Ontwikkelingslijn: Ontwikkelingsveld 2: Eigenaren:
Planningssysteem a. Leerlingvolgsysteem (LVS) b. Instroom leerlingen Anja van Manen en Marian Brands
Doel a. Het signaleren en registreren van de vorderingen van leerlingen ten opzichte van de door de school vastgestelde streef- en tussendoelen middels het leerlingvolgsysteem. Wij werken met een leerlingvolgsysteem, omdat: wij een objectief meetinstrument willen gebruiken; wij de prestaties van leerlingen willen meten en registreren; wij willen signaleren waar leerlingen problemen ervaren met de lee rstof; wij d.m.v. de toetsen zichtbaar willen maken of de gebruikte methoden de juiste vaardigheden aanleren; wij de onderwijskwaliteit regelmatig willen evalueren en indien mogelijk verbeteren. b.
De instroom van leerlingen zo soepel mogelijk laten verlopen door gebruik te maken van een intakelijst ParnasSys. Bij vierjarigen, die een voorschoolse voorziening bezocht hebben, wordt er t evens gebruik gemaakt van een overdrachtsformulier.
Toepassingsgebied Deze procedure heeft betrekking op: a. alle afspraken en momenten waarbij wij leerlingen toetsen, de gegevens in kaart brengen, analyseren en eventueel vervolgstappen nemen; b. de instroom van leerlingen. Succesindicatoren a. Wij hanteren een LVS, waarmee wij de ontwikkeling van de leerlingen goed kunnen volgen en waarmee wij aanvullende (remediërende) maatregelen kunnen treffen. 1. Wij hebben een toets- en observatie-instrumentarium (zie bijlage 1). 2. Wij gebruiken bij de vakken lezen, taal en zaakvakken de toetsen, die de methode aanbiedt. 3. Wij gebruiken de mogelijkheden, die de methode en de Cito biedt om te remediëren. 4. Wij gebruiken een toets- en / of observatiekalender (zie bijlage 2). Wij volgen de ontwikkeling van het rekenen met behulp van MATH en Rekentuin. Uitgangspunten van Math zijn: - De leerling heeft eigenaarschap over zijn eigen leren; zijn ontwikkeling – op eigen niveau en in eigen tempo – staat centraal; - De leerkracht is organisator van leeractiviteiten en begeleider van leerprocessen. De leerkrachtrol tijdens het proces van Math is: Friendly Mediator, Teacher en Coach; - Zowel leerling als begeleiders hebben inzicht in en toegang tot het totale curriculum (leerlijnen), het portfolio (vorderingenoverzicht) en de daarbij behorende leermiddelen. Werken vanuit leerlijnen in plaats van vanuit methodes. b.
Er is indien nodig mondeling overleg met voorschoolse voorziening en eventueel school van herkomst.
Hoeksteen PLANNINGSSYSTEEM, 2 LOVS, Instroom leerlingen
versie februari 2014
pagina 1 van 7
Toetsing succesindicatoren Wij maken twee keer per jaar een analyse van de opbrengsten. Deze visualiseren wij middels de Data Wall, die wordt gepresenteerd aan het team.
Bijlagen 1. Toets- en observatie-instrumenten 2. Toetskalender
Hoeksteen PLANNINGSSYSTEEM, 2 LOVS, Instroom leerlingen
versie februari 2014
pagina 2 van 7
Bijlage 1 Toets en observatie-instrumenten Leerlingvolgsysteem 1.
2.
3.
De groepsleerkracht houdt in ParnasSys bij wat de resultaten zijn van de methodegebonden toetsen. Zo houdt hij / zij goed de voortgang van de leerling in de methode bij. De resultaten van de methodegebonden toetsen worden op de 10 minutengesprekken met de ouders besproken en kunnen op verzoek van ouders ook tussentijd besproken worden. Veel resultaten krijgen de leerlingen mee naar huis. In het rapport wordt verslag gedaan van deze vorderingen. In de onderbouw (groep 1 en 2) maken wij gebruik van het BOSOS kleuterobservatiesysteem. Dit is een ontwikkelingsvolgmodel voor groep 1 en 2 waarmee de leerkracht de leerling goed kan volgen, weet wanneer hij / zij de leerling in de gaten moet houden en wanneer hij /zij als leerkracht in actie moet komen. Wij nemen op school ook methodeonafhankelijke toetsen af. Zo kunnen wij o.a. zien hoe “de school er voor staat” en ook of de leerling vorderingen maakt, m.a.w. of de methode, die wij op school gebruiken voor deze leerling, “werkt”. Wij gebruiken de volgende methode onafhankelijke toetsen: Van CITO:
Groep 2 Groep Groep Groep Groep Groep Groep Groep Groep Groep Groep Groep Groep Groep
3 3 3 6 3 3 4 3 7 3 5 8 1
t/m 8 t/m 5 t/m 8 t/m 8 t/m 8 t/m 8 t/m 8 en 8 t/m 8 t/m 7 t/m 8
Rekenen voor Kleuters Taal voor kleuters LOVS Technisch Lezen Leestechniek LOVS Technisch lezen leestempo Drie Minuten Toets DMT incidenteel AVI incidenteel LOVS Woordenschat LOVS Begrijpend Lezen LOVS Spelling LOVS WW Spelling LOVS Rekenen – Wiskunde LOVS Studievaardigheden Eindtoets basisonderwijs Zien
De uitslagen van de methodeonafhankelijke toetsen worden aan de ouders verstrekt via het rapport of met een individueel overzicht (Eindtoets).
