Beroepscompetentieprofiel (BCP) van het beroep Schoonmaker
gebaseerd op het ‘format Beroepscompetentieprofiel Colo’
Savantis Vakcentrum Afbouw en Onderhoud, Presentatie en Communicatie Kenniscentrum Beroepsonderwijs Bedrijfsleven te Waddinxveen
Beroepscompetentieprofiel van de Schoonmaker
Algemene informatie
Datum: 1 juli 2007
Versie: 1
Savantis Limaweg 25 2743 CB Waddinxveen
Onder regie van het kenniscentrum
Ontwikkeld door:
Sectie: Ontwikkeling Kwalificatiestructuur Beroepsopleidingen
Brondocument(en):
-
Onderzoek MBO opleiding voor de schoonmaaksector d.d. april 2005 (OOE2005.0361/N) Werken in de Schoonmaak- en Glazenwassersbranche – Research voor Beleid, maart 2007 Functiehandboek behorend bij CAO voor het Schoonmaak- en glazenwassersbedrijf 1-1-2005 t/m 31-12-2007 Marktoverzicht schoonmaakdiensten 2006: Service Management, vol. 27, nr. 3, 2007, blz 26-32.
Legitimering BCP: - op formatvereisten
-
Door Savantis d.d. juni 2007
- op de inhoud
-
Door de Begeleidingscommissie Kwalificatiestructuur Schoonmaak d.d. 14 juni 2007
Mogelijke functiebenamingen zijn: • Medewerker algemeen schoonmaakonderhoud • Allround medewerker algemeen schoonmaakonderhoud • Medewerker alg. schoonmaakonderhoud (sleutelpand) • Allround medewerker algemeen schoonmaakonderhoud (sleutelpand) • Medewerker periodiek schoonmaakonderhoud treinen • Medewerker schoonmaakonderhoud autobussen • Medewerker dagelijks schoonmaakonderhoud vliegtuigen • Medewerker dagelijks schoonmaakonderhoud perrons/stations • Medewerker dagelijks en periodiek schoonmaakonderhoud perrons/stations • Medewerker keerpuntreiniging treinen • Medewerker modulaire - en keerpuntreiniging treinen • Medewerker schoonmaakonderhoud kantine • Meewerkend voorman/-vrouw Overal waar hij staat, kan ook zij gelezen worden.
BCP Schoonmaker
2
Savantis
Beroepsbeschrijving van de Schoonmaker Beroepscontext / werkzaamheden
In de facilitaire dienstverlening is de schoonmaker werkzaam in de Schoonmaak- en Glazenwassersbranche. Hij werkt bij schoonmaakbedrijven die zich richten op het schoonmaken van interieur in verschillende omgevingen, bijvoorbeeld in kantoren, scholen, hotels, recreatiebungalows, in de gezondheidszorg en bij particulieren, of bij bedrijven die zich richten op het reinigen van vervoermiddelen. Hij werkt op wisselende locaties zowel individueel als in teamverband. De Schoonmaker werkt als uitvoerend medewerker of als meewerkend voorman. Hij reinigt interieur, sanitair en/of vloeren door middel van handmatige en/of machinale reiniging met behulp van de traditionele of microvezelmethode. Hierbij heeft hij kennis en maakt hij gebruik van de bij de betreffende methode gebruikelijke schoonmaakmiddelen en –gereedschappen, zoals een stofwisser, mop en (microvezel) werkdoeken. Hij werkt op basis van een schoonmaakprogramma. Hij kan tijdens het werk contact hebben met de opdrachtgever en anderen, en weet hoe hij moet reageren op vragen of opmerkingen van de betreffende persoon.
De schoonmaker heeft een uitvoerende en mogelijk beperkt leidinggevende Rol en verantwoordelijkheden rol. In opdracht van en in overleg met zijn leidinggevende voert de schoonmaker op basis van het schoonmaakprogramma zelfstandig zijn takenpakket uit volgens de werkinstructies die hij daarvoor heeft gekregen. Als schoonmaker in een sleutelpand is hij verantwoordelijk voor het beheer van de toegangssleutels. Hij opent het object en sluit het object na werktijd af en neemt de gestelde regels t.a.v. beveiliging en eventuele aan- en afmeldprocedures in acht. Hij overlegt met de opdrachtgever over (kleine) wijzigingen in het schoonmaakprogramma en lost eventuele klachten op. Als (meewerkend) voorman stuurt hij daarnaast operationele werkzaamheden aan van een team tot 15 medewerkers. Voor de schoonmaker in een sleutelpand en de (meewerkend) voorman is de direct leidinggevende telefonisch beschikbaar voor overleg. De schoonmaker komt regelmatig in contact met andere personen in de te reinigen omgeving: de opdrachtgever, de gebruikers (dat wil zeggen, gebruikers van het pand), klanten van de opdrachtgever en eventuele medeaannemers. Hij bezit een goede beroepshouding, past goede omgangsvormen toe en kan zich verplaatsen in de wensen van de klant/gebruiker.
