: volgens opgave constructeur. Lassen en bouten/boutverbindingen in een zodanige volgorde aanbrengen dat geen (thermische) spanningen in het materiaal komen. 4. RUWBOUW STELWERK METAALCONSTRUCTIE Verankering: zoals volgt uit de tekeningen en/of volgens nadere uitwerking fabrikant/leverancier. In het werk te maken verbindingen: zoals volgt uit de tekeningen. Lassen en bouten/boutverbindingen in een zodanige volgorde aanbrengen dat geen (thermische) spanningen in het materiaal komen. Bij in het zicht blijvende onderdelen bramen en scherpe kanten afslijpen. .01 SKELET De staalconstructies, zoals volgt uit de tekeningen. 25.32

CONSTRUCTIE-ONDERDELEN

25.32.20-a STALEN KOLOM 0. STALEN KOLOM (NEN-EN 1090-2+w11) Kolomvorm: rond. Kolomafmetingen (mm): zoals volgt uit de tekeningen, wanddikte volgens opgave constructeur. Toleranties: volgens DIN 2391, naadloos. Kolomonderdelen: - profiel: naadloos getrokken buisprofiel. - aangelaste kop-, voet- en overige platen. - aangelaste bouwkundige voorzieningen, zoals volgt uit de tekeningen. - de buiskolommen vullen met beton volgens hoofdstuk 21. Staalsoort en -kwaliteit (NEN-EN 10025-1-04): S275JRH. Oppervlaktebehandeling en afwerking: Stalen onderdelen die in aanraking komen met metselwerk, beton en/of buitenlucht, in spouwen of in niet controleerbaar vochtig milieu dienen minimaal de volgende oppervlaktebehandelingen en afwerkingen te verkrijgen: - In het zicht blijvend: thermisch verzinkt overeenkomstig NEN-EN-ISO 1461-99, voorzien van een 2 laagse polyester poedercoating, volgens lid 46.32.19-a, in nader door architect te bepalen RAL-kleur. - Niet in het zicht blijvend: thermisch verzinkt overeenkomstig NEN-EN-ISO 1461-99, voorzien van een epoxycoating volgens lid 46.32.24-b. Stalen onderdelen binnen: - in het zicht blijvend: dekkend schilderen volgens lid 46.32.11-a. - niet in het zicht blijvend: dekkend schilderen volgens lid 46.32.11-b. Brandwerend schilderwerk: - indien kolommen worden gevuld met beton hoeft geen brandwerend schilderwerk te worden aangebracht. Toebehoren: - ankers, bevestigingsmiddelen, bouten en moeren e.d.: zie 25.83. - oplegvoorzieningen: volgens opgave constructeur. 4. STELWERK STAALCONSTRUCTIE (NEN-EN 1090-2+w11) Verankering: zoals volgt uit de tekeningen en/of volgens nadere uitwerking fabrikant/leverancier. In het werk te maken verbindingen: zoals volgt uit de tekeningen. Lassen en bouten/boutverbindingen in een zodanige volgorde aanbrengen dat geen (thermische) spanningen in het materiaal komen. Bij in het zicht blijvende onderdelen bramen en scherpe kanten wegslijpen. .01 KOLOM De stalen buiskolommen, zoals volgt uit de tekeningen. 25.32.20-b STALEN KOLOM 0. STALEN KOLOM (NEN-EN 1090-2+w11) Kolomvorm: vierkante buis, warm gevormd. Kolomonderdelen: - profiel: kokerprofiel, afmetingen zoals volgt uit de tekeningen. - aangelaste kop-, voet- en overige platen. - aangelaste bouwkundige voorzieningen, zoals volgt uit de tekeningen. - de kokerkolommen vullen met beton volgens hoofdstuk 21. Staalsoort en -kwaliteit (NEN-EN 10025-1-04): S275JOH. Oppervlaktebehandeling en afwerking: Stalen onderdelen die in aanraking komen met Woonzorg Zone Nieuwveen

61


22.11.2012

metselwerk, beton en/of buitenlucht, in spouwen of in niet controleerbaar vochtig milieu dienen minimaal de volgende oppervlaktebehandelingen en afwerkingen te verkrijgen: - In het zicht blijvend: thermisch verzinkt overeenkomstig NEN-EN-ISO 1461-99, voorzien van een 2 laagse polyester poedercoating, volgens lid 46.32.19-a, in nader door architect te bepalen RAL-kleur. - Niet in het zicht blijvend: thermisch verzinkt overeenkomstig NEN-EN-ISO 1461-99, voorzien van een epoxycoating volgens lid 46.32.24-b. Stalen onderdelen binnen: - in het zicht blijvend: dekkend schilderen volgens lid 46.32.11-a. - niet in het zicht blijvend: dekkend schilderen volgens lid 46.32.11-b. Brandwerend schilderwerk: - indien kolommen worden gevuld met beton hoeft geen brandwerend schilderwerk te worden aangebracht. Toebehoren: - ankers, bevestigingsmiddelen, bouten en moeren e.d.: zie 25.83. - oplegvoorzieningen: volgens opgave constructeur. 4. STELWERK STAALCONSTRUCTIE (NEN-EN 1090-2+w11) Verankering: zoals volgt uit de tekeningen en/of volgens nadere uitwerking fabrikant/leverancier. In het werk te maken verbindingen: zoals volgt uit de tekeningen. Lassen en bouten/boutverbindingen in een zodanige volgorde aanbrengen dat geen (thermische) spanningen in het materiaal komen. Bij in het zicht blijvende onderdelen bramen en scherpe kanten wegslijpen. .01 KOLOM De stalen kokerkolommen, zoals volgt uit de tekeningen. 25.32.30-a STALEN LIGGER 0. STALEN LIGGER Liggeropbouw: - profiel: IPE-profiel, zoals volgt uit de tekeningen. - aangelaste kop- en voetplaten. - zeeg: volgens opgave constructeur. Staalsoort en -kwaliteit (NEN-EN 10025-1-04): S235JRG2. Oppervlaktebehandeling (NEN-EN-ISO 1461-09): thermisch verzinkt. Toebehoren: - ankers, bevestigingsmiddelen, bouten en moeren e.d.: zie 25.83. - oplegvoorzieningen: volgens opgave constructeur. 4. RUWBOUW STELWERK METAALCONSTRUCTIE Verankering: zoals volgt uit de tekeningen en/of volgens nadere uitwerking fabrikant/leverancier. In het werk te maken verbindingen: zoals volgt uit de tekeningen. Lassen en bouten/boutverbindingen in een zodanige volgorde aanbrengen dat geen (thermische) spanningen in het materiaal komen. Bij in het zicht blijvende onderdelen bramen en scherpe kanten afslijpen. .01 LIGGER De hijsbalk in de liftschachten. 25.32.30-b STALEN LIGGER 0. STALEN LIGGER Liggeropbouw: - profiel: L-profiel, zoals volgt uit de tekeningen. - aangelaste kop- en voetplaten. - zeeg: volgens opgave constructeur. Staalsoort en -kwaliteit (NEN-EN 10025-1-04): S235JRG2. Oppervlaktebehandeling: thermisch verzinkt overeenkomstig NEN-EN-ISO 1461-99. Afwerking: in het zicht komende delen dekkend gepoedercoat volgens 46.32.19-a in nader door architect te bepalen RAL-kleur. Toebehoren: - ankers, bevestigingsmiddelen, bouten en moeren e.d.: zie 25.83. - oplegvoorzieningen: volgens opgave constructeur. 4. RUWBOUW STELWERK METAALCONSTRUCTIE Verankering: zoals volgt uit de tekeningen en/of volgens nadere uitwerking fabrikant/leverancier. In het werk te maken verbindingen: zoals volgt uit de tekeningen. Lassen en bouten/boutverbindingen in een zodanige volgorde aanbrengen dat geen (thermische) spanningen in het materiaal komen. Bij in het zicht blijvende onderdelen bramen en scherpe kanten afslijpen. .01 LIGGER De stalen liggers t.b.v. de oplegging van de prefab betonnen balkons, galerijen en bordessen in de gemeenschappelijke trappenhuizen.


62


22.11.2012

25.32.30-c STALEN LIGGER 0. STALEN LIGGER (NEN-EN 1090-2+w11) Liggeropbouw: - profiel: zoals volgt uit de tekeningen. - zeeg: volgens opgave constructeur. - aangelaste kop-, voet- en overige platen. - aangelaste bouwkundige voorzieningen, zoals volgt uit de tekeningen. Staalsoort en -kwaliteit (NEN-EN 10025-1-04): S235JRG2. Oppervlaktebehandeling en afwerking: Stalen onderdelen die in aanraking komen metmetselwerk, beton en/of buitenlucht, in spouwen of in niet controleerbaar vochtig milieu dienen minimaal de volgende oppervlaktebehandelingen en afwerkingen te verkrijgen: - In het zicht blijvend: thermisch verzinkt overeenkomstig NEN-EN-ISO 1461-99, voorzien van een 2 laagsepolyester poedercoating, volgens lid 46.32.19-a, in nader door architect te bepalen RAL-kleur. - Niet in het zicht blijvend: thermisch verzinkt overeenkomstig NEN-EN-ISO 1461-99, voorzien van een epoxycoating volgens lid 46.32.24-b. Stalen onderdelen binnen: - in het zicht blijvend: dekkend schilderen volgens lid 46.32.11-a. - niet in het zicht blijvend: dekkend schilderen volgens lid 46.32.11-b. Brandwerend schilderwerk/ brandwerende bekleding: - hoofddraagconstructies die in het zicht komen min. 60 minuten brandwerend schilderen volgens lid 46.32.72-a. - hoofddraagconstructies die niet in het zicht komen min. 60 minuten brandwerend bekleden met Promatect H. Toebehoren: - ankers, bevestigingsmiddelen, bouten en moeren e.d.: zie 25.83. - oplegvoorzieningen: volgens opgave constructeur. 4. STELWERK STAALCONSTRUCTIE (NEN-EN 1090-2+w11) Verankering: zoals volgt uit de tekeningen en/of volgens nadere uitwerking fabrikant/leverancier. In het werk te maken verbindingen: zoals volgt uit de tekeningen. Lassen en bouten/boutverbindingen in een zodanige volgorde aanbrengen dat geen (thermische) spanningen in het materiaal komen. Bij in het zicht blijvende onderdelen bramen en scherpe kanten wegslijpen. .01 LIGGER De stalen liggers. 25.82

OPLEGGINGEN

25.82.10-a VOEGMORTEL, VOEGVULLING MET HARDE VOEGVULLINGSMASSA 0. VOEGMORTEL, KRIMPARM Samenstelling (CUR-Aanbeveling 24-91): - fabrieksmatig vervaardigd. Mortelsoort: ondersabelingsmortel. Morteltype: 2. Sterkteklasse: de sterkteklasse van de voeg dient minimaal gelijk te zijn aan de maatgevende betondruksterkte van de aansluitende betonconstructie. Krimp: ten hoogste 1 mm/m. Vullingsgraad: 90%. 1. VOEGVULLING MET MORTEL Steenachtige elementen moeten ter plaatse van opleggingen zo spoedig mogelijk na het stellen volledig zijn ondersabeld. .01 KOLOM De ondersabeling t.b.v. de stalen kolommen. 25.82.19-a BOUWVILT 0. BOUWVILT Samenstelling: - materiaal: 2 lagen hoog moleculair PE-folie gesmeerd met siliconenvet, dubbelzijdig beschermd door synthetisch vilt, rondom afgetaped. Maximale belasting (N/mm²): volgens opgave constructeur. Wrijvingscoëfficiënt: 0,08. Afmetingen: dikte 6 mm, overige afmetingen zoals volgt uit de tekeningen. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen. .01 LIGGER De opleggingen van stalen liggers.


63


22.11.2012

TOEBEHOREN

25.83.19-a DIVERSE ANKERS EN BEVESTIGINGSMIDDELEN 0. DIVERSE ANKERS EN BEVESTIGINGSMIDDELEN Diverse verankeringen en bevestigingsmiddelen zoals bouten en moeren, draadeinden, aanlaseinden, chemische ankers etc. conform opgave constructeur, leverancier van de betreffende onderdelen, installateur en derden. Uitvoering en plaats volgens opgave betreffende adviseur, installateur en derden. Kwaliteit: - kwaliteit van bouten en moeren min. 8.8. - kwaliteit van ankers min. 4.6. Materiaal: - voor toepassing buiten en in de spouw, in corrosievast stalen uitvoering in kwaliteit A2. - voor toepassing binnen, in thermisch verzinkt stalen uitvoering; ter bescherming van de verzinklaag moet deze gechromateerd zijn. - in het zicht komende verankeringsen bevestigingsmiddelen uitvoeren met lage dopmoeren en deze meecoaten of schilderen in de kleur van het betreffende onderdeel. Verankeringen en bevestigingsmiddelen van metaalwerken moeten wat vorm, sterkte, afwerking en materiaalsamenstelling betreft, in overeenstemming zijn met de te bevestigen onderdelen. Ankers en bevestigingsmiddelen mogen in geen geval contactcorrosie of verkleuring veroorzaken, hiertoe de met elkaar in aanraking komende delen onderling van elkaar scheiden door een isolerend materiaal. Verankeringen van dragende onderdelen dienen voldoende brandwerende dekking te hebben of aanvullend brandwerend bekleed te worden. .01 CONSTRUCTIE Diverse verankeringen en bevestigingsmiddelen t.b.v. bouwkundige werken en installaties. 25.83.29-a CHEMISCH BOORANKER 0. CHEMISCH CAPSULE-ANKER MET ANKERSTANG Fabrikaat en type: volgens opgave constructeur. Materiaal: - staal, elektrolytisch verzinkt, klasse 5.8. voor binnen. - corrosievast staal in kwaliteit A2, klasse 80 voor buiten. .01 KOLOM Chemische ankers t.b.v. de verankering van de stalen kolommen in steenachtige vloeren. 25.83.93-a BEVESTIGINGSMIDDELEN, STEKANKER 0. STEKANKER Fabrikaat: DEMU/VEMO b.v. te Utrecht, of daarmee overeenkomend. Type en volgens berekening fabrikant/leverancier. Materiaal: - draadbus: stalen precisiebuis, elektrolytisch verzinkt voor binnen. - draadbus: corrosievast staal A2, klasse 80 voor buiten. - betonstaal B 500B overeenkomstig NEN 6008-08. .01 CONSTRUCTIE De stekankers voor de bevestiging van de staalconstructies en stalen onderdelen aan de betonconstructies.


64


30

KOZIJNEN, RAMEN EN DEUREN

30.00

ALGEMEEN

30.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. PATROON BEVESTIGINGSMIDDELEN In het zicht blijvende bevestigingsmiddelen, alleen indien dit in de ontwerpdetails is toegestaan, moeten volgens een regelmatig patroon zijn aangebracht. 91. AANSLUITINGEN AAN HET OMRINGENDE WERK De aansluitingen op het omringende werk behoren tot het werk van de fabrikant/ leverancier van het betreffende onderdeel, de belangrijkste aansluitsituaties zijn in principe weergegeven in de details, voor de niet aangegeven details gelden overeenkomstige eisen. De hulpprofielen welke noodzakelijk zijn in verband met de aansluiting op het omringende werk dienen meegeleverd te worden in hetzelfde materiaal en met dezelfde afwerking als de betreffende onderdelen. De aansluitingen op het omringende werk dienen zodanig te zijn, dat damptransport van binnen naar een holte in de constructie wordt voorkomen; voegvullingen zijn aan de binnenzijde derhalve noodzakelijk bij alle aansluitingen op omringende werk. Aan de buitenzijde dient eveneens een afdichting op het omringende werk te worden aangebracht. Voor voegvullingen zie hoofdstuk 36. 92. TOEGANGSCONTROLE EN BEVEILIGING Indien op de kozijnstaat is aangegeven dat er voorzieningen aangebracht moeten worden voor beveiliging en/of toegangscontrole, moet de aannemer rekenen op het uitvoeren van de volgende werkzaamheden: - het leveren en aanbrengen van ledige buisleidingen in kozijn-, deuren raamprofielen. - het maken van gaten, sparingen en sleuven in kozijn-, deuren raamprofielen, voor het verzonken inbouwen van technische componenten. - het dichten van gaten, sparingen en sleuven in kozijn-, deuren raamprofielen met overeenkomstig materiaal als waar de kozijnen, deuren en ramen van zijn gemaakt. - het leveren en aanbrengen van verstevigingsplaten ten behoeve van deurdrangers en dergelijke. - het opnemen van gesloten slotkasten in kozijnprofielen, geschikt voor het inplaatsen van de toe te passen sloten of -sluitplaten. - het monteren van de door de installateur aan te leveren elektrische sloten of sluitplaten. Voornoemde voorzieningen moeten zodanig worden uitgevoerd dat na het aanbrengen van de installatie(s) geen installatie-onderdelen zichtbaar zijn en de eisen met betrekking tot de brandwerendheid en geluidwerendheid niet worden aangetast. 93. BESCHERMING Vooraf afgewerkte kozijnen, ramen, deuren, puien in het werk tegen beschadigingen beschermen met beschermfolie.

30.00.30

INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN 90. HANG- EN SLUITWERK LIJSTEN De aannemer dient aan de hand van de door de directie verstrekte gegevens hang- en sluitwerk lijsten te vervaardigen. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring: 4. - goedgekeurde: 2. Tijdstip van verstrekking: tijdig, voor de levering van het hang- en sluitwerk.

30.00.32

informatie-overdracht: monsters 90. MONSTER TER BEOORDELING Voordat onderstaande bouwstoffen door de aannemer worden besteld hiervan een monster ter beoordeling aan de directie voorleggen: - van de aan te brengen kozijn-, deuren raamprofielen. - van al het aan te brengen hang- en sluitwerk. - van alle lekdorpelprofielen.

30.00.50

BIJBEHORENDE VERPLICHTINGEN: ALGEMEEN 90. EISEN KOZIJNEN, RAMEN EN DEUREN Alle kozijnen, ramen en deuren dienen vervaardigd te worden in een daartoe gespecialiseerd en goed geoutilleerd bedrijf ter goedkeuring directie. De houten kozijnen e.d. moeten door SKH worden gecertificeerd en door het garantiefonds timmerwerken worden gegarandeerd. De timmerfabriek moet voldoen aan de eisen van KOMO. Voor metalen kozijnen, ramen en deuren geldt tevens dat het bedrijf lid moet zijn van de VMRG. Alle bereikbare buitenkozijnen, -ramen en -deuren met het bijbehorende hang- en sluitwerk dienen te voldoen aan Inbraakwerendheidsklasse 2 volgens NEN 5096+c11 en het Politiekeurmerk Veilig Wonen®.


22.11.2012

65

Bart Duvekot Architecten 98.02.07.E 30.00.60

BOUWSTOFFEN: ALGEMEEN 90. VERANKERINGEN EN BEVESTIGINGSMIDDELEN Indien niet nader omschreven gelden voor alle aan te brengen verankeringen en bevestigingsmiddelen de volgende eisen: - voor toepassing buiten en in de spouw, in corrosievast stalen uitvoering in kwaliteit A2, bij aluminium kozijnen en puien in aluminium uitvoering. - voor toepassing binnen, in thermisch verzinkt stalen uitvoering; ter bescherming van de verzinklaag moet deze gechromateerd zijn. - in het zicht komende verankeringsen bevestigingsmiddelen meecoaten of schilderen in de kleur van het betreffende onderdeel. - ter plaatse van profieldoorboringen ten behoeve van ankers voorzieningen treffen zodat damptransport tussen vertreklucht en spouwlucht door de gaten onmogelijk is. Verankeringen en bevestigingsmiddelen van kozijnen en puien moeten wat vorm, sterkte, afwerking en materiaalsamenstelling betreft, in overeenstemming zijn met de te bevestigen onderdelen. Zij mogen in geen geval contactcorrosie of verkleuring veroorzaken, hiertoe de met elkaar in aanraking komende delen onderling van elkaar scheiden door een isolerend materiaal. 91. GECERTIFICEERDE SLEUTELS De aan te brengen europrofielcilinders in het gehele project dienen met gecertificeerde sleutels te worden geleverd waarbij de cilinders in een generaal hoofdsleutelsysteem uitgevoerd dienen te worden. Hierin worden 4 gradatieniveau's aangehouden: - niveau 1: de generaal hoofdsleutel opent en sluit alle cilinders in het gehele project. - niveau 2: de hoofdgroepensleutel opent en sluit alle cilinders van een bepaald gebruiksgebied zoals algemeneen technische ruimten, de groepswoningen en de afzonderlijke woningen. - niveau 3: de groepensleutel opent en sluit alle cilinders van o.a. hoofdentree en bergingblokken t.b.v. bewoners en gebruikers groepswoningen. - niveau 4: separate sleutels voor o.a. werkkasten en technische ruimten e.d. 92. BRANDWERENDHEID De voorgeschreven brandwerendheid van de betreffende onderdelen, gelden zowel voor de betreffende onderdelen als ook voor de daarin opgenomen beglazing, paneelvullingen, de draaiende delen en de aansluitingen op de omringende constructies. Bij brandwerende beglazingen en panelen, dient men ook brandwerende profielen, rubbers, kitten e.d. toe te passen e.e.a. volgens de richtlijnen van de fabrikant/leverancier en conform Komo-Attest / CE Markering. De aannemer dient aan te tonen (in de Nederlandse taal) dat de betreffende combinaties voldoen aan de gestelde brandwerendheidseisen, e.e.a. middels certificaten en/of testrapporten. Een combinatie van los geteste onderdelen is niet toegestaan. Testrapporten moeten zijn opgesteld door een algemeen erkende en bevoegde instantie en worden bewaard in een logboek. 93. BESCHERMING De vooraf afgewerkte onderdelen tijdens de bouw tegen mechanische beschadigingen beschermen. 94. DUBO Gebruik uitsluitend duurzaam geproduceerd hout met FSC-keurmerk.

30.00.70

MEET- EN VERREKENMETHODEN: ALGEMEEN 90. LUCHT- EN WATERDICHTHEIDSEISEN Voor alle aan te brengen buitenkozijnen, -ramen en -deuren en voor de totale gebouwschil gelden de luchtdichtheids- en waterdichtheidseisen volgens NEN 2778+w04. Bij de constructie als geheel wordt het oppervlak van de desbetreffende constructie bepaald t.o.v. het buitenoppervlak en betreft representatieve delen van de gevel. 91. KEURING EN CONTROLE De aannemer zal de directie tijdig op de hoogte stellen van de fabricage van de kozijnen, ramen en deuren om de volgende controles te kunnen uitvoeren: - Controle tijdens de fabricage: . de gereedgekomen onderdelen worden voor de eerste maal door de directie gecontroleerd in de fabriek. . de aannemer zal de directie berichten wanneer het werk voor controle gereed ligt. . Idem voor oppervlaktebehandeling. - Controle op het werk: . de tweede controle geschiedt bij aankomst van de onderdelen op de bouwplaats. - Controle na de montage: . de definitieve keuring op uiterlijk, afwerking, afdichting, montage en goede functionering van de beweegbare onderdelen geschiedt nadat alle onderdelen, inclusief de beglazing, in het werk zijn aangebracht.


22.11.2012

66


22.11.2012


30.12.10-a TEKENINGEN 0. TEKENING GEVEL- BINNENWAND- EN DAKELEMENTEN Door de aannemer te vervaardigen tekeningen. Werktekeningen op schaal 1:20 en detailtekeningen op schaal 1:1. - van de aan te brengen buitenkozijnen, -ramen en -deuren. - van de aan te brengen binnenkozijnen, -ramen en -deuren. Op de tekening(en) moet zijn aangegeven: - de indeling en afmetingen van de onderdelen. - de merken overzichten. - de toe te passen materialen. - de detaillering van de randaansluitingen aan de omringende constructies en aansluitingen aan op te nemen onderdelen e.d. en voor wiens rekening de verschillende onderdelen zijn. - de ramen met bewegingsspecificaties. - de deuren met bewegingsspecificaties. - het hang- en sluitwerk. - de tochtprofielen en slijtstrippen. - de vaste vulling met opbouw. - de beglazingssoorten met wijze van beglazen. - de verankering en constructie van de onderdelen. - de afwerking en kleur van de diverse onderdelen. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 6. .01 BUITENKOZIJN/-PUI De tekeningen van de aan te brengen buitenkozijnen, -ramen en -deuren. .02 BINNENKOZIJN/-PUI De tekeningen van de aan te brengen binnenkozijnen, -ramen en -deuren. 30.12.20-a STATISCHE BEREKENING 0. STATISCHE BEREKENING Door de aannemer te vervaardigen statische berekening: - van de aan te brengen buitenkozijnen, -ramen en -deuren. - van de aan te brengen binnenkozijnen. De berekening van de onderdelen moet alle stadia waarin een onderdeel komt te verkeren beslaan; vanaf het moment van vervaardiging (fabricage, opslag, transport, montage en definitieve toestand met inbegrip van temperatuur en krimpinvloeden). Zo nodig past de aannemer de zwaarte en/of de wanddikte van de profielen en/of verankeringen aan aan de uit deze berekeningen voortvloeiende eisen; dergelijke aanpassingen zijn niet verrekenbaar. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 6. .01 BUITENKOZIJN/-PUI De berekeningen van de aan te brengen buitenkozijnen, -ramen en -deuren. .02 BINNENKOZIJN/-PUI De berekeningen van de aan te brengen binnenkozijnen. 30.31

STELKOZIJNEN

30.31.11-a HOUTEN STELKOZIJN/STELLAT 0. HOUTEN STELKOZIJN/STELLAT Type: stelkozijn/stellat. Afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Houtsoort: Eurpees vuren (NEN 5466-10), kwaliteitsklasse C. Oppervlaktebehandeling: rondom dekkend behandeld met grondverf volgens lid 46.31.12-a. Toebehoren: - ankers: thermisch verzinkt stalen hoekstukken, lengte 100 mm of slagpluggen. - afdichtings-/aansluitingsvoorziening: randaansluitingen tussen kozijn en de omringende constructies afdichten m.b.v. een voegvulling volgens hoofdstuk 36, zoals volgt uit de tekeningen. .01 BINNENKOZIJN/-PUI De stelkozijnen t.b.v. de binnenkozijnen welke aansluiten op betonwanden. 30.31.11-b HOUTEN STELKOZIJN/STELLAT 0. HOUTEN STELKOZIJN/STELLAT Type: stelkozijn. Afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Houtsoort: - hardhout geschikt voor kozijnen, duurzaamheidsklasse II, gewicht>450kg/m³, hoogste kwaliteitsklasse, geleverd met FSC-keurmerk, houtsoort ter goedkeuring directie. Woonzorg Zone Nieuwveen

67


22.11.2012

- multiplex, tussen- en deklagen van okoumé B/B, verlijming Exterieur 1. Afwerking: - zij- en zaagkanten multiplex: 2x behandeld met PVAC-lijm met verharder. - rondom dekkend behandeld met grondverf volgens lid 46.31.11-a of 46.31.12-a. - zichtzijden dekkend geschilderd volgens lid 46.31.12-b. Toebehoren: - afdichtings-/aansluitingsvoorziening: randaansluitingen tussen kozijn en de omringende constructies afdichten m.b.v. kit op rugvulling en/of schuimband volgens hoofdstuk 36, zoals volgt uit de tekeningen. - verankeringsen bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. - de stelkozijnen waar nodig voorzien van stalen versterkingskokers volgens opgave fabrikant/leverancier, in thermisch verzinkte en gepoedercoate uitvoering. - vochtkeringen: . de stelkozijnen rondom tegen de achterliggende constructies afplakken met Bituband. . de stelkozijnen aan de bovenzijde voorzien van een strook PVC-folie, fabrikaat Comprifalt, type 1000 dan wel type 12-35 G (met aangelast hoekprofiel), zoals volgt uit de tekeningen. . de stelkozijnen aan de zijkanten en onderzijde voorzien van DPC folie, fabrikaat Comprifalt, type 5000, zoals volgt uit de tekeningen. .01 BUITENKOZIJN/-PUI De stelkozijnen t.b.v. de aluminium buitenkozijnen, zoals volgt uit de tekeningen. 30.32

KOZIJNEN

30.32.11-a HOUTEN PUI/KOZIJN 0. HOUTEN KOZIJN (BRL 0801-05) Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Principedetails volgens KVT 1995. Type: houten buitenkozijnen. Brandwerendheid (min): 0, 30- en 60 minuten brandwerend zoals volgt uit de tekeningen. De 30- en 60 min. kozijnen met verdiepte sponningen, aangepaste glaslatconstructie en aanslagprofielen conform brandweer-eisen uitvoeren. Inbraakwerendheid (NEN 5096+c11) weerstandsklasse 2 (alleen bereikbare kozijnen). Afmetingen en indeling: zoals volgt uit de tekeningen. Stijl- en dorpelprofielen: - afmetingen: 67x114 mm resp. 67x139 mm. - bij de dorpels en tussenstijlen 90x114 mm resp. 90x139 mm. - waar aangegeven met opgelijmde aansluitregels, spouwlatten e.d., afmetingen zoals volgt uit de tekeningen. - bij kozijnen met binnenbeglazing en naar buitendraaiende ramen sponninglatten in de sponningen opnemen, e.e.a. zodanig dat het buitenaanzicht van alle kozijnprofielen gelijk is. Houtsoort: - kozijnen en glaslatten van hardhout geschikt voor kozijnen, duurzaamheidsklasse II, gewicht>450kg/m³, hoogste kwaliteitsklasse, geleverd met FSC-keurmerk, houtsoort ter goedkeuring directie. - 30- en 60 min. brandwerende kozijnen van hardhout geschikt voor kozijnen, duurzaamheidsklasse II, bij 30 min. gewicht>450kg/m³, bij 60 min, gewicht>650kg/m³ hoogste kwaliteitsklasse, geleverd met FSC-keurmerk, houtsoort ter goedkeuring directie. Afwerking: het hele kozijn inclusief aftimmering, panelen en glaslatten e.d. rondom dekkend geschilderd volgens lid 46.31.12-b. Beglazing: - zoals volgt uit de tekeningen en hoofdstuk 34. - beglazingssysteem: van binnen uit, drukvereffenend beglazingssysteem met elastische kit (NPR 3577-11) waar nodig in brandwerende uitvoering met keramisch beglazingsband en brandwerende kit. - glaslatten: bevestigingsmiddelen van corrosievast staal; het glas t.p.v. de dorpels m.b.v. beglazingsprofielen c.q. condensprofielen, fabrikaat Buva, van weervast aluminium, in gepoedercoate uitvoering, condensprofielen op maat geleverd en voorzien van door de fabrikant dichtgezette einden.; bij buitenbeglazing maatregelen nemen tegen verwijderen beglazing (Politiekeurmerk). Toebehoren: - afdichtings-/aansluitingsvoorziening: randaansluitingen tussen kozijn en omringende constructie afdichten m.b.v. kit op rugvulling en/of schuimband volgens hoofdstuk 36, zoals volgt uit de tekeningen. - t.p.v. aansluiting van de kozijnen aan het binnenspouwblad een aftimmerlat met antitochtband inlage, vorm en afmetingen zoals volgt uit de tekeningen. - tochtprofielen ingewerkt in de sponningen van de kozijnen, voor type tochtprofielen zie de betreffende ramen en/of deuren. - vochtkeringen: . de kozijnen rondom tegen de achterliggende constructies afplakken met Bituband. Woonzorg Zone Nieuwveen

68


22.11.2012

. de kozijnen aan de bovenzijde voorzien van een strook PVC-folie, fabrikaat Comprifalt, type 1000 dan wel type 12-35 G (met aangelast hoekprofiel) zoals volgt uit de tekeningen. . de kozijnen aan de zijkanten en onderzijde voorzien van DPC folie, fabrikaat Comprifalt, type 5000, zoals volgt uit de tekeningen. - corrosievast stalen hoekbeschermingsprofielen, ingelaten in de kozijnstijlen aan beide zijden van de houten kozijnen volgens lid 30.38.25-b. - elektravoorzieningen t.b.v. domotica etc. in de kozijnen van groepswoningen. - verankeringsen bevestigingsmiddelen: in corrosievaste en thermisch verzinkt stalen uitvoering. Houten kozijnen leveren onder KOMO-attest-met-productcertificaat. Houten kozijnen voorts leveren onder garantie van de Stichting Garantiefonds voor Timmerwerk (SGT). .01 BUITENKOZIJN/-PUI De houten buitenkozijnen van de woningtoegangsdeuren en van de buitenbergingen + WKO. 30.32.11-b HOUTEN PUI/KOZIJN 0. HOUTEN PUI/KOZIJN Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: houten binnenkozijnen. Inbraakwerendheid: indien PKVW van toepassing is, dienen de bergingsdeuren ook inbraakwerend (NEN 5096+c11) weerstandsklasse 2 uitgevoerd te worden. Brandwerendheid (NEN 6069+w05) (min): 0, 30- en 60 brandwerend zoals volgt uit de tekeningen. De 30- en 60 min. brandwerende kozijnen met verdiepte sponningen, aangepaste glaslatconstructie en aanslagprofielen conform brandweer-eisen uitvoeren. Afmetingen en indeling: zoals volgt uit de tekeningen. Stijl- en dorpelprofielen: afmeting 67x114 mm. Houtsoort: - hardhout geschikt voor kozijnen, duurzaamheidsklasse II, gewicht>450kg/m³, hoogste kwaliteitsklasse, geleverd met FSC-keurmerk, houtsoort ter goedkeuring directie. - 30- en 60 min. brandwerende kozijnen van hardhout geschikt voor kozijnen, duurzaamheidsklasse II, bij 30 min. gewicht>450kg/m³, bij 60 min, gewicht>650kg/m³ hoogste kwaliteitsklasse, geleverd met FSC-keurmerk, houtsoort ter goedkeuring directie. Afwerking: het hele kozijn inclusief panelen en aftimmeringen, rondom dekkend geschilderd volgens lid 46.31.11-b. Beglazing: - zoals volgt uit de tekeningen en hoofdstuk 34. - beglazingssysteem: met kit en houten glaslatten, waar nodig in brandwerende uitvoering met keramisch beglazingsband en brandwerende kit. - glaslatten: met voldoende dekking, in verstek gemonteerd; bevestigingsmiddelen van corrosievast staal. Paneel: - dichte panelen boven/naast kozijnen samenstellen uit een vurenhouten regelwerk met aan weerszijden een beschieting van fabrieksmatig voorgegrond multiplexplaat, tussen- en deklagen berken B/B, verlijming Interieur 1, dikte 10 mm. - dichte panelen boven/naast 30 resp. 60 minuten brandwerende kozijnen samenstellen uit een vurenhouten regelwerk met aan weerszijden een beschieting van fabrieksmatig voorgegrond multiplexplaat, tussen- en deklagen berken B/B, verlijming Interieur 1, dikte 10 mm en een spouw gevuld met 30 resp. 60 minuten brandwerend materiaal. Rooster: de bovenlichten van de bergingsdeurkozijnen bezetten met een geperforeerde sendzimir verzinkte staalplaat, dikte 2 mm, perforatiegraad en kleur ter keuze architect. Toebehoren: - afdichtings-/aansluitvoorzieningen: randaansluitingen tussen kozijn en omringende constructie afdichten m.b.v. kit op rugvulling en/of schuimband volgens hoofdstuk 36, zoals volgt uit de tekeningen, waar nodig in brandwerende uitvoering met brandwerende afdichtingskit. - aftimmeringen van hardhout, vorm en afmetingen zoals volgt uit de tekeningen. - plaatmateriaal van fabrieksmatig voorgegrond multiplexplaat, tussen- en deklagen berken B/B, verlijming Interieur 1, dikte 12 mm. - hang- en sluitwerk: volgens paragraaf 30.80. - verankeringsen bevestigingsmiddelen: in thermisch verzinkt stalen uitvoering. - tochtprofielen ingewerkt in de sponningen van de kozijnen, voor type tochtprofielen zie de betreffende deuren. - corrosievast stalen hoekbeschermingsprofielen, ingelaten in de kozijnstijlen aan beide zijden van de houten kozijnen volgens lid 30.38.25-b. - elektravoorzieningen t.b.v. domotica etc. in de kozijnen van groepswoningen. - in de groepswoningen t.p.v. het railtraject van de tilliften een sleuf/onderbreking in de bovendorpel/bovenlicht aanbrengen.


