Column
Interview Geen reden tot feest
Oud-minister Jan Pronk:
Habitat Nederland is jarig, we bestaan vijftien jaar. Ik heb gemengde gevoelens over het bereiken van deze ‘mijlpaal’. Mag ik eigenlijk wel enthousiast zijn over dit lustrum als we ons bestaansrecht ontlenen aan de slechte leefomstandigheden van mensen wereldwijd?
‘Als huisvesting ontbreekt ben je nergens’
Ja. Ik bén blij dat Habitat er is, want vandaag bouwen we 110 huizen, morgen weer en overmorgen ook weer… Een druppel op de gloeiende plaat? Niet voor die 110 gezinnen die we gisteren en eergisteren hebben geholpen. Voor hen is een eigen huis hét middel om uit de armoede te komen. Ik ben trots op het bestaan van Habitat, maar er is pas écht reden tot feest als we onszelf kunnen opheffen. Als alle mensen krijgen waar ze recht op hebben, namelijk het recht op veilige behuizing, zoals is vastgelegd in het Handvest van de Verenigde Naties. Tot het zover is zetten we ons werk onverstoord door.
2
En ik ben óók ontzettend trots op wat we tot nu toe hebben bereikt. Sinds de gedreven Sybout van der Meer in 1993 Habitat Nederland oprichtte, zijn we van een vrijwilligersclub uitgegroeid tot een professionele organisatie. Voor onze bekendheid was in 1996 het Jimmy Carter bouwproject in Europa, dat onder leiding stond van de gelijknamige president, een grote sprong voorwaarts. Een van de mijlpalen daarna was de jubileumbouwreis die de Stiho Groep maakte in 2001. Met 300 mensen reisde het bedrijf met Habitat af naar de Filippijnen en bouwde binnen een week 76 huizen. Dit was de start voor bedrijfsbouwreizen. Een ander hoogtepunt was het aantrekken van een hoofdsponsor, de Vebego Foundation, die zich heeft verbonden aan een grootschalig project in Zuid-Afrika. Trots ben ik ook op de hulp die we in 2004 en de jaren erna konden bieden aan de tsunami-slachtoffers. Habitat bouwde ruim 900 huizen met behulp van het ingezamelde geld van De Samenwerkende Hulporganisaties. Om alle mensen onder dak te krijgen, hebben we uitdagende plannen gemaakt: zo zetten we grootschalige, meerjarenprojecten op in o.a. Ghana, India en Roemenië. Hierdoor kunnen we op een efficiëntere manier nog meer families helpen. Met de uitbreiding van het aantal bouwreizen, hopen we nog meer mensen te laten ervaren hoe belangrijk het werk van Habitat is. Werk dat ook in de komende jaren alleen met u kan worden voortgezet. Kortom; laten we niet te lang stilstaan bij ons jubileum. Aan de slag!
Lex van Iterson Directeur
[email protected]
Nairobi, Calcutta, Mexico, Jakarta, de helft van de wereldbevolking leeft tegenwoordig in steden. Bijna een miljard mensen woont onder erbarmelijke omstandigheden in sloppenwijken en dit aantal stijgt nog steeds. Volgens voormalig minister van ontwikkelingssamenwerking Jan Pronk vormt verstedelijking dé kern van de wereldwijde huisvestingsproblematiek. “Het probleem is zó groot, dat alleen een integrale anti-armoede aanpak de situatie echt kan veranderen.” “Zonder goede huisvesting verval je in armoede. Huisvesting is essentieel om een bestaan op te kunnen bouwen. Daarnaast kent armoede nog vier andere basiscomponenten: tekort aan water, voeding, onderwijs en gezondheidszorg. Die moeten samen met huisvesting worden aangepakt om een goede leefomgeving te creëren”, vertelt Pronk.
Bestaanszekerheid “Deze vijf componenten hebben allemaal met veiligheid te maken. Ze geven je als mens bestaanszekerheid”, zegt Pronk. Vier ervan zijn opgenomen in de Millenniumdoelen van de Verenigde Naties. Huisvesting ontbreekt. “Waarschijnlijk waren deze vier makkelijker te kwantificeren”, denkt de oud-minister, “en hoopte men dat met het nastreven van de andere doelen de huisvestingsproblematiek indirect zou afnemen. Je kunt wel water, voeding, onderwijs en gezondheidszorg hebben maar als huisvesting ontbreekt, ben je alsnog nergens.”