BCP Schoonmaker
3
Savantis
Complexiteit
Typerende beroepshouding
BCP Schoonmaker
De schoonmaker past met name routinematige, maar soms ook specifieke procedures toe op wisselende locaties. Dit vraagt om werkinzicht, inlevingsvermogen, organisatievermogen, flexibiliteit, duidelijkheid en sociale vaardigheden. Omdat hij te maken krijgt met afwijkingen van de gangbare procedures moet hij oplossingsgericht te werk kunnen gaan. Hij is in staat om adequaat te functioneren onder tijdsdruk en lastige omstandigheden. Het beroep wordt gekenmerkt door werkzaamheden die voornamelijk uitvoerend en van laag complexe aard zijn. Bij de (meewerkend) voorman is sprake van controlerende taken die van complexere aard zijn. De schoonmaker in een sleutelpand en de (meewerkend) voorman kunnen bij het betreden en afsluiten van een object te maken krijgen met aan- en afmeldprocedures. De schoonmaker beheerst vaktechnische vaardigheden en combineert daarmee de volgende houdingsaspecten: Zelfstandig: alleen kunnen werken, op eigen kracht handelen (bijv. zelfstandig beslissen of een ruimte wel/niet moet worden schoongemaakt). Gericht op het opvolgen van instructies: uitvoeren van het schoonmaakprogramma, protocollen en aanwijzingen van de leidinggevende op correcte wijze willen uitvoeren. Oplossingsgericht: doelgericht en resultaatgericht werken, met bewustzijn van wensen en randvoorwaarden (bijv. bepalen op welke wijze extra werkzaamheden kunnen/moeten worden uitgevoerd, en zich bewust zijn van gevolgen van extra werkzaamheden). Flexibel: inspelen op veranderende werkomstandigheden (bijv. kunnen omgaan met andere prioriteitsstelling). Sociaalcommunicatief: in staat om adequaat met klanten/gebruikers om te gaan, met anderen in een team samen te werken, te luisteren, om te gaan met (positieve en negatieve) feedback. Besluitvaardig: durf om beslissingen te nemen. Klantgericht, dienstverlenend: gericht zijn op en goed kunnen omgaan met wensen en eisen van de klant/gebruiker. Accuraat: zorgvuldig werken (bijv. met aandacht voor de waarde van de voorwerpen van de klant/gebruiker). Alert: opmerkzaam (bijv. op extra vervuiling in een ruimte, of benodigde aanvulling van de voorraad). Ethisch: in het handelen bewust zijn van algemene waarden en normen en hierop eigen gedrag aanpassen (bijv. doen wat afgesproken is, niet ‘de kantjes ervan af lopen’). Bewust van werkomstandigheden: in hoge mate veiligheids-, kwaliteits-, Arboen milieubewust, rekening houdend met wisselende omstandigheden.
4
Savantis
Trends en innovaties Marktontwikkelingen
-
-
-
-
-
-
-
-
-
BCP Schoonmaker
De toenemende vergrijzing zorgt voor een toenemende vervangingsvraag op de middellange termijn. Daarnaast wordt verwacht dat het schoonmaakwerk in de groeiende zorgsector zal toenemen, bijvoorbeeld door het ontstaan van zogenoemde zorghotels. Onder meer als gevolg van de vergrijzing wordt verwacht dat de vraag naar dienstverlening bij particulieren toeneemt. Ook is er sprake van een toenemende uitbesteding in de zorgsector (zie ook punt 4). De conjunctuur werkt vertraagd door in de schoonmaakbranche. Nu de economie aantrekt betekent dit ook meer opdrachten in de schoonmaakbranche. In concurrerende branches neemt de vraag naar personeel toe, waarbij de kans bestaat dat de schoonmaakbranche vanwege het negatieve imago het onderspit delft. In de branche is sprake van een relatief grote instroom van allochtone werknemers. Dit betekent dat in bedrijven rekening moet worden gehouden met de aanwezige verschillende culturen. Veel schoonmaakwerkzaamheden worden uitbesteed, wat meer werk genereert. Tegelijk worden schoonmaakbedrijven door opdrachtgevers vaak gezien als onderling ‘inwisselbaar’ (zie artikel Service Management maart 2007). Dit betekent ten eerste dat concurrentie tussen schoonmaakbedrijven met name op de prijs plaatsvindt. Hierbij worden ook steeds vaker zogenaamde ‘makelaars schoonmaakdienstverlening’ ingeschakeld. Ten tweede worden de contracttermijnen steeds korter. De bovengenoemde prijsconcurrentie heeft schaalvergroting (door overnames en fusies) tot gevolg gehad. De verwachting is dat de schaalvergroting in de schoonmaak- en glazenwassersbranche de komende jaren voortgezet zal worden. Opdrachtgevers stellen steeds hogere kwaliteitseisen, niet alleen wat betreft de kwaliteit van het schoonmaakbedrijf (bijvoorbeeld ISOcertificering en een goede klachtenprocedure), maar ook wat betreft de medewerkers, bijvoorbeeld: o goede beheersing van de Nederlandse taal o afgeronde opleiding o betrouwbare achtergrond o representatieve uitstraling Verbreding van de dienstverlening lijkt zich meer voor te gaan doen. Opdrachtgevers besteden steeds meer facilitaire dienstverlening, zoals beveiliging en algemene technische taken, uit. Schoonmaakbedrijven die ook deze diensten kunnen aanbieden hebben hierdoor meer kansen. Het is echter nog niet duidelijk hoe dit zich in de komende jaren zal ontwikkelen. Het schoonmaken in scholen en kinderdagverblijven verandert. Niet alleen is er vanuit de maatschappij meer aandacht voor het belang van een schone schoolomgeving, maar maatschappelijke ontwikkelingen hebben ook invloed op het werken in scholen, bijvoorbeeld met betrekking tot verandering van de werktijden door de invoering van de brede school. Bedrijven in de Sociale Werkvoorziening richten zich in toenemende mate op dienstverlening, waaronder het schoonmaken. Niet alleen werkt een deel van deze bedrijven samen met ‘reguliere’ schoonmaakbedrijven,
5
Savantis
Wetgeving / overheidsregulering
Technologische ontwikkelingen
Bedrijfsorganisatorische ontwikkelingen
Internationale ontwikkelingen
Loopbaanmogelijkheden
BCP Schoonmaker
