Balanced ScoreCard

Balanced ScoreCard 2014-2015

Balanced Score Card 2014-2015 Op de navolgende pagina’s volgt de Balanced Score Card (BSC) van de locatie Gilde Vakcollege Techniek. De BSC is een geheel van doelen, die in zogenoemde “prestatieketens” aan één of meer succesbepalende factoren (sbf), indicatoren en streefwaarden gekoppeld zijn. De doelen zijn op hun beurt uitwerkingen van de begrippen in de Toetsstenen van beleid, het algemene beleidskader van de scholengroep. In de Perspectievennota 2014-2018 worden de prestatieketens van de BSC toegelicht en in een breder perspectief geplaatst. De Balanced Scorecard, de Perspectieven Nota en de Schoolgids (Jaargids) zijn belangrijke onderdelen van het Schoolplan van het Gilde. Een belangrijk streven in de beleidsstreven is om de verantwoordelijkheid binnen de organisatie zo laag mogelijk te leggen. De BSC 2014-2015 is gevoed:

-

door de inbreng van de teams vanuit de perspectievennota van het LMT vanuit de eindrapportage BSC 2013-2014 vanuit de BSC 2014 van het CvB van De Hoven vanuit het Bestuursakkoord VO 2012-2015 en het nieuwe Sectorakkoord VO 2014-2017

Namens het LMT van Gilde Vakcollege Techniek, C.H. van Breugel directeur

Versie 05-09-2014 2/18

Opbouw Balanced Score Card (BSC) oftewel het resultatenplan voor 2014-2015 A. Innovatief perspectief: de klant van nu bedienen is niet voldoende. Het gaat ook om de klant in de toekomst. Veranderingen gaan vaak langzaam. Tijdig anticiperen op de veranderende context is noodzakelijk. Vragen die bij het innovatieve perspectief behoren zijn: zijn we toekomstgericht bezig? Hoe zien we de toekomst? Dit perspectief heeft veel relatie met het klantperspectief. De keuze om onderwerpen bij het innovatieve perspectief onder te brengen, terwijl de keten ook onder klantperspectief zou kunnen staan, is vaak gelegen in het feit of een prestatieketen een vernieuwing beoogt vorm te geven. B. Intern perspectief: bij het interne perspectief gaat het om vragen als: waarin moeten we goed zijn? Wat willen we zelf? Het gaat erom dat diegenen die de klanten moeten bedienen weten welke richting de school op koerst. Kort samengevat betreft het aan de uitvoerend medewerker gerelateerde zaken. Antwoorden liggen op terreinen als arbeidskwaliteit, arbeidssatisfactie, ziekteverzuim, professionele cultuur, borging en aansluiten bij menselijk kapitaal. C. Klantenperspectief: de school bestaat bij de gratie van haar klanten. Klanten zijn ouders en leerlingen. Het is essentieel om te weten wat deze groep van de school verwacht. In breder perspectief kunnen we er ook andere stakeholders zoals het bedrijfsleven onder betrekken. Vragen die bij het klantenperspectief behoren zijn: wat vragen de klanten van ons? Wat willen de klanten? Antwoorden moeten gezocht worden op de terreinen van voldoende onderwijstijd, kwaliteit, service, tevredenheid, activerende didactiek, goed pedagogisch klimaat, onderwijsprestaties en beheersbare kosten. D. Financieel perspectief: de school is een non-profit organisatie. De financier is een andere dan de klant. De financier voor het Gilde is het bestuur van CS De Hoven. Financiers stellen kwaliteitseisen aan onze school. Vragen die daarom bij het financiële perspectief behoren zijn: hoe zien de financiers ons en hoe doelmatig zijn we zelf? wat willen de financiers? Antwoorden moeten gezocht worden op de terreinen van begroting, kostenbeheersing, verantwoording, huisvesting en onderhoud.

