Periodieke uitgave in het kader van het beleidsprogramma AVOICE van het Hoofdbedrijfschap Ambachten
Vakmensen máken het
Nummer 19 – juni 2011
Econoom Arjo Klamer:
‘Belang ambachtseconomie neemt toe’ S ER adviseert kabinet: ‘Stel arbo-regels ook voor zelfstandigen verplicht’ Schoenmakers maken vak aantrekkelijker
NUMMER 19 – juni 2011
7
Thema
4 SER adviseert kabinet: ‘Stel arbo-regels ook voor zelfstandigen verplicht’ 5 Werkgevers willen meer focus bij bedrijfschap en productschap
Het belang van de ambachtseconomie
6 Omzet ambachtseconomie stijgt dit jaar tot 110 miljard 12 Week van het ambacht 2011 trekt recordaantal bezoekers
8 Econoom Arjo Klamer:
14 Schoenherstellers naar 100 miljoen euro omzet
‘Belang ambachtseconomie neemt toe’
15 Schoenmakers maken vak aantrekkelijker
10 Innovatieve ambachten gaan goede
16 ‘Drie leden Platform Ambachtseconomie over Skills Masters
tijden tegemoet
16 Nederlands Ambachtspeil 2010/2011
4/5
6/7
8/9
Afbeeldingen nog aan te passen
10/11 aVOICE is een uitgave van het Hoofdbedrijfschap Ambachten in het kader van het beleids programma 2010-2015 ‘De ambachtseconomie máákt het’ en verschijnt vier keer per jaar.
12/13 Redactie HBA Bosma Communicatie & PR Basisontwerp WIM Ontwerpers
Fotografie Michael Kooren Guus Schoonderwille
14/15 Opmaak Optima Forma bv Druk Opmeer Drukkerij bv
Column
‘Ik blijf op de vaklui letten, hoor!’ Ergens in maart, op mijn verjaardag nota bene, bracht ik een werkbezoek aan het Albeda-college in Rotterdam. Een prachtige opleidingshal in de oude RDM-loods waar docenten het kwalitatieve vak -en handwerk met passie overbrengen op leergierige studenten. Het pure ambacht, geworteld in vroeger tijd, heeft weer de toekomst. En terecht. Ambachtslieden heb je iedere dag nodig. Ik ben trots als mijn bootje vlak voor elk vaarseizoen tiptop in orde wordt gemaakt. En ik ben zelfs jaloers op mijn dakdekker, wat een vakwerk. Bovendien zijn ze van groot belang om onze economie draaiende te houden. Tweede Kamerlid voor de VVD Ton Elias (1955) was schrijvend journalist voor onder meer Vrij Nederland, De Tijd, Elsevier en het Parool en werkte als parlementair journalist voor Den Haag Vandaag, RTL-4, SBS6 en AT-5. Na zijn journalistieke werk werkte hij als directeur communicatie bij Aegon en daarna als directeur van de communicatiebureaus Elias Communicatie en Elias Advies. Sinds 2008 zit hij voor de VVD in de Tweede Kamer als woordvoerder economische zaken en sinds kort als woordvoerder primair-, voortgezet- en beroepsonderwijs. Vanuit het Platform Ambachtseconomie wil Elias ambachtelijke ondernemers ondersteunen bij het oprichten van een bedrijf.
Terug naar het Albeda. Enthousiast werd ik langs fabrieksmachines en verpakkingsmaterialen gedirigeerd. Ik hoefde deze leerlingen er niet meer van te overtuigen dat je het echt kan maken als je met je handen werkt. Dat je trots moet zijn op het feit dat je een vak leert. Wat ik ze wel heb meegegeven is om serieus te overwegen om voor jezelf te beginnen. Word ZZP’er – en reserveer dan wel de helft van je inkomsten voor de fiscus die later nog langskomt.