maar daarnaast bieden verschillende bedrijven in de Sociale Werkvoorziening zelf schoonmaakdiensten aan, bijvoorbeeld in (gemeentelijke) overheidsgebouwen. - Met ingang van 1 januari 2007 is de ‘Regeling dienstverlening aan huis’ van kracht. Als een particulier iemand voor maximaal drie dagen in de week persoonlijke diensten laat verrichten, hoeft de opdrachtgever geen loonbelasting in te houden of premies werknemersverzekeringen in te houden of zelf te betalen. Opdrachtgever en dienstverlener hoeven alleen onderling te bepalen voor welke prijs de diensten worden verricht (bron: Ministerie van Financiën). De verwachting is dat door deze regeling de vraag naar schoonmakers door particulieren zal toenemen. Omdat deze regeling zich met name richt op het legaliseren van reeds bestaand ‘zwart’ werk is de verwachting dat deze regeling weinig invloed zal hebben op schoonmaakbedrijven. - Met ingang van 1 januari 2007 is de ‘Wet Maatschappelijke Ondersteuning’ (WMO) in werking getreden. In deze wet is geregeld dat mensen die hulp nodig hebben in het dagelijkse leven (bijvoorbeeld hulp in de huishouding) ondersteuning krijgen van hun gemeente. Bij de uitbesteding van deze hulp door gemeenten dingen ook Schoonmaakbedrijven mee. Een blijvende trend is het schoonmaken met behulp van microvezelmaterialen. Omdat de werkwijze bij het gebruik van microvezelmaterialen afwijkt van de traditionele methode, moeten werknemers hier apart op getraind worden. - Dagschoonmaak (schoonmaak tijdens de kantooruren) is, hoewel vooralsnog in beperkte mate, een blijvende trend. Op uitvoerend niveau is weinig sprake van fulltime dienstverbanden; dit kan als gevolg van dagschoonmaak toenemen. - Payrolling: een payrollbedrijf neemt de werknemers over van een (schoonmaak)bedrijf, waardoor alle administratieve werkzaamheden, (juridische) plichten en financiële risico’s overgaan naar het payrollbedrijf (Bron: Service Management, vol. 26, nr. 10, 2006, blz 18-19.). Door de ondernemersorganisatie OSB wordt dit beschouwd als een negatieve ontwikkeling, omdat werkgevers én werknemers in deze constructie geen rechten kunnen ontlenen aan de CAO Schoonmaak. - Voor overheidsinstellingen, publiekrechtelijke organisaties en de nutssector geldt een verplichting voor Europees aanbesteden voor opdrachten boven een vastgesteld drempelbedrag. Dit geldt ook voor schoonmaakdiensten. Europees aanbesteden is met name van invloed op de grotere bedrijven, zeker als deze internationaal opereren. Een uitvoerend medewerker kan meer verantwoordelijkheden krijgen, bijvoorbeeld door het verkrijgen van een sleutelpand of door meewerkend voorman of VSR-controleur of -inspecteur te worden. Eventueel kan via het lager kader doorstroom plaatsvinden naar het middenkader (objectleider of rayonleider). Naast deze verticale doorstroom is ook horizontale doorstroom mogelijk, door zich verder te ontwikkelen in de specialistische reiniging.
6
Savantis
Kerntaken van de Schoonmaker 1.
Voert (dagelijks en periodiek) interieuronderhoud uit.
2.
Voert dagelijks sanitaironderhoud uit.
3.
Voert periodiek sanitaironderhoud uit.
4.
Voert operationeel leidinggevende taken uit.
Kerntaak 1:
Voert (dagelijks en periodiek) interieuronderhoud uit.
Proces: - Input:
De schoonmaker ontvangt van zijn operationeel leidinggevende de opdracht voor het uitvoeren van het dagelijks en/of periodiek interieuronderhoud, dat wil zeggen: het reinigen van bureaukamers, vergaderkamers, verkeersruimten, wachtkamers, scholen en patiënten- of bewonerskamers. De uitvoering vindt plaats aan de hand van het schoonmaakprogramma voor de betreffende ruimten. Met behulp van de gegevens in het schoonmaakprogramma verzamelt hij het relevante materiaal en materieel, en vult hij de materiaalwagen. - Verwerking: De dagelijkse werkzaamheden (tot 1x per week) betreffen: Schoonmaken van het interieur (bijv. storende vlekken en stof verwijderen van de inventaris en van vrije verticale vlakken); Vloeren stofwissen, moppen, rolvegen of stofzuigen (afhankelijk van de ondergrond en de vervuiling); Resultaat controleren. De periodieke werkzaamheden betreffen: Schoonmaken van horizontale vlakken die minder in het zicht zijn; Schoonmaken van verticale vlakken; Spinrag verwijderen; Vloeren moppen of stofzuigen (afhankelijk van de ondergrond); Resultaat controleren. - Output: De schoonmaker is in staat de gevraagde kwaliteit in relatie tot de te besteden tijd te leveren. De opdrachtgever is tevreden. Rol / verantwoordelijkheden: De schoonmaker voert zelfstandig zijn takenpakket uit op basis van het schoonmaakprogramma, volgens de werkinstructies die hij daarvoor heeft gekregen. Indien nodig stelt hij prioriteiten en overlegt hij met zijn leidinggevende. Hij bezit een goede beroepshouding, past goede omgangsvormen toe en kan zich verplaatsen in de wensen van de klant/gebruiker. De schoonmaker is verantwoordelijk voor het werk dat hij aflevert.
BCP Schoonmaker
7
Savantis
Complexiteit: De schoonmaker staat voor de opgave het werk conform het schoonmaakprogramma uit te voeren. De werkzaamheden op zich zijn voornamelijk uitvoerend en van niet complexe aard. Tijdens het werk kan blijken dat de werkzaamheden of de werkvolgorde moeten worden aangepast. De schoonmaker moet hierin vaak op eigen initiatief, maar in geval van periodiek onderhoud in overleg met de leidinggevende, voor de juiste aanpassingen kunnen kiezen. Indien er sprake is van direct contact met patiënten, bewoners of gebruikers moet de schoonmaker hier rekening mee houden. In instellingen in de (gezondheids-)zorg kunnen voor verschillende ruimten andere hygiënecodes gelden. In dit geval dient de schoonmaker zich te houden aan de daar geldende protocollen. Betrokkenen: De schoonmaker heeft bij het uitvoeren van het dagelijks interieuronderhoud te maken met zijn leidinggevende, collega’s en in voorkomende gevallen ook met de opdrachtgever, gebruikers, klanten van de opdrachtgever (zo ook patiënten of bewoners) of medeaannemers. Hulpmiddelen: Werkkast, materiaalwagen, gangbaar schoonmaakmateriaal en –materieel. Schoonmaakprogramma. Indien nodig persoonlijke beschermingsmiddelen. Kwaliteit proces en resultaat: De schoonmaker moet bij de uitvoering van de werkzaamheden werken volgens de geldende veiligheids-, Arbo- en milieueisen en zo efficiënt mogelijk omgaan met materialen en hulpmiddelen. Keuzes en dilemma’s: Zelfstandigheid versus beperkte bevoegdheid: Bij voorkomende problemen tijdens de uitvoering moet de schoonmaker afwegen wanneer zijn leidinggevende ingeschakeld moet worden en wanneer zelfstandig zoeken naar een oplossing gewenst is. Schoonmaakprogramma versus hulp bieden aan de klant: De schoonmaker moet in voorkomende gevallen kunnen afwegen wanneer hij – buiten het schoonmaakprogramma om – de klant helpt of ingaat op een wens van de klant die niet is opgenomen in het schoonmaakprogramma. Schoonmaakprogramma versus flexibiliteit: De schoonmaker moet in voorkomende gevallen kunnen bepalen op welke wijze hij zijn werkvolgorde aanpast, bijvoorbeeld als het verplegend personeel bezig is in de patiëntenkamer of als een vergadering nog niet afgelopen is in de vergaderzaal die hij op dat moment zou moeten schoonmaken. Tijd versus kwaliteit: De schoonmaker moet de gevraagde kwaliteit leveren in de daarvoor beschikbare tijd. Signaleren versus zelf uitvoeren: De schoonmaker moet bepalen welke taken hij zelf kan uitvoeren en welke taken hij moet overlaten aan een specialist om het gewenste resultaat te behalen. Indien hij een taak niet zelf kan uitvoeren meldt hij dit aan de leidinggevende.
