_______________________________________
ALTERNATIEVE DEFENSIE VISIE EN OPZET - KRIJGSMACHTBENELUX2030 – NEDERLAND Ronald Elzenga _____________________________________________________
• VOORWOORD Ik huldig het standpunt, dat als je tegen de bezuinigingen op de Nederlandse defensie bent en voor versterking daarvan, je dit dan niet bij slechts protesteren moet laten, maar dan ook met een alternatieve visie en opzet moet komen. Hierbij mijn antwoord op de ontwikkelingen in de wereld en de wijze waarop Nederland daarop qua defensie volgens mij zou kunnen reageren. Een opzet en visie die voortdurend bediscussieerd en waar nodig weer bijgewerkt zal worden. De nadruk ligt in deze visie op het beoogde defensiemateriaal. Maar een krijgsmacht draait op een ander kapitaal, de militairen. Een goede evenwichtige krijgsmacht kan dan ook niet zonder een goed en evenwichtig personeelsbeleid. Daarin valt ten opzichten van de huidige situatie ook veel te veranderen en te verbeteren. Een goed salaris, goede arbeidsvoorwaarden, een duidelijk carrière patroon e.d. Het zal allemaal onderdeel zijn van deze nieuwe krijgsmacht2030. Zodat Defensie weer een aantrekkelijke en betrouwbare werkgever wordt. Want zonder goede mensen komt geen enkele krijgsmacht van de grond. __________________________________________________
• BEKNOPTE EUROPESE EN INTERNATIONALE VEILIGHEIDSANALYSE
De belangrijkste ontwikkelingen en risico’s binnen Europa en rest van de wereld zijn tot aan 2030 (stand augustus 2015): • De kans op een grootschalig gewapend conflict op het Europese continent blijft gering. Kleinschalige conflicten, zoals nu in de Oekraïne zijn echter wel mogelijk. Ook is de Koude Oorlogssfeer teruggekeerd op het continent. Dat maakt het wenselijk een defensief georiënteerde structuur te handhaven binnen het NAVO en op termijn het EUverdragsgebied;
1
• De Nederlandse Koninkrijksdelen in het Caribische gebied vragen blijvende aandacht gezien de geostrategische ontwikkelingen en drugshandel in de regio. Een directe dreiging is er vooralsnog echter niet; • De aanwezigheid van en kans op conflicten elders in de wereld is daarentegen wel aanzienlijk en neemt richting 2030 ook toe. Het gaat hierbij om zowel conflicten in het lage als in het hoogste geweldsspectrum. Zowel interstatelijke als vaker nog conflicten binnen (failed) staten zelf. Welke van invloed kunnen zijn op de ontwikkelingen in een regio en indirect ook op Europa en Nederland; • De dreiging van terroristische activiteiten blijft aanwezig en zal richting 2030 zelfs groeien. Zowel globaal als binnen de EU en Nederland; • Door de economische ongelijkheid in de wereld, effecten van de klimaatverandering, een groeiende wereldbevolking, opkomst van nieuwe machtsblokken als ook toenemende vraag naar grondstoffen, voedsel, drinkwater en strategische delfstoffen zal het verkrijgen als ook het beveiligen van deze strategische bronnen steeds belangrijker worden. Als ook de transportroutes er van en naartoe. Niet alleen in de buurt van Nederland maar ook elders in de wereld, zoals Azië maar bijvoorbeeld ook het Noordpoolgebied. • Humanitaire rampen blijven met regelmaat plaatsvinden in de wereld. __________________________________________________
• IMPLICATIES VOOR NEDERLANDSE DEFENSIE- EN VEILIGHEIDSBELEID • Gezien de internationale ontwikkelingen en verschuivende strategische belangen wordt er steeds meer gestreefd naar samenwerking en standaardisatie van materiaal, organisatie(s) en procedures met andere EU-lidstaten. Taakspecialisatie heeft daarbij nog geen prioriteit. Die stap is nog te groot en misschien zelfs wel onwenselijk. Al kunnen er wel accenten worden gelegd, bepaalde oriëntaties worden gekozen. Het streven is dat vooral de interoperabiliteit toeneemt en grotere efficiëntie wordt behaald door gelijksoortig materiaal aan te schaffen. Uiteindelijk zal alleen nog aan het vlagembleem op de uniformen of voer- of vaartuigen zichtbaar zijn uit welke EU-lidstaat iets komt. Van een EU-leger is echter geen sprake. Ondanks grote samenwerking en de EU battlegroups blijven de lidstaten baas over hun eigen defensie. • Dit proces vindt plaats binnen een nieuw opgezette EU Defensie Organisatie (EUDO?). Welke gemodelleerd is naar de (klassieke) NAVO opzet en zich focust op de collectieve bescherming van het EU-verdragsgebied. Ontstaan als gevolg van de groeiende strategische verschillen en belangen tussen de EU en met name de VS. Welke binnen de bestaande NAVO structuur uiteindelijk teveel wrijving opriepen. Dat neemt niet weg dat de trans-Atlantische relatie erg belangrijk blijft, als ook die met Turkije. Deze blijft daarom bestaan binnen een aangepaste NAVO-structuur. Waarin de EU enerzijds en de VS, Canada en Turkije (en mogelijk andere landen?) anderzijds overleg voeren en samenwerken op veiligheid- en militaire gebied. Collectief of in coalitions of the willing. Meer info:[url=https://ronaldelzenga.wordpress.com/2014/09/15/toekomst-euveiligheidsbeleid-de-eudo/]Toekomst EU-veiligheidsbeleid- de EUDO[/url] • De Nederlandse krijgsmacht zal een meer maritieme oriëntatie krijgen. Nederland waterland. We zijn in meerdere opzichten sterk afhankelijk van het water, zowel
2
nationaal als internationaal. De strategische belangen daaromtrent vragen om bescherming en dus inzet van de Nederlandse krijgsmacht. • Nederland blijft volgens de 3D-aanpak ('Diplomacy, Defense and Development') operen. Het ministerie van Buitenlandse Zaken, Defensie, het ministerie van Justitie en het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie werken daarbij samen. Deze aanpak (de 'whole of government-aanpak') zorgt voor een brede en gecoördineerde aanpak. • Er is net als bij Ontwikkelingssamenwerking een vast percentage van het BBP voor defensie vastgesteld. In 10 jaar oplopend naar 2 procent van het BBP. Dit zou (bij BBP 2015) een defensiebudget van rond de 13,5 miljard euro per jaar betekenen.