Hoeksteen PLANNINGSSYSTEEM, 2 LOVS, Instroom leerlingen
versie februari 2014
pagina 3 van 7
Bijlage 2 Toetskalender Leerling Volg Systeem
Toetskalender Leerling Volg Systeem 2013-2014 Sep.
Toets
Okt.
Nov.
Dec.
Jan.
Feb.
Mrt.
Apr.
Mei
Jul.
Jun.
LOVS Rekenen v. kleuters
M1-M2
E1-E2
LOVS Taal v. kleuters
M1-M2
E1-E2
Meetmomenten dyslexie
He rfst Gr. 3
W inte r Gr. 3
B8
M3-M7
Incide nte e l
Incide nte e l
LOVS Technisch Lezen AVI LOVS Drie Minuten Toets
Le nte G. 3
Eind Gr. 3 E3-E7
Incide nte e l
M3-M5
Incide nte e l E3-E5
Incide nteel e Na 1 Handelingsperiode 4 t/m 8 minimumgroep
Incide nteel e Na 2 Handelingsperiode 6 t/m 8 minimumgroep
LOVS Woordenschat
B8
M3- M7
E3-E7
LOVS Begrijpend Lezen
B8
M5—M7
E4
LOVS Spelling Niet-WW
B8
M3-M7
E3-E7
LOVS Spelling WW
B8
M7
E7
LOVS Rekenen-Wiskunde
B8
M3-M7
E3-E7
LOVS Drie Minuten Toets
Incide nteel e Na 3 Handelingsperiode 3 t/m 8 minimumgroep
LOVS Studievaardigheden
E5-E7
Eindtoets ZIEN
8 1-8
► ► ►
►
►
► ►
Incide nteel e Na 4 Handelingsperiode 6 t/m 8 minimumgroep
1-8
De M toetsen worden afgenomen na minimaal 19 weken onderwijs. De E toetsen worden afgenomen na minimaal 35 weken onderwijs. De toetsen Rekenen voor kleuters en Taal voor kleuters worden ook afgenomen bij de aanvangsleerlingen, die zijn geboren voor 01 november en voor 01 mei. Van de leerlingen die zijn geboren voor 01 mei (november t/m april) en die in juni voor het eerst deelnemen aan de toetsen worden de resultaten individueel ingevoerd in ParnasSys als M-toetsen. De DMT wordt 2x per jaar afgenomen bij alle leerlingen van groep 3 t /m 5. De DMT wordt incidenteel afgenomen bij de leerlingen van groep 6 t/m 8 (minimumgroep en bij leerlingen met een individuele leerlijn dyslexie). De DMT wordt daarnaast nog 2x per jaar herhaald als tussenmeting bij de D- en Eleerlingen. De DMT wordt bij leerlingen van groep 6 t/m 8 alleen individueel ingevoerd. Bij de leerlingen van groep 5 wordt alleen kaart 3 groepsgewijs ingevoerd, kaart 1 en 2 + totaal alle kaarten individueel. De AVI toets wordt afgenomen n.a.v. LOVS Technisch Lezen als: o Leerlingen een D of E scoren op LOVS Technisch Lezen. o Leerlingen na het maken van de extra toets nog steeds ‘niet acceptabel’ scoren. o Leerlingen niet naar verwachting hebben gescoord. Van alle leerlingen die een D of een E scoren wordt een foutenanalyse gemaakt en ingevoerd in ParnasSys. In oktober wordt ZIEN op groepsniveau volledig ingevuld in de groepen 2 t/m 8. Voor groep 1 wordt de eerste keer alleen welbevinden en betrokkenheid (1 e acht vragen) ingevuld op groepsniveau. Voor groepen en leerlingen die “onvoldoende” scoren, wordt
Hoeksteen PLANNINGSSYSTEEM, 2 LOVS, Instroom leerlingen
versie februari 2014
pagina 4 van 7
een pedagogisch plan op groeps- of individueel niveau gemaakt en uitgevoerd. In maart wordt ZIEN op groepsniveau volledig ingevuld in groep 1. Voor groep 2 t/m 8 wordt de tweede keer in principe alleen welbevinden en betrokkenheid (1 e acht vragen) ingevuld op groepsniveau. Voor groepen en leerlingen die bij de eerste afname “onvoldoende” scoorden, wordt ZIEN nogmaals volledig ingevuld.
