Bedrijventerrein Gaxel:
‘Energetisch en Grenzeloos’ Plan van aanpak Kansenverkenning 22 augustus 2012
COLOFON Opdrachtgever: Gemeente Winterswijk Project: Bedrijventerrein Gaxel: ‘Energetisch en Grenzeloos’ Project nummer: BB2490-100-100 Auteur: Bastiaan Kok, Norbert Mol, Frederik Wannink Bijdragen: Michiel Nijboer Interne controle: Amber van Tatenhove Projectleider: Peter Wolbert Projectmanager: Mark Groen Datum gereed: 22 augustus 2012
© DHV B.V. Niets uit dit bestek/drukwerk mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt d.m.v. drukwerk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van DHV B.V., noch mag het zonder een dergelijke toestemming worden gebruikt voor enig ander werk dan waarvoor het is vervaardigd. Het kwaliteitssysteem van DHV B.V. is gecertificeerd volgens ISO 9001.
-2-
INHOUD 1
INLEIDING
4
2
GAXEL: GRENZELOOS EN ENERGETISCH
8
3
AANPAK
14
3.1
Stap 1. Start en inventarisatie
14
3.2
Stap 2. Gezamenlijke SWOT en ‘matchmaking’
16
3.3
Stap 3. Uitwerken kansrijke opties
17
3.4
Stap 4. Vaststellen visie en agenda
19
4
PROJECTBEHEERSING
20
5
TEAM
22
-3-
1
INLEIDING
Aanleiding De gemeenten Winterswijk en Vreden hebben samen de ambitie om aansluitend aan het bestaande bedrijventerrein Gaxel in Vreden, een Euregionaal grensoverschrijdend, duurzaam bedrijventerrein te ontwikkelen. Het uitgangspunt is dat het grensoverschrijdende bedrijventerrein samen met Vreden op basis van de arbeidsmogelijkheden wordt ontwikkeld en uitgewerkt op basis van Euregionale samenwerking, clustering van hoogwaardige innovatieve bedrijvigheid, synergie en duurzaamheidsdoelstellingen. Het proces van planontwikkeling voor het bedrijventerrein bevindt zich nog in de initiatieffase. Voordat een marktverkenning zinvol kan zijn, is het eerst belangrijk om beter zicht te krijgen in de kansen die er voor de ontwikkeling van het bedrijventerrein zijn. Helder moet worden wat het grensoverschrijdende bedrijventerrein kan bieden. Uw vraag U heeft behoefte aan een heldere verkenning naar de kansen en randvoorwaarden die er zijn voor de ontwikkeling van het Euregionaal bedrijventerrein. De verkenning moet in het bijzonder inzicht geven in de kansen met betrekking tot arbeidsmogelijkheden die met de ontwikkeling ontstaan, de kansen die er zijn om duurzaamheid een centrale plek te geven en de ruimtelijke randvoorwaarden en opties voor de uitbreiding van het bedrijventerrein. Duurzaamheid Binnen uw ambitie om het terrein duurzaam te ontwikkelen ligt de nadruk op energie. Energieneutraliteit is één van de doelstellingen. De vraag is of en op welke wijze deze doelstelling kan worden ingevuld. Welke duurzame energietoepassingen leveren, binnen het specifieke grensoverschrijdende karakter, kansen op en welke toepassingen zijn economisch haalbaar? Het duurzaamheidsprofiel kan vervolgens een belangrijk selling point zijn bij de positionering van het bedrijventerrein in de markt.
-4-
Arbeidsmogelijkheden Bij arbeidsmogelijkheden staat de vraag centraal hoe met de ontwikkeling van het bedrijventerrein een positieve bijdrage geleverd wordt aan de arbeidsmarkt in de grensregio. Daarbij gaat het om de aansluiting van opleidingstype en –niveau en de vraag naar werk in de regio enerzijds en de arbeidsvraag van bedrijven anderzijds. Ook liggen er mogelijk kansen voor Duitse bedrijven om Nederlandse arbeidskrachten aan te trekken en vice versa. Ruimtelijke aspecten Met een ruimtelijke verkenning wordt inzicht gegenereerd in eventuele belemmeringen, randvoorwaarden of kansen die bij de ontwikkeling gelden, vanuit aspecten als milieu (geluid, lucht, bodem), ecologie, ontsluiting, ruimtegebruik en grondeigendom. In voorliggend Plan van Aanpak beschrijven wij op welke wijze we invulling geven aan uw vraag.
-5-
Royal HaskoningDHV en DNL-contact Royal HaskoningDHV en DNL-contact slaan voor dit project graag de handen ineen. Wij zijn ervan overtuigd dat we vanuit deze combinatie de juiste mix aan inhoudelijke kennis, procesexpertise en ervaring in Duits-Nederlands grensoverschrijdend werk kunnen aanbieden. Royal HaskoningDHV is sterk in het toepassen of ontwikkelen van bestaande en nieuwe energie- en duurzaamheidsconcepten. Ook hebben wij veel expertise en ervaring met integrale ontwikkeling van bedrijventerreinen (ruimtelijke en milieustudies, financieel-economische onderbouwing, marktverkenning). DNL-contact is gespecialiseerd in grensoverschrijdende projecten heeft een uitgebreid euregionaal netwerk. Expertise ligt onder meer in marktonderzoek, vestigingsadvies, (interculturele) communicatie en marketing. Hieronder geven wij korte toelichting op enkele relevante referentieprojecten. Royal HaskoningDHV ͧͧ Duurzame energie Bedrijventerrein A1, gemeente Deventer. Samen met Cofely zijn wij concessiehouder voor de duurzame energievoorziening van het Bedrijvenpark A1. De concessie behelst het ontwerp, financiering, realisatie, exploitatie, beheer en onderhoud van de duurzame energievoorziening voor het bedrijventerrein. De energievoorziening omvat duurzame lokale opwekking van alle benodigde energie, met o.a. grootschalige windturbines, warmte-koude-opslag in de ondergrond, collectieve biomassaconcepten voor hoogwaardige warmtevoorziening, individuele warmte/koudeconcepten, een Smart Grid en het terugwinnen van energie en grondstoffen uit afvalwater en waterige biomassastromen (CODE-concept). Het geheel is gebaseerd op positieve businesscases.
