360
Febelfin newsletter nr. 03 - maart 2015
FINANCIËLE ACTUALITEIT IN BREEDBEELD
special edition
VOORWOORD
Bankieren tussen en voor de mensen
Waarde collega’s en vrienden, het derde nummer van de 360° newsletter dat u in handen heeft, is het eerste dat ik mee uitdraag als voorzitter van Febelfin. Net zoals met het vernieuwde jaarevent – waar we meer dan ooit met alle segmenten van onze samenleving de dialoog willen aangaan – trachten we ook in deze 360° een eerlijke maar kritische kijk te bieden op de financiële sector en vooral het bankieren tussen en voor de mensen centraal te stellen. Wat betekent dit nu: “bankieren tussen en voor de mensen”? In het vorige 360° rondetafelgesprek stelde ik dat niemand opstaat met de droom om te bankieren. Men staat op met een droom en het is aan de bankier om deze droom alle mogelijke kansen te geven. Onze economie heeft ondernemerschap en initiatief nodig om te kunnen groeien, of dit nu een beslissing betreft van een gezin dat op zoek is naar zijn droomhuis of een ondernemer die een krediet zoekt om door te groeien. Onze sector wil ten volle zijn rol opnemen in het ondersteunen van dit ondernemerschap en initiatief. Enkel zo kunnen we groei, welvaart én jobs creëren. We moeten en willen daarbij geen taboes uit de weg gaan, zowel naar onze leden toe als naar de bredere samenleving. Het hervormd financiëele kader en toezicht zijn grotendeels rond. Nu moeten we kijken naar wat goed en minder goed werkt en dit zonder wijzende vingers, maar wel met constructieve gedachten en ideeën. Zo weten we bijvoorbeeld dat kredietverlening voor startende ondernemingen moeilijk is en blijft. Daarom willen we meer dan ooit initiatieven lanceren om de begeleiding van ondernemers te verbeteren. Maar geen taboes uit de weg gaan, geldt voor beide kanten van de samenleving. Er moet voldoende oog blijven voor de structurele rendabiliteit van de banksector. Wanneer we dit zeggen, doen we dit vanuit een legitieme bezorgdheid en niet om paniek te zaaien. De politiek mag hier dan ook niet blind voor zijn. Dit debat willen we voeren via een open en constructieve dialoog. We zijn er ons van bewust
Lees ook op p2: het interview met de minister van Financiën en de gouverneur van de Nationale Bank van België
dat we, binnen het uitvoeren van onze rol in de samenleving, de steun nodig hebben van de politieke wereld, de ondernemers en werkgevers. Enkel zo kunnen we de sector een positieve rol laten spelen in de reële economie. We moeten de banksector dan ook opnieuw als partner benaderen en niet als antagonist. De laatste jaren hebben allerhande heffingen soms het ene, dan weer het andere business model hard getroffen. Hierdoor is de sector ook intern sterk op de proef gesteld. Onze oproep tot eendracht en eensgezindheid is dan ook eveneens van toepassing op onze eigen leden en ons intern bestuur. Enkel een sector die intern aan hetzelfde zeel trekt, kan partnerships afsluiten met de bredere samenleving. We willen opnieuw vooruit kijken en inzetten op de sluimerende opportuniteiten van morgen. Dit vereist een visie, een toekomstbeeld. Net daarom ben ik verheugd vast te stellen dat het federale regeerakkoord refereert naar de toekomst van Brussel als financieel centrum. Febelfin wil deze uitgestrekte hand graag aannemen. Als we erin slagen om de aanwezige financiële knowhow in België kracht bij te zetten, kan de sector opnieuw groeien. Dan kan de financiële sector opnieuw een motor worden van groei en jobs. Dit is de rol en de visie die ik hoop te kunnen vervullen als voorzitter van Febelfin de komende 3 jaar. Ik hoop dat we hier samen werk van kunnen maken! Rik Vandenberghe, Voorzitter Febelfin
1
INHOUD
RONDE TAFEL
360 3 VRAGEN AAN … Febelfin bestuurders
5
CIJFERHOEK De sector in een notendop
6
RISICOKAPITAAL Vlotte toegang voor bedrijven?
