!
!
Belgian Ergonomics Society ! !
Verslag overleg inrichters specialisatie-opleiding ergonomie Datum: 22 mei 2013, 13u30-15u30 Plaats: Brussel, Erasmusgebouw HUB Verslag: Roeland Motmans X X X X X
Heleen Vandromme Filip Germeys Kris De Troyer Pascal Meyns Roeland Motmans
KUL – KAHO Sint-Lieven KUL – HUB Cresept Prevent BES (NL)
AGENDA ! 1. Introductie BES a. Doel b. Geschiedenis vanaf 2011 2. Voorstelling stand van zaken inrichters a. KUL b. Cresept c. Prevent d. PreBes / BES 3. Conclusies 4. Randbemerking opleiding KULeuven ! ! ! ! ! ! ! ! ! ! ! ! ! !
!
"!
! ! VERSLAG 1. Introductie BES -
Als beroepsvereniging maakt BES zich zorgen over de specialisatieopleiding ergonomie, die reeds geruime tijd niet meer voorzien wordt. Tegelijk zijn er wel verschillende signalen van initiatieven om een dergelijke opleiding te organiseren. BES wil daarom als neutrale partij alle mogelijke inrichters samen rond tafel brengen.
-
Situatie midden 2011: AMS is aanbieder van de specialisatie ergonomie, maar de inhoud beantwoordt slechts beperkt aan de opleidingscriteria van Europees Ergonoom. Aan de HUB is er de basisopleiding Milieu- en preventiemanagement die wel in de buurt komt, maar waarvan niet duidelijk is of de studenten volgens FOD WASO voldoen aan de opleidingscriteria van het (toenmalige) KB.
-
Acties BES: Bespreking AMS voor een nieuw inhoudelijk programma, waar positief op werd gereageerd. Door de beperkte inschrijvingen zal de opleiding ergonomie toch niet starten. Een definitieve schrapping volgt na een strategische koerswijziging van AMS (wordt terug zelfstandig, los van UA).
-
Acties BES: Formele erkenning van een traject binnen opleiding MPM dat voldoet aan opleidingscriteria van Eur Erg. FOD WASO volgt voor wat betreft de Belgische wetgeving, nieuwe KB is ondertussen ook in die zin aangepast.
-
Situatie eind 2011: Na het afhaken van AMS, neemt BES informeel contact op met de HUB om de mogelijkheden af te tasten of een aanvullende opleiding kan samenvallen met de basisopleiding MPM. HUB doet een concreet voorstel, maar is geen vragende partij. Ze is wel bereid de vraag op te nemen, als er geen andere inrichters zijn. Prevent toont wel ambitie om te starten met een specialisatie-opleiding ergonomie. Na overleg tussen HUB en Prevent, wordt het initiatief aan Prevent gelaten.
-
Situatie eind 2012: Er is geen opleiding ergonomie gestart. Prevent heeft wel een inhoudelijk programma voorgelegd aan het werkveld, dat ook voldoet aan de criteria van Eur Erg. Door onduidelijkheid rond een universitaire partner kan de opleiding nog niet van start gaan.
-
Situatie begin 2013: Prevent is aan zet, maar ondertussen komen er signalen dat KUL nadenkt over een eigen specialisatie-opleiding ergonomie. Na informeel contact is ook Cresept bereid om na te denken of mee te werken aan een specialisatie ergonomie. Omdat het allemaal lang duurt, stelt PreBes voor aan BES om samen het initiatief te nemen en een opleiding via het systeem van open universiteit te organiseren.
!
#!
!
2. Voorstelling stand van zaken inrichters a. KULeuven -
KUL heeft de ambitie om de vier specialisatiemodules aan te bieden op twee locaties. In Leuven zijn dat psychosociale aspecten en arbeidshygiëne, in Gent zijn dat ergonomie en veiligheid.
-
Na een interne informateursronde binnen de KUL, is het initiatief toegekend aan de KAHO Sint-Lieven. Heleen Vandromme is de contactpersoon wat de organisatie betreft. Voor de praktische invulling van elke module is er een interne partner, voor ergonomie is dat HUB.
-
HUB heeft een blauwdruk van het programma klaar. In september 2013 zou de multidisciplinaire basisvorming starten, in maart 2014 de specialisatiemodule ergonomie.
-
Aandachtspunt is de kwaliteit van de opleiding. Daarom wordt gekozen voor 7 vakblokken, waarvoor telkens een academische coördinator wordt aangesteld, met een netwerk in het praktijkveld. Deze vormen de stuurgroep, samen met de stakeholders: externe diensten, BES, studenten,…
-
De evaluatie zou op twee manieren gebeuren: via portofolio en via mondeling examen (open boek), aangevuld met de verdediging van het eindwerk.
b. Cresept -
Cresept maakt deel uit van een groep met zeven bedrijven. Dit geeft hen een aantal troeven: het netwerk van partnerbedrijven en de ondersteuning na de opleiding.
