Beste lezer, Wij willen u graag informeren over de werking van TeleOnthaal Limburg tijdens het afgelopen jaar. In het eerste deel vindt u een algemene uitleg over onze hulpverlening, in het tweede deel geven de cijfers een concreter beeld van de oproepen in 2013. In dit boekje bieden we u een samenvatting van ons hulpaanbod, de inzet van de vrijwilligers, de organisatie
en
de gegevens over de oproepen. Tevens kan u enige uitleg lezen over het nieuwe project Zelfmoordlijn 1813 waaraan Tele-Onthaal meewerkt. Wij geven u graag meer informatie via het secretariaat tel. 011 22 77 67 en via mail
[email protected] Of neem een kijkje op onze website: www.tele-onthaal.be Veel dank voor uw belangstelling. Patricia Hemelaer Directeur Tele-Onthaal Limburg Maart 2014
-1-
Inhoudsopgave Inleiding: project Zelfmoordlijn 1813
3
1.
Wat doen we ?
5
1.1
Laagdrempelig
6
1.2
Een hulpverlenend gesprek
7
1.3
Werkingsprincipes
8
1.4
Tele-Onthaal Limburg
9
1.5
Organisatie
10
2.
Cijfers
11
2.1
Aantal oproepen
11
2.2
Verhouding mannen en vrouwen
13
2.3
Leeftijd
14
2.4
Leefsituatie
15
2.5
Gespreksonderwerpen
17
2.6
Professionele begeleiding
19
2.7
Crisisopvang
20
2.8
Wijze van gespreksvoering
21
2.9
Oproepmomenten
23
2.10 Verwijzingen
24
3.
Dank
26
4.
Contactgegevens
27
5.
Giften
29
-2-
Inleiding: project Zelfmoordlijn 1813 Na een lange voorbereidingsperiode werd 13 november 2013 eindelijk de effectieve startdatum van het nieuwe project ter preventie van zelfdoding. Helaas had de pers de boodschap van het nieuwe project niet zo goed begrepen en werden er nogal wat verwarrende berichten door de media verspreid. Tele-Onthaal blijft echter haar bestaande hulpaanbod behouden maar breidt haar diensten uit met een bijdrage aan de zelfmoordlijn1813. Er moesten hindernissen overwonnen worden vooraleer de overheid samen met Tele-Onthaal en het Centrum ter Preventie
van
Zelfdoding
tot
een
concreet
samenwerkingsmodel konden besluiten. Twee organisaties met een eigen geschiedenis, organisatiemodel en visie op hun rol in de hulpverlening, laten samenwerken in een project, is geen sinecure gebleken. De overheid koos echter voor deze formule zodat 2 organisaties hun werking kunnen versterken met elkaars expertise. De bundeling van de krachten van Tele-Onthaal en het CPZ moet
leiden
tot
een
betere
bereikbaarheid
van
de
laagdrempelige hulp (telefonisch en online). De uitbreiding van
de
permanentie-uren
heeft
als
doel
om
één
toegangspoort naar hulp te creëren voor iedereen in Vlaanderen. 1813 is een telefoonnummer waar dag en -3-
nacht een vrijwilliger bereikbaar is voor een gesprek, online kan
dagelijks
enkel
gechat
worden
via
www.zelfmoordlijn1813.be. “Praten is de eerste stap” is nog steeds de visie van Tele-Onthaal en deze slogan is zeker van toepassing als het over zelfdodingpreventie gaat. Het Centrum voor Zelfmoordpreventie is verantwoordelijk voor 75% van de bereikbaarheid (telefoon en online). De 5 Tele-Onthaaldiensten samen zorgen voor 25% van de permanentie-uren. uur/week
de
Tele-Onthaal
telefonische
Limburg
bereikbaarheid
neemt
6
van
de
Zelfmoordlijn 1813 voor haar rekening. Via een beurtrol zetten 12 vrijwilligers zich hiervoor in. Momenteel kunnen we nog geen bijdrage leveren aan de online permanenties.
-4-
1.
Wat doen we ?
