Arjuna
Perspectieven voor een nieuwe wijze van denken op basis van grondstellingen van de Oude Wijsheid
Digitaal orgaan van de LotusCirkel De LotusCirkel is het hart van de activiteiten die worden georganiseerd door Stichting "De Phoenix" te Breda en kent als zodanig geen constitutie of gezag. Bhakti (toewijding) in het dienen van de medemens in waarheid en liefde zonder onderscheid van ras, geloof, geslacht, afkomst, persoonlijke omstandigheden of politieke overtuiging beschouwt zij als haar voornaamste doel. Haar tweede doel is zich door middel van studie, gesprekken, cursussen en lezingen te richten op de uitgangspunten van de Oude Wijsheid, waarbij de Eenheid van alles wat bestaat centraal staat. Vanuit die visie wordt getracht om deze Eenheid als een levende werkelijkheid in de praktijk van het dagelijks leven te ervaren en derhalve daar consequenties aan te verbinden. Ten derde beschouwt zij Religie, Filosofie en Wetenschap als de drie aangezichten van één geheel om vanuit die synthese het Leven in al zijn aspecten, zowel geestelijk als stoffelijk, macro- en microkosmisch, te verklaren. Zij gaat hierbij uit van de Eenheidsgedachte en de onveranderlijke Wetten van de Natuur, waaraan alles wat leeft en bestaat onderhevig is, waar ook in de uitgestrektheid van het Universum, en dat ALLES uit één Universele Goddelijke BRON is voortgekomen en zal terugkeren.
!"#$%&'
Arjuna - Nr. 10 - 1 Mei 2014 Digitaal orgaan van de LotusCirkel http://www.lotuscirkel.nl Perspectieven voor een nieuwe wijze van denken op basis van grondstellingen van de Oude Wijsheid Verschijnt 12 x per jaar per de 1e van iedere maand. Een abonnement is gratis en is per e-mail of telefonisch aan te vragen. Vragen en opmerkingen zijn welkom. Deze kunnen worden gericht aan de redactie via het onderstaand e-mailadres. Stichting “De Phoenix” te Breda E-mail:
[email protected] Telefonisch: 06-50747203 Uit deze uitgave mag uitsluitend iets verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand en/of openbaar gemaakt worden door middel van druk, fotokopie, microfilm, opnamen, of op welke andere wijze dan ook, hetzij chemisch, elektronisch of mechanisch, na voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. © 2014 Stichting "De Phoenix" te Breda
Inhoud 3 Zeven theosofische sleutels tot inzicht in de evolutie van Mens, Aarde en Kosmos door Juda
9 Argumenten voor reïncarnatie (1) door Willy Rijlaarsdam
10 Argumenten voor reïncarnatie (2) door Mieke van der Valk
11 Het kwaad in de wereld door Robert A. Pullen
12 Vraag en antwoord in het licht van de Theosofie - Theosofie en crematie
gens een begin of eind, behalve daar waar nieuwe kosmische geboorten plaatsvinden - een Manvantara - van zonnen en planeten, om na een kosmische Dag over te gaan in een kosmische Nacht - een Pralaya - en weer tevoorschijn te treden na een onnoemelijk aantal aardse jaren op een hogere trede van de kosmische evolutie, met een nieuwe bestemming binnen het grote Goddelijk Plan. Zo tikt de eeuwige klok van het universum…
Zeven theosofische sleutels tot inzicht in de evolutie van Mens, Aarde en Kosmos
DE CYCLUSSEN IN DE NATUUR Alles voltrekt zich in cyclussen, alles komt en gaat, de dag en de nacht, slapen en waken, sterven en weer geboren worden, de seizoenen op het noordelijk en zuidelijk halfrond. De jaarcyclus van januari tot en met december, en dan begint alles weer opnieuw. Zo boven, zo beneden, zo hier, zo daar. Overal, hier op aarde en in de hele kosmos. Er is nergens een lineaire ontwikkeling, alleen een circulaire. Waar een periode van manifestatie op kosmisch, planetair of menselijk niveau begint, eindigt deze ook weer na een complete cirkel te hebben getrokken. Alles is analoog aan elkaar in de Natuur. Overal kom je dezelfde processen tegen, zowel in het groot als in het klein. Alles heeft invloed op elkaar. Er is een onlosmakelijke verbondenheid tussen alles. Alles is elkaars hologram… Enorme kosmische Krachten werken op alles in, van het kleinste atoom tot en met de grootste galactische stelsels, geleid door Goddelijke Intelligentie. Overal is samenwerking, van hoog tot laag, verbonden in een Universele Broederschap op grond van de gemeenschappelijke goddelijke oorsprong van Alles wat bestaat. Tijd is een illusie. Verleden en toekomst vloeien in elkaar over en komen samen in het moment NU. Zij hebben geen apart, afgescheiden bestaan van elkaar. Er is alleen maar tijdloos NU, ongedeeld, eeuwig, AL-tijd!
1. De Eenheid van alles wat bestaat 2. De cyclussen in de Natuur 3. Kosmische en aardse evolutie 4. De zevenvoudige samenstelling van Mens en Kosmos 5. Karma 6. Reïncarnatie 7. De Wet van Universele Liefde door Juda
‘Een Alomtegenwoordig, Eeuwig, Grenzeloos en Onveranderlijk BEGINSEL …; een absolute Werkelijkheid die vooraf gaat aan alle gemanifesteerd, beperkt zijn’.1 DE EENHEID VAN ALLES WAT BESTAAT Het bovenstaande is de kern van de kern waaruit alles tevoorschijn treedt en weer naar terugkeert, waar ook in het hele Universum. Van daaruit wordt het hele stelsel van theosofische leringen ontvouwd en komt alles samen in één geheel. Alles is een GEHEEL, dat zich uit in oneindige stadia van bewustzijn, evolutionaire ontwikkeling en vormen, met als grondslag bewustzijn per se. Er is nergens afgescheidenheid, alleen Eenheid in verscheidenheid. Er is ner!