Hoeksteen PLANNINGSSYSTEEM, 2 LOVS, Instroom leerlingen
versie februari 2014
pagina 5 van 7
Bijlage 3. Intakeformulier ParnasSys Intakeformulier ParnasSys 1.
Medische gegevens Naam van de huisarts:
1.1. 1.2. 1.3. 1.4. 1.5. 1.6. 1.7.
Is er sprake van bijzondere ziekten? Is uw kind onder behandeling van bepaalde specialisten of onder behandeling geweest? Heeft uw kind in het ziekenhuis gelegen? Gebruikt uw kind medicijnen? Is uw kind snel vermoeid? Mag uw kind zonder medisch bezwaar meedoen aan sport en spel? Is er sprake van allergieën? Zoja, welke en op welke manier moet de school daar rekening mee houden? Is uw kind zindelijk?
1.8. 2.
Algemene ontwikkelingsaspecten. Zijn er bijzonderheden toe benoemen met betrekking tot:
2.1. 2.2. 2.3. 2.4. 2.5.
Zwangerschap Geboorte. Peutertijd. Eten en/of drinken. Slapen.
3.
Motorische ontwikkeling. Zijn er bijzonderheden te benoemen met betrekking tot:
3.1.
De grof motorische ontwikkeling (bewegen in babytijd, kruipen, leren lopen, steppen, fietsen, zichzelf aankleden, fysiotherapie). De fijn motorische ontwikkeling (tekenen, kleuren, knippen, vasthouden materiaal, link s of rechtshandig).
3.2.
4.
Zintuiglijke ontwikkeling. Zijn er bijzonderheden tot benoemen met betrekking tot:
4.1. 4.2.
Ogen en het gezichtsvermogen. Oren en het gehoor.
5.
Spraak- en taalontwikkeling.
5.1. 5.2. 5.3. 5.4. 5.5. 5.6. 5.7.
Is uw kind goed verstaanbaar voor anderen? Kan uw kind het goed onder woorden brengen wat hij/zij bedoelt? Kan uw kind iets duidelijk maken in korte zinnen? Stottert uw kind of hapert hij/zij met woorden? Wat is het taalgebruik thuis? (Nederlands, dialect, andere taal) Toelichting: Is er een achterstand op het gebied van spraak / taal? Krijgt uw kind logopedie? Komen er lees- / spellingsproblemen of dyslexie voor in de naaste familie?
6.
Sociale emotionele ontwikkeling.
6.1.
Hoe omschrijft u het karakter van uw kind? (vriendelijk, gesloten, opvliegend, gemakkelijk kind, moeilijk kind, anders nl.) Toelichting: Hoe omschrijft u het gedrag van uw kind? (druk, evenwichtig, in zichzelf gekeerd, impulsief, anders nl.) Toelichting: Vraagt uw kind veel aandacht? (Kan het moeilijk zijn/haar beurt afwachten, komt uw kind steeds naar u toe om iets te vragen?) Toelichting: Heeft uw kind zelfvertrouwen? Heeft uw kind moeite met nieuwe situaties en/of afscheid nemen? Kan uw kind goed een poosje alleen spelen? Kan uw kind samenspelen?
6.2. 6.3. 6.4. 6.5. 6.6. 6.7.
Hoeksteen PLANNINGSSYSTEEM, 2 LOVS, Instroom leerlingen
versie februari 2014
pagina 6 van 7
6.8.
Heeft uw kind ervaringen gehad met ingrijpende gebeurtenissen? (ongeluk, sterfgeval, dood huisdier, ziekenhuisopname, echtscheiding, ernstige ziekte familielid / kennis, verhuizing, ziekte van ouders)
7.
(Zelf) redzaamheid.
7.1. 7.2. 7.3. 7.4.
Kan uw Kan uw Kan uw Kan uw
8.
Overige bijzonderheden.
8.1. 8.2. 8.3. 8.4.
Foto’s van het kind mogen geplaatst worden op de website. Overige bijzonderheden die de school belangrijk vindt voor het schoolgaan van uw kind: Overige bijzonderheden die u als ouder(s) belangrijk vindt voor het schoolgaan van uw kind. Drinkt uw kind melk?
kind zelfstandig eten en drinken? kind zich zelfstandig aan- en uitkleden? kind zelfstandig naar het toilet gaan? kind zelfstandig een kleine opdracht uitvoeren?
De ouders gaan akkoord met dit verslag:
Hoeksteen PLANNINGSSYSTEEM, 2 LOVS, Instroom leerlingen
versie februari 2014
pagina 7 van 7