Laten we ervoor zorgen dat we echte vaklui niet gaan uitzwaaien in Nederland. Maar ik pleit ook voor de omgekeerde weg. Diezelfde ZZP’er, weliswaar in een later stadium, voor de klas zetten. Ik heb op meerdere scholen uitstekende praktijkmensen in klassen gezien, die leerlingen leren pijp fitten of die rechtstreeks uit de garage kwamen, die geen bevoegdheid hadden en hele goede docenten of ondersteuners waren. We hoeven echt geen Mastertitel voor de metselaar die lesgeeft. Daar moeten we niet rigide in zijn. Weg van het onderwijscorporatisme en meer frisse buitenstaanders de school in. Alles dat de ramen in het onderwijs open zet, juich ik als VVD-er toe. Vanuit de politiek moeten we het startende ondernemers gemakkelijker maken om de stap naar een eigen bedrijf te durven zetten. Ik vind het van belang dat mensen niet alleen maar denken, je moet naar de Mavo, het VMBO of Havo om iets administratiefs te gaan doen maar dat mensen snappen dat het goed kan zijn om een vak te leren waar je ook heel goed je brood kan verdienen. Tegelijkertijd moet de minister de beroepsbegeleidende leerweg, niet zodanig dicht te timmeren, dat goeie, praktijkgerichte krachten buiten de school gehouden worden. Als ik zie hoe het actieplan voor het middelbaar beroepsonderwijs gestalte krijgt en tegelijkertijd ook naar de hernieuwde aandacht voor het VMBO kijk, vind ik dat we op de goede weg zijn. Maar ik blijf opletten, hoor. Dat is ook een van de redenen waarom ik destijds op verzoek van het HBA lid geworden ben van het Platform Ambachtseconomie. Opkomen voor al die broodnodige ambachtelijke vakmensen. De specialistische vakopleiding, om maar eens één laatste punt te noemen, moet coûte que coûte overeind gehouden worden. Niet per definitie op tal van plekken in het land en met een ondoelmatige versnippering. Maar laten we wel ervoor zorgen dat we echte vaklui niet gaan uitzwaaien in Nederland. 3
NIEUWS
SER adviseert kabinet:
‘Stel arbo-regels ook voor zelfstandigen verplicht’ De SER heeft in maart de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid unaniem geadviseerd dat alle werkenden, werknemers of zzp’ers gelijke arbeidsomstandigheden moeten hebben. Omdat de landelijke politiek doorgaans unanieme adviezen van de SER opvolgt, lijkt het erop dat de Arbo-wetgeving straks ook zal gelden voor zzp’ers. Het advies is voor de ambachten belangrijk omdat zzp’ers tweederde van de bij het HBA aangesloten ondernemingen vormen. Esther Raats-Coster, voorzitter van het Platform Zelfstandige Ondernemers, plaatsvervangend lid van de SER en bovendien lid van het Platform Ambachtseconomie lichtte op de raadsvergadering op 18 maart toe dat in het advies de werkingssfeer van bepalingen uit de Arbowet naar zzp’ers en anderen wordt uitgebreid. De Arbowet gaat voor een belangrijk deel uit van de arbeidsrelatie tussen werkgever en werknemer en heeft dus ook betrekking op zzp’ers, als de politiek het advies overneemt. Maar omdat het onverkort van toepassing verklaren van die bepalingen zzp’ers met een onnodige
4
administratieve lastendruk zou opzadelen, zullen de zelfstandigen niet verplicht worden een uitgebreide risico-inventarisatie en -evaluatie op te stellen. Raats-Coster: ‘Zzp’ers doen er wel verstandig aan zich rekenschap te geven van risico’s die aan het werk verbonden zijn. Uiteindelijk gaat het erom het bewustzijn van alle werkenden te vergroten zodat uitval kan worden voorkomen.’
Gelijke bescherming
Linde Gonggrijp, directeur van FNV Zelfstandigen, plaatsvervangend lid van de SER en lid van het Platform Ambachtseconomie, was eveneens tevreden over het advies. Zij onderstreepte het belang van gelijke bescherming voor alle werkenden. Zij gaf aan dat het analyseren van risico’s een verantwoordelijkheid is van zowel de opdrachtgever, de zzp’ers als de producent. Ook zij benadrukte dat het advies niet tot verhoging van de administratieve lastendruk leidt: ‘Het zadelt onze leden niet op met extra regelgeving en administratieve lasten,’ aldus Gonggrijp.
NIEUWS
Werkgevers willen meer focus bij bedrijfschap en productschap ‘Schappen’ niet afschaffen, maar wel moderniseren en concentreren op kerntaken De elf productschappen en zes bedrijfschappen die Nederland nog telt, moeten niet worden opgeheven, zoals door een deel van de Tweede Kamer wordt bepleit, maar wel gemoderniseerd. Ze moeten zich meer gaan richten op een beperkt aantal taken, zoals innovatie, kwaliteit, duurzaamheid en bevordering van ondernemerschap. Dit stellen de werkgeversorganisaties VNO-NCW, MKB Nederland en land- en tuinbouworganisatie LTO Nederland in een gezamenlijke notitie. Ze willen het debat over deze publiekrechtelijke bedrijfsorganisaties (pbo’s), dat de komende maanden gevoerd gaat worden, in goede banen leiden. Minister Henk Kamp van Sociale Zaken moet van de Kamer uiterlijk in september met een standpunt komen over de toekomst van de pbo’s.
Efficiënter
Bij een eventueel opheffen van de pbo’s moet de overheid zelf een aantal kerntaken gaan uitvoeren. Dat staat volgens de werkgevers haaks op het kabinetsbeleid, dat juist gericht is op een compactere rijksdienst. Daarnaast vragen zij zich af in hoeverre de overheid aan de voorwaarden van
doelmatigheid en doeltreffendheid kan voldoen. De werkgevers stellen dat de schappen tot 20% efficiënter kunnen werken, mede omdat zij dichter bij de branches zitten.
Stimulerend en faciliterend
Volgens de notitie vervullen schappen geen top-down sturende rol meer in hun sector, maar meer een stimulerende en faciliterende rol, aanvullend op die van de brancheorganisaties en ondernemingen. Bovendien hebben ze een platformfunctie. De schappen zijn vooral geconcentreerd in de sfeer van ambachten, detailhandel, agrarische sector en horeca. Alles bijeen representeren ze een belangrijk deel van de nationale economie: het gaat om circa 400.000 ondernemingen met rond de twee miljoen werknemers en een omzet van meer dan euro 200 miljard, bijna 40% van het bruto binnenlands product (bbp). De toekomstige kerntaken van de elf productschappen zien de werkgevers in de sfeer van voedselveiligheid, gezondheid en innovatief onderzoek. Leefbaarheid, veiligheid en duurzaamheid, innovatie, promotie/voorlichting en onderzoek /informatie zijn volgens de drie werkgeversorganisaties de toekomstige kerntaken van de bedrijfschappen. Ze vinden het belangrijk dat deze taken aansluiten bij het kabinetsbeleid en ‘lean en mean’ uitgevoerd worden.
