Alle Hens
Maandblad van de Koninklijke Marine juli/augustus 2010
Duikschool in Albanië Patrouilleren tegen illegale migratie
Colofon: Uitgave: Alle Hens is een uitgave van de Koninklijke Marine. Aan de inhoud kunnen geen rechten worden ontleend. Hoofdredacteur: LTZ SD 2 OC B. Wijnandts Eindredacteur: LTZ 2 OC M.F. van der Maas
Alle Hens Cover
Albanese en Kosovaarse duikers leggen hun eindopdracht af voor ze hun certificaat voor 1-sters sportduiker krijgen. Marineduikers hebben ze opgeleid. Foto: Barry Wijnandts
Lay-out & druk: OBT B.V., Den Haag Adreswijzigingen KM-personeel: Zie Intranet: Portaal >
Geen toegang tot Intranet? Vraag naar formulier Dfe 073b bij DC HR: 0800 22 55 733
[email protected]
4
8
12 Duikbrevet Samenwerking op de Balkan was mogelijk een nog hoger doel dan het opleiden van militaire duikers. Kosovaren en Albaniër zijn in een week tijd klaargestoomd voor onder water door duikers van de DDG en DDS.
Holle, kale kamers, Spartaanse stapelbedden en lockers, aangekleed met afgedankte eigen huisraad. Zo wonen vele militairen nog altijd in verouderde legeringsgebouwen. Maar er is licht aan het einde van de gang: het eerste gebouw volgens de nieuwe defensienorm voor huisvesting is gereed.
18 Superinfanterist Kaart- en kompasvaardigheden blijken toch wel wat weg te zakken naar verloop van tijd. Mede een reden waarom de verkennersoplei ding te kampen had met veel uitval. Dit jaar een andere opzet, waarbij de nadruk meer ligt op de fundamenten van verkenning.
16
Kopijdatum: De deadline voor het volgende nummer van Alle Hens valt op 16 augustus 2010.
26 Technisch geschoold De technische opleidingen van de Koninklijke Marine hebben een stoffig imago. Ze duur den te lang en er zat veel overlap in afzonder lijke cursussen. Een flinke schoonmaakactie maakt de school weer eigentijds.
En verder:
Abonnementsprijs: € 17,02 (buitenland € 21,55 per jaar)
32 Sport 34 Logboek 43 Mensen & Mutaties
Aanhaling uit en overname van artikelen uit dit blad is toegestaan met bronvermelding.
ISSN 0024-0389
In divers gezelschap voert de drie hoofd taken van de Special Forces in Uruzgan uit. Militair verpleegkundige Claudia helpt hen het ijs te breken.
16 Nieuw huis
Redactieadres: (niet voor adreswijzigingen en vragen over verzending) Alle Hens Postbus 10.000 1780 CA Den Helder Telnr.: 0 223 657 660 DSN 209 57660 E-mail:
[email protected] E-mail redactieraad:
[email protected] Internet: www.defensie.nl
4 Grensbewaking
8 Een gemengd gezelschap
Adreswijzigingen Veteranen: Stichting Veteraneninstituut Postbus 125 3940 AC Doorn Telnr.: 0343 474 150 Adreswijzigingen betalende abonnees: Abonnementenland Postbus 20 1910 AA Uitgeest Telnr.: 0900 226 52 63 (10ct p/m) www.aboland.nl
Inhoud Terwijl de adelborsten aan boord kennisma ken met het werk van de wachtsofficier, speuren de bemanningen de horizon af naar illegale migranten en andere ‘bijvangst’. Opereren en opleiden gaan uitstekend samen in de operatie Indalo.
Aan dit nummer werkten mee: LTZSD 2OC F. Eelman-Frinks KLTZ P.J. van Maurik
Maandblad van de Koninklijke Marine
18
De storm trotseren Dagelijks wordt u via diverse media geïnformeerd over de operationele resultaten die defensie boekt. Afgaande op dat beeld doen de operationele commando’s uitstekend werk in Afghanistan, wordt de strijd aangebonden tegen piraten in de Golf van Aden en voor de kust van Somalië, worden er drugs onderschept in het Caribische gebied en lopen er tal van kleine missies op diverse continenten. En laten we ook het product dichter bij huis niet vergeten in de vorm van diverse bijdrages in het kader van de civiel-militaire samenwerking en de operaties op land en op de Noordzee om mijnen en explosieven te ruimen. Kortom, we zetten als defensie een prima en zichtbaar product neer. Het zal u echter niet ontgaan zijn dat er sinds januari van dit jaar problemen zijn op het gebied van onderhoud, bevoorrading en logistieke ondersteuning. Een veel gehoorde term die hierbij wordt gebruikt, is de zogenaamde ‘matex-problematiek’. Deze term verwijst naar de financiële problemen die we momenteel ondervinden met het onderhouden en verwerven van materieel: de materiële exploitatie. Deze problemen maken het uitdagend om de operationele eenheden gereed te stellen voor inzet in mis sies maar ook voor de regulie re activiteiten van defensie. Dat geldt nu voor 2010. Het is echter van groot belang dat er geen structureel probleem gaat ontstaan voor de komen de jaren. We willen namelijk voorkomen dat we in 2011 en de jaren daarna in een zelfde situatie terecht komen. Dat vraagt om structurele maatre gelen voor de toekomst maar ook incidentele maatregelen voor de acute knelpunten in 2010 en 2011. Bij het omzetten van het defensieplan in de bedrijfs plannen van de operationele commando’s is geconstateerd dat de budgetten van DMO en CDC niet voldoende zijn om alle gewenste activiteiten te ondersteunen. De aard van de knelpunten is deels gelijk voor de marine, landmacht en luchtmacht. Specifieke knel punten voor de marine zijn de brandstof, de munitie en de geplande investeringen. Deze knelpunten raken het geïntegreer de product van vloot- en marinierseenheden.
teringen betekent helaas dat een deel van het gewenste materiaal later wordt ingevoerd dan was voorzien en waar u op gehoopt had. We moeten dit opvangen met de bestaande materiële mid delen en niet vergeten dat er ook nieuw materiaal wordt geopera tionaliseerd, zoals het Ocean-going Patrol Vessel en het Joint Support Ship. De hiervoor genoemde maatregelen hebben effect, maar zijn nog niet voldoende om de financiële problematiek voor 2010 en 2011 volledig op te lossen. We gaan zorgvuldig kijken naar de oefenactiviteiten van de een heden en voornamelijk de locaties van oefeningen. De eenheden moeten er rekening mee houden dat ze mogelijk minder naar buiten gaan en/ of dichter bij huis. U allen zult merken dat we gaan versobe ren in de dienstverlening. We zullen een strakkere regie moeten voeren om het pro bleem te verkleinen en op basis van prioriteiten het beschikbare budget aan de juiste zaken te besteden. Dit alles is nodig om nu de storm te trotseren en straks bij gunstig weer gereed te zijn om de draad zo snel mogelijk weer op te pakken. Ik heb er alle vertrouwen in dat u de ernst van de situatie inziet en de genomen maatregelen begrijpt. Voor de komende tijd is het van belang om de bedrijfsvoering op peil te brengen en te houden en om de schepen en de mariniers op tijd naar zee en in het veld te brengen zodat het operationeel product van het CZSK geleverd kan worden zoals men dat van ons is gewend.
Een veel gehoorde term is de zogenaamde matex-problematiek
Om deze problemen het hoofd te bieden, is het nodig om de acti viteiten binnen het CZSK naar beneden bij te stellen en een gedeelte van de investeringen te vertragen. Dit betekent dat het aantal vaardagen wordt gereduceerd tot binnen de mogelijkheden van de beschikbare hoeveelheid brandstof. Voor alle eenheden en opleidingen worden de schietprogramma’s aangepast. Hierbij wordt voornamelijk bezuinigd op de duurdere munitiesoorten bij de marinierseenheden, zodat het effect beperkt blijft tot specifie ke subeenheden en daarmee het niveau van de gehele operatio nele gereedheid zo min mogelijk daalt. Het vertragen van inves
De Commandant Zeestrijdkrachten M.J.M. Borsboom, viceadmiraal
3
Operatie Indalo en Adelborstenkruisreis
Een succesvolle combinatie
Als Hr.Ms. Maassluis de haven van Almeria aan de Spaanse zuidoostkust binnenloopt, heeft ze er twee dagen in het operatiegebied opzitten. De bemanning trekt een paar uur uit om vuil te storten en te bunkeren om het schip weer inzetgereed te krijgen voor haar patrouilletaak. Op de brug bereidt een adelborst voor de zeedienst de track in de kaart voor. Zijn collega puzzelt op de tekst die hij in het scheepsjournaal moet schrijven. Tijdens de operatie Indalo toont de mijnendienst dat een missie varen en opleiden prima Tekst: Maartje van der Maas/ Foto’s: Sjoerd Hilckmann(AVDD) gecombineerd kunnen worden. “Vorig jaar zijn in vijftig dagen 61 zogenaamde patera’s gedetec teerd. Dit betekent dat is voorkomen dat ongeveer 760 illegale migranten in een breed scala aan boten vanuit Marokko, Algerije en de Sub-Saharaanse gebieden de kust van Europa konden berei ken.” Luitenant-ter-zee 2OC Bouwe Feringa zit achter zijn com puter in het Internationale Coördinatie Centrum van de Frontexoperatie in de Spaanse hoofdstad Madrid. Naast hem staat trots een miniatuuruitvoering van de Nederlandse vlag. De tien overige computers aan tafel worden ook geflankeerd door verschillende landsvlaggen, wat het internationale karakter van het gezelschap benadrukt. “De naam Frontex is afgeleid van het Franse Frontières Extérieures, wat buitengrenzen betekent”, legt hij uit. “De belang rijkste taak is het versterken van de Europese grenscontroles en om dat te doen bundelen we als Europeanen onze krachten. Elk hier aanwezig land levert zijn bijdrage, ter land, ter zee of in de lucht, en vanuit dit centrum worden alle gezamenlijke operaties gecoördineerd. Ik ben de liaison voor de drie Nederlandse mij nenjagers die zijn ingezet voor de operatie Indalo, een onderdeel van de grotere Frontex-organisatie die ook missies heeft lopen bij de Canarische eilanden en de Griekse kust. Gaat er in ons gebied wat spelen dan geef ik dat door aan de staf op Hr.Ms. Maassluis en die gaan er verder mee aan de rit. Uiteraard gebeurt dit ook in omgekeerde richting. Detecteert een patrouilleschip een verdacht contact dan komt die informatie deze kant op en gaan wij er hier verder mee aan de slag.” Ogen en oren-taken Hr.Ms. Maassluis, Haarlem en Hellevoetsluis functioneren als de ogen en oren van de operatie op volle zee. “Omdat de mijnenja gers verder uit de kust kunnen varen en langere tijd op zee kun
LTZ2OC Bouwe Feringa is tijdens operatie Indalo liaison op het Internationale Coördinatie Centrum in Madrid.
nen blijven, zijn zij uitermate geschikt om samen met de vliegtui gen in de buitenste schil te opereren”, vervolgt Feringa. “Dichterbij de kust en binnen de Spaanse territoriale wateren varen de Spaanse kustwachtschepen en aan de wal zijn er teams van de Guardia Civil actief.” Kapitein-luitenant-ter-zee Herman Lammers zit als hoofd van de staf aan boord van de Maassluis. “Dit is voor de mijnenjagers de eerste keer dat ze een dergelijke operatie uit voeren”, aldus de overste. “Traditioneel gezien zijn wij goed in bommen ruimen, kustwachttaken en natuurlijk mijnen ruimen maar hier draaien we onze hand ook niet voor om.” Toen de schepen op 25 mei naar de Middellandse Zee vertrokken, 4
Korporaal-adelborst Jan Bruinsma vaart geconcentreerd de haven van Almeria uit.
was het nog niet duidelijk of zij zouden gaan deelnemen aan de operatie. “De Europese Unie heeft Nederland gevraagd om bij stand te verlenen aan Frontex. Op weg naar de Middellandse Zee kwam het groene licht van de ministerraad en daarop zijn wij hard aan het werk gegaan om procedures te oefenen voor deze manier van opereren, want die bestonden nog niet bij de mijnen dienst”, aldus Lammers. “Wij worden alleen ingezet om te sur veilleren, detecteren, schepen te volgen en de rapporteren en we
komen verder niet in aanraking met de migranten. We hebben als zeeman natuurlijk wel de plicht om hulp te verlenen aan mensen die in levensgevaar verkeren op zee.” De commandant van Hr.Ms. Hellevoetsluis, luitenant-ter-zee 1 Edwin Bartels, haakt hierop in. “We hebben een nieuwe rol in het leven geroepen: de ‘drenkeling oppikrol’, die we hebben geoefend toen we de Straat van Gibraltar door waren. Het is nu voor de gehele bemanning duidelijk wat we gaan doen om in geval van nood mensen te helpen voordat we ze overleveren aan de autoriteiten in Spanje.”
Schrokken ze gister nog drugssmokkelaars af, vandaag wordt er geoefend
Drugssmokkelaar kiest het hazenpad Op het halfdek van Hr.Ms. Haarlem klinken de enthousiaste ver halen van de afgelopen avond. “Zo tegen de schemering ontdekte ik een klein, Rhibachtig bootje van een meter of tien bij het verkeersscheidingsstelsel”, vertelt de uitkijk, matroos 1 Arjan
Hr.Ms. Maassluis sleept het verlaten schip mee totdat de Spaanse autoriteiten het overnemen. 5
▼
Hr.Ms. Maassluis ligt afgemeerd in Almeria om voeding en olie te laden.
Matroos 1 Dijkema spotte vreemde bewegingen nabij het verkeersscheidingsstelsel.
Dijkema. “Ik vond het vreemd om zo’n kort vaartuig te zien tus sen al die grote koopvaarders en het leek wel of hij zich onzicht baar wilde maken achter een containerschip. Ik zag nog net dat er ongeveer vier tot vijf mensen aan boord zaten.” Schipper Ramon Knippers had de wacht op de brug. “Ik heb geprobeerd het te naderen, maar dat werd me onmogelijk gemaakt door het verdere verkeer. Uiteindelijk zijn we wel meegedraaid met het contact, maar dat ging er meteen met 24 knopen naar het zuiden vandoor. Even later zagen we een helikopter van de Guardia Civil boven het bootje hangen.” Op de brug werd nauwkeurig bijgehouden welke bewegingen het verdachte scheepje maakte. De Haarlem stuurde dit log later naar de staf aan boord van de Maassluis en het ICC in Madrid. De volgende dag komt de oudste officier van de Haarlem, luitenant-ter-zee 2OC Dave de Kruijff met een glimlach op zijn gezicht de longroom binnenlopen. “Ik heb net bericht gekregen van Feringa. Het contact van gisteravond blijkt een drugssmokkelaar geweest te zijn. Geschrokken van onze vliegen de en varende aanwezigheid heeft hij het hazenpad gekozen en is weer teruggegaan naar de Marokkaanse kust.”
Het witte zog Nog geen 24 uur later stuit de brugbemanning van Hr.Ms. Maassluis op eenzelfde soort verdachte situatie. “Tegen de avond zagen we in de verte het typische, witte zog van twee schepen die met grote snelheid door het water klieven”, vertelt de oudste offi cier, luitenant-ter-zee 2OC Björn Willekes MacDonald. “Toen we gingen naderen, zijn we waarschijnlijk gezien door de mannen, waarop zij allemaal aan boord van hetzelfde schip zijn gespron gen en het andere vaartuig drijvend hebben achtergelaten.” Omdat een schip zonder bemanning een gevaarlijke situatie voor de scheepvaart kan vormen, besluit de Maassluis het niet zomaar achter te laten. “Volgens de procedures die we hebben geoefend voor Indalo, hebben we het genaderd en daarna aan een inspectie onderworpen en het op sleeptouw genomen”, vervolgt de oudste. “Feringa in Madrid is ingelicht en de Spanjaarden zijn al op weg om het van ons over te nemen.” Ook hier worden de verhalen van afgelopen avond op het halfdek geëvalueerd. “Het waren geen illegale migranten, maar dit is toch ook waarvoor we hier zijn!” Tijd om te vlammen In dit operationele speelveld zou het Marine Opleidingsvaartuig (MOV) Van Kinsbergen bijna vergeten worden. Het opleidings vaartuig is samen met de mijnenjagers naar de Middellandse Zee vertrokken, maar met een heel andere opdracht in haar porte
De mijnenjagers zijn de oren en de ogen van de operatie Indalo
6
feuille. “Wij varen de kruisreis voor de tweedejaars adelborsten en hebben daarnaast nog andere studenten van het KIM meegeno men”, vertelt de begeleider, luitenant-ter-zee 2OC Machiel Markelbach. “Traditioneel gaat deze reis voor de jonkers naar de Oostzee. Dit is de eerste keer dat we de trip combineren met een operatie en dat bevalt heel goed.” Om voldoende oefenwaarde te creëren, worden er steeds twee mijnenjagers ingezet in Indalo en zijn de Van Kinsbergen en de derde mijnenjager aan het oefenen. “Manoeuvreeroefeningen, sleepnaderingen, havenaanlopen en kaartvoorbereiding. Het komt allemaal nog steeds aan bod maar hiernaast krijgen de cursisten een goed beeld van wat het is om te patrouilleren en de wachtroutine die daarbij hoort.” Ook het aan tal adelborsten per schip is verminderd. “De hele reis duurt in totaal acht weken”, gaat Markelbach verder. “Deze periode is opge deeld in twee stukken van vier weken, waardoor er steeds maar twee adelborsten per schip zitten. Hierdoor krijgen ze de volle aandacht van de scheepsbemanning en kunnen ze zich niet ach ter elkaar verschuilen. Om de drie dagen is een van de schepen oefenpartner van de Van Kinsbergen. Ze krijgen dus genoeg de kans om te laten zien wat ze kunnen en om te vlammen.” Een uitdagende manoeuvreeroefening Op de brug van Hr.Ms. Maassluis brieft de korporaal-adelborst Jan Bruinsma de commandant. “Ik ga de haven van Almeria uit varen met die rode paal als referentiepunt. Als we voorbij de havenhoofden zijn, gaan we stuurboord uit en dan stomen we zo snel mogelijk op naar het operatiegebied.” De commandant knikt goedkeurend en de cursist geeft de bijbehorende roer- en koersor ders. Hij en zijn collega Tobias de Brouwer hebben het erg naar hun zin aan boord. “Er is veel afwisseling in het programma. We leren veel omdat we genoeg oefeningen doen, maar we worden ook voorbereid op de patrouilles die we later wellicht nog vaak gaan varen in het Caraïbisch Gebied of weer hier in de Middellandse Zee.” Een dag later beamen hun collega’s op de Haarlem deze uitspraak. Beide heren daar aan boord vegen het zweet van hun voorhoofd na een uitdagende manoeuvreeroefe ning met de Hellevoetsluis en de Van Kinsbergen en maken zich op voor de sleepnaderingen die hierna op het programma staan. “Het is af en toe behoorlijk uitdagend, maar we leren hier veel!”
