BASIS-PUNTENSYSTEEM IN HET KADER VAN DE HERTOETSING VAN CMC-LEDEN (VERSIE 7.0)
UITGANGSPUNTEN Het CMC-certificaat heeft een geldigheidsduur van vier jaar. Teneinde het certificaat opnieuw voor een zelfde periode te verwerven, dienen CMC-leden te kunnen aantonen dat zij: •
nog steeds het beroep van organisatieadviseur uitoefenen als hoofdfunctie;
•
aan tenminste vier van de tien erkende professionaliseringsactiviteiten hebben deelgenomen, waarbij in een periode van vier jaar ten minste 60 punten zijn behaald.
DE PROFESSIONALISERINGSACTIVITEITEN In de notitie “Het professionaliseringstraject van de organisatieadviseur”, later overgenomen in de brochure ‘Professionaliseren in de Ooa’ worden tien verschillende soorten professionaliseringsactiviteiten onderscheiden. Op basis van de ervaringen in de Commissie voor Toelating en Toetsing (CTT) zijn de tien professionaliseringsactiviteiten scherper omschreven en in drie clusters gegroepeerd. Dat zijn: 1. Professionele reflectie: a. Intercollegiale Consultatie (ICC) b. ProView c. Coaching a. ICC Het doel van ICC is dat adviseurs elkaar helpen beter zicht te krijgen op de achtergronden en drijfveren van waar uit men tot het formuleren van adviezen komt. Het gaat hierbij om het methodisch reflecteren op onderliggende routines, opvattingen, normen en waarden, die bewust of onbewust een rol spelen bij de meningsvorming en het handelen van de organisatieadviseur. b. ProView ProView beoogt het bewuster leren omgaan met het eigen professionaliseringsproces.
302M070101md
1
In intercollegiale gesprekken vindt een methodische reflectie plaats op de wijze waarop de deelnemers in de afgelopen periode hun eigen professionaliseringsroute hebben ingevuld en uitgewerkt, met als doel voor de komende periode tot bewustere keuzen te komen. c. Coaching Adviseurs, die met professionele en/of persoonlijke vragen zitten, kunnen een ervaren collega-adviseur als coach inschakelen om te proberen gedurende een aantal bijeenkomsten een antwoord op deze vragen te vinden. Binnen de Ooa bestaat een groep van coaches, die aan door de Ooa gestelde kwaliteitseisen voldoen en op wie een beroep kan worden gedaan voor begeleiding. 2. Vakinhoudelijke verdieping: a. Beroepsopleiding b. Publicaties c. Klanten Opdracht Evaluatie (KLOE) d. Seminars en workshops e. Docentschap a. Beroepsopleiding De Ooa heeft geen eigen beroepsopleiding, maar (aankomende) organisatieadviseurs kunnen kiezen uit een breed aanbod van diverse opleidingsinstituten. Erkenning van deze opleidingen als kwalitatief verantwoorde beroepsopleiding voor organisatieadviseurs is, in afwachting van de ontwikkeling van criteria, vooralsnog voorbehouden aan de Commissie voor Toelating en Toetsing (CTT). b. Publicaties Bedoeld wordt het schrijven van één of meerdere hoofdstukken in een boek, of één of meerdere artikelen in een erkend wetenschappelijk, dan wel praktijkgericht tijdschrift op het gebied van organisatie- of veranderkunde en/of aanverwante disciplines. c. Klanten Opdracht Evaluatie (KLOE) In overleg met de klanten worden bij KLOE uitgevoerde adviesopdrachten geëvalueerd. Daarbij worden op systematische wijze zaken vastgelegd, die van belang zijn voor de kwaliteit van het advieswerk in volgende projecten. d. Seminars en workshops Het gaat hierbij om seminars en workshops over vakgerelateerde of aanpalende onderwerpen, georganiseerd en uitgevoerd door de Ooa, andere beroepsverenigingen, een erkend opleidingsinstituut of een geaccrediteerd organisatieadviesbureau. e. Docentschap Ook het optreden als staf- of vakdocent bij een van de hierboven bedoelde beroepsopleidingen voor organisatieadviseur of seminars en workshops geldt als een professionaliseringsactiviteit. 302M070101md
2
3. Professionele ontmoetingen: a. Netwerken, Congressen, Conferenties en Lezingen b. Commissies, Werkgroepen en Bestuur a. Netwerken, Congressen, Conferenties en Lezingen Participatie aan netwerken, congressen, conferenties en lezingen verzorgd door de Ooa als deelnemer, organisator of docent/inleider geldt als professionaliseringsactiviteit. Binnen de Ooa bestaat een grote verscheidenheid aan netwerken, waarin adviseurs elkaar kunnen ontmoeten. Deze netwerken zijn voor een deel regionaal georganiseerd of rond bepaalde thema’s of werkgebieden zoals gezondheidszorg, overheid, strategisch management etc. Ook bestaan er netwerken van afgestudeerden aan bepaalde onderwijsinstellingen (BRuG, VUsie) en netwerken van soorten beroepsbeoefenaars (coaches, mediators). Ieder jaar biedt de activiteitencommissie de leden van de Ooa een groot aantal congressen, conferenties en lezingen aan over onderwerpen die gerelateerd zijn aan het vak in de meest brede zin van het woord. b. Commissies, Werkgroepen en Bestuur Als professionaliseringsactiviteit geldt ook het actief deelnemen aan de werkzaamheden van reglementair erkende commissies en werkgroepen op het gebied van professionalisering. (b.v. de CTT en de werkgroepen ICC, ProView, BoKS, Coaching en Gedragscode) alsmede het vervullen van een bestuurslidmaatschap van de Ooa. Raadpleeg voor meer informatie over de inhoud of de organisatie van de hierboven kort beschreven professionaliseringsactiviteiten de brochure “Professionaliseren in de Ooa” (december 2003) of neem kontact op met de portefeuillehouder in het bestuur of het secretariaat van de Ooa. Het is de bedoeling, dat uitgebreide beschrijvingen van de inhoud van alle professionaliseringsactiviteiten, inclusief de manier waarop deze worden aangeboden, georganiseerd, geëvalueerd en geregistreerd, worden opgenomen in een openbaar register. Dit register heeft het karakter van een ‘living document’ en zal telkens, waar nodig en gewenst worden bijgesteld en geactualiseerd.
302M070101md
3
DE PUNTEN EN DE WEGING Ten aanzien van de punten en de weging van de verschillende professionaliseringsactiviteiten gelden de volgende bepalingen: •
De punten: -
Algemeen: Eén punt staat voor één uur netto (d.w.z. zonder ontvangst, pauzes, nazit etc.) deelname aan een bepaalde professionaliseringsactiviteit.
-
ICC: Een compleet ICC-traject, inclusief startbijeenkomst en evaluatie, telt voor maximaal 16 punten.
-
ProView: Een compleet ProView-traject, inclusief startbijeenkomst en evaluatie, betekent maximaal 8 punten.
-
Coaching: Een coachingstraject telt voor maximaal 2 punten per sessie.
-
Beroepsopleidingen: Het volgen van een erkende beroepsopleiding telt voor maximaal 3 punten per dagdeel.
- Seminars en workshops: Het bijwonen van een seminar of workshop telt voor maximaal 1 punt per dagdeel. -
Docentschap: Voor het optreden als docent/trainer bij een erkende beroepsopleiding, of in een workshop, seminar, of voor het houden van een lezing geldt maximaal 1 punt per dagdeel.
-
Publicaties: Een tekstfragment van 500 woorden telt voor maximaal 2 punten.
-
KLOE: Een KLOE van één organisatieadviesopdracht telt voor maximaal 2 punten.
-
Netwerken, Congressen, Conferenties en Lezingen: Deelname aan een bijeenkomst ongeacht de tijdsduur geldt voor maximaal 1 punt.
-
Commissies, Werkgroepen en Bestuur: Eén uur netto deelname aan bestuurlijke activiteiten op het gebied van professionalisering telt voor maximaal 0,5 punt.
302M070101md
4
Andere mogelijke activiteiten: Eén uur netto deelname telt voor maximaal 1 punt.
-
•
De weging Niet alle professionaliseringsactiviteiten hebben dezelfde zwaarte of dezelfde impact voor de professionele ontwikkeling van de organisatieadviseur. Om een zeker evenwicht in de samenstelling van het totale pakket aan professionaliseringsactiviteiten te garanderen, wordt de volgende weging toegepast: Van de in de periode van vier jaar te behalen professionaliseringspunten (minimaal 60) dient -
ten minste 40 punten dienen afkomstig te zijn van activiteiten uit het cluster Professionele reflectie ten minste 50 punten dienen afkomstig te zijn van activiteiten uit het cluster Vakinhoudelijke verdieping ten minste 10 punten dienen afkomstig te zijn van activiteiten uit het cluster Professionele ontmoetingen.
Mochten er zich bijzondere omstandigheden in de periode van vier jaar hebben voorgedaan in het beroeps- of persoonlijke leven ( b.v. een ‘sabbatical’, een tweejarige opleiding, ziekte of een dissertatie) dan kan hiervan worden afgeweken. Dit ter beoordeling van de CTT.
•
De evaluatie Eén jaar na de implementatie van het basispuntensysteem heeft een evaluatie plaats gevonden. De evaluatie werd geïnitieerd door de Commissie van Toelating en Toetsing die een wijzigingsvoorstel aan het bestuur heeft voorgelegd. De belangrijkste punten uit de evaluatie: Aanbeveling en aanpassingen Een aanbeveling is om het herregistratieformulier te gebruiken als persoonlijk ontwikkel plan en het jaarlijks of zoveel vaker als wenselijk is in te vullen in plaats van één keer per vier jaar. De praktijk wijst uit, dat dit ergernis en tijdsverlies voorkomt. De Commissie stelt voor met ingang van januari 2007 de CMC punten regeling aan te passen door het minimum aantal punten op te trekken van 60 tot 100. Dat betekent, dat de verdeling van de puntentotalen als volgt wordt gewijzigd: 40 punten is het minimum voor het cluster Professionele Reflectie, 50 punten is het minimum voor het cluster Vakinhoudelijke verdieping en 10 voor dat van Professionele ontmoetingen.
302M070101md
5
Daarnaast stelt de Commissie een serie praktische wijzigingen in het herregistratieformulier voor: - ten behoeve van de korte typering van twee recente opdrachten wordt een format toegevoegd; - bij het cluster Professionele reflectie onder a. intercollegiale consultatie / intervisie een betere onderbouwing vragen van intervisietrajecten; - bij het cluster Professionele reflectie onder c. coaching benadrukken dat dit geen betrekking heeft op het zelf als coach optreden - in het cluster Vakinhoudelijke verdieping gaat de puntentoekenning voor publicaties naar 2 punten per 500 woorden; - voor seminars/workshops of docentschappen geldt dat 1 punt per dagdeel mag worden opgevoerd; - de puntentoekenning voor door de eigen organisatie georganiseerde activiteiten wordt per aanvraag beoordeeld; - de ALV valt onder het cluster Professionele ontmoetingen; - de puntentoekenning voor bijeenkomsten buiten Ooa-verband wordt per aanvraag beoordeeld; - op het formulier wordt ruimte gecreëerd voor een datum en ondertekening; - de afsluiting van het formulier is een visualisatie van de puntentotalen per cluster in een staafdiagram of een taartpunt, waardoor zichtbaar wordt hoe en op welke onderdelen gescoord is. Alle voorgestelde wijzigingen zijn inmiddels in het basispuntensysteem verwerkt.
Nijkerk, januari 2007.
302M070101md
6