-6-
ͧͧ Energieneutraal bedrijventerrein Vossenberg West, gemeente Tilburg. Dit betrof een prijsvraag voor een innovatief concept voor een energieneutraal bedrijventerrein. Door het vergisten van GFT-afval wordt biogas geproduceerd, dat wordt opgewerkt tot aardgaskwaliteit, zodat het aan de bestaande gasinfrastructuur toegevoerd kan worden. Met Warmte Kracht Koppelingen wordt het groene gas omgezet in “groene” hoogwaardige warmte en “groene” elektriciteit. De WKK’s zullen bij de bedrijven geplaatst worden en afgestemd worden op de warmtevraag van het betreffende bedrijf. De platte daken van de gebouwen worden benut voor het toepassen van dunne film zonnecellen. Dit geeft de mogelijkheid een diversificatie in bronnen voor duurzame energie te implementeren, te weten biomassa en zonne-energie.
ͧͧ Businesscase duurzame energievoorziening bedrijventerrein Hessenpoort. DHV werkte hier een business case uit waarmee inzicht werd gegeven in de financiële en organisatorische haalbaarheid van de implementatie van een duurzaam energiesysteem op bedrijventerrein Hessenpoort-Zuid. In de business case is de haalbaarheid van twee typen KWO-systemen voor het terrein onderzocht: een centraal en een decentraal systeem. Met een rekenmodel is het rendement van de varianten bepaald ten opzichte van een ‘reguliere’ variant met gasaansluitingen. Het model is tevens gebruikt om de gevolgen van verschillende (economische) scenario’s door te rekenen. Met verschillende typen marktpartijen hebben we gesprekken gevoerd om de optimale combinatie van partners voor de exploitatie van het systeem te bepalen. Dit resulteerde in het advies aan de gemeente samen te werken met een technisch deskundige partner, die in staat is risico’s met betrekking tot exploitatie te dragen.
-7-
ͧͧ Uitbreiding bedrijventerrein Medel II, gemeente Neder-Betuwe. In dit project zijn voor de uitbreiding van een bestaand bedrijventerrein met 100 hectare een aantal ontwikkelingskoersen opgesteld. Deze koersen zijn economisch doorgerekend en op effecten voor o.a. werkgelegenheid, ontsluiting en ruimte beoordeeld. De studie heeft de gemeente geholpen bij met kiezen van een voorkeursontwikkeling.
ͧͧ Milieueffectrapportage bedrijvenpark Assen-Zuid, gemeente Assen. Met het MER wordt inzicht gegeven in de relevante milieuaspecten, zoals de werking van het verkeersnetwerk en de draagkracht van het plangebied ten aanzien van landschap, water, ecologie maar ook externe veiligheid, geluid en luchtkwaliteit. Hiermee zijn de marges verkend waarbinnen het bedrijventerrein kan ontwikkelen. Uiteindelijk resulteert dit in realistische integrale ruimtelijke alternatieven.
DNL-contact ͧͧ Internationaliseringsconcept bedrijventerreinen Stadt Steinfurt. In het kader van een gewenste internationalisering is DNL-contact gevraagd een concept te maken voor Nederlandse deelname in de bedrijventerreinen van de Stadt Steinfurt. Voor dit doel werd een concept uitgewerkt, waarbij rekening werd gehouden met de zwakke en sterke punten van de Stadt Steinfurt evenals de plaatselijke en regionale randvoorwaarden. Tevens werd een analyse gemaakt van het bestaande port folio en de verwachte ontwikkeling. Aan de hand daarvan werd bekeken welke Nederlandse bedrijven, c.q. branches en port folio een aanvullende meerwaarde zou kunnen vormen. Met behulp van het vastgelegde profiel werd een database van Nederlandse bedrijven opgesteld, die een meerwaarde voor Steinfurt zouden kunnen betekenen. Het ging daarbij om: investeerders, potentiële klanten/zakenpartners van de bestaande bedrijven en potentiële vestigers. Vervolgens werd een marketingcampagne voor Nederland ontworpen en ook uitgevoerd, die leidde tot investeerders en vestiging van Nederlandse bedrijven.
-8-
ͧͧ Warm Up – Nederlands-Duits project voor energiemanagement van gemeenten. DNLcontact was betrokken bij de ontwikkeling en aanvraag van dit INTERREG IVA project. Tevens heeft DNL-contact grensoverschrijdende delen van dit project gerealiseerd. Deelnemers zijn de gemeenten Winterswijk (contactpersoon mw. Bettina van de Wetering), Hardenberg, Horstmar, Ennigerloh, Saxion Hogescholen en INFA GmbH (te Ahlen). Het gaat bij dit project om grensoverschrijdende ontwikkeling van een strategie voor het implementeren en verbeteren van energie- en klimaatmanagementsystemen in kleine en middelgrote gemeenten (KMG), de aanpassing van beschikbare instrumenten op de specifieke eisen van de KMG, ontwikkeling van een wegwijzer voor een strategisch energieen klimaatmanagement. Tevens is het doel een duurzaam Euregionaal platform voor klimaatbescherming en energiemanagement, het bemiddelen bij know-how, versterking van de regionale economie door dienovereenkomstige markteffecten (toegevoegde waarde in de regio, innovaties). ͧͧ Green Gas. Majeur Nederlands-Duits project voor grensoverschrijdend onderzoek en implementatie van groen gas door bedrijven en overheden. In dit majeure project, deelnemers o.a. Provincie Friesland, Provincie Drente, Land Niedersachsen, Land NRW en leadpartner Provincie Groningen (contactpersoon dhr. Bart Bagerman), is DNL-contact betrokken bij het zoeken en vinden van geschikte Duitse projectpartners, het inhoudelijk uitwerken van projectaanvragen van 5 deelprojecten, het doorrekenen van budgetten. Bij 4 deelprojecten van de Fachhochschule Steinfurt, contactpersoon Prof. C. Wetter, is DNLcontact betrokken bij de realisatie. ͧͧ Energieland-Biores. DNL-contact is initiator en projectpartner van dit Nederlands-Duitse project voor onderzoek naar verbetering van de biogastechnologie en waarde- en productketen. De nadruk van dit project ligt op het activeren van nog onbenut potentieel van reststoffen in de grensoverschrijdende regio. Projectpartners zijn naast DNL-contact, Biogasvereniging Achterhoek, AOC-Oost, Bioenergiecluster Oost Nederland, LWK Niedersachsen, PlanET (vestiging Vreden), Kreis Steinfurt en Landwirtschaftskammer NRW, contactpersoon dhr. R. Lemke. In dit driejarig project, dat op 24-09-2012 in Hengelo met een congres zal worden afgesloten, gaat het om technische, logistieke en netwerkoplossingen voor biogas. O.a. werd een kaart gemaakt waarmee mogelijkheden voor warmtevraag en –aanbod in relatie met biogas werden gezet.
