Beleid nevenwerkzaamheden medewerkers VPCO De Basis 10 maart 2015
Inleiding
De ervaring leert dat personeelsleden soms nevenwerkzaamheden uitvoeren naast hun reguliere werk in dienst van het bestuur. Het bestuur van De Basis staat hier in principe positief tegenover. Toch kunnen er situaties zijn waarin het uitvoeren van nevenwerkzaamheden niet gewenst is. Voor het bestuur is het daarom van belang om zicht te hebben op de omvang en de aard van deze werkzaamheden vanwege twee redenen: 1. de combinatie van het uitvoeren van reguliere werkzaamheden met nevenwerkzaamheden kan een negatief effect hebben op de inzetbaarheid en gezondheid van de medewerker. 2. het uitvoeren van de nevenwerkzaamheden kan in strijd zijn met de belangen van de organisatie. Niet in alle gevallen wordt de werkgever daarvan op de hoogte gesteld, terwijl de medewerker wel degelijk een meldingsverplichting heeft vanuit de CAO-PO. Deze beleidsnotitie heeft het doel medewerkers op de hoogte te stellen van het wettelijk kader rond nevenwerkzaamheden en hen zodoende te wijzen op hun rechten en plichten hieromtrent. Uitgangspunt bij het bepalen van het beleid rondom nevenwerkzaamheden vormt artikel 11.3 CAOPO:
11.3 CAO PO Nevenwerkzaamheden 1. De werknemer zal voor het aanvaarden van een betrekking aan andere onderwijsinstellingen,
2. 3. 4.
dan wel alle andere werkzaamheden waarvoor de werknemer salaris dan wel anderszins inkomen uit arbeid ontvangt, kennis geven aan de werkgever. De werknemer zal eveneens van elke wijziging in de aard en de omvang van de in het eerste lid bedoelde werkzaamheden kennis geven aan de werkgever. Indien de in het eerste lid bedoelde werkzaamheden naar het oordeel van de werkgever redelijkerwijs in strijd zijn met de belangen van de instelling, zijn zij niet toegestaan. Nevenwerkzaamheden waarvoor de werknemer geen salaris dan wel anderszins inkomen uit arbeid ontvangt, worden door de werknemer niet langer verricht indien deze redelijkerwijs in strijd zijn met de belangen van de instelling.
Deze beleidsnotitie dient te worden aangemerkt als de “Regeling nevenwerkzaamheden VPCO de Basis”. De werknemer houdt zich bij de vervulling van de functie mede aan de regels, welke ten behoeve van de goede gang van zaken door de werkgever door middel van instructies en/of reglementen zijn vastgesteld en voorts aan nadere aanwijzingen ter zake, hem door of vanwege de werkgever verstrekt (artikel 11.2, lid 2 van de CAO PO).
Uitgangspunt: melden nevenwerkzaamheden
Indien werknemers nevenwerkzaamheden uitvoeren of willen gaan uitvoeren dienen zij dit schriftelijk kenbaar te maken aan hun leidinggevende. In de meeste gevallen is dit de directeur van de school. Deze overlegt hierover met het uitvoerend bestuur. Bij de beoordeling van de vraag of nevenwerkzaamheden kunnen worden uitgevoerd zal met name het punt belangenverstrengeling en de effecten op de gezondheid van de medewerker worden beoordeeld. De melding die wordt gemaakt en de afspraken die daaruit mogelijk voortvloeien worden vastgelegd in het personeelsdossier. Hiervoor wordt het formulier gebruikt dat als bijlage is toegevoegd.