8
KREDIETVERLENING AAN PARTICULIEREN Studie KU Leuven toegelicht 9
FEBELFIN ACADEMY Het nieuwe onlineverhaal
10
HET WOORD AAN … Financiële journalisten
11
EIGEN KIJK Vooruitblik op de komende jaren
12
VOOR U GESELECTEERD OP HET WEB12
COLOFON Verantwoordelijke uitgever Thomas Van Rompuy Febelfin vzw Aarlenstraat 82 1040 Brussel Redactiecomité Isabel Renneboog Frederic Petitjean Thomas Van Rompuy Charline Gorez Concept en realisatie Headline Publishing Vorstermanstraat 14a 2000 Antwerpen www.headlinepublishing.be Adreswijzigingen en reacties kunnen worden verstuurd naar
[email protected]
2
“Bankiers eeuwig straffen voor wat gebeurd is, is niet correct en zelfs dom” De ene heeft er een lange carrière in de journalistiek opzitten en kwam - na enkele zijsprongen in de privésector en bij het VKW - als minister van Financiën in de regering-Michel I terecht. De andere werkt al ruim veertig jaar bij de Nationale Bank van België (NBB), waarvan hij nu kersvers gouverneur is. Voor deze derde 360° zetten we Johan Van Overtveldt en Jan Smets in de praatstoel voor een gesprek over banken, het financiële en economische landschap na de crisis en de rol van Brussel. Heren, jullie hebben alle twee vrij recent belangrijke nieuwe functies opgenomen. Hoe hebben jullie dat ervaren? Johan Van Overtveldt (JVO): Als een rollercoaster. Mijn overstap van journalistiek naar politiek is er niet van de ene op de andere dag gekomen, maar toch relatief snel. Het is in de eerste plaats een hele eer, maar daarnaast is het bijzonder veeleisend. Zonder ijzeren fysiek moet je hier zelfs niet aan beginnen, want er komt enorm veel tegelijkertijd op je af. Alles is nieuw en ik leer nog elke dag bij. Wat ik geweldig interessant vind, zijn de Europese contacten tijdens de Eurogroup-vergaderingen met de andere ministers van Financiën of de Ecofin (Raad Economische en Financiële Zaken) meetings: de formele maar zeker ook de informele gesprekken bij de koffie. Het is pas daar dat je de wereld leert kennen zoals hij echt in elkaar zit. Jan Smets (JS): Ook voor mij is dit een grote eer. Ik heb als nieuwe gouverneur van de NBB de eindverantwoordelijkheid. Ik ben nu ook automatisch lid van de raad van bestuur van de Europese Centrale Bank en beslis bijvoorbeeld mee over het monetaire beleid en het bankentoezicht. Als gouverneur vergeet je daar als het ware waar je vandaan komt en neem je je beslissingen over het monetaire beleid volledig autonoom. JVO: Iets waar ik - tussen haakjes - volledig achter sta. Er is zelden een goed monetair beleid voortgekomen uit politieke inmenging. JS: De NBB is een huis dat ik intussen vrij goed ken. De creatie van de euro en het gemeenschappelijke monetaire beleid hebben de manier van werken in de Bank enorm veranderd. We integreren onze acties veel meer in het eurosysteem.
Heel dat internationale aspect is trouwens veel belangrijker geworden. Het functioneren van het directiecomité werd ook sterk beïnvloed door de overname van het toezicht op banken en verzekeringen. Dat is een zeer belangrijke opdracht waar heel veel tijd en energie in wordt geïnvesteerd. Hoe kijken jullie naar het huidige financiëele landschap? Is daar een culturele omslag sinds de crisis? JVO: Ik heb met bijna alle topbankiers van België gesproken en ik voel dat die periode littekens heeft nagelaten. Men is zich ervan bewust dat er toen veel is fout gelopen. Dat is al een omslag op zich. Ik denk dat het nu het moment is om daarop te kapitaliseren. Niet dat we van dat gevoel misbruik moeten maken, maar we moeten wel een reglementair kader creëren waarin de overtuiging wordt verankerd dat zoiets beter nooit meer mag gebeuren. Met de Asset Quality Review zijn daar al eerste stappen gezet, maar er is nog een weg af te leggen. Ik heb het bijvoorbeeld intellectueel moeilijk met de risicoweging van de assets van de banken. De manier waarop we het nu doen met Basel III is weer een stap vooruit. Met de risk weighted assets heeft men nog niet het juiste evenwicht gevonden? JVO: Ten opzichte van voor 2008-2009 is er een grote vooruitgang. Maar zelfs als iedereen bona fide is - waar we van uitgaan - blijft er een risicoelement. Puur omdat risico x vandaag, morgen risico x+1 of x-1 wordt. Wat mij altijd is bijgebleven, is een studie waar men de problemen van banken relateerde aan het pure balanstotaal en het risk weighted balanstotaal. Wat bleek: de evolutie van het ongewogen balanstotaal gaf perfect aan welke banken in de problemen
Jan Smets, gouverneur van de Nationale Bank van België, en Johan Van Overtveldt, minister van Financiën
“DE NOTIE DAT ER TIJDENS DE CRISIS DINGEN SERIEUS FOUT ZIJN GELOPEN, IS ECHT WEL DOORGEDRONGEN BIJ DE BELGISCHE BANKIERS.” - JOHAN VAN OVERTVELDT
zouden komen. De correlatie zat daar dicht bij één. Ik kan dus alleen maar besluiten dat we ons huidige metingssysteem aandachtig moeten blijven volgen. Wat regelgeving betreft, willen we het in België blijkbaar beter doen dan de rest. Geven we de Belgische financiële spelers wel genoeg zuurstof? JS: De problemen in België waren ook een stuk groter dan in vele andere landen. Dat daar een relatief sterke maatschappelijke respons op komt, hoeft niet te verbazen. Bankiers moeten begrijpen dat stabiliteit - waartoe al deze regels moeten leiden - ook voordelen biedt. De traditionele visie dat dit soort regels noodzake-