69


22.11.2012

.01 BINNENKOZIJN/-PUI De houten binnenkozijnen, zoals aangegeven op de tekeningen. 30.32.12-a METALEN PUI/KOZIJN 0. METALEN PUI/KOZIJN Fabrikaat: Andusta. Type: AM1 en Am2 montagekozijn voor opdekdeur. Indeling: zoals volgt uit de tekeningen. Afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Stijl- en dorpelprofielen: - wandomvattend; de breedte van de profielen aan de afgewerkte wanddikte aanpassen. - sponningaanslag (mm): 15. Materiaal: gezet plaatstaal, dikte 0,85 mm. Oppervlaktebehandeling: fabrieksmatig afgelakt. Kleur: wit RAL 9010. Beglazing: - blank enkelglas in de bovenlichten. - beglazingssysteem: volgens voorschriften fabrikant/leverancier. Paneel: - geplastificeerd spaanplaat in bovenlicht van meterkastkozijnen. Toebehoren: - ankers: montage borgklauwankers behorend bij kozijn toepassen, 3 per kozijnstijl, waar nodig gebruik maken van gipsneuzen of houten stelkozijnen met daarvoor geschikte bevestigingsbeugels. - aanslag: d.m.v. rubberdopjes in sponning in kozijn. - hang- en sluitwerk: . scharnieren: Z-paumelles ter goedkeuring directie, 3 stuks per deur. . voor overig hang- en sluitwerk: zie paragraaf 30.80. - bevestigingsmiddelen: in thermisch verzinkt stalen uitvoering. - schootkast. - sluitplaat. .01 BINNENKOZIJN/-PUI De plaatstalen opdek binnendeurkozijnen in de appartementen. 30.32.12-b METALEN PUI/KOZIJN 0. STALEN BINNENDEURKOZIJN VOOR SCHUIFDEUR (BRL 2211-06) Fabrikaat: Theuma o.g. Type: Silence Ultra, stalen binnendeurkozijn voor schuifdeur, in de wand schuivend SIW. Categorie gebruik: normaal. Deurbreedte: zoals volgt uit de tekeningen. Deurhoogte (mm): verdiepingshoog. Deurdikte (mm): 38. Stijl- en dorpelprofielen: - wanddikte (mm): 100. - materiaal: sendzimir verzinkt bandstaal. - materiaaldikte (mm): 1,5. Oppervlaktebehandeling: epoxy-polyester poedercoating.Kleur (RAL): 9010. Toebehoren: - stompe schuifdeur. - loopslot. - plafondregel, hoogte (mm): 35. - gipsplaat (mm): 12,5. Stalen binnendeurkozijnen leveren onder KOMO attest-met-productcertificaat. .01 BINNENKOZIJN/-PUI De schuifdeurkozijnen voor de in de wand schuivende deuren in de appartementen, zoals aangegeven op de tekeningen. 30.32.12-c METALEN PUI/KOZIJN 0. ALUMINIUM BINNENDEURKOZIJN HANDBEDIENDE SCHUIFDEUR Fabrikaat: Mondoor Zweefdeuren b.v. Type: aluminium kozijnframe voor stompe inbouw zweefdeur, enkel deurpaneel. Dagbreedte en hoogte: zoals volgt uit de tekeningen. Deurdikte (mm): 40. Muurdikte (mm): 100. Kozijnframe: - type SIA-1 standaard kozijn met privacy module - materiaal: aluminiumlegering EN AW-6063-T66, dikte 1,5 mm. - oppervlaktebehandeling: gelakt, laagdikte 80 µm. Kleur: in nader door architect te bepalen kleur. Deur: HDF utiliteitsdeur. Bediening: handmatig. Toebehoren: - permanente magnetische geleiding.-ondergeleiding en buffer op de vloer. Woonzorg Zone Nieuwveen

70


22.11.2012

- deurslot: magnetisch. - schuifdeurkom of handgreep, volgens nadere opgave architect. - een gipsvezelplaat beplating, dikte 12,5 mm; naden voorzien van glasvliesband en naden en schroefgaten volkomen glad uitvlakken met Jointfiller en Jointfinisher als afwerklaag. - ankers en bevestigingsmiddelen: in verzinkt stalen uitvoering. - in de groepswoningen t.p.v. het railtraject van de tilliften een sleuf/onderbreking in de bovendorpel aanbrengen en de kopkanten van het kozijn en de wand afwerken met multiplex dekkend geschilderd volgens lid 46.31.11-b. .01 BINNENKOZIJN/-PUI De schuifdeurkozijnen voor de in de wand schuivende zweefschuifdeuren in de groepswoningen, zoals aangegeven op de tekeningen. 30.32.12-d METALEN PUI/KOZIJN 0. METALEN KOZIJN (BRL 2701-10) Fabrikaat: Alcoa. Type: RT62 geïsoleerd aluminium kozijnsysteem. Luchtdoorlatendheid: (NEN 3661): toetsingsdruk 150 Pa. Waterdichtheid: (NEN 2778+w04): toetsingsdruk 150 Pa. Sterkte en stijfheid (NEN 6702+a08): volgens berekening fabrikant/leverancier. De kozijnen waar nodig voorzien van inwendige stalen versterkingskokers volgens opgave fabrikant/leverancier, in thermisch verzinkte en gepoedercoate uitvoering. U-waarde (W/(m2.K)): < 2,8. Inbraakwerendheid (NEN 5096+c11) weerstandsklasse 2 (alleen bereikbare kozijnen). Indeling en afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Stijl- en dorpelprofielen: opgebouwd uit geïsoleerde, geëxtrudeerde aluminium profielen. Verborgen waterafvoer. Materiaal: aluminiumlegering (DIN 1725): AlMg1Si0,5 F22. Oppervlaktebehandeling: gepoedercoat volgens 46.32.39-a in nader door architect te bepalen RAL-kleur. Beglazing: - HR++ isolerend dubbelglas zoals volgt uit de tekeningen en hoofdstuk 34. - binnenbeglazing. - beglazingssysteem: droog met flexibele EPDM profielen. - glaslatten: klemprofielen van geëxtrudeerd aluminium. Panelen: - de dichte panelen opbouwen uit een frame van geïsoleerde stijlen dorpelprofielen waarop aan beide zijden een vlak verlijmde aluminium beplating, dikte 4 mm, de ruimte tussen beplating vullen met minerale wolplaat in zware persing 40 kg/m³. Toebehoren: - ankers en bevestigingsmiddelen: volgens opgave fabrikant/leverancier in corrosievast stalen uitvoering. - hang- en sluitwerk: zie bij de ramen en deuren. - randaansluitingen tussen kozijn en omringende constructie afdichten m.b.v. kit op rugvulling en/of compressieband volgens hoofdstuk 36, zoals volgt uit de details. Metalen kozijnen leveren onder KOMO-attest-met-productcertificaat. .01 BUITENKOZIJN/-PUI De aluminium kozijnen, zoals aangegeven op de tekeningen. 30.32.12-e METALEN PUI/KOZIJN 0. METALEN KOZIJN (BRL 2701-10) Fabrikaat: Aloca o.g. Type: 60 min. brandwerend en ongeïsoleerd aluminium kozijnsysteem. Luchtdoorlatendheid: (NEN 3661): toetsingsdruk 150 Pa. Waterdichtheid: (NEN 2778+w04): toetsingsdruk 150 Pa. Sterkte en stijfheid (NEN 6702+a08): volgens berekening fabrikant/leverancier. De kozijnen waar nodig voorzien van inwendige stalen versterkingskokers volgens opgave fabrikant/leverancier, in thermisch verzinkte en gepoedercoate uitvoering. Inbraakwerendheid (NEN 5096+c11) weerstandsklasse 2 (alleen bereikbare kozijnen). Brandwerendheid (min): 60. Indeling en afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Stijl- en dorpelprofielen: opgebouwd uit geïsoleerde, geëxtrudeerde aluminium profielen. Verborgen waterafvoer. Materiaal: aluminiumlegering (DIN 1725): AlMg1Si0,5 F22. Voorbehandeling: 6 waardige chromaatlaag (Cr6) gedompeld. Oppervlaktebehandeling: gepoedercoat volgens 46.32.39-a in nader door architect te bepalen RAL-kleur. Beglazing: - 60 min. brandwerend HR++ isolerend dubbelglas zoals volgt uit de tekeningen en hoofdstuk 34. - binnenbeglazing. - beglazingssysteem: droog met flexibele brandwerende rubber profielen. - glaslatten: klemprofielen van geëxtrudeerd aluminium eventueel aanvullende Woonzorg Zone Nieuwveen

71


22.11.2012

voorzieningen t.b.v. brandwerendheid treffen. Panelen: - de dichte panelen opbouwen uit een frame van geïsoleerde stijlen dorpelprofielen waarop aan beide zijden een vlak verlijmde aluminium beplating, dikte 4 mm, de ruimte tussen beplating vullen met minerale wolplaat in zware persing 40 kg/m³. Toebehoren: - ankers en bevestigingsmiddelen: volgens opgave fabrikant/leverancier in corrosievast stalen uitvoering. - hang- en sluitwerk: zie bij de ramen en deuren. - randaansluitingen tussen kozijn en omringende constructie afdichten m.b.v. kit op rugvulling en/of compressieband volgens hoofdstuk 36, zoals volgt uit de details. Metalen kozijnen leveren onder KOMO-attest-met-productcertificaat. .01 BUITENKOZIJN/-PUI De 60 min. brandwerend en ongeïsoleerd aluminium kozijnen, zoals aangegeven op de tekeningen. 30.32.12-f METALEN PUI/KOZIJN 0. METALEN KOZIJN (BRL 2701-10) Fabrikaat: Alcoa. Type: AA3110 geïsoleerd aluminium schuifpuisysteem. Luchtdoorlatendheid: (NEN 3661): toetsingsdruk 150 Pa. Waterdichtheid: (NEN 2778+w04): toetsingsdruk 150 Pa. Sterkte en stijfheid (NEN 6702+a08): volgens berekening fabrikant/leverancier. De kozijnen waar nodig voorzien van inwendige stalen versterkingskokers volgens opgave fabrikant/leverancier, in thermisch verzinkte en gepoedercoate uitvoering. U-waarde (W/(m2.K)): < 2,8 Inbraakwerendheid (NEN 5096+c11) weerstandsklasse 2 (alleen bereikbare kozijnen). Indeling en afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Stijl- en dorpelprofielen: opgebouwd uit geïsoleerde, geëxtrudeerde aluminium profielen. Verborgen waterafvoer. Materiaal: aluminiumlegering (DIN 1725): AlMg1Si0,5 F22. Voorbehandeling: 6 waardige chromaatlaag (Cr6) gedompeld. Oppervlaktebehandeling: gepoedercoat volgens 46.32.39-a in nader door architect te bepalen RAL-kleur. Beglazing: - HR++ isolerend dubbelglas zoals volgt uit de tekeningen en hoofdstuk 34. - binnenbeglazing. - beglazingssysteem: droog met flexibele EPDM profielen. - glaslatten: klemprofielen van geëxtrudeerd aluminium. Deuren: schuifdeuren incl. (behorend bij schuifpuisysteem). Toebehoren: - ankers en bevestigingsmiddelen: volgens opgave fabrikant/leverancier in corrosievast stalen uitvoering. - hang- en sluitwerk schuifpuien: compleet geleverd met bijbehorend systeemgebonden schuifdeurbeslag, afsluitbaar met europrofielcilinder en voorzien van geëloxeerd aluminium hendel met bijbehorende langschild aan binnenzijde en schuifdeurkom aan buitenzijde. - randaansluitingen tussen kozijn en omringende constructie afdichten m.b.v. kit op rugvulling en/of compressieband volgens hoofdstuk 36, zoals volgt uit de details. Metalen kozijnen leveren onder KOMO-attest-met-productcertificaat. .01 BUITENKOZIJN/-PUI De aluminium schuifpuien, zoals aangegeven op de tekeningen. 30.33

DEUREN

30.33.11-a HOUTEN DEUR 0. HOUTEN DEUR Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: houten glasdeur. Brandwerendheid (NEN 6069+w05) (min): 0, 30- en 60 min. brandwerend, zoals volgt uit de tekeningen. De 30- en 60 min. deuren met verdiepte sponningen, aangepaste glaslatconstructie en aanslagprofielen conform brandweer-eisen uitvoeren. Houtsoort: - hardhout geschikt voor deuren, duurzaamheidsklasse II, gewicht>450kg/m³, hoogste kwaliteitsklasse, geleverd met FSC-keurmerk, houtsoort ter goedkeuring directie. - 30- en 60 min. brandwerende deuren van hardhout geschikt voor deuren, duurzaamheidsklasse II, bij 30 min. gewicht>450kg/m³, bij 60 min, gewicht>650kg/m³ hoogste kwaliteitsklasse, geleverd met FSC-keurmerk, houtsoort ter goedkeuring directie. Afwerking: de deuren compleet met glaslatten e.d. rondom dekkend geschilderd volgens lid 46.31.11-b. Afmetingen: Woonzorg Zone Nieuwveen

72


22.11.2012

- breedte en hoogte: zoals volgt uit de tekeningen. - dikte: 40 mm. Kantuitvoering: stomp. Beglazing: - uitvoering glasopening zoals volgt uit de tekeningen. - letselbeperkend veiligheidsglas, volgens hoofdstuk 34. - beglazingssysteem met beglazingsband en elatische kit, waar nodig in brandwerende uitvoering met keramisch beglazingsband en brandwerende kit. - glas- en sponninglatten: van hardhout, in verstek gemonteerd; bevestigingsmiddelen van corrosievast staal. Toebehoren: - hang- en sluitwerk: volgens par. 30.80. - dubbele deuren uitvoeren met aluminium deurnaald met geïntegreerde kantschuiven in gepoedercoate uitvoering, kleur gelijk aan kleur van de deur. - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. 4. RUBBER KIERAFDICHTINGSPROFIEL Enkele kierdichting. Fabrikaat: Deventer Benelux. Type: volgens opgave fabrikant/leverancier. Kleur: zwart. .01 BINNENDEUR De houten glasdeuren in de houten binnenkozijnen, zoals aangegeven op de tekeningen. 30.33.11-b HOUTEN DEUR 0. HOUTEN DEUR Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: dichte houten deur voorzien van bekleding met Sealwood gevelbeschietingen als omschreven in hoofdstuk 24. Afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Kantuitvoering: stomp. Afwerking: - de deur dekkend geschilderd volgens lid 46.31.11-b. - de Sealwood gevelbeschieting fabrieksmatig dekkend geschilderd met acrylaatlak in nader door architect te bepalen kleur. Toebehoren: - hang- en sluitwerk: volgens par. 30.80. .01 BUITENDEUR De houten buitendeuren van de buitenbergingen + WKO. 30.33.11-c HOUTEN DEUR 0. HOUTEN BUITENDEUR (BRL 0803+w09) Fabrikaat: Kegro. Type Kegapro massieve dichte deur. Inbraakwerendheid (weerstandsklasse): 2. Vulling: latten/staafjes. Deklaag aan beide zijden: sandwichpaneel, HDF plaat dik 2,5 mm, aluminiumplaat dik 0,5 mm en HDF plaat dik 2,5 mm, totale dikte 5,5 mm. Afmetingen: - breedte en hoogte: zoals volgt uit de tekeningen. - dikte: 54 mm. Kantuitvoering: stomp. Oppervlaktebehandeling: dekkende grondlaag, laagdikte 100 µm. Afwerking: de deuren compleet met glaslatten e.d. rondom dekkend geschilderd volgens lid 46.31.12-b. Beglazing: - uitvoering glasopening zoals volgt uit de tekeningen. - beglazing zoals volgt uit de tekeningen en hoofdstuk 34. - beglazingssysteem: van binnen uit, drukvereffenend beglazingssysteem elastische kit (NPR 3577-11). - glas- en sponninglatten: van hardhout, in verstek gemonteerd; bevestigingsmiddelen van corrosievast staal. Toebehoren: - hang- en sluitwerk: volgens paragraaf 30.80. - briefgleuf (NEN 1770-84) alleen in begane grond woningtoegangsdeuren. - weldorpel, t.p.v. naar binnen draaiende buitendeuren. - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. Houten buitendeuren leveren onder KOMO-attest-met-productcertificaat. 4. RUBBER KIERAFDICHTINGSPROFIEL Enkele/dubbele kierdichting volgens EPC-berekening. Fabrikaat: Deventer Benelux. Type: volgens opgave fabrikant/leverancier. Kleur: zwart.


73


22.11.2012

.01 BUITENDEUR De woningtoegangsdeuren. 30.33.11-d HOUTEN DEUR 0. HOUTEN DEUR Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: houten deur, met en zonder glasopening, zoals volgt uit de tekeningen. Model: vlak. Dekplaat: HPL in nader door architect te bepalen kleur.. Vulling: vochtbestendige minerale vezelplaat met hardhouten randlatten. Afmetingen: - breedte en hoogte: zoals volgt uit de tekeningen. - dikte: 40 mm. Kantuitvoering: stomp. Beglazing: - uitvoering glasopening zoals volgt uit de tekeningen. - letselbeperkend veiligheidsglas, volgens hoofdstuk 34. - beglazingssysteem met beglazingsband en elatische kit. - glas- en sponninglatten: van hardhout, in verstek gemonteerd; bevestigingsmiddelen van corrosievast staal. Toebehoren: - hang- en sluitwerk: volgens paragraaf 30.80. - dubbele deuren uitvoeren met aluminium deurnaald met geïntegreerde kantschuiven in gepoedercoate uitvoering, kleur gelijk aan kleur van de deur. - aluminium ventilatieroosters in algemeneen technische ruimten volgens nadere opgave in gepoedercoate uitvoering, kleur gelijk aan kleur van de deur. - schopplaten op de deuren volgens lid 30.38.25-a. - elektravoorzieningen t.b.v. domotica etc. in de deuren van groepswoningen. - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. 4. RUBBER KIERAFDICHTINGSPROFIEL Enkele kierdichting. Fabrikaat: Deventer Benelux. Type: volgens opgave fabrikant/leverancier. Kleur: zwart. .01 BINNENDEUR De niet brandwerende HPL binnendeuren in de groepswoningen en van algemeneen technische ruimten en de bergingen behorend bij de groepswoningen. 30.33.11-e HOUTEN DEUR 0. BRANDWERENDE HOUTEN BINNENDEUR Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: 30 resp. 60 minuten brandwerende deur, met en zonder glasopening, zoals volgt uit de tekeningen. Model: vlak. Brandwerendheid (NEN 6069+w05) (min): 30 resp. 60. Beplating: HPL in naderdoor architect te bepalen kleur. Vulling: brandwerende minerale vezelplaat met hardhouten randlatten. Randhout: met bij verhitting opschuimend materiaal. Afmetingen: - breedte en hoogte: zoals volgt uit de tekeningen. - dikte 40 resp. 54 mm. Kantuitvoering: stomp. Oppervlaktebehandeling: geplamuurd. Afwerking: de deuren compleet met glaslatten e.d. rondom dekkend geschilderd volgens lid 46.31.11-b. Beglazing: - 30 resp. 60 minuten brandwerend letselbeperkend veiligheidsglas volgens hoofdstuk 34. - beglazingssysteem met keramisch band en brandwerende kit. - glas- en sponninglatten: van hardhout, in verstek gemonteerd; bevestigingsmiddelen van corrosievast staal. Toebehoren: - hang- en sluitwerk: volgens paragraaf 30.80. - dubbele deuren uitvoeren met brandwerend aluminium deurnaald met geïntegreerde kantschuiven in gepoedercoate uitvoering, kleur gelijk aan kleur van de deur. - aluminium ventilatieroosters in algemeneen technische ruimten volgens nadere opgave in gepoedercoate uitvoering, kleur gelijk aan kleur van de deur. - schopplaten op de deuren volgens lid 30.38.25-a. - elektravoorzieningen t.b.v. domotica etc. in de deuren van groepswoningen. - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. 4. RUBBER KIERAFDICHTINGSPROFIEL Enkele kierdichting. Fabrikaat: Deventer Benelux. Type: volgens opgave fabrikant/leverancier in brandwerende uitvoering. Kleur: zwart. Woonzorg Zone Nieuwveen

74


22.11.2012

.01 BINNENDEUR De 30 resp. 60 minuten brandwerende HPL binnendeuren van de groepswoningen algemeneen technische ruimten van de groepswoningen. 30.33.11-f HOUTEN DEUR 0. BINNENDEUR, HONINGRAATVULLING Fabrikaat: Krepel. Type: DA901. Beplating: hardboard. Vulling: kartonnen honingraat met houten randlatten. Breedte (mm): zoals volgt uit de tekeningen. Hoogte (mm): min. 2315. Dikte (mm): 40. Kantuitvoering: opdek, voorzien van een kunststof kantafwerking. Oppervlaktebehandeling: fabrieksmatig afgelakt, de onderzijde van toilet- en badkamerdeuren vochtwerend geseald. Kleur: wit RAL 9010. Toebehoren: - hang- en sluitwerk: volgens paragraaf 30.80. .01 BINNENDEUR De niet brandwerende opdek binnendeuren in de opdekbinnendeurkozijnen in de appartementen. 30.33.11-g HOUTEN DEUR 0. HOUTEN DEUR Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: houten deur, met en zonder glasopening, zoals volgt uit de tekeningen. Model: vlak. Inbraakwerendheid: indien PKVW van toepassing is, dienen de bergingsdeuren ook inbraakwerend (NEN 5096+c11) weerstandsklasse 2 uitgevoerd te worden. Dekplaat: voorgegronde HDF plaat. Vulling: vochtbestendige minerale vezelplaat met hardhouten randlatten. Afmetingen: - breedte en hoogte: zoals volgt uit de tekeningen. - dikte: 40 mm. Kantuitvoering: stomp. Oppervlaktebehandeling: fabrieksmatig gegrond. Afwerking: de deuren compleet met glaslatten e.d. rondom dekkend geschilderd volgens lid 46.31.11-b. Beglazing: - uitvoering glasopening zoals volgt uit de tekeningen. - letselbeperkend veiligheidsglas, volgens hoofdstuk 34. - beglazingssysteem met beglazingsband en elatische kit. - glas- en sponninglatten: van hardhout, in verstek gemonteerd; bevestigingsmiddelen van corrosievast staal. Toebehoren: - hang- en sluitwerk: volgens paragraaf 30.80. - dubbele deuren uitvoeren met aluminium deurnaald met geïntegreerde kantschuiven in gepoedercoate uitvoering, kleur gelijk aan kleur van de deur. - aluminium ventilatieroosters in algemeneen technische ruimten volgens nadere opgave in gepoedercoate uitvoering, kleur gelijk aan kleur van de deur. - schopplaten op de deuren volgens lid 30.38.25-a. - elektravoorzieningen t.b.v. domotica etc. in de deuren van groepswoningen. - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. 4. RUBBER KIERAFDICHTINGSPROFIEL Enkele kierdichting. Fabrikaat: Deventer Benelux. Type: volgens opgave fabrikant/leverancier. Kleur: zwart. .01 BINNENDEUR De niet brandwerende geschilderde binnendeuren van algemeneen technische ruimten en de bergingen behorend bij de appartementen. 30.33.11-h HOUTEN DEUR 0. BRANDWERENDE HOUTEN BINNENDEUR Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: 30 resp. 60 minuten brandwerende deur, met en zonder glasopening, zoals volgt uit de tekeningen. Model: vlak. Brandwerendheid (NEN 6069+w05) (min): 30 resp. 60. Beplating: voorgegronde HDF plaat. Vulling: brandwerende minerale vezelplaat met hardhouten randlatten. Randhout: met bij verhitting opschuimend materiaal. Afmetingen: - breedte en hoogte: zoals volgt uit de tekeningen. Woonzorg Zone Nieuwveen

75


22.11.2012

- dikte 40 resp. 54 mm. Kantuitvoering: stomp. Oppervlaktebehandeling: geplamuurd. Afwerking: de deuren compleet met glaslatten e.d. rondom dekkend geschilderd volgens lid 46.31.11-b. Beglazing: - 30 resp. 60 minuten brandwerend letselbeperkend veiligheidsglas volgens hoofdstuk 34. - beglazingssysteem met keramisch band en brandwerende kit. - glas- en sponninglatten: van hardhout, in verstek gemonteerd; bevestigingsmiddelen van corrosievast staal. Toebehoren: - hang- en sluitwerk: volgens paragraaf 30.80. - dubbele deuren uitvoeren met brandwerend aluminium deurnaald met geïntegreerde kantschuiven in gepoedercoate uitvoering, kleur gelijk aan kleur van de deur. - aluminium ventilatieroosters in algemeneen technische ruimten volgens nadere opgave in gepoedercoate uitvoering, kleur gelijk aan kleur van de deur. - schopplaten op de deuren volgens lid 30.38.25-a. - elektravoorzieningen t.b.v. domotica etc. in de deuren van groepswoningen. - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. 4. RUBBER KIERAFDICHTINGSPROFIEL Enkele kierdichting. Fabrikaat: Deventer Benelux. Type: volgens opgave fabrikant/leverancier in brandwerende uitvoering. Kleur: zwart. .01 BINNENDEUR De 30 resp. 60 minuten brandwerende geschilderde binnendeuren van de algemeneen technische ruimten behorend bij de appartementen. 30.33.11-i HOUTEN DEUR 0. BINNENDEUR, HONINGRAATVULLING Fabrikaat: Polynorm/Theuma o.g. Type: Polynorm Silence SIW dichte schuifdeur. Beplating: hardboard. Vulling: kartonnen honingraat met houten randlatten. Breedte (mm): 1200. Hoogte (mm): verdiepingshoog. Dikte (mm): 38. Kantuitvoering: stomp. Oppervlaktebehandeling: dekkend geschilderd volgens lid 46.31.11-b. Toebehoren: - hang- en sluitwerk: schuifdeurbeslag compleet geleverd met schuifdeurrails, wielenstellen, ophangbeugels en ondergeleiding d.m.v. in de schuifdeur gefreesd aluminium U-profiel en op de vloer gemonteerde kunststof geleidingsnokken. - rubber aanslagprofielen. - loopslot. .01 BINNENDEUR De optionele in de wand schuivende schuifdeuren in de appartementen. 30.33.11-j HOUTEN DEUR 0. BINNENDEUR, HONINGRAATVULLING Fabrikaat: Mondoor. Type: zweefschuifdeur. Beplating: HPL in nader door architect te bepalen kleur. Vulling: kartonnen honingraat met hardhouten randlatten. De onderzijde van badkamerdeuren vochtwerend geseald. Breedte (mm): 1200. Hoogte (mm): 2.300. Dikte (mm): 38. Kantuitvoering: stomp. Toebehoren: - hang- en sluitwerk: . permanente magnetische geleiding. . ondergeleiding en buffer op de vloer. . vrij-bezetslot met corrosievast stalen voorplaat. . schuifdeurkom of handgreep, volgens nadere opgave architect. .01 BINNENDEUR De in de wand schuivende zweefschuifdeuren in de groepswoningen. 30.33.12-a METALEN DEUR 0. METALEN DEUR (BRL 2701-03) Fabrikaat: Alcoa. Type: RT62 geïsoleerd draai- en draai-kiepdeur. Luchtdoorlatendheid (NEN 3661): toetsingsdruk 150 Pa. Waterdichtheid (NEN 2778+w04): toetsingsdruk 150 Pa. Woonzorg Zone Nieuwveen

76


22.11.2012

Sterkte en stijfheid (NEN 6702+a08): volgens berekening fabrikant/leverancier. De deuren waar nodig voorzien van inwendige stalen versterkingskokers volgens opgave fabrikant/leverancier, in thermisch verzinkte en gepoedercoate uitvoering. U-waarde (W/(m2.K)): < 2,8. Inbraakwerendheid (weerstandsklasse): 2. Draairichting: zoals volgt uit de tekeningen. Indeling en afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Deurprofielen: opgebouwd uit geïsoleerde, geëxtrudeerde aluminium profielen. Verborgen waterafvoer. Materiaal, aluminiumlegering (DIN 1725): AlMg1Si0,5 F22. Voorbehandeling: 6 waardige chromaatlaag (Cr6) gedompeld. Oppervlaktebehandeling: gepoedercoat volgens lid 46.32.39-a in nader door architect te bepalen RAL-kleur. Beglazing: - HR++ isolerend dubbelglas zoals volgt uit de tekeningen en hoofdstuk 34. - binnenbeglazing. - beglazingssysteem: droog met flexibele EPDM profielen. - glaslatten: klemprofielen van geëxtrudeerd aluminium. Panelen: - de dichte deuren opbouwen uit een frame van geïsoleerde stijlen dorpelprofielen waarop aan beide zijden een vlak verlijmde aluminium beplating, dikte 4 mm, de ruimte tussen beplating vullen met minerale wolplaat in zware persing 40 kg/m³. - (bijv. Schüco type ADS 65 Vleugelbedekkende deur). Toebehoren: - hang- en sluitwerk draaideuren: . verborgen scharnieren Avan-Tec ter goedkeuring directie, aantal volgens opgave fabrikant/leverancier. . smalslot met knevelende meerpuntssluiting met SKG-keurmerk **®. . bijbehorende nastelbare sluitkommen met sluitplaten in corrosievast stalen uitvoering, met SKG-keurmerk ***®. . veiligheidsprofielcilinder met SKG-keurmerk **®. . deurkrukken en vlakke rozetten in corrosievast stalen uitvoering volgens nadere keuze architect. - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. Metalen deuren leveren onder KOMO-attest-met-productcertificaat. 4. RUBBER KIERAFDICHTINGSPROFIEL Dubbele kierdichting. Fabrikaat: Deventer Benelux. Type: volgens opgave fabrikant/leverancier. Kleur: zwart. .01 BUITENDEUR De draai- en draai-kiepdeuren in de aluminium buitenkozijnen. 30.33.12-b METALEN DEUR 0. METALEN DEUR (BRL 2701-03) Fabrikaat: Alcoa o.g. Type: 60 min. brandwerend ongeïsoleerd draai- en draai-kiepdeur. Luchtdoorlatendheid (NEN 3661): toetsingsdruk 150 Pa. Waterdichtheid (NEN 2778+w04): toetsingsdruk 150 Pa. Sterkte en stijfheid (NEN 6702+a08): volgens berekening fabrikant/leverancier. De deuren waar nodig voorzien van inwendige stalen versterkingskokers volgens opgave fabrikant/leverancier, in thermisch verzinkte en gepoedercoate uitvoering. Inbraakwerendheid (weerstandsklasse): 2. Brandwerendheid (min): 60. Draairichting: zoals volgt uit de tekeningen. Indeling en afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Deurprofielen: opgebouwd uit geïsoleerde, geëxtrudeerde aluminium profielen. Verborgen waterafvoer. Materiaal, aluminiumlegering (DIN 1725): AlMg1Si0,5 F22. Voorbehandeling: 6 waardige chromaatlaag (Cr6) gedompeld. Oppervlaktebehandeling: gepoedercoat volgens lid 46.32.39-a in nader door architect te bepalen RAL-kleur. Beglazing: - 60 min. brandwerend HR++ isolerend dubbelglas zoals volgt uit de tekeningen en hoofdstuk 34. - binnenbeglazing. - beglazingssysteem: droog met flexibele brandwerende rubber profielen. - glaslatten: klemprofielen van geëxtrudeerd aluminium eventueel aanvullende voorzieningen t.b.v. brandwerendheid treffen. Panelen: - de dichte deuren opbouwen uit een frame van geïsoleerde stijlen dorpelprofielen waarop aan beide zijden een vlak verlijmde aluminium beplating, dikte 4 mm, de ruimte tussen beplating vullen met minerale wolplaat in zware persing 40 kg/m³ en Promatect H t.b.v. brandwerendheid. - (bijv. Schüco type ADS 65 Vleugelbedekkende deur). Woonzorg Zone Nieuwveen

77


22.11.2012

Toebehoren: - hang- en sluitwerk draaideuren: . verdekte scharnieren ter goedkeuring directie, aantal volgens opgave fabrikant/leverancier. . smalslot met knevelende meerpuntssluiting met SKG-keurmerk **®. . bijbehorende nastelbare sluitkommen met sluitplaten in corrosievast stalen uitvoering, met SKG-keurmerk ***®. . veiligheidsprofielcilinder met SKG-keurmerk **®. . deurkrukken en vlakke rozetten in corrosievast stalen uitvoering volgens nadere keuze architect. - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. Metalen deuren leveren onder KOMO-attest-met-productcertificaat. 4. RUBBER KIERAFDICHTINGSPROFIEL Dubbele kierdichting. Fabrikaat: Deventer Benelux. Type: volgens opgave fabrikant/leverancier. Kleur: zwart. .01 BUITENDEUR De 60 min. brandwerende ongeïsoleerde aluminium deuren. 30.34

RAMEN

30.34.12-a METALEN RAAM 0. METALEN RAAM (BRL 2701-10) Fabrikaat: Alcoa. Type: RT 62 geïsoleerd draai-kiepraam. Luchtdoorlatendheid (NEN 3661): toetsingsdruk 150 Pa. Waterdichtheid (NEN 2778+w04): toetsingsdruk 150 Pa. Sterkte en stijfheid (NEN 6702+a08): volgens berekening fabrikant/leverancier. De ramen waar nodig voorzien van inwendige stalen versterkingskokers volgens opgave fabrikant/leverancier, in thermisch verzinkte en gepoedercoate uitvoering. U-waarde (W/(m2.K)): < 2,8. Inbraakwerendheid (NEN 5096+c11) weerstandsklasse 2 (alleen bereikbare ramen). Draairichting: draai-kiep naar binnen draaiend. Indeling en afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Raamprofielen: opgebouwd uit geïsoleerde, geëxtrudeerde aluminium profielen. Verborgen waterafvoer. Materiaal, aluminiumlegering (DIN 1725): AlMg1Si0,5 F22. Voorbehandeling: 6 waardige chromaatlaag (Cr6) gedompeld. Oppervlaktebehandeling: gepoedercoat volgens lid 46.32.39-a in nader door architect te bepalen RAL-kleur. Beglazing: - HR++ isolerend dubbelglas zoals volgt uit de tekeningen en hoofdstuk 34. - binnenbeglazing. - beglazingssysteem: droog met flexibele EPDM profielen. - glaslatten: klemprofielen van geëxtrudeerd aluminium. Toebehoren: - hang- en sluitwerk draai-kiepramen: . verdekt liggend draai-kiepbeslag (bijv. AvanTec van Schüco) met knevelende sluiting en ventilatiekierstand, anti-uittilbeveiliging en vastzetinrichting volgens opgave fabrikant/leverancier in verzinkt stalen uitvoering. . bijbehorende nastelbare sluitkommen/sluitplaten volgens opgave fabrikant/leverancier. . raamkrukken met kleine ronde schilden (bijna schildloos) in corrosievast stalen uitvoering volgens nadere keuze architect. . systeem Tiptronic op alle draaikiepramen van individuele zit/slaapkamers van de groepswoningen, met mogelijkheid centraal overrulen en zowel met afstandsbediening. - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. Metalen ramen leveren onder KOMO-attest-met-productcertificaat. 4. RUBBER KIERAFDICHTINGSPROFIEL Dubbele kierdichting. Fabrikaat: Deventer Benelux. Type: volgens opgave fabrikant/leverancier. Kleur: zwart. .01 BUITENRAAM De draai-kiepramen in de aluminium buitenkozijnen.


78


22.11.2012

ROOSTERS

30.36.12-a METALEN ROOSTER 0. METALEN ROOSTER Fabrikaat en type zoals volgt uit de geveltekeningen: Uitvoering: - boven kozijn conform detaillering architect. Binnen- en buitenrooster: - materiaal: aluminium. - oppervlaktebehandeling: gepoedercoat volgens lid 46.32.39-a in nader door architect te bepalen RAL-kleur. Bediening: - d.m.v. stang. - de bedieningsstang zodanig plaatsen dat het raam open kan. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. Plaatsingshoogten: - bediening ventilatieroosters tussen 0,90 - 1,20 m¹ + afgewerkte vloer. - minimaal 0,50 m¹ uit de hoek. .01 BUITENKOZIJN/-PUI De aluminium ventilatieroosters boven de buitenkozijnen, zoals aangegeven op de tekeningen. 30.38

TOEBEHOREN KOZIJNEN, RAMEN EN DEUREN

30.38.23-a LEKPROFIEL 0. LEKPROFIEL, ALUMINIUM Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: gezette aluminium lekdorpelprofielen. Afmetingen: dikte 2 mm, overige afmetingen zoals volgt uit de tekeningen. Aluminiumlegering (DIN 1725): AlMn1Mg0,5. Oppervlaktebehandeling: gepoedercoat volgens lid 46.32.39-a in nader door architect te bepalen RAL-kleur. Hulpstukken: - kopschot, aangelast. - gelaste hoeken. - koppelstuk. Hulpstukken moeten van overeenkomstige hoedanigheid en kwaliteit zijn als de lekdorpelprofielen. Toebehoren: - afdichtingsvoorziening: neopreen rubber profiel voor de afdichting van de achterzijde. - bevestigingsmiddelen: aluminium klangen met corrosievast stalen schroeven en kunststof volgringen. - anti-dreun isolatie. .01 VULLING WANDOPENING, BUITEN De aluminium lekdorpelprofielen onder de buitenkozijnen. 30.38.25-a BESCHERMPLAAT/-PROFIEL 0. BESCHERMPLAAT Type: corrosievast stalen schopplaten. Afmetingen: dikte 2 mm, hoogte 600 mm, over de volle dagmaatbreedte. Materiaal: corrosievast staal in kwaliteit AISI 316 Ti. Oppervlaktebehandeling: gepoedercoat volgens 46.32.19-a inkleur van de deur. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. .01 BINNENDEUR De schopplaten op de deuren t.p.v.: - deuren waar aangegeven op tekeningen of op afwerkstaten/materiaalstaten. 30.38.25-b BESCHERMPLAAT/-PROFIEL 0. BESCHERMPROFIEL Type: corrosievast stalen hoekprofiel. Afmetingen: 30x30x2 mm, hoog 750 mm. Materiaal: corrosievast staal in kwaliteit AISI 316 Ti. Oppervlaktebehandeling: gepoedercoat volgens 46.32.19-a in kleur van het kozijn. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. .01 BINNENKOZIJN/-PUI De corrosievast stalen hoekbeschermingsprofielen, ingelaten in de kozijnstijlen aan beide zijden van de houten binnenkozijnen t.p.v.: - deuren waar aangegeven op tekeningen of op afwerkstaten/materiaalstaten.


79


22.11.2012

.02 BUITENKOZIJN/-PUI De corrosievast stalen hoekbeschermingsprofielen, ingelaten in de kozijnstijlen aan beide zijden van de houten buitenkozijnen t.p.v.: - de groepswoningen. - bergingtoegangen en fietsenstallingen. 30.44

DAKLUIKEN

30.44.10-a DAKLUIK 0. METALEN DAKLUIK/-TOEGANG (BRL 3301-05) Leverancier: Gorter Luiken B.V. Schagen. Type: Uitvoering RHT 7014. Materiaal RHT: aluminiumplaat met isolatie. Afmetingen RHT: - dagmaat daktoegang (mm): 700x1.400. Rc-waarde ((m2.K)/W): 3,2. Oppervlaktebehandeling luik: gepoedercoat. - kleur buitenzijde (RAL): 7047. - kleur binnenzijde (RAL): 9010. Toebehoren: - contrabalans systeem voor openingshulp en terugvalremming. - openstand vergrendeling met releaseknop. - houvast gemonteerd op binnendeksel. - scharnieren - slot: Eurocilinderslot met 3 sleutels, bedienbaar vanaf binnen- en buitenzijde. - bevestigingsmiddelen: bouten in corrosievast stalen uitvoering. - flens gereed voor montage. Metalen dakluiken leveren onder KOMO-Attest. .01 DAKLUIK PLAT DAK De 3 dakluiken in de gemeenschappelijke trappenhuizen als toegangsluik naar het dak. 30.51

VLIESGEVELSYSTEMEN

30.51.12-a METALEN VLIESGEVELPROFIEL 0. VLIESGEVELPROFIEL Fabrikaat: Alcoa. Type: AA 100 Q vliesgevelpui. Luchtdoorlatendheid (NEN 3661): toetsingsdruk 150 Pa. Waterdichtheid (NEN 2778+w04): toetsingsdruk 150 Pa. Sterkte en stijfheid (NEN 6702+c07): volgens berekening fabrikant/leverancier; waar nodig onzichtbare verstevigings voorzieningen treffen. Brandwerendheid: waar aangegeven in 30 min. brandwerende uitvoering, de nodige voorzieningen treffen volgens opgave fabrikant/leverancier. U-waarde (NEN 1068+w08) (W/(m2.K)): 1,8. Inbraakwerendheid (weerstandsklasse): 2. Brandwerendheid (NEN 6069+w05) (min): 0 en 30 minuten zoals volgt uit de tekeningen. T.b.v. 30 min. brandwerende kozijnen de nodige voorzieningen volgens opgave fabrikant/leverancier treffen. Stijl- en dorpelprofielen: - aanzichtbreedte: 50. - diepte: zoals volgt uit de tekeningen resp. min. volgens berekening fabrikant/leverancier. - waar nodig voorzien van inwendige verstevigingsprofielen in thermisch verzinkt stalen uitvoering. - deklijst: vorm en afmetingen zoals volgt uit de tekeningen. - materiaal: aluminiumlegering (NEN-EN 573-3-07): EN AW-6060. - voorbehandeling: 6 waardige chromaatlaag (Cr6) gedompeld. Oppervlaktebehandeling: gepoedercoat volgens VMRG eisen in nader door architect te bepalen RAL-kleur. Beglazing: - HR++ isolerend dubbelglas zoals volgt uit de tekeningen en hoofdstuk 34. - beglazingssysteem: droog beglaasd met klemprofielen en met rubber beglazingsprofielen en sierkliklijsten. - glasklemprofielen: van geëxtrudeerd aluminium, in kwaliteit gelijk aan de vliesgevelprofielen. - sierdeklijsten: vorm en afmeting volgens tekening van geëxtrudeerd aluminium, in kwaliteit en afwerking gelijk aan de vliesgevelprofielen. Paneelvullingen en aansluitingen onderling en aan omringende constructies, zoals volgt uit de tekeningen: - sandwichpanelen samengesteld uit 2 aluminium platen, dikte 2 mm, waartussen PURschuim, randen luchtdicht afgetaped met alutape, kwaliteit en afwerking panelen Woonzorg Zone Nieuwveen

80


22.11.2012

gelijk aan de vliesgevelprofielen. - randafwerking vloerranden: gezette aluminium beplating, dik 2 mm, in kwaliteit en afwerking gelijk aan de vliesgevelprofielen. Toebehoren: - ankers: in aluminium uitvoering volgens opgave fabrikant/leverancier. - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering met kunststof volgringen. - waterslagen en lekdorpels: gezette, aluminium profielen, dikte 2 mm, voorzien van aangelaste kopschotten, geluiddempende isolatie en bevestigingsklangen in aluminium uitvoering, in kwaliteit en afwerking gelijk aan de vliesgevelprofielen. - afdichtings-/aansluitvoorzieningen: . t.b.v. de aansluiting aan omringende constructies de benodigde gezette, geïsoleerde en ongeïsoleerde aluminium beplating aanbrengen, dikte 2 mm, in kwaliteit en afwerking gelijk aan de vliesgevelprofielen. . 3-zijdige aluminium hoekprofiel 55x25x2 mm zoals volgt uit de tekeningen. . afdichting tussen vliesgevelprofielen en omringende constructies, m.b.v. een kitvoegvulling volgens hoofdstuk 36, zoals volgt uit de tekeningen. . waar aangegeven de profielen van de omringende constructies isoleren m.b.v. (H)CFK-vrij geproduceerde, geëxtrudeerd, polystyreen hardschuim vormstukken met gesloten celstructuur, zoals volgt uit de tekeningen. - vochtkeringen: . de vliesgevelpuien waar aangegeven in details aan de boven- en onderzijde voorzien van een strook PVC-folie, fabrikaat Comprifalt, type 1000. . de vliesgevelpuien waar aangegeven in details aan de zijkanten voorzien van DPCfolie, fabrikaat Comprifalt, type 5000. - ankers: in aluminium uitvoering volgens opgave fabrikant/leverancier. - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering met kunststof volgringen. .01 BUITENWAND De aluminium vliesgevel puien trappenhuizen (mogen ongeïsoleerd). .02 BUITENWAND, HELLEND DAK De aluminium vliesgevelpuien en dak t.p.v. de serre wintertuin. 30.80

HANG- EN SLUITWERK

30.80.09-a FUNCTIONELE OMSCHRIJVING HANG- EN SLUITWERK 0. FUNCTIONELE OMSCHRIJVING HANG- EN SLUITWERK De aannemer dient aan de hand van de volgende gegevens hang- en sluitwerk lijsten te vervaardigen. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring: 4. - goedgekeurde: 2. Al het toe te passen hang- en sluitwerk dient te voldoen aan: - NEN 5087-07 Inbraakveiligheid van woningen - Bereikbaarheid van gevelelementen: Deuren, ramen en kozijnen. - NEN 5089-09 Inbraakwerend hang- en sluitwerk - Classificatie, eisen en beproevingsmethoden. - NEN 5096+c11 Inbraakwerendheid - Gevelelementen met deuren, ramen, luiken en vaste vullingen - Eisen, Classificatie en beproevingsmethoden. - bereikbare buitenkozijnen, -ramen en -deuren met het bijbehorende hang- en sluitwerk dienen te voldoen aan Inbraakwerendheidsklasse 2 volgens NEN 5096+c11. - het Politie Keurmerk Veilig Wonen® Nieuwbouw Basisnorm. - Buva Advies- en keuzebestek Hang- en sluitwerk voor de Woningbouw Categorie huur/koopsector en vrije sector W-2 en W-AT. - seniorenwoningen voorzien van seniorenslot met sleutelgat boven de deurkruk of deurgreep bijv. Nemef 4915/17. - deurdrangers met een weerstand van max. 30 N. uitvoeren. - in senioren complexen teruggebogen deurkrukken toepassen kruk model U-line. Uitgangspunten: - hang- en sluitwerk aluminium kozijnen, ramen en deuren en schuifpuien in inbraakwerende systeemgebonden uitvoering en compleet geleverd met raam- en deurkrukken met smalschilden in corrosievast stalen uitvoering volgens nadere keuze architect. - de houten woningtoegangsdeuren en buitendeuren van fietsenbergingen + WKO voorzien van nastelbare corrosievast stalen scharnieren met anti-inbraaklip, aantal afstemmen op raam-/deurgewicht en toepassing. - de houten woningtoegangsdeuren en buitendeuren van fietsenberging + WKO voorzien van een slot met knevelende 3-puntssluiting, uitgevoerd met corrosievast stalen voorplaat en voorzien van nastelbare sluitkommen. - de houten woningtoegangsdeuren voorzien van briefkleppen fabrikaat Ami, type ter keuze architect, in weerbestendig geanodiseerde uitvoering, kleur F1. - sloten fabrikaat Buva of Nemef toepassen. - europrofielcilinders fabrikaat Lips toepassen. - deuren, waar aangegeven voorzien van deurdrangers, fabrikaat Dorma, type afstemmen op deurzwaarte. - de toegangsdeuren van hoofdentree voorzien van elektrische deuropeners. Woonzorg Zone Nieuwveen

81


22.11.2012

- de houten woningtoegangsdeuren voorzien van veiligheidsbeslag Buva serie 3400 of 3500 naar keuze architect, aan binnenzijde voorzien van kruk O-line (lijkt op D-Sign), in weerbestendig geanodiseerde uitvoering, kleur F1. - de houten buitendeuren van fietsenbergingen + WKO voorzien van veiligheidsbeslag Buva serie 3400 of 3500 naar keuze architect, aan binnen- en buitenzijde voorzien van kruk O-line (lijkt op D-Sign), in weerbestendig geanodiseerde uitvoering, kleur F1. - de houten binnendeuren van algemeneen technische ruimten, bergingen voorzien van een cilinderslot met dagen nachtschoot, uitgevoerd met corrosievast stalen voorplaat Nemef 649/17. - de houten binnendeuren van gemeenschappelijke trappenhuizen voorzien van loopsloten, uitgevoerd met corrosievast stalen voorplaat. - de houten buitendeuren van vluchtroutes en/of gemeenschappelijke trappenhuizen voorzien van anti-paniek meerpuntslot (Nemef 4917-86) voorplaat verzinkt, geel gepassiveerd voorzien van bijbehorende nastelbare sluitkommen met sluitplaten in verzinkt stalen uitvoering; aan binnenzijde voorzien van een kruk met nachtschootmeenemer, aan buitenzijde voorzien van een knop en slot om de deur te openen. - de houten binnendeuren van algemeneen technische ruimten voorzien van hang- en sluitwerk, fabrikaat Randi, type 1060, in corrosievast stalen uitvoering met bijbehorende kruk/greep en cilinderrozetten. - de ramen in algemeneen technische ruimten voorzien van knevelende raamsluitingen met raamkrukken fabrikaat Randi, type 1720, in corrosievast stalen uitvoering met bijbehorende rozet. Het hang- en sluitwerk in de woningen en van de bij de woning behorende berging, uitvoeren met fabrikaat Buvalux serie D-Sign plus met kruk en schild type D-Sign, in weerbestendig geanodiseerde uitvoering, kleur F1. - de slaapkamerdeuren voorzien van dagen nachtsloten. - de toilet en badkamerdeuren voorzien van vrij- en bezetsloten. - de meterkastdeuren in de woningen voorzien van kastsloten voorzien van sleutelschild. - de overige binnendeuren voorzien van loopsloten. De cilinders van alle tot dezelfde woning behorende deuren dienen gelijksluitend te worden uitgevoerd; de cilinders van de algemeneen technische ruimten uitvoeren met een generaalsleutel. Alle fabrikaten en typen hang- en sluitwerk bemonsteren en ter goedkeuring aan de architect voorleggen. Al het hang- en sluitwerk dient gemonteerd te worden met corrosievast stalen bevestigingsmiddelen. Plaatsingshoogten: - bediening deuren: handgreep op 1,05 m¹ + afgewerkte vloer. - bediening beweegbare ramen en bovenramen tussen 0,90 - 1,20 m¹ + afgewerkte vloer. - minimaal 0,50 m¹ uit de hoek. .01 HANG- EN SLUITWERK De functionele omschrijving t.b.v. het hang- en sluitwerk.