"!
KOSMISCHE EEN AARDSE EVOLUTIE De mens is een kind van de sterren. Wij zijn samengesteld uit sterrenstof. Alle elementen uit de kosmos bevinden zich in ons lichaam. Wij zijn er onverbrekelijk mee verbonden. Wij zijn verbonden met de Twaalf Huizen van de Dierenriem, individueel en collectief, door middel van vitaal-elektromagnetische verbindingen, waarlangs wij, als bij een navelstreng, vanuit de Kosmos met kosmische krachten worden gevoed. Het zijn onze kosmische ouders en leraren. Zij waken over ons als kosmische goden zoals een vader en moeder over hun kinderen. Ons lot (karma) is geschreven in de sterren door de Lipika, de optekenaars van het Âkâsische grootboek van de Natuur. Wij maken deel uit van een kosmisch evolutieplan, waarvan de aardse evolutie een onderdeel is. Tezamen met de drie elementalenrijken, het mineralenrijk, het plantenrijk en het dierenrijk zijn wij als mensenrijk monadische essenties, die zich uitdrukken in hun respectievelijke Swabhâvische ontwikkelingslijn, om zich in volgende kosmische manifestaties trapsgewijs verder te ontwikkelen naar hiërarchische godenrijken.
aan het stoffelijk tegendeel, waarbij de ontwikkeling van het denkvermogen een cruciale rol speelt. Dit vermogen - een onderdeel van de constitutie van de mens als een samengesteld wezen, dat als zodanig los staat van de ontwikkeling van het breinverstand in het stoffelijk lichaam van vroeger en nu - is wat de mens tot mens maakt. Hij onderscheidt zich daarmee van alle andere rijken in de natuur onder hem. Naarmate de mens door middel van dit vermogen steeds meer tot zelfbewustzijn groeit, zichzelf gaat leren kennen als een samengesteld wezen en het hele kosmische plan van zijn bestaan gaat begrijpen, groeit hij langzaam van zelfbewustzijn tot Zelf-bewust van zijn ZIJN. Hij gaat het bewustzijn ontwikkelen van het inzicht, dat het hele universum in hem aanwezig is, dat hij daarvan de micro-afspiegeling is in zijn samengesteldheid. Het grote moment dat hij zich hiervan volledig bewust wordt, is hij geworden tot een Boeddha of een Christus, en verwerft hij een Al-wetend kosmisch bewustzijn. Alvorens hij dit punt in zijn manvantarische ontwikkeling bereikt, heeft hij talloze manifestaties doorgemaakt in lichamelijke vormen. Onvoorstelbare lichamelijke behuizingen heeft de huidige mens als geestelijke entiteit in zijn evolutionaire ontwikkeling achter zich, van cyclopische reuzen met één oog tot aapachtige ‘King-Kong’ wezens. De zogenaamde Neanderthaler als voorouder en als afstammeling van de apen is een evolutionaire mythe, een Darwinistisch dwaallicht, omdat de mens zich nooit uit de apen heeft ontwikkeld, maar uit zichzelf als een uitrollende geestelijke entiteit - de Monade - die zich heeft ingewikkeld in stoffelijke vormen. Het proces heeft zich vanbinnen naar buiten voltrokken, in steeds dichtere vormen van atomaire samenstelling - ‘rokken van vellen’ - tot wat wij heden ten dage zijn. De toekomst zal weer een heel andere mensheid qua bewustzijn en vorm te zien geven dan de huidige, want de
Met de aardse tijdmaat gerekend duren deze processen miljarden jaren. De evolutieperiode van een zonnestelsel wordt een Saurya-manvantara genoemd en die van de aarde een Bhauki-manvantara. Deze laatste duurt viermiljarddriehonderdentwintigmiljoen aardse jaren. Het proces binnen een manvantara is altijd tweeledig. Er vindt in de eerste helft van het proces een involutie plaats van het geestelijke aspect en een evolutie van het stoffelijke aspect, terwijl in de tweede helft van de manvantarische cyclus het proces omkeert. Het hele proces dient om van bewustzijn tot zelfbewustzijn te groeien door spiegeling van de geest !
#!
evolutie (en involutie) kent nergens stilstand, hooguit vertraging. Er is eeuwige beweging.
met de anatomische samenstelling van mens en dier. Ook de planeet heeft haar organen en ledematen, haar huid en zintuigen, en wij zijn daar een onderdeel van, net zoals miljoenen kleine levens die ons lichaam samenstellen in de vorm van cellen en bacteriën, in clusters van verschillende geaardheid als mini-universa.
Dit hele proces is geen automatisch vanzelfsprekend gebeuren. De mens heeft met de ontwikkeling van het denkvermogen verantwoordelijkheid gekregen voor zijn denken en daden. Hij wordt hier door de Natuur direct voor verantwoordelijk gesteld door middel van de wet van actie/reactie, oftewel de Wet van oorzaak en gevolg. Hij heeft de ingebouwde geestelijke/morele genetische code meegekregen van zijn geestelijke voorvaderen, zijn oudere broeders, de Mânasaputra’s, om het onderscheid te kunnen maken tussen ‘goed en kwaad’. Door dit onderscheidingsvermogen wordt hij in staat gesteld om te kiezen tussen onzelfzuchtigheid en zelfzucht; tussen zijn diepste kosmische aard van universele vrede, liefde en onbaatzuchtigheid of afgescheidenheid van de kosmische stroom, waardoor hij zijn ware zelf niet meer herkent en zijn omgeving hem vijandig voorkomt.