De adelborsten vervullen alle rollen tijdens de verschillende oefeningen.
“Al gebeurt het patrouilleren traditioneel door de grote bovenwaterschepen, hiermee bewijst de mijnenjager ook een multiinzetbaar platform te zijn”, concludeert de oudste officier van de Maassluis. “Met hierbij ook nog de kruisreis hebben we het lekker druk, of niet jongens?” De beide adelborsten staan alweer met hun neus in de kaart. Op naar het volgende leer moment. n
7
Drie speciale taken
Task Force 55 shift 3 “Ik stond met mijn matje in mijn handen toen opeens vanuit de bergen het vuur op ons werd geopend. Iedereen sprong de voertuigen in, maar toch raakten collega’s gewond. De medics zaten in de bergen, dus ik moest ze alleen verzorgen.” Algemeen militair verpleegkundige korporaal Claudia is terug uit Uruzgan, waar ze met de paarse Task Force 55 een missie gedraaid heeft. Vier en een halve maand zette het gemêleerde gezelschap zich in voor de drie hoofdtaken van de Special Forces. Tekst: Maartje van der Maas/ Foto’s: TE 55
Als de Task Force 55 (TF) staat aangetreden voor de medailleuitreiking, valt de diversiteit van het gezelschap meteen op. De camouflagepakken van de mariniers zijn duidelijk verschillend van die van de mannen van het Korps Commando Troepen van de landmacht. De Amerikaanse vlekken hebben andere kleuren en het lange bruine en blonde haar van twee dames verwacht je ook niet direct in een groep Special Forces Operators. Voor de operatie in Uruzgan die gedomineerd wordt door de landmacht, was dit de eerste taakeenheid onder leiding van de Maritime Special Operation Forces (MARSOF) van het Korps Mariniers. “We hebben goed samengewerkt,” verklaart de commandant van de taakeenheid, majoor der mariniers Eric. “Gestationeerd op Kamp Holland in Tarin Kowt waar de vier krijgsmachtdelen vertegenwoordigd zijn, kregen we steeds alle benodigde ondersteuning als we de poort uitgingen voor een opdracht. Uiteraard zijn er cultuurverschillen en hebben de vrouwen zich af en toe aardig moeten aanpassen, maar we hebben ons prima kunnen richten op onze drie hoofdtaken: military assistance, speciale verkenningen en offensieve operaties.”
Bidden tijdens operaties “In het kader van de military assistance zijn we aan het werk gegaan met de politie, de zogenaamde Afghan National Security Forces (ANSF)”, legt Eric uit. “Om de Afghaanse overheid een duidelijk gezicht te geven aan de lokale bevolking, moeten deze mensen zowel in als buiten de steden en dorpen gezien worden.” Dat de taakeen heid hiermee echt vanaf de basis moest beginnen, blijkt wel uit de verhalen van de commandant. “Sommige van de politiemannen had den niet eens een rijbewijs en wisten absoluut niet hoe ze moesten patrouilleren.” Toch waren de Afghanen een voorwaarde voor de leden van de taakeenheid om de poort uit te gaan en operaties uit te voeren. “We waren een partneringeenheid en hebben schouder aan schouder met hen geopereerd. Zij moeten het werk doen zodat de bevolking weer vertrouwen krijgt in haar regering.” Ook hier kwa men er cultuurverschillen naar boven. “De taal was een struikelblok en zonder tolk waren we nergens geweest. Daarbij speelt het geloof natuurlijk een belangrijke rol en dat hebben we zoveel mogelijk proberen te respecteren. Uiteraard snappen die mannen zelf ook wel dat er tijdens een operatie niet vijf keer per dag gebeden kan worden, maar we zijn hier wel zo flexibel mogelijk mee omgegaan.”
Claudia heeft geregeld medische assistentie verleend in de dorpen. 8
is terug uit Uruzgan
Van min twintig tot plus dertig, regen, sneeuw en zon. Alle weersomstandigheden zijn voorgekomen tijdens de missie.
Nooit een Westerse militair gezien Juist door deze cultuurverschillen bleek de aanwezigheid van een vrouw erg nuttig. Eric vertelt: “We gaven ook medische zorg aan de lokalen. Claudia brak hierbij het ijs door in gesprek te gaan met de vrouwen en creëerde zo een opening voor ons. De mili taire verpleegkundige vertelt: “Ik heb in de quala’s (Afghaanse huizen, red.) echt erbarmelijke hygiënische omstandigheden gezien en heb geprobeerd de vrouwen hier wat over bij te leren. Terwijl ik binnen was, raakten mijn collega’s buiten in gesprek met de mannen en zo sloegen we twee vliegen in een klap.” Eric haakt hierop in: “Op deze manier konden we werken aan de spe ciale verkenningen om informatie in te winnen, een tweede belangrijke taak van onze taakeenheid. We zijn in dorpjes geweest waar de bevolking nog nooit Westerse militairen had gezien en die volledig onder invloed van de Taliban waren. Hier is het des te belangrijk om te laten zien dat de Afghaanse overheid aan haar politieapparaat werkt. Tegelijkertijd konden wij nuttige informa tie inwinnen over de situatie op deze afgelegen plekken.” Op deze manier voerde de taakeenheid open verkenningen uit. De com mandant vervolgt: “Dit gebeurde ook minder zichtbaar of covert, waarbij de mannen dagen verstopt in de bergen met diverse mid delen naar bewegingen in een bepaald gebied lagen te loeren.” Hier bleek de berg- en de wintertraining van het korps een goede basis. “We hebben alle weersomstandigheden voorbij zien komen, van min twintig graden tot plus dertig, sneeuw, regen en zon.”
De mannen lagen dagen verstopt in de bergen naar een gebied te loeren
Het landschap in Uruzgan nodigt niet direct uit tot operaties.
De Afghaanse politiemannen gaan een missie uitvoeren met een groep Nederlanders.
De kant van de vijand Naast military assistance en speciale verkenningen, heeft de taak eenheid 55 ook offensieve acties uitgevoerd met de Afghaanse politie en zijn er meerdere gevechtscontacten geweest met de Taliban. Het vertrouwen in de Afghaanse collega’s moet in dit soort situaties op het scherpst van de snede wel erg groot geweest zijn. Hoe waren de Nederlanders er zeker van dat de politieman nen zich in een gevecht niet tegen hen zouden keren en de meer opportune zijde van de vijand opzochten? “De mannen die zich opgeven voor de politie worden speciaal geselecteerd”, legt Eric uit. “De vorige rotaties van Task Force 55 hebben een goede ver trouwensband opgebouwd met de lokale politiecommandant waarmee we werkten. Hij selecteert het personeel dat voor het grote deel uit de directe omgeving van Uruzgan komt. Je staat er versteld van hoe ze elkaar allemaal kennen. Zij zijn echt tegen de Taliban en willen hun land graag opbouwen.” Hij vervolgt: “In de periode dat we met hen hebben gewerkt, hebben we een soort band met ze opgebouwd. Zij waardeerden en respecteerden ons omdat wij hen ondersteunden in hun taak. Sommigen onder hen waren zelfs geëmotioneerd toen we naar huis gingen.” Eric en Claudia kijken terug op een geslaagde missie. “Het was uniek om met zo’n diverse club autonoom te mogen opereren. Ondersteuning kregen we steeds van de Task Force Uruzgan op Kamp Holland, maar we hebben hier echt op onze manier het werk van de Special Forces kunnen uitvoeren.” n 9
Commandant en werknemer werken samen aan gunstig resultaat
Hand in hand keuzes maken Werkgever en werknemer stuiten in hun werk op een doolhof van regelgeving als dingen moeten veranderen. Medezeggenschapscommissies op alle niveaus komen op voor de belangen van de werknemer. Op het hoogste niveau binnen de marine vertegenwoordigt sergeant Roel Frencken de werknemer en generaal der mariniers Ton van Ede de werkgever. Luitenant-ter-zee 2 Ben Bosch stroomTekst: Barry Wijnandts lijnt het overleg.
Het bureau Medezeggen schap is gevestigd bij de Admiraliteit in gebouw Albatros. Luitenant-terzee 2 Ben Bosch en s ergeant WDW Roel Frencken delen het kan toor samen met ambtelijk secretaris Janice Wissink (links). Voor meer informatie over medezeggenschap bij de Koninklijke Marine: Intranet KM > Snel naar Medezeggenschap CZSK.
Sergeant WDW Roel Frencken: voorzitter Defensieonderdeels Medezeggenschapscommissie “Ook al is het onderdeel waar een probleem speelt heel klein, dan kan het nog heel het CZSK beïnvloeden. Wij kunnen die punten op tafel leggen in het gesprek met de overlegvoorzitter. Dat is in feite wat wij doen: we pakken de dingen op die voor elke werkne mer van het CZSK van belang zijn. Ik ben voor een proefperiode van twee jaar vrijgemaakt om me volledig te storten op het voorzitterschap. Vijf jaar geleden kwam ik na een lange periode weer terug binnen de medezeggenschap tijdens een plaatsing in de West. Eerst als secretaris en daarna als voorzitter. In de West begon ik ermee omdat ik toen meemaakte dat de commandant beslissingen nam zonder enig vorm van over leg. Daarbij hebben we aanzienlijke resultaten geboekt. De KM-militairen hielden zich bijvoorbeeld aan de geldende werken rusttijden, maar de chauffeurs van de Antilliaanse militie draaiden enorm veel overuren. We hebben de commandant geadviseerd dat dat anders moest en binnen twee weken was het anders. Na terugkomst in Nederland in 2009 werd ik lid van de Gemeenschappelijke Medezeggenschapscommissie bij de Koninklijke Marine Technische Opleidingen (KMTO). De medezeggenschapscommissies zijn over het algemeen moei lijk te vullen. Met name bij het Korps Mariniers is het lastig. Als je 24 uur per dag op een schip zit dan kun je makkelijk een moment vinden om bij elkaar te gaan zitten. Dat ligt bij het korps wat moeilijker. Helaas is daardoor de Defensieonderdeels Medezeggenschapcommissie (DMC) een vlootbolwerk. Het is juist belangrijk dat er ook mariniers in zitten die weten wat er bij het korps speelt en die hun netwerk hebben voor informatie. De laatste jaren merken we een professionalisering in het overleg. Ging het vroeger veel over de uitvoering van taken, merken we nu dat de medezeggenschapscommissies zich steeds meer op het terrein van de bedrijfsvoering begeven. Met twaalf, dertien man nadenken over hoe bijvoorbeeld bezuinigingen doorgevoerd moe ten worden. Een groot verschil is dat vroeger de commissies en de commandanten tegenover elkaar stonden. Nu werken we juist veel meer samen om tot een gemeenschappelijk gedragen besluit te komen. We kunnen het niet altijd voor iedereen beter maken, maar het moet zeker ook niet slechter worden. Omdat ik ook als secretaris in de Centrale Medezeggenschaps commissie zit, maak ik ook deel uit van de gesprekken die dit inspraakorgaan met de secretaris-generaal voert. De punten die daar worden besproken, komen vaak later bij de krijgsmachtdelen binnen, maar ik overleg die dus al voor die tijd binnen het CZSK.”
10
Luitenant-ter-zee 2 Ben Bosch: Coördinator overlegzaken
Generaal-majoor der mariniers Ton van Ede: overlegvoorzitter
“Ik ben een neutrale functionaris binnen de medezeggenschap, de vraagbaak en de adviseur richting de werkgever en de werknemer. Ik bewaak voor beide partijen de wettelijke kaders waarbinnen zij het overleg voeren. Een andere belangrijke rol is die van bemid delaar tussen de hoofden van de diensteenheden en de medezeg genschapscommissies. Als beide partijen er niet uitkomen, dan kan ik aangeven welke stappen ze verder kunnen ondernemen om tot een bevredigend resultaat te komen. Als het mij niet lukt om voor beide partijen een acceptabele oplossing aan te reiken, kunnen ze overwegen een externe bemiddelaar in te zetten. Ook kan de Defensieonderdeels Medezeggenschapcommissie bena derd worden om mee te denken aan een oplossing. Een geschil is doorgaans het minst charmante middel om tot een uitspraak te komen. Aan de andere kant kan een geschil voor beide partijen ook een instrument zijn om tot een goede oplossing te komen. Als een commandant zelf ook gebonden is aan een opdracht van bovenaf en na herhaaldelijk overleg, met de medezeggenschap, geen mogelijkheden ziet om aan de wensen van het personeel tegemoet te komen, kan een gezamenlijke stap richting de geschillencommissie die impasse wellicht doorbreken zonder het onderlinge vertrouwen te beschadigen.
“De kracht van de medezeggenschapcommissies zit voornamelijk in het benutten van alle goede ideeën die bij het personeel leven en om betrokkenheid en draagvlak op alle niveaus te vergroten. Het is een samenspel tussen werkgever en werknemer waarin transparantie, vertrouwen en communicatie belangrijk zijn. Ik voer namens de hoofden van de diensteenheden het overleg met de Defensieonderdeels Medezeggenschapcommissie. Maar onze doelen zijn gemeenschappelijk. We willen in goed overleg samen tot de beste keuzes te komen. Medezeggenschap binnen defensie is sterk geprofessionaliseerd en het Besluit Medezeggen schap Defensie is daar een grote katalysator in geweest. Het stelt nu veel meer voor dan vijf tot tien jaar geleden. Zeker met het vrijspelen van een permanente voorzitter en coördinator overleg zaken is medezeggenschap bij de marine tot de beste van de krijgsmacht geworden. Het is een illusie dat dit orgaan overal inspraak in kan hebben. Daarom neem ik wekelijks met de voorzitter DMC de voorraad agenda van de Admiraliteit door om te bepalen welke punten hen in elk geval interesseren zodat we daar op voorhand al op kunnen inspelen. De medezeggenschapcommissie heeft in bepaalde zaken adviesrecht, zoals over de invulling van de rest and recuperation tijd tijdens oefeningen en trainingsprogramma’s. In andere zaken heeft zij instemrecht. Dat zijn vooral de bedrijfsvoeringaspecten. Ik let er op dat zaken besproken worden waar ze thuishoren. Als het gaat om de toegankelijkheid van de haven op maandagoch tend, kop ik dat direct terug naar de Locatie Medezeggenschaps commissie van het FSP Nieuwe Haven. Komen er dingen als toe lages of vakantiedagen op tafel, dan hoort dat bij de bonden. Op het moment dat middelen en personeel onbeperkt zijn, is overleg niet zo heel moeilijk. Juist de komende tijd zal er weer veel van ons gevraagd worden, terwijl de middelen erg krap blijven. Dat is een extra reden om elkaar vast bij de hand te nemen en samen keuzes te maken waar we allemaal achter staan. Meer dan ooit hebben we daarom medezeggenschap nodig. Een extra zorg is de betrokkenheid van de mariniers. De Koninklijke Marine mag dan wel de grootste medezeggenschapor ganisatie hebben, maar om de locaties buiten Den Helder er actief bij te betrekken blijkt lastig. Daarom willen we ook gaan vergade ren in Doorn waarbij we specifiek aandacht geven aan groene agendapunten. Maar ook CZMCARIB is ver weg. We hebben zojuist de beveiliging van woningen op Aruba doorgenomen, maar ook houdt de fysieke afstand tot de West het risico in dat onderwerpen die daar spelen, maar eigenlijk in het DMC thuisho ren, hier niet terechtkomen.”
Als budgethouder van de medezeggenschapsopleidingen voer ik ook de regie over de toewijzing van deze opleidingen aan de medezeggenschapsleden. Enige tijd geleden kon iedereen zelf standig een opleiding aanvragen zonder tussenkomst van de coördinator overlegzaken, maar in deze financieel rumoerige tijd moeten we daar efficiënter mee omgaan. Een opleiding is niet verplicht als je deel uitmaakt van de medezeggenschap, maar wel aan te raden. Je wordt geschoold in regelgeving, organisatie structuur en de processen binnen de medezeggenschap. Deze opleidingen volg je meestal met de hele medezeggenschapscom missie. Mocht iemand bij een vorige plaatsing al een aantal modules hebben gevolgd en vervolgens en bij de nieuwe plaatsing weer zitting nemen in een commissie, hoeft diegene geen tweede keer deze kostbare modules te volgen. Om te kunnen waarborgen dat ieder medezeggenschapslid de gewenste opleidingen kan vol gen, was het dus wenselijk dat iemand de aanvragen centraal bewaakt. Mijn rol in het overleg is neutraal. Ik zit wel aan tafel bij de overlegvergadering maar maak er, vanuit mijn neutrale rol, geen deel van uit. Wel geef ik desgevraagd sturing en advies aan het overleg.”