-9-
2
GAXEL: GRENZELOOS EN ENERGETISCH
Een krachtig concept neerzetten De verdere ontwikkeling van het bedrijventerrein Gaxel is geen vanzelfsprekendheid. In de huidige economische context is de vraag naar nieuwe ruimte op bedrijventerreinen over het algemeen lager. Ook verschuift de focus in beleid naar het zorgvuldiger omgaan met de bestaande ruimte. Specifiek voor de omgeving van Gaxel speelt ook de verwachte toekomstige krimp van de bevolking. Voor de ontwikkeling van het bedrijventerrein in deze context betekent dit dat het essentieel is om een krachtig en passend concept neer te zetten. Het concept moet invulling geven aan een specifieke behoefte, moet onderscheidend zijn, aantrekkingskracht hebben en moet ook krachtig worden gepositioneerd in de markt. Kortom, een terrein met een eigen identiteit. In onze visie liggen er voor Gaxel goede aanknopingspunten en kansen om een krachtig concept te ontwikkelen. De termen ‘Grenzeloos en Energetisch’ zijn hierin leidend. Dit staat voor een concept dat ‘het beste van twee werelden’ bundelt én inzet op zelfvoorzienendheid, zowel als het gaat om energie als om andere behoeften zoals arbeid, grondstoffen, diensten. Grenzeloos betekent dat nadrukkelijk wordt ingezet op het aan elkaar verbinden van afzetmarkten, arbeidsaanbod en know-how in Duitsland en Nederland. Het grensoverschrijdend samenwerken op Gaxel biedt voor de bedrijven een ‘springplank naar het buurland’. Daarnaast geeft een bedrijvenpark met twee fiscale, juridisch en subsidie-regimes ook mogelijkheden voor optimalisatie. Energetisch staat voor de ambitie om het bedrijventerrein duurzaam en energieneutraal te ontwikkelen. Ook hier geldt dat er kansen liggen voor grensoverschrijdende energieoplossingen. Energetisch betekent ook dat al gevestigde bedrijven en nieuwe bedrijven elkaar aanvullen en versterken. De onderlinge directe uitwisseling van arbeid, kennis en producten geeft concurrentievoordelen. Onze visie op de invulling van het concept Grenzeloos en Energetisch werken we hier nader uit. We gaan in op de mogelijkheden om het terrein energieneutraal te ontwikkelen en op de wijze waarop het terrein een ‘springplank naar het buurland’ kan vormen voor bedrijven.
- 10 -
Energieneutraal Energieneutraal houdt in dat alle energie die nodig is voor het verwarmen, koelen, verlichten van gebouwen, energie voor warmtapwater, gebouwgebonden elektriciteitsverbruik en consumptief elektriciteitsverbruik duurzaam is (er geen fossiele brandstoffen worden ingezet) en maximaal mogelijk op het terrein van Gaxel zelf worden opgewekt. Het ontwikkelen van een energieneutraal-concept vergt maatwerk. Met onze verkenning krijgen we zicht op welke duurzame energietoepassingen kansrijk zijn voor de specifieke situatie van Gaxel. We hebben hierbij aandacht voor opties van zowel energiebesparing (bijv. benutten reststromen en uitwisseling), maximale inzet op duurzame energie als eventuele resterende vraag via schone conventionele toepassing (bijv. biogas in transport, gasgestookte warmtepompen). Grensoverschrijdende kansen Het grensoverschrijdende karakter van het bedrijventerrein biedt kansen voor optimalisatie van de business case. Om te kunnen profiteren van grensoverschrijdende optimalisatie van energieopwekking en -benutting zijn er diverse factoren waar rekening mee gehouden moet worden; wij noemen hier een aantal aandachtspunten: ͧͧ Aan wederzijden van de grens zijn verschillende netbeheerders aangewezen voor het beheer van transport- en distributienetwerken voor gas en elektriciteit; deze beheerders kennen een eigen beleid en vallen onder verschillende reguleringsregimes. Ook in de situatie van een privaat net zal waarschijnlijk een koppeling blijven bestaan met de openbare netten, waardoor de eisen van netbeheerders relevant blijven. Hoewel er op Europees niveau gewerkt wordt aan harmonisatie van deze regimes en beleid steeds meer wordt vastgesteld op het niveau van de EU bestaan er in de praktijk toch verschillen in eisen van netbeheerders en beleid van regulators. Mede door buitenlandse overnames van landelijke netbeheerders Gasunie en TenneT worden er wel steeds meer gezamenlijke initiatieven ontwikkeld om grensoverschrijdende leveringen te faciliteren door bijvoorbeeld het boeken van transportcapaciteit te vereenvoudigen. Het is echter de vraag in hoeverre dit direct voordelen biedt op distributieniveau. ͧͧ Bij een eventuele uitwisseling van aardgas of biogas zal de gaskwaliteit een aandachtspunt zijn; de in Nederland gangbare kwaliteiten (hoogcalorisch en laagcalorisch) komen niet altijd overeen met de in delen van Duitsland gangbare gaskwaliteiten. ͧͧ Actuele ontwikkelingen in de Nederlandse Warmtewet kunnen een rol gaan spelen in de (grensoverschrijdende) levering van warmte tussen bedrijven. ͧͧ De vraag wie voor welk type levering een vergunning nodig heeft van een regulator kan van belang zijn.
