gemeente Eindhoven
Raadsnummer
13R5174
Inboeknummer
13bst00044
Beslisdatum B&W
8 januari 2013
Dossiernummer
13.02.651
RaadsvoorstelKwijtschelding gemeentelijke belastingen voor ondernemers Inleiding Naar aanleiding van initiatiefvoorstel “Kwijtschelding gemeentelijke belastingen voor ondernemers” is een commissienotitie opgesteld die in de commissievergadering FB op 11 december jongstleden is besproken. Dit heeft geleid tot dit raadsvoorstel. Bestuurlijk kader Onvermijdelijk Conform bespreking commissie FB van 11 december 2012
b
Doelstelling Het invoeren van een kwijtscheldingsregeling gemeentelijke belastingen voor ondernemers, conform hetgeen is afgesproken in de commissievergadering FB op 11 december 2012, met betrekking tot initiatiefvoorstel 12R5045. Voorstel 1 Het vaststellen van de regeling kwijtschelding gemeentelijke belastingen voor ondernemers, conform conceptbesluit; 2 Het vaststellen van de begrotingswijziging, conform concept-besluit Argumenten 1 Sinds 1 april 2011 bestaat de wettelijke mogelijkheid om kwijtschelding te verlenen aan ondernemers, die in een vergelijkbare situatie verkeren als particulieren. Meerdere grotere gemeenten hebben inmiddels hiervoor gekozen. Immers, kleine zelfstandigen kunnen vergelijkbare financiële problemen hebben als particulieren. Ook in Eindhoven wordt dit onderkend; 2 De ondernemers aan wie bijstand wordt verleend op basis van het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 kunnen in aanmerking komen voor kwijtschelding; De inkomens- en vermogenstoets ten behoeve van de beoordeling van het kwijtscheldingsverzoek wordt reeds verricht voor de Bbz-regeling. Hierdoor blijven de uitvoeringskosten zeer beperkt (0,5 fte). Daarnaast leidt dit tot veel minder
Raadsnummer
13R5174 13R5174
inkomstenderving gemeentelijke belastingen (zo’n €50.000,-, t.o.v. €314.000,- van het oorspronkelijke voorstel). 3 Mogelijke uitbreiding van de doelgroep wordt onderzocht Gelet op het vorige punt komen in eerste instantie dus alleen de ondernemers die in de Bbz-regeling zitten voor kwijtschelding in aanmerking. Op korte termijn zal onderzocht worden of en hoe de uitvoeringskosten van de inkomens- en vermogenstoets van aanvragers die niet in de Bbz-regeling zitten teruggebracht kunnen worden, door inschakeling van derden. Afhankelijk van de bevindingen leggen wij u een besluit voor om de regeling uit te breiden. Kanttekeningen 1 De VNG heeft geen uitvoeringsregeling vastgesteld. Er is geen standaardregeling voor gemeenten. De VNG vindt de uitvoering lastig in een regeling te gieten. Aspecten daarbij zijn ondermeer de vermogenstoets voor zelfstandigen. Zie eventueel de bijlage: ledenbrief van 4 april 2012, paragraaf 4 (ontwikkelingen kwijtschelding gemeentelijke belastingen); 2 Door de beperking van de groep ondernemers aan wie bijstand wordt verleend middels de Bbz-regeling worden de wettelijke normen van kwijtschelding niet gevolgd. Belastingheffing (en kwijtschelding daarvan) moet objectief zijn en mag niet tot onredelijkheid of willekeur leiden. Ondernemers zonder Bbz kunnen een beroep doen op het gelijkheidsbeginsel, dat in een gerechtelijke procedure gegrond kan worden verklaard. Dit betreffen naar verwachting zo’n 1.000 ondernemers. Alsdan kan het financiële plaatje alsnog lijken op dat van het oorspronkelijke initiatiefvoorstel. Daaruit blijkt dat de uitvoeringskosten ongeveer evenhoog worden ingeschat als de derving, respectievelijk €312.500,- (+1 fte) en €314.000,-. Dit in aanmerking nemende, wordt voorgesteld om te beginnen met de ondernemers die in de Bbz-regeling zitten, zodat tenminste een aantal ondernemers met financiële problemen geholpen kunnen worden; 3 Uitbreiding doelgroep Zoals in de commissievergadering FB van11 december besproken, wordt er niet voor gekozen om de kleine zelfstandige kwijtschelding te verlenen, als de uitvoeringskosten zo hoog zijn. Met de initiatiefnemers wordt op korte termijn bekeken of de groep die niet in de Bbz-regeling zit, toch kan worden geholpen met behulp van derden. Daarbij moet voldaan worden aan de randvoorwaarden zoals deskundigheid om de inkomens- en vermogenstoets te kunnen doen, privacy met betrekking tot de gegevens van de aanvrager, enzovoorts. Indien qua kosten en randvoorwaarden de doelgroep kan worden uitgebreid, wordt met de uitvoerder een overeenkomst gesloten waarin alle benodigde aspecten zijn opgenomen, als voorwaarde bij het besluit tot uitbreiding van de doelgroep.