11
Marine geeft basisopleiding aan Balkanduikers
Koudwatervrees in Albanië Volksmuziek schalt uit de speakers in een restaurantje in een buitenwijk van de Albanese stad Vlorë. De mannen binnen zijn opgelaten, zeker als het Albanese voetbalelftal scoort. Gearmd zetten ze een traditionele dans in en overtuigen de Nederlandse marineduikers mee te doen in de feestvreugde. Tekst en foto’s: Barry Wijnandts De mannen zijn uitgelaten omdat ze vandaag hun 1-ster duikbre vet hebben gehaald. De afgelopen week hebben ze intensief les gekregen van een zevental duikers van de Duik- en Demonteergroep en de Defensie Duikschool. De Kosovaarse generaal heeft als afscheid een diner aangeboden voor de hele groep. Ondanks de taalbarrière proberen de cursisten de laatste minuten samen hun instructeurs nog zoveel mogelijk uit te horen over het nieuwe vak. Apetrots zijn ze op hun prestatie. Wisselgeld De defensieattaché in Skopje, Macedonië heeft de opleiding aan geboden aan de Albanezen. Hij heeft ook Kosovo in zijn porte feuille en is voor beide landen geaccrediteerd om steun te verle nen. “De opleiding was in de eerste plaats bedoeld voor de Kosovaren”, vertelt diplomaat luitenant-kolonel Ton Koedam. Hij zag direct een kans om een ander samenwerkingsproject te com bineren met de Kosovaarse behoefte. In de Albanese marineha
ven Pashaliman is enkele jaren terug met Europese steun een duikcentrum geopend. “Wij konden dit gebruiken als wisselgeld voor de Albanezen. We laten de Kosovaren hier trainen en geven meteen de opleiding aan de Albanese marine.” Albanië en Kosovo zijn nauw verwant aan elkaar, maar omdat Albanië haar pijlen volledig gericht heeft op het EU-lidmaatschap en nog maar nau welijks een jaar lid is van de NAVO, staat bilaterale samenwer king met Kosovo niet heel hoog op de Albanese agenda. Zeker omdat de stabiliteit in Kosovo niet groot is en nog midden in de nasleep van de oorlog zit. Haar onafhankelijkheid is nog steeds betwist door Servië en niet erkend door enkele andere buurlan den. “Meer samenwerking tussen de landen is belangrijk om zo snel mogelijk rust te krijgen op de Balkan”, legt adjudant Karel Rademaker, assistent defensieattaché, uit. Genoeg tijd Rademaker heeft een zestien uur durende rit door de bergen ach
Om zich verstaanbaar te maken moest er ook een tolk meeduiken. Voor de instructeurs was dit een extra uitdaging in het lesprogramma. (Foto: Karel Rademaker)
12
Eerste contact met zeewater Over oude granaten opruimen die rijkelijk verspreid liggen voor de Albanese kust, of het bergen van een oude mijnenveger vlak voor een van de steigers, hoeven de nieuwe duikers dus nog niet na te denken. “We hebben van tevoren aangegeven dat iedereen tenminste moet kunnen zwemmen,” vertelt korporaal TDW Andries van den Oever, “maar er zaten er een paar tussen die niet eens watervrij zijn. Een aantal jongens die zeiden duikervaring te hebben, bleken nog slechter dan de beginners.” Het eerste con tact met zeewater bleek voor een aantal zo schokkend dat zij niet verder konden in de opleiding. “Een van de cursisten raakte in paniek toen hij een slok zeewater binnen kreeg”, aldus Van Dijk. Andere jongens soldaten bleken toch medische beperkingen te hebben en vielen uit omdat ze niet konden klaren en last kregen van hun oren. Ook hier klaagden de duikinstructeurs over een te korte voorbereidingstijd. “De Kosovaren zijn direct uit de bergen gekomen en na die lange rit het water ingegaan”, vertelt bootsman Maarten Splinter verder. “Misschien is het toch beter om in de toekomst iets meer tijd te nemen om te acclimatiseren. Dan had den ze kans gehad om toch in de opleiding te blijven.”
In hun beleving trainden ze met een elitecorps, wat hun gevoel van eigenwaarde enorm vergroot heeft
13
▼
ter de rug in een klein konvooi van voertuigen van de Kosovaarse Security Force (KSF). Deze paramilitaire organisatie is gefor meerd na de onafhankelijkheidsverklaring in 2008. Hun belang rijkste taken liggen in de civiel-militaire bijstand zoals Searchand-Rescue en explosievenruiming. Enkele mannen van hun Search-and-Rescue-eenheid zijn naar Pashaliman gestuurd om de duikopleiding te volgen. Omdat de tunnel van een nieuwe snel wegverbinding tussen de landen nog niet af is, reed het konvooi over de oude bergpas waarbij de gemiddelde snelheid niet boven de 30 kilometer per uur kwam. “Dat gaf genoeg tijd om het ijs te breken”, vertelt Rademaker. “In het begin was ik nog ‘de attaché’, maar enkele uren later werd dat ‘Karel’.” De tocht van de marineduikers duurde zelfs nog langer vanwege belemmerd vliegverkeer, waardoor de groep eerst met een busje naar München is gereden. “Het gaf ons de gelegenheid om eens over de opzet van de opleiding te praten”, vertelt kwartiermeester Dick de Jong. “We hebben elkaar eigenlijk pas een week voor vertrek ontmoet, dus de voorbereiding was erg krap.” De groep duikers zijn allemaal gebrevetteerd NOB-instructeur, een Nederlands sportduikcertificaat dat ook internationaal erkend is. De opleiding die de duikers verzorgden, is een eerste trainings module naar een militair duikbrevet, maar heeft weinig te maken met de eigen marineduikopleiding. Deze opleiding voor de Kosovaren en Albanezen omvatte vooral de gecertificeerde basis sportduikcursus. “En omdat het certificaat internationaal erkend is, kunnen ze hiermee wel verder”, legt luitenant-ter-zee 2OC Anton van Dijk uit. “Als ze straks weer gaan samenwerken met de Italianen, eigenlijk hun belangrijkste partner, dan hoeven ze niet helemaal opnieuw te beginnen, maar kunnen ze vanaf dit niveau verder.”
Bootsman Van de Velde ziet toe hoe de duikers zich gereed maken voor de eindoefening.
Ervaren duikers De cursisten merkten overigens helemaal niets van de vertwijfe lingen van hun instructeurs. Ze waren razend enthousiast en voor hen ging er een hele nieuwe wereld open. In hun beleving trainden ze met een elitecorps, wat hun gevoel van eigenwaarde enorm vergroot heeft. Ermal Nazaj is gewoonlijk monteur aan boord van een van de patrouilleschepen van de Albanese tweede vloot, maar mocht de opleiding ook volgen. “Ik heb al eerder bij de Italianen gedoken. Het meeste wist ik wel en ik liep wat voor op de rest.” De instructeurs hadden het idee om de ervaren dui kers te laten helpen bij de instructie. “Iedereen kijkt zo op tegen de Nederlanders dat ze eigenlijk niets meer willen aannemen van een landgenoot”, constateert Nazaj lichtelijk verbouwereerd. “De kennis van de formules, duiktabellen en duikziektes is voor mij helemaal nieuw.” Soldaat Faruk Miftaraj dient een jaar bij de KSF en moest erg wennen aan de Nederlandse werkwijze. “Het is wel een zware opleiding. Het gaat er allemaal behoorlijk militair aan toe. Dat was wel even wennen, maar het is ook heel leerzaam.” Op de oever was weinig te merken van dat militaire karakter, maar de instructeurs gaven toe dat hun cursisten hier en daar wel even een zetje nodig hadden. Bootsman Auke van de Velde: “Een echte militaire training zijn ze niet gewend. Dus de eerste dagen klaagden ze over allerlei dingen.” De dag vertraging wilden de instructeurs inhalen in het weekend en dat stuitte op de nodige weerzin. “Dan moet je ze er wel even op wijzen dat ze militair zijn, en dat het evengoed ook ons weekend is.” De motivatie die er bij iedereen was, maakte daaraan een hoop goed en op het moment dat iedereen gewend was aan de vriendelijke doch door tastende aanpak, aanvaardden de mannen met luid gezang hun opdrachten. Direct in zee Voor het examen hebben de duikers iets meer gedaan dan voor het 1-sters brevet gevraagd wordt. “Het was niet alleen visjes kij ken”, zegt Van de Velde. “We hebben de groep opgesplitst. De ene kreeg een dagdeel theorie, de andere ging flipperen.” De instruc teurs zijn direct met de mannen de zee ingegaan, iets wat ze normaalgesproken niet de voorkeur zouden geven. “Normaal begin je eerst rustig in een zwembad”, vervolgt Van der Velde de uitleg, “Je kunt dan in een veilige omgeving wennen aan ademen onder water. Nu flipper je een keer en het hele zicht is weg.”
Ondanks het opdwarrelende sediment meent hij toch dat de Albanese kust ideaal is. De zee is rustig, redelijk warm en kraak helder. Voor de eindopdracht moesten de mannen onder een oude gekapseisde Russische onderzeeboot zwemmen, tussen de schroeven van een half gezonken Italiaans werkschip door, via een lijn naar een boei. De haven biedt geen vrolijke aanblik, maar voor duikwerkzaamheden zit het vol uitdagingen. Uiteindelijk komen 18 van 26 deelnemers door de opleiding. Voor hun eigen leiding geven ze een demonstratie van het geleer de. Omdat er niet genoeg duikmateriaal is gaan vier cursisten daadwerkelijk onder water. De anderen flipperen aan de opper vlakte het spoor van luchtbellen achterna. Na een signaal onder water pakken de duikers een dubbele vlag van Kosovo en Albanië op en komen gebroederlijk samen op onder luid applaus van de wal en gezang van hun flipperende collega’s. Defensieattaché Koedam complimenteert de mannen met de prestatie maar wijst er op dat de klus nog niet geklaard is. Oefenen, aanschaf en zorg voor goede uitrusting moet hoog in het vaandel staan.
LTZ 2OC Anton van Dijk legt de toekomstige duikers uit wat ze te wachten staat. 14
Nadat de duikers hun certificaten hebben ontvangen nodigt de Albanese kapitein-ter-zee Artur Mecollari de Kosovaarse collega’s uit om in de toekomst gebruik te blijven maken van de faciliteiten van het ‘enige nationale duikcentrum in Albanië’. Deze uitnodi ging was voor Koedam het hoogst haalbare van dit initiatief. De bilaterale samenwerking tussen Nederland en Albanië en Nederland en Kosovo leidt door deze duikopleiding ook tot bilate rale samenwerking tussen Albanië en Kosovo. Na het diner volgt een emotioneel afscheid met de cursisten. De Nederlandse duikers keren naar huis met een deels onbevredigd gevoel, omdat ze de mannen zoveel meer zouden willen en kunnen bieden. De Albanezen en Kosovaren waren echter diep onder de indruk en Koedam kon de instructeurs gerust stellen: “Zij hebben niet eerder met zoveel professionaliteit en zo’n prettige samenwerking met een buitenlandse eenheid te maken gehad. Voor hen was dit de absolute top.” n
15
Wonen, werken en recreë De oplevering van zeventig gerenoveerde en volledig ingerichte tweepersoonskamers van de Mantelmeeuw is, vier jaar na het intern onderzoek Op Koers en als aanbeveling commissie Staal, een flinke mijlpaal voor het Facilitair Steunpunt Nieuwe Haven en eigenlijk heel defensie. Een legeringskamer waarin een combinatie van slapen, wonen, studeren en recreëren is samengebracht in een ruimte die smaakvol is ingericht en voldoet aan de wensen en eisen van deze tijd. Tekst: Barry Wijnandts/Foto’s: Wim Salis
Een ruime kamer met nieuwe sanitaire ruimte, vol doende opbergmogelijkheden en voorzien van koffie zetapparaat, waterkoker, koelkast, tv, draadloos inter net, wekkerradio en cd-speler, geschikt voor twee perso nen. “Andere krijgsmachtdelen volgen deze ontwikke lingen binnen het CZSK nauwlettend en zijn bijzonder gecharmeerd van het concept. Defensiebreed zal deze legeringskamer als standaard gaan dienen”, aldus kapi tein-luitenant-ter-zee Jaap van der Wal, hoofd stafbu reau infrastructuur. Voor het CZSK betekent de opening van de Mantelmeeuw een belangrijke mijlpaal voor de verbete ring van de leefomstandigheden en tegelijkertijd de start voor de renovatie van de overige gebouwen. In Den Helder wordt begonnen met de Sneeuwmeeuw, in Doorn en Rotterdam staan nieuwbouw en renovatie van de legering op het programma. De Plaatsvervagend Commandant Zeestrijdkrachten, generaal-majoor der mariniers Ton van Ede gaf de eerste sleutels in bruikleen aan de korporaals Peter van Drunen en Rudi Steunenbrink en de matrozen Mark Wanders en Christiaan Weehuizen. Een enorme sprong voorwaarts, reageren de korporaals die samen een kamer delen. “Ik heb slechtere hotelkamers gezien”, aldus Van Drunen. Ze zijn duidelijk zeer in hun sas met de enorme hoeveel heid bergruimte en de netheid van hun kamer. Een van de belangrijkste gedachtes achter de nieuwe kamers is ook dat netheid uitnodigt om net te houden. “Het is lich ter, de douche is geweldig en het geluid is zelfs anders”, recenseert Steunenbrink zijn nieuwe leefruimte. “Het plafond is verlaagd, waardoor het hierbinnen wat huise lijker klinkt en niet zo hol.” De eerste legeringskamers zijn eerder al opgeleverd in Amsterdam in 2008. Na de evaluatie van deze kamers is de renovatie van de Mantelmeeuw in Den Helder begonnen, een project met lange doorloop. “Het afstemmen van de renovatie op de inrichtingswensen van het CZSK hebben de nodige hoofdbrekens gekost”, aldus Van der Wal. Afstemming tussen de krijgsmachtdelen over de contracten met een nieuw bedrijf dat voor heel defensie de legering op de nieuwe norm moet brengen, heeft lang op zich moeten wachten. Toch zullen de komende jaren meer en meer militairen voorgoed afscheid mogen nemen van de kille kazernekamers. n 16
ëren in een nieuwe kamer De eerste bewoners krijgen tekst en uitleg van de ‘binnenhuisarchitect van het CZSK’ Roy Smit en hoofd infra, KLTZ De Leeuw.
Matroos Wanders opent voor de eerste keer de deur van zijn nieuwe kamer.
17
Niet alleen lijden, maar voornamelijk leren
De verkenner als superinfanterist Routes uitstippelen, een eenheid gidsen en de pelotonscommandant adviseren: de verkenner is een aanwinst voor elk bataljon. Maar de weg naar verkenner bleek voor veel mariniers te zwaar en uitval was groot. De opleiding is teruggebracht naar het fundament van het verkennerswerk en ontdaan van de special-forces elementen. Kaart- en kompasoefening behoren tot de basisvaardigheden van een marinier maar hoe langer na de Eerste Vakopleiding hoe meer kaart en kompas antiquiteiten uit een grijs verleden blijken te worden, concludeert Tekst: Maartje van der Maas/ Foto’s: Cees Baardman pelotonscommandant Brouwer.
Een bobbel naast een stam is gemakkelijk te identificeren als hoofd
Terwijl de cursist ongezien binnen vuurafstand probeert te komen, staan de spotters op de achtergrond te wachten op hun instructies.
18
Bij elk checkpunt moeten de verkenners in opleiding verbinding maken met het basiskamp.
“De marinier-verkenner wordt voor de troepen uitgestuurd om de omgeving in kaart te brengen of de meest geschikte route naar een bepaald doel te bepalen ”, vertelt eerste luitenant der mari niers Mark Brouwer, pelotonscommandant van het verkennings peloton in Doorn. “Tijdens hun opdrachten hebben zij niet altijd ondersteuning van het bataljon en soms liggen ze dagen met een verrekijker voor hun ogen naar een bepaald object te loeren. De verkenners moeten zichzelf dus goed weten te redden in hun eentje. Een nacht overleven zonder apparatuur, tent, slaapzak of hapklare voeding, hoort daar gewoon bij.” Brouwer is de Officier Belast met de Leiding (OBL) van de Marinier-Verkenneropleiding 2010 (MV-opleiding). Deze oplei ding wordt elk jaar gedraaid vanuit het Mariniers Opleidingscentrum in Rotterdam, maar dit jaar is gesleuteld aan de opzet ervan. “Er was steeds zoveel uitval, dat we de opleiding onder de loep hebben genomen. Zo hebben we de ‘special forces’lessen (SF-lessen) uit de opleiding gehaald en aan de volgorde van de verschillende onderdelen gewerkt. De grootste verandering is echter de selectie- en opwerkweek voordat we beginnen. Tijdens deze week beginnen we weer met alle basislessen kaart en kom pas en bouwen dit langzaam op. Ook aan de fysieke kant van het vak wordt aandacht besteed. Zo bepalen we nu eerst of degene die zich heeft opgegeven überhaupt wel opleidbaar is, voordat we er veel tijd, moeite en instructeurcapaciteit in gaan steken.” Niet opleidbaar Het uitzicht over de rivier Exe is prachtig. Toch hebben de twaalf cursisten meer oog voor de kaart die voor hun neus op de grond ligt dan voor de zeilboten die gracieus door het water glijden. “Jullie hebben tien minuten om te bepalen waar jullie nu zitten”, roept instructeur sergeant der mariniers Joris. “Daarna kom ik met de volgende opdracht.” De mariniers richten hun kompas, oriënteren hun kaart en gaan op zoek naar markante punten in de omgeving. Brouwer bekijkt het schouwspel. “Tijdens de selectieen opwerkweek hebben we de potentiële deelnemers zwaar afge test op hun kaart- en kompasvaardigheden. Elke marinier heeft in zijn eerste opleiding geleerd hoe koersen te schieten en hoe de kaart te lezen. Het is jammer genoeg een gegeven dat deze kennis wegzakt als het niet meer gebruikt wordt. In totaal hebben we vijftien tests afgenomen, waarvan de laatste vier golden als exa men. Er waren kandidaten bij die geen enkele van de tests wisten te halen. Dan kunnen we dus niet anders concluderen dan dat die mannen binnen de gestelde tijd niet opleidbaar zijn.” Joris valt hem bij. “Kaart- en kompasoefening behoren tot de basisvaardig
heden van een marinier. Die moeten ze dus bijhouden. Zodra de mariniers klaar zijn met hun opleiding in Rotterdam, gaan ze naar Doorn en worden ze opgeslokt door de waan van de dag. Een kaart en een kompas worden antiquiteiten uit een grijs verleden en de kennis zakt weg.” Brouwer vervolgt. “Dat geldt overigens ook voor de fysieke gesteldheid van de mariniers. De kandidaten moesten tien kilometer hardlopen in 45 minuten om te mogen beginnen aan de MV-opleiding. Er waren er genoeg die dat niet haalden en die zijn dus weer naar huis gestuurd.” Moeras met gele bloemetjes In totaal hebben 61 gegadigden zich opgegeven voor de opleiding. Na de selectieweek konden er 31 beginnen en een residu van 24 mariniers stapte op de boot naar Engeland. Terwijl de helft van deze cursisten met hun neus in de kaart boven op de berg staat te bepalen wat hun exacte positie is, kruipen de twaalf overigen onder aan de berg met hun neus door de stinkende moerasgrond. Sniperinstructeur sergeant der mariniers Roel Huijbers zit ver dekt opgesteld in een hoger gelegen observatiepost. Samen met zijn collega scherpschutter korporaal der mariniers Dewey Klaessen speuren zij met professionele kijkers het uitgestrekte terrein voor zich af. Roel legt uit. “De mannen worden ongeveer twee kilometer verderop gedropt met een kaart. Het is de bedoe ling dat zij ongezien tot 400 meter van onze observatiepost nade ren en ons dan onder vuur nemen.” Een blik op de lap grond voor de instructeurs, maakt duidelijk dat dat geen gemakkelijke opdracht is. Een grote vlakte met hier en daar een boom, wat plas sen water en af en toe een pad. De brede stukken struiken met
19
Het noodonderkomen voor de nacht in het bos.
vrolijke, gele bloemetjes ogen uitnodigend om doorheen te slui pen, maar zijn in werkelijkheid de met gemene stekels uitgeruste gorshes-bosjes, die zo kenmerkend zijn voor de Moor. Hier tus sendoor lopen de zogenaamde marinier-spotters, die op aanwij zingen van de twee snipers over hun Motorola de sluipende cur sisten uit het veld plukken.
met zijn geweer voorop het pad op komt gekropen. Zijn doel is de muur van struiken tussen hem en de observatiepost van de instructeurs. Dan klinkt het blikkerig uit de Motorola van een van de spotters. “Ik heb er een gezien. Op het pad, net achter de bos jes. Haal die vent er maar uit.” Meints staat op en loopt naar de
Een bobbeltje naast de stam Het paard dat nietsvermoedend over de heide galoppeert, gaat bijna met de voorbenen de lucht in als de marinier Harro Meints
De marinier-verkenner is een superinfanterist, bruikbaar voor elke eenheid De kaart- en kompasoefeningen hebben de hoogste prioriteit tijdens de MV-opleiding.