82


31

SYSTEEMBEKLEDINGEN

31.00

ALGEMEEN

31.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. VERVORMING EN GELUID In het werk gemonteerde gevelbekledingen inclusief de daarin opgenomen elementen, mogen niet zichtbaar vervormen en hinderlijke geluiden produceren ten gevolge van belastingen temperatuurinvloeden volgens STABU-standaard hoofdstuk 31.0.20.01. 91. VERSCHILLENDE METALEN Het toepassen van verschillende soorten metaal mag geen contactcorrosie en/of elektrolytische reacties veroorzaken. Hiertoe de met elkaar in aanraking komende delen onderling van elkaar scheiden door een isolerend materiaal. 92. LAS- EN SOLDEERVERBINDINGEN De in het zicht blijvende las- en soldeerverbindingen moeten glad en gelijk met het oppervlak van de aansluitende bouwdelen zijn afgewerkt. 93. PATROON BEVESTIGINGSMIDDELEN In het zicht blijvende bevestigingsmiddelen moeten volgens een regelmatig patroon zijn aangebracht.

31.00.30

INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN 09. MONSTER TER BEOORDELING Voordat onderstaande bouwstoffen door de aannemer worden besteld hiervan een monster ter beoordeling aan de directie voorleggen: - van alle aan te brengen systeembekledingen. 90. KEURING EN CONTROLE De gereedgekomen onderdelen worden voor de eerste maal door de directie gecontroleerd in de fabriek van de leverancier. De tweede controle geschiedt bij aankomst van de onderdelen op de bouwplaats. Een laatste keuring op functioneren en beschadigingen zal plaats vinden na montage en tijdens de oplevering. Bij aanvang van de montage wordt van elk type een eerste product gemonteerd en aangeboden voor keuring. De keuring betreft alleen de esthetische aspecten op component niveau. Dit eerste product zal als referentie dienen voor de rest van het betreffende onderdeel. De keuring van de esthetische kwaliteit van de geassembleerde onderdelen zal tijdens de oplevering geschieden.

31.00.50

BIJBEHORENDE VERPLICHTINGEN: ALGEMEEN 90. VERVAARDIGINGSBEDRIJF Alle aan te brengen gevelbekledingen dienen vervaardigd te worden in een daartoe gespecialiseerd en goed geoutilleerd bedrijf ter goedkeuring directie.

31.12

WERKBESCHEIDEN

22.11.2012

31.12.10-a TEKENINGEN 0. TEKENINGEN Door de aannemer te vervaardigen tekeningen. Van de systeembekledingen. - werktekeningen op schaal 1:50 en detailtekeningen op schaal 1:1. De werktekeningen moeten de volgende gegevens bevatten: - de afmetingen van de toe te passen onderdelen (overzicht). - de afwerking en kleur van de diverse onderdelen. - de verankeringen en constructie van de onderdelen. - eventueel patroon in het zicht komende bevestigingspunten. - de toe te passen materialen. - in details: de omringende constructies en voor wiens rekening de verschillende onderdelen zijn. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2. .01 BUITENWAND De tekeningen van de systeembekledingen. 31.12.12-a STATISCHE BEREKENING 0. STATISCHE BEREKENING Door de aannemer te vervaardigen statische berekening: - van de systeembekledingen incl. bevestiging en verankering. De berekeningen van de onderdelen moet alle stadia waarin een onderdeel komt te verkeren beslaan; vanaf het moment van vervaardiging (fabricage, opslag, transport, montage en definitieve toestand met inbegrip van temperatuur en krimpinvloeden). Zo nodig past de aannemer de dikte van de panelen en/of de verankeringen aan aan de uit deze berekeningen voortvloeiende eisen; dergelijke aanpassingen zijn niet verrekenbaar. Aantal te verstrekken exemplaren: Woonzorg Zone Nieuwveen

83


22.11.2012

- ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2. .01 BUITENWAND De berekeningen van de systeembekledingen. 31.32

ENKELVOUDIGE FELSPLAATBEKLEDINGEN

31.32.12-a METALEN FELSPLAATBEDEKKING, VLAKKE ALUMINIUMPLAAT 0. METALEN FELSPLAATBEKLEDING Klangafstand (mm): volgens opgave fabrikant/leverancier. Bovenafdekking: gezette aluminium dakrandprofiel. Onderrand: gezette Falzinc lekdorpelprofielen. Dagkanten t.p.v. kozijnen: d.m.v. zetwerk in Falzinc®. Koppeling van lengten d.m.v. prefab koppelstukken. Bevestiging: éénzijdig blind geschroefd. 1. VLAKKE ALUMINIUMPLAAT Fabrikaat: Tata Steel. Type: Falzinc® type 530/25, dikte 0,7 mm. Materiaal: Falzinc® is een symbiose tussen de materialen Aluminium en Zink. Oppervlaktebehandeling: fabrieksmatig voorzien van zinklaag. Kleur: standaard grijs. Profiel: felsplaat. Oppervlak: glad. Plaatdikte (mm): - 0,7 mm voor felsplaten. - 1,0 mm voor hulpstukken. Breedte (mm): 530. Lengte (mm): uit één stuk (standaard 3 m lang, maar langeren platen zijn leverbaar). Felshoogte (mm): 25. Hulpstukken: - hoekstukken van Falzinc®. - afdekprofielen t.p.v. dakranden: gezette dakrandprofielen van Falzinc®. - onderprofiel: gezette lekdorpelprofielen van Falzinc®. - gezette profielen van Falzinc® t.p.v. dagkanten van kozijnen. - prefab koppelprofielen. Hulpstukken moeten van overeenkomstige hoedanigheid en kwaliteit zijn als de platen. Toebehoren: - klangen en bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. - waterkerende dampdoorlatende folie Morgo Vent, gemonteerd op een ondergrond van min.18 mm houtachtige constructie. - S.V. gezette koudgewalste profielen. - dampremmende PE-folie. .01 BUITENWAND De Falzinc® Felsplaat gevelbekledingen. 31.81

VOCHTKERINGEN

31.81.10-a LODEN VOCHTKERINGSSTROOK, BLADLOOD 0. LOODVRIJE VOCHTKERINGSSTROOK Overlap: 70 mm. Bevestigingswijze: - mechanisch bevestigd met een knelprofiel. 1. LOODVRIJE SLABBE Fabrikaat: Ubbink B.V. Type: Ubiflex waterdichte laag. Materiaal: hoogwaardig gemodificeerde bitumen waterkering met flexibele aluminium drager. Drager: aluminium gaas. Breedte x lengte: zoals volgt uit de tekeningen of in het werk bepalen. Dikte (mm): 2,7 tot 3,0. Kleur: grijs. Toebehoren: - Ubiflexschaar. - bevestigingsmateriaal: Ubiflex Hihg-Tack kit. - bevestigingsmateriaal: Ubiflex voegklem. - aluminium knelprofielen; het knelprofiel bevestigen met corrosievast stalen schroeven in kunststof pluggen, h.o.h. 300 mm, de knelprofielen aan de bovenzijde waterdicht afkitten. .01 BUITENWAND De Ubiflex vochtkeringen als loodvervanger t.p.v. de onderaansluiting van de gevelbekledingen.


84


22.11.2012

.02 BUITENWAND Overal waar nodig, zoals volgt uit de tekeningen. 31.81.30-a KUNSTSTOF VOCHTKERINGSSTROOK, KUNSTSTOFFOLIE 0. KUNSTSTOF VOCHTKERINGSSTROOK Bevestiging: verlijmd. Strooklengte: zo lang mogelijk. Overlap: 70 mm. 1. KUNSTSTOFFOLIE Fabrikaat: Comprifalt b.v. Type: 5000. Materiaal: DPC. Dikte (µm): 500. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen. .01 BUITENWAND De kunststof vochtkeringen t.p.v. de zijaansluiting van de gevelbekledingen. 31.90


31.90.10-a DIVERSE ANKERS EN BEVESTIGINGSMIDDELEN 0. DIVERSE ANKERS EN BEVESTIGINGSMIDDELEN Indien niet nader omschreven gelden voor alle aan te brengen verankeringen en bevestigingsmiddelen de volgende eisen: - voor toepassing buiten en in de spouw, in corrosievast stalen uitvoering in kwaliteit A2. - voor toepassing binnen, in thermisch verzinkt stalen uitvoering; ter bescherming van de verzinklaag moet deze gechromateerd zijn. - in het zicht komende bevestigingsmiddelen meecoaten of schilderen in de kleur van het betreffende onderdeel. - ter plaatse van profieldoorboringen ten behoeve van ankers voorzieningen treffen zodat damptransport tussen vertreklucht en spouwlucht door de gaten onmogelijk is. Verankeringen en bevestigingsmiddelen van systeembekledingen moeten wat vorm, sterkte, afwerking en materiaalsamenstelling betreft, in overeenstemming zijn met de te bevestigen onderdelen. Ankers en bevestigingsmiddelen mogen in geen geval contactcorrosie of verkleuring veroorzaken, hiertoe de met elkaar in aanraking komende delen onderling van elkaar scheiden door een isolerend materiaal. Verankeringen van dragende onderdelen dienen voldoende brandwerende dekking te hebben of aanvullend brandwerend bekleed te worden. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Diverse verankeringen en bevestigingsmiddelen t.b.v. in dit hoofdstuk omschreven onderdelen.


85


32

TRAPPEN EN BALUSTRADEN

32.00

ALGEMEEN

32.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. VISUELE EISEN Aan de in het zicht komende stalen trappen en balustraden worden hoge visuele eisen gesteld: - toleranties dienen tot een minimum beperkt te worden e.e.a. zodanig dat de verschillende onderdelen passend op elkaar aansluiten. - lasnaden dienen een regelmatig en strak uiterlijk te hebben, vrij zijn van poriën, eindkraters, randinkartelingen, scheuren en lasspatten. - buisprofielen met gelaste naad mogen voor in het zicht blijvende onderdelen niet worden toegepast. - bij kokerprofielen met gelaste naad moet de lasnaad uit het zicht geplaatst worden. - in het zicht blijvende uiteinden van buis- en kokerprofielen dichtlassen. - als gevolg van bevestiging mogen op de in het zicht blijvende onderdelen geen onregelmatigheden of vervormingen zichtbaar zijn. - onderdelen waarin water kan blijven staan, voorzien van voldoende gaten voor waterafvoer.

32.00.29

EISEN EN UITVOERING: TRAPPEN EN BALUSTRADEN 01. AANVULLENDE BOUWVOORSCHRIFTEN De balustraden moeten voldoen aan de aanvullende gemeentelijke bouwvoorschriften en beproevingsmethoden. 04. THERMISCH VERZINKEN Thermisch verzinken, overeenkomstig NEN-EN-ISO 1461-99, laagdikte 80 µm, t.b.v. de stalen constructie onderdelen zoals volgt uit het bestek. - alvorens te verzinken de walshuid verwijderen d.m.v. stralen, reinigingsgraad SA 2,5. - alle mechanische bewerkingen zoals lassen, boren, e.d. dienen vóór het verzinken te geschieden. - voor het op de juiste plaats brengen van ontluchtings- en uitstroomgaten eventueel de verzinkerij raadplegen. Indien onderdelen van constructies in verband met montage gemerkt moeten worden, kan dit het beste geschieden d.m.v. slagcijfers of door het aanbrengen van merkplaatjes. Het merken met verf en/of vetkrijt dient vermeden te worden. - beschadigingen van zinkdeklagen tijdens transport en montage afsolderen met zinklegeringslaag. Vooraf de bij te werken plekken goed schoonmaken. - overmatige zinkaangroei, ruwe oppervlakken, oneffenheden, druipvlakken en -randen, contactvlakken ontstaan tijdens het verzinkproces e.d. van in het zicht blijvende, niet nader af te werken zinkdeklagen zijn niet toegestaan. - tapgaten na het thermisch verzinken opnieuw tappen. - na het thermisch verzinken de staalconstructies en stalen onderdelen waar nodig narichten. 06. LEUNINGEN Leuningen moeten aan de volgende eisen voldoen. - bovenkant leuning 0,85 m boven voorkant trede. - vrije ruimte tussen leuning en aangrenzende wand minimaal 50 mm. - leuninghouders, h.o.h. maximaal 1,25 m, minimaal 2 per leuning. - leuning min. 60 mm boven de leuningdragers gemonteerd. - leuningen zonder onderbreking langs de trappen uitvoeren (bij houten leuningen met wrongstuk). - buitenste leuning waar mogelijk 200 mm doorzetten t.o.v. eerste en laatste trede. 07. BESCHERMING De traptreden en bordessen tijdens de bouw beschermen met hardboard. 08. AANSLUITINGEN Tussen de aansluitingen van metalen balustraden op steenachtige materialen, EPDM-rubber oplegmateriaal aanbrengen.

32.00.39

INFORMATIE-OVERDRACHT: MONSTERS 01. MONSTER TER BEOORDELING Voordat onderstaande bouwstoffen door de aannemer worden besteld hiervan een monster ter beoordeling aan de directie voorleggen: - van de houten leuningen met juiste houtsoort en lak ter goedkeuring van architect

32.00.60

BOUWSTOFFEN: ALGEMEEN 90. ANKERS EN BEVESTIGINGSMIDDELEN Indien niet nader omschreven gelden voor alle aan te brengen verankeringen en bevestigingsmiddelen de volgende eisen: - voor toepassing buiten en in de spouw, in corrosievast stalen uitvoering in kwaliteit A2. - voor toepassing binnen, in thermisch verzinkt stalen uitvoering; ter bescherming van de verzinklaag moet deze gechromateerd zijn. - in het zicht komende verankeringsen bevestigingsmiddelen uitvoeren met lage dopmoeren en deze meecoaten of schilderen in de kleur van het betreffende onderdeel.


22.11.2012

86


22.11.2012

Verankeringen en bevestigingsmiddelen van trappen en balustraden moeten wat vorm, sterkte, afwerking en materiaalsamenstelling betreft, in overeenstemming zijn met de te bevestigen onderdelen. Ankers en bevestigingsmiddelen mogen in geen geval contactcorrosie of verkleuring veroorzaken, hiertoe de met elkaar in aanraking komende delen onderling van elkaar scheiden door een isolerend materiaal. 91. ZICHTWERK Blank blijvende onderdelen tot aan het aanbrengen in het werk beschermen tegen zonlicht zodat geen onregelmatige verkleuring optreedt. 92. DUBO Gebruik uitsluitend duurzaam geproduceerd hout met FSC-keurmerk. 32.12

WERKBESCHEIDEN

32.12.10-a TEKENINGEN 0. TEKENINGEN Door de aannemer te vervaardigen tekeningen. Van de aan te brengen trappen en balustraden. - werktekeningen op schaal 1:20 en detailtekeningen op schaal 1:5. De werktekeningen moeten de volgende gegevens bevatten: - de afmetingen van de toe te passen onderdelen. - de afwerking en kleur van de diverse onderdelen. - de toe te passen materialen. - in details: de omringende constructies en voor wiens rekening de verschillende onderdelen zijn. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2 alsmede het benodigd aantal t.b.v. indiening bij de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht. Na goedkeuring van de directie zorgt de aannemer via de constructeur, indien nodig, voor indiening bij en goedkeuring van de plaatselijke bouwinstanties. .01 TRAPPEN EN BALUSTRADEN De tekeningen van de aan te brengen trappen en balustraden. 32.12.12-a STATISCHE BEREKENING 0. STATISCHE BEREKENING Door de aannemer te vervaardigen statische berekening: - van de aan te brengen trappen en balustraden en hun verankeringen op sterkte en stijfheid conform de geldende voorschriften te vervaardigen. De berekeningen van de onderdelen moet alle stadia waarin een onderdeel komt te verkeren beslaan; vanaf het moment van vervaardigen (fabricage, opslag, transport, montage en definitieve toestand met inbegrip van eventuele beproevingsmethoden door de plaatselijke bouwinstanties). Voor balustrades in situaties waar veel personen tegelijkertijd kunnen verkeren dient bij de berekening uitgegaan te worden van gebouwklasse 3 (bijeenkomstfunctie, sportgebouw) volgens NEN 6702. Zo nodig past de aannemer de zwaarte en/of de wanddikte van de profielen, invullingen en/of verankeringen aan aan de uit deze berekeningen voortvloeiende eisen; dergelijke aanpassingen zijn niet verrekenbaar. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2 alsmede het benodigd aantal t.b.v. indiening bij de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht. Na goedkeuring van de directie zorgt de aannemer via de constructeur, indien nodig, voor indiening bij en goedkeuring van de plaatselijke bouwinstanties. .01 TRAPPEN EN BALUSTRADEN De berekeningen van de aan te brengen trappen en balustraden. 32.31

VASTE TRAPPEN

32.31.11-a METALEN TRAP 0. METALEN TRAP Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: stalen steektrap. Uitvoering: open. Afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Materiaal: staalkwaliteit (NEN-EN 10025-1-04) S235JRG2. Oppervlaktebehandeling: - stalen onderdelen thermisch verzinkt overeenkomstig NEN-EN-ISO 1461-99. Afwerking: - stalen onderdelen: gepoedercoat volgens 46.32.19-a in nader door architect te bepalen RAL-kleur (inclusief Dejo roosters). - lassen indien niet regelmatig gelast afslijpen alvorens te verzinken en te coaten. Woonzorg Zone Nieuwveen

87


22.11.2012

Traponderdelen: - trapboom: van stalen strippen, afmeting volgens berekening fabrikant-leverancier. - traptrede: van standaard persrooster treden, fabrikaat Dejo, voorzien van een aantredeprofiel en aangelaste schetsplaten t.b.v. de bevestiging tussen de trapbomen; afmetingen draag- en vulstaven volgens berekening aannemer, maaswijdte 33x33 mm. - bordes: van standaard persrooster treden, fabrikaat Dejo, voorzien van een aantredeprofiel en aangelaste schetsplaten t.b.v. de bevestiging tussen de trapbomen; afmetingen draag- en vulstaven volgens berekening aannemer, maaswijdte 33x33 mm. - baluster: stalen strips 60x20 mm, gelast aan de trapboom. - bovenregel: stalen strip 60x20 mm, met daarop een leuning van hardhout geschikt voor leuningen, duurzaamheidsklasse II, gewicht>450kg/m³, hoogste kwaliteitsklasse, geleverd met FSC-keurmerk, houtsoort ter goedkeuring directie, afmeting 100x60 mm, afwerking blank gelakt. - tussenregels roestvrijstalen spandraaden ø 7 mm met bijbehorende montage-einden, gaffels en spanners. - vulling van balustradenet roestvrijstalen balustradenet X-tor fabrikaat Huck Torimex, maaswijdte 45x45 mm. Toebehoren: - verankeringsen bevestigingsmiddelen: dopmoeren in corrosievast stalen uitvoering meegecoat of geschilderd in de kleur van het betreffende onderdeel. - muurleuning: stalen buisprofiel, ø 40x3,2 mm, uiteinden dichtgelast en voorzien van aangelaste leuningdragers. 4. STELWERK TRAPPEN Bovenkant bovenste trede gelijk gesteld met bovenkant afgewerkte vloer. Verankering: zoals volgt uit de tekeningen en volgens nadere uitwerking fabrikant/leverancier. .01 VASTE TRAP De stalen (buiten)vluchttrappen met balustraden. 32.32

BEWEEGBARE TRAPPEN

32.32.12-a HOUTEN BEWEEGBARE TRAP 0. HOUTEN VOUWTRAP Fabrikaat: Novoferm Nederland B.V. Type: houten vliering vouwtrap, gemonteerd op draaibaar luik met verzonken sluiting en met vloerdoorvoerkast, 1300 driedelig. Verdiepingshoogte: zoals volgt uit de tekeningen. Trapgatsparing (bxl) (mm): 700x1.200. Trapbreedte (mm): 400. Hoogte vloerdoorvoerkast (mm): 195. Materiaal luik: geïsoleerde plaat, 2-zijdig wit, dik 26 mm. Houtsoort: vuren. Oppervlaktebehandeling: dekkend geschilderd. Hefarm: afstelbaar, voorzien van slijtvaste messing ringen. Leuning: éénzijdig links. Toebehoren: - duw/trekstok. - verzonken knipsluiting. - traphekje. - bevestigingsmiddelen: in verzinkt stalen uitvoering. Hout leveren met FSC-keurmerk (Forest Stewardship Council). .01 VERDIEPINGVLOER, BINNEN De vlizo trappen t.b.v. het bereiken van de 2e verdieping in het noordblok kavel 2 en 3. 32.51

BALUSTRADEN

32.51.11-a METALEN BALUSTRADE 0. METALEN BALUSTRADE Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: stalen balustrade met invulling van balustradenet. Materiaal: - staalkwaliteit (NEN-EN 10025-1-04) S235JRG2. - corrosievast staal kwaliteit AISI 316 Ti. Afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Oppervlaktebehandeling: thermisch verzinkt overeenkomstig NEN-EN-ISO 1461-99. Afwerking: - gepoedercoat volgens lid 46.32.19-a in nader door architect te bepalen RAL-kleur. - lassen indien niet regelmatig gelast afslijpen alvorens te verzinken en te coaten. Onderdelen: - baluster: stalen strips 60x20 mm, voorzien van aangelaste voetplaten t.b.v. de verankering aan de trap resp. galerij. Woonzorg Zone Nieuwveen

88


22.11.2012

- bovenregel: stalen strip 60x20 mm, met daarop een leuning van hardhout geschikt voor leuningen, duurzaamheidsklasse II, gewicht>450kg/m³, hoogste kwaliteitsklasse, geleverd met FSC-keurmerk, houtsoort ter goedkeuring directie, afmeting 100x60 mm, afwerking met transparante kleurbeits met pigment, afstemming houtsoort+beits+kleurpigment i.o.m. architect en bemonstering vooraf. - tussenregels staf ø 20 mm. - vulling van balustradenet roestvrijstalen balustradenet X-tor fabrikaat Huck Torimex, maaswijdte 45x45 mm. Toebehoren: - verankeringsen bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering; in het zicht komende bevestigingsmiddelen m.b.v. dopmoeren meegecoat of geschilderd in de kleur van het betreffende onderdeel. - verzinkt stalen hellingplaten en EPDM oplegrubber tussen voetplaten en de aansluitende constructies. 4. STELWERK AFBOUW Verankeringswijze: zoals volgt uit de tekeningen. .01 BALUSTRADE De balustrade met invulling van balustradenet langs de vrije zijden van de trappen en galerijen. 32.51.11-b METALEN BALUSTRADE 0. METALEN BALUSTRADE Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: stalen balustrade met gelaagd glazen panelen. Materiaal: staalkwaliteit (NEN-EN 10025-1-04) S235JRG2. Afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen. Oppervlaktebehandeling: thermisch verzinkt overeenkomstig NEN-EN-ISO 1461-99. Afwerking: - gepoedercoat volgens lid 46.32.19-a in nader door architect te bepalen RAL-kleur. - lassen indien niet regelmatig gelast afslijpen alvorens te verzinken en te coaten. Onderdelen: - baluster stalen strips 60x20 mm, voorzien van aangelaste voetplaten t.b.v. de verankering aan de vloer resp. het balkon. - bovenregel: stalen strip 60x20 mm, met daarop een leuning van hardhout geschikt voor leuningen, duurzaamheidsklasse II, gewicht>450kg/m³, hoogste kwaliteitsklasse, geleverd met FSC-keurmerk, houtsoort ter goedkeuring directie, afmeting 100x60 mm, afwerking met transparante kleurbeits met pigment, afstemming houtsoort+beits+kleurpigment i.o.m. architect en bemonstering vooraf. - frame: stalen U-profiel, 30x30x30x3 mm, gemonteerd aan balusters en bovenregel. - paneel: doorvalbeperkend gelaagd glas met zeefdrukpatroon volgens nader ontwerp architect, opbouw en dikte volgens opgave fabrikant/leverancier overeenkomstig NEN 3569-01 en NEN 6702+a08, voorzien van afgescherpte en geslepen randen; randen voorzien van speciale transparante coating ter voorkoming van delaminatie. De glasplaten met EPDM-rubber gevat in het frame van U-profielen. Toebehoren: - verankeringsen bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering; in het zicht komende bevestigingsmiddelen m.b.v. dopmoeren meegecoat of geschilderd in de kleur van het betreffende onderdeel. - verzinkt stalen hellingplaten en EPDM oplegrubber tussen voetplaten en de aansluitende constructies. 4. STELWERK AFBOUW Verankeringswijze: zoals volgt uit de tekeningen. .01 BALUSTRADE De balustrade met gelaagd glazen panelen langs de vrije zijden van de balkons. 32.52

LEUNINGEN

32.52.10-a LEUNINGPROFIEL 0. LEUNINGPROFIEL Profiel: stalen buisprofiel, ø 40x3,2 mm, de uiteinden dichtgelast. Materiaal: staalkwaliteit (NEN-EN 10025-1-04) S235JRG2. Afwerking: - gepoedercoat volgens lid 46.32.19-a in nader door architect te bepalen RAL-kleur. - lassen indien niet regelmatig gelast afslijpen alvorens te coaten. De leuning min. 50 mm vrij van de wand. De leuning min. 60 mm boven de leuningdragers gemonteerd. De leuning waar mogelijk 200 mm doorzetten t.o.v. eerste en laatste trede. Toebehoren: - leuningdrager: d.m.v. aan het buisprofiel gelaste staf met kopplaat. - bevestigingsmiddelen: met verzonken kop in corrosievast stalen uitvoering meegecoat of geschilderd in de kleur van het betreffende onderdeel.


89


22.11.2012

4. STELWERK AFBOUW Bevestigingswijze: - in steenachtige wanden met nylon spreidankers met verzonken kop inbusbouten. - in metalstudwanden met verzonken kop schroeven en stroken multiplex opnemen t.b.v. de bevestiging van de leuningen. .01 TRAPLEUNING De muurleuning in de gemeenschappelijke trappenhuizen. 32.52.10-b LEUNINGPROFIEL 0. LEUNINGPROFIEL Profiel: houten wandleuning. Materiaal: beuken (NEN 5479+c97), kwaliteitsklasse A. Afwerking: blank gelakt. Vorm en afmetingen zoals volgt uit de tekeningen. De leuning min. 50 mm vrij van de wand. De leuning min. 60 mm boven de leuningdragers gemonteerd. Toebehoren: - leuningdrager: in corrosievast stalen uitvoering type en h.o.h. afstand afstemmen op doelgroep. - bevestigingsmiddelen: met verzonken kop in corrosievast stalen uitvoering. 4. STELWERK AFBOUW Bevestigingswijze: - in steenachtige wanden met nylon spreidankers met verzonken kop inbusbouten. - in metalstudwanden met verzonken kop schroeven en stroken multiplex opnemen t.b.v. de bevestiging van de leuningen. .01 WANDLEUNING De houten leuningen in de woongang van de groepswoningen PG.


90


33

DAKBEDEKKINGEN

33.00

ALGEMEEN

33.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 09. VAN TOEPASSING ZIJNDE VOORSCHRIFTEN De in dit hoofdstuk genoemde werkzaamheden moeten worden uitgevoerd onder KOMO-procescertificaat volgens BRL 4702: Uitvoering van dakbedekkingsconstructies in bitumen of kunststof, laatste uitgave. Tevens zijn de verwerkingsvoorschriften en uitvoeringsrichtlijnen volgens het dakboekje van BDA Dakadvies B.V., laatste uitgave, van toepassing. 90. RISICO-INVENTARISATIE De aannemer dient in samenwerking met de dakdekker een risico-inventarisatie op te stellen met bijbehorend plan van aanpak zodat de gebouweigenaar zonder extra veiligheidsvoorzieningen onderhoud aan dak en installatie-onderdelen kan laten verrichten. Tevens dienen de minimale voorzieningen voortvloeiend uit het plan van aanpak gerekend en opgenomen te worden. De ankerpunten en/of permanente valbeveiligingen dienen te voldoen volgens de Europese norm EN 795. De risicoinventarisatie met plan van aanpak dient tijdig, voordat met de uitvoering van het werk wordt begonnen, ter beoordeling te worden voorgelegd aan de directie. 91. DAKCONSTRUCTIE De gehele dakconstructie incl. constructie, dakisolatie, dakbedekking en ballastlagen dient vliegvuur bestendig te zijn volgens NEN 6063.

33.00.29

EISEN EN UITVOERING: AANVULLEND 01. OVERLAPPEN CACHERING ISOLATIEMATERIAAL De overlappen van de cachering van het isolatiemateriaal moeten zijn los gehouden. 02. DAKDETAILS Alle dakdetails uitvoeren volgens de geharmoniseerde details van BDA/Vebidak en NEN 6050 Brandveilig detailleren. 03. BESCHERMING ISOLATIEMATERIAAL Isolatiemateriaal tegen de invloed van vocht en zonlicht beschermen. 04. GE-EXPANDEERDE PS-SCHUIMPLAAT Isolatieplaten van geëxpandeerd polystyreenschuim mogen niet binnen vier weken na fabricagedatum worden verwerkt. 06. TREKPROEF Bij mechanisch bevestigde dakbedekking een trekproef uitvoeren om de voor de ondergrond meest geschikte bevestigingsmiddelen te bepalen. Ca. 400 N trek per bevestigingspunt.

33.00.60

BOUWSTOFFEN: ALGEMEEN 90. CERTIFICAAT VAN TECHNISCHE GOEDKEURING Alle toe te passen dakbedekkingsconstructies moeten zijn voorzien van een certificaat van technische goedkeuring, uitgegeven door BDA INTRON of KOMO attest met certificaat. 91. ZINKEN ONDERDELEN Zinken onderdelen welke in aanraking komen met APP-dakbedekking dan wel afstromend water afkomstig van APP-dakbedekking, voorzien van een beschermende coating of alternatief.

33.12


22.11.2012

33.12.20-a STATISCHE BEREKENING 0. STATISCHE BEREK. BEVEST. DAKBEDEKKING (NEN 6707+c02) Door de aannemer te vervaardigen statische berekening voor de bevestiging van de dakbedekking. Conform NEN 6707+c02: Bevestiging van dakbedekking - Eisen en bepalingsmethoden. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2 alsmede het benodigd aantal t.b.v. indiening bij de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht. .01 PLAT DAK/HELLEND DAK De windbelastingsberekening t.b.v. het bepalen van het aantal en patroon van de bevestigingspunten c.q. de dikte van de ballastlaag en de grootte van kimfixatievlakken.


91


22.11.2012

VOORBEHANDELING ONDERGROND, BAANVORMIGE DAKBEDEKKINGEN

33.31.20-a NAADAFWERKING/DAMPREMMENDE LAAG 0. DAMPREMMENDE LAAG Los gelegd, overlap 50 mm afgeplakt met tape. De dampremmende laag opzetten tegen de dakranden, dakopstanden en opgaand werk en dampdicht afplakken op de ondergrond; de dakranden beschermen met een zelfklevende bitumineuze opstandstrook. 7. KUNSTSTOFFOLIE Materiaal: polyetheen. Dikte (µm): 200. Toebehoren: - verouderingsbestendig dubbelzijdig klevend tape. .01 PLAT DAK De dampremmende laag op de platte daken. .02 PLAT/HELLEND DAK De dampremmende laag op de platte/hellende daken onder de vlakke steenwol isolatieplaten onder de felsplaat dakbedekking. 33.32

ISOLATIE/AFSCHOTLAAG

33.32.14-a ISOLATIEWERK, ISOLATIEPLATEN, HARD KUNSTSTOFSCHUIM PLAAT 0. VERWERKING DAKISOLATIEPLATEN Los gelegd. - patroon: de isolatieplaten in een recht patroon en strak tegen elkaar aangelegd. - afschot: 15 mm/m, ter plaatse van dakafvoeren en spuwers 10 mm dunnere steenwolplaten over een oppervlak van 1 m² aanbrengen. - t.p.v. dakafvoeren en dakdoorvoeren steenwolplaten toepassen. - naadafwerking: het overlappende deel van de cachering loshouden. - dakranden/dakdoorbrekingen: strak afwerken, waarop een losse strook gebitumineerd polyestermat van voldoende breedte aangebracht moet worden. - ontbrekende en gescheurde overlappen vervangen door losse stroken gebitumineerd glasvlies, breedte 100 mm. 1. EPS-SCHUIM DAKPLAAT (BRL1309+w07) Fabrikaat: IsoBouw Systems bv. Type: Poly Top A 2400 / Super Top A 2400. Materiaal: brandvertragend gemodificeerd EPS. Kwaliteit: - 200-SE t.p.v. beloopbare dakzones. - 100-SE t.b.v. de overige daken. - t.p.v. dakdoorvoeren en dakafvoeren een onbrandbare drukvaste onbeklede vlakke minerale wolplaat toepassen. Lengte x breedte (mm): 1.200x1.000. Dikte (mm): minimale isolatielaagdikte berekenen volgens NEN 1068 aan de hand van de vereiste Rc-waarde van 5,0 m²K/W, ter plaatse van dakterrassen 3,5 m²K/W. Kanten: recht. Afschotplaten: - met éénzijdig afschot. - afschot (mm/m): 15. Cacheerlaag: - gebitumineerd glasvlies, éénzijdig 2400 gr/m². Toebehoren: - opstandstroken: steenwol mastiekhoeken. Dakisolatieplaten leveren onder KOMO-attest-met-productcertificaat. .01 PLAT DAK De PS afschotisolatieplaten op de platte betondaken en dakterrassen. 33.33

BITUMINEUZE DAKBEDEKKINGEN

33.33.11-a BITUMINEUS DAKBEDEKKINGSSYSTEEM, LOSLIGGEND 0. BITUMINEUS DAKBEDEKKINGSSYSTEEM, LOSLIGGEND Dakbedekkingsysteem: 2-laags losliggend. Onderlaag: - los gelegd. - langsoverlap 70, dwarsoverlap 100. - naden los gelegd. Toplaag: - gebrand. - langsoverlap 70, dwarsoverlap 100; dwarsoverlappen verspringend t.o.v. elkaar, langsoverlappen circa 50% verspringend t.o.v. de 1e laag. Op dakranden en dakopstanden waar geen ballastlaag op aangebracht wordt, de 1e laag volledig kleven dan wel mechanisch bevestigen met (boor)schroeven en volgplaten. Woonzorg Zone Nieuwveen

92


22.11.2012

Gesloten dakbedekkingssystemen moeten zijn aangebracht door een dakbedekkingsbedrijf dat het KOMO-procescertificaat overeenkomstig BRL 4702-02 voert, met inachtneming van de NEN 6050-09. 6. APP DAKBAAN (BRL 1511-2+w08) Materiaal: - éénzijdig APP-gemodificeerd gebitumineerde polyestermat, samenstelling: 460 P 60. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen t.b.v. dakranden en dakopstanden: (boor)schroeven in corrosievast stalen uitvoering en geprofileerde, corrosievast stalen volgplaten, ø 70 mm. - of t.p.v. dakranden en dakopstanden: zelfklevende randstroken toepassen. APP dakbanen leveren onder KOMO-productcertificaat. 7. APP DAKBAAN (BRL 1511-2+w08) Materiaal: - APP-gemodificeerd gebitumineerde glasvlies + polyestermat MEC, samenstelling: 446 K 14. T.b.v. de dakranden en dakopstanden gemineraliseerd APP-gemodificeerd gebitumineerde glasvlies + polyestermat MEC, 446 K 14. De dakbedekking dient vliegvuur bestendig te zijn en te voldoen aan NEN 6063. APP dakbanen leveren onder KOMO-productcertificaat. .01 PLAT DAK De losliggende, geballaste, 2-laagse dakbedekking op de platte betondaken en dakterrassen. 33.33.14-a BITUMINEUS DAKBEDEKKINGSSYSTEEM, MECHANISCH BEVESTIGD 0. BITUMINEUS DAKBEDEKKINGSSYSTEEM, MECHANISCH BEVESTIGD Onderlaag: - mechanisch bevestigd. - langsoverlap 70, dwarsoverlap 100. - aantal en verdeling bevestigingspunten volgens berekening aannemer (NEN 6707+c02). Toplaag: - volledig gebrand. - langsoverlap (mm): langsoverlap 70, dwarsoverlap 100; dwarsoverlappen verspringend t.o.v. elkaar, langsoverlappen circa 50% verspringend t.o.v. de 1e laag. Gesloten dakbedekkingssystemen moeten zijn aangebracht door een dakbedekkingsbedrijf dat het KOMO-procescertificaat overeenkomstig BRL 4702-02 voert. 6. APP DAKBAAN (BRL 1511-2+w08) Materiaal: - éénzijdig APP-gemodificeerd gebitumineerde polyestermat, samenstelling: 460 P 60. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen t.b.v. dakranden en dakopstanden: (boor)schroeven in corrosievast stalen uitvoering en geprofileerde, corrosievast stalen volgplaten, ø 70 mm. - of t.p.v. dakranden en dakopstanden: zelfklevende randstroken toepassen. APP dakbanen leveren onder KOMO-productcertificaat. 7. APP DAKBAAN (BRL 1511-2+w08) Fabrikaat: Wédéflex Duurzame Daksystemen. Type: D4 No Roots (worteldoorgroeibestendig). Materiaal: - APP-gemodificeerd gebitumineerde glasvlies + polyestermat MEC, samenstelling: 446 K 14. T.b.v. de dakranden en dakopstanden gemineraliseerd APP-gemodificeerd gebitumineerde glasvlies + polyestermat MEC, 4646 K 24,Wédéflex CRT Mineraal. De dakbedekking dient vliegvuur bestendig te zijn en te voldoen aan NEN 6063. APP dakbanen leveren onder KOMO-productcertificaat. .01 PLAT DAK De worteldoorgroeibestendige mechanisch bevestigde dakbedekking op de platte daken welke voorzien worden van mos-sedum dakbegroening. 33.33.14-b BITUMINEUS DAKBEDEKKINGSSYSTEEM, MECHANISCH BEVESTIGD 0. BITUMINEUS DAKBEDEKKINGSSYSTEEM, MECHANISCH BEVESTIGD Onderlaag: - mechanisch bevestigd. - langsoverlap 70, dwarsoverlap 100. - aantal en verdeling bevestigingspunten volgens berekening aannemer (NEN 6707+c02). Toplaag: - volledig gebrand. - langsoverlap (mm): langsoverlap 70, dwarsoverlap 100; dwarsoverlappen verspringend t.o.v. elkaar, langsoverlappen circa 50% verspringend t.o.v. de 1e laag. Gesloten dakbedekkingssystemen moeten zijn aangebracht door een dakbedekkingsbedrijf dat het KOMO-procescertificaat overeenkomstig BRL 4702-02 voert. Woonzorg Zone Nieuwveen

93


22.11.2012

6. APP DAKBAAN (BRL 1511-2+w08) Materiaal: - éénzijdig APP-gemodificeerd gebitumineerde polyestermat, samenstelling: 460 P 60. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: (boor)schroeven in corrosievast stalen uitvoering en geprofileerde, corrosievast stalen volgplaten, ø 70 mm. - t.p.v. houten dakranden en dakopstanden: zelfklevende randstroken toepassen. APP dakbanen leveren onder KOMO-productcertificaat. 7. GEMINERALISEERDE APP DAKBAAN (BRL 1511-2+w08) Materiaal: - gemineraliseerd APP-gemodificeerd gebitumineerd glasvlies + polyestermat MEC, samenstelling: 446 K 24. Toebehoren: - t.p.v. houten dakranden en dakopstanden: zelfklevende gemineraliseerde randstroken toepassen. De dakbedekking dient vliegvuur bestendig te zijn en te voldoen aan NEN 6063. APP dakbanen leveren onder KOMO-productcertificaat. .01 PLAT DAK De mechanisch bevestigde dakbedekking op de platte houten daken van de bergingen. 33.35

DAKDETAILS

33.35.11-a BITUMINEUS DAKBEDEKKINGSSYSTEEM, DAKDETAIL 0. BITUMINEUS DAKBEDEKKINGSSYSTEEM, DAKDETAIL Detail volgens: geharmoniseerde details van BDA/Vebidak en NEN 6050 Brandveilig detailleren. .01 PLAT DAK De dakdetails, zoals volgt uit de tekeningen. 33.35.11-b BITUMINEUS DAKBEDEKKINGSSYSTEEM, DAKDETAIL 0. BITUMINEUS DAKBEDEKKINGSSYSTEEM, DAKDETAIL Detail volgens: geharmoniseerde details van BDA/Vebidak en NEN 6050 Brandveilig detailleren. - 1e laag dakbedekking tot in de kim. - vanaf halverwege opstand tot ruim op het dakvlak (min. 100mm) een strook aanbrengen. - toplaag van de dakbedekking aanbrengen tot in de kim. - van bovenkant opstand tot ruim op het dakvlak (min. 70mm) een gemineraliseerde strook 446K24 aanbrengen. - dakrandprofielen bevestigd met klangen in lengten van ten hoogste 2,5 m' en een tussenruimte van 1 mm/m. - t.p.v. de stuiknaden een speciaal waterdicht schuifstuk toepassen. .01 DAKRAND Het aanbrengen van de afdekkappen langs de dakranden. 33.35.11-c BITUMINEUS DAKBEDEKKINGSSYSTEEM, DAKDETAIL 0. BITUMINEUS DAKBEDEKKINGSSYSTEEM, OPSTAND Systeemopbouw: - detail volgens de geharmoniseerde VB-details van VEBIDAK/BDA. en NEN 6050 Brandveilig detailleren. - 1e laag dakbedekking tot in de kim. - vanaf halverwege opstand tot ruim op het dakvlak (min. 100mm) een strook aanbrengen. - toplaag van de dakbedekking aanbrengen tot in de kim. - van bovenkant opstand tot ruim op het dakvlak (min. 70mm) een gemineraliseerde strook 446K24 aanbrengen. .01 DAKOPSTAND Aanbrengen t.p.v. alle dakopstanden en dakaansluitingen tegen opgaand werk. 33.35.11-d BITUMINEUS DAKBEDEKKINGSSYSTEEM, DAKDETAIL 0. BITUMINEUS DAKBEDEKKINGSSYSTEEN, HEMELWATERAFVOER Systeemopbouw: - detail volgens de geharmoniseerde VB-details van VEBIDAK/BDA. en NEN 6050 Brandveilig detailleren. - t.p.v. de afvoer een verdieping in de ondergrond. - plakstuk onder de afvoer tot circa 150 mm voorbij het verdiepte gedeelte. - plakplaat afvoer, geweld in bitumenpasta of geplakt in bitumen. - 1e laag dakbedekking stuikend tegen het onderste plakstuk. - plakstuk over de plakplaat tot aan de rand van het verdiepte gedeelte. - toplaag dakbedekking tot de verdikking veroorzaakt door de plakplaat.


