11. Bespreking van een aantal van de meest voorkomende aquariumplantensoorten Het aantal plantensoorten dat geschikt is voor ons aquarium, is heel divers. De te bespreken soorten zijn slechts een greep uit de mogelijkheden. Aquariumplanten kunnen we onderscheiden in echte waterplanten, moerasplanten en moerasplanten die aan het onderwaterleven zijn aangepast en enigszins meewerken aan de assimilatie. Zoals ik al bij het onderdeel inrichten van het aquarium heb aangegeven, halen echte waterplanten hun voedingsstoffen direct uit het water, uitgezonderd vallisneria. Moerasplanten halen de voeding uit de bodem. Er zijn ook moerasplanten die inmiddels zodanig aangepast zijn aan het onderwaterleven in onze bakken, dat ze de voeding voor een deel uit het water halen zoals belgisch groen, vaantjesplant en stricta-soorten. Echte waterplanten zijn globaal genomen te herkennen aan het feit, dat als je ze met de ene hand aan de onderkant van de steel vasthoudt en met de andere hand aan de top recht omhoog houdt, ze bij het aan de bovenkant loslaten naar beneden vallen. Moerasplanten of aangepaste moerasplanten blijven dan rechtop staan. Ook hier zijn natuurlijk weer uitzonderingen mogelijk. Soms wordt de term 'internodiën' gebruikt. Daarmee worden de open stengelruimten tussen de bladeren bedoeld. Het is de bedoeling dat deze internodiën zo klein mogelijk zijn. Dat kan alleen onder zeer gunstige omstandigheden voor de plant. De watersamenstelling is voor aquariumplanten over het algemeen minder belangrijk dan voor aquariumvissen. Dus daar is een ruimere marge in. Indien bekent, zal ik bij de bespreking van de soort ook de meest optimale watersamenstelling vermelden. Ook gebruik ik de term 'adventiefplanten'. Dat is een vorm van vermeerdering bij sommige soorten moerasplanten. De plant vormt uit het hart een steel die naar boven groeit. Aan die steel groeien kleine plantjes. Zodra ze wortels hebben en een centimeter of vier, vijf groot zijn, kunnen ze van de steel afgehaald en in de grond geplant worden. De Latijnse namen veranderen nog steeds. Daarom is het mogelijk dat een door mij genoemde Latijnse naam inmiddels al weer verouderd is. Als dat zo is, mijn excuses. Elke aquariaan dient een goed boek over aquariumplanten in zijn bezit te hebben. Dan kun je direct wat zaken nakijken.
Alle onderstaande planten voelen zich lekker bij een watertemperatuur van 23 tot 26 graden C. We zullen, indien bekend, het volgende vermelden: Latijnse naam. Nederlandse naam. Globaal uiterlijk. Kleur (we moeten ons realiseren dat de kleur van een plant bepaald wordt door de ontvangen lichthoeveelheid en de hoeveelheid beschikbare voedingsstoffen, in het bijzondere koolzuur en ijzer). Echte water-, moerasplant of aangepaste moerasplant. Watersamenstelling. Groepsplant of solitair. Voorgrond-, middenzone- of achtergrondbeplanting. Er zijn diverse plantensoorten die zodanig getopt kunnen worden, dat ze zowel voor de voorgrond, middenzone als achtergrond geschikt zijn. Uit welk werelddeel de plant afkomstig is.
Vallisneria Spiralis -
Vallisneria Lange, rechte, lintvormige bladeren die vanuit het hart groeien. Er is ook een soort die bladeren heeft die gedraaid zijn als een kurkentrekker: de variëteit tortefolia - Groen - Echte waterplant, die echter met de wortels in de bodem moet hechten. Enige kalk bij de wortels is belangrijk - Licht alkalisch en wat harder water - Groepsplant - Achtergrond - Tropen, subtropen en Zuid-Europa Bijzonderheden: de naam Spiralis slaat niet op de bladvorm, want die is gewoon recht. Maar dat slaat op de bloemsteel, die vanaf de plantvoet als een kurkentrekker gedraaid naar de oppervlakte gaat. Er bestaat een variant die kurkentrekkervorming gedraaide bladeren heeft, genaamd 'Vallisneria Spiralis Tortefolia'. Dit is een heel fraaie soort, waarvan de lage vorm bruikbaar is voor de middenzone.
Cabomba Aquatica -
Groene Cabomba Stengelplant met fijne, geveerde bladeren Groen en rood. De rode vorm is voor beginners niet aan te raden Echte waterplant Zacht en lichtzuur water Groepsplant Achtergrond, kort gehouden ook middenzone Zuid-Amerika
Limnophila Sessiliflora -
Ambulia Stengelplant met fijne, geveerde bladeren Groen Echte waterplant Neutraal Groepsplant Achtergrond, kort gehouden ook middenzone Azië
- Dwerg-Amazonezwaardplant of tenellus - Smalle, lintvormige blaadjes die vanuit het hart groeien - Van groen tot roodachtig - Moerasplant - Neutraal - Pure groepsplant - Voorgrond - Zuid-Amerika Bijzonderheid: deze soort vermeerdert zich door uitlopers. die erg snel ,veer nieuwe plantjes dragen. Daarmee heb je binnen korte tijd een mooi grasveld.