In een groter geheel is dit ook het geval met de Kosmos. Kijken wij bijvoorbeeld naar onze ‘eigen’ Melkweg, dan vormen de myriaden zonnestelsels die haar samenstellen dezelfde opbouw en structuur als de cellen waaruit ons lichaam is opgebouwd. Zij volgen dezelfde patronen van geboorte tot het stervensproces van de mens als geheel en alle cellen individueel die het lichaam samenstellen. Er is overal hetzelfde proces, van atoom tot en met sterrenstelsels en alles daar tussenin. Overal volgt de Natuur hetzelfde patroon. Wat een majestueuze goddelijke schoonheid om dit in te zien en te ervaren als een levende werkelijkheid! Het maakt in één klap veel van de mysteries van het Leven in universele zin duidelijk.
De mens is zijn eigen bevrijder en rechter, die zelf bepaalt wat hem karmisch toekomt, zonder voorspraak door iets of iemand bij een hogere macht die hem een ‘gunst’ verleent. Zijn leven wordt bepaald door de Wetten der Natuur, die reageren op zijn denken en daden. Hij is zelf de wever van zijn web, van alles wat hem in het leven overkomt. Zo zijn alle mensen door wederkerige beïnvloeding met elkaar lotsverbonden en heeft iedereen in alles een aandeel wat er op deze wereld gebeurt, zowel wat het goede als wat het kwade betreft, als in grote en kleine gebeurtenissen. Alles is Eenheid! De planeet Aarde als geheel ondergaat eenzelfde proces, omdat alle onderdelen die in en op haar gehuisvest zijn, als totaal haar lichaam vormen, evenals dit het geval is !
DE ZEVENVOUDIGE SAMENSTELLING VAN MENS EN KOSMOS Toch zou zonder de gouden sleutel van de zevenvoudige samenstelling van mens en kosmos al het bovenstaande een stuk moeilijker te begrijpen zijn. Het getal zeven is een universeel getal dat we overal tegenkomen, zoals de zeven dagen van de week, de zeven tonen op de toonladder, de zeven kleuren van het prisma en de regenboog. In de esoterie wordt er gesproken over de zeven heilige planeten, de zeven grote ringen of ronden van evolutionaire ontwikkeling over de zevenvoudig samengestelde planeten binnen het zonnestelsel (en ook daarbuiten). Deze opbouw komen we $!
overal tegen. De Theosofie spreekt dan ook van het feit dat alles een gelaagdheid is van zeven te onderscheiden ‘delen’2, maar in feite gaan zij vloeiend in elkaar over als toestanden van bewustzijn die zich uiten in een bepaalde samenstelling en door de wet van cohesie als ‘delen’ worden samengehouden in een actieve swabhâvische uitdrukkingsperiode, overeenkomend met het kosmisch gebied waar het zich afspeelt. Dit geldt voor zowel de mens, een dier, een planeet, een zonnestelsel, maar ook voor atomen of welk rijk der Natuur dan ook waar levensuitdrukkingen zich manifesteren. Daardoor is bijvoorbeeld reïncarnatie en karma te verklaren, leert men wie of wat incarneert of wederbelichaamt in een nieuwe levensperiode, en wat er gebeurt na de dood en vóór een nieuwe geboorte. De zevenvoudige samenstelling van de Natuur, in het bijzonder die van de mens, geeft ons inzicht in de hele opbouw ervan en verklaart op logische wijze hoe de ‘delen’ zich tot elkaar verhouden en in feite een eenheid vormen.
seconde de invloed van kosmische gebeurtenissen waar wij geen idee van hebben, evenals de invloed van alles in onze directe omgeving. Hoe wij reageren op alles wat op ons afkomt, bewust of onbewust, bepaalt weer ons eigen toekomstig karma. De maatstaf daarbij is of onze acties in denken en handelen van een zelfzuchtige of onzelfzuchtige aard zijn, ook op een subtiel niveau. Vanuit dat standpunt gezien dragen wij verantwoordelijkheid voor onze omgeving. Hoe groter de mate van onbaatzuchtig denken en handelen, des te meer zijn wij een zegen voor onze omgeving en een regenerende kracht ten goede. Omgekeerd, bij zelfzuchtig denken en handelen, veroorzaken wij precies het tegenovergestelde. Wij zijn echter altijd vrij om te denken en te doen wat wij willen, maar het is niet vrijblijvend. Alles heeft gevolgen, en overal hangt een ‘prijskaartje’ aan. Wie deze wetmatigheid in de Natuur begrijpt, gaat zich meer verantwoordelijk voelen voor zijn omgeving, maar ook voor zichzelf. Het hogere deel van het bewustzijn gaat ingrijpen in het lagere deel om er verantwoord leiding aan te geven en het niet meer ‘los van God’ te laten leven.
KARMA3 Niets staat op zichzelf. Alles staat in een oorzakelijk verband tot elkaar. Er is nergens karma waar iets of iemand buiten valt. Alleen de mate waarin karma wordt ondergaan en beleefd, is verschillend. Er wordt elk moment karma ondergaan en gecreëerd, zowel collectief als individueel. De aard van ons denken en handelen bepaalt het soort karma dat wij opbouwen. Dat is voor iedereen verschillend, zowel individueel of als groep (groepskarma). Niets is zonder gevolgen, zelfs niet de manier waarop wij ademhalen of achteloos een propje papier weggooien. Ook wordt er gezegd dat zelfs de verst verwijderde ster wordt beïnvloed door gedachten die wij denken en handelingen die wij verrichten. Omgekeerd is dit ook zo. Wij ondergaan dagelijks iedere !