Inhoudsopgave DOELSTELLINGEN A: Innovatief perspectief 1. Investeren in innoveren 2. Aantrekkelijke (doorlopende) techniekroutes 3. Vernieuwend onderwijs B: Intern perspectief 1. Goed personeel in een professionele cultuur 2. Voldoen aan wettelijke eis actief burgerschap en sociale integratie 3. Herkenbare christelijke grondslag 4. Kwaliteitsborging C: Klantperspectief 1. Uitdagend onderwijs 2. Maatschappelijke verankering van de school 3. Goede resultaten 4. Integratie gebruik ICT in onderwijs 5. Goed pedagogisch klimaat 6. AAdequaat informeren en communiceren D: Financieel perspectief 1. Financiën op orde

Verwijzing naar de Toetsstenen van beleid CVO-AV II b,c,f; III 1.a,b,c,e en 2b,d; IV b,c; V a,b II b,dii,iii en f; III 2b, 3a,b,d,e; IV a,c,d,e; V a,b,c II d; III 1.a,b,c,e en 2b; IV a.iv; V b.iii,iv

I, II, III 2c; VI; VIII a I b,c,d,e; II c,d; III 1,2 I; II d.i; V c II a, b,e,f; VIII a,c,d II c; IV e; V II d; III 3; IV e

II a, b,f; V a.i III 1.b; V a.ii, b.iii,iv; VI a, b.i,ii; VII 4 I b; II c; IV a.i,ii,iii,v; IV d; V b.i,ii VII 4 II d.iii,iv,v; VII 2

Versie 05-09-2014 3/18

De BSC in relatie tot de prestatieakkoorden De doelen en prestatieindicatoren zoals in deze BSC 2014-2015 beschreven, zijn ook een weerslag van de afspraken die gemaakt zijn tussen het ministerie van OCW en het onderwijsveld. Hieronder wordt aangegeven hoe de prestatieindicatoren zich verhouden tot deze akkoorden.

Bestuursakkoord 2012-2015 In het bestuursakkoord 2012-2015 staan afspraken tussen het ministerie van OCW en de VO-raad over de prestatiedoelen van scholen voor 2015 en de financiële- en beleidsruimte die OCW voor scholen creëert om deze doelen te kunnen behalen. De doelen van het convenant zijn hogere prestaties van leerlingen, verbetering van de onderwijskwaliteit en vergroting van de kwaliteit van leraren en schoolleiders. Het programma School aan Zet is door het ministerie van OCW opgezet om scholen te helpen deze gezamenlijke ambities te vertalen naar de praktijk binnen de schoolorganisatie. School aan Zet is een driejarig programma waarin School aan Zet samen met scholen werkt aan verbetering van de onderwijsopbrengsten. Onderstaande vindt u een overzicht op welke manier en bij welke prestatieketens het Gilde Vakcollege Techniek vorm en inhoudt geeft aan de prestatiedoelen van het convenant. 1. Leerlingen behalen goede prestaties op de kernvakken én worden breed gevormd.  “gerichte aandacht wordt besteed aan de kernvakken Nederlands, Engels, Wiskunde/rekenen waardoor de leerprestaties van alle leerlingen op die vakken aantoonbaar verbeteren”.  BSC-prestatieindicator(en): A1B, A1C, A1D, A2C, B2A, C3A, C3D, C5A. 2. Scholen werken systematisch aan het maximaliseren van prestaties van leerlingen, dat wil zeggen: ze werken opbrengstgericht.  “scholen voldoen aan meer criteria voor opbrengstgericht werken zodat 50% van de scholen in 2015 opbrengstgericht werkt”  BSC-prestatieindicator(en): A1C,A1D, A1E, A2B, A2C, B4A, C3A, C3D. 3. Leraren signaleren verschillen tussen leerlingen – niet alleen de gemiddelde leerlingen, maar ook de cognitief zwakkere en sterkere leerlingen – en gaan hier op een adequate wijze mee om.  “alle leraren zijn in staat het onderwijs af te stemmen op verschillen binnen de klas en opbrengstgericht te werken”  BSC-prestatieindicator(en): A1C, A1D, A1E, A2A, A2B, C1A, C1B, C3A, C3D, C4B, C5A. 4. Op scholen is sprake van een ambitieuze leercultuur waar excellentie wordt gestimuleerd en hoogbegaafdheid wordt ondersteund. (in 2015 maatwerk voor “top 20%”)  Deze ambitie is landelijk vooral op VWO gericht. Wij vinden echter dat dit ook een belangrijke ambitie is voor onze school: maatwerk voor de “top 20%”.  BSC-prestatieindicator(en): A1A, A2A, A2B, A3C, C3A. 5. Op scholen is sprake van een lerende cultuur, waarin het niet alleen draait om het leren van leerlingen, maar ook om het leren van leraren en schoolleiders. Goed HRM-beleid is daarvoor een voorwaarde. (gesprekscyclus, 360 feedback, bekwaamheidsdossiers, ondersteuning beginnende leraren)  “alle scholen voeren een goed en effectief HRM-beleid en alle leraren en schoolleiders voldoen aan de geldende bekwaamheidseisen en werken systematisch aan hun bekwaamheidsonderhoud (professionalisering t.b.v. punt 3)”  BSC-prestatieindicator(en): B1A, B1B.