Hygrophila Difformis
Sagittaria Teres
-
-
Vaantjesplant Stengelplant met grote, gelobde bladeren (als een varen). Groen Aangepaste moerasplant. Neutraal Groepsplant Middenzone- en achtergrond Azië
Lobelia Cardinalis -
Lobelia Stengelplant met grotere eivormige bladeren, kruisgewijs aan de stengel geplaatst Groen Aangepaste moerasplant Neutraal Groepsplant Voorgrond-, middenzone- en achtergrond Noord-Amerika
Echinodorus Bleheri -
Reuzen amazonezwaardplant Smalle tot brede puntige bladeren aan stelen. die vanuit het hart groeien. De stelen met bladeren worden "ijfentwintig tot veertig centimeter lang. - Groen - Moerasplant - Neutraal - Solitair - Achtergrond - Zuid-Amerika, ook Azië Bijzonderheid: de soort vormt naast uitlopers adventiefplanten om zich te vermeerderen.
Echinodorus Tenellus
Dwerg-Sagittaria Smalle, lintvormige blaadjes die vanuit het hart groeien Groen Echte waterplant Neutraal Groepsplant Bij mindere belichting en voeding: voorgrond. Onder optimale omstandigheden kunnen de bladeren tien centimeter of meer lang worden. Dan is hij alleen geschikt voor de middenzone Noord-Amerika Bijzonderheid: ook deze soort vermeerdert zich door uitlopers, die erg snel weer nieuwe plantjes dragen. Daarmee heb je binnen korte tijd een mooi grasveld.
Bacopa Amplexicaulis -
Bacopa Stengelplant met kleinere, eivornlige bladeren die enigszins gewelfd zijn met relatief grote internodiën. Heeft een nogal stijf uiterlijk. Van groen tot naar de top toe roodachtig verkleurend Aangepaste moerasplant Neutraal, maar zacht water is aan te bevelen Groepsplant, erg geschikt voor een toefje tot tien planten, dat weer prachtig als solitair groepje gebruikt kan worden Middenzone en achtergrond Noord-Amerika
Ludwigia Repens -
Ludwigia Stengelplant met kleine, enigszins gewelfde bladeren, die er uit zien als een in elkaar gedrongen ellips. De internodiën zijn relatief klein. De steel roodachtig. De bladeren onderaan roodachtig, bovenaan groen met een ietwat bruine opslag Aangepaste moerasplant
-
Neutraal Groepsplant Middenzone en achtergrond Midden-Amerika
Aponogeton Crispus -
Crispus Lange, smal ovaalvormige bladeren met spitse punt die sterk gegolfd zijn. De steel met bladeren kunnen vijfentwintig tot dertig centimeter lang worden - Groen tot roodachtig - Echte waterplant - Neutraal - Solitair - Middenzone en achtergrond Azië Bijzonderheid: deze mooie plant groeit uit een knol. Het poten van deze planten heb ik al eerder besproken. De plant bloeit heel gemakkelijk in het aquarium met witte bloei aren. Maar het bloeien gaat ten koste van de plant zelf. Daarom kun je beter de bloeiaar er uit knijpen. De plant kent een jaarlijkse rustperiode van een paar maanden, waarin hij nauwelijks groeit of zelfs geheel kan verdwijnen. Maar de knol blijft intact, zodat hij na de rustperiode gewoon weer terugkomt. Je kunt de knol ook uit de grond halen en een paar weken in een plastic zakje in de koelkast leggen. Na het planten van de knol gaat de plant weer groeien.
Cryptocoryne - Crypto - Langwerpige bladeren aan een stengel, die groeien op een kruipende wortelstok - Van groen naar bruin - Moerasplant, maar de Cr. Balansae is een echte waterplant - Zacht en lichtzuur - Groepsplant en solitair, afhankelijk van de soort - Voorgrond, middenzone en achtergrond, afhankelijk van de soort Azië Bijzonderheden: het genus cryptocoryne kent vele soorten. Welke soort het precies is, is alleen met zekerheid door middel van de bloem vast te stellen. Het is een fabeltje dat alle cryptocorynen schaduwplanten zijn. Ik heb ze zelf in Azië in de volle zon zien groeien en bloeien. Over het algemeen kun je wel stellen dat donkere crypto's wat minder licht nodig hebben dan lichte planten
-
Middenzone en achtergrond Afrika
Hygrophila Polysperma - Belgisch groen - Stengelplant met langwerpige, ovaalvormige blaadjes - Groen, onder veel licht lichtbruin - Aangepaste moerasplant - Neutraal - Groepsplant - Voorgrond, middenzone en achtergrond - Azië Bijzonderheid: er is tegenwoordig een Belgisch groen in de handel dat groen met geel dooraderde bladeren heeft. Een heel fraaie soort overigens.