-
Ze bieden reeds verschillende opleidingen aan: niveau II en III, vertrouwenspersoon, tillen van lasten en beeldschermwerk, VCA,… Tweetaligheid en kwaliteit zijn hun karakterisitieken.
-
Aan Franstalige zijde loopt de erkenning van een niveau I opleiding en dit proces bood de optie om ook voor ergonomie stappen te ondernemen. Voor de lesgevers zou beroep gedaan worden op de BES. Anderzijds is Cresept ook gewonnen voor een samenwerking, waarin ze kunnen optreden als partner.
!
$!
!
c. Prevent -
Pascal Meyns spreekt in naam van het nieuwe Prevent. Ze hebben een herstructurering achter de rug, waarbij Prevent een cvba is geworden.
-
Prevent biedt reeds de opleidingen niveau I en II aan, naast de specialisatie psychosociale aspecten. Om het plaatje te vervolledigen, is het interessant om ook ergonomie te kunnen aanbieden.
-
Op vlak van ergonomie richt Prevent reeds een 12-daagse opleiding “Adviseur ergonomie” in, die goed wordt onthaald. Voor de moment is dit een soort “niveau II” ergonomie opleiding, een verdieping om in de praktijk goed aan de slag te kunnen.
-
Prevent stelt zich open voor samenwerking.
d. BES - PeBes -
BES wil zich opstellen als neutrale partij en neemt daarom zelf geen initiatief om de opleiding te organiseren (met deze of gene partner).
-
De vraag van PreBes om in een verhaal van open universiteit te stappen, is een optie, maar geen eerste keuze. Voorkeur gaat uit naar een opleidingsinstituut met face to face lesgevers.
-
BES kan een netwerk met mogelijke lesgevers bieden. Toch treden deze niet (enkel) op in naam van BES, maar vooral in naam van hun werkgever.
-
Als beroepsvereniging wil BES wel invloed hebben op de kwaliteit (criteria van Eur Erg) en is er bezorgdheid rond de duurzaamheid van de opleiding.
3. Conclusies -
Alle partijen zijn het er over eens dat er slechts één specialisatie-opleiding ergonomie kan zijn. De doelgroep is te klein.
-
KUL staat reeds ver in zijn plannen, zowel organisatorisch als inhoudelijk. Cresept en Prevent zijn vragende partij voor een samenwerking. Die nood is er niet meteen bij KULeuven, maar kan nog eens bekeken worden.
-
Als er geen andere speler op de markt verschijnt, dan start in maart 2014 een specialisatie-opleiding ergonomie aan de KULeuven te Gent.
!
%!
!
4. Randbemerkingen over KUL opleiding -
Kwaliteit? Academische titels zijn geen garantie voor kwaliteit. Daar zijn reeds voorbeelden van, bvb de laatste opleiding ergonomie aan de KUL. De academische coördinatoren dienen echter vooral om de inhoud te bewaken. Ze vormen de verbinding met de praktijk en zoeken de juiste persoon voor de juiste inhoud. Er dient wel een rode draad tussen de verschillende sprekers te blijven en dat is hun rol.
-
Praktisch? Om een onderbouwde en praktijkgerichte opleiding te garanderen zijn er per vakblok volgende topics: wetenschappelijke kennis, meetmethodes/risicoanalyse, wetgeving, preventiestrategie, cases en bedrijfsbezoeken.
-
Duurzaamhied? Bij AMS heeft men drie generaties van 18 à 20 studenten gehad, telkens met een jaar tussenpauze. De vierde generatie telde na vier jaar zes studenten, te weinig om te beginnen. Een nieuwe opleiding zal de eerste lichtingen goed kunnen vullen, maar daarna dreigt ook de krapte. Voordeel van KULeuven is dat ze geen winst moeten maken. Wanneer de opleiding break-even draait, is het voldoende.
-
Rol BES? Het huidige initiatief van de KULeuven is los van BES gebeurd. Elke opleiding die voldoet aan de criteria van Eur Erg, krijgt de steun van BES. Wel wil de BES mee kunnen wegen op de inhoud en invloed kunnen uitoefenen op basis van die criteria. Dezelfde strakke houding die in het verleden naar andere instellingen werd aangenomen, zal ook gelden voor KULeuven.
-
Samenwerking? Een interuniversitaire opleiding zoals in Wallonië is voor de moment niet aan de orde. Door de associaties begint de samenwerking binnen KULeuven intern te groeien. Op langere termijn kan dat ook met andere universiteiten gebeuren, maar niet vandaag en morgen. Structurele samenwerking met andere partners zal ook niet gebeuren. Mogelijkheden zoals deel uitmaken van de stuurgroep,… kunnen onderling bekeken worden.
!
&!