REÏNCARNATIE Het leven is geen eenmalige aangelegenheid. Eén leven is niet voldoende om alle opgebouwde gedachten van verlangens en wensen uit te werken of gemaakte fouten goed te maken. Eenmaal gecreëerde gedachten - scheppende energieën - moeten ergens hun uitwerking of verwezenlijking vinden, want gedane zaken nemen geen keer. Reïncarnatie biedt die gelegenheid. Een ander punt is dat het zonder reïncarnatie en karma onverklaarbaar is waarom de een in bittere armoede wordt geboren en de ander in een rijk gezin met alle materiële weelde van dien. Dit geldt ook voor hen die worden geboren met een verkrachter als vader %!
en een angstige, bedreigde moeder, of een baby die geboren wordt in een liefdevolle omgeving, waar een vader en een moeder hun geluk niet op kunnen bij de geboorte van hun zoon of dochter. Zonder een goed begrip van reïncarnatie en karma zou het leven een schreeuwende ongerijmdheid zijn waarin alles een stomme toevalstreffer is, waar geen enkele oorzaak aan ten grondslag ligt. De theosofische visie op en uiteenzetting van de Wet die aan reïncarnatie ten grondslag ligt, geeft een bevredigende verklaring waarom deze Wet als een feit in de Natuur kan worden gezien. Dit geeft hoop en zin aan het leven en biedt uitzicht door inzicht.
aangebroken voor de ziel om zijn reis weer aan te vangen voor een nieuwe incarnatie op aarde in een nieuw lichaam, dat overigens wordt opgebouwd uit dezelfde elementen als waaruit het vorige lichaam bestond. Alleen in een andere setting, verfrist en gerevitaliseerd op het gebied waar zij verbleven tijdens de periode dat de ziel - de reïncarnerende ego zoals de Theosofie deze noemt - in het Devachan verbleef. Voorafgaand aan de reis van de ziel naar het Devachan om daar ‘geboren’ te worden, ondergaan alle zelfzuchtige gedachten en lagere begeerte-elementen van het laatst geleefde leven een louteringsproces in wat het KâmaLoka wordt genoemd. Daar wordt men geconfronteerd met alles wat niet al te fraai was in het afgesloten leven. Ook daar geldt dat deze lagere begeertetoestand niet langer duurt dan de mentale intensiteit waarmee de denkbeelden en daden tijdens het aardse leven werden opgebouwd, om vervolgens als Kâma-Rupa (begeertelichaam) de tweede dood te ondergaan, waarna de ware menselijke ziel eindelijk vrij is en aan zijn rustperiode, tussen twee aardse levens in, kan beginnen. Technisch gesproken kan men het ook zo zeggen: zodra de karmische samenhang van de constitutie van de samengestelde mens aan het einde van zijn aardse leven is uitgewerkt, ‘ontkoppelen’ de ‘delen’ zich, start de revitalisatie- en rustperiode en gaan alle onderdelen naar hun respectievelijke gebied terug waar ze krachtens hun aard thuishoren, tot de Wet van oorzaak en gevolg ze weer samenbrengt om een nieuwe actieve periode of cyclus te starten in een leven op aarde.
Wat het proces van reïncarnatie betreft: direct na de dood valt de mens als een samengesteld wezen uiteen. De lagere delen van zijn zevenvoudige constitutie gaan successievelijk tot ontbinding over, het stoffelijk lichaam als eerste. Direct daarna gebeurt dit met het astraal lichaam op het astraal gebied, de eerstvolgende poort waar de menselijke ziel doorheen trekt op weg naar zijn uiteindelijke rusttoestand en spirituele droomomgeving, het Devachan genaamd, om daar voor een gemiddelde periode van meer dan duizend aardse jaren in een uiterst gelukzalige droomtoestand te verblijven, maar desalniettemin met een realiteitsgehalte dat vele malen sterker is dan het bewuste leven hier op Aarde. Er is geen enkele vorm van kommer en kwel, en alle dierbaren die ons tijdens ons aardse leven waren ontvallen of die wij hebben moeten achterlaten ten tijde van ons overlijden, ervaren wij daar om ons heen als in onze gelukkigste momenten met hen op aarde. De duur van deze droom is evenredig aan de intensiteit van de gedachtebeelden waaruit zij bestaat (die tijdens het aardse leven werden opgebouwd) om steeds vager te worden, totdat het moment is !