Alternanthera Rosaefolia -
Rosaefolia Stengelplant met langwerpige, gepunte bladeren. Het blad groeit schuin omhoog en krijgt halverwege een meer horizontale stand Rood Moerasplant Neutraal Groepsplant Voorgrond, middenzone en achtergrond Midden-Amerika
Hygrophila Stricta -
Smalbladige stricta Stengelplant met langwerpige, gepunte bladeren. Het blad groeit schuin omhoog en krijgt halverwege een meer horizontale stand Groen Aangepaste moerasplant Neutraal Groepsplant Voorgrond, middenzone en achtergrond Zuid-Amerika
Ammannia Scnegaleosis
Rotala Indica
-
-
Cognac plantje Plant met een stevige, dikke stengel met tere, lancetormige blaadjes Cognac bruin Moerasplant Neutraal Groepsplant
Rotala Stengelplant met kleine, ellipsvormige blaadjes en korte internodiën Van groen tot rood, afhankelijk van belichting en voeding Echte waterplant Neutraal Groepsplant, erg geschikt voor een toefje van tien à twintig planten, dat weer
-
prachtig als solitair groepje gebruikt kan worden Middenzone en achtergrond Azië
Elodea Densa -
Saururus Cernuus -
Leids plantje Meerdere stevige stengels met daarop een hartvormig blad, groeiend op een kruipende wortelstok Groen - Heeft alleen maar blaadjes. Het is een mossoort - Groen - Echte waterplant - Neutraal - In grote plukken te planten. Op kienhout of wanden vastzetten met kopspelden, nietjes of nog beter met visdraad of plastic pennen - Niet van toepassing - Azië Bijzonderheid: zeer decoratief en geliefd als afzetsubstraat voor vissen
Heteranthera Zosteraefolia -
Sterrekruid Slappe, lange stengel met lange smalle blaadjes die stervormig uit het hart van de plant groeien Groen Echte waterplant Neutraal Groepsplant Voorgrond, middenzone en achtergrond Zuid-Amerika
Groene of rode tijgerlotus -
Groene of rode tijgerlotus Grote hartvormige, enigszins gegolfde en relatief dunne bladeren, die bij de stengel diep zijn ingesneden. Elke stengel heeft één blad. De stengels groeien uit een knol. De plant kan een grote omvang van wel vijfentwintig cm in het rond krijgen - Groen of rood met bruine stippen op het blad - Echte waterplant - Neutraal - Solitair - Middenzone - Afrika Bijzonderheden: net als een waterlelie (familie van de lotus) schieten de bladeren door naar de oppervlakte. Dan kijk je alleen tegen de stelen aan. Dat kun je voorkomen door steeds weer de te lange stelen weg te halen. Ook bij deze plant kun je kunt de knol uit de grond halen en een paar weken in een plastic zakje in de koelkast leggen. Na het planten van de knol gaat de plant weer groeien.
-
Argentijnse waterpest Kleine, puntvormige blaadjes aan een stvige stengel die lang kan worden. Snelle groeier. Onder minder gunstige omstandigheden wordt de steel bros. Groen Echte waterplant Licht alkalisch en wat harder water Groepsplant Achtergrond (laag gehouden ook middenzone) Amerika
Myriophyllum Brasiliense -
Gepareld vederkruid Stengel plant met fijne, geveerde bladeren Groen en ook rood. De rode vorm is niet voor beginners aan te raden Echte waterplant ~ Zacht en licht zuur Groepsplant Achtergrond (laag gehouden ook middenzone) Amerika
In het laatste hoofdstuk ga ik een aantal goed te houden vissoorten bespreken
12. Bespreking van een aantal vissoorten
'navel'streng aan het moederlichaam bevestigd zijn en daar de voeding en zuurstof van krijgen. Na de ontwikkeling worden de jonge vissen levend, via de geslachtsopening, geboren.
Deze maand ga ik een aantal vissoorten bespreken, die geschikt zijn voor het beginnersgezelschapsaquarium.
Er zijn vissoorten, waarvan de kieuwen niet genoeg zuurstof uit het water kunnen halen om de vissen in leven te houden. Zij moeten regelmatig naar de oppervlakte om lucht te happen. Uit die lucht wordt in een labyrinth-orgaan de benodigde zuurstof gehaald. Dat labyrinth-orgaan is een eenvoudig soort long, dat in de kop ligt. Daarom worden deze vissen labyrinthvissen genoemd. Als labyrinthvissen belet worden om aan de oppervlakte lucht te happen, zullen ze verdrinken. Enkele voorbeelden zijn: Colisa Lalia, Colisa Chuna, Trichogaster Leeri en de diverse Trichopsis-soorten. Ook zijn er bodemvissen, die darmademhaling hebben. Deze vissen happen ook lucht. Aan het eind van de darm hebben ze een soort luchtzak waarin ze de opgehapte lucht opslaan, die ze gedurende het leven op de bodem verbruiken. Vooral bij corydorassen kun je goed zien dat ze af en toe naar het wateroppervlak schieten, lucht happen en meteen weer naar beneden snellen. Deze vissen hebben naast hun kieuwen dus darmademhaling nodig.