Versie 05-09-2014 4/18

Sectorakkoord 2014-2017 Het bestuursakkoord is de voorloper van het Sectorakkoord VO 2014-2017, dat de VO-raad en OCW op 17 april 2014 sloten. Daarnaast zijn het actieplan Beter Presteren uit 2011, het Nationaal Onderwijsakkoord 2013 en de Lerarenagenda 2013-2020 erin verwerkt. Het sectorakkoord beschrijft vier hoofdthema’s: toekomstbestendig onderwijs, professionele scholen, rekenschap en verantwoording en ondersteuningsstructuur. Alleen die thema’s waarvan de directe uitwerking middels de aansturing op locatieniveau ligt, zijn hieronder opgenomen. Het eerste hoofdthema omvat vier ambities (hieronder 1-4) en het thema professionele scholen omvat ambitie 5. 1. De leerling centraal.  “In ons onderwijs staan de individuele talenten van leerlingen centraal. De structuur volgt de leerling, niet andersom. Leerlingen worden in het onderwijs uitgedaagd, in alle schoolsoorten, op alle niveaus. Dat betekent dat we maatwerk leveren, bijvoorbeeld door te differentieren in niveau en tempo”.  Toelichting : Passend en uitdagend onderwijs voor ieder kind van kwalitatief voldoende niveau met leraren die kunnen inspelen op de individuele talenten van leerlingen, die alleen blijven zitten indien het echt niet anders kan.  BSC-prestatieindicator(en): A1, A2, B4, C1, C3A, C3D. 2. Eigentijds onderwijs: moderne voorzieningen  “Door een doorbraak en versnelling van digitaal leermateriaal en doordat educatieve markten worden opengebroken wordt onderwijs mogelijk, dat is toegesneden op de individuele leerlingen. De secor benut de mogelijkheden die ICT biedt, waardoor de voorzieningen in het onderwijs eigentijdser worden”.  Toelichting: De mogelijkheden die ICT biedt beter benutten, zowel inhoudelijk als met het oog op leermiddelenbeleid.  BSC-prestatieindicator(en): A1A, A3C,C2D, C3, C4. 3. Meer aandacht voor brede vorming.  “Naast cognitieve vaardigheden is er op scholen veel aandacht voor niet-cognitieve vaardigheden en voor de socialiserende functie van het onderwijs. Scholen dragen bij aan de brede competenties die jongeren in het vervolgonderwijs en de maatschappij nodig hebben, zoals samenwerking, creativiteit en ondernemerschap. Dit resulteert ook in kwalitatieve indicatoren om die brede leeropbrengst inzichtelijk te maken”.  Toelichting: Jongeren goed toerusten en begeleiden richting een kansrijke vervolgstap, door intensief samen te werken met het vervolgonderwijs en het bedrijfsleven. Dit resulteert o.a. in een ‘plus-document’ vanaf schooljaar 15/16 waarop staat welke (andere) resultaten/vaardigheden een leerling heeft laten zien. We willen leerlingen een brede vorming meegeven. Daarom streven we ernaar dat het percentage leerlingen met voldoende kennis van democratische principes en maatschappelijke basiswaarden om als goed burger te kunnen functioneren, toeneemt.  BSC-prestatieindicator(en): B2, B3, C5. 4. Verbinding met de omgeving versterken  “Bij toekomstbestendig onderwijs hoort een sterke verbinding tussen de school en de omgeving en een goed georganiseerde verantwoording naar belanghebbenden, zoals ouders, docenten en leerlingen. Scholen werken intensief samen met het bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties, het basisen vervolgonderwijs en met andere VO-scholen. Naarmate de verantwoording richting belanghebbenden meer leidt tot duurzame kwaliteitsborging, zal het toezicht van de inspectie afnemen”.  Toelichting: Scholen als strategische schakel in de leerloopbaan van jongeren. Scholen hebben daarom een belangrijke netwerkfunctie in lokale en regionale gemeenschappen. Scholen geven in meerjarenbeleidsplannen aan welke kwaliteitsdoelen zij nastreven en gaan daarover in gesprek met direct belanghebbenden  BSC-prestatieindicator(en): A2A, A3A, A3B, C1, C2, C3C, C6.