20
truck. “Lastig terrein met al die prikkeldingen, drassige grond en blubber”, vertelt hij. “Wel een supermooie oefening.” Even later klinkt er vanuit het veld een fluitje, wat wil zeggen dat een van de cursisten denkt dat hij binnen de goede afstand is om de instruc teurs onder vuur te nemen. Helaas blijkt dit niet het geval te zijn en de marinier wordt ook uit de oefening gehaald. Tijdens de eva luatie van de oefening vat Huijbers de leermomenten samen. “Kijk goed op de kaart waar de open plekken zitten en vermijd die. Aan de hoogtelijnen kan je zien waar er een dipje in het terrein zit, maak daar gebruik van. Zorg ervoor dat er altijd iets tussen jullie en ons zit maar pas op met bomen. Een bobbeltje naast een stam identificeer je gemakkelijk als hoofd.” Superinfanterist De MV-opleiding duurt elf weken. Een deel van de geslaagde kan didaten zal daarna meteen doorstromen naar de MARSOFopleiding tot special forces operator. De overigen zullen worden ingelijfd bij het verkennerpeloton in Doorn. Brouwer vertelt: “Deze cursus legt een basis voor de specialistische opleidingen, daarom hebben we de SF-lessen er uitgehaald. We leggen de nadruk op het fundament, laat dat er maar eerst goed inzitten voordat we verder gaan uitbouwen naar de specialistische tak.” Maar ook als de mannen niet kiezen voor verdere scholing, wordt er een prima carrièrepad voor hen uitgerold. “De marinier-verken ner is eigenlijk een superinfanterist. Hij kan routes uitstippelen, een eenheid gidsen en de pelotonscommandant adviseren. Daarbij is hij gewend onder een hoger dreigingsniveau te werken, zijn fysieke en mentale weerbaarheid is getest en hij is een ster in kaart- en kompasoefeningen. Zo’n man is een aanwinst voor elk bataljon.” Niet lijden, maar leren Traag maar gestaag loopt het team van zes man de berg op. Hun rugzakken zitten volgestouwd met al het materiaal dat een verken ner op missie nodig heeft. De twee radio’s, munitie en de verrekij kers liggen voor de hand maar het kippengaas, de jutezakken en zagen en bijlen zijn voorwerpen die je niet meteen in de crusader
bedenkt. Er staat hen een lange nacht door de Moors te wachten, waarbij ze op zes verschillende punten radiocontact moeten maken voordat ze weer verder mogen. Sergeant Joris en korporaal Chris begeleiden de groep. “Plot die punten in de kaart en bedenk dan een verstandige route. Gebruik de rivier niet als leidraad, want die heeft zich diep in het landschap ingesleten en de wanden eromheen zijn steil. Die wil je echt niet met die loodzware rugzak opklimmen.” Met een grasspriet toont de leider op de kaart de route aan zijn teamgenoten. Joris en Chris kijken over zijn schou der mee en sturen hem waar nodig bij. “De tocht door dit drassige en heuvelachtige moerasland wordt al zwaar genoeg, we laten ze niet in de val lopen. Al is er niets mis met een beetje fysiek lijden, ze zijn hier in de eerste plaats om te leren.” Strippen in het bos “Leg je jas links voor je. Haal je survivalkit uit je rugzak en leg deze op je jas.” Sommigen zeiknat en de meesten bedekt onder de mod der komen na een lange nacht uit het bos gestrompeld. Daar staan de hoofdinstructeur sergeant-majoor Mark Veraart en instructeur sergeant Renee Zitter ze op te wachten. De gehoopte truck is ner gens te bekennen en langzaam begint het tot de mannen door te dringen dat ze nog niet terug gaan naar het kamp. “We gaan ze nu strippen van alles wat comfort geeft en ze blijven nog een nachtje langer in het bos”, aldus Zitter. “Goed voor de mentale training.” De cursisten gaan druk aan de slag om een noodonderkomen te bouwen, waterdicht, winddicht en met een vuurplaats om te koken en het warm te houden. Marinier Cas van Bakel: “Dit was wel even een knakmoment. Ik had echt niet verwacht dat we gingen overle ven. Ik heb sinds gisterochtend niets meer gegeten.” Met af en toe een hinkend been, lopen de mariniers de volgende dag over de glooiende heuvels van de Moors. Het eerste groepje van zes juicht als de daken van het basiskamp in het zicht komen. Marinier Dirk Rommens zucht. “Ik heb pijn in mijn hele kadaver en deze opleiding gaat me niet in mijn koude kleren zitten. Maar, zelfs als ik de eindstreep niet haal, heb ik in ieder geval wel een hoop geleerd.” n
21
Trouw aan de Koningin Met de woorden ‘Ik zweer trouw aan de Koningin, gehoorzaamheid aan de wetten en onderwerping aan de Krijgstucht’, traden 55 officieren toe tot het officierskorps van de Koninklijke Marine. De beëdiging vond plaats bij het Koninklijk Instituut voor de Marine en is het sluitstuk van hun opleiding aan de Nederlandse Defensie Academie. “De mensen waaraan u straks leiding gaat geven, vormen nog steeds ons grootste goed”, sprak viceadmiraal Borsboom de jonge lichting officieren toe. “In tijden dat het erom spant, maken zij het verschil. Als officier moet u beseffen dat uw personeel uiteindelijk bepalend is voor de uitkomst van uw belangrijke en soms zware werk als officier.” Met de beëdiging in Den Helder is de marine achttien officieren van de zeedienst, negen mariniers, acht officieren technische dienst, drie elektrotechnische dienst, zeven officieren van het korps administratie, vier van de speciale diensten, drie artsen en twee tandartsen rijker. Foto: Ruud Mol (AVDD)
22 22
23
“Ja maar, iedereen doet het toch?”
De verdiepingscursus milita “Als gedrag wordt vergoelijkt omdat iedereen het doet, kan dat leiden tot normvervaging. In Afghanistan worden vaak genoeg oneerbiedige termen gebruikt wanneer er over de Taliban wordt gesproken. We zien de ander niet altijd als gelijkwaardig medemens, dus waarom zouden we ons menselijk tegenover hem gedragen?” Het kunnen herkennen van het moment dat waarden overtreden of geschonden dreigen te worden, is cruciaal voor de morele competentie. Juist met deze competentie gaan de cursisten van de Verdiepingscursus Militaire Ethiek aan de slag. Tekst: Maartje van der Maas/ Foto’s: Archief
De incidenten in de Abu Ghraib-gevangenis zijn schokkende voorbeelden van normvervaging.
Een groep mensen zit op het terras van het evenementencentrum van Paresto in Soesterberg. Jong en oud door elkaar en dankzij de zomerse burgerkleding onherkenbaar als officier of onderofficier werkzaam bij de marine, luchtmacht, marechaussee of landmacht. De Verdiepingscursus Militaire Ethiek (VME) is een paarse cursus, maar wordt voor het eerst gegeven door twee instructeurs van het CZSK in plaats van door de burgermedewerkers van de Sectie Ethiek van de Nederlands Defensie Academie (NLDA). Luitenantter-zee 2OC Johan Ringma en kapitein der mariniers Willem de Lange zijn beide verbonden aan de School voor Maritieme Vorming, Bedrijfsvoering en Onderwijskunde (SMVBO), waar ze onder andere lesgeven aan de Leergang Militaire Vorming (LMV). Hiernaast maken ze ook deel uit van een paarse pool van trainers die de cursus over ethiek kunnen geven. Voor deze cursus worden ze drie keer drie dagen uitgeleend om de deelnemers te begeleiden.
Leren en levend leren “In de LMV wordt aandacht besteed aan ethiek, maar wat ons betreft moest er nog meer licht op dit onderwerp geworpen wor den. Het is tenslotte een thema dat ons allemaal aangaat”, opent Ringma zijn verhaal. “Wij hebben dit aangekaart op de SMVBO en werden door onze chef gewezen op de Verdiepingscursus Militaire Ethiek, die toen net begonnen was op initiatief van de Sectie Ethiek van de faculteit gedragswetenschappen en filosofie van het NLDA.” Zijn collega De Lange gaat verder. “Deze sectie was hiermee begonnen om mensen die les in ethiek moesten geven wat beter uit te rusten met tips en ervaring. Wij zaten ook in dat schuitje en zijn er eigenlijk steeds dieper ingerold.” Drie jaar later staan beide heren als trainer voor de klas. Ze begeleiden de deelnemers, doen interventies in het groepsproces en maken, indien nodig, de vertaalslag van de academische inhoud naar de militaire praktijk. “Het werk op de SMVBO gaat ook gewoon door”, aldus Ringma. “Dus af en toe moeten we daar een stapje harder lopen om dit te kunnen doen. We doen dat met veel ple zier, want van deze cursus leren we zelf ook heel veel.” En leren dat is waar het om draait bij het ontwikkelen van de morele competentie. Essentieel voor het uitbouwen van deze vaardigheid is de mogelijkheid om theorie, het eigen handelen in de groep en in de dagelijkse praktijk en de reflectie op dit alles, met elkaar te verbinden. De Lange legt uit: “Het gaat erom dat je leert denken voordat je wat gaat doen. Als je het vervolgens gedaan hebt, moet je jezelf recht in de spiegel kunnen aankijken en aan jezelf en anderen kunnen verantwoorden waarom je het gedaan hebt. Dat is de basis van de morele competentie.”
Het tijdperk van uitvoeren, mars ligt achter ons. We stellen ons steeds meer vragen
Niet meteen commentaar leveren Tijdens de cursus wisselen praktijk en theorie met elkaar af. 24
ire ethiek
Schieten, of niet? De werknemer kan tegen gewetenskwesties aanlopen.
Het tijdperk van uitvoeren, mars ligt achter ons. We stellen ons steeds meer vragen Onderwerpen zoals ethiek en emoties, dilemmatraining, integri teit, macht, mensenrechten en normvervaging passeren de revue. Deugdethiek vormt echter de rode draad. Mensen leren zelf kri tisch na te denken over hun acties, de Socratische houding en het levend leren. “Je probeert je te verplaatsen in de situatie van de ander en schort je eigen oordeel op. Dus niet meteen vol tegen de argumenten van je leidinggevende ingaan, maar je bedenken waarom hij of zij hiermee komt”, verklaart Ringma. “Dat is de essentie van de Socratische houding en noodzakelijk om te onder zoeken welke waarden en normen, eigen denkbeelden en eventu ele vooroordelen er in de groep leven. Het is erg leerzaam om je eigen inzichten te toetsen aan de inzichten van anderen.” Dat dit op een ‘levende’ manier gebeurt, blijkt uit de verschillende prak tijkvoorbeelden die in de lessen besproken worden. De Lange vertelt: “We proberen de theorie duidelijk te maken aan de hand van ervaringen die de groepsleden hebben.” Weer op aan Kapitein Bjorn van der Linden van de luchtmacht en sergeantmajoor der mariniers Robert Driessen zijn deelnemers aan de verdiepingscursus. Beiden hebben een baan waarbij ze als instructeur ethiek in hun portefeuille hebben. Ze zijn erg te spre ken over de cursus. Van der Linden legt uit waarom: “Het zet je als het ware weer op ‘aan’. We bespreken zaken die we in het dagelijks leven tegenkomen en die we normaal vinden, maar die dat misschien helemaal niet zijn. We leren nu dingen wat dieper te bekijken.” Driessen is het met hem eens: “De morele compe tentie moet bij iedereen ontwikkelen, omdat het ook iedereen aangaat, van hoog tot laag. We leren hier wat meer begrip te kwe ken en de genomen besluiten vanuit een ander standpunt te bekijken.” De heren geven aan dat eigenlijk iedereen deze cursus
zou moeten volgen. “Wat voor baan je ook hebt, ethiek komt in elk vakgebied terug”, aldus de marinier. De paarse opzet door de ran gen heen, bevalt de mannen. “Het draagt juist bij aan het leerpro ces om je te verplaatsen in andermans leefwereld”, concludeert Van der Linden. “Hoe breder de mix, hoe meer je eruit kan halen.”
De Lange en Ringma begeleiden als eerste CZSK-trainers de VME.
“Defensie wordt steeds transparanter en het tijdperk van ‘uitvoeren, mars’ ligt echt achter ons. Werknemers stellen zich tegenwoordig veel meer vragen en lopen dus ook tegen gewetenskwesties aan”, concludeert De Lange. “Met veranderende omstandigheden waarin we tegenwoordig opereren, is het echt belangrijk om aandacht te besteden aan de morele competentie.” n
25
De functieopleidingen geven de techneut meer specialistische kennis over de specifieke systemen waar ze aan boord mee gaan werken.
De bezem gaat door de technische opleidingen
Korter en efficiënter Een diesel blijft een diesel, maar dat betekent niet dat de wereld van de techniek stil staat. De opleidingen voor de Technische Dienst en de Wapentechnische Dienst hebben de laatste jaren het stof eens afgeschud en bieden het personeel daarmee een frisse en eigentijdse scholing. Tekst: Barry Wijnandts/Foto’s: Wim Salis Marinekazerne Erfprins lijkt een oase in vergelijking met de Nieuwe Haven. De geur van het gemaaide gras, het uitzicht over de dijken, de verstildheid die uitgaat van de oude vestingwerken uit de dagen van Napoleon. Maar het kan nog ‘erger’ als je luite nant-ter-zee 1 Peter Vader, hoofd opleidingseenheid Technische Dienst, moet geloven. De gangen van gebouw Jurrjens stralen de stoffigheid uit van een schoolgebouw in de jaren vijftig. Brede lege gangen waarin het grijs domineert. “Dat was precies ons imagoprobleem”, zegt hij. “Maar dat zijn we nu aan het verbete ren.” Efficiencyslag Voor elk type schip en voor elk systeem is er een opleiding en dit maakte de KMTO tot een moloch van cursussen, met als gevolg een behoorlijke achterstand op de ontwikkeling van gevraagde opleidingen en een achterstand op het geven van opleidingen. De laatste jaren is daar flink met de bezem doorheen gegaan. Een matrix met getallen laat dit zien: het totale opleidingstraject voor een sergeant TDE op een LCF is verminderd van honderddertig naar zestig dagen, voor zijn collega aan boord van een LPD gaat het terug van tachtig naar vijftig dagen. Veel winst zit hem in het voorkomen van herhaling en het terugdringen van overkwalifice ring. Om te beginnen met de vakopleidingen.