We zullen, indien bekend, in deze volgorde vermelden: - Latijnse naam - Nederlandse naam - Hoog- of langwerpig gevormd - Lengte in volwassen toestand (dat zijn ongeveer-lengten. Dit omdat de lengte in volwassen toestand, o.a. afhangt van de grootte van de bak, hoeveelheid water dat ververst wordt, kwaliteit van het voedsel etc.) - Kleuraanduiding (de kleuraanduiding, zoals beschreven, kan alleen worden bereikt bij dieren die onder optimale omstandigheden worden gehouden) - Geslachtsonderscheid - Watersamenstelling - Scholen-, paar- of solitairvis - Oppervlakte-, middenzone- of bodemvis - Uit welk werelddeel het dier afkomstig is. De voeding van de te bespreken vissen laat ik buiten beschouwing. Zie daarvoor Hoofdstuk 6, 'De voeding van onze aquariumvissen'. Deze tekst is op vrijwel alle onderstaande vissen van toepassing. Ook de voortplanting zal ik niet bespreken. Dat is een meer specialistische activiteit, toevalskweken in de bak daargelaten. Bovendien is daar literatuur genoeg over. De watertemperatuur voor onderstaande vissen bedraagt optimaal tussen de 24 en 26 graden C, tenzij anders is aangegeven. Ik wil hier nog wat vertellen over een paar afwijkende zaken bij enkele soorten aquariumvissen. Eilevendbarende vissen leggen geen eieren, maar de eieren worden inwendig bij het vrouwtje bevrucht. Daarvoor heeft het mannetje een uitwendig geslachtsorgaan, een zogenaamd gonopodium, dat hij in de geslachtsopening van het vrouwtje brengt. Dat gonopodium is een vergroeide aarsvin en daarn1ee brengt hij zaadpakketjes in het vrouwtjeslichaam. De zaadjes daarvan bevruchten de eieren die zelfstandig gaan groeien, zonder hulp van het vrouwtjeslichaam. Het vrouwtje is in staat om zaadpakketjes te bewaren en daarmee later weer eitjes in haar lichaam te bevruchten, zonder verdere tussenkomst van een mannetje. De bevruchte eitjes komen na de ontwikkeling in het vrouwtjeslichaam uit en de jongen worden daarna levend, via de geslachtsopening, geboren. Eilevendbarende vissen zijn onder andere: plaatjes, zwaarddragers, guppen, black molley's, halfsnavelbekken. Ook zijn er echte levendbarende vissen. Ook hier wordt het vrouwtje inwendig door het mannetje bevrucht, maar er ontstaan uit de eicellen embryo's, die door middel van een
Uiteraard kan de bespreking vanwege de beperkte ruimte in dit boekje niet uitputtend zijn. Het gaat om de hoofdlijnen. Om technische redenen heb ik geen plaatjes van de vissen bij de besprekingen gevoegd. Als je wilt weten hoe een bepaalde vis er precies uitziet, kun je naar een aquariumwinkel gaan of de literatuur raadplegen. Er zijn genoeg goede boeken over aquariumvissen in de handel. Iedere aquariaan behoort minstens één goed boek over aquariumvissen in zijn bezit te hebben. De Latijnse namen veranderen nog steeds. Daarom is het mogelijk dat een door mij genoemde Latijnse naam inmiddels al weer verouderd is. Als dat zo is, mijn excuses.
Paracbeirodon Axelrodi -
-
Kardinaaltetra Langwerpig 5cm Rug bruinachtig tot rood. Vanaf het oog loopt een prachtige blauwgroen iriserende lengteband tot even voorbij de vetvin. Hieronder is het lichaam diep rood, met uitzondering van een klein gedeelte van de buikpartij. Vinnen kleurloos doorzichtig. Rug- en aarsvin met een smalle witte rand aan de voorzijde. Oogiris opvallend blauw iriserend Het vrouwtje heeft een dikkere en wat blekere buikpartij dan het mannetje Zacht en lichtzuur water Scholenvis Middenzone-vis Zuid-Amerika, Amazonegebied
Megalamphodus megalopterus -
-
Zwarte fantoomzalm Hoog 4,5cm Grondkleur doorschijnend donkergrijs tot zwartachtig. Blauwzwarte, krachtig iriserende en licht omzoomde schoudervlek. Ongepaarde vinnen grijsachtig transparant met donkere velden en/of zomen. De mannetjes hebben een zeer grote rugvin en veel meer zwart pigment in de vinnen dan de vrouwtjes, die juist meer rood pigment hebben Zacht en lichtzuur water Scholenvis Middenzone-vis Zuid-Amerika
Carnegiella Strigata -
-
Gemarmerde bijlzalm Hoog 5cm Grondkleur geel tot groen of licht violet met afwisselende zilverglans. Rug donker olijfgroen met een zeer donkere streep- en vlektekening. Van de kieuwdeksel tot in de onderste helft van de staartwortel een donkere lengtestreep, die aan de bovenzijde wordt begrensd door een zilverglanzende zone. Hieronder een drietal schuin naar voren lopende zeer onregelmatige banden. Borst en buik min of meer geel gezoomd. Alle vinnen kleurloos doorzichtig. De buikpartij is bijlvormig. De buikpartij van het vrouwtje is wat dikker dan van het mannetje, maar dit is heel moeilijk te herkennen Zacht en lichtzuur water Scholenvis Oppervlakte-vis Zuid-Amerika
Hemigrammus erythrozonus -
-
Vuurnenon Langwerpig 4cm Grondkleur grijsachtig groen Vanaf de kieuwdeksel loopt een vrij brede zachtrode lengtestreep tot in de staartvinbasis om hier op te lossen in een gelijkkleurige vlek. Onder opvallend licht wordt de fraai rood iriserende lengtestreep aan de bovenzijde begrensd door een goudglanzende bies. Van de rug- en aarsvin zijn de voorste stralen prachtig rood. De punten van rug- en aarsvin zijn bij de mannetjes geelachtig wit. Overigens zijn de vinnen kleurloos. Oogiris aan de bovenzijde rood De mannetjes zijn slanker dan de vrouwtjes Zacht en lichtzuur _. Scholenvis
-
Middenzone-vis Zuid-Amerika
Barbus Nigrofasciatus -
Puperkop Hoog 6cm De kleurtekening varieert sterk en is mede afhankelijk van het jaargetijde waarin de dieren tot voortplanting overgaan. Buiten de paartijd is de grondkleur overwegend vaalgeel met 3-4 min of meer zwarte kegelvormige dwarsbanden die onscherp begrensd zijn. Bij het mannetje is de kop prachtig rood en gedurende de paartijd fel purperrood. Alle schubben hebben zilverwitte randen, zodat de indruk ontstaat alsof de dieren met glitter zijn overgoten. Dit laatste komt vooral tot uitdrukking onder opvallend licht. - Mannetjes hebben vuurrode koppen, vooral in de paartijd. De rugvin van het mannetje is diepzwart, aarsvin donkerrood tot zwart, buikvinnen zachtrood. Bij de vrouwen vallen de dwarsbanden veelal uiteen in onregelmatige vlekken. - Niet van groot belang - Scholenvis - Alle waterlagen - Azië Bijzonderheid: de purperkop is een schitterende vis en al vele jaren mijn favoriet. De mannetjes jagen vaak achter elkaar aan om te pronken. Daarbij zwemmen ze vaak in een cirkel achter elkaar aan, zodat ze samen snel rondjes draaien. Een prachtige aquariumvis, maar wel erg druk. Dat is ook de reden waarom ik de purperkop al een paar jaar niet meer in mijn aquarium heb. Als de purperkoppen bezig zijn, zie je haast geen andere vissen meer. Tenzij de bak voldoende groot is, zo vanaf anderhalve meter lang.