94


22.11.2012

.01 PLAT DAK Het inplakken van de hemelwaterafvoeren en spuwers. 33.35.11-e BITUMINEUS DAKBEDEKKINGSSYSTEEM, DAKDETAIL 0. BITUMINEUS DAKBEDEKKINGSSYSTEEM, OPSTAND Systeemopbouw: - detail volgens de geharmoniseerde VB-details van VEBIDAK/BDA. en NEN 6050 Brandveilig detailleren. - onder de plakplaat een randstrook aanbrengen tot circa 250 mm naast de plakplaat - de dakluikopstand aanbrengen, geweld in bitumenpasta en in de ondergrond bevestigen met daarvoor geëigende bevestigingsmiddelen. - vanuit de kim tot circa 150 mm op het dakvlak naast de plakplaat een randstrook aanbrengen. - 1e laag dakbedekking stuikend tegen de tweede randstrook aanbrengen. - toplaag dakbedekking tot aan de opstand aanbrengen. - van bovenkant opstand tot minimaal 70 mm op het dakvlak naast de plakplaat een randstrook aanbrengen. .01 PLAT DAK Het inplakken van de dakluikopstanden. 33.35.11-f BITUMINEUS DAKBEDEKKINGSSYSTEEM, DAKDETAIL 0. BITUMINEUS DAKBEDEKKINGSSYSTEEM, DOORVOER Systeemopbouw: - detail volgens de geharmoniseerde VB-details van VEBIDAK/BDA. en NEN 6050 Brandveilig detailleren. - t.p.v. de doorvoer een plakstuk van circa 1 m² aanbrengen en een insnijding maken ter grootte van de diameter van de doorvoer. - de 1e laag dakbedekking stuiken tegen het plakstuk. - toplaag dakbedekking aanbrengen tot aan de doorvoer (t.p.v. de doorvoer een dwarsoverlap aanbrengen). - plakplaat doorvoer, geweld in bitumenpasta of geplakt met bitumen. - plakstuk over de plakplaat tot ruim op de dakbedekking (ten minste 150 mm). .01 PLAT DAK Het inplakken van de dakdoorvoeren. 33.36

DAKBEGROEIING

33.36.30-a DAKBEGROEIINGSSYSTEEM, VASTE PLANT 0. DAKBEGROEIINGSSYSTEEM Fabrikaat: Eldon. 1. KUNSTSTOF FOLIE Fabrikaat: Eldon. Type: polypropyleen scheidingsvlies. 3. DRAINAGEMAT Fabrikaat: Eldon. Type: 11B Materiaal: polypropyleen noppen mat met aan onderzijde een niet geweven polypropyleen geotextiel (120 gr/m2). Dikte 11,2 mm / watereservoir 1,6 l/m2 / druksterkte 300 kN/m2 Losliggend aangebracht. 4. DAKTUINSUBSTRAAT Fabrikaat: Eldon. Type: extensief daktuinsubstraat. Materiaal: lava, bims, leisteen, gehumificeerde boomschors en een kleifractie. Laagdikte: minimaal 40 mm. Lossliggend aangebracht op de onderliggende drainagelaag. 9. SEDUM VEGETATIEMATTEN Fabrikaat: Eldon. Type: sedum vegetatiematten. Materiaal: 100% biologisch afbreekbare Sedummat geproduceerd op cocsbasis, opgebouwd uit een substraatmengsel en een beplanting bestaande uit 8 soorten sedums. Bedekkingsgraad: ca. 85% Afmetingen 1.200x2.000 mm per mat. Lossliggend aangebracht op de onderliggende substraatlaag. .01 PLAT DAK De mos-sedum dakbegroening op platte daken, zoals aangegeven op de tekeningen.


95


22.11.2012

OP TE NEMEN ONDERDELEN, BAANVORMIGE DAKBEDEKKINGEN

33.38.11-a DAKRANDPROFIEL 0. DAKRANDPROFIEL Fabrikaat: Compri Aluminium. Type: Comprial Knelprofiel CA. Materiaal: bruut aluminium. Hulpstukken: - verbindingsstuk. - gelaste hoek. Hulpstukken moeten van overeenkomstige hoedanigheid en kwaliteit zijn als de dakaansluitprofielen. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: corrosievast stalen schroeven met kunststof afdichtingsringen. - het knelprofiel aan de bovenzijde waterdicht afdichten met bitumenrubberkit Elastofalt. .01 DAKRAND De knelprofielen t.p.v. dakranden en dakaansluitingen tegen opgaand werk. 33.38.11-b DAKRANDPROFIEL 0. DAKRANDPROFIEL Type: afdekkap met vuilkeerrand. Materiaal: Falzinc® is een symbiose tussen de materialen Aluminium en Zink. Oppervlaktebehandeling: fabrieksmatig voorzien van zinklaag. Kleur: standaard grijs. Vorm: zoals volgt uit de tekeningen. Afmetingen: dikte 2 mm, lengte in stukken van 2,5 m maximaal, overige afmetingen zoals volgt uit de tekeningen. Hulpstukken: - gelaste inwendige hoek. - gelaste uitwendige hoek. - verbindingsstuk met cellenband. - aangelast kopschot t.p.v. aansluitingen. - ingelast kopschot t.p.v. beëindigingen. Hulpstukken moeten van overeenkomstige hoedanigheid en kwaliteit zijn als de afdekkappen. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: aluminium klangen met corrosievast stalen schroeven en kunststof volgringen. - anti-dreun isolatie. .01 DAKRAND De aluminium afdekkappen t.p.v. dakranden, zoals aangegeven op de tekeningen. 33.38.11-c DAKRANDPROFIEL 0. DAKRANDPROFIEL Fabrikaat: Zinco. Type: TRP 140 geperforeerd corrosievast stalen hoekprofiel. Materiaal: corrosievast staal. Afmetingen: volgens opgave fabrikant/leverancier. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: profielhouders TSH 100, h.o.h. volgens opgave fabrikant/leverancier. .01 DAKRAND De hoekprofielen rondom ter opsluiting van de mos-sedum dakbegroening. 33.38.12-a METALEN GESOLDEERDE BEDEKKING, DAKRANDPROFIEL 0. METALEN GESOLDEERDE BEDEKKING 1. DAKRANDPROFIEL, ZINK Fabrikaat: NedZink B.V. Type: deklijst met platte band. Uitvoering: schuin aflopend. Materiaal: NTZ op basis van zuiver zink (99,995 %), leveren onder KOMO-productcertificaat overeenkomstig BRL 2034+w04. Oppervlaktebehandeling: voorgepatineerd NedZink NOVA. Dikte (mm): 0,80. Toebehoren: - bevestigingsklangen: zink, dikte 1,00 mm. .01 DAKRAND De zinken afdekkappen t.p.v. dakranden, zoals aangegeven op de tekeningen. 33.38.21-a BALLAST/DAKAANKLEDING, BETONTEGEL 0. BALLAST/DAKAANKLEDING, TEGELS Tegelgewicht (kg/m2): de tegeldikte bepalen aan de hand van de in rekening tebrengen windbelasting volgens berekening aannemer, overeenkomstig NEN 6707+c02. Zone: randzone dan wel tegelpad 1.000 mm breed, waar nodig pasgezaagde tegels toepassen e.e.a. zodanig dat een doorgaand tegelpad gecreëerd wordt. Woonzorg Zone Nieuwveen

96


22.11.2012

Op tegeldragers aangebracht. 1. BETONTEGEL (BRL 2313+w08) Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: rechthoekig. Vellingkant. Dikte (mm): bepalen aan de hand van de in rekening te brengen windbelasting volgens berekening aannemer, overeenkomstig NEN 6707+c02. Lengte x breedte (mm): 500x500. Kleur: grijs. Deklaag: stroef. Toebehoren: - tegeldragers: van rubbergranulaat 100x100x15 mm. Betontegels leveren onder KOMO attest-met-productcertificaat. .01 PLAT DAK Betontegels langs alle dakranden en dakaansluitingen tegen opgaand werk en de looppaden op de daken. 33.38.21-b BALLAST/DAKAANKLEDING, BETONTEGEL 0. BALLAST/DAKAANKLEDING, TEGELS Op plakzegels aangebracht. 1. BETONTEGEL (BRL 2313+w08) Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: rechthoekig. Vellingkant. Dikte (mm): 45. Lengte x breedte (mm): 300x300; waar nodig pasgezaagde tegels toepassen. Kleur: nader te bepalen standaard kleur ter keuze architect. Deklaag: stroef. Toebehoren: - tegeldragers: plakzegels ø 100 mm, dik 4 mm. Betontegels leveren onder KOMO attest-met-productcertificaat. .01 PLAT DAK De betontegels t.p.v. de dakterrassen. 33.38.23-a BALLAST/DAKAANKLEDING, GRIND 0. BALLAST/DAKAANKLEDING, GRIND Laagdikte (mm): 40. 1. DAKGRIND Gewassen, gezeefd en afgerond grind. Grindklasse (NPR 6708-06: 16/32. .01 PLAT DAK Grind als ballastlaag op de platte daken. Grind langs dakranden en t.p.v. dakafvoeren en spuwers op daken met mos-sedum dakbegroening. 33.38.30-a LODEN VOCHTKERINGSSTROOK, BLADLOOD 0. LOODVRIJE VOCHTKERINGSSTROOK Overlap: 70 mm. Bevestigingswijze: - mechanisch bevestigd met een knelprofiel. 1. LOODVRIJE SLABBE Fabrikaat: Ubbink B.V. Type: Ubiflex waterdichte laag. Materiaal: hoogwaardig gemodificeerde bitumen waterkering met flexibele aluminium drager. Drager: aluminium gaas. Breedte x lengte: zoals volgt uit de tekeningen of in het werk bepalen. Dikte (mm): 2,7 tot 3,0. Kleur: grijs. Toebehoren: - Ubiflexschaar. - aluminium knelprofielen; het knelprofiel bevestigen met corrosievast stalen schroeven in kunststof pluggen, h.o.h. 300 mm, de knelprofielen aan de bovenzijde waterdicht afkitten. .01 BUITENWAND De Ubiflex vochtkeringen als loodvervanger: - t.p.v. dakaansluitingen. - t.p.v. dakaansluitingen tegen opgaand werk. - en in alle overige gevallen, zoals volgt uit de tekeningen. 33.38.89-a VALBEVEILIGING 0. VALBEVEILIGING, HORIZONTAAL (NEN-EN 353-2-02) Fabrikaat: XSPlatforms BV. Type: XTS-impact dakborgpunt, corrosievast staal, direct op steun, zonder openen dakpakket. Woonzorg Zone Nieuwveen

97


22.11.2012

Steun geïntegreerd validicator. Verankeringsvoorziening constructieverankering (NEN-EN 795+w00): klasse A. Daksteun: XTS-impact dakborgpunt Toebehoren: - staalkabeltraject volgens opgave fabrikant/leverancier in corrosievast stalen uitvoering. - registratiesticker. - waarschuwingspictogram. - certificaat en keuringssticker - trekproef na montage bij keuring en inspectie. 5. TEKENINGEN Door de aannemer te vervaardigen tekeningen. Van de veiligheidsplattegronden van alle dakvlakken. Op de tekening(en) moet zijn aangegeven: - de veilige route en alle aanwezige veiligheidsvoorzieningen. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2 alsmede het benodigd aantal t.b.v. indiening bij de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht. .01 DAKBEVEILIGING Een minimaal dakbeveiliging langs de dakranden aanbrengen. 33.38.90-a SPUWER 0. SPUWER Vorm: rechthoekig voorzien van plakplaat. Afmetingen (mm): 50x100 met plakplaat 300x500. Materiaal: hardlood. Kwaliteit/zwaarte: - 2,50 mm, zwart, voor de plakplaat. - 3,00 mm, wit, voor de uitloop. Het lood verwerken volgens informatieblad Bouwlood 07-12. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. .01 SPUWER De noodoverloop spuwers t.b.v. alle platte daken, zoals volgt uit de tekeningen en volgens nadere opgave directie. 33.61

FELSPLAATBEDEKKINGEN

33.61.24-a METALEN FELSPLAATBEDEKKING, GEPROFILEERDE ALUMINIUMPLAAT 0. METALEN FELSPLAATBEKLEDING Bevestigd met klangen. Klangafstand (mm): volgens opgave fabrikant/leverancier. Felsuitvoering: dubbele opstaande fels. Expansiestukken moeten zijn aangebracht om de 10 m. Hoeken en bovenafdekking: omgezette rand volgens nadere detaillering. Bovenafdekking: gezette aluminium dakrandprofiel. Hoeken: omgezette felsbanen. Randaansluitingen t.p.v. kozijnen: gezette aluminium lijstwerk. Onderrand: gezette aluminium druipprofiel. Doorvoeren met omgezette randen en afdekkappen waterdicht uitvoeren. 1. GEPROFILEERDE ALUMINIUMPLAAT Fabrikaat: Tata Steel. Type: Falzinc® type 530/25, dikte 0,7 mm. Materiaal: Falzinc® is een symbiose tussen de materialen Aluminium en Zink. Oppervlaktebehandeling: fabrieksmatig voorzien van zinklaag. Kleur: standaard grijs. Profiel: felsplaat. Oppervlak: glad. Dikte (mm): - 0,7 mm voor felsplaten. - 1,0 mm voor hulpstukken. Breedte (mm): 530. Lengte (mm): uit één stuk (standaard 3 m lang, maar langeren platen zijn leverbaar). Felshoogte (mm): 25. Hulpstukken: - aansluitstukken: dak/gevel van Falzinc®. - hoekstukken van Falzinc®. - afdekstukkenen t.p.v. dakranden: gezette dakrandprofielen van Falzinc®. - gezette profielen van Falzinc® t.p.v. dagkanten van kozijnen. - prefab koppelprofielen. Hulpstukken moeten van overeenkomstige hoedanigheid en kwaliteit zijn als de platen. Toebehoren: - klangen en bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. Woonzorg Zone Nieuwveen

98


22.11.2012

- waterkerende dampdoorlatende folie Morgo Vent, gemonteerd op een ondergrond van min.18 mm houtachtige constructie. - S.V. gezette koudgewalste profielen. - dampremmende PE-folie. - de felsdakplaten voorzien van ontdreuningsmateriaal ter goedkeuring directie. .01 PLAT/HELLEND DAK De felsplaat dakbedekking op de platte/hellende daken, zoals aangegeven op de tekeningen. 33.68

OP TE NEMEN ONDERDELEN, METALEN-PLAATBEDEKKINGEN

33.68.90-a ISOLATIEWERK, ISOLATIEPLATEN, MINERALE WOLPLAAT 0. VERWERKING DAKISOLATIEPLATEN Mechanisch bevestigd. - bevestigingspunten (st./plaat): volgens berekening aannemer, overeenkomstig NEN 6707+c02. - blinde bevestiging d.m.v. strippen welke over de stalen dakplaat zijn gelast e.e.a. volgens nadere uitwerking fabrikant/leverancier ter goedkeuring architect. - dakranden/dakdoorbrekingen: strak afwerken en opstandstroken waar aangegeven aanbrengen, waarop een losse strook gebitumineerd polyestermat van voldoende breedte aangebracht moet worden. - cannelurevulling in stalen dakplaten aanbrengen. 1. MINERALE WOL DAKPLAAT (BRL 1309+w07) Fabrikaat: Isover Type: Metal Building Roll. Dikte (mm): isolatielaagdikte berekenen volgens NEN 1068 aan de hand van de vereiste Rc-waarde van 5,0 m²K/W. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: corrosievast stalen boorschroeven met geprofileerde corrosievast stalen volgringen, ø 70 mm. Minerale wol dakplaten leveren onder KOMO-attest-met-productcertificaat. .01 PLAT/HELLEND DAK De glaswol isolatieplaten onder de felsplaat dakbedekking op de platte/hellende daken, zoals aangegeven op de tekeningen.


99


34

BEGLAZING

34.00

ALGEMEEN

34.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. OPLEVERING De aannemer is aansprakelijk voor alle risico's, breuk, beschadigingen e.d. tijdens de bouw totdat de oplevering heeft plaatsgevonden. 91. DUBBEL GLAS Bij toepassing van isolerend dubbelglas moeten ruiten van ongelijke dikte worden toegepast en moet de dikste ruit aan de buitenzijde worden geplaatst. 92. GELAAGD GLAS De dikte van het gelaagde glas volgens opgave fabrikant/leverancier c.q. door berekening te bepalen. Alle doorvalbeveiligd, gelaagde beglazingen dienen te voldoen aan de zandzak slingerproef. De aannemer dient rekening te houden met een eventuele steekproefsgewijze test op aanwijzing van de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht. 93. UV-BESTENDIGE GEKITTE RANDAFDICHTING Bij glasverstekhoeken en naden tussen de isolerende glasplaten onderling UV-bestendige gekitte randafdichting toepassen. 94. BRANDWERENDE VOEGAFDICHTING Brandvertragende kitafdichtingen bij brandwerende beglazingen pas aanbrengen nadat de schilderwerken geheel zijn uitgevoerd. 95. THERMISCHE SPANNING De aannemer controleert de thermische spanningen in de beglazingen ten gevolge van slagschaduwen, plaatselijke opwarming t.g.v. radiatoren e.d. d.m.v. een thermo stress analyse. Indien hieruit breukrisico volgt, de betreffende beglazingen gehard uitvoeren. 96. HEAT SOAK TEST Alle toe te passen geharde glaspanelen moeten door de fabrikant zijn getest d.m.v. de heat soak test. De fabrikant geeft hiervan, bij levering van de hardglazen panelen een testrapport af op de geleverde en geplaatste glaspanelen. 97. LETSELBEPERKEND VEILIGHEIDSGLAS Letselbeperkend veiligheidsglas overeenkomstig NEN 3569-01en NEN 6702+a08 toepassen in kozijnen, ramen en deuren waarvan de glaslijn zich lager dan 850 mm boven het vloerpeil bevindt. 98. DOORVALBEPERKEND VEILIGHEIDSGLAS Doorvalbeperkend gelaagd veiligheidsglas overeenkomstig NEN 3569-01 en NEN 6702+a08 toepassen in kozijnen waarvan de glaslijn zich lager dan 850 mm boven het vloerpeil bevindt en het buitenvloerpeil zich lager dan 1000 mm t.o.v. het binnenvloerpeil bevindt.

34.00.32

informatie-overdracht: monsters 90. MONSTER TER BEOORDELING Voordat onderstaande bouwstoffen door de aannemer worden besteld hiervan een monster ter beoordeling aan de directie voorleggen: - van de aan te brengen beglazingen.

34.00.60

BOUWSTOFFEN: ALGEMEEN 90. BRANDWERENDHEID De voorgeschreven brandwerendheid van de betreffende onderdelen, gelden zowel voor de betreffende onderdelen als ook voor de daarin opgenomen beglazing, paneelvullingen, de draaiende delen en de aansluitingen op de omringende constructies. Bij brandwerende beglazingen en panelen, dient men ook brandwerende profielen, rubbers, kitten e.d. toe te passen e.e.a. volgens de richtlijnen van de fabrikant/leverancier en conform Komo-Attest / CE Markering. De aannemer dient aan te tonen (in de Nederlandse taal) dat de betreffende combinaties voldoen aan de gestelde brandwerendheidseisen, e.e.a. middels certificaten en/of testrapporten. Een combinatie van los geteste onderdelen is niet toegestaan. Testrapporten moeten zijn opgesteld door een algemeen erkende en bevoegde instantie en worden bewaard in een logboek. 91. BRANDWERENDHEID Bij brandwerende beglazing t.p.v. vluchtwegen dient de brandwerende beglazing temperatuur isolerend te zijn (EI). In sommige gevallen dient ook de pui waarin dit glas is opgenomen temperatuur isolerend uitgevoerd te worden. 92. VLAKHEID BUITENRUITEN De geïsoleerde dubbelglas buitenruiten dienen vlak te zijn. Visuele verstoringen t.g.v. het hol- of bol staan van de buitenruiten kunnen ter beoordeling van de directie leiden tot het afkeuren van de beglazing.


22.11.2012

100


22.11.2012

WERKBESCHEIDEN

34.12.20-a STATISCHE BEREKENING 0. STATISCHE BEREKENING Door de aannemer te vervaardigen statische berekening: - van de beglazingen. Belastingen: - volgens NEN 6702+a08. Vervormingscapaciteit: - constructies samengesteld uit meerdere ruiten dienen een totale vervorming van 1/200 L te kunnen ondergaan, voor de afzonderlijke ruiten geldt de bovengenoemde norm Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2 alsmede het benodigd aantal t.b.v. indiening bij de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN De berekeningen van de dikte van de beglazingen. 34.31

ENKELBLADIG GLAS

34.31.20-a ENKELBLADIG GLAS, BEGLAZING MET KIT EN GLASLATTEN 0. ENKELBLADIG GLAS Dikte (mm): minimaal 5. Bewerking zijkanten (NEN 1303-88): gesneden. Kleur: helder. 1. BEGLAZING MET KIT EN GLASLATTEN Beglaasd met kit, rugvullingsmateriaal en glaslatten. Steun- en glaslatblokjes in de sponning gelijmd. 4. BEGLAZINGSKIT (NEN-ISO 11600-02) Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: G klasse 25LM. Materiaal: siliconen elastomeren. Kleur: afgestemd op de kleur van het omringende werk ter goedkeuring directie. Toebehoren: - voorstrijk-/hechtmiddel. - rugvullingsmateriaal. - steun-/stel- en spatieblokjes EPDM. .01 VULLING WANDOPENING, BINNEN Het enkel floatglas in binnenkozijnen en -deuren. Letselbeperkend gelaagd glas volgens lid 34.32.10-a toepassen, in kozijnen en deuren waarvan de glaslijn zich lager dan 850 mm boven het vloerpeil bevindt. Doorvalbeperkend gelaagd glas volgens lid 34.32.10-b toepassen, in kozijnen waarvan de glaslijn zich lager dan 850 mm boven het aangrenzende vloerpeil bevindt en het vloerpeil aan andere zijde van de pui zich lager dan 1000 mm t.o.v. het aangrenzende vloerpeil bevindt. 34.31.20-b ENKELBLADIG GLAS, BEGLAZING MET KIT EN GLASLATTEN 0. BRANDWEREND GLAS Fabrikaat: Saint Gobain. Type: Contraflam Lite, dikte volgens opgave fabrikant/leverancier; waar nodig in letselbeperkend gelaagde danwel doorvalbeperkend gelaagde uitvoering. Randafwerking (NEN 1303-88): gesneden. Kleur: blank. Brandwerendheid: 30 resp. 60 min. (2 zijdige vuurbelasting). Afmetingen: maximale ruitafmetingen volgens voorschriften fabrikant/leverancier aanhouden, waar nodig stijl- c.q. dorpelverdeling van de betreffende kozijnen hieraan aanpassen. Het brandwerende glas leveren met door de plaatselijke brandweer verlangde testrapporten. De brandwerende ruiten moeten zijn voorzien van een leesbare ingegraveerde of gezeefdrukte codering in de rechteronderhoek. 1. BEGLAZING MET KIT EN GLASLATTEN Beglazingssysteem: met keramisch beglazingsband, brandwerende kit en glaslatten met voldoende dekking behorend bij het fabrikaat en type van de deuren en kozijnen. Steun- en stelblokjes: in de sponning gelijmd. 4. BRANDVERTRAGENDE KIT Fabrikaat: Promat. Type: Promaseal. Bij brand mogen geen toxische gassen worden afgeven. Toebehoren: - voorstrijk-/hechtmiddel: volgens voorschrift fabrikant/leverancier.


101


22.11.2012

.01 VULLING WANDOPENING, BINNEN De 30 resp. 60 min. brandwerende beglazing in binnenkozijnen en -deuren, zoals volgt uit de tekeningen. Letselbeperkend gelaagd glas volgens lid 34.32.10-c toepassen in kozijnen, ramen en deuren waarvan de glaslijn zich lager dan 850 mm boven het vloerpeil bevindt. Doorvalbeperkend gelaagd glas volgens lid 34.32.10-d toepassen, in kozijnen waarvan de glaslijn zich lager dan 850 mm boven het aangrenzende vloerpeil bevindt en het vloerpeil aan andere zijde van de pui zich lager dan 1000 mm t.o.v. het aangrenzende vloerpeil bevindt. 34.32

GELAAGD GLAS

34.32.10-a GELAAGD GLAS, BEGLAZING MET KIT EN GLASLATTEN 0. GELAAGD VEILIGHEIDSGLAS (NEN 3569-01) Type: letselbeperkend, gelaagd glas. Opbouw/dikte: volgens berekening fabrikant/leverancier, overeenkomstig NEN 3569-01 en NEN 6702+a08. Bewerking zijkanten (NEN 1303-88): gesneden. Kleur: blank. 1. BEGLAZING MET KIT EN GLASLATTEN Beglaasd met kit, rugvullingsmateriaal en glaslatten. Steun- en glaslatblokjes in de sponning gelijmd. 4. BEGLAZINGSKIT (NEN-ISO 11600-02) Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: G klasse 25LM. Materiaal: siliconen elastomeren. Kleur: afgestemd op de kleur van het omringende werk ter goedkeuring directie. Toebehoren: - voorstrijk-/hechtmiddel. - rugvullingsmateriaal. - steun-/stel- en spatieblokjes EPDM. .01 VULLING WANDOPENING, BINNEN Letselbeperkend gelaagd glas toepassen, in binnenkozijnen en -deuren waarvan de glaslijn zich lager dan 850 mm boven het vloerpeil bevindt. 34.32.10-b GELAAGD GLAS, BEGLAZING MET KIT EN GLASLATTEN 0. GELAAGD VEILIGHEIDSGLAS (NEN 3569-01) Type: doorvalbeperkend, gelaagd glas. Opbouw/dikte: volgens berekening fabrikant/leverancier, overeenkomstig NEN 3569-01 en NEN 6702+a08. Bewerking zijkanten (NEN 1303-88): gesneden. Kleur: blank. 1. BEGLAZING MET KIT EN GLASLATTEN Beglaasd met kit, rugvullingsmateriaal en glaslatten. Steun- en glaslatblokjes in de sponning gelijmd. 4. BEGLAZINGSKIT (NEN-ISO 11600-02) Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: G klasse 25LM. Materiaal: siliconen elastomeren. Kleur: afgestemd op de kleur van het omringende werk ter goedkeuring directie. Toebehoren: - voorstrijk-/hechtmiddel. - rugvullingsmateriaal. - steun-/stel- en spatieblokjes EPDM. .01 VULLING WANDOPENING, BINNEN Doorvalbeperkend gelaagd glas toepassen, in kozijnen waarvan de glaslijn zich lager dan 850 mm boven het aangrenzende vloerpeil bevindt en het vloerpeil aan andere zijde van de pui zich lager dan 1000 mm t.o.v. het aangrenzende vloerpeil bevindt. 34.32.10-c GELAAGD GLAS, BEGLAZING MET KIT EN GLASLATTEN 0. GELAAGD GLAS Fabrikaat: Saint Gobain. Type: Contraflam in letselbeperkend gelaagde uitvoering, opbouw/dikte volgens berekening fabrikant/leverancier, overeenkomstig NEN 3569-01 en NEN 6702+a08. Bewerking zijkanten (NEN 1303-88): gesneden. Kleur: blank. Brandwerendheid (NEN 6069+w05) (min): 30 resp. 60 (2-zijdige vuurbelasting waar nodig), zoals volgt uit de tekeningen. Afmetingen: maximale ruitafmetingen volgens voorschrift fabrikant/leverancier, waar nodig stijl- c.q. dorpelverdeling van de betreffende kozijnen hieraan aanpassen. Het brandwerende glas leveren met door de plaatselijke brandweer verlangde testrapporten. De brandwerende ruiten moeten zijn voorzien van een leesbare ingegraveerde of gezeefdrukte codering in de rechteronderhoek. Woonzorg Zone Nieuwveen

102


22.11.2012

1. BEGLAZING MET KIT EN GLASLATTEN Beglaasd met keramisch beglazingsband, brandwerende kit en glaslatten met voldoende dekking behorend bij het fabrikaat en type van de deuren en kozijnen. Steun- en stelblokjes: in de sponning gelijmd. 4. BRANDVERTRAGENDE KIT Fabrikaat: Promat. Type: Promaseal. Bij brand mogen geen toxische gassen worden afgeven. Toebehoren: - voorstrijk-/hechtmiddel: volgens voorschrift fabrikant/leverancier. .01 VULLING WANDOPENING, BINNEN 30 resp. 60 minuten brandwerend letselbeperkend gelaagde beglazing toepassen, in binnenkozijnen en -deuren waarvan de glaslijn zich lager dan 850 mm boven het vloerpeil bevindt. 34.32.10-d GELAAGD GLAS, BEGLAZING MET KIT EN GLASLATTEN 0. GELAAGD GLAS Fabrikaat: Saint Gobain. Type: Contraflam in doorvalbeveiligd gelaagde uitvoering, opbouw/dikte volgens berekening fabrikant/leverancier, overeenkomstig NEN 3569-01 en NEN 6702+a08. Bewerking zijkanten (NEN 1303-88): gesneden. Kleur: blank. Brandwerendheid (NEN 6069+w05) (min): 30 resp. 60 (2-zijdige vuurbelasting waar nodig), zoals volgt uit de tekeningen. Afmetingen: maximale ruitafmetingen volgens voorschrift fabrikant/leverancier, waar nodig stijl- c.q. dorpelverdeling van de betreffende kozijnen hieraan aanpassen. Het brandwerende glas leveren met door de plaatselijke brandweer verlangde testrapporten. De brandwerende ruiten moeten zijn voorzien van een leesbare ingegraveerde of gezeefdrukte codering in de rechteronderhoek. 1. BEGLAZING MET KIT EN GLASLATTEN Beglaasd met keramisch beglazingsband, brandwerende kit en glaslatten met voldoende dekking behorend bij het fabrikaat en type van de deuren en kozijnen. Steun- en stelblokjes: in de sponning gelijmd. 4. BRANDVERTRAGENDE KIT Fabrikaat: Promat. Type: Promaseal. Bij brand mogen geen toxische gassen worden afgeven. Toebehoren: - voorstrijk-/hechtmiddel: volgens voorschrift fabrikant/leverancier. .01 VULLING WANDOPENING, BINNEN De 30 resp. 60 minuten brandwerende doorvalbeveiligd gelaagde beglazing toepassen , in kozijnen waarvan de glaslijn zich lager dan 850 mm boven het aangrenzende vloerpeil bevindt en het vloerpeil aan andere zijde van de pui zich lager dan 1000 mm t.o.v. het aangrenzende vloerpeil bevindt. 34.32.20-a GELAAGD GLAS, BEGLAZING MET BEGLAZINGSPROFIELEN 0. GELAAGD VEILIGHEIDSGLAS (NEN 3569-01) Type: letselbeperkend, gelaagd glas. Opbouw/dikte: volgens berekening fabrikant/leverancier, overeenkomstig NEN 3569-01 en NEN 6702+a08. Bewerking zijkanten (NEN 1303-88): gesneden. Kleur: blank. 1. BEGLAZING MET RUBBER BEGLAZINGSPROFIELEN Beglaasd met rubberprofiel en glaslatten. Steun- en stelblokjes: in de sponning gelijmd. .01 VULLING WANDOPENING, BINNEN Het letselbeperkend gelaagd glas in de binnendeuren tussen hal en woonkamer. 34.32.20-b GELAAGD GLAS, BEGLAZING MET BEGLAZINGSPROFIELEN 0. GELAAGD VEILIGHEIDSGLAS (NEN 3569-01) Type: doorvalbeperkend, gelaagd glas. Opbouw/dikte: volgens berekening fabrikant/leverancier, overeenkomstig NEN 356901 en NEN 6702+a08. Bewerking zijkanten (NEN 1303-88): gesneden. Kleur: blank. 1. DRUKVEREFFENEND BEGLAZINGSSYSTEEM P (NPR 3577-11) Beglazingssysteem: van buitenaf, zoals volgt uit de tekeningen. Beglaasd met rubberprofiel en glaslatten. Steun- en stelblokjes: in de sponning gelijmd. 4. RUBBER BEGLAZINGS-/PANEELVATTINGSPROFIEL Fabrikaat: behorend bij kozijnprofiel. Type: flexibel profiel. Materiaal: EPDM. Profiel overeenkomstig NPR 3577-11, lid 9.1. Woonzorg Zone Nieuwveen

103


22.11.2012

.01 VULLING WANDOPENING, BUITEN De doorvalbeperkend gelaagde beglazing in de vliesgevelpuien t.p.v. de trappenhuizen. 34.32.20-c GELAAGD GLAS, BEGLAZING MET BEGLAZINGSPROFIELEN 0. GELAAGD GLAS Fabrikaat: Saint Gobain. Type: Contraflam in doorvalbeveiligd gelaagde uitvoering, opbouw/dikte volgens berekening fabrikant/leverancier, overeenkomstig NEN 3569-01 en NEN 6702+a08. Bewerking zijkanten (NEN 1303-88): gesneden. Kleur: blank. Brandwerendheid (NEN 6069+w05) (min): 30 (2-zijdige vuurbelasting waar nodig), zoals volgt uit de tekeningen. Afmetingen: maximale ruitafmetingen volgens voorschrift fabrikant/leverancier, waar nodig stijl- c.q. dorpelverdeling van de betreffende kozijnen hieraan aanpassen. Het brandwerende glas leveren met door de plaatselijke brandweer verlangde testrapporten. De brandwerende ruiten moeten zijn voorzien van een leesbare ingegraveerde of gezeefdrukte codering in de rechteronderhoek. 1. DRUKVEREFFENEND BEGLAZINGSSYSTEEM P (NPR 3577-11) Beglazingssysteem: van buitenaf, zoals volgt uit de tekeningen. Beglaasd met rubberprofiel en glaslatten. Steun- en stelblokjes: in de sponning gelijmd. 4. RUBBER BEGLAZINGS-/PANEELVATTINGSPROFIEL Fabrikaat: behorend bij kozijnprofiel. Type: flexibel profiel. Materiaal: EPDM. Profiel overeenkomstig NPR 3577-11, lid 9.1. .01 VULLING WANDOPENING, BUITEN De 30 min. brandwerende doorvalbeperkend gelaagde beglazing in de vliesgevelpuien t.p.v. de trappenhuizen. 34.33

MEERBLADIG ISOLEREND GLAS

34.33.20-a MEERBLADIG ISOLEREND GLAS, BEGLAZING MET BEGLAZINGSPROFIELEN 0. WARMTEREFLECT. ISOLEREND DUBBELGLAS (BRL 2202+w08) Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: HR++ glas. Randafdichting: tweevoudig gekit met kunststof afstandhouder, droogmiddel in afstandhouder opgenomen. U-waarde (W/(m2.K)): 1,1. Opbouw (mm): - buitenruit volgens NEN 2608+a01, echter minimaal 6 mm dik, waar nodig in letselbeperkende uitvoering dan wel doorvalbeveiligd gelaagde uitvoering, opbouw/dikte volgens berekening fabrikant/leverancier, overeenkomstig NEN 356901 en NEN 6702+a08. - binnenruit volgens NEN 2608+a01, echter minimaal 4 mm dik, waar nodig in letselbeperkende uitvoering dan wel doorvalbeveiligd gelaagde uitvoering, opbouw/dikte volgens berekening fabrikant/leverancier, overeenkomstig NEN 356901 en NEN 6702+a08. - letselbeperkend veiligheidsglas toepassen in kozijnen, ramen en deuren waarvan de glaslijn zich lager dan 850 mm boven het vloerpeil bevindt. - doorvalbeperkend gelaagd veiligheidsglas toepassen in kozijnen waarvan de glaslijn zich lager dan 850 mm boven het vloerpeil bevindt en het buitenvloerpeil zich lager dan 1000 mm t.o.v. het binnenvloerpeil bevindt. - 30 resp. 60 minuten brandwerende beglazing uitvoeren met Contraflam Lite (2 zijdige vuurbelasting en waar nodig voorzien van een extra PVB-folie als UV-filter) maximale ruitafmetingen volgens voorschrift fabrikant/leverancier, waar nodig stijl- c.q. dorpelverdeling van de betreffende kozijnen hieraan aanpassen. Het brandwerende glas leveren met door de plaatselijke brandweer verlangde testrapporten. De brandwerende ruiten moeten zijn voorzien van een leesbare ingegraveerde of gezeefdrukte codering in de rechteronderhoek. Spouwbreedte: 12 mm. - spouwvulling: argon. Kleur: neutraal; de kleur van de verschillende beglazingen in dezelfde gevel, dient zoveel mogelijk overeen te komen, e.e.a. in overleg met en ter goedkeuring architect. LTA waarde (%): ca. 75. ZTA waarde (%): ca. 60. Warmtereflecterend isolerend dubbelglas leveren onder KOMO-productcertificaat. 1. DRUKVEREFFENEND BEGLAZINGSSYSTEEM P (NPR 3577-11) Beglazingssysteem: van binnen uit dan wel van buitenaf, zoals volgt uit de tekeningen. Beglaasd met rubberprofiel en glaslatten. Steun- en stelblokjes: in de sponning gelijmd. Woonzorg Zone Nieuwveen

104


22.11.2012

4. RUBBER BEGLAZINGS-/PANEELVATTINGSPROFIEL Fabrikaat: behorend bij kozijnprofiel. Type: flexibel profiel. Materiaal: EPDM. Profiel overeenkomstig NPR 3577-11, lid 9.1. .01 VULLING WANDOPENING, BUITEN De HR++ isolerende beglazing in de aluminium buitenkozijnen, ramen en -deuren, zoals volgt uit de tekeningen. 34.37

GLASPANEEL

34.37.20-a GLASPANEEL, BEGLAZING MET BEGLAZINGSPROFIELEN 0. GEÏSOLEERD GLASPANEEL Type: geïsoleerd geëmailleerd glaspaneel. U-waarde (W/(m2.K)): 1,2. Opbouw: - buitenpaneel: geëmailleerd glas in nader door de architect te bepalen kleur. - isolatiemateriaal: PUR-schuim. - binnenpaneel: aluminium stuccoplaat gelijmd op isolatie, dikte 0,5 mm. - rand afgewerkt met versterkt verouderingsbestendig alutape. 1. DRUKVEREFFENEND BEGLAZINGSSYSTEEM P (NPR 3577-11) Beglazingssysteem: van binnen uit dan wel van buitenaf, zoals volgt uit de tekeningen. Beglaasd met rubberprofiel en glaslatten. Steun- en stelblokjes: in de sponning gelijmd. 3. RUBBER BEGLAZINGS-/PANEELVATTINGSPROFIEL Fabrikaat: behorend bij kozijnprofiel. Type: flexibel profiel. Materiaal: EPDM. Profiel overeenkomstig NPR 3577-11, lid 9.1. .01 VULLING WANDOPENING, BUITEN De geïsoleerde geëmailleerde glaspanelen in de aluminium buitenkozijnen, zoals volgt uit de tekeningen.