• HOOFDTAKEN EN AMBITIENIVEAU • HOOFDTAKEN De gronden voor de inzet van de krijgsmacht zijn opgesomd in artikel 97 van de Grondwet. In verband hiermee zijn drie hoofdtaken van de krijgsmacht te onderscheiden, te weten: • Bescherming van de integriteit van het eigen en het bondgenootschappelijke (EU en NAVO) grondgebied, inclusief het Caribische deel van het Koninkrijk; • Bevordering van de internationale rechtsorde en stabiliteit; • Ondersteuning van civiele autoriteiten bij rechtshandhaving, rampenbestrijding en humanitaire hulp, zowel nationaal als internationaal. • AMBITIENIVEAU Op basis van de hoofdtaken, de veiligheidsanalyse en de beschikbare financiële middelen is een ambitieniveau geformuleerd. De Nederlandse krijgsmacht zal de volgende taken kunnen uitvoeren: • De bescherming van het eigen en bondgenootschappelijke (EU en NAVO) grondgebied, inclusief Caribische deel Koninkrijk, zo nodig met alle beschikbare middelen; • Een actieve bijdrage aan het geïntegreerde buitenlandbeleid van ons land. Het gaat hierbij om: - kwalitatief en technologisch hoogwaardige militaire bijdragen aan internationale operaties in alle delen van het geweldsspectrum. De focus zal daarbij liggen op defensieve en op afschrikking gerichte operaties. Dit betreft: • Een bijdrage aan het ambitieniveau van de Europese Unie en EUDO(?). In verband hiermee zal de krijgsmacht een periodieke bijdrage leveren aan de collectieve verdediging en reactiecapaciteiten van de unie, de EU Battlegroups; • Een bijdrage aan het ambitieniveau van de NAVO. In verband hiermee zal de krijgsmacht een bijdrage van wisselende omvang leveren aan de NATO Response Force (NRF); • Deelname (continue) aan een operatie in het hogere deel van het geweldsspectrum met twee gemechaniseerde bataljons, 1 special force operation group, 6 gevechtsvliegtuigen (2 QRF, 4 missies), 1 gemengde groep (gevecht)helikopters, 4 UCAVs en of een maritieme taakgroep van verschillende schepen;
3
• Gelijktijdige deelname gedurende langere tijd aan maximaal drie operaties in het lagere deel van het geweldsspectrum met taakgroepen van bataljonsgrootte of, bij luchtoperaties en maritieme operaties, equivalenten hiervan; • Het optreden bij landoperaties als lead nation op brigadeniveau en, samen met andere landen, op legerkorpsniveau, bij maritieme operaties als lead nation op taakgroepniveau en bij luchtoperaties met bijdragen op gelijkwaardige niveaus als de brigade; • De uitvoering van speciale operaties, met inbegrip van evacuatieoperaties en contraterrorisme-operaties; • Deelname aan politiemissies, waaronder die van de Europese Gendarmerie Eenheid, met functionarissen en eenheden van het Commando Koninklijke marechaussee en aan kleinschalige missies met een civiel-militair karakter; • Beschikbaarstelling van (para-)militaire deskundigen ten behoeve van de training en advisering van veiligheidsorganisaties in andere landen; • Verlening van internationale noodhulp op verzoek van civiele autoriteiten. • Bijdragen binnen de grenzen van het Koninkrijk aan de veiligheid van onze samenleving, onder civiel gezag. Het gaat hierbij in het bijzonder om: - de uitvoering van nationale taken, zoals de grensbewaking door het Commando Koninklijke marechaussee waaronder de Kustwacht; - militaire bijstand bij de strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde evenals de handhaving van de openbare orde en veiligheid, zoals met bijzondere bijstandseenheden, de KMar Nationale Garde en de explosievenopruiming; - (para)militaire bijstand bij de bestrijding van rampen. __________________________________________________
• NIEUWE OPZET NEDERLANDSE KRIJGSMACHT – ALGEMEEN Ten aanzien van de Nederlandse krijgsmacht zou op basis van de veiligheidsanalyse en het ambitieniveau de volgende organisatiestructuur ontstaan. De geschetste opzet vormt een momentopname van hoe de krijgsmacht in 2030 eruit zal zien. • Er worden verschillende roulatiesystemen gehanteerd binnen de krijgsmacht. Afhankelijk van inzet en de aard van de taak of missie. Normaliter gaat men bij een missie uit van een 4 - slag: opwerken - uitzending – recuperatie – onderhoud. • Er is sprake van een samengevoegde krijgsmacht die in grote lijnen aansluit bij de huidige opzet. • Waar mogelijk zijn meer afdelingen, eenheden, staven e.d. samengevoegd om tot een grotere standaardisatie en efficiëntie te komen. Zo zijn de losse staven van elk krijgsmachtdeel samengevoegd binnen 1 centrale staf. Deze centrale Defensiestaf onder leiding van de Commandant der Strijdkrachten (CDS) voert het bevel over de 6 Commando’s van de Krijgsmacht. De Defensiestaf is ondergebracht op de Frederikkazerne in Den Haag. • Nederland neemt deel aan gemeenschappelijke NAVO en EU-projecten op het gebied van AWACS, training, tanker, transport en SIGINT/IMINT/COMINT en levert daar materiaal en mensen voor. • Er is gekozen voor een maritiem georiënteerde krijgsmacht. Dit betekent dat meer eenheden via het water kunnen worden verplaatst en/of ingezet.