Barbus tetrazona -
-
Sumatraan Hoog 6cm Grondkleur zilverachtig wit, bovenste lichaamshelft bruinachtig met groene boventoon, op de lichaamszijden een iriserend roodbruin. Op het lichaam vier blauwzwarte dwarsbanden waarvan de eerste op de kop en door het oog, hieronder nog een groot gedeelte van de wang bestrijkend. De tweede verloopt min of meer kegelvormig van de rug tot op de onderste lichaamshelft ter hoogte van de borstvinnen. De derde band begint onmiddellijk achter de rugvin en loopt door tot in de voorste aarsvinstralen en de vierde band ligt op de staartvinbasis. De binnen de banden gelegen schubben tonen prachtig goudgroen glanzende randen. Rugvin aan de basis zwart, overigens bloedrood evenals de aarsvin. Alle overige vinnen min of meer roodachtig doorzichtig De wijfjes zijn groter, enigszins dikker en minder intens gekleurd dan de mannetjes Niet zo belangrijk
- Scholen - Alle waterlagen - Azië Bijzonderheid: ook de sumatraan is een schitterende vis. Er wordt wel eens beweerd dat sumatranen aan de draadvormig verlengde borstvinnen van maanvissen, labyrinthvissen etc. knabbelen. Bij de ene liefhebber doen ze het kennelijk wel en bij de andere niet. Om vinvraat te voorkomen kan men sumatranen beter niet met vissoorten met verlengde vinstralen in één bak houden.
Barbus titteya -
-
-
Sherrybarbeel Langwerpig 5cm Rug reebruin, groen iriserend. Flanken en de buik min of meer zilverglanzend met rode boventoon. Vanaf de snuit tot in de staartvinbasis loopt een bruinzwarte tot blauwzwarte lengtestreep waarvan de breedte onder de rugvin het grootst is. Aan de bovenzijde wordt deze donkere band begrensd door een even brede lichtere zone, die in het voorste gedeelte goudglanzend is en staartwaarts overgaat in een fraai iriserend blauwgroen. Onder de donkere band bevinden zich doorgaans nog een aantal donkere vlekken. Het kieuwdeksel is roodachtig. Alle vinnen roodachtig met fijne zwarte zoom, de aarsvin kleurt zeer duidelijk. De vrouwtjes hebben een dikkere buikpartij dan de mannetjes. Het mannetje is wat kleiner en gestrekter van vorm. Tijdens de paartijd zijn de mannetjes feller rood van kleur dan de vrouwtjes. Matig tot middel hard Scholenvis Middelste en onderste waterlagen Azië
Xiphophorus maculatus -
Plaatje Langwerpig Vrouwtjes ongeveer 6 cm, mannetjes kleiner De grondkleur van de wildvangvis is geelachtig tot olijfbruin, met een of twee kleine vlekken op de staartwortel. De nakweekvissen bestaan uit vele variëteiten, met allerlei kleuren en tekeningen - Het mannetje blijft kleiner en slanker dan het vrouwtje en heeft een gonopodium, een zogenaamd geslachtsorgaan - Geen eisen - Paar-vis - Alle waterlagen - Midden-Amerika Bijzonderheid: veel groenvoer noodzakelijk. Ze planten zich heel gemakkelijk voort, zelfs in een klein bakje.
Colisa Lalia -
Dwerggoerami Hoog 6cm De grondkleur van het mannetje is een prachtig glanzend goud tot dieprood. Keel en buikpartij zijn glanzend donkerblauw. De oogiris is rood, de draadvormige buikvinnen oranjerood. Over de flanken lopen een aantal helblauwe, onregelmatig gevormde dwarsstrepen. Rug-, aars- en staartvin zijn fluweelrood en gesierd met hemelsblauwe punten- en een streepjestekening - De vrouwtjes zijn veel valer van kleur - Geen eisen - Paar-vis - Oppervlakte, maar geen uitgesproken oppervlaktevis - Azië - Labyrinthvis Bijzonderheid: de dwerggoeramie is een waar juweeltje, dat echter pas zijn volle schoonheid ontplooid als hij op de juiste wijze wordt gehuisvest en verzorgd
Colisa Chuna -
Honinggoeramie Hoog 5cm De grondkleur is vaal okergeel met een enigszins zilverachtige glans. De vinnen zijn geelachtig tot roodachtig. De kleurbeschrijving van het mannetje: het lichaam is roodoranje op een geelachtige ondergrond. Snuit en keel zijn fluwelig groenzwart, welke kleur zich steeds versmallend voortzet in de oranje aarsvin. De draadvormige buikvinnen zijn oranje, evenals het achterste deel van de aarsvin De staartvin is geelgroen met oranje vinstralen. Het bovenste deel van de rugvin, vanaf het midden van de vinbasis tot de uiterste punt, is kanariegeel met aan de onderzijde een smalle blauwe zoom. Het onderste deel van de rugvin is weer oranje - Zacht en lichtzuur - Paar-vis - Oppervlakte, maar geen uitgesproken oppervlaktevis - Azië - Labyrinthvis Bijzonderheid: ook de honinggoeramie is een juweeltje, dat echter pas zijn volle schoonheid ontplooid als hij op de juiste wijze wordt gehuisvest en verzorgd.