BCP Schoonmaker
8
Savantis
Kerntaak 2:
Voert dagelijks sanitaironderhoud uit
Proces: - Input:
De schoonmaker ontvangt van zijn leidinggevende de opdracht voor het uitvoeren van het dagelijks sanitaironderhoud, dat wil zeggen: het reinigen van sanitaire ruimten (bijvoorbeeld toiletten, urinoirs, douches en (spoel-)keukens). De uitvoering vindt plaats aan de hand van het schoonmaakprogramma voor de betreffende ruimten. Met behulp van de gegevens in het schoonmaakprogramma verzamelt hij het relevante materiaal en materieel, en vult hij de materiaalwagen. - Verwerking: De werkzaamheden zijn: Voorbereiding van reiniging (bijv. afvalbakken legen); ‘Schonere’ elementen reinigen: (bijv. deur of lichtknop); ‘Vuilere’ elementen reinigen: (bijv. toilet en directe omgeving); Vloer moppen; Resultaat controleren. - Output: De schoonmaker is in staat de gevraagde kwaliteit in relatie tot de te besteden tijd te leveren. De opdrachtgever is tevreden. Rol / verantwoordelijkheden: De schoonmaker voert zelfstandig zijn takenpakket uit op basis van het schoonmaakprogramma, volgens de werkinstructies die hij daarvoor heeft gekregen. Indien nodig stelt hij prioriteiten en overlegt hij met zijn leidinggevende. Hij bezit een goede beroepshouding, past goede omgangsvormen toe en kan zich verplaatsen in de wensen van de klant/gebruiker. De schoonmaker is verantwoordelijk voor het werk dat hij aflevert. Complexiteit: De schoonmaker staat voor de opgave het werk conform het schoonmaakprogramma uit te voeren. De werkzaamheden op zich zijn voornamelijk uitvoerend en van niet complexe aard. Tijdens het werk kan blijken dat de werkzaamheden of de werkvolgorde moeten worden aangepast. De schoonmaker moet hierin op eigen initiatief voor de juiste aanpassingen kunnen kiezen. Indien er sprake is van direct contact met patiënten, bewoners of gebruikers moet de schoonmaker hier rekening mee houden. In instellingen in de (gezondheids-)zorg kunnen voor verschillende ruimten andere hygiënecodes gelden. In dit geval dient de schoonmaker zich te houden aan de daar geldende protocollen. Betrokkenen: De schoonmaker heeft bij het uitvoeren van het dagelijks sanitaironderhoud te maken met zijn leidinggevende, collega’s en in voorkomende gevallen ook met de opdrachtgever, gebruikers, klanten van de opdrachtgever (zo ook patiënten of bewoners) of medeaannemers. Hulpmiddelen: Werkkast, materiaalwagen, gangbaar schoonmaakmateriaal en –materieel. Schoonmaakprogramma. Persoonlijke beschermingsmiddelen. Kwaliteit proces en resultaat: De schoonmaker moet bij de uitvoering van de werkzaamheden werken volgens de geldende veiligheids-, Arbo- en milieueisen en zo efficiënt mogelijk omgaan met materialen en hulpmiddelen.
BCP Schoonmaker
9
Savantis
Keuzes en dilemma’s: Zelfstandigheid versus beperkte bevoegdheid: Bij voorkomende problemen tijdens de uitvoering moet de schoonmaker afwegen wanneer zijn leidinggevende ingeschakeld moet worden en wanneer zelfstandig zoeken naar een oplossing gewenst is. Schoonmaakprogramma versus hulp bieden aan de klant: De schoonmaker moet in voorkomende gevallen kunnen afwegen wanneer hij – buiten het schoonmaakprogramma om – de klant helpt of ingaat op een wens van de klant die niet is opgenomen in het schoonmaakprogramma. Schoonmaakprogramma versus flexibiliteit: De schoonmaker moet in voorkomende gevallen kunnen bepalen op welke wijze hij zijn werkvolgorde aanpast, bijvoorbeeld als de ruimte meer verontreinigd is dan verwacht. Tijd versus kwaliteit: De schoonmaker moet de gevraagde kwaliteit leveren in de daarvoor beschikbare tijd. Delegeren versus zelf uitvoeren: De schoonmaker moet bepalen welke taken hij zelf kan uitvoeren en welke taken hij moet overlaten aan een specialist om het gewenste resultaat te behalen.