Maatwerk Korporaals kregen tot dusver meer bagage dan ze voor hun eerst komende functies nodig hebben. Tegen de tijd dat er aanspraak op die capaciteiten werd gedaan, was hun kennis al weer inge haald door de tijd, zodat ze evengoed op een opfriscursus konden komen. Daarom is de nieuwe Voortgezette Vakopleiding (VVO) voor korporaals meer gericht op het werk dat een korporaal aan boord moet uitvoeren. Consequentie is dat er een tweede VVO moet komen voor sergeanten. Een ander gevolg is dat het onder wijs voor horizontale instromers, mensen die al een mbo-diploma in de techniek hebben, aangepast moet worden. Een ingangstoets zal bepalen welke competenties mensen al bezitten, waarna de school maatwerk kan leveren. “De oude VVO was ingericht voor erkenning op mbo 4 niveau. De nieuwe VVO is nauwkeurig afgestemd op de werkzaamheden aan boord met een civiele waardering Mechatronica 3”, aldus Vader. Functieopleidingen “Het idee is om de functie- en vakopleiding te combineren om de opleiding zo effectief mogelijk te maken en ervoor te zorgen dat de mensen goed voorbereid zijn voor hun werk aan boord.”, aldus de commandant van de KMTO, kapitein-luitenant-ter-zee Peter Knipping. Als het personeel de school heeft verlaten, kunnen ze
26
Leren van de praktijk met een zelfeducatieboek We hebben daarom een zelfeducatieboek gemaakt waarmee cursisten zelf aan de slag gaan aan boord van hun eigen schip. Het grootste voordeel is dat ze direct werkzaam zijn aan boord en de zelfstudie tijdens of naast hun eigenlijke werkzaamhe den kunnen verrichten. Het werkboek is gebaseerd op de platformhandboeken. Daarmee pakte de school meteen een volgend punt op. “De presentatie gaf alleen een plaatje van een installatie weer. De instructeur ging op eigen inzicht en ervaring de procedures uitleggen”, vertelt Hop verder. “Vandaar dat de werkwijzen steeds verder uiteen liepen.” Maar ook aan boord gebeurde precies hetzelfde. “We zagen dat elk schip zijn eigen A4-tjes voor de installaties had ontworpen voor bijvoorbeeld het opstarten. Doordat deze studiemethode ontwikkeld is op basis van de platformhandboeken, zorgen we weer dat dezelfde pro cedures worden gehanteerd op de hele scheepsklasse.” Ongeveer anderhalf jaar geleden begon de ontwikkeling van een zelfeducatieboek voor bediening en bewaking van instal laties. “Leerlingen in de klas zaten te kijken naar een power pointpresentatie terwijl de docent uitlegt wanneer je op welke knop moet drukken. Eenmaal aan boord moet je alles alsnog in de praktijk leren en begeleid worden, dus hier zat een enorme dubbeling in”, zegt luitenant-ter-zee 2OC Jan Aart Hop, hoofd opleidingseenheid voortstuwing. Maar hij legt ook een verband met de samenstelling van de vloot. De grote scheepsklasses zijn verdwenen. “We hebben nu van de meeste scheepsklassen zo weinig eenheden, dat het te duur is om voor elk type trai ningsmiddelen aan te schaffen.” gebruik maken van korte functieopleidingen om zich voor te bereiden op een andere functie. “Door deze nieuwe opzet en de introductie van nieuwe analysetools duren functieopleidingen na de VVO straks dagen in plaats van weken. Deze opleidingen geven de techneut meer specialistische kennis over de specifieke systemen waar ze aan boord mee gaan werken.” De samenvoeging met de VVO leverde een aanzienlijke tijdwinst op omdat de inhoud van veel cursussen overlap vertoonde. “Een diesel blijft een diesel. In de functieopleiding hoef je dus niet meer uit te leggen hoe een hoofdmotor werkt. De opleiding voor het bewakingsysteem van de hoofdmotoren van het LCF is daar
Volgens Hop waren de schepen aanvankelijk nog een beetje sceptisch. Nog meer ‘takenboekers’ om te begeleiden? “Dat is dus niet zo”, zegt Hop. “Dit is veel meer een combinatie van werkend leren.” De begeleiding is minimaal en de cursist hoeft niet hele systemen tot in detail uit te werken, zoals bij de Praktische Bedrijfs Introductie gevraagd wordt in het taken boek. “Door gewoon mee te draaien in de wacht, leer je de procedures voor bediening en bewaking van installaties.” De schepen worden hiermee zes weken zonder technisch perso neel bespaard en de TD’ers krijgen hun kwalificatie, terwijl hun dagelijkse werk er niet onder hoeft te lijden. een voorbeeld van. Deze opleiding Onderhoudsgever WECS duurt slechts drie dagen”, telt Knipping uit. Machinist wordt monteur Installaties aan boord van de nieuwe schepen worden steeds ver der geautomatiseerd zodat de scheepsbezetting kleiner kan. Daardoor is ook het werk van het onderhoudspersoneel veran derd. “De machinist van vroeger wordt meer een monteur”, zegt Vader. “Met een TD-bezetting van zeven personen aan boord van het patrouilleschip ontkom je daar niet aan. Met de nieuwe VVOmechatronica 3 komen wij aan die ontwikkeling tegemoet.
Een diesel blijft een diesel. Het generieke gedeelte van de opleiding hoeft dus niet meer terug te komen in de functieopleiding. 27
De muur tussen WD en TD is afgebroken. Vader (links) en Pols stemmen de opleidingen van de KMTO met elkaar af.
Mechatronica is ontstaan uit een samenvoeging van werktuig kunde, elektrotechniek en informatie- en communicatietechnolo gie. Er is om die reden maar één VVO TD die de basis legt voor werkzaamheden van zowel TDW als TDE.
Computer stuk, zoek het zelf maar uit Als het om C3I-systemen (command, control, communica tion and information) gaat, is de opleiding volledig opnieuw ingericht. “Een diesel is een diesel,” trekt onderwijsontwik kelaar sergeant-majoor WDE Jules Berkhof de parallel door naar zijn eigen dienstvak, “maar hetzelfde geldt eigenlijk ook voor een computer.” De ontwikkelingen op het gebied van computers gaan zo snel, dat een opleiding dit nooit per systeem kan bijhouden. Daarom was een andere opzet nodig. De basis ligt bij een module in de besturingssyste men Linux en Windows 2003. “Eerder werden mensen opgeleid om een storing te verhelpen aan een bepaald type computer. Nu gaan we een stapje terug en krijgen de WD’ers van het uitstroomprofiel ‘communicatiesystemen’ een hard waregenerieke opleiding.” Op de KMTO leren de schepelin gen niet meer alle eigenschappen van een bepaald systeem, maar leren ze hoe ze de kennis hierover zelf kunnen vinden. “In de klas moet de cursist dingen opzoeken. We geven een praktijksituatie mee. Als ze ergens tegenaan lopen, gaan we niet vertellen wat ze dan moeten doen. Nee, zoek het maar uit.” Het idee hierachter is dat ook aan boord van een schip de WD’er er vaak alleen voor staat en ter plekke een storing in een computer moet kunnen vinden en repareren. Omdat er tegenwoordig zoveel computers aan boord zijn, waar ook nog geregeld updates en patches voor uitkomen, is het niet te doen om hem van alle systemen de ins en outs bij te bren gen en bij te blijven. De C3I opleiding gaat dus niet meer om de kennis zelf, maar waar hij zijn kennis kan vinden en hoe hij deze moet toepassen. Een belangrijk deel van de opleiding wordt uitbesteed aan de Cisco Network Academy en het ROC. “De KMTO heeft onvoldoende capaciteit om de snelle veranderingen op het gebied van datacommunicatie bij te houden om in de oplei dingen onder te brengen”, aldus Berkhof. “Door het onder wijs uit te besteden worden de nieuwste ontwikkelingen verwerkt en mee genomen in de gecertificeerde Cisco, Windows en Linux opleidingen.”
Met de komst van de materieelsdiensten aan boord van de sche pen schuiven niet alleen de TDW en TDE naar elkaar op, zelfs de technische dienst en de wapentechnische dienst groeien naar elkaar toe. Daarom is het eerste deel van de vakopleiding voor beide dienstvakken ook samengevoegd. De eerste zestien weken van de nieuwe VVO volgen TD en WD hetzelfde onderwijs. Luitenant-ter-zee 1 Freek Pols is hoofd van de opleidingseenheid wapentechnische dienst. Hij verwijst naar de gouden regel ‘just in time, just enough’. “Tot nu toe zaten korporaals en sergeanten eigenlijk op hetzelfde kennisniveau. De sergeant heeft echter ken nis en ervaring van meerdere systemen. “De opleidingsafdeling WD is daar vanaf gestapt. Korporaals worden in de nieuwe VVO meer specifiek opgeleid voor hun functie met het juiste kennisni veau. In een toekomstige VVO voor sergeanten volgt de verbre ding. “De WD-er komt straks sneller en beter op zijn taak bere kend aan boord”, zegt Pols. Hij en Vader concluderen dat de betonnen muur tussen de beide dienstvakscholen op Erfprins is afgebroken. Samen maken ze zich sterk om de school efficiënter te maken. Minder in de schoolbanken, gerichter opgeleid en overlap in lesstof voorkomen. Daarmee blijken enorme winsten te halen bij de opleidingen van de KMTO. “Je kunt een matroos een dag laten rekenen op het effect van een filter, terwijl hij dat in zijn hele carrière misschien maar een keer doet,” zegt Pols, “We willen de mensen niet langer in de klas houden dan nodig.” n
De WD-opleiding is veel meer gericht op inzicht dan op kennis van specifieke computersystemen, zodat een monteur straks in elk computersysteem een storing moet kunnen vinden. 28
Overste Van Maurik test concept op basisschool
Schoolklas als expeditionaire staf In een rivierengebied ter grootte van de provincie Utrecht zijn 700.000 mensen getroffen door een aardbeving en een doorgebroken dam. De marine wordt ingezet om hulp te verlenen. Maar de staf bestaat niet uit kolonels en commandeurs, maar uit kinderen van groep 7 van de basisschool Sint Jan in Waarland. Tekstbewerking: Barry Wijnandts/Foto’s: Peter van Maurik De basisschoolkinderen werden in gedachten mee genomen aan boord van marineschepen die de opdracht kregen om in het oefenland Ulabatu de hulpverlening op te zetten na een grote aardbeving. Onder leiding van hun juf Esther Raatgens en spel leider kapitein-luitenantter-zee Peter van Maurik lieten zij hun nieuwsgierigheid en creativiteit de vrije loop gaan. De kinderen lieten zich van hun beste kant zien en kwamen met tientallen vragen en oplossingen. Zo leerden ze meer over de marine en over de wereld. Het eindresultaat was verrassend en heeft interessante gedachten opgeleverd die de marine kunnen inspireren voor de toekomst. Een schijnbaar onmogelijke gedachte “Een groep kinderen heeft de heerlijke eigenschap dat in hun hoofden eigenlijk niets onmogelijk is”, aldus Van Maurik over het waarom achter dit experiment. Zijn idee was een challenge-sessie te organiseren om nieuwe ideeën te ontdekken. Challenge-sessies worden al gebruikt binnen de wereld van innovatie en onderzoek, maar daarbij zijn de deelnemers specialist op een bepaald gebied. “Nu weten specialisten heel veel, maar niet wat ze niet weten”, zegt Van Maurik. “Een schijnbaar onmogelijke gedachte kan na enig doordenken soms een heel verfrissend uitgangspunt heb ben. Daarvoor moet je een groep loslaten, maar ook prikkelen. Kinderen dwingen bijna automatisch tot zo’n strategie.” De kinderen kwamen uiteindelijk met hele creatieve oplossingen, precies zoals de overste had gehoopt. In het scenario was een stad van 350.000 inwoners grotendeels zonder voedsel, infrastructuur en energie komen te zitten. “Nu kun je proberen de energiecen trale en een ziekenhuis te herstellen of de voedselvoorziening centraal te regelen”, ging Van Maurik van de traditionele strategie uit. De drie beschikbare schepen konden slechts driehonderd marinemensen aan wal zetten. “Als je eerst de mensen helpt die
licht zijn getroffen, kun je hen weer gebruiken om andere men sen te helpen”, bedacht de schoolklas. De strategie is dus niet bij de ernstigste problemen te beginnen, maar daar waar je het snelst resultaat kunt boeken. “Toen ik na afloop van zo’n sessie op weg naar huis daar over nadacht, zag ik plotseling de enorme tijdwinst die te halen was. En voor een relatief lage prijs”, vertaalt de beleidsadviseur het terug naar het hogere niveau. Vertienvoudigen Door het op deze manier te doen kun je in de dagen erna de hulp verlening telkens versnellen. Door per 150 mensen de basisvoor zieningen aan tenten, dekens, kleine windmolens, zonnepanelen, waterpompen en water- en voedselopslag te regelen, neem je de directe zorg voor de naaste familie weg en speel je minimaal 25 lokale krachten vrij. Zo’n basispakket past in een kleine container. “In het spel gingen we ervan uit dat de drie schepen er zo’n hon derd van konden meenemen. Hr.Ms. Rotterdam natuurlijk iets meer dan Hr.Ms. Holland.” Daarmee kon de klas de eerste 15.000 mensen helpen, 2500 extra mensen inzetten en zo de hulpcapaciteit in een à twee dagen ver tienvoudigen, bereken de Van Maurik. “Op een bepaalde manier doe je de historische ontwikke ling van een stedelijk gebied eigenlijk na.” Uiteraard zitten er nog allerlei dingen aan die verder onderzoek en uitwerking vereisen. De strategie van humanitaire hulpverlening wordt met de ‘Sint Jan container’ niet ineens herzien. “Ik wilde een challenge-sessie proberen en kijken wat het oplevert, zonder dat een formele organisatie direct begon te vragen wat het zou kosten en hoe we dat zouden besturen. Die vragen zijn uiteindelijk wel belangrijk maar niet als je nieuwe ideeën wilt ontdekken. En dat is een wijze les voor het uitvoeren van dit soort challenge-sessies in de toekomst.” n 29
Defensie gecoverd in tien reportages
Aan boord van onderzeeboot Dolfijn: “Ik zie iemand naar een beetje ruis luisteren en op zijn horloge kijken en binnen een paar seconden vertelt hij me wat voor schip waar zit.”
Journalist en fotograaf Sander Koenen trok voor bladen als Kijk en Quest diverse keren op met de krijgsmacht. Aangevuld met nieuwe reportages vormen deze de basis voor zijn boek ‘48 uur, meetrainen met de krijgsmacht’. Als een buitenstaander nog eens vraagt: “Wat doen jullie nu eigenlijk de hele dag?”, dan Tekst: Barry Wijnandts geeft dit boek het antwoord. Hoe is het idee voor dit boek ontstaan? “Ik kende defensie vanuit een paar reportages voor Kijk. Ik kreeg daarmee het plan om de hele krijgsmacht eens onder de loep te nemen en heb dat overlegd met voorlichting in Den Haag. Zij boden mij een hele lijst met oefeningen en trainingen aan, en ik had maar te kiezen. In dit concept kijk ik vooral naar het technische aspect van de krijgsmacht. Ik wilde de lezer laten zien hoe de krijgsmacht werkt en niet zozeer schrijven over nut en noodzaak van operaties. Er zijn al genoeg andere journalisten voor mij in Afghanistan geweest en ik wilde eens een andere invalshoek. Ik heb er verder voor gekozen om de breedte in te gaan en niet de diepte. Ik volg dus niet één infanterie-eenheid tijdens een oefening, maar kijk even bij alle eenheden.” Hoe heb je de defensieorganisatie leren kennen door dit project? “Voor een klein land bestaat defensie uit heel veel zeer gespecia liseerde groepen. Ik kan me voorstellen dat dat behoorlijk kost baar is. Een commandant zei tegen me dat zijn bemanning terug praat. Ik merkte inderdaad dat teams heel assertief zijn en dat Nederlandse militairen niet alleen maar orders opvolgen. Als je een zinnige opmerking hebt, maak hem dan ook. Dat zag ik vooral bij de marine, bij de onderzeedienst in het bijzonder. Er is natuurlijk een hiërarchie, maar het viel vooral op dat alles in goed overleg gebeurt, door alle rangen heen.” Wat merkte je van de cultuurverschillen? “Iedereen zit heel erg in zijn eigen wereldje en voor mij was het leuk om daar juist overheen te kunnen kijken. Ik vond de mor tiergroep van de Luchtmobiele Brigade bijvoorbeeld echte rouw 30
Koenen, S., 48 uur. Meetrainen met de krijgsmacht, (’s Graveland 2010). ISBN 978 90 5956 314 8. www.48uur.nl
Sander Koenen na haho sprong. Een van de spectaculaire verhalen: Koenen springt mee met de commando’s vanaf acht kilometer.
douwers, terwijl de bemanning van de onderzeeboot juist heel beheerst en heel precies is. Ik zie iemand naar een beetje ruis luisteren en op zijn horloge kijken en binnen een paar seconden vertelt hij me wat voor schip waar zit. Bij de vloot in de West merkte ik dat mensen daar met erg veel plezier hun werk doen. Alle randvoorwaarden voor prettig werken zijn er en dat vond ik terug in de sfeer die er bij de bemanning heerste. Heel professioneel, maar ook heel relaxed. Bij de mariniers zag ik veel eigen cultuurtjes. De Vikingbestuurders zijn anders dan de logistiekelingen of de instructeurs. Toch had ik het idee dat zij minder versnipperd zijn dan de Genie. Mariniers kunnen eigenlijk alles, terwijl de genisten heel erge specialisten zijn.” Hoe reageerden mensen als je vertelde dat je eerder bij een andere eenheid was geweest? “Iedereen vond er wel iets van, positief of negatief. Maar wat ik vooral merkte, was dat iedereen ook nieuwsgierig was en zelf eens ergens anders had willen kijken. Uiteraard was hun werk en eenheid het belangrijkste onderdeel, maar ze vonden het ook wel erg leuk voor mij dat ik de gelegenheid had om overal te kijken. Aan de andere kant merk je dat het ‘paarse’ werken op de werk vloer in het bloed zit, terwijl dat hoger in de organisatie vaak gevoeliger ligt. Als de jongens bij elkaar in het veld zitten, dan is de sfeer altijd wel goed. Maar op het moment dat het over budget ten of materieel gaat, ontstaat frictie.” Heb je nu een beter beeld over de taken van defensie gekregen? “Voor de Kijk- en Questreportages had ik nog niets met defensie gedaan, dus ik had echt geen idee. Bij onderzeeboten heeft ieder een direct een plaatje. Maar van bijvoorbeeld onze taken in de Caraïben wist ik helemaal niets. Ik wilde ook een onderwerp met de vloot doen en eerlijk is eerlijk, Curaçao sprak me wel aan. Wat ik daar zag, was echter een complete verrassing. Ik denk dat velen met mij geen besef hebben dat we overzeese gebieden hebben en dat daar bepaalde consequenties aan vast zitten, zoals zorg dragen voor de verdediging daar. Als er eens drugs worden gevonden, haalt dat een kort berichtje in de media en lijkt dat een incident. Ik ben nu in staat geweest om het verhaal wat daarachter zit eens te belichten. Van het Korps Mariniers wist ik eigenlijk ook niets. Ik heb wel respect gekregen voor die mannen. Een paar dingen heb ik gepro beerd, maar als ik alles moest doen en me ook nog te voet van de ene oefening naar de andere moest begeven met slechts een paar uurtjes slaap in het veld, dan lag ik er snel uit. Dit was al zwaar, laat staan in een echte situatie als Afghanistan. Wat ik bij de mari niers nooit beseft heb, is dat zij op die extreme plekken zitten. Dat hele verhaal van de koudweertraining was mij niet bekend.” Hoe kijk je terug op de samenwerking? “Ik heb de mensen leren kennen als heel professioneel en trots. Iedereen kon heel goed uitleggen wat hij aan het doen was en bijvoorbeeld de mariniers vond ik opvallend open. Men was ook
niet te beroerd om dingen voor mij te organiseren. Tijdens de koudweertraining kreeg ik de Vikings een uur tot mijn beschik king. Dat leverde dan ook de mooiste foto’s op in het boek. Maar ook in de West werd bij gebrek aan een echte drugsboot om aan te houden, alles uit de kast getrokken om me te laten zien wat het werk daar inhoudt. Of ik nu met een chauffeur sprak, met een commandeur of met een marinier in het veld: iedereen was trots op zijn werk en deed dit vol overgave.” Mocht je alles zien en opschrijven? “Voorlichting en ik hebben in deze een gemeenschappelijk doel: uitleggen hoe de krijgsmacht werkt. Daarom kon ik vaak heel zelfstandig op pad. Enkele dingen, zoals de dieptemeter op de onderzeeboot en de details van arrestatietechnieken van de mare chaussee kon ik niet in beeld brengen. Het boek is een visite kaartje voor defensie geworden, maar ik ben wel helemaal onaf hankelijk geweest bij de productie. Hooguit heb ik op advies van de voorlichters wat dubbelzinnige formuleringen of verkeerd vak taalgebruik verbeterd. Ik hoop in de toekomst meer van de krijgsmacht te zien. Het zou goed zijn meer militairen in de straat te zien, zodat het publiek meer inzicht krijgt in wat defensie eigenlijk allemaal doet. Zoals de mijnenjagers en de Explosieven Opruimingsdienst of Search and Rescue helikopters. Die combineren expertise en oefening met het maatschappelijk belang. Dat zijn toch de mooiste klussen.” n
Koudweertraining mariniers in Noorwegen: de samenwerking met de mariniers tijdens een koudweertraining heeft veel indruk gemaakt op Koenen. 31
Sportkalender juli-augustus 2010 30 juni-1 juli 27 augustus 1 september
NMK NMK OPEN
Miltaire Vijfkamp Wielrennen Beachvolleybal 4:4
RvS Oirschot Vlasakkers Amersfoort Scheveningse Strand
NMK/OMK inschrijven via intranet: inschrijvensport.intranet.mindef.nl PE inschrijven rechtstreeks bij de organisatie
Uitslagen NMK Zwemmen Heren 50 meter rugslag: 1. Jeroen Houtkooper 50 meter vrije slag: 1. SGTWDS Paul van Vegchelen 50 meter vlinderslag: 1. SGTWDS Paul van Vegchelen 100 meter rugslag: 2. Jeroen Houtkooper, 3.SGT Patrick Jansen. 50 meter schoolslag: 2. SGTWDS Paul van Vegchelen. 100 meter vrije slag: 3. Jeroen Houtkooper Dames 100 meter vrije slag: 2. SGTLDA Patricia Ladru 50 meter vrije slag: 2. SGTLDA Patricia Ladru 200 meter vrije slag: 1. SGTLDA Patricia Ladru
MT Erfprinsloop 5KM Heren Open Klasse: 1. K de Beurs; 2. MATR Treurniet; 3. MATR Van den Esschert. Heren Veteranen 1: 1. D. Adriaansen; 2. SGT F Blommers; 3. SGTWDS R. van Zwol. Heren Veteranen 2: 1. LTZ2 F. Flisijn; 2. J. van der Mee; 3. LTZE2OC J.P. van Donkelaar. Dames: 1. S. Varenbrink; 2. W. Chan; 3. A. Greeve-Geusenbroek. MT Erfprinsloop 10 KM Heren Open Klasse: 1. LTZE2OC A.M. Homborg; 2. SGTLDA E Kooren, 3. H.M. Mol. Heren Veteranen 1: 1. KPLTDW EJ van Dasselaar, Doorn/CSS; 2. E. Wisse; 3. D Hajos. Heren Veteranen 2: 1 LTZE2OC H.H. Mijnals; 2. AOO E. Leibbrand; 3. D. Heemskerk. Dames: 1. LTZ2OC H.R. Seeger; 2. MATR S.C. van de Langenberg; 3. SGTODVB Roozendaal EMMV.