Hemigrammus Pulcher -
Lantaarndrager Redelijk hoog 5cm De kleurtekening is sterk afhankelijk van de lichtval in het aquarium. Rug bruinachtig tot lichtgroen. Flanken helder grijsgroen. Buikpartij geelachtig wit. Kop
-
overwegend donkergroen, naar de snuit toe donkerder wordend tot zwart. Oogiris aan de bovenzijde purperachtig rood. Onderzijde blauwgroen. Op de keel en kieuwdeksels goud iriserende tekeningen. Achter het kieuwdeksel bevindt zich een opvallende goudrood iriserende schoudervlek die bij fraaie dieren nog vergezeld kan gaan van een minder opvallende tweede vlek. Op de staartsteel, onder en achter de vetvin, eveneens een zeer opvallende goudrood iriserende zone met daaronder een forse blauwzwarte kegelvormige vlek. die vanaf de voorste vinstralen doorloopt tot in de staartvinbasis. Ongepaarde vinnen prachtig koperrood. De overige vinnen kleurloos De vrouwtjes hebben een rondere buiklijn Middelhard water met een neutrale pH Scholenvis Middenzone-vis Zuid-Amerika
- Niet te hard en lichtzuur - Scholenvis - Middenzone-vis - Azië, Bijzonderheid: rustige vis maar erg schuw, vooral met drukke medebewoners.
Rasbora Heteromorpha -
-
Gymnocarymbus Ternetzi -
-
Zwarte tetra of Rouwrio Hoog 6cm Rugpartij olijfgroen. Buik wit met krachtige zilverglanzende boventoon. Op de kop via het oog een zwarte band, snuit eveneens zwart. Achter het kieuwdeksel evenals onder de rugvin een brede zwarte dwarsband. Achterste lichaamshelft zwart. Rugvin, vetvin en aarsvin eveneens zwart. Overige vinnen min of meer kleurloos doorzichtig, staartvin met witte punten. Oudere dieren zijn minder kleurintensief De vrouwtjes zijn wat groter en dikker in de buikstreek en hebben een wat bredere rugvin Geen eisen Scholenvis Middenzone-vis Zuid-Amerika
Rasbora Pauciperforata -
-
Vuurstreeprasbora Langwerpig 6cm Grondkleur geelwit zilverglanzend. Rug geel tot bruinachtig doorschijnend. Kop aan de bovenzijde geeloranje, buik zilverwit. Vanaf de kieuwdeksel een prachtig iriserende zachtrode tot koperrode lengtestreep die zich uitstrekt tot in de staartwortel. Hieronder een blauwzwarte smalle bies, die zich naar achteren verbreedt. Onderzijde staartsteel donker tot goudglanzend. Onder opvallend licht over het hele lichaam een zilverglanzende tot grasgroene gloed. Vinnen zachtgeel doorzichtig Bij volwassen dieren is de buik van het vrouwtje voller en ronder dan die van het mannetje
-
Kegelvlekbarbeel Tussen hoog en langwerpig in 5cm Grondkleur zilvergrijs met zachtrode tot violenglanzende boventoon. Een blauwzwarte kegelvormige vlek siert het achterlijf. De hiervoor gelegen zone met prachtige goudglans. Vinnen geelachtig. Rug- en aarsvin aan de basis met rode gloed en eerste vinstralen bruinrood tot zwart De mannetjes zijn slanker gebouwd en de zwarte vlek is groter dan die van de vrouwtjes Niet te hard en lichtzuur Scholenvis Midden- en bovenzone Azië
Dermogenys Pusillus -
Halfsnavelbekje Langwerpig 7 cm De grondkleur is sterk afhankelijk van de uiteenlopende vindgebieden. Uit Java afkomstige dieren zijn overwegend zilverglanzend, rug zachtbruin met groene boventoon, buik zilverachtig wit. Onder opvallend licht overheerst een blauwachtige boventoon. De verlengde onderkaak is doorgaans gesierd met een donkere lengtestreep welke eveneens rood kan zijn. Bij enkele exemplaren is een onduidelijke schoudervlek aanwezig. Vinnen geelachtig of krachtig geel - Levendbarend. Het mannetje heeft een gonopodium. Verder is het mannetje kleiner dan het vrouwtje en de mannetjes hebben een rode vlek op de rugvin - Wat harder en licht alkalisch water. Enige zeezouttoevoeging aan het water is goed voor de halfsnavelbek - Scholenvis - Oppervlakte-vis - Azië Bijzonderheid: half snavel bekken kunnen snel schrikken en zwemmen als reactie daarop tegen de aquariumruiten. Daarmee kunnen ze de onderste, naar voren uitstekende kaak beschadigen of zich zelfs dodelijk verwonden.