- 11 -
Kansen voor een ‘Smart Grid’ Onze bestaande energie-infrastructuur voor elektriciteit en aardgas is gebaseerd op centrale en grootschalige productie, waarna distributie van deze energie naar de gebruiker plaatsvindt via aangelegde transport- en distributienetwerken. Met de liberalisering van de energiemarkt en de toenemende introductie van duurzame energie in onze energiehuishouding, zien we dat het bestaande systeem tegen zijn grenzen aanloopt. Inpasbaarheid van kleinschalige decentrale opwekking van (duurzame) energie vormt steeds meer een probleem, mede vanwege de veelal onzekere en grillige productieprofielen hiervan. Het balanceren van het net met centrale productie- en netwerkcapaciteit kost steeds meer geld en heeft tevens zijn fysieke grenzen. Zonder verdere maatregelen leidt dit ertoe dat bij een toenemende uitrol van duurzame energiemaatregelen de netto duurzaamheidseffecten van deze maatregelen steeds meer zullen afnemen. Met behulp van een Smart Grid kan een lokaal en flexibel netwerk worden gevormd waarmee opslagvoorzieningen, en/of energie omzetting mogelijk zijn. Door intelligentie toe te voegen is de real-time inzet van deze flexibiliteit en de beheersing van neteffecten als onbalans, congestie, tweerichtingsverkeer van elektriciteit, etc. mogelijk. Deze intelligentie kan, eventueel in combinatie met prijsprikkels, ook gebruikt worden voor gedragsbeïnvloeding van netwerkgebruikers en inpassing van bijvoorbeeld elektrische mobiliteit. Zeker in de nieuwbouwsituatie van Gaxel liggen er kansen voor afstemming van vraag en aanbod van decentrale energietechnieken in termen van kwaliteit, kwantiteit en timing. Onderstaande afbeelding geeft het principe van een Smart Grid weer. Voor Gaxel zien wij kansen om een ‘Smart Grid’ te ontwikkelen. Wij nemen dit mee in de verkenning.
Smart Grid Op dit moment bouwt Royal HaskoningDHV aan de ontwikkeling van kennis en ervaring met een Smart Grid in het project Bedrijvenpark Deventer A1. Daar wordt, als onderdeel van de duurzame energieneutrale energievoorziening, de komende jaren een Smart Grid gerealiseerd. Samenwerkingspartners in dit project zijn Cofely, Alliander, TU Eindhoven, Laborelec en de gemeente Deventer. Dit project is onderdeel van een proeftuinproject van het ministerie van EL&I.
- 12 -
Springplank naar het buurland Gemeenten Winterswijk en Vreden bevinden zich in de periferie van het land, of in het Duits; een Randlage. In de traditionele visie is dit een beperking. Stromen van en naar het gebied (toelevering, afzet, arbeid, geld, energie) komen uit één richting. De landsgrens vormt een belangrijke barrière. De toegevoegde waarde van het bedrijventerrein ligt er in deze barrière weg te nemen en stromen juist met elkaar te gaan verbinden. Door grensoverschrijdend samenwerken hier te stimuleren en faciliteren ontstaat synergie en een springplank naar het buurland. Ondernemers gaan via elkaar nieuwe afzetmarkten ontdekken in het buurland. Daarbij ontstaan nieuwe kruisbestuivingen van mensen met verschillende opleidingsachtergrond, marktcontacten en know-how. Zowel voor de bestaande bedrijven als voor bedrijven die zich nieuw willen vestigen gelden er voordelen. Voor Duitse bedrijven kan het bijvoorbeeld belastingtechnisch en vanuit personeelsbeleid interessant zijn om zich op Nederlands grondgebied te vestigen. Voor Nederlandse bedrijven die zich meer willen richten op de Duitse markt en geen buitenlandse vestiging hebben, ligt hier een springplank naar Duitsland. Daarnaast ontstaat spin-off als bestaande en nieuwe bedrijven elkaar versterken door in een keten samen te werken. Wij denken daarbij aan toeleveranciers, dienstverleners en afnemers die aansluiten bij de bestaande bedrijvigheid bestaande uit metaal, kunststof, logistiek en machinebouw. Ook kunnen meer kennis- en innovatiegerichte bedrijven en bedrijven die duurzame diensten of producten leveren aan die keten worden toegevoegd. Zo wordt een koppeling gelegd tussen de oude en nieuwe economie; maakindustrie in combinatie met kenniswerken. De vestiging van een kenniscentrum voor grensoverschrijdend ondernemen maakt het concept krachtiger. Het overbruggen van verschillen in cultuur, taal en institutionele omgeving biedt toegevoegde waarde. Stakeholders bepalen ontwikkelingsrichting In onze visie is de ontwikkeling van een bedrijventerrein niet vanaf een tekentafel te bedenken. De betrokken partijen, de stakeholders, moeten zelf invulling geven aan het concept, de ontwikkeling en het vermarkten van het bedrijventerrein. Zij moeten er in geloven, in willen investeren en er gezamenlijk voor gaan. Voor een succesvolle ontwikkeling van Gaxel stellen wij in onze aanpak de inbreng van de stakeholders dan ook centraal. We onderscheiden vijf belangrijke stakeholders: 1) de gemeenten Winterswijk en Vreden, 2) de bestaande bedrijven op het Duitse gedeelte (en de ondernemersverenigingen), 3) de doelgroep van toekomstige en potentiële vestigers, 4) potentiële partners in ontwikkeling en realisatie (bijv. energiebedrijven, Oost NV, ROVA) en 5) de Nederlandse en Duitse bevolking. - 13 -
3
AANPAK
De aanpak die wij voorstellen bestaat uit de vier stappen. Hieronder lichten we de stappen toe. 1. Start en inventarisatie 2. Gezamenlijke SWOT en ‘matchmaking’ 3. Uitwerken kansrijke opties 4. Vaststellen visie en agenda
3.1
Stap 1. Start en inventarisatie
Startoverleg opdrachtgever Wij stellen voor om de werkzaamheden aan te vangen met een constructieve startbijeenkomst. De agenda van dit startoverleg ziet er als volgt uit: ͧͧ Onderlinge kennismaking; ͧͧ Afstemming, afspraken over planning, frequentie/samenstelling overleg, onderlinge communicatie; ͧͧ Overdracht van aanwezige relevante kennis, stukken, kaarten en dergelijke; ͧͧ Uitwisselen van beelden en interpretaties bij opgave en proces; ͧͧ Gezamenlijk identificeren van risico’s en benoemen van beheersmaatregelen; ͧͧ Praktische afspraken over organisatie excursie, interviews en eerste workshop. Inventarisatie We beginnen met het in kaart brengen van de al aanwezige relevante informatie en inzichten over het huidige bedrijventerrein en de beoogde uitbreiding ervan. Dit schrijven wij op in een startdocument, welke de basis vormt voor de vervolgstappen en rapportage. De inventarisatie bestaat uit een aantal relevante onderdelen: Arbeidsmogelijkheden Aan de hand van de reeds uitgevoerde stakeholderanalyse en REVITA geven we een eerste indruk van de arbeidsmogelijkheden op het terrein. Hierbij betrekken we ook uitgevoerde analyses over de arbeidsmarkt (zo weten we dat er voor regio Achterhoek diverse onderzoeken naar economie en arbeidsmarkt zijn gedaan).