NMK triathlon Olympische afstand (1/4) Heren Senioren: 1. LTZ2 H. Elbertsen, KIM; 2. SGT1 B. Borreman, LO/SPORT, CLAS; 3. LTZ1 H.M. Rijn, DS/DOBBP/B BS. Sprint (1/8) Dames: 1. SLD1 Gosens, 30 NATRESBAT, CLAS; 2 LTZ2 B. Koster, FT&S, CZSK.
OMK speedmars 1. KMA 1; 2. KIM / mariniers; 3. 17 PAINFBAT, CLAS.
Website FT&S
Stompen in de speedmars
Voor informatie over sport, informatie over sportkampioenschap pen, sportbeleid of de Defensie Conditie Proef kunt u terecht op de nieuwe intranetsite van staf Fysieke Training & Sport, te vinden via: Portaal > KM > Service > Sport.
Het jaarlijkse kampioenschap speedmarsen is op 11 juni op de KMA in Breda gehouden. Zestien herenteams en vier damesteams ver schenen aan de startlijn. De deelnemers van het Korps Adelborsten waren goed uitgerust. Rond de middag mochten zij het opnemen tegen het team van de KMA. Snel werd duidelijk dat de adelborsten de snelste rondetijd van het evenement hadden gepakt en vasthiel den. Vijf lange kilometers hielden zij vol en finishten onder luid gejuich als snelste team met een tijd van 23.44 minuten. Zij hadden hiermee het KMA-team verslagen met hun tijd van 23.52 minuten. Het team mocht echter maar kort genieten van deze victorie. Een jurylid had een zweefmoment in de ‘gewone pas’ geconstateerd bij één van de teamleden tijdens de wissel van de MAG op een traject van het parcours waar de looppas verboden is. Hierdoor kwamen er vijftien strafseconden en daarmee kregen zij de tweede plaats.
Vijfkampers gezocht De marine vijfkamp (Naval Pentathlon) is op zoek naar allround atleten, man - vrouw. De marine vijfkamp bestaat uit twee zwemon derdelen, roeien, amfibische cross en een hindernisbaan. Durf jij deze uitdaging aan, meld je aan bij SGT Edwin Kooren, 06 57598350, of AOO Robin de Jong, 06 22227576. Donderdag 15 juli staat er een kennismakingsmoment en een eerste centrale training in Den Helder gepland, ter voorbereiding voor een trainingskamp van 2 tot en met 5 september.
32
Tijdens de prijsuitreiking kwamen meerdere KMA-collega’s hen de hand schudden, wat het sportieve karakter van deze wedstrijd bena drukte.
Paarse fietstocht
Tour de Lasalle
De Tour de Lasalle werd voor het eerst gereden in september 1955. Het nu jaarlijks terugkerende wielerevenement was destijds een initiatief van het marinepersoneel van de Marinekazerne Erfprins. Ook dit jaar namen vier teams van vier personen deel aan de wed strijd. Dit was de grootste groep van een bedrijf binnen het peloton en deze groep was in kleur en daden prominent aanwezig. Mitja Toorenburg verdiende de tweede plaats van in het algemeen klas sement en fietste een dag in de groene trui van het puntenklasse ment. Richard Kruiskamp en Alain Roedoe reden twee dagen in de witte trui van de eerste plaats in het B-klassement. Er waren podi umplaatsen in het dagklassement voor Bob Klein, Mitja Toorenburg en Alain Roedoe. De Koninklijke Marine had uiteindelijk zeven man rijden in het A-klassement en acht man in het B-klassement. Tjerk Haagsma lag twee nachten ter observatie in het ziekenhuis na een valpartij maar is daar zonder te veel blessureleed uitgekomen. De Koninklijke Marine is in het ploegenklassement uiteindelijk derde geworden.
Dourleinkazerne wint bedrijvenestafette Het team van de Joost Dourleinkazerne heeft voor het eerst deelge nomen aan de bedrijvenestaffe op Texel. De teams moesten vier keer 800 meter hardlopen. Het team bestond uit LKOLMARNS Michiel Posthumus, SGTLDA Edwin Kooren, SMJRTDE Gerco Aberson en Koen van der Meer. Er stonden sterke teams op papier maar geen van de teams bleek opgewassen tegen de afvaardiging van de Joost Dourleinkazerne met een eindtijd van 10.36 minuten. Voor Posthumus, Aberson en Van der Meer was het hun eerste 800 meter wedstrijd. Kooren liep de snelste tijd van het gehele deelne mersveld.
Zweten voor het Goede Doel Het is dinsdagavond 18 mei. Opzwepende muziek galmt door de boxen, discolampen kleuren de ruimte en een sportinstructeur spoort zijn spinners aan om vol te houden. De spinningmarathon van het KIM is in volle gang. Ruim honderd deelnemers werken zich in het zweet om zoveel mogelijk geld op te halen voor stichting Doe een wens. Van 17:00 uur tot 23:00 uur klimmen defensieme dewerkers en toekomstige officieren in het zadel. Voor tien euro per uur ‘kochten’ zij een fiets. De opbrengst van de avond gaat, net als vorig jaar, naar stichting Doe een wens. Om het eindbedrag nog hoger te krijgen, mochten de deelnemers voor twee euro een gok wagen naar het eindbedrag. Wie het juiste bedrag raadde, kreeg een spinningshirt cadeau. Het gokken, zweten en alle overige donaties bij elkaar leverden een prachtig eindbedrag op. De organisatoren van de marathon sloten de avond met het overhandigen van een cheque ter waarde van 1267 euro. Het shirt is uitgereikt aan KLTZSD Harry de Bles. De Bles heeft vijf uur lang op de pedalen gestaan en heeft van alle deelnemers het meeste geld ingezameld.
08/09/10. Op deze datum organiseert de Wieler Toer Club Welschap van de vliegbasis Eindhoven een fietstocht door de Kempen. Er is keuze tussen een tocht van 120 of 75 kilometer. Door de samenstelling van beide parcours, is het ook mogelijk om voor een afstand van 100 kilometer te kiezen. In verband met de ver scherpte toegangsregeling van de vliegbasis dient er op voorhand te worden ingeschreven en is toegang tot de basis alleen mogelijk op vertoon van de militaire identiteitskaart, paspoort of rijbewijs. Locatie: Onderofficiersmess op Vliegbasis Eindhoven, Flight Forum 1550, 5657 EZ Eindhoven. De tocht zal tussen 08:00 en 10:00 uur aanvangen. Het inschrijfgeld bedraagt € 4,- te voldoen voor 1 september op rekeningnummer 1836.34.195 t.n.v. A.C. Dielissen te Breda o.v.v. Fietstocht WTC Welschap. Het inschrijf formulier is aan te vragen op
[email protected].
Fit voor fitnessmiss Hoewel de naam van haar rang niet echt vrouwelijk klinkt, kwam bootsman Jet van Gemert op 2 mei toch als een echte dame uit de strijd. Maar liefst vijf maanden had ze met haar coach Diana Meijers getraind voor de Artemis Cup van de Your Body Federation en de Nationale Amateur Body Building Associatie Nederlandse Kampioenschappen. Deze wedstrijd werd gehouden in het Kennemer Theater in Beverwijk, waar Van Gemert uitkwam in de Miss Fitness Klasse. Onder het gejuich van haar fans, won de bootsman de eerste prijs.
Zumbalessen op Willemsoord Elke donderdagmiddag van 16:00 uur tot 17:00 uur kan elke mari nemedewerker in Den Helder Zumbalessen volgen in de Spotmeeuw op de Nieuwe Haven. Zumba is een dynamische, span nende en effectieve fitnesscombinatie op Latin en internationale muziek. Het is een combinatie van aerobics en een vereenvoudigde vorm van Latin Dance. De dansen zijn gemakkelijk te volgen, omdat het een vereenvoudi ging van verschillende Latin Dance varianten is. Zumba verstevigt de spieren in je lichaam. Door de opzet wordt tijdens de workout je hele lichaam getraind. Dankzij de opzwepende muziek en de vro lijke ambiance die er hangt gaat deze work-out als vanzelf. Doorzetten en zelfmotivering is niet nodig. Voor informatie en deelname: 0223 652299. De lessen in deze trendy sport past in het beleid van het CZSK om het aanbod in nieuwe sporten te vergroten met de intentie de marinemedewerker meer te laten bewegen. 33
Hr.Ms. De Zeven Provinciën vlaggenschip voor de NAVO Het Luchtverdedigings- en Commando fregat Hr.Ms. De Zeven Provinciën is uit Den Helder vertrokken om te fungeren als vlaggenschip van de Standing NATO Maritime Group 2 (SNMG2). In dit jaar worden de schepen onder meer ingezet om piraterij te bestrijden in de Hoorn van Afrika en maritieme operaties uit te voeren in de Middellandse Zee. CDR Michiel Hijmans bevindt zich aan boord van Hr.Ms. De Zeven Provinciën. Hij nam op 30 juni in de Egyptische haven stad Safaga het commando over de SNMG2 over van de Britse CDR Steve Chick. Daarna vertrekt het eskader rich ting de Hoorn van Afrika om deel te nemen aan operatie Ocean Shield. De
maritieme NAVO missie Ocean Shield richt zich primair op het terugdringen van piraterij in de Golf van Aden en het Somalisch Bassin. Hierbij vindt continu afstemming plaats met de maritieme eenheden van het EU-verband Atalanta en van de Combined Maritime Taskforce (CTF-151), om de verschillende eenheden zo effectief mogelijk in te zetten. Naast het bestrijden van piraterij, ondersteu nen de maritieme eenheden van het NAVO eskader ook de regionale staten in het ontwikkelen van eigen capaciteit om piraterij te bestrijden. Later dit jaar voert de SNMG2 maritieme operaties uit in de Middellandse Zee om terrorisme te bestrijden.
Vrij geluiden van de Marinierskapel De tv-uitzending van het VPROprogramma Vrije geluiden met in de hoofdrol de Marinierskapel wordt zon dagochtend 18 juli om 10:30 uur op Nederland 1 uitgezonden en herhaald op zaterdagmorgen 24 juli. De opnamen vonden in maart plaats in het Bimhuis aan de Piet Heinkade in Amsterdam. Presentator Melchior Huurdeman heeft een gesprek met directeur Ippel over de ontstaansgeschiedenis van de kapel, de rol van de Tamboers & Pijpers en aan de hand van voorbeelden wordt de ceremoniële kant van het Korps Mariniers belicht. Dirigent Cnossen vertelt over zijn muzikale loopbaan en kennismaking met de militaire muziek. De veelzijdig heid van het orkest komt naar voren in het Bach koraal Jesu, joy of man’s desi ring, een gedeelte uit de Piet Hein rhapsodie, een spetterende bewerking van de jazz standard Donna Lee, een bijzondere variatie van Richard Strauss op het Wilhelmus en de compositie Thwee Bien van dirigent Cnossen geïnspireerd op zijn eigen Chinese ervaringen.
HEEFT U EEN ADRESWIJZIGING? KIJK HIERVOOR IN HET COLOFON
Campagne promoot levensbelangrijke stilte Eenheden van de Koninklijke Marine wil len hun taak graag ongemerkt uitvoeren. Zeker bij onderzeebootdreiging is het van essentieel belang om zo weinig mogelijk geluid onderwater te maken. Stille syste men helpen voor een belangrijk deel maar het gedrag van de bemanning is minstens zo belangrijk. Om hen van de noodzaak van geluidshygiëne te doordringen, heeft de afdeling Vormgeving, Ruimtelijke Presentatie en Communicatie van het Horizon College in Hoorn een nieuwe campagne ontwikkeld in opdracht van het MDTC. Deze campagne bestaat uit een twaalftal posters en twee magneten. De posters zijn ontworpen in twee uitvoerin gen. Een kleine versie die bedoeld is voor de nauwe ruimtes in onderzeeboten en grotere ontwerpen voor bovenwatereen heden. In de posters zijn visuele effecten verwerkt die ervoor zorgen dat bij rood licht de compositie verandert. Daarnaast
zijn voor de kleinere oppervlaktes de zogenaamde koelkastmagneten ontwik keld. De nieuwe campagne is op 1 juni gepre senteerd aan de commandant van Hr.Ms. De Ruyter. De Ruyter zal als eerste een heid de nieuwe campagne gaan gebruiken tijdens het opwerken.
34
Met deze nieuwe campagne wordt er op een eigentijdse manier aandacht gevraagd voor geluidshygiëne. Voor informatie kan contact worden opge nomen met de SME UWW van het MDTC, LTZ 1 Paul Dröge. Email p.droge@min def.nl of DSN-209-52060.
De Zwarte Parel twintig jaar in dienst In 1990 werd Hr.Ms. Zeeleeuw, alias De Zwarte Parel, als eerste boot van de Walrusklasse bij de Rotterdamsche Droogdok Maatschappij te Rotterdam in dienst gesteld. Op 25 april voer zij twintig jaar voor de Koninklijke Marine. Door een brand aan boord van hullnummer 348 (Hr.Ms. Walrus) werd hullnummer 349 (Hr.Ms. Zeeleeuw) de eerste van haar klasse en moest vervolgens eind jaren tach tig de proefvaart uitvoeren. Dit ging zeker niet zonder slag of stoot maar heeft wel het opereren met Nederlandse onderzeeboten van de Walrusklasse op een hoger niveau gezet. Tijdens haar verjaardag op 25 april was Hr.Ms. Zeeleeuw bezig met het operationele opwerktraject (SARC 5) in Schotse wateren. Ondanks dit drukke programma heeft de beman ning kort stilgestaan bij deze mijlpaal. Traditioneel heeft de commandant, LTZ1 Erwin Ruijsink tijdens een alle hens de doopbrief voorgelezen die destijds door onder andere de doop ster mevrouw Brainich von Brainichveld aan de eerste comman dant Ruurd van Rooijen is aangebo den. In Den Helder is op 1 juni de verjaar dag nogmaals gevierd. Deze keer waren alle oudcommandanten en -chefs der equipage van Hr.Ms. Zeeleeuw uitgenodigd voor een diner aan boord van hun oude boot. De Zwarte Parel zal een aantal moderni seringen ondergaan waardoor zij ook de komende tien tot vijftien jaar nog goed mee kan blijven doen.
Historische naam voor duikvaartuig Het voormalige rijksvaartuig 50 van de Koninklijke Landmacht is in Zeeland offi cieel gedoopt tot duikvaartuig Soemba. De doop symboliseerde de overdracht van het duikvaartuig aan de Koninklijke Marine. De overdracht van het duikvaartuig van de landmacht naar de marine volgde op het samengaan van de duikopleidingen van de landmacht en de marine in de Defensie Duikschool, ondergebracht bij de marine. Het hoofd van het Opleidings- en Trainingscentrum Genie, KOL Tjeerd de Vries, gaf aan dat afscheid nemen van het RV50 na 21 jaar trouwe dienst pijn doet. “Het is een logisch gevolg op de concentra tie van duikopleidingen bij de marine en ik vertrouw erop dat nog vele generaties
defensieduikers op dit waardevolle vaar tuig hun duikopleiding volgen.” Het hoofd opleidingen Koninklijke Marine, KTZ Frank Foreman, doopte het schip vervol gens tot Soemba en wenste het een behou den vaart. Het duikvaartuig is vernoemd naar de voormalige kanonneerboot Hr.Ms. Soemba. Dit schip speelde in de Tweede Wereldoorlog een grote rol bij de invasie van Normandië. Na de oorlog deed het schip dienst als ondersteuningsplatform voor duikopleidingen. Naar marinetraditie ontving de gezagvoer der van het ‘nieuwe’ schip, AOO Pieter Kuiper (CLAS), de oude scheepsbel van de voormalige kanonneerboot.