2
Raadsnummer
13R5174 13R5174
4 De regeling geldt met ingang van belastingjaar 2013. Belastingen en rechten met betrekking tot eerdere jaren, al dan niet opgelegd na 1 januari 2013, komen dus niet in aanmerking voor deze regeling. 5 Verordening kwijtschelding Nadat uw raad een besluit heeft genomen over de kwijtscheldingsregeling voor ondernemers, wordt, conform het besluit, een Verordening Kwijtschelding gemeentelijke belastingen ter vaststelling voorgelegd. Daarnaast zal zo spoedig mogelijk een uitvoeringsregeling in de beleidsregel ‘Leidraad Invordering’ worden verwerkt. Kosten Aangezien het inkomen en vermogen van de aanvrager reeds getoetst is ten behoeve van zijn aanvraag om bijstand (Bbz), blijven de uitvoeringskosten beperkt. De regeling zou middels 0,5 fte extra bij de sector Publiekscontacten uitgevoerd kunnen worden. De inkomstenderving gemeenteljke belastingen schatten we in op €50.000,Gelet op argument 3 zal onderzocht worden of en hoe de uitvoeringskosten beperkt kunnen worden als de doelgroep wordt verbreed, door inschakeling van derden. Afhankelijk van de bevindingen wordt hiertoe een voorstel gedaan, met een dekkingsvoorstel. De uitvoeringskosten en inkomstenderving worden voor 2013 gedekt uit de armoedemiddelen. In 2014 en volgende jaren worden ze in de gemeentelijke belastingtarieven verdisconteerd. Communicatie Publicatie vindt op de gebruikelijke wijze plaats. De doelgroep (zie argument 2 en 3) zal actief benaderd worden. Planning en uitvoering De regeling geldt vanaf belastingjaar 2013. Evaluatie Voor de bepaling van de tarieven gemeentelijke belastingen 2014 en de begroting 2014 dient evaluatie plaats te vinden, teneinde zo nodig aanpassingen te kunnen doen. De verwachting is dat dan nog niet alle aanvragen zijn behandeld. Niettemin hebben we dan de aantallen, de inkomstenderving en de kosten van uitvoering al meer inzichtelijk. Wij zullen u daarom begin september 2013 informeren. Bovendien hebben we dan een eerste indruk van de eventueel ingevoerde ruimere regeling. We zullen deze dan actief monitoren en u zonodig tussentijds informeren.
3
Raadsnummer
Bijlage(n) Als bijlage(n) bij dit voorstel behoren: b VNG-ledenbrief van 4 april 2012 b Begrotingswijziging
b
De bijlagen worden meegestuurd a De bijlagen liggen ter inzage in de leeskamer Een ontwerpraadsbesluit bieden wij u hierbij ter vaststelling aan.
Burgemeester en wethouders van Eindhoven,
, secretaris.
4
13R5174 13R5174
Raadsnummer
13R5174 13R5174
Raadsbesluit De raad van de gemeente Eindhoven; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 18 december 2012 ; gelet op artikel 28 Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990; besluit: 1 In te voeren de mogelijkheid om aan ondernemers kwijtschelding te verlenen van gemeentelijke belastingen, waarbij het volgende geldt: -
-
-
-
Ondernemers en particulieren worden zoveel mogelijk gelijk behandeld; Ondernemers aan wie bijstand wordt verleend op basis van het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004, kunnen in aanmerking komen voor kwijtschelding; Het college onderzoekt op korte termijn de mogelijkheden om met inschakeling van derden ook kwijtschelding te verlenen aan ondernemers aan wie géén bijstand wordt verleend op basis van het Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004. Aan de hand van de bevindingen, met name de ingeschatte uitvoeringskosten, wordt besloten of de regeling wordt uitgebreid; Evaluatie vindt plaats in de raad in september 2013, waarbij besloten wordt of de mogelijkheid tot kwijtschelding voor ondernemers blijft gelden in 2014 en daarna en waarbij uitdrukkelijk de uitvoeringskosten aan de orde komen; Het college werkt de regeling zo spoedig mogelijk nader uit in de (beleidsregel) Leidraad Invordering; De regeling geldt voor aanslagen met betrekking tot belastingjaar 2013 en latere jaren.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 22 januari 2013.
R. van Gijzel, voorzitter.
J. Verheugt, griffier.
13bst00044
5