Anoniem
Permanent
Telefonisch
Vrijwilligers
Online
“Ergens mee blijven zitten helpt je geen stap vooruit. Bij Tele-Onthaal kan je terecht voor een gesprek. Dag en nacht, anoniem. Bel 106 of ga naar www.tele-onthaal.be. Praten is de eerste stap.” Deze zinnen geven de essentie weer van waar Tele-Onthaal voor staat. Wij kunnen echter geen kant-en-klare oplossingen bieden. Wel een gesprek van mens-tot-mens. Altijd iemand aan de andere kant van de lijn.
-5-
We mikken op het ondersteunen van welzijn en het bevorderen van de zelfredzaamheid van de oproepers. In de praktijk betekent dat dikwijls: aandacht geven, tot rust laten komen, inspiratie of energie helpen zoeken,… Onze vrijwilligers
worden
hiertoe
opgeleid
en
voortdurend
bijgeschoold.
1.1
Laagdrempelig
voor iedereen
met alle problemen
op het moment dat de oproeper het nodig heeft
telefonisch en online bereikbaar
1ste lijnhulpverlening
accent op menselijke nabijheid
Ons hulpaanbod is afgestemd op de behoeften en vragen van de oproepers. De meeste gesprekken zijn erop gericht om mensen hun verhaal te laten brengen.
Dat lucht op en is dikwijls al
voldoende om de oproeper te helpen.
-6-
Oproepers kunnen ook via de website online een gesprek voeren
met
één
van
de
speciaal
daartoe
opgeleide
vrijwilligers. Samen met de andere Tele-Onthaaldiensten staan we elke avond en woensdagnamiddag ter beschikking van onze oproepers (36u per week waarvan 9u per week voor
Limburg).
We
merken
dat
we
via
onze
gesprekskamers een breder publiek bereiken, vooral ook jongeren.
1.2
Een hulpverlenend gesprek
laten ventileren van emoties
opvang en ondersteuning bieden
inzichten /perspectieven zoeken
stimuleren tot actie
preventie van zelfdoding
info / verwijzing
We bieden via de telefoon opvang en ondersteuning aan mensen die het om één of andere reden moeilijk hebben. Wij gaan ervan uit dat dat iedereen kan zijn: moeilijkheden horen nu eenmaal bij het leven.
-7-
1.3
Werkingsprincipes
vrijwilligers
blijven
anoniem,
zelfs
in
hun
eigen
omgeving
Tele-Onthaal neemt geen initiatief tot contact, cliënt belt Tele-Onthaal
Tele-Onthaal neemt geen contact op met derden met uitzondering van de dienst 100 en met hulpverleners (mits toestemming en informatie van de cliënt)
geen procesmatige hulpverlening
geen meldingsplicht met uitzondering bij acuut gevaar voor derden en bij minderjarigen/kwetsbare personen
Mensen kunnen bij ons terecht voor een persoonlijk gesprek, in alle anonimiteit. Deskundige vrijwilligers bieden een luisterend oor. Doorverwijzen en informatie geven gebeurt wanneer nodig. Omgekeerd worden ook oproepers door anderen regelmatig naar ons doorverwezen.
-8-
1.4
Tele-Onthaal Limburg 8 beroepskrachten : 1 directeur, 4 stafleden en 3 administratieve medewerkers (totaal : 5,2 FTE)
68 vrijwilligers voor telefoon waarvan 20 vrijwilligers zich ook inzetten voor de onlinehulp en 12 vrijwilligers voor de Zelfmoordlijn 1813
1 vrijwilliger aan de telefoon (24u op 24u)
2 vrijwilligers tegelijk online (9 u per week)
1 vrijwilliger aan de telefoon van Zelfmoordlijn 1813 (6 uur per week)
De vrijwilligers vormen de kern van onze dienst. Het zijn zij die de oproepen beantwoorden en zich engageren om een wekelijkse permanentie op zich te nemen, zodat wij onze bereikbaarheid voor de oproepers kunnen garanderen. De TO-vrijwilligers worden deskundig gevormd en op een professionele manier in hun werk begeleid. Ze volgen eerst een opleidingtraject, en nadien engageren ze zich voor permanente bijscholing. Ervaren vrijwilligers kunnen ervoor kiezen om zich ook in te zetten voor de onlinehulp en/of de Zelfmoordlijn 1813. Hiervoor krijgen ze nog een bijkomende opleiding.