Overal in de Natuur is dit proces van vernieuwing waarneembaar. Niets blijft eeuwig in zijn bestaansvorm voortleven. Alles komt en gaat wat de vormen betreft. Bij de mens is dit duidelijk zichtbaar door het proces van de geboorte tot &!
de dood te volgen van iemand die door ouderdom komt te overlijden. Andere oorzaken van overlijden laten we even buiten beschouwing, zoals kindersterfte, ongevallen, moord of ziekte. Als men naar zijn eigen babyfoto’s kijkt op de leeftijd van, laten we zeggen, tachtig jaar, dan heeft men tijdens het leven heel wat uiterlijke veranderingen ondergaan. Men was baby, peuter, kleuter, tiener, twen en vervolgens een dertiger, veertiger, 55-plusser, 65 jaar en tenslotte langzaam een bejaarde, al dan niet gezond of behoeftig. Het is een wonderbaarlijke ervaring jezelf terug te zien in al die levensfases en te constateren dat je zelfbewustzijn altijd hetzelfde is gebleven. Zo ziet men alles komen en gaan, ook in zijn eigen omgeving.
ons ware Zelf, dat wat wij in werkelijkheid zijn. Alle andere ‘delen’ om ons heen en in ons zijn tijdelijk en vergankelijk. Het zijn onze voertuigen waarin wij ons uitdrukken als wij in incarnatie op aarde zijn. Ze hebben echter niets geestelijks. De Aarde is een leerschool tijdens het leven. Wij zijn hier om te leren van onze fouten uit het verleden. Daarvoor worden wij door de Wet van oorzaak en gevolg in incarnaties samengebracht om uit te groeien boven alle paren van tegenstellingen door harmonie te brengen in ons eigen leven en onze omgeving. Richtlijnen daarvoor zijn door alle grote Wijzen in de loop van vele eeuwen gegeven in hun respectievelijke ethische geschriften. Door de moderne theosofische beweging zijn deze vertaald in de taal van deze tijd. De boodschap is echter hetzelfde: ontdoe u van iedere vorm van zelfzucht, en beleef uzelf en anderen alsmede uw omgeving, de dieren, de planten en de elementen als een universele broederschap op grond van de eenheid van alles wat bestaat. Vind daarin, en in het geluk van anderen, uw levensgeluk. Werk mee met de Wetten van de Natuur en zij zullen u ten dienste staan in uw oprechte pogen uw menszijn in de ware betekenis van het woord in daad en gedachte tot uitdrukking te brengen. Wie in naam van het goddelijke zijn leven leidt, zal die aanwezigheid altijd ervaren, zelfs in de meest erbarmelijke omstandigheden. Men zal weten dat alles rechtvaardig is, dat wij alles zelf hebben veroorzaakt in het vorig leven, een vorig leven of een combinatie van vorige levens, en dat wij te allen tijde onze toekomst zelf in handen hebben.
Tijdens het verblijf van de menselijke ziel of reïncarnerende Ego in Devachan, voltrekt zich nog een ander mystiek proces. De meest innerlijke essentie van de mens, de Monade (samengesteld uit de goddelijke kern en het geestelijk omhulsel), maakt een reis langs de zeven heilige planeten, zoals ze worden genoemd, binnen het zonnestelsel, om daar in diverse sferen ervaring op te doen op haar eigen gebied van bewustzijn. Een noodzakelijke ‘reis’ binnen de circulaties van de kosmos, waar vele mystieke processen in de Natuur mee verbonden zijn. Precies op het tijdstip dat de reïncarnerende ego zijn rust in Devachan heeft voltooid en zich opmaakt voor een nieuwe incarnatie op aarde, heeft ook de Monade haar reis voltooid. Al die tijd was de reïncarnerende ego in Devachan onlosmakelijk verbonden met de Monade, terwijl zij toch ieder hun eigen proces doormaakten. De reïncarnerende Ego rust echter altijd in de boezem van de Monade. Deze drie-eenheid is de ware mens die overblijft na de fysieke dood en gaat van leven tot leven. Het is de eeuwigheidspelgrim die altijd blijft bestaan, !
DE WET VAN UNIVERSELE LIEFDE De Wet van Universele Liefde is de Wet die alles in alles laat samenkomen in de opperste ervaring van Vrede en Kosmische Liefde wat een mens in zich ervaart als hij tot '!
kosmisch bewustzijn is gekomen. Het is het innerlijk Licht van een Boeddha/Christus. Het is dat schitterende geestelijke Licht waarin alles in een transcendent geheel samenkomt, waar geen tegenstellingen meer zijn, in een ultieme gelukservaring, die op geen enkele wijze te beschrijven valt. Het is geen doel om dat te bereiken, maar het valt een mens ten deel als hij leven na leven heeft bewezen overal en onder alle omstandigheden onzelfzuchtig te hebben gehandeld ter bevordering van het welzijn van alle levende wezens om hem heen en op de hele wereld. Een mens die al zijn denken en handelen eeuwenlang heeft opgedragen aan de Goddelijke Geest van alles wat bestaat in de uitgestrektheid van het Universum en nooit meer heeft verlangd naar de resultaten. Zo iemand is thuisgekomen bij zijn ‘Vader in de Hemel’, thuisgekomen bij het ZELF, dat voor hem gereed was vanaf het begin der kosmische Tijden. Zoals Jezus het in de Bijbel zegt: “Zo gij het leven wilt behouden, zult gij het eerst moeten verliezen.” Wie alles opgeeft voor HEM, voor HET, zal het ‘Koninkrijk der Hemelen beërven’, want het ‘Koninkrijk der Hemelen is in U lieden’. Dát is de creatieve Kracht waarmee Wijzen zich voeden en waardoor zij stralen van Wijsheid en Liefde. Het is deze allesdoordringende Kracht van onbaatzuchtige, allesomvattende liefde waarmee ijzer kan worden omgezet in goud: de alchemistische staf van een pelgrim van God, die hem overal op zijn pad tot steun zal zijn en hem als een wichelroede leidt op de paden des levens. Deze Liefde is waarlijk het ‘cement van het Universum!’ _______