Versie 05-09-2014 5/18

5. De docent in positie in een professionele organisatie.  “Docenten beschikken over kennis en vaardigheden om leerlingen uit te dagen en te differentieren in de klas en voelen zich (mede)eigenaar van de ontwikkelingen. Leraren en schoolleiders werken in een professionele, lerende organisatie met een uitdagende werkomgeving. Door continue professionele ontwikkeling van leraren, schoolleiders en bestuurders kunnen scholen goed anticiperen op maatschappelijke ontwikkelingen”.  Toelichting: Strategisch personeelsbeleid gekoppeld aan onderwijsdoelen op lokaal niveau, passend bij deschoolcontext. Een op verbetering gerichte cultuur met adequate inwerkbegeleiding en bevoegde docenten.  BSC-prestatieindicator(en): B1, C3B, D1.

Versie 05-09-2014 6/18

Volg Nr.

Doel

Succes Bepalende Factor

Prestatie-indicator

Streef

 Meetinstrument  Meetmoment Inspanningen: activiteiten (op hoofdlijnen)

waarde

Eig.

Betrokkenen: Toelichting en budgetindicatie

A: INNOVATIEF PERSPECTIEF A

1. II b,c,f; III

Rasberry-Pi

A) Prestatie-indicator: uitvoering projectplan Investeren in Innoveren. Meetinstrument: evaluatie projectgroep Meetmoment: december 2014 en juni 2015 Inspanningen: De voorbereidende cursussen zijn door de projectleider al in mei/juni 2014 gevolgd. Dit schooljaar het ‘leren programmeren’ m.b.v. de Rasberry Pi aanbieden aan de ICTleerlingen. Uitvoeren leerling-evaluatie over de aantrekkelijkheid van het onderwijsconcept. Docenten TVT opleiding volgen en voorbereiden introductie programmeren voor Plusklas.

1

Rekenonderwijs

B) Prestatie-indicator: uitvoering projectplan Investeren in Innoveren. Meetinstrument: evaluatie projectgroep Meetmoment: december 2014 en juni 2015 Inspanningen: Verzameling, ordening en inzet van leerstof welke een beroep doet op de verschillende leerstijlen en waarbij elke leerling vanuit zijn eigen niveau kan groeien. Monitoren en evalueren van voortgangstoetsen t.b.v. de rekenontwikkeling. Onderzoeken ofen hoe het werken in niveaugroepen een bijdrage kan leveren aan het rekenonderwijs. Voortgangsontwikkeling monitoren door toetsing, reflectie en intervisie.

1

1.a,b,c,e en 2b,d; IV b,c; V

a,b Investeren in innoveren

Versie 05-09-2014 7/18

Volg Nr.

Doel


Prestatie-indicator

Streef


waarde

Eig.


A: INNOVATIEF PERSPECTIEF(VERVOLG) A

1. II b,c,f; III

Taalgericht vakonderwijs

C) Prestatie-indicator: uitvoering projectplan Investeren in Innoveren. Meetinstrument: evaluatie projectgroep Meetmoment: december 2014 en juni 2015 Inspanningen: Literatuur onderzoek, bezoek aan voorbeeld scholen, opzetten van vakgerichte TVO-leerlijn met behulp van methoden vanuit vakgebied Nederlandse Taal en Praktijk. Kortom: onderzoeken, ontwikkelen en beperkt toepassen.