-9-
De
personeelsleden
zorgen
voor
de
professionele
omkadering. De stafleden zijn in het bezit van een diploma met een menswetenschappelijke oriëntatie (psychologen of maatschappelijk werkers). Het secretariaat zorgt verder voor
de
praktische
ondersteuning
van
de
dagelijkse
werking.
1.5
Organisatie
VZW
erkend als Centrum Algemeen Welzijnswerk
subsidies via ministerie van de Vlaamse Gemeenschap
1 dienst per provincie in Vlaanderen
5 diensten werken samen in Federatie voor TeleOnthaaldiensten
Samen met de 4 andere Tele-Onthaaldiensten maakt TeleOnthaal Limburg deel uit van de Federatie van TeleOnthaaldiensten in Vlaanderen. De Federatie behartigt de gemeenschappelijke belangen van alle Tele-Onthaaldiensten en verzorgt de contacten met de nationale pers. Tele-Onthaal wordt erkend en gesubsidieerd door het Vlaams Ministerie van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin.
- 10 -
2.
Cijfers
2.1
Aantal oproepen
In 2013 ontving Tele-Onthaal Limburg 11.559 oproepen (10.612 telefonisch en 947 online). Er was een daling van de
telefonische
oproepen
en
een
stijging
van
de
onlineoproepen in vergelijking met 2012. In 2012 waren we minder uren online bereikbaar dan in 2013. Van het aantal telefonische contacten waren er 7114 gesprekken. Het aantal telefonische gesprekken daalde met 344 t.o.v. 2012 terwijl het totaal aantal oproepen daalde met 1109. Het betrof 42,2% nieuwe oproepers, het aantal heroproepen was 30,6%, het aantal veelbellers was 27,2%. De totale gespreksduur aan de telefoon bedroeg 2293,6 u (137.620 minuten). De gemiddelde duur van een gesprek was 19,3 minuten. Van de 947 online oproepen resulteerden er 813
in een
gesprek waarvan 93,4% werd geregistreerd als nieuwe oproepers. Het aantal heroproepen bedroeg 6,2% en het aantal veelliners 0,5%. De totale gespreksduur van de onlinehulp bedroeg 628,16 u (37.690 minuten). De gemiddelde duur van een gesprek was 46,3 minuten.
- 11 -
Van
13
november
beantwoordde
2013
Tele-Onthaal
tot
31
Limburg
december 77
2013
telefonische
oproepen van de Zelfmoordlijn 1813. In dit jaarverslag nemen we hierover geen gedetailleerde gegevens op. Telefoon
Online
- 12 -
2007 : 1 pc, 1 avond per week (vanaf oktober) 2008 : 2 pc’s, 1 avond per week 2009 : 2 pc’s, 2 avonden per week (5,5u) 2010 : 2 pc’s, 2 avonden per week (6u) 2012 : 2 pc’s, 3 avonden per week (9u)
2.2
Verhouding mannen en vrouwen
In 2013 belden er 40,9% mannen en 59% vrouwen. Van 0,1% van de bellers was het geslacht onbekend. Het aantal mannelijke bellers steeg met 5,4% t.o.v. 2012. Bij de onlinecontacten waren 24,7% mannen, 71,1% vrouwen en van 4,2% was het geslacht onbekend. Het aantal mannelijke chatters steeg met 0,4% t.o.v. 2012. Telefoon
Online
- 13 -
2.3
Leeftijd (vermoedelijk)
De leeftijdsgroep van 50 tot 59 jaar was het meest vertegenwoordigd bij de telefonische oproepen (29,9%). Daarna volgden de leeftijdsgroep 60 tot 99 jaar (19,1%), 25 tot 39 jaar (15,9%), 40 tot 49 jaar (15,8%), 18 tot 24 jaar (2,9%), 70 tot 79 jaar (2,3%) en 12 tot 17 jaar (2,3%). Bij 11% van de bellers was de leeftijd onbekend. Het aandeel oproepen van jongeren en jongvolwassenen bleef gelijk t.o.v. vorig jaar. Het aandeel van de groep 50ers steeg met 2% (er waren wel minder oproepen van ouderen
boven
de
70
jaar).