- 14 -
Typering huidig bedrijventerrein Mede aan de hand van REVITA geven we een typering van het huidige bedrijventerrein. We beschrijven soort en omvang van bedrijven en bepalen op hoofdlijnen welke stromen er zijn (bijv. vraag en aanbod energie, ketenwerking; leveren bedrijven diensten aan elkaar?). Ook geven we aan op welke wijze ondernemers nu georganiseerd zijn. We geven een eerste indruk van de mogelijkheden voor toekomstige samenwerking tussen bedrijven. Do’s en dont’s referentieprojecten Er zijn diverse voorbeelden van zowel grensoverschrijdende bedrijventerreinen (Europark Coevorden. Aventis Heerlen) als bedrijventerreinen met een sterk duurzaam profiel (Bedrijvenpark A1 Deventer). Wij willen de ervaring en inzichten die daar zijn opgedaan benutten voor de ontwikkeling van Gaxel. Op basis van onze eigen ervaring met Bedrijvenpark A1 geven we vanuit dit project succes- en faalfactoren aan. Om de kennis over de ontwikkeling van een grensoverschrijdend terrein te ontsluiten, stellen wij voor om een excursie te organiseren naar Europark of Aventis en daar te spreken met direct betrokken partijen. In dit voorstel gaan we uit van een excursie met een klein gezelschap (afvaardiging gemeenten, eventueel aantal betrokken stakeholders). Interviews stakeholders De voorgaande drie onderdelen geven een eerste indruk van kansen die er zijn voor de ontwikkeling. Om de waarde van deze en mogelijk andere kansen scherper in beeld te krijgen, gaan wij stakeholders interviewen. We vragen hoe zij de huidige situatie op het bedrijventerrein ervaren; wat gaat goed en wat wordt als een beperking ervaren. Vervolgens wordt gevraagd op welke wijze een uitbreiding van het terrein deze beperkingen kan wegnemen of welke nieuwe kansen men ziet. Daarbij vragen we ook nadrukkelijk naar de potenties die men ziet ten aanzien van energie (uitwisseling, duurzame opwekking) en het terrein als springplank naar het buurland en ‘grenzeloos’ ondernemen. De interviews worden door native speakers gehouden.
- 15 -
Ons voorstel is om de volgende doelgroepen te interviewen: ͧͧ Vertegenwoordigers afdeling ruimtelijke ordening/economie van beide gemeenten (2 interviews, tel./persoonlijk). ͧͧ Vertegenwoordigers vanuit de ondernemersverenigingen in Vreden en Winterswijk (2 interviews tel./persoonlijk). ͧͧ 10 van de in totaal 75 bedrijven op het huidige bedrijventerrein (tel./persoonlijk), de rest wordt per brief aangeschreven en verzocht een digitale vragenlijst in te vullen. ͧͧ 2 Duitse ondernemingen van buiten Vreden (tel./persoonlijk). ͧͧ 10 bedrijven uit gemeente Winterswijk (tel./persoonlijk), ca. 65 worden per brief aangeschreven en verzocht een digitale vragenlijst in te vullen. ͧͧ 2 Nederlandse ondernemingen van buiten Winterswijk (tel./persoonlijk) ͧͧ 3 overige stakeholders; wij denken aan energiebedrijf, afvalverwerkingsbedrijf ROVA, Oost Nv. ͧͧ 10 willekeurig ondervraagde bewoners van Vreden en Winterswijk (interviews op de markt). Stap
Werkzaamheden
Overleg
Resultaat
Planning
1
Gedeelde interpretatie opgave Overdracht kennis, stukken
Projectteam
Gezamenlijke uitgangspunten Praktische afspraken
Wk 38
Inventarisatie arbeidsmogelijkheden Typering huidig bedrijventerrein Input uit referentieprojecten Input van stakeholders
Interviews Excursie
Startdocument: eerste indruk kansrijke opties
Wk 39-42
3.2
Stap 2. Gezamenlijke SWOT en ‘matchmaking ’
In stap 2 staat een interactieve workshop met betrokken partijen centraal. De workshop bestaat uit twee onderdelen; het komen tot een SWOT én ‘matchmaking’. Naast de gemeenten, willen we alle geïnterviewde stakeholders voor deze workshop uitnodigen. SWOT De inventarisatie levert een eerste beeld van de (on)mogelijkheden en kansrijke opties voor de ontwikkeling van Gaxel. In de workshop willen we dit eerste beeld delen met betrokkenen en waar nodig gaan aanscherpen. Doel is om samen een definitieve SWOT-analyse te maken. De SWOT geeft een helder overzicht van waar het bedrijventerrein nu staat en waar de kansen (en risico’s) voor ontwikkeling worden gezien. Door dit samen te doen, ontstaat ook een gezamenlijk uitgangspunt en motivatie voor de richting die wordt ingeslagen. Matchmaking Een bekend instrument voor grensoverschrijdende zakelijke stimulatie is ‘matchmaking’. Daartoe worden bedrijven gevraagd naar hun vraag en aanbod (op het gebied van kennis, producten, energie, transport e.d.) om deze vervolgens gestuurd te kunnen indelen bij daarbij passende bedrijven aan de andere kant van de grens. Ervaring leert dat er bij bedrijven veelal grote animo is voor zulke matchmakings. In het tweede deel van de workshop geven we middels een ‘speeddate-ronde’ invulling aan de matchmaking. De resultaten van de matchmaking geven belangrijke informatie over welk concept voor het bedrijventerrein toegevoegde waarde geeft