lijkerwijs hinderlijk zijn of de competitiviteit aantasten, vindt ook steeds minder steun. De regels remmen de kredietverlening aan de reële economie niet af: de landen waar de kredietverlening het best standhoudt, zijn de landen waar de banken het meest solide gebleven en het best gekapitaliseerd zijn. JVO: Ik denk dat het logisch is dat je - na wat we in 2008-2009 hebben meegemaakt - een cultuur krijgt van “de bankiers moeten we hebben”. Maar dat is kortzichtig. Aan de tafel der verantwoordelijken zitten vele disgenoten. Het uitgangspunt “nu gaan we ze eens een lesje leren” vind ik dan ook absolute onzin. Bankiers eeuwig
straffen voor wat er toen gebeurd is, is niet correct en zelfs dom. Elk weldenkende mens weet dat een goede economie en groei samengaan met een goede financiële sector die ervoor zorgt dat spaargelden doorstromen naar investeringen. Opdat de banken goed functioneren, moet aan een aantal voorwaarden voldaan worden. Daar staan we zeker een heel pak dichter bij dan vijf of zes jaar geleden. Dat nog verder aanscherpen, daar wordt niemand beter van. De rendabiliteit van de financiële sector dan. Zijn we qua bankbijdragen niet stilaan aan de limiet gekomen? JVO: Banken mogen daar kritisch over zijn, maar misschien moeten ze ook een paar keuzes maken omtrent hun businessmodel. De hele financiële wereld is in beweging, net zoals de technologische wereld en de manier waarop mensen met hun geld omgaan. Er zijn - denk ik - een
Lees verder op p4
3
3
RONDE TAFEL
VRAGEN AAN... FEBELFIN BESTUURDERS
PATRICK KEUSTERS Managing Director Bank Degroof Vertegenwoordiger nicheactiviteiten (zakenbanken)
JAN SMETS (64) - Licentiaat Economie (Universiteit Gent) - Start in 1973 als stagiair bij de Nationale Bank van België - Proeft van het politieke leven als kabinetschef van Wilfried Martens en Jean-Luc Dehaene - Is sinds maart 2015 gouverneur van de NBB
JOHAN VAN OVERTVELDT (59) - Doctor in de Toegepaste Economische Wetenschappen (Universiteit Antwerpen) met MBA (KU Leuven) - Start in 1978 als journalist bij Trends - Maakt enkele zijsprongen naar het bedrijfsleven en het Ondernemersplatform VKW - Keert naar Trends terug in 2010 als hoofdredacteur - Is sinds oktober 2014 minister van Financiën
paar banken die nog niet klaar en duidelijk de keuzes in hun businessmodel hebben gemaakt. Ik weet ook wel dat dit heel moeilijk ligt, maar de rendabiliteit herleiden tot de heffingen is kort door de bocht. JS: Een duurzame rendabiliteit staat ook onder druk van de crisis zelf: als de economie niet draait, zullen de banken minder verdienen. Ook de heel lage rentes stellen de marges zwaar op de proef. Dan kan je strategische keuzes maken: een nieuwe business, realistische marges en tarieven, specialisatie in niches, andere distributiekanalen, kostenbesparingen, … Daar zijn al veel banken mee bezig, en dat kan eventueel verdere consolidaties meebrengen. De aangroei van spaargeld blijkt stilaan af te nemen. Maakt dat het debat over de spaarfiscaliteit niet overbodig? JS: De spaartegoeden dalen niet, de aangroei neemt af. Dat is een wezenlijk verschil. Maar ik vind inderdaad dat we de vrijstelling op het spaarboekje moeten herdenken. Het stimuleert de noodzakelijke financiering van langetermijnprojecten niet en versterkt potentiële renterisico’s die kunnen opsteken bij een renteomslag. Wij zijn voor een - weliswaar zeer geleidelijke - over-
4
Scan deze QR-code voor het volledige rondetafelgesprek
“BRUSSEL ALS FINANCIEEL CENTRUM KAN VIA EEN STABIEL KADER, GOEDE SAMENWERKING EN OPEN DIALOOG.” - JAN SMETS
gang naar een breder en neutraler fiscaal regime. JVO: De common sense en de sociaaleconomische realiteit dicteren dat je die vrijstelling spreidt over veel meer producten en dat je het plafond afbouwt. Voor de Belgische economie zal dat een betere optie zijn dan de huidige gang van zaken die exclusief op één type van spaarvorm focust. Hoe zien jullie de toekomst van Brussel als financieel centrum? Als hoofdstad van effectiseringsvehikels of veleer als dienstverleningscentrum met een rechtstreekse meerwaarde voor de reële economie? JS: Een dergelijk centrum kan via een stabiel kader, een goede samenwerking, open dialoog, … De effectiseringsproducten die u aanhaalt, hebben nu de naam van toxisch spul te zijn maar kunnen ook valabel zijn. Zolang ze maar simpel en transparant zijn en gericht op de reële economie. Daar kunnen ook nieuwe opportuniteiten zitten. Belgische kmo’s krijgen moeilijk toegang tot de kapitaalmarkten: ze zijn niet op hen toegespitst, ze kennen ze niet, de vaste kosten liggen hoog, … Waarom zouden banken hun kennis niet gebruiken om te helpen bij een bundeling en herverdeling van risico’s, om die kapitaalmarkt toch te ontsluiten?
1
JVO: In België wordt 80% van de reële economie gefinancierd via banken en 20% via de markten. In de VS is dat net omgekeerd. Allicht is een evenwichtige combinatie de beste mix. Indien jullie elkaar nog één ding mogen wensen, wat zou dat zijn? JS: Veel geluk om de groei te stimuleren, zoals wij dat ook proberen als centrale bankier binnen het mandaat van de ECB. Maar dan met de hefbomen die hij en zijn collega’s hebben: het opnieuw realiseren van budgettaire stabiliteit zodat er weer marges zijn om de economie te laten aantrekken, en het structureel verstevigen van het groeipotentieel. JVO: Ik wens Jan, en ook een beetje mezelf, een discrete openheid toe. Ik denk dat het belangrijk is dat de gouverneur van de Nationale Bank en de minister van Financiën geregeld met elkaar praten, met respect voor elkaars functie en bevoegdheden. Zo kunnen we elkaar versterken, want het monetaire, het fiscale of het reglementaire zijn geen geïsoleerde zaken. 1+1+1 maakt hier vier. Heren, bedankt voor jullie tijd, inzichten en wijsheden. JVO: In die volgorde!