Het
aandeel
van
de
leeftijdsgroep 25 tot 39 jaar steeg met 3% en dat van de leeftijdsgroep 40 tot 49 jaar zakte met 3% ten opzichte van 2012. Bij de onlinecontacten was de leeftijdsgroep 18 tot 24 jaar het meest vertegenwoordigd (25,3%). De leeftijdsgroepen 12 tot 17 jaar ( 25,2%) en 25 tot 39 jaar (25,1%) waren bijna
evenveel
aanwezig
in
de
chatcontacten.
De
leeftijdsgroep van 40 tot 49 jaar was slechts met 6,6% vertegenwoordigd en de leeftijdsgroep ouder dan 50 jaar maakte
met
4,4%
deel
uit
van
het
totaal
aantal
chatgesprekken. Bij 13,2% van de oproepers was de leeftijd onbekend.
- 14 -
Het aandeel van de leeftijdsgroep 18 tot 39 jaar daalde ten opzichte van 2012 ten voordele van de leeftijdsgroep 12 tot 17 jaar. Dit betekent dat er meer jongeren de weg vinden naar de onlinehulp van Tele-Onthaal.
2.4
Leefsituatie
De groep alleenwonenden (52,6%) en samenwonend met partner (15,6%) waren het meest vertegenwoordigd bij de telefonische samenwonend kinderen
oproepen. met
zonder
Daarna
volgden
de
groepen
gezin
(6,4%),
samenwonend
met
partner
(5,9%),
samenwonend
met
(groot)ouders (3,5%), verblijf in psychiatrische instelling (3,1%), verblijf in andere instellingen (0,8%), beschut of begeleid wonen (0,6%), samenwonend met niet-gezinslid (-leden) (0,5%) en ouder(s) inwonend bij kind (0,1%). Er - 15 -
waren ook oproepers die een andere leefsituatie hadden dan de vorige vermelde categorieën (1,7%). Van 9% van de oproepers was de leefsituatie onbekend. De groep alleenwonenden en de oproepers die verbleven in een psychiatrische instelling hadden een groter aandeel dan in 2012.
Bij de onlinecontacten woonden de cliënten samen met (groot)ouders
(35,4%),
waren
alleenwonend
(17,3%),
woonden samen met hun gezin (11,7%), met hun partner (8,9%), waren samenwonend met kinderen zonder partner (3%), samenwonend met een niet- gezinslid (0,6%) en in een beschutte of begeleide woonvorm (0,1%). Sommige oproepers verbleven in een psychiatrische instelling (1%) - 16 -
of in een andere instelling (0,2%). Er waren ook oproepers die een andere leefsituatie hadden dan de vorige vermelde categorieën (1,2%). Van 20,5% van de cliënten was de leefsituatie onbekend. De groep alleenwonenden daalde met 3%, de groep oproepers die samenwonen met (groot-)ouders steeg met bijna 6%.
2.5
Gespreksonderwerpen
In 2013 handelden de meeste telefonische oproepen over partnerrelaties
(20,4%)
en
gezin/familie
(14,6%).
Gezondheid (15%), de relatie met de omgeving (10,2%) en eenzaamheid (9,2%) waren ook belangrijke thema’s die aan bod kwamen. Gezondheid, verslaving, seksueel geweld en psychische problemen kwamen vaker aan bod in 2013 dan in 2012. Ook huisvesting, materiële en juridische problemen werden vaker vermeld. Eenzaamheid en relatie met de omgeving waren thema’s die in 2013 iets minder aan bod kwamen dan in 2012. Ook levensbeschouwelijke vragen en verliesverwerking werden minder ter sprake gebracht dan in 2012. Bij de chathulp handelden de meeste gesprekken over gezondheid (vooral geestelijke gezondheid o.a. depressie en
zelfverwonding)
gezin/familie
(12%)
(19%), en
partnerrelatie
zelfdoding - 17 -
(16,6%),
(10,9%).
Voor
gezondheid en zelfdoding was er een stijging ten opzichte van 2012, voor de 2 andere thema’s een daling. Het aandeel van het thema eenzaamheid in de gesprekken bleef
gelijk
t.o.v.