Kaders nevenwerkzaamheden
In de jaartaak/taakbeleid van de werknemer zijn de taken schriftelijk vastgelegd. In het taakbeleid zijn ook afspraken gemaakt over de inzetbaarheid van de werknemers na lestijd, zoals voor vergaderingen, studiebijeenkomsten e.d. Hierbuiten zijn werknemers vrij om hun tijd in te vullen met inachtneming van de afspraken rondom (betaalde) nevenwerkzaamheden. Het antwoord op de vraag of de nevenwerkzaamheden gehonoreerd mogen worden is afhankelijk van vele factoren. Enkele factoren zijn: de omvang van de werkzaamheden en het effect daarvan op de gezondheid van de medewerker, de mate van belangenverstrengeling en het risico op imagoschade. Per situatie beoordeelt het uitvoerend bestuur aan de hand van verschillende factoren of een nevenactiviteit wel of niet in strijd is met de belangen van de organisatie. Het is op voorhand lastig aan te geven of een bepaalde nevenactiviteit binnen het toegestane kader valt en Beleid nevenwerkzaamheden medewerkers VPCO de Basis – 10 maart 2015
1
wanneer daarbuiten. Wel kan doormiddel van enkele duidelijke voorbeeldcasussen de contouren van het kader geschetst worden.
Voorbeelden van nevenwerkzaamheden:
In deze paragraaf worden enkele voorbeelden geschetst van nevenactiviteiten die zich in praktijk kunnen voordoen. De waarschijnlijke reactie van het uitvoerend bestuur wordt daarbij vermeld. Hier kunnen geen rechten aan worden ontleend. Iedere nevenactiviteit moet gemeld en beoordeeld worden door het bestuur. 1. Een leerkracht geeft (al dan niet vanuit een ZZP-constructie) een leerling van de eigen school na schooltijd betaald of onbetaald huiswerk- dan wel andere begeleiding of bijles. Antwoord: dit mag niet vanwege (de schijn van) belangenverstrengeling. Want: De school biedt in principe een programma met aandacht voor zorgleerlingen binnen de reguliere lestijden. Als je de mogelijkheid biedt tot begeleiding na schooltijd dan wek je de indruk dat er onder schooltijd te weinig inzet wordt gepleegd. Het beeld kan ontstaan dat het kind onder schooltijd minder aandacht krijgt omdat het door dezelfde leerkracht na schooltijd weer verder geholpen wordt, of juist andersom. In het verlengde daarvan: geeft een leraar in zijn werk voor de school wel een objectief oordeel over de prestaties van een leerling indien hij daar zelf in de avonduren aan kan verdienen? Er kunnen loyaliteitsproblemen ontstaan (ben ik loyaal aan mijn bedrijf of aan mijn werkgever?) De relatie tussen ouders en school kan verstoord worden als de uitvoering van de werkzaamheden niet naar tevredenheid verloopt. 2. Een senior medewerker werkt van maandag tot en met donderdag en neemt zijn Duurzaam Verlofuren op op vrijdag. Hierdoor kan ze iedere vrijdag als postbesteller iets bijverdienen. Antwoord: dit mag niet. De regeling Duurzame Inzetbaarheid (inclusief de voormalige Baporegeling) is een instrument dat kan worden ingezet om medewerkers langer inzetbaar te houden. De tijd van de Duurzame Inzetbaarheid (vervangend voor beleid Bapo) kan dan niet worden gebruikt om andere werkzaamheden te doen. Bovendien wordt deze tijd gedeeltelijk betaald door de werkgever. 3. Een medewerker werkt van maandag tot en met donderdag en neem Duurzaam inzetbaarheid verlof op vrijdag. De vrijdag wordt gebruikt als rustdag. Op zaterdag werkt de medewerker al jaren als postbesteller. Antwoord: dit is niet wenselijk aangezien ter discussie kan worden gesteld of het verlof in het kader van Duurzame Inzetbaarheid voor deze medewerker nodig is. Maar daarnaast ook niet direct in strijd met de belangen van de organisatie zolang er geen aanwijzing is dat de werkzaamheden op zaterdag een negatief effect hebben op de gezondheid en inzetbaarheid van de medewerker. 4. Een leerkracht die tegen vergoeding een avond per week een koor dirigeert of een sporttraining geeft. Antwoord: dit is toegestaan. Zolang er geen enkele aanwijzing is dat de werkzaamheden een negatief effect hebben op de gezondheid en inzetbaarheid van de medewerker. 5. Een leerkracht die tijd besteed aan dit koor of aan de sporttraining en zich regelmatig afwezig meldt, terwijl er een teamvergadering of ouderavond is. Antwoord: in principe niet toegestaan. Overleg is nodig, zeker als taken binnen de wtf vallen. 6. Een leerkracht die correspondent is van een dag- of weekblad. Antwoord: Dit is principe toegestaan. Wel is er sprake van belangenverstrengeling als de betrokkene een artikel schrijft over de school/werkgever.