1

AVO-plein: het nieuwe leren

D) Prestatie-indicator: uitvoering projectplan Investeren in Innoveren. Meetinstrument: evaluatie projectgroep Meetmoment: december 2014 en juni 2015 Inspanningen: Opstellen visie- en inrichtingsdocument t.a.v. de inzet van leerpleinen binnen het AVO-domein. De werkgroep adviseert het LMT. Besluitvorming en bij positief besluit uitwerking/voorbereiding door werkgroep van verdere stappen.

1

Opbrengstgericht werken

E) Prestatie-indicator: uitvoering projectplan Investeren in Innoveren. Meetinstrument: evaluatie projectgroep Meetmoment: december 2014 en juni 2015 Inspanningen: De secties (Ne, En, Wi, Nask, Re) maken voor leerjaar 2 testen per leerweg op basis van de te toetsen vaardigheden en kennis. Het doel van dit project is dat de diverse secties leren om op basis van een foutenanalyse van de testen een verbeterplan opstellen.

1

1.a,b,c,e en 2b,d; IV b,c; V

a,b Investeren in innoveren (vervolg)

Versie 05-09-2014 8/18

Volg Nr.

Doel


Prestatie-indicator

Streef


waarde

Techniek-HAVO

A) Prestatie-indicator: besluit over haalbaarheid inrichting Techniek-Havo Meetinstrument: toestemming CvB Meetmoment: juli 2014 Inspanningen: ontwikkelen gezamenlijke visie en kaders, onderzoeken haalbaarheid, afstemming met bedrijfsleven, afstemming CMO en CvB, onderzoeken begeleidingsmogelijkheden externe kenniscentra (Fundeon), onderzoeken mogelijkheden subsidie.

positief

Versnelde TOT

B) Prestatie-indicator: leerresultaten versnellers klas 1 en 2. Meetinstrument: Cum Laude/ SOM Meetmoment: iedere rapportperiode Inspanningen: schrijven 3 jarig PTA wiskunde/ Nederlands, voorlichtingsavond ouders, monitoren en evalueren opbrengsten, ondersteunen uitvoerende docenten. Ontwikkelen programmering

Niet negatief afwijkend

Aanbod mbo op locatie

C) Prestatie-indicator: waardering leerlingen, ouders, bedrijfsleven en ROC Rivor over de uitvoering van het programma van klas 5 Meetinstrument: onderzoek door BSCbeheerder Meetmoment: mei 2015 Inspanningen: Implementeren en doorontwikkelen aanbod. Systemen erop aanpassen evenals alle begeleidingsstructuren. Strategische oriëntatie en beleidsvorming op verdere ontwikkeling. Opstellen beleidsdocument en ontwikkelen PR-materiaal.

7½

Eig.



2. II b,dii,iii en f; III 2b,3a,b,d,e; IV a,c,d,e; V a,b,c Aantrekkelijke (doorlopende) techniekroutes

Versie 05-09-2014 9/18

Volg Nr.

Doel


Prestatie-indicator

Streef


waarde

Eig.



3. II d; III 1.a,b,c,e en 2b; IV a.iv; V b.iii,iv Vernieuwend onderwijs

Vernieuwing Beroepsgerichte programma’s

Nieuwe technieken

A) Prestatie-indicator: % leerlingen dat in de pilotklas ‘Mobiliteit & Transport’ een voldoende haalt bij het CE (≥5,5). Meetinstrument: tellen en registreren Meetmoment: juni 2015 Inspanningen: bijwonen bijeenkomsten pilotscholen, inrichten nieuwe onderwijsleerlijn, actualiseren materialen aan nieuwe situatie, implementeren nieuwe profieldeel transport.