2012
(8,4%).
De
thema’s
slachtofferbeleving (8,4%) en verliesverwerking (3,3%) daalden lichtjes. De relatie met de omgeving (7,9%) kwam minder vaak aan bod terwijl seksualiteit (4,5%) meer vermeld werd dan in 2012. Online spraken oproepers ook meer over financiële problemen dan in 2012. Enerzijds vinden we gelijkenissen met de telefonische hulp bv partnerrelatie en gezin/familie, anderzijds blijkt dat de taboe-onderwerpen meer online dan telefonisch besproken worden. Bijvoorbeeld: zelfdoding en slachtofferbeleving (pesten, geweld).
- 18 -
Telefoon (%)
Online (%)
Partnerrelatie
20,4
16,6
Gezin en familie
14,6
12
Relatie omgeving
10,2
7,9
Seksualiteit
1,7
4,5
Eenzaamheid
9,2
8,4
Levensbeschouwing
1,9
2,1
Zelfdoding
3,8
10,9
Verliesverwerking
1,8
3,3
15
19
Afhankelijkheid
3,6
2
Slachtofferbeleving
4,1
8,4
Specifieke thema’s
8,3
2,7
Varia
5,3
2,4
Gezondheid
2.6
Professionele begeleiding
Bij 31,4% van de bellers was het ons onbekend of ze professionele
begeleiding
hadden,
43%
zocht
reeds
professionele hulp, 25,6% kende de mogelijkheden voor hulpverlening nog niet of maakte er geen gebruik van. Ten opzichte van 2012 namen 2% minder bellers contact op met professionele hulp. Bij 26,9% van de onliners was het ons onbekend of ze professionele begeleiding hadden, 31,9% zocht reeds professionele hulp, 41,2% van de oproepers kende de mogelijkheden voor hulpverlening nog niet of maakte er geen gebruik van. Ten opzichte van 2012 - 19 -
had 3% minder chatters contact (gehad) met professionele hulp.
2.7
Crisisopvang
De hulpverlening wordt bij 18,4% van de telefoonoproepen door de vrijwilligers omschreven als crisisopvang. Dit cijfer bleef gelijk ten opzichte van 2012. Bij online was dit 28,2%. Dit was 2% minder dan in 2012. Telefoon
- 20 -
Online
2.8
Wijze van gespreksvoering
Telefoon Aan de telefoon hadden de meeste oproepers behoefte aan het vertellen van hun verhaal en het luchten van emoties (48,6%). 31,9% van de contacten waren ondersteunende gesprekken. Bij 11% van de gesprekken ging het om het het verkennen van de situatie en het zoeken van inzichten en/of perspectieven, bij 5,6% van de gesprekken ging het hoofdzakelijk om het geven van informatie. Bij 2,1% kon de vrijwilliger ook stimuleren tot actie.
- 21 -
Online Bij 43,1% van de gesprekken had de oproeper vooral nood aan het uiten van emoties en vertellen van het verhaal. 32,3%
van
de
contacten
waren
ondersteunende
gesprekken. In 18,1% van de gesprekken ging over het verkennen
van
de
situatie
en
het
zoeken
naar
inzichten/perspectieven, bij 3,8% van de gesprekken ging het hoofdzakelijk om het geven van informatie. Bij 1,9% kon de vrijwilliger ook stimuleren tot actie.
- 22 -
2.9
Oproepmomenten
De nood aan een steunend gesprek bestaat vooral buiten de kantooruren. Maar liefst twee derde van onze telefonische oproepen krijgen we tussen 18 u ’s avonds en 9 uur ‘s morgens. Dan valt de alledaagse routine van school of werk weg en komen problemen terug naar de voorgrond of wordt het alleen-zijn duidelijker. ’s Nachts durf je niet zomaar vrienden of familie op te bellen, hulpverleners zijn niet bereikbaar. Er zijn dan ook diensten die het hulpaanbod van Tele-Onthaal vermelden op hun antwoordapparaat om, indien gewenst, dringende nood te kunnen opvangen.
Online houden wij uitsluitend permanentie buiten de kantooruren.