Argumenten voor reïncarnatie (1) door Willy Rijlaarsdam
De mens is een ingenieus, veelzijdig wezen met zo ontzettend veel aspecten, zowel op fysiek als op geestelijk niveau, dat de tijd die beschikbaar is gedurende één leven, (zelfs indien een hoge leeftijd wordt bereikt) te beperkt is om alle indrukken die men op doet te verwerken, kennis tot zich te nemen, ervaringen op te doen, vaardigheden, talenten en potentieel aanwezige mogelijkheden te ‘ontwikkelen’. Bovendien heeft niet iedereen gelijke kansen. Een kind dat bijvoorbeeld onder erbarmelijke omstandigheden geboren wordt, niet de mogelijkheid krijgt onderwijs te volgen, verwaarloosd en wellicht uitgebuit wordt, zal alle krachten nodig hebben om te ‘overleven’ en zal zich moeilijk optimaal kunnen ontwikkelen. Een ander kind dat wordt geboren in een welvarend, ontwikkeld land, bij liefdevolle ouders, die geen financiële problemen kennen heeft in principe meer mogelijkheden. Als het leven eenmalig zou zijn en de ontwikkeling afhankelijk van ‘toevallige’ omstandigheden, tijdgebrek en willekeur, zou het leven zinloos en bijzonder onrechtvaardig zijn. Na één leven zou de ontwikkeling namelijk nog lang niet voltooid zijn. Als dat proces dan al na één leven afgebroken wordt zonder dat het doel is bereikt, is dat verspilling van tijd en energie. Heel simpel omschreven komt het erop neer dat de lessen die men geleerd heeft tijdens het leven niet verloren gaan. Als de mens reïncarneert, kan worden voortgeborduurd op de kennis en de ervaring die de ziel heeft opgedaan in haar vorige incarnatie en kunnen deze verder worden uitgewerkt. Dit kan zo vele levens voortgaan, totdat het uiteindelijke le-
1) De Geheime Leer - H.P. Blavatsky - Pag. 43 - Uitgave TUP - Den Haag 1988
2) Zie schema De zevenvoudige samenstelling van de mens http://www2.lotuscirkel.nl/zeven.pdf 3) Zie Karma Aforismen door W.Q. Judge http://www2.lotuscirkel.nl/karma.pdf
!
(!
vensdoel is bereikt. Op grond van de theosofische verklaring van reïncarnatie worden de omstandigheden waarin men wordt geboren bepaald (veroorzaakt) door de wijze waarop men heeft geleefd. Wanneer iemand bijvoorbeeld op zelfzuchtige wijze heeft gehandeld, waardoor de harmonie is verstoord, is het mogelijk dat er in een volgend leven bepaalde situaties op zijn pad komen, die de mogelijkheid bieden de harmonie te herstellen. Voor mij is het logisch dat die persoon de gevolgen van zijn handelen moet dragen en de mogelijkheid krijgt de balans weer te herstellen. Aangezien de mens een denkend wezen is en keuzes kan maken, is hij daar zelf verantwoordelijk voor. De wet van oorzaak en gevolg is logisch en rechtvaardig. Er gebeurt nooit iets ‘zo maar’. Er gaat altijd een actie vooraf aan een reactie. Er is altijd een oorzaak, die leidt tot een gevolg. De leer van reïncarnatie geeft hoop en zin aan het leven.
open te staan voor een andere manier van denken, waarbij hij zijn eigen vaststaande denkpatronen even opzij moet kunnen zetten. Hij zou door argumenten tot de overtuiging kunnen komen van reïncarnatie. Ergens van overtuigd zijn, houdt in dat je zelf de waarheid ervan inziet, dit in tegenstelling tot het begrip ergens in ‘geloven’. Dan neem je iets aan wat een ander zegt, of dit nu waar is of niet. Een argument voor reïncarnatie is voor mij als ik naar mezelf kijk, dat ik mijn eigenheid, mijn bewustzijn, hetzelfde is als toen ik jonger was (ik ben 63), en dat de buitenkant, het lichaam, duidelijk ouder wordt. Er is dus verschil tussen mijn innerlijk en mijn uiterlijke vorm. Mijn uiterlijke vorm veroudert, is sterfelijk, en mijn innerlijk, mijn ik ben ik, blijft bestaan. Ik heb een lichaam en ik ben een ziel is voor mij de logische conclusie die hier uit voort vloeit. Een ander argument is dat er zoveel verschillen zijn waar te nemen tussen alle mensen die je kent of waar je van hoort. Iedereen beweegt zich op zijn eigen manier door het leven. Elk mens wordt onder bepaalde omstandigheden ergens geboren en gaat daar op zijn eigen manier mee om. Waarom wordt de een geboren onder gunstige omstandigheden in een rijk land in een fijn gezin en wordt de ander geboren onder in een land waar armoede en gebrek heerst, in een gezin waar kinderen mishandeld worden. Waarom die oneerlijkheid? Is dat gewoon maar toeval? Waarom wordt de een ‘toevallig’ ernstig ziek en heeft een ander ‘toevallig’ een goede gezondheid? Waarom treft, welk leed dan ook, de ene mens en gaat de ander vrij onbezorgd door het leven. Zoveel ‘toeval’ gaat er bij mij niet in. Gezien vanuit het standpunt van reïncarnatie wordt een ziel geboren bij die ouders en op juist die plaats en in die tijd waar deze ziel de optimale gelegenheid krijgt zich verder te ontwikkelen. Hij heeft daar in een/het vorig leven een karmische band mee
Argumenten voor reïncarnatie (2) door Mieke van der Valk
Het begrip reïncarnatie is algemeen bekend tegenwoordig. Mensen hebben er vaak een uitgesproken mening over: men ‘gelooft’ er in of niet. Als je probeert iemand uit te leggen waarom je er van overtuigd bent dat reïncarnatie een natuurlijk proces is, loop je aan tegen het probleem dat mensen altijd bewijzen willen hebben, zwart op wit. Dit is een logische gedachte van iemand die ergens sceptisch tegenover staat. Ze willen overtuigd worden door middel van vaststaande feiten en dat is lastig. Reïncarnatie is alleen uit te leggen door een aantal argumenten aan te voeren die steek houden, en de toehoorder moet bereid zijn !