5
NIEUWS
Vergrijzing en ontgroening hangen als een zwaard van Damocles boven ambachten
Omzet ambachtseconomie stijgt dit jaar tot 110 miljard Na een daling in 2009 en 2010 neemt de omzet van de ambachtseconomie in 2011 weer met 2% toe tot 110 miljard euro. Deze wordt gerealiseerd door 260.000 ambachtelijke ondernemingen waar bijna 1 miljoen vakmensen werkzaam zijn. HBA-voorzitter Elrie Bakker presenteerde deze cijfers bij de kick-off van de Week van het Ambacht op 7 april in Den Haag. Ondanks deze positieve boodschap betoonde Bakker zich zeker niet zonder zorgen. Door het grote aantal ouderen dat met pensioen gaat, heeft de ambachtseconomie tot 2020 ruim een kwart miljoen nieuwe vakmensen nodig om aan de vervangings- en uitbreidingsvraag te kunnen voldoen, zo blijkt uit onderzoek door EIM. Maar door de ontgroening en door het negatieve imago dat ambachtelijke beroepen bij velen hebben, kiezen onvoldoende jongeren voor ambachtelijke opleidingen. Opleidingen die bovendien in veel gevallen in de verdrukking zitten.
Meesters
‘De dubbele vergrijzing treft de ambachtseconomie keihard. Veel ambachtelijke talenten leren het vak vooral in de praktijk tijdens stages en op leerwerkplekken in ambachtelijke ondernemingen. Oudere meesters dragen in de praktijk en op school kennis en ervaring over aan de nieuwe generatie vakmensen. Als we nu niet voldoende jonge mensen opleiden ontstaat een groot probleem op de arbeidsmarkt van de ambachtseconomie. Vooral de bouw, de afbouw, de creatieve industrie en de gebouwverzorgende sectoren komen straks duizenden mensen tekort. De vergrijzing en ontgroening hangen als een zwaard van Damocles boven deze sector waar alle Nederlandse huishoudens dagelijks behoefte aan hebben.’ Om het tij te keren intensiveren het HBA en de 36 daarbij aangesloten branches hun inspanningen om de ambachtseconomie aantrekkelijker te maken voor jongeren en andere talenten.
OCW: ‘Focussen op vakmanschap’
De ambachtseconomie in feiten en cijfers De ambachtseconomie is dat deel van de economie waarin producten en diensten door vakkundig handwerk tot stand komen. Het is de economische sector waarin vakmensen met hun hulpmiddelen, instrumenten en gereedschap handmatig producten maken en diensten verlenen om in hun bestaan te voorzien.
6
- 260.000 ondernemingen - Omzet 2011: bijna 110 miljard euro - Toegevoegde waarde: 34,1 miljard euro - Werkgelegenheid: bijna een miljoen mensen - 250.000 vakmensen nodig tot 2020
Jeannette Noordijk, directeur Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie van het Ministerie van Onderwijs, erkende de noodzaak om de ambachten te promoten tijdens haar presentatie op de kick-off. Zij verving minister Van Bijsterveldt die wegens een spoeddebat in de Tweede Kamer haar toegezegde komst moest afzeggen. ‘We moeten meer focussen op vakmanschap,’ aldus Noordijk. ‘De vraag naar vakmensen zal de komende jaren enorm zijn.’ Misschien had Noordijk wel gelijk toen ze verbaasd opmerkte dat de Ambachtseconomie het best bewaarde geheim van ons land is.
thema – Het belang van de ambachtseconomie
Het belang van de ambachtseconomie In 2011 is de ambachtseconomie goed voor een totaalomzet van 110 miljard euro, 7% van het BNP, 34,1 miljard euro toegevoegde waarde en 260.000 ondernemingen. waarin bijna een miljoen mensen hun brood verdienen.
het gesteld zijn met onze leefkwaliteit zonder muziekinstrumentmakers, grimeurs, banketbakkers, schoonheidsspecialisten, kappers, zadelmakers, enzovoorts, enzovoorts?
Vol aan de bak Maar het belang van de ambachtseconomie strekt zich verder uit. Tal van ambachtelijke bedrijven zijn koplopers op het gebied van innovatie. En vernieuwing vormt de basis van de kenniseconomie waarmee de B.V. Nederland zijn internationale concurrentiepositie wil versterken. Alexander Rinnooy Kan schreef als juryvoorzitter van de onlangs gehouden MKB Innovatie Top 100: ‘De vernieuwingsdrift komt uit het midden- en kleinbedrijf en dat is essentieel voor een goed renderende Nederlandse economie.’ In de marge van deze jaarlijks uitkomende hitlijst signaleert hij: ‘Een doorbraak is er dit jaar (2011, redactie) voor de creatieve sector met tastbare producten op het gebied van gaming en designing.’ Het sociaal/economische gewicht en de innovatieve aanjaagfunctie van de ambachtseconomie zijn maar één kant van de medaille. De andere, immateriële kant is misschien wel net zo belangrijk. Die zijde van de medaille kun je onder woorden brengen met retorische vragen als: wat zouden we moeten zonder dakdekkers, bakkers, slagers, orthopedisch schoenmakers of pedicures? Hoe zou
Ondanks haar belang in materieel en immaterieel opzicht is het geen sinecure om de ambachtseconomie soepel draaiende te houden, laat staan die te versterken. Het HBA, waarbij 36 ambachtelijke branches zijn aangesloten, moet bijvoorbeeld steeds luider en duidelijker zijn stem verheffen in zijn pleidooi voor het behoud van specialistische vakopleidingen. Een tweede voorbeeld: het HBA moet ‘vol aan de bak’ om jongeren voor een ambachtelijke loopbaan te interesseren. De vergrijzing, de ontgroening en de situatie dat bij wijze van spreken het hele bedrijfsleven in deze vijver zit te vissen, maken het er niet gemakkelijker op.