4
__________________________________________________
• COMMANDO ZEESTRIJDKRACHTEN (CZSK) De zeestrijdkrachten zijn in het kader van de maritieme oriëntatie van de krijgsmacht versterkt. De samenstelling kan naar omstandigheden en soort missie worden aangepast. In de praktijk zullen de meeste schepen zelfstandig taken uitvoeren. • Periodes van uitzending (missie, langdurige oefeningen, bezoeken, aanwezigheid Caribische Gebied) zullen in principe maximaal 4 maanden duren. • Schepen van de operationele taakgroep nemen in de praktijk meestal los deel aan andere vlootverbanden (zoals die van de EU of NAVO). • Voor de inzet in het het Caribische deel van het Koninkrijk is in een overgangsfase gebruik gemaakt van de middelen die er waren. In deze beoogde eindopzet in 2030 is de kustwachtcapaciteit in het gebied versterkt na de invoering van twee OPVs en twee nieuwe patrouillevaartuigen/cutters. Een schip van de Koninklijke Marine bezoekt geregeld het gebied. Ook zijn er twee compagnieën van de CLAS of CSOP gestationeerd. Het logistiek ondersteuningsschip de Zr.Ms. Pelikaan zal zijn vervangen door een nieuwe, waardoor haar capaciteit is vergroot. • Het Korps Mariniers levert twee battle groups aan het nieuwe Commando Speciale Operaties. • De OPV’s van de Holland-klasse zijn bij instroming van de multifunctionele fregatten geleidelijk aan afgestoten en overgedragen aan de versterkte Kustwacht. • De twee overgebleven M-fregatten (Zr.Ms. Van Speijk en Zr.Ms. Van Amstel) zijn als eerste afgestoten bij de instroming van de nieuwe multifunctionele fregatten. • De Zr.Ms. Rotterdam is in 2020 afgestoten nadat de tweede JLOS in dienst is gekomen en overgedragen aan het Belgische Marine Commando. Dit levert in 2030 het volgende beeld op aan middelen: • 4x Luchtverdedigingsfregatten Bestaande uit de Zeven Provinciën-klasse LCFs. Op- en aanmerkingen: - Alle schepen hebben o.a. een tweetal CIWS's (1x 40mm kanon en 1x raket-variant) gezien de groeiende dreiging vanuit de lucht en 2x Hitrole 12,7mm. - Er is een nieuw raketsysteem ingevoerd met groter bereik en die naast tegen schepen ook tegen landdoelen ingezet kan worden. - Ook zijn er luchtdoelraketten aan boord tegen ballistische raketten. Al kan dit ook pas ingevoerd worden bij de instroom van de nieuwe LCFs na 2030. Dan wordt er ook overgestappt op het Sylver/Aster-raketsysteem. - De vier LCFs worden na 2030 geleidelijk aan vervangen door vier nieuwe luchtverdedigingsfregatten gebaseerd op het model van het nieuwe multifunctionele fregat. • 8x multifunctionele fregatten Ter vervanging van de twee M-fregatten zijn een achttal nieuwe schepen gebouwd van een multifunctionele variant (MPF). Op- en aanmerkingen: - Op het aanwezige flexdek kan een kleine amfibische gevechtsgroep worden vervoerd, als ook mijnruimings- en legsystemen (waaronder drones), landings- en (onbemande)
5
patrouillevaartuigen, een mobiel hospitaal en/of een commandocentrum als ook vrachtcontainers. - Alle schepen hebben o.a. een tweetal CIWS's (1x 40mm kanon en 1x een raket-variant) en 2x Hitrole 12,7mm. - Ook is er een nieuw raketsysteem ingevoerd met groter bereik en die naast tegen schepen ook tegen landdoelen ingezet kan worden. - Gekozen is voor het Sylver/Aster-raketsysteem met Aster-15 raketten. - Er is nadrukkelijk gekeken naar samenwerkingsmogelijkheden met andere Europese landen. Waar mogelijk zijn die toegepast (Crossover? Eigen ontwerp? FREMM?). - België heeft ook vier schepen aangeschaft, die in nauwe samenwerking met Nederland binnen de Marine Benelux onder de Admiraal Benelux (ABNL) worden ingezet. • 8x ASW Unmanned Surface Vessel (ASWUSV) Deze vaartuigen zijn in staat om lange tijd zelfstandig en onbemand rond te varen en bepaalde gebieden af te zoeken naar onderzeeboten. Waar mogelijk en nodig die te volgen en diens locatie door te geven aan andere schepen of vliegtuigen, welke de onderzeeboot ook kunnen bestrijden. Op- en aanmerkingen: - Daarvoor hebben zij verschillende apparatuur aan boord. Onder andere verschillende sonarsystemen. - De achterzijde van het vaartuig heeft een klein helidek om zo indien nodig (bijvoorbeeld voor onderhoud/reparatie) mensen naar en van het vaartuig te verplaatsen als ook heli UCAVs van(af) te laten opereren (bijtanken?). - De vaartuigen hebben 1x 40mm CIWS voor zelfverdediging. - Dit project wordt samen met België uitgevoerd en er wordt nauw samengewerkt bij inzet. - De vaartuigen kunnen ook met een kleine bemanning ingezet worden, een Optionally piloted vehicle (OPV) dus. - Bijvoorbeeld gebaseerd op dit CMN Ocean Eagle ontwerp. Waarbij de slipway voor de RHIB is vervangen door een (sleep)sonar-installatie. • 6x onderzeeboten De Onderzeedienst wordt uitgebreid naar 6 onderzeeboten. Op- en aanmerkingen: - Vanaf 2025 zal een nieuwe onderzeebootklasse de Walrus-klasse vervangen door een soortgelijke onderzeeboot die in samenwerking met bondgenoten is ontwikkeld. - De onderzeeboottaak wordt weer belangrijker gezien de proliferatie van onderzeeboten in bepaalde strategisch belangrijke regio’s in de wereld. Daarom wordt het aantal tot 6 onderzeeboten uitgebreid. - De nieuwe onderzeeboten krijgen zowel een antiluchtdoel raketsysteem als raketten om landdoelen op grotere afstand te treffen. Ook zijn er onbemande drones aan boord, als ook uitgebreide faciliteiten voor het ondersteunen van teams van het Commando Speciale Operaties. • 1x LPD (Amfibisch transport- en commandoschip) Een transport- en commandoschip, Zr.Ms. Johan de Witt, voor het vervoer van een combat group (bataljon) en hun materiaal. Het dok biedt ruimte aan twee LCU’s en er kunnen ook nog 4 LCVPs mee in de davits. Het helikopterdek is o.a. geschikt voor inzet van CH-47 Chinook helikopters.
6
Op en aanmerkingen: - Behalve als transport- en amfibisch landingsvaartuig zal het ook kunnen functioneren als commandoschip. Het kan amfibische acties tot brigade- en landingsacties tot divisieniveau coördineren. Daarvoor heeft het extra communicatiemiddelen en ruimte aan boord voor een amfibische staf. - De LPD krijgt dezelfde radarmast als de JLOS's en OPV's. - De bewapening zal gaan bestaan uit 1x 40mm kanon CIWS, 1x raket-variant CIWS, 2x Hitrole 12,7mm en MANPADS. - De Zr.Ms. Johan de Witt zal rond 2030 worden vervangen door een LHD (zie hieronder een afbeelding van een optie). Waar vanaf ook de F-35Bs van het CLSK kunnen opereren. De Johan de Witt zal dan worden overgenomen door het Belgische Marine Commando en daar de bestaande LPD vervangen. • 2x JLOS (Joint Logistiek Ondersteuningsschip) Die ondersteunende taken kunnen uitvoeren (tanken en bevoorrading) en eveneens geschikt zijn voor de inzet van (gevecht)helikopters en bewapende UAV's (helivariant), amfibische operaties kunnen ondersteunen en allerlei soorten materiaal kunnen vervoeren. Dichtbij maar ook ver van huis, bijvoorbeeld in Azië. Op- en aanmerkingen: - Beide JLOS zijn aangepast met davits op het middendek om zo een tweetal LCUs te kunnen meevoeren. - Bewapening zal o.a. bestaan uit 1x 40mm kanon CIWS, 1x raket CIWS, 4x Hitrole 12,7mm en MANPADS. • 1x Torpedowerkschip Ondersteuningsschip onderzeedienst. Op- en aanmerkingen: - Ter vervanging van Zr.Ms. Mercuur. - Bewapening zal o.a. uit 1x 40mm CIWS, 2x hitrole 12,7mm en MANPADS bestaan. - Bijvoorbeeld gebaseerd op Damen Damen Multi-Role Auxiliary Vessel 3600 • 1x logistiek ondersteuningsvaartuig Op- en aanmerkingen: - Vervanger van Zr.Ms. Pelikaan voor operaties in het Caribische gebied. - Bewapening bestaat uit o.a. 1x 40mm CIWS, 2x Hitrole 12,7mm en MANPADS. - met laadklep en helidek geschikt voor o.a. NH90. - Bijvoorbeeld gebaseerd op Damen LST100. • 6x Mijnenjagers De 6 mijnenjagers van de Alkmaar-klasse, aangevuld met 6 Belgische mijnenjagers van hetzelfde type binnen de Marine Benelux zijn wat betreft Nederland vanaf 2020 vervangen door een 6-tal nieuwe MCM schepen. Op- en aanmerkingen: - Gezien de blijvende grote dreiging van zeemijnen en ook de zorg rond explosieven in onder andere de Noordzee. - Er is opnieuw samenwerking gezocht met België, Frankrijk en mogelijk andere Europese landen. - Ook hebben de MPF fregatten een secundaire MCM-capaciteit. - De vaartuigen kunnen ook autonome mijnveegdrone/USV meevoeren en inzetten.