105


35

NATUUR- EN KUNSTSTEEN

35.00

ALGEMEEN

35.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. VOEGWERK Voor voegvullingen zijn de STABU Standaard Technische Bepalingen van hoofdstuk 36, Voegvullingen van toepassing. 91. VERWERKINGS TEMPERATUUR Bouwstoffen met een temperatuur van 5°C of lager niet verwerken. Geen natuur- en kunststeenwerk aanbrengen op of tegen vlakken waarvan de temperatuur 5°C of lager is, dan wel wanneer de luchttemperatuur lager dan 5°C is. 92. BEVESTIGINGSMIDDELEN Bevestigingsmiddelen mogen geen aanleiding geven tot corrosie en/of verkleuring van de natuursteen. 93. VOEGVULLINGEN Toegepaste voegvullingen mogen geen vlekken en verkleuringen veroorzaken in het natuursteen. 94. GESPECIALISEERD BEDRIJF Het natuur- en kunststeenwerk laten uitvoeren door een ter zake gespecialiseerd bedrijf ter goedkeuring directie. 95. VOCHTGEHALTE ONDERGROND Het maximale vochtgehalte in de ondergrond dient in overleg met de fabrikant/leverancier van de natuursteenlijm bepaald te worden, zo nodig treft de aannemer tijdig maatregelen om dit vochtgehalte geforceerd te bereiken.

35.00.30

INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN 90. TEKENINGEN Door de aannemer te vervaardigen tekeningen. Van alle natuur- en kunststeen onderdelen. - werktekeningen op schaal 1:20 en detailtekeningen op schaal 1:5. De werktekeningen moeten de volgende gegevens bevatten: - de vorm en de maatvoering van de elementen (overzicht). - de oppervlaktebehandeling. - alle aansluitdetails. - verankeringen en/of bevestigingen. - alle op te nemen voorzieningen. - de voegafwerking. 91. PROJECTBEGELEIDING Tijdig voor de aanvang van het natuursteenwerk meldt de aannemer het project aan bij de leverancier van de lijm. De aannemer stelt de leverancier tijdens de uitvoering in de gelegenheid controle uit te voeren op de naleving van het lijmadvies, de besteksbepalingen en de verwerkingsvoorschriften.

35.00.39

INFORMATIE-OVERDRACHT: MONSTERS 01. MONSTER TER BEOORDELING Voordat onderstaande bouwstoffen door de aannemer worden besteld hiervan een monster ter beoordeling aan de directie voorleggen: - alle aan te brengen natuur- en kunststeen onderdelen.

35.00.60

BOUWSTOFFEN: ALGEMEEN 90. BESCHERMING De natuur- en kunststeen onderdelen tijdens de bouw tegen mechanische beschadigingen beschermen. 91. UITERLIJK NATUURSTEEN DORPELS EN NEUTEN De in het zicht komende vlakken van hardsteen dorpels en neuten zoeten en voor de oplevering impregneren met een kleurverdieper geschikt voor kalksteen.

35.34

NATUURSTEEN BLOKKEN, PLATEN EN BANDEN

22.11.2012

35.34.10-a NATUURSTEEN BLOK/PLAAT 0. NATUURSTEEN PLAAT Stelpost aankoop € 45,-/m2. Vorm: tegels. Toebehoren: - plintstroken. 4. STELWERK IN MORTEL Patroon: halfsteensverband. De natuursteen vol en zat gezet in de mortel. Opbouw: - 35 mm zetmortel. - 15mm natuursteen. De natuursteen voor het zetten aanbranden met trascementpap. De ondergrond voorbehandelen met SikaTop 77. Woonzorg Zone Nieuwveen

106


22.11.2012

Voegbreedte (mm): 4. Toleranties (mm): max. 2 mm in vlakheid (wisseling vloertegels). 5. ZETMORTEL, CEMENTGEBONDEN Type: flexibele mortel. Samenstelling: volgens opgave natuursteen leverancier. Bindmiddel: trascement. Toeslagstof: HL Emulsie van Kiwitz Megchelen (0315 270620). Toeslagmateriaal: scherp zand. Grootste korrelafmeting (mm): 1. Hulpstoffen (NEN 3532-95) niet toegestaan. 6. TEGELVOEGMORTEL CEMENT-/KUNSTHARS GEBONDEN Fabrikaat: Forbo Eurocol BV. Type: 706 Speciaalvoeg WD. Samenstelling: cement en toeslagstoffen met hoog gehalte kunststof bindmiddel. Kleur: ter keuze architect. 7. LEGPLAN Legplan door de aannemer te vervaardingen in overleg met de architect. .01 VRIJDRAGENDE VLOER, BINNEN De natuursteen vloerafwerking met plinten in ruimten, zoals volgt uit de ruimteafwerkstaat. 35.35

NATUURSTEEN DORPELS EN NEUTEN

35.35.10-a NATUURSTENEN DORPEL/NEUT 0. NATUURSTEEN DORPEL/NEUT Leverancier: ter goedkeuring directie. Steensoort: Belgisch hardsteen. Vorm: geprofileerd met ingelijmde neuten en aan bovenzijde afgeronde hoeken. Dorpeldoorsnede (mm): geprofileerd. Neutdoorsnede (mm): conform kozijndoorsnede. Afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen of volgens nadere uitwerking. Oppervlaktebehandeling: zichtzijden gezoet. Afwerking: geolied. Toebehoren: - doken t.p.v. de stijlaansluiting; de dookgaten vullen met epoxyhars. - ankers: thermisch verzinkt strip, afmetingen 5x50 mm, aan de betonvloer en natuursteen verankerd met verzinkt stalen schroeven in kunststof pluggen. 4. STELWERK IN MORTEL Opgenomen onderdelen geheel aangewerkt met mortel. Bevestigingsmiddelen en ankers geheel aangewerkt met mortel. De dorpels verankerd en gesteld in de mortel of de onderdorpels op de vloer gelijmd, e.e.a. volgens opgave fabrikant/leverancier. 5. ZETMORTEL, CEMENTGEBONDEN Type: flexibele mortel. Samenstelling: volgens opgave natuursteen leverancier. Bindmiddel: klinkerarme cement. Toeslagstof: HL Emulsie van Kiwitz Megchelen (0315 270620). Toeslagmateriaal: scherp zand. Grootste korrelafmeting (mm): 1. Hulpstoffen (NEN 3532-95) niet toegestaan. N.B. of de onderdorpels op de vloer gelijmd, e.e.a. volgens opgave fabrikant/ leverancier. .01 DORPEL/NEUT De hardsteen onderdorpels met ingelijmde neuten onder alle buitendeuren op de begane grond (onder aluminium deuren) m.u.v. deurkozijn bergingsentree. 35.35.10-b NATUURSTENEN DORPEL/NEUT 0. NATUURSTEEN DORPEL/NEUT Leverancier: ter goedkeuring directie. Steensoort: Belgisch hardsteen. Vorm: rechthoekig, met aan de bovenzijde afgeronde hoeken, bij aanpasbaar bouwen bovenzijde geheel afgerond. Afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen of volgens nadere uitwerking. Oppervlaktebehandeling: zichtzijden gezoet. Afwerking: geolied. Toebehoren: - ankers: thermisch verzinkt strip, afmetingen 5x50 mm, aan de betonvloer en natuursteen verankerd met verzinkt stalen schroeven in kunststof pluggen. 4. STELWERK IN MORTEL Bevestigingsmiddelen en ankers geheel aangewerkt met mortel.


107


22.11.2012

5. ZETMORTEL, CEMENTGEBONDEN Type: flexibele mortel. Samenstelling: volgens opgave natuursteen leverancier. Bindmiddel: klinkerarme cement. Toeslagstof: HL Emulsie van Kiwitz Megchelen (0315 270620). Toeslagmateriaal: scherp zand. Grootste korrelafmeting (mm): 1. Hulpstoffen (NEN 3532-95) niet toegestaan. N.B. of de onderdorpels op de vloer gelijmd, e.e.a. volgens opgave fabrikant/ leverancier. .01 DORPEL/NEUT De hardsteen onderdorpels onder de binnendeuren van algemeneen technische ruimten. 35.44

KUNSTSTEEN BLOKKEN, PLATEN EN BANDEN

35.44.10-a KUNSTSTEEN BLOK/PLAAT 0. KUNSTSTEEN VENSTERBANK Fabrikaat: Holonite B.V. Type: Vensterbank recht. Breedte x dikte (mm): dikte 20, breedte tot 50 buiten de afgewerkte binnengevellijn. Lengte: zoals volgt uit de tekeningen, vensterbanken zoveel mogelijk uit één stuk aanbrengen. Materiaal: gegoten composietsteen. Kleur: 7 antraciet. Uitvoering: - zichtzijde strak en glad. - kopse kanten afgelakt. Toebehoren: - beschermfolie. - Holonite lijm/kit, zwart. - Holonite ontvetter. - Holonite primer. 4. STELWERK KUNSTSTEEN Voegbreedte (mm): 3, t.p.v. de aansluiting naar de dagkanten van de gevelopening. De vensterbanken gelijmd op het binnenspouwblad. Randaansluitingen tussen vensterbank en de omringende constructies afdichten m.b.v. een voegvulling volgens hoofdstuk 36, zoals volgt uit de tekeningen. .01 VENSTERBANK De vensterbanken op het binnenspouwblad t.p.v. raamopeningen met een borstwering in de appartementen en groepswoningen. 35.45

KUNSTSTEEN DORPELS EN NEUTEN

35.45.10-a KUNSTSTENEN DORPEL/NEUT 0. KUNSTSTEEN BINNENDEURDORPEL Fabrikaat: Holonite B.V. Type: vlakke dorpel, onderliggend. Dikte (mm): 20. Breedte: ter breedte van het kozijn. Lengte (mm): afhankelijk van de dagmaat van het kozijn; de dorpels onder de kozijnstijlen plaatsen. Materiaal: gegoten composietsteen. Kleur: 7 antraciet. Uitvoering: - zichtzijde strak en glad. Toebehoren: - Holonite lijm/kit, grijs. - Holonite ontvetter. - Holonite primer. 4. STELWERK KUNSTSTEEN Voegbreedte (mm): 3, t.p.v. de aansluiting bij de deurstijlen. De onderdorpels gelijmd op de vloer. .01 DORPEL/NEUT De dorpels onder de toilet- en badkamerdeuren in de appartementen en groepswoningen. 35.45.10-b KUNSTSTENEN DORPEL/NEUT 0. KUNSTSTENEN DORPEL Fabrikaat: Holonite B.V. Type: - Premax M BI, onder naar binnen draaiende deuren. Woonzorg Zone Nieuwveen

108


22.11.2012

- Premax BU, onder naar buiten draaiende deuren. - schuifdeurdorpel, onder de hefschuifdeuren. Afmetingen (mm): lengte = breedtemaat kozijn, de dorpels lopen onder de gehele kozijnen door. Neutdoorsnede: conform kozijndoorsnede. N.B. De bovenzijde van de dorpels dient op maximaal 20 mm + vloer te liggen. Materiaal: kunststeen. Kleur: antraciet. Oppervlaktebehandeling: - zichtzijden glad en strak. - onderzijde ingestrooid. Toebehoren: - doken: in corrosievaste uitvoering. - Holonite ontvetter. - ankers: thermisch verzinkt stalen strip, afmetingen 5x50 mm, aan de betonvloer en kunststeen verankerd met verzinkt stalen schroeven in kunststof pluggen. - voegafdichting tussen neut en kozijn d.m.v. 2-componenten houtlijm Rakoll Duplit AL+verharder A/AF. - kierafdichtingsprofielen gelijmd in de aanslag van de onderdorpels. 4. STELWERK KUNSTSTEEN De dorpels geschroefd en gelijmd onder de kozijnstijlen. .01 DORPEL/NEUT De Holonite onderdorpels onder de woningtoegangsdeuren en deurkozijn bergingsentree.


109


36

VOEGVULLING

36.00

ALGEMEEN

36.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. GESPECIALISEERD BEDRIJF De voegvullingen en -dichtingen dienen uitgevoerd te worden door een hierin gespecialiseerd bedrijf ter goedkeuring directie. 91. REK- EN DRUKPERCENTAGES De kitmassa dient de werking van een voegbreedte vanaf het moment van applicatie, zonder gebreken te kunnen volgen. De reken drukpercentages dienen berekend te worden, afhankelijk van het materiaal aan weerszijden van de voeg. In de af te geven garantieverklaring dienen de gevraagde percentages te worden vermeld. 92. VOORSTRIJKMIDDEL Voorstrijkmiddelen strak aanbrengen en niet zichtbaar buiten de aanhechtingsvlakken.

36.00.70

MEET- EN VERREKENMETHODEN: ALGEMEEN 90. BREEDTE VAN DE VOEGEN De breedte van de voegen ontstaan door toleranties in de af te kitten onderdelen ten gevolge van fabricage, montage e.d. zijn niet verrekenbaar.

36.30

VOEGVULLINGEN MET KIT

22.11.2012

36.30.10-a VOEGVULLING MET KIT 0. VOEGVULLING MET KIT Voegranden: - voorbehandeling hechtvlakken: gereinigd en voorgestreken. - voegoppervlak: terugliggend en glad. Voegbreedte: zoals volgt uit de tekeningen. Dikte kitbed: 1/3 voegbreedte in mm + 6 mm (in het midden van de voeg gemeten). 4. KIT Fabrikaat: SABA Dinxperlo B.V. Type: Construseal Plus. Materiaal: MS polymeren. Kleur: afgestemd op het omringende werk en ter goedkeuring architect. Toebehoren: - voorstrijk-/hechtmiddel: SABA primer, type volgens opgave fabrikant/leverancier. - rugvullingsmateriaal: SABA Rolyfoam PU, CFK-vrij PUR-rondschuim. .01 BUITENWAND, BINNENSPOUWBLAD De voegvulling tussen de geïsoleerde houten binnenspouwbladen onderling en de randaansluitingen op de omringende constructies. .02 BINNENWAND De voegvulling: - in de dilatatievoegen van steenachtige binnenwanden. - t.p.v. de aansluiting van de binnenspouwbladen op de bouwmuren en op de erboven liggende vloer ter voorkoming van geluidslekken. - t.p.v. de aansluiting van geluidwerende binnenwanden op omringende constructies ter voorkoming van geluidslekken. - t.p.v. de aansluiting van steenachtige binnenwanden op betonnen en stalen onderdelen. .03 BUITENKOZIJN/-PUI De voegvulling t.p.v. de randaansluiting van stelkozijnen en buitenkozijnen op de omringende constructies. .04 PREFAB BETONNEN ELEMENTEN De voegvulling tussen de prefab betonnen elementen onderling en de omringende constructies. .05 NATUUR- EN KUNSTSTEEN ONDERDELEN De voegvulling tussen de natuur- en kunststeen onderdelen onderling en de omringende constructies. .06 LEKDORPEL De voegvulling tussen de lekdorpelprofielen en de omringende constructies. .07 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN De voegvulling t.p.v. doorvoeringen t.b.v. kanalen en leidingen. .08 DETAILS Aanbrengen, overal waar nodig, zoals volgt uit de tekeningen. .09 PLINT De houten plinten op de vloer en wand afkitten. 36.30.10-b VOEGVULLING MET KIT 0. VOEGVULLING MET KIT Voegranden: - voorbehandeling hechtvlakken: gereinigd en voorgestreken. - voegoppervlak: terugliggend en glad. Voegbreedte: zoals volgt uit de tekeningen. Woonzorg Zone Nieuwveen

110


.01 .02 .03 .04

22.11.2012

Dikte kitbed: 1/3 voegbreedte in mm + 6 mm (in het midden van de voeg gemeten). 4. KIT Fabrikaat: SABA Dinxperlo B.V. Type: Sanitair NS. Materiaal: siliconen. Kleur: afgestemd op het omringende werk en ter goedkeuring architect. Schimmelwerend. Toebehoren: - voorstrijk-/hechtmiddel: SABA primer Solvent 48. BINNENWAND De inwendige hoeken van tegelwerkvlakken, de aansluitingen tussen wand en vloer en de leidingdoorvoeringen. BINNENKOZIJN/-PUI De voegvulling tussen de aansluitingen van binnenkozijnen op tegelwerk. SANITAIRE TOESTELLEN De voegvulling tussen sanitaire toestellen en tegelwerk en achter rozetten van kranen. AANRECHT De aansluitende voegvulling tussen aanrechtbladen en wandtegelwerk.

36.30.10-c VOEGVULLING MET KIT 0. VOEGVULLING MET KIT Voegranden: - voorbehandeling hechtvlakken: gereinigd en voorgestreken. - voegoppervlak: gelijk met het oppervlak van het omringende werk en glad. 4. KIT Fabrikaat: Promat B.V. of SABA Dinxperlo B.V. Type: Promaseal-S kit of Prevenseal. Materiaal: siliconen. Kleur: zwart. Toebehoren: - voorstrijk-/hechtmiddel: SABA primer VBM. - rugvullingsmateriaal: SABA Rolyfoam PU, CFK-vrij PUR-rondschuim. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Aanbrengen in de voegen van brandwerende onderdelen. 36.40

VOEGVULLINGEN MET SCHUIMBAND

36.40.10-a VOEGVULLING MET SCHUIMBAND 0. VOEGVULLING MET SCHUIMBAND Voegranden: - voorbehandeling hechtvlakken: losse stofresten en vuil verwijderen. - voegoppervlak terugliggend. Voegbreedte: circa 10 mm. Schuimband volledig comprimeren. 4. GEÏMPREGNEERDE SCHUIMBAND Fabrikaat: Mavotrans B.V. Type: illmod 300 (slagregendicht tot 300Pa). Materiaal: milieuvriendelijk geïmpregneerd Polyester schuimband met open cellen, voorgecomprimeerd, UV bestendig en brandvertragend. Kleur: grijs of zwart. Eenzijdig belijmd. .01 BUITENKOZIJN/-PUI De voegvulling tussen stelkozijnen of spouwlatten van buitenkozijnen op het binnenspouwblad. .02 BINNENWAND De voegvulling tussen de geïsoleerde houten binnenspouwbladen en wandelementen onderling en de omringende constructies. .03 DETAILS De voegvulling, overal waar nodig, zoals volgt uit de tekeningen. 36.40.10-b VOEGVULLING MET SCHUIMBAND 0. VOEGVULLING MET SCHUIMBAND Voegranden: - voorbehandeling hechtvlakken: losse stofresten en vuil verwijderen. - voegoppervlak terugliggend. Schuimband volledig comprimeren. 4. SCHUIMBAND Fabrikaat: Mavotrans B.V. Type: Airex, zelfklevend met gesloten cellen. Materiaal: Polyvinyl schuim. Afmetingen (bxd) (mm): 10x15. Kleur: grijs. Eenzijdig belijmd.


111


22.11.2012

.01 BINNENWAND De randaansluitingen van gipsplaat binnenwanden en -voorzetwanden op de omringende constructies. .02 DETAILS De voegvulling, overal waar nodig, zoals volgt uit de tekeningen. 36.60

VOEGVULLINGEN MET SCHUIM

36.60.10-a VOEGVULLING MET SCHUIM, KUNSTSTOFSCHUIM VULMIDDEL 0. VOEGVULLING MET SCHUIM Voorbehandeling hechtvlakken: losse stofresten en vuil verwijderen. Voegoppervlak terugliggend. De vochtigheid van de hechtingsvlakken waarop schuim wordt aangebracht mag niet meer zijn dan: - voor hout 17 %. - voor beton 6 %. De temperatuur van de hechtingsvlakken moet min. drie graden Celsius boven het dauwpunt zijn. 1. PUR-SCHUIM Materiaal: Polyurethaanschuim, CFK-vrij, waar nodig in brandwerende uitvoering. .01 BINNENWAND De voegvulling: - in de voegen tussen steenachtige binnenwanden en de bovenliggende vloer ter voorkoming van geluidslekken. - t.p.v. de aansluiting van steenachtige binnenwanden op omringende constructies. - t.p.v. de aansluiting van steenachtige binnenwanden op betonnen en stalen onderdelen. .02 BINNENWAND De voegvulling tussen de geïsoleerde houten binnenspouwbladen en wandelementen onderling en de omringende constructies. .03 DETAILS De voegvulling, overal waar nodig, zoals volgt uit de tekeningen.


112


38

GEVELSCHERMEN

38.00

ALGEMEEN

38.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. KWALITEITSNORMEN Gevelschermen moeten voldoen aan de kwaliteitsnormen van de PLV (Producentenen Leveranciers Vereniging Zonwering en Rolluikenbranche). 91. KWALITEIT LASWERK De in het zicht blijvende lasverbindingen moeten glad en gelijk met de oppervlakken van de aansluitende delen zijn afgewerkt.

38.12

TEKENINGEN

22.11.2012

38.12.10-a TEKENINGEN 0. TEKENING GEVEL- BINNENWAND- EN DAKELEMENTEN Door de aannemer te vervaardigen tekeningen. Van de aan te brengen zonweringsschermen. - werktekeningen op schaal 1:20 en detailtekeningen op schaal 1:1. Op de tekening(en) moet zijn aangegeven: - de indeling en afmetingen van de onderdelen. - de toe te passen materialen. - de detaillering van de randaansluitingen aan de omringende constructies en aansluitingen aan op te nemen onderdelen e.d. en voor wiens rekening de verschillende onderdelen zijn. - de verankering en constructie van de onderdelen. - de afwerking en kleur van de diverse onderdelen. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2. .01 BUITENZONWERING/GEVELSCHERM De tekeningen t.b.v. de aan te brengen zonweringsschermen. 38.30

BEWEEGBARE SCHERMEN, BUITEN

38.30.10-a UITVAL-ZONNESCHERM 0. VALARM-ZONNESCHERM Fabrikaat: Schellekens & Schellekens BV. Type: Carré 105 CVA-valarm, verticaal zakkend en uitvallend met rechthoekige kap, in opgetrokken toestand afgesloten door sluitlijst. Schermbreedte (mm): zoals volgt uit de tekeningen. Uitval (mm): 1,5 m. Materiaal kap, bovenbuis, tussenrol, sluitlijst, uitvalarmen en achtergeleiding: aluminiumlegering (NEN-EN 573-3-09) EN-AW 6060-T66. Oppervlaktebehandeling: gemoffeld, gepoedercoat, laagdikte ca. 60 µm, kleur (RAL): volgens nadere opgave architect. Kap, materiaaldikte (mm): 1,5. Kap, uitvoering: rechthoekig, driedelig. Kap, hoogte x diepte (mm): 164 x 100. Kapsteunen: gezet aluminium plaat dik 4 mm. Tussenrol, diameter (mm): 50. Sluitlijst: aluminium L profiel, verzwaard met volbad verzinkt staal, afmetingen (mm): 75 x 75 x 1,8. Kopschotten sluitlijst, aluminium, materiaaldikte (mm): 3. Doek: - materiaal: acrylaat met zonweringscoating, water- en vuilafstotend. - gewicht: 300 gr/m2, geconfectioneerd in banen, breed 1.200 mm, zijkanten omgezoomd. - kleur: volgens nadere opgave architect. Tweedelige armconstructie: achterarm open doosprofiel 30 x 30 x 3 mm, voorarm open doosprofiel 24 x 36 x 3 mm, schoorverbinding, ingebouwd blokkeersysteem. Bediening: van binnenuit. Type bediening: elektrische bediening, buismotor 230 V, ingebouwd afslagmechanisme, thermische beveiliging, aangegoten Hirschmannsteker Stas 3, losse aanschroefbare Stak 3 contra-steker. Koppeling schermen volgens nadere opgave. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: corrosievast staal. - contrasteker Stak 3 met aangesealde kabel, 3 m. - de zonweringsschermen compleet bedrijfsvaardig geleverd met de benodigde elektrische aandrijving, afslagmechanisme, voedings- en besturingsbekabeling, bedieningsschakelaars en aangesloten op de elektrische installatie.


113


22.11.2012

.01 BUITENZONWERING/GEVELSCHERM De uitvalzonweringsschermen t.p.v. de buitenkozijnen van de groepswoningen, daar waar op geveltekeningen de code "us" is aangegeven. 38.30.20-a ROLSCHERM 0. ROLSCHERM, BUITEN Fabrikaat: Schellekens & Schellekens BV. Type: SchellekenScreen, verticaal zakkend, V105. Schermbreedte (mm): zoals volgt uit de tekeningen. Schermhoogte (mm): zoals volgt uit de tekeningen. Materiaal kap, achterkap, bovenbuis, onderregel, zijgeleiding: aluminiumlegering (NEN-EN 573-3-09) EN-AW 6060-T66. Oppervlaktebehandeling: gemoffeld, gepoedercoat, laagdikte ca. 60 µm, kleur (RAL): volgens nadere opgave architect. Kap, materiaaldikte (mm): 1,5. Kap, uitvoering tweedelig, voorzijde rechthoekig, type R. Kap, hoogte x diepte (mm): 105 x 105. Kapsteunen: gegoten aluminium dik 4 mm, met nokken bevestigd in de geleiding. Onderregel: profiel, verzwaard met thermisch verzinkt staal, diepte x hoogte (mm): 20 x 35. Zijgeleiding: U-profiel, afmeting 30 x 20 mm, aan ondereind voorzien van kunststof veer voor rammelvrije borging onderregel. Middengeleiding: U-profiel, afmeting 45 x 20 mm. Doek: - materiaal: gepolyvinyliseerd glasvezeldoek, type Satiné, gewicht ca. 525 gr/m2. - kleur: volgens nadere opgave architect. Bediening: van binnenuit. Type bediening: elektrische bediening, buismotor 230 V, ingebouwd afslagmechanisme, thermische beveiliging, aangegoten Hirschmannsteker Stas 3, losse aanschroefbare Stak 3 contra-steker. Bedraden en aansluiten door leverancier. Beveiliging: de zonweringsschermen aansluiten op een windsensor. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: corrosievast staal. - contrasteker Stak 3 met aangesealde kabel, 3 m. - de zonweringsschermen compleet bedrijfsvaardig geleverd met de benodigde elektrische aandrijving, afslagmechanisme, voedings- en besturingsbekabeling, bedieningsschakelaars en aangesloten op de elektrische installatie. .01 BUITENZONWERING/GEVELSCHERM De zonweringsschermen t.p.v. de buitenkozijnen van de groepswoningen, daar waar op geveltekeningen de code "sc" is aangegeven. 38.40

VASTE SCHERMEN EN ROOSTERS, BUITEN

38.40.10-a WINDSCHERM 0. WINDSCHERM Type: glazen privacyscherm. Afmetingen: hoogte 1.800 mm, overige afmetingen zoals volgt uit de tekeningen. Frame: - materiaal: staal. - samenstelling: 4-zijdige omranding van aan elkaar gemonteerde U-profielen, doorsnede 20x40x3 mm. - oppervlaktebehandeling stalen onderdelen: thermisch verzinkt, overeenkomstig NEN-EN-ISO 1461-99. Afwerking stalen onderdelen: gepoedercoat volgens lid 46.32.19-a in nader door architect te bepalen RAL-kleur. Vulling: - materiaal: gelaagd glas met witte translucente folie, in de omranding gevat d.m.v. Uvormige rubber beglazingsprofielen. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in thermisch verzinkt stalen uitvoering. 5. MAT GELAAGD GLAS Type: letselbeperkend gelaagd glas met witte translucente PVB-folie. Dikte: volgens berekening fabrikant/leverancier, overeenkomstig NEN 3569-01 en NEN 6702+a08. Kleur: blank glas met witte translucente folie. .01 BUITENSEPARATIE De privacyschermen tussen aan elkaar grenzende balkons t.p.v. de penthouses.


114


40

STUKADOORWERK

40.00

ALGEMEEN

40.00.29

EISEN EN UITVOERING: AANVULLEND 01. STELLEN PLEISTERPROFIELEN Pleisterprofielen zuiver vlak en te lood, dan wel in de juiste richting stellen in specie. De profielen afwerken nadat de stelspecie is verhard. 02. REINIGEN PLEISTERPROFIELEN Pleisterprofielen grondig reinigen, direct nadat de afwerklaag is aangebracht. 03. PROFIELRONDING Pleisterwerk boven hoekbeschermingsprofielen in de ronding van het profiel afwerken. 04. INWENDIGE HOEKEN De inwendige hoeken van het pleisterwerk lossnijden bij aansluitingen van wanden aan plafonds en de inwendige hoeken bij aansluitingen tussen wanden met verschillende ondergronden. 05. V-GROEF Op de afscheiding tussen twee verschillende wandafwerkingen in het pleisterwerk een V-groef aanbrengen. De V-groef tussen de systeemvloeren voor het afwerken met spuitpleisterwerk goed schoonmaken. 06. AANVANG WERKZAAMHEDEN Met het stukadoorwerk mag niet eerder worden aangevangen dan nadat de betreffende ruimten glas- en waterdicht zijn; idem mag niet worden aangevangen dan nadat de ondergrond stofvrij is en bevochtigd en eventuele gaten en sleuven zijn aangewerkt. 07. BESCHADIGINGEN Beschadigingen aan het stukadoorwerk ook al zijn deze veroorzaakt door derden moeten onzichtbaar worden gerepareerd. Bij grote beschadigingen moeten in overleg met de directie gedeelten worden vernieuwd. 08. WANDGEDEELTEN T.P.V. KASTEN De wandgedeelten t.p.v. losse kasten, radiatoren, e.d. afwerken als overige wandgedeelten. 09. BONT STUKADOORWERK Indien bij de oplevering blijkt dat stukadoorwerk bont of geel van aanzien is, dan dient de aannemer op aanwijzing van de directie de betreffende gedeelten te witten en helder wit op te leveren. 11. AANBRENGEN DEKVLOEREN De dekvloeren van de bovenliggende verdiepingen moeten ruimschoots voor het aanbrengen van het spuitpleisterwerk zijn aangebracht in verband met het drogen van de te behandelen plafonds. 12. BESCHERMEN VLOEREN EN AANGRENZENDE WANDEN EN PLAFONDS Reeds aangebrachte dekvloeren, vloerafwerkingen, wandafwerking, plafondafwerking c.q. systeemplafonds en overige reeds afgewerkte bouwdelen beschermen tegen vervuiling door (spuit)pleistermortel. 13. SCHOONMAKEN VLOEREN EN AANGRENZENDE WANDEN EN PLAFONDS Aangrenzende vloeren, wanden, kozijnen, plafonds, leidingen, installatietechnischeonderdelen e.d. welke niet bespoten worden afdekken dan wel direct na elke spuitgang afhankelijk van de verdere afwerking van deze onderdelen schoonmaken. 14. AFWERKHOOGTE Bij aanwezigheid van een verlaagd plafond moeten de wandafwerkingen in pleisterwerk tot minimaal 100 mm boven het bouwkundig plafond aangebracht worden. 15. DRAAGKRACHT PLEISTERWERK Na het aanbrengen van de gipspleisterlagen moeten deze volledig afbinden en uitharden (drogen) volgens voorschriften fabrikant/leverancier. De pleisterlaag moet als ondergrond geschikt zijn voor het aanbrengen van een muurverfsysteem. De eventueel op de gipspleister ontstane toplaag (slikhuid) moet voor aanvang van het uit te voeren schilderwerk volledig worden verwijderd. De hechting van het verfsysteem op de gestukadoorde ondergronden moet voldoen aan de testmethode volgens de ASTM D 3359, uitgevoerd met genormaliseerd hechtingstape.

40.00.39

INFORMATIE-OVERDRACHT: MONSTERS 01. MONSTER TER BEOORDELING Voordat onderstaande bouwstoffen door de aannemer worden besteld hiervan een monster ter beoordeling aan de directie voorleggen: - van al het aan te brengen pleisterwerk een proefvlak van 2 m².


22.11.2012

115


22.11.2012

VOORBEHANDELING ONDERGROND

40.22.10-a PLEISTERWERK, VOORBEHANDELING ONDERGROND 0. PLEISTERWERK, VOORBEHANDELING ONDERGROND Behandeling: - reinigen. - voorstrijken. 4. VOORSTRIJKMIDDEL, STEEN, WATERGEDR. Type: grondeermiddel/voorstrijkmiddel voor zuigende en onregelmatige ondergronden. .01 BINNENWAND Het voorbehandelen van alle ondergronden waarop pleisterwerk aangebracht moet worden. .02 BINNENPLAFOND Het voorbehandelen van alle ondergronden waarop pleisterwerk aangebracht moet worden. 40.22.10-b PLEISTERWERK, VOORBEHANDELING ONDERGROND 0. PLEISTERWERK, ONDERGRONDCORRECTIES Behandeling: - opruwen. - aanwerken sleuven. - afmessen. - afbramen, uitvullen en egaliseren. - de naden tussen de systeemvloeren van plafonds welke moeten worden voorzien van spuitpleisterwerk uitvullen. N.B. Bij oneffenheden groter dan 4 mm het oppervlak eerst berapen alvorens af te werken. 5. HECHTMORTEL VOOR PLEISTERWERK (STABU STANDAARD) Mortel: speciegroep overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 40, bijlage B. N.B. Voor het afmessen van de lijmblokken mag ook de lijm toegepast worden. .01 BINNENWAND Het voorbehandelen van alle binnenwanden waarop pleisterwerk aangebracht moet worden. .02 BINNENPLAFOND Het voorbehandelen van alle plafonds waarop pleisterwerk aangebracht moet worden. 40.22.21-a WAPENINGSGAAS, KUNST-/ORGANISCHE VEZEL 0. GLASWEEFSEL Materiaal: glasweefsel. Maaswijdte: 3 mm. Breedte: 50 mm bij wanden plafondaansluitingen en 150 mm in alle overige gevallen. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Rifusiegaas op niet in verband gemetselde wandaansluitingen, op krimpvoegen in kalkzandsteen binnenwanden, op naden tussen twee te stukadoren vlakken met verschillende ondergronden, op leidingsleuven en overal waar nodig ter voorkoming van scheurvorming. 40.40

PLEISTERWERK

40.40.20-a PLEISTERWERK 0. BLAUWPLEISTERWERK (STABU STANDAARD) Pleistersysteem, overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 40, bijlage C: tabel 15. Oppervlaktebeoordeling overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 40, bijlage A: binnen groep 2. 5. PLEISTERMORTEL (STABU STANDAARD) Mortel: speciegroep overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 40, bijlage B. N.B. Voor het behangklaar maken van de lijmblokken mag ook de lijm toegepast worden. .01 BINNENWAND Het behangklaar maken van binnenwanden in ruimten, zoals volgt uit de ruimteafwerkstaat. 40.40.20-b PLEISTERWERK 0. WITPLEISTERWERK Pleistersysteem: - ondergrond voorbehandelen volgens lid 40.22.10-a + b. - waar nodig rifusiegaas opbrengen volgens lid 40.22.21-a. - waar nodig een raaplaag aanbrengen. - wit pleisterwerk aanbrengen. Oppervlaktestructuur: overeenkomstig een in het werk op te zetten proefvlak, groot (m2): 2. Oppervlaktebeoordeling overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 40, bijlage A: binnen groep 1.


116


22.11.2012

5. PLEISTERMORTEL Fabrikaat: Strikolith. Type: - voor raaplaag, type MKL of FP200. - voor afwerklaag, type FP200 (gipsgebonden afwerkmortel). .01 BINNENWAND Glad pleisterwerk op te sausen binnenwanden in ruimten, zoals volgt uit de ruimteafwerkstaat. 40.40.50-a SPUITPLEISTERWERK 0. SPUITPLEISTERWERK Pleistersysteem: - ondergrond voorbehandeld volgens lid 40.22.10-a + b. - incidentele reparatie waar nodig. - egalisatie waar nodig. - 1 laag spuitpleister (meslaag). - 1 laag spuitpleister (structuurlaag). - tussen de meslaag en de structuurlaag minimaal 24 uur droogtijd aanhouden. Pleisterlaagdikte(n) (mm): 2. Oppervlaktestructuur: overeenkomstig een in het werk op te zetten proefvlak, groot (m2): 2. Oppervlaktebeoordeling overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 40, bijlage A: binnen groep 4. 5. SPUITPLEISTER Fabrikaat: Sigma Coatings B.V. Samenstelling: - reparatiepleister: een mengsel van 2-3 volumedelen Brandercrystal en 1 volumedeel stukadoorgips. - egalisatiepleister: Brandercrystal. - meslaag: Brandercrystal. - structuurlaag: Brandercrystal. Kleur: wit, overeenkomstig monster. .01 BINNENWAND Het spuitpleisterwerk op wanden in ruimten, zoals volgt uit de ruimte-afwerkstaat. .02 BINNENPLAFOND Het spuitpleisterwerk op plafonds in ruimten, zoals volgt uit de ruimte-afwerkstaat. 40.40.50-b SPUITPLEISTERWERK 0. SPUITPLEISTERWERK Ondergrond: beton. Oppervlaktestructuur: overeenkomstig een in het werk op te zetten proefvlak, groot (m2): 2. Oppervlaktebeoordeling overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 40, bijlage A: binnen groep 4. De ondergrond moet droog, stof- en vetvrij zijn, e.e.a. ter goedkeuring van de fabrikant/leverancier. Ter opsluiting of t.p.v. de overgang naar een andere plafond- of wandafwerking een stucstopprofiel opnemen. 5. AKOESTISCHE SPUITPLEISTER Fabrikaat: Asona Benelux B.V. Type: Sonaspray FCX-TR, naadloze akoestische afwerking. Laagdikte (mm): 20. Kleur: volgens nadere opgave architect. Structuur: fijnste spuitstructuur ter goedkeuring architect. Toebehoren: - voorstrijk-/hechtmiddel: volgens opgave fabrikant/leverancier. - stucstopprofielen in corrosievast stalen uitvoering. .01 BINNENPLAFOND Het akoestische spuitpleisterwerk op plafonds in ruimten, zoals volgt uit de ruimteafwerkstaat. 40.81

PROFIELEN

40.81.13-a STUC-/TEGELPROFIEL 0. STUCPROFIEL Fabrikaat: Ceves-Vergeer bv. Type: - hoekbeschermingsprofiel. - stucstopprofiel. Materiaal: staal. Oppervlaktebehandeling: gegalvaniseerd. Afwerking: zichtzijden wit gecoat. De profielen mogen uitsluitend op muurwerk, dus nimmer op kozijnen, betimmeringen e.d. worden bevestigd. De profielen zodanig aanbrengen dat een vlak en strak uiterlijk Woonzorg Zone Nieuwveen

117


22.11.2012

ontstaat. N.B. Waar nodig de profielen achter de gipsplaten aanbrengen, zodanig dat de zijkanten van de gipsplaten door het profiel worden afgedekt. .01 BINNENWAND De hoekbeschermingsprofielen t.p.v. buitenhoeken in stukadoorwerk. .02 BINNENWAND De stucstopprofielen t.p.v. overgangen van stukadoorwerk naar een andere wandafwerking en aan weerszijden van dilatatievoegen.


118


41

TEGELWERK

41.00

ALGEMEEN

41.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 09. SCHAKELAARS, WANDCONTACTDOZEN E.D. De achterzijde van de afdekplaten van de schakelaars, wandcontactdozen e.d. moeten zuiver gelijk werken met de voorkant van het wandtegelwerk. 90. PATROON Alle tegelwerken symmetrisch over de vlakken verdelen. Tegenover elkaar gelegen vlakken op gelijke wijze verdelen. Het hart van de voegen van de wand-, vloeren plinttegels strokend met elkaar. Kleinere passtukken dan een halve tegel mogen niet toegepast worden. 91. AFSCHOT De vloertegels op afschot leggen naar eventuele vloerroosters of vloerputten. Deze onderdelen strak en goed aansluitend opnemen in het vloertegelwerk en de aansluitingen waterdicht uitvoeren met kit. 92. BESCHERMING TEGELWERK Alle tegelvloeren na het leggen en voegen gedurende de resterende bouwtijd beschermen. De voegen van het vloeren wandtegelwerk moeten bij de oplevering gelijkmatig van kleur zijn en niet zijn bevuild. 93. WATERDICHTHEID Tegelvloeren c.q. -wanden waterdicht opleveren, zo nodig met behulp van een voorgeplakte vloerkim. 94. WAND- EN PLINTTEGELS De voorkant van de wandtegelwerk moet zuiver gelijk werken met de voorkant van het plinttegelwerk. 95. VOCHTGEHALTE ONDERGROND Het maximale vochtgehalte in de ondergrond dient in overleg met de fabrikant/leverancier van de tegellijm bepaald te worden, zo nodig treft de aannemer tijdig maatregelen om dit vochtgehalte geforceerd te bereiken. 96. VERWERKINGS TEMPERATUUR Bouwstoffen met een temperatuur van 5°C of lager niet verwerken. Geen tegelwerk aanbrengen op of tegen vlakken waarvan de temperatuur 5°C of lager is, dan wel wanneer de luchttemperatuur lager dan 5°C is. 97. AFWERKHOOGTE Bij aanwezigheid van een verlaagd plafond moet het tegelwerk tot minimaal 100 mm boven dit plafond aangebracht worden. 98. VOEGWERK Het afvoegen van het tegelwerk mag pas geschieden nadat de lijm of zetmortel van het tegelwerk voldoende is uitgehard e.e.a volgens verwerkingsvoorschriften van de fabrikant/leverancier van de lijm.

41.00.30

INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN 90. PROJECTBEGELEIDING Tijdig voor de aanvang van het tegelwerk meldt de aannemer het project aan bij de leverancier van de tegellijm. De aannemer stelt de leverancier tijdens de uitvoering in de gelegenheid controle uit te voeren op de naleving van het lijmadvies, de besteksbepalingen en de verwerkingsvoorschriften.

41.00.39

INFORMATIE-OVERDRACHT: MONSTERS 01. MONSTER TER BEOORDELING Voordat onderstaande bouwstoffen door de aannemer worden besteld hiervan een monster ter beoordeling aan de directie voorleggen: - van alle aan te brengen vloertegels, inclusief het voegwerk, een proefvlak van 2 m². - van alle aan te brengen wandtegels, inclusief het voegwerk, een proefvlak van 2 m².

41.22


22.11.2012

41.22.10-a TEGELWERK, ONDERGROND VOORSTRIJKEN 0. TEGELWERK, ONDERGROND VOORSTRIJKEN Behandeling: - reinigen. - voorstrijken. 4. VOORSTRIJKMIDDEL TEGELWERK Fabrikaat: Eurocol B.V. Type: 099 Dispersieprimer. .01 BINNENWAND Het voorbehandelen van alle wanden waarop wandtegels aangebracht moeten worden. .02 BINNENVLOER Het voorbehandelen van cementgebonden dekvloeren indien de vloertegels gelijmd aangebracht worden.