Ontsluieren
Het HBA doet er alles aan om dit geheim te ontsluieren. Dat is -letterlijk - in het algemeen belang. Het HBA en het Platform Ambachtseconomie vertrouwen erop dat onze volksvertegenwoordigers dit beseffen als ze binnenkort een besluit nemen over de toekomst van de ‘schappen’ en dus over het HBA. Wij allen, politici niet uitgezonderd, kunnen namelijk geen dag zonder ambachten!
7
thema – Het belang van de ambachtseconomie
Econoom Arjo Klamer: ‘BELANG AMBACHTSECONOMIE NEEMT TOE’ ‘Er is een andere economie in wording. Een economie waarin veel meer de nadruk ligt op kwaliteit dan nu. En omdat ambachtelijke vaardigheden en het realiseren van kwaliteit nauw met elkaar verbonden zijn, zal het belang van de ambachtseconomie toenemen.’
8
thema – Het belang van de ambachtseconomie
kleine zaakjes aan het werk. De Japanners vinden de kwaliteit van voedsel heel belangrijk. Ze hechten er grote waarde aan dat dit zorgvuldig geproduceerd wordt en geven daar veel meer geld aan uit dan wij. Dat zit in hun cultuur. In Nederland letten we in het algemeen veel meer op de prijs dan op kwaliteit. Bij ons is een omslag naar meer waardering voor kwaliteit nodig. De grote uitdaging is om zo’n verandering te realiseren.’
Voldoening
‘Kenmerkend voor ambachtelijke kwaliteit is dat je veel ervaring nodig hebt om goede producten of diensten te leveren en dat je die ervaring op peil moet houden.’
In Nederland staat werken ‘met het hoofd’ hoger aangeschreven dan handarbeid. Zelf dacht Klamer vroeger ook zo. ‘Nu weet ik wel beter. Als wetenschapper ben ik altijd met mijn hoofd bezig. Ik bewonder mensen die iets met hun handen kunnen maken. Voor de grote aandacht waarmee ze werken, voor hun concentratie en hun passie. Met het schaamrood op de kaken ben ik langzamerhand gaan beseffen dat een dergelijke vorm van intelligentie een bijzondere kwaliteit is. Als de opgave moeilijk wordt, raken ambachtsmensen niet in paniek maar vinden ze het juist leuker worden. Als ik hun vraag waarin de voldoening in hun werk ligt, is het antwoord steevast dat dit in het klaren van een ingewikkelde klus ligt. Aan een dakwerker die op mijn huis bezig was, vroeg ik wat nou zo leuk was aan zijn vak. Dat kon hij mij wel vertellen. De opdracht bij mij vond hij maar een routineklus, daar beleefde hij weinig lol aan. Het leukste was wanneer de oorzaak van een lek niet te vinden is, om het uiteindelijk op te sporen op een onwaarschijnlijke plek.’
Mentaliteit Arjo Klamer, lid van het Platform Ambachtseconomie en hoogleraar culturele economie aan de Erasmus Universiteit, baseert zijn verwachting op een grootschalig, internationaal onderzoek waar hij mee bezig is.
Cultuur
Uit zijn onderzoek maakt Klamer op dat het ambacht in landen als Duitsland, Italië en Japan veel meer gecultiveerd is en meer aanzien geniet dan in Nederland. ‘De weerslag daarvan zie je terug in allerlei economische activiteiten. De bijna spreekwoordelijke zware kwaliteit van Duitse machines en auto’s is grotendeels terug te voeren op de ambachtelijke mentaliteit bij onze oosterburen. In Italië herken je ambachtelijke kwaliteit in bijvoorbeeld schoenen, tassen, kleding. Je ziet in Rome ambachtslieden in hun
De ambachten en daarmee de ambachtelijke kwaliteit beperkt zich in zijn ogen niet tot de sectoren die bij het HBA zijn aangesloten. Het geldt ook voor musici, chirurgen, ontwerpers, koks, tandartsen enzovoorts. ‘Allemaal beroepsgroepen die met hun hoofd en hun handen mooie, waardevolle dingen tot stand brengen. Kenmerkend voor ambachtelijke kwaliteit is dat je veel ervaring nodig hebt om goede producten of diensten te leveren en dat je die ervaring op peil moet houden.’ En daarmee is het volgens hem tevens een bepaalde mentaliteit: ‘Ambachtelijke mensen hebben met elkaar gemeen dat zij vooral voldoening halen uit het maken van een kwalitatief goed product. Het is, zoals gezegd, wenselijk dat onze samenleving die mentaliteit cultiveert, ook om in de toekomst economisch sterk te staan. Het HBA kan daarin een belangrijke rol spelen.’