)*!
opgebouwd. Het leven op aarde wordt gezien als leerschool voor de ziel. Als je er zo naar kijkt, krijgen al die ‘toevalligheden’ en ‘oneerlijkheden’ een andere lading.
gelijks leven lijden mensen aan een ernstige vorm van bewustzijnsvernauwing. Daardoor zijn de enkele spleten in de ‘grot’ van het dagelijks leven waarin wij opgesloten zitten, waar geestelijk licht doorheen schijnt, voor velen onzichtbaar. Zij die dit licht wél waarnemen en het door willen vertellen, worden vaak niet serieus genomen, ronduit voor gek verklaard, onwetenschappelijke dwepers genoemd of spirituele zwevers. Alleen zij die denken de waarheid in pacht te hebben, hetzij religieuze of wetenschappelijke ‘deskundigen’, claimen meestal het gelijk aan hun kant te hebben. Tussen deze twee uitersten speelt de dans des levens zich veelal dagelijks af. Men zit het hoofd te schudden met een kopje koffie in de hand bij de tv-nieuwsprogramma’s, zonder zich af te vragen waar de oorzaken van alle misstanden in de wereld liggen. Zo gaan wij door, dag na dag, totdat er zich ergens op de wereld ver weg of dichtbij een ramp voltrekt en wij meewarig zeggen: “Het is me wat”, er ons een mening over vormen om onszelf vervolgens weer in de slaap van de zalige onwetendheid te sussen…
Het kwaad in de wereld door Robert A. Pullen
Waar komen toch het kwaad en alle verschrikkingen in de wereld vandaan? Internationaal worden er jaarlijks duizenden rapporten geschreven op basis van onderzoekingen naar de oorzaak van wantoestanden op allerlei gebied. Onvoorstelbaar leed berokkenen mensen elkaar, individueel en collectief. Liegen, bedriegen, haken naar het grote geld door drugsbendes, graaiende bankiers, corruptie, mensenhandel, verkrachtingen, de seksindustrie, moorden, noem het maar op. Niet zelden liggen er aan oorlogen afgunst, religieuze conflicten, dictatoriale ambities of economische belangen ten grondslag. Veegt men alles op één hoop en gaat men naar de kern van de kern van de collectieve oorzaak van al deze ellende, dan komt men bij twee grondoorzaken terecht: zelfzucht en onwetendheid. Zelfzucht wat betreft het afgescheiden denken ten opzichte van alles en iedereen, onwetendheid wat betreft het hoe, waarom en vanwaar van het menselijk bestaan en het hele leven. Het eerste is meestal het gevolg van het tweede. Ondanks onze moderne technologische wereld, hebben wij over het algemeen maar twee handvatten waaraan wij ons vastklampen in ons denken: een dogmatische religie en een materialistische wetenschap. Beide hebben geen universeel karakter en zijn afgesneden van de geestelijke Werkelijkheid achter de schermen die ons hele leven aanstuurt en waaraan wij ons ‘bestaan’ te danken hebben. Op veel terreinen van ons da!
In het boek De Mahatma Brieven aan A.P. Sinnett treft men een passage aan uit een brief uit 1882. Daarin wordt de oorzaak van het kwaad in de wereld aangetoond door een Mahatma, een van die grote mensen met bijna een bewustzijn als van een Boeddha, waardoor hij in staat is, met zijn geestesoog, ver achter de sluiers van de stoffelijke wereld te kunnen schouwen en de oorzaak te zien van alles wat op deze planeet plaatsvindt. De woorden van de Mahatma kunnen door schrijver dezes op geen enkele wijze beter worden gezegd. De betreffende passage spreekt geheel voor zich, alsof deze gisteren is geschreven. Laat men zijn eigen conclusie trekken…: http://www2.lotuscirkel.nl/Mahatma.pdf ))!
vraag hoe theosofen erover denken. Maar iedereen is er vrij in om daarover te denken zoals hij of zij wil.
Vraag en antwoord in het licht van de Theosofie
Vr.: Ook begrijp ik dat men een overledene nooit binnen 48 uur moet cremeren of begraven?
Vr(agensteller): Waarom geven theosofen de voorkeur aan crematie boven begraven als iemand komt te overlijden?
Th.: Dat is juist vanuit een theosofisch standpunt gezien. Het is van het grootste belang dat het proces van het levensoverzicht zo min mogelijk wordt verstoord nadat iemand is overleden. Helaas is dit niet altijd mogelijk. Denk hierbij aan een verkeersongeluk of de omstandigheden rondom een ziekenhuisbed. Thuis overlijden, onder ‘normale’ omstandigheden, is het meest wenselijke. Zorg dat er rust heerst rond een zojuist overledene. Brand een stokje wierook en houd eventueel een wake. Liever niet uitkleden en wassen, maar gewoon iemand volledig met rust laten, ook al ligt iemand er ‘raar’ bij. Desnoods op (een) bed leggen, maar verder niets doen, pas na 48 uur. Het is het grootste respect dat je een overledene kan tonen.