119


22.11.2012

41.22.20-a TEGELWERK, ONDERGROND EGALISEREN 0. TEGELWERK, ONDERGROND EGALISEREN 4. EGALISEERMIDDEL, CEMENTGEBONDEN Fabrikaat: Eurocol B.V. Wandegalisatiemortel voor tegelwerk, type: Wandolite 659. Bindmiddel: cementpoeder met toeslagstoffen. Toebehoren: - voorstrijkmiddel: 099 dispersie primer. .01 BINNENWAND Het, waar nodig, egaliseren van wanden waarop wandtegels gelijmd worden. 41.22.20-b TEGELWERK, ONDERGROND EGALISEREN 0. TEGELWERK, ONDERGROND EGALISEREN Ondergrond: beton, cementgebonden dekvloeren. 4. EGALISEERMIDDEL, CEMENTGEBONDEN Fabrikaat: Eurocol B.V. Type: 960 Europlan Super, vloeregalisatiemortel. Bindmiddel: cement. .01 BINNENVLOER Het egaliseren van cementgebonden dekvloeren en betonvloeren indien de vloertegels gelijmd aangebracht worden. 41.22.40-a TEGELWERK, ONDERGROND WATERDICHTE LAAG 0. TEGELWERK, ONDERGROND WATERDICHTE LAAG De hoeken tussen wanden en tussen vloeren en wanden en rondom doorvoeringen over een breedte van 100 mm nogmaals bestrijken met onverdunde waterdichte lijm en 24 uur laten drogen. 4. WATERDICHTE PASTA, TEGELWERK Fabrikaat: Eurocol B.V. Type: 685 Eurocoat. Materiaal: acrylaat dispersie. Oplosmiddelvrij. Toebehoren: - 063 Euroband, naaldvlies, polyester/polypropyleen. .01 BINNENVLOER De voorgeplakte vloerkim t.p.v. de aansluiting vloer/wand in de te betegelen ruimten. De vloerafvoerput vol en zat wellen in de afdichtingspasta en waterdicht aansluiten op het voertegelwerk. .02 BINNENWAND Afdichting aanbrengen t.p.v. de aansluitingen tussen wanden t.p.v. de douche. 41.32

WANDTEGELWERK

41.32.12-a WANDTEGELWERK, GELIJMD, KERAMISCHE TEGEL 0. WANDTEGELWERK, GELIJMD Patroon: rechthoekig. Voegbreedte (mm): 3. Oppervlaktegroep overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 41, bijlage A: 1. 1. DROOGGEPERSTE TEGEL (BRL 1010-08) Fabrikaat: Koninklijke Mosa bv. Type: keramische wandtegel Global Collection. Groep: BIII. Afmetingen (lxbxd) (mm): 147x147x5,4. Uitvoering: glanzend. Kleur: ter keuze architect. Oppervlak: geglazuurd. 4. TEGELLIJM, PASTA Fabrikaat: Forbo Eurocol BV. Type: Majolicol 682, blijvend elastische wandtegellijm. Samenstelling: acrylaat dispersie. .01 BINNENWAND Het wandtegelwerk in de vrije sector koopwoningen en sociale huurwoningen in de volgende ruimten: - in de toiletruimten tot 1500 mm + vloer. - in de badkamers tot 2100 + vloer. - in de keukens tot 1500 mm + vloer boven het aanrecht, naast het aanrecht en achter het kooktoestel. .02 BINNENWAND Het wandtegelwerk in de 3 groepswoningen voor psycho geriatrie (PG) en 2 groepswoningen verstandelijk gehandicapten (VG) in de volgende ruimten: - in de keukens tot 1500 mm + vloer boven het aanrecht, naast het aanrecht en achter het kooktoestel.


120


22.11.2012

VLOERTEGELWERK

41.42.12-a VLOERTEGELWERK, GELIJMD, KERAMISCHE TEGEL 0. VLOERTEGELWERK, GELIJMD Ondergrond: reinigen, stofvrij maken, voorstrijken. Patroon: rechthoekig. Voegbreedte(n) (mm): 4. Oppervlaktegroep overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 41, bijlage A: 1. Afschot (mm/m): 15, naar de vloerafvoerput. Verdiepte douchebak. 1. DROOGGEPERSTE TEGEL (BRL 1010-08) Fabrikaat: Koninklijke Mosa bv. Type: keramische vloertegel Globalgrip® AS. Groep: BIa. Afmetingen (lxbxd) (mm): 146x146x7. Oppervlak: ongeglazuurd. Uitvoering: mat. Kleur: ter keuze architect. Stroefheidsklasse (DIN 51130-04): R11/A+B. Hulpstukken: - douchebakplint tegel 146x146 mm. Tegels leveren met KOMO-attest-met-productcertificaat. 4. TEGELLIJM, GEMODIFICEERDE POEDER Fabrikaat: Forbo Eurocol BV. Type: 705 Speciaallijm. Samenstelling: cement en toeslagstoffen met kunststof bindmiddel. .01 BINNENVLOER Het vloertegelwerk in de vrije sector koopwoningen en sociale huurwoningen in de toiletruimten en in de badkamers. 41.71

VOEGWERK

41.71.10-a TEGELWERK, VOEGAFWERKING 0. TEGELWERK, VOEGAFWERKING Voeg strak en vol gevuld: gelijkliggend met omhullend materiaal. 4. TEGELVOEGMORTEL CEMENT-/KUNSTHARS GEBONDEN Fabrikaat: Forbo Eurocol BV. Type: 706 Speciaalvoeg WD. Samenstelling: cement en toeslagstoffen met hoog gehalte kunststof bindmiddel. Kleur: ter keuze architect. .01 BINNENWAND Aanbrengen in alle voegen van het wandtegelwerk. .02 BINNENVLOER Aanbrengen in alle voegen van het vloertegelwerk. 41.83

PROFIELEN

41.83.11-a RANDAFWERKINGSPROFIEL 0. HOEKBESCHERMINGSPROFIEL Fabrikaat: Schlüter®Systems. Type: - Rondec-E tegelhoekprofiel. - Schiene-E beëindigingsprofiel. Materiaal: corosievast staal. Oppervlaktebehandeling: geborsteld. Afmeting: hoogte circa 10 mm (tegeldikte + lijm). 4. STELWERK AFBOUW Bevestigingswijze: meegenomen in de tegellijm laag. .01 BINNENWAND De corrosievast stalen tegelhoekprofielen t.p.v. alle buitenhoeken in wandtegelwerk. .02 BINNENWAND De corrosievast stalen tegelbeëindigingsprofielen t.p.v. beëindigingen van wandtegelwerk en t.p.v. de overgang van wandtegelwerk naar een andere wandafwerking.


121


42

DEKVLOEREN EN VLOERSYSTEMEN

42.00

ALGEMEEN

42.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. VOORSCHRIFTEN De volgende voorschriften en richtlijnen zijn van toepassing: - de handleiding dekvloeren ontwerp en uitvoering; uitgave van Bedrijfschap Stukadoors-, Terrazzo en Steengaasbedrijven STS. 91. ZWEVENDE DEKVLOEREN De dikte van dekvloeren op een isolerende tussenlaag moet minimaal voldoen aan de in de werkbeschrijving genoemde dikte. GELUIDISOLATIE De geluidisolatie van zwevende dekvloeren moet in de praktijk minimaal Ico > + 5 dB en Luk > + 0 dB bedragen. STIJFHEID De dynamische stijfheid (veerconstante) van zwevende dekvloeren moet tussen de 10 en 20 MN/m3 bedragen, waarbij de resonantiefrequentie beneden 80Hz moet liggen; voor de kantstroken geldt voor de dynamische stijfheid een maximum van 80 MN/m3 92. AFWERKING Alle cementgebonden dekvloeren moeten direct na het aanbrengen d.m.v. een stalen rei vlak (vlakheidsklasse volgens omschrijving) en waterpas worden afgereid en na enige aanharding met een bezem worden geveegd. De gereedgekomen dekvloeren tegen uitdrogen beschermen middels een dampremmende laag. 93. BESCHADIGINGEN Beschadigde of ruwgelopen vloeren herstellen met een daarvoor geschikt materiaal; losse delen vervangen op aanwijzing van de directie. SCHEUREN Scheuren in de dekvloeren, behoudens normale krimpscheuren, ten gevolge van werking/krimp van de ondergrond zijn niet toegestaan. 94. VOCHTGEHALTE ONDERVLOER Het maximale vochtgehalte in de ondervloer dient in overleg met de fabrikant/leverancier van de aan te brengen kunsthars gebonden vloerafwerking bepaald te worden, zo nodig treft de aannemer tijdig maatregelen om dit vochtgehalte geforceerd te bereiken. 95. BESCHERMING KUNSTHARSGEBONDEN VLOERAFWERKINGEN Alle kunstharsgebonden vloerafwerkingen na het anbrengen gedurende de resterende bouwtijd beschermen.

42.00.30

INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN 90. PROJECTBEGELEIDING Tijdig voor het aanbrengen van de kunsthars gebonden vloerafwerking meldt de aannemer het project aan bij de leverancier van de kunsthars gebonden vloerafwerking. De aannemer stelt de leverancier tijdens de uitvoering in de gelegenheid controle uit te voeren op de naleving van de besteksbepalingen en de verwerkingsvoorschriften.

42.00.39

INFORMATIE-OVERDRACHT: MONSTERS 01. MONSTER TER BEOORDELING Voordat onderstaande bouwstoffen door de aannemer worden besteld hiervan een monster ter beoordeling aan de directie voorleggen: - van de aan te brengen kunsthars gebonden vloerafwerking.

42.00.70

MEET- EN VERREKENMETHODEN: ALGEMEEN 90. VERREKENING VAN DIKTEN VAN DEKVLOEREN Het meer of minder opbrengen van de in de werkbeschrijving genoemde dikte, tengevolge van lager of hoger liggende draagvloeren is niet verrekenbaar. 91. BEPROEVING PROEFSTUKKEN Desgevraagd dient de kwaliteit van dekvloeren aangetoond te worden. De hiertoe eventueel vervaardigde prisma's en eventueel noodzakelijke uitgezaagde proefstukken moeten worden gekeurd door een onafhankelijk proefstation, voor rekening van de aannemer. Van de keuringsrapporten afschriften te verstrekken aan de directie.

42.23


22.11.2012

42.23.10-a DEKVLOER, VOORBEHANDELING ONDERGROND 0. DEKVLOER, VOORBEHANDELING ONDERGROND Behandeling: - reinigen, stofvrij maken en bevochtigen t.b.v. cementgebonden dekvloeren. - aanbranden met vooraf vervaardigde cementpasta.


122


22.11.2012

.01 BINNENVLOER Voorbehandelen van alle ondergronden waarop een gehechte dekvloer aangebracht moet worden. .02 VRIJDRAGENDE VLOER, BUITEN Voorbehandelen van alle ondergronden waarop een gehechte dekvloer (afschotlaag) aangebracht moet worden. 42.31

GEHECHTE MORTELDEKVLOEREN

42.31.10-a GEHECHTE MORTELDEKVLOER 0. GEHECHTE CEMENTDEKVLOER MET STROOILAAG Draagvloer: beton. Dekvloerdikte (mm): 50. Dekvloerklasse (NEN 2741+a08): Cw20 = D30. Slijtvastheidklasse toeslagmateriaal: S, slijtvast. Vlakheidsklasse (NEN 2747-01): 3. De dekvloer behandelen met een stofbindende coating. 3. ANTISLIP STROOIMATERIAAL Type: amaril. 4. CEMENTGEBONDEN DEKLAAGMORTEL (NEN 2741+a08) Bindmiddel, cement (NEN-EN 197-1+a07): CEM I 32,5 R. Toeslagmateriaal: scherp zand. Slijtvast toeslagmateriaal tabel B.1: klasse S. Korrelverdeling toeslagmateriaal overeenkomstig tabel D.1. Grootste korrelafmeting toeslagmateriaal 1/5 van de dekvloerdikte. Hulpstoffen: i.o.m. de directie. .01 BINNENVLOER De cementgebonden dekvloeren met slijtvaste toplaag in de fietsenbergingen, berginggangen en WKO-ruimte en de installatieruimten op de 2e verdieping. 42.32

MORTELDEKVLOEREN OP ISOLATIE

42.32.10-a MORTELDEKVLOER OP ISOLATIE 0. MORTELDEKVLOER OP ISOLATIE Draagvloer: betonvloer, indien nodig de draagvloer uitvlakken met cementarme specie. Isolatiemateriaal, los gelegd in halfsteensverband, stuiknaden strak tegen elkaar. Randstroken en leidingdoorvoeringen voorzien van een kantstrook van PE-schuim, dikte 5 of 8 mm, stuiknaden strak tegen elkaar en over de gehele hoogte van de dekvloer. Scheidingslaag van kunststoffolie aangebracht. Dekvloerdikte (mm): minimaal 50, exclusief isolatie. Gewapend met verzinkt kripwapeningsnet. Dekvloerklasse (NEN 2741+a08): Cw20 = D30. Toelaatbare onvlakheid (NEN 2747-01): vlakheidsklasse 3. Plaats dilatatievoegen en type dilatatievoegprofiel: overeenkomstig SBR rapport "Dilatatievoegconstructies in deken afwerkvloeren". 4. CEMENTGEBONDEN DEKLAAGMORTEL (NEN 2741+a08) Bindmiddel, cement (NEN-EN 197-1+a07): CEM I 32,5 R. Toeslagmateriaal: scherp zand. Korrelverdeling toeslagmateriaal overeenkomstig tabel D.1. Grootste korrelafmeting toeslagmateriaal 1/5 van de dekvloerdikte. Hulpstoffen: toevoegmiddel (plastificeerder) ter voorkoming van scheurvorming. Toebehoren: - een kantstrook van PE-schuim, dikte 5 of 8 mm. 5. MINERALE WOLPLAAT Fabrikaat: Rockwool Benelux B.V. Type: VloerPlaat 501. Materiaal: steenwol. Dikte (mm): 20. of//VLOERVERWARMINGS NOPPENISOLATIEPLAAT Fabrikaat: WTH. Type: vloerverwarmings noppenisolatieplaat. Dikte: 20 mm. Materiaal: - isolatie: EPS 150. - toplaag: PE. Toebehoren: - randisolatie: 5 of 8 mm PE schuim. Verwerking: los gelegd in halfsteensverband, onderling verbonden d.m.v. kliksysteem. 7. GEPUNTLAST WAPENINGSNET (BRL 0501-10) Staalsoort en leveringstoestand: B 500B. Uitvoering: geprofileerd. Kenmiddellijn (mm): 4. Woonzorg Zone Nieuwveen

123


22.11.2012

Maaswijdten (mm): 150. Oppervlaktebehandeling: thermisch verzinkt, overeenkomstig NEN-EN-ISO 1461-99 Wapeningsnetten leveren onder KOMO-productcertificaat. 8. ISOLATIEFOLIE Type: dampremmende folie. Materiaal: polyetheen. Dikte (µm): 200. Verwerking: los gelegd, overlappen 100 mm, naden afgetaped, tegen de randen opgezet. .01 BINNENVLOER De zwevende cementgebonden dekvloeren in alle ruimten van de woningen. 42.40

VLOERAFWERKINGEN

42.40.21-a VLOERAFW. KUNSTHARSGEB. OPLOSM.VRIJ 0. VLOERAFW. KUNSTHARSGEB. OPLOSM.VRIJ Ondergrond: cementgebonden dekvloeren. Ondergrondcondities, voorbehandeling ondergrond en eventuele ondergrondcorrecties, indien noodzakelijk, volgens voorschrift fabrikant/leverancier. Het maximale vochtgehalte in de ondervloer dient in overleg met fabrikant/leverancier van de aan te brengen kunsthars gebonden vloerafwerking bepaald te worden, zo nodig treft de aannemer tijdig maatregelen om dit vochtgehalte geforceerd te bereiken. Dikte (mm): 2-3. Systeem: - 1 laag primer. - 1 laag kunsthars. - 2 verzegelingslagen. Vlakheidsklasse (NEN 2747-01): 1. Applicatie dient te geschieden door een hierin gespecialiseerd bedrijf, ter goedkeuring van de directie. Oppervlaktestructuur overeenkomstig een in het werk op te zetten proefvlak, groot (m2): 2. Plaats dilatatievoegen en type dilatatievoegprofiel: overeenkomstig SBR rapport "Dilatatievoegconstructies in deken afwerkvloeren". Stroefheid (NEN 2873): droog gemeten nat gemeten Slijtvastheid (Taber CS 17/:1000 g) Kleurechtheid Krasbestendigheid

3.

4.

7.

9.

: 97 Leroux : 26 Leroux : ca. 30 mg : UV bestendig : in hoge mate krasbestendig, nagenoeg geen witbreuk Elektrische geleidbaarheid : isolerend Hardheid (DIN 53 505) : 60 Shore D Treksterkte (DIN 53 455) : > 14 MPa Breukrek (DIN 53 455) : > 60% Scheursterkte (DIN 53 507) : > 45 MPa Krimp na doorharding : geen Brandwerendheid (EN 13501-1:2002-02, deel 11 & 12.2): Bfl-s1 Uitgassing (M1 methode, emissie vluchtige organische stoffen, carcinogene stoffen, formaldehyde en ammonia. ISO 16.000. prEN 15.052): goedgekeurd. PRIMER, STEEN, OPLOSM.VRIJ Fabrikaat: Bolidt. Type: Bolidtop® Universal Primer. Samenstelling: tweecomponenten, oplosmiddelvrije, niet watergedragen laag visceuse en niet kristalliserende kunsthars Viscositeit: 400 mPa.s. KUNSTHARSGEBONDEN, VLOEIBAAR, OPLOSM.VRIJ Fabrikaat: Bolidt. Type: Bolidtop® 525. Samenstelling: tweecomponenten op basis van vertakte polyolen en aromatische polyisocyanaten. Kleur: nader door architect te bepalen. Glansgraad (NEN 941+a88): halfglanzend. TRANSPARANTE VLOERLAK, STEEN, OPLOSM.VRIJ. Fabrikaat: Bolidt. Type: verzegelingslaag Bolicoat® PC. Samenstelling: gepigmenteerde, zijdeglans tot matte polymeer, met UV remmende werking. Glansgraad (NEN 941+a88): halfglanzend. AANSLUITINGEN De overgang vloer-wand d.m.v. holle hoek te formeren uit hetzelfde materiaal, straal 30 mm alleen hechtend aan de vloer, hierover een glaslaminaat tot een hoogte van 100 mm.


124


22.11.2012

.01 BINNENVLOER De kunsthars gebonden vloerafwerking, Bolidtop® 525, met holplinten in ruimten, zoals volgt uit de ruimte-afwerkstaat. 42.81

PROFIELEN

42.81.11-a RANDAFWERKINGSPROFIEL 0. RANDAFWERKINGSPROFIEL Type: hoekprofiel met aangelaste bevestigingsstrippen. Materiaal: staal. Oppervlaktebehandeling: thermisch verzinkt, overeenkomstig NEN-EN-ISO 1461-99. Afmetingen: afstemmen op dekvloerdikte. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in thermisch verzinkt stalen uitvoering. .01 BINNENVLOER De hoekprofielen in de dekvloer t.p.v. beëindigingen en vrije vloerranden, zoals volgt uit de tekeningen. 42.81.13-a DILATATIE-AFWERKINGSPROFIEL 0. DILATATIE-VOEGVULLINGSPROFIEL Fabrikaat: Schrumpf. Type: - 438/ME in vlakke vloeren. - 438/ME-H t.p.v. dilataties aansluitend op wanden. Materiaal: - voegbreedte ca. 20-40mm. - hoogte afgestemd op dekvloer dikte ter plaatse. Afmeting: hard-aluminium met neopreen-celrubber inlage. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in verzinkte uitvoering. .01 VRIJDRAGENDE VLOER, BINNEN De dilatatie-afwerkingsprofielen (in het zicht komend) in de dekvloeren. 42.89

IN TE STORTEN VOORZIENINGEN

42.89.19-a IN TE STORTEN VOORZIENINGEN 0. DIVERSE LEIDINGEN Diverse in te storten leidingen en kanalen t.b.v. bouwkundige werken en installaties. Uitvoering en plaats volgens opgave betreffende adviseur, installateur en derden. T.p.v. concentraties van vloerleidingen een krimpnet aanbrengen. Leidingen min.100 mm uit elkaar houden en mogen elkaar niet kruisen in de vloer. .01 BINNENVLOER Diverse, in de dekvloer in te storten leidingen en kanalen t.b.v. bouwkundige werken, dienstleidingen en installaties.


125


43

METAAL- EN KUNSTSTOFWERK

43.00

ALGEMEEN

43.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. VISUELE EISEN Aan de in het zicht komende stalen onderdelen worden hoge visuele eisen gesteld: - toleranties dienen tot een minimum beperkt te worden e.e.a. zodanig dat de verschillende onderdelen passend op elkaar aansluiten. - lasnaden dienen een regelmatig en strak uiterlijk te hebben, vrij zijn van poriën, eindkraters, randinkartelingen, scheuren en lasspatten. 91. KWALITEIT LASWERK De in het zicht blijvende lasverbindingen moeten glad en gelijk met de oppervlakken van de aansluitende delen zijn afgewerkt. 92. VERVORMING EN GELUID In het werk gemonteerde gevelroosters inclusief de daarin opgenomen elementen, mogen niet zichtbaar vervormen en hinderlijke geluiden produceren ten gevolge van belastingen temperatuurinvloeden volgens STABU-standaard hoofdstuk 31.0.20.01.

43.31

LUIKEN

22.11.2012

43.31.10-a VLOERLUIK 0. VLOERLUIK Fabrikaat: Eternit o.g. Type: Eterboard. Materiaal: dubbelgeperste, asbestvrije vezelcementplaat, versterkt met organische vezels. Afmetingen (mm): 600x800, dikte 18. De vloerluiken op oplegrubber in de omranding leggen, zodanig dat een luchtdichte constructie ontstaat. Toebehoren: - PS-isolatieplaat, met een Rc waarde gelijk aan die van de beganegrondvloer, onder het luik aanbrengen. - oplegrubber, dikte 10 mm. - gegalvaniseerde verzonken luikring in dichte kom. .01 VLOERLUIK, BINNEN De kruipluiken in de in lid 43.33.10-a omschreven omrandingen in de beganegrondvloer. 43.31.10-b VLOERLUIK 0. VLOERLUIK Fabrikaat: Panelen Holland BV. Type: Panho 90 M, geïsoleerde meterkastvloerplaat met standaard leidingdoorvoeren. Materiaal: cementgebonden vloerplaat. Afmetingen (mm): zoals volgt uit de tekeningen. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen en afdichtingsmiddelen. - PS-isolatieplaat, met een Rc waarde gelijk aan die van de beganegrondvloer, onder het luik aanbrengen. .01 VULLING VLOEROPENING, BINNEN De vloerplaat met leidingdoorvoeren t.p.v. de meterkasten. 43.31.10-c VLOERLUIK 0. METALEN VLOERLUIK Fabrikaat: STORAX o.g. Type: HAGO Deck vloerluik BVA. Materiaal: staal, plaatdikte 2 mm, thermisch verzinkt (NEN-EN-ISO 1461-99). Inbouwhoogte (mm): 50. Dagmaat (bxl) (mm): 800x600. Toebehoren: - inbussleutel, inbusbouten, afdekkapjes en handgrepen. - luikvulling: beton/dekvloer en vloerafwerking conform omringende vloerafwerking. .01 VLOERLUIK, BINNEN De vloerluiken in de beganegrondvloeren t.p.v. de berginggangen.


126


22.11.2012

ROOSTERS

43.32.20-a WANDROOSTER 0. WANDROOSTER Fabrikaat: Renson. Type: regen inslagvrij lamellenrooster. Materiaal: aluminium. Oppervlaktebehandeling: - gemoffeld volgens lid 46.32.39-a in nader door architect te bepalen RAL-kleur. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering met kunststof volgringen. .01 WANDROOSTER, BINNEN De wand/deurroosters t.b.v. de ventilatie van de algemeneen technische ruimten e.d. 43.32.20-b WANDROOSTER 0. WANDROOSTER Fabrikaat: FSS international. Type: LVN 20 brandwerend lamellenrooster. Materiaal: thermo-expansieve lamellenconstructie op basis van sodium sillicaat. Bij een temperatuur van 100 gr. C. wordt het materiaal geactiveerd en beginnen de lamellen te expanderen. Afmetingen (mm): dikte 40 mm, overige afmetingen zoals volgt uit de tekeningen. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in verzinkt stalen uitvoering. - omrandingsconstructie volgens opgave fabrikant/leverancier. .01 WANDROOSTER, BINNEN De brandwerende lamellenroosters in de brandwerende wanden of deuren van algemene en technische ruimten, zoals volgt uit de tekeningen. 43.33

OMRANDINGEN

43.33.10-a OMRANDING 0. OMRANDING Kruipluik omranding van in elkaar gelaste hoekprofielen, voorzien van aangelaste stripankers. Materiaal: staal. Afmetingen (mm): hoekprofiel 30x30x3 mm, luikafmetingen 600x800 mm. Oppervlaktebehandeling: thermisch verzinkt, overeenkomstig NEN-EN-ISO 1461-99. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in thermisch verzinkt stalen uitvoering. .01 VLOERLUIK, BINNEN De kruipluik omrandingen in de begane grondvloer, zoals volgt uit de tekeningen. 43.33.10-b OMRANDING 0. OMRANDING Matomranding van in elkaar gelaste hoekprofielen, voorzien van aangelaste stripankers. Materiaal: corrosievast staal in kwaliteit AISI 316 Ti. Afmetingen (mm): hoekprofiel 30x30x3, overige afmetingen zoals volgt uit de tekeningen. Oppervlaktebehandeling: geborsteld. N.B. De bovenzijde van de vloermat volgens hoofdstuk 48 dient gelijk te liggen met de bovenkant afgewerkte vloer, hiertoe de matomrandingen opvullen met een dekvloer gelijk de omringende dekvloer. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. .01 VULLING VLOEROPENING, BINNEN De matomrandingen in de hoofdentree's en woningentree's. 43.41

AFDEKPROFIELEN

43.41.20-a WATERSLAGPROFIEL 0. WATERSLAGPROFIEL Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: gezette aluminium waterslagen. Afmetingen: dikte 2 mm, overige afmetingen zoals volgt uit de tekeningen. Materiaal Aluminiumlegering (DIN 1725): AlMg1Si0,5 F22. Afmetingen: dikte 2 mm, overige afmetingen zoals volgt uit de tekeningen. Oppervlaktebehandeling: gepoedercoat volgens lid 46.32.39-a in nader door architect te bepalen RAL-kleur. Hulpstukken: - kopschot, aangelast. - gelaste hoeken. - koppelstuk. Woonzorg Zone Nieuwveen

127


22.11.2012

Hulpstukken moeten van overeenkomstige hoedanigheid en kwaliteit zijn als de waterslagprofielen. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: aluminium klangen met corrosievast stalen schroeven en kunststof volgringen. - anti-dreun isolatie. - neopreen rubber profiel voor de afdichting aan de achterzijde. .01 VULLING WANDOPENING, BUITEN De aluminium waterslagen, zoals volgt uit de tekeningen. 43.41.20-b WATERSLAGPROFIEL 0. WATERSLAGPROFIEL Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: gezette Falzinc® waterslagen. Afmetingen: dikte 2 mm, overige afmetingen zoals volgt uit de tekeningen. Materiaal: Falzinc® is een symbiose tussen de materialen Aluminium en Zink. Afmetingen: dikte 1 mm, overige afmetingen zoals volgt uit de tekeningen. Oppervlaktebehandeling: fabrieksmatig voorzien van zinklaag. Kleur: standaard grijs. Hulpstukken: - kopschot, aangelast. - gelaste hoeken. - koppelstuk. Hulpstukken moeten van overeenkomstige hoedanigheid en kwaliteit zijn als de waterslagprofielen. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: aluminium klangen met corrosievast stalen schroeven en kunststof volgringen. - anti-dreun isolatie. - neopreen rubber profiel voor de afdichting aan de achterzijde. .01 VULLING WANDOPENING, BUITEN De Falzinc® waterslagen t.p.v. de Falzinc® Felsplaat gevelbekledingen., zoals volgt uit de tekeningen. 43.42

METAALPROFIELEN

43.42.20-a CORROSIEVAST-STALEN PROFIEL 0. CORROSIEVAST-STALEN PROFIEL Profielen: hoekprofielen. Afmetingen (mm): 30x30x2, over de volle hoogte. Staalsoort: corrosievast staal in kwaliteit AISI 304. Oppervlaktebehandeling: geborsteld. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: corrosievast stalen verzonken lenskopschroeven in kunststof pluggen. .01 BINNENWAND De hoekbeschermingsprofielen op de uitwendige hoeken van wanden t.p.v.: - de groepswoningen. - de berginggangen.


128


44

PLAFOND- EN WANDSYSTEMEN

44.00

ALGEMEEN

44.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. AANVANG MONTAGE De montage van de systeemplafonds en systeemwanden mag niet eerder aanvangen dan nadat de ruimte waarin zij worden gemonteerd droog, wind- en waterdicht is. 91. UITVOERING SYSTEEMPLAFONDS Randafwerkingen t.p.v. kolommen overeenkomstig de randafwerking langs de wanden uitvoeren. Sparingen en overige voorzieningen in systeemplafonds t.b.v. de installaties en/of delen daarvan aanbrengen overeenkomstig nadere opgave bestreffende adviseur, installateur en derden. De montage van de vulelementen mag pas aanvangen, nadat de installatiewerken boven het plafond gereed zijn. 92. OP TE NEMEN ONDERDELEN SYSTEEMPLAFONDS Het opnemen van sparingen en achterhout van stroken multiplex, dik 25 mm, in systeemplafonds t.b.v. inbouw van technische installaties zoals, lichtarmaturen, ventilatieroosters, brandmelders, detectie apparatuur, luidsprekers e.d. 93. AFWERKING NADEN VAN GIPSPLAATWANDEN Alle naden van gipsplaatwanden moeten zijn afgewerkt, ook op plaatsen welke in de definitieve situatie aan het zicht zijn onttrokken. 94. OP TE NEMEN ONDERDELEN SYSTEEMWANDEN T.p.v. vloerniveauverschillen, in systeemwanden, een verstevigingsconstructie aanbrengen van stroken multiplex, dik 25 mm, hoogte circa 600 mm, strak en plaatvast aanbrengen aan de belastbare zijde tussen de stijlen. T.p.v. op de wand te monteren onderdelen zoals sanitair, leuningen, keukenkastjes, pantry's, verlichtingsarmaturen, brandmelders, brandslanghaspels, apparatuur, in wanden op te nemen leidingen en vast meubilair en overige onderdelen, welke een ontoelaatbare fysieke belasting op de wand geven, achterhout van stroken multiplex, dik 25 mm en verzinkt stalen verstevigingsconstructies in de systeemwand aanbrengen volgens opgave fabrikant/leverancier. In halfhoge wanden welke geen afsteuning aan bovenzijde hebben, verzinkt stalen verstevigingsconstructies aanbrengen. Het opnemen van sparingen, achterhoutvan stroken multiplex dik 25 mm en voorzieningen t.b.v. de bouwkundige werken en installaties zoals sanitair, verlichtingsarmaturen, apparatuur en in wanden op te nemen leidingen, waarbij de brandwerendheids- en geluidseisen gewaarborgd blijven.

44.00.32

informatie-overdracht: monsters 90. MONSTER TER BEOORDELING Voordat onderstaande bouwstoffen door de aannemer worden besteld hiervan een monster ter beoordeling aan de directie voorleggen: - van de aan te brengen plafondplaten.

44.00.60

BOUWSTOFFEN: ALGEMEEN 90. DUBO Gebruik uitsluitend duurzaam geproduceerd hout met FSC-keurmerk.

44.12

WERKBESCHEIDEN

22.11.2012

44.12.10-a TEKENINGEN 0. TEKENINGEN Door de aannemer te vervaardigen tekeningen. Van alle aan te brengen systeemplafonds. - werktekeningen op schaal 1:20 en detailtekeningen op schaal 1:1. De werktekeningen moeten de volgende gegevens bevatten: - de afmetingen van de toe te passen onderdelen. - de afwerking en kleur van de diverse onderdelen. - de toe te passen materialen. - de plaats van in de plafonds op te nemen installatietechnische onderdelen. - in de details: de aansluitende constructies en voor wiens rekening de verschillende onderdelen zijn. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2. .01 BINNENPLAFOND De tekeningen van alle aan te brengen systeemplafonds.


129


22.11.2012

44.12.10-b TEKENINGEN 0. TEKENINGEN Door de aannemer te vervaardigen tekeningen. Van alle aan te brengen systeemwanden. - werktekeningen op schaal 1:20 en detailtekeningen op schaal 1:1. De werktekeningen moeten de volgende gegevens bevatten: - de afmetingen van de toe te passen onderdelen. - de afwerking en kleur van de diverse onderdelen. - de toe te passen materialen. - de maatvoering van achterhout voorzieningen. - de plaats van in de wanden op te nemen installatietechnische onderdelen. - in de details: de aansluitende constructies en voor wiens rekening de verschillende onderdelen zijn. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2. .01 BINNENWAND De tekeningen van alle aan te brengen systeemwanden. 44.31

PANELENPLAFONDS

44.31.10-a PANELENPLAFOND, MINERAALVEZEL PLAFONDPANEEL 0. PANELENPLAFOND Onzichtbare draagconstructie. Hoofdliggers: afstand (h.o.h.) 1200 mm. Dwarsliggers: afstand (h.o.h.) 400 mm. Randprofielen: - ter plaatse van de hoeken stuikend aangebracht. - C-profielen aan hoofd- en dwarsliggers geborgd. - niet aan de wand! - Kantlatten: n.v.t. Panelen: - half plaatverband met een minimale verspringing van (mm): 800. - panelen onderling alzijdig verlijmd. Oppervlak: naadloos afgewerkt met fijn akoestisch spuitpleister. Voorzieningen: - sparingen, achterhout en voorzieningen t.b.v. de bouwkundige werken en installaties. Oppervlaktestructuur: overeenkomstig een in het werk op te zetten proefvlak, groot (m2): 2. Plafonds moeten zijn aangebracht volgens de verwerkingsvoorschriften van de leverancier. 1. MINERAALVEZEL PLAFONDPANEEL Fabrikaat: OWA. Type: S7G OWAplan. Materiaal: geperste minerale wol, biologisch afbreekbaar. Kanten: sponning. Oppervlaktebehandeling: zeer fijn (ofwel uitvoering GS) Dessin: Futura 60 Mavroc. Dikte (mm): 20. Lengte x breedte (mm): 2.400x1.200. Afwerking: fijn akoestisch spuitpleister Speciale panelen. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen, OWAplan schroeven afm. (mm): 35x4,2. - OWA akoestische lijm voor naadloze plaatverbinding. - OWA vliesdoek met fijne korrelstructuur. - lijm. 4. METALEN PLAFONDDRAAG-/RANDPROFIEL Onzichtbaar draagsysteem. Materiaal: koudgewalst, sendzimir verzinkt bandstaal. Hoofdligger: primair profiel: 60/27 C-profiel Dwars-/verdeelligger: secundair profiel: 60/27 C-profiel Randprofiel: L-profiel. Toebehoren: - kantlatten: niet noodzakelijk - Evt.: houten kantlat, afm. 18x37 mm, onderzijde dekkend zwart. - ophangconstructie: snelhangers, ophangpunten volgens opgave fabrikant/leverancier. - bevestigingsmiddelen. 9. SPUITPLEISTER Fabricaat: OWA Type: fijn akoestisch spuitpleister op basis van een watergedragen CO-polymeer. Kleur: standaard wit.


130


22.11.2012

.01 BINNENPLAFOND De naadloos afgewerkte OWA-plan plafonds in ruimten, zoals volgt uit de ruimteafwerkstaat. 44.31.40-a PANELENPLAFOND, HOUTEN PLAFONDPANEEL 0. PANELENPLAFOND Halfverdekte draagconstructie. Moduulmaat (mm): 600x600. Hoofdliggers: - afstand (h.o.h.) (mm): 600. Dwarsliggers: - afstand (h.o.h.) (mm): 600. Draagconstructie aansluitend tegen randprofielen. Onderkant draagprofielen op dezelfde hoogte als de randprofielen. Randprofielen ter plaatse van de uitwendige hoeken in verstek. Randprofielen en kantlatten. Panelen: - legpatroon: symmetrisch per ruimte, e.e.a. ter goedkeuring architect. - minimum oplegging paspanelen op randprofielen op 2/3 van de oplegging. - paspanelen kleiner dan een halve paneel zijn niet toegestaan. Voorzieningen: - sparingen, achterhout en voorzieningen t.b.v. de bouwkundige werken en installaties. - inbouwcomponenten volgens installatietekeningen. - voor alle inbouw componenten multiplex achterhout aanbrengen. 1. HOUTEN PLAFONDPANEEL Fabrikaat: Armstrong Building Products. Type: Madera, oppervlaktestructuur ongeperforeerd. Brandgedrag (NEN-EN 13501-1+a09) (klasse): B-s2,d0. Materiaal: MDF. Rand: geprofileerd, halfverdekt met een zichtnaad van 4 mm. Afwerking: fabrieksmatig gecoat in nader door architect te bepalen kleur.. Dikte (mm): 17. Afmeting (lxb) (mm): 600x600. Speciale panelen: - paspanelen. - panelen met sparingen t.b.v. installatie componenten. 4. METALEN PLAFONDDRAAG-/RANDPROFIEL Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Materiaal: koudgewalst, sendzimir verzinkt bandstaal. Oppervlaktebehandeling: coilcoat. Kleur: ter keuze architect. Hoofdligger: - T-profiel, breedte 24 mm. Dwars-/verdeelligger: - T-profiel, breedte 24 mm. Randprofiel: - L-profiel 29x19 mm van 1,5 mm dik aluminium. Toebehoren: - kantlatten: Europees vuren (NEN 5466-10), kwaliteitsklasse C, vochtgehalte 18%, zichtzijden dekkend geschilderd in kleur zwart. - ophangconstructie: snelhangers, ophangpunten volgens opgave fabrikant/leverancier. - bevestigingsmiddelen. .01 BINNENPLAFOND De uitneembare houten panelen plafonds in ruimten, zoals volgt uit de ruimteafwerkstaat. 44.41

IN HET WERK AF TE WERKEN SYSTEEMWANDEN

44.41.21-a SYSTEEMWAND, BEPLATING OP SKELET, METALEN WANDPROFIEL, GIPSPLAAT 0. SYSTEEMWAND, GIPSPLATEN OP SKELET Brandwerendheid (NEN 6069+w05) (min): 60, waar aangegeven. Skelet: - dubbel, gescheiden, niet gekoppeld. - afstand stijlen: maximaal 600 mm. Isolatie: de spouw geheel vullen met minerale woldekens. Beplating: tweelaags. Beplating aan twee zijden. Bevestigingswijze: regels geschroefd tegen de aansluitende constructies, platen geschroefd op de regels; plaatnaden verspringend t.o.v. elkaar. Onderaansluiting, zij- en bovenaansluiting: d.m.v. een dubbele afdichting van schuimband en kitvoeg. Bovenaansluiting van de systeemwand moet zodanig zijn dat de wand daardoor niet verticaal belast kan worden. Woonzorg Zone Nieuwveen

131


22.11.2012

Aansluiting speciale elementen: aan aanwezige leidingen en kanalen e.d. d.m.v. een dubbele afdichting van schuimband en kitvoeg. Wanden lopen door tot de erboven liggende betonvloer, hiertoe om aanwezige leidingen en kanalen e.d. heen werken en zorgvuldig tegen bovenliggende constructie aanwerken Indien wanden tegen stalen dakplaten aanlopen de wanden in de cannelures van stalen dakplaten contramallen. Sparingen, achterhout en voorzieningen t.b.v. bouwkundige werken en installaties. Afwerking naden en bevestigingen: naden voorplakken met rifusiegaas, naden en schroefgaten uitvullen, vlakschuren en nogmaals uitvullen, hierna volkomen glad afwerken zodat het zonder zichtbare oneffenheden kan worden gesausd. Afwerkingniveau overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 44, bijlage B: niveau A. De wanden welke volgens de ruimte-afwerkstaat met glasvliesbehang worden afgewerkt behangklaar afwerken (Afwerkingniveau overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 44, bijlage B: niveau B). Afwerking hoeken: platen verspringend t.o.v. elkaar in elkaar laten grijpen; hoeken glad en strak afwerken; uitwendige hoeken voorzien van hoekbeschermers. T.p.v. wandbeëindigingen of overgangen op een andere wand beëindigingsprofielen toepassen. 1. METALEN WANDPROFIEL Fabrikaat: Saint-Gobain Gyproc Nederland B.V. Type: Metal Stud. Materiaal: Staal. Oppervlaktebehandeling: sendzimir verzinkt. Profielen: - stijlen: C-profiel Metal Stud C75, hoogte (mm): 75. - regels: U-profiel Metal Stud U75, hoogte (mm): 75. Toebehoren: - afdichtingsmateriaal: Gyproc afdichtingsband 9 mm. - bevestigingsmiddelen: Gyproc snelbouwparkers. 2. GIPSKARTONPLAAT (BRL 1009-06) Fabrikaat: Saint-Gobain Gyproc Nederland B.V. Type: gipskartonplaat. Uitvoering: - A, standaard. - H, vertraagde waterabsorbtie, in vochtige ruimten toepassen. Korte zijden: strak gesneden. Langskanten: AK, afgeschuinde kant. Dikte (mm): 12,5. Breedte (mm): 1.200. Toebehoren: - voegwapeningsmateriaal: Gyproc wapeningsband glasvlies. - voegafwerkingsmateriaal: Gyproc JointFiller met Gyproc JointFinisher (Mix) als toplaag. - uitwendige hoeken voorzien van hoekbeschermers: Corner Bead aluminium versterkings- en afwerkingsprofiel voor 90° buitenhoeken of Gyproc No-Coat Ultraflex 325 hoekbeschermers. - t.p.v. wandbeëindigingen of overgangen op een andere wand No-Coat L-trims beëindigingsprofielen toepassen. - bevestigingsmiddelen: Gyproc snelbouwschroeven. - sparingen, achterhout en voorzieningen t.b.v. bouwkundige werken en installaties. Gipskartonplaten leveren onder KOMO-productcertificaat. 4. DEKEN MINERALE WOL (BRL 1308+w06) Materiaal: steenwol. Volumieke massa (kg/m3): 45. Dikte (mm): 2x 75. Breedte (mm): 600. De dekens strak tegen de profielen aanwerken. Minerale wol dekens leveren onder KOMO-productcertificaat. .01 BINNENWAND De 60 minuten brandwerende woningscheidende metalstudwanden met een dikte van 210 mm, zoals volgt uit de tekeningen. 44.90

VOORZIENINGEN IN PLAFOND- EN WANDSYSTEMEN

44.90.10-a SPARINGEN 0. SPARING Het opnemen van sparingen in systeemplafonds en systeemwanden t.b.v. bouwkundige werken en installaties, afmetingen en plaats volgens opgave betreffende adviseur, installateur en derden. Hierbij dienen de brandwerendheids- en geluidseisen gewaarborgd te blijven.