9
thema – Het belang van de ambachtseconomie
Duitse onderzoeker en trendwatcher Christian Hehenberger :
Innovatieve ambachten gaan goede tijden tegemoet
Foto: omslag boek
Het MKB is de komende jaren de motor achter de economische groei en de werkgelegenheid. Nieuwe en op de toekomst gerichte arbeidsplaatsen zullen relatief meer in het midden- en kleinbedrijf ontstaan dan in de grote bedrijven. Innovatieve ambachtelijke bedrijven kunnen van ontwikkelingen die op stapel staan zeker hun graantje meepikken. Voorwaarde is wel dat ze hun marketingbeleid goed voor elkaar hebben. Dat schrijf de Duitse onderzoeker Christian Hehenberger in zijn boek ‘Dem Handwerk gehört die Zukunft’. De auteur bespeurt dat steeds meer consumenten de voorkeur geven aan producten en diensten uit hun eigen omgeving en dan nog het liefst gemaakt door kleinschalige bedrijven. In deze trend ziet hij een reactie op de globalisering en internationalisering, die zich de afgelopen decennia hebben afgetekend. Met name schadelijke gevolgen zoals de kredietcrisis liggen nog vers in het geheugen. Ambachtsmensen zoals de bakker, de meubelmaker, de kapper en de goudsmid kunnen volgens Hehenberger van deze reactie profiteren. ‘Het is wel noodzakelijk dat ze het regionale en het traditionele karakter van hun producten of diensten combineren met innovatie,’ tekent hij daarbij aan.
10
Veilig stellen
De toenemende behoefte aan zekerheid bij afnemers speelt de ambachtseconomie eveneens in de kaart. Hehenberger: ‘Dit is een reactie op onstuimige ontwikkelingen zoals de sterk fluctuerende olieprijs, de al genoemde kredietcrisis en het besef dat aanvoer van olie en gas uit politiek onrustige landen nooit gegarandeerd is. Steeds meer consumenten zien daarin aanleiding te investeren in het veilig stellen van primaire levensomstandigheden zoals eten, drinken, gezondheid, huisvesting en veiligheid.’ Hij verwacht bijvoorbeeld dat huizenbezitters en eigenaren van bedrijfsgebouwen, scholen en ziekenhuizen de komende jaren zullen investeren in alternatieve energiebronnen zoals zonnepanelen, geothermische energie en dergelijke. Ze willen daarmee in één klap de huisvestingskosten verlagen en de zekerheid van hun wooncomfort verhogen. Deze trend biedt kansen aan innovatief ingestelde ambachtelijke ondernemingen in de bouwnijverheid en de installatiebranche. Diezelfde branches kunnen eveneens profiteren van de behoefte aan meer veiligheid. De vergrijzende bevolking zal steeds meer investeren in alarminstallaties, inbraakwerend hang- en sluitwerk enzovoorts. Hehenberger: ‘Het is aan de ambachtelijke ondernemers om dergelijke voorzetten in te koppen.’
Christian Hehenberger: Dem Handwerk gehört die Zukunft. ISBN 978-3-901852-10-7
HBA PANEL
HBA-panel over ‘De ambachtseconomie’
‘Ambachtseconomie heel belangrijk voor samenleving’ ▶ De respondenten die aan dit in mei gehouden onderzoek hebben deelgenomen, vinden de Ambachtseconomie heel belangrijk voor de Nederlandse samenleving. In eerste instantie voor de werkgelegenheid (94%) maar ook als economische factor (92%) en voor de kwaliteit van leven (92%). Niet veel lager scoren ook de aspecten ‘uit het oogpunt van innovatie’ (82%) en ‘voor het behoud van de Nederlandse cultuur’ (83%). Ruim de helft van alle respondenten (58%) zegt financieel afhankelijk te zijn van zijn/haar beroepsuitoefening. Vijf andere in het oog springende onderzoeksresultaten zijn:
1. Optimistisch voor de komende jaren
Bijna alle ondernemers verwachten dat in 2011 en 2012 hun inkomsten gelijk blijven of stijgen. Slechts een klein percentage verwacht een daling.
2. Aantal vacatures nu laag, maar vervulling wordt een probleem
Een groot deel van de respondenten (75%) geeft aan nu niet op zoek te zijn naar personeel. 37% Verwacht dat het vinden van nieuwe vakmensen binnen zijn/haar branche lastig zal worden. 15% Zegt op dit moment problemen te hebben met het aantrekken van vakbekwaam personeel.
3. Overdracht aan opvolgers: geld is geen belemmering
Bijna tweederde (66%) van de ondernemers beschouwt zijn of haar bedrijf als overdraagbaar aan een opvolger. De anderen zijn daar minder optimistisch over. Zij denken dat hun bestaande klanten voldoende keuze hebben om hun diensten of producten te betrekken van een collega die nog niet stopt. Geld is kennelijk geen belemmering: slechts 7% denkt dat een eventuele overname zou afketsen op financieringsproblemen.