7
- De vaartuigen hebben o.a. een 40mm CIWS, 2 hitrole 12,7mm als MANPADS voor zelfverdediging. - Afbeelding is een mogelijke uitvoering op basis van de Damen Multi-Role Auxiliary Vessel 3600. Een beduidend groter vaartuig dan de Alkmaar-klasse. Het fungeert als moederschip voor verschillende onbemande oppervlakte- en onderwaterdrones die voor mijnen zoeken en onschadelijk maken kunnen worden ingezet. Ook is er een helikopterplatform voor inzet van helikopters tot of UAVs. • Verschillende ondersteunende vaartuigen zoals landings-, sleep en onderzoeksvaartuigen. • 2 hydrografische opnemingsvaartuigen (Zr.Ms. Snellius en Zr.Ms. Luymes) • 4 duikvaartuigen • 1 opleidingsvaartuig (MOV van Kinsbergen) • 1 zeilend schoolschip (Zr.Ms. Urania) • 4 kustsleepboten • 8 havensleepboten • 1 brandstoflichter • 1 logementschip • 4 communicatievaartuigen • 1 rondvaartboot •102 landings- en patrouillevaartuigen/drones: - 9 LCU’s (1x4 LPD/LHD, 2x2 JLOS, 1x opleiding) (gebaseerd op LCM-1E) - 7 Mexeflote powered rafts (2x2 op JLOS, 2x1 op LPD/LHD, 1x opleiding/reserve) - 12 LCVPs (2x2 op JLOS, 1X4 op LPD/LHD, 1x2 op LOS, 2x opleiding/reserve) - 31 LCPs (=versie SB90E) (8x2 op MPF, 2x2 op JLOS, 1x2 op LPD/LHD, 6x1 op MCM, 1x1 op TWS, 2x opleiding/reserve) - 31 USVs (=RHIB drone) (8x2 op MPF, 2x2 op JLOS, 1x2 op LPD/LHD, 6x1 op MCM, 1x1 op TWS, 2x opleiding/reserve) - 12 FRISC (o.a. special operations, opleiding/reserve) • En verschillende onbemande (duik)vaartuigen, RHIBs, UCAVs (zie CLSK) en drones. ________________________________________________
• COMMANDO LANDSTRIJDKRACHTEN (CLAS) De belangrijkste veranderingen voor dit Commando zijn: - Alle landstrijdkrachten zijn zich qua training meer maritiem gaan oriënteren en daardoor kunnen allen vanuit (marine)schepen worden ingezet indien nodig. - De omvang van de landstrijdkrachten is 2 brigadestaven en 8 gemechaniseerde bataljons. In de basis 4 per brigade. - Er blijft een brigadestafstructuur bestaan. Maar de nadruk ligt steeds meer op kleinere eenheden, met name versterkte compagnieën en bataljons. - Het materiaalpakket is modern, evenwichtig en toereikend om de taken goed te kunnen uitvoeren. - Het aantal bases is verder teruggebracht en waar mogelijk samengevoegd met die van het CZSK en CLSK. Het Commando Landstrijdkrachten bestaat in 2030 uit: • 1 DU/NL legerkorpsstaf, 2 brigadestaven en 8 gemechaniseerde bataljons
8
• 1e Duits-Nederlandse Legerkorps Staf (1 GE/NL Corps). Wordt EUDO legerkorps staf. • 13e Gemechaniseerde Brigade – (Generaal Majoor de Ruyter van Steveninck Kazerne in Oirschot) • 13e Gemechaniseerde Brigade Staf • 13e gemechaniseerd bataljon Regiment Stoottroepen Prins Bernhard • 14e gemechaniseerd bataljon Regiment Huzaren van Sytzama • 15e gemechaniseerd bataljon Regiment Infanterie Chassé • 17e gemechaniseerd bataljon Garderegiment Fuseliers Prinses Irene • 43e Gemechaniseerde Brigade – (Johannes Postkazerne in Havelte) • 43e Gemechaniseerde Brigade Staf • 41e gemechaniseerd bataljon Regiment Infanterie Menno van Coehoorn • 42e gemechaniseerd bataljon Regiment Limburgse Jagers • 44e gemechaniseerd bataljon Regiment Infanterie Johan Willem Friso • 45e gemechaniseerd bataljon Regiment Infanterie Oranje Gelderland • Verschillende ondersteunende eenheden. • Operationeel Ondersteunings Commando Land (OOCL) • Opleidings/Trainings Commando (OTCO) • Personeels Commando (PERSCO) • Explosieven Opruimings Commando (EOD) • Ondersteuningsgroep CLAS (OGCLAS) • Commando Grondgebonden Luchtverdediging (CGL) Op- en aanmerkingen: - De 13 en 43 brigadestaf sturen de 8 gemechaniseerde bataljons aan. De 13e MechBrigade is meer gericht op samenwerking met de Belgische krijgsmacht, de 43e MechBrigade met die van Duitsland. - De Luchtmobiele Brigade (LMB) wordt teruggebracht tot 2 bataljons en gaat Korps Luchtmobiel heten. Deze is overgegaan naar het Commando Speciale Operaties, waar zij samen met Korps Mariniers en Korps Commandotroepen de eenheden vormen. - Elke brigade kan een bataljon leveren voor inzet. Elke brigade kan een aparte missie van een versterkte bataljon in stand houden. - De acht gemechaniseerde bataljons zijn uitgerust met Leopard 2 tanks als gevechtsondersteuningsvoertuig en vier bataljons van de 43e MechBrigade met de Puma IGVs (met 40mm toren+ATGW) en vier bataljons van de 13e MechBrigade met de Boxer IGV (met 40mm toren+ATGW) als infanteriegevechtsvoertuig. Als ook o.a. Boxers, Fenneks, LMVs en trucks in ondersteunende taken. Alle CV90s zijn uiteindelijk afgestoten en verkocht aan bondgenoten (Baltische Staten?!). - Alle brigades kunnen voor operaties binnen het Koninkrijk en het EU en NAVO verdragsgebied worden ingezet als ook expeditionair daarbuiten. Dit geldt ook voor alle ondersteunende eenheden die aan deze brigades zijn verbonden. - De missieduur voor (meerjarige) expeditionaire inzet is steeds 4 maanden. • NATRES Natres is binnen deze alternatieve opzet goeddeels overgegaan in een nieuw te vormen KMar Nationale Garde (KMarNG). Deze valt onder het Commando Koninklijke Marechaussee. Heeft daarbij zowel qua aankleding als taakstelling enige wijzigingen ondergaan om zo een meer paramilitaire eenheid te vormen. Op- en aanmerkingen:
9
- Deze gewijzigde opzet sluit beter aan op huidige taakstelling van Natres en de in Nederland zelf gesitueerde mogelijke dreiging- en inzetscenario’s. - Een puur militaire taak wordt niet voorzien en het op grotere schaal deelnemen aan buitenlandse missies is niet wenselijk. Buiten enkele meer gespecialiseerde functies om. Dit specifieke onderdeel (Reservist Specifieke Deskundigheid) is ondergebracht bij de reserves van de twee (+ CSOP drie) operationele brigades. - Voor de meer specifieke strategische beveiligingstaken zijn nieuwe beveiligingseenheden samengesteld zoals die in het verleden ook bestonden, de IBCs. Door beroeps ingevuld. Dit ook gezien de zorg rond de terrorismedreiging. - Zie voor verdere invulling het Commando Koninklijke Marechaussee. • DEFENSIE GRONDGEBONDEN LUCHTVERDEDIGINGSCOMMANDO De zwaardere grondgebonden luchtverdedigingsmiddelen kunnen zowel de luchtverdediging voor eenheden van het CLAS verzorgen als de luchtverdediging van vaste objecten als legerbases en vliegvelden (met o.a. C-RAM). Op- en aanmerkingen: - Het commando is gelegerd op de voormalige luchtmachtbasis De Peel. - De 3 Patriot batterijen (4e batterij eerder overgedaan naar België) worden rond 2030 vervangen door SAMP/T in 4 batterijen. - De raketten van het NASAMS-II systeem zijn vervangen door een Europese variant (Iris-T) en het aantal batterijen is gegroeid naar 4. - Er is een nieuw systeem aangeschaft met 40mm kanon en licht SAM-systeem. De systemen zijn aangebracht op ongeveer 50 Boxer pantservoertuigen en/of vrachtwagens. De systemen zijn van hetzelfde type als de CIWS voor fregatten en andere marineschepen. De systemen zijn verdeeld over de luchtdoelbatterijen. Dit levert in 2030 het volgende beeld op aan middelen: (aantallen schattingen en voorlopig) • +/- 200x Leopard 2s in verschillende varianten. Waaronder ongeveer 150 gevechtstanks. Naast genie-, bergings-, en bruglegtanks. • +/- 200x Puma’s in verschillende varianten. Waaronder IGVs, commando, mortier, genie. • +/- 600x Boxer AMV in verschillende varianten. Waaronder IGV, mortier, commando, ambulance, genie. • +/- 200x Fennek’s in verschillende uitvoeringen Waaronder verkenning en voorwaartse waarneming. Met RWS 40mm granaatwerper. • +/- 40x Wiesel UGV in verkenning/bewakingsuitvoering Gebaseerd op Wiesel 1 recce. Onbemand, maar ook optioneel bemand in te zetten (OPV). Met RWS 40mm granaatwerper. • +/- 800x Lynx LMV's in verschillende varianten • +/- 60x PzH2000 • +/- 30x gemotoriseerde artillerie • +/- 30x MLRS of opvolger • +/- 15x MLRS op truck • plus enkele duizenden vrachtwagens, kleinere en gespecialiseerde voertuigen en ander materiaal...zoals (kleinere) drones (voor grote zie CLSK) en onbemande voertuigen.. voor verschillende taken. __________________________________________________
10
• COMMANDO SPECIALE OPERATIES (CSOP) In deze alternatieve defensie opzet is een Commando Speciale Operaties (CSOP) opgezet. Die is verantwoordelijk voor alle meer speciale operaties binnen de krijgsmacht. Alle eenheden met een meer specialistische taakstelling en special forces zijn samengebracht onder dit nieuwe Commando. Het gaat hier met name om Korps Luchtmobiel (was voorheen LMB), het Korps Mariniers (KMarns) en het Korps Commandotroepen (KCT). Deze zijn binnen dit Commando samengevoegd. Dit moet tot een meer efficiënte en daadkrachtige organisatie leiden die indien nodig in Nederland, EUropa maar ook daarbuiten kan optreden. Op zee en vanuit zee, door de lucht, over water en onder water maar ook op en over land. De eenheden zijn een flexibele, snel inzetbare, goed getrainde, lichte strijdkracht met verschillende speciale kwaliteiten die het hun mogelijk maken ingezet te worden tegen een grote variëteit van conventionele en onconventionele doelen. Te denken valt aan para-, amfibische- en luchtlandingsaanvallen, verkenningsmissies, in- en ex-filtratie, bevrijden gijzelaars, vliegvelden of havens zeker stellen. Het CSOP bestaat in 2030 uit : • 1 brigadestaf, 4 bataljons en 4 commandogroepen • Stafgroep CSOP • Korps Luchtmobiel – (Oranjekazerne in Schaarsbergen) • 11e Infanteriebataljon (Air Assault) Garde Grenadiers en Jagers • 12e Infanteriebataljon (Air Assault) Regiment Van Heutsz • Korps Mariniers – (Michiel Adriaanszoon de Ruyterkazerne in Vlissingen) • 1e Marine Combat Group • 2e Marine Combat Group • Korps Commandotroepen – (Engelbrecht van Nassaukazerne in Roosendaal) • 4 Commandogroepen (103, 104, 105 en 108 compagnieën) • Verschillende ondersteunende eenheden. Dit levert in 2030 het volgende beeld op aan middelen: (aantallen schattingen en voorlopig) • +/- 200x BvS10 mk II en III in verschillende varianten. • +/- 20x Wiesel UGV in verkenning/bewakingsuitvoering. Gebaseerd op Wiesel 1 recce. Onbemand, maar ook optioneel bemand in te zetten (OPV). Met RWS 40mm granaatwerper. • +/- 20x Wiesel UGV in bevoorradingsuitvoering. Gebaseerd op Wiesel 2. Onbemand, maar ook optioneel bemand in te zetten (OPV). Met RWS 40mm granaatwerper. • +/- 300x Lynx LMV in verschillende varianten. • +/- 450x ATTV Vector. Verkenner en transport. • +/- 200x Quads 4x4 Verkenner en transport. • +/- 40x waterscooters Verkenning en transport.