132


22.11.2012

.01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Sparingen t.b.v. bouwkundige werken en installaties. 44.90.10-b PROFIELEN 0. PROFIELEN De benodigde diverse verschillende typen beëindigings- c.q. omvattingsprofielen conform details, fabrikaat Ceves Vergeer, materiaal vuurverzinkt bandstaal, over de volle hoogte, meegecoat/geschilderd overeenkomstig omringende constructie. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN De benodigde diverse verschillende typen beeindigings- c.q. omvattingsprofielen conform details. 44.93


44.93.10-a DICHTEN SPARINGEN 0. DICHTEN SPARINGEN Sparingen, doorvoeringen en restruimten afdichten met voor het betreffende onderdeel geschikte bouwstoffen ter goedkeuring directie. Deze bouwstoffen dienen tevens te voldoen aan de geluiden brandwerendheid welke wordt gesteld aan deze onderdelen. Het brandwerend dichtmaken van bestaande - en nieuwe sparingen en doorvoeringen, gevelaansluitingen etc. door wanden en vloeren door de bouwkundig aannemer. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Sparingen, doorvoeringen en restruimten afdichten.


133


45

AFBOUWTIMMERWERK

45.00

ALGEMEEN

45.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. AANVANG MONTAGE De montage van de in dit hoofdstuk omschreven onderdelen mag niet eerder aanvangen dan nadat de ruimte waarin zij worden gemonteerd droog, wind- en waterdicht is. 91. BESCHERMING AANSLUITINGEN Alle houtvlakken welke in aanraking komen met steenachtig materiaal en volgens dit bestek geen verduurzaming of oppervlaktebehandeling ondergaan dienen dekkend behandeld te worden met grondverf volgens lid 46.31.11-a of 46.31.12-a. 92. PATROON BEVESTIGINGSMIDDELEN In het zicht blijvende bevestigingsmiddelen moeten volgens een regelmatig patroon zijn aangebracht.

45.00.30

INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN 90. TEKENINGEN Door de aannemer te vervaardigen tekeningen. Van alle aan te brengen vlakke plaatbekledingen en paneelbekledingen. - werktekeningen op schaal 1:20 en detailtekeningen op schaal 1:1. De werktekeningen moeten de volgende gegevens bevatten: - de afmetingen van de toe te passen onderdelen. - patroon plaatnaden. - de afwerking en kleur van de diverse onderdelen. - de toe te passen materialen. - de maatvoering van achterhout voorzieningen. - de plaats van op te nemen installatietechnische onderdelen. - in de details: de aansluitende constructies en voor wiens rekening de verschillende onderdelen zijn. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2.

45.00.32

informatie-overdracht: monsters 90. MONSTER TER BEOORDELING Voordat onderstaande bouwstoffen door de aannemer worden besteld hiervan een monster ter beoordeling aan de directie voorleggen: - van de aan te brengen wanden plafondbeschietingen en paneelbekledingen.

45.00.60

BOUWSTOFFEN: ALGEMEEN 90. ZICHTWERK Blank blijvende onderdelen tot aan het aanbrengen in het werk beschermen tegen zonlicht zodat geen onregelmatige verkleuring optreedt. 91. DUBO Gebruik uitsluitend duurzaam geproduceerd hout met FSC-keurmerk.

45.31

REGELWERK

22.11.2012

45.31.10-a TIMMERWERK, REGELWERK, GEZAAGD HOUT 0. TIMMERWERK REGELWERK Regelwerk: - horizontaal. Regelafstand: h.o.h. circa 400 mm en onder alle stuiknaden en zoals volgt uit de tekeningen. Verbindingen: genageld. 1. GEZAAGD EUROPEES NAALDHOUT (NEN 5466-10) Houtsoort: Europees vuren. Kwaliteitsklasse: C. Vochtgehalte (%): 18 Nominale doorsnede (mmxmm): 46x71. Bewerking: geschaafd. Afwerking: zichtzijden dekkend behandeld met zwarte grondverf volgens lid 46.31.11-a. Toebehoren: - verankeringsen bevestigingsmiddelen: in verzinkt stalen uitvoering. .01 BINNENPLAFOND Het regelwerk t.b.v. de aan te brengen binnenplafonds. .02 LEIDINGKOKER Het regelwerk t.b.v. de multiplex beschieting van leidingkokers t.b.v. in het zicht komende leidingen en kanalen.


134


22.11.2012

45.31.10-b TIMMERWERK, REGELWERK, GEZAAGD HOUT 0. TIMMERWERK REGELWERK Regelwerk: - horizontaal regelwerk. Regelafstand: h.o.h. circa 600 mm en onder alle stuiknaden en zoals volgt uit de tekeningen. Verankering: d.m.v. hoekstripankers aan de achterliggende constructies verankerd. Isolatie: tussen de regels isolatiemateriaal aanbrengen. 1. GEZAAGD EUROPEES NAALDHOUT (NEN 5466-10) Houtsoort: Europees vuren. Kwaliteitsklasse: C. Vochtgehalte (%): 18. Nominale doorsnede (mmxmm): zoals volgt uit de tekeningen. Bewerking: geschaafd. Toebehoren: - verankeringsen bevestigingsmiddelen: in verzinkt stalen uitvoering. 9. MINERALE WOLPLAAT (BRL 1308+w06) Fabrikaat: Saint-Gobain Isover Benelux B.V. Type: Systemroll 600. Materiaal: glaswol. Dikte (mm): 100. Cachering: tweezijdig, met glasvlies. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in verzinkt stalen uitvoering. Minerale wolplaten leveren onder KOMO-productcertificaat. .01 BINNENPLAFOND Het regelwerk met isolatie t.b.v. de aan te brengen geisoleerde binnenplafonds. 45.32

TENGEL- EN RACHELWERK

45.32.10-a TIMMERWERK, TENGEL- EN RACHELWERK, GEZAAGD HOUT 0. TIMMERWERK, TENGELWERK Afstand tengels (h.o.h.) (m): zoals volgt uit de tekeningen en onder alle stuiknaden. Bevestigingswijze: genageld. 1. GEZAAGD EUROPEES NAALDHOUT (NEN 5466-10) Houtsoort: Europees vuren. Kwaliteitsklasse: C. Vochtgehalte (%): 18. Nominale doorsnede (mmxmm): 22x32. Bewerking: geschaafd. Afwerking: zichtzijden dekkend behandeld met zwarte grondverf volgens lid 46.31.11-a. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in verzinkt stalen uitvoering. .01 BINNENPLAFOND Het tengelwerk t.b.v. de binnenplafonds en plafondkoven. 45.41

BESCHIETINGEN

45.41.20-a TIMMERWERK, BESCHIETING, GIPSPLAAT 0. BESCHIETING MET GIPSPLATEN Ondergrond: houten tengelwerk. Ondersteuning oplegvlak: langs alle randen. Stuiknaden moeten zijn gesloten. Bevestigingsmiddelen mogen het kartonoppervlak niet beschadigen. Beplating: enkellaags. Beplating aan één zijde. Bevestigingswijze: geschroefd. Afwerking: naden voorplakken met rifusiegaas, naden en schroefgaten uitvullen, vlakschuren en nogmaals uitvullen, hierna volkomen glad afwerken zodat het zonder zichtbare oneffenheden kan worden gesausd. Afwerkingniveau overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 44, bijlage B: niveau A. 1. GIPSKARTONPLAAT (BRL 1009-06) Fabrikaat: Saint-Gobain Gyproc Nederland B.V. Type: gipskartonplaat. Uitvoering: - A, standaard. - H, vertraagde waterabsorbtie, in vochtige ruimten toepassen. Korte zijden: strak gesneden. Langskanten: AK, afgeschuinde kant. Dikte (mm): 12,5. Breedte (mm): 1.200. Toebehoren: - voegwapeningsmateriaal: Gyproc wapeningsband glasvlies. Woonzorg Zone Nieuwveen

135


22.11.2012

- voegafwerkingsmateriaal: Gyproc JointFiller met Gyproc JointFinisher (Mix) als toplaag. - uitwendige hoeken: Gyproc No-Coat Ultraflex 325 hoekbeschermers. - bevestigingsmiddelen: Gyproc snelbouwschroeven. - sparingen, achterhout en voorzieningen t.b.v. de bouwkundige werken en installaties. Gipskartonplaten leveren onder KOMO-productcertificaat. .01 BINNENPLAFOND De verlaagde gipsplaten plafonds in ruimten, zoals volgt uit de tekeningen. 45.41.51-a TIMMERWERK, BESCHIETING, MULTIPLEX 0. TIMMERWERK BESCHIETING Bevestiging: verdiept geschroefd, schroefgaten weggewerkt. Stuiknaden zijn niet toegestaan, tenzij de lengte langer is dan de standaard handelslengten. 1. MULTIPLEX, AFWERKING BEIDE ZIJDEN (BRL 1705/05) Type: WBP multiplexplaat. Dikte (mm): zoals volgt uit de tekeningen. Oppervlakte-afwerking: klasse L (binnen, geschikt voor dekkende afwerking). - voorzijde: overschilderbare afwerklaag. Afwerking: - zij- en zaagkanten, naden en schroefgaten 2x plamuren. - zichtzijden dekkend geschilderd volgens lid 46.31.11-b. Kanten: recht. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in verzinkt stalen uitvoering. Multiplexplaten leveren onder KOMO-productcertificaat. .01 BUITENKOZIJN/-PUI De aftimmeringen van de buitenkozijnen, zoals volgt uit de tekeningen. .02 LEIDINGKOKER De multiplex beschieting van leidingkokers t.b.v. in het zicht komende leidingen en kanalen, met uitzondering van de leidingen in bergingen en algemeneen technische ruimten. .03 DAKLUIK De binnenaftimmeringen van de dakluiken. 45.41.51-b TIMMERWERK, BESCHIETING, MULTIPLEX 0. TIMMERWERK BESCHIETING Bevestiging: m.b.v. tengel- en regelwerk geschroefd tegen de omringende constructies. 1. TRIPLEX (BRL 1705-05) Type: Underlayment. Kwaliteit dekfineer: II/III. Verlijming: Exterieur. Houtsoort dekfineer: Fins vuren. Houtsoort binnenfineer: Fins vuren. Oppervlakte-afwerkingsklasse: M (binnen, geen speciale eisen). Dikte (mm): 19. Oppervlaktebehandeling: glad. Kanten: voorzien van tong en groef. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in verzinkt stalen uitvoering. - tussenwand/scheiding tussen cv-leidingen en waterleidingen ter voorkoming van legionella. Triplex platen leveren onder KOMO-productcertificaat. .01 VOORZETWAND, BINNEN De achter- en tussenwanden van de bouwkundige meterkasten en de cv-kasten. N.B. koud- en warmwaterleiding mogen niet in een leidingschacht waarin zich ook cv leidingen bevinden; tussen waterleidingen en cv-leidingen een tussenschot aanbrengen in de leidingschacht. 45.41.51-c TIMMERWERK, BESCHIETING, MULTIPLEX 0. TIMMERWERK BESCHIETING Bevestiging: geschroefd, schroefgaten weggewerkt. Plaatranden: alle randen in de overspanningsrichting moeten worden ondersteund. Patroon: zoals volgt uit de tekeningen of ter goedkeuring architect. Stuiknaden zijn niet toegestaan, tenzij de lengte langer is dan de standaard handelslengten. 1. TRIPLEX (BRL 1705-05) Type: multiplexplaat. Kwaliteit dekfineer: B/B. Verlijming: Interieur. Houtsoort dekfineer: okoumé, dikte 1,5 mm. Houtsoort binnenfineer: okoumé. Oppervlakte-afwerkingsklasse: L (binnen geschikt voor dekkende afwerking). Dikte (mm): zoals volgt uit de tekeningen. Oppervlaktebehandeling: glad. Woonzorg Zone Nieuwveen

136


22.11.2012

Kanten: recht en strak gezaagd. Afwerking: - zij- en zaagkanten: 2x behandeld met PVAC-lijm met verharder. - schroefgaten 2x plamuren. - zichtzijden dekkend geschilderd volgens lid 46.31.11-b. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in verzinkt stalen uitvoering. Triplex platen leveren onder KOMO-productcertificaat. .01 BINNENWAND De dekkend geschilderde multiplex wandbeschietingen in binnenklimaat. .02 BINNENPLAFOND De dekkend geschilderde multiplex binnenplafonds in binnenklimaat. 45.41.63-a TIMMERWERK, BESCHIETING, MDF PLAAT 0. TIMMERWERK, BESCHIETING 1. MDF-PLAAT Fabrikaat: Medite. Type: MDF standaard. Materiaal: MDF. Dikte (mm): zoals volgt uit de tekeningen. Afwerking: dekkend geschilderd volgens lid 46.31.11-b. Kanten: strak en recht gezaagd een extra schilderen i.v.m. zuiging. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in verzinkt stalen uitvoering. .01 BINNENPLAFOND De vertikale overgangen van plafondniveauverschillen, plafondkoven, plafondnissen, plafondbeëindigingen, aftimmeringen, houten horzontale stroken in het plafon e.d., zoals aangegeven op de tekeningen en in de principedetails. 45.46

AFTIMMERINGEN

45.46.11-a AFTIMMERING, GEPROFILEERD HOUT 0. AFTIMMERING Bevestiging: verdiept geschroefd, schroefkoppen vlak wegwerken. De plinten t.p.v. de aansluiting op de vloer en wand afkitten. 1. GEPROFILEERD HOUT Houtsoort: dark red meranti (NEN 5483+c90), kwaliteitsklasse A, gelijk aan 'Select and better'. Profilering: rechte plint met afgeschuinde bovenkant, t.p.v. de aansluiting op binnenkozijnen de rechte hoek afschuinen om op dezelfde dikte als het t.o.v. de wand uitstekende deel van het kozijn uit te komen. Dikte (mm): 15. Breedte (mm): 150. Oppervlaktebehandeling: dekkend geschilderd volgens lid 46.31.11-b in kleur van de wand. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: zelfborende/tappende schroeven resp. schroeven in pluggen. .01 BINNENWAND De houten vloerplinten in ruimten, zoals volgt uit de ruimte-afwerkstaat. 45.46.11-b AFTIMMERING, GEPROFILEERD HOUT 0. AFTIMMERING Bevestiging: verdiept geschroefd, schroefkoppen vlak wegwerken. 1. GEPROFILEERD HOUT Houtsoort: dark red meranti (NEN 5483+c90), kwaliteitsklasse A, gelijk aan 'Select and better'. Kwaliteitsklasse: B. Profilering: - rechthoekig met sponning. Dikte (mm): 35. Breedte (mm): 100. Vochtgehalte (%): 18. Oppervlaktebehandeling: dekkend geschilderd volgens lid 46.31.11-b in kleur van de wand. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: zelfborende/tappende schroeven resp. schroeven in pluggen. .01 BINNENWAND De houten eindstijlen op de vrije zijde van de lichte scheidingswanden. 45.46.90-a DIVERSE AFTIMMERINGEN 0. DIVERSE AFTIMMERINGEN Divers timmerwerk zoals kantlatjes, koofjes, omtimmeringen van leidingen e.d. Materiaal: - stijlen regelwerk en tengels van Eurpees vuren (NEN 5466-10), kwaliteitsklasse C, Woonzorg Zone Nieuwveen

137


22.11.2012

geschaafd, vochtgehalte 18%. - geprofileerde latten van MDF. - plaatmateriaal van fabrieksmatig voorgegronde multiplexplaat, tussen- en deklagen okoumé B/B, verlijming Interieur 1. Afmetingen: zoals volgt uit de tekeningen of volgens nadere opgave directie. Afwerking: dekkend geschilderd volgens lid 46.31.11-b. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Divers timmerwerk binnen, zoals volgt uit de tekeningen en in nader overleg met de directie. 45.81

ISOLATIE

45.81.21-a ISOLATIEWERK, ISOLATIEDEKENS, DEKEN MINERALE WOL 0. ISOLATIEWERK, ISOLATIEDEKENS De leidingschachten en leidingkokers vullen met isolatiedekens. 1. DEKEN MINERALE WOL (NEN-EN 13162-09) Fabrikaat: Rockwool Lapinus. Type: Bouwdeken 119 Materiaal: steenwol. Dikte (mm): 60 of 80. .01 LEIDINGSCHACHT, LEIDINGKOKER De isolatie in leidingschachten en leidingkokers t.b.v. geluidisolatie van inpandige hemelwaterafvoeren, rioleringsleidingen en waterleidingen. 45.89


45.89.90-a DIVERSE ANKERS EN BEVESTIGINGSMIDDELEN 0. DIVERSE ANKERS EN BEVESTIGINGSMIDDELEN Diverse verankeringen en bevestigingsmiddelen t.b.v. bouwkundige werken en installaties. Uitvoering en plaats volgens opgave betreffende adviseur, installateur en derden. Materiaal: - voor toepassing buiten en in de spouw, in corrosievast stalen uitvoering in kwaliteit A2. - voor toepassing binnen, in thermisch verzinkt stalen uitvoering; ter bescherming van de verzinklaag moet deze gechromateerd zijn. - in het zicht komende verankeringsen bevestigingsmiddelen meecoaten of schilderen in de kleur van het betreffende onderdeel. Ankers en bevestigingsmiddelen mogen in geen geval contactcorrosie of verkleuring veroorzaken, hiertoe de met elkaar in aanraking komende delen onderling van elkaar scheiden door een isolerend materiaal. Verankeringen van dragende onderdelen dienen voldoende brandwerende dekking te hebben of aanvullend brandwerend bekleed te worden. .01 BOUWDELEN/INSTALLATIEDELEN, ALGEMEEN Diverse verankeringen en bevestigingsmiddelen t.b.v. bouwkundige werken, dienstleidingen en installaties.


138


46

SCHILDERWERK

46.00

ALGEMEEN

46.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 02. TIJDELIJK VERWIJDEREN ONDERDELEN Naamplaatjes, reclameborden e.d., die op deuren, kozijnen en andere te schilderen elementen zijn aangebracht, moeten voor de aanvang van het werk zijn afgenomen en voor de oplevering op dezelfde plaatsen opnieuw zijn bevestigd. 90. WEERSGESTELDHEID Bij het schilderen moet rekening worden gehouden met de weersgesteldheid. Bij mistig, vochtig of regenachtig weer met een relatieve vochtigheid hoger dan 85% en bij vorst mag niet geschilderd worden e.e.a. ter goedkeuring directie. Schade aan schilderwerk, ontstaan door regen, sneeuw, dauw, zand, stof of dergelijke oorzaken moet door de aannemer voor zijn rekening worden hersteld. 91. BESCHERMEN VLOEREN EN AANGRENZENDE WANDEN EN PLAFONDS Reeds aangebrachte dekvloeren, vloerafwerkingen, wandafwerking, plafondafwerking c.q. systeemplafonds en overige reeds afgewerkte bouwdelen beschermen tegen vervuiling door schilderwerk. 92. UITERLIJK SCHILDERWERK Het uiterlijk van voltooid schilderwerk dient volkomen glad en strak te zijn. Heilige dagen, zakkers of schuursporen in de ondergrond zijn niet toelaatbaar. Aanzetten van plaatselijke reparaties mogen niet zichtbaar zijn. Reparaties in de ondergrond mogen zich niet aftekenen. Het uiterlijk van voltooid schilderwerk is ter beoordeling directie. 93. HANG- EN SLUITWERK Alvorens met het schilderwerk aan te vangen dient al het hang- en sluitwerk eerst passend te zijn aangebracht, vervolgens het hang- en sluitwerk demonteren en na het schilderen weer afmonteren. 94. KLEUR GRONDVERF De kleur van de grondverf afstemmen op de eindkleur van de laatste verflaag. 95. BRANDWERENDE VOEGAFDICHTING Brandvertragende kitafdichtingen bij brandwerende beglazingen pas aanbrengen nadat de schilderwerken geheel zijn uitgevoerd. 96. VERWERKINGSCONDITIES VERFPRODUCTEN Verwerkingscondities welke tijdens de uitvoering van de werkzaamheden moeten worden gehanteerd zijn die welke door de fabrikant/leverancier van de toe te passen producten worden aangegeven. Als algemene richtlijn hiervoor geldt: - omgevingstemperatuur min. 8 °C. - luchtvochtigheid max. 85%. - oppervlaktetemperatuur te behandelen ondergrond min. 3 °C boven het dauwpunt. 97. DRAAGKRACHT PLEISTERWERK Na het aanbrengen van de gipspleisterlagen moeten deze volledig afbinden en uitharden (drogen) volgens voorschriften fabrikant/leverancier. De pleisterlaag moet als ondergrond geschikt zijn voor het aanbrengen van een muurverfsysteem. De eventueel op de gipspleister ontstane toplaag (slikhuid) moet voor aanvang van het uit te voeren schilderwerk volledig worden verwijderd. De hechting van het verfsysteem op de gestukadoorde ondergronden moet voldoen aan de testmethode volgens de ASTM D 3359, uitgevoerd met genormaliseerd hechtingstape. 98. RAL-KLEUREN Onder RAL-kleuren worden ook verstaan metallic RAL-kleuren zoals o.a. RAL 9006 en RAL 9007.

46.00.23

EISEN EN UITVOERING: SCHILDERWERK NIEUWE ONDERGROND 90. VOCHTGEHALTE ONDERVLOER Het maximale vochtgehalte in de ondervloer dient in overleg met de fabrikant/leverancier van de aan te brengen vloercoating bepaald te worden, zo nodig treft de aannemer tijdig maatregelen om dit vochtgehalte geforceerd te bereiken. 91. SCHILDERWERK T.P.V. BEGLAZINGEN Alvorens te beglazen moeten de glassponningen en de niet in het zicht blijvende vlakken van glaslatten van alle houten buitenkozijnen, -ramen en -deuren, 2x zijn gegrond of voorgelakt.

46.00.30

INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN 90. VERFBESTEK Een gedetailleerd verfbestek samengesteld door de verffabrikant wordt verlangd voor het uit te voeren schilderwerk indien gebruik wordt gemaakt van een ander fabrikaat dan het in het bestek genoemde. Eisen verfbestek: - omvattende een gedetailleerde omschrijving van de te bezigen verfproducten. - een omschrijving van de geplande applicaties. Tijdstip waarop het verfbestek moet worden ingediend: 2 kalenderweken voor de aanvang van de werkzaamheden. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring: 4.


22.11.2012

139


22.11.2012

- goedgekeurde: 2. 46.00.32

INFORMATIE-OVERDRACHT: MONSTERS 02. MONSTER TER BEOORDELING Voordat onderstaande bouwstoffen door de aannemer worden besteld hiervan een monster ter beoordeling aan de directie voorleggen: - van al het aan te brengen schilderwerk, op de in dit bestek vermelde ondergronden, een proefvlak in overleg met de directie aanbrengen.

46.00.39

INFORMATIE-OVERDRACHT: MONSTERS 01. MONSTER TER BEOORDELING Voordat onderstaande bouwstoffen door de aannemer worden besteld hiervan een monster ter beoordeling aan de directie voorleggen: - van al het aan te brengen schilderwerk, op de in dit bestek vermelde ondergronden, een proefvlak in overleg met de directie aanbrengen.

46.00.60

BOUWSTOFFEN: ALGEMEEN 90. AFWIJKENDE VERF Wordt een verflaag aangebracht van een afwijkende samenstelling t.o.v. het in het bestek vermelde product dan dient de aannemer het betreffende onderdeel geheel over te schilderen, na de vorige laag te hebben verwijderd.

46.31

NIEUWE ONDERGROND, HOUT

46.31.11-a NWE ONDERGR. HOUT, DEKKEND SYSTEEM, WATERGEDR. 0. NWE ONDERGR. HOUT, DEKKEND SYSTEEM, WATERGEDR. Systeem: - 2 lagen grondverf. Applicatie kwast-/rolverwerking. Totale laagdikte (µm): 100 µm 4. GRONDVERF, HOUT, WATERGEDR. Fabrikaat: Sigma Coatings type Sigmalith WBA primer in de fabriek, Sigma S2U Nova Primer op het werk of Sikkens Bouwverven type WP 260 in de fabriek, type BL Unifill op het werk. .01 HOUTWERK BINNEN Watergedragen grondverfsysteem op houtwerk binnen, zoals volgt uit dit bestek. 46.31.11-b NWE ONDERGR. HOUT, DEKKEND SYSTEEM, WATERGEDR. 0. NWE ONDERGR. HOUT, DEKKEND SYSTEEM, WATERGEDR. Systeem: - 2 lagen grondverf - 1 laag voorlak - 1 laag dekverf Applicatie grondsysteem + voorlak: d.m.v. spuiten. Laagdikte grondverf: 100 micrometer (totaal van twee lagen). Laagdikte voorlak: 40 micrometer resp. 50 micrometer bij deuren. Aangebracht in de fabriek. Applicatie afwerksysteem: kwast-/rolverwerking. Laagdikte dekverf: 30 micrometer. Aangebracht op het werk. 3. PRIMER, HOUT, WATERGEDR. Fabrikaat: Sigma Coatings B.V. of Sikkens Bouwverven. Type: Sigmalith WBA Primer of type WP 260 Watergedragen. 4. GRONDVERF, HOUT, WATERGEDR. Fabrikaat: Sigma Coatings B.V.of Sikkens Bouwverven Type: Sigmalith WBA Semi-Gloss of Rubbol Satura/Safira/Azura. Watergedragen. 5. DEKVERF, HOUT, WATERGEDR. Fabrikaat: Sigma Coatings B.V.of Sikkens Bouwverven. Type: Sigma Torno Semi-gloss of Rubbol Satura/Safira/Azura. Watergedragen. .01 HOUTWERK BINNEN Watergedragen verfsysteem op houtwerk binnen, zoals volgt uit dit bestek. 46.31.12-a NWE ONDERGR. HOUT, DEKKEND SYSTEEM, OPLOSM.HOUDEND 0. NWE ONDERGR. HOUT, DEKKEND SYSTEEM, OPLOSM.HOUDEND Systeem: - 2 lagen grondverf. Applicatie: kwast-/rolverwerking. Totale laagdikte (µm): 100.


140


22.11.2012

4. GRONDVERF HOUT Fabrikaat: Sigma Coatings type Sigmalith WBA primer (Sigmalith A22 is geschikt voor bloedende houtsoorten) in de fabriek, type Schakelverf op het werk of Sikkens Bouwverven type WP 240 in de fabriek, type Rubbol Primer Plus op het werk. .01 HOUTWERK BUITEN Alkydhars grondverfsysteem op houtwerk buiten, zoals volgt uit dit bestek. 46.31.12-b NWE ONDERGR. HOUT, DEKKEND SYSTEEM, OPLOSM.HOUDEND 0. NWE ONDERGR. HOUT, DEKKEND SYSTEEM, OPLOSM.HOUDEND Systeem: - 2 lagen grondverf - 1 laag voorlak - 1 laag dekverf Applicatie grondsysteem + voorlak: d.m.v. spuiten. Laagdikte grondverf: 100 micrometer (totaal van twee lagen). Laagdikte voorlak: 40 micrometer resp. 50 micrometer bij deuren. Aangebracht in de fabriek. Applicatie afwerksysteem: kwast-/rolverwerking. Laagdikte dekverf: 35 micrometer. Aangebracht op het werk. 3. GRONDVERF VOOR HOUT Fabrikaat: Sigma Coatings B.V. of Sikkens Bouwverven. Type: Sigmalith WBA Primer of type WP 260. Watergedragen. 4. VOORLAK VOOR HOUT Fabrikaat: Sigma Coatings B.V. of Sikkens Bouwverven Type: Sigmalith WBA Semi-Gloss of Rubbol SB Plus. Watergedragen. 5. DEKVERF, HOUT, OPLOSM.HOUDEND Fabrikaat: Sigma Coatings B.V. of Sikkens Bouwverven Type: Sigma S2U gloss of Rubbol XD. Oplosmiddelhoudend. Glansgraad (NEN 941+a88): hoogglanzend. .01 HOUTWERK BUITEN Oplosmiddelhoudend verfsysteem op houtwerk buiten, zoals volgt uit dit bestek. 46.31.21-a NWE ONDERGR. HOUT, TRANSPARANT SYSTEEM, WATERGEDR. 0. NWE ONDERGR. HOUT, TRANSPARANT SYSTEEM, WATERGEDR. Systeem: - 2 lagen transparante grondlaag - 1 laag transparante beits Applicatie grondsysteem: naar keuze laagdikte 100 µm (totaal van twee lagen). Aangebracht in de fabriek. Spijkergaten vullen met vloeibaar hout. Applicatie afwerksysteem: applicatie naar keuze laagdikte 30 µm. Aangebracht op het werk. 4. TRANSPARANTE GRONDVERF, HOUT, WATERGEDR. Fabrikaat: Sigma Coatings type Rustikal WS (Rustikal ISO is geschikt voor bloedende houtsoorten) of Sikkens Bouwverven type Cetol WP 560 en Cetol WF 755. 5. TRANSPARANTE BEITS, HOUT, WATERGEDR. Fabrikaat: Sigma Coatings type Sigmalife DS Acryl of Sikkens Bouwverven type Cetol BL Decor. Glansgraad (NEN 941+a88): halfglanzend. 7. KNEEDBAAR HOUT Fabrikaat: Sikkens Bouwverven. Type: Gupa, afhankelijk van de te behandelen houtsoort. .01 HOUTEN LEUNINGEN Transparante kleurbeits op houten leuningen. (Houten leuningen bemonsteren met juiste houtsoort en lak ter goedkeuring van architect). 46.32

NIEUWE ONDERGROND, METAAL

46.32.11-a NWE ONDERGR. STAAL, WATERGEDR. 0. NWE ONDERGR. STAAL, WATERGEDR. Systeem: - 2 lagen epoxyprimer. - 1 laag grondverf. - 1 laag dekverf. Stralen tot reinheidsgraad Sa 2½, overeenkomstig NEN-EN-ISO 8501-1-07. Applicatie grondsysteem: d.m.v. spuiten laagdikte: - epoxy primer: 160 µm. - grondverf: 40 µm. Aangebracht in de fabriek. Woonzorg Zone Nieuwveen

141


22.11.2012

Schraal plamuren. Applicatie afwerksysteem: kwast- /rolverwerking, laagdikte: 40 µm. Aangebracht op het werk. 3. PRIMER, METAAL, WATERGEDR. Fabrikaat: Sigma Coatings type SigmaCover 256 of Sikkens Bouwverven type Interguard 345. 4. MIDCOAT/GRONDVERF, METAAL, WATERGEDR. Fabrikaat: Sigma Coatings type S2U Nova Primer of Sikkens Bouwverven type Rubbol BL Forte Metal Primer. 5. DEKVERF, METAAL, WATERGEDR. Fabrikaat: Sigma Coatings type Sigma S2U Nova Satin of Sikkens Bouwverven type Rubbol BL Forte Satin. Glansgraad (NEN 941+a88): halfglanzend. .01 STALEN ONDERDELEN Watergedragen verfsysteem op in het zicht komende, niet thermisch verzinkte stalen onderdelen binnen, zoals volgt uit dit bestek. 46.32.11-b NWE ONDERGR. STAAL, WATERGEDR. 0. NWE ONDERGR. STAAL, WATERGEDR. Systeem: - 2 lagen epoxyprimer. - 1 laag grondverf. Stralen tot reinheidsgraad Sa 2½, overeenkomstig NEN-EN-ISO 8501-1-07. Applicatie grondsysteem: d.m.v. spuiten laagdikte: - epoxy primer: 160 µm. - grondverf: 40 µm. Aangebracht in de fabriek. 3. PRIMER, METAAL, WATERGEDR. Fabrikaat: Sigma Coatings type SigmaCover 256 of Sikkens Bouwverven type Interguard 345. 4. MIDCOAT/GRONDVERF, METAAL, WATERGEDR. Fabrikaat: Sigma Coatings type S2U Nova Primer of Sikkens Bouwverven type Rubbol BL Forte Primer. .01 STALEN ONDERDELEN Watergedragen grondverfsysteem op niet in het zicht komende, niet thermisch verzinkte stalen onderdelen binnen, zoals volgt uit dit bestek. 46.32.19-a NIEUWE ONDERGROND, STAAL 0. NWE ONDERGR., STAAL, POEDERCOATEN Product: poedercoating, thermohardende polyesterlak. Voorbehandeling niet thermisch verzinkte onderdelen; na uitvoering van alle bewerkingen zoals afkorten, zetten, gaten boren enzovoorts, alle onderdelen: - staalstralen SA 3. - onmiddellijk hierna schooperen tot een laagdikte van minimaal 30 µm, deze laagdikte dient ook ter plaatse van randen, gaten en dergelijke aanwezig te zijn. Voorbehandeling thermisch verzinkte onderdelen: - licht aanstralen t.b.v. het verwijderen van alle op het zink oppervlak aanwezige verontreinigingen, door het aanstralen mag slechts 7-13 µm van de zinklaag verwijderd worden. Behandeling de onderdelen elektrostatisch bespuiten met verfpoeder in kleur: - eerste laag op basis van thermohardende epoxy-polyesterhars en direct daarop aansluitend moffelen, temperatuur en tijd als voorgeschreven door de poederfabrikant, de droge laag moet op de dunst gemeten plaats minstens 60 µm dik zijn. - tweede laag op basis van thermohardende polyester en direct daarop aansluitend moffelen, temperatuur en tijd als voorgeschreven door de poederfabrikant, de droge laag moet op de dunst gemeten plaats minstens 60-80 µm dik zijn. De gemiddelde totale laagdikte dient 120 µm te zijn met een uiterst minimum van 110 µm; deze eisen gelden ook op de randen. De coating dient te voldoen aan de volgende specificaties: - hechting volgens NEN-EN-ISO 2409 (ruitjesproef) klasse 0. - hardheid volgens NEN-EN-ISO 2815 (Buchholzmeting) niet lager dan 80. - slagvastheid volgens NEN-EN-ISO 6372 geen onthechting bij 2,5 Nm. - elesticiteit volgens NEN-EN-ISO 1520 (Erichsen) geenscheuren bij 5 mm. - corrosiebestendigheid: zoutsproeitest: ISO 9277: 1000 uur 1 mm (geëxtrudeerd materiaal). 9. OVERIGE SPECIFICATIES - al het moffelwerk dient te geschieden door een bedrijf ter goedkeuring directie. - de verankeringsonderdelen thermisch verzinken in plaats van schooperen. - bij toepassing van staal in combinatie met aluminium mag de kleur van het staalmoffelwerk niet afwijken van dat van het bijbehorend aluminium-moffelwerk. - zowel de binnen- als de buitenkanten dienen behandeld te worden. - eventueel te verwachten kleur-afwijkingen binnen een kleur dienen van te voren vastgesteld te worden in een monster.


142


22.11.2012

.01 STALEN ONDERDELEN Aanbrengen op alle stalen onderdelen die in dit bestek als 'gepoedercoat' en 'gemoffeld' zijn omschreven. 46.32.24-a NWE ONDERGR. THERMISCH VERZINKT STAAL, OPLOSM.HOUDEND 0. NWE ONDERGR. THERMISCH VERZINKT STAAL, OPLOSM.HOUDEND Systeem: - 1 laag hechtprimer o.b.v. epoxyhars - 1 laag dekverf o.b.v. polyurethanhars Voorbehandeling: mechanische bewerking, aanstralen (NEN 5254-03). Applicatie grondsysteem naar keuze, laagdikte 80 µm. Aangebracht in de fabriek. Applicatie dekverf naar keuze, laagdikte 40 µm. Aangebracht op het werk. 3. PRIMER, METAAL, OPLOSM.HOUDEND Fabrikaat: Sigma Coatings type SigmaCover 256 of Sikkens Bouwverven type Interguard 345. Bindmiddel: epoxy-esterhars. 5. DEKVERF, METAAL, OPLOSM.HOUDEND Fabrikaat: Sigma Coatings type Sigmetal Finish of Sikken Bouwverven type Redox PUR Finish Gloss. Bindmiddel: polyurethaan. Glansgraad (NEN 941+a88): hoogglanzend. .01 STALEN ONDERDELEN Schilderwerk op in het zicht komende, thermisch verzinkte stalen onderdelen buiten, zoals volgt uit dit bestek. 46.32.24-b NWE ONDERGR. THERMISCH VERZINKT STAAL, OPLOSM.HOUDEND 0. NWE ONDERGR. THERMISCH VERZINKT STAAL, OPLOSM.HOUDEND Systeem: - 1 laag hechtprimer o.b.v. epoxyhars - 2 lagen dekverf o.b.v. epoxyhars Voorbehandeling: mechanische bewerking, aanstralen (NEN 5254-03). Applicatie grondsysteem naar keuze, laagdikte 80 µm. Aangebracht in de fabriek. Applicatie dekverf naar keuze, laagdikte 160 µm (totaal van 2 lagen). Aangebracht op het werk. 3. PRIMER, METAAL, OPLOSM.HOUDEND Fabrikaat: Sigma Coatings type SigmaCover 256 of Sikkens Bouwverven type Interguard 345. Bindmiddel: epoxy. Corrosiewerend. 5. DEKVERF, METAAL, OPLOSM.HOUDEND Fabrikaat: Sigma Coatings type SigmaCover 805 coating of Sikkens Bouwverven type Redox EP Ferroflake (ijzerglimmer). Bindmiddel: epoxy. .01 STALEN ONDERDELEN Aanbrengen op niet in het zicht komende, thermisch verzinkte stalen onderdelen buiten of in de spouw, zoals volgt uit dit bestek. 46.32.39-a NIEUWE ONDERGROND, ALUMINIUM 0. NWE ONDERGR., ALUMINIUM, POEDERCOATEN Product: poedercoating, thermohardende polyesterlak. Voorbehandeling: na uitvoering van alle bewerkingen zoals; afkorten, zetten, gaten boren enzovoorts, alle onderdelen: - ontvetten en ontdoen van oxidehuid en eventuele walshuid in salpeterzuurbad, daarna spoelen in spoelbad. - licht beitsen in loogoplossing en spoelen in spoelbad, neutraliseren en afspoelen. - chromateren in een 6-waardig chroom-chromateerbad en twee keer afspoelen in gedemineraliseerd water en drogen in een droogoven bij 80°C. Behandeling de onderdelen elektrostatisch bespuiten met verfpoeder in kleur: - eerste laag op basis van thermohardende epoxyhars en direct daarop aansluitend moffelen, temperatuur en tijd als voorgeschreven door de poederfabrikant, de droge laag moet op de dunst gemeten plaats minstens 60 µm dik zijn. - tweede laag op basis van thermohardende polyester en direct daarop aansluitend moffelen, temperatuur en tijd als voorgeschreven door de poederfabrikant, de droge laag moet op de dunst gemeten plaats minstens 60-80 µm dik zijn. De gemiddelde totale laagdikte dient 120 µm te zijn met een uiterst minimum van 110 µm; deze eisen gelden ook op de randen. De coating dient te voldoen aan de volgende specificaties: - hechting volgens NEN-EN-ISO 2409 (ruitjesproef) klasse 0. - hardheid volgens NEN-EN-ISO 2815 (Buchholzmeting) niet lager dan 80. - slagvastheid volgens NEN-EN-ISO 6372 geen onthechting bij 2,5 Nm. - elesticiteit volgens NEN-EN-ISO 1520 (Erichsen) geenscheuren bij 5 mm. - corrosiebestendigheid: zoutsproeitest: ISO 9277: 1000 uur 1 mm (geëxtrudeerd Woonzorg Zone Nieuwveen

143


22.11.2012

materiaal). Alle noodzakelijke voorzieningen, teneinde filiforme corrosie te voorkomen, dienen te worden getroffen, dit betreft: - gebruik van aluminium legering met gereduceerde kopergehalte. - voorkomen van scherpe randen op profielen (afrondingsstraal minimaal 0,5 mm). - gebruik van scherp gereedschap. - ontbramen. - zoveel mogelijk de bewerkingen (zagen, boren e.d.) voor het lakken uitvoeren. - chromaatlaag minimaal 0,6 gr/m², maximaal 1 gr/m². - in kustgebieden tot 25 km vanaf de kustlijn de onderdelen welke in de spouw- of buitenlucht in aanraking komen préanodiseren door hetzelfde bedrijf dat het moffelwerk uitvoert. 9. OVERIGE SPECIFICATIES - al het moffelwerk dient te geschieden door een bedrijf ter goedkeuring directie. - bij metallic moffelkleuren bijv. RAL 9006 of RAL 9007, dienen de onderdelen nog te worden voorzien van een transparante toplaag. - zowel de binnen- als de buitenkanten dienen behandeld te worden. - eventueel te verwachten kleurafwijkingen binnen een kleur dienen van te voren vastgesteld te worden in een monster. .01 ALUMINIUM ONDERDELEN Aanbrengen op alle aluminium onderdelen die volgens dit bestek als 'gepoedercoat' en 'gemoffeld' zijn omschreven. 46.32.90-a NWE ONDERGR., METAAL EN KUNSTSTOF 0. LEIDINGEN Systeem: - 1 laag hechtprimer. - 1 laag dekverf. Grondsysteem: kwast- /rolverwerking. - op het werk aangebracht. - laagdikte: 30 µm. Afwerksysteem: kwast- /rolverwerking. - op het werk aangebracht. - laagdikte: 30 µm. 3. PRIMER, METAAL, WATERGEDR. Fabrikaat: Sigma Coatings type Sigma Metal Primer of Sikkens Bouwverven type Redox BL Metal Primer. 5. DEKVERF, METAAL, WATERGEDR. Fabrikaat: Sigma Coatings type Sigma S2U Nova Satin of Sikkens Bouwverven type Rubbol BL Ultra Satin. Glansgraad (NEN 941+a88): halfglanzend. .01 LEIDINGEN Watergedragen verfsysteem op alle in het zicht komende metalen en kunststof leidingen, met uitzondering van de leidingen in algemeneen technische ruimten, in bergingen en in meterkasten. 46.33

NIEUWE ONDERGROND, STEENACHTIG

46.33.21-a NWE ONDERGR. STEEN, DEKKEND SYSTEEM, WATERGEDR. 0. NWE ONDERGR. STEEN, DEKKEND SYSTEEM, WATERGEDR. Systeem: - 1 laag voorstrijk-/fixeermiddel. - 2 lagen dekverf. Ondergrondcorrecties: luchtgaatjes vullen. Applicatie: kwast-/rolverwerking, verbruik 6 m²/l. 3. VOORSTRIJKMIDDEL, STEEN, WATERGEDR. Fabrikaat: Sigma Coatings type Sigmafix Universal of Sikkens Bouwverven type Alpha Aquafix. 6. DEKVERF, STEEN, WATERGEDR. Fabrikaat: Sigma Coatings type Sigmatex Satin of Sikkens Bouwverven type Alphatex Solvent Free. Glansgraad: halfglanzend. .01 BINNENWAND Sauswerk aanbrengen op wanden in ruimten, zoals volgt uit de ruimte-afwerkstaat. 46.33.51-a NWE ONDERGR. STEEN, WEEFSELSYSTEEM, WATERGEDR. 0. NWE ONDERGR. STEEN, WEEFSELSYSTEEM, WATERGEDR. Systeem: - 1 laag voorstrijkmiddel. - belijmen. - weefsel. - 2 lagen dekverf. Voorgelijmd glasweefsel aanbrengen en verlijmen d.m.v. rolverwerking. Applicatie verfsysteem: kwast-/rolverwerking, verbruik: volgens opgave Woonzorg Zone Nieuwveen

144


22.11.2012

fabrikant/leverancier. Voor voorbehandeling ondergrond en wijze van aanbrengen zie hoofdstuk 48. 3. VOORSTRIJKMIDDEL, STEEN, WATERGEDR. Fabrikaat: Sigma Coatings type Sigmafix Universal of Sikkens Bouwverven type Alpha Aquafix. 4. WEEFSELLIJM, WATERGEDR. Fabrikaat: Sigma Coatings Wandlijm L6 of L7 (op kleur) of Sikkens Alpha Col. 5. WEEFSEL Fabrikaat: Sigma Coatings type Sigmascan of Sikkens Bouwverven type Alphaskin. Materiaal: glasweefsel. 7. DEKVERF, STEEN, WATERGEDR. Fabrikaat: Sigma Coatings type Sigmatex Satin of Sikkens Bouwverven type Alphatex Solvent Free. Glansgraad: halfglanzend. .01 BINNENWAND Het glasvliesbehang in ruimten, zoals volgt uit de afwerkstaat.