Overige aandachtspunten
Het is bij het verrichten van nevenwerkzaamheden niet toegestaan gebruik te maken van door de werkgever beschikbaar gestelde middelen en materialen. De werknemer is zelf verantwoordelijk voor het niet overschrijden van de normen van arbeidstijd- en rusttijdbepalingen bij het aannemen en de uitoefening van de nevenwerkzaamheden. Alle consequenties, voortvloeiend uit de nevenwerkzaamheden, zoals door de werknemer te lijden schade bij de uitoefening van de nevenwerkzaamheden, door derden opgelegde sancties in verband met de nevenwerkzaamheden, een boete van de
Beleid nevenwerkzaamheden medewerkers VPCO de Basis – 10 maart 2015
2
Arbeidsinspectie als gevolg van overschrijding van de arbeidstijdenwetgeving, zijn voor rekening en risico van de werknemer. Indien de werkgever schade lijdt als gevolg van het uitoefenen van de nevenwerkzaamheden, kan de werkgever deze schade op de werknemer verhalen.
Sancties
Medewerkers die nevenwerkzaamheden uitvoeren die in strijd zijn met de belangen van de organisatie beëindigen deze werkzaamheden binnen een termijn van twee maanden na het moment dat de werkgever deze heeft vastgesteld als zijnde onverenigbaar. De uitvoering van de nevenwerkzaamheden zijn in strijd met artikel 11.2 lid 2 en artikel 11.3 lid 3. Overschrijdt de medewerker de termijn van twee maanden dan kan de werkgever een disciplinaire maatregel treffen zoals geformuleerd in artikel 3.17 van de CAO-PO. Nevenwerkzaamheden en interne mobiliteit Bij verandering van school binnen de organisatie wordt opnieuw bepaald of de nevenwerkzaamheden van een medewerker in strijd zijn met de belangen van de organisatie. Tenslotte Na vaststelling van deze regeling zal elke leidinggevende met de medewerkers die nevenwerkzaamheden heeft naast zijn aanstelling bij VPCO De Basis een gesprek voeren over de huidige nevenwerkzaamheden. Aan de hand van de regeling zal worden getoetst of de nevenwerkzaamheden gecontinueerd kunnen worden danwel beeindigd dienen te worden. De medewerker zal een redelijke termijn krijgen om de werkzaamheden af te bouwen. Afspraken daarover worden vastgelegd in het formulier in de bijlage.
Beleid nevenwerkzaamheden medewerkers VPCO de Basis – 10 maart 2015
3
Conform artikel 11.3 van de CAO-PO wordt u geacht uw nevenwerkzaamheden door te geven aan uw werkgever. Dit kan door middel van dit formulier.
ALGEMENE GEGEVENS : Naam: m/v*
Adres:
Postcode:
Woonplaats:
Telefoonnummer :
Geboortedatum:
E-mailadres:
School:
DE NEVENWERKZAAMHEDEN: Omschrijving:
Het aantal uren per week aan nevenwerkzaamheden:
Ontvangt u over deze uren een vergoeding? Ja/nee* (* doorstrepen wat niet van toepassing is)
Beleid nevenwerkzaamheden medewerkers VPCO de Basis – 10 maart 2015
4
BESLUIT BESTUUR Akkoord / niet akkoord Toelichting:
Datum:
…………………………………..
Datum:
…………………………………..
Handtekening medewerker:
……………………………………………………………
Handtekening bestuur:
……………………………………………………………
Meer informatie over nevenwerkzaamheden kunt u terugvinden in artikel 11.3 CAO-PO en het beleidsdocument: “Regeling nevenwerkzaamheden VPCO de Basis”. GELIEVE DIT FORMULIER IN TE LEVEREN BIJ UW DIRECTIE Uw directeur bespreekt het formulier met de directeur/ bestuurder en zal u spoedig laten weten of de nevenwerkzaamheden gehonoreerd kunnen worden (maximaal 2 weken).
Beleid nevenwerkzaamheden medewerkers VPCO de Basis – 10 maart 2015
5