11
• plus verschillende andere voer-,vaar- en vliegtuigen, motoren, bewapening en hulpmiddelen. Op- en aanmerkingen: - Er wordt geregeld samengewerkt met andere eenheden binnen de krijgsmacht in zogenoemde Special Operations Task Group (SOTG). Er wordt geregeld ook samengewerkt en getraind met de Dienst Speciale Inverventies (DSI) dat is ondergebracht bij het Commando Koninklijke Marechaussee. - Het Commando wordt afwisselend geleid door een generaal van het Korps Mariniers als een generaal van het Korps Luchtmobiel. De verbondenheid net het CZSK en het CLAS is en blijft groot. - Voor een deel hebben de eenheden hun eigen bewapening en materiaal, waaronder voertuigen. Zwaardere bewapening, voer- en vaartuigen en bijvoorbeeld helikopters worden betrokken vanuit de andere krijgsmacht Commando’s. - Het CSOP kan een combat group/bataljon en Commando-compagnie leveren voor inzet en deze indien nodig langdurig in stand houden. In de meeste gevallen gaat het om een mix van kleinere eenheden. __________________________________________________
• COMMANDO LUCHTSTRIJDKRACHTEN (CLSK) Het Commando Luchtstrijdkrachten heeft zich in deze alternatieve defensie opzet ook meer maritiem georiënteerd. Zowel de transport- als gevechtshelikopters kunnen vanaf marineschepen opereren. Het aantal gevechtsvliegtuigen is verlaagd en bases zijn verder samengevoegd met bases van het CZSK en CLAS. Andere middelen zijn versterkt, zoals transporthelikopters, invoering van UCAVs, of op 1 type gestandaardiseerd. Nederland neemt deel aan gemeenschappelijke NAVO en EU-projecten op het gebied van AWACS, training, tanker, transport en SIGINT/IMINT/COMINT en levert daar materiaal en mensen aan. Dit levert in 2030 het volgende beeld op aan middelen: Gevechtsvliegtuigen en vaste vleugel UCAVs: • 3 squadrons gevechtsvliegtuigen (312th, 313th, 322th) plus 1 squadron (323th) trainings-en testsquadron – 60x F-35 Met 312th en 313th squadron ieder 16 F-35A toestellen + 3 voor training en 1 toestel voor testdoeleinden = 40 F-35As. En 322th squadron met 16 F-35B toestellen + 3 voor training en 1 toestel voor testdoeleinden = 20 F-35Bs. Op- en aanmerkingen: - Omdat er rond 2030 een LHD wordt ingevoerd binnen de marine zal 1 squadron gaan bestaan uit de B-versie van de F-35. Zo kan ook worden opgetreden vanaf vliegdekschepen en LHDs van bondgenoten. - De opleiding is in samenwerking met andere Europese gebruikers van de F-35A/B. 323th squadron voor trainings- als testtoestellen van de F35 van zowel Nederland als België in de VS of elders in Europa op een trainingsbasis. • 1 squadron UCAVs (306th) – 15x MALE RPAS UCAV Voor inlichtingen en observatietaak als ook grondondersteuning. 12 UCAVs vaste vleugel met 3 voor logistieke en operationele reserve = 15x MALE RPAS.
12
Op- en aanmerkingen: - Er zijn voor de UCAVs 6 grondstations beschikbaar plus 1 voor logistieke en operationele reserve. - De MALE RPAS heeft de 4 MQ-9 Reapers die als interim toestel in 2017 waren aangekocht vanaf 2025 vervangen. - De UCAV’s werken veel samen met gevechtsvliegtuigen en helikopters als ook de C295s MPAs. Zijn dan ook in staat tot het uitvoeren van (gezamenlijke) patrouilles als ook aanvalsmissies, zowel boven land als boven zee. - Ook inzetbaar voor ASW en SIGINT/IMINT/COMINT. - Nederland doet mee aan het nEUROn UCAV project die op termijn de huidige MAL RPAS UCAVs vervangen. - Naast deze grote U(C)AVs zijn er ook nog een groot aantal kleinere vaste vleugel modellen UAVs beschikbaar. • 1 trainingssquadron (131th) – 10x PC-21 en 10x M-346 Master De PC-21s en M-346s zijn voor trainingsdoeleinden in te zetten. Op- en aanmerkingen: - Vaste vleugel basisopleiding is van de VS naar Europa overgebracht. - Deze toestellen zijn geïntegreerd binnen een Europees trainingscommando. Ze worden hierbij ingezet op gemeenschappelijke trainingsfaciliteiten binnen Europa. Helikopters en UCAV heli-variant: • 1 squadrons gevechtshelikopters (301th) – 20x Apache Primaire taak grondondersteuning, secundaire taak observatie en verkenning. 16 AH-64 met 4 voor logistieke en operationele reserve = = 20x AH-64 Apaches. Op- en aanmerkingen: - 20 AH-64 Apache helikopters zijn steeds geüpgrade tot het laatste model. - Kunnen (beperkt) opereren vanaf schepen. - 8 Apaches zijn overgedaan aan België. - Worden samen met de Belgische Apaches van het 15e smaldeel onderhouden. - Omdat de Apache minder geschikt is voor maritieme inzet wordt er vanaf 2035 gekeken naar een opvolger. • 1 squadron lichte utility helikopters (302th) - 20x AW169M Van het type AW169M. 5 voor de Kustwacht. 16 AW169M met 4 voor logistieke en operationele reserve = 20x AW169Ms. Op- en aanmerkingen: - Taken zijn observatie, utility, lichte transport (ook SOF), medevac en training/opleiding. - Kunnen ook vanaf marineschepen opereren. - Ook de 5 toestellen van de Kustwacht worden hier onderhouden en bemand. • 1 squadron maritime ASW/utility helikopters (860th) – 20x NH-90 NFHs Met als primaire taak ASW (modules), opererend vanaf de fregatten en JLOS. 16 NH90s met 4 voor logistieke en operationele reserve = 20x NH90 NFHs. Op- en aanmerkingen: - Alle helikopters zijn voorzien van ASW-uitrusting. - De Belgische 10 NH90 NFHs operen gezamenlijk met Nederlandse toestellen en worden gezamenlijk onderhouden.