80%

B) Prestatie-indicator: vastgestelde en gedeelde visie op onderwijskundige inrichting beroepsgerichte vakken. Meetinstrument: besluitenlijst LMT Meetmoment: februari 2015 Inspanningen: volgen ontwikkelingen pilotklas, verdere oriëntering op methoden, advies inwinnen regionale bedrijfsleven, diverse interne visievormende (sectie)-vergaderingen.

positief

C) Prestatie-indicator: onderwijskundige integratie 3D printer in techniekleerlijn Meetinstrument: evaluatiegesprek sectievoorzitters techniek Meetmoment: juli 2014 Inspanningen: onderzoeken welke printer geschikt is voor integratie in onderwijs Gilde (techniekles van 28 lln, kwetsbaarheid apparatuur, afstemming met modulen Vernieuwing beroepsprogramma), ontwikkelen visie op inzet en gebruik, aanschaf, integratie in onderwijs.

positief

Versie 05-09-2014 10/18

Volg Nr.

Doel


Prestatie-indicator

Streef


waarde

Effectieve gesprekscyclus

A) Prestatie-indicator: de mate waarin er ontwikkelingsgerichte afspraken zijn gemaakt. Meetinstrument: personeelsenquête Meetmoment: juni 2015 Inspanningen: teamleiders houden met ieder teamlid één of meerdere gesprekken in het kader van de popcyclus. B) Prestatie-indicator: tevredenheid sectieleden over het functioneren van de eigen vaksectie. Meetinstrument: personeelsenquête Meetmoment: juni 2015 Inspanningen: organiseren/plannen en communiceren sectiewerkmiddagen, agenderen en voorbespreken met sectievoorzitters, bespreken binnen secties. A) Prestatie-indicator: zicht en visie op de sociale kwaliteit van het Gilde. Meetinstrument: document Meetmoment: juni 2015 Inspanningen: participeren in pilot Inspectie, volgen, evalueren en toepassen van visie ontwikkeling en meetinstrumentaria die ontwikkeld worden ten aanzien van de sociale kwaliteit. A) Prestatie-indicator: Herkenbaarheidscijfer christelijke identiteit gegeven door ouders, leerlingen en personeel. Meetinstrument: Vensters voor Verantwoording, personeelsenquête Meetmoment: juni 2015 Inspanningen: opnemen vraag in enquête, identiteitsbeleving meenemen

Eig.


B: INTERN PERSPECTIEF B

1. I, II, III 2c; VI; VIII a Goed personeel in een professionele cultuur

Vaksecties

B

2. I b,c,d,e; II c,d; III 1,2 Voldoen aan eisen “actief burgerschap en sociale integratie” en “sociale kwaliteit”

Sociale kwaliteit

B

3. I; II d.i; V c Herkenbare christelijke grondslag

Ervaring van ouders, leerlingen en personeel

Concreet

7

positief

7½

Versie 05-09-2014 11/18

Volg Nr.

Doel


Prestatie-indicator

Streef


waarde

Eig.


in cyclusgesprek. B: INTERN PERSPECTIEF (VERVOLG) B

4. II a, b,e,f; VIII a,c,d Kwaliteitsborging

Functionele leerstoflijnen

A) Prestatie-indicator: aantal vakken in de onderbouw waarvoor een leerstoflijn met bijpassende niveaubewaking per leerjaar en per niveau functioneert. (‘PTA-s’ onderbouw) Meetinstrument: evaluatievergadering sectie Meetmoment: juni 2015 Inspanningen: agenderen op sectievoorzittersvergadering, bewaken dat documenten functioneren.

allen

Techniek Plusklas

A) Prestatie-indicator: waardering leerlingen uit de eerste klassen Techniek Plus voor project-uur. Meetinstrument: Leerling-enquête Meetmoment: juni 2015 Inspanningen: doorontwikkelen opzet, voorkomen uitval, verbeteren organisatie en inhoud.

8

Aantrekkelijk aanbod voor meisjes

B) Prestatie-indicator: totaal aantal blijvende en nieuw aangemelde meisjes voor cursusjaar 2015-2016 Meetinstrument: tellen en registreren Meetmoment: juni 2015 Inspanningen: keuzeonderdelen in onderwijsaanbod aanbrengen die aantrekkelijk zijn voor meisjes, PRactiviteiten ontwikkelen w.o. meidendag/ meidenmagazine. Inzet projectmanager en uitvoering projectplan ‘Meiden op het Gilde’.

8+7=15

C: KLANTPERSPECTIEF C

1. II c; IV e; V Uitdagend onderwijs

Versie 05-09-2014 12/18

Volg Nr.