Kerntaak 3:
Voert periodiek sanitaironderhoud uit
Proces: - Input:
De schoonmaker ontvangt van zijn leidinggevende de opdracht voor het uitvoeren van het periodiek sanitaironderhoud, dat wil zeggen: het reinigen van sanitaire ruimten (bijvoorbeeld toiletten, urinoirs, douches en spoelkeukens) met betrekking tot nietdagelijks onderhoud met behulp van periodieke reinigingsmethoden. De uitvoering vindt plaats aan de hand van het schoonmaakprogramma voor de betreffende ruimten. Met behulp van de gegevens in het schoonmaakprogramma verzamelt hij het relevante materiaal en materieel, en vult hij de materiaalwagen. - Verwerking: De werkzaamheden zijn: Voorbereiding (bijv. water uit toiletpot/urinoir zuigen m.b.v. waterpomp); Kalkaanslag en kalkzeep verwijderen; Nat reinigen (bijv. deur en tegelwanden); Gehecht vuil verwijderen (bijv. van wastafel en kraan); Vloer schrobben; Resultaat controleren. - Output: De schoonmaker is in staat de gevraagde kwaliteit in relatie tot de te besteden tijd te leveren. De opdrachtgever is tevreden. Rol / verantwoordelijkheden: De schoonmaker voert zelfstandig zijn takenpakket uit volgens de werkinstructies die hij daarvoor heeft gekregen. Indien nodig stelt hij prioriteiten en overlegt hij met zijn leidinggevende. Hij bezit een goede beroepshouding, past goede omgangsvormen toe en kan zich verplaatsen in de wensen van de klant/gebruiker. De schoonmaker is verantwoordelijk voor het werk dat hij aflevert.
BCP Schoonmaker
10
Savantis
Complexiteit: De schoonmaker staat voor de opgave het werk conform het schoonmaakprogramma uit te voeren. De werkzaamheden op zich zijn voornamelijk uitvoerend en van niet complexe aard. Tijdens het werk kan blijken dat de werkzaamheden of de werkvolgorde moeten worden aangepast. De schoonmaker moet hierin op eigen initiatief, maar in overleg met de leidinggevende, voor de juiste aanpassingen kunnen kiezen. Indien er sprake is van direct contact met patiënten, bewoners of gebruikers moet de schoonmaker hier rekening mee houden. In instellingen in de (gezondheids-)zorg kunnen voor verschillende ruimten andere hygiënecodes gelden. In dit geval dient de schoonmaker zich te houden aan de daar geldende protocollen. Betrokkenen: De schoonmaker heeft bij het uitvoeren van het periodiek sanitaironderhoud te maken met zijn leidinggevende, collega’s en in voorkomende gevallen ook met de opdrachtgever, gebruikers, klanten van de opdrachtgever (zo ook patiënten of bewoners) of medeaannemers. Hulpmiddelen: Werkkast, materiaalwagen, gangbaar schoonmaakmateriaal en –materieel. Schoonmaakprogramma. Persoonlijke beschermingsmiddelen. Kwaliteit proces en resultaat: De schoonmaker moet bij de uitvoering van de werkzaamheden werken volgens de geldende veiligheids-, Arbo- en milieueisen en zo efficiënt mogelijk omgaan met materialen en hulpmiddelen. Keuzes en dilemma’s: Zelfstandigheid versus beperkte bevoegdheid: Bij voorkomende problemen tijdens de uitvoering moet de schoonmaker afwegen wanneer zijn leidinggevende ingeschakeld moet worden en wanneer zelfstandig zoeken naar een oplossing gewenst is. Schoonmaakprogramma versus hulp bieden aan de klant: De schoonmaker moet in voorkomende gevallen kunnen afwegen wanneer hij – buiten het schoonmaakprogramma om – de klant helpt of ingaat op een wens van de klant die niet is opgenomen in het schoonmaakprogramma. Schoonmaakprogramma versus flexibiliteit: De schoonmaker moet in voorkomende gevallen kunnen bepalen op welke wijze hij zijn werkvolgorde aanpast, bijvoorbeeld als de verontreinigingen hardnekkiger zijn dan verwacht. Tijd versus kwaliteit: De schoonmaker moet de gevraagde kwaliteit leveren in de daarvoor beschikbare tijd. Delegeren versus zelf uitvoeren: De schoonmaker moet bepalen welke taken hij zelf kan uitvoeren en welke taken hij moet overlaten aan een specialist om het gewenste resultaat te behalen.
BCP Schoonmaker
11
Savantis
Kerntaak 4:
Voert operationeel leidinggevende taken uit
Proces: - Input:
De (meewerkend) voorman krijgt van zijn leidinggevende de opdracht conform het afgesproken schoonmaakprogramma de operationele leiding en uitvoering te geven aan het schoonmaakwerk in een object. - Verwerking: Hij stuurt de operationele werkzaamheden aan: Hij wijst taken toe aan medewerkers, stuurt hen op de werkplek aan en bewaakt tijdens de uitvoering aan de hand van kwaliteitsinspecties en –controles de kwaliteit en voortgang van de uitvoering en rapporteert over de voortgang. Hij werkt nieuwe medewerkers in op algemene bedrijfsrichtlijnen en te hanteren werkmethoden. Hij motiveert en stimuleert medewerkers, schenkt aandacht aan het veiligheids- en kwaliteitsbewustzijn en de juiste (werk)houding van zijn medewerkers. Hij signaleert problemen in het functioneren van een medewerker en bespreekt dit met zijn leidinggevende. Hij draagt zorg voor de voorraad en zorgt voor een deugdelijke opslag en beheer van materialen. Hij signaleert wenselijke aanpassingen in het schoonmaakprogramma en bespreekt deze met zijn leidinggevende. Hij communiceert over het schoonmaakprogramma met de opdrachtgever, met name via het logboek. Hij voert urenregistraties en beheert toegangssleutels. Hij ziet toe op de naleving van de gestelde regels t.a.v. beveiliging en eventuele aan- en afmeldprocedures. - Output: De werkzaamheden zijn uitgevoerd binnen de gestelde tijd en conform de afgesproken kwaliteit. De opdrachtgever is tevreden. Rol / verantwoordelijkheden: De (meewerkend) voorman voert zelfstandig zijn takenpakket uit volgens de werkinstructies die hij daarvoor heeft gekregen. Indien nodig bedenkt hij passende alternatieven en stelt hij prioriteiten. Hij heeft op de werkplek coördinerende taken, stuurt medewerkers aan en heeft een positief en stimulerende invloed op hen. Hij bezit een goede beroepshouding, past goede omgangsvormen toe, kan zich verplaatsen in de wensen van de klant/gebruiker en is gedreven om goed werk te leveren. De (meewerkend) voorman is verantwoordelijk voor het werk dat hij met zijn team aflevert. Hij controleert hij de uitvoering van de werkzaamheden door zijn team, bijvoorbeeld op basis van het Dagelijks Kontrole Systeem (VSR-DKS). Hij is verantwoordelijk voor het beheer van de toegangssleutels. Hij sluit het object na werktijd af en neemt de gestelde regels t.a.v. beveiliging en eventuele aan- en afmeldprocedures in acht. Daarnaast overlegt hij met de opdrachtgever over (kleine) wijzigingen in het schoonmaakprogramma. Complexiteit: De (meewerkend) voorman staat voor de opgave om conform het schoonmaakprogramma leiding en meewerkend uitvoering te geven aan het werk in een object. De werkzaamheden verlopen volgens een vast patroon maar kunnen complex worden door veranderende omstandigheden. Betrokkenen: De (meewerkend) voorman overlegt met en ontvangt instructies van zijn leidinggevende. Hij stuurt medewerkers aan. Daarnaast heeft hij te maken met de opdrachtgever, gebruikers, klanten van de opdrachtgever (zo ook patiënten of bewoners) of medeaannemers. Hulpmiddelen: Schoonmaakprogramma. Logboek. Controleformulieren (bijvoorbeeld VSR-DKS). Urenstaten. Voorraadlijsten en bestellijsten voor de werkkast. (Vakantie)planningen. Werkinstructies. Eventueel formulieren in het kader van het ISO-systeem. Soms formulieren ten behoeve van de introductie van nieuwe medewerkers.