4. Zijn EU-collega’s welkom of niet?
De panelleden denken verschillend over de vraag of vakmensen uit andere EU-landen een bedreiging vormen voor de werkgelegenheid in Nederland. Degenen die deze vraag positief beantwoorden (54%), vrezen dat dit ten koste gaat van de arbeidskansen voor (jonge) Nederlanders. Sommigen verwachten bovendien dat het aantrekken van vakmensen uit andere EU-landen van invloed zal zijn op de tarieven. De respondenten die geen bezwaar hebben tegen de komst van buitenlandse collega’s (46%), vinden het belangrijk dat de immigranten echt vakmensen zijn. Bovendien menen ze dat een mogelijke toename van vakmensen uit andere EU-landen onderdeel is van de marktwerking.
5. Behoud en promotie van ambachten zeer belangrijk
De deelnemers vinden het erg belangrijk (94%) dat de ambachten (en opleidingen) behouden blijven. Promotie van de ambachten is dan ook van groot belang. De paneldeelnemers vinden dat vooral de brancheorganisaties, het onderwijs en het HBA de promotiekar moeten trekken. Overigens zien zij ook voor zichzelf en hun collega’s hier een nuttige rol weggelegd. Een van de ambachtsmensen merkte op: ‘Juist mensen uit het ambacht hebben de vakkennis en passie om over te dragen.’
In het HBA online panel worden bij het HBA aangesloten ondernemingen enkele keren per jaar gevraagd hun mening te geven over (actuele) thema’s. Voor het HBA bruikbare informatie bij de uitvoering van het beleid.
11
WEEK VAN HET AMBACHT
Week van het ambacht 2011 trekt recordaantal bezoekers De vijfde Week van het Ambacht vond, na de kick-off op 7 april, plaats van 8 tot en met 16 april met events in de regio’s Haaglanden, Utrecht, Twente, Drenthe, Eindhoven en Zuid-Holland Zuid. Daar konden jongeren en werkzoekenden op interactieve wijze kennis maken met tientallen ambachtelijke beroepen. Het recordaantal van 10.000 bezoekers gaf deze lustrumeditie een passend, feestelijk tintje.
7 April, kick-off Den Haag: Een stadion vol aantrekkelijke workshops
Zoals de traditie wil, was ook de kick-off van deze vijfde Week van het Ambacht een trefpunt van mensen die het belang van de ambachtseconomie beseffen. En ook deze keer bevonden zich onder de 250 gasten diverse Bekende Nederlanders. Het waren echter jonge ambachtsmensen zelf die hier in de schijnwerpers stonden. Zoals de prijswinnende stukadoor en de ondernemende goud- en zilversmid met meestertitel die een fraaie zilveren schaal toonde. Na de inleiding door HBA-voorzitter Elrie Bakker (zie elders in deze editie,‘Omzet ambachtseconomie stijgt dit jaar tot 110 miljard euro’) werden jongeren over hun beroepskeuze, de passie voor hun ambacht en hun toekomstdromen geïnterviewd door onder andere RTL-journalist Frits Wester en Jeannette Noordijk, directeur Beroepsonderwijs en Volwasseneneducatie van het Ministerie van Onderwijs. Vervolgens genoten de bezoekers van een symbolische presentatie op de catwalk door tientallen ambachtelijke sectoren waarbij Femina Fransman, hoofd scholing en
12
arbeidsmarkt van het HBA als spreekstalmeester optrad. Tenslotte verhuisde de actie naar de middenstip van het Kyocera (ADO) Stadion. Daar verrichtte Elrie Bakker, samen met mede-organisatoren André Timmermans (directeur van UWV WERKbedrijf) en Jan van de Kant (voorzitter Bedrijfschap Afbouw), de letterlijke aftrap in een symbolisch één-twee-drietje. Tegelijkertijd schoten de catwalkmodellen hun confetti-shooters af, waarmee de Week van het Ambacht officieel geopend was.
WEEK VAN HET AMBACHT
8 April, Den Haag: Leeftijdsgenoten inspireren elkaar
‘Het was mooi te zien dat jonge ambachtelijke vaklieden leeftijdsgenoten inspireren om óók te kiezen voor een ambachtelijke opleiding of beroep. De Week is een goed initiatief om op die manier jongeren kennis te laten maken met ambachten. Daarom hebben we onze banenmarkt voor jonge werkzoekenden gecombineerd met de Week van het Ambacht. Jongeren kunnen hier met eigen ogen zien dat er wel degelijk inspirerende en hippe ambachtelijke beroepen zijn,’ vond Maria Croonen, directeur Regionaal Platform Arbeidsmarkt Haaglanden (RPA).
11 April, Nieuwegein: Schoenmaat 48
Wouter Kolff, wethouder sociale zaken van Nieuwegein, kent het belang van ambachtelijk vakwerk als geen ander: ‘Ik kan bijvoorbeeld niet zomaar schoenen kopen, want ik heb met maat 48 op maat gemaakte schoenen nodig. En ook dat is ambachtelijk vakwerk.’
12 April, Hengelo: Bestratingsbranche draagt haar steentje bij
In Hengelo was de bestratingsbranche een van de publiekstrekkers. De bedrijfstak heeft de wind in de zeilen. ‘Daarom kan de branche heel goed nieuwe mensen gebruiken. Bovendien vinden we imagoverbetering van de ambachten in het algemeen heel belangrijk. Daar willen we letterlijk en figuurlijk graag ons steentje aan bijdragen.’ Zo motiveert Peter van Beek de deelname van ‘zijn’ branche aan de Week. Hij is bestuurslid van de Ondernemersvereniging Bestratingsbedrijven Nederland (OBN) en directeur van de Van Beek Infragroep in Etten-Leur.