Doel


Prestatie-indicator

Streef


waarde

Eig.


C: KLANTPERSPECTIEF (vervolg) C

2. II d; III 3; IV e Maatschappelij ke verankering van de school.

Betrokkenheid bedrijven

A) Prestatie-indicator: aantal bedrijven dat deelneemt aan de Stichting Vrienden van het Vakcollege. Meetinstrument: tellen Meetmoment: juni 2015 Inspanningen: Agenderen bestuursvergadering, ontwikkelen en verspreiden Pr-materiaal, toerusten docenten die op stagebezoek gaan, andere wervingsactiviteiten ontplooien.

75

Ondersteuning extern techniekonderwijs

B) Prestatie-indicator: waardering basisscholen c.q. welzijnsorganisaties m.b.t. de nieuwe techniekonderwijsondersteunende dienstverleningsactiviteiten. Meetinstrument: evaluatiegsprek, eventueel enquête Meetmoment: juni 2015 Inspanningen: uitvoeren projectplan “regionale techniekwedstrijd” zoals vorig schooljaar ontwikkeld, participeren in project “Onderwijs helpt Onderwijs, uitvoeren afspraken met welzijnorganisatie Servanda uit Hardinxveld Giessendam m.b.t. leerlingen die in hun maatschappelijke stage technieklessen ondersteunen.

7½

Jubilea

C) Prestatie-indicator: activiteitenplan 50-jarig jubileum Gilde in sept. 2015 Meetinstrument: tellen en registeren Meetmoment: juni 2015 Inspanningen: Opstellen activiteitenplan en begroting, communicatieplan opstellen en uitvoeren.

1

Versie 05-09-2014 13/18

Doel

Volg Nr.


Prestatie-indicator

Streef


waarde

Eig.



2

C

3. II a, b,f; V a.i Goede resultaten

II d; III 3; IV e

Maatschappelij ke verankering van de school (vervolg).

Regionaal Opleidingscentrum Lastechniek (ROL)

D) Prestatie-indicator: businessplan opstellen Meetinstrument: tellen en registeren Meetmoment: juni 2015 Inspanningen: Uitvoeren behoeftenonderzoek en haalbaarheidsonderzoek inclusief kostenbatenanalyse. Inrichtten organisatie inclusief personele bezetting.

1

Beeld op leergroei

A) Prestatie-indicator: % mentoren klas 1,2,3 dat aangeeft de ontwikkelingsrapportage van Cito 0-3 (individueel) besproken te hebben met zijn/haar leerlingen Meetinstrument: Tellen en registreren Meetmoment: juni 2015 Inspanningen: Cito-0-3 afnemen, mentoren voortgangsrapportages voorzien en ze opleiden in het lezen van de rapportages, agenderen en motiveren ze met lln. te bespreken en eventuele achterstandssignalen op te pikken. Eventueel implementeren op studiedag.

80%

Analyses

B) Prestatie indicator: aantal opbrengstgerichte data-analyses Meetinstrument: tellen en registreren Meetmoment: juni 2015 Inspanningen: onderzoeksopdracht formuleren, analyserapportages opstellen, communiceren naar personeel

2

Versie 05-09-2014 14/18

Doel

Volg Nr.


Prestatie-indicator

Streef


waarde

Eig.



C

3

II a, b,f; V a.i Goede resultaten (vervolg)

4. III 1.b; V a.ii, b.iii,iv; VI a, b.i,ii; VII 4 Integratie gebruik ICT in onderwijs

Beperkt aantal Voortijdig Schoolverlaters (VSV)

C) Prestatie-indicator: % schoolverlaters naar niveau 2 die door hun oud-mentor gemonitord zijn in hun vervolgopleiding. Meetinstrument: tellen & registeren Meetmoment: juni 2015 Inspanningen: bijwonen vergaderingen VSV-project, mentoren nemen minimaal 2 keer contact op met oud-leerlingen volgens format.

100%

Rekenen

D) Prestatie-indicator: % leerlingen klas 4 dat ≥ 5 heeft voor de rekentoets Basis: 90% Kader: 90% Gemengd: 100% Meetinstrument: landelijk examen Meetmoment: maart 2015 Inspanningen: doorontwikkkeling en uitvoering visie op vak rekenen waaronder de positie van groepsdoorbrekend rekenen, onderwijs aan rekenzwakke leerlingen, ICTtoepassingwen en het moment van examinering i.r.t. het aantal examenkansen.