13
- Transport van civiele patiënten van bijv. de Waddeneilanden wordt uitgevoerd binnen het netwerk van civiele traumahelikopters. • 1 squadron middelzware transporthelikopters (300th) – 20x NH-90 MTTHs Voor transporttaken boven land en zee. 16 NH90s met 4 voor logistieke en operationele reserve = 20 NH90 MTTHs. Op- en aanmerkingen: - De 17 Cougars zijn/worden geleidelijk vervangen door 20 nieuwe NH90s MTTH. - 4 toestellen zijn met extra modules uitgerust voor ook de SAR en Medevac taak. - De NH-90 MTTHs kunnen ook vanaf marineschepen opereren. • 1 squadron AEW helikopters (8th) – 5x NH90 AEW Voor AEW vanaf de beoogde LHD. Op- en aanmerkingen: - Deze toestellen worden rond 2030 ingevoerd, gelijk met de instroom van de LHD. - Ze zijn gebaseerd op de NH90 en hebben een grote(re) radardoom onder de voorzijde van de romp voor de AEW radar (afbeelding de ASW versie)(zie Italiaanse EH-101A AEW) • 1 squadron zware transporthelikopters (298th)- 20x CH-47 Chinooks Ter ondersteuning van het CLAS en CSOP. 16 CH-47s met 4 voor logistieke en operationele reserve = 20 Ch-47 Chinooks. Op- en aanmerkingen: - Opereren indien nodig ook (beperkt) vanaf de LPD en JLOS’en. Daarvoor zijn de Chinooks aangepast. Op termijn vervanging door een gelijk aantal van de Europese/Amerikaanse(?) opvolger. • 1 squadron UCAVs (7th) – 15x H125M Fennec UCAV Van de heli-variant. Voor inlichtingen en observatietaak als ook grondondersteuning. 12 UCAVs heli met 3 voor logistieke en operationele reserve = 15 H125M Fennec UCAVs. Op- en aanmerkingen: - Er zijn voor de H125M Fennec UCAVs 6 grondstations beschikbaar plus 1 voor logistieke en operationele reserve. - De UCAV’s werken veel samen met de gevechtsvliegtuigen en C-295's (M)PA als ook de NH90 NFH/MTTH helikopters. Zijn dan ook in staat tot het uitvoeren van gezamenlijke (maritieme) patrouille als ook gevechtstaken. Onbemand maar ook bemand, een Optionally piloted vehicle (OPV). - Naast deze grote U(C)AVs zijn er ook nog een groot aantal kleinere modellen heli UAVs beschikbaar. • 1 trainingssquadron (132th) – 10x H125M Fennec De H125M Fennec is voor trainingsdoeleinden in te zetten. Op- en aanmerkingen: - De helikopter basisopleiding is van de VS naar Europa overgebracht. - Deze toestellen zijn geïntegreerd binnen een Europees trainingscommando. Ze worden hierbij ingezet op gemeenschappelijke trainingsfaciliteiten binnen Europa en elders. Transport en (M)PA-toestellen: • 1 squadron Transporttoestellen (336th) – 4x A400M
14
1 squadron tank/transporttoestellen (334th) - 3x Airbus A330 MRTT voor transporttaken en tanken in de lucht en 1x A319CJ voor transport/VIP. Op- en aanmerkingen: - De vier CH-130’s zijn/worden vervangen door een viertal A400M’s. - Er wordt nauw samen gewerkt met België en andere A400M gebruikers onder andere binnen het European Air Transport Command (EATC). - Het regeringstoestel en de Gulfstream IV zijn vervangen door een A319CJ. Die ook voor gewone transporttaken ingezet kan worden. - De twee KDC10s worden rond 2030 vervangen door een 3-tal Airbus A330 MRTT. • 1 squadron MPA/ASW toestellen (320th) – 8x C-295 MPA Voor de maritieme patrouille taak en specifiek ASW. Op- en aanmerkingen: - Het belang van ASW lijkt eerder toe dan af te nemen en de verloren capaciteit door het afstoten van de P-3 Orions in het verleden is met de invoer van de acht C-295 MPAs gecorrigeerd. De toestellen zijn primair op de ASW taak gericht en ingericht. - De C-295’s werken nauw samen met de MAL RPAS en Fennec UCAVs . - 4 C-295 MPAs van de Kustwacht worden ook onderhouden en gevlogen door 320th. • Plus verschillende ondersteunende en logistieke squadrons&eenheden. • 6 primaire CLSK-bases en locaties Er zijn zes CLSK-bases en locaties: Vliegbasis Leeuwarden – Airbase voor 1 squadron gevechtvliegtuigen (322th), squadron vaste vleugel UCAVs (306th). Vliegbasis Volkel – 2 squadrons (312, 313th) gevechtsvliegtuigen. Vliegbasis Eindhoven – transporttoestellen A400M, A319CJ en A330 MRTT (334th en 336th) en squadron ASW toestellen (320th). Helibasis Gilze-Rijen – squadrons gevechtshelikopter (301th), middelzware transporthelikopters(300th), zwaardere transporthelikopters (298th) en lichte utility helikopters (302th) Helibasis De Kooy – squadron maritieme (860th) en AEW-helikopters (8th) en helivariant UCAVs (7th). Onderhoudbasis Woensdrecht – TrainingsCommando CLSK, squadrons trainingtoestellen (131th, 132th), onderhoud materiaal en logistiek centrum. Er zal verder worden toegewerkt naar een situatie waarbij bases van het CZSK, CLAS en CLSK worden samengebracht/gevoegd tot grotere militaire terreinen (primairedefensie-locaties). Ook in samenwerking met bondgenoten en binnen de Benelux. __________________________________________________
• COMMANDO CYBER-WARFARE (CCYW) Cyber-warfare is een steeds serieuzer taakgebied voor de krijgsmacht geworden. Primair is dit nieuwe krijgsmachtonderdeel defensief georiënteerd. Alle wapensystemen maar ook regel- en ict-systemen en netwerken die daaraan gekoppeld zijn worden door dit Commando beschermd. Onder andere via het Defensie Computer Emergency Response Team (DefCERT).