BCP Schoonmaker
12
Savantis
Kwaliteit proces en resultaat: De schoonmaker moet bij de uitvoering van de werkzaamheden werken volgens de geldende veiligheids-, Arbo- en milieueisen en zo efficiënt mogelijk omgaan met materialen en hulpmiddelen. De (meewerkend) voorman bestelt bijtijds het materiaal en materieel. Hij stuurt medewerkers aan op de werkplek en bewaakt tijdens de uitvoering aan de hand van kwaliteitsinspecties en -controles de kwaliteit van de uitvoering en rapporteert over de voortgang. Hij is zich bewust van kwaliteit en kosten en weet bedrijfsbelangen te behartigen. De (meewerkend) voorman moet bij de uitvoering van de werkzaamheden werken volgens de geldende veiligheids-, Arbo- en milieueisen en zo efficiënt mogelijk omgaan met materialen en hulpmiddelen. Hij stuurt ook hierin de medewerkers aan. Keuzes en dilemma’s: Zelfstandigheid versus beperkte bevoegdheid: Bij voorkomende problemen tijdens de uitvoering moet de (meewerkend) voorman afwegen wanneer de leidinggevende ingeschakeld moet worden en wanneer hij de bevoegdheid heeft het probleem zelfstandig op te lossen. Schoonmaakprogramma versus hulp bieden aan de klant: De (meewerkend) voorman moet in voorkomende gevallen, bijvoorbeeld naar aanleiding van een vraag van een van de medewerkers, afwegen wanneer– buiten het schoonmaakprogramma om – de klant geholpen wordt of ingegaan wordt op een wens van de klant die niet is opgenomen in het schoonmaakprogramma. Schoonmaakprogramma versus flexibiliteit: De (meewerkend) voorman moet in voorkomende gevallen bepalen of en op welke wijze de medewerkers de werkvolgorde kunnen aanpassen. Tijd versus kwaliteit: De (meewerkend) voorman moet ervoor zorgen dat het team de gevraagde kwaliteit in de daarvoor beschikbare tijd levert. Delegeren versus zelf uitvoeren: De (meewerkend) voorman moet bepalen welke taken door zijn team kunnen worden uitgevoerd en welke taken moeten worden overgelaten aan een specialist om het gewenste resultaat te behalen. Delegeren versus zelf meewerken: De (meewerkend) voorman moet bepalen wat het team uitvoert en wat hij zelf uitvoert.
BCP Schoonmaker
13
Savantis
Kernopgaven van de Schoonmaker Kernopgave 1 Zelf beslissen versus overleggen Bij voorkomende problemen tijdens de uitvoering moet de schoonmaker (eventueel van een sleutelpand) dan wel de (meewerkend) voorman afwegen wanneer de leidinggevende ingeschakeld moet worden en wanneer hij de bevoegdheid heeft het probleem zelfstandig op te lossen. Kernopgave 2 Tijd versus kwaliteit De schoonmaker staat (als operationeel leidinggevende) voor de opgave het werk conform het schoonmaakprogramma uit te voeren, het werk goed te organiseren, te coördineren en te verdelen. Hij wordt daarbij geconfronteerd met een aantal complicerende factoren: ziekmeldingen van collega’s, taken voortkomend uit onverwachte situaties, gewijzigde planning, onvoldoende voorraad, onvoldoende geschikt personeel, onverwachte vervuiling. Kernopgave 3 Schoonmaakprogramma versus klantbelang De schoonmaker staat voor de opgave een juiste afweging te maken tussen het ter wille zijn van een klant/gebruiker en de juiste uitvoering van het schoonmaakprogramma, zoals (door zijn leidinggevende) afgesproken met de opdrachtgever. Hierbij dient hij onderscheid te maken tussen incidentele en structurele wijzigingen op het schoonmaakprogramma. Kernopgave 4 Schoonmaakprogramma versus flexibiliteit De schoonmaker staat voor de opgave om het werk conform het schoonmaakprogramma uit te voeren. Hij wordt daarbij met een aantal complicerende factoren geconfronteerd: wensen van de klant/gebruiker en de staat waarin de schoon te maken ruimte zich bevindt (bijv. onvoorziene vervuilingen). Hij staat voor de taak om onder tijdsdruk en wisselende omstandigheden/in wisselende omgevingen kwaliteit te leveren (bijv. bij periodieke werkzaamheden en vervanging bij vakanties).