DIRK WOUTERS De uitdagingen voor de banksector gelden ook voor de spaarbanken: een vlakke rentecurve, digitalisering, regelgeving en heffingen. De bankenheffingen lopen voor de spaarbanken op tot 10% van het bankproduct, wat onhoudbaar en onevenwichtig is. Daarom is het positief dat het regeerakkoord deze heffingen evenwichtiger wil verdelen over alle bancaire activiteiten. Bovenal blijft het verder uitbouwen van onze cliëntgerichtheid en -tevredenheid onze eerste prioriteit.
WIM HAUTEKIET De toenemende complexiteit in al onze activiteiten. Wij leveren wereldwijd diensten aan financiële instellingen, banken, pensioenfondsen en vennootschappen. Zij doen een beroep op onze knowhow tijdens elke fase van het investeringsproces. Ook regelgevers volgen onze activiteiten van nabij. Die complexiteit hoeft niet noodzakelijk nadelig te zijn voor onze klanten: we zoeken en vinden voortdurend nieuwe oplossingen om hun rendement te maximaliseren.
HOE OMSCHRIJFT U DE TOEGEVOEGDE WAARDE VAN UW MARKTSEGMENT?
PATRICK KEUSTERS De toegevoegde waarde van de nichebanken komt vooral tot uiting in de dienstverlening aan de klant. Enerzijds heb je de productlogica, anderzijds de klantenbenadering. De klantenrelatie is onze hoofdbekommernis. Nichebanken beperken zich ook tot een aantal specifieke activiteiten, in tegenstelling tot de grootbanken. Hun business model is stabieler omdat zij het grootste deel van hun inkomsten halen uit recurrente provisies. Hierdoor hebben ze trouwens de financiële crisis zonder al te veel kleerscheuren doorstaan.
3
WIM HAUTEKIET Voorzitter BNY Mellon Vertegenwoordiger financiële infrastructuuraanbieders
WAT ZIJN DE GROOTSTE UITDAGINGEN VOOR UW MARKTSEGMENT?
PATRICK KEUSTERS De sterk toegenomen regelgeving sinds de crisis (FATCA, EMIR, Basel III, ...) en MiFID II. Uiteraard zijn regels voor consumentenbescherming nuttig. Ze worden echter zonder onderscheid toegepast op instellingen met verschillende activiteiten, groottes en werkwijzen. De toepassing van de regels impliceert aanzienlijke aanpassingsen organisatiekosten. Sommige regelgeving leidt ook tot rechtsonzekerheid en kan een averechts effect hebben. Digitalisering vormt eveneens een belangrijke uitdaging.
2
DIRK WOUTERS CEO Bank J. Van Breda & Co. Vertegenwoordiger nietgrootbanken
DIRK WOUTERS Onze troef is de vertrouwensband met onze klanten. We realiseren dit door focus: regionaal zijn, specifiek voor gezinnen of voor ondernemers en vrije beroepen. We werken vaak met zelfstandige agenten die een stabiele klantenrelatie op lange termijn opbouwen, dikwijls over generaties heen. Voluit digitaal gaan en toch dicht bij de klant zijn, is de uitdaging. Op internet kan je dan wel zoeken naar het hoogste rendement, maar je vindt er geen professioneel advies over welk deel van je vermogen je best op een spaarboekje zet …
WIM HAUTEKIET Betrouwbaarheid en wederzijds vertrouwen komen op de eerste plaats. Het is daarom uiterst belangrijk dat er een degelijk risicobeheer is dat onder de verantwoordelijkheid van de directie valt en waarvan de volledige organisatie doordrongen is. De reputatie van een bank is immers haar grootste troef.
HOE ZIET U DE DIALOOG TUSSEN DE POLITIEKE EN FINANCIËLE WERELD?
PATRICK KEUSTERS Soms is het moeilijk om onze specifieke behoeften en beperkingen onder de aandacht te brengen omdat de nichebanken slechts een klein sectorsegment vormen in termen van werkgelegenheid of balansomvang. Het kan dan ook niet anders dan dat wij soms het slachtoffer worden van maatregelen die niet aan onze specifieke situatie zijn aangepast.
DIRK WOUTERS Het vertrouwen is nog niet hersteld: de publieke opinie blijft “de banken” stigmatiseren. Het is echter fout iedereen over dezelfde kam te scheren. Niet alle banken waren betrokken bij wat is misgelopen. We moeten de negatieve perceptie omdraaien door een goede dienstverlening, verantwoord gedrag, diversiteit in het landschap en een voldoende hoog eigen vermogen. We hebben begrip voor de noden van de regering, maar het vergt ook rendabiliteit om ons eigen vermogen te laten meegroeien met de kredietportefeuille.
WIM HAUTEKIET Bijzonder constructief. Ook al zijn de doelstellingen niet noodzakelijk dezelfde, we hebben dezelfde belangen. BNY Mellon is geen retailbank en we bekijken de zaken misschien anders, maar we waarderen dat alle partijen steeds met een open geest op zoek gaan naar de ideale oplossing.