Corydoras -
Pantsermeerval. Er zijn veel soorten corydoras
-
Tussen langwerpig en hoog in Varieert per soort van 3 tot 6 cm Varieert per soort. Grijsachtig, zilverkleurig, zwart en bruin Voor alle soorten geldt dat de mannetjes wat slanker zijn dan de vrouwtjes. Bij sommige soorten zijn de rugvinnen van de mannetjes wat spitser - Niet van belang - Scholenvis - Bodem-vis - Zuid-Amerika Bijzonderheid: De pantsermeerval is de meest gebruikte bodemvis. Ze woelen graag in de bodem, die daarom van fijn grind of zand dient te zijn en niet van grof grind
Petitella Georgiae -
-
Roodkopzalm Langwerpig 6 cm De kleur is zilver met metaalblauwe glans, naar de rug toe meer in groenachtig overgaand. De gehele kop, inclusief kieuwdeksels en nek, is bloedrood gekleurd. De vinnen, behalve de staartvin, zijn kleurloos. De twee staartvinlobben van de diep ingesneden staart worden gescheiden door een van de staartvinbasis uit puntig toelopende, diepzwarte streep. Op beide staartvinlobben bevindt zich verder een diepzwarte ovalen vlek, omzoomd door een crèmewitte tekening. De twee buitenste staartvinstralen zijn donker gekleurd De vrouwtjes hebben een dikkere buikpartij Zacht en lichtzuur Scholenvis Middenzone-vis Zuid-Amerika
Hyphessobrycon F1ammeus -
-
Rode Rio Hoog 4,5 cm Grondkleur messinggeel, rug olijfgroen, buik witachtig, achterste lichaamshelft fraai rood iriserend. Twee duidelijke, min of meer kommavormig schoudervlekken die zich naar onderen versmallen. Indien de lichtinval gunstig is, wordt een smalle lengtestreep zichtbaar. Met uitzondering van de borstvinnen, alle vinnen prachtig rood. Rugvin met melkwitte voorkant, aarsvin met zwarte zoom De vrouwtjes zijn wat groter en minder intensief gekleurd dan de mannetjes Zacht en lichtzuur Scholenvis Middenzone-vis Zuid-Amerika
Botia Sidthimunki -
Dwergbotia langwerpig 4cm Grondkleur zilverachtig met gele boventoon. Rug donkerder tot goudachtig bruin. Onderzijde zilverachtig wit. Op het lichaam diepzwarte vlektekeningen die veelal ineenvloeien en slechts min of meer ronde uitsparingen van de grondkleur vrijlaten. De donkere pigmentering kan zich beperken tot de rug en de bovenste lichaamshelft, maar zich evenzeer uitstrekken tot op de onderste lichaamshelft. Op de kop is altijd een duidelijke streep aanwezig, die vanaf de snuit via het oog loopt. Bij oudere dieren is de pigmentering meer bruinachtig. De vinnen zijn kleurloos transparant. In de twee staartvinlobben ontwikkelen zich bij oudere dieren donkere vlekken, waarvan het aantal eveneens met de leeftijd toeneemt tot een maximum van drie vlekken in elke vinlob - De buikpartij van het vrouwtje is wat ronder dan van het mannetje - Zacht en lichtzuur - Scholenvis - Onderste waterlagen - Azië Bijzonderheid: de dwergbotia is een leuk en levendig visje, dat regelmatig wat in de bodem wroet. Maar dat neemt nooit dramatische vormen aan. Het is helaas een zeldzaam visje aan het worden, omdat het nog steeds moeilijk is na te kweken en de weinige biotopen waar het nog voorkomt steeds verder afgebroken worden. Daardoor is de dwergbotia moeilijk verkrijgbaar en dus duur. Maar als je een schooltje aan kunt schaffen, zul je er zeker geen spijt van krijgen.
Epalzeorbynchus Siamensis -
Geen Nederlandse naam voor bekend Langwerpig 12 cm Vanaf het voorste snuitpuntje loopt via het oog een bruinzwarte band over het lichaam tot aan de uiterste rand van de staartvin. Aan de bovenzijde is deze band afgezet door een glanzende goudkleurige streep die echter niet in de staartvin doorloopt, maar in de staartwortel eindigt. Boven deze gouden streep is de rug donker olijfbruin, terwijl de buikpartij onder de zwarte lengtestreep zilverachtig met een enigszins roodbruine waas is. De borstvinnen zijn kleurloos, overige vinnen roodachtig - Onbekend - Niet al te hard water - Solitair-vis, maar het beste is met drie exemplaren in een wat grotere bak - Bodem en soms middenzone - Azië Bijzonderheid: deze vis schijnt een van de weinige te zijn die regelmatig alg eet, ook blauwe.