- 16 -
voor Nederlandse en Duitse bedrijven en grensoverschrijdende samenwerking (de ‘springplank’). De uitkomsten van de matchmaking vormen een aanvulling op de SWOT voor de ontwikkeling van het bedrijventerrein. Stap 2
3.3
Werkzaamheden
Overleg
Resultaat
Planning
Presentatie resultaat inventarisatie Gezamenlijke sterkte-zwakte analyse Matchmaking bedrijven
Workshop I
SWOT ontwikkeling bedrijven-terrein
Wk 43-44
Stap 3. Uitwerken kansrijke opties
In stap 1 en 2 hebben we inzicht gekregen in de wensen, kansen en randvoorwaarden die er zijn en leven bij stakeholders. In stap 3 werken we ideeën en kansrijke opties voor de ontwikkeling van bedrijventerrein Gaxel uit. Daarbij geven we specifieke aandacht aan de opties om tot een energieneutraal bedrijventerrein te komen. Ook wordt een ruimtelijke verkenning op hoofdlijnen uitgevoerd voor het in te richten gebied. De uitkomsten uit stap 2 en de wijze waarop we van uitwerking in stap 3 bespreken we voor met uw projectteam. Duurzame opties Voor de duurzame energietoepassingen die als kansrijk zijn bestempeld in stap 1 en 2, voeren wij hier een quick-scan uit naar de haalbaarheid ervan. Hierin betrekken wij onze uitgebreide expertise over dergelijke toepassingen. We kijken naar ruimtelijke, technische en financiële aspecten van bijvoorbeeld zonne-, wind, bio- en geothermische energie, warmte-koude opslag, uitwisseling van warmte- of koudestromen en ‘Smart-Grid’. Daarbij kijken we ook naar wat de gevestigde bedrijven nu al op het gebied van energie doen. Mogelijk liggen er ook kansen voor gebruik van biogas/bio LNG in vervoer (Green Deal). We schenken tevens aandacht aan de mogelijkheid van het opzetten van een lokaal duurzaam energiebedrijf in de gemeente Winterswijk. De ervaringen vanuit gemeente Vreden worden hierbij betrokken. In het bijzonder gaan we in op de haalbaarheid om duurzame energie grensoverschrijdend te maken en uit te wisselen. Het resultaat van de quick-scan is een advies welke duurzame energietoepassingen kansrijk zijn om in het vervolg nader uit te werken. Daarbij hebben we aandacht voor de economische uitvoerbaarheid van het parkconcept. Ruimtelijke verkenning We voeren een ruimtelijke verkenning op hoofdlijnen uit naar de ontwikkeling van het bedrijventerrein. We kijken hierbij naar eventuele belemmeringen, randvoorwaarden of kansen die bij de ontwikkeling gelden, vanuit aspecten als milieu (geluid, lucht, bodem), ecologie, ontsluiting, ruimtegebruik en grondeigendom. Het resultaat is een advies over de haalbaarheid van de ontwikkeling in ruimtelijke zin en aandachtspunten voor de nadere uitwerking.
- 17 -
Voorbeeld van optimalisatie grensoverschrijdende energie De locatie aan de grens biedt de kans om gebruik te maken van de verschillende ressources en financiële vergoedingsmodellen voor duurzame energie aan beide zijden van de grens. De vergoeding in Duitsland is gebaseerd op het EEG, Energie Einspeise Gesetz. Voor de verschillende energieën bestaat een zeer gedifferentieerd vergoedingsmodel. Een voorbeeld. Bij biogas is er een bonus te behalen door effectief gebruik te maken van de warmte die vrijkomt in de WKK en ook door veel drijfmest in te zetten. Uit een screening is gebleken dat het principieel mogelijk zou zijn een biogasfermenter aan Nederlandse zijde te plaatsen, en het gas via een grensoverschrijdende leiding in een Duitse WKK in stroom en warmte om te zetten. Hiermee zouden drie vliegen in één klap kunnen worden gemaakt. Er kan gebruik worden gemaakt van goedkoop en rijkelijk beschikbare Nederlandse fermenten (bijv. gebruik maken van beschikbare drijfmest, die zonder cofermenten geen meerbelasting voor het milieu inhoudt, en het thema voedsel-energie niet raakt!), terwijl aan Duitse kant gebruik kan worden gemaakt van de hogere vergoeding voor ingevoerde stroom (en warmte). Tenslotte kan goedkoop worden voldaan aan warmtevraag op het bestaande bedrijventerrein Gaxel.