Een explosie, brand en gewonden Een explosie met brand en een aantal gewonden tijdens het lossen van een vrachtwagen bij de Opslag Brandstof en Chemicaliën Smeerenburg op de Nieuwe Haven, heeft de veiligheidsregio NoordHolland Noord weer op scherp gezet. Het doorlopen van het rampbestrijdingsplan van de veiligheidsregio en het bedrijfs noodplan van de Koninklijke Marine moest de operationele vaardigheden, het
35
volgen van afspraken en procedures en de samenwerking tussen de verschillende inen externe hulpdiensten bij een groot incident op het marineterrein, vergroten. De oefening werd georganiseerd door de Veiligheidsregio Noord-Holland Noord, in samenwerking met de Koninklijke Marine, de Koninklijke Marechaussee, het Korps Marinebrandweer en civiele hulp diensten.
Meiden in de prijzen De Meidenvaardag 2009 van de Per soneelsvoorziening Koninklijke Marine (PVKM) heeft de eerste prijs gekregen bij de Sabre Public Relations Awards in Londen. De campagne won de prijs in de categorie special audience: marketing to women. Om bekendheid te krijgen voor de jaarlijkse meidenvaardag en het imago van de marine als werkgever voor vrouwen te ondersteunen ontwikkelde
Alle Hens nieuwe stijl
PVKM een breed communicatieplan. Zo kwam er een speciale meidenvaardag Hyves, een meidenvaardag website, werd de pers genodigd om de dag zelf te ver slaan en organiseerde PVKM met succes diverse online activiteiten. Behalve dat de inschrijvingen voor de dag zelf al snel vol zaten, leverden de verschillende acties veel gratis publiciteit op.
Deze Alle Hens is de laatste in deze opmaak die stamt uit mei 2003, toen Alle Hens en Marinenieuws opgingen in één uitgave. In september keren wij terug in de nieuwe Rijksbrede huisstijl, zodat zichtbaar wordt dat ook Alle Hens een uitgave van de Rijksoverheid is. Deze nieuwe huisstijl is sinds 1 januari dit jaar gelanceerd binnen het ministerie van Defensie en is gaandeweg op steeds meer plekken terug te vinden, zoals op briefpapier, vlaggen, powerpointpresen taties en dus ook in de defensieperiodie ken. De krijgsmachtdelen wijken wel iets af van de overige ministeries, door dat het eigen embleem gehandhaafd blijft op een oranje ‘lintje’, in plaats van het Rijkslogo op een blauw lintje. Het ankertje komt daarmee in een nieuwe vorm terug. Lettertypes, lay out en kleu ren zullen conform de Rijksbrede voor schriften worden uitgevoerd.
Saluutschoten in Oslo Hare Majesteit de Koningin arriveerde op 1 juni aan boord van Hr.Ms. Tromp in Oslo voor een staatsbezoek aan Noorwegen. Daar werd de Koningin met militair eerbetoon onthaald. Ook de Noorse kroonprins Haakon kwam aan boord voor de ceremoniële binnenkomst in Oslo. Met paradeerrol op post, het afgeven van 21 saluutschoten aan de Noorse Koninkrijksvlag en 21 saluut schoten aan Koning Harald V van
Noorwegen, passeerde het marinefregat de havenhoofden. Hare Majesteit de Koningin en de Noorse kroonprins gingen vervolgens per Koninklijke sloep aan wal. Tijdens het staatsbezoek stonden ener gie, duurzame visserij, arbeidsparti cipatie en integratie centraal. Hr.Ms. Tromp is daarna weer richting de Noordzee vertrokken om haar oefenpro gramma voort te zetten. De schippers die in het juninummer het gezag van duikvaartuig Argus hebben overgedragen, waren abusievelijk iets te hoog ingeschaald. Klaas van der Heide en Ate Steeman zijn beide sergeantmajoor ODND. Bij de oorlogsvliegtuigen in het mei nummer, pagina 10 en 11, stonden de nationaliteiten omgedraaid. Het moet natuurlijk zijn: Britse Spitfires en Duitse Messerschmitts.
vindt u alle hens te ‘groen’? mail het aan redactieraad.
[email protected]
36
Mariniers bedwingen de bergen Vier weken lang trainen ruim 300 mariniers van het Eerste Mariniersbataljon uit Doorn in het onherbergzame gebied rondom het Noorse Harstad. Daar bekwamen zij zich onder extreme omstandigheden in het overleven, verplaatsen en vech ten in de bergen. Dit gebeurt tijdens de zogenoemde Mountain Movement and Survival Course (MMSC). In de eerste fase ligt de nadruk op verplaat sen, bivakkeren en overleven in berg achtig gebied. Maar ook specifieke oefeningen komen aan bod, zoals klim- en afdaaltechnieken, marsdisci pline, gewondenafvoer en het overste ken van rivieren. De mariniers bren gen de geleerde vaardigheden vervol gens in de praktijk tijdens de Mountain Warfare Course. In diverse gevechtscenario’s – van hinderlagen leggen, gevechtspatrouilles uitvoeren tot een gecoördineerde compagnies aanval – leren de mannen tactisch opereren in de bergen.
Flipperthemadag 2010 In samenwerking met het MDTC en de onderzeedienst, organiseerde Marsitcen op 27 mei de jaarlijkse Flipperthemadag. De dag stond in het kader van het Instandhoudingsproject Walrusklasse. Dit project zal de komende jaren van grote invloed zijn op de onderzeedienst. Het project zorgt er voor dat de vier Walrusklasse onderzeeboten operatio neel inzetbaar blijven tot tenminste 2025. Naast vervanging van technische syste men die niet meer te onderhouden zijn, komen er ook enkele nieuwe systemen aan boord. Hiervan is de optronische mast de meest opvallende aanpassing samen met een nieuw Combat Management Systeem. De optronische
mast is een periscoop die werkt met camera’s die hun beeld tonen op een scherm in de commandocentrale. Naast een dagbeeldcamera komt er ook een warmtebeeldcamera en andere functio naliteiten. Naast het instandhoudingsproject kwa men ook de visie Onderzeedienst 2018, de ideeën over de vervanger van de Walrusklasse en enkele operationele ervaringen van het afgelopen jaar aan de orde. De dag werd afgesloten door de commandant NLMARFOR, CDR Pieter Bindt, die een beeld schetste van de posi tie van de onderzeedienst in de bredere wereld van de verkenningen en politieke verhoudingen.
Internationale conferentie onderzeeboten Dertien NAVO-landen in het bezit van onderzeeboten hebben een week lang in Amsterdam hun strategische, operationele en communicatieaspecten op het gebied van onderzeeboten besproken tijdens de Submarine Staff Officers Conference (SSOC). De SSOC wordt jaarlijks georga niseerd door een NATO-land, en dit jaar had Nederland de eer en het genoegen deze conferentie te organiseren. Aan de conferentie in Amsterdam deden Canada, Frankrijk, Duitsland, Griekenland, Italië,
de deadline voor het aanleveren van artikelen voor het JUlInummer van Alle hens is maandag 16 augustus 2010
37
Nederland, Polen, Turkije, Noorwegen, Verenigd Koninkrijk, Portugal, Spanje en de Verenigde Staten mee. Naast de formele werkzaamheden is deze conferentie waardevol om onderlinge con tacten te leggen of te versterken. Ondanks de soms moeizame voortgang op sommi ge onderwerpen vanwege specifieke natio nale standpunten is de SSOC een belang rijke samenkomst van alle operationele en communicatie-experts op het gebied van onderzeeboten binnen de NAVO.
Onder water opleiden Na een intensieve vaarperiode van vier jaar, staat Hr.Ms. Walrus gepland om in het najaar door het Marinebedrijf groot onderhoud te krijgen. Tot die tijd vaart de onderzeeboot voor het opleiden van per soneel. Aan boord van de Walrus krijgen de nieuwe opvarenden van de onderzee dienst hun onderwaterintroductie en
-instructie. Ook vinden aan boord ver volgopleidingen plaats voor het andere personeel. De Walrus voert deze tochten uit met een gereduceerde bemanning, zodat een effectieve bijdrage kan worden geleverd aan het opleiden van het onderzeedienst personeel.
Stafofficier mijnenbestrijding game over Dertien studenten uit acht verschillende NAVO-landen verbleven van januari tot mei op de Belgisch/Nederlandse Mijnenbestrijdingsschool Eguermin voor de opleiding tot Stafofficier Mijnen bestrijding. Op 12 mei namen zij hun diploma in ontvangst. Behalve theoretische lessen, bezochten de cursisten in deze vier en halve maand ook verschillende instanties zoals het NAVO-hoofdkwartier in Brussel, SHAPE in Mons en TNO in Nederland. Zij maak ten daarnaast twee studiereizen naar Frankrijk en Spanje om kennis op te doen over tactieken en middelen voor het bestrijden van zeemijnen Om de relatie
met de andere soorten van oorlogsvoe ring te leggen, zijn de studenten een week naar de Operationele School in Den Helder gegaan. Op Eguermin ligt de nadruk op de zoge naamde wargames. Van de studenten wordt verwacht dat ze in drie verschil lende scenario’s het operationele plan ningproces op diverse niveaus uitvoeren. Uiteindelijk test een computersimulatie of de plannen effectief zijn tegen de mij nendreiging. Na het afronden van de opleiding zullen de studenten in staat zijn om als stafofficier mijnenbestrijding deel uit te maken van een internationale staf.
38
Samen leven, samen werken, samen treuren, samen herdenken “Mijn armen zijn leeg nu jij er niet meer bent en niemand past erin. Niemand past in mijn leven zoals jij erin paste.” Deze woorden uit een gedicht van Toon Hermans, gesproken door de vlootaal moezenier Frans Kerklaan, illustreerden de derde herdenkingsbijeenkomst van het Commando Zeestrijdkrachten. Op 27 mei werden zowel de militaire – als de burgerwerknemers van het CZSK herdacht die in de periode van 1 mei 2009 tot 1 mei 2010 in actieve dienst zijn overleden en degenen die eerder zijn gegaan en wiens nabestaanden bij de bijeenkomst aanwezig waren. De C-ZSK, VADM Matthieu Borsboom, sprak de nabestaanden toe. “Wanneer we als Koninklijke Marine tot in ons hart getroffen worden doordat een collega overlijdt, staan we niet alleen stil bij ons eigen verdriet maar ook bij het intense verdriet van u als thuisfront.” Om deze reden wordt elke laatste donderdag in mei een herdenkingsbijeenkomst gehou den, waarbij twee kransen worden gelegd. De eerste krans is traditioneel door de C-ZSK en de krijgsmachtdeeladjudant bijgelegd. De tweede krans werd gedra gen door nabestaanden van de mariniers Jeroen Houweling en Marc Harders, die het leven hebben gelaten tijdens hun missie in Uruzgan. Ter afsluiting van de herdenking werd de Taptoe geblazen vanaf de brugvleugel van het geleidewa penfregat ex-Hr.Ms. De Ruyter die waakt over het monument Schaduwen van Licht en samen het herdenkingsterrein vormen. Na een minuut stilte en het spe len van het Wilhelmus, volgde een inge togen defilé langs het monument.
Gezamenlijke strijd tegen piraterij De diverse partijen die zijn betrokken bij de bestrijding van piraterij in de wateren rond om Somalië komen regelmatig bijeen voor de Shared Awareness and Deconfliction (SHADE) bijeenkomst. De bijeenkomst vond op 2 juni plaats op het hoofdkwartier van de Combined Maritime Forces in Bahrein. CDR Michiel Hijmans, sinds 30 juni com mandant van het permanente NAVOeskaders SNMG2 schoof aan namens de
Koninklijke Marine. De SNMG2 vaart deze zomer voor Somalië voor de antipiraterij missie Ocean Shield. “Om alle middelen zo effectief mogelijk in te zetten, moeten afspraken worden gemaakt”, aldus Hijmans. “Alleen dan kan langs de kustlijn van Somalië en op het aangrenzend zeege bied – dat zo groot is als Europa – doeltref fend worden gepatrouilleerd.” Afgevaardigden van de NAVO, de Europese Unie, de Combined Maritime Forces, de
koopvaardij en civiel maritieme organisa ties, evenals vertegenwoordigers uit China, Rusland, India, de Filippijnen, Jemen en de Seychellen namen deel aan de vergadering. Dit resulteerde in afspraken over de inzet van de diverse militaire middelen in het Somalische bassin. Ook maakten de landen die onafhankelijk konvooien begeleiden, zoals China, India, Rusland en Korea, onderling afspraken over de coördinatie van deze escortetaak.
* LTZ1 Welmer Veenstra en LTZ1 Bastiaan Ruizeveld de Winter hebben hun zware opleiding voor onderzeebootcomman dant op feestelijke wijze afgesloten met het Perisher Ontbijt. De opleiding begon op 4 januari en bereikte haar hoogtepunt nabij Schotland in de oefening Joint Warrior. Dit gebied, ook wel bekend als submariners heaven of hell, heeft alles in zich: ondiep water, veel stroom en gedu rende Joint Warrior veel militaire eenhe den om als tegenstand te fungeren. Na ongeveer 45 succesvolle en minder suc cesvolle operaties, met als adagium ‘Als je geen fouten maakt, kun je ook niet leren’ feliciteerde Teacher, KLTZ Richard Platel, de twee overgebleven studenten. Hierbij traden zij toe tot de selecte club van submarine command qualified. Ruizeveld de Winter is op dit moment werkzaam in de projectgroep Instand houdingprogramma Walrusklasse. In de zomer van 2011 zal hij worden ge-plaatst als commandant van een onderzeeboot. Veenstra wordt deze zomer kortstondig commandant van Hr.Ms. Walrus om in het najaar met Hr.Ms. Bruinvis het opwerktra ject aan te vangen.
* CDR Henk Itzig Heine, werkzaam geweest als commandant NL Contingent (C-CONTCO) te Kandahar en daarvoor als directeur Personeel CZSK, wordt in juli directeur Personeelsbeleid bij de Hoofddirectie Personeel van de Bestuursstaf.
strepen bij zijn dochter op te doen. Ook acht andere matrozen ODOPS zijn deze dag bevorderd tot korporaal.
* KTZAR Dirk Gerretse ontving het Ereteken voor Verdienste in Goud op het afscheid op 31 mei van zijn 29-jarige marineloopbaan. Gerretse werd voorna melijk geprezen om zijn visie en zijn loyaliteit aan de Koninklijke Marine.
* KTZE Pieter Rol heeft zijn functie als Eerstaanwezend Ingenieur Directeur van de Directie West van de Dienst Vastgoed Defensie overgedragen aan KTZ Paul van Rede. Voor Rol was dit de laatste functie voor zijn FLO.
* MATR 1 ODOPS Cynthia Leenhoven trad toe tot het korps onderofficieren op de dag dat vader SMJRLDA Joop Leenhoven na 34 jaar trouwe dienst met functioneel leeftijdsontslag ging. Vader Joop werd daarom uitgenodigd om zelf de
39
* KPLMARNVB Jan van Hest kreeg op woensdag 2 juni de herinneringsmedaille ISAF uitgereikt door de C-ZMCARIB, CDR Peter Lenselink. Deze uitreiking vond op een alternatieve locatie plaats van wege de nieuwe functie van Van Hest bij de MATLOG organisatie van CZMCARIB.
* De NAVO heeft een onderscheiding toegekend aan LTZ 1 Tamara van der Luit. De NATO Meritious Service Medal dankt zij aan haar zeer grote inzet en toewijding van januari tot september 2009 als stafof ficier Underwater Warfare van de Standing NATO Maritime Group 2.
Welkom in de West Met het afgeven van de traditionele 21 ceremoniële saluutschoten aan de Koninkrijksvlag en de Gouverneur van de Nederlandse Antillen, passeerde het nieu we stationsschip van de Nederlandse Antillen en Aruba, Hr.Ms. Van Amstel, op 24 mei majestueus de havenhoofden van Willemstad. Ter voorbereiding op haar deployment onderging het schip en haar bemanning een intensief opwerkprogramma bij de
Van Speijk scoort weer
kust van Zuid-Engeland. De bemanning bereidde zich voor op één van de hoofdta ken die zij komende maanden gaat ver vullen. Naast het bestrijden van drugs transporten is het schip ook inzetbaar voor het verlenen van noodhulp na een orkaanpassage. In verband met het nade rende orkaanseizoen vanaf 1 juni trainde de Van Amstel nog specifiek op het assis teren van civiele autoriteiten bij nood hulp.
280 vliegt 7500 uur Verscherpte controle Illegale vissers hebben de Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba in het weekend van 22 en 23 mei flink bezig gehouden. Eerst ontdekte de Dash-8 twee Chinese trawlers in de Economische Visserij Zone (EFZ) van de Nederlandse Antillen. De Jaguar voer er op af, maar kon de trawlers niet betrappen op visacti viteiten. Na een melding van enkele speervissers bij de ingang van het Spaanse Water op Curaçao voer de Superrhib uit om inspectie te doen. Een groep van zes
personen was hier inderdaad op illegale wijze aan het vissen en probeerder zich te ontdoen van het bewijsmateriaal. De kustwachters doken het geweer echter direct op, zodat de vissers alsnog een pro ces verbaal aan hun broek kregen. Ook op St. Maarten controleerde de kust wacht extra scherp. Wegens roekeloos varen en het ontbreken van de nodige vaarbewijzen en vergunningen, kregen een aantal foutvaarders een procesver baal.