Thayeria Boehlkei -
Hockeystick Langwerpig 6cm Grondkleur zilverachtig wit, rug donkergroen met goudglans, buik vuilgeel tot lichtgroen. Vanaf het kieuwdeksel loopt een diepzwarte, brede lengtestreep tot in de onderste staartvinlob. Hieronder een fraaie goudglanzende zone. Rugvin aan de basis geelrood. Aarsvin aan de voorzijde met witte zoom. De overige vinnen kleurloos doorzichtig - De mannetjes zijn wat kleiner en slanker dan de vrouwtjes - Weinig eisen - Scholenvis - Middenzone en oppervlakte - Zuid-Amerika Bijzonderheid: doordat de onderste staartvinlob van de hockeystick veel groter is dan de bovenste, zwemt de vis schuin, met de kop omhoog, in het water. Dat is ook de ruststand van de hockeystick. Alleen als de vis snel zwemt, b.v. bij het vluchten, komt hij horizontaal. Ondanks het feit dat het dier niet zo kleurrijk is, is het een heel apart gezicht om een 'wolk' van hockeysticks in rust, schuin in het water staand, in het aquarium te zien.
Poecilia Sphenops -
Black molly Langwerpig 6cm Black molly's zijn geheel zwart of zwart gevlekt. Het is een kweekproduct. De natuurlijke kleuren wijken hier sterk van af - Mannetje blijft kleiner en heeft een gonopodium, een zogenaamd geslachtsorgaan - Wat harder en licht alkalisch water. Enige zeezouttoevoeging aan het water is goed voor de Black molly - Paar-vis - Alle waterlagen - De Black molly komt niet in de natuur voor. De stamvorm komt uit Mexico. Bijzonderheden: veel groenvoer noodzakelijk Contrasteert mooi met rode plaatjes. De Black molly is gevoelig voor schimmelziekte.
geslachtsorgaan, is veel kleuriger en heeft veel grotere vinnen dan het vrouwtje - Neutraal water. Enige zeezouttoevoeging aan het water is goed voor de guppen - Paar-vis - Alle waterlagen - Oorspronkelijke vindplaatsen: Midden- en Zuid-Amerika Bijzonderheid: de gup komt in de vrije natuur in zo'n grote hoeveelheden voor, dat hij ook wel het miljoenenvisje wordt genoemd. Ze zijn op veel plaatsen uitgezet om de muggenlarven op te eten ter bestrijding van muggen. De na gekweekte exemplaren zijn heel erg divers van kleur en lijken niet meer op de wildvangvissen. Ze planten zich heel gemakkelijk voort, zelfs in een kleine bak
Moenkhausia Pittieri -
-
Hasemania Nana -
Poecilia Reticulata -
-
Gup Langwerpig gevormd Mannetje: 4 cm, vrouwtje: 6 cm Allerlei soorten kleuren zijn mogelijk. Het mannetje is veel mooier gekleurd dan het vrouwtje. Ook de gup die in de handel wordt aangeboden is een kweekproduct die als zodanig niet in de vrije natuur voorkomt Mannetje blijft een stuk kleiner en heeft een gonopodium, een zogenaamd
Diamantzalm Hooggevormd 6cm Grondkleur licht messinggeel, rug donkerder, buik geel wit tot wit. Bij jonge dieren is een duidelijke lengtestreep zichtbaar De bovenste lichaamshelft is bij opvallend licht prachtig goudglanzend, de onderste partij meer metaalachtig iriserend. Over het gehele lichaam groen tot blauw oplichtende stippen. Rug-, staart- en aarsvin zachtviolet met witte uiteinden Het mannetje heeft een grotere rug- en aarsvin dan het vrouwtje Zacht en lichtzuur Scholenvis Middenzone vis Zuid-Amerika
-
Koperzalm Langwerpig 4cm Grondkleur geelachtig groen. Op de kieuwdeksels en de lichaamsflanken een zilverglanzende boventoon, veelal blauwachtig iriserend. De schubben dragen een min of meer donkere omranding. Ter hoogte van de borstvinnen begint een zilverglanzende lengtestreep die zich versmallend uitstrekt tot op de staartsteel. Op de staartwortel een grote oplichtende zone waarin een donkere streeptekening die doorloopt tot in de middelste staartvinstralen. Ongepaarde vinnen min of meer roestbruin met krachtige melkwitte zomen. Overige vinnen zachtgeel. Oogiris zilverglanzend De mannetjes zijn wat slanker gebouwd dan de vrouwtjes en, eenmaal volwassen, intenser koperachtig gekleurd Zacht en lichtzuur Scholenvis Middenzone vis Zuid-Amerika
Tanichthys Albonubes -
Chinese danio Langwerpig 4,5cm Rug bruinachtig groen tot geelbruin. Flanken aanzienlijk lichter. Buikpartij witachtig. Vanaf de snuit loopt een krachtige lengtestreep tot in de staartvinbasis. Deze eindigt hier in een rode, min of meer sikkelvormige vlek. De lengtestreep is afhankelijk van de lichtinval groenachtig tot goudachtig glanzend. Rugvin aan de basis rood gepigmenteerd, verder geelachtig met blauwe zoom. Aarsvin geelachtig groen - De vrouwtjes worden iets groter en hebben een dikkere buikpartij dan de mannetjes - Zacht en lichtzuur - Scholenvis - Bovenin de middenzone - China, Kanton Bijzonderheden: de Chinese danio is een levendig scholenvisje. Bij het pronken kunnen de mannetjes net zo snel achteruit als vooruit zwemmen De Chinese danio wil eigenlijk een wat lagere watertemperatuur hebben dan in onze tropische aquaria gewoon is, zo'n twintig graden. Ook wil hij graag op zo'n tien graden overwinteren. Hij kan zelfs in een tuinvijver onder het ijs overwinteren. Hij houdt het bij een graad of vijfentwintig een hele poos goed uit, maar zal uiteindelijk toch gevoelig blijken voor deze hoge temperatuur.