Stap
Werkzaamheden
Overleg
Resultaat
Planning
3
Quick-scan haalbaarheid duurzame energietoepassingen Ruimtelijke verkenning
Projectteam
Advies kansrijke duurzame opties Advies ruimtelijke aspecten
Wk 45 - 47
- 18 -
3.4
Stap 4. Vaststellen visie en agenda
Op basis van de bouwstenen uit stap 1-3 (interviews, SWOT, matchmaking en verkenningen duurzame opties en ruimte) formuleren wij een concreet voorstel voor de toekomstige invulling van het bedrijventerrein (het concept, type bedrijven, energieoplossing, ruimtelijke inrichting, e.d.). Het is geen gedetailleerd ontwerp maar eerder een richtinggevende strategie. De uitwerking van het concept Grenzeloos & Energetisch staat centraal. Workshop visie & agenda Dit voorstel leggen we in een tweede workshop voor aan de stakeholders. In de workshop scherpen we gezamenlijk het voorstel aan. Het resultaat van de workshop is een gemeenschappelijk gedeelde visie en agenda voor de ontwikkeling van Gaxel. Gezamenlijk investeren in exploiteren Deze workshop willen we ook benutten om samen na te denken over de opties voor en gezamenlijke (Nederlands-Duitse) investering en exploitatie van het terrein. Wij zien voor deze locaties innovatieve mogelijkheden op dit vlak. We denken bijvoorbeeld aan participatiemogelijkheden in de vorm van een Societas Cooperativa Europaea, SCE. Dit is geregeld in Verordening (EG) Nr. 1435/2003. Dit houdt een echte grensoverschrijdende rechtsvorm in, waardoor bijvoorbeeld de exploitatie van de Smart Grid door vele sterke schouders op het terrein zou kunnen worden gedragen. De revenuen zijn dan eveneens grensoverschrijdend. In de workshop zullen wij een overzicht geven van de eventuele mogelijkheden en juridische haken en ogen. Inspiratiedocument We schrijven een wervend inspiratiedocument (kernachtig, pakkend, aandacht voor opmaak, visueel) waarin de gedeelde visie (uit stap 4) overtuigend wordt gepresenteerd. Dit document moet inspiratie geven voor het vervolg en moet aanspreken bij betrokken stakeholders. Het inspiratiedocument markeert het einde van de initiatieffase maar vormt nog meer het begin van de planvormingsfase! Het inspiratiedocument wordt tweetalig aangeleverd. We bespreken het document met uw projectteam. We gaan uit van één aanpassingsronde. Stap
Werkzaamheden
Overleg
Resultaat
Planning
4
Formuleren concreet voorstel ontwikkeling bedrijventerrein In kaart brengen mogelijkheden gezamenlijke investering en exploitatie
Workshop Projectteam
Inspiratiedocument ‘Visie en agenda Gaxel’
Wk 48 - 50
- 19 -
4
PROJECTBEHEERSING
Samenwerking Kwaliteit van plan en proces is voor ons een belangrijk vertrek- en eindpunt. Een goede samenwerking tussen opdrachtgever en opdrachtnemer zien wij als belangrijkste succesfactor voor kwaliteit. Binnen de samenwerking streven wij naar een constructief kritische houding van twee kanten. Uw projectteam en ons kernteam gaan samen voor een kwalitatief hoogwaardig product en proces. Gedurende het gehele proces zal er continu één centraal aanspreekpunt vanuit ons zijn. Deze rol wordt ingevuld door de projectleider. Eén centraal aanspreekpunt garandeert een efficiënte en transparante communicatie en afstemming. Naast de twee workshops houden wij in dit voorstel rekening met drie overleggen van ons kernteam met uw projectgroep. Daarnaast is er continu bilateraal overleg tussen uw en onze projectleider. Projectcommunicatie Gezien het streven naar een sterke betrokkenheid van diverse stakeholders bij de ontwikkeling van bedrijventerrein Gaxel, is een goede transparante externe communicatie van belang. Daarom stellen wij voor om een projectwebsite in te richten onder bijvoorbeeld de naam www. grenzeloosgaxel.eu. Daarop wordt de doelstelling, het verloop van het onderzoek en bijvoorbeeld ook de interview-vragenlijst op geplaatst. Uiteindelijk wordt hier ook het inspiratiedocument op gepresenteerd. Ook kunnen bedrijven op deze site terecht om ideeën of opmerkingen op te plaatsen. Neveneffect voor de opdrachtgever is dat er tegemoet wordt gekomen aan de publiciteitseisen van het Interregproject.
- 20 -
Planning In dit Plan van Aanpak is uitgegaan van start van de werkzaamheden in week 38 (medio september). Op basis van een doorlooptijd van circa 3 maanden, kan het eindresultaat in week 50 (medio december) gereed zijn. Bij aanvang van de werkzaamheden, in het startoverleg, wordt deze planning indien nodig aangescherpt.
1
Week 38 - 42
september
2
Week 43 - 44 oktober
3
Week 45 - 47 november
4
Week 48 - 50 december
Risico’s en beheersing Voor een goede projectvoortgang is het van belang dat gedurende het gehele project aan risicomanagement wordt gedaan. Om preventief en proactief in te kunnen spelen op onzekerheden in geld, tijd en (product)kwaliteit wordt risicomanagement structureel bij het primaire productieproces toegepast. De (eerstelijns) verantwoordelijkheid ligt gedurende het proces bij de projectleider. Het beheersen van de risico’s vormt een vast agendapunt van de overleggen met uw projectteam. Tijdens het startoverleg is er veel tijd en ruimte om interpretaties over opgave en wensen ten aanzien van het proces onderling te delen en worden heldere afspraken gemaakt over gebruik en levering van informatie en overlegstructuur. Hier kunnen ook afspraken gemaakt over eventuele aanpassingen of aanvullingen op het Plan van Aanpak. Kwaliteitsborging Het kwaliteitssysteem van Royal HaskoningDHV is opgesteld volgens de eisen van NEN-EN-ISO 9001:2000. Lloyd’s Register Quality Assurance (LRQA) certificeert en monitort de toepassing van het kwaliteitssysteem. DNL-contact beschikt over een in het kader van een project van Saxion speciaal voor het bedrijf ontwikkeld kwaliteitshandboek. In dit handboek, dat geënt is op ISO 9001, zijn de procedures voor offertes calculaties, realisaties en afrekening van de diensten vastgelegd. Tevens zijn de communicatiestrengen, gegevensopslag, documentatie en klachtenprocedure beschreven.
- 21 -
5
TEAM
Royal HaskoningDHV en DNL-contact hebben samen alle disciplines en mensen in eigen huis en is voor dit project in staat een team aan te bieden waarin de juiste mix aan expertise en ervaring vertegenwoordigt is. Onze projectorganisatie bestaat uit een kernteam en een ondersteunend team van experts. Kernteam Ons kernteam bestaat uit adviseurs van DNL-contact en van Royal HaskoningDHV, welke we hieronder aan u voorstellen. We stellen een heldere onderlinge taakverdeling voor. Royal HaskoningDHV levert de projectleider en staat aan de lat voor de inbreng van inhoudelijke expertise op het gebied van duurzaamheid, energie en ruimtelijke aspecten. Zij zijn ook de penvoerder voor het start- en inspiratiedocument. DNL richt zich op vooral op proceszaken; waaronder de organisatie en begeleiding van de workshops en de contacten en interviews met de bedrijven. De uitstekende tweetaligheid van de adviseurs van DNL is hierbij een pre. Ook verzorgt DNL de vertaling van documenten naar het Duits. Van de projectleider is een volledig CV toegevoegd als bijlage. Desgewenst sturen wij u ook de volledige CV’s van de overige teamleden toe. Ir. Mark Groen Mark is projectmanager en strategisch adviseur binnen het werkveld Milieu en Ruimte. Hij heeft grote affiniteit met projecten, procedures en processen op het raakvlak van energie, infrastructuur, water, milieu en ruimte. Hij heeft ruim 15 jaar ervaring met advisering op het gebied van RO-processen en milieu en duurzaamheidsstudies. Met een open en ontwerpende benadering is Mark in staat interactie tussen verschillende belangen en verschillende disciplines te bewerkstelligen. Vooral in complexe processen met veel aandacht voor bestuurlijke besluitvorming en hoge tijdsdruk weet hij hiermee partijen op één lijn te krijgen. Kernwoorden bij Mark zijn creatief, analytisch, oplossingsgericht, klantgericht, communicatief.