- 23 -
2.10 Verwijzingen Na 27,1% van de telefoongesprekken was een verdere verwijzing aangewezen, bij de onlinehulp was dit 39,4%. Voor bijna de helft wordt verwezen naar de psychosociale sector, zowel telefonisch als online. Bij de telefonische oproepen was in 2013 een verwijzing naar het algemeen onthaal van een CAW, naar medische gezondheidszorg en naar de justitiële sector het meest aangewezen. Bij de onlinehulp was dat het Jongeren Adviescentrum
van
een
CAW,
de
medische
gezondheidszorg en de geestelijke gezondheidszorg. Wij hebben speciale aandacht voor de bestaande sociale hulpbronnen en een gedeelte van de oproepers krijgt reeds professionele begeleiding. Hier speelt Tele-Onthaal duidelijk een aanvullende rol in de nazorg voor mensen met meer chronische problemen. Tele-Onthaal heeft geen zicht op het aantal doorverwezen oproepers dat zich ook effectief gaat aanmelden bij de hulpdiensten. Voor sommige oproepers is het voldoende om te weten dat er hulpmogelijkheden zijn, zonder er daadwerkelijk beroep op te doen.
- 24 -
Telefoon
Online
(%)
(%)
Geen verwijzing/info
72,9
60,6
Eigen sociaal netwerk
3,9
5,7
Huidige begeleiding
4,2
8,2
Gezondheidszorg
4,3
4,2
Welzijn
3,9
9,5
Geestelijke gezondheidszorg
1,9
3,3
Levensbeschouwelijke hulpverlening
0,1
0,1
Justitiële sector
2,5
0,7
Zelfhulpgroepen
0,8
0,9
Specifiek aanbod jeugd
0,6
1,7
Sociaal-culturele sector
0,3
0,1
Werk
0,1
0,1
Ombudsdienst
0,2
0,0
Andere
4,4
4,8
- 25 -
3.
Dank
We bedanken de instellingen en personen die onze werking steunen. Hun financiële bijdrage of hun medewerking ervaren wij als een teken van erkenning en waardering voor de belangeloze inzet van de vrijwilligers.
het Vlaams Ministerie van de Welzijn, Volksgezondheid en Gezin
het Fonds Sociale Maribel voor Gezondheidsinrichtingen en –diensten
het Provinciebestuur van Limburg
de gemeentebesturen van Hasselt en Genk
Radio 2
Het Belang van Limburg
TVL
De Zondag
De Weekkrant
Kiwanis Hasselt De Langeman
Christelijke Mutualiteiten
Celanese
Iedereen die ons steunde of hun sympathie betuigde.
- 26 -
4.
Contactgegevens
Algemene Vergadering en de Raad van Bestuur
Bertels Leo, voorzitter
Bongaers Gerard, penningmeester
Brebels Alda, bestuurder
Erna Anna
Ghysen Henri, bestuurder
Greven Willy, bestuurder
Hendrickx Mia
Koch Angela, bestuurder
Mebis Roland, bestuurder
Snyers Jean-Luc, bestuurder
Thoné Lucien, bestuurder
Vanderhallen Claire
Vossen Anny
- 27 -
Personeel:
Patricia Hemelaer, directeur
Ingrid Goorts, vormingsverantwoordelijke
Ilse Reynders, vormingsverantwoordelijke
Inge Wouters, vormingsverantwoordelijke
Astrid Hendrickx, vormingsverantwoordelijke
Christel Diepvens, secretaresse
Elke Leenders, secretaresse
Mieke Anthoni secretaresse
Administratief adres: Toekomststraat 33, 3500 Hasselt E-mail:
[email protected] Telefoon: 011 22 77 67 Website: www.tele-onthaal.be
- 28 -
5.
Giften
Om onze algemene werking te verzekeren kunnen wij rekenen op subsidies van de Vlaamse Overheid.
Om
specifieke projecten te kunnen realiseren zijn wij echter vaak afhankelijk van andere financiële steun. Giften ten voordele van onze vzw zijn dan ook welkom op het rekeningnummer BE78 8802 9901 6186 (IBAN) en HBKABE22 (BIC) van Tele-Onthaal Limburg VZW. Giften vanaf 40 euro zijn fiscaal aftrekbaar.
- 29 -