Verpaupering De slechte woonomstandigheden op het platteland mogen volgens Pronk zeker niet worden onderschat, maar de kern van het huisvestingsprobleem speelt zich in de steden af. “Waar mensen dicht op elkaar wonen, krijg je grote problemen met verpaupering en een dalende levensverwachting als gevolg. Mensen trekken naar de stad, omdat op het platteland onvoldoende werk is en de voedselvoorziening afneemt. Dat proces voltrekt zich nu in Afrika zoals je dat eerder had in Latijns-Amerika en Azië.”
Omvangrijke taak Verbetering van de levensomstandigheden in de sloppenwijken is een omvangrijke taak. “Dat doe je door veilige huizen te bouwen en werkgelegenheid, sanitaire voorzieningen, riolering, drinkwater en onderwijs te bieden. Daarom is de naam Habitat zo mooi. Het is een
Curriculum Vitae Jan Pronk heeft een indrukwekkende loopbaan. Hij is voor het eerst minister van ontwikkelingssamenwerking in het kabinet Den Uyl (1973 - 1977), daarna voor het kabinet Lubbers III (1989 - 1994) en - Kok I (1994 - 1998). Van 2004 tot 2006 was Pronk speciaal gezant van de Verenigde Naties in Soedan en sinds 2007 is hij verbonden als docent aan het Institute of Social Studies in Den Haag. Daarnaast is Pronk onder andere voorzitter van het Interkerkelijk Vredesberaad in Utrecht en voorzitter van de Society for International Development in Rome.
Pronk: “De sociale taak die Habitat huiseigenaren binnen hun gemeenschap hebben om anderen te helpen, is zeer zinvol.”
synoniem voor leefomgeving. Een goede habitat is essentieel, het is meer dan een paar palen en een dak boven je hoofd.”
Weinig vertrouwen Hoe nobel de Millenniumdoelstellingen ook zijn, Jan Pronk heeft weinig vertrouwen dat ze worden gehaald. “Er zijn al decennialang doelstellingen geformuleerd en ze zijn nog nooit gehaald. Ook nu zijn we niet on track. Dit zijn de laatst opgestelde doelen en als deze ook niet worden bereikt dan is dat een vorm van verraad. Er zijn bijvoorbeeld regimes die geen echte interesse hebben in een verbetering van de levenssituatie van de armste mensen. Ook internationaal gebeurt er onvoldoende. Ik ben tamelijk pessimistisch. Als westerse landen trekken we ons weinig aan van de huisvestingsproblemen in ontwikkelingslanden.”
Schijnvertoning Volgens Pronk hebben politici en beleidsmakers hun plechtige belofte dat ze armoede zouden uitbannen nooit echt gemeend. Hij spreekt zelfs van een schijnvertoning. “De rol van goede doelen wordt daarom steeds belangrijker in het bestrijden van armoede. Zij nemen taken op zich die overheden laten liggen en leveren daarmee een significante bijdrage. “Het is goed dat Habitat geen huizen weggeeft, maar leningen
verschaft. Mensen leren dat investeren in een huis belangrijk is voor henzelf.” De sociale taak die Habitat huiseigenaren binnen hun gemeenschap hebben om anderen te helpen is volgens Pronk zeer zinvol. “Naast samen bouwen kun je ook samen de directe leefomgeving verbeteren.”
Democratie De rechtsongelijkheid in veel ontwikkelingslanden houdt ook vaak het armoedeprobleem in stand. Om de levensomstandigheden radicaal te verbeteren, is daarom een integrale antiarmoede aanpak nodig. Die aanpak richt zich naast huisvesting op werk, onderwijs, sanitatie en water. “Dat is de taak en verantwoordelijkheid van de overheid en daarvoor heb je een democratisch rechtssysteem nodig. In veel steden is de middenklasse nu nog continu bezig de situatie voor zichzelf te verbeteren. En de mensen die in de sloppen wonen, worden letterlijk verjaagd als de grond door economische ontwikkelingen in waarde stijgt.
Weggevaagd Toen ik als speciaal gezant van de Verenigde Naties in de Soedanese hoofdstad Khartoem woonde, heb ik dat van dichtbij meegemaakt. ’s Morgens om vijf uur werden de sloppenbewoners aangevallen in opdracht van de overheid. De wijken werden weggevaagd
door bulldozers. Ze moesten vertrekken en een paar kilometer verderop letterlijk in het zand met helemaal niets opnieuw beginnen. Het is gewoon wegwezen, terug naar het dorp, naar het platteland. Terwijl ze juist het platteland waren ontvlucht om in ieder geval te overleven.” Dit kan gebeuren omdat bewoners zelden wettelijke rechten hebben om op de grond te wonen. Habitat zet zich bij diverse projecten onder andere in om dit recht te verkrijgen. Pronk: “Dat is een interessante vorm van ontwikkelingswerk. Zonder recht op grond kan het zomaar gebeuren dat om economische redenen, op het platteland bijvoorbeeld door olievondsten, bewoners worden verdreven.”
Prioriteiten Het wereldwijde huisvestingsprobleem is, ondanks de omvang, volgens Jan Pronk op te lossen. “Je zult een radicale wijziging van je prioriteiten moeten organiseren. Daar heb je politieke wil voor nodig. Daarnaast is het belangrijk dat de mensen zelf bijdragen aan eigen huisvesting. Zij zullen echter alleen in hun eigen huis investeren als ze weten dat ze daar kunnen blijven wonen. Mensen moeten weten ‘ik word niet verdreven, ik woon hier en kan in mijn huis investeren’. Want uiteindelijk is de nationale overheid verantwoordelijk voor de bestrijding van armoedehuisvesting.”
3
Bouwreizen
Samen aan het werk met de lokale bevolking
Stiho Groep jubileerde met bouwreis
‘Een feest geven vond ik geldverspilling’ 4 ‘Buffelen onder de Filippijnse koperen ploert’, ‘In één week 75 gezinnen onder dak’, ‘Jubilerende houthandel bouwt woonwijk’, schreeuwden de krantenkoppen, voordat De Stiho Groep met haar 75-jarig bestaan met driehonderd man vertrok naar een Habitat proj ect op de Filippijnen. Dit jubileumproject is in ons 15-jarig bestaan de meest omvangrijke bouwreis geweest. Het
Uniek project
Tropische temperaturen
Pieter Pelt kwam in contact met iemand die enthousiast over Habitat vertelde, Pelt: “Het was een waanzinnig leuk gesprek over zijn ervaringen met Habitat. Dat maakte mij nieuwsgierig naar de werkwijze. Ik vond het bijzonder te horen dat je via Habitat mensen helpt zonder ze afhankelijk te maken. Je geeft ze een zetje in de rug. Dat bewoners zelf meebouwen en het huis afbetalen aan Habitat vond en vind ik nog steeds positief. Mensen zijn verantwoordelijk voor hun eigen woning. Tegelijkertijd investeer je met Habitat in volgende generaties.Het voelde voor mij echt goed om samen met Habitat ons jubileum te vieren.”
Bart Dekkers, adjunct-directeur bij De Stiho Groep, had geen idee wat voor impact de reis zou hebben. “Ik was een van de teamleiders tijdens de week. De groep was opgesplitst in kleinere groepjes met elk hun eigen bouwverantwoordelijkheden. Het was heel bijzonder dit project samen te doen. Of je nu manager was of heftruckchauffeur, iedereen werkte in dezelfde tropische temperaturen en iedereen was aan het eind van de dag even vies.”
betekende de start van onze bedrijfsbouwreizen. Nog steeds komen er uit deze bouwreis nieuwe reizen voort.
“Ons jubileum kwam eraan”, zegt Pieter Pelt, directeur van De Stiho Groep, groothandel in hout, plaat- en bouwmaterialen. “Ik peinsde al twee jaar hoe we ons 75-jarig bestaan zouden vieren. Normaalgesproken geef je in deze branche een groot feest maar dat vond ik geldverspilling. Dat past niet bij ons. Ik wilde iets tastbaars doen, iets blijvends.”
Het werd een jubileumreis naar de Filippijnen met driehonderd mensen! Werknemers, klanten en toeleveranciers zouden in een week voor 75 gezinnen huizen bouwen. Uiteindelijk zijn het er 76 geworden. De organisatie was veel complexer en tijdrovender dan gedacht, maar het was het dubbel en dwars waard.” Dat het een enorme uitdaging was, vertelt ook Mette Pronk, manager Projecten bij Habitat Nederland. “Het was een ontzettend leuk en uniek project om te regelen. De goede samenwerking tussen De Stiho Groep, Habitat Nederland en Habitat op de Filippijnen resulteerde erin dat de groep juni 2001 afreisde naar het dorpje Talisay.”
Het persoonlijke contact met de bewoners en de lokale bouwvakkers heeft bij Dekkers en Pelt een onuitwisbare indruk achtergelaten, Pelt: “Op vakantie ontwikkel je nooit zo’n contact. We stonden zij aan zij en bouwden aan hun nieuwe thuis. De eerste dag was iedereen wat schuchter, maar al snel stond je met elkaar te praten
Pieter Pelt aan het woord
en te zingen.” Dekkers: “Er zijn deelnemers die nog steeds contact hebben met bewoners.” Pelt: “Zelf ben ik onlangs teruggegaan naar Talisay, samen met mijn kinderen. We werden zo enthousiast ontvangen en het dorp dat we hebben gebouwd is echt een gemeenschap geworden.”
Intensieve samenwerking “De reis was echt een happening, het heeft veel media-aandacht gekregen”, herinnert Mette Pronk zich. “Naast vele krantenartikelen was er dagelijks een item over de bouwreis in het televisieprogramma Hart van Nederland. Uit deze bouwreis komen nog steeds reizen voort.” Deze reis bleek ook de aftrap voor een intensieve samenwerking met De Stiho Groep. Het bedrijf is zich bewust van zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid en toont dat onder meer door Habitat te steunen. Pelt: “Onze rol als bedrijf is meer dan werkgelegenheid verschaf-
fen en geld verdienen. Het mes snijdt aan twee kanten: je helpt anderen aan een beter bestaan én het heeft een positieve uitwerking op de werksfeer binnen ons bedrijf.” In de afgelopen jaren bouwden werknemers ondermeer in Ghana, Sri Lanka en Guatemala. Momenteel heeft De Stiho Groep het meerjarenproject HOME in Lesotho geadopteerd. Bart Dekkers: “We steunen het project financieel en bouwen zelf mee aan de huisvesting van aidswezen en hun verzorgers. Het project is anders dan bijvoorbeeld de eerste bouwreis. Alleen al in omvang, we werken nu met zo’n vijftien mensen tegelijk. Daarnaast bouwen we zonder de bewoners, omdat het huisvesting voor kinderen betreft. Wel zijn er lokale bouwvakkers waarmee we samenwerken. Bijzonder is dat opeenvolgende Stihobouwgroepen elkaars werk voortzetten. Je hebt zo als collega’s een belangrijk doel waar je samen naartoe werkt.”
Ook (vrijwillige) reisbegeleider worden? Habitat organiseert jaarlijks zo’n 25 bouwreizen naar verschillende landen, waaronder Roemenië, Ghana, India, de Filippijnen en Guatemala. Door onze groei in bouwreizen zijn we op zoek naar enthousiaste mensen die met ons op bouwreis zijn geweest en zich vrijwillig willen inzetten voor Habitat. Als teamleider begeleidt u de bouwreis. Ervaring met het aansturen van groepen en een flexibele instelling zijn hierbij van groot belang. Daarnaast vinden wij affiniteit met ontwikkelingswerk en bekendheid met de zakelijke wereld een pré. Wat wij vragen: • Aantoonbare reiservaring (waaronder minimaal één bouwreis) • Engels sprekend • EHBO diploma (of bereid binnen een half jaar te starten met de cursus) Wat u kunt verwachten: • elke keer weer een indrukwekkende ervaring • goede begeleiding vanuit Habitat Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Marije Minderop via 023 547 48 14 of kijken op www.bouwreizen.nl. Uw motivatie voorzien van een curriculum vitae kunt u voor 22 september mailen naar
[email protected].
De huizen in aanbouw
Bouw zelf ook mee aan een betere wereld! Een Habitat bouwreis is een onvergetelijke ervaring voor iedereen die zelf fysiek een steentje wil bijdragen. U reist met een groep af naar een project van Habitat. Daar bouwt u samen met de toekomstige bewoners en lokale bouwvakkers aan een nieuw huis. U kunt zich nu inschrijven voor de volgende bouwreizen:
Ghana
Roemenië
• 21 - 29 maart 2009 • 12 - 20 september 2009 • 14 - 29 november 2009 - Inclusief rondreis met Djoser
• 11 - 18 april 2009 • 6 - 13 juni 2009 • 12 - 19 september 2009
Meer weten of direct inschrijven voor een van deze reizen? Kijk op www.habitat.nl of neem contact op met Clair Streckfuss: 023-547 48 14
5
Interview Voorzitter Bouwend Nederland, Elco Brinkman:
‘Betrokkenheid bij een goed doel is steeds belangrijker’ “Met goede huisvesting kun je de armoedespiraal doorbreken. Het helpt mensen zich verder te ontwikkelen”, stelt Elco Brinkman. De topman uit de bouwwereld kent als geen ander het belang van goede huisvesting en voelt de emotionele binding met de Habitatdoelgroep. “Meebouwen aan een huis is het mooiste dat er is.”
8
“Aard- en nagelvast, vaste woon- en verblijfplaats, onroerend goed; het zijn begrippen met een enorme betekenis”, zegt de voorzitter van Bouwend Nederland. “Maar in Nederland staan we er niet echt meer bij stil. Het is hier zo vanzelfsprekend een huis te hebben.”
Overlevingstocht De invoering van de Woningwet in 1901 maakte een einde aan de erbarmelijke woonomstandigheden van arbeiders in Nederland. “Natuurlijk zijn er tegenwoordig nog huizen die een goede opknapbeurt kunnen gebruiken, maar veel onbewoonbaar verklaarde woningen kennen we niet meer. In Nederland heeft een huis een toilet, water en elektriciteit. Dat gun je toch iedereen? Natuurlijk hoeft niet alle huisvesting volgens Nederlandse maatstaven te zijn, maar we kennen ook allemaal de beelden van plekken in de wereld waar de woonomstandigheden onacceptabel zijn. De basis hoort goed te zijn, anders begint er een overlevingstocht, op zoek naar een betere situatie. Een veilige omgeving vormt het fundament om het leven verder op te bouwen.
Bouwkennis Ook de Nederlandse bouwwereld heeft een taak om bij te dragen aan betere huisvesting elders in de wereld, meent Brinkman. “Veel bedrijven nemen zelf al jaren die verantwoordelijkheid, nog voor de term Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) was uitgevonden. Het past een beetje in de cultuur van bouwbedrijven en de hulp gaat veel verder dan het ondersteunen
“Een veilige omgeving is het fundament om het leven verder op te bouwen.”
van projecten met geld. Bouwbedrijven bieden ook knowhow, mankracht en materialen.”
Emotionele binding Bouwbedrijven kiezen graag zelf welk goed doel ze steunen of ontwikkelen eigen initiatieven. “Een organisatie als Habitat heeft zeker de voorkeur”, zegt de voorzitter, “want een goed doel dat bouwt, heeft natuurlijk veel raakvlakken. Mensen kunnen zo ook hun eigen vakkennis inzetten. Daarnaast willen bouwbedrijven zien wat er met hun geld gebeurt en ze zijn graag persoonlijk betrokken bij ontwikkelingsprojecten. Emotionele binding is belangrijker geworden”, meent Brinkman. De werkwijze van Habitat for Humanity past goed in deze ontwikkeling. Als donateur kun je met de toekomstige bewoners zelf meebouwen aan hun huis. Dit zorgt voor nog meer betrokkenheid. “Persoonlijk vind ik dat ook de aardigste vorm, dat je weet, het komt écht bij een bepaald
gezin of individu terecht. Natuurlijk gebeurt dat ook bij grotere goede doelen, maar daar zie je steeds meer dat men projecten zoekt waar mensen individuele betrokkenheid kunnen ervaren.”
Niet op de grote hoop Brinkman ziet een veranderende tendens in ontwikkelingssamenwerking. Bedrijven zullen steeds meer gaan samenwerken met organisaties als Habitat om ontwikkelingswerk te bevorderen. “Bedrijven en organisaties als Bouwend Nederland en VNO-NCW zijn zeker voorstander van ontwikkelingssamenwerking, maar gooien niet graag geld op de grote hoop van bijvoorbeeld een land. We willen meer ‘gebonden’ hulp bieden, zicht hebben op bestemming en besteding van het geld.” Daarom ziet Brinkman goede mogelijkheden voor Habitat “Habitat brengt donateurs en de toekomstige huisbewoners bij elkaar. Dat is iets waar toekomst in zit.”
Interview Sybout van der Meer, oprichter Habitat Nederland:
‘Het Habititus-virus laat me niet meer los’ Sybout van der Meer reageerde in eerste instantie terughoudend toen hij 15 jaar terug van een Amerikaanse kennis het verzoek kreeg Habitat Nederland op te richten. “Totdat ik een bouwproject bezocht; ik viel direct voor het concept. Het zit in mijn genen om iets te doen aan het onrecht in de wereld”, zegt de oprichter enthousiast.
10
Habitat, gevestigd in Atlanta, wilde haar werkzaamheden uitbreiden en had een kantoor in Europa nodig. “Ik was erg kritisch over het verzoek tot oprichting”, vertelt de predikant in ruste. “ Ik besloot daarom eerst een bouwproject te bezoeken. Bouwen op non-profit basis, samen met de bewoners, dat was echt nieuw voor mij. Op een positieve en structurele manier draag je bij aan het leven van anderen, juist daar waar ze zich thuis voelen. De werkwijze overtuigde mij. Het is niet voldoende om alleen je ongenoegen te uiten over het bestaan van onrecht.” Die gedrevenheid kreeg hij met de paplepel ingegoten. “Mijn moeder zei altijd ‘De wereld kun je niet redden, maar wel de wereld van één mens of één kind’. En dat is waardevol.”
De boer op Terug in Nederland ging Van der Meer niet over één nacht ijs, hoe enthousiast hij ook was. “Ik liet onderzoeken of er ruimte was voor een nieuw goed doel in Nederland.” Bedrijven, politici en andere goede doelen reageerden positief. Conclusie: Habitat Nederland was levensvatbaar. Habitat begon als vrijwilligersorganisatie: “Ik vroeg mensen met maatschappelijke functies zich als bestuurslid voor ons in te zetten, er kwam een Raad van Advies en wij stelden één medewerkster aan. Zij beantwoordde de telefoon, rekruteerde vrijwilligers én beheerde de projecten. Zelf ging ik de boer op om geld in te zamelen voor onze projecten. Het is goed dat je niet weet waaraan je begint”, lacht hij, “gelukkig kreeg ik er ontzettend veel energie van.”
Media-aandacht In die eerste jaren leidde Habitat Nederland een zwervend bestaan: “We drukten de opstart-
Oprichter Sybout van der Meer: “Het zit in mijn genen om iets te doen aan het onrecht in de wereld.”
kosten dankzij gratis of goedkoop onderdak, we werkten bijvoorbeeld vanuit een kapel, huisden bij KPMG en vonden onderdak in een bejaardentehuis. Tot we ons definitieve thuis vonden aan de Professor van der Scheerstraat. De lage woonlasten waren noodzakelijk in die eerste periode. Zo konden we rustig aan groeien en medewerkers aannemen.” De oprichting kende amper problemen, maar de naamsonbekendheid was lastig. “Weinig mensen kenden de Amerikaanse organisatie en het werk van Habitat is hier niet zichtbaar. In 1996 kwam daar verandering in. Onder leiding van de Amerikaanse oud-president Jimmy Carter werd er een groot bouwproject georganiseerd op Europese bodem. We kregen
Tijdens de lintjesregen heeft Sybout van der Meer dit jaar een Koninklijke onderscheiding ontvangen. Hij is geridderd in de Orde van Oranje Nassau, onder andere voor de oprichting en zijn jarenlange inzet van Habitat for Humanity. Van der Meer: “Ik schaamde mij eerst een beetje, want je hoort toch gewoon te doen wat op je pad komt?”
veel media-aandacht in Nederland, dat was een belangrijk moment voor de ontwikkeling van Habitat Nederland.”
Peoples organisation “In vijftien jaar is de vrijwilligersclub uitgegroeid tot een professionele organisatie”, prijst Van der Meer. Habitat Nederland heeft volgens de oprichter in de afgelopen vijftien jaar een stevige basis gelegd, in eigen land en voor de gezinnen die Habitat helpt. “De kracht van Habitat? Het is een echte ‘peoples organisation’. Betrokkenheid is heel belangrijk. Mensen worden gestimuleerd naast geld te doneren écht zelf mee te bouwen. En eenmaal aangestoken door het Habititusvirus, laat het je niet meer los.”