145


47

BINNENINRICHTING

47.00

ALGEMEEN

47.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. MONTEREN/AANSLUITEN KEUKENINRICHTING De keukeninrichting zoals in de offerte van de keukenleverancier omschreven te monteren, stellen en aansluiten op de technische installaties, gebruik makend van de door de fabrikant/leverancier voorgeschreven middelen.

47.00.30

INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN 90. TEKENINGEN Door de aannemer te vervaardigen tekeningen. Van de keukenopstellingen. - werktekeningen op schaal 1:20 en detailtekeningen op schaal 1:5. De werktekeningen moeten de volgende gegevens bevatten: - de verschillende kasten en de erbij behorende maatvoering. - materialen, aansluitingen, typenummers e.d. - kastinrichting en toebehoren. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring: 4. - goedgekeurde: 2. Tijdstip van levering: 8 weken voor de start van de werkzaamheden.

47.31

KASTEN

22.11.2012

47.31.19-a KEUKENINRICHTING 0. KEUKENINRICHTING Keukeninrichting incl. apparatuur volgens de bijgevoegde keukentekeningen. Zie bijlagen keukentekeningen. .01 KEUKENINRICHTING De keukeninrichting: - in de vrije sector koopwoningen. - in de sociale huurwoningen. - in de groepswoningen voor psycho geriatrie (PG). - in de groepswoningen verstandelijk gehandicapten (VG). 47.31.20-a POST-/BOODSCHAPPENKAST 0. POST-/BOODSCHAPPENKAST Fabrikaat: Ferdinand Vos. Type: postkastverzamelopstelling, tweezijdig bereikbaar. Afmetingen: conform NEN 1770-84 en zoals volgt uit de tekeningen. Materiaal: corrosievast staal. Oppervlaktebehandeling: geborsteld. Afsluitbaarheid: d.m.v. sleutel. De postkasten: - aan de binnenzijde voorzien van deurtjes met tweepunstsluiting. - aan de buitenzijde voorzien van brievenkleppen van corrosievast staal met ingegraveerde huisnummers en gaatjes t.b.v. de bevestiging van de corrosievast stalen naamplaatjes. - aan de buitenzijde voorzien van een geïntegreerde middenstrook met corrosievast stalen bellentableau, uitwisselbare corrosievast stalen naambordjes en een corrosievast stalen intercominstallatie. - sleutelkluisje opnemen in de postkast t.p.v. de hoofdentree t.b.v. de brandweer. Toebehoren: - naamplaatjes: in corrosievast stalen uitvoering. - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. - frame: de postkastverzamelopstelling voorzien van inbouwframe t.b.v. de montage in het entreekozijn. Plaatsingshoogten: - bellentableau tussen 0,90 en 1,20 m' + afgewerkte vloer. - intercom tussen 1,20 en 1,40 m' + afgewerkte vloer. - huisnummer plateau tussen 1,40 en 1,60 m' + afgewerkte vloer. - naambordjes tussen 1,20 en 1,40 m' + afgewerkte vloer. - brievenbussen tussen 0,70 en 1,30 m' + afgewerkte vloer. - alles min. 0,50 m¹ uit de hoek. .01 KAST/VITRINE De postkastverzamelopstelling in het entreekozijn van de hoofdentree's. 47.31.30-a TECHNISCHE KAST 0. METERKAST Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: samengestelde cvz-/flatkast. Model: meerdeurs, conform tekeningen. Woonzorg Zone Nieuwveen

146


22.11.2012

Inwendige afmetingen (hxbxd) (mm): zoals volgt uit de tekeningen. Ventilatievoorzieningen: zoals aangegeven op de tekeningen. Materiaal kozijn: gelamineerd en gevingerlast vuren conform BRL 2902, afmeting 54x90 mm. Materiaal deuren/meterkastfronten van MDF, fabrikaat Medite o.g., type FR brandvertragend MDF, dikte 22 mm. (brandvoortplantingsklasse 2 volgens NEN 6065+a97). Materiaal achterwand: voorzien van een montagebord van underlayment, dik 18 mm volgens paragraaf 45.41.51-b. Materiaal tussenwanden: samenstellen uit een houten regelwerk met aan weerszijden een beschieting van MDF, fabrikaat Medite o.g., type FR brandvertragend MDF, dikte 22 mm. Afwerking: - kozijnen dekkend geschilderd volgens lid 46.31.10-d. - deuren/fronten en zijwanden rondom dekkend in nader door architect te bepalen kleur gespoten, droge laagdikte 120 µm. Toebehoren: - hang- en sluitwerk: . 4 stuks verdekte scharnieren fabr. Kubica type K6100 (min. deurdikte 18 mm). . kastdeur-slot in r.v.s. uitvoering voorschriften energiebedrijf. - bevestigingsmiddelen: in verzinkt stalen uitvoering. 4. STELWERK AFBOUW Bevestigingswijze: volgens voorschrift van de fabrikant. .01 METERKAST De cvz-/flatkasten in de hoofdentree van kavel 1, zoals aangegeven op de tekeningen. 47.33

GARDEROBES

47.33.10-a WANDGARDEROBE 0. WANDGARDEROBE Fabrikaat, type, materiaal: volgens nadere opgave architect. .01 GARDEROBE De garderobes in de entreegang en woongang van de groepswoningen. Stelpost € 2.000,47.41

AANRECHT-, WERK- EN BUFFETBLADEN

47.41.20-a METALEN AANRECHT-/WERK-/BUFFETBLAD 0. CORROSIEVAST-STALEN AANRECHTBLAD Fabrikaat: Bruynzeel Keukens BV. Type: aanrechtblad met waterafschot, Softline 2000. Materiaal blad: corrosievast staal. Materiaal ondersteuningsregels: vurenhout. Oppervlak: wafelmotief. Kanten: opstaande tegelrand aan achterzijde met tegelafwerkstrip, aluminium inlay en verbrede achterzijde. Lengte (mm): 2.200. Breedte (mm): 600. Spoelbak: - uitvoering: enkel, wandoverloop. - plaats: zoals volgt uit de tekeningen. Voorzieningen: - kraangat. Toebehoren: - corrosievast stalen tilrooster. - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. 4. STELWERK AFBOUW Bevestigingswijze: het aanrechtblad op het keukenblok bevestigd volgens voorschrift fabrikant/leverancier. T.p.v. de aansluiting tussen het aanrechtblad en het tegelwerk een bacterie-vrije siliconenkit voeg aanbrengen, kleur ter keuze architect. .01 AANRECHT De aanrechtbladen van de keukenopstellingen in de sociale huurwoningen.


147


22.11.2012

BEWEGWIJZERING

47.51.20-a NAAM-/NUMMER-/SYMBOOLPLAAT 0. HUISNUMMERBORD (NEN 1772-10) Fabrikaat: ter goedkeuring van de directie. Huisnummerbord: met cijfer. Materiaal: aluminium. Hoogte bord (mm): 70. Cijferhoogte (H) (mm): 50. Letterhoogte, kapitaal (H) (mm): 50. Kleur ondergrond: wit. Kleur opschrift: zwart. Uitvoering: volgens de gemeentelijke voorschriften. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. Plaatsingshoogten: - tussen 1,40 en 1,60 m' + afgewerkte vloer. .01 NAAMSAANDUIDING Aanbrengen: - nabij de woningtoegangsdeuren een huisnummerbord. - nabij de bergingsdeuren een huisnummerbord. 47.51.20-b NAAM-/NUMMER-/SYMBOOLPLAAT 0. NAAM-/NUMMER-/SYMBOOLPLAAT Fabrikaat: ter goedkeuring van de directie. Type: symboolplaat, dikte 3 mm. Materiaal: aluminium. Afwerking: gepoedercoat, kleur ter keuze architect. Opschrift: ingegraveerde overzichtsplattegrond met huisnummering. Afmetingen: - volgens nadere uitwerking. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. Plaatsingshoogten: - tussen 1,40 en 1,60 m' + afgewerkte vloer. .01 SYMBOOLPLAAT Aanbrengen: - in de hoofdentree's op de begane grond een verwijsbord. - in de gemeenschappelijke trappenhuizen/lifthallen op alle verdiepingen een verwijsbord. - in de lift een verwijsbord. - deurpictogrammen op deuren van technische ruimten, toiletten, private ruimten e.d. 47.51.20-c NAAM-/NUMMER-/SYMBOOLPLAAT 0. NAAM-/NUMMER-/SYMBOOLPLAAT Fabrikaat: ter goedkeuring van de directie. Type: brandweerpaneel, dikte 3 mm. Materiaal: aluminium. Afwerking: gepoedercoat, kleur ter keuze architect. Opschrift ingegraveerde overzichtsplattegrond met aanvalsroute en voorzieningen t.b.v. brandweer. Afmetingen: - volgens nadere uitwerking. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering. .01 SYMBOOLPLAAT Een brandweerpaneel aanbrengen in de hoofdentree's. 47.51.20-d NAAM-/NUMMER-/SYMBOOLPLAAT 0. HUISNUMMER EN GEBOUWAANDUIDING D.M.V. PLAKFOLIE Fabrikaat: glasfolie o.g. Type: translucente plakfolie. Aanduidingen: huisnummer belettering op positie 4 (binnenzijde) van het glas. Mate van translucentie: volgens nadere keuze architect aan de hand van door de aannemer te verstrekken monsters. Lettertype en korpsgrootte: volgens nadere opgave architect zoals volgt uit de tekeningen. .01 NAAMSAANDUIDING Aanbrengen op het glas van de entreedeuren een gebouwaanduiding en huisnummering d.m.v. plakfolie volgens stelpost 3x € 500,-.


148


22.11.2012

47.51.20-e NAAM-/NUMMER-/SYMBOOLPLAAT 0. GESCHILDERDE BEWEGWIJZERING D.M.V. SJABLONERING Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: geschilderde bewegwijzering d.m.v. sjablonering. Aanduidingen: bewegwijzering in het gebouw t.p.v. alle deuren van ruimten ter indicatie van bestemming en routing e.e.a volgens een door de leverancier te maken bewegwijzeringsplan ter goedkeuring directie. Lettertype, korpsgrootte en kleur: volgens nadere opgave architect zoals volgt uit de tekeningen. 4. TEKENINGEN Door de aannemer te vervaardigen tekeningen. Van de uitleg van de bewegwijzering. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2. 9. BEWEGWIJZERINGSPLAN Door de aannemer uit te werken bewegwijzeringsplan. Uitgangspunten: bewegwijzering in het gebouw t.p.v. alle deuren van ruimten ter indicatie van bestemming en routing. Opschriften, lettertype, korpsgrootte en kleur: volgens nadere uitwerking aannemer ter goedkeuring architect. Te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring: 4 stuks. - goedgekeurde: 1 stuks .01 BEWEGWIJZERING De bewegwijzering in het gebouw t.p.v. alle deuren van ruimten ter indicatie van bestemming en routing e.e.a volgens een door de leverancier te maken bewegwijzeringsplan ter goedkeuring directie. Stelpost 3 groepswoningen voor psycho geriatrie (PG) € 3.500,Stelpost 2 groepswoningen verstandelijk gehandicapten (VG) € 1.500,-


149


48

BEHANGWERK, VLOERBEDEKKING EN STOFFERING

48.00

ALGEMEEN

48.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. PLAKMATERIAAL Het plakmateriaal voor glasvliesbehang moet schimmelwerend zijn en mag geen vlekken achterlaten. 91. PLOOIEN EN/OF BLAZEN De glasvliesbehangwerken strak aanbrengen zonder plooien en/of blazen. 92. VUILE BEHANGWERKEN Vuil geworden glasvliesbehangwerken voor de oplevering vervangen. 93. BANEN De banen glasvliesbehang in één hoogte en in één lengte aanbrengen. 94. DOORPLAKKEN Achter prefab kasten, radiatoren e.d. het glasvliesbehang doorplakken. 95. VOCHTGEHALTE ONDERVLOER Het maximale vochtgehalte in de ondervloer dient in overleg met de fabrikant/leverancier van de aan te brengen vloerbedekking bepaald te worden, zo nodig treft de aannemer tijdig maatregelen om dit vochtgehalte geforceerd te bereiken, bijv. door het plaatsen van vochtabsorbers. 96. ONVLAKHEID ONDERGROND Voorafgaand aan het leggen van vloerbedekkingen, in het bijzonder bij elastische vloerbedekking, moet een inspectie van de ondervloeren worden uitgevoerd. Onvlakheden en losse delen welke zich in de vloerbedekking kunnen gaan aftekenen of hinderlijk zichtbaar kunnen worden, zullen moeten worden geëgaliseerd.

48.00.30

INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN 90. PROJECTBEGELEIDING Tijdig voor het aanbrengen van de vloerbedekking meldt de aannemer het project aan bij de leverancier van de lijm. De aannemer stelt de leverancier tijdens de uitvoering in de gelegenheid controle uit te voeren op de naleving van het lijmadvies, de besteksbepalingen en de verwerkingsvoorschriften.

48.31

BEHANGWERK, VOORBEHANDELING ONDERGROND

22.11.2012

48.31.10-a BEHANGWERK, VOORBEHANDELING ONDERGROND 0. BEHANGWERK, VOORBEHANDELING ONDERGROND Behandeling ondergrond: de wanden voor de aanvang van het glasvliesbehangwerk schoonmaken en eventuele gaten en oneffenheden van de wand uitvlakken en glad afwerken met een egaliseermiddel e.e.a. in overleg met de directie. Voordat met het glasvliesbehangen wordt begonnen moet de ondergrond droog, vlak en dicht zijn. Vlakheidseisen: oppervlaktebeoordeling overeenkomstig STABU Standaard, hfst. 40, bijlage A: binnen groep 2. .01 BINNENWAND Alle wanden welke met glasvliesbehang worden afgewerkt. 48.34

WANDBEKLEDINGEN

48.34.10-a GEPLAKT BEHANG, BAANVORMIGE WANDBEKLEDING 0. GEPLAKT BEHANG Wijze van aanbrengen naadafwerking: gelast. Aansluiting op de Tarkett plintafwerking: gelast. Volledig geplakt op de ondergrond. De nodige ondergrondcorrecties en voorbehandelingen aan de ondergrond treffen volgens voorschriften van de fabrikant/leverancier. 1. BAANVORMIGE WANDBEKLEDING Fabrikaat: Tarkett of Marmoleum. Stelpost € 35,-/m2 Type: Wetroom concept. Materiaal: - toplaag, vinyl. - rug: volgens opgave fabrikant/leverancier. Kleur: in meerdere kleuren volgens nadere keuze architect. Toebehoren: - lijm: volgens opgave fabrikant/leverancier. .01 BINNENWAND De Tarkett Wetroom concept wandbekleding in ruimten, zoals volgt uit de ruimteafwerkstaat.


150


22.11.2012

VLOERBEDEKKING, VOORBEHANDELING ONDERGROND

48.41.10-a VLOERBEDEKKING, VOORBEHANDELING ONDERGROND, EGALISEERMIDDEL 0. EGALISEREN ONDERGROND Ondergrond: dekvloer. Voorbehandeling ondergrond: reinigen, stofvrij maken en verder volgens opgave fabrikant/leverancier. Vlakheidseisen: volgens opgave fabrikant/leverancier van de aan te brengen vloerbedekking. 1. EGALISEERMIDDEL, CEMENTGEBONDEN Fabrikaat: Eurocol B.V. o.g Type: vloeregalisatiemortel aestemd op de ondergrond en de erop aan te brengen vloerafbedekking. Bindmiddel: cement. Toepasbaar zonder voorstrijkmiddel. .01 BINNENVLOER Het, waar nodig, egaliseren van cementgebonden dekvloeren waarop Tarkett vloerbedekking wordt aangebracht. 48.43

ELASTISCHE VLOERBEDEKKINGEN

48.43.10-a ELASTISCHE VLOERBEDEKKING, ELASTISCHE VLOERBEDEKKING 0. ELASTISCHE VLOERBEDEKKING Bevestigingswijze: geplakt. Naadverdeling: in overleg met de directie. Naadafwerking: gelast. Plint: holle plint met minimale straal van uit banen gesneden en aan achterzijde ingefraisde stroken, gelast aan de vloerbedekking, hoogte 300 mm resp. 1000 mm. Per rechthoekig vertrek mag bij banen vloerbedekking niet meer dan 1 passtrook zijn aangebracht. In ruimten met een lengte van minder dan 15 m zijn stuiknaden in banen linoleum niet toegestaan. Geplakte elastische vloerbedekking moet over het volle oppervlak aan de ondergrond zijn gehecht. 1. KUNSTSTOF VLOERBEDEKKING Fabrikaat: Tarkett of Marmoleum. Stelpost € 32,-/m2 Type: Homogeneous. Kleur: in meerdere kleuren volgens nadere keuze architect. Vorm: banen. Toebehoren: - plintprofiel: holle plint met minimale straal van uit banen gesneden en aan achterzijde ingefraisde stroken, gelast aan de vloerbedekking, hoogte 300 mm resp. 1000 mm, verstekhoeken gelast. - overgangsprofiel: van aluminium ter goedkeuring van de directie, t.p.v. overgangen naar andere vloerafwerkingen, indien geen dorpels aangebracht dienen te worden. - lijm: volgens voorschriften fabrikant/leverancier. 7. LEGPLAN Te verstrekken door de aannemer. Het moet de volgende gegevens bevatten: - naadverdeling. - plintdetails. - overgangsdetails naar andere vloerafwerking. - brandklasse- en rookgetal voor vluchtwegen en trappen e.d. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2. .01 BINNENVLOER De Tarket Homogeneous vloerbedekking in ruimten, zoals volgt uit de afwerkstaat. 48.43.10-b ELASTISCHE VLOERBEDEKKING, ELASTISCHE VLOERBEDEKKING 0. ELASTISCHE VLOERBEDEKKING Bevestigingswijze: geplakt. Naadverdeling: in overleg met de directie. Naadafwerking: gelast. Plint: holle plint met minimale straal van uit banen gesneden en aan achterzijde ingefraisde stroken, gelast aan de vloerbedekking, hoogte 300 mm resp. 1000 mm. Per rechthoekig vertrek mag bij banen vloerbedekking niet meer dan 1 passtrook zijn aangebracht. In ruimten met een lengte van minder dan 15 m zijn stuiknaden in banen linoleum niet toegestaan. Geplakte elastische vloerbedekking moet over het volle oppervlak aan de ondergrond zijn gehecht.


151


22.11.2012

1. KUNSTSTOF VLOERBEDEKKING Fabrikaat: Tarkett of Marmoleum. Type: Heterogeneous. Kleur: in meerdere kleuren volgens nadere keuze architect. Vorm: banen. Toebehoren: - plintprofiel: holle plint met minimale straal van uit banen gesneden en aan achterzijde ingefraisde stroken, gelast aan de vloerbedekking, hoogte 300 mm resp. 1000 mm, verstekhoeken gelast. - overgangsprofiel: van aluminium ter goedkeuring van de directie, t.p.v. overgangen naar andere vloerafwerkingen, indien geen dorpels aangebracht dienen te worden. - lijm: volgens voorschriften fabrikant/leverancier. 7. LEGPLAN Te verstrekken door de aannemer. Het moet de volgende gegevens bevatten: - naadverdeling. - plintdetails. - overgangsdetails naar andere vloerafwerking. - brandklasse- en rookgetal voor vluchtwegen en trappen e.d. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring (st.): 4. - goedgekeurde (st.): 2. .01 BINNENVLOER De Tarket Heterogeneous vloerbedekking in ruimten, zoals volgt uit de afwerkstaat. 48.44

ZACHTE VLOERBEDEKKINGEN

48.44.10-a ZACHTE VLOERBEDEKKING, ZACHTE VLOERBEDEKKING 0. ZACHTE VLOERBEDEKKING Bevestigingswijze: losliggend. De matten uit één stuk aanbrengen. 1. ENTREE VLOERMAT, GETUFT Fabrikaat: Forbo Flooring. Type: Coral Classic schoonloop. Uitvoering: mat rondom afgewerkt met stootrand. Materiaal: getuft. - gebruikslaag: 100% polyamide-BCF, pigmentgekleurd. - tuftdrager: non-woven polyester. - rug: 3 mm Everfort vinyl. Pool: gesneden. - hoogte (mm): 6 - 7. - poolinzetgewicht (gram/m2): 870-900. Kleur: volgens nadere opgave architect. Dikte (mm): 8,5 - 10. .01 VULLING VLOEROPENING, BINNEN De schoonloopmatten in de hoofdentree's en woningentree's.


152


50

DAKGOTEN EN HEMELWATERAFVOEREN

50.00

ALGEMEEN

50.00.20

EISEN EN UITVOERING: ALGEMEEN 90. LEIDINGSTELSEL Het leidingstelsel uitvoeren als een gescheiden systeem. 91. MAATVOERING de verticale maatvoering van de platte daken dient op de hemelwater-afvoerpunten te zijn gericht. 92. INPLAKKEN DAKAFVOEREN De bovenkant van de in te plakken dakafvoeren zodanig op hoogte stellen dat de instroom van hemelwater goed mogelijk is. 93. TIJDSTIP AANBRENGEN De hemelwaterafvoeren direct na het gereed komen van de dakbedekking aanbrengen, of noodvoorzieningen aanbrengen. 94. GELUIDSNIVEAU Inpandige hemelwaterafvoeren mogen geen hoger geluidsniveau veroorzaken dan het gestelde in NEN 1070+c03, met dien verstande dat het in NEN 5077+w05 bedoelde karakteristieke geluidsniveau veroorzaakt door installaties maximaal 30 dB(A) mag bedragen in alle verblijfsgebieden.

50.00.30

INFORMATIE-OVERDRACHT: ALGEMEEN 01. AANSLUITING OP OPENBAAR RIOOL De aansluiting van de hemelwaterafvoeren en de riolering op het openbaar riool wordt door derden verzorgd. Plaats van aansluiting in overleg met de directie en de gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht bepalen. De kosten voor de aansluiting zijn voor rekening van de opdrachtgever.

50.00.32

INFORMATIE-OVERDRACHT: REVISIEBESCHEIDEN 02. REVISIETEKENING DAKGOTEN/HEMELWATERAFVOEREN Door de aannemer te verstrekken revisietekening(en). Op de tekening(en) moet zijn aangegeven: - het leidingbeloop met diameters. - plaats en type van hulpstukken/appendages. - materiaalsoorten. - de maatvoering. Tekeningdrager: 1x op papier en 1x digitaal op DXF-formaat. Aantal te verstrekken exemplaren: - goedgekeurde: 1. Tijdstip van levering: bij de oplevering van het werk.

50.00.60

BOUWSTOFFEN: ALGEMEEN 90. ZINKEN ONDERDELEN Zinken onderdelen welke in aanraking komen met APP-dakbedekking dan wel afstromend water afkomstig van APP-dakbedekking, voorzien van een beschermende coating.

50.11

FUNCTIONELE OMSCHRIJVING, INSTALLATIE-ONDERDELEN

22.11.2012

50.11.10-a HEMELWATERAFVOER 0. HEMELWATERAFVOERINSTALLATIE Gescheiden systeem. Uitvoering: - overeenkomstig NEN 3215-07: Binnenriolering - Eisen en bepalingsmethoden. - overeenkomstig NTR 3216-08: Binnenriolering - Richtlijnen voor ontwerp en uitvoering. .01 HEMELWATERAFVOERINSTALLATIE De functionele eisen t.b.v. de aan te brengen hemelwaterafvoerinstallatie. 50.12


50.12.10-a TEKENINGEN 0. TEKENING DAKGOTEN/HEMELWATERAFVOEREN Door de aannemer te vervaardigen tekening(en) op de tekening(en) moet zijn aangegeven: - het leidingbeloop met diameters. - plaats en type van hulpstukken/appendages. - materiaalsoorten. - maatvoering. - de afmetingen van de spuwers. De aannemer draagt zorg voor het tijdig maken en indienen van de installatietekeningen Woonzorg Zone Nieuwveen

153


22.11.2012

ter verkrijging van goedkeuring directie en gemeentelijke dienst Bouw- en Woningtoezicht. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring: 4. - goedgekeurde: 2. .01 HEMELWATERAFVOERINSTALLATIE De installatietekeningen t.b.v. de aan te brengen hemelwaterafvoerinstallatie. 50.12.20-a INSTALLATIE-BEREKENING 0. INSTALLATIE-BEREKENING Door de aannemer te vervaardigen berekening: - van de aan te brengen hemelwaterafvoerinstallatie. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring: 4. - goedgekeurde: 2. .01 HEMELWATERAFVOERINSTALLATIE De installatieberekening t.b.v. de aan te brengen hemelwaterafvoerinstallatie. 50.12.20-b INSTALLATIE-BEREKENING 0. INSTALLATIE-BEREKENING Door de aannemer te vervaardigen berekening: - van de noodafvoeren. Uitgangspunten: - een maximale waterstand, volgens opgave constructeur. Aantal te verstrekken exemplaren: - ter goedkeuring: 4. - goedgekeurde: 2. .01 HEMELWATERAFVOERINSTALLATIE De installatieberekening t.b.v. de noodafvoeren. 50.41

METALEN BUISLEIDINGEN

50.41.10-a AANLEG METALEN BUISLEIDING, STALEN BUIS 0. AANLEG METALEN HEMELWATERAFVOERLEIDING Aanlegwijze: - voor montage van leidingen en hulpstukken deze ontdoen van verontreinigingen, scherpe kanten en bramen. - leidingbeloop: zoals volgt uit de tekeningen. Verbindingswijze: - mof-ringverbinding. Bevestigingswijze: - gebeugeld, beugelafstand maximaal 1,5 m. Aansluitingen: - aansluitpunten: lucht- en waterdicht uitvoeren. 1. VERZINKT STALEN BUIS (BRL 5214+w04) Fabrikaat: Loromeij of Dyka B.V. Type: Loro-x of verzinkt stalen ondereinden. Uitvoering: rond en naadloos. Nominale middellijn (mm): volgens berekening aannemer. Materiaaldikte: minimaal 1,5 mm. Hulpstukken: - rubberringen (NEN 7103+c81). - alle hulpstukken benodigd voor een complete en waterdichte uitvoering van de hemelwaterafvoerinstallatie. - t.p.v. de overgang verticale leiding naar horizontale leiding een verticaal schuifstuk en een sifon aanbrengen. Toebehoren: - beugels: van thermisch verzinkt staal met corrosievast stalen bevestigingsmiddelen. Verzinkt stalen buizen en hulpstukken leveren onder KOMO-productcertificaat. .01 HEMELWATERAFVOERINSTALLATIE De thermisch verzinkt stalen hemelwaterafvoeren (de onderste 2 m¹ van de zinkenhemelwaterafvoeren op openbaar gebied). aansluitingen: - aansluiten op de zinken hemelwaterafvoeren. - aansluiten op de buitenriolering als omschreven in hoofdstuk 14. 50.41.30-a AANLEG METALEN BUISLEIDING, ZINKEN BUIS 0. AANLEG METALEN HEMELWATERAFVOERLEIDING Aanlegwijze: - voor montage van leidingen en hulpstukken deze ontdoen van verontreinigingen, scherpe kanten en bramen. - leidingbeloop: zoals volgt uit de tekeningen. Verbindingswijze: - middels aan de buis gevormde vernauwing. Woonzorg Zone Nieuwveen

154


22.11.2012

Bevestigingswijze: - gebeugeld, beugelafstand maximaal 1,5 m. Aansluitingen: - aansluitpunten: lucht- en waterdicht uitvoeren. 1. ZINKEN BUIS (BRL 2044+w06) Fabrikaat: NedZink B.V. Materiaal: NTZ op basis van zuiver zink (99,995 %). Verbinding: optromping. Oppervlaktebehandeling: walsblank NedZink NTZ. Vorm: - standaardmodel buizen. - type: volgens berekening aannemer. Wanddikte (mm): 0,65. Hulpstukken: - t.p.v. de overgang verticale leiding naar horizontale leiding een verticaal schuifstuk aanbrengen. - alle hulpstukken benodigd voor een complete en waterdichte uitvoering van de hemelwaterafvoerinstallatie. Toebehoren: - thermisch verzinkt stalen beugels met corrosievast stalen bevestigingsmiddelen. Zinken buizen leveren onder KOMO-productcertificaat. .01 HEMELWATERAFVOERINSTALLATIE De zinken hemelwaterafvoeren. aansluitingen: - aansluiten op de zinken dakgoten. - aansluiten op de dakafvoeren. - aansluiten op de buitenriolering als omschreven in hoofdstuk 14. 50.50

APPENDAGES

50.50.10-a DAKAFVOER 0. DAKAFVOER Fabrikaat: Dyka B.V. Afmetingen (mm): 60x80 of 60x100. Materiaal: hardlood. Kwaliteit/zwaarte hardlood: - 2,50 mm, zwart, voor de plakplaat. - 3,00 mm, wit, voor de uitloop. Het lood verwerken volgens informatieblad Bouwlood 07-12. Uitvoering: kiezelbak met zij-uitloop, model U. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen in corrosievast stalen uitvoering. - stadsuitloop, waar nodig met verlengstuk stadsuitloop. - bladvangers van PE. .01 HEMELWATERAFVOERINSTALLATIE De dakafvoeren met stadsuitlopen t.b.v. de platte daken. 50.50.20-a BALKONDOOR-/AFVOER 0. BALKONDOOR-/AFVOER Fabrikaat: J. de Beer Type: Pluvetta balkondoor- en afvoeren. Afmetingen (mm): behorend bij type buisleiding. Aansluitingen: ingestort in de betonnen balkons en galerijen. Materiaal: hardlood. Kwaliteit/zwaarte: 2,50 mm, zwart. Rooster: - vorm: rond, geperforeerd. - materiaal: corrosievast staal. .01 HEMELWATERAFVOERINSTALLATIE De gecombineerde balkondoor- en afvoeren in de prefab betonnen balkons en galerijen. 50.50.40-a SPUWER 0. SPUWER Vorm: rechthoekig plakplaat. Afmetingen (mm): 50x100 met plakplaat 300x500. Materiaal: hardlood. Kwaliteit/zwaarte hardlood: - 2,50 mm, zwart, voor de plakplaat. - 3,00 mm, wit, voor de uitloop. Het lood verwerken volgens informatieblad Bouwlood 07-12. Toebehoren: - bevestigingsmiddelen: in corrosievast stalen uitvoering.


155


22.11.2012

.01 SPUWER De noodoverloop spuwers t.b.v. alle platte daken, zoals volgt uit de tekeningen en volgens nadere opgave directie.


156


54

BRANDBESTRIJDINGSINSTALLATIES

54.40

BRANDBLUSTOESTELLEN

22.11.2012

54.40.12-a BRANDSLANGHASPELKAST 0. BRANDSLANGHASPELKAST, OPBOUW Fabrikaat: ter goedkeuring directie. Type: brandslanghaspelkast. Opstellingswijze: wand. Afmetingen: afstemmen op toe te passen haspels. Materiaal: staal. Oppervlaktebehandeling: geverfd. Kleur (RAL): volgens nadere opgave architect. Plaats waterdoorvoer: onder. .01 BLUSWATERINSTALLATIE De brandslanghaspelkasten.


157


22.11.2012

BIJLAGEN


158


22.11.2012

GARANTIEVERKLARING

De ondergetekende ................................................................ gevestigd te ............................................................................ hierna te noemen: 'de garant', in deze rechtsgeldig vertegenwoordigd door ........................... verklaart te hebben kennis genomen van de besteksbepalingen van besteknummer ................................................................ d.d. ......................................................................................... van ........................................................................................ ten behoeve van het werk ...................................................... 7) in opdracht van ....................................................................... gevestigd te ...........................................................................

1) 2) 3) 4) 5) 6) 8) 9)

hierna te noemen: 'de opdrachtgever. De garant verklaart met betrekking tot het onderdeel ............. ................................................................................................ genoemd in besteksartikel ......................................................

10) 11)

tegenover de opdrachtgever: - dat de garant zich verbindt voor zijn rekening alle tijdens de garantieperiode optredende gebreken alsmede de daardoor veroorzaakte gevolgschade op eerste aanzeggen van de opdrachtgever of diens rechtsopvolger zo spoedig mogelijk te herstellen, tenzij de garant aantoont dat de gebreken niet voor zijn risico komen; - dat de garantieverklaring zal gelden van het gereedkomen van het onderdeel af tot aan de oplevering van het werk en in aansluiting daarop gedurende een periode van ......................................... (............) jaren. 12) Voor de beslechting van de hieronder bedoelde geschillen doen partijen uitdrukkelijk afstand van hun recht de tussenkomst van de gewone rechter in te roepen. Alle geschillen, welke ook - daaronder begrepen die, welke slechts door één der partijen als zodanig worden beschouwd - die naar aanleiding van deze garantie of van overeenkomsten, die daarvan een uitvloeisel mochten zijn, tussen opdrachtgever of diens rechtsopvolger en garant mochten ontstaan, worden beslecht door arbitrage overeenkomstig de regelen beschreven in de statuten van de Raad van Arbitrage voor de Bouwbedrijven in Nederland, zoals deze drie maanden voor de dag van aanbesteding luiden. Indien bij een in kracht van gewijsde gegaan rechterlijk vonnis een uitspraak van het scheidsgerecht geheel of gedeeltelijk nietig wordt verklaard, heeft ieder der partijen het recht het geschil, voor zover het dientengevolge onbeslist is gebleven, opnieuw te doen beslechten. De vordering is niet ontvankelijk indien zij bij de hierboven genoemde Raad wordt aanhangig gemaakt later dan drie maanden na het in kracht van gewijsde gaan van de rechterlijke uitspraak. Degene die als scheidsman of secretaris aan de nietig verklaarde beslissing heeft medegewerkt zal aan de nieuwe behandeling niet mogen medewerken.

Plaats ......................................................................................

13)

Datum .....................................................................................

14)

Handtekening .........................................................................

15)


159


22.11.2012

BANKGARANTIE

De ondergetekende ................................................................ gevestigd te ............................................................................ hierna te noemen: 'de garant', stelt zich hierbij, onder afstanddoening van alle verweermiddelen, in het bijzonder die bij de wet toegekend aan borgen, tegenover ............................................................................... gevestigd te ............................................................................ hierna te noemen: 'de opdrachtgever, tot garant voor de richtige nakoming door ........................................................................................ gevestigd te ............................................................................ hierna te noemen: 'de aannemer',

1) 2)

3) 4)

5) 6)

van diens verplichtingen, voortvloeiend uit bestek/overeenkomst nummer ................................................................................................ 7) betreffende het navolgende door de opdrachtgever opgedragen en door de aannemer aangenomen werk, te weten het ........................................... ................................................................................................ 8) zulks tot een bedrag van € ...................................................... zegge ......................................................................................

9)

Op grond van deze bankgarantie verbindt de garant zich op eerste schriftelijk verzoek van de opdrachtgever, onder mededeling dat de aannemer in gebreke is gebleven met de richtige nakoming van de in voormeld bestek / voornoemde overeenkomst omschreven verplichtingen, ten hoogste bovengenoemd bedrag aan de opdrachtgever te voldoen, - indien de garant van de opdrachtgever een afschrift heeft ontvangen van een door de opdrachtgever aan de aannemer gerichte aangetekende brief, waarin de opdrachtgever de aannemer kennis geeft van zijn voornemen de bankgarantie in te roepen en waarvan de verzenddatum ten minste tien werkdagen is verstreken en - door de aannemer voorafgaand aan het verstrijken van de hiervoor genoemde termijn van tien werkdagen geen bewijs, bijvoorbeeld in de vorm van een ontvangstbevestiging van de Raad van Arbitrage voor de Bouwbedrijven in Nederland, aan de garant is overgelegd dat door hem een spoedgeschil bij de Raad van Arbitrage aanhangig is gemaakt. Indien de aannemer voorafgaand aan het verstrijken van de meergenoemde termijn een bewijs aan de garant heeft overgelegd dat hij een spoedgeschil als eerder bedoeld aanhangig heeft gemaakt, is de opdrachtgever slechts gerechtigd de bankgarantie in te roepen nadat de Raad van Arbitrage in eerste aanleg dienovereenkomstig heeft beslist. Deze zekerheidstelling blijft overeenkomstig het bepaalde in paragraaf 43a van de U.A.V. 1989 van kracht totdat de aannemer aan zijn verplichtingen voortvloeiend uit voormeld bestek / voormelde overeenkomst heeft voldaan. Indien de opdrachtgever nalaat de ten behoeve van deze zekerheidstelling overgelegde bescheiden aan de aannemer te retourneren, is de aannemer gerechtigd de garant schriftelijk te verzoeken deze zekerheidstelling te beëindigen. De garant is gerechtigd deze zekerheidstelling te beëindigen indien de aannemer een afschrift van dit verzoek per aangetekende brief heeft gezonden aan de opdrachtgever en laatstgenoemde niet binnen een maand na dagtekening van de aangetekende brief aan de garant schriftelijk heeft medegedeeld daarmede in te stemmen.


160


22.11.2012

Plaats ......................................................................................

10)

Datum .....................................................................................

11)

Garant .....................................................................................

12)

Handtekening .........................................................................

13)


161


22.11.2012

BIJLAGE MODEL PROCES-VERBAAL VAN OPLEVERING Heden werd ten overstaan van ondergetekenden: ................................................................................................. als opdrachtgever, gevestigd te .............................................. .................................................................................................

1)

................................................................................................. als directie, gevestigd te .......................................................... .................................................................................................

3)

................................................................................................. als aannemer, gevestigd te ...................................................... .................................................................................................

5)

2)

4)

6)

opgeleverd: ................................................................................................. ................................................................................................. volgens de overeenkomst d.d. ................................................

7) 8)

en de aanvullende overeenkomsten. Conform het gestelde in de U.A.V. 1989 zal het in de bijlage genoemde herstel van kleine gebreken nog worden verricht en/of de in de bijlage genoemde bescheiden nog worden verstrekt vóór ........................................................................... 9) Partijen verklaren hiermede dat het werk/onderdeel van het werk 10) als opgeleverd wordt beschouwd. Aldus vastgesteld te ................................................................ d.d. ..........................................................................................

11) 12)

De opdrachtgever, ................................................................................................

13)

De directie, ................................................................................................

13)

De aannemer, ................................................................................................

13)

Toelichting: In de in het proces-verbaal genoemde bijlage worden vermeld - voor zover van toepassing - het herstel van de kleine gebreken zoals genoemd in par. 9 lid 7 van de U.A.V., de eventueel nog te ontvangen garanties (volgens de aanbevolen bepalingen met betrekking tot garanties voor een onderdeel dienen deze echter vóór dat met de uitvoering van die onderdelen wordt begonnen te worden verstrekt!), de te verstrekken revisietekeningen, bedieningsvoorschriften, onderhoudsvoorschriften, betalingsoverzichten en afrekeningen, reserve materialen en eventuele extra opdrachten aan de aannemer.


162

BESTEK. Datum: 22 november 2012

Recommend Documents