15
Dit Commando is echter ook in staat om cyberaanvallen uit te voeren om zo systemen e.d. van een tegenstander te ontregelen of plat te leggen. Dit of als afschrikking of als manier om de oorlogsvoering van een tegenstander te bemoeilijken. Enkele honderden specialisten zijn permanent werkzaam binnen dit Commando. __________________________________________________
• COMMANDO KONINKLIJKE MARECHAUSSEE (CKMAR) • De KMar is als operationeel Commando binnen de Nederlandse Krijgsmacht gehandhaafd en verder versterkt. • De lappendeken van taken binnen het KMar, de Kustwacht, de Koninklijke Marine en de Landelijke Politie Diensten (KLPD) was inefficiënt en onduidelijk en is daarom veranderd. • De politie richt zich qua politionele taken primair naar binnen/nationaal (en secundair of waar nodig naar buiten/internationaal). De KMar juist primair naar buiten/internationaal (en secundair naar binnen/nationaal). Beiden hebben dus nadrukkelijk een andere oriëntatie, hoewel zij elkaar (kunnen) aanvullen of versterken waar nodig (zie o.a. rol KMar Nationale Garde). • De KMar is nog meer een paramilitaire organisatie geworden. Dit komt ook tot uiting in de kleding (baret geen politiepet meer). Alle meer civiel politioneel georiënteerde eenheden en taken zijn onderdeel geworden van de Nationale Politie en overheidsdiensten. • DE KMAR De Koninklijke Marechaussee bestaat in 2030 uit de volgende eenheden: • Staf Commandant der Koninklijke Marechaussee • Landelijk Opleidings- en Kenniscentrum Koninklijke Marechaussee • Landelijke- en Buitenlandse Eenheden • Ondersteunende Eenheden En kent de volgende districten, die qua gebied gelijk vallen met de rechtelijke ressorten (rechtsgebieden). Met ieder verschillende KMar brigades. • District Noord-Holland (waaronder Schiphol) • District Noord-Oost Nederland • District Zuid-Holland • District Zuid Nederland En de volgende onderdelen: • KUSTWACHT (KMARKW) De Kustwacht van Nederland en in het Caribische gebied is onder de operationele leiding van de KMar gaan vallen. De naam Kustwacht is gehandhaafd om zo duidelijkheid te verschaffen over de identiteit van dit onderdeel. Ook internationaal gezien. Op- en aanmerkingen:
16
- Door deze nieuwe opzet zijn de Kustwachtschepen standaard van bewapening voorzien om zo ook bewapend op te kunnen treden tegen bijvoorbeeld (drugs)smokkelaars of terroristen. • DIENST SPECIALE INTERVENTIES (DSI) Is overgegaan naar de Koninklijke Marechaussee. Dit gezien het meer (para)militaire karakter en de zwaardere bewapening, voertuigen en uitrusting van deze eenheid. • DIENST BEWAKEN EN BEVEILIGEN (DBB) De DBB is mede om dezelfde redenen als de DSI naar de KMar overgeplaatst. • KMAR NATIONALE GARDE (KMarNG) De Nationale Garde is een nieuwe eenheid onder het KMar-Commando. Op- en aanmerkingen: - de KMarNG is grotendeels opgebouwd uit reservisten. (Voormalige Natres en de eigen KMar reservisten). - De Bataljons zijn net als de reguliere KMar brigades verdeeld over een viertal districten. • District Noord-Holland (20 bat KMarNG) • District Noord-Oost Nederland (10 bat KMarNG) • District Zuid-Holland (40 bat KMarNG) • District Zuid Nederland (30 bat KMarNG) Daarnaast verschillende ondersteunende eenheden. De taken van de KMar Nationale Garde zijn: - bijstand aan het bevoegd gezag voor het handhaven van de openbare orde en veiligheid; - bewaking- en beveiligingsopdrachten, zoals het bewaken en beveiligen van ontruimde gebieden en vitale locaties; - steunverlening bij calamiteiten; - steunverlening aan militaire transporten die bij grote oefeningen of inzet door Nederland trekken of in Nederland verblijven. De zogenaamde Host Nation Support; - steunverlening aan eenheden van de Nederlandse krijgsmacht tijdens vertrek of terugkeer van uitzending en bij oefeningen; - steunverlening aan burgeroverheden bij grote evenementen, bijvoorbeeld de Nijmeegse Vierdaagse…; - ceremoniële activiteiten zoals Prinsjesdag, herdenkingen en dergelijke. Dit levert in 2030 het volgende beeld op aan middelen: Varend materiaal: 4x Offshore Patrol Vessel Deze schepen van de Holland Klasse zijn van de Marine overgegaan naar de Kustwacht. Over het algemeen opereren er 2 in het Caribische deel van het Koninkrijk en 2 in Nederlandse wateren of bijvoorbeeld bij de zuidgrens van de EU. Op- en aanmerkingen: - De OPV's worden vooral ingezet bij taken in het zogenaamde lage geweldsspectrum, zoals kustwacht inzet in het Caribische Gebied en als wachtschip op de Noordzee. Maar ook deelname in internationale taakgroepen voor bijvoorbeeld het bewaken van de zuidgrens van de EU in de Middellandse Zee behoort tot de mogelijkheden. Voor inzet in
17
noodsituaties is het schip ook uitgerust en kan het 100 evacués gedurende drie dagen aan boord nemen en onderhouden. Heeft 2x LCP + 2x USVs aan boord. - Het 30mm kanon is vervangen door een 40mm CIWS. • 4x patrouillevaartuig Het aantal patrouillevaartuigen voor de Hollandse wateren en die in het Caribische gebied is terug gebracht naar 4. Over het algemeen opereren er 2 in het Caribische deel van het Koninkrijk en 2 in Nederland of bijvoorbeeld aan de zuidgrens van de EU. Op- en aanmerkingen: - qua opzet groter, ruimte voor grotere onderscheppingsvaartuigen (1x LCP en 1x USV) en een klein helidek (geen hangaar, wel herbevoorradingscapaciteit). - Bewapening bestaat o.a. uit een CIWS 40mm kanon en MANPADS. - Bijvoorbeeld gebaseerd op dit Damen Stan Patrol 5XXX ontwerp. • En nog verschillende andere patrouille- en ondersteunende vaartuigen. waaronder: - Een Emergency Towing Vessel (ETV). - 24 LCPs (=versie SB90E) (4x2 op OPV, 4x1 op cutters, 12x Kustwacht) - 12 USVs (=RHIB drone) (4x2 op OPV, 4x1 op cutters) Vliegend materiaal: • 4x patrouillevliegtuig Airbus C-295 MPA Taken worden uitgevoerd door C-295 MPA. Op- en aanmerkingen: - Worden door het CLSK onderhouden en bemand binnen het 320th squadron. - Kunnen door de modulaire opbouw ook secundair vrachtstaken uitvoeren. - Zowel in Nederland/België als het Caribische Gebied zijn twee toestellen gestationeerd voor kustwacht-taken. Ook de Belgische kuststrook en wateren wordt bestreken. • 5x helikopters AW169M Een vijftal AW169Ms o.a. voor SAR/Medevac taak. Op- en aanmerkingen: - Worden samen met soortgelijke helikopters van het CLSK onderhouden en bemand binnen het 302th squadron. - In Nederland zijn drie en in het Caribische Gebied zijn twee toestellen gestationeerd voor kustwachttaken. - De helikopters kunnen opereren vanaf de Kustwacht OPVs en de nieuwe cutters. Pantsermateriaal: • +/- 20x pantserwielvoertuig Boxer De YPR-765 KMar van het PawPel (20 voertuigen) zijn vervangen door een 20-tal nieuwe pantservoertuigen van het type Boxer in KMar blauw. • +/- 20x pantserwielvoertuig Fennek In KMar blauw. • +/- 100x bepantserde voertuig Lynx LMV In KMar blauw. En verschillende andere voer- en vaartuigen, motoren, drones, bewapening en hulpmiddelen.
18
___________________________________________ BIJGEWERKT OP : 08-06-2016 16:30 Ronald Elzenga
19