Th(eosoof): De reden daarvoor is gelegen in de processen die na de dood plaatsvinden. Zodra de dood door een arts is vastgesteld, is er nog zeker 48 uur hersenactiviteit. De ‘film’ van het afgelopen leven wordt afgedraaid, hierin wordt iedere gebeurtenis, tot en met de kleinste details, ‘gezien’ door ons geestelijk oog en met ons geestelijk bewustzijn begrepen. Alle oorzaken en gevolgen worden in hun juiste perspectief tot elkaar waargenomen en het geestelijk bewustzijn ziet dat alles op grond daarvan is verlopen zoals het is verlopen en dat het terecht is. Het neemt deze imprint in haar boezem mee en deze zet de toon voor de volgende incarnatie na de rust in Devachan. Zodra het levensoverzicht na de stoffelijke dood is afgerond, is het stoffelijk lichaam pas echt dood. Het is in het belang van de processen die daarna volgen dat het stoffelijk overschot zo snel mogelijk wordt ontbonden. Crematie is derhalve de snelste en meest efficiënte manier om het stoffelijk overschot te ontbinden. Ook vanuit een hygiënisch standpunt is het wenselijk.
Vr.: In het licht van wat u zojuist heeft gezegd is het balsemen van een lichaam wellicht hélemaal uit den boze? Th.: Wij zeggen nooit wat iemand moet doen, maar vanuit een theosofisch standpunt gezien heeft u gelijk. Delen van een lichaam bewaren of zelfs het hele lichaam is onwenselijk, omdat alles na de dood ontbonden moet worden, daar hetzelfde atomaire ‘materiaal’ weer samenkomt door karmische wet bij de volgende incarnatie. Door het ‘bewaren’ van het stoffelijk overschot kan de ziel bij zijn volgende incarnatie daar grote hinder van ondervinden, omdat zijn (levens)atomen niet zijn gerevitaliseerd voor de volgende incarnatie en derhalve niet klaar zijn om de nieuwe vorm op te
Vr.: Maar er zijn heel wat mensen die daar niets van moeten hebben, die de voorkeur geven aan begraven, veelal vanuit hun geloofsopvatting. Th.: Dat klopt, en dat is ook prima. Dat moet iedereen voor zichzelf uitmaken. Ik geef u alleen een antwoord op uw !
)+!
bouwen. Het balsemen van een lichaam is dus altijd een slechte zaak.
delen van het menselijk lichaam die wij op sterk water hebben gezet of op welke wijze dan ook hebben geconserveerd, alsnog terug te geven aan de Elementen door middel van cremeren of begraven. De reïncarnerende ego’s van meneer Lenin in het mausoleum van Moskou en de leden van de koninklijke familie in het graf van de Nieuwe Kerk in Delft, zouden bij hun reïncarnatie wel eens grote problemen kunnen ondervinden als hun voormalige lichamen enkele honderden jaren behouden blijven door geforceerde cohesie van hun atomaire samenstelling.
Vr.: En het bewaren en gebruiken van het lichaam voor anatomische lessen? Th.: Daarvoor geldt in principe hetzelfde. In ieder geval geen autopsie of ander wetenschappelijk onderzoek binnen 48 uur na het overlijden. En het liefst na het onderzoek het lichaam, of delen ervan, alsnog zo snel mogelijk cremeren. Vr.: U krijgt waarschijnlijk met deze uiteenzetting weinig wetenschappers op uw hand?!
Vr.: Dit geldt dan wellicht ook voor mensen die hun lichaam na hun dood willen laten invriezen in de hoop in de toekomst weer te ontwaken als de wetenschap dit mogelijk maakt?
Th.: Dat het er weinig of veel zijn, is niet interessant. Dat er in een brede kring wordt begrepen wat met dit theosofisch standpunt wordt bedoeld, is van meer belang. Het is een aspect van een veel groter geheel, dat uiteraard te maken heeft met ons hele mensbeeld, wie we zijn, wat het doel is van het leven en hoe alles in de Natuur wetmatig werkt. In die context zal men begrijpen waarom wij belang hechten aan het feit dat het lichaam 48 uur na het overlijden zo snel mogelijk wordt ontbonden en aan de Elementen wordt teruggegeven.
Th.: Zeer zeker, los van het feit dat we hier ook nog eens te maken hebben met een zeer materialistische en bizarre gedachte door te denken dat het lichaam de ware mens is en eeuwig zou kunnen blijven bestaan. Maar het lichaam invriezen is sowieso een slechte zaak, omdat, zoals eerder gezegd, onze hele samengesteldheid als menselijk wezen na de dood moet revitaliseren en uitrusten, om vervolgens als een vernieuwde samenstelling aan een nieuw aards leven te kunnen beginnen. Niet gerevitaliseerde (levens)atomen kunnen dat niet. Daarom zouden we balsemen, invriezen, delen van het menselijk lichaam op sterk water zetten allemaal moeten afschaffen. Waarom willen we het lichaam toch altijd tegen elke prijs zolang mogelijk behouden? Omdat we denken dat we ons lichaam zijn. Niets is minder waar. We zijn een ziel en hebben een lichaam. Het lichaam is slechts een tijdelijke behuizing. Het is in geen enkel opzicht ons ware Zelf. Dat is van geestelijke aard.!
Vr.: Dat geldt dus eveneens voor foetussen die wij op sterk water zetten en jaren bewaren? Th.: Dat is juist. Als men op grond van kennis van zaken gaat inzien dat men altijd heeft gehandeld op basis van misvattingen en onwetendheid, dan is alles te veranderen. Beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald. Dit zou kunnen leiden tot de beslissing om gebalsemde lichamen, !
)"!