13 April, Hoogeveen: Jongens achter de naaimachine
In Hoogeveen werd misschien geen taboe, maar in elk geval wel een rolpatroon doorbroken. Zonder valse schaamte namen jongens plaats achter de naaimachine. En nog belangrijker: zij beleefden er plezier aan.
14 april, Eindhoven: Ook werkzoekenden present
‘We zijn heel blij met de opkomst van werkzoekenden bij de Week. We hebben veel mensen gesproken en vragen kunnen beantwoorden. Men kon zich oriënteren op diverse vacatures. Tientallen mensen hebben een korte competentietest gedaan via de laptops op onze stand, daar is veel gebruik van gemaakt,’ aldus Klareth, die met diverse collega’s van UWV WERKbedrijf de stand bemande.
15 April, Dordrecht: Cluster afbouw werkt het beste samen
Een jury - bestaande uit stylist Maik de Boer, Miranda Post (HBA) en Rob van Kesteren (lid Hoofdbestuur HBA) en de Dordtse wethouder Rinette Reynvaan - riep de sector Afbouw uit tot het ‘meest synergetische cluster’ van deze week van het Ambacht. De jury bedoelde hiermee dat bij Afbouw de samenwerking tussen de verschillende sectoren (Stukadoors, Plafond & Wand en Vloeren en Terrazzo) van alle deelnemende clusters het beste uit de verf kwam.
13
branche uitgelicht
Schoenherstellers naar 100 miljoen euro omzet ▶ De schoenherstellers hebben naar verwachting in 2010 in totaal 96 miljoen omzet geboekt. Dat is een stijging van ruim 3% ten opzichte van 2009. Ruim 80% van de schoenmakers is tevreden tot zeer tevreden met hun bedrijfsresultaat. Dit blijkt uit het onlangs verschenen ‘Structuuronderzoek schoenherstellersbedrijven 2011’. Dit rapport bevat de uitkomsten van een breed onderzoek in de branche dat in opdracht van het Hoofdbedrijfschap Ambachten in samenwerking met de Nederlandse Schoenmakers Vereniging en het kenniscentrum SVGB eind 2010 is uitgevoerd. Een branchestructuuronderzoek brengt de ontwikkelingen in kaart die de branche de afgelopen vier jaar heeft doorgemaakt.
Aantal schoenmakerijen daalt licht
In 2010 telde Nederland 720 schoenmakerijen, een lichte daling ten opzichte van vier jaar geleden. De meeste bedrijven zijn kleinschalig: in driekwart is slechts één of twee mensen aan de slag. In totaal zijn 1.550 mensen
werkzaam in de branche. Ook dat is een kleine vermindering vergeleken met vier jaar geleden.
Knelpunten
Ondernemers ervaren het aantrekken van vakbekwaam personeel als grootste knelpunt. Ruim een kwart van de ondernemers kampt daarmee. Daarnaast heeft 13% grote problemen met het verkrijgen van financiering en ondervindt 12% grote moeite met het regelen van de bedrijfsopvolging. Dat laatste probleem heeft te maken met de vergrijzing in de branche: de helft van de ondernemers is vijftig jaar of ouder.
Schoenherstellersbedrijf in kort bestek Aantal ondernemingen: Gezamenlijke omzet: Werkzame personen:
720 € 96 miljoen 1.550
Bij HBA aangesloten brancheorganisatie: Nederlandse Schoenmakersvereniging (NSV)
‘Wij strijden op een gezonde manier met elkaar’ ▶ Veel schoenmakers ervaren het aantrekken van vakbekwaam personeel als een knelpunt. Hoe kijkt Klaas Joling uit Ermelo daar tegenaan? ‘Zelf heb ik gelukkig niet te klagen. Mijn leerling Wisse Bijman is een goede aanwinst voor het bedrijf. Hij levert goed werk af en leert snel. Omgekeerd heeft hij ook een positieve invloed op mij. Een jonge kracht als hij zorgt voor een frisse wind in de zaak. Samen werken we met veel energie en strijden we op een gezonde manier met elkaar wie er het beste werk aflevert. De combinatie van mijn kennis en ervaring van 42 jaar in het schoenmakersvak met de energie en frisse kijk op het vak van Bijman, maakt ons tot een goed team.’
Prijzenregen
Daarmee drukt Joling zich wel erg bescheiden uit. Eerder dit jaar werd zijn bedrijf namelijk winnaar van de wedstrijd ‘De Beste Schoenmakerij van Nederland 2011’. Joling zelf behaalde zilver in de Vakwedstrijd, een verplicht onderdeel van de wedstrijd. Bijman, die met twee inzendingen meedeed aan de Vakwedstrijd in de categorie leerlingen 2e jaars, scoorde eenmaal goud en eenmaal zilver. Hoe inspirerend kan teamwerk in het ambacht zijn?
14
branche uitgelicht
Schoenmakers maken vak aantrekkelijker ▶ De grootste uitdaging van de branche blijft de komende jaren om nieuwe mensen voor het vak te vinden. Uit het rapport blijkt dat er op dit moment 90 vacatures zijn. Dat is een groot aantal als we beseffen dat onze branche 720 bedrijven telt, waarin 1.550 mensen werken.’ Zo reageert Margret Hoekenga-Idema, secretaris van de Nederlandse Schoenmaker Vereniging (NSV), op de resultaten van het ‘Structuuronderzoek schoenherstellersbedrijven 2011’.