BCP Schoonmaker
14
Savantis
Beroepscompetenties van de Schoonmaker Beroepscompetentie 1: Werkzaamheden plannen De schoonmaker is in staat om op adequate wijze op basis van het (VM) schoonmaakprogramma zijn werkzaamheden te kunnen plannen, zodat hij efficiënt kan werken. Succescriteria: - schoonmaakprogramma lezen/interpreteren proces - rekening houden met (nog aanwezige) gebruikers bij het bepalen van de werkvolgorde De werkzaamheden zijn dusdanig gepland dat binnen de gestelde tijd het resultaat gewenste resultaat geleverd kan worden. Beroepscompetentie 2: Werkzaamheden voorbereiden De schoonmaker is in staat om op adequate wijze op basis van het (VM) schoonmaakprogramma zijn werkzaamheden te kunnen voorbereiden, zodat hij efficiënt kan werken. Succescriteria: - vult de materiaalwagen voldoende proces - signaleert als de voorraad aangevuld moet worden De materiaalwagen is dusdanig ingericht dat de werkzaamheden veilig, goed resultaat en efficiënt uitgevoerd kunnen worden met de juiste materialen en gereedschappen. Beroepscompetentie 3: Toepassen van een schoonmaakprogramma De schoonmaker is in staat om op adequate wijze op basis van het (VM) schoonmaakprogramma zijn werkzaamheden te kunnen uitvoeren, zodat hij efficiënt kan werken. Succescriteria: - bepaalt op basis van schoonmaakprogramma en eigen planning van proces taken de volgorde van werken. - weet welke middelen en materialen gebruikt moeten worden - controleert zijn eigen werkzaamheden De werkzaamheden worden op basis van het schoonmaakprogramma binnen resultaat de gestelde tijd correct uitgevoerd.
BCP Schoonmaker
15
Savantis
Beroepscompetentie 4: Schoonmaken in een gezondheidszorgomgeving De schoonmaker is in staat om op adequate wijze schoon te maken in een (VM) gezondheidszorgomgeving, rekening houdend met aanvullende eisen, zodat een hygiënische omgeving wordt gewaarborgd. Succescriteria: - voert de opdracht, zoals vermeld in het schoonmaakprogramma, proces zelfstandig en binnen de gestelde tijd uit - kiest/gebruikt het juiste materiaal en materieel - voert de schoonmaakhandelingen uit - draagt zorg voor schoon materiaal, materiaalwagen en werkkast - draagt zorg voor schone kleren, goed schoeisel en eigen hygiëne - houdt rekening met geldende protocollen - houdt rekening en kan omgaan met de aanwezigheid van patiënten en verplegend personeel - houdt rekening met veiligheids-, Arbo- en milieuvoorschriften - communiceert op heldere wijze - gaat adequaat met feedback om - de opdracht is zelfstandig en binnen de gestelde tijd uitgevoerd resultaat - het schoonmaakwerk is uitgevoerd conform de gevraagde kwaliteit - de opdrachtgever is tevreden - er wordt veilig gewerkt, rekening houdend met gezondheidsrisico’s Beroepscompetentie 5: Schoonmaken in een kantooromgeving De schoonmaker is in staat om op adequate wijze een kantooromgeving (VM) schoon te maken conform het schoonmaakprogramma en de gevraagde kwaliteit. Succescriteria: proces
resultaat
BCP Schoonmaker
-
voert de opdracht, zoals vermeld in het schoonmaakprogramma, zelfstandig en binnen de gestelde tijd uit kiest/gebruikt het juiste materiaal en materieel maakt de inschatting om een ruimte al dan niet schoon te maken voert de schoonmaakhandelingen uit draagt zorg voor schoon materiaal, materiaalwagen en werkkast draagt zorg voor schone kleren, goed schoeisel en eigen hygiëne houdt rekening met veiligheids-, Arbo- en milieuvoorschriften controleert het resultaat communiceert op heldere wijze gaat adequaat met feedback om de opdracht is zelfstandig en binnen de gestelde tijd uitgevoerd het schoonmaakwerk is uitgevoerd conform de gevraagde kwaliteit de opdrachtgever is tevreden er wordt veilig gewerkt, rekening houdend met gezondheidsrisico’s
16
Savantis
Beroepscompetentie 6: Schoonmaken in hotels/recreatiebungalows De schoonmaker is in staat om op adequate wijze schoon te maken in een (VM) hotelkamer of recreatiebungalow conform het schoonmaakprogramma en de gevraagde kwaliteit. Succescriteria: - voert de opdracht, zoals vermeld in het schoonmaakprogramma, proces zelfstandig en binnen de gestelde tijd uit - kiest/gebruikt het juiste materiaal en materieel - maakt de inschatting om een ruimte al dan niet schoon te maken - voert wisselschoonmaak uit - voert de schoonmaakhandelingen uit - draagt zorg voor schoon materiaal, materiaalwagen en werkkast - draagt zorg voor schone kleren, goed schoeisel en eigen hygiëne - houdt rekening met veiligheids-, Arbo- en milieuvoorschriften - houdt rekening en kan omgaan met de aanwezigheid van gasten - controleert het resultaat - communiceert op heldere wijze - gaat adequaat met feedback om - de opdracht is zelfstandig en binnen de gestelde tijd uitgevoerd resultaat - het schoonmaakwerk is uitgevoerd conform de gevraagde kwaliteit - de opdrachtgever is tevreden - er wordt veilig gewerkt, rekening houdend met gezondheidsrisico’s Beroepscompetentie 7: Schoonmaken bij particulieren De schoonmaker is in staat om op adequate wijze bij particulieren schoon te (VM) maken conform de gevraagde kwaliteit en (indien van toepassing) het schoonmaakprogramma. Succescriteria: - overlegt met de klant over de wensen en eisen van de klant. proces - gebruikt de middelen van de klant en gebruikt de werkwijzen die de klant graag ziet. - voert de opdracht zelfstandig en binnen de gestelde tijd uit - kiest/gebruikt het juiste materiaal en materieel - voert de schoonmaakhandelingen uit - draagt zorg voor schone kleren, goed schoeisel en eigen hygiëne - houdt rekening met veiligheids-, Arbo- en milieuvoorschriften - controleert het resultaat - communiceert op heldere wijze - gaat adequaat met feedback om - de opdracht is zelfstandig en binnen de gestelde tijd uitgevoerd resultaat - het schoonmaakwerk is uitgevoerd conform de gevraagde kwaliteit - de opdrachtgever is tevreden - er wordt veilig gewerkt, rekening houdend met gezondheidsrisico’s