>90%

Visie

A) Prestatie-indicator: actualiseren/herijken visie op gebruik ICT op het Gilde Meetinstrument: ICT-beleidsplan Meetmoment: juli 2015 Inspanningen: agenderen, meningvorming, prioriteiten stellen, investeringen voorzien.

positief

Versie 05-09-2014 15/18

Doel

Volg Nr.


Prestatie-indicator

Streef


waarde

Eig.



4

C

C

III 1.b; V a.ii, b.iii,iv; VI a, b.i,ii; VII 4 Integratie gebruik ICT in onderwijs (vervolg)

Visie op behoeften/ vereisten ICT competenties bij leerlingen

B) Prestatie-indicator: leerplan ICTvaardigheden Meetinstrument: tellen en registreren Meetmoment: 1e kwartaal 2015 Inspanningen: Opstellen ICT-leerlijn, waar mediawijsheid onderdeel van uitmaakt. Robert en Jolanda hebben voorbeeld.

1

5. I b; II c; IV a.i,ii,iii,v; IV d; V b.i,ii Goed pedagogisch klimaat

Rots en water

A) Prestatie indicator: ontwikkelde en toegepaste eigen versie van weerbaarheidstraining Meetinstrument: evaluatiegesprek Meetmoment: voorjaar 2015 Inspanningen: De gymsectie gaat een eigen verkorte en hanteerbare versie van het weerbaarheidstraining ‘Rots & water’ ontwikkelen.

positief

6. VII 4 Adequaat informeren en communiceren

Planning

A) Prestatie-indicator: communicatiekalender Meetinstrument: tellen en registreren Meetmoment: juni 2015 Inspanningen: opstellen communicatiekalender, waaronder informatie naar huidige ouders/leerlingen en communicatie naar externen (PR/werving)

100%

Versie 05-09-2014 16/18

Doel

Volg Nr.


Prestatie-indicator

Streef


waarde

Eig.


D: FINANCIEEL PERSPECTIEF D

1

II d.iii,iv,v; VII 2 Financiën op orde

Begroting

A) Prestatie-indicator: % personeel dat het met de gemaakte keuzen van het ‘transitieplan’ eens is. Meetinstrument: personeelsenquête Meetmoment: maart 2015 Inspanningen: inzichtelijk maken welke keuzen er zijn, gesprekken met personeel aangaan in fase van ‘gedachtenvorming’, terugkoppelen welke keuzen zijn gemaakt.

>70%

Versie 05-09-2014 17/18

Overige attentiezaken schooljaar 2014-2015 Naast zaken die in de BSC worden genoemd, zijn er vele andere processen die aandacht verdienen. Deze zijn geformaliseerd en gedocumenteerd in het organisatiehandboek. Hieronder staan echter die zaken, die de afgelopen jaren een plaats hebben gehad in de BSC en waarvan het goed is dat ze (voorlopig) in het vizier van het LMT blijven, of zaken die wel uitgevoerd moeten worden dit schooljaar, maar waarvan geen aparte prestatieketen is gemaakt. Wettelijke eisen Pedagogisch klimaat Onderwijskundig

Personeel

Kwaliteit

Overig

Onderwijstijd Passend onderwijs Algemeen en in relatie tot Passend Onderwijs Ontwikkeling huiswerkbegeleiding in de Werkplaats Differentiëren in LWOO-klas leerlingen met kaderperspectief Realistische leeromgeving (CGO-project) VCA Videocoachingstrajecten (2 per jaar) Bedrijfsstages Collegiale consultatie CVO-AV Academie Gedragsafspraak (deadlines) Nieuwe examensecretaris Mentorlessen klas 2 Interne audits Ontwikkeling organisatiehandboek Examenresultaten Digitale formatieplanning Renovatie lerarenkamer Renovatie pleinen en straatwerk Subsidie Toptechniek in Bedrijf

Versie 05-09-2014 18/18

Balanced ScoreCard

Recommend Documents