De NSV-secretaris kondigt aan dat de bestaande inspanningen om mensen voor het schoenmakersvak te interesseren, worden uitgebreid: ‘We zullen we ons vooral op jongeren richten. Op studenten die via het MBO-onderwijs bereid zijn om een vak te gaan leren. Dat gebeurt door voorlichting aan decanen en aan leerlingen van het VMBO en ROC. De beroepenbeurs SkillsMasters en de Week van het Ambacht zijn daarvoor geschikte aanknopingspunten.’ Daarnaast probeert de branche zij-instromers te werven voor het ambacht. Een belangrijk instrument daarbij is de inzet van een EVC-traject (elders verworven competenties).
Meer perspectieven
De bedrijfstak heeft, als het om onderwijs gaat, de afgelopen jaren toch al niet stilgezeten. In 2010 bijvoorbeeld heeft Dutch HealthTec Academy (DHTA) in Utrecht de opleiding tot
schoenhersteller in haar onderwijspakket opgenomen. De schoenherstellers kunnen trots zijn op het volledig nieuw ingerichte lokaal waar plek is voor ruim 18 leerlingen om tegelijk te kunnen werken. De opleiding wordt gegeven als BBL (Beroepsbegeleidende Leerweg, red.) waarbij de schoenhersteller één dag per week naar school gaat en de overige dagen in de praktijk werkzaam is. De opleiding duurt twee jaar. Verder komt er een MBO-3 opleiding waarin het ondernemerschap en specialistische reparaties centraal staan. Hoekenga: ‘Zo ontstaan betere mogelijkheden om verder door te stromen in het vak. En dat maakt het schoenmakersvak nog aantrekkelijker.’
‘We zullen we ons vooral op jongeren richten. Op studenten die via het MBO-onderwijs bereid zijn om een vak te gaan leren.’
15
NEDERLANDS ambachtSPEIL
Het programma van het HBA bestaat uit zes beleidsthema’s samengevat onder de titel :
Drie leden Platform Ambachtseconomie over Skills Masters:
‘De passie druipt ervan af’ ‘Het is heel inspirerend om te zien dat jonge mensen, zowel jongens als meisjes, zoveel mogelijkheden hebben om een vak te leren en iets te gaan doen met hoofd, hart en handen. De passie druipt ervan af.’ Esther Raats-Coster vertolkte zo de bewondering van een delegatie van het Platform Ambachtseconomie die 25 maart een bezoek bracht aan de Ahoy Skills Masters in Rotterdam. Raats-Coster, in het dagelijks leven voorzitter van het Platform Zelfstandig Ondernemers, was daar in gezelschap van Arjo Klamer, econoom aan de Erasmus Universiteit, André Timmermans, directeur van UWV WERKbedrijf, Peter van Hoesel, directeur van onderzoeksbureau EIM, Jos de Goey, directeur van Skills Netherlands, en Walther Tibosch, lid van de MBO Raad.
a
‘A’mbachtseconomie Het publiek en de beleidsmakers ervan overtuigen dat de ambachten nu en in de toekomst onmisbaar zijn voor de samenleving, met perspectieven voor jong en oud.
v
‘V’akmanschap Bevorderen van de instroom van jongeren en van zij-instromers en stimuleren van maatregelen om bestaande vakmensen te behouden.
o Esther Raats namens het Platform Ambachtseconomie aan het werk tijdens Skills Masters
‘O’ndernemerschap Versterken ondernemerschap en bedrijfs voering, van start tot finish.
i
‘I’mago De aantrekkingskracht en uitstraling van de ambachten vergroten.
Populair jaarverslag HBA verschenen
Nederlands Ambachtspeil 2010/2011 Het HBA vertegenwoordigt 36 branches en voert een breed scala aan projecten en activiteiten uit. Een selectie daarvan is illustratief samengevat in het populair jaarverslag met de titel ‘Nederlands Ambachtspeil 2010/2011’. Het is thematisch ingedeeld naar de beleidsonderwerpen (‘A VOICE’), aangevuld met kerngegevens over het HBA zelf. Verslagjaar is 2010 met daaraan toegevoegd enkele actuele activiteiten. De uitgave wordt toegezonden aan een geselecteerde groep relaties van het HBA, maar is ook in te zien op www.hba.nl of kosteloos aan te vragen bij het Informatiecentrum van het HBA:
[email protected] of 079-3161135.
c
‘C’ollectieve actie en belangenbehartiging Stimuleren van samenwerking tussen gelijkgestemde branches om een gemeenschappelijk doel te bereiken.
e
‘E’ffectieve afstemming De boodschap van de ambachtseconomie intern en extern, naar de overheid en het brede publiek, eenstemmig overbrengen.
Recente HBA-publicaties Titel
HBA-publicatiereeksnr.
Waar blijft de schoonheidsspecialist; Onderzoek onder net afgestudeerde vakmensen. 469 Te vroeg uit de kappersopleiding: Onderzoek naar de voortijdige uitval uit de opleidingen voor kapper niveau 2 en niveau 3. 470 Het Ambacht: stille kracht onder de Nederlandse economie 472 16
Hoofdbedrijfschap Ambachten Ierlandlaan 21 Postbus 895, 2700 AW Zoetermeer T 079 316 11 11 I www.hba.nl E
[email protected]