BCP Schoonmaker
17
Savantis
Beroepscompetentie 8: Schoonmaken van vervoersmiddelen De schoonmaker is in staat om op adequate wijze vervoersmiddelen schoon (VM) te maken conform het schoonmaakprogramma en de gevraagde kwaliteit. Succescriteria: - voert de opdracht, zoals vermeld in het schoonmaakprogramma, proces zelfstandig en binnen de gestelde tijd uit - kiest/gebruikt het juiste materiaal en materieel - voert de schoonmaakhandelingen uit - draagt zorg voor schoon materiaal - draagt zorg voor schone kleren, goed schoeisel en eigen hygiëne - houdt rekening met veiligheids-, Arbo- en milieuvoorschriften - controleert het resultaat - communiceert op heldere wijze - gaat adequaat met feedback om - de opdracht is zelfstandig en binnen de gestelde tijd uitgevoerd resultaat - het schoonmaakwerk is uitgevoerd conform de gevraagde kwaliteit - de opdrachtgever is tevreden - er wordt veilig gewerkt, rekening houdend met gezondheidsrisico’s Beroepscompetentie 9: Schoonmaken in scholen en kinderdagverblijven De schoonmaker is in staat om op adequate wijze schoon te maken in een (VM) schoolomgeving conform het schoonmaakprogramma en de gevraagde kwaliteit. Succescriteria: - voert de opdracht, zoals vermeld in het schoonmaakprogramma, proces zelfstandig en binnen de gestelde tijd uit - kiest/gebruikt het juiste materiaal en materieel - maakt de inschatting om een ruimte al dan niet schoon te maken - voert de schoonmaakhandelingen uit - draagt zorg voor schoon materiaal, materiaalwagen en werkkast - draagt zorg voor schone kleren, goed schoeisel en eigen hygiëne - houdt rekening met veiligheids-, Arbo- en milieuvoorschriften - houdt rekening en kan omgaan met de aanwezigheid van kinderen en onderwijzend personeel - controleert het resultaat - communiceert op heldere wijze - gaat adequaat met feedback om - de opdracht is zelfstandig en binnen de gestelde tijd uitgevoerd resultaat - het schoonmaakwerk is uitgevoerd conform de gevraagde kwaliteit - de opdrachtgever is tevreden - er wordt veilig gewerkt, rekening houdend met gezondheidsrisico’s
BCP Schoonmaker
18
Savantis
Beroepscompetentie 10: Operationeel leidinggeven De (meewerkend) voorman is in staat om op adequate wijze leiding te geven (BOS) aan de dagelijkse werkzaamheden van zijn team ten behoeve van een efficiënte en verantwoorde uitvoering van het schoonmaakprogramma. Succescriteria: - geeft heldere instructies proces - motiveert en stimuleert medewerkers - controleert de werklast van medewerkers en verdeelt de taken - controleert en bewaakt de voortgang en de kwaliteit - adviseert en ondersteunt medewerkers bij de veilige uitvoering van de werkzaamheden en de juiste (werk)houding - draagt zorg voor de interne communicatie - communiceert op heldere wijze - gaat adequaat met feedback om - voert enige administratieve taken uit - begeleidt nieuwe/onervaren medewerkers - medewerkers weten wat en waarom zij iets moeten uitvoeren en hebben resultaat een evenwichtige taakbelasting - er wordt veilig met een goede beroepshouding gewerkt Beroepscompetentie 11: Zelfstandig schoonmaken in een sleutelpand De schoonmaker in een sleutelpand is in staat om op adequate wijze (BOS) zelfstandig te functioneren. Succescriteria: - is zich bewust van verantwoordelijkheden proces - werkt zelfstandig - communiceert op heldere wijze met de klant/gebruiker (o.a. door gebruik van het logboek) - lost eventuele klachten van de klant op - draagt zorg voor de interne communicatie - voert enige administratieve taken uit - beheert de toegangssleutels - opent en sluit het object; neemt hierbij de gestelde regels t.a.v. beveiliging en eventuele aan- en afmeldprocedures in acht. de opdracht is zelfstandig en binnen de gestelde tijd uitgevoerd resultaat - het schoonmaakwerk is uitgevoerd conform de gevraagde kwaliteit - de opdrachtgever is tevreden - er wordt veilig gewerkt, rekening houdend met gezondheidsrisico’s
Toelichting: VM = vakmatig-methodische dimensie BOS = bestuurlijk-organisatorische en strategische dimensie SC = sociaal-communicatieve dimensie ON = ontwikkelingsdimensie
BCP Schoonmaker
19
Savantis
OVERZICHT COMPETENTIES
COMPETENTIES
KERNTAAK
Vakmatig - methodisch (VM) 1 2 3
7
Werkzaamheden plannen Werkzaamheden voorbereiden Toepassen van een schoonmaakprogramma Schoonmaken in een gezondheidszorgomgeving Schoonmaken in een kantooromgeving Schoonmaken in hotels/recreatiebungalows Schoonmaken bij particulieren
8
Schoonmaken van vervoersmiddelen
9
Schoonmaken in scholen en kinderdagverblijven
4 5 6
4
5
6
KERNOPGAVE
1
2
3
1
2
3
4
X X X
X X X
X X X
X
X X X
X
X X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X X X
X X X
X X X
X X X
X X X
X X X
X X X
X X
X X
X X
X X
5
6
Bestuurlijk - organisatorisch en strategische (BOS) 10 11
X X
Operationeel leidinggeven Zelfstandig schoonmaken in een sleutelpand
Sociaal - communicatieve (SC) *)
Ontwikkeling (ON) *)
*) N.B. De sociaalcommunicatieve (zoals helder communiceren) en ontwikkelingsdimensies zijn niet apart geformuleerd, maar geïntegreerd in de overige typen beroepscompetenties.
Kerntaken van de Schoonmaker 1.
Voert (dagelijks en periodiek) interieuronderhoud uit.
2.
Voert dagelijks sanitaironderhoud uit.
3.
Voert periodiek sanitaironderhoud uit.
4.
Voert operationeel leidinggevende taken uit.
1.
Zelf beslissen versus overleggen
2.
Tijd versus kwaliteit
3.
Schoonmaakprogramma versus klantbelang
4.
Schoonmaakprogramma versus flexibiliteit
Kernopgaven van de Schoonmaker
BCP Schoonmaker
20
Savantis
7