5
CIJFERHOEK € BANK
Sparen + Beleggen € 258 miljard op spaarboekjes
€ 229 miljard
in beleggingsfondsen
pensioenen
€ € € BANK
€ 1,9
Kredietverlening € 192
volksleningen
miljard
Aan ondernemingen
4,3%
€ 116
duurzame fondsen
Betalingen
via crowdfunding
miljard
%
6.810 kantoren
€ BANK
Deze dienstverlening wordt verzorgd door 103 banken in België.
Zij zijn tussen 2008 en 2014 sterk hervormd:
Balans Eigen vermogen Kernkapitaal + reserves
10,1 miljoen
abonnementen internetbankieren
1 miljoen
abonnementen mobiel bankieren
6
531 miljoen
1,3 miljard
online sessies per jaar
1 miljard
overschrijvingen
Hefboom
kaartbetalingen
(internet en mobiel)
%
€ 0,002 miljard
€ 85
mensen doen aan pensioensparen via een spaarfonds
via obligatieleningen
via leasing
Aan overheden
1.4 miljoen
€ 36,3 miljard € 12,8 miljard
miljard
93% van de spaartegoeden wordt omg ezet in kredieten € BANK
Bancaire financiering is slechts een deel van de financieringsmix. Ondernemingen en particulieren kunnen ook terecht bij alternatieve financieringsvormen zoals obligatieleningen, leasing of crowdfunding.
Aan gezinnen
miljard € € spaargeld in
€%
38,8% 25,6% 52,9%
De rendabiliteit staat onder druk door de vele heffingen, over 2014:
€
299 miljoen geldafhalingen
€ 943 miljoen (6x zoveel als in 2007)
Cijfers worden weergegeven zoals laatst gekend. Bron: BeAMA, BLV, ECB, Febelfin, NBB
7
FEBELFIN ONDERZOEK
Scan deze QR-code voor de volledige studie
Risicokapitaal in België: hoe onze positie verbeteren? Febelfin richtte in 2014 een werkgroep op die onderzocht of Belgische ondernemingen een voldoende vlotte toegang tot risicokapitaal hebben. Tegelijk werd nagegaan welke rol de overheden, banken en investeerders in dit verhaal (kunnen) spelen.
C
ijfermateriaal tussen 2008 en 2013 toont aan dat België terrein verliest binnen Europa op het gebied van risicofinanciering: • De opgehaalde middelen voor risicofinanciering liggen de laatste jaren significant lager in België dan in de meeste van onze buurlanden. Om aan te sluiten bij het Europeese gemiddelde moeten Belgische risicokapitaalpartijen hun gemiddelde fundraisingactiviteit op jaarbasis verhogen van 330 miljoen euro naar 1,050 miljard euro. • Het niveau van investeringen door Belgische risicokapitaalverschaffers bevindt zich eveneens op een laag niveau, waardoor ondernemingen sterk afhankelijk worden van buitenlands risicokapitaal en al eens in buitenlandse handen overgaan. Samen met een twintigtal specialisten die actief zijn in risicokapitaal - als investeerder, academicus en/of business incubator - werd binnen
Febelfin nagegaan hoe deze markt opnieuw uitgebouwd zou kunnen worden.
te vinden. Dit neemt niet weg dat er ook een aantal blinde vlekken in het financieringsaanbod zijn.
Drie topprioriteiten Uit de gesprekken kwamen drie topprioriteiten naar boven:
Lacunes in het aanbod Met de invoering van de Basel III-regelgeving en de daarmee gepaard gaande hogere kapitaalvereisten voor risicovolle activa, hebben banken hun (verhoudingsgewijze) grote durfkapitaalfondsen afgebouwd. Gezien deze rol niet werd overgenomen door
• Het creëren van aantrekkelijke omgevingsfactoren (op juridisch, fiscaal, administratief vlak, …) • Het stimuleren van ondernemerschap. • Het consolideren van het risicofinancieringsaanbod en het - op een efficiëntere manier toegankelijk maken van dit aanbod. Bij deze laatste prioriteit werd concreet ingegaan op het brede maar sterk versnipperde aanbod van risicokapitaal in België. Hierdoor is een brede ontwikkeling mogelijk, weliswaar na een lang en moeilijk proces om de juiste financieringsprovider
“HET STIMULEREN VAN DE MARKT VOOR RISICOKAPITAAL HEEFT EEN DIRECTE IMPACT OP GROEI EN INNOVATIE. TWEE ELEMENTEN WAARNAAR WE OP ZOEK ZIJN!” andere marktpartijen, blijkt het voor ondernemers vandaag moeilijker om bedragen boven de 1 miljoen euro aan te trekken. Kapitaalrondes van meer dan 1 miljoen euro behelsen immers een concentratierisico voor de Belgische fondsen, waarvan het merendeel een beperkte omvang heeft. Hierdoor moeten sterke groeiers hun groei afremmen of zich wenden tot buitenlandse investeerders. Ook de regio speelt een rol: in Vlaanderen blijkt er meer (privé)durfkapitaal aanwezig. In Wallonië gaat het aanbod meer, doch niet alleen, uit van de overheid. Resultaten studie De volledige resultaten van het onderzoek zullen gepubliceerd worden op de website van Febelfin. Wat zult u daar zoal in terugvinden? • De aanpak van de ons omringende landen. • Een uitgebreide beschrijving over hoe de drie hierboven topprioriteiten gerealiseerd kunnen worden. • Aanbevelingen zoals grotere fondsen met gereputeerd management, een grotere participatie van business angels en private investeerders in risicokapitaal en het intermediëren tussen vraag en aanbod van risicokapitaal.