- 22 -
Ir. Peter Wolbert (Royal HaskoningDHV) Peter heeft ruim 20 jaar ervaring als adviseur en (project)manager op het brede werkveld milieu en ruimte. De laatste jaren heeft hij zich toegelegd op realisatietrajecten voor duurzame energie oplossingen op gebiedsniveau, met name voor bedrijventerreinen. Een aansprekend project is de concessie voor de duurzame energievoorziening van Bedrijvenpark A1 te Deventer. In dat project werkt DHV samen met Cofely, Raedthuys, Alliander en andere partners, om gedurende 30 jaar de voorziening van elektriciteit, warmte en koude van het Bedrijvenpark A1 volledig duurzaam en energieneutraal in te vullen, ten behoeve van de gevestigde bedrijven. Toegepaste concepten zijn windenergie, zonnepanelen, warmtekoude-opslag, biomassasystemen en combinaties van technieken. Verder begeleidt Peter diverse bedrijven bij het proces van verplaatsing of uitbreiding, met flinke investeringen, waarbij de nadruk ligt op de procesbegeleiding richting de betrokken overheden en stakeholders in de omgeving. Einddoel is om het gewenste resultaat te realiseren in de praktijk. Peter is een mensgericht probleemoplosser. Vanuit zijn ervaring is Peter in staat om, ook in situaties met schijnbaar onoverbrugbare tegenstellingen, toch verbanden te leggen waarmee het eindresultaat bereikt kan worden. En dat komt goed uit in de wereld van duurzame energievoorzieningen! Ing. Frederik Wanink M.A. (DNL) Frederik Wanink is verantwoordelijk voor het onderdeel interviews en matchmakings. Tevens zal hij de onderdelen workshop en visieontwikkeling faciliteren. Daarbij zullen met name de grensoverschrijdende en Duitse aspecten voorop staan. Grensganger Frederik is bij DNL verantwoordelijk voor de ontwikkeling van beursactiviteiten, netwerken en exportadviestrajecten op verschillend terrein. Speerpunten zijn MKB, technische- en levensmiddelensector, energie, agro, Nederlandse openbare aanbestedingen voor Duitse bedrijven en vice versa. Tenslotte was en is Frederik Wanink betrokken bij de Nederlands-Duitse projectontwikkeling van diverse energieprojecten. Dr. Johannes Reef (DNL) Johannes Reef zal Frederik ondersteunen bij de interviews en workshops. Vanaf 1995 is Johannes betrokken bij het ontwikkelen van educatieve projecten gericht op de universiteit. Hij heeft ruime ervaring als manager van complexe processen waarbij Nederlandse en Duitse bedrijven en instellingen zijn betrokken. Johannes is verantwoordelijk voor exportadviestrajecten op verschillende terreinen. Speerpunten zijn marketing & toerisme, dienstverlenings- en zachte sector. Stef Kampkuiper (Royal HaskoningDHV) Stef Kampkuiper ondersteunt het team, onder meer bij het opstellen van het start- en inspiratiedocument. Stef is als adviseur werkzaam binnen de afdeling Milieu & Ruimte. Hij heeft ruim 5 jaar werkervaring, opgedaan in diverse ruimtelijk- en milieugerelateerde projecten. Zijn werkzaamheden liggen vooral in projectondersteuning (schrijven inhoudelijke stukken, procesondersteuning projectleider, e.d.).
- 23 -
Expertteam Het kernteam zal voor een aantal specifieke onderdelen een beroep doen op de inbreng van kennis en ervaring van vakexperts. In ieder geval worden experts ingeschakeld ten behoeve van de ‘quick scan duurzame opties’ en de inbreng van juridische, technische kennis omtrent grensoverschrijdende energie. De experts die worden ingeschakeld zijn allemaal werkzaam bij Royal HaskoningDHV of DNL. Bureaubeschrijving Royal HaskoningDHV DHV en Royal Haskoning zijn vanaf 1 juli 2012 gefuseerd. Royal HaskoningDHV is onder meer gespecialiseerd in duurzaamheidsvraagstukken en gebiedsontwikkeling. Het bedrijf beschikt over specifieke en ervaren kennis- en adviesteams en specialisten voor diverse thema’s waaronder bedrijventerreinen, energie, duurzame gebiedsontwikkeling en ruimte. Wij hebben verstand van procedures en regelgeving, zijn creatief in ontwerp en proces en gericht op reële uitvoeringsgerichte resultaten. DNL-contact DNL-contact is een Nederlands-Duits adviesbureau voor bedrijven en ook overheidsorganisaties, die grensoverschrijdend actief zijn of willen worden. Het multidisciplinaire bureau heeft zich afgelopen 12 jaar vooral op grensoverschrijdende projecten in de sectoren export, marketing, vestigingsadvies, MKB-advisering, grensoverschrijdende R&D evenals Interreg-projecten (zowel inhoudelijk alsook organisatorisch en administratief) geconcentreerd. In beide landen beschikt DNL-contact over een uitstekend businessnetwerk. Sinds 2008 maakt DNL-contact deel uit van het grensoverschrijdend samenwerkingsverband DNL business e.V., een vereniging waarin 9 Duitse en Nederlandse bedrijven uit verschillende en elkaar aanvullende sectoren samenwerken (www. dnlbusiness.eu). Daarbij gaat het om Nederlandse en Duitse advocatuur, belastingadvies, IT, hogeschoolcontacten, communicatie en personeel.
- 24 -
- 25 -