40
Hr.Ms. Van Speijk onderschepte eind mei een groot drugstransport van 1.483 kg cocaïne. De contrabande werd aangetrof fen aan boord van een Panamese koop vaarder. Een patrouillevliegtuig van de Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba, de Dash 8, merkte tijdens een nachtelijke patrouille het verdachte vaar gedrag van de kleine koopvaarder op. Omdat dit vaartuig zich buiten de territo riale wateren bevond, werd besloten Hr.Ms. Van Speijk in te zetten. Het fregat kreeg opdracht om het ver dachte schip op volle zee, ongeveer 35 mijl ten noordwesten van Aruba, te onderscheppen. Een aan boord van het stationsschip geëmbarkeerd boarding team van de Amerikaanse kustwacht doorzocht vervolgens het koopvaarder. En met succes. In het ruim trof het team 66 balen drugs aan, met een totaalgewicht van 1.483 kg. Een drugstest toonde aan dat het om cocaïne ging. De vijf beman ningsleden, allen afkomstig uit Honduras, zijn gearresteerd. Het nieuwe stations schip Hr.Ms. Van Amstel en de kust wachtcutter Panter zijn na de interceptie ingezet voor bewaking en begeleiding van het vaartuig op weg naar de opbreng haven. Deze onderschepping is de tweede suc cesvolle actie van de Van Speijk binnen korte tijd. Twee weken ervoor werd 317 kg cocaïne onderschept aan boord van een Panamese koopvaarder. Vorig jaar okto ber onderschepte het fregat 896 kg mari huana en de Van Speijk was verantwoor delijk voor de grootste drugsvangst ooit in het Caraïbisch Gebied. “Een prachtige afsluiting van een succesvolle term als stationsschip”, aldus de commandant, KLTZ Peter Reesink. CDR Peter Lenselink, noemt de recente drugsvangs ten een groot succes voor de drugsbestrij dingorganisatie in de regio. “Tijdens deze actie is nadrukkelijk schouder aan schou der samengewerkt met internationale partners, de Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba en de Koninklijke Marine. Het toont aan dat gezamenlijk optreden de sleutel tot succes is.”
Personeel rond LMV af
Boten in nood De Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba heeft zondag 16 en maandag 17 mei twee boten in nood gehol pen. In beide gevallen werd een Superrhib ingezet om de motorboten en de opvaren den veilig aan wal te brengen. Op zaterdagavond 15 mei kreeg de motor boot ‘Heaven is my way’ bij Guana Baai op Sint Maarten motorpech. De drie opvaren den riepen de hulp in van het Kustwacht Steunpunt Sint Maarten. De Sea Rescue Foundation (SRF) en een Superrhib sleep ten het vaartuig naar de wal. Op maandag 17 mei raakte een lokale vis serboot in Boca Grandi bij Aruba in nood. Het motorvaartuig Anamar, liep vol met water. De boot, met aan boord vijf opva
renden, konden uit hun benarde positie worden gered en werden door de Superrhib teruggesleept naar hun ligplaats in de Commandeursbaai.
Dubbel pech
44 Personeelsleden geplaatst in de West, hebben het certificaat ontvangen van vijf modules uit de Leergang Management Vorming (LMV). De LMV is een oplei dingstraject voor subalterne officieren en onderofficieren van vloot en mariniers. Senior P&O adviseur Fred Wight reikte samen met de chef der equipage van CZMCARIB, AOOODOPS Rob van Es, de certificaten uit. De chef der equipage is nauw betrokken geweest bij de tot standkoming van het geven van de LMVmodules in de West. “Het opleiden en opgeleid houden van onderofficieren is in lijn met de beleidsvisie onderofficieren KM”, aldus Van Es. Een vertegenwoordi ging van alle kazernes in het Caraïbische Gebied (Parera, Savaneta en Suffisant), variërend van korporaal tot eerste luite nant en een adjudant van het MBK, volg de afgelopen week de modules 2 tot en met 6. Deze werden gegeven door vier managementtrainers en een trainer in opleiding van de SMVBO. Het is de tweede keer dat de LMV in de West plaatsvindt. “Het enthousiasme en de inzet van de deelnemers tijdens de modu les was bovengemiddeld”, concludeert managementtrainer AOOWDW Robin de Wit.
Een bootje met motorpech bleek gebruikt te worden voor drugssmokkel. De Dash 8 ontdekte ver uit de kust van Aruba een ronddobberend bootje met vier opvaren den en waarschuwde het Rescue and Coordination Center. Twee Superrhibs schoten daarop te hulp. Toen deze ter plaatse kwamen, vloog de boot echter in brand en sprongen de opvarenden over
boord. De kustwachters haalden deze per sonen snel uit het water, maar konden niet meer voorkomen dat de boot zonk. Helaas voor de smokkelaars bleven enkele pakket ten verdovende middelen drijven. De ver dachten en de verdovende middelen zijn teruggebracht naar Aruba en overgedra gen aan de Arubaanse autoriteiten.
Reünies * 15 augustus: Herdenking Oost-Azië. Locatie: het Indië- en Nieuw Guineamonument 1941-1962 in Park Eekhout aan de Burgemeester van Rooyensingel te Zwolle. De herdenking is ter nagedachte nis aan alle Nederlanders die zijn omgeko men in het voormalig Nederlands-Indie en Nieuw Guinea en rest van oost-Azië als gevolg van oorlog, internering, onderdruk king en terreur tijdens de Tweede Wereldoorlog, de Indonesische revolutie (1945-1949) en de kwestie Nieuw Guinea
(1949-1962). De herdenking vindt plaats van 19:00 tot 20:00 uur. De plechtigheid zal worden afgesloten met een kransleg ging door de Commissaris van de Koningin in Overijssel en de burgemeester van Zwolle, veteranenorganisaties en vereni gingen van oorlogsgetroffenen.
€15,00. Deze kunt u overmaken naar rekeningnummer RBS 000.56.99.93.083 t.n.v. Ministerie van Defensie, FDC/ Servicepunt Den Helder/Kasbeheerder te Den Helder, o.v.v. bijdrage reünie MK3H. Opgave deelname vóór 13 augustus per e-mail bij
[email protected].
* 1 september: Marinekazerne Driehuis. Iedereen die ooit geplaatst is geweest bij de SMD of het FSP3H is welkom voor het afscheid van 15:00 tot 19:00. Hiervoor wordt een eigen bijdrage gevraagd van
* 29 september: Vliegtuigmaker konstabel. Locatie: Evenementencentrum Marine Etablissment Amsterdam. Voor meer informatie: Rens Verhoeven rens.
[email protected] of 06 46398990.
41
* 1 oktober: Hr.Ms. Utrecht, 1961/62 Nederlands Nieuw-Guinea. Locatie: gebouw MOOC, Spoorstraat 56, 1781 JH Den Helder. Tijd: van 11:00 tot 15:00 uur. Kosten: €21,–. U kunt dit bedrag overma ken op rekening 599551904 t.n.v. K. Budde met vermelding reünie. Opgave tot 1 september via tel: 06 21267043 of via e-mail:
[email protected]. * 17 oktober: Reünisten Hr.Ms. De Zeven Provinciën en voormalig Nederlands Nieuw-Guinea. Locatie: congres- en reü niecentrum Kumpulan Bronbeek, Velperweg 147 te Arnhem. Aanvang om 12:00 uur. De inschrijftermijn sluit vrij dag 10 september. Kosten: €15,00 per persoon. Echtgenotes, partners en intro ducés zijn van harte welkom. Het ver schuldigde bedrag kan men overmaken op girorekening 9316837 t.n.v. Stg Reün 7 Prov & NNG, Brugakker 31-04, 3704 LA Zeist. Bij overschrijving adres vermelden. De overschrijving geldt als toegangsbe wijs. Voor nadere inlichtingen: N.G.A.F. Meeuwsen, Lodewijk Napoleonstraat 9, 5361 CD Grave, 0486 42 11 38, 06 47 312 240 of
[email protected].
Koninklijke Luchtmacht en bij de Marine Luchtvaart Dienst. Jachtvliegen is een uiterst gevaarlijk beroep vooral in de begin periode. De bloedstollende verhalen van ontsnappingen aan de dood, nucleaire ope raties tijdens de Cubacrisis, de deklandin gen op Hr.Ms. Karel Doorman, maar ook de vaak bizarre, humoristische soms onge looflijke belevenissen, laconiek -maar met een serieuze achtergrond- beschreven door de vliegers zelf. In de boekhandel en online verkrijgbaar (ca 360 blz.) vanaf 1 november voor €19,95. Voorinschrijving is mogelijk sinds 1 juni met ruim 25 procent korting voor €15,75 incl. verzendkosten, via de website www.jachtvliegersboek.nl. Onderzeedienst in de Tweede Wereldoorlog
* 22 oktober: Tweede Grote Fighter Pilots Call. Locatie: Vliegbasis Volkel. Oudjachtvliegers van de luchtmacht en de MLD kunnen zich voor deelname inschrij ven per e-mail aan: PilotsCall2@gmail. com. De organisatie verzoekt belangstel lenden vooraf de website www.jachtvlie gers.com of jachtvliegersboek.nl te raad plegen voor details. Bloedstollende vliegersverhalen
Jachtvliegers in de Koude Oorlog. Flirten met de dood? Dit is de titel van een boek met ruim 160 verhalen over de avontuur lijke wereld van de jachtvliegers van de
In de jaren zestig heeft de Koninklijke Marine in 54 delen haar geschiedenis in de Tweede Wereldoorlog laten beschrijven (Mededelingen van de Marinestaf – GB 110), waaronder vijf delen over de onder zeedienst. Deze delen zijn echter nooit uitgegeven en alleen in de bibliotheek van het NIMH in Den Haag te raadplegen. Gerard Horneman heeft de vijf delen onderzeedienst bewerkt, aangevuld met de laatste (vrijgekomen) nieuwe gegevens en voorzien van vele foto’s, waarvan enkele nooit eerder gepubliceerd zijn. Medio sep tember zal het werk verschijnen, overigens teruggebracht naar vier delen. Lezers kun nen op voorhand bestellen op www.nau tiek.nl. Ook kunt u een e-mail te sturen naar
[email protected], of een briefje naar nautiek.nl, De Laghe Weijdt 60, 1851 SM Heiloo. Bij de gegevens graag uw naam, adres en telefoonnummer. Vlak voor het verschijnen krijgt u bericht om het defini tieve bedrag over te maken, waarna u de boekwerken krijgt toegestuurd. De oplage is beperkt. G. Horneman, De Nederlandse onder
42
zeedienst in de Tweede Wereldoorlog, (Soesterberg 2010). ISBN 9789059779674. Prijs onder voorbehoud €159,95. Geschiedenis Valkenburg op dvd De twintigdelige documentaireserie Terg mij Niet van RTV-Katwijk over het Vliegkamp Valkenburg is op dvd versche nen. De geschiedenis van Vliegkamp Valkenburg is zeer roerig geweest. In de Tweede Wereldoorlog werden er rond het vliegveld felle gevechten gevoerd. Vervolgens viel het in Duitse handen. Na de oorlog werd het een marine-vliegkamp en was het onder meer de basis voor de Orions. Wie het allemaal van dichtbij en veraf heeft meegemaakt, onderging enke le jaren geleden met pijn in het hart de sluiting van dit vliegveld dat al die jaren zo bij Valkenburg hoorde. RTV Katwijk zond de documentaireserie Terg mij Niet vorig jaar uit. Daarin werd de historie van het Vliegkamp Valkenburg belicht aan de hand van de vliegtuigtypen die vanaf het veld hebben geopereerd. De documentaire is verkrijgbaar bij Kantoorboekhandel Van den Berg aan de Achterweg in Katwijk aan den Rijn, Boekhandel en Muziekhandel Het Baken in de Varkevisserstraat in Katwijk aan Zee en Foto Kruyt in de Princestraat in Katwijk aan Zee en de Kerkstraat in Rijnsburg. De prijs bedraagt € 19,95. De dvd is ook te bestellen door € 22,- over te maken op rekeningnummer 12.63.39.503 t.n.v. Vereniging RTV Katwijk te Katwijk onder vermelding van ‘DVD Valkenburg’ en uw naam en adresgegevens. De docu mentaire werd gemaakt door Jaap Arnoldus en Peter Imthorn. Otto Grijn deed de interviews en Wim Polet de voice-over.
offIcieren
SMJRODVB P.A. de Groes,
Bevorderingen
SMJRTDW J.H. Stoks,
Bevorderingen
Bevorderingen
KLTZ J.D. de Boer,
SMJRMARNALG M.R. van der Wart,
MATR 1 ODVB L. Burger,
H.J.W. Hollanders, 9,
KLTZ H.H. Liebregs,
SGTMARNALG N.P.J. van Baar,
MATR 1 LDA T. Kedde,
R.J. Burger, 6,
LTZA 1 C.F.L. Ghijsen,
SGTMARNALG R.H. de Boer,
MATR 1 OD T.M. Koens,
J.C. Groen, 5,
MAJMARNS J. Kaleveld,
SGTMARNALG J.C.A. Bosman,
MATR 1 OD N.M. Mowoka,
J.B.R. van der Raaf, 5,
LTZT 1 M.E.P. van Laanen,
SGTMARNALG D.D. de Bruin,
MATR 1 OD J. Rauh,
J.W.L. van Tiggele, 5,
MAJMARNS V.F.C.J. Maas,
SGTMARNALG E. Gomes,
MATR 1 TD J. van der Rijst,
R.M. Tromp, 5,
LTZA 1 E.M.H. Ruizeveld de Winter,
SGTWDS P.G.A. Guijt,
MATR 1 BDAMNT J.J.W. Vink.
R. van Berkum, 4,
LTZ 1 C. Smits,
SGTTDW D. Heinhuis,
MAJMARNS F.J. Toebes,
SGTMARNALG M. Mateboer,
Dienstverlaters
D. van Eldijk, 4,
KAPTMARNS C.A. van Dun,
SGTODVB D.L.T. van der Sande,
MATR 1 TD L. Ammerlaan,
R. van Eldik, 4,
LTZ 2 OC T. Hingst,
SGTODVB E. Sawy,
ADBT R.A.A. Geurts,
N. van Erp, 4,
KAPTMARNS M.B.M. Jansen,
SGTTDW A.G.J. Slaghekke,
MARN 1 ALG R.M. Hoving,
R. de Graaff, 4,
LTZ 2 OC T. van de Ven,
SGTODND C.A. Tuinstra,
MATR 1 LDV H.M.F. Kivanç,
D. Koningstein, 4,
ELNTMARNS H. Bouman,
KPLWDS A. Agema,
MATR 1 TD W. Laan,
K. Legerstee, 4,
LTZ 2 P.H.J. Dalinghaus,
KPLMARNMNT D.D. Boshoven,
MATR 1 TDW J. de Leuw,
P.J.L. van Loenhout, 4,
LTZE 2 W.J.W. Hillen,
KPLLDGB D. Kamphuis,
MATR 1 OD F. Nijkamp,
F.R. Maarsen, 4,
LTZE 2 V.J. Nugter,
KPLODND R. Muilwijk,
ADBZ R.J.E. Posthumus,
P.A. Noordermeer, 4,
ELNTMARNS A.W. Pijper.
KPLODND M.A. Mulder.
MATR 1 LDV V.A.M. Rooijackers,
D. Post, 4,
MATR 1 ODOPS G.S.G. Siauta,
J. Schuit, 4,
SMJRMARNALG R. Schut,
MANSCHAPPEN
Burgers
J. Egberts, 4,
Dienstverlaters
Dienstverlaters
ADBZ V.D. van Zadelhoff,
W. Sijm, 4,
MAJMARNS A.L.J. de Wit,
AOOODND E. du Fijan,
MARN 1 ALG K.J. Zwart,
J. Vergouwe, 4,
LTZE 2 OC R. van Deutekom,
AOOMARNVB C. de Groot,
MATR 2 OD K. van Dijk,
J. Verhorst, 4,
LTZE 2 OC R. Flohil,
AOOODVB J.W.L.M. Kievits,
MATR 2 WDS S.H.J. de Goeij,
R.C.F. Vos, 4.
LTZA 2 OC P.P.M. Habets,
AOOWDW K.J. Mulder,
MATR 2 OD B.A.J. van de Graaf,
LTZE 2 OC A. Mijnheer,
AOOTDE C.H. Roozendaal,
MATR 2 OD T. van Heekeren,
Dienstverlaters
LTZT 2 OC L.H. Veldsema,
AOOMARNALG R. Woutering,
MATR 2 LDV R. Koorevaar,
W.D. Vijn,
LTZ 3 R. Panis.
SMJRMARNALG A. Fieret,
MATR 2 LDV T.J. Middelkoop,
D.B. Blakmoor,
SMJRMARNALG N.J. Kramer,
MARN 2 ALG B. Velberg,
P.F. Drolinga,
SMJRMARNALG J.C.A. Krens,
MATR 2 OD B.P. Wever,
J. de Haan,
Bevorderingen
SMJRMARNALG H.J. te Raa,
MATR 2 OD S.W. Wolfs,
J.P. Breddels,
AOOMARNALG E. Alma,
SMJRTDW T. Strikwerda,
MARN 3 ALG O.R. Dasselaar,
H.I. Sahin,
AOOWDE P.J.A. Bosman,
SMJRLDV P. van der Vliet,
MARN 3 F. van Ee,
J.M. Verhaaf.
AOOTDW M.M.M.C. Brok,
SMJRLDV A.J.A. de Vries,
MARN 3 S.I. Havenaar,
AOOLDA H.E. de Gorter,
SGTODVB A. Beugelaar,
MARN 3 ALG J.J.W.A. de Joode,
AOOMARNALG J.A.M. Koeman,
SGTLDV R. Elzinga,
MARN 3 ALG H.J. van der Klok,
AOOODVB A.S. Meijer,
SGTODOPS J.H.T.M. Poelen,
MATR 3 TD G.A. Louwerse,
AOOMARNVB I.R. Radix,
SGTMARNALG P.T. Schouten,
MARN 3 ALG G.A.A. Luurssen,
AOOODOPS E. Vlig,
KPLTDV R. van den Belt,
MARN 3 V.R. van Surksum,
SMJRMARNALG C. Balemans,
KPLADBZ A.T. Cattie,
MATR 3 LDA R. van Vlaardingen.
SMJRWDE C.J. van Betuw,
KPLMARNVB R. Naaktgeboren.
OnderoffIcieren
SMJRMARNALG L.J.J. Driessen,
Deze gegevens zijn afkomstig uit PeopleSoft en beschikbaar gesteld door Bureau Rapportages DC HR Enschede. Indien de getoonde informatie onjuist is, dient u contact op te nemen met DC HR: *06 733-3/ 0800 2255733 of P&O van uw defensieonderdeel.
43
+40
+30
+20
+10
SAILAmsterdam2010
0
19 T/M 23 AUGUSTUS WWW.SAIL.NL
-10
-20
-30
-40
Inschrijven voor 1 juli bij S1 eigen eenheid. Voor meer informatie: de toegevoegd mentor VVO, DSN-213-299 of 010-4539299