8
Studie KU Leuven bevestigt belang van kredietverlening voor economie De kredietverlening aan particulieren heeft een substantiële impact op de Belgische economie. Indien het hypothecaire krediet en het consumentenkrediet tussen 1995 en 2013 een stagnatie gekend zouden hebben, zou het bruto binnenlands product (BBP) in België maar liefst 0,76% lager uitgevallen zijn op jaarbasis.
D
at blijkt uit een recente studie die Prof. Dr. Nancy Huyghebaert van de KU Leuven heeft uitgevoerd naar het belang van kredietverlening aan particulieren voor de Belgische economie. Deze studie werd uitgevoerd met medewerking van de Beroepsvereniging van het Krediet (BVK), een van de vijf deelverenigingen van Febelfin.
10,41% van de consumptie gefinancierd werd via het consumentenkrediet (verrichtingen op afbetaling). Dit cijfer is (beperkt) stijgend over de tijd heen, maar dalend sinds 2011 (toen 11,09%).
Impact op Belgische economie De groei van het BBP in de periode 1995-2013 zou naar schatting meer dan driekwart procent (0,76%) lager gelegen hebben op jaarbasis indien de kredietverlening geen stijging gekend zou hebben (d.w.z. een groei in consumenten- en hypothecaire kredieten gelijk aan 0%).
Bovendien blijkt dat een toename van de consumentenkredieten belangrijker is dan een toename in het beschikbaar inkomen van de gezinnen om de groei van de consumptie te verklaren.
Binnen dit percentage neemt het consumentenkrediet het grootste deel voor zijn rekening met 0,72%. Het hypothecaire krediet zorgt voor 0,04%. Impact op de consumptie Uit de studie van de KU Leuven blijkt dat in 2013
In 2013 vertegenwoordigde het consumentenkrediet (verrichtingen op afbetaling) zo’n 5,52% van het BBP. Ook dit cijfer is dalend vanaf 2011.
Belang voor sectoren De sectoren die het meest beïnvloed worden door het consumentenkrediet zijn: • de auto-industrie; • de productie van huishoudtoestellen; • de meubelindustrie. Voor hypothecair krediet is dit logischerwijs de bouwsector. Hypothecaire kredieten helpen immers de gezinnen bij het financieren van de
aankoop, bouw en verbouwing/renovatie van hun woning. Procyclisch karakter van consumentenkredieten Een andere belangrijke conclusie van de studie betreft het consumentenkrediet. Wanneer gezinnen geconfronteerd worden met een daling in hun beschikbaar inkomen gaan ze dit niet compenseren door meer consumentenkrediet op te nemen. In economisch onzekere tijden worden aankoopbeslissingen vaak uitgesteld, terwijl ook de kredietgevers de terugbetalingscapaciteit strikter inschatten. Meer informatie De studie is terug te vinden op de website van de Beroepsvereniging van het Krediet op www.upc-bvk.be, rubriek Pers & cijfers > Dossiers & studies > Belang van krediet.
9
Febelfin Academy schrijft nieuw online opleidingsverhaal In de 25 jaar dat Febelfin Academy - het opleidingsinstituut van de financiële sector bestaat, is zij uitgegroeid tot een erkende opleidingspartner voor de banken en paritaire fondsen. Deze expertise werkt door in het onlineverhaal van Febelfin Academy: via de nieuwe website maar ook via het digitale leerplatform Fa-cts. FEBELFIN ACADEMY IN EEN NOTENDOP:
1/3
van onze opleidingen wordt jaarlijks vernieuwd
94%
400
15 000
trainingen en workshops per jaar
cursisten per jaar
klanttevredenheid
350
+300
Incompany opleidingen op jaarbasis
trainers in ons netwerk
WEBSITE
DIGITALE LEEROPLOSSING
Febelfin Academy heeft sinds twee maand een nieuwe website die de gebruiker op een efficiënte en overzichtelijke manier door haar opleidingsaanbod loodst: www.febelfin-academy.be. De site beschikt over heel wat nieuwe mogelijkheden en toepassingen: cursisten kunnen er niet enkel snel en gericht zoeken naar specifieke opleidingen maar ook referenties publiceren en consulteren, informatie delen via sociale media, …
Febelfin Academy kan zich beroepen op haar eigen leerplatform Fa-cts of “Febelfin Academy Certification and Training Services”. Cursisten kunnen op het platform hun leertraject volgen, eerder gevolgde cursussen raadplegen, oefeningen maken, online vragen stellen aan lesgevers of certificaten opvragen. Lesgevers kunnen er onder meer de deelnemers opvolgen of de evaluatie van hun lessen bekijken. Het platform is te bereiken via de website van Febelfin Academy.
LEARNING, KEY FOR EDUCATION
Starters in de financiële sector of werknemers die op zoek zijn naar een brede financiële cursus kunnen bij Febelfin Academy de e-learning “Introductie tot de financiële wereld” volgen. De tool neemt de cursist op een interactieve manier mee doorheen het hele scala aan producten, diensten en activiteiten van de financiële wereld. Ook de organisatie van een bank en het regelgevende kader komen aan bod. De e-learning werd zopas volledig vernieuwd en sluit nog beter aan bij de noden van de cursist anno 2015!
STEFAAN MICHIELSEN De Tijd
LIEVEN DESMET De Morgen
DOMINIQUE LIESSE L’Echo
Hoe bekijkt u de financiële sector?
Journalist in de financiële sector: moeilijk te verzoenen visies?
Welke vraag heeft u nog niet genoeg beantwoord gezien?
Alsof er een discrepantie hoeft te zijn tussen beide? De financiële sector beroept zich graag - en terecht - op zijn maatschappelijke functie. Die vertaling maken is onderdeel van de journalistieke insteek. Toegegeven, sinds de financiële crisis wordt de sector met de nodige argwaan bekeken. Dat een aantal financiële dossiers een verpletterende impact hebben op de samenleving, maakt dat die argwaan nog steeds de bovenhand haalt. De inspanningen van de sector tot zelfregulering raken daardoor wat ondergesneeuwd.
De banken zijn in hun contacten met de pers terughoudend wanneer het gaat om hun gezondheidstoestand. Wanneer hen gevraagd wordt naar de reden waarom ze daar niet over communiceren, verschuilen ze zich vaak achter de Nationale Bank van België. Wel spreken ze maar al te graag over de druk die de regelgeving op hen legt.
In de eerste plaats met een nieuwsgierige blik. De bankencrisis heeft de financiële sector grondig door elkaar geschud. Daarnaast zijn er de strengere reglementering, de moeilijke economische omgeving, de lage rentestand en de technologische ontwikkelingen. Het is interessant te zien hoe de verschillende spelers daarmee omgaan. Daarnaast bekijk ik de sector met een kritische blik. De crisis vond haar oorsprong voor een stuk bij de ontsporingen in de sector. De banken zeggen dat ze daaruit de nodige lessen hebben getrokken. Maar is dat ook zo?
Welke raad zou u aan de Belgische CEO’s van de banken geven? Kom uit jullie ivoren toren. Leg uit wat de banken doen, waarom jullie bepaalde initiatieven wel of niet nemen, ... Ga minder in het defensief, treed meer naar buiten. Laat dat niet alleen over aan de sectororganisatie, de marketingafdeling van jullie bank of de persdienst. Communiceer zelf uitgebreider met het brede publiek - toch ook een belangrijke stakeholder voor de banken - en niet alleen met de politieke beslissingsnemers, de institutionele investeerders of grote bedrijfsklanten.
Welke vraag heeft u nog niet genoeg beantwoord gezien?
Opleidingen in de kijker INTRODUCTIE TOT DE FINANCIËLE WERELD
HET WOORD AAN... FINANCIËLE JOURNALISTEN
VERZEKERINGSBEMIDDELING
HOE BETER OMGAAN MET STRESS?
Sinds 1 januari 2015 moet iedereen die aan de slag wil als verzekeringsbemiddelaar zijn kennis over verzekeringen bewijzen via een gecentraliseerd examen.
Enige vorm van stress op het werk kan tot positieve resultaten leiden maar te veel stress is vaak problematisch. Het brengt mensen uit hun evenwicht en stelt hun natuurlijke weerstand op de proef.
Febelfin Academy is een van de erkende examencentra. Ter voorbereiding op het examen biedt zij een formule aan die diverse opleidingsmethodes combineert (“blended learning”): • individueel afstandsonderwijs via: - zelfstudie met handboeken - training op een leerplatform (e-learning) • optionele coachingsessies bij Febelfin Academy of in de onderneming
In de opleiding “Hoe beter omgaan met stress?” leren werknemers hoe ze stress kunnen herkennen en managen. Ze krijgen een gepersonaliseerd actieplan mee en worden via persoonlijke coaching opgevolgd.
Waarom moet er een fiscaal gunstregime gelden voor de gewone spaarboekjes? Het is een factor van rigiditeit in het Belgische financiële stelsel, en verhindert dat het geld van spaarders en beleggers vlot de weg vindt naar de reële economie. Het maakt bovendien dat de banken met een overschot aan spaarmiddelen zitten. Het fiscaale gunstregime is economisch verstorend. Waarom houden de banken er zo krampachtig aan vast? En zeg niet dat het is om de spaarders te beschermen.
Welke raad zou u aan de Belgische CEO’s van de banken geven? Het zou bijzonder hautain zijn om als journalist daarop te antwoorden. Maar aangezien niets menselijks ons vreemd is: neem zonder voorbehoud of reserve afstand van malversaties. Het vertrouwen van de gewone burgers in hun bankinstelling heeft een immense deuk gekregen. Volledige transparantie is dan het enige juiste antwoord, denk ik in alle bescheidenheid.
Journalist in de financiële sector: moeilijk te verzoenen visies? Ook journalisten hebben lessen uit de crisis moeten trekken. Begrippen die vroeger zo goed als ongekend waren, liggen nu op ieders lippen: CDO, “swap”, “sub prime”, ... Journalisten hebben ook tussen de regels van een balans moeten leren lezen. Meer dan ooit moeten ze proberen de echte boodschap te ontcijferen. Daarbij moeten ze voor ogen houden dat de banken vaak onder vuur liggen en dat elk negatief aspect in de publieke opinie zal worden uitvergroot en soms verdraaid.
Hoe bekijkt u de financiële sector? Hoe bekijkt u de financiële sector? Met een gemengde blik. Ik besef dat het bankenlandschap niet zo homogeen is als vaak wordt gedacht. Tegelijk is de impact van de grootbanken op zowel de financiële sector zelf, als op de gehele economie immens. Ik wil graag geloven dat er nog sprake kan zijn van een gezonde competitiviteit, maar ik betwijfel het. Ik koester ook geen nostalgische gedachten, laat staan een verankeringsfetisj, maar dat het gros van onze banken een buitenlands aandeelhouderschap heeft, stelt me niet helemaal gerust.
Er is een vóór en na 2008. Hoewel de Belgische grootbanken nooit het profiel van de Angelsaksische evenaarden, hadden zij vóór 2008 een (erg) grote honger, wat hun val versneld heeft. Na de crisis heeft de Belgische sector zich opnieuw toegespitst op de binnenlandse markt waar het spaargeld veel buitenlandse belangstelling geniet, maar waar – door de rentes en de strengere regelgeving – het vroegere rendabiliteitsniveau tot het verleden behoort. De sector moet zich heruitvinden: hij moet de klantenverwachtingen binnen een steeds virtuelere wereld verzoenen met een strikte kostenbeheersing.
Doordat de lesgevers dit topic behandelen vanuit hun eigen ervaring binnen de financiële sector, kunnen ze de cursisten ideaal begeleiden en bijstaan met relevante en toegespitste raad en daad.
Alle cursussen en data zijn terug te vinden op www.febelfin-academy.be.
10
11
EIGEN KIJK
Zoeken naar evenwicht is een permanente opdracht In 2015 is het een zevental jaar geleden dat de financiële crisis in alle hevigheid uitbrak. Vandaag kunnen we als een hervormde sector terugkijken op deze periode en opnieuw volop vooruit kijken naar de toekomst. Eén woord staat hierbij centraal: evenwicht. De financiële sector stelt alles in het werk om een stabiele en duurzame sector te zijn ten dienste van de mens, de maatschappij en de economie. Het is echter ook belangrijk dat de sector als dusdanig gepercipieerd wordt. Net daarom is het nodig dat we de vinger aan de pols houden bij de burgers, politici, sociale partners, … We willen ons opstellen als een partner die weet en aanvoelt wat er leeft in de onderbuik van de samenleving. Ooit heb ik spreekwoordelijk gezegd dat een goede bankier een koel hoofd en een warm hart heeft. Bankieren is een deel cijferwerk en nuchtere analyse, maar we moeten als bankier trachten het verhaal achter die cijfers te zien. Aandacht voor alle stakeholders De financiële sector ziet zich vandaag geconfronteerd met een steeds mondiger wordende maatschappij waarvan de verwachtingen en vereisten meer uitgesproken zijn. Het is, als sector, dan ook een permanente uitdaging om er niet enkel te zijn voor de aandeelhouders maar voor alle stakeholders: de burgers, de politiek, de NGO’s, … En uiteraard voldoende oog en begrip te hebben voor de finaliteit van regelgeving en de opdracht van de toezichthouders.
Aandacht voor de digitale revolutie De tijden waarin we vandaag leven, worden gekenmerkt door één van de grootste transformaties van de laatste decennia. De vraag naar een enkel fysieke aanwezigheid van het bankkantoor verschuift naar een bijkomende dimensie van een 24/24u en 7/7 dagen onlinedienstverlening. Deze digitale revolutie zal zowel het product- als dienstenaanbod van de sector grondig impacteren en een onomkeerbare wending met zich meebrengen voor de maatschappij en de economie. Het zoeken van een evenwicht tussen een fysieke en online-invulling van bankieren is dan ook een historische uitdaging. Als Febelfin proberen wij te fungeren als een bruggenbouwer tussen onze leden en de politieke wereld, de bredere maatschappij, … Wij trachten de verzuchtingen en noden van elke schakel binnen het verhaal een plaats te geven en met elkaar te verzoenen. Het spreekt voor zich dat onze rol van tussenpersoon steunt op de nodige diplomatie en een natuurlijk evenwicht beoogt zodat we voor ieder een partner kunnen zijn. Samen blijven wij bouwen aan de financiële sector van morgen! Michel Vermaerke, Gedelegeerd bestuurder Febelfin
VOOR U GESELECTEERD OP HET WEB JONGEREN IN DE SECTOR
ONDERNEMERSKREDIET? JAWEL!
EUROPEAN MONEY WEEK
Langdurig werkloze jongeren laten proeven van de bankwereld en hen een opleiding en stage op maat bieden: dat is de doelstelling van het jongerenplan van de bancaire sector. Het ambitieuze tweejarige project loopt nog tot eind 2015.
Ondernemers die wat meer uitleg zoeken over de verschillende kredietvormen konden al langer terecht op de site “Financiering van Ondernemingen”. Recent werd deze vernieuwd waardoor hij nog beter aansluit bij de noden van de ondernemer!
Deze week vindt de European Money Week van de Europese Bankfederatie (EBF) plaats. Meer dan twintig landen, waaronder België, plaatsen hun initiatieven rond financiële geletterdheid in de kijker. Het doel? De financiële geletterdheid in Europa opkrikken.
Alle info op www.jongerenplan-banksector.be
Ontdek de vernieuwde site www.financieringvanondernemingen.be
Meer info op www.europeanmoneyweek.eu
FEBELFIN ONLINE
febelfin.be febelfin.be
In de volgende 3600 wefin.be
jobsinbanking.be jobsinbanking.be
12
Alles draait rond duurzaamheid. Benieuwd hoe de financiële sector zich uit de slag trekt op het vlak van sustainability